s &_n 9 2ooo
41
n. Die lijn
d waarorn zo weinig ; wat wil :ureleverrootte van ;: rede. En !noggeen tvloed van ·wijs is nu !ld zal bohoud, bijEn toch is
r..Jniversiteit ekscentrum
Bij de herdenking vanhet N ederlandse slavernijverleden
Misschien heb ik tijdens derlandse slavenhouders? Misschien een enkele keer mijn contacten met Surinamers en Anti!Hanen niet almaar dan vooral in terzijtijd even goed opgelet, en des. Toch had ik tussen eind later het onderwerp over jaren vijftig en midden het hoofd gezien. ' Wellicht jaren zeventig incidenteel WOUTER GORTZAK ook heb ik, zoals de hoogof met regelmaat contacten geleerde Van Stipriaan 2 onderhouden met meestal veronderstelt, het onderDe lobby voor het nationaal monument links-nationalistische Suriwerp tahoe verklaard en slavernijverleden is succesvol aebleken. Er is ze!fs naamse studenten. En ik besloten dat er twee monumenten zullen komen in verdrongen. In ieder geval herinner me, in willekeuAmsterdam: een lokaal!Surinaams monument en is in mijn herinnering Roy rige volgorde, gesprekken Groenberg3 de eerste Surieen nationaal monument. Het achterliaaende over Wi Eki Sanie, de naamse Nederlander die debat wordt in deze bijdraae aeschetst. Betooad Sticusa, Jopie Pengel, Frank wordt dat 'de witte if de 'Nederlandse' Essed en Eddy Bruma, het me in 1995 nadrukkelijk Nederlanders' het monument en het verhaal dat toesprak over de gevolgen kolonialisme en de Surivoor Afro-Surinamers van naamse onafhankelijkheid, het symboliseert niet aeheel over moeten Iaten aan de e:Jlaters van de slavernij'. de Nederlandse slavernij . het Sranantongo, over In een kale achterkamer communisme, kapitalisme van een verloederd Afroof sociaal-democratie en Surinaarns Bijlmer-jongerencentrum, legde hij me het tiersmondisme. En, omdat we jong waren, over uit dat getraumatiseerde nakomelingen van slaven vrouwen natuurlijk. En soms waren onze gesprekrechthebben op eerherstel en herstelbetaling en dat ken nog praktisch ook, als ik schoolmeesterde over ik mijn progressiviteit kon bewijzen door me daar de manier waarop je artikelen moest schrijven wilvoor in te zetten. Ik zat er een tikkeltje beteuterd bij. den ze een kans maken in een Nederlands weekblad Ondanks Groenbergs pathetiek ontging me de dite worden opgenomen. recte relatie tussen de in 1 863 door Nederland Na Suriname's onafhankelijkheid, in 1975, ben schandelijk laat afgeschafte slavernij en de Suriik, ook al omdat ik van werk veranderde, vrijwel naams/ Antilliaanse misere van nu. En ik voelde er allen uit het oog verloren. Tot 1994 sprak ik niet Ianook weinig voor me in de door hem gewenste richger met, maar 6ver Surinamers. Met progressieven ting in te zetten . Mij leek het belangrijker me bezig vooral, want dat wereldje is nu eenmaal mijn biote houden met bestrijding van hedendaags racisme toop. Het tiermondistisch optimisme voorbij, en de emancipatie van Surinaamse en Antilliaanse maakten we ons bezorgd over het ogenschijnlijk Sunieuwkomers dan me druk te maken over een slarinaamse onvermogen, ondanks een aantrekkelijke vernij die bijna anderhalve eeuw achter ons lag en Nederlandse bruidsschat, hun land op orde te krijwaarmee rnijn tot loonslavernij veroordeelde voorgen. Onafhankelijkheid was blijkbaar onvoldoende ouders in ieder geval niets van doen hebben gehad. voorwaarde voor succes. Of we praatten zorgelijk Maar omdat ik, hoewel van revolutionaire komaf, over de moeizame aanpassing van vee! Surinaamse een held op sokken ben, zei ik dat niet, maakte ik migranten aan de Nederlandse samenleving. Deveromtrekkende bewegingen en mompelde iets wat op antwoordelijkheid daarvoor legden we eerder bij een toezegging moest lijken zonder het te zijn. het Nederlandse kolonialisme dan bij de Surinamers Hadden Surinamers werkelijk nooit eerder met zelf. De kolonisator had weinig moois, en zeker geen mij gesproken over hun slaven-voorouders en Nenieuwe natie achtergelaten; Afro-Surinamers en
I
s &._o 9 2ooo
4 12 Hindoestanen verdeeld gehouden; ze als tweederangsburgers behandeld; hen te weinig en te eenzijdige stijgingskansen geboden. Wie nooit eerder verantwoordelijkheid droeg, zeiden we, is niet in staat, onverhoeds zelfstandig geworden, m et onmiddellijke ingang verantwoordelijkheid te dragen. Of: hoe we negatieve verschijnselen neutraliseerden, Suriname en Surinamers van de verantwoordelijkheid ervoor ontlastten en Nederland en de Nederlanders daarmee opzadelden. Wie zo kort gel eden nog koloniaal heerser was, meenden we, past geen arrogante betweterij maar het boetekleed. Vervagend kolonialisme Oat zelfverwijt werd natuurlijk gaandeweg zwakker. Nieuwe ontwikkelingen werden minder vaak afgezet tegen een koloniaal decor. En al verontschuldigden of relativeerden4 we in 1980 nog Bouterse's staatsgreep, de moordpartij waar die in 1982 op uitliep bevrijdde ons tenminste gedeeltelijk van een nog aanwezig slecht geweten . De geestelijke afstand tussen daar en hier groeide en we ruilden postkoloniale schuldgevoelens in voor morele verontwaardiging. Onze bijna ongeclausuleerde bereidwilligheid tot fmanciele steun verdampte en maakte plaats voor politieke en economische voorwaarden vooraf. De anti-koloniale ketelmuziek waarmee Bouterse c.s. op onze nieuwe afstandelijkheid reageerden klonk te hoi om nieuwe schuldgevoelens te wekken . Ook met de verhoudingen thuis, tussen 'wij Nederlanders' en onze Afro-Surinaamse landgenoten ging het lang niet altijd van een leien dakje. De oorspronkelijke dankbaarheid voor de hartelijke ontvangst door Den Uyl ruilden Surinaamse woordvoerders in voor ergernis over een stagnerende integratie, die zij steeds vaker toeschreven aan een witracistische politiek van achterstelling en uitsluiting.
Brach ten zulke verwijten links-georienteerd Nederland aanvankelijk nog wel tot kritische zelfreflectie, onderhuids groeide toch ook de irritatie over critid die makkelijker naar anderen wezen dan de hand in eigen boezem staken. Omdat het niet tot de progressieve goede toon hoort m ensen in achterstandsposities onvriendelijk toe te spreken, werd deze irritatie echter niet openlijk verwoord. In besloten kring echter kwam het gemopper op gang, werd tekortschietende Surinaamse emancipatie ook uit een zwarte gemakzucht verklaard, die inmiddeb eerder werd toegeschreven aan postkoloniale sub idie-afhankelijkheid dan aan het koloniale verleden.l Ach, m et de Nederlands-Surinaamse betrekkingen komt het waarschijnlijk wei weer goed. Er zijn historische banden, er is weemoedigheid die niemand kan verklaren en er wonen te veel ex-Surinamersin Nederland m et hechte (familie)relaties in hetland van herkomst om te geloven dat Nederland Suriname op afzienbare termijn kan reduceren tot 'buitenland in de verte'. En dankzij de Surinaamse verkiezingsoverwinning van het Nieuw Front is er sinds m ei van dit jaar weer uitzicht op wederzijds onbelaste betrekkingen . Ongetwijfeld zal het kabinet· Kok adequaat reageren op de toenaderingspogingen van president Venetiaan c.s. En in Nederland zelf lijken de wit/zwarte spanningen van enkele jaren gel eden inmiddels weer van hun scherpste kantjes ontdaan. Het in AmsterdamZuidoost in 1996 ontstane Z wart Beraad, bedoeld ter bundeling van 'zwarte' onvrede over achterblij· vende integratie, is verdwenen 6 , en in de schaduw van het stof dat het deed opwaaien is zowel in Amsterdam Zuidoost als elders, meer zwart-witte sa· menwerking ontstaan7. En al is er nog altijd sprake van achterstand van Surinaamse en Antilliaanse Ne-
F
Boekrecensies kunnen uit de hand !open. Dit is me bij deze beschouwing overkomen. Recente ontwikkelingen rond de voorbereiding van een Monument ter Herdenking van de Nederlandse Slavernij prikkelden me het niet te Iaten bij een (afgesproken) artikel over de bundel Het verleden onder oaen. Als verontschuldiging daarvoor heb ik het artikel in de ik-vorm geschreven , als subjectieve en beperkte visie van een wit progressief Nederlands Tweede Kamerlid . Want weliswaar beschik ik over meer kennis van Suriname, de Antillen en het koloniale verleden dan de meeste van mijn 1•
collega's, ik ben evenmin Afrika- als slavernijdeskundige en als psycholoog kom ik ook niet verder dan de oprechte amateur. 2. Tijdens een lezing op 8 juli 2o oo , tijdens een symposium over Het Nederlandse Slavernijverleden stand Van Stipriaan Lwscius uitgebreid stil bij een verondersteld Nederlands tahoe op dat aspect van ons veri eden. 3. Dan al enige jaren de drijvende kracht achter de Stichting Eer en Her stelbetaling. 4· Zie s&.P, jrg 37, september 1980. biz. 393 -408 . Bram Peper, Suriname voor en na de staatsareep.
s. Vee! bewijsplaatsen zijn hiervoor ni~ aan te voeren maar informed waren zulke geluiden dikwijls te horen. 6. Het Zwart Beraad zou nooit tot een brede beweging uitgroeien maar slaagdt er wei in, eind 1996, een aantal van zi~ eisen in de Stadsdeelraad Amsterdam Zuidoost ingewilligd te krijgen. 7· Een politieke doorbraak was de ver· kiezing tot stadsdeelvoorzitter van Hannah Belliot, een zwarte vrouw; een Arena Initiatief is de belichaming van samenwerking van politiek en bedrijfsleven ter bevordering van opleiding en werkgelegenheid van zwarte jongeren etc.
],
s
n 8
d sl
h·
c S1 y, 9
d.
1
E.
s &_o 9 2ooo
lNedereflectie, ~r critici de hand : tot de achtern, werd l. In be>p gang, •atie ook middels le subsirleden.s kkingen zijn hisliemand 1mers in bet land :td Suritot 'buinse verer sinds Is onbekabinetogingen te spanveer van terdamloeld ter hterblij:chaduw l inAmIVitte sa:l sprake mse NeVOOT niet waren
4
:n. t tot een ar slaagde al van zijn terdam I.
; de vervan ouw; een ng van bedrijfs:iding en mgeren
derlanders in het onderwijs en op de arbeidsmarkt, nialisme ontleend schuldbesef, is het wellicht mogelijk ze door verwijzingen naar de slavernij opnieuw zijn er tekenen dat vel en aan een inhaalslag bezig zijn die hun eigenwaarde stimuleert en hun status in de op het geweten te werken . Wat daarvan ook zij, bet slavernijverleden veraogen van andere Nederlanders verhoogt. Meer tweede generatie-Surinamers (en ook Antillianen verde zicb medio jaren ' 90 verrassend snel een trouwens) grijpen de kansen die onderwijs en eco- plaats in de Nederlandse openbaarheid. Een a! eernomische boogcunjunctuur bieden. En als altijd der in Suriname gepubliceerde roman van Cythia hebben deze feitelijk-waarneembare positieve ontMcLeod 1 0 werd hier een bestseller, Wim Hoogberwikkelingen meer effect gen 1 1 maakte indruk met een hoek waarin hij Afrodan vroom-getoonzette en Omdat het niet tot de progressieve Surinaamse oral history congoed-bedoelde voornegoede toon hoort mensen in achterfronteerde m et dossiermens. standsposities onvriendelijk toe te vondsten, Gert Oostindie Het slavernijverleden spreken, werd deze irritatie echter niet redigeerde een bundel over de afschaffing van de slaverherontdekt? openlij k verwoord nij 1 2 en besteedde er ook in Het thema 'slavernijverleeen later te verschijnen studen' was heel lang vrijwel onzichtbaar in het Nederlandse politiek-maatschap- die over de 'Nederlandse' Caralben en Nederland 1 3 pelijke discours 8 . Maar ook in Surinaamse en Antil- uitgebreid aandacht aan. Het onderwerp kwam met liaanse kring stond het onderwerp niet zo hoog op enige regelmaat aan de orde in bladen als De Weekde agenda dat het de gei'nteresseerde buitenwereld krant Suriname, terwijl een aantal Surinamers in Am sterdam op de 3oe juni I 993 op het Surinameplein wei moest opvallen. Oat echter is de laatste jaren sterk veranderd. In de toegenomen belangstelling een herdenkingsmanifestatie startte die in de daarop reflecteert zich de internationale herontdekking van volgende jaren tot een druk-bezochte traditie zou uitgroeien. 1 4 de transatlantische slavenhandel (o.a. het u N ESc aproject over de slavenroutes, alsmede tentoonstelIn bet voorjaar van I 998 kreeg de belangstelling lingen, studiecentra en herdenkingen). Misschien is voor het Nederlandse slavernijverleden een nieuwe dimensie toen de Antilliaanse schrijver Frank Martizij ook toe te schrijven aan de individueel of groepsgewijs ondernomen speurtocht naar de 'zwarte nus Arion Nederland opriep zijn zonden niet Ianger wortels' van Afro-Surinaamse Nederlanders van de te verbergen maar deze te erkennen met een monutweede generatie, die a! doende ontdekken dat deafment 'tegen overheersing en onderdrukking, tegen slavernij in het bijzonder, en voor mensenrechten stand in de tijd tot hun slaven-voorouders maar enover de hele wereld.' 1 5 Het werk van Arion en andekele generaties groot is. Ook hebben 'eerste generatie' Afro-Surinaamse Nederlanders, op zoek naar arren culmineerde op 3 juli I 99 8 in een petitie aan het gumenten ter verklaring of verontschuldiging van Kabinet-Kok van de door Baryl Biekman geleide Sudubieus 'zwart-Surinaams ' gedrag, het slavernijverrinaamse Stichting Sophiedela (genoemd naar de Surinaamse vrouwelijke arts Sophie Redmond en naar leden (her)ontdekt. 9 En soms gaan ongetwijfeld opportunistischer motieven schuil onder de (herWinnie Mandela). In die petitie werd aandacht gevraagd voor zo'n monument, een verzoek dat enige leefde) Afro-Surinaamse belangstelling voor het maanden later aan een Commissie uit de Tweede slavernijverleden . Als ook progressieve 'witten' Kamer werd herhaald . nauwelijks nog gebukt gaan onder een aan het kolo8. Ook vroeger, bij voorbeeld tijdens
Nederlandse kolonisator. Amsterdam :
de afschaffing, stond de Carai'bische
2000.
slavernij in Nederland nauwelijks in de belangstelling. Zie hierover Gert Oostindie, Perspectives on Slavery and Slaves in Surinam and Cura fao, In : F!fty Ytars Later, p.145 e.v. 9· Een eenvoudige samenvatting daarvan is te vinden in Henri J. M. tephen, De Slavernij in Suriname. f.tn rraumatische erjenis van de
1 c. Cynthia McLeod. Hoe duur was de suiker, Schoorl: 199.1" 1 1. Wim Hoogbergen, Het kamp van Broos en Kaliko. De aeschiedenis van een Ajro-Surinaamsejamilie, Amsterdam:
1996 12. Gert Oostindie (ed. ),
F!fty Years Later. Antislavery, Capitalism and Modernity in the Dutch Orbit, Leiden: 1996 .
13. Gert Oostindie, Het paradijs overzee, Amsterdam, 1997. 14. In 1998 verspreidde de 30 juni/ 1 julibeweging van de Surinamer Winston Kout een pamflet waarin werd opgeroepen tot het stichten van een m onument op het Surinameplein. 1 s. In De Groene Amsterdam mer van 11 maart 1998, later ook afgedrukt in Het verleden onder aaen, p. 19-23.
S &._n 9 2ooo
De politieke reacties hierop waren positief. Jeroen Sprenger, voorzitter van de PvdA-afdeling Amsterdam-Zuidoost, had in I 997 nog nul op het rekest gekregen toen hij voorstelde een slavernijmonument in het PvdA-verkiezingsprogramma' 98 op te nemen. Dat echter verhinderde PvdA-fractievoorzitter Melkert niet zich bij de debatten over de regeringsverklaring in I998 16 voor zo'nmonumentin te zetten. Daarna is het thema op de politieke agenda gebleven. Tijdens een discussie over integratiebeleid vroegen kamerleden minister Van Boxtel een reactie op de petitie van Sophiedela 17 en in mei I 999 schreef deze dat 'het kabinet, indien voldoende draagvlak bestaat, in beginsel bereid is met een representatief samengesteld comité gesprekken te voeren die kunnen leiden tot een nationaal monument ter herdenking van de afschaffing van de slavernij'. 18 Hij beloofde 'deze zaak met voortvarendheid ter hand te nemen en een coördinerende rol (te) vervullen'. Was een landelijk monument slavernijverleden hiermee een nationaal-politiek themi) geworden, ook op lokaal niveau was het inmiddels op de agenda gezet. In de Amsterdamse gemeenteraad bepleitte het sP-lid Paquay in december I 9 9 8 de oprichting van een monument op het Surinameplein, een idee waarvoor het Amsterdams-Surinaamse '3 o juni/ I juli comité' van Winston Koutziehal enige tijd uitsprak en dat in november I 9 9 8 aan de orde was gekomen op een Amsterdams-Surinaamse Ronde Tafelconferentie. Een statisch én dynamisch monument
Omdat Sophiedela-voorzitter Baryl Biekman er op I4 mei I999 in geslaagd was Antilliaanse, Arubaanse, Afrikaanse en Surinaamse organisaties te bundelen in een Landelijk Platform Nationaal Monument Slavernijvededen 19, stond sindsdien het door Van Boxtel gewenste representatieve gezelschap klaar. 16. Handelingen Tweede Kamer, 25 augustus I998. I7. op I4 december I998. IB. Tweede Kamer 26.333 nr. 5 dd. 26 mei I999· I 9. Hierbij hebben zich aangesloten de
Stichting Tuna Sarapa Suriname; de Stichting Uma Lampe; de Stichting Afro Europese Vrouwenbeweging Sophiedela; de Stichting Afro Surinaams Cultureel Centrum; de Stichting Eer en Herstel Betalingen Slachtoffers van Slavernij in Suriname; het Netwerk Ghanese en Afrikaanse inwoners van
Het eerste gesprek tussen ministerie en Platform vond plaats in juni I999 waarna de weg richting monument inderdaad voortvarend werd ingeslagen. Op 30 juni 1999 werd in de Oude Zaal van de Tweede Kamer het boek Het valeden onder ogen gepresenteerd, waarin een keur aan Nederlandse en buitenlandse auteurs de urgentie van een tastbare herinnering aan het slavernijverleden bepleitte, en suggesties deed voor de mogelijke vormgeving ervan. 20 Het Platform hield op 3 juli r 999 een symposium over 'de nieuwe fase in de bezinning op de Nederlandse Slavernijperiode' en publiceerde enige tijd later 'een schets op hoofdlijnen' over het waarmn en hoe van een nwnmnent. Het moest de slavernij in het Nederlandse 'historisch bewustzijn verankeren, de maatschappelijke verwerking ervan op gang brengen en de people without hist01y een gezicht geven'. 2 I Volgens die Schets behoren 'kolonialisme en slavernij (voor betrokkenen) niet tot een ifgesloten verleden () maar worden ervaren als een open wond', die geheeld kan worden door 'cifbakening en invulling van een 'eigen identiteit' en door 'een wime plaats (te geven) aan de (eigen interpretatie van de) geschiedenis'. En omdat zo'n monument 'gevoelens van tmts, gemeenschapszin, geborgenheid en histo1·isch besl!f' versterkt, komt het tegemoet 'aan de emotionele en religieuze behoiften van een gemeenschap' en helpt het 't individu ook 'bij het begrijpen van zichzelf en zijn plaatsbepaling binnen die gemeenschap.'
Zo'n monument, hoe belangrijk ook, mocht echter niet beperkt blijven tot een statisch object maar moest in de visie van het Platform ook een 'dynamische dimensie' krijgen, de bakermat worden van 'discussies behorend bij het genezings- en bewustwordingsproces, bij de nieuwe interpretatie van de geschiedenis. Een centrum van debat, studie en kennisoverdracht en een centraal punt voor albestaande studies en initiatieven'.
Nederland; het Netwerk Marrons Nederland; De Eerste Wereld Alliantie Groningen en de rest van Nederland; het I juli Comite Rotterdam. Het Platform krijgt steun van de historici F. Dragtenstein A.A. van Stipriaan Luïscius, terwijl het Surinaams Inspraak Orgaan en het Overlegorgaan Caribische Nederlanders advies geven en steun verlenen. Tot samenwerking met het Amsterdamse 3 o juni/ I juli comite is het niet gekomen. 2o. Gert Oostindie (red.), Het !'erleden onder ogen. Herdenking ran de slai•ernij,
UitgArena/Prins Clausfonds, I999· 2 I. Want volgens de Schets, 'kampen grote delen van de Afro-Surinaamse en Caribische gemeenschappen in Nederland met een identiteitscrisis (waardoor) groepscohesie of onderlinge solidariteit (ontbreken); er instabiele gezinsverhoudingen zijn en een negatief zelfbeeld; onzekerheid in verantwoordelijkheden en economische achterstand; overtrokken waardering voor andere culturen en, minderwaardig beschouwen van de eigen cultuuruitingen.'
Al: Wl
ne
pJ, Ca
Ie\ 01 rei ste pe re1 n1t
tie ko \\'(
vir in tui
ZO'
Pi< nh jul he Aa 111i \'al
na;
de
gevel
pit Ha de 111( I j tis• ter
nir 22
0
Ine
qm Sti<
J.A I. A Zui ho< KI 'i
s &.o 9 2ooo
Platform g richting d ingesta: Zaal van onder oaen
:derlandse een tastbepleitte, •rmgeving , een symting op de :rde enige over het moest de ewustzijn ing ervan ry een gee en slaververleden ()
heeld kan een 'eisen m) aan de
ndat zo'n !in, sebor-
het tegeen van een ryij het belen die se-
:, mocht :h object : een 'dy: worden >- en berpretatie tt, studie )oral be-
1 999·
kampen .aamse en
Convenant moet dat monument 'het slavernijverlePositieve reacties uit de samenlel'inB den van Nederland en de doorwerking daarvan in de Als de omringende samenleving het proces van behedendaagse en toekomstige multiculturele samenwustwording van het verleden zou willen ontkenleving onder de aandacht brengen, een representanen of marginaliseren, schreven de auteurs van het Platform, zou zij bij Afro-Surinamers en Afrotief en breed gedragen symbool zijn voor de gehele Nederlandse bevolking, zoveel mogelijk aanleiding Caraibiers 'wantrouwen ten aanzien van die samengeven om bij het slavernijverleden stil te staan en een leving en fixatie op de eigen groep' in stand houden . belangrijk identificatiepunt zijn voor de nakomelinOm dit te voorkomen zou de samenleving juist begen van de slaven'. 23 reid moeten zijn 'de geschiedenis ter discussie te Het gedenkteken, aldus stellen, de daario opgelonog steeds het Convenant, pen schade te inventariseAI waren de Nederlanders niet de moet worden geplaatst op ren en te pogen tot een geenigen die de handen er aan vuil 'een representatieve en meenschappelijke 'reparamaakten, al kochten zij hun slaven duurzame plek, die toegantie' van die geschiedenis te komen'. Als vertegenkelijk is voor een groot pudikwijls van Ajrikaanse potentaten, bliek, en waar een jaarlijkse woordiger van de samenleslavernij was en is volstrekt herdenking te houden is'. Is ving heeft 'de politiek' zich verwerpelijk, het is een smet op de het al moeilijk zo'n plaats in ieder geval niet onbe(het liefst in de naaste omtuigd gelaten. Op kabinetsNederlandse geschiedenis dat geving van de 'dynamische en gemeentelijk niveau Republiek en Koninkrijk ruim twee dimensie') in Amsterdam heeft in velerlei vormen eeuwen mede-verantwoordelijk zijn te vinden/4 ik zou niet overleg plaatsgevonden, zowel onder ling als met het geweest voor (en verdiend hebben aan) graag op zoek gaan naar de kunstenaar die in het moPlatform (op Amsterdams handel, transport en exploitatie nument het verleden van de niveau met het 3 o juni- I van slaven. slavernij en het heden en de juli comite). Voorts heeft toekomst van de multiculturele het kabinet een Comite van Aanbeveling gemstalleerd 22 dat tot taak kreeg 'het samenlevinB moet symboliseren; die ervoor moet zorgen dat het (monument) een nationale uitstraling maatschappelijk draagvlak voor de totstandkorning heeft; dat het aansprekend is voor zowel de nakomevan het nationaal monument te vergroten, het natiolingen van de slaven als de Nederlandse samenleving naal bewustzijn ten aanzien van het slavernijverlein haar geheel; dat het aanvaardbaar is voor alle bij de den te activeren en gevraagd en ongevraagd ad vies te opdracht betrokken partijen (Staat, Amsterdam, de geven over zaken die het nationaal monument slaStichting Monument Slavernijverleden en het Covernijverleden raken'. mite van Aanbeveling); dathet past in de fysieke omOat alles is op I juli 2ooo uitgemond in een geving en vandalismebestendig is. 2> plechtige bijeenkomst in Den Haag waar een Haags/ Amsterdams Convenant is getekend over Bij de samenwerking met Den Haag inzake het nade oprichting, in Amsterdam, van een nationaal tionale monument is het Amsterdamse gemeentemonument, dat uiteindelijk (en bij voorkeur per 1juli 2oo1) moet bestaan uit een gedenkteken (stabestuur niet vergeten dat de gemeenteraad een tische dimensie) en een educatieve, museale, wemotie-Paquay had aanvaard over een in overleg met het Amsterdamse 30 juni/ I julicomite op het tenschappelijke/onderzoeks- en herdenking/bezinhoofdstedelijke Surinameplein te plaatsen Suriningsfunctie (dynarnische dimensie). Volgens dat
crisis
mderlinge :tabiele n negatief ntwoorchtersvoor
.ardig uurui-
ll. lr. G.R. Wawoe, lid Raad van State; mevr. drs. J.M. Ferrier, directeur Equality; mevr. A. van Es, directeur van tichting De Balie; J. Geduld, acteur; J.A.WJ. Leerdam, directeur Cosmic; I.A. Acheampong, Urban Amsterdam Zuidoost; prof. dr. G.J. Oostindie, hoofd Caralbische studies aan het KITLV.
23. Het Convenant was bijlage bij nr.4r o, Gemeenteblad Amsterdam dd. 13.6 .2ooo. 24. Het West-lndisch Huis aan de Amsterdamse Heerenmarkt geldt als mogelijkheid maar op de voorgeschreven datum (r augustus 2ooo) was daarover nog geen overeenstemming bereikt.
2S . Mevrouw Biekman weet voor dit probleem al een oplossing. 'De kunstenaar die het monument gaat maken moet mijn droom volgen . Mijn voorouders hebben mij in een droom verteld dat het een obelisk moet worden. De obelisk is het symbool voor Afrikaans cultuurgoed dat door Europa is ontvoerd (NRC Handelsblad, cs 28 juli 2ooo).
s &_o
9
2ooo
naams/ Antilliaans monument. Omdatpogingenhet voering geven aan 'educatieve, museale en onderAmsterdamse 3 o juni/ I juli comité te doen opgaan zoeks/ documentatiefuncties'. () De onderzoekers in het Landelijk Platform op niets waren uitgelopen leggen de lat hoog want 'via de integrale realisering was deze motie nog steeds actueel. Het Amstervan deze functies kan tevens een bijdrage worden gedamse gemeentebestuur heeft dan ook besloten 26 leverd aan de verwerking van de collectieve psychoniet alleen steun te verlenen aan een in Amsterdam sociale effecten, die samenhangen met het Nederte plaatsen nationaal monument, maar ook betrok- landse slavernijverleden'. En het gaat daarbij om ken te blijven bij een eventueellokaal monument op 'detraumatisering zoals door de nazaten van slaven het Surinameplein omdat daar al jaren herdenkingen bedoeld'. en vieringen plaatsvinden en zo'n 'lokaal' monuGelukkig hoeft het instituut, zomin als Keulen en ment niet strijdig is met het 'nationaal' monument. Aken, op één dag gebouwd te worden. De voorkeur Of hoe je door alle partijen hun zin te geven met nievan het adviesbureau gaat uit naar een groeiscenario, mand in conflict hoeft te waarbinnen weliswaar een komen. vliegende start te realiseren Driehonderd jaar Nederlandse Inmiddels is ook een valt maar dat het de ruimte slaverniJBeschiedenis in drie kwartier door het ministerie van biedt geleidelijk door te samenaevat en tot absurde omvana groeien naar een volwaarBZK op 6 december I999 2 aan MultiResuft 7 opgedrauitveraroot. Terua naar Afiika om het dig integraal opererend ingen onderzoek naar demostituut. trauma te overwinnen. gelijke vormgeving van de dynamische dimensie van De circuits het op te richten monument afgerond. Enkele tienUit het bovenstaande valt af te leiden dat zich vertallen pagina's hooggestemd proza lopen uiteinde- schillende circuits met het Nederlandse slavernijlijk uit op de aanbeveling op korte termijn een Naverleden bezighouden, aan te merken als 'nakometionaal Instituut Nationaal Slavernijverleden op te richlingen van slaven' en 'overheden'. ten. Van dat Instituut worden de missie (waar geen Binnen de groep 'nakomelingen van slaven' is het serieus te nemen instelling meer buiten lijkt te kunNationaal Plaiform, waarin zich een pleiade aan organisaties verenigd heeft, het meest representatief. De nen) en de doelstellingen omschreven. Vooral de missie liegt er niet om. Het instituut moet zorgen voor overheid heeft de uitgangspunten van het Platform 'een multi-etnische en multiculturele samenleving impliciet overgenomen en het Platform nauw bewaarbinnen in Nederland levende mensen met een trokken bij de voorbereiding van het nationaal moSurinaamse, Antilliaanse, Arubaanse en Afrikaanse nument (státische dimensie). Het Platform hijgt achtergrond zich met behoud van eigen identiteit een belangrijke stem in de vormgeving van toekomvrij, thuis en veilig voelen'. Onder die missie liggen stige activiteiten rondom het monument (art.9 de doelstellingen, zoals 'de meerzijdige benadering Convenant) 28 en het zal, als althans de aanbevelinvan de problematiek van het slavernijverleden, het gen van MultiResult worden overgenomen, de leden opheffen van Nederlandse kennishiaten en het herbenoemen van het Stichtingsbestuur van een nog te schrijven van de Nederlandse geschiedenis, het be- vormen Instituut Slavernijverleden (het 'monument vorderen van gelijkwaardigheid en gelijke ontplooi- dynamische dimensie') 29 Het Amsterdamse 30 ingskansen voor de nazaten van slaven, de verwer- juni!I juli comité is Amsterdams en er zijn, anders dan bij het Platform, geen Afrikanen bij betrokken. king van het slavernijverleden en een tolerante, multiculturele enharmonische Nederlandse samen- Maar het weet zich gesteund door het Gemeentebeleving'. Om die doelstellingen te verwezenlijken ten stuur en onderhoudt contacten met het bestuur van slotte moet het op te richten instituut integraal uit- het Stadsdeel waaronder het Surinameplein valt. 26. Gemeenteblad Amsterdam nr.4Io, dd IJ.6.2ooo, p.2626 e.v. 27· MultiResult, Projectontwikkeling en Samenwerking. Verkenning Dynamische Dimensie Nationaal Monument Nederlands Slavernijverleden. De Wijk, 5 juli 2ooo
28. Aan de vooravond van de Nationale Herdenking van de Slavernij op I juli jl. heeft het Landelijk Platform een Kmtu georganiseerd, als voorbereiding van een Gran Krutu bij de inwijding in 2ooI van het Monument. Een Krutu is een culturele en spirituele initiatierite,
waarbij in naam van de voorouders wordt beraadslaagd over de ingeslagen weg ter afwikkeling van het Nederlandse slavernijverleden (Weekkrant Suriname, 2I juni 2ooo). 29. Rapport MultiResult, p.24.
S &_D 9 2000
417 t onder-zoekers tlisering rdengepsychoNederrbij om n slaven ~ ulenen
oorkeur cenario, raar een :aliseren : ruimte :loor te ·olwaarrend in-
ich ver.avernijtakome:n' is het an orgattief. De 'latform IUW betaal mon krijgt oekomt (art.9 oevelinle leden 1 nog te nument nse 30 , anders rokken. entebe:uurvan valt. ders ;eslagen
Inmiddels heeft zich ook een informeel gezelschap gemeld met de Surinaams-N ederlandse advocaat Haakmat als woordvoerder. Namens een Surinaamse debatingclub in Amsterdam Zuidoost3°, pleitte hij voor 'Wiedergutmachung voor slavernij. Als een groep recht heeft op excuses en een geldelijke genoegdoening van de Nederlandse regering zijn het de nazaten van de slaven uit Suriname'. De Nederlanders moeten zich dat aantrekken, schreef Haakmat, omdat er zoiets als een transaenerationele verantwoordelijkheid bestaat. De jurist en Paroolcolumnist Prem Radhakishun, ook lid van die debatingclub, vie] Haakmat enige tijd later bij3 1 : 'Hetzou de Nederlandse regering sieren, als ze de discussie (over herstelbetalingen) voorblijft en een commissie installeert die de mogelijkheden van compensatie moet onderzoeken en met een voorstel daarvoor moet komen'. Het tweede circuit bestaat uit de Rijksoverheid (inhetbijzonderde ministeries van BZK en o c & w), en het Gemeentebestuur van Amsterdam (zowel als gesprekspartner van het Landelijk Platform als van het 30 junih juli comite). Een voorname taak van deze overheden bestaat uit het faciliteren van de werkzaamheden van Platform en 30 junih julicomite en het zo nodig geheel of gedeeltelijk fmancieren daarvan. Het verlengstuk van de (rijks)overheid ten slotte is het Comite van Aanbeveling, dat mogelijk al vee) nuttig en belangrijk werk heeft verricht maar waarvan de buitenwereld tot nu toe weinig gemerkt heeft. 32 In het verleden, list het heden. Sofar, so aood. Ook al valt het misschien te betreuren datdenakomelingen van slaven zich niet in een Platform hebben georganiseerd, het is goed dater brede belangstelling is ontstaan; onder in Nederland woonachtige nakomelingen van slaven en andere Nederlanders. Niemand zal de slavernij met terugwerkende kracht verdedigen of, 'in de tijd geplaatst', alsnog 1villen verontschuldigen. AI waren de Nederlanders niet de enigen die de hand en er aan vui I maakten, al kochten zij hun slaven dikwijls van Afrikaanse potentaten, slavernij was en is volstrekt verwerpelijk, het is een smet op de Nederlandse geschiedenis dat
s!2 ooo, p. 8. 31. Het Parool, 8 juli 2ooo. Jl. Voorzitter Wawoe en lid Oostindie zijn, voor zover ik weet, een keer naar buiten getreden, toen zij in een inge-
JD. Contrast, nr oo) .
Republiek en Koninkrijk ruim twee eeuwen medeverantwoordelijk zijn geweest voor (en verdiend hebben aan) handel, transport en exploitatie van slaven. Zo'n smet valt niet weg te wassen door erover te zwijgen. Voor een eerlijke, volledige en daardoor voor alle inwoners van Nederland aanvaardbare, blik op onze geschiedenis is het noodzakelijk dat de slavernij daarin haar treurige plaats krijgt, te beginnen met de schoolboeken. De Surinamer Guillaume Pool bepleit daartoe de Surinaamse historicus Andre Loor op te dragen fatsoenlijke geschiedenisboeken te schrijven voor leerlingen in Suriname, want ook aan de Surinaamse schoolboeken van na de onafhankelijkheid lijkt het nodige rnis te zijn.H Zulke hoeken zouden dan met een kleine aanpassing ook in Nederland te gebruiken zijn. Met het oog op de toekomst lijkt het trouwens nuttig de belangstelling voor het slavernijverleden niet uitsluitend op Nederland en in Nederland woonachtige nakomelingen van slaven te richten, maar minstens evenzeer op Suriname en de Antillen. In de Weekkrant SurinameH is daar al aandacht aan besteed door een pleidooi voor het conserveren van de ru!ne van de suikerplantage Marienburg als monument van slavenarbeid en onrecht, voor een permanente expositie van slavenhandel en slavernij op die plaats en voor een moderne suikerfabriek en studiecentrum met materiaal (overdrukken, kopieen van stukken) uit het nationaal archief. Een evenwichtige, volledige geschiedschrijving, een (statisch) monument in Nederland en een (actief) monument in Suriname (Marienburg) kunnen bijdragen aan verbetering van de betrekkingen tussen Nederland en de Nederlanders enerzijds, en Suriname, Surinamers en Surinaams/ Antilliaanse Nederlanders anderzijds. Misschien zelfs zou die betekenis breder kunnen zijn en kunnen he! pen mogelijke gevolgen van de slavernij te overwinnen waaronder nakomelingen zo'n anderhalve eeuw na de afschaffmg ervan nog steeds lijden: (sommige) aspecten van het gedrag van (sommige) nakomelingen van slaven lijken ook nu nog uit de slavernij verklaarbaar. Maar voldoende om een streep te zetten onder wat, naar de geest der tijd, trauma's genoemd worden, zijn gecorrigeerde geschiedschrijving en mon4menten naar alle waarschijnlijkheid niet.
zonden stuk in NRC Handelsblad (3 o- 32ooo) de wenselijkheid van een monum ent toelichtten. 33. 'Ze Iaten geen ruimte kennis te maken met feiten en sluiten een eigen
oordeel van de lezers (leerlingen) uit. Ronduit slecht.' In: Weekkrant Suriname 27 juli 2ooo. 34· 27 juli 2000.
s &_D 9 2ooo
Waarschijnlijk is er meer nodig. In Suriname en in Nederland. In het onafhankelijke, postkoloniale Suriname (maar ook op de Antillen) zullen daartoe eigen vormen moeten worden ontwikkeld die vrijwel zeker af zullen wijken van wat in het post-industriële Nederland wenselijk en noodzakelijk is. Bij toekomstige ontwikkelingen in Suriname zullen (Nederlandse) Nederlanders hoogstens op verzoek betrokken raken, het lijkt onvermijdelijk dat zij zich in open dialoog mengen in de detraumatisering in Nederland zelf. Hoezeer ook de definitieve emancipatie van in Nederland woonachtige nakomelingen van slaven primair een zaak is van die nakomelingen zelf, de vormgeving van toekomstig veelkleurig Nederland en ieders plaats daarin, is bij voorkeur een gezamenlijk project. Alleen al om die reden zou het onjuist zijn als Nederlandse Nederlanders, bijvoorbeeld vanwege hun belaste verleden, zich ongeschikt verklaren een stem te hebben in vormgeving en inhoud van het op te richten dynamische monument. Tot voor kort leek me een afstandelijker houding van Nederlandse Nederlanders gewenst: wij zorgen voor de financiële en logistieke voorwaarden voor zowel het statische als het dynamische monument; vormgeving en inhoud laten we grotendeels of geheel over aan de nakomelingen van de slaven. Maar een Platform-symposium in juli heeft me ernstig doen betwijfelen of zo'n houding wel de juiste is. 'Detraumatisering &_Multiculturalisatie in perspectiif'
Onder deze titel hield het Platform op 8 juli een symposium in het Amsterdamse Tropeninstituut (Kr T). Geen gebrek aan met meer of minder nadruk geponeerde opvattingen: de nakomelingen van slaven lijden onder trauma's; die zijn ontstaan doordat de slaven gedepersonaliseerd zijn en losgerukt van hun Afrikaanse wortels; de trauma's manifesteren zich in minderwaardigheidsgevoelens, ongeloof in eigen kunnen, angst voor witte autoriteit, sociaalmaatschappelijke instabiliteit. Tegenover het zwarte trauma door slavernij staat een Nederlands taboe op slavernij. Het taboe wordt overwonnen door de slavernij bespreekbaar te maken, het trauma verdwijnt als Nederland erkent wat de slaven is aangedaan. Tot zover was de bijeenkomst boeiend, al was het spijtig dat over al die opvattingen geen nadere discussie mogelijk was. Wat is helemaal waar, wat gedeeltelijk en wat is onzin? Geven bepleite oplossingen (traditionele riten, passend bij een agrarische
samenleving) soelaas in een hoog-ontwikkelde, post-industriële, rationale samenleving? Maar een deel van de bijeenkomst was eerder hilarisch dan serieus. Driehonderd jaar Nederlandse slavernijgeschiedenis in drie kwartier samengevat en tot absurde omvang uitvergroot. Terug naar Afrika om het trauma te overwinnen. Eerst bij monde van een hoogleraar uit Nigeria. 'Kijk rechts van u en daarna links. U ziet het: u bent allen Afrikaan. Vergelijk u met een computer. Uw hardware is Afrikaans. Maar daar is Europese software aan toe gevoegd. Daarom bent u onevenwichtig.' En vervolgens geformuleerd door een Amerikaanse keynote speaker: 'Wees trots op je Afrikaanse afkomst en ken je geschiedenis, zoek de waarheid en bestudeer die. Zwart Afrika is de bakermat van de beschaving, de Europeanen hebben Zwart Afrika haar geschiedenis en de zwarte Afrikaan zijn ziel ontnomen. H Rise up you mighty
eCU\1
-exp plan I en o nogf won
ener si es. [
schn hand hij u ge hL vero voor
keni derg n1aa
race, youwill accomplish 36 '.
Of hoe je opgewekt naar een symposium gaat en onthutst weer thuiskomt. Handelaars, plantagehouders en christelijke kwezels hebben geroofde en geëxploiteerde Afrikanen inderdaad lijf en ziel ontnomen. Maar krijg je die terug door een poging aan de geschiedenis een eigen, zwarte superioriteit te ontlenen? En wat als die poging mislukt en niet valt aan te tonen dat de beschaving ontspruit aan mensen met een zwarte huid, een brede neus en dikke lippen? Ben je als zwarte dan je net verworven gevoel van superioriteit weer kwijt? En wat moet je trouwens met een aan Afrika van duizenden jaren geleden ontleend superioriteitsbesef als je moet bepalen hoe je anno 2ooo in Nederland in het leven moet staan? De meeste symposiumbezoekers leken van deze en dergelijke vragen geen last te hebben, gemeten aan het enthousiasme dat de welsprekende vertegenwoordigers van een Afrikaanse revival bij menig aanwezige losmaakten. Van de noodzaak ons gezamenlijk bezig te houden met het slavernijverleden ben ik, anders dan zo'n decennium geleden, volstrekt overtuigd geraakt. Maar net zoals toen wil ik mijn tijd niet spenderen aan zaken die wellicht academisch interessant zijn, maar het gevecht tegen wit racisme geen meter verder brengen en evenmin bijdragen aan gelijkberechtiging en emancipatie van nakomelingen van slaven in Nederland. Voor de emancipatie nu lijken me pogingen aan te tonen dat de Nederlandse slavernij en slavenhandel wreder waren dan die van anderen, of dat de Amsterdamse welvaart in de zeventiende
van
I
terü niet kriti de lij wee de'' der! gaat scha
H·
Ie ze
The Chi<
s &.o 9 2ooo
vikkelde, \-1aar een risch dan slavernij~n tot ab~aomhet
van een daarna ~rgelijk u ms. Maar . Daarom ~n
~muleerd
trots hiedenis, Afrika is menheb.e zwarte fees
JU
miahty
mgaaten ttagehouoofde en t ziel ontoging aan oriteit te 1 niet valt nmensen :likke lipen gevoel t je trou.ren gelet bepalen ren moet eken van Jben, geprekende revival bij
e houden dan zo'n geraakt. penderen sant zijn, 1eter verjkberech·an slaven :nmepotvernij en deren, of rentiende
eeuw geheel of grotendeels aan slavenhandel en ·exploitatie te danken zijn al even irrelevant. De plantageslavernij was als zodanig al verschrik:kelijk en onaanvaardbaar genoeg en heeft waarschijnlijk nog steeds gevolgen. Maar er moet naar ik vrees mee worden gerekend dat de eerstkomende tijd veel energie zal heengaan met zulke irrelevante discussies. De historicus P.C.Emmer heeft een studie geschreven over het Nederlandse aandeel in de slavenhandei.J7. Aan de hand van zorgvuldig gecijfer zet hij uiteen dat Nederland een forse partij heeft meegeblazen. Wei zou die minder groot zijn dan soms rerondersteld is, en zijn slavenhandel en slavernij roor de Nederlandse economie van beperkte betekenis geweest. Ik heb niet de indruk dat op deze en dergelijke constateringen vee\ valt aan te merken maar de zwarte boosheid erover is groot. Emmer wordt verweten dat hij met zijn gecijfer het verhaal van de slaven zelf veronachtzaamt. Oat is als constateringjuister dan als verwijt; Emmers hoek was daar niet voor bedoeld. En zo voorts en zo verder: vee! kritiek is, hoe emotioneel begrijpelijk ook, inhoudelijk nauwelijks ter zake. Helaas is Emmer's verweer met een verwijzing naar de 'objectiviteit van de westerse wetenschap' eerder pedant dan bevorderlijk voor de voortzetting van een dialoog. Het gaat niet zozeer om 'zwarte' versus 'witte' wetenschap, om de mens tegenover cijfers, om Platform
H· Hoe dat ging is bijvoorbeeld te lezen in Chancellor Williams, The destruction '![black civilization,
Chicago: 1987.
Slavernijverleden en de anderen. Veeleer is van belang de juiste vragen te stellen. Oat op zijn beurt is weer afhankelijk van het probleem dat onder ogen wordt gezien en van de oplossingen die idealiter worden nagestreefd . En als eenmaal overeenstemming bestaat over vragen in verband met doelen, is het ook mogelijk de juiste manier van onderzoek daarbij te kiezen . Een in Nederland gevestigd en door Nederlandse instellingen gefinancierd instituut, dat een bijdrage wil (zou moeten) leveren aan gelijke kansen in Nederland voor nakomelingen van slaven voldoet aan zijn opdracht als het bij voorbeeld in kaart brengt, of en in hoeverre, slavernij armo 2ooo nog doorwerkt en emancipatie belemmert (zowel in de houding van nakomelingen van slaven als in die van anderen) en als het onderzoekt wat adequate programma's zijn om indien nodig de slavennakomeling te detraumatiseren en de ander zich beter te doen gedragen. Zomaar een vraag. Er vallen moeiteloos series andere vragen te bedenken die ieder voor zich een zinniger bijdrage leveren aan de zwarte emancipatie dan onderzoek naar de invloed van melanine op de intellectuele prestaties. Ook a! menen sommigen dat juist dankzij dit pigment het zwarte ras superieur is aan alle andere. WOUTER GORTZAK
Lid van de Tweede Kamer voor de PvdA
3 6. De zwart-racistische teksten van de Amerikaan Leonard Jeffries vallen in te goede aarde. Meer van hem (en van zijn teksten) ben ik te we ten gekomen door een uurtje web-surfen.
37· P. C.Emmer, De Nederlandse s/avenhandeilS00-1850, Amsterdam: 2ooo.