Paramedische Ziekenhuiszorg
Borstzorg richtlijnen en oefeningen Inleiding U heeft een van de volgende operaties ondergaan: □ De borst is verwijderd (ablatie) □ De lymfeklieren in de oksel zijn verwijderd (okselklierdissectie) □ De borst en de lymfeklieren in de oksel zijn verwijderd (GRM) De komende tijd kunt u de schouder aan de geopereerde zijde mogelijk minder goed bewegen. We raden u aan om de eerste twee weken rustig aan te doen. Zo geeft u het wondgebied rust en voorkomt u overbelasting.
Aandachtspunten voor het schoudergewricht De fysiotherapeut neemt met u een aantal oefeningen door. Bewegen met de arm aan de geopereerde kant is belangrijk voor de beweeglijkheid van het schoudergewricht en de doorbloeding van de arm. In deze folder kunt u de uitleg nog eens nalezen. U moet de oefeningen thuis zelf uitvoeren. De oefeningen helpen om op langere termijn de schouder weer normaal te kunnen bewegen. Meestal heeft u thuis geen verdere fysiotherapeutische begeleiding nodig. Behalve als er problemen ontstaan op het gebied van beweeglijkheid of problemen met de arm aan de geopereerde kant. Richtlijnen voor de oefeningen voor het schoudergewricht • De eerste week is het niet toegestaan boven de 90° te heffen. Dat is een haakse hoek ten opzichte van uw lichaam. Dit geldt zowel voor voorwaarts als voor zijwaarts heffen. Na één week mag u het heffen langzaam gaan uitbreiden tot maximaal. • Vooral tijdens de eerste week is het belangrijk dat u de oefeningen rustig uitvoert. Beweegt u tot net voor de pijngrens! Een beetje rekpijn is toegestaan. • Herhaal een oefening vijf tot tien keer. Doe de oefeningen drie keer per dag. • Na een week mag u een oefening tien keer gaan herhalen; dit meerdere keren per dag.
Deze informatie voor patienten is met de grootste zorg samengesteld. Het betreft algemene informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. © Jeroen Bosch Ziekenhuis / www.jeroenboschziekenhuis.nl
(PMD-109, uitgave november 2015)
• Een goede houding van het bovenlichaam en de schouders is belangrijk voor het goed uitvoeren van de oefeningen. Zit of sta dus goed rechtop. • Let op dat u bij het oefenen niet met de armen gaat veren. • Het is belangrijk dat u tijdens het oefenen goed blijft doorademen. Oefeningen voor het schoudergewricht De eerste week na de operatie De eerste week na de operatie: • Een vuist maken en de hand weer openen; • De elleboog buigen en strekken; • De schouders rollend naar voor- en naar achteren bewegen.
• De nek strekken en het hoofd in 4 tellen rustig naar rechts bewegen en daarna in 4 tellen naar links.
• De handen vouwen in de bidgreep. Beweeg nu beide armen voorwaarts omhoog tot 90°. Houd hierbij de ellebogen gestrekt.
• Na één week mag u de oefening die hierboven staat langzaam gaan uitbreiden tot maximaal!
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 2 van 5
• De handen achter in de nek leggen en dan de vingers ineen-strengelen. Houd de ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze daarna rustig zo ver mogelijk naar achteren. Lukt het niet om de handen in de nek te leggen, dan kunt u ze op de wangen leggen.
• De handen achter de rug vasthouden. Dan de armen iets gestrekt van de rug af bewegen.
• Leg beide handen op de rug. Dan beide handen via de rug naar boven bewegen richting de schouderbladen
Vanaf een week na de operatie U mag de bovenstaande oefeningen blijven doen. U mag dit uitbreiden naar tien keer per oefening, dit meerdere malen per dag. U mag geen pijn krijgen tijdens het oefenen. De wond verkeert nog in een herstelfase. Vermijd zware belasting. Lichte activiteiten binnen de grenzen van de beweeglijkheid van de schouder zijn toegestaan, maar deze mogen geen pijn doen. Vanaf zes weken na de operatie Blijf oefenen tot de volledige beweeglijkheid weer normaal is. U mag in principe alles doen met de schouder en geleidelijk uw sportactiviteiten rustig hervatten. Als u bestralingen krijgt wordt de beweeglijkheid van de schouder misschien weer minder. Het is daarom belangrijk om tijdens en na deze periode te blijven oefenen tot de volledige beweeglijkheid weer normaal is. Controleer daarna ook regelmatig of deze beweeglijkheid niet verslechtert. Onderstaande oefeningen kunnen hierbij helpen.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 3 van 5
• In rugligging de arm langs het hoofd omhoog brengen. • Dit kan zo nodig met hulp van de andere arm. • Houd de rek minimaal 10 seconden aan. • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
• Staand de arm zijwaarts langs de muur omhoog bewegen. • Houd de rek minimaal 10 seconden aan. • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
• Staand de arm voorwaarts tegen de muur omhoog bewegen. • Houd de rek minimaal 10 seconden aan. • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
• Staand in de deuropening zet u de hand tegen de deurstijl. Beweeg dan de romp naar voren. • Houd de rek minimaal 10 seconden aan. Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 4 van 5
Aandachtspunten voor het lymfestelsel Heeft u een operatie ondergaan waarbij de lymfeklieren in de oksel zijn verwijderd? Dan moet u rekening houden met de volgende aandachtspunten. Wat doen de okselklieren? De okselklieren zijn een onderdeel van het lymfestelsel. Ze hebben een belangrijke rol bij het transport van vocht en eiwitten. Ook zijn de klieren belangrijk voor het onschadelijk maken van bacteriën. Het lymfestelsel speelt daarom een belangrijke rol bij het voorkomen van ontstekingen. Bij het weghalen van een groot deel van de okselklieren kan het lymfestelsel minder goed functioneren. Er kan dan vocht in de arm achterblijven. In combinatie met bestralingstherapie wordt die kans nog groter. Lymfoedeem kan zelfs nog jaren na de behandelingen ontstaan! U kunt een aantal maatregelen treffen die de kans op het ontstaan van lymfoedeem verkleinen. Hoe kunt u de kans op lymfoedeem verkleinen? 1. Voorkom wondjes: • Gebruik handschoenen in de tuin. • Gebruik geen scheermesjes bij het ontharen van de oksel. • Wees voorzichtig met huisdieren (krabben). • Kijk uit voor brandwonden (koken, oven, strijkijzer). • Krab geen puistjes of insectenbeten open. Als u toch een wondje krijgt, maak dit dan schoon met een desinfecterend middel (bijvoorbeeld Betadine jodiumzalf). Controleer het wondje regelmatig. Als het gaat ontsteken, waarschuw dan de huisarts. 2. Voorkom problemen met de afvoer van lymfevocht in de arm. Let op met: • knellende kleding, bh-bandjes, sieraden (let op bij een zware borstprothese); • manchet van de bloeddrukmeter. 3. Voorkom overbelasting en te zware inspanning: • Vermijd bepaalde (kracht)sporten. • Vermijd zwaar tillen. • Draag geen zware boodschappentas / schoudertas. 4. Wees voorzichtig met hitte- en koudeprikkels: • Vermijd hete sopjes. • Pas op met zon(nebaden), verbranden. • Wees voorzichtig met hete douches, baden en saunabezoek. 5. Let op overgewicht. Dit verhoogt de kans op lymfoedeem
Wat moet u doen bij klachten? Bemerkt u een lichte zwelling of een zwaar moe gevoel (eventueel tintelingen)? Geef uw arm rust en leg hem (’s nachts) op een kussen. Neemt de zwelling of het zware gevoel niet af, raadpleeg dan de huisarts of specialist (of gespecialiseerde verpleegkundige). Zij kunnen u, als dat nodig is, doorverwijzen naar een fysiotherapeut die gespecialiseerde kennis heeft van de behandeling van lymfoedeem. Raadpleeg hiervoor ook eventueel de websites www.nvfl.nl of www.lymfoedeem.nl.
Patientenvoorlichting jeroen bosch ziekenhuis 5 van 5