\ INLEIDING Het beleid ten aanzien van nascholing en professionalisering (kort: scholing) is belangrijk. Dit schoolspecifieke gedeelte omvat de volgende onderdelen: ALGEMENE DOELSTELLINGEN MET BETREKKING TOT SCHOLING Het beleid is erop gericht de kwaliteit van het onderwijs (voortdurend) te verbeteren. De missie van De Vendelier is het bieden van aantoonbaar beter onderwijs en dat kan alleen door behalve bevoegd ook bekwaam personeel in dienst te hebben. Ook de maatschappij stelt steeds hogere eisen aan het onderwijs en aan de leerkrachten. Nog steeds is de man of vrouw in de klas van doorslaggevend belang voor het succes van het onderwijs. Vanuit die wetenschap worden met name leerkrachten maar ook het overige personeel in de gelegenheid gesteld zich door middel van scholing verder te bekwamen in hun vak. Jaarlijks wordt bij het vaststellen van de begroting het budget voor scholing vastgesteld. De hoogte van het budget omvat minimaal de middelen die het rijk bedoeld heeft voor professionalisering. Hoewel er conform de CAO in voorkomende gevallen een verschuiving plaats kan vinden tussen leslesgebonden en niet lesgebonden activiteiten blijft 10% van de normjaartaak onverminderd beschikbaar voor deskundigheidsbevordering. De inzet van scholingsgelden is gebaseerd op de volgende doelstellingen: 1. Het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs en de ondersteunende activiteiten binnen het onderwijs. 2. Het bevorderen van de kwaliteit van het management. 3. Het voldoen aan de wens van een personeelslid (of zijn leidinggevende) om zich te verder te bekwamen in competenties welke de uitvoering van zijn taken optimaal mogelijk maakt. 4. Het bevorderen van de beroepsmatige ontplooiing en interesseontwikkeling van personeelsleden. De scholing moet een bijdrage leveren aan de uitgezette schoolontwikkeling. 5. Het bevorderen van een bredere inzetbaarheid van leerkrachten.
CRITERIA VOOR DE KEUZE VAN SCHOLING In principe komen alle beleidsterreinen in aanmerking voor scholing. Hierbij wordt gedacht aan onderwijskundig -, financieel- en personeelsbeleid. Ook specialistische onderdelen zoals ICT en zorgverbreding zijn in dit plan opgenomen. Uitgangspunt voor het stellen van prioriteiten is het schoolconcept, waarin de visie en identiteit van de school beschreven zijn. Bij de opstelling van het schoolspecifieke scholingsplan wordt uitgegaan van een geïntegreerde aanpak. Dit betekent dat er een duidelijke relatie is met de schoolontwikkeling, zoals die te vinden is in het schoolplan en de daaraan gerelateerde jaarplannen. Scholing is geen losse activiteit op school, maar een bewuste keuze die past in het totale beleid van de school. Personeelsleden hebben recht op scholing. In ‘op ontwikkeling gerichte gesprekken’ kunnen zij persoonlijke wensen op dit gebied kenbaar maken. Als deze wensen niet strijdig zijn met het schoolbelang en het budget het toelaat kan dit worden opgenomen in het scholingsplan van de school. Dit ter beoordeling van het MT. Personeelsleden hebben ook de plicht scholing te volgen. Zonodig kan het MT een bepaalde cursus die in het belang van de school moet worden gevolgd verplichtend opleggen. Van iedere individuele leerkracht wordt verwacht dat hij continu werkt aan deskundigheidsbevordering en hij heeft daartoe in ieder geval de helft van de 10% van zijn normjaartaak tot zijn beschikking. VOLGORDE BIJ HET TOEWIJZEN VAN SCHOLING In het algemeen kan gesteld worden dat besteding van het scholingsbudget aan gezamenlijke scholing (d.w.z. die vorm van scholing die de gehele school ten goede komt) voorrang krijgt boven die individuele wensen. Bij het toewijzen van scholingsactiviteiten wordt de onderstaande volgorde gehanteerd: 1. Scholing die men wettelijk verplicht is te volgen (bijvoorbeeld BHV of vertrouwenspersoon). 2. Kwaliteitsverbetering van het onderwijs of de organisatie vanuit het perspectief van de visie van de school. 3. Scholingsverzoeken uit voorgaande jaren die voldoen aan het scholingsbeleid maar die eerder op grond van een uitgeput budget afgewezen zijn. 4. Kwaliteitsverbetering van het onderwijs vanuit het perspectief van een personeelslid of zijn leidinggevende en in het bijzonder gericht op de eigen functie. 5. Ontwikkeling van (gedeeltes) van teams met betrekking tot onderwijs(taken.) VERGOEDING BIJ SCHOLING IN HET PERSOONLIJK BELANG VAN DE LEERKRACHT De lerarenbeurs vergoedt niet alle studies. Alle kosten van scholing die daar wel voor in aanmerking komen worden in eerste instantie door de leerkracht bij de lerarenbeurs aangevraagd. Naast de reguliere scholing bestaat de mogelijkheid voor leerkrachten scholing te volgen die in het persoonlijk belang is of slechts gedeeltelijk in het belang van de school. Onder voorwaarden stelt onze school hiervoor middelen beschikbaar. Met de betreffende leerkracht wordt een individuele scholingsovereenkomst gesloten. Als een leerkracht voor vergoeding van de cursuskosten van scholing in het persoonlijk belang in aanmerking wil komen, neemt hij hierover contact op met de directeur van de school. Deze bepaalt in hoeverre er sprake is van overlap tussen
het persoonlijk belang en het schoolbelang. De leerkracht meldt zichzelf bij het scholingsinstituut aan. Indien een vergoeding verstrekt wordt voor individuele cursussen, gelden er bepalingen voor teruggave van de tegemoetkoming die in de overeenkomst worden opgenomen. Zie hiervoor de bijlage “Studie- overeenkomst”. VERANDERING VAN SCHOOL BINNEN QLIQ Wanneer door een school een toezegging is gedaan omtrent een vergoeding voor een te volgen cursus geldt die toezegging voor alle scholen van onze stichting. Wanneer een personeelslid in de loop van het jaar van school verandert, worden gemaakte afspraken gecontinueerd. Deze passage is daarom opgenomen in de studie overeenkomst, zie bijlage “Studie- overeenkomst”. EVALUATIE Jaarlijks wordt door het MT geëvalueerd in hoeverre de cursussen aan het verwachtingspatroon beantwoord hebben. Relevante opmerkingen worden door het MT doorgegeven aan de scholingsinstantie. Naast deze evaluatie wordt nagegaan wat de waarde van de gevolgde scholing voor de gehele school is. Het resultaat van deze bespreking vormt het uitgangspunt voor het opstellen van het scholingsplan voor het nieuwe schooljaar. De evaluatie van de scholing wordt opgenomen in het jaarverslag. STAPPENPLAN Fase 1 Het managementteam stelt het beleidskader op. In dit beleidskader wordt aangegeven hoeveel geld er het komend schooljaar beschikbaar is voor nascholing en welke onderwerpen het komend schooljaar voor nascholing in aanmerking komen. De onderwerpen op schoolniveau komen voort uit het schoolplan en de onderwerpen op individueel niveau komen voort uit de functioneringsgesprekken. Fase 2 Het managementteam verzamelt het totale nascholingsaanbod dat er op de markt is. Fase 3 Het nascholingsaanbod ligt ter inzage voor de leerkrachten. Leerkrachten kunnen tijdens functioneringsgesprekken kenbaar maken welke cursussen zij willen volgen. Bij hun keuze zijn zij niet geheel vrij. De gekozen cursussen moeten passen binnen het beleidskader, dus binnen het vastgestelde budget en de vastgestelde onderwerpen. Fase 4 Nadat het team geïnformeerd is en de medezeggenschapsraad heeft ingestemd met het voorstel, is dit het nascholingsplan voor het komende jaar.
ACTIVTEITEN Activiteiten/wensen m.b.t. het scholingsbeleid schooljaar 2010-2011, 2011-2012 Cat. prioriteit: • • • •
Professionalisering team/MT Uitwerking en implementatie visie Hoogbegaafdheid Taakspel > zowel uitvoering als coaching
• • • •
Studie IB (= interne begeleiding) Studie basisbekwaam directeur Coaching (individuele begeleiding/ondersteuning van teamleden) SO-VA training (= Sociale Vaardigheids Training) gericht op 4-8-jarigen
Cat. gemiddelde prioriteit: • HGW/OGW (= handelingsgericht werken/ ontwikkelingsgericht werken • OPP/zorgarrangementen (= ontwikkelingsperspectief, beschrijving van doelen/inspanningen/opbrengsten over langere termijn. Dit maakt deel uit van het zorgarrangement van de school) • Effectieve instructie • Coaching/SVIB (= School Video Interactie Begeleiding) gericht op de lkr. • Analyse-evalutiemodule LVS (= Leerling Volg Systeem) • Klassenmanagement • Veilig en goed computergebruik (email,netwerk,documenten opslaan,privacy) • ICT Coach-opleiding Cat. lagere proriteit: • • • • • • • • • •
Goed observeren SVIB (= Sociale Video- Interactie Begeleiding) met de klas Kinder EHBO Taal- en/of rekencoördinator Gebruik/inzet educatieve software Smart Certified Trainer Smart Trainingen Office 2010 Sharepoint NFTE (= Network For Teaching Entrepreneurship)
BUDGETTEN: • • • •
€ 16.055,- Schoolbegeleiding (leerlingbegeleiding ) € 25.000, -Nascholing (individuele scholingsvragen, cursussen, congressen en seminars, reiskosten etc. etc.): € 25.000,- Management-, team- en organisatieontwikkeling) Extra inzet personeel(binnen formatie) inzet € 7.500 van bovengenoemde middelen
BIJLAGEN: Studie- Overeenkomst bij scholing in persoonlijk belang
STUDIE-OVEREENKOMST Ondergetekenden: 1. Basisschool De vendelier, gevestigd te Helmond, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door …………………(directeur), hierna te noemen werkgever; en 2. Naam: …………………………… Adres........................... Woonplaats Helmond hierna te noemen werknemer; komen het volgende overeen: 1. Werkgever stelt werknemer financieel in staat de opleiding --------------------- te volgen bij ------------------------- De totale opleidingskosten bedragen €............ Werkgever voldoet (een gedeelte van) de opleidingskosten, te weten 100 %. Overeengekomen is dat de werknemer 0 % van de totale opleidingskosten voor zijn rekening neemt, zijnde € 0; deze eigen bijdrage wordt via de salarisadministratie ingehouden in de maanden..........van ............en ............. Tevens vergoedt de de werkgever (100% van) de reiskosten op basis van kosten openbaar vervoer 2 klasse en eventuele studieboeken en studiekaternen. 2. De opleiding start ............en eindigt .............. Werknemer verplicht zich deel te nemen aan de volledige opleiding. Wanneer de werknemer de opleiding voortijdig beëindigt volgt automatisch een volledige terugbetaling van de opleidingskosten door de werknemer aan school. 3. Werkgever verleent werknemer, indien nodig, verlof voor het deelnemen aan tentamens/ examens. 4. In geval het dienstverband tussen werkgever en werknemer op initiatief van de werknemer wordt verbroken tijdens het volgen van de opleiding, verplicht de werknemer zich 100% van de door de werkgever betaalde opleidings- en reiskosten terug te betalen aan werkgever. Wanneer door een school een toezegging is gedaan omtrent een vergoeding voor een te volgen cursus geldt die toezegging voor alle scholen van de stichting. Wanneer een personeelslid in de loop van het jaar van school verandert, worden gemaakte afspraken gecontinueerd 5. In geval het dienstverband tussen werkgever en werknemer op initiatief van de werknemer wordt verbroken binnen twee jaar na het voltooien van de opleiding, verplicht werknemer zich de door de werkgever betaalde opleidings- en reiskosten terug te betalen aan werkgever, verminderd met 1/24 van de opleidings- en reiskosten per maand die verstreken is sinds het voltooien van de opleiding. Opleidingskosten vergoed door b.v. de lerarenbeurs vallen hier niet onder. 6. Indien het dienstverband tussen werkgever en werknemer op initiatief van de werkgever wordt beëindigd, geldt bovenstaande restitutieverplichting niet. 7. Werkgever is gerechtigd de in de bovenstaande artikelen genoemde terugbetalingen te verrekenen met salarisbetalingen. Door ondertekening van deze overeenkomst machtigt de werknemer de werkgever de genoemde bedragen te verrekenen met salarisbetalingen.
Aldus overeengekomen en in tweevoud getekend te Helmond, d.d. …………………… Voor akkoord werknemer
Voor akkoord werkgever
……………….
……………………, directeur