Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
9
Bikkels en leessterren
Over het behoud van de leesbegeerte
Toelichting Voor de boekenlijst bij het hoofdstuk over leren lezen is uitgegaan van de verschillende genres die beschikbaar zijn voor beginnende lezers in met name groep 3. Het gaat hierbij behalve om verhalende en informatieve verhalen ook om serieverhalen en andere genres, zoals strips. De diversiteit in boeken waarmee lezers hun zelfstandige leesavonturen kunnen beginnen, is namelijk groot. De kans dat kinderen met verschillende talenten en interesses een boek naar hun smaak vinden, is dan ook groot! Voorafgaand aan het overzicht van zelfstandig te lezen boeken, volgt hieronder eerst een aantal titels van Abc-boeken die aan kleuters voorgelezen kunnen worden, dan wel samen met beginnende lezers gelezen kunnen worden.
Abc-boeken Hoewel het leren van de letters van a tot z al lang niet meer de basis vormt van het beginnend leesonderwijs, leeft het genre ABC-boeken (of alfabetboeken of abecedaria) nog steeds volop. Sommige van deze boeken zijn bij uitstek geschikt om voor te lezen aan kleuters die interesse beginnen te krijgen voor letters en woorden. Andere titels zijn meer geschikt om samen te lezen met kinderen in groep 3, bijvoorbeeld vanwege het feit dat de gekozen woorden moeilijker zijn of omdat er opdrachten zijn opgenomen die meer kennis en inzicht van de kinderen vragen.
Titels om met kleuters te lezen en te bekijken
Eric Carle & Bette Westera Eric Carle’s Dieren-ABC (Gottmer, 2008, oorspronkelijk 1999) Een kleurig ABC-boek waarin dieren uit Carles werk te herkennen zijn, zoals de rups en de kameleon. Bij elk dier staat een vers over een belangrijke eigenschap. Kleuters zullen er plezier in scheppen de dieren te benoemen. Later herkennen ze de eerste letters.
Max Velthuijs Het abc van Kikker (Leopold, 2005) Op elke bladzijde wordt een letter uit het alfabet uitgebeeld, met uitzondering van de Q en de X. Hiervoor zijn bestaande illustraties uit de Kikker-boeken genomen. Steeds komt de betreffende letter in verschillende vormen voor: als losse letter, in het woord dat bij de illustratie hoort, en in een eenvoudige zin.
1 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Ghislaine Roman Carnavalfabet. Met illustraties van Tom Schamp (De Eenhoorn, 2007) In dit zoekboek komen de letters van het alfabet enigszins vermomd in een feestelijke, kleurige optocht voorbij. Aan elke letter is ook een rijm gewijd. Een zoekboek dat ook voor beginnende lezers nog interessant is.
Groep 3
De volgende titels bieden kinderen in groep 3 verhalen en gedichten die gebaseerd zijn op het alfabet, en waarin het leesproces zelf vaak ook nog gethematiseerd is:
Wim Hofman Aap en Beer (Van Holkema & Warendorf, 2000, oorspronkelijk 1983) In dit boek heeft Hofman alle letters van het alfabet verwerkt in een samenhangend verhaal, dat ook nog eens een reisverhaal is. Aap en Beer worden achtervolgd door een man, ontmoeten op hun tocht naar zee passanten als eend, hond, leeuw of muis, vinden een jas, een peer of een ui en aanwijzingen in fles, brief of verkeersteken. De letters van het alfabet die opeenvolgend aan bod komen, laten zich raden. Het verhaal sluit af met een plattegrond die het hele gebeuren nog eens de revue laat passeren.
Rindert Kromhout Wat staat daar? Met illustraties van Annemarie van Haeringen (Leopold, 2009, oorspronkelijk 1998) Een prentenboek waarin de letters van het alfabet op speelse wijze te volgen zijn in een verhaal over de ontdekking van de betekenis van geschreven taal. Aap krijgt een brief die hij niet kan lezen. Daarom zoekt hij hulp bij zijn vrienden Bok, Cavia, Das en Ezel. Zij herkennen in de brief alleen hun eigen naam, en niet de andere woorden die ze kennen van school (‘maan’, ‘roos’, ‘vis’, ‘sok’). Feestvarken moet uitkomst bieden. Beginnende lezers kunnen zelf laten zien wat ze al kunnen door de achter in het boek afgedrukte brief van Feestvarken te lezen. En in de marge kunnen ze een hazenkind volgen dat in opdracht van een ganzenmeester ‘maan’, ‘roos’, ‘vis’ en ‘sok’ moet lezen. Bekroond met een Pluim van de maand.
Riet Wille Van aan tot zin in een zoen. Met illustraties van Annemie Berebrouckx (De Eenhoorn, 2007) Een ABC-boek op rijm waarmee kinderen die nog maar een paar weken leesonderwijs hebben genoten op speelse wijze het alfabet leren kennen. Voor elke letter is er een pagina met een (beeld)gedicht vol woorden die beginnen met de desbetreffende letter, illustraties en een zoekspelletje. Voor een zoekopdracht naar de muizen waarvan het boek wemelt, moet je het hele boek doorpluizen. Bekroond met een Boekenwelp.
2 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Vanaf groep 4 Mooi om voor te lezen, of zelf te lezen door wat oudere kinderen vanaf groep 4, zijn de volgende boeken.
Ted van Lieshout Van Ansjovis tot Zwijntje. Met illustraties van Sieb Posthuma (Leopold, 2006) In dit boek komen zesentwintig dieren aan bod. Dat gebeurt steeds via een gedicht en een illustratie. De gedichten variëren qua vorm, lengte en aard. De illustraties zijn eveneens divers, want Posthuma heeft gebruikgemaakt van verschillende tekenstijlen.
Loes Riphagen Slaapkamernachtdieren (De Fontein, 2008) Een fantasierijk boek waarin zesentwintig nieuwe diersoorten die in slaapkamers te vinden zijn de revue passeren, en die heel typische trekken hebben, van de Ammehoela tot en met de Zwamneus. De auteur heeft het haast wetenschappelijk aangepakt, met informatie over eigenschappen, uiterlijk, grootte, de mogelijke gevolgen voor de slaper, en zelfs een tekening van de slaapkamer waarop is aangegeven waar welk dier woont.
Verhalende series Diverse auteurs Schelpjesboeken (meerdere titels; Maretak, 2000) Omdat in deze serie de illustraties een essentieel onderdeel van het verhaal zijn, zitten deze boeken qua genre op de grens van prentenboek en leesboek. De boeken zien er aantrekkelijk uit en de onderwerpen zijn duidelijk afgestemd op wat kinderen uit groep 3 bezighoudt en interesseert. De boeken met het oude AVI-niveau 3 zijn ook nog geschikt voor begin groep 4. De nieuwe titels hebben een leestechnisch niveau van AVI-M3 of AVI-E3.
Voorbeelden van titels uit deze serie zijn: ■ Johanna Kruit: Twee kusjes in een doosje (2002). Een bundel met gedichten van Johanna Kruit, met illustraties van Annemie Heymans. De gedichten gaan over concrete zaken zoals je lievelingseten en je huisdier, maar ook over ziek zijn en dromen. ■ Mireille Geus: Een reus in bed. Met illustraties van Marijke Klompmaker (2003). Over de angsten die de kop op kunnen steken wanneer je naar bed moet. ■ Erik van Os & Elle van Lieshout: Kip in een dip. Met illustraties van Georgien Overwater (2005). Een dierenverhaal vol talige grapjes over een kip die boos is omdat niemand haar ei wil hebben. Ze besluit het ei voor de verandering dan maar uit te broeden. ■ Lida Dijkstra: Kom van die peer, mier! Met illustraties van Pauline Oud (2008). Een verhaal over Mier en Tor, die via de peer waarvan ze aan het eten zijn, een reis naar school maken.
3 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Diverse auteurs AVI-leesserie (meerdere titels; Van Holkema & Warendorf, vanaf 2000) De AVI-leesserie bestaat uit verhalen voor lezers in groep 3 en 4 die wat langere verhalen aankunnen. De verhalen bevatten soms ook tijdsprongen. De boeken zien er verzorgd uit, met veel kleurrijke illustraties. Een bekende auteur en een illustrator die in de serie vertegenwoordigd zijn, zijn Imme Dros en Harrie Geelen. In Roosje kreeg een ballon (2001) zijn acht korte verhalen opgenomen over Roosje en haar dagelijkse avonturen. Het boek is een heruitgave uit 1989, waarvoor Dros een Zilveren Griffel kreeg.
Diverse auteurs Maan roos vis samenleesboeken (meerdere titels; Zwijsen, vanaf 2004) Deze serie bestaat uit verschillende reeksen van elk zes delen. In elk deel zijn twee versies van een verhaal te vinden: op de linkerpagina een versie die de beginnende lezer zelf kan lezen, en op de rechterpagina een uitgebreidere versie die door volwassenen kan worden voorgelezen of door kinderen die wat verder zijn met lezen. De niveaus variëren van AVI 1 tot en met 6. De nieuwere delen en herdrukken hebben AVI-Start tot en met AVI-E4 als niveau-aanduiding gekregen. Voor lezers halverwege groep 3 is er bijvoorbeeld Vodje (2006) van Nicole van den Hurk, een voor veel jonge kinderen herkenbaar verhaal over een meisje dat heel graag een poesje wil hebben en heel slim een strategie bedenkt om de toestemming van haar ouders hiervoor te krijgen.
Diverse auteurs Bizon boek (meerdere titels; Zwijsen, vanaf 1989) Deze serie is speciaal in het leven geroepen voor kinderen die graag wat dikkere boeken lezen. Het leestechnische niveau wijkt niet af van wat kinderen op een bepaalde leeftijd doorgaans aankunnen, maar vanwege de omvang, en soms ook vanwege het feit dat sommige verhalen in het verleden spelen, vergen de boeken meer inlevingsvermogen en leeservaring. Er zijn boeken voor groep 3, 4 en 5, die van elkaar te onderscheiden zijn door de kleur. Een door lezers zeer geliefd voorbeeld van een Bizon boek is Erge Ellie en nare Nellie (1993) van Rindert Kromhout, met illustraties van Annemarie van Haeringen. Dit verhaal, bekroond met de prijs van de Nederlandse Kinderjury, gaat over de tweeling Ellie en Nellie, die een waar schrikbewind voert onder de kinderen uit de buurt. Als het aan Bas, Tom en Lot ligt, komt daar een einde aan. Van het verhaal is ook een luisterboek gemaakt (2008).
Diverse auteurs Boekbende (meerdere titels; Zwijsen, vanaf 2007) In 2007 is de aanduiding Bizon boek vervangen door Boekbende. Het idee achter deze serie is hetzelfde, met het verschil dat er delen voor groep 3 tot en met 7 in verschijnen. Om de lezer te helpen, is het verhaal in omkaderde tekeningen op de schutbladen samengevat. 4 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Twee titels van bekende auteurs en illustratoren zijn: ■ Selma Noort: Ik vertel het niet! Met illustraties van Jan Jutte (2007). Over Josje die verliefd is op Wisse en dit geheim goed weet te bewaren. ■ Brigitte Minne: Jet en Wol. ��������������������������������������������������������� Met illustraties van An Candaele (2009). Over het bijzondere verjaardagscadeau voor Jet, namelijk een poes.
Diverse auteurs Leessleuteltjes (meerdere titels; Malmberg, vanaf 2002) Deze serie sluit aan bij Malmbergs leesmethode De Leessleutel, maar biedt ook aantrekkelijke verhalen voor lezers die niet met de genoemde methode leren lezen. De serie bestaat uit verschillende subseries van steeds acht delen. De series A-1 en B-1 sluiten direct aan bij de thema’s van De Leessleutel, de series A-2 en B-2 zijn bestemd voor lezers die al wat meer aankunnen. Per leesboekje neemt het aantal zinnen toe en ook het aantal woorden per zin wordt langzaam uitgebreid (tot AVI 5). Veel verhalen zijn realistische verhalen, met herkenbare kinderen in de hoofdrol. Zo gaat Feest op het ijs! (2003) van Heidi Smits en Ilka Deltrap (illustraties) over de jarige Bart. Hij wil dit keer een bijzonder verjaardagsfeestje, namelijk een feestje op het ijs.
Diverse auteurs Lees! met Paul van Loon (meerdere titels; Zwijsen, 2009) Ter gelegenheid van het schrijversjubileum van Paul van Loon is een aantal van zijn verhalen opnieuw uitgegeven. Hier zijn ook verhalen voor beginnende lezers bij, zoals Echte boeven? (2008), een herdruk van Bijna boeven uit 1986. Het verhaal is opnieuw geïllustreerd door Jan Jutte. Bos en Loodje zijn twee onhandige boeven, die hun ‘boevendiploma’ proberen te behalen bij echte dieven. Ze zijn zo onhandig dat ze dit diploma niet weten te halen. Totaal onhandig zijn ze nu ook weer niet, want ze eindigen als glazenwassers. Dit verhaal is geschreven op AVI 3-niveau en kan zelfstandig gelezen worden door beginnende lezers eind groep 3, begin groep 4. Gezien de inhoud kan dit boek ook worden gelezen door oudere kinderen die moeite hebben met lezen. Het verhaal is verdeeld in zes hoofdstukken, die elk een andere episode van het verhaal vertellen. Het boek begint met twee pagina’s waarin de belangrijkste personages en verhaalelementen worden voorgesteld. De illustraties van Jan Jutte dragen bij aan het slapstick-karakter van het verhaal.
Joke van Leeuwen Sus en Jum (Querido, 2002, oorspronkelijk Omniboek, 1983) Sus en Jum is geen verhaal uit een serie, maar wel een prachtig verhaal dat speciaal voor beginnende lezers is geschreven, en dat terecht herdrukt is. De kleine Jum en de grote Sus gaan naar buiten om de zon te zien. Hun verschil in lengte geeft richting aan het verhaal: staande in een veld met lang gras kan Jum de zon niet zien. Wanneer Sus haar optilt, ziet ze de zon wel, totdat ze van Sus’ schouders af valt. Wanneer het vervolgens gaat regenen, passen ze niet samen onder de paraplu, tenzij Sus heel raar krom gaat lopen. Terwijl ze schuilen voor de regen, komen er koeien voorbij. Jum noemt de koe die niet ‘boe’, maar ‘bie’ loeit, een ‘kie’. De ‘kie’ volgt hen naar hun huis, wat voor de nodige grappige situaties zorgt.
5 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Serieverhalen Sylvia Vanden Heede Vos en Haas. Met illustraties van Thé Tjong-Khing (meerdere titels; Lannoo, vanaf 1998) In de Vos en Haas-verhalen van Sylvia Vanden Heede zijn Vos en Haas de centrale figuren. Daarnaast speelt buurman Uil een belangrijke rol, en later ook de muis Piep. In deze verhalen worden verschillende herkenbare belevenissen op humoristische wijze verteld. De verhalen gaan over herkenbare emoties als boosheid, angst, verliefdheid en jaloezie, en vooral over vriendschap. De delen kunnen apart van elkaar worden gelezen, ook al wordt er soms naar eerdere delen verwezen. De lay-out is speels, met verschillende lettertypes en -groottes. Tekst, vormgeving en illustraties spelen voortdurend op elkaar in en hebben zo een meerwaarde voor de verhalen. De verhalen zijn bekroond met onder meer een Boekenleeuw, Vlag en Wimpel, Jonge Gouden Uil en Zilveren Griffel. Een aantal verhalen is verschenen als hardkartonnen, groot formaat prentenboek. Deze verhalen kunnen goed aan kleuters worden voorgelezen, maar kunnen ook nog door zesjarigen worden gelezen die nog niet zo lang lezen. Het gaat om Vos en Haas op zoek naar koek (2006), Een buur voor Vos en Haas (2006), Vos en Haas. Blauw is saai (2008), Vos en Haas en de ballon van Uil (2009), Wat een kou, Vos en Haas! (2009), Vos en Haas. Troep is leuk (2011) en Vos en Haas en de bui van Uil (2011). Er is ook een speciaal tijdschrift rond de twee vrienden: Het blad van Vos en Haas.
Geschikte titels die zelfstandig door kinderen in groep 3 kunnen worden gelezen, zijn: ■ Vos en Haas (1999), waarin Vos en Haas worden voorgesteld. Het is een ‘groeiboek’ met zestien verhalen, die haast onmerkbaar in moeilijkheidsgraad opklimmen van AVI 1 tot en met AVI 4. De laatste verhalen kunnen eventueel worden voorgelezen. ■ Koek koek Vos en Haas (2007), waarin Vos het bos in is gelopen, achter iemand aan die steeds ‘koek, koek’ riep. Het grappige is dat Vos hierbij aan eetbare koek dacht. Haas gaat samen met Uil op zoek naar Vos. ■ Dag Vos, dag Haas! (2009), waarin Vos en Haas afscheid nemen van Iek, die samen met zijn ouders verhuist, en kennismaken met Ever, een nieuwe, luidruchtige bewoner van het bos. De veertien verhalen lopen in moeilijkheidsgraad op tot AVI-M3. Na enkele weken leesonderwijs kunnen kinderen al de eerste verhalen lezen. Door lezers vanaf groep 4 kunnen de volgende titels zelfstandig worden gelezen: ■ Vos en Haas op het eiland (2012, oorspronkelijk 2000), waarin Vos en Haas met z’n tweeën op vakantie gaan naar een zonnig eiland. ■ Vos en Haas en de dief van Iek (2005), een spannend verhaal waarin Neef, de neef van Vos, net zo’n boef wil worden als Jak. Ze hebben zelfs het plan om bij Vos te gaan inbreken. ■ Vos en Haas: een echt zwijn is stoer (2011), waarin Vos zijn uiterste best doet om Haas op haar verjaardag te verrassen, maar daarbij behoorlijk gedwarsboomd wordt door Ever. Vos en Haas figureren ten slotte ook in andere genres, zoals een kookboek en een woordenboek. Het woordenboek van Vos en Haas (2002) is een origineel woordenboek op leestechnisch niveau E5, met niet alleen uitleg en fragmenten uit eerdere Vos en Haas6 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
boeken bij meer dan duizend woorden, maar ook een verhaal waarin Vos en Haas over woorden praten.
Sylvia Vanden Heede Wolf en Hond (meerdere titels; Lannoo, vanaf 2009) Sylvia Vanden Heede is ook de auteur van verhalen over de neven Wolf en Hond, geïllustreerd door Marije Tolman. De verhalen zijn bedoeld voor beginnende lezers na ongeveer zes maanden leesonderwijs, en zijn geschreven in korte zinnen met eenlettergrepige woorden. De lezer ondervindt steun van de indeling van de tekst in blokken en van de illustraties die aansluiten bij de tekst, maar er ook de nodige grapjes aan toevoegen. Een kenmerk van de verhalen is het taalspel, waarbij zaken die voor beginnende lezers moeilijk (kunnen) zijn, op humoristische wijze aandacht krijgen. In Wolf en Hond (2009) is Wolf niet altijd even aardig voor Hond. Die laatste accepteert de nukken en grillen van Wolf echter wel, want voor hem weegt de familieband zwaar. Voor dit verhaal kreeg Vanden Heede een Vlag en Wimpel van de Griffeljury. In het vervolg, Wolf, Hond en Kat (2010), moet Hond een plan bedenken om de doorgaans zo stoere Wolf van zijn angst voor Kat af te helpen.
Poëzie Dr. Seuss, in de vertaling van Bette Westera (meerdere titels; Gottmer, 2004) Meer dan een halve eeuw na het verschijnen van het eerste nonsens-verhaal op rijm van Theodor Seuss Geisel, oftewel Dr. Seuss, is zijn werk nog altijd springlevend in zowel Engelstalige landen als in Nederland, waar Bette Westera veel van zijn werk heeft vertaald. Volgens recensenten heeft ze dat op bewonderenswaardige wijze gedaan. De boeken van Dr. Seuss, waarvan hij zowel de auteur als illustrator is, worden gekenmerkt door herhalingen, humor, nonsens, taalspel, originele hoofdfiguren en grappige, stripachtige illustraties. Zelfstandig lezen van Dr. Seuss’ werk zal na ongeveer een jaar leesonderwijs mogelijk zijn, maar door voorlezen kunnen kinderen vanaf 4 jaar al veel plezier beleven aan Dr. Seuss’ creaties, en zijn spel met woorden en betekenissen. Beginnende lezers worden volop ondersteund door de herhalingen, de rijmwoorden en de illustraties. Verkrijgbare titels zijn onder meer: ■ Groene eieren met ham (2004), waarin na de tekst: ‘Ik ben Bram. En groene eieren met ham? Ik wil ze niet hier. Ik wil ze niet daar. Neem jij ze maar’, de groene eieren op allerlei manieren worden aangeboden. ■ De Kat met de Hoed (2004), waarin twee kinderen die alleen thuis zijn uit verveling de Kat met de Hoed in huis halen. Dat hadden ze beter niet kunnen doen. Het verhaal is verfilmd onder de titel De kat. ■ De Kat met de Hoed komt terug (2005), waarin de Kat met de Hoed tijdens zijn tweede bezoek ook weer voor de nodige problemen zorgt: hij maakt overal vlekken, die hij probeert weg te krijgen met de hulp van de uit zijn hoed gehaalde Hoedenpoes A. Uit de hoed van Hoedenpoes A komt Hoedenpoes B enzovoort, totdat Hoedenpoes Z de vlekken eindelijk laat verdwijnen. ■ Er zit een knak in mijn zak (2005), dat bestaat uit een opsomming van fantasiedieren en -dingen, die zich bij een jongetje in huis bevinden. 7 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Kinderen vanaf 8 jaar kunnen Horton hoort een Hun! (2012) zelfstandig lezen. Olifant Horton werpt zich op als beschermer van de Hunnen nadat hij hun hulpgeroep vanaf een pluisje heeft gehoord. Andere dieren doen er echter alles aan om Horton te verlossen van wat volgens hen alleen in Hortons fantasie bestaat.
Diverse auteurs Ik rijm, rijm, rijm (Zwijsen, 2012) Een bundel met versjes, rijmpjes, strips, grapjes en liedjes voor beginnende lezers in groep 3. Het idee hierachter is dat versjes het leesplezier, de fantasie en de creativiteit stimuleren. Kinderen worden in het boek dan ook expliciet uitgenodigd om zelf rijmpjes te gaan schrijven. Auteurs die aan de bundel hebben bijgedragen zijn onder meer Erik van Os en Elle van Lieshout, Bette Westera, Maria van Eeden en Frank van Pamelen. De ordening is naar leestechnisch niveau (van AVI Start tot en met E3), waardoor het boek aansluit op de leesmethode Veilig leren lezen.
Informatieve series Diverse auteurs Lees en weet (meerdere titels; Zwijsen, vanaf 2006) Lees en weet bestaat uit verschillende series van steeds zes boeken voor beginnende lezers in groep 3 en 4. De informatie wordt overgebracht door middel van een verhaal, waarvan de jonge lezers steeds op de linkerpagina een episode lezen. Aan de rechterkant staat steeds een informatieve tekst, die informatie uit het verhaal uitdiept en nog meer informatie toevoegt, en geschreven is op een hoger AVI-niveau. Dit sluit aan bij het concept van de ‘samenleesboeken’ dat Zwijsen al eerder introduceerde. Samen lezen en samen genieten van een boek bevordert het leesplezier, is de gedachte hierachter. De onderwerpen van de serie sluiten aan bij de leefomgeving, interesses en vragen van kinderen, en hebben te maken met activiteiten in de vrije tijd, zoals zwemmen of hockey, met wereldverkennende onderwerpen als bouwen, dieren of de zee en met onderwerpen die in films en boeken populair zijn, zoals piraten, zeemeerminnen, prinsessen en ridders. De boeken zijn stevig en bevatten een aantrekkelijke afwisseling van tekeningen en foto’s. Gekleurde balken en kleine plaatjes herinneren de lezer aan het subthema, en de in een groter lettertype afgedrukte stukken tekst helpen met name de beginnende lezer. De informatieve gedeelten zijn prima bruikbaar voor spreekbeurten en als basis voor verder lezen.
8 van 9
Titellijst bij hoofdstuk 9 van Verborgen talenten
Overige genres Erik van Os & Elle van Lieshout Wat een mop! Met illustraties van Loes Riphagen, Lars Deltrap, Claudia Verhelst en Tineke Meirink (Zwijsen, 2011) Beginnende lezers in groep 3 kunnen de show gaan stelen met meer dan zestig moppen van het bekende schrijversduo Erik van Os en Elle van Lieshout. Het aanbod varieert van korte moppen die uit een vraag en een antwoord bestaan (‘Hoe haal je een koe uit de sloot? Nat!’) tot korte verhaaltjes van een paar regels (‘Twee vlooien komen uit een bar. Zegt de ene vlo: “Gaan we te voet? Of nemen we de hond?”’) of meer (tot maximaal dertig) regels: Een dief gaat naar huis. Hij zegt tegen zijn vrouw: ‘Ik kom net van mijn werk. Ik heb geen bloemen voor jou. Het spijt me, schat. Maar de winkel was nog open.’
De leestechnische moeilijkheidsgraad loopt op van AVI-M3 naar AVI-E3. Met veel gekleurde tekeningen die de humor versterken, soms in de vorm van een kort stripverhaaltje.
Diverse auteurs Strips voor beginnende lezers (meerdere titels; Zwijsen, 2005) Deze serie is speciaal ontwikkeld voor groep 3. Met een goed leesbaar lettertype en een uitgekiende combinatie tekst-beeld die moet zorgen voor een beter begrip van het verhaal. Er zijn inmiddels zestien titels verschenen. Ze staan op naam van auteurs en illustratoren die regelmatig publiceren in het fonds van Zwijsen, zoals Rick de Haas, Mark Janssen, Daniëlle Schothorst en Jan Jutte. Het leestechnisch niveau varieert van AVI Start tot en met M4. In de boot van oom kees (2010) van Andrea Kruis spelen Wan, Dik en Jan bij de sloot, waar ze de boot van oom Kees vinden. Ze willen hem verrassen door de boot op te knappen. Oom Kees blijkt echter al een nieuwe boot te hebben gekocht. Gelukkig weet hij wat ze met de opgeknapte boot kunnen doen. Samenstellers titellijst: Karen Ghonem-Woets en Piet Mooren
9 van 9