http://www.ru.nl/
Bijzondere leerstoel Duurzame Relaties Op weg naar meer lange en gelukkige liefdesrelaties in Nederland
http://www.marriageweek.nl/
Inleiding In deze notitie wordt de leeropdracht ‘Duurzame relaties’ beschreven. De leerstoel wordt aangevraagd door de Stichting Marriage Week Nederland en de faculteit der Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. De leeropdracht heeft vooralsnog een omvang van 0,2 fte en wordt ondergebracht bij de kernleerstoelgroep Sociale en Cultuur Psychologie van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. Van hieruit wordt een bijdrage geleverd aan het facultaire onderzoeksprogramma. Het onderzoek binnen de leeropdracht valt onder het Behavioural Science Institute (BSI) en sluit nauw aan bij de programmagroep Sociale Psychologie en de onderzoeksthema’s van het BSI ‘Social Processes and Communication’ en ‘Psychopathology and Well-being’. Aanleiding en betrokken externe organisatie Op 11 maart 2014 vond in de Tweede Kamer een rondetafelgesprek “Hulp aan partnerrelaties in GGZ en Jeugdzorg” plaats, op initiatief van de ChristenUnie en Stichting EFT Nederland. De aanleiding voor deze bijeen-
komst was de veranderde wet- en regelgeving ten aanzien van hulp aan partnerrelaties in de GGZ en Jeugdzorg, in het bijzonder het verdwijnen van relatietherapie uit het verzekerde pakket. Dit is, gegeven het hoge aantal
‘De leerstoel onderzoekt succesfactoren van duurzame relaties én kenmerken van succesvolle interventies als deze relaties in problemen zijn gekomen.’ echtscheidingen in Nederland (38% in 2013)1 en de hoge persoonlijke en maatschappelijke kosten die dit met zich meebrengt, een punt van zorg. De bijeenkomst mondde uit in aanbevelingen aan de Tweede Kamer voor een betere ondersteuning van partnerrelaties en het verminderen van relatieconflicten in Nederland. Tevens vormde deze bijeenkomst de aanleiding voor de aanwezige Stichting Marriage Week Nederland om het initiatief te nemen tot een bijzondere leeropdracht “Duurzame Relaties”. Een belangrijke overweging daarbij was 1
Bron: Statline.cbs.nl
dat er wel veel bekend is over de effecten van echtscheiding en relatieproblemen, maar veel minder over wat de duurzaamheid van partnerrelaties bepaalt en bevordert. Een leerstoel gericht op deze preventieve factoren past binnen de missie van Marriage Week Nederland. Marriage Week Nederland brengt op diverse manieren het (maatschappelijk) belang van duurzame partnerrelaties in Nederland onder de aandacht en heeft daartoe o.a. jaarlijks in Nederland een week uitgeroepen (de Marriage Week) die de waarde van een gezonde relatie tussen partners positief ondersteunt. Inhoud en relevantie van de leeropdracht Een hechte en duurzame interpersoonlijke relatie is een van de meest fundamentele menselijke behoeften (Baumeister & Leary, 1995). Intimiteit en verbondenheid tussen partners heeft een positief effect op zowel het lichamelijke, psychische als sociale functioneren. Een goede relatiekwaliteit verhoogt bijvoorbeeld de overlevingskansen (zie bijvoorbeeld Holt-Lunstad et al, 2010), bevordert het geluksgevoel (Diener et al., 1999), en het zelfvertrouwen (Leary & Baumeister, 2000). Duurzame relaties staan echter onder druk in
‘De persoonlijke en maatschappelijke kosten van echtscheiding zijn met tenminste euro 3 miljard per jaar zeer hoog: minder geluk, meer depressies, lager zelfbeeld, meer stress, meer ziekte.’ onze huidige samenleving. Er is sprake van een nog altijd stijgend aantal echtscheidingen en een groeiend aantal alleenstaanden2. Over de factoren die leiden tot relatieproblemen en echtscheiding is weliswaar veel wetenschappelijk onderzoek gedaan, doch over de determinanten van duurzame relaties is minder bekend. Het onderzoek dat gedaan wordt in 2
Bron: Cbs.nl
Nederland, is bovendien versnipperd over disciplines (Psychologie, Sociologie, Pedagogiek, Demografie) en organisaties (universiteiten, hogescholen en onderzoeksinstituten). Tegelijkertijd bestaan er veel interventies ten behoeve van duurzame relaties, zoals relatie-educatie en relatietherapie, doch wordt wetenschappelijke kennis niet altijd ingezet om deze interventies te ontwikkelen en verbeteren. Om onderzoek te kunnen bundelen en programmatisch te organiseren, alsook de daarin opgedane kennis effectief door te kunnen geven aan studenten, professionals en de samenleving, wordt voorgesteld een wetenschappelijk kenniscentrum op het gebied van Duurzame Relaties te initiëren. Kern van dit kenniscentrum is de nieuw in te stellen leerstoel Duurzame Relaties gericht op hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek naar duurzame relaties en het bijdragen aan de ontwikkeling van effectieve interventies ten behoeve van de duurzaamheid van relaties. Maatschappelijk belang De persoonlijke en maatschappelijke kosten van echtscheiding zijn zeer hoog. Gescheiden mensen rapporteren een lager psychologisch en fysiek welzijn dan getrouwde mensen. Ze zijn minder gelukkig, ervaren meer gevoelens van depressie en hebben een lager zelfbeeld, ervaren meer stress en spanning, en rapporteren meer gezondheidsproblemen (Amato, 2000, 2010; zie ook Kluwer, 2013). Kinderen van gescheiden ouders scoren lager op schoolprestaties, hebben meer gedragsproblemen, rapporteren minder psychisch welzijn en zelfwaardering, en hebben minder goede relaties met beide ouders (Amato, 2000, 2010; Fischer & De Graaf, 2001). Uit de Nationaal Kompas Volksgezondheid 3 blijkt dat gescheiden mensen en leden van eenpersoonshuishoudens beduidend meer behoefte aan gezondheidszorg hebben: zij doen vaker een beroep op de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ), Maatschappelijk Werk (AMW) en de gezinszorg. Uit een 3
Bron: Nationaalkompas.nl
voorlopig, verkennend onderzoek door EconoVision uit Rotterdam4 komt naar voren dat de kosten van scheiding in totaal tenminste 2,320 miljard euro per jaar bedragen aan sociale uitkeringen en huursubsidies voor eenoudergezinnen, gemiste belastinginkomsten vanwege aftrekbaarheid van kosten voor juridische bijstand bij echtscheiding, toegenomen misdaad, en kosten van arbeidsverzuim. Indirecte kosten zijn er ook doordat het functioneren van partnerrelaties via spillover het gedrag en welzijn van werknemers in arbeidsorganisaties beïnvloedt zoals blijkt uit onderzoek naar het werken in teams en werkgerelateerde burnout (Ten Brummelhuis et al., 2008, 2009). De voorgaande zwaarwegende redenen duiden op de noodzaak om meer aandacht te besteden aan duurzaamheid en de preventie van relatieproblemen en echtscheiding. Wetenschappelijk belang Wetenschappelijk onderzoek naar partnerrelaties heeft zich de afgelopen decennia ontwikkeld tot een belangrijk veld in de psychologie. Relatie-onderzoek is lange tijd vooral gericht geweest op het onderzoeken van negatieve relatieprocessen zoals relatieconflict en de determinanten van relatieproblemen en echtscheiding. Hoewel dit onderzoek veel belangrijke inzichten heeft opgeleverd is een dergelijke negatieve focus ook beperkt. De invloed van negatieve of stressvolle gebeurtenissen in relaties en gezinnen hangt namelijk sterk af van 4
www.econovision.nl/download/MW2013_report.pdf
de aanwezige positieve bronnen (resources) die de impact van conflict en stress kunnen bufferen (Karney & Bradbury, 1995; Fincham & Beach, 2010). Een alternatieve insteek is daarom meer onderzoek te entameren naar de factoren die de duurzaamheid van relaties bepalen en bevorderen. Duurzaamheid betekent namelijk niet slechts de afwezigheid van negatieve processen, maar duidt juist op de aanwezigheid van positieve relatieprocessen. Recentelijk wordt al steeds meer aandacht besteed aan positieve relatieprocessen (Fincham & Beach, 2010), zoals responsiviteit (e.g., Reis et al, 2004), dankbaarheid (e.g., Danner et al., 2014), vergeving (e.g., Karremans et al., 2003; Kluwer & Karremans, 2007; Pronk et al., 2010), en impulscontrole (Pronk et al., 2011). Dit sluit aan bij de algemene tendens in de psychologie om meer onderzoek te doen naar positieve emoties zoals welzijn, geluk en tevredenheid. Het onderzoeksprogramma De maatschappelijke tendens, die zijn weerslag vindt in de wetenschappelijke en de populaire relatieliteratuur, is om te focussen op de maakbaarheid van partnerrelaties richting het
‘De leerstoel richt zich niet op maakbaarheid van relaties, maar op het leren accepteren van verschillen tussen partners en verschillende fasen in de relatie.’ ideaal. Een belangrijke reden voor het toegenomen aantal echtscheidingen is dat men in de afgelopen decennia individualistischer en hedonistischer is geworden5 en dat relaties en partners als gevolg daarvan aan een steeds hogere standaard moeten voldoen (Miller, 2012). Men is meer gericht op individueel geluk en welbevinden en minder bereid om inspannin5
ron: www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/bevolking/puB blicaties/bevolkingstrends/archief/2012/2012-bt-waardenverandering-art.htm
gen en offers te brengen voor de relatie en de gemeenschap. Scheiden is wettelijk en praktisch gezien makkelijker geworden en alternatieven ten opzichte van de relatie zijn niet alleen aantrekkelijker geworden, onder andere door de toegenomen economische zelfstandigheid van vrouwen, maar met de komst van internet (sociale media, dating sites en websites als Second Love) ook meer beschikbaar. Daardoor kiest men er steeds vaker voor om de relatie te verbreken wanneer de partner of de relatie niet aan de hoge standaard blijkt te voldoen. De ervaren discrepantie tussen het ideaalbeeld en de partner leidt tot pogingen om de partner te veranderen, wat niet alleen moeilijk is maar tevens impliceert dat men de
‘Onze doel is het aantal gelukkige, langdurige liefdesrelaties te bevorderen en het aantal echtscheidingen te laten afnemen.’ partner niet accepteert zoals deze is. Het accepteren van tekortkomingen van de partner en de relatie is echter cruciaal voor het hebben van een duurzame relatie. Het hebben van onrealistische verwachtingen en overtuigingen (beliefs) van hoe relaties zouden moeten zijn verlaagt de relatietevredenheid (Goodwin & Gaines, 2004). In tegenstelling tot de focus op de maakbaarheid van partnerrelaties richting het ideaal, richt het onderzoeksprogramma “Duurzame relaties” zich dan ook op het onderzoeken van partner- en relatie-acceptatie. Het onderzoeksprogramma sluit expliciet aan op sociaalpsychologische theorievorming inzake enerzijds de fundamenteel menselijke behoefte aan verbondenheid (connectedness, of relatedness; Baumeister & Leary, 1995) en anderzijds de fundamentele behoefte aan autonomie en zelfsturing (Deci & Ryan, 1985). Het vervullen van deze behoeften resulteert
in welzijn en geluk. Wanneer mensen relaties vormen en onderhouden staan zij voor de uitdaging om een balans te vinden, en te behouden, tussen het vervullen van deze, soms strijdige, behoeften. Enerzijds zijn mensen gemotiveerd om tijd, energie en moeite te steken in de vervulling van hun behoefte aan verbondenheid: zij zoeken intimiteit, kameraadschap, seksualiteit, steun, en vertonen relatie-bevorderend gedrag zoals accommodatie, vergeving, en responsiviteit. Anderzijds zijn mensen gemotiveerd om hun persoonlijke zelf-georiënteerde doelen na te streven, zoals persoonlijke doelen, groei en exploratie (autonomie), zowel binnen als buiten de relatie. Belangrijke relatiebedreigende processen zoals conflicten, ontrouw, en sleur en verveling, zijn in de kern een disbalans tussen persoonlijke belangen en de belangen van de partner of de relatie. Door de sterke focus op maakbaarheid kunnen partners moeilijker accepteren dat de partner en de relatie niet voldoet aan het ideaal en de eigen wensen en doelen en proberen zij hun partner te veranderen. Dit leidt tot een verlies van autonomie bij de partner. Daardoor is deze partner zelf ook weer minder goed in staat om de partner te accepteren en te steunen, is deze meer gevoelig is voor kritiek, en vertoont deze minder relatie-bevorderend gedrag (Knee et al., 2002). Een brede vraag, die voortvloeit uit deze theorie, is of het hebben van voldoende autonomie binnen de verbondenheid met de partner bepalend is voor de duurzaamheid van partnerrelaties. Meer specifiek kan daarbij gedacht worden aan de mate waarin, en de condities waaronder, partners tekortkomingen van hun partner en hun relatie kunnen accepteren, zich aan de relatie committeren, de wijze waarop zij opkomende conflicten reguleren en oplossen, en relatie-bevorderend gedrag vertonen. Opvallend genoeg is er binnen wetenschappelijk onderzoek naar partnerrelaties weinig aandacht voor partne-
racceptatie. De uitkomsten van dit onderzoek kunnen worden toegepast in de ontwikkeling en verbetering van interventies zoals voorlichting, relatie-educatie en therapie. Vanuit het in te stellen kenniscentrum dienen dan ook samenwerkingsverbanden te worden opgezet tussen relatie-onderzoekers enerzijds en professionals en beleidsmakers anderzijds. Dergelijke samenwerkingsverbanden kunnen financiën genereren voor verder onderzoek. Gedacht kan worden aan NWO, het ZonMW programma jeugd, fondsenwerving en derde geldstroomprojecten. Het onderzoeksprogramma “Duurzame Relaties” zal, in principe en voornamelijk, langdurige partnerrelaties volgen en bestuderen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van sociaalpsychologische onderzoeksmethoden en technieken, waaronder longitudinaal veldonderzoek, experimentele methoden, en interventiestudies gericht op het testen van de effectiviteit van duurzaamheid bevorderende technieken. Inbedding van de leeropdracht De leeropdracht wordt ondergebracht bij de
‘Ons land heeft een beleid nodig dat langdurige liefdesrelaties binnen huwelijken en gezinnen ondersteunt. Duitsland en Engeland geven hierin al langer het goede voorbeeld.’ kernleerstoelgroep Sociale en Cultuur Psychologie van de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit Nijmegen. De faculteit Sociale Wetenschappen heeft haar onderwijs en onderzoekstaken ondergebracht in verschillende instituten waaronder het Behavioural Science Institute (BSI). De voorgestelde leeropdracht sluit goed aan bij de missie van het BSI te onderzoeken op welke wijze menselijk gedrag wordt beïnvloed door individuele factoren, sociaal-contextuele factoren en het samenspel daartussen. Het voorgestelde onderzoek past zeer goed in het raakvlak van twee thema’s die op dit moment speerpunten vormen van het BSI, namelijk “psychopathology, health and wellbeing” en “social processes and communication”. Het onderzoek binnen de leeropdracht sluit nauw
aan bij de programmagroep Sociale Psychologie waar reeds veel onderzoek gedaan wordt naar de relatie tussen interpersoonlijke relaties en welzijn. De leerstoel Van de leerstoelhouder die zal worden aangetrokken wordt verwacht dat hij / zij zich committeert aan de doelstelling om hoogwaardig wetenschappelijk interdisciplinair onderzoek naar duurzame relaties te entameren, coördineren en integreren en daarbij zoveel mogelijk maatschappijgericht te werk gaat door zich in te zetten voor de disseminatie van kennis onder studenten, professionals, beroepsgroepen en beleidsmakers. Functie-eisen: Voldoen aan de algemene eisen die gelden voor de benoeming tot bijzonder hoogleraar. Meer i.h.b.: – Expert op het terrein van de bijzondere leeropdracht, duurzame relaties, blijkend uit een relevante dissertatie, uit internationale publicaties. – Uitstekende staat van dienst met betrekking tot het, op het terrein van de leeropdracht, geven van academisch onderwijs, alsook deelname aan maatschappelijke debat. – In staat gebleken tot het in competitie verwerven van externe onderzoeksfinan- ciering.
– Ervaring met het begeleiden van promovendi en junior onderzoekers – Het veld van beleid, praktijk en wetenschap (theorie en onderzoek) kunnen verbinden door: • Wetenschappelijk onderzoek te verrichten en te bevorderen op het gebied van duurzame partnerrelaties; • Over duurzame partnerrelaties te publiceren in (inter)nationale wetenschappelijke tijdschriften en conferenties, alsook in media gericht op professionals en het algemene publiek; • Zelfstandig en vanuit verschillende geldstromen onderzoeksprojecten op het gebied van duurzame partnerrelaties te werven en sturing te geven aan de uitvoering hiervan, bijvoorbeeld door de begeleiding van promovendi; • Bij te dragen aan (de ontwikkeling van) educatie en voorlichting op het gebied van duurzame partnerrelaties, zowel binnen als buiten de universitaire kaders. • Proactief ontwikkelen en onderhouden van (samenwerkings-)relaties met aan de leeropdracht verwante instellingen, instituties en maatschappelijke partijen. – Relevante netwerken heeft binnen het veld van beleid, praktijk en wetenschap. – Bereid en in staat zijn om te functioneren aan een bijzondere universiteit als de Radboud Universiteit.
Referenties Amato, P.R. (2000). The consequences of divorce for adults and children. Journal of Marriage and the Family, vol.62, pp.1269‐1287. Amato, P.R. (2010). Research on divorce: Continuing trends and new developments. Journal of Marriage and the Family, vol.72, pp.650‐666. Baumeister, R F., & M R. Leary. (1995). The need to belong: desire for interpersonal attachments as a fundamental human motivation. Psychological bulletin, 117, 3: 497. Danner, G. F., Kluwer, E. S., Van Steenbergen, E. F., & Van der Lippe, T. (2014). Self‐control matters when work spills over into relationship behavior. Submitted for publication. Deci, E. L., & Ryan, R. M. (1985). Intrinsic motivation and self-determination in human behavior. Springer Science & Business Media. Diener, E, E M Suh, R E Lucas, & H L Smith (1999). Subjective well‐being: Three decades of progress. Psychological bulletin 125, 2: 276. Fincham, F D., & SRH Beach. (2010). Marriage in the new millennium: A decade in review. Journal of Marriage and Family 72,3: 630‐649. Fischer T., & P. de Graaf (2001). Ouderlijke echtscheiding en de levensloop van kinderen; negatieve gevolgen of schijnverbanden? Sociale Wetenschappen, vol.44, pp. 138-163. Goodwin, R., & Gaines, S. O. (2004). Relationships beliefs and relationship quality across cultures: Country as a moderator of dysfunctional beliefs and relationship quality in three former Communist societies. Personal Relationships, 11(3), 267-279. Holt‐Lunstad, J, T B. Smith, & J. B Layton. (2010). Social relationships and mortality risk: a meta analytic review. PLoS medicine 7.7. Karney, B R., & T N. Bradbury. (1995). The longitudinal course of marital quality and stability: A review of theory, methods, and research. Psychological bulletin, 118, 1: 3. Karremans, J. C., Van Lange, P. A. M., Ouwerkerk, J. W., & Kluwer E. S. (2003). When forgiving enhances psychological well-being: The role of interpersonal commitment. Journal of Personality and Social Psychology, 84, 1011-1026.
Kluwer, E.S. (2013). Het welbevinden van ouders en kinderen na echtscheiding. In: Actuele Ontwikkelingen in het familierecht. UCERF reeks 7 (pp. 91-105). Nijmegen: Ars Aequi Libri. Kluwer, E. S., & Karremans, J. C. (2009). Unforgiving motivations following infidelity: Should we make peace with our past? Journal of Social and Clinical Psychology, 28, 1298‐1325. Knee, C. R., Patrick, H., Vietor, N. A., Nanayakkara, A., & Neighbors, C. (2002). Self-determination as growth motivation in romantic relationships. Personality and Social Psychology Bulletin, 28(5), 609-619. Leary, Mark R., & R F. Baumeister. (2000). The nature and function of self‐esteem: Sociometer theory. In: Zanna, M P (Ed), Advances in experimental social psychology, Vol. 32., (pp. 1‐62). San Diego, CA, US: Academic Press. Miller, R. (2012). Intimate Relationships. London: McGraw-Hill. Pronk, T M., J C. Karremans, G.J. Overbeek, A.A. Vermulst, & DHJ Wigboldus (2010). What it takes to forgive: When and why executive functioning facilitates forgiveness. Journal of personality and social psychology, 98, 1: 119. Pronk, T M., J C. Karremans, & DHJ Wigboldus. (2011). How can you resist? Executive control helps romantically involved individuals to stay faithful.” Journal of personality and social psychology, 100, 5: 827. Reis, H. T., Clark, M. S., & Holmes, J. G. (2004). Perceived partner responsiveness as an organizing construct in the study of closeness and intimacy. In D. J. Mashek & A. Aron (Eds.), Handbook of closeness and intimacy (pp. 201-225). Mahwah, NJ: Erlbaum. Ten Brummelhuis, L. L., van der Lippe, T., & Kluwer, E. S. (2009). Family involvement and helping behavior in teams. Journal of Management. Ten Brummelhuis, L. L., van der Lippe, T., Kluwer, E. S., & Flap, H. (2008). Positive and Negative Effects of Family Involvement on Work-Related Burnout. Journal of Vocational Behavior, 73(3), 387-396.