BIJLAGE 9. ARBITRAGEREGLEMENT LEGIBEL
I. Voorafgaande bepalingen Het arbitraal college kan kennisnemen van geschillen tussen verzekerden die de optie rechtsbijstand hebben onderschreven in elke materie die niet de openbare orde raakt (strafzaken, familiale geschillen, fiscale zaken, faillissementsprocedures enz.). De geschillen die lichamelijk letsel tot gevolg hebben waarvan de tijdelijke werkonbekwaamheid de duur van 2 maanden overschrijdt en/of een blijvende invaliditeit van meer dan 2 % bedraagt, vallen buiten de bevoegdheid van het rechtscollege. Indien een partij verzekerd is voor rechtsbijstand bij een andere maatschappij dan bij de maatschappij die zijn burgerlijke aansprakelijkheid verzekert, kan de arbitrage enkel worden georganiseerd nadat de burgerlijke aansprakelijkheidsverzekeraar zijn schriftelijk akkoord met de arbitrale procedure heeft gegeven, zodat de tegenstelbaarheid van de arbitrale uitspraak aan deze verzekeraar gegarandeerd is. De partijen die overgaan tot deze arbitrale procedure aanvaarden uitdrukkelijk zich aan huidig reglement en al zijn maatregelen te onderwerpen. De scheidsrechtelijke uitspraken kunnen nooit als grond voor een rechtsmiddel van de verzekeraar dienen. II. Procedure A. Inleiding van de procedure Zodra beide partijen het eens zijn hun geschil te laten beslechten door het arbitraal college en – zo zij door een advocaat wensen te worden vertegenwoordigd – hun voorkeuradvocaat hebben bekendgemaakt, wordt onderhavig reglement en de eraan gehechte overeenkomst overgemaakt aan de de eisende partij of diens advocaat. Op dat moment wordt op het secretariaat van de arbitrale griffie een rolnummer aan de zaak toegekend: dit rolnummer wordt vermeld op de arbitrale overeenkomst, en dient door de advokaten te worden gebruikt in al hun contacten met de arbitrale griffie.
Intersentia
1
De eisende partij of zijn advocaat zal de door eiser gedagtekende. en ondertekende overeenkomst aan de griffie overmaken. Hierna wordt de overeenkomst overgemaakt aan verwerende partij of aan diens advocaat dewelke de door verweerder gedagtekende en ondertekende overeenkomst aan de griffie zal overmaken. Hierna zal de zaak worden in staat gesteld door uitwisseling van conclusies, zoals hieronder, sub B, uiteengezet. B. Het in staat stellen van de zaak B.1. Conclusietermijnen De griffier verwittigt de partijen dat de overeenkomst door alle partij en werd ondertekend. Vanaf de datum van deze kennisgeving beschikt de eisende partij over één maand om zijn besluiten aan zijn tegenstrever te laten geworden en ze, in origineel ter arbitrale griffie neer te leggen. Hierna beschikt de raadsman van de ve1’V\Terende partij over één maand om te repliceren en om, op zijn beurt, zijn originele besluiten neer te leggen bij de arbitrale griffie. Erna beschikken eisende en verwerende partij opeenvolgend elk over 14 dagen om een tweede keer te concluderen en hun aanvullende besluiten neer te leggen bij de arbitrale griffie. De conclusietermijnen beginnen telkens te lopen op het ogenblik dat de griffier aan de partijen kennis geeft besluiten te hebben ontvangen, dit onverminderd de bepalingen sub B2 (cfr. infra). Na verloop van deze termijnen wordt de zaak automatisch in staat geacht: beide raadslieden zullen dan ook samen met hun laatste conclusie hun -geïnventariseerde stukkenbundel aan de arbitrale griffie overmaken. De partijen kunnen, binnen de eerste termijnen voorzien om hun eerste originele besluiten neer te leggen, aan de griffie van het scheidsgerecht expliciet en schriftelijk laten weten dat zij niet zullen concluderen en zich zullen beperken tot het, op de arbitrage-overeenkomst vermeld beknopt standpunt. De griffie van de arbitrale rechtbank verwittigt de andere partij van de ontvangst van dit bericht. Wanneer stukken neergelegd dienen te worden, worden zij samen met de kennisgeving en geïnventariseerd naar de griffie verstuurd. De voorziene termijnen dienen niet te worden uitgeput: indien de raadslieden menen dat er niet meer dient te worden geconcludeerd, maken zij hun gemeenschappelijk ondertekend akkoord daaromtrent over aan de griffie. B.2. Sanctie bij het niet-naleven van de voorgeschreven termijnen De griffier is belast met de controle op de naleving van de voorgeschreven termijnen.
2
Intersentia
Indien de eisende partij zijn conclusies niet binnen de voorgeschreven termijn van één maand, in origineel neerlegt, verwittigt de griffier én de eisende partij en én de venverende partij van deze niet naleving. De verwittiging houdt tevens in dat aan de eisende partij een ultieme bijkomende termijn van 14 dagen wordt toegekend om alsnog zijn besluiten in origineel neer te leggen. Wanneer ook deze termijn wordt overschreden zal alleen de verwerende partij kunnen besluiten en zal bij neerlegging van diens besluiten de zaak automatisch als in staat zijnde moeten worden beschouwd. Dit houdt in dat de debatten zullen gesloten worden, en er een vonnis zal gewezen worden dat geacht wordt tegensprekelijk te zijn. Bij de ontvangst van de originele besluiten van de eisende partij verwittigt de griffier hiervan zowel de eisende als de verwerende partij. De verwerende partij beschikt vanaf de datum van de verwittiging over één maand om zijn originele besluiten neer te leggen op de griffie. Indien de verwerende partij zijn conclusies niet binnen de voorgeschreven termijn van één maand, in origineel neerlegt, verwittigt de griffier én de eisende partij en én de verwerende partij van deze niet naleving. De verwittiging houdt tevens in dat aan de verwerende partij een ultieme bijkomende termijn van 14 dagen wordt toegekend om alsnog zijn besluiten in origineel neer te leggen. Wanneer ook deze termijn wordt overschreden zal alleen nog de eisende partij zijn originele stukkenbundel kunnen neerleggen en zal bij neerlegging van deze bundel de zaak automatisch als in staat zijnde moeten worden beschouwd. Dit houdt in dat de debatten zullen gesloten worden, en er een vonnis zal gewezen worden dat geacht wordt tegensprekelijk te zijn. Bij de ontvangst van de originele besluiten van de verwerende partij verwittigt de griffier hiervan zowel de eisende als de verwerende partij. De eisende partij beschikt vanaf de datum van de verwittiging over 14 dagen om eventuele originele bijkomende besluiten neer te leggen op de griffie. Bij de ontvangst van de originele bijkomende besluiten van de eisende partij verwittigt de griffier hiervan zowel de eisende als de verwerende partij. Indien de eisende partij zijn bijkomende conclusies niet binnen de voorgeschreven termijn van 14 dagen, in origineel neerlegt, verwittigt de griffier én de eisende partij en én de verwerende partij van deze niet naleving. De eisende partij kan dan géén bijkomende besluiten meer neerleggen bij de griffie.
Intersentia
3
Vanaf de datum ‘Van deze kennisgeving beschikt de verwerende partij over 14 dagen om eventuele originele bijkomende besluiten neer te leggen op de griffie. Na verloop van deze termijn kan de verwerende partij géén bijkomende besluiten meer neerleggen. Bij de ontvangst van de originele bijkomende besluiten verwittigt de griffier hiervan zowel de eisende als de verwerende partij. De stukkenbundels die niet samen met de laatste nuttige besluiten werden neergelegd zullen niet overgemaakt worden aan de arbitrale rechtbank. De arbitrale rechtbank kan evenwel beslissen dat niet tijdig neergelegde bewijsstukken alsnog zouden worden voorgelegd. De poststempel geldt als bewijs van de datum van de neerlegging van de besluiten en stukken. Conclusies dewelke aan de arbitrale griffie worden overgemaakt nà de in deze afdeling vermelde termijnen van uitsluiting zullen niet aan het arbitraal college worden voorgelegd: zij zijn onontvankelijk. III. Het arbitraal rechtscollege A. De Scheidslieden Het arbitraal college bestaat uit drie scheidsrechters. Legibel en Test Aankoop hebben indicatieve lijsten van scheidsrechters ter beschikking van de partijen, te weten: – Indicatieve lijst A, met daarop advokaten die gewoonlijk worden gelast in het kader van soortgelijke geschillen. dewelke gewoonlijk voor de gewone rechtbanken worden gebracht. De scheidsrechter van deze lijst’ is de voorzitter van het arbitraal college. – Lijst B, met daarop juristen belast met schaderegeling binnen de maatschappijen die toegetreden zijn tot dit arbitraal systeem. De scheidsrechter van deze lijst is bijzitter in het arbitraal college. – Lijst C, met daarop advokaten, vertegenwoordigers van de Belgische Verbruikersunie Test Aankoop. de scheidsrechter van deze lijst is bijzitter in het arbitraal college. De scheidslieden hebben de opdracht het geschil zoals vastgelegd in de overeenkomst te beslechten. B. Wraking en vervanging van scheidslieden De partijen kunnen, voorafgaandelijk aan elk verweer ten gronde, de scheidslieden wraken om dezelfde redenen als deze die gelden voor rechters en in de gevallen voorzien bij de artikelen 1676 en volgende van het Gerechtelijk wetboek.
4
Intersentia
Indien een scheidsman overlijdt, verhinderd is zijn opdracht te vervullen, zijn opdracht niet uitvoert, dan wel indien aan zijn opdracht in onderlinge overeenstemming tussen partijen een einde is gemaakt, wordt in zijn vervanging voorzien ‘Volgens de regels die op zijn aanwijzing of benoeming toepasselijk zijn. De vervanging van één of meerdere scheidslieden heeft geen invloed op de geldigheid van de overeenkomst tot arbitrage. Het overlijden van een partij beëindigt noch de geldigheid van de arbitrageovereenkomst, noch de opdracht van de scheidslieden. IV. Pleegvormen A. Taal Partijen kiezen bij gemeen akkoord de taal van de scheidsrechtelijke procedure. Deze kan in het Frans of in het Nederlands gevoerd worden. B. Schriftelijke procedure, met mogelijkheid tot debatten De partijen hebben de keuze om al of niet hun zaak te pleiten. Zij dienen deze keuze uit te drukken door het hiertoe bestemde vak aan te kruisen op de arbitrage-overeenkomst. De keuze dient uitgedrukt te worden bij de aanvulling van het beknopte standpunt. Bij gebreke aan uitdrukkelijke keuze voor mondelinge debatten op de arbitrage-overeenkomst zal de procedure schriftelijk gevoerd worden. Aan latere aanvragen hiertoe zal geen gevolg worden gegeven. Wanneer partijen opteren voor mondelinge debatten zullen zij, door de griffie van het arbitraal college, geldig worden opgeroepen bij aangetekende brief en zullen zij in persoon verschijnen, via hun raadsman of gevolgmachtigde voorzien van een speciale en schriftelijke volmacht, op de plaats en datum bepaald door het scheidsgerecht. Wanneer een partij, hoewel regelmatig opgeroepen, niet verschijnt op de vastgestelde datum of er zijn middelen niet ontwikkelt, kan het scheidsgerecht de zaak eveneens in beraad nemen en oordelen, behoudens het recht van de aanwezig zijnde partij om verdediging van de zaak naar een latere datum te verzoeken. In geval van verwijzing zullen partijen opnieuw opgeroepen worden conform voorvermelde bepalingen. C. Beraadslagingen Zodra de zaak in staat is, of geacht wordt, maakt de griffie beide bundels, met conclusies en stukken, over aan de voorzitter van het scheidsgerecht, dewelke de bijzitters contacteert teneinde te beraadslagen over het geschil.
Intersentia
5
D. Onderzoek en expertise Het scheidsgerecht kan het houden van een getuigenverhoor, van een deskundigenonderzoek, van een gerechtelijke plaatsopneming en de persoonlijke verschijning van partijen gelasten. Daarenboven kan het scheidsgerecht heropening van de debatten bevelen, wanneer het van oordeel is dat de zaak onvoldoende is opgehelderd. Ieder van de partijen zal dan over een termijn van vijftien dagen beschikken om te besluiten, dit enkel aangaande de punten die het voorwerp zijn van de heropening van de debatten, zulks op straffe van verval. V. Bevoegdheden van het Arbitrale Rechtscollege Partijen erkennen de algehele bevoegdheid van het scheidsgerecht om die onderzoeksmaatregelen te bevelen die haar geschikt lijken, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van één van de partijen. Het scheidsgerecht zal de meest uitgebreide bevoegdheden hebben om in voorkomend geval, partijen te bevelen om alle nuttige stukken over te leggen, hetzij ambtshalve, hetzij op verzoek van één van de partijen. VI. De uitspraak Het scheidsgerecht doet uitspraak binnen de 30 dagen na sluiting van debatten. Wanneer de sluiting van debatten zich evenwel voordoet binnen de laatste 15 dagen van de maand juni, dan wordt voorvermelde termijn verlengd in functie van de beschikbaarheid van de leden van het scheidgerecht. De uitspraak wordt gedaan na beraadslaging waaraan alle scheidslieden moeten deelnemen. De beslissing wordt met meerderheid van stemmen genomen. De uitspraak wordt op schrift gesteld en door de scheidslieden ondertekend. Indien één of meer scheidslieden niet kunnen of willen tekenen, wordt daarvan in de uitspraak melding gemaakt. Deze moet evenwel een aantal ondertekeningen dragen hetwelke ten minste gelijk is aan de meerderheid van de scheidslieden. Naast de eigenlijke beslissing houdt de uitspraak de volgende gegevens: – de naam en woonplaats van de scheidslieden; – de naam en woonplaats van de partijen; – het onderwerp van het geschil; – de datum waarop de uitspraak is gedaan; – de plaats waar het geding is uitgevoerd en de plaats waar de uitspraak is gedaan. De uitspraak wordt met redenen omkleed.
6
Intersentia
De griffier van het scheidsgerecht geeft van de uitspraak kennis aan elke partij door haar een exemplaar ervan per aangetekende brief toe te zenden. Een exemplaar van de uitspraak blijft neergelegd op het secretariaat van de arbitrale griffie. De opdracht van de scheidslieden eindigt na vervulling van voorafgaande bepalingen. Elke scheidsrechtelijke uitspraak is definitief en in laatste aanleg gewezen. Partijen verbinden zich ertoe de scheidsrechtelijke uitspraak onmiddellijk uit te voeren. De scheidsrechtelijke uitspraak vereffent de kosten. VII. Kosten De kosten van de atbitrage worden bij helften gedragen door de verzekeraars van de twee partijen. De kosten van de arbitrage behelzen inzonderheid: – de honoraria en de kosten van de voorzitter van het scheidsgerecht; – de honoraria en de kosten van de bijzitter van het scheidsgerecht, vertegenwoordiger van de Belgische Verbruikersunie Test Aankoop; – de administratieve kosten; – de erelonen en kosten van de deskundigen. De honoraria van de voorzitter worden vastgesteld op 250 euro, deze van de bijzitter vertegenwoordiger van de Belgische Verbruikersunie Test Aankoop op 125 euro.
Intersentia
7