BIJLAGE 5 OVERZICHT BEBOETBARE FEITEN MET BETREKKING TOT GELUID (http://www.xs4all.nl/~rigolett/GV/a195.htm)
2
afdeling 3 6.7 1
2
3
5
6.8 1
2
3
geluid nadere voorschriften inventarisatie en evaluatie, bedragen in NLG beoordelen en meten Op elke arbeidsplaats wordt in het kader van de ri&e als 1.000 bedoeld in artikel 5 Arbowet het geluidsniveau beoordeeld. En indien nodig gemeten om te bepalen waar en in welke mate werknemers aan schadelijk geluid kunnen worden blootgesteld. De beoordeling en meting als bedoeld in artikel 6.7,eerste 1.000 lid, moeten representatief zijn voor de blootstelling aan geluid op de arbeidsplaats gedurende de dagelijkse arbeidstijd. De beoordeling en meting worden, in aanvulling op de ri&e als bedoeld in artikel 5 Arbowet, volgens een schriftelijk vastgesteld tijdschema periodiek herhaald en in ieder geval herzien bij wijziging van omstandigheden of redenen voor onjuist uitgevoerde beoordeling of meting. 1.000 De bij de meting als bedoeld in artikel 6.7, eerste lid, gebruikte methoden en apparaten moeten aan de desbetreffende omstandigheden zijn aangepast. Met name wordt daarbij gelet op de kenmerken van het te meten geluid en de omgevingsfactoren. De gebruikte methoden en apparaten zijn geschikt om te bepalen of niveaus van schadelijk geluid al dan niet worden overschreden. 100 De resultaten van de op grond van dit artikel uitgevoerde beoordelingen en metingen, moeten in een passende vorm worden geregistreerd en ten minste tien jaar bewaard. voorkomen of beperken van schadelijk geluid bedragen in NLG 4.000 Arbeidsmiddelen zijn van zodanige constructie, zijn zodanig ingericht, opgesteld of ondersteund en worden zodanig onderhouden dat zij bij in werking zijn op de arbeidsplaats geen equivalent geluidsniveau veroorzaken hoger dan 85 dB(A) (of een momentaan geluiddrukniveau van hoger dan 200 Pa), tenzij dat redelijkerwijs niet kan worden gevergd. 4.000* Het verrichten van werkzaamheden moet zodanig zijn, dat daarbij op de arbeidsplaats het equivalente geluidsniveau niet hoger is dan 85 dB(A) (of het momentaan geluiddrukniveau niet groter is dan 200 Pa), tenzij dit redelijkerwijs niet kan worden gevergd. Indien het bepaalde als bedoeld in het eerste en tweede lid redelijkerwijs niet kan worden gevergd, dan moeten doeltreffende voorzieningen worden getroffen, waardoor zoveel mogelijk wordt voorkomen dat het equivalente geluidsniveau hoger is dan 85dB(A) (of geluiddrukniveau hoger 200 Pa) op de arbeidsplaats, tenzij ook dat 3
4.000
redelijkerwijs niet kan worden gevergd. 4 De in het derde lid bedoelde voorzieningen moeten worden vermeld in het plan van aanpak als bedoeld in artikel 5 Arbowet. 5 In gevallen waarin de voorzieningen, getroffen op grond van het derde lid, de werknemers onvoldoende bescherming bieden tegen de in het eerste en tweede lid genoemde geluidsniveaus, en in gevallen waarin het treffen van bedoelde voorzieningen redelijkerwijs niet kan worden gevergd, moeten doeltreffende maatregelen worden genomen om de blootstellingsduur, alsmede het aantal blootgestelde werknemers zoveel mogelijk te beperken. 6 De in het vijfde lid bedoelde voorzieningen moeten worden vermeld in het plan van aanpak als bedoeld in artikel 5 Arbowet. 7 In gevallen waarin werknemers kunnen worden blootgesteld aan een equivalent geluidsniveau op de arbeidsplaats van 80 dB(A) of hoger, moeten persoonlijke beschermingsmiddelen in voldoende aantal ter beschikking worden gesteld. De persoonlijke beschermingsmiddelen moeten een demping bieden van het geluid tot een equivalent geluidsniveau van 80 dB(A) of lager. Indien deze demping technisch niet mogelijk, dan ten minste een demping van geluid tot beneden een equivalent geluidsniveau van 90 dB(A). 8 De betrokken werknemers moet de gelegenheid worden geboden een oordeel kenbaar te maken over de keuze van de soort middelen. 9 Bij overschrijding van het equivalent geluidsniveau van 90 dB(A) (of momentaan geluiddrukniveau van 200 Pa), moeten persoonlijke beschermingsmiddelen worden gebruikt. 10 Het ongevalsgevaar als gevolg van het gebruik van de persoonlijke beschermingsmiddelen moet zoveel mogelijk door doeltreffende maatregelen worden beperkt. 11 Plaatsen waar het equivalente geluidsniveau meer dan 85dB(A) (of het momentaan geluiddrukniveau meer dan 200 Pa) bedraagt moeten duidelijk zijn afgebakend en gemarkeerd volgens de algemene vereisten van veiligheidsen gezondheidssignalering als bedoeld in artikel 8.4. 12 Alleen werknemers die beroepshalve of vanwege hun functie de in het elfde lid bedoelde plaatsen moeten betreden, mogen daar worden toegelaten. 6.9 1
500 4.000
500 4.000
100 2.000*
2.000 600
1.500
weekgemiddelde bedragen in NLG 4.000 In gevallen waarin werknemers die bijzondere taken uitvoeren, in verband met het uitvoeren van deze taken moeten verblijven op een arbeidsplaats waar het niveau van het geluid van dag tot dag sterk wisselt en het redelijkerwijs 4
2
6.10
audiometrisch onderzoek 1
2
3
6.11
niet gevergd kan worden dat de in artikel 6.8, derde en vijfde lid, bedoelde voorzieningen en maatregelen getroffen respectievelijk genomen worden, mag het gemiddelde niveau van het geluid, berekend of gemeten over een periode van een week mag niet hoger zijn dan 85 dB(A) (of niet hoger dan het momentane geluiddrukniveau van 200 Pa) als bedoeld in artikel 6.8, eerste en tweede lid, tenzij dat redelijkerwijs niet kan worden gevergd Voorts moet in de in het eerste lid bedoelde gevallen periodiek, doch in ieder geval telkens, indien er voor het geluid op de arbeidsplaats relevante veranderingen plaatsvinden in de arbeid of de omstandigheden waaronder deze arbeid moet worden verricht, worden gecontroleerd of nog voldaan wordt aan het eerste lid.
Werknemers die worden blootgesteld aan een geluidsdosisniveau van 80 dB(A) moeten, in aanvulling op artikel 18 Arbowet, in de gelegenheid worden gesteld een arbeidsgezondheidskundig onderzoek in de vorm van een audiometrisch onderzoek te ondergaan. Zolang de blootstelling aan het in het eerste lid genoemde geluidniveau duurt, moeten de werknemers met tussenpozen van vier jaar of met kortere tussenpozen indien naar het oordeel van de arbodienst noodzakelijk is, opnieuw in de gelegenheid worden gesteld om een audiometrisch onderzoek te ondergaan. De arbodienst moet het beoordelings- en metingsregister kunnen inzien dat op grond van artikel 6.7, vijfde lid, moet worden opgemaakt. voorlichting en onderricht Doeltreffende voorlichting en onderricht moet worden gegeven aan werknemers die arbeid verrichten waarbij overschrijding van het equivalente geluidniveau van 80 dB(A) (of het momentaan geluiddrukniveau van 200 Pa) kan worden verwacht. Dit behelst: a) mogelijke gevaren voor het gehoor als gevolg van de blootstelling b) de regelgeving met betrekking tot geluid en te nemen maatregelen op basis van die regelgeving
5
1.000
bedragen in NLG 100
100
100
bedragen in NLG 600
c) de gevallen waarin persoonlijke beschermingsmiddelen ter beschikking worden gesteld en de gevallen waarin en de wijze waarop deze moeten worden gebruikt d) inhoud en betekenis van een periodiek te herhalen audiometrisch onderzoek en de gevallen waarin aan werknemers de gelegenheid wordt geboden om een dergelijk onderzoek te ondergaan.
6
BIJLAGE 6 MATERIEEL GENOEMD IN ARTIKEL 12 VAN RICHTLIJN 2000/14/EG
2
Materieel waarvoor geluidgrenswaarden gelden. • Bouwliften voor goederentransport (met verbrandingsmotor); • Verdichtingsmachines (alleen trilwalsen en niet-vibrerende walsen, trilplaten en trilstampers); • Compressoren; • Betonbrekers en trilhamers, met de hand geleid; • Bouwlieren (met verbrandingsmotoren); • Dozers (< 500 kW); • Dumpers (< 500 kW); • Kabelgraafmachines en hydraulische graafmachines (< 500 kW); • Graaflaadmachines (< 500 kW); • Egaliseermachines (< 500 kW); • Hydraulische aggregaten; • Vuilnisverdichters van het ladertype met laadbak (< 500 kW); • Grasmaaiers (uitgezonderd landbouw- en bosbouwmaterieel alsmede multifunctionele machines waarvan de hoofdaandrijvingsmotor een geïnstalleerd vermogen heeft van meer dan 20 kW); • Grastrimmers/graskantensnijders; • Heftrucks met verbrandingsmotor en contragewicht (uitgezonderd ‘andere heftrucks met contragewicht’ zoals gedefinieerd in bijlage I, punt 33, tweede streepje van de richtlijn, waarvan het nominale laadvermogen niet meer dan 10 ton bedraagt); • Laders (< 500 kW); • Mobiele kranen; • Motorhakfrezen (< 3 kW); • Bestratingsafwerkmachines (uitgezonderd bestratingsafwerkmachines die zijn uitgerust met een hoogverdichtingsbalk); • Stroomaggregaten (< 400 kW); • Torenkranen; • Lasaggregaten
3
.
4
BIJLAGE 7 MATERIEEL GENOEMD IN ARTIKEL 13 VAN RICHTLIJN 2000/14/EG
2
Materieel waarop alleen het geluidvermogensniveau moet worden gemarkeerd. • Hoogwerkers met verbrandingsmotor; • Bosmaaiers; • Bouwliften voor goederentransport (met elektrische motor); • Lintzaagmachines voor gebruik in de bouw; • Cirkelzaagmachines voor gebruik in de bouw; • Draagbare kettingzagen; • Gecombineerde hogedrukspoelingsvoertuigen en kolkenzuigers; • Verdichtingsmachines (alleen explosiestampers); • Beton- of mortelmolens; • Bouwlieren (met elektrische motor); • Transport- en spuitmachines voor beton en mortel; • Bandtransporteurs; • Koelinstallatie op voertuigen; • Boorinstallaties; • Installaties voor het vullen en legen van tanks of silo’s op vrachtauto’s; • Glasbakken; • Grastrimmers/graskantensnijders; • Heggenscharen; • Hogedrukspoelers; • Hogedrukwaterstraalmachines; • Hydraulische hamers; • Voegensnijmachines; • Bladblazers; • Bladzuigers; • Heftrucks met verbrandingsmotor en contragewicht (uitgezonderd ‘andere heftrucks met contragewicht’, zoals gedefinieerd in bijlage I, punt 36, tweede streepje uit de richtlijn, waarvan het nominale laadvermogen niet meer dan 10 ton bedraagt); • Mobiele afvalbakken; • Bestratingsafwerkmachines (met hoogverdichtingsbalk); • Heimachines; • Buizenleggers; • Pistemakers; • Stroomaggregaten (≥ 400 kW); • Veegmachines; • Vuilnisauto’s; • Wegenfreesmachines; • Verticuteermachines; • Houtversnipperaars/hakselaars; • Sneeuwruiminrichtingen met roterende werktuigen (met eigen aandrijving, zonder hulpstukken); 3
• • • •
Zuigvoertuigen; Sleuvengraafmachines; Truckmixers; Waterpompen (niet voor gebruik onder water).
4
BIJLAGE 8 MAXIMALE GELUIDEMISSIENIVEAUS BEHORENDE BIJ ARTIKEL 12 RICHTLIJN 2000/14/EG
2
Type materieel
Verdichtingsmachines (trilwalsen, trilplaten, trilstampers) Dozers op rupsbanden, laad- en graafmachines op rupsbanden Dozers op wielen, laad- en graafmachines op wielen, dumpers, egaliseermachines, vuilnisverdichters van het ladertype, heftrucks met verbrandingsmotor en contragewicht, mobiele kranen, verdichtingsmachines (niet-vibrerende walsen), bestratingsafwerkmachines, hydraulische aggregaten Graafmachines, goederenliften, bouwlieren, motorhakfrezen Met de hand geleide betonbrekers en trilhamers
Toelaatbaar geluidvermogensniveau in dB/1 pW
Netto geïnstalleerd vermogen P (in kW) Elektrisch vermogen Pel(1) (in kW) Massa m van het materieel (in kg) Maaibreedte L (in cm)
Fase I vanaf 3 januari 2002
Fase II vanaf 3 januari 2006
P≤8 8 < P ≤ 70 P > 70 P ≤ 55 P > 55 P ≤ 55 P > 55
108 109 89 + 11 lg P 106 87 + 11 lg P 104 85 + 11 lg P
105 106 86 + 11 lg P 103 84 + 11 lg P 101 82 + 11 lg P
P ≤ 15 P > 15 m ≤ 15 15 < m < 30 m ≥ 30
96 93 83 + 11 lg P 80 + 11 lg P 107 105 94 + 11 lg m 92 + 11 lg m 96 + 11 lg m 94 + 11 lg m Torenkranen 98 + lg P 96 + lg P Las- en vermogensaggregaten Pel ≤ 2 97 + lg Pel 95 + lg Pel 2 < Pel ≤ 10 98 + lg Pel 96 + lg Pel 97 + lg Pel 95 + lg Pel Pel > 10 Compressoren P ≤ 15 99 97 P > 15 97 + 2 lg P 95 + 2 lg P Grasmaaiers, L ≤ 50 96 94 (2) grastrimmers/graskantensnijders 50 < L ≤ 70 100 98 (2) 70 < L ≤ 120 100 98 (2) L > 120 105 103 (2) (1) Pel voor lasaggregaten: genormaliseerde lasstroom vermenigvuldigd met de genormaliseerde lasspanning voor de laagste waarde van de inschakelduur die door de fabrikant wordt opgegeven. (2) Louter indicatieve waarden. De definitieve waarden zijn afhankelijk van de wijziging van de richtlijn ingevolge het krachtens artikel 20, lid 3, vereiste verslag. Bij gebreke van een dergelijke wijziging blijven de waarden voor fase I van toepassing voor fase II. Het toelaatbare geluidsvermogensniveau wordt afgerond op het naaste gehele getal (bij minder dan 0,5 naar beneden, vanaf 0,5 naar boven).
3
4
BIJLAGE 9 INNOVATIES MET EEN POSITIEF EFFECT OP DE GELUIDBLOOTSTELLING UIT HET COBOUWARCHIEF 1993 TOT EN MET 2001
2
Branche Slopen Algemeen GWW GWW Algemeen Slopen Slopen GWW
GWW Funderingsbranche GWW GWW Algemeen Funderingsbranche GWW Beton GWW GWW Beton GWW Slopen GWW GWW Beton Funderingsbranche Algemeen Funderingsbranche Funderingsbranche Beton
Datum 23-02-93 09-12-93 14-12-93 24-03-94 31-05-94 31-05-94 19-07-94 21-07-94
23-08-94 25-04-95 11-07-95 13-07-95 17-01-96 04-06-96 26-08-96 24-04-97 22-05-97 29-07-97 04-12-97 19-03-98 14-04-98 19-05-98 07-01-99 01-12-99 08-02-00 28-02-00 23-03-00 24-05-00 06-09-00
Bron Bron Bron Bron Bron Overdracht Bron Overdracht Overdracht Overdracht Bron Bron/Overdracht Bron/Overdracht Bron ? Bron Bron Overdracht Bron Overdracht Bron
Niveau Overdracht Bron Bron Bron/Overdracht Overdracht Overdracht Bron/Overdracht Bron/Overdracht Milieu Milieu Productiviteit Milieu Kwaliteit Milieu Milieu Kwaliteit Milieu Milieu Productiviteit Milieu Kwaliteit Kwaliteit Milieu Kwaliteit Milieu Milieu Milieu Milieu Productiviteit
Motief Milieu Arbo Milieu Milieu Kwaliteit Productiviteit Kwaliteit Milieu
3
Korte omschrijving Hydraulische breekhamer met hamerhuis Geluidarm zaagblad Eco-schakeling (reductie toerental) Fluisterasfalt Compressorblok in olietank Geluid- en trillingsgedempte sloophamer Hydraulische sloophamer (ook in gedempte versie) Betonklinker met open structuur Diesel elektrisch aangedreven asfaltafwerkingmachine. Schroefinjectiemethode (Leeuwankerpalen) Milieuvriendelijk kogelstralen. Steenmastiekasfalt Spijker en nietmachines zonder oliesmering Geluidsmantel om heihamer Geluidreducerende asfaltlaag (micropave) Bekleding voor betontrechter Constructieve toepassing polystyreen in de GWW Dubbele zoab Transportkubel op rubber wielen Geluidarme betonnen straatsteen Hydraulische breekhamer Combi-wals met TC-systeem Zeer open asfalttapijt Zelfverdichtend beton Hydraulische heihamer Trillingsisolatie en actieve plaatafstraling Hoge snelheidspaal (trillen) Balg om heipaal Beton van onderaf persen 25-30 dB
13 dB(A) 30-40 dB(A)
2,5 dB(A)
4-5 dB(A)
30 dB(A)
18 dB(A)
1,5-2 dB(A)
2,9 dB(A)
5-7 dB(A)
Reductie
Datum 30-11-00 19-01-01 26-01-01 02-05-01 16-05-01 16-08-01 05-09-01 29-09-01 22-11-01
Branche Funderingsbranche Beton Funderingsbranche GWW GWW Slopen GWW Beton Beton
Niveau Bron Overdracht Bron Overdracht Bron Bron Bron/Overdracht Bron Bron
Motief Milieu Milieu Milieu Milieu Milieu Productiviteit Milieu Productiviteit Kwaliteit
4
Korte omschrijving Reductie Fluïdatiepalen Geluidsarme betonmixers (omkasting) Tubex-schroefpalen met groutinjectie Resonatoren in wegdek 4-6 dB(A) Modulair wegdek (hechtweg met magnetronstralen) Electro pneumatische draadzaag Tapis Tolerance (toplaag) 12 dB(A) Molecuul toevoegen aan zelfverdichtend beton Balanced Power Drive voor verdichten beton
BIJLAGE 10 MILIEULIJST 2001, COMPARTIMENT GELUID
2
B5000 Geluidarm stroomaggregaat; B5001 Geluidarme motoraangedreven compressor met een capaciteit van maximaal 30 m³/min; B 5002 Geluidarme laadschop; B 5003 Geluidarme graafmachine; B 5004 Geluidarme betonwarenverdichtingsinstallatie; B 5008 Geluidarme motorpomp; B 5009 Ventilator; B 5010 Houtversnipperaar; B 5011 Vorkheftruck; B 5012 Hydraulisch heiblok; B 5013 Geluidarme mobiele kraan; B 5014 Verwijderbare bekisting voor ankerloze spouwmuren; B 5015 Vast opgesteld lagedruk aggregaat; B 5016 Geluidarme telescooplader/verreiker; B 5017 Geluidarm hydrauliek aggregaat; B 5018 Geluidarme straatveegmachine; B 5019 Geluidarme hoogwerker; B 5020 Geluidarme kolkenzuiger; B 5021 Geluidarme huisvuilwagen; B 5022 Milieuvriendelijke tractor; B 5023 Geluidarme autolaadkraan; C 5024 Geluidreducerende voorzieningen voor lichte propellorvliegtuigen; E 5025 Milieuvriendelijke gemotoriseerde landbouwmachines; E 5026 Milieuvriendelijke getrokken landbouwmachines; E 5027 Hydraulische boorstelling; A 5028 Recompressievrije transportkoeling.
3
4
BIJLAGE 11 ARBOLIJST 2001, INVESTERINGEN TER VOORKOMING/VERMINDERING VAN DE BLOOTSTELLING AAN LAWAAI
2
L001
Geluidarm snijgereedschap;
L002 L003 L004 L005 L006 L007
Geluidarme gipstrimmer met vol-diamantschijf; Verstekzaag met geluidomkasting; Hakhamer met lage vibratie; Geluidgedempte elektrische compressor; Geluidsmantel om heiblok; Bestuurbare unit voor horizontale boringen.
3
4
BIJLAGE 12 AANTAL MELDINGEN IN HET COMPARTIMENT GELUID MIA/VAMIL JAARVERSLAG 2000
2
Code MIA B5000 B5001 B5002 B 5003 B 5004 B 5008 B 5009 B 5010 B 5011 B 5012 B 5013 B 5016 B 5017 B 5018 B 5019 B 5020 B 5022 B 5023 E5025 E5026 E5027
Omschrijving
Aantal meldingen MIA VAMIL 21 51 21 36
VAMIL 5000 geluidarm stroomaggregaat 5001 geluidarm motor-aangedreven compressor met een capaciteit van max 30 m³/min 5002 geluidarme laadschop 130 5003 geluidarme graafmachine 215 5004 geluidarme betonwaren2 verdichtingsinstallatie 5008 geluidarme motorpomp 34 5009 koelventilator 43 5010 houtversnipperaar 21 5011 vorkheftruck 192 5012 hydraulisch heiblok 6 5013 geluidarme mobiele kraan 44 5016 geluidarme telescooplader/verreiker 35 5017 geluidarm hydraulisch aggregaat 0 5018 geluidarme straatveegmachine 6 5019 geluidarme hoogwerker 10 5020 geluidarme kolkenzuiger 0 5022 milieuvriendelijke tractor 1.053 5023 geluidarme autolaadkraan 2 milieuvriendelijke gemotoriseerde 13 landbouwmachines milieuvriendelijke getrokken 18 landbouwmachines hydraulische boorstelling 2
3
311 459 1 73 56 39 353 16 75 50 3 9 28 1 1.382 8 0 0 0
4
BIJLAGE 13 AANTAL MELDINGEN FARBO REGELING MET BETREKKING TOT GELUID IN 1998, 1999 EN 2000
2
Code L001 L002 L003 L004 L005 L006 L007
1998 8 20
Aantal 1999 34 11
2000 55 13
0 0 2 5 79
0 0 124 1 10
3 1 140 2 -
Omschrijving Geluidarm snijgereedschap Geluidarme gipstrimmer met voldiamantschijf Verstekzaag met geluidomkasting Hakhamer met lage vibratie Geluidgedempte elektrische compressor Geluidmantel om heiblok Bestuurbare unit voor horizontale boringen
3