Onderhoudsplicht bij tussenkomst in de verblijfskosten in een woonzorgcentrum Versie 4 mei 2011
Bij opname in een woonzorgcentrum (wzc) Elke inwoner van de stad heeft recht op dienstverlening van het OCMW. Als je inkomen onvoldoende is om de kosten van je verblijf in een woonzorgcentrum te betalen, kan het OCMW bijspringen. Het OCMW vraagt dan wel dat de onderhoudsplichtigen bijdragen in de kosten. Deze onderhoudsplicht is wettelijk geregeld. Zie onderaan 1. OCMW Antwerpen vraagt de verblijfskosten terug aan de kinderen of kleinkinderen van de rusthuisbewoner. Broers en zussen van de bewoner zijn volgens de wet niet onderhoudsplichtig ten overstaan van elkaar. Vrijstelling van onderhoudsplicht Als je gezamenlijk belastbaar inkomen lager is dan een wettelijk vastgesteld bedrag, stelt het OCMW je vrij van de onderhoudsplicht en moet je niets betalen. Op dit moment is het bedrag begrensd op 21 156,10 euro. Je telt er per persoon ten laste 2 961,86 euro bij. Een persoon ten laste is: • Elk kind waar de onderhoudsplichtige, wat betreft de kinderbijslag, de hoedanigheid van bijslagtrekkende bezit en • Elke persoon die fiscaal ten laste is van de onderhoudsplichtige. Let op: de echtgeno(o)t(e) van de onderhoudsplichtige valt nooit onder een van deze categorieën en is fiscaal dus nooit ten laste. In de terugvorderingsschaal kijken we dan naar de kolom '0' personen ten laste. Er is een uitzondering op de vrijstelling: Als je gezamenlijk belastbaar inkomen lager is dan het vrijstellingsbedrag en als je over een onroerend goed beschikt met een niet-geïndexeerd kadastraal inkomen (KI) gelijk aan of groter dan 2 000 euro, telt het OCMW dat KI driemaal bij je netto belastbaar inkomen. Kom je niet in aanmerking voor een vrijstelling, dan zal het OCMW je bijdrage in de onderhoudsplicht berekenen. De berekening gebeurt volgens een bijdrageschaal, die dezelfde is voor alle OCMW's. Je vindt deze schaal als bijlage. De bijdrageschaal houdt naast je inkomen ook rekening met de gezinslast.
1 Organieke wet van 8 juli 1976 over de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 98 paragraaf 2 en het Koninklijk Besluit van 9 mei 1984.
Berekening van je bijdrage Eerst bepalen de maatschappelijk werkers de maximumbijdrage volgens de schaal. Dat doen ze aan de hand van het gezamenlijk belastbaar inkomen Dat is het inkomen zoals je dat terugvindt op je aanslagbiljet. Als er nog een afzonderlijk belastbaar inkomen is, tellen ze dat erbij. Pas als alle kosten van het woonzorgcentrum en de inkomsten van de onderhoudsplichtigen bekend zijn, berekent het OCMW het kindsdeel. Dat is de kostprijs van het verblijf in een woonzorgcentrum (de ligdagprijs maal het aantal dagen) min de eigen inkomsten van de bewoner. Van het eigen inkomen wordt eerst het zakgeld betaald. Het resterende bedrag delen we door het totaal aantal kinderen. Je betaalt steeds het voordeligste tarief. Is de maximumbijdrage lager dan het kindsdeel? Dan betaal je niet meer dan de maximumbijdrage. Is het kindsdeel lager dan de maximumbijdrage? Dan blijft je bijdrage beperkt tot het kindsdeel. Het OCMW vraagt om de gegevens over je inkomsten zo snel mogelijk en zeker binnen de maand na de vraag tot tussenkomst te bezorgen aan de maatschappelijk werker. Als je gegevens niet tijdig bekend zijn, vraagt het OCMW ze op bij de belastingen. Je krijgt dan een factuur voor het kindsdeel tot de berekening van de maximumbijdrage in orde is. Het OCMW factureert de onderhoudsplicht forfaitair. Dat wil zeggen dat je gedurende één jaar maandelijks een vast bedrag zal aangerekend worden. Na één jaar krijg je een afrekening en wordt je bijdrage voor het volgende jaar vastgelegd. Een voorbeeld ter illustratie van onze berekening: Mevrouw Y verblijft in WZC X. Ze heeft drie kinderen. We bepalen de maximumbijdrage voor elk kind: •
Kind 1 van mevrouw Y heeft een netto belastbaar inkomen van 27 000 euro en één kind ten laste. De maximumbijdrage van kind 1 is volgens deze schaal 37 euro per maand.
•
Kind 2 van mevrouw Y heeft een netto belastbaar inkomen 42 000 euro en twee kinderen. De maximumbijdrage van kind 2 is 296 euro per maand.
•
Kind 3 van mevrouw Y heeft een netto belastbaar inkomen van 25 000 euro en drie kinderen. Volgens de schaal is dit kind vrijgesteld van onderhoudsplicht.
We berekenen nu het gemiddelde kindsdeel: De ligdagprijs in het woonzorgcentrum bedraagt 52 euro per dag. Dat bedrag vermenigvuldig je met 30 dagen. Mevrouw Y heeft een pensioen van 725 euro. Van dit pensioen heeft ze 87,88 euro zakgeld. Kostprijs van wzc X Inkomsten - zakgeld
52 euro x 30 dagen 725 euro – 87,88 euro
Tekort per maand Kindsdeel
= = =
922,88 euro : 3 kinderen
=
1 560,00 euro - 637,12 euro --------------922,88 euro 307,63 euro
•
Kind 1 heeft een maximumbijdrage van 37 euro. Het kindsdeel is 307,63 euro. Kind 1 betaalt gedurende één jaar de maximumbijdrage van 37 euro. Na één jaar maakt het OCMW een jaarafrekening en berekent het nieuwe bedrag voor het volgende jaar.
•
Kind 2 heeft een maximumbijdrage van 296 euro per maand. Het kindsdeel is 307,63 euro. Kind 2 betaalt 296 euro. Na één jaar maakt het OCMW een jaarafrekening en berekent het nieuwe bedrag voor het volgende jaar.
•
Kind 3 was vrijgesteld. Ze moet niets betalen.
Het OCMW betaalt het saldo. Je onderhoudsbijdrage is voor 80 % fiscaal aftrekbaar. Hou er wel rekening mee dat de onderhoudsbijdrage door de belastingen als inkomen voor de bewoner beschouwd wordt. De te betalen belastingen van de bewoner kunnen daardoor gevoelig stijgen.
Vijf bijzondere situaties
Je inkomen is hoger dan … Als je netto belastbaar inkomen hoger is dan 75 000 euro per jaar als alleenstaande of hoger dan 90 000 euro als gezin, wijkt OCMW Antwerpen af van de beperking tot het kindsdeel. We rekenen je de overblijvende kosten aan, maar je betaalt nooit meer dan de maximumbijdrage volgens de schaal. Vermindering van het vermogen Het OCMW kan volgens de wet (artikel 10 van het Koninklijk Besluit van 9 mei 1984) een gedeelte van de verblijfskosten terugvorderen als blijkt dat zonder een aanvaardbare uitleg het vermogen van de bewoner gedurende de laatste vijf jaar voor de start van de financiële hulp, in belangrijke mate werd verminderd. Billijkheidsredenen Als je kan bewijzen dat je tot je 16 jaar niet bent opgevoed door je ouders of er een verstoorde relatie bestond tussen jou en je ouders, kan OCMW Antwerpen je vrijstellen van de onderhoudsplicht. Deze vraag tot vrijstelling moet bewezen worden door objectieve bewijsstukken zoals een 'historiek adressen', een vonnis door de rechtbank, … Je inkomsten zijn gewijzigd Als je huidige inkomen verschilt van je laatste netto belastbaar inkomen, houdt het OCMW daar rekening mee. Neem dan contact op met de dienst Maatschappelijke Dienstverlening aan Residenten. Deze dienst maakt dan een nieuwe berekening van je bijdrage. Ouders en schoonouders Als zowel je ouders als je schoonouders in een woonzorgcentrum verblijven, ben je onderhoudsplichtig voor al deze personen. Je maximumbijdrage verhoogt dan niet, maar het kindsdeel kan veranderen. Je krijgt dan twee verschillende dossiers, soms bij twee verschillende OCMW's.
3
Meer informatie? Je kan met al je vragen over de onderhoudsplicht terecht bij: Dienst Maatschappelijke hulpverlening aan Residenten Lange Gasthuisstraat 39 2000 Antwerpen tel. 03 338 92 69 fax 03 338 92 86
OCMW-infopunt Tel. 03 338 28 28 4
[email protected] www.ocmw.antwerpen.be
Bijdrageschaal
% van de
Netto belastbaar inkomen in euro
Terug te vorderen maandelijks bedrag in functie van het aantal personen ten laste (bedragen geldend vanaf 1 mei 2011)
inkomensschijf waarmee rekening werd gehouden voor de berekening van de bedragen 0
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10 en meer
21 156,11 - 24 117,96
15 %
€ 37
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
24 117,97 – 27 079,82
15 %
€ 74
€ 37
-
-
-
-
-
-
-
-
-
27 079,83 – 30 041,68
20 %
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
-
-
-
-
-
30 041,69 – 33 003,54
20 %
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
-
-
-
-
33 003,55 – 35 965,40
25 %
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
-
-
-
35 965,41 – 38 927,26
25 %
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
-
-
38 927,27 – 41 889,12
30 %
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
-
41 889,13 – 44 850,98
30 %
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
-
44 850,99 – 47 812,84
35 %
€ 531
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
-
47 812,85 – 50 774,70
35 %
€ 617
€ 531
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
-
50 774,71 – 53 736,56
40 %
€ 716
€ 617
€ 531
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
€ 37
53 736,57 – 56 698,42
40 %
€ 815
€ 716
€ 617
€ 531
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
€ 74
56 698,43 - en meer
50 %
€ 938
€ 815
€ 716
€ 617
€ 531
€ 444
€ 370
€ 296
€ 234
€ 173
€ 123
5