Publicatie: 2010-2013
1
Blog
Stormvloed 2013 door: Janet van Klink / 9 december 2013 De nieuwsprogramma's stonden donderdagavond 5 december uitgebreid stil bij het overlijden van Nelson Mandela. In Engeland reageerden kijkers woedend op alle aandacht die deze legende kreeg. De oud-leider van de anti-apartheidsbeweging en oud-president van ZuidAfrika was misschien wel de belangrijkste persoon op aarde. Hét symbool van de menselijkheid in deze tijd. Logisch dat zijn - hoewel niet onverwachte dood - 'breaking news' was. De kijkers van de BBC dachten hier echter anders over en reageerden massaal via online media. Waarom moest al het andere nieuws wijken voor een man die toch op leeftijd was? Engeland had juist die dag in eigen land ontzettend veel problemen. Het land had te maken met de zwaarste storm in de afgelopen decennia. Steden liepen onder. Duizenden mensen moesten hun huis verlaten of zaten zonder stroom. De schade is enorm. Het natuurgeweld kostte zelfs aan twee mensen het leven. Kijkers zaten op dat moment niet te wachten op berichten over een oude man in een ver land. Ook in Nederland domineerde Mandela plotseling het nieuws. Ik hoorde het bericht in de late uitzending van 'Hart van Nederland'. Meteen kregen we een item over zijn leven te zien. Direct daarna gaven in 'Shownieuws' bekende Nederlanders die hem ooit hadden 'ontmoet' commentaar. Iedereen kwam aan bod - of ze hem nu van honderd meter afstand hadden gezien of zelfs een hand hadden mogen geven. Bij mij maakte de berichtgeving een andere reactie dan in Engeland los. Zijn dood kwam ook voor SBS6 niet onverwacht. In juni ging het al slecht met Mandela en toen nam de zender blijkbaar meteen maatregelen. In het item van Hart van Nederland werd vermeld dat de 95jarige oud-president 94 jaar was geworden. De BN'ers in Shownieuws 2
vertelden over hem met op de achtergrond nog groene bladeren aan de bomen. Het was bijna lachwekkend. Sinds de plotselinge moord op president Kennedy in november 1963 hebben de grote nieuwsprogramma's van ieder belangrijk persoon een necrologie op de plank liggen. Dat is verstandig. Zo hoeft er net als vijftig jaar geleden niet in alle haast te worden gezocht naar informatie over de overledene, maar is er altijd iets voorhanden. De kijkers hebben daar direct na een schokkende gebeurtenis zeker behoefte aan. Na een half uur weten we wel wat die persoon voor het land of voor de wereld heeft betekend. Je hoeft niet constant dezelfde beelden te zien. Zeker niet als die deels achterhaald zijn en de persoon de hele week in aanloop naar de uitvaart nog centraal staat. Al helemaal niet als zich in eigen land op hetzelfde moment verschrikkelijke gebeurtenissen voordoen. De kijkers die meer willen weten over de persoon in kwestie zoeken dan maar op internet. Ik vind het onverstandig van de BBC om Mandela de avond van de storm het nieuws te laten domineren. De omroep heet niet voor niets 'British Broadcasting Corporation'. De berichtgeving moet in eerste instantie gericht zijn op de eigen bevolking. Het is dan ook begrijpelijk dat onder de kijkers een storm aan reacties is losgebarsten. Nederland (ont)leest door: Janet van Klink / 29 oktober 2013 Op 1 november start de landelijke campagne 'Nederland Leest'. Terwijl bibliotheekleden die maand massaal 'Erik of het klein insectenboek' van Godfried Bomans lezen, verdwijnen op het platteland de bibliotheken zelf. Vorig jaar ontdekte ik het Walhalla voor lezers in Nederland. Een plek waar duizenden boeken over honderden meters staan uitgestald. Van unieke exemplaren van meer dan een eeuw oud uit de voormalige koloniën tot hedendaagse bestsellers van bekende auteurs. Alles staat keurig geordend op thema. Het allermooiste van deze grote leeszalen is: iedereen kan zo een boek uit de kast pakken en ongestoord een hele dag in één van de vele zithoekjes gaan lezen. Ook 's avonds en op zaterdag. Dan heb ik het nog niet eens over het materiaal dat in het magazijn is opgeslagen of online verkrijgbaar is. Kortom, de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag is een waar paradijs voor iedereen die van lezen houdt. Dat allemaal voor slechts 15 euro per jaar.
3
Hoe anders vergaat het de plekken waar mijn leeshonger ooit begon. De dorpsbibliotheken in Oostvoorne en Rockanje zijn natuurlijk niet bepaald te vergelijken met de Koninklijke. Toch is alles wat een gemiddeld lezer zoekt aanwezig. Romans, informatieve boeken, kinderboeken, kranten, tijdschriften, etc. Helaas zijn de boekenplanken zijn steeds minder vol. Bovendien denkt de bibliotheekdirectie dat alleen niet-werkenden nog tijd hebben om te lezen. De avondopeningstijden zijn vorig jaar geschrapt. Ook aan die doelgroep wordt zelfs al getwijfeld. Gemeente en bibliotheek zoeken nu gezamenlijk naar andere vestigingslocaties, omdat de huidige gebouwen te duur zijn. Hun voorkeur gaat uit naar een basisschool. Net als in buurgemeenten. De initiatiefnemers stellen dat met een locatie in de buurt van kinderen het mes aan twee kanten snijdt. In de school komt de nadruk op jeugdliteratuur te liggen. Te weinig kinderen lezen. Tegelijkertijd neemt de volwassenencollectie in omvang af. Gemeente en bibliotheek stellen echter dat volwassenen straks voldoende aan hun trekken komen. Ze kunnen boeken uit andere vestigingen bestellen en het aantal digitale boeken neemt toe. Het klinkt dus allemaal veelbelovend. Maar, is het dat ook? Ik heb er mijn twijfels over als ik denk aan dat prachtgebouw in Den Haag. Volwassenen moeten net als kinderen ongedwongen kunnen rondsnuffelen. Het is belangrijk om boeken te zien staan en uit de kast te kunnen pakken. Dan kom je in aanraking met literatuur die je anders niet snel uit een catalogus zou kiezen. Alleen een ervaren lezer kan online een goed afgewogen keuze maken. Een nieuwe vestiging heeft niets te maken met een verbeterd leesaanbod. Het lijkt een ouderwetse, ordinaire bezuinigingsslag. Een actie als 'Nederland Leest' om de bevolking in één maand massaal aan het lezen te krijgen is mooi. Nog mooier is het als we twaalf maanden lang - ook in de polder - van literatuur kunnen genieten. Goede doelen boycot door: Janet van Klink / 13 september 2013 In de eerste week van september deed mijn moeder iets ongebruikelijks: ze stuurde de KWF-collectant door. Na alle commotie rondom het sponsorevenement Alpe d'HuZes mocht er dit jaar geen cent naar het fonds. Het KWF is misschien wel het meest gevoelige goede doel dat er bestaat. Wie heeft er niet een dierbare aan kanker verloren? Trouw deed mijn moeder een paar euro in de collectebus. Haar gift is peanuts in vergelijking met grote 4
acties, waar miljoenen ter bestrijding van die vreselijke ziekte zijn binnengehaald. Zo bestaat sinds 2006 Alpe d'HuZes voor de financiering van kankeronderzoek. Wielrenners beklimmen op vrijwillige basis de legendarische Alpe d'Huez. Helaas bleek niet alleen het KWF een dankbare ontvanger te zijn. De oprichter van het evenement gaf zichzelf via een slinkse constructie zo'n twee ton aan salaris. Het KWF wist als medebeheerder van het geld van de situatie, maar had daar naar eigen zeggen niets over te zeggen. Daar fiets je dan zes keer op één dag die berg voor op. De zaak kwam in augustus aan het licht. Een uiterst ongelukkig moment voor het KWF. De collecteweek stond voor de deur. Voorkomen moest worden dat de collectebus leeg bleef. Honderdduizend vrijwilligers gingen daarom getraind op stap. Ze kregen duidelijke aanwijzingen over hoe ze met alle kritiek moesten omgaan. Ook de familie Van Klink was ditmaal echter voorbereid. Moeder en dochter moesten echtgenoot en vader plechtig beloven helemaal niets te geven. De ons bekende collectant kwam, was er laconiek onder en ging gewoon door naar de buren. Toch voelde het een beetje vreemd. Een vrijwilliger doorsturen voor een dergelijk luttel bedrag gaat tegen je principes in. Vooral als een groot deel van je familie door kanker de dood vond. Maar, je heel veel geld over de rug van doden en zieken toe-eigenen valt niet goed te praten. Het is niet de eerste keer dat de familie een machtige organisatie boycot. Een halve eeuw geleden mocht mijn oma van moederskant van mijn opa al niet meer aan het Rode Kruis geven. Als zeevarende had hij met eigen ogen de hulpgoederen op de kade in een ontwikkelingsland zien liggen verrotten. Dat deed bij hem de deur dicht. De twijfelachtige besteding door goede doelen is natuurlijk natuurlijk niets nieuws. Veel bleef en blijft aan de strijkstok hangen. Zowel in de westerse wereld als in ontwikkelingslanden en rampgebieden. Een deel van het geld gaat in Nederland op aan administratie, reclame en (hoge) salarissen. Aan de andere kant van de aardbol vallen de donaties soms in handen van corrupte bestuurders. Kortom, overal ter wereld worden mensen beter van de ellende van hun medemens. Wat doe je als individu tegen deze misstanden? Slechte publiciteit is nooit goed. Vaak weten de goede doelen zich daar toch wel weer uit te praten. Bij overduidelijk wangedrag helpt maar één ding: niet doneren. Je raakt de goede doelen het hardst in hun portemonnee. Zo help je de hulpbehoevenden misschien nog meer. Rustig slapen 5
door: Janet van Klink / 13 juli 2013 De anders zo lege publieke tribunes van de raadzalen in Brielle en Rockanje waren een paar keer tot de laatste stoel bezet. Bewoners van boten en recreatiewoningen kwamen massaal in opstand tegen hun gedwongen vertrek. De colleges van B en W van de geuzenstad en de kustgemeente gaan strikter handhaven. 'Illegale' inwoners kregen na tientallen jaren van gedogen van de ene op de andere dag dezelfde boodschap: vertrekken. In Brielle moesten de mensen die permanent op een boot in de haven wonen plaatsmaken voor toeristen en recreanten. Buurgemeente Westvoorne wilde korte metten maken met de bewoning van caravans en recreatiewoningen. De aangeschrevenen pikten het niet en verzetten zich in de pers en in de raadzaal tegen hun noodgedwongen vertrek. En met succes. Voor de bootbewoners geldt een uitsterfconstructie. Iedereen die nu in de winter in de haven van Brielle ligt mag blijven. De meeste landrotten in Westvoorne krijgen een persoonsgebonden beschikking. Als niet-jurist wil ik geen oordeel vellen over de juridische kant van deze kwestie. Vanaf de perstribune van Westvoorne in de raadzaal in Rockanje vielen mij de heftige politieke reacties des te meer op. Het algemeen oordeel van de gemeenteraad luidde dat de menselijke maat bij het toepassen van de wet in deze gemeente wel heel erg ver te zoeken was. Schandalig hoe het dagelijks bestuur de burger bij het handhavingsbeleid behandelde. Een raadslid verklaarde zelfs 'nachtenlang van al deze ellendige verhalen wakker te hebben gelegen.' De wethouder moest van de gemeenteraad binnen een maand met oplossingen komen. En zo geschiedde. De Westvoornse politiek kan weer rustig gaan slapen. Als toeschouwer van de politieke discussies viel me een belangrijk aspect op. De 'illegalen' zijn neergezet als slachtoffers. Waarom? Laat duidelijk zijn. Het gaat hier om mensen die hoogstwaarschijnlijk heel goed wisten dat ze met hun bewoning de regels overtraden. Dan kan je op een dag de gevolgen verwachten. Dat de politiek aandringt op een gedoogbeleid is een wettelijke keuze. Maar houd de motivatie zakelijk. Want wie wordt door dit besluit pas echt getroffen? De burgers die nooit in een recreatiewoning zijn gaan wonen of daar zijn uitgezet of zelfs voor veel minder grote zaken dwangsommen betaalden en geldverslindende procedures tegen de gemeente voerden. Deze groep heeft al lang verloren en is nu uitgespeeld. Voor de politieke partijen lijkt het weinig uit te maken wie de winnaars en verliezers van het handhavingsbeleid zijn. In aanloop naar woensdag 19 maart 6
2014 hoeven ze net als bij de jop alleen maar voor redder in nood te spelen. Voor de gemeenteraadsverkiezingen telt iedere stem. Die van iedere inwoner in een huis, recreatiewoning, caravan of op een boot - is dan natuurlijk mooi meegenomen. Waarschuwingsplicht door: Janet van Klink / 31 mei 2013 Bewoners van een nieuw appartementencomplex in Oostvoorne zijn boos. Zonder hun medeweten staat er straks een jongerenontmoetingsplaats (jop) voor hun neus. De pas dit jaar opgeleverde appartementen staan tegenover een prachtige ruïne. Op die plek vertoefde ooit de roemrijke gravin Jacoba van Beieren. De bewoners kochten hun luxe appartementen - waarvan het penthouse bij één miljoen euro kost - met de wetenschap dat het naastgelegen grasveld een paar keer per jaar zou worden gebruikt als evenemententerrein. Ze wisten toen niet dat ze ook nieuwe buren zouden krijgen. De gemeente nodigde de omwonenden en organisatoren van evenementen onlangs uit om een plek voor de jop op de Hofwei aan te wijzen. Dit weigeren ze. De omwonenden kondigen in plaats daarvan een schadeclaim aan. Natuurlijk is de jop heerlijke kost voor de lokale en regionale journalistiek, waaronder ik. Boze burgers in de krant. Kan het nog mooier? Voor nieuws hoef je zo niet ver te zoeken. Het komt vanzelf naar je toe. Vooral als de politiek er nog een schepje bovenop doet. De wethouder krijgt het ene verwijt na het andere naar zijn hoofd geslingerd. Enkele raadsleden namen het hem deze week bijzonder kwalijk dat hij niet van tevoren met de omwonenden heeft gesproken. 'Niet erg handig,' luidde de mildste reactie. Een ander verweet hem zelfs dat hij de raad willens en wetens verkeerd heeft voorgelicht. Ik kan me de woede van de bewoners van het appartementencomplex goed voorstellen. Hebben ze hier al die jaren voor geleefd? Om vanuit hun chique optrekje naar een stel snotneuzen te kijken? Het is de taak van de media om deze kritiek op het gemeentelijk beleid naar buiten te brengen. Persoonlijk vind ik de keuze voor deze locatie bovenal van weinig cultureelhistorisch besef getuigen. Het zou hetzelfde zijn als de jeugd over zes eeuwen naast de restanten van Paleis Huis ten Bosch aan het chillen zou zijn. Onvoorstelbaar. Ik begrijp dan ook dat de bewoners totaal overdonderd zijn. Wie verwacht nu dat er zo'n gedrocht komt op de belangrijkste locatie van het dorp?
7
Maar, het verhaal zit toch iets genuanceerder in elkaar. De omwonenden hadden op de hoogte kunnen zijn. Het ontwerpbestemmingsplan waar de jop onder valt lag tot en met 3 april ter inzage. Ik heb hier in de krant van woensdag 27 maart nog melding van gemaakt. De gemeenteraad ontving de zienswijze van de bewoners van het appartementencomplex bijna twee weken te laat. Misschien valt de wethouder iets te verwijten, maar formeel niet. Hij doorliep de gebruikelijk procedures om de burgers te informeren. De politiek had ook voortijdig kunnen waarschuwen. Was er dan niemand die een briefje daar in de bus kon doen of persoonlijk langsgaan? Alle politici wisten van het voornemen, maar pas achteraf namen ze actie. Zo worden de jongeren en bewoners van het appartementencomplex ingezet voor politiek gewin. De gemeenteraadsverkiezingen zijn immers al volgend jaar. Een paar stemmen extra kan uiteraard nooit geen kwaad. Voor de burgers zit er dus uiteindelijk meer één ding op: wees altijd zelf op je hoede. Neutrale dag door: Janet van Klink / 13 april 2013 Op 5 mei viert Nederland de vrijheid. Eigenlijk moeten pas in augustus alle vlaggen worden gehesen. Toen het vaderland was bevrijd werden landgenoten aan de andere kant van de wereld nog maandenlang onderdrukt. In aanloop naar 4 en 5 mei staan verhalen over de Tweede Wereldoorlog weer in de media centraal. Herinneringen aan de joodse slachtoffers, daden uit het verzet, optreden van de bevrijders en anekdotes over de bevrijding. Bijna zeventig jaar later komen er ieder voorjaar onvertelde verhalen boven. In bijna alle gevallen hebben die één ding gemeen: de gebeurtenissen spelen zich af op Europees grondgebied. De onderdrukking, de strijd en de overwinning op nazi-Duitsland. Maar, op het moment dat in Nederland de feestvreugde losbarstte stierven er nog steeds landgenoten. Op duizenden kilometers afstand. In Nederlands-Indië. Tot op de dag van vandaag is dat voor veel overlevenden op 5 mei een wrange gedachte. Pas op 15 augustus 1945 kwam er door de capitualtie van Japan een einde aan de oorlog in de kolonie. De vrede bleek geen vrijheid. Nederlanders stierven door ziekte en verzwakking. Japanse militairen kregen zelfs de opdracht de orde en rust te bewaren totdat de geallieerde troepen de macht konden overnemen. De Bersiap-periode brak aan. Velen keerden terug naar het vaderland. Pas in 1970 is op 15 augustus de eerste Indië herdenking in Den Haag gehouden. Tien jaar later werd dat een jaarlijkse gebeurtenis. De media8
aandacht is niets in vergelijking met 4 en 5 mei. Wat voor de nabestaanden misschien nog erger is: vrijwel niemand vlagt op die dag. Van gezamenlijk verdriet en vreugde is meer dan een halve eeuw later nog altijd geen sprake. Hoe mooi is het dan niet dat de plaquette voor de oud-leerlingen van de hbs in Brielle dat onderscheid niet maakt. Al in 1947, toen de inzamelingsactie voor een blijvende herinnering op initiatief van de reünisten begon. De 32 namen zijn omgekomen (joodse) burgers, militairen, koopvaardijmensen en verzetsmensen. Ze zijn in verschillende fases van de oorlog en in werelddelen omgekomen. Van het eerste Nederlandse oorlogsslachtoffer in november 1939 in Venlo tot aan een vrouw die ziek uit een jappenkamp kwam en in februari 1946 op weg naar huis op een schip overleed. Die twee kwamen om toen voor Nederland de oorlog nog niet begonnen was en al was beëindigd. Maar, voor hun oud-klasgenoten was een slachtoffer een slachtoffer. Ooit waren zij allemaal leerling van die statige hbs. De namen op de plaquette tonen iets fundamenteels. Ieder mens is gelijk. Tot de dood toe. Dat was in de Tweede Wereldoorlog, overal ter wereld, wel anders. Nabestaanden komen eind april voor de onthulling van de plaquette in het nieuwe schoolgebouw naar Brielle. Net als in 1949. Alleen wordt die niet net als 64 jaar geleden op 4 mei onthuld. Dat gebeurt nu op een neutrale dag. Persoonlijk frustratieplatform door: Janet van Klink / 28 februari 2013 De rubriek 'lezers schrijven' zou iedere week een pagina in de lokale krant kunnen beslaan. Burgers zetten massaal hun frustraties op papier. Of dit helpt is maar de vraag. 'Geachte redactie, hopelijk bent u bereid mijn brief in uw krant te plaatsen.' Regelmatig verschijnt dit verzoek in mijn mailbox. Meestal zijn de brieven van dezelfde schrijvers. Want, ze barsten pas goed los als hun bericht al een keer in de krant heeft gestaan. De betrokken burgers willen het liefst iedere week hun hart luchten overal allerlei zaken in de gemeente: de hoeveelheid hondenpoep, de bouw van een bejaardenhuis, de locatie van een discotheek, de komst van strandhuisjes en de onrechtmatige besteding van subsidies. Over bijna elk denkbaar onderwerp hebben ze een mening. De enorme lokale betrokkenheid is een landelijke trend. Het EO-programma 'De Vijfde Dag' bracht half januari een documentaire over veelschrijvers naar overheden. Heel herkenbaar. Brievenschrijvers richten zich aanvankelijk slechts op één onderwerp. Vaak iets wat hen direct raakt, zoals een aanbouw van de 9
buren of de uitstoot van een fabriek. Als de gemeente niet goed reageert, procederen ze tot aan de hoogste instantie om hun gelijk te krijgen. Dat niet alleen. Ze klimmen ook in de pen voor tal van andere onderwerpen waar naar hun mening de burgers groot onrecht wordt aangedaan. Tot aan de koningin toe. De schrijvers zijn strijders voor rechtvaardigheid! Of al die brieven effect hebben? 'De Vijfde Dag' schetste de gevolgen. Veelschrijvers zetten ambtenaren aan het werk. Zij moeten veel tijd aan de klachten besteden. Tijd is - ook voor de overheid - geld. Soms antwoorden gemeenten na verloop van tijd helemaal niet meer. De boze burgers komen op een zwarte lijst. Voor een lokale krant ontstaat een soortgelijke situatie. Een goed onderbouwde brief is altijd welkom en draagt bij aan een kritische inhoud. Niet als lezers wekelijks over hun ergernissen schrijven. Dan hebben de bijdrages niets met meer een 'lezers schrijven' rubriek te maken, maar is die rubriek meer een 'persoonlijk frustratieplatform'. De meeste veelschrijversbrieven belanden dus in de prullenbak. Wat zou er gebeuren als een redactie die toch iedere week zou plaatsen? Ik neem aan dat die brieven effect hebben. Maar, het tegenovergestelde. Lezers nemen de schrijvers en zelfs de krant niet meer serieus. Of ze lezen hun berichten helemaal niet meer. Ik geloof nooit dat het helpt om je frustraties zo vaak publiekelijk te uiten. Niet alleen de gemeente zet je buitenspel, maar ook het publiek. De schrijvers zijn dan de grootste verliezers. Ongeacht of ze strijden voor de goede zaak. Schrijvende lezers zijn geen columnisten. Ze mogen niet verwachten dat hun brieven iedere week in de krant staan. Dat is ook voor hun eigen bestwil. Mijn raad aan de veelschrijvers is: stop! Publiceer op het juiste moment en over onderwerpen waar het echt om gaat. Dan bereik je uiteindelijk veel meer. Papegaaiengedrag door: Janet van Klink / 2 februari 2013 Het is toch gebeurd. Koningin Beatrix maakte vorige week bekend afstand te doen van de troon. Bijna 33 jaar na haar moeder. De vorstinnen deden dit ieder op hun eigen manier. Ook in 1980 deden de geruchten over een abdicatie al jaren de ronde. Op de laatste dag van januari was het zover. De aankondiging kwam als een verrassing. Zelfs voor de ministersploeg. De NOS moest een paar uur van tevoren voor de opname naar paleis Soestdijk komen. Daar aangekomen bleek dat vorstin en opnameploeg een andere kijk op de uitzending hadden. 10
Koningin Juliana wilde uitdrukkelijk haar papegaaienkooi op de achtergrond. De NOS vond dit geen goed idee. Immers, dan zou het volk twee keer te horen krijgen dat zij zou gaan aftreden. De eigenzinnige Juliana zou echter niet van haar standpunt hebben willen afwijken. Uiteindelijk draaide de camera zodanig dat het dier tijdens deze historische opname niet in beeld kwam. Haar dochter valt geen papegaaiengedrag te verwijten. Koningin Beatrix hield de aankondiging van haar abdicatie zichtbaar strak in de hand. De opname door de RVD in plaats van de NOS zorgde er niet alleen voor dat het nieuws niet uitlekte. Ook over de uitzending was vooraf erg goed nagedacht. Geen gesteggel vooraf over wat wel en niet in beeld moest komen. Gewoon een bloemetje op tafel, een schilderij aan de muur en een lamp op de achtergrond. Sobere blauwe kleding. De omgeving leidde kortom niet af van de gewichtige woorden van de koningin. Met de tekst kon bovendien niets misgaan. Haar boodschap en dankbaarheid richting het volk - hoe welgemeend - waren strak van de autocue afgelezen. Zo regeerde de vorstin duidelijk dit voor haar zo belangrijke moment. Ik begrijp daarom niet waarom veel Nederlanders zo geraakt zijn door de aankondiging van de abdicatie. Het is niet alleen wat je zegt, maar ook hoe je iets zegt. Deze koningin is een perfectionist. Dat is een goed streven. Tegelijkertijd kan perfectionisme spontaniteit en dus een zekere warmte tegenhouden. Zelfs de camera stond letterlijk op een zekere afstand van haar. Ik vond deze boodschap van de 'moeder van alle Nederlanders' na meer dan dertig jaar koningschap te zakelijk. Haar moeder deed meer dan dertig geleden juist bijna het tegenovergestelde. Zij zat in haar eigen kamer. Omringd door haar eigen spullen. Alsof je bij haar op bezoek was. Haar woorden las zij van een papiertje, terwijl de camera langzaam op haar inzoomde. Desalniettemin heeft de NOS in 1980 gelijk gehad. Een papegaai - een dier dat staat voor gekkigheid - hoort niet in zo'n historisch moment thuis. Voor een vorstin is het niet alleen belangrijk wie je bent, maar des te meer je wat bent. Monarchie moet bovenal waardigheid uitstralen. Een beetje zakelijkheid is noodzakelijk. Het is dus toch maar goed dat Beatrix haar moeder niet helemaal heeft nagedaan. Nieuw(s)jaar door: Janet van Klink / 28 december 2012 Met 31 december in aantocht ontkomen televisiekijkers er bijna niet aan. De jaaroverzichten 2012. Iedere zichzelf respecterende omroep zendt er minstens één uit. 11
Minstens één. Want, de grote omroepen in het kleine Nederland kunnen niet meer met één jaaroverzicht voor de dag komen. Recordhouder dit jaar is de NOS. De publieke omroep heeft niet minder dan zeven jaaroverzichten: voor het Journaal, de sport, de Olympische Spelen, de Paralympische Spelen, het Koninklijk Huis, het Jeugdjournaal en de doden. Ook de commerciële omroep wil zich onderscheiden. De zender RTL brengt aparte jaaroverzichten over de onderwerpen waar die heel het jaar al in uitblinkt: de economie en de showbizz. Tja, voor ieder wat wils. Het is natuurlijk te verklaren waarom nieuwszenders een eigen jaaroverzicht hebben. De onderwerpen zijn grotendeels hetzelfde, maar ieder programma brengt het nieuws op een andere manier en heeft een eigen publiek. Een jaarlijkse terugblik is ook meer een gewoonte geworden. Zonder jaaroverzicht ben je niemand in medialand! Waarom maken de omroepen dan ook nog eens onderscheid tussen onderwerpen? Waarom moet de NOS zeven jaaroverzichten uitzenden? Wat mij betreft kunnen die beperkt worden tot het Journaal, de sport en het Jeugdjournaal. De overige vier overzichten passen daar prima in. Ik vind jaaroverzichten sowieso niet meer zo van deze tijd. In het pretelevisietijdperk blikte het Polygoon Journaal terug op het jaar. Dat was bijzonder nuttig toen we beelden alleen in de bioscoop konden zien. De jaaroverzichten waren ook nuttig toen we alleen nog televisie hadden. In het pre-internettijdperk had Nederland waarschijnlijk uitgekeken naar de spectaculaire turnoefening van Epke Zonderland tijdens de Olympische Spelen. Nu is zijn naam op Google in te tikken. Een terugblik staat 24 uur per dag, zeven dagen per week tot ieders beschikking. Jaaroverzichten hoeven natuurlijk niet alleen voor bepaalde fragmenten te worden uitgezonden. Die zijn met de nodige analyses meer evaluerend geworden en lijken antwoord te moeten geven op prangende vragen als: waar staan we met het land? Wat hebben we gepresteerd? Wanneer hebben we gefaald? We voelen ons bij het terugzien van de beelden weer even massaal trots op Epke, leven mee met prins Friso en ergeren ons aan het nieuwe kabinet. De vele jaaroverzichten maken de balans op van 2012 en maken ons trots, verdrietig en woedend. Ik ben nu al benieuwd naar de volgende jaaroverzichten. Voor nieuws hoefde je in 2012 niet ver te zoeken. Wat gaat 2013 bieden? Voor de media is dat zonder vlammende Olympische Spelen onzeker. Tussentijdse verkiezingen zijn inmiddels meer regel dan uitzondering. Alleen iets onverwacht kan de media redden. Een troonswisseling? 12
Eeuwige vlam door: Janet van Klink / 26 oktober 2012 Woensdag plaatste het AD eens een artikel over mij. Ik had me ingezet voor de verplaatsing van een plaquette voor oorlogsslachtoffers. Deze week was het zover. Twee jaar na de bevrijding besloten de reünisten van de hbs in Brielle dat er een blijvende herinnering aan hun 32 gevallen schoolmakkers, waaronder mijn oudoom, moest komen. Een inzamelingsactie volgde. Op 4 mei 1949 was de onthulling van de plaquette in de vestibule van het schoolgebouw. Een aanwezig familielid wist zich 62 jaar later nog te herinneren dat het zwart van de mensen zag. In die eerste jaren na de Tweede Wereldoorlog moet de plaquette een centrale rol in de school hebben gehad. Niet alleen bij dodenherdenking. Zo zou een lerares liefdevol voor een bloemetje bij het kleine monument hebben gezorgd. De hoofdingang van het schoolgebouw verplaatste echter ergens in de jaren zeventig en de plaquette raakte in de vergetelheid. Mijn opa vertelde mij jaren geleden wel over een monument in de middelbare school waar zijn op een onderzeeboot gesneuvelde oom nog op moest staan. Ik onthield dat. Vorig jaar zag ik de plaquette pas voor het eerst. Ik schrok. De ooit zo statige vestibule was nu meer een opslagruimte. Waarom hing de plaquette daar dan nog? Vrijwel niemand zou die 32 namen lezen. We moeten toch een beetje respect hebben voor oorlogsslachtoffers die vaak niet eens een graf hebben. Niet iedereen ziet het belang in van een blijvende herinnering. Zo bleek al eerder in familiekring. Een herinneringsplaat voor mijn in Indië onthoofde achterneef belandde ooit tussen het afval! Waarom doen mensen dit? Ik vermoed dat een dergelijke lakse houding geen kwestie van willekeur is. Het past eerder bij de Nederlandse volksaard. Neem het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam. Dat staat centraal bij de jaarlijkse Nationale Dodenherdenking op 4 mei. Zelfs de koningin rouwt daar om alle gevallenen. De rest van het jaar luiert iedereen gewoon op het belangrijkste oorlogsmonument van het land. Hoe anders vereert men oorlogsslachtoffers in het buitenland. Geen denken aan dat ik ooit het graf van de onbekende soldaat in Warschau betreed. Word ik meteen door twee militairen in de kraag gegrepen! Dat zal ik om dezelfde reden ook maar niet in Rome of Moskou proberen. Daarnaast branden eeuwige vlammen. Nooit zal de bevolking vergeten wat er in die donkere dagen is gebeurd. Kortom, in vele andere hoofdsteden worden nationale 13
monumenten met groot respect behandeld. Alleen in het land van dominees en kooplui gaat men na 4 mei gewoon weer over tot de orde van de dag. Brielle vergeet de omgekomen oud-leerlingen de komende jaren vast en zeker niet. De plaquette verhuist volgend jaar naar het onlangs geopende schoolgebouw. Dan krijgt die eindelijk weer een plek tussen de leerlingen. Saillant detail: naast de 32 namen staat een vlam afgebeeld. Ook hier blijft het vuur dus - voorlopig - voor altijd branden. Verkiezingsmoe door: Janet van Klink / 17 september 2012 De Tweede Kamerverkiezingen zijn hoogtijdagen voor politicologen. Althans, dat zou zo moeten zijn. In werkelijkheid ben ik blij dat Nederland heeft gestemd. In de weken voor 12 september was er werkelijk geen ontkomen meer aan: overal in de media doken lijsttrekkers en overige kandidaten op. Vooral televisiemakers waren dol op de verkiezingen. Wat is daar mis mee? Bij de actualiteitenprogramma's kan en moet je hun aanwezigheid ook verwachten. Reportages bieden ons inzicht in de warrige wereld van politiek. Waar staan alle partijen voor? Wie zijn die mensen die ons zo nodig willen vertegenwoordigen? Hoe de steken campagnes in elkaar? Bovendien kunnen debatten in een maatschappij met zwevende kiezers veel duidelijkheid scheppen. Kiezers konden door de vele scherpe discussies op televisie bewuste keuzes maken. Zo viel er op 12 september echt iets te kiezen. Die keuzes waren nodig. Maanden geleden vroegen bekenden mij: 'weet jij op wie ik straks moet stemmen? Ik stem altijd op dezelfde partij, maar nu weet ik het echt niet meer.' Helaas! Stemadvies geven doe ik (uiteraard) niet. Daar zijn campagnes voor! Wat bleek? Mijn bekenden waren maanden later nog in verwarring. Dat niet alleen. Ze kotsten op dinsdagavond 11 september van al die koppen op tv. Dacht je na 'EenVandaag' tot 'Nieuwsuur' drie uur zonder verkiezingen te kunnen kijken; dan had je het mis. Bij 'De Wereld Draait Door' waren de lijsttrekkers wekenlang aan. Nee, dus weer met die hand naar de afstandsbediening om noodgedwongen te zappen naar een ander zender. Terwijl je hiermee al bij 'Koffietijd' was begonnen. Een bekend Engels gezegde luidt: 'less is more'. Voor menig kiezer ging deze regel in aanloop naar 12 september blijkbaar op. Alle media-aandacht was gewoon teveel. Toch is de kijker niet alles ontgaan. De rol van de peilingen lijkt wel van groot belang. VVD en PvdA hebben niet voor niets aanzienlijk 14
gewonnen en veel middenpartijen 'leeggezogen'. De campagnes werden de laatste dagen neergezet als een titanenstrijd en dat begrepen de kiezers. Mijn kennissen kondigden het vooraf en achteraf ook al klip en klaar aan. 'Nee, ik ga toch geen SGP stemmen, maar lekker strategisch.' Een D66'er vertelde dat ze dit keer een uitstapje naar de VVD heeft gemaakt. Alles om maar te voorkomen dat de 'linkse bende' de verkiezingen zou winnen. In die overvloed aan informatie waren de nodige analyses. Ik vond die van het programma 'Man Bijt Hond' ronduit treffend. Een verveelde caissière zei: 'wij wachten altijd tot op het laatste moment met stemmen. Dan stemmen we op de grootste partij in de peilingen en hebben gegarandeerd een leuke avond.' Gezien de uitslag hebben de meeste kiezers net als zij een 'leuke avond' gehad. Goud voor Oranje door: Janet van Klink / 10 augustus 2012 De opening van de Olympische Spelen in Londen was met Queen Elizabeth, James Bond, Rowan Atkinson en Paul McCartney één groot Brits feest. Dat bleef het de volgende twee weken. Van de 204 vlaggen die het stadion werden binnengedragen domineerde er één de media: the Union Jack. NOS-correspondent Arjen van der Horst neemt iedere ochtend de Britse kranten door. Zijn analyses leveren opmerkelijke resultaten op. De Olympische successen van het thuisland worden breed uitgemeten. Voorpaginanieuws! Terecht. Een gouden plak verdient een ereplaats in de krant. Buitenlandse winnaars krijgen echter opmerkelijk minder aandacht. Op een gigant als sprinter Usain Bolt na. Hij won donderdag na de 100 meter ook de 200 meter. Of zou dat zijn geweest om het 9-2 verlies van de Britse hockeyers tegen Nederland diezelfde avond te verbloemen? Slechts één krant berichtte over de vreselijke nederlaag in de halve finale van het Olympisch hockeytoernooi bij de mannen. Een nieuwsbericht dat zich beperkt tot een aantal regels is voor een winnaar vernederend. Wielrenster Marianne Vos overkwam erger. Columniste Jan Moir van Daily Mail noemde haar botweg 'some bitch from Holland', nadat de Nederlandse haar landgenote tijdens de wegwedstrijd versloeg. Schrijven vanaf een pc is altijd de veiligste weg. Een uitnodiging van RTL4 sloeg Moir af. Wel volgde een e-mail, maar zonder excuses. Een bezoek van oud-judoka Dennis van der Geest aan het kantoor van Daily Mail leverde weinig op. Mevrouw was niet aanwezig. Van de Britse kranten is het onprofessioneel om zo te schrijven. Ook in de sportjournalistiek moet verslaggeving enigszins 15
evenwichtig zijn. In ieder geval met de nodige aandacht voor verliezen en successen van alle nationaliteiten. Nog erger is een journalist die voor het oog van de natie een landgenoot afvalt. Mart Smeets lijkt op het eerste gezicht een vaderlandsgetrouwe man. 'Wij hebben weer goud!' Ik hoor hem die zin zo vaak uitspreken. Niets is minder waar. Hij weet eveneens wat schofferen is. Volleybalster Manon Flier plaatste zich met de nationale ploeg niet voor de Olympische Spelen. Reden genoeg voor Smeets om haar genadeloos aan te pakken. De reacties in het land liegen er niet om: afzeiktelevisie! Uit een poll blijkt dat bijna driekwart van de Telegraaflezers vindt dat hij nu echt weg moet. Op het internet geven kijkers hun ongezouten mening. 'Mart Smeets is een volgevreten zakkenwasser die allang zonder gouden handdruk weggeschopt had moeten wezen.' Eén persoon wist Mart Smeets tijdens de Olympische Spelen van zijn troon te stoten. Kroonprins Willem-Alexander gaf hem er tijdens een televisie-interview onverwacht van langs. Hij had Smeets acht jaar geleden horen zeggen dat hij paardensport geen sport vond. De zelfverzekerde journalist sputterde na deze confrontatie even tegen en schakelde snel over op een ander onderwerp. Goud voor Oranje! De familiepremier door: Janet van Klink / 10 juli 2012 Weg met die vrijgezel! Nederland heeft in deze tijden behoefte aan een familiepremier. Een vader die weet wat zijn volk echt nodig heeft. Diederik Samsom lijkt er klaar voor. De PvdA-lijstrekker laat zich in het verkiezingsspotje zien als een keurige huisvader, die liefdevol boterhammen voor zijn twee kinderen smeert. Hij kreeg in de afgelopen weken echter harde kritiek op zijn optreden. Samsom mag zijn kinderen niet als stemmentrekkers gebruiken. Op tv, in de dagbladen en op Twitter verschenen negatieve berichten van zowel bekende als onbekende Nederlanders. Terecht. Nederlanders krijgen pas op hun achttiende actief en passief kiesrecht. Deze minderjarigen doen volop mee in de campagne. Natuurlijk, ze zijn niet de eerste kinderen die voor hun vader stemmen moeten trekken. Lilian Marijnissen stond in 1989 al op een verkiezingsaffiche. Samsom is wel de eerste politicus die zijn gehandicapte kind inzet. Hij spreekt vol bewondering over zijn dappere dochter Benthe, die haar beperkingen weet te overwinnen. Zij is zijn 'drive'. Samsom laat zo duidelijk zien dat hij anders is 16
dan vrijgezel Mark Rutte, de liberale tegenstander. Hij neemt ook een andere houding in dan zijn voorganger bij de PvdA. Job Cohen, nog niet zo lang geleden de gedoodverfde premier, heeft een gehandicapte vrouw. Meer dan dit feit is de Nederlandse kiezer bijna niet over haar te weten gekomen. Ik waardeer het als mensen geen gebruik of zelfs misbruik maken van een handicap. Beperkingen overkomen je, maar zijn zeker geen eigenschappen om trots op te zijn en om mee te koop te lopen. Voor de jonge Benthe Samsom hoop ik vooral dat zij geen schade van het spotje ondervindt. Zowel nu als later. Theodor Holman van het Parool waarschuwt haar vader dat zij onderdeel van discussies kan uitmaken. Samsom zegt als volgens hem als het ware: 'als ik Nederland niet goed verander, als ik andere, rechtse partijen de kans geef, loopt het slecht af met mijn dochter'. Reden genoeg voor politieke tegenstanders om te zeggen dat zijn standpunten niet goed zijn en wat wel goed is voor Benthe. Metro columnist Luuk Koelman diende zelfs een officiële klacht in bij de Reclame Code Commissie. De PvdA'er heeft in Nederland een Amerikaanse manier van campagnevoeren ingevoerd. In de VS is het normaal dat kinderen 'in the picture' te staan. Het kan nog veel gekker. Onze zuiderburen hebben voor de gemeenteraadsverkiezing op 14 oktober aanstaande een verstandelijk gehandicapte op de lijst staan. Didier Peleman spreekt en schrijft moeilijk, zo meldt Het Laatste Nieuws, maar wil wel een plaats in de gemeenteraad van Gent. 'Omdat mensen als ik hun stem moeten kunnen laten horen.' Hij staat twintigste op de lijst van CD&V. De gemeenteraad telt 51 leden. Het is niet erg waarschijnlijk dat Peleman wordt gekozen, maar volgens zijn lijsttrekker is dit geen goedkope manier om stemmen binnen te halen. Levert het inzetten van gehandicapten in verkiezingstijd iets op? Politicologen waarschuwen dat zij juist een negatief effect op de gunst van de kiezer kunnen hebben. Geen goed nieuws dus voor de PvdA; die er toch al niet goed voor staat in de peilingen. Voetbal is geen oorlog door: Janet van Klink / 8 juni 2012 Vandaag begint het Europees kampioenschap voetbal 2012 in Oekraïne en Polen. Oranje bezocht voor aanvang van het toernooi de verschrikkelijkste plek op aarde. Voetbal is geen oorlog. 'Onze jongens' zijn zich hier nu zeker van bewust. 17
Het Nederlands elftal gaat naar het voormalig vernielingskamp AuschwitzBirkenau. Ik had vooraf al moeite met dit bezoek. Direct na afloop nog meer. De vrijgegeven beelden laten een weerzinwekkend contrast zien. Jonge, hip geklede, rijke mannen lopen door de beruchte toegangspoort, langs het prikkeldraad, de spoorlijn, de wachttorens en de ovens. Misschien bedoelen ze het goed, maar hun bezoek komt op mij over als (weer) een stukje 'vercommercialisering' van de Holocaust. De plaats waar de grootste massamoord in de geschiedenis van de mensheid is gepleegd staat volop in de belangstelling tijdens een voetbaltoernooi! 'Onbeschrijflijk', 'heftig en 'onvergetelijk'. De reacties van de voetballers zijn natuurlijk oprecht en voorspelbaar. Ik heb het kamp nog nooit bezocht, maar ook ik begrijp hun gevoelens. Waarschijnlijk weet bijna iedereen - ongeacht of hij of zij een bezoek heeft gebracht - wat zich daar in Polen heeft afgespeeld. Oranje in Auschwitz is dus eigenlijk helemaal geen nieuwsitem. Het NRC Handelsblad heeft een uitstekend artikel gepubliceerd over het bezoek van de voetballers. De krant vergeleek het wereldberoemde vernietigingskamp met de vrijwel onbekende Babi Jar monumenten in buurland Oekraïne. Een plaats bij de hoofdstad Kiev waar in diezelfde oorlog meer dan honderdduizend mensen zijn vermoord. Wat zou het mooi zijn geweest als het elftal (ook) Babi Jar had bezocht. Dan zou hun bezoek veel meer dan een bezoek zijn geweest. Een bezoek aan Babi Jar is helaas voor het Nederlands elftal inmiddels ook niet echt meer nodig. De echte boodschap van Auschwitz (en Babi Jar!) drong enkele uren na het bezoek al tot de spelers door. Poolse voetbalsupporters maakten in Krakau oerwoudgeluiden richting spelers met een donkere huidskleur. Bondscoach Bert van Marwijk verplaatste de training direct naar een ander deel van het veld. De Holocaust mag absoluut niet met deze vorm van racisme vergeleken worden. Ik vind de oerwoudgeluiden desondanks ronduit schokkend nieuws. De gruwelijkheden in Auschwitz vonden plaats in een uitzonderlijke tijd. In een bezet land. We leven anno 2012. In een vrij en democratisch land. Een mens zou beter moeten weten. De oorlog 'leeft' in Polen. Auschwitz is nooit vergeten. Het voormalig vernietigingskamp is vandaag de dag een wereldberoemde toeristische trekpleister. De supporters, die waarschijnlijk slechts enkele tientallen kilometers verderop wonen, lijken hier weinig van te hebben geleerd. Laten zij in navolging van Oranje eens een bezoek brengen. Land van hekken en prikkeldraad 18
door: Janet van Klink / 17 mei 2012 Nederland is het land van de hoge hekken en het prikkeldraad. Veel monumenten en natuurgebieden zijn hermetisch afgesloten voor het publiek. We mochten toch eens een paar oude stenen en takken vernielen. Vorig jaar bezocht ik de kloosterruïne Foutains Abbey in het graafschap North Yorkshire in Engeland. Een prachtig monument, gelegen in een even mooi, goed onderhouden park. Het viel me meteen op dat bezoekers bijna overal dwars door de overblijfselen van dit eeuwenoude bouwwerk heen mogen lopen. Niet alleen toeristen aanschouwen dit werelderfgoed. Hele Britse gezinnen brengen na het kopen van een entreebewijs of het tonen van hun lidmaatschapkaart hun vrije dag in Fountains Abbey door. Spelend, wandelend of zittend aan 'a cup of tea' in één van de theehuizen. Genietend van de cultuur en de natuur. The National Trust zorgt goed voor haar leden en Yorkshire staat op de kaart. Hoe anders is het thuis. Zo staat in Oostvoorne de Jacobaburcht, vernoemd naar de beroemde gravin Jacoba van Beieren. Op een enkele feestdag na is daar nooit een bezoeker te ontdekken. De ruïne bevindt zich achter een gesloten hek. Alleen bij het VVV kantoor is tegen een borgsom de sleutel af te halen. Een niet bepaald uitnodigende houding. De Rijksgebouwendienst houdt de toegang voor de massa gesloten. Gelukkig kan tegenover de burcht op het Landgoed Mildenburg van het Zuid-Holland Landschap altijd vrij worden gewandeld. Wat een gemiste kans! De burcht en het landgoed zouden net als Fountains Abbey gezamenlijk een ware publiekstrekker zijn. Waarom maakt Nederland dan monumenten niet toegankelijker? Natuurorganisaties kunnen er ook een houtje van. Menig toegangsweg is ter bescherming van de natuur met een hek en prikkeldraad afgesloten. Of er loopt een dolle stier. Misschien ligt het aan het eigendom en het beheer. Nederland heeft geen overkoepelende cultuur- en natuurorganisatie. Daarnaast is monumentenzorg in dit land altijd veel meer een kwestie van subsidies en overheid geweest. In Engeland is de 'commerciële uitbuiting' van het erfgoed noodzakelijk om dat in stand te kunnen houden. Het feit dat er in Nederland verschillende eigenaren en meer subsidiestromen zijn wil echter niet zeggen dat de toegangspoorten gesloten moeten blijven. Ik denk dat de houding meer een gevolg is van de Nederlandse volksaard. Zowel organisaties als burgers zijn bang dat mensen alleen komen om de boel even te vernielen en te vervuilen. 'Gelukkig is het niet toegankelijk. Ik zou dat nooit toestaan. Dan komen ze met al die honden en ruimen niets op,' zei een 19
mevrouw vorig jaar bij de opening van een nieuw natuurgebied achter haar huis. Ze staarde me met grote ogen aan toen ik vertelde dat ook bij mij een nieuw natuurgebied was aangelegd en ik nooit last van de bezoekers heb. Alsof er niet meer zoiets bestaat als simpelweg genieten van de natuur! De terughoudendheid om eigendommen open te stellen voor publiek houdt niet op bij organisaties. Veel burgers stellen zich eveneens argwanend op tegenover hun medemens. Maar, in het geval van monumenten en natuurgebieden gaat het niet altijd om beschermen. De Nederlandse mentaliteit lijkt eerder: 'geen pottenkijkers'. Democratie op de proef gesteld door: Janet van Klink / 21 maart 2012 Koningin Beatrix deed vrijdag vrijwilligerswerk in het kader van de actie NLDOET. Misschien heeft ze die dag de nodige inspiratie opgedaan om haar vrije tijd goed te besteden. De Tweede Kamer ontneemt haar immers een belangrijke regeringstaak. Het staatshoofd speelt bij de volgende Tweede Kamerverkiezingen waarschijnlijk geen belangrijke rol meer bij de vorming van een nieuwe regering. Een ruime meerderheid in de Tweede Kamer is het eens over een wijziging van het Reglement van Orde. Hierdoor nemen de volksvertegenwoordigers straks het heft in handen. Voorbij zijn de televisiebeelden van fractieleiders die achtereenvolgens de koningin bezoeken. Op basis van hun adviezen wees zij een informateur en formateur aan en gaf opdrachten mee. Beatrix had en nam daarin soms ruimte om het proces te sturen. Volgens sommigen zelfs te veel. Het moet daarom allemaal democratischer. Na de volgende verkiezingen komt er binnen één week een debat in de Tweede Kamer, waarin wordt beslist wie het formatieproces zal leiden. Over de rol van de monarchie in Nederland wordt al langer dan vandaag gesproken. Al gaat het nu niet om een wetswijziging; de Tweede Kamer laat zo zien veranderingen te willen en door te zetten. Tweede Kamerlid Pierre Heijnen (PvdA) stelt dat de verandering zelfs beter voor het staatshoofd zelf is. De formatie in 2010 heeft laten zien dat het van belang is om het 'boven de partijen staan' van het koningshuis te beschermen, omdat de coalitiepartijen de koningin toen 'in het hemd hebben gezet'. Tweede Kamerlid Ineke van Gent (GroenLinks) noemt de verandering 'pure winst voor de democratie'. Iedereen kan meekrijgen wie welke opdracht meegeeft om een kabinet samen te stellen. 20
Van Gent sluit overigens niet uit dat de partijen voor het debat in de Kamer al geheim overleg hebben. Ik betwijfel of de formatie met deze wijziging democratischer wordt. Sterker, het nieuwe systeem lijkt eerder achterkamertjespolitiek in de hand te werken. Iedere partij wil ook in de Kamer winnen. Kamerlid Van Gent geeft al aan dat er achter de schermen onderhandelingen komen. Misschien werkt een formatie zonder monarch goed in een stabiel land met een tweepartijenstelsel, maar in een consensusdemocratie als Nederland is het toch anders onderhandelen. Zeker met een minderheidskabinet is een persoon die boven alle partijen staat praktisch onmisbaar. Er zijn te veel politici met verschillende achtergronden en motieven die hunkeren naar macht. Als er tijdens de onderhandelingen een patstelling ontstaat, moet iemand die kunnen doorbreken. Een door de politiek geregeerde formatie vraagt dus om sterke partijen en sterke personen die niet enkel voor zichzelf in Den Haag zitten en ruzie met elkaar maken. De democratie wordt door het intrekken van de rol van het staatshoofd tijdens de formatie op de proef gesteld. Als het aan de kersverse partijleider van de PvdA ligt komt dat moment nog sneller dan gepland. Diederik Samson stuurde na de bekendmaking van het vertrek van PVV-Kamerlid Hero Brinkman aan op verkiezingen. Tweede Kamer, wees dan als de koningin. Handel sterk en vanuit landsbelang. Doctor is watching you door: Janet van Klink / 1 maart 2012 Twee Nederlandse media gingen bijna letterlijk over lijken om te kunnen scoren. Het televisieprogramma 'Tussen leven en dood' van Eyeworks op RTL4 leverde misselijkmakende beelden op. Ik kotste echt van de berichtgeving over prins Johan Friso in NRC Handelsblad. Zo nu en dan zie ik op donderdagavond bekenden op televisie. Op Nederland 1 wordt dan namelijk 'Het Kinderziekenhuis' uitgezonden. De televisiemakers volgen patiëntjes voor, tijdens en na hun behandeling. Vaak komen de meest complexe ingrepen met de nieuwste technieken aan bod. Het Kinderziekenhuis vergeet nooit de menselijke kant van het verhaal. Als oud-patiënt herken ik veel en ken ik sommige artsen. Kortom, een leerzaam en mooi en integer gemaakt televisieprogramma. Eyeworks ging daarentegen bijna crimineel te werk door patiënten zonder toestemming te filmen. Bovenal begrijp ik het VU medisch centrum niet. Voor iedere deelname aan een wetenschappelijk onderzoekje in een academisch ziekenhuis moet ik mijn handtekening zetten. Mijn ouders mogen zelfs niet naar de huisarts voor de uitslag van mijn 21
bloedonderzoek bellen. In Amsterdam gaf de ziekenhuisdirectie ineens hun medewerking aan een sensatiebeluste productiemaatschappij. Het ziekenhuis moet juist een plek zijn en blijven waar ze zich veilig voelen. Topscorder op het gebied van onethische praktijken is NRC Handelsblad. Van een populair dagblad als De Telegraaf zou een dergelijke berichtgeving over Friso heel erg zijn geweest, maar van dé kwaliteitskrant van Nederland is dit ronduit schandalig. De redactie vindt scoops blijkbaar even belangrijker dan het recht op privacy. Ik heb geleerd dat de journalistiek bijdraagt aan het algemeen belang. Nederland moet inderdaad weten wat Friso is overkomen. Hij is een prins en staat dus in de belangstelling. Het volk hoeft weer niet tot in de details te weten hoe het met hem gaat. Sterker, op basis van deze informatie was het niet mogelijk om uitspraken over de gezondheidstoestand van de prins te doen. Ik vond het dom van haar echtgenoot - de emeritus hoogleraar - om over een patiënt te oordelen die je niet persoonlijk hebt gezien. Artsen verschillen vaak van mening over een diagnose en een behandeling. Omstandigheden kunnen bovendien snel veranderen. Goed, het echtpaar had een betrouwbare bron. Of toch niet? In het geval van 'Tussen leven en dood' was de bron duidelijk. Het VU medisch centrum had toestemming gegeven voor het plaatsen van de camera's. De berichtgeving over prins Friso is heel anders. Het eerste wat ik me afvroeg nadat ik het bewuste artikel in NRC Handelsblad had gelezen was waar die Oostenrijkse arts bleef. Nu ontkent hij informatie over de patiënt aan de journaliste te hebben verstrekt. Zijn weerwoord maakt de zaak nog veel erger dan die al is. De altijd vlijmscherpe columnist Youp van 't Hek omschreef het echtpaar als dementerend. Persoonlijk vind ik dit een te groot compliment. De journaliste en haar artsechtgenoot wisten natuurlijk heel goed wat ze deden. Ik kan onmogelijk oordelen of die Oostenrijker iets heeft gezegd, maar ik blijf van mening dat als hij dat wel heeft gedaan de journaliste er in ieder geval niet mee naar buiten had mogen komen. Van een emeritus hoogleraar - iemand die het goede voorbeeld moet tonen - had ik anders verwacht. Gelukkig valt er iets moois uit de discussie over de berichtgeving op te maken. Voor de wet is en blijft iedereen gelijk. Ieder mens heeft recht op (medische) privacy. Of je nu prins bent of niet. Overtreders van de wet door: Janet van Klink / 11 februari 2012 Nederland was de afgelopen week in de ban van de Elfstedentocht. Tot verdriet van de schaatsliefhebbers trad de dooi voor de tocht der tochten 22
te snel in. In dezelfde week bleek ook dat ijskonijn Heinrich Boere na bijna zeventig jaar nog steeds niet is ontdooid. De zaak Boere had bijna zeventig jaar geleden al in Nederland afgesloten moeten zijn. Twee journalisten van het actualiteitenprogramma EenVandaag stonden anno 2012 door zijn toedoen voor de Duitse rechter. De oorlogsmisdadiger beschuldigde de mannen van huisvredebreuk, omdat ze hem met een verborgen camera hadden gefilmd. Op 9 februari oordeelde de rechter dat de aantasting van zijn privacy niet opweegt tegen het belang van vrije nieuwsgaring. De vrijgesproken journalisten Jan Ponsen en Jelle Visser hebben altijd de hoop gehad dat de rechter zou inzien dat het maatschappelijk belang in deze zaak zwaarder telt dan de Duitse regelgeving. Het is 'een bevestiging dat het goed en belangrijk is dit verhaal te vertellen, vooral ook voor de nabestaanden.' Het vertellen van het verhaal aan een groot publiek is in deze zaak uitermate belangrijk, want de oude man was in zijn jonge jaren niet bepaald een lieverdje. Boere was tijdens de Tweede Wereldoorlog lid van een moordcommando. Hij is in Nederland veroordeeld voor het doodschieten van drie Nederlandse burgers in 1944 en vluchtte naar Duitsland. Als dank voor zijn trouw aan de Führer werd hij Duits staatsburger. Duitsland levert geen eigen oorlogsgevangen uit. Zo leidde de man die zeer ernstige misdaden heeft gepleegd decennia lang een ongestoord leven. De 90-jarige Boere zit nu pas een levenslange gevangenisstraf uit in een gevangenishospitaal. De zaak Boere maakt me boos en verdrietig. Natuurlijk zijn er de Duitse privacywetten, maar er zijn ook internationale wetten die de schending van mensenrechten niet toestaan. Ik vind het niet moeilijk om te beslissen welk recht zwaarder weegt. Het is wat mij betreft van de zotte dat journalisten niet met alternatieve maatregelen mogen komen om dergelijke misstanden aan de kaak te stellen. Misstanden waar overheden weinig tot niets aan doen. Welk fatsoen zou je überhaupt voor mensen als Boere moeten hebben? Een andere journalist oordeelde dat EenVandaag wel boven alle fatsoensnormen handelde. Hij spoorde Boere al in 2000 op, die vervolgens 'spijt' betuigde. Wat mij betreft kan deze zaak niet vaak genoeg in het nieuws komen. Ik schrijf deze woorden als nabestaande. Onlangs ontdekte ik een gruwelijk feit. Mijn opa heeft niet alleen een oom tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië verloren. Altijd heb ik gedacht dat zijn volle neef met een koopvaardijschip is ondergegaan. Hij bleek drie weken later zonder enige vorm van proces door de jappen te zijn geëxecuteerd. Zijn ouders kwamen hier pas jaren na de oorlog achter. Er waren immers geen overlevenden die het verhaal konden navertellen. De daders zijn waarschijnlijk nooit voor de rechter 23
verschenen. Niet dat mijn familie weet. Hopelijk durft EenVandaag weer op oorlogspad te gaan. Als nabestaande wil ik de verantwoordelijken met hun misdaad confronteren en de lugubere dood van mijn verre neef aan de wereld vertellen. Het is ook fijn om te ontdekken hoe het Boere in die jaren in Duitsland is vergaan. Wijsheid komt met de jaren, zo blijkt. Intussen weet hij wat van de wet wel en niet mag en moreel gezien wel en niet kan. Met de zaak wilde Boere volgens zijn advocaat 'slechts een signaal afgeven dat je in Duitsland niet zomaar met een verborgen camera mag filmen.' Hij beseft bovendien maar al te goed dat overtreders van de wet niet zomaar achter de tralies komen. De betekenis van tolerantie door: Janet van Klink / 17 januari 2012 Na de commotie over 'de hoofddoek van de koningin' heeft ook Voorne een 'Hoe ver moet je je aanpassen?' discussie. Vrijwilligers van VluchtelingenWerk Brielle vinden niet dat vluchtelingen met een Arabische achtergrond naar een synagoge hoeven. De gemeenteraad is nu 'boos en verdrietig'. In de gemeente Brielle wonen ongeveer honderd vluchtelingen. Een enthousiast team van zeven vrijwilligers maakt de nieuwe inwoners wegwijs in de Nederlandse samenleving. Ook met een op handen zijnde verhuizing springen ze voor hun vluchtelingen in de bres. VluchtelingenWerk moet van de gemeente van een eigen pand naar een voormalige synagoge verhuizen. De vrijwilligers vrezen dat dit punt voor een vluchteling met een Arabische achtergrond gevoelig kan liggen. In het gebouw zijn nog duidelijke joodse kenmerken te zien. Het argument 'dat moet kunnen in Nederland; het is een kwestie van aanpassen' is voor de vrijwilligers een brug te ver. De vrijwilligers dachten bij de politiek steun te vinden om de verhuizing een halt toe te kunnen roepen. Hun opmerking schoot bij bijna alle raadsleden echter in het verkeerde keelgat, want tolerantie staat in Nederland centraal. Dit gegeven moeten ze de vluchtelingen meegeven! Wat is een betere plek voor bezinning en ontmoeting dan deze voormalige synagoge? Het gebouw is bijna acht jaar geleden door verzoening ontstaan. Joodse en Palestijnse jongeren uit Israël hebben de verwaarloosde voormalige synagoge gezamenlijk gerestaureerd. Zeventig jaar geleden zaten er nog mensen die zelfs niet konden vluchten. Geen van de Brielse Joden is uit de kampen teruggekeerd. 24
De politici nemen een moralistisch standpunt in. Het woord tolerantie betekent dat leden van bepaalde groepen ondanks hun afwijkend en door de meerderheid verwerpelijk geachte gedrag niet worden gediscrimineerd. Eeuwenlang leefden hier inderdaad mensen met verschillende achtergronden. Het is wat mij betreft echter de vraag of tolerantie aanpassing inhoudt. Vluchtelingen zouden juist om die reden eveneens het recht hebben om te weigeren naar een synagoge te gaan. Misschien is het zelfs onze plicht respect voor hun overtuigingen te hebben. Overigens was niet erg lang geleden in dit land het volgende gezegde van kracht: 'twee geloven op één kussen daar slaapt de duvel tussen'. Veel Nederlanders leefden niet met elkaar, maar naast elkaar. Filosofisch gezien kom ik niet uit deze kwestie. Laat ik die dan praktisch benaderen. De wil van de politieke meerderheid geldt in Nederland. Vluchtelingen moeten dus naar de voormalige synagoge. Ik ben geen filosoof of expert op het gebied van integratie, maar wel verslaggever en wil feiten weten. Twee vragen zie ik graag beantwoord: 'hebben de vluchtelingen na de verhuizing moeite met hun nieuwe onderkomen?' 'Zo ja, kunnen en willen ze zich aanpassen?' Ik volg het onderwerp kritisch. Vergeten victorie door: Janet van Klink / 15 december 2011 Deze week is het zeventig jaar geleden dat een Nederlandse onderzeeboot drie Japanse transportschepen tot zinken bracht. Op 15 december liep deze Hr. Ms. O16 op een Japanse mijn en zonk binnen één minuut. Aan boord zat een familielid. Veel wist ik niet over de oom van mijn opa en de wereld waarin hij leefde. Natuurlijk heb ik veel gehoord over het lot van Jorinus Langerveld. Vooral toen de onderzeeboot O16 in 1995 in de Zuid-Chinese Zee werd teruggevonden. 'Oom Jo' is ook prominent in het familiealbum aanwezig. Hij komt via de portretfoto's over als een knappe man met een vriendelijke en intelligente uitstraling. Op een andere bladzijde schittert in officiersuniform aan de hand van zijn bruid. Hun huwelijk in juni 1939 moet de laatste keer zijn geweest dat de familie bij elkaar was. Vlak voor de oorlog in Nederland uitbrak vertrok Jorinus met zijn vrouw naar Nederlands-Indië. Nadat haar man aan het begin van de oorlog in Azië was omgekomen begon die pas voor tante Trudy. Zij belandde in een jappenkamp. Dit tragische lot bevestigt oud-staatssecretaris Jet Bussemaker in haar boek 'Dochter van een kampkind'. Haar opa was de commandant van de O16. Zij 25
beschrijft hoe haar familie in Nederlands-Indië het nieuws vernam en daarna in een kamp moest. Anton Bussemaker ontving postuum de Militaire WillemsOrde, de hoogste Nederlandse militaire onderscheiding. De acties van de O16 waren het eerste succes van de geallieerde strijdkrachten na Pearl Harbor. De familie Langerveld in Hellevoetsluis kreeg een half jaar later pas via het Rode Kruis bericht over de dood van Jorinus. Zijn bejaarde vader dacht toen nog dat zijn 35-jarige zoon in januari 1942 op de Javazee was omgekomen. Over de verblijfplaats van zijn schoondochter bleef hij tijdens de oorlogsjaren in het ongewisse. Tante Trudy overleefde haar man 57 jaar. Ook voor de volgende generatie had de ondergang van de O16 gevolgen. Mijn opa wilde na de oorlog dolgraag gaan varen, maar ondervond de nodige tegenwerking van zijn ouders. Uiteindelijk zette hij door en bracht bijna dertig jaar op zee door. Het is niet vreemd dat het succes en de ondergang van de O16 bij het grote publiek onbekend zijn gebleven. Ik beschouw mezelf als een vrij ontwikkeld mens, maar ook ik wist vrijwel niets over de strijd van de Nederlandse Onderzeedienst aan het begin van de oorlog tegen Japan. De familie Langerveld sprak na de oorlog nauwelijks meer over wat er was gebeurd. Was het dan van 'buitenstaanders' te verwachten dat ze deze heroïsche en tragische geschiedenis van de Koninklijke Marine levend zouden houden? Doden online door: Janet van Klink / 23 november 2011 De grens tussen heden en verleden vervaagt. Iedereen die meer wil weten over zijn of haar 'roots' moet een uur het internet op. Je weet daarna van alle voorouders vanaf eind achttiende eeuw wanneer ze geboren zijn, met wie ze getrouwd zijn, hoeveel kinderen ze gekregen hebben en wanneer ze overleden zijn. Bij die informatie blijft het niet. Van jongs af aan ben ik geïnteresseerd in het familieverleden. Als meisje heb ik mijn opa's en oma's het hemd van het lijf gevraagd. Helaas is die generatie helemaal uitgestorven. Een tijdperk is voorbij. Twee weken geleden wilde ik meer weten over een oom van mijn opa van moederskant. Hij is tijdens de Tweede Wereldoorlog op de onderzeeboot O16 in de Zuid-Chinese Zee omgekomen. Ik wist bijna niets over hem. Wat moest ik nu? In het digitale tijdperk begin je natuurlijk op het internet. Op de website van de Oorlogsgravenstichting vond ik meteen de gegevens die ik al had. Gelukkig heeft het Streekarchief Voorne-Putten Rozenburg alle edities van de Nieuwe Brielsche Courant van 1875 tot en met 1945 online gezet. 26
Op de website van het streekarchief ontpopte zich een ware familiegeschiedenis. Niet alleen vond de zoekmachine krantenartikelen over de oom, maar ook over zijn vader. Hij zat aan het begin van de vorige eeuw jarenlang voor de liberalen in het gemeentebestuur. Het leek wel of hij iedere week in de krant stond. De appel valt niet ver van de boom. Politici waaronder mijn betovergrootvader - maakten elkaar overigens toen al openlijk uit voor leugenaar. Na honderd jaar zijn we niet veel verder. Natuurlijk haalde ik meteen mijn moeder bij het computerscherm. We lagen samen in een deuk. 'Ze plaatsten wel heel erg vaak een advertentie voor een nieuw dienstmeisje of knecht!' 'Je verkoopt toch geen aftands werkpaard?' Ik raakte door het virus besmet. Op naar Google! Vlug typte ik de meisjesnaam van mijn moeder in. Ik vond achternichten die ik nog nooit van mijn leven heb gezien. Bepaalde talenten blijken in de familie te zitten, want ik ben niet de enige die schrijft. Mijn betovergrootvader heeft zijn nageslacht iets moois nagelaten. Bij het volgende zoekresultaat viel mijn mond even open. Van diezelfde illustere voorvader zag ik ineens de grafsteen. De foto staat op een website die helemaal is gewijd aan Nederlandse begraafplaatsen. Binnen één minuut vond ik ook die van het jong overleden neefje van mijn vader. Dit gaat te ver. Laat de doden in vrede rusten. Ik zie het nut er niet van dat iedereen naar een onbekend kindergraf kan kijken. Na mijn laatste bevindingen begin ik toch een beetje aan het digitale tijdperk te twijfelen. Natuurlijk is het goed om informatie openbaar te maken. In sommige gevallen geldt dit ook voor privézaken. Wil iedereen zijn gegevens wel op het internet? Wij levenden kunnen ons verdedigen. De doden kunnen slechts stilzwijgend toestemmen. Gelukkig zijn er beperkingen. Voor inzage in het persoonlijk dossier van mijn oom moest ik eerst een officieel verzoek bij het Nederlands Instituut voor Militaire Historie indienen. Onder een andere naam door: Janet van Klink / 4 november 2011 Politici hebben graag de touwtjes in handen. Eén keer in de vier jaar mogen de burgers naar de stembus, maar daar blijft het dan ook bij. Tussentijdse draagvlakmetingen hebben immers aangetoond dat het besturen beter aan de bestuurders kan worden overgelaten. De stad Brielle heeft een ambitieus gemeentebestuur. Het historisch centrum moet bekend komen te staan als 'een mooie, schone en sfeervolle winkelstad met veel festiviteiten'. Daar is geld voor nodig. Vorig jaar ontstond het idee om een Bedrijven Investeringzone (BI) aan te wijzen. Iedere ondernemer zou vier 27
jaar lang jaarlijks 595 euro moeten afdragen. De wet schrijft voor dat hier voldoende draagvlak voor moet zijn. Daarom volgde er een draagvlakmeting onder 204 ondernemers. Uiteindelijk waren er zeven stemmen te weinig voor de vereiste tweederde meerderheid. De gemeenteraad stemt volgende week over een nieuw financieringsplan. Ieder bedrijf met reclameobjecten moet vanaf 2012 vier jaar lang jaarlijks diezelfde 595 euro betalen. Een draagvlakmeting is niet aan de orde. De handelswijze van het gemeentebestuur kwam me niet onbekend voor. Ik was als student vooral bekend om mijn scriptie over de verslaggeving over de Nederlandse missie in Afghanistan. Veel minder mensen weten dat ik daarna onderzoek heb verricht naar de verschillen tussen krantenartikelen over de Europese Grondwet en het Verdrag van Lissabon. Hoewel ik veel aan de missie in Afghanistan te danken heb, ben ik misschien nog wel trotser op mijn tweede scriptie. Het onderzoek toonde aan dat deze besluitvormingsprocedures de wortels van de democratie aantastten. Wat bleek namelijk? In de Nederlandse kranten stonden ten tijde van het referendum op 1 juni 2005 honderden artikelen over de Europese Grondwet. Het Verdrag van Lissabon kwam er drie jaar later met enkele tientallen bekaaid vanaf toen het achtereenvolgens door de Tweede en Eerste Kamer werd goedgekeurd. Nederland zei massaal 'nee' tegen de Europese Grondwet. Bijna 62 procent van de kiezers stemde tegen. 'Nederland verliest de eigen identiteit' en 'Nederland betaalt te veel aan de EU' of 'Nederlanders raken banen kwijt aan buitenlanders', waren de negatieve geluiden die te horen waren. Na de afwijzing gingen de Europese leiders weer onderhandelen. Premier Jan Peter Balkenende keerde in 2007 verheugd terug van een topontmoeting. De Grondwet bestond niet meer en Europa zou geen superstaat worden. Het woord Grondwet en de symbolen van de Europese Unie waren uit het nieuwe verdrag geschrapt. De staatssecretaris van Europa, Frans Timmermans, gaf toe dat beide verdragen grotendeels hetzelfde zijn. 'Maar, de verschillen zijn zo belangrijk dat we nu niet meer kunnen spreken van een verdrag met een grondwettelijk karakter.' Een teleurgestelde premier Balkenende stelde direct na het 'nee' tegen de Europese Grondwet dat het Europees beleid te veel door politici was bepaald. De hoge opkomst voor het referendum en de discussie die het onderwerp opriep zag hij wel als een 'doorbraak'. Drie jaar later mocht alleen de politieke elite nog beslissen. Het is natuurlijk gek om burgers eerst om hun mening te vragen en daarna niet. De truc om praktisch hetzelfde beleid, maar dan onder een andere naam, door te voeren komt in de politiek van hoog tot laag voor. 28
Onderzoek Rekenkamercommissie door: Janet van Klink / 13 oktober 2011 De Rekenkamercommissie van Bernisse, Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne ligt onder vuur. Het controle-instrument van de gemeenteraden blijkt zelf niet effectief en efficiënt te zijn. De commissie zou een 'duurbetaalde bezigheidstherapie' zijn. De Gemeentewet verplicht iedere gemeente in Nederland om een lokale rekenkamer of rekenkamerfunctie te hebben. Burgers verwachten waar voor hun belastinggeld. Het gemeentelijk beleid moet daarom worden onderzocht op doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid. Hebben we bereikt wat we wilden? Hebben we gedaan wat we moesten doen? Heeft het gekost wat het mocht kosten? Gemeenten hebben een behoorlijke vrijheid om de lokale rekenkamer of rekenkamerfunctie naar eigen wens in te vullen. De keuze is enorm. Bernisse, Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne hebben gekozen voor dezelfde samenstelling (een voorzitter en twee leden) en voor een gezamenlijke begroting. Als student Politicologie heb ik ooit een essay over het nut van de lokale rekenkamer geschreven. ''Erg informatief, maar een beetje kritischer had je wel mogen zijn,'' luidde de reactie van de docent. Onlangs verscheen er een landelijk rapport van onderzoeksbureau Berenschot over het functioneren van de rekenkamers. Daaruit blijkt dat er geen directe aanleiding is om de wet te veranderen. De rekenkamers functioneren grotendeels conform het doel van de wetgever. Het is alleen nog wachten op de reactie van minister Piet Hein Donner van Binnenlandse Zaken. Hij schuwt het schrappen van bestuurslagen niet, maar het lijkt er vooralsnog niet op dat dit controle-instrument snel gaat verdwijnen. Toch zitten de leden van de Rekenkamercommissie van Bernisse, Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne niet stevig op hun troon. Het samenwerkingsverband loopt op 1 september 2012 af. De gemeenteraden willen niet op deze manier verder. Hun reden: inefficiëntie. Slechts een kwart van het budget van ruim één ton gaat naar onderzoek. De drie leden kregen ieder een vergoeding van 10.000 euro. Het gaat dus niet om de tent, maar om de vent. De gemeenten zijn naarstig op zoek naar een andere invulling (lees: goedkopere) van de Rekenkamercommissie. De huidige voorzitter en de twee leden kunnen dus beter op zoek gaan naar een andere baan. Hoewel? Even googelen leert dat ze in ministens twee andere lokale rekenkamercommissies zitting hebben. 29
Al met al is er een ironische situatie ontstaan. Het controle-instrument is bestempeld als een geldverslindend instituut. Iemand merkte treffend op: ''de rekenkamercommissie moet eigenlijk zelf eens goed worden onderzocht.'' Historisch besef door: Janet van Klink / 3 oktober 2011 Vandaag is het 3 oktober. De sleutelstad viert uitgebreid Leidens Ontzet. Dit jaar was er vanwege het 125-jarig jubileum van de 3 October Vereeniging een 'geuzentocht' van Brielle naar Leiden. In de geuzenstad deinzen ze er op 1 april niet voor terug om met geweld de stad in handen te krijgen. Je kunt Leiden bijna niet meer in. De stad staat vol met kraampjes en kermisattracties. Het ziet er zwart van de mensen. Je zou bijna vergeten waar het allemaal om draait: Leidens Ontzet. De geuzen bevrijdden op 3 oktober 1574 Leiden van de Spanjaarden. Toch houdt de stad vandaag de dag ook eeuwenoude tradities in ere. De echte Leidenaren eten nog altijd, de door de vluchtende Spaanse troepen achtergelaten, hutspot. Op 3 oktober krijgen ze gratis haring en wittebrood. Het voedsel dat de geuzen ooit aan hun uitgehongerde voorouders uitreikten. De inwoners van Leiden zijn de bevrijders nooit vergeten en geven blijk van hun dankbaarheid tijdens de dankdienst in de Pieterskerk. Als Leidenaar vind ik de viering van 3 oktober leuk om te zien. Meer ook niet. Ik ga liever op 1 april naar Brielle. Daar spelen de leden van de 1 April Vereniging de inname van de enige echte geuzenstad na. Iedere zichzelf respecterende Briellenaar loopt die dag verkleed rond. Je ziet overal poorters, bedelaars, straatmuzikanten, monniken, geuzen of Spanjaarden. Het spel 'de sleutel van de stad' laat zien hoe het er op 1 april 1572 ongeveer aan toe moet zijn gegaan. 's Ochtends komt veerman Coppelstock met zijn bootje aan, daarna naderen de bevrijders met het geuzenschip de stad, 's middags rammeien de geuzen de Langepoort en uiteindelijk vindt de ophanging van de Spaanse commandant plaats. In Brielle is het zonder kermis misschien minder druk dan in Leiden, maar het historisch besef is daar groter. De geuzenstad en de sleutelstad hebben onuitwisbare historische banden. Na Brielle - 'Libertatis Primitiae' - bevrijdden de geuzen andere Nederlandse steden. Leiden volgde op 3 oktober 1574. De lustrumcommissie van de 3 October Vereeniging wilde die historische banden aanhalen. Met twee schepen zijn de Leidenaren in vier dagen van Brielle naar Leiden gevaren. Ze legden zo goed als mogelijk dezelfde route als de geuzen in de zestiende eeuw af. Voor 30
het vertrek maakten de gasten nog een wandeling langs historische locaties in Brielle. Omgekeerd presenteerde de vestingstad zich op 1 oktober in Leiden. De Briellenaren lieten de Leidenaren op een bomvolle Garenmarkt zien waar ze goed in zijn. Ze bevrijdden stad op geheel Brielse wijze. Met ophanging en al. Brielle heeft een groot historisch besef. Aan de andere kant mag de stad meer met de tijd meegaan. Brielle kan door meer de commerciële kant van de viering van 1 april op te gaan meer publiek trekken. De viering van Leidens Ontzet heeft echter behoefte aan historische diepgang. Hopelijk valt de samenwerking dan ook niet in het water. Verleidelijk Leiden? door: Janet van Klink / 16 augustus 2011 Overal zie je groepjes jonge mensen in Leiden. Duidelijk herkenbaar aan dezelfde tas en vaak ook aan het biertje in de hand. De EL CID-week 2011 'Verleidelijk Leiden' is begonnen! De eerstejaars maken een week lang kennis met de universiteit, het studentenleven, de stad en, last but not least, elkaar. Love at First Sight? Een beetje ongemakkelijk zullen ze zich daar op die Beestenmarkt toch zeker wel hebben gevoeld. Binnen een kwartier was het ijs gebroken, want overal kom ik de nieuwe vrienden in de historische binnenstad tegen. Het is voor mij een sport geworden om in te schatten wat ze gaan studeren. Die modemeisjes met die grote, tikkeltje overdreven zonnebril waarschijnlijk psychologie. Of misschien pedagogiek? Die ballen in spe hebben niets verbergen: rechten! Ook de studenten klassieke talen hebben zo hun kenmerken. Deze jonge mensen één ding gemeen: in Leiden begint een nieuw leven. Een leven dat nog lang duurt. Met dit groepje feesten de eerstejaars deze week iedere dag. Iets dat de vrienden - zeker op iedere donderdagavond - tot hun afstuderen zullen doen. Het groepje is lid van dezelfde studentenverenging, woont in hetzelfde huis en brengt natuurlijk de vakantie met elkaar door. Ook zakken de vrienden voor tentamens, vieren de behaalde studiepunten (zes is voldoende) en staan elkaar tijdens het schrijven van de scriptie bij. Ze delen lief en leed. Voor iedere succesvolle Leidse student is het zweetkamertje het eindpunt. Natuurlijk niet voor de vrienden van El CID, want de introductieweek is ook een toekomstig netwerk. Ons kent ons. Ze helpen elkaar na hun afstuderen aan baantjes. In het slechtste geval zien ze elkaar enkel tijdens de jaarlijkse reünie. 31
Niet iedereen van EL CID gaat naar de reünie. Een groot deel van de vrienden is zelfs al binnen twee maanden verdwenen. De reden? Vaak is het een verkeerde studiekeuze, zijn de vakken niet boeiend genoeg of is de opleiding gewoonweg te zwaar. Snel stoppen scheelt veel geld en voorkomt de nodige schaamte naar de buitenwereld toe. Of hebben de eerstejaars misschien last van onoverwinbare heimwee? Wie zal er niet stiekem op zijn of haar kamertje af en toe zitten te huilen? Het valt soms echt niet mee om in een ruimte van drie bij drie (lees: oud en vies hok) aan één van die romantische Leidse grachtenpandjes voor een veel te hoge prijs te bivakkeren. Veel vrienden zijn ineens vetrokken. Vaak worden de lege collegebanken pas na maanden opgemerkt. De huidige eerstejaars weten nog van niets. De wereld ligt aan hun voeten. Deze jongens en meisjes gaan hun toekomst gezamenlijk tegemoet. EL CID is slechts het begin. Al is het maar voor één week. Geld maakt niet gezond door: Janet van Klink / 26 juli 2011 Geld maakt niet gelukkig. Gezondheid is niet te koop. Het Rijndam revalidatiecentrum weigerde de opbrengst van het 'Nationaal Kampioenschap Frikandellen Eten' in ontvangst te nemen. Het centrum wilde niet met een ongezonde leefstijl worden geassocieerd. Het is weer barbecuetijd. Ook in het dorp Rockanje. Bij enkele ondernemers ontstond het idee om het dit jaar wat groter aan te pakken. Zij organiseerden op zondag 24 juli het 'Nationaal Kampioenschap Frikandellen Eten'. Binnen een uur moesten de deelnemers zo veel mogelijk van deze snacks naar binnen zien te krijgen. De kinderen konden voor de hoofdwedstrijd tijdens hun eigen competitie aan hun trekken komen. Wat is er mooier om de opbrengst van dit familiekampioenschap aan een goed doel te besteden? Daar dachten ze in Rotterdam blijkbaar anders over. De organisatie was verbijsterd door de reactie van het revalidatiecentrum. Nu gaat de opbrengst van ongeveer 1200 euro naar De Boegspriet in Oostvoorne. Een vakantiebungalow in de duinen die te huur is voor ouderen die slecht ter been zijn of verstandelijk gehandicapten. Ook een instelling die het welzijn van de mens - de volksgezondheid bevordert. Daar eten de vakantiegangers in de bungalow echter wel af en toe gewoon een frikandel. Het Rijndam revalidatiecentrum weigerde geld afkomstig van vet voedsel in ontvangst te nemen. De herstellende kinderen moeten als gevolg hiervan misschien enkele leuke activiteiten gaan missen. Misschien valt er wel wat voor 32
te zeggen. Rijndam staat echt ergens voor. Mensen zijn niet in het revalidatiecentrum om plezier te maken, maar om te genezen. Met frikandellen bevorder je de volksgezondheid zeker niet. Dat weet iedereen. Begin jaren negentig was er de milieuvoorlichtingscampagne: "een betere wereld begint bij jezelf". Een half jaar geleden lag ik in het Erasmus MC in Rotterdam. Praktisch om de hoek van het revalidatiecentrum. Na een operatie van vier uur wist het ziekenhuis gelukkig wat ik de volgende dag lekker zou vinden: gebakken aardappels met een grote, vette worst. Een betere wereld begint bij jezelf. Om dan maar te zwijgen over de grote hoeveelheden saucijzenbroodjes en andere snacks die er beneden in het restaurant voor de bezoekers en het personeel te verkrijgen zijn. De gezondheidszorg is zelf ook niet altijd even 'koosjer'. Wie heeft het 'Nationaal Kampioenschap Frikandellen Eten' uiteindelijk gewonnen? Frikandellen stonden door de weigering van het revalidatiecentrum bijna een week lang volop in de belangstelling. Het onderwerp haalde zelfs de landelijke media. Uit al die filmpjes en artikelen kan iedereen zijn of haar conclusies trekken. Een inwoner van Amersfoort wist er na alle commotie op 24 juli achttien binnen een uur te eten. De echte winnaar? Na alle aandacht stroomden de aanmeldingen uit heel het land om aan het kampioenschap mee te mogen doen bij de organisatie binnen. Tunnelvisie versus tunnelvrees door: Janet van Klink / 18 juni 2011 Het is en blijft fascinerend hoe relatief kleine onderwerpen de aandacht van het publiek weten te winnen. Zelfs op een eiland als Voorne-Putten. Een informatiebijeenkomst over de komst van strandhuisjes in Rockanje brengt honderden mensen op de been. In dezelfde week laat slechts één raadslid zich kritisch uit over een nationaal miljardenproject: de tunnel onder de Nieuwe Waterweg. Het besluit was al voor de informatiebijeenkomst door de gemeenteraad genomen: de strandhuisjes komen er. De vraag was alleen wie de huisjes mag gaan ontwikkelen en verhuren. Drie ondernemers zouden hun plannen aan de bevolking gaan presenteren. Al deze informatie stond keurig in een door de gemeente uitgebracht persbericht. De debatleider had er echter een zware taak aan om de kudde in bedwang te houden. "Heeft het wel zin om hier te zijn?" "Waarom was er geen referendum?" "Deze plannen interesseren ons niet!" Rockanje trok meteen van leer. De avond mondde uit in een massale protestbijeenkomst. Ons strand naar de knoppen, dat moeten we stoppen. 33
In een buurgemeente waarschuwde een raadslid voor een ander gevaar dat op Voorne-Putten af lijkt te komen. Momenteel speelt de discussie over de aanleg van de twee oeververbinding. Alle gemeenteraden op Voorne-Putten hebben steeds gepleit voor de snelle aanleg van de Blankenburgtunnel, ten oosten van Maassluis en Rozenburg. Aan de andere kant van de Nieuwe Waterweg kiezen de steden Schiedam, Vlaardingen, Maassluis en Delft voor de bouw van de Oranjetunnel tussen Hoek van Holland en Maassluis. Dit tunneltracé zou bestaande bedrijventerreinen en glastuinbouw doorsnijden. Het verdwenen glas kan worden gecompenseerd op Voorne. Burgers lijken zich daar geen zorgen over te maken. Hoewel er in de loop der jaren miljoenen van hun belastinggeld aan het saneren en verwijderen van glas zijn besteed. Het is dan ook merkwaardig dat het eerste onderwerp veel meer onder de bevolking leeft. In het geval van de strandhuisjes gaat het om een project van één gemeente. Of beter gezegd: het college van B en W. De kosten die met de aanleg van de tunnel gemoeid zijn, zijn hiermee niet te vergelijken. Bij het besluit over de tunnel is zelfs het Kabinet betrokken. Waarschijnlijk de zijn de milieueffecten vele malen groter. Waarom is er dan toch geen tunnelvrees? Zijn de burgers in Rockanje dan zo aangemoedigd door het actiecomité tegen de strandhuisjes? Of was en is er meer aan de hand? De strandhuisjes staan bovenal symbool voor iets: het gebrek aan vertrouwen in de politiek. U doet maar! Wij pikken dit niet langer! Veel oud zeer kwam tijdens de strandhuisjesbijeenkomst naar boven. De vraag is of dat uiteindelijk voldoende is om de bestuurders kritisch te volgen en hun beslissingen tegen te kunnen houden. Tunnelvisie is ook een politieke zwakheid. Het echte gevaar dringt vaak ongemerkt via de andere kant naar binnen. Straks is de strijd tussen 'Hof van Delfland' en 'Hof van Voorne' al verloren. Scholen voor scholing door: Janet van Klink / 12 januari 2011 Vandaag is het precies een jaar geleden dat de aardbeving in Haïti plaatsvond. Ontelbare doden, zieken, daklozen en werklozen waren het gevolg. Onlangs heb ik een artikel geschreven over de hulp van de stichting ‘Vrienden van Haïti Westvoorne’. De foto die ik aangeleverd kreeg vond ik voor een krant niets. Wat moest ik met allemaal ingestorte huizen? Toen begon het tot me door te dringen. De situatie is nog steeds zo ernstig. Momenteel ligt de nadruk ligt op noodhulp, zoals voedsel, tenten en semipermanente onderkomens. De consul van Nederland in Haïti, de heer Padberg, heeft tegen de stichting gezegd dat 34
van de opbrengsten van de landelijke acties dan ook niet veel zichtbaar is. Achter de schermen is men actief bezig met de voorbereidingen voor de hulpverlening. Er wordt een ambassademedewerker voor ontwikkelingsactiviteiten aangesteld, die mogelijk de moeizame samenwerking tussen de hulporganisaties gaat coördineren. Het is niet eenvoudig. De Haïtiaanse overheid is zeer zwak en corrupt. De voorzitter van de stichting kent het land gelukkig goed. Meer dan vijfentwintig jaar geleden heeft Ria van der Linde Haïti voor het eerst bezocht om haar adoptiekinderen op te halen. De Rockanjese heeft altijd contact met het weeshuis in Port-au-Prince gehouden en financiële ondersteuning geboden. Zij ging bijna ieder jaar met eigen ogen aanschouwen of het geld goed werd besteed. In september 2009 was de door haar gesponsorde school bij het weeshuis ‘Enfant Haïtien Mon Frère’ af. Door de aardbeving is een deel van het gebouw ingestort. Zij kon dus enkele maanden later helemaal opnieuw beginnen met geld inzamelen en plannen maken. In mei 2010 is Ria van der Linde naar Haïti gegaan om te zien hoe de situatie daadwerkelijk is. Zij besloot dat er aardschokbestendige woningen op een stuk grond buiten de stad moeten worden gebouwd. ''In Port-au-Prince is het zo'n chaos dat het wel tien jaar kan duren voordat het normale leven daar op gang komt. Blijven is dus geen optie met 66 kinderen. Wij zouden het liefst zien dat er meerdere huisjes komen waarin per woning zes tot acht kinderen onder begeleiding van een moeder of een echtpaar gaan wonen. Om dit te kunnen realiseren moeten wij echter meer financiële ruimte hebben.'' Er is één voordeel aan de grote ramp die Haïti is overkomen. ''Het is daar zo arm, zo schrijnend. Zelfs een hond hier heeft het beter dan de mensen daar,'' zei Ria van der Linde in januari vorig jaar. De moeder van het weeshuis deed tijdens Ria's laatste bezoek voor de aardbeving een wrange uitspraak: ''voor Haïti is het het beste als er een tsunami komt. Dan kunnen we het land helemaal opnieuw opbouwen.'' Mijn maatschappelijke verandering door: Janet van Klink / 30 december 2010 Enkele weken geleden deed NRC Handelsblad een lezersoproep voor de kerstbijlage opinie. ''Welke maatschappelijke of technologische verandering heeft uw leven het meest beïnvloed?'' Er verschenen verhalen over uiteenlopende onderwerpen. Wereldgebeurtenissen - variërend van de pil tot de val van de Berlijnse Muur - hebben de levens van velen beïnvloed. Mijn keerpunt: de moord op Pim Fortuyn. 35
In het voor Nederland zo noodlottige jaar stond ik op het punt om van de status van middelbare scholier naar student over te gaan. Iets meer dan twaalf maanden later ging ik eindexamen doen. Voor die tijd moest de studiekeuze zijn bepaald. Ongetwijfeld zou dat een maatschappelijk georiënteerde richting gaan worden. Ik had immers van jongs af aan een grote belangstelling voor zaken met betrekking tot geschiedenis, media, politiek en recht. Wat dan precies? En waar? De Tweede Kamerverkiezingen van 2002 waren anders dan voorheen. Pim Fortuyn wist de politieke verhoudingen op te schudden en het debat op te rakelen. De traditionele politieke partijen zochten tevergeefs naar een adequaat antwoord op zijn standpunten en manier van profileren. Een dag na Bevrijdingsdag kwam daar een einde aan. Ik was verbijsterd: ''hoe kon dit gebeuren?'' De eerste politieke moord in honderden jaren. Ik ben politicologie aan de universiteit van Leiden, 'het bolwerk van vrijheid', gaan studeren. Waarom Pim Fortuyn uiteindelijk is vermoord ben ik door deze studie niet te weten gekomen. Sterker, tijdens de opleiding is zijn naam nauwelijks gevallen. Die keren zijn zonder te overdrijven op één hand te tellen. Een politicoloog wordt gewoonweg veel breder opgeleid dan deze gebeurtenis uit de vaderlandse geschiedenis. Mijn aanraking met Pim Fortuyn gaat veel verder. Zijn gedachtegoed is vandaag de dag nog steeds dominant aanwezig. Op mondiaal niveau zijn de verhoudingen tussen naties aangescherpt. Culturele verschillen staan hoog op de politieke agenda. Het nationaal debat mag natuurlijk niet vergeten worden. Had er ooit een Geert Wilders kunnen zijn zonder deze illustere voorganger? Als mediaconsument word ik kortom dagelijks met de erfenis van Pim Fortuyn geconfronteerd. Ook op een directere manier ontkom ik niet aan de blijvende invloed van de vermoorde politicus. Tijdens mijn werkzaamheden als verslaggeefster heb ik er veelvuldig mee te maken. Op gemeentelijk niveau zijn er sinds 2002 tal van lokale politieke groeperingen ontstaan. Zij proberen gehoor te geven aan de onvrede die onder de bevolking leeft. De zogenaamde kloof tussen burger en bestuur moet worden gedicht. Opnieuw heeft de gevestigde orde moeite met het geven van een adequaat antwoord. Pim Fortuyn is dus niet een episode geweest. Zijn leven en dood waren het begin van een nieuw tijdperk. Vergaderstructuur versus -cultuur door: Janet van Klink / 15 december 2010 36
Lokale politiek. Dit is een verzamelnaam voor één van de laagste bestuurslagen in Nederland. Gemeenten hebben hun structuur gemeen. Snel geconcludeerd wordt deze laag gevormd door een uitvoerend college van B en W, dat wordt gecontroleerd door de gemeenteraad. Opvallend is de vergadercultuur. De media maken in december de balans van het afgelopen jaar op. Wat is het meest opgevallen? Voor de lokale politieke zou ik uiteraard de gemeenteraadsverkiezingen kunnen noemen. In de gemeente Westvoorne – waar ik persoonlijk het meest bij was betrokken – waren de uitslag en de daaropvolgende coalitieonderhandelingen anders dan voorgaande keren. Van groter belang is dit jaar de uitbreiding van mijn politieke verslaggeving geweest. Sinds enkele maanden volg ik ook de lokale politiek in drie buurgemeenten. Twee elementen zijn mij in het bijzonder opgevallen. De eerste keer na afloop van een gemeenteraadsvergadering in een andere gemeente was ik verrast toen ik op de klok keek: tien uur! Een politieke bijeenkomst was gewoonlijk niet voor elven afgelopen. Waar wordt dit verschil in tijdsduur tussen gemeenten door veroorzaakt? Het lijkt er in eerste instantie op dat in het geval van de late afloop commissievergaderingen – waarin politieke standpunten dienen te worden gevormd – tijdens de beslissende gemeenteraadsvergadering worden herhaald. Herhaling, herhaling, herhaling. Blijkbaar hebben de partijen dus geen vertrouwen in mijn constante aanwezigheid bij opeenvolgende vergaderingen. De politici twijfelen eveneens aan mijn gehoor. In een tweede termijn – waarin politieke partijen nogmaals op dezelfde avond hun mening tijdens de behandeling van het onderwerp mogen geven – worden standpunten enorm vaak herhaald. Daarnaast zijn er grote verschillen in de manier waarop politici en burgers de gelegenheid hebben en krijgen om met elkaar tijdens een commissie- en raadsvergadering te discussiëren. Burgers hebben het recht om te spreken. Inspraak staat niet gelijk aan invloed. Het zou verhelderend zijn wanneer de commissie- en raadsleden direct daarna op de insprekers mogen reageren. Dan kunnen misverstanden uit de weg worden geruimd. Hierin verschillen de gemeenten. Ik concludeer dat ik – na bijna zes jaar verslaggeving in één gemeente – kennis heb van de gemeentelijke vergaderstructuur, maar ik ben pas sinds kort op de hoogte van de vergaderculturen. Weten de raadsleden van de buurgemeenten dan wel hiervan? Ik heb enkele lokale bestuurders gevraagd naar wat zij van internetuitzendingen van vergaderingen van collega’s vonden. Het meest voorkomende antwoord: ''oh, ik wist helemaal niet dat zij dat daar ook doen.'' 37
Misschien is het in zekere zin goed om onafhankelijk te regeren. Waarschijnlijk toch niet. Er zijn andere politieke toeschouwers. Gemeentelijke herindeling ligt hoe dan ook op de loer. Dan zal er binnen een straal van tien kilometer niet langer sprake meer zijn van een vergaderstructuur met –culturen, maar van één vergaderstructuur en -cultuur. Media in de lokale politiek door: Janet van Klink / 1 december 2010 Niet alleen journalisten maken steeds meer gebruik van de mogelijkheden die de nieuwe media bieden. Ook gemeenten zijn zich hier bewust van. Communicatietechnologie is een manier om de ontstane ‘kloof’ tussen bestuur en burger te kunnen dichten. Zowel landelijk als lokaal is dit een groot probleem. Enkele maanden geleden heb ik burgemeester Peter de Jong van Westvoorne naar zijn visie gevraagd. Voor mijn tweede blog wil ik – vanuit het standpunt van de overheid - de (on)mogelijkheden van de oude versus nieuwe media voor de lokale politiek weergeven. In de afgelopen jaren heeft de gemeente Westvoorne behoorlijk geïnvesteerd in de nieuwe media. De dienstverlening kan daardoor sneller en duidelijker worden. Uiteraard zijn er mensen die nog via de ‘oude manier’ contact met de gemeente zoeken, maar ook de burgers zelf weten dit volgens de cijfers te waarderen. ''Onze website westvoorne.nl wordt drukbezocht,'' stelt een tevreden burgemeester De Jong. De website is overzichtelijker en interactiever geworden. Mensen kunnen zich bijvoorbeeld op officiële bekendmakingen abonneren. Communicatie ziet de burgemeester persoonlijk als een manier om het legitimatieprobleem op te lossen. ''Ik ben heel veel met internet bezig.'' Zo is hij in januari 2010 begonnen met ‘Twitter’. Er zijn echter nadelen. Op het internet bevinden zich laagdrempelige media waar vooral (dezelfde) jongeren en al politiek geïnteresseerden gebruik van maken. De gemeente moet veel meer groepen bereiken. ''Er zijn verschillende manieren om de burger op te zoeken,'' vindt De Jong. Via Twitter refereert hij daarom vaak naar andere informatiebronnen. Eén daarvan is zijn tweewekelijkse column. Daarin kan hij wat dieper – dan de slechts 140 tekens die Twitter toestaat - op de achtergrond ingaan. ''Het zijn niet twee uitersten. Ik wil zo breed mogelijk benaderbaar zijn.'' De nieuwe en oude media blijven toch contacten ‘op afstand’. Daarom is burgemeester De Jong onlangs begonnen met het maken van een ‘koffierondje’ langs organisaties en instellingen. Op deze manier wil hij beter 38
op de hoogte zijn van wat er onder de bevolking leeft. ''Ik kom daar echt als burgervader.'' Mogelijk praten mensen wat meer vrijuit in hun eigen omgeving. De gemeenteraadsleden gebruiken sinds kort op hun eigen manier de nieuwe media. Vanaf augustus 2010 worden zij ‘live’ via het internet uitgezonden. De Jong ziet het uitzenden van de raadsvergaderingen als een mogelijkheid om de afstand met de burger te verkleinen en het draagvlak onder de bevolking te vergroten. Dat laatste blijft natuurlijk wel aan de burger om over te oordelen. ''Het geeft bovenal een eerlijk beeld. Hierdoor wordt het makkelijker te zien hoe politiek echt bedreven wordt.'' ''Het zijn niet twee uitersten,'' concludeert de burgemeester van Westvoorne over de mogelijkheden van de oude en nieuwe media. Beide media gebruikt hij om meer benaderbaar voor de burgers te worden. Waarom nu? door: Janet van Klink / 30 november 2010 Geboren in het krantentijdperk. Opgegroeid tussen de opkomende digitale media. Toch heb ik tot op heden vooral voor de eerste publicatievorm gekozen. Nu (pas) maak ik door middel van dit blog op professioneel gebied gebruik van één van de mogelijkheden die het internet mij biedt. Misschien heb ik – onterecht - te veel de traditionele journalistieke uitgangspunten voor een blog gehanteerd. Ik schrijf al jaren artikelen voor kranten. Deze moeten zo veel mogelijk onafhankelijk zijn van invloeden van buitenaf. Een verslag is veelal een gebalanceerde weergave van gebeurtenissen. In een artikel dient het onderwerp centraal te staan. Mijn mening doet er niet toe. Met een blog zou je de doelen van een journalist grotendeels moeten loslaten. Dat was althans mijn verwachting. Blogs waren naar mijn mening bij uitstek namelijk nietszeggende uitlatingen van individuen. De kwaliteit van teksten is daardoor veelal drastisch verminderd. Zijn de digitale media eigenlijk hiermee wel automatisch een dooddoener voor de traditionele media geworden? Juist voor mij is een blog een manier om meer lezers te bereiken en te betrekken. Het internet is een aanvullende manier van communiceren voor de traditionele media. Bovendien is er voor journalisten een taak weggelegd om eveneens op het internet kwalitatief hoogstaande verhalen te schrijven. Onderwerpen die de krant niet halen of niet relevant genoeg voor het lezerspubliek lijken te zijn kunnen zullen hier aan de orde komen. Ik kan in dit 39
blog eveneens dieper op al bekende materie ingaan en kwesties over een langere periode volgen. Het is een uitdaging om lezers te prikkelen door dingen aan de kaak te stellen. De krant is misschien ook een ietwat afstandelijk medium. Een blog maakt de drempel hopelijk lager. Er kan sprake zijn van meer gedachtewisselingen met het publiek. Ik zal voornamelijk gaan schrijven over zaken die mij raken en waar ik op professioneel gebied mee bezig ben, zoals communicatie, informatievoorziening en politieke aangelegenheden. Daarnaast zijn er genoeg andere personen met duidelijke inzichten en standpunten. Door middel van interviews en gastblogs wil ik hen graag een podium gaan bieden. Ik mag bij het schrijven één belangrijk element niet vergeten. Krantenartikelen komen vrijwel automatisch naar lezers toe. Een blog zoekt wordt bewuster bezocht. Lezers verwachten iets van mij. Ik zal daarom proberen de originaliteit en kwaliteit van mijn blog hoog te houden.
40
INDEX blz.
blog
blz.
blog
1
Openingspagina
25
Vergeten victorie
2013
2011
2
Stormvloed 2013
26
3
Nederland (ont)leest
27-28 Onder een andere naam
4
Goede doelen boycot
29
Onderzoek Rekenkamercommissie
5-6
Rustig slapen
30
Historisch besef
7
Waarschuwingsplicht
31
Verleidelijk Leiden?
8
Neutrale dag
32
Geld maakt niet gezond
9
Persoonlijk frustratieplatform
33
Tunnelvisie versus tunnelvrees
10
Papegaaiengedrag
34
Scholen voor scholing
11-12 Nieuw(s)jaar
35
Mijn maatschappelijke verandering
2012
2010
Doden online
13
Eeuwige vlam
36-37 Vergaderstructuur versus –cultuur
14
Verkiezingsmoe
38
Media in de lokale politiek
15
Goud voor Oranje
39
Waarom nu?
16
De familiepremier
17
Voetbal is geen oorlog
18-19 Land van hekken en prikkeldraad 20
Democratie op de proef gesteld
21
Doctor is watching you
22-23 Overtreders van de wet 24
De betekenis van tolerantie
41