EMA/502328/2014 EMEA/H/C/000955
EPAR-samenvatting voor het publiek
RoActemra tocilizumab
Dit document is een samenvatting van het Europees openbaar beoordelingsrapport (EPAR) voor RoActemra. Het geeft uitleg over de aanpak van het Comité voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik (CHMP) bij de beoordeling van het geneesmiddel, een proces dat tot doel heeft een positief advies voor vergunningverlening en aanbevelingen voor de gebruiksvoorwaarden van RoActemra vast te stellen.
Wat is RoActemra? RoActemra is een geneesmiddel dat de werkzame stof tocilizumab bevat. Het is verkrijgbaar in de vorm van een concentraat waarvan een oplossing voor intraveneuze infusie (indruppeling in een ader) wordt gemaakt, en in de vorm van een oplossing voor subcutane (onderhuidse) injectie in een voorgevulde spuit.
Wanneer wordt RoActemra voorgeschreven? Bij volwassenen wordt RoActemra in combinatie met een ander geneesmiddel, methotrexaat, gebruikt voor de behandeling van reumatoïde artritis (een aandoening van het afweersysteem die ontsteking van de gewrichten veroorzaakt). Het wordt gebruikt:
bij patiënten met een ernstige, actieve vorm van de ziekte die nog niet eerder met methotrexaat zijn behandeld;
bij patiënten met een matige tot ernstige, actieve vorm van de ziekte die een ontoereikende reactie hebben vertoond op andere behandelingen (met antireumatische geneesmiddelen die het verloop van de ziekte beïnvloeden) zoals methotrexaat als monotherapie of tumornecrosefactorblokkers (TNF-blokkers), of die deze behandelingen niet verdroegen.
RoActemra kan als monotherapie worden gebruikt wanneer behandeling met methotrexaat niet geschikt is. In combinatie met methotrexaat kan RoActemra de schade aan de gewrichten vertragen en de fysieke functies (het vermogen alledaagse taken te verrichten) verbeteren.
30 Churchill Place ● Canary Wharf ● London E14 5EU ● United Kingdom Telephone +44 (0)20 3660 6000 Facsimile +44 (0)20 3660 5555 Send a question via our website www.ema.europa.eu/contact
An agency of the European Union
© European Medicines Agency, 2014. Reproduction is authorised provided the source is acknowledged.
Bij kinderen vanaf twee jaar wordt RoActemra gebruikt voor de behandeling van twee vormen van jeugdartritis, namelijk actieve systemische juveniele idiopathische artritis en juveniele idiopathische polyartritis. Het wordt via infusie toegediend aan patiënten die niet reageerden op andere behandelingen (NSAID’s en corticosteroïden). Het wordt gebruikt in combinatie met methotrexaat maar kan als monotherapie worden gebruikt als methotrexaat niet geschikt is voor de patiënt. Dit geneesmiddel is uitsluitend op doktersvoorschrift verkrijgbaar.
Hoe wordt RoActemra gebruikt? Behandeling met RoActemra moet worden gestart door een arts die ervaring heeft met het vaststellen en behandelen van reumatoïde artritis, actieve systemische juveniele idiopathische artritis of juveniele idiopatische polyartritis. Bij reumatoïde artritis kan RoActemra gegeven worden als intraveneuze infusie of als onderhuidse injectie. In geval van intraveneuze toediening is de aanbevolen dosering 8 mg per kg lichaamsgewicht eenmaal in de vier weken, maar doses boven 800 mg per infusie worden afgeraden. De infusie dient gedurende één uur plaats te vinden. In geval van onderhuidse injectie is de aanbevolen dosering 162 mg eenmaal per week. Patiënten kunnen zichzelf injecteren met de voorgevulde spuit, indien hun dit goed is aangeleerd. Voor elke injectie moet een andere injectieplaats worden gekozen. Bij systemische juveniele idiopatische artritis wordt RoActemra eenmaal in de twee weken gegeven als intraveneuze infusie gedurende één uur, in een dosis van 8 mg per kilogram lichaamsgewicht voor kinderen die 30 kg of meer wegen, dan wel 12 mg per kilogram lichaamsgewicht voor kinderen die minder dan 30 kg wegen. Indien na zes weken geen verbetering optreedt, kan worden overwogen de behandeling te stoppen. Bij juveniele idiopatische polyartritis wordt RoActemra eenmaal in de vier weken gegeven als intraveneuze infusie gedurende één uur, in een dosis van 8 mg per kilogram lichaamsgewicht voor kinderen die 30 kg of meer wegen, dan wel 10 mg per kilogram lichaamsgewicht voor kinderen die minder dan 30 kg wegen. Indien na twaalf weken geen verbetering optreedt, kan worden overwogen de behandeling te stoppen. De dosis RoActemra of methotrexaat moet mogelijk worden aangepast of de behandeling onderbroken bij patiënten bij wie problemen met de lever of het bloed ontstaan. Artsen moeten de nierfunctie zorgvuldig controleren bij patiënten met een matig of ernstig verminderde nierfunctie. Patiënten die met RoActemra worden behandeld, moeten een patiëntenkaart ontvangen met alle veiligheidsinformatie over het geneesmiddel.
Hoe werkt RoActemra? De werkzame stof in RoActemra, tocilizumab, is een monoklonaal antilichaam, dat wil zeggen een antilichaam (een soort eiwit) dat een specifieke structuur in het lichaam (een antigeen) herkent en zich daaraan hecht. Tocilizumab is ontwikkeld voor binding aan de receptor voor een boodschappermolecuul (cytokine) in het lichaam genaamd interleukine-6. Deze boodschapper is betrokken bij het ontstaan van ontstekingen en komt in hoge concentraties voor bij patiënten met reumatoïde artritis, systemische juveniele idiopathische artritis en juveniele idiopathische polyartritis. Door te voorkomen dat interleukine-6 zich aan zijn receptoren hecht, vermindert tocilizumab de ontsteking en andere symptomen van deze aandoeningen.
RoActemra EMA/502328/2014
Blz. 2/5
Hoe is RoActemra onderzocht? Voor ernstige, actieve reumatoïde artritis die nog niet eerder met methotrexaat is behandeld, is RoActemra onderzocht in één grote studie onder 1 162 patiënten. In deze studie werd RoActemra, toegediend als intraveneuze infusie op zichzelf of in combinatie met methotrexaat, vergeleken met placebo (een schijnbehandeling) in combinatie met methotrexaat. De belangrijkste graadmeter voor de werkzaamheid was het aantal patiënten dat na zes maanden in remissie was (geen symptomen van de ziekte vertoonde). Voor de behandeling van matige tot ernstige reumatoïde artritis waarbij andere geneesmiddelen faalden, is RoActemra, toegediend als intraveneuze infusie, onderzocht in vijf grote studies waaraan in totaal meer dan 4 000 volwassenen deelnamen. In vier van deze studies werd RoActemra vergeleken met placebo. In drie hiervan werden de geneesmiddelen aan in totaal ruim 3 000 patiënten toegediend als toevoeging aan falende behandeling met methotrexaat of andere gebruikelijke geneesmiddelen tegen reumatoïde artritis. In de vierde studie werden de geneesmiddelen in combinatie met methotrexaat toegediend aan 498 patiënten die een ontoereikende reactie hadden vertoond op eerdere behandeling met TNF-blokkers. In de vijfde studie werd bij 673 patiënten het gebruik van RoActemra als monotherapie vergeleken met methotrexaat. In alle vijf studies was de belangrijkste graadmeter voor de werkzaamheid het aantal patiënten dat na zes maanden een respons op de behandeling had vertoond. Een respons werd gedefinieerd als een afname in de symptoomscores met minimaal 20% zoals gemeten aan de hand van een standaardbeoordelingsschaal voor reumatoïde artritis. In een van de studies, waarbij 1 196 patiënten waren betrokken, werd ook gekeken naar het effect van de combinatie van RoActemra en methotrexaat op gewrichtsschade en op de fysieke functies na één en twee jaar behandeling. Bijna 4 000 patiënten uit deze studies werden vervolgens opgenomen in studies waarin de langetermijneffecten van behandeling met RoActemra werden beoordeeld. RoActemra toegediend als onderhuidse injectie werd ook onderzocht in twee studies onder in totaal 1 918 patiënten met matige tot ernstige reumatöide artritis bij wie een voorgaande behandeling met DMARD's niet goed had gewerkt. In de ene studie werd onderhuids geïnjecteerd RoActemra vergeleken met placebo, in de andere studie met RoActemra toegediend als intraveneuze infusie. De belangrijkste graadmeter voor de werkzaamheid was het aantal patiënten dat na zes maanden op de behandeling had gereageerd. In het geval van systemische juveniele idiopathische artritis werd RoActemra als intraveneuze infusie vergeleken met placebo in één grote studie waaraan 112 kinderen deelnamen die een ontoereikende reactie hadden op behandeling met NSAID’s en systemische corticosteroïden. De belangrijkste graadmeter voor de werkzaamheid was het aantal patiënten dat na drie maanden een respons op de behandeling had vertoond en bij wie gedurende ten minste zeven dagen geen koorts was opgetreden. Voor juveniele idiopathische polyartritis werd RoActemra als intraveneuze infusie vergeleken met placebo in één grote studie onder 166 kinderen van twee jaar en ouder aan wie geen methotrexaat kon worden toegediend of die een ontoereikende reactie op methotrexaat vertoonden. De patiënten mochten de behandeling met methotrexaat tijdens de studie voortzetten. De belangrijkste maatstaf voor de werkzaamheid was het aantal patiënten dat een opflakkering van de symptomen had na vier tot zes maanden behandeling.
RoActemra EMA/502328/2014
Blz. 3/5
Welke voordelen bleek RoActemra tijdens de studies te hebben? Wat betreft de patiënten die nog geen methotrexaat hadden gebruikt, hadden 130 van de 290 patiënten die RoActemra met methotrexaat combineerden (45%) en 113 van de 292 patiënten die alleen RoActemra gebruikten (39%) na zes maanden remissie bereikt, tegenover 43 van de 287 patiënten die placebo plus methotrexaat gebruikten (15%). RoActemra als intraveneuze infusie was ook werkzaam voor het verminderen van de symptomen van reumatoïde artritis bij patiënten die onvoldoende hadden gereageerd op gebruikelijke behandelingen. Patiënten die RoActemra kregen toegevoegd, bleken ongeveer viermaal vaker op de behandeling te reageren dan degenen die placebo kregen toegevoegd. In de studie onder patiënten met een ontoereikende respons op TNF-blokkers vertoonden patiënten die RoActemra met methotrexaat toegediend kregen, ongeveer negen keer zo vaak een respons als degenen die een schijnbehandeling ondergingen. Uit de vijfde studie bleek dat patiënten die alleen RoActemra toegediend kregen, een grotere kans op respons hadden dan degenen die alleen methotrexaat gebruikten. Een gecombineerde behandeling met RoActemra en methotrexaat vertraagde ook de schade aan de gewrichten en verbeterde de fysieke functies tot twee jaar, in vergelijking met de combinatie placebo en methotrexaat. Uit langetermijnonderzoeken bleek dat de respons op RoActemra ten minste twee jaar aanhoudt. RoActemra als onderhuidse injectie bleek voor de behandeling van reumatoïde artritis werkzamer dan placebo. Na zes maanden behandeling met RoActemra reageerde 61% van de patiënten op de behandeling, tegenover 32% van de placebogroep. RoActemra als onderhuidse injectie was niet minder werkzaam voor het bereiken van een respons na zes maanden dan RoActemra als intraveneuze infusie. Bij systemische juveniele idiopathische artritis reageerde 85% (64 van de 75 patiënten) op de behandeling met RoActemra als intraveneuze infusie en had geen koorts meer na drie maanden, tegenover 24% van de patiënten (9 van de 37) die placebo kregen. In de studie naar juveniele idiopathische polyartritis kreeg 26% van de patiënten die RoActemra als intraveneuze infusie kregen (21 van de 82) een opflakkering van de symptomen tijdens de behandeling, tegenover 48% van de patiënten die placebo kregen (39 van de 81).
Welke risico’s houdt het gebruik van RoActemra in? De meest voorkomende bijwerkingen van RoActemra (waargenomen bij meer dan 5 op de 100 patiënten) zijn infecties van de bovenste luchtwegen (verkoudheden), neus- en keelontsteking, hoofdpijn, hoge bloeddruk (hypertensie) en afwijkende leverfunctietests. De ernstigste bijwerkingen zijn ernstige infecties, complicaties van diverticulitis (ontsteking van de darmen) en overgevoeligheidsreacties (allergische reacties). Zie de bijsluiter voor het volledige overzicht van alle gerapporteerde bijwerkingen van RoActemra. RoActemra mag niet worden gebruikt bij patiënten met een actieve, ernstige infectie. Artsen moeten tijdens de behandeling hun patiënten zorgvuldig controleren op tekenen van infectie en moeten RoActemra met voorzichtigheid voorschrijven aan patiënten met terugkerende of langdurige infecties of met ziekten waardoor het risico van infecties zou kunnen toenemen, zoals diverticulitis (die de darm aantast) of diabetes. Zie de bijsluiter voor de volledige beschrijving van de beperkende voorwaarden.
RoActemra EMA/502328/2014
Blz. 4/5
Waarom is RoActemra goedgekeurd? Het CHMP heeft geconcludeerd dat de voordelen van RoActemra groter zijn dan de risico’s, en heeft geadviseerd een vergunning te verlenen voor het in de handel brengen van dit middel.
Welke maatregelen worden er genomen om een veilig en doeltreffend gebruik van RoActemra te waarborgen? Om een zo veilig en doeltreffend mogelijk gebruik van RoActemra te waarborgen, is een risicobeheerplan opgesteld. Op basis van dit plan is in de samenvatting van de productkenmerken en de bijsluiter van RoActemra veiligheidsinformatie opgenomen, onder andere over de gepaste voorzorgsmaatregelen die professionele zorgverleners en patiënten moeten nemen. De fabrikant van RoActemra moet er tevens voor zorgen dat alle artsen die naar verwachting RoActemra zullen voorschrijven een voorlichtingspakket ontvangen met belangrijke, op de behoeften van artsen, verpleegkundigen en patiënten afgestemde informatie over de veiligheid en het juiste gebruik van RoActemra. Dit pakket zal ook een patiëntenkaart bevatten waarop de belangrijkste veiligheidsinformatie over het middel is samengevat.
Overige informatie over RoActemra De Europese Commissie heeft op 16 januari 2009 een in de hele Europese Unie geldige vergunning voor het in de handel brengen van RoActemra verleend. Het volledige EPAR voor RoActemra is te vinden op de website van het Europees Geneesmiddelenbureau: ema.europa.eu/Find medicine/Human medicines/European Public Assessment Reports. Lees de bijsluiter (ook onderdeel van het EPAR) of neem contact op met uw arts of apotheker voor meer informatie over de behandeling met RoActemra. Deze samenvatting is voor het laatst bijgewerkt in 08-2014.
RoActemra EMA/502328/2014
Blz. 5/5