MAART 2013 N° 499 - 47 ste jaargang
De
Coco Vlaanderen: het resultaat van de campagne 2012/13 bedraagt gemiddeld 71,13 ton/ha à 17,95 % suiker of 12.768 kg suiker per ha, met evenwel grote verschillen tussen de regio’s. Na compensatie resten er nog ± 10.000 ton (of 5 % van het quotum) overschotbieten. Een deel ervan zal wellicht geherklasseerd worden en ook betaald worden à 26,29 euro. p.2
Bietplanter m a a n db l a d v a n d e c o n f e d e r at i e v a n d e b e l g i s c h e b i e t e n p l a n t e r s
vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88 – P 806265
Hoofdartikel door Valerie Vercammen, Secretaris-generaal van de CBB
Goede voornemens: een evaluatie
Verbond Suikerbietplanters vzw: de suikerbietcampagne 2013/2014 staat in de startblokken. Na een technische evaluatie van de bietenrecepties van Tienen en Longchamps wordt voor de campagne 2013/2014 aan de fabrikant bijzondere aandacht gevraagd voor een 100 % perfecte afstelling van de inen uitbascule, voor het waarborgen van een correcte temperatuur van het waswater en voor het waarborgen van een meer representatief onderstaal. p.4
Begin 2012 had ik in mijn edito drie goede voornemens voor de CBB en voor mezelf opgenomen. Tijd voor een evaluatie. Samen voor het behoud van het huidige suikerreglement De gemeenschappelijke lobby van de Europese bietplanters en suikerfabrikanten heeft zijn vruchten afgeworpen. Twee van de drie partijen van de trialoog delen onze visie om het suikerregime tot 2020 te verlengen: het Parlement en de Raad. Enkel de Commissie blijft halsstarrig voorstander om het huidige reglement in 2015 te laten aflopen. Het suikerpakket in het rapport Dantin werd door een zeer brede meerderheid van drie kwart van de leden van de landbouwcommissie van het Europees Parlement goedgekeurd en in de Europese Raad is een meerderheid van lidstaten (die 60% van de stemmen vertegenwoordigen!) ook voorstander om de GMO Suiker tot 2020 te behouden. Een goede basis om straks de onderhandelingen in trialoog op te starten. We hebben vertrouwen in onze Europarlementariërs en rekenen op hen om het rapport Dantin, zonder te veel wijzigingen in het nadeel van onze sector, ook in de plenaire zitting van het Europees Parlement in maart te laten goedkeuren. De raffineurs blijven ondertussen niet bij de pakken zitten: ze drijven hun lobby nog op en rekenen vooral op de steun van Britse Europarlementariërs die hun (en in hoofdzaak Tate & Lyle) welgezind zijn om
KBIVB: spotlight op de zaai: raadgevingen, zaaimachines en resultaten van de proeven met vroege zaai van suikerbieten in 2011 en 2012. p.5-9 Zaadprijzen 2013: bij Iscal Sugar en bij de Tiense Suikerrafinaderij p.10 Europese markt: de Europese vereniging van suikerraffinadeurs (ESRA) eist de politieke steun van de EU en vraagt een bevoorrading van 3,5 Mt ruwe suiker, tegen “competitieve prijzen”. Zij vindt dat het beleid van de Commissie de Europese bietensector heeft bevoordeeld ten nadele van de raffinageindustrie. p.11
hun belangen te bepleiten. Het worden zeer spannende weken en maanden, doch globaal kunnen we terugblikken op een jaar van goede samenwerking met de suikerfabrikanten in het lobbydossier. Ik ben hen dan ook dankbaar voor hun steun en ben tevreden met het resultaat dat wij samen tot nog toe mochten behalen. Het ziet ernaar uit dat we het einde van de quota nog een paar jaar zullen kunnen uitstellen. Maar het Europees Parlement is duidelijk geweest: ten laatste in 2020 zullen de quota verdwijnen. Het strategisch belang van uw participatie in SOPABE of SOPABE-T wordt nu plots veel concreter.
om sneller te kunnen reageren en korter op de bal te kunnen spelen. Maak ons uw e-mailadres over indien u onze nieuwsbrief nog niet hebt ontvangen. Een analyse leert ons dat 80% van de geadresseerden onze elektronische nieuwsbrief ook daadwerkelijk openen. Een heel mooi resultaat, maar ook de andere 20% van onze planters willen wij graag aansporen om dit e-medium te raadplegen. Wie regelmatig zowel onze Bietplanter en onze enieuwsbrief leest en daarbij nog af en toe de website bezoekt mag er zeker van zijn: u zult geen enkele belangrijke informatie meer missen!
Een efficiëntere manier van communicatie
Contact met onze basis: de belangen van onze planters staan voor ons centraal
Leden correct en goed informeren is een kerntaak van elke federatie. Onze doelstelling was om u bij de aanvang van de campagne 2012-2013 een vernieuwde website aan te bieden. Ons objectief is bereikt: onze vernieuwde website oogt niet alleen mooier en moderner, hij is ook veel gebruiksvriendelijker en bevat een schat aan informatie. We kregen bij de lancering heel wat positieve reacties, waarvoor dank! Indien u hem nog niet heeft bezocht: één adres: www.cbb.be! De Bietplanter blijft hét vakblad voor de sector, maar om u tussen twee edities van de krant in sneller te kunnen informeren, ontvangt u voortaan ook regelmatig onze elektronische nieuwsbrief. Deze communicatietool biedt het voordeel
Ik heb alle voorjaarsvergaderingen van onze regionale federaties bijgewoond om u zoveel mogelijk persoonlijk te kunnen ontmoeten. Ik maakte gebruik van deze contacten om u de stand van het lobbydossier en de stand van uw participatie in de suikerfabrieken te komen toelichten. Voor mij zijn dergelijke contacten met de “basis” erg waardevol om de spreekbuis te kunnen zijn voor ALLE bietplanters. Ik dank u voor het warme onthaal en de vriendelijke woorden die mij aanmoedigen om mij verder in te zetten om de belangen van onze bietensector te verdedigen.
BEDANKT!
België wordt het land van Betaseed. groot gelijk dat u zo massaal voor onze toprassen kiest: ramBler, goodwood, Bts 880 en Bts 370.
De
volgend jaar komen ook de nieuwste rhizoctonia- en
Bietplanter
vzw CBB – Anspachlaan 111 Bus 10 – 1000 Brussel T. 02 513 68 98 – F. 02 512 19 88
nematodentolerante variëteiten eraan. sterker dan ooit.
M A A N D B L A D V A N D E C O N F E D E R AT I E V A N D E B E L G I S C H E B I E T E N P L A N T E R S
Verantwoordelijke uitgever: Victor SNEESSENS, Voorzitter CBB Directeur van de publicatie: V. VERCAMMEN Uitgave en publiciteit Bernadette Bické - Martine Moyart Verantwoordelijke voor de suikerbiettechniek: KBIVB Tienen Druk: Corelio Printing Jaarabonnement € 12,00 EU-land €I N 22,00 DIT NUMMER niet EU-land € 27,00 IBAN : BE 70 1031 0384 3925 BTW BE 0445.069.157 Tel. 02/513 68 98 Fax 02/512 19 88 E-mail:
[email protected] Hoofdartikel door Philippe Bedoret, voorzitter van de CBB
p. 12,14: Bedrijfsnieuws p. 13: Coco Vlaanderen
p. 14: Contractvoorwaarden Orafti
nr. 441 - 42ste jaargang
p. 3, 4, 5, 6, 11: Verslaggeving CBB-congres Bergen
DECEMBER 2008
p. 2: Actueel
Betaseed. simply different.
p. 15: Verbond Vlaams-Haspengouw
verdeeld door Clovis matton.
www.betaseed.be
C o ö r d i n at i e c o m i t é V l a a n d e r e n v z w
Van suikerbietcampagne 2012 tot bestuursverkiezingscampagne 2013 De suikerbietcampagne 2012/2013 is met de betaling van 31 januari zo goed als definitief afgerond. Blijft nu nog de betaling van de resterende buitenquotumbieten op 31 maart en de betaling van de meerprijs op 22 december. Tijdens de gewestelijke voorjaarsvergaderingen presente(e)r(d)en Robert Van Gaever en Ronald Demuynck een gedetailleerd overzicht van de voorbije campagne, rijkelijk geïllustreerd met treffende foto’s van hoe moeizaam de oogst en het laden van de bieten in enkele regio’s plaatsvond. Het uiteindelijke resultaat van de campagne mag zeker nog gezien worden: gemiddeld 71,13 ton/ha à 17,95 % suiker of 12.768 kg suiker per ha, met evenwel grote verschillen tussen de regio’s (van 10,1 ton suiker in de Oost-Vlaamse zandstreek tot 13,6 ton in de Scheldepolders). De campagne heeft 103 dagen geduurd en van de 16.775 ha zijn er uiteindelijk ± 40 ha niet kunnen gerooid worden. Na afloop van de campagne in Fontenoy werden nog zo’n 4.000 ton bieten geleverd in Tienen en Attin (Fr). De kwaliteit ervan was behoorlijk, de grondtarra daarentegen (zeer) hoog! 7,7 % 2012 is het jaar van de 7,7 %: zowel de grond- als de koptarra bedragen 7,7 % en ook de compensatie is 7,7 %. De compensaGewestbestuur Kortrijk–Midden West-Vlaanderen Ledenkring Kortrijk Hans Vantieghem (VZ) (AV)
0478/60.91.81
Koen D’Haene
0495/54.64.41
Piet D’Hulst
0472/75.95.99
Christian Dick
0476/24.39.13
Frank Sobry
0485/43.15.96
Ignace Vercruysse (AV)
0476/63.38.90
Michael Delbeke
0496/10.29.19
Jos Libberecht
0473/87.72.24
Geert Vindevogel
0475/78.93.14
Claude Lanneau
0473/97.88.10
Ledenkring Midden-West-Vlaanderen Geert Goddeeris (OVZ) (AV)
0479/53.22.59
Yvan Vandecasteele
0479/26.96.02
Marc Maes
0478/28.73.03
Rik Bostyn
0478/20.05.49
Stijn Dewulf
0486/98.42.72
Op heel wat plaatsen verliep het reinigen en laden van de bieten in uitzonderlijk moeilijke omstandigheden…. tie houdt in dat planters hun buitenquotumbieten tot gemiddeld 7,7 % boven hun quotum uitbetaald krijgen à 26,29 euro/ton (à 16 % suiker). Door de compensatie worden de tekorten aangevuld van planters die niet hun volledig quotum konden leveren. Na compensatie resten er nog ± 10.000 ton (of 5 % van het quotum) overschotbieten. Een deel ervan zal wellicht geherklasseerd worden en ook betaald worden à 26,29 euro. Hoeveel er uiteindelijk zal overschieten zal pas later op het seizoen bekend zijn. Planters die op eigen initiatief bieten vrij wensen over te dragen naar de volgende campagne moeten dit dringend aan hun landbouwkundige laten weten.
Afrekening 31/01/2013
22/12 geen voorschot werd ontvangen (geleverd na 13/12), de vroege premie (met een onderscheid tussen de fabriekspremie en de surpluspremie uit de “planterspot” (code 305S)), de late premie, de transportpremie voor de zelfleveraars (berekend op de brutolevering) en de vergoeding voor het afdekken met TopTex en/of de bescherming tegen vorst. Volgende onkosten worden, indien van toepassing, in mindering gebracht: de stockagekosten voor de overgedragen suiker (verrekend op het reële suikergehalte), de tussenkomst in de laad- en reinigingskosten, de afhouding voor grondtarra, de controlekosten (of syndicale bijdrage) en tot slot de Europese proGewestbestuur Brugse en Eeklose Polders ductieheffing. Ledenkring Eeklose Polders Meerprijs bieten binnen Veronique Van Ootegem 0473/77.40.79 quotum 2012/2013. Christiaan Baecke 0475/32.89.48 Wim Dessomviele 0477/96.18.38 De meerprijs campagne Guy Van Den Hauwe 0477/28.17.09 2012/2013 (geraamd op ± 15 euro/ton à 16 % suiker) wordt Mark Matthys-De Zutter (CoVZ) (AV) 0496/77.18.80 op 22/12/2013 uitbetaald aan Marc Govaert 0477/36.23.77 de planters die op 30/04/2013 Jan De Causmaecker 0475/97.25.76 gecertificeerd zijn of het beSteven De Maertelaere 0473/76.99.64 wijs kunnen voorleggen een Serafien Rijckaert 0476/75.24.49 aanvraag tot certificatie te Ledenkring Brugse Polders hebben gedaan. Ongeveer Luc Quintens (CoVZ) (AV) 0476/35.05.39 één op negen Vlaamse planChris Dhondt 0477/40.21.06 ters zijn nog niet in orde en Jan Dhondt 0477/94.57.35 zullen, indien hun toestand Geert Dupon 0494/50.84.53 niet wijzigt, geen meerprijs Dirk Fevery 0476/36.06.14 ontvangen. De niet aan deze Herman Franco 0475/62.63.49 planters uitbetaalde meerprijs Joel Dehaemers 0475/31.76.65 zal verdeeld worden over de planters die wel in orde zijn. Marc Van De Sompele 0477/34.15.90 Koen Stroo 0477/29.79.68
De afrekening van 31 januari maakt een duidelijk onderscheid tussen de verschillende categorieën bieten: overgedragen bieten van de vorige campagne, geleverde quotumbieten, compensatiebieten (prijs is steeds vermeld à rato van het geleverde suikergehalte) en buitenquotumbieten (nog geen uitbetaling). Vervolgens wordt het voorschot dat betaald werd op 22 december 2012 in mindering gebracht en worden verder toegevoegd: de pulpvergoeding (die werd opgetrokken van 4,25 naar 4,30 euro/ton netto geleverde bieten), de premie voor de bieten waarvoor op
Gewestbestuur Kieldrecht Moerbeke Ledenkring Kieldrecht Jan Balliauw 0475/27.66.65 Gerry Bral 0479/37.57.95 Renaat Heyndrickx 0486/91.45.58 Erik Leys 0496/80.90.26 Omer Van As 0478/24.44.97 Joris Van Eynde 0497/47.94.18 Guido Van Mieghem (VZ) (AV) 0477/54.76.43 Luc Van Royen 0478/40.32.67 Franky Verbist 0475/35.19.59 Ledenkring Moerbeke Hugo Tollenaere 09/346.88.35 Patrick De Munck 0477/77.35.88 Hedwig Herman 0476/22.54.67 Peter Noe 0474/55.65.61 Patrick Van Wolvelaer (OVZ) 0486/66.25.30 Renaat Fruytier 0477/24.43.08 Geert Buysse 0477/36.66.93
VZ = Voorzitter / OVZ = Ondervoorzitter / CoVZ = gecoördineerd Voorzitterschap / AV = lid Algemene Vergadering Coco Vlaanderen vzw
OPTIMAAL SCHOFFELEN,
Nauwkeurigheid Betrouwbaarheid Flexibiliteit
2 — 03/2013
De Bietplanter
MAXIMALE OOGST!
DistriTECH JOSKIN
Tel: 04 377 35 45 – www.distritech.be
Uitzaai 2013 Rekening houdende met de gemiddelde opbrengsten van de voorbije jaren en de verwachtingen qua (dalend) prijsniveau, adviseert Iscal een uitzaai van ± 16.000 ha, wat gemiddeld overeenkomt met een uitzaai gericht op de productie van het individuele quotum. Eventuele tekortleveringen zullen niet bestraft worden door toepassing van de regels m.b.t. de dynamiek (= afname van quotum omdat er te weinig geleverd werd). Quota tot 2018/2019 of toch tot 2019/2020? Tijdens de gewestelijke voorjaarsvergaderingen, die op heel wat belangstelling kunnen rekenen, geeft Valerie Vercammen een gedetailleerde stand van zaken m.b.t. de hervorming van het Europees suikerbeleid. De houding van zowel Commissie, Raad als Parlement en de te verwachten besluitvorming wordt onder de loep genomen. Wat het uiteindelijk zal worden is nog niet te zeggen, maar dat de quota behouden kunnen blijven t.e.m. de campagne 2018/2019 is niet uitgesloten. Dit zou willen zeggen dat we nog 6 suikerbietcampagnes met het huidige reglement (vastgestelde quota, minimumprijs, instrumenten voor marktbeheer, interprofessionele akkoorden) te gaan zouden hebben. Het blijft spijtig genoeg nog enkele maanden
geduldig afwachten vooraleer we hierover definitief uitsluitsel hebben! Bestuursverkiezingscampagne 2013 2013 is het jaar van de vernieuwing van de gewestbesturen. Deze vernieuwing moet uiteindelijk uitmonden in een vernieuwde samenstelling van de Raad van Bestuur van Coco Vlaanderen vzw en vervolgens in de vertegenwoordigingsmandaten in CBB, KBIVB,… Op heden (19 februari) zijn reeds drie gewestbesturen opnieuw samengesteld: “Kieldrecht-Moerbeke”, “Kortrijk-Midden-W.Vl.” en “Brugse en Eeklose Polders”. Hun bestuurssamenstelling wordt op p. 2 weergegeven. Uit het grote aantal kandidaturen blijkt duidelijk dat heel wat planters sterk geïnteresseerd zijn in wat zich binnen onze organisatie allemaal afspeelt. In elk gewest werd afgesproken minstens één vergadering per jaar te houden en een regelmatige communicatie (via e-mail en/of nieuwsbrieven) te voeren m.b.t. actuele thema’s. Einde maart moet de hele bestuursverkiezingscampagne afgerond zijn.
MAGELLAN HET MEEST VERKOCHTE RAS IN ‘11 EN ‘12 • Dé referentie in de markt! • N°1 in stabiliteit • Suiker ’12: 16.605 kg/ha
Eric Van Dijck, Secretaris CoCo Vlaanderen
Cichorei
De planters maken hun rekening en bekijken contractvernieuwing De winter is het gepaste moment om de balans van het afgelopen seizoen op te maken maar ook om de contracten van het komende jaar te bekijken.
In vorig artikel hadden wij het over de twee dossiers die voor problemen zorgden tijdens het jaar 2012. Het eerste betreft de slechte opkomst van een zaadpartij van het ras Orchies. De oplossing die na onderhandeling op interprofessioneel niveau werd gevonden steunde op twee principes: de extra kosten voor de betrokken planters en het opbrengstverlies dat geleden werd. Deze twee elementen werden in rekening gebracht om een schadevergoeding vast te leggen: in eerste instantie, het al dan niet uitvoeren door de planter van bijkomende werkzaamheden voor herzaai en onkruidbestrijding, in tweede instantie het eventuele verschil in opbrengst, voor elke planter in kwestie, ten opzichte van de andere leveranciers, tijdens dezelfde leveringsweek. Een financiële schadevergoeding werd zo individueel bere-
kend, deze vergoeding wordt vermeld op het rekeninguittreksel. Het tweede probleem betrof het verschijnsel van abnormale schieters, dat vrij algemeen opdook tijdens de groeiperiode 2012. Diverse behandelingen werden op de teelt uitgevoerd, de ene met al meer succes dan de andere (manueel rooien, snede met rotormaaier, onkruidbehandeling met wieksysteem), maar een deel van de wortels met schieters kwam niettemin in de fabriek terecht. Op de receptie van de ladingen tijdens de campagne, werd voor elk voertuig een speciale tarra “cichorei met schieters” genomen en gemeten. Het gemiddelde cijfer van deze tarra bleek uiteindelijk lager dan iedereen had gedacht tijdens de zomer: het algemene gemiddelde bedroeg ongeveer 0,5 %. Volgend principe werd aangenomen: de tarracijfers worden niet gecorrigeerd (onder meer om rekening te houden met de al dan niet gedane inspanning door de landbouwer), maar de financiële waarde van deze totale massa “tarra met schieters” werd bepaald, wat tot een budget leidde dat aan de planters kon worden uitbetaald, in functie van het gebruikte ras. In deze optiek werd in 2012 een schieterspercentage geschat voor elk aangewend ras, gezien inderdaad significante verschillen werden vastgesteld (het grootste verschil werd vastgesteld voor de rassen Chrysolite en Maurane). Het budget werd zodoende verdeeld tussen alle planters, waarbij aan eenieder een verschillende bedrag werd toegekend volgens het aangewende ras (equivalent van 450 kg per ha voor Maurane en Chrysolite, 300 kg voor Melci en 150 kg voor de andere rassen). Het bedrag in kwestie staat vermeld op de individuele borderel, met vermelding “akkoord tarra met schieters”. Mededeling van de Professionele Organisatie van Cichoreiproducenten van Oreye (OPCO)
[email protected]
OKAPI HET NIEUWE RHIZOCTONIARAS VAN 2013 • Evenwichtig - Rijk type • Suikergehalte ‘10-’11-‘12: 99,6% • Aanbevolen in geval van zware bruinwortelrotinfectie
Bron: KBIVB 2012
Zoals u intussen al hebt kunnen vaststellen zijn de contractvoorwaarden voor 2013 niet verander, ook niet na het verschijnen van een nieuwe speler op de markt. De planters van Oreye beseffen nu maar al te goed dat de onderneming er alleen op uit is om de grondstof steeds zo goedkoop mogelijk aan te kopen. Op termijn echter moet een gezonde concurrentie lonend zijn, en zouden de verschillen tussen de voorwaarden van de drie ondernemingen kleiner moeten worden. De producentenorganisatie van Oreye bevestigt de houding die zij al altijd in dit verband jegens de planters heeft willen innemen, met name ze maximale informatie bezorgen. Dat is wel totaal iets anders dan “voor onduidelijkheid zorgen” zoals geïnsinueerd wordt in de brief die de onderneming u stuurde begin februari. De onduidelijkheid in stand houden zou er net in bestaan hebben geen correcte informatie te geven van wat zich voordoet, waarbij dan alle mogelijke interpretaties over de houding van elke onderneming op de markt de vrije loop zouden krijgen.
W W W . S E S V A N D E R H A V E . C O M De Bietplanter SV_B122 x H360_Bietplanter_NL.indd 4
03-2013 — 3 13/02/2013 10:52:34
Verbond Suikerbietplanters vzw
Suikerbietcampagne 2013/2014 staat in de startblokken… De gewestelijke voorjaarsvergaderingen kenden een mooie opkomst: iets meer dan 300 planters (dit is ± 1 op 4 planters) namen deel aan één van de vier vergaderingen. Naast het overzicht van de voorbije campagne door de secretaris, gaf Valerie Vercammen, Algemeen Secretaris van CBB, een actuele stand van zaken m.b.t. de hervorming van het suikerbeleid. Een medewerker van het Bieteninstituut sloot de vergaderingen af met een technische uiteenzetting, hetzij over de rassenkeuze, hetzij over de reststikstof van de suikerbietteelt in relatie tot de MAPnormen. Campagne 2012 Tijdens de vergaderingen werd o.a. de nadruk gelegd op de verantwoordelijkheid van elke individuele planter voor het nakijken van o.a. zijn leveringsafschriften en afrekeningen. De betaling van 31 januari en het bijhorende afrekeningsdocument gaven intussen reeds aanleiding tot heel wat vragen van planters, zo onder meer over de betaling van de TopTex-premie, de bijdrage voor het laden in de zone C, het voorschot i.v.m. de premie voor late leveringen,…. Bij twijfel neemt u best rechtstreeks contact op met de medewerkers van de TS (016/80.13.02). Indien dit niet tot meer klaarheid of een oplossing leidt kan u steeds de secretaris contacteren (van.dijck.eric@ gmail.com of 0475/60.46.88). Uitzaai 2013 Het is vandaag (12/02/2012) nog steeds niet duidelijk hoeveel (verplichte) overdracht er zal zijn naar de campagne 2013/14. Zonder “herklassering” zou 25 % van de hoeveelheid in 2012 geproduceerde buitenquotumsuiker moeten overgedragen worden. Dit komt overeen met ± 5 % van het quotum. Bovendien is er nog geen initiatief genomen voor een collectief contract voor buitenquotumbieten tussen het Coördinatiecomité Haspengouw en de TS. Dit brengt met zich mee dat er geen enkele garantie is voor een (vooraf vastgestelde) minimumprijs voor de buitenquotumbieten. Bewust meer uitzaaien dan dat noodzakelijk is voor de productie van het eigen quotum is dan ook een stap in het onbekende, zeker gezien de huidige vooruitzichten van prijsevoluties op de Europese en wereldmarkt.
Receptie 2013/14 Een uitgebreide technische evaluatie van de bietenrecepties van Tienen en Longchamps had einde januari plaats. In aanloop naar de campagne 2013/2014 wordt aan de fabrikant bijzondere aandacht gevraagd voor een 100 % perfecte afstelling van de in- en uitbascule (tijdens de voorbije campagne werden regelmatig (kleine) afwijkingen vastgesteld), voor het waarborgen van een correcte temperatuur van het waswater dat dient om het bietenstaal te reinigen (een reeds jarenlang aanslepend probleem) en voor het waarborgen van een meer representatief onderstaal (zonder een onevenredige aanwezigheid van kleine snippers biet die (wellicht) het gevolg zijn van de staalnamemethode met de rupro). Ook werden enkele aanbevelingen geformuleerd m.b.t. de aanmaak en de behandeling van het raspsel (de râpure) waarop uiteindelijk het suikergehalte wordt vastgesteld. De eindevaluatie was relatief positief. Uit een vergelijkende studie tussen de resultaten van bietenhopen waarvan er bieten zowel in Tienen als in Longchamps geleverd werden, blijkt daarenboven dat de resultaten van beide recepties elkaar benaderen. Dit wijst er op dat in beide recepties de machines en instrumenten grotendeels op dezelfde wijze werken en de manuele taken (o.a. de nakopping) grotendeels op dezelfde wijze worden uitgevoerd. Voor grondtarra en suikergehalte kwamen de resultaten voor ± 65 % van de bietenhopen zo goed als overeen (een verschil van respectievelijk minder dan 1 % voor de koptarra en minder dan 0,3 % voor het suikergehalte). Wat de grondtarra betreft is het verschil in 75 % van de gevallen kleiner dan 1 %. Een verdere analyse van de resultaten van de bietenhopen waarbij extreme verschillen in de resultaten van de twee recepties werden vastgesteld, moet nog gebeuren. Controleurs 2013/2014 De samenstelling van een “syndicale controleploeg” is elk jaar een race tegen de tijd. Enerzijds kunnen we (zonder daar vooraf 100 % zeker van te zijn) beroep doen op een aantal vaste personen die meerdere jaren na elkaar terugkeren, anderzijds moeten we elk jaar opnieuw gaan vissen in de VDAB-vijver, op zoek naar (pas) afgestudeerden, bij voorkeur uit een landbouwrichting. De taak van onze controleurs is geen lachertje: het betreft een fulltime engagement in een wisselend ploegensysteem (7 dagen op 7, 24 uur op 24) , waarbij elk van onze “ploegen” bestaat uit… welgeteld één man of vrouw. Deze man of vrouw moet dus heel
Onevenredig veel “ruprosnippers” in het onderstaal: de representativiteit van het onderstaal laat soms te wensen over. wat maturiteit hebben om het hoofd koel te houden in eventuele moeilijke conflictsituaties en moet snel de juiste conclusies kunnen trekken. Daarom doen wij nu reeds een oproep aan mogelijke kandidaten, bij voorkeur uit de landbouwsector, die zich tijdens de suikerbietcampagne fulltime of halftime willen engageren. Wij hebben zeer goede ervaringen met jonge zelfstandige landbouwhelpers op het bedrijf. Zij kunnen gemakkelijker dan wie ook de arbeid op het bedrijf combineren met de controletaak in de receptie en dit zorgt bovendien voor een mooi aanvullend inkomen. Geïnteresseerden mogen contact nemen met de secretaris. Er kan dan een kennisma-
kingsgesprek volgen waarin de functie van controleur uitgebreid wordt toegelicht en geïllustreerd, waarna er nog voldoende tijd rest voor de betrokkene om dit mogelijke engagement verder te overwegen en praktisch in te passen in de eigen bedrijfsvoering. Ons advies: kijk even rond in je kennissenen familiekring naar mogelijke kandidaten en nodig hen uit om snel contact op te nemen! Wij van onze kant danken u hiervoor en wensen u allen een snelle en goede start van de volgende suikerbietcampagne! Eric Van Dijck, Secretaris
Wereldmarkt
Nieuwe prijsdaling In februari bleven de suikerprijzen op de wereldmarkt dalen tot een niveau van 360 tot 380 euro per ton witte suiker. Met een wereldproductie van 177 Mt en een consumptie van 170 Mt, stevent de balans 2012/13 op een overschot af van 7 Mt, of zelfs meer volgens bepaalde experten. Brazilië verwacht een recordproductie terwijl de export weer aantrekt. Onder de andere grote spelers, houdt India zijn productie en consumptie in evenwicht (rond 25 Mt), net zoals China met 15 Mt. Alleen Thailand dat zijn productie tot 12 Mt verhoogt, heeft een overschot en exporteert op de wereldmarkt, meer in het bijzonder naar Australië.
Voor de komende campagne 2013/14 denken bepaalde experten dat de suikerproductie zou kunnen dalen, tot ongeveer 165 Mt, hetzij een daling met 6%. Om welke redenen? Als gevolg van de dalende koersen op de wereldmarkt, richten talrijke producenten zich liever op meer winstgevende voedingsmiddelen, die minder water vergen, meer in het bijzonder in India. Ook in Europa wordt een areraaldaling en een dalende productie verwacht.
Fiesta® New, aangeraden door de betere bietenteler • De oplossing tegen kamille, kleefkruid en hondspeterselie • Breedste spectrum in vooropkomst • Maakt de onkruidbestrijding in naopkomst gemakkelijker
www.agro.basf.be Fiesta® New : erk. nr. 9304/B - Bevat 360g/l chloridazon + 60 g/l quinmerac. Gedeponeerd handelsmerk BASF. Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees vóór gebruik eerst het etiket en de productinformatie.
4 — 03/2013
De Bietplanter
k o n i n k l i j k b e l g i s c h i n s t i t u u t t o t v e r b e t e r i n g v a n d e b i e t VZW
???
Molenstraat 45, B-3300 Tienen – F. +32 16 820468 –
[email protected] – www.irbab-kbivb.be
De suikerbiet en haar teelttechniek p v b c – p r o g r a m m a v o o r l i c h t i n g b i e t c i c h o r e i , i n h e t k a d e r va n d e p r a k t i j k c e n t r a Rubriek opgesteld en medegedeeld onder de verantwoordelijkheid van het KBIVB, J.-P. Vandergeten Directeur KBIVB, met de financiële steun van de Vlaamse overheid.
Evolutie van de zaaimachines en raadgevingen voor de zaai Jean-Pierre VANDERGETEN KBIVB vzw - IRBAB asbl
Inleiding De zaaimachine moet zorgen voor een regelmatige aflegging van het zaad, zowel op afstand als in de diepte. Zij moet zorgen voor een snelle en homogene opkomst van de bieten hetgeen tenslotte een invloed heeft op de opbrengst en de externe kwaliteit van de wortels. De homogeniteit van de opkomst vergemakkelijkt eveneens de onkruidbestrijding. De fabrikanten hebben grote vooruitgang geboekt om een kwalitatief hoog niveau te bereiken. Zij hebben min of meer efficiënte oplossingen geïntegreerd om de zaaimachine aan te passen aan de ploegloze teeltechnieken (PTT), om de toediening van meststoffen toe te laten, enz. Er werden vergelijkende proeven in ploegloze omstandigheden uitgevoerd door het ITB met deelname van het KBIVB. Ondanks alle kwaliteiten van de zaaimachine wordt een goed resultaat verkregen door een regelmatig onderhoud en de afstelling van de verschillende elementen in functie van de veldomstandigheden.
De zaadbedekking De bedekking van het zaad gebeurt door holle wielen, in een V, met rubberen vlak, … Het doel is om de zaaivoor goed te sluiten door een regelmatige hoeveelheid aarde boven op het zaad te brengen en om te vemijden om aarde op het zaad te drukken. Bij het onderhoud van de zaaimachine moet men er voor zorgen dat de elementen goed uitgelijnd zijn (kluitenruimers, zaaikouters, aandrukwiel en bedekkingswiel perfect uitgelijnd !). Afdekelementen die uit het centrum liggen werken naast de zaaivoor.
De zaaidiepte en het afleggen van het zaad in de bodem
Voor diegenen die met V-wielen werken, is de afstelling van de afstand van deze wielen van essentieel belang. Te ver uit elkaar staande V-wielen leggen de zaden bloot.
De diepte instelling is waarschijnlijk het delicaatste punt. Zij bepaalt de opkomst en de ontwikkeling van de wortels. Het doel is om de zaden in de aangedrukte vochtige bodem te plaatsen maar met een voldoende ventilatie. Over het algemeen zal men vermijden om het zaad te bedekken met meer dan 2 tot 2,5 cm aarde. Inderdaad, in geval van moeilijke opkomstomstandigheden dreigt de jonge kiem uitgeput te raken alvorens uit de grond te komen. In droge omstandigheden of in gronden met te veel kluiten kan de werking van een kluitenruimer de hoeveelheid aarde boven het zaad beperken. Om de diepte goed te bepalen, moet men de afstellingen doen op een vlakke ondergrond door blokken of planken van identieke dikte onder de steunwielen en de aandrukwielen te plaatsen. Op deze manier kan men nauwkeurig de werkdiepte van de zaaikouters afstellen en de aansluiting controleren met de staven met schaalverdeling.
De nauwkeurigheid van de plaatsing en de aandrukking van de zaden De plaatsing van het zaad is rechtstreeks afhankelijk van het ontwerp van het zaaielement en van de zaaisnelheid. Er is een directe invloed op de kwaliteit en vooral op de ontblader- en ontkoppingskwaliteit, zelfs op de grondtarra.
Controleer zelf of laat de cellen en slijtage van de schijven controleren, de uitwerpsystemen van de zaden, de afdichtingen (voor de pneumatische zaaimachines), de staat van de aandrijfsystemen (kettingen, tandwielen, lagers, …). Het doel van het aandrukwiel is om het zaad goed in de vochtige grond te drukken maar men moet absoluut vermijden om aarde op het zaad te drukken. In dit geval zou de verluchting van de bodem vlakbij het zaad de opwarming van de bodem verhinderen. De zaaikouters zijn dus een essentieel element om dit te vermijden.
Invloed van een juiste plaatsing van de zaden op de ontblader-/ ontkoppingskwaliteit
Invloed van een onjuiste plaatsing
In de eerdere vergelijkende proeven waren de mechanische zaaimachines nauwkeuriger dan de pneumatische. Zij zijn uitgerust met uitwerpers en de uitwerpsnelheid van het zaad komt vaak overeen met de zaaisnelheid. De valhoogte is over het algemeen erg laag. Dit alles stelt hen in staat om een hogere nauwkeurigheid te bereiken. De maximum zaaisnelheid bedraagt ongeveer 7 tot 7,5 km/u. De Bietplanter
03-2013 — 5
Precisie coëfficiënt (PC 3) ‐ PLOEGEN 80 70
-
60 50
-
40 30 20
materiaal : zaaischijven, overbrenging van de last op de zaaielementen, aangepaste afdekkingselementen ; de bodem enkele uren laten opdrogen blijft altijd van toepassing ; controleer de druk op het aandrukwiel en aarzel niet om een intensieve aandrukking te bekomen ; zaai systematisch op 2,5 cm diepte zonder rekening te houden met de zaaidatum. Indien de techniek goed wordt toegepast is het risico op korstvorming minimaal ; een afstand van 20 cm tussen de zaden niet overschrijden ; wanneer mogelijk « lichte » tractors kiezen om de zaai uit te voeren en aarzel niet om met brede en lage druk banden te werken.
10 0 KV ‐ Vicon ‐ Monopill Unicorn
Kuhn ‐ Monosem Monosem Gaspardo Quivogne Gaspardo Kuhn ‐ Maxima ‐ Ng + 4 ‐ Méca v4 SP Prosem K MT Planter 2 CP3 (%) 5 km/h
CP3 (%) 7 km/h
Vergelijkende proeven van zaaimachines en impact van de snelheid op de nauwkeurighed van de zaai (PC3*) - Saint Quentin sur Coole in Frankrijk (Proef aangelegd in 2012 door het ITB met deelname van het KBIVB) *PC3 = precisie coëfficiënt 3 cm. Dit is het percentage zaadkiemen geplaatst op min of meer dan 1,5 cm van de reële zaaiafstand De zaaimachines Kverneland Monopill S, Vicon Unicorn en Monosem Meca V4 zijn gekend voor hun precisie in de aflegging van het zaad. In deze recente proeven is het interessant om te zien dat de pneumatische zaaimachines Kuhn Maxima en Monosem NG+4 de prestaties van de hieronder vermelde mechanische zaaimachines benaderen (een meer uitgebreid artikel met de metingen op opkomstsnelheid, uiteindelijke opkomst, regelmatigheid van de diepte, dubbels en algmene omstandigheden van de proeven kan bekeken of gedownload worden via onze website http://www.irbab -kbivb.be/nl/publications/mechanization/index.php). Min of meer vergelijkbare resultaten worden verkregen op een niet geploegd perceel. De trend is duidelijk maar dient niettemin gecontroleerd te worden in verdere proeven.
Pneumatische zaaimachine uitgerust voor de zaai onder dekvrucht
De zaaikouters De fabrikanten stellen verschillende vormen van zaaikouters voor. Ongeacht de zaaimachine, moet men vermijden om met versleten of weinig geslepen zaaikouters te werken. In dit geval kunnen de zaden in de lengterichting of lateraal rollen. Hieruit volgt een daling van de nauwkeurigheid en soms het ontbreken van aandrukking wanneer men werkt met smalle aandrukwielen.
De regelmatige voorbereiding van het zaaibed is bijzonder belangrijk voor een regelmatige zaai. Het is aangeraden om de bodem te laten opdrogen vooraleer te zaaien. Besluiten
Links een versleten zaaikouter (afgerond) en rechts een nieuwe zaaikouter. Een versleten zaaikouter verslechtert in hoge mate de zaaikwaliteit Specifieke raadgevingen voor de zaai onder dekvrucht of in ondergewerkte mulch Er moet rekening gehouden worden met een aantal overwegingen : - voor de percelen met een helling van meer dan 6% adviseert men een directe zaai zonder voorafgaande oppervlakkige bewerking ; - vermijdt wielsporen vóór de zaai. Zij vormen steeds grote problemen voor deze techniek ; - de voorbereiding van het zaaibed moet oppervlakkig (5 cm) en gering zijn. Vermijd intensieve bewerkingen ! Het doel is om een minimum van fijne grond te hebben om de zaden te bedekken en de zaalijnen opnieuw te sluiten ; - kies voor zaaimachines of loonwerkers die beschikken over aangepast 6 — 03/2013
De Bietplanter
De zaaimachines zijn voldoende verfijnd, zodat ze mits een oordeelkundige keuze van optionele uitrusting, kunnen zaaien in alle bodem- en teeltomstandigheden. De proeven tonen duidelijke verschillen aan tussen de materialen. De proeven tonen dat sommige pneumatische zaaimachines (Kuhn Maxima et Monosem NG+4) hun precisie verbeterd hebben en concurrerend zijn met de mechanische zaaimachines. Deze trend moet echter worden bevestigd in latere proeven. De ervaring toont nogmaals aan dat de gebruiker die zorgvuldig is in zijn onderhoud, zijn afstellingen en juiste snelheden, een hoger kwalitatief zaainiveau zal bereiken. Een gebrek aan controle van de afstellingen en onaangepaste snelheden kunnen heterogene en verspreide opkomsten, … veroorzaken. In dit geval wordt de onkruidbestrijding ingewikkeld en, ondanks het gebruik van lage dosissen, kunnen de zwakste planten afgeremd worden. De slecht verdeelde bieten zullen het ontbladeren en de ontkopping verstoren. Een goed uitgevoerde zaai is dikwijls een garantie voor een snelle en homogene opkomst en kan latere risico’s beperken. Kortom een kwaliteitszaai is synoniem voor een hogere opbrengst. Voor meer informatie raadpleeg de gids « Afstellingen en onderhoud van de zaaimachines » opgemaakt door het KBVIB en het ITB en de individuele fiches per zaaimachine. Deze informatie is beschikbaar op : http:// www.irbab-kbivb.be/fr/publications/mechanization/index.php.
Vroege zaai van suikerbieten Opbrengstverhogingen 2011 en 2012 Guy LEGRAND, André WAUTERS KBIVB vzw - IRBAB asbl
Samenvatting In het artikel van de Bietplanter van februari 2012, over de proeven met vroege zaai uitgevoerd door het KBIVB tussen 2008 en 2011 (Vroege zaai van de biet. Welke opbrengstverhoging kan men verwachten ?) schrijven wij : « De zaaidatum van de suikerbiet is één van de belangrijke elementen die het opbrengstniveau bepaalt. Hoe vroeger deze datum en hoe langer de groeiperiode, hoe hoger het behaalde opbrengstniveau. Deze toename is echter niet lineair. Zij vermindert op het einde van het seizoen. ». Deze werd vastgesteld op basis van een proef met vroege zaai uitgevoerd in 2011 te Lens-Saint-Rémy. In 2012 was het weer mogelijk om relatief vroeg te zaaien, dit is vanaf ongeveer 15 maart. De 50-zaaidatum (50% van de nationale oppervlakte gezaaid) lag in 2012 op 28/03, dit is ongeveer dezelfde datum als in 2011 (27 maart). Hoewel het weer in 2011 zeer gunstig was voor de groei van de bieten, werd het eerste groeiseizoen in 2012 sterk beïnvloed door de koude van april en mei (zie De Bietplanter van februari 2013 : « Overzicht bietenjaar 2012 »). In 2011 bedroeg de bruto suikeropbrengst 14,427 t/ha. In 2012 was dit 13,077 t/ha, dit is een verschil van 1,35 t/ha opbrengst, voornamelijk als gevolg van de koude in het voorjaar. De vraag is of de opbrengstverhoging door een vroege zaai in 2012 vergelijkbaar was met deze van 2011 ? Was de opbrengstverhoging evenredig met het aantal groeidagen ? Nam zij af op het einde van de groeiperiode ? Is het verschil afhankelijk van het rastype of het plantenbestand ? Een proef van vroege zaai, aangelegd in 2012 door het KBIVB, te Merdorp, kan deze vragen beantwoorden.
Algemene opmerkingen over vroege zaai Wij hernemen hieronder enkele algemene opmerkingen over vroege zaai, waarvan sommige werden gepubliceerd in De Bietplanter van februari 2012 (Vroege zaai van de biet. Welke opbrengstverhoging kan men verwachten ?). - Door de klimatologische opwarming is de gemiddelde jaarlijkse temperatuur in België gestegen, met ±1°C rond 1910 en met ±1°C rond 1980. Hij bedraagt momenteel ±11°C. - Vóór 1930 viel de gemiddelde datum van de laatste dag met voorjaarsvorst op ±20 april. Momenteel is dit op ±15 maart. Door de geringere kans op vorst in het voorjaar en de klimatologische opwarming kunnen de landbouwers effectief hun bieten vroeger zaaien. - In het algemeen wordt op dit moment aangeraden om de bieten niet te zaaien vóór ongeveer 10 maart. - De zaaidatum van de eerste zaai is niet gelinkt aan de huidige temperatuur op dat ogenblik. Sommige vroege zaai werd uitgevoerd bij een temperatuur begrepen tussen 0 en 5°C. - De neerslag en dus de toegankelijkheid van de velden (en de huidige machines) zijn één van de elementen die de haalbaarheid van de zaai bepalen. De zaai wordt dikwijls uitgevoerd na een periode van 6 dagen zonder regen, het best vanaf begin maart en op redelijk opgedroogde velden. - Indien men zaait in een nog te nat veld, kan dit de ontwikkeling van de biet gedurende maanden benadelen, zelfs indien de zaai werd uitgevoerd op een normale datum. - Het bodemtype, de organisatie van het bedrijf, de grondbewerking, de vernietiging van de bodembedekkers, de toediening van organische stoffen, de beschikbaarheid van het zaad, … zijn ook betrokken bij de beslissing om vroeg te zaaien. - Een droogteperiode in het voorjaar (zoals het geval was in april-mei 2011) benadeelt de zaai uitgevoerd op dat ogenblik. De zaai uitgevoerd in maart 2012 werd niet beïnvloed door deze droogte, maar door de koude van begin maart en april. - Volgens de nieuwe weerstatistieken (referentieperiode = 1981-2010) is april te Ukkel de minst regenachtige maand geworden (norm : 53 mm : gemiddelde van de 11 andere maanden : 71 mm). - De opkomst van de bieten vereist een cumulatie van ongeveer 120 tot 160 graaddagen (cumulatieve gemiddelde dagelijkse temperatuur van de lucht, basis 0). De gemiddelde dagelijkse temperatuur is ±7°C in maart en ±10°C in april. - De huidige dubbel tolerante rassen (rhizomanie-rhizoctonia en rhizomanie -nematode) zijn nog gevoelig voor de koude in het jeugdstadium (= vernalisatie) en dus gevoelig voor schieters. De rassen rhizomanierhizoctonia mogen zeker niet te vroeg gezaaid worden. - De weersomstandigheden na de zaai en tot aan het sluiten van de rijen zijn bepalend voor het potentiële opbrengstniveau. - De eerste naopkomstbehandeling moet zorgvuldig gebeuren, ongeacht de zaaidatum, vanaf het verschijnen van het eerste onkruid. De tweede behandeling moet na maximum 6 tot 8 dagen gebeuren. - De bladziekten verschijnen niet eerder in de vroege zaai. - De wortelopbrengst is gelinkt aan de zaaidatum en de rooidatum. Het suikergehalte is direct gerelateerd aan de rooidatum. Het is niet afhankelijk van het aantal groeidagen. - De biet laat weinig reststikstof na in het profiel (0-90 cm) bij de rooi, en dit ongeacht de zaaidatum.
- Men moet de beste gronden houden voor late rooiingen en indien mogelijk, ze zeer vroeg zaaien. - De vroege zaai past perfect in de huidige context van de verlenging van de campagnes. - De vroege zaai is een aanvullend element voor de genetische verbetering waardoor het niveau van opbrengst (eenvoudig en zonder extra kosten) verhoogt en zodoende het concurrentievermogen van de bietenteelt. - In het algemeen laat een vroege zaai de bietentelers toe bieten met een hogere inkomst vroeger te leveren. - Vroegere oogst en vroegere leveringen beperken bewaarverliezen, hetgeen gunstig is voor de gehele sector biet-suiker. In 2011 heeft de vroege zaai in combinatie met zeer goede weersomstandigheden, de suikerfabrieken aangezet om de bietencampagne vroeger te beginnen, hetgeen het risico eigen aan campagnes, dat zich voorzet na nieuwjaar, beperkt.
Proef vroege zaai in 2011 De maximale vegetatieduur van de bieten bij ons is ongeveer 250 dagen (±8 maand), wanneer de zaai op zijn vroegst wordt uitgevoerd, rond 10 maart, en de rooi op zijn laatst, rond 15 november. Door de combinatie van 3 zaaidata en 3 rooidata in de proef van vroege zaai uitgevoerd in 2011 te Lens-Saint-Rémy (streek van Hannuit) (= 9 combinaties van vegetatieduur), kon een bruto suikeropbrengst van 20,10 t/ha (gemiddelde van 4 rassen) bereikt worden voor de langste vegetatieduur (zaai op 11/03, rooi op 29/10 = 232 vegetatiedagen). In deze proef werd aangetoond dat de evolutie van de suikeropbrengst, voor de eerste twee zaaidata niet beïnvloed werd door de droogte van april, een asymptotische curve volgt, afhankelijk van het aantal vegetatiedagen (Figuur 1). In deze proef heeft de zeer vroege zaai (zaai op 11/03, rode punten op de grafiek) altijd een betere suikeropbrengst vertoond dan de vroege zaai (zaai op 27/03, groene punten op de grafiek), voor eenzelfde rooidatum, ondanks een groeivertraging in het begin van de periode en een sluiten van de rijen op dezelfde datum. In vergelijking met een zaai op normale datum (zaai op 07/07, gele punten op de grafiek), benadeeld door een zwakke voorjaarsdroogte, bedroeg de suikeropbrengstverhoging van een zeer vroege zaai en een vroege zaai respectievelijk +12% en +5% bij de rooidatum van 06/09 (respectievelijk 179 en 163 vegetatiedagen ten opzicht van 152 dagen) en +20% en +17% bij de rooidatum op 04/10 (respectievelijk 207 en 191 vegetatiedagen ten opzichte van 180 dagen). Deze verschillen of verhogingen in opbrengst bij de rooi afhankelijk van de zaaidatum en/of rooidatum werden berekend in tabel 1, gebaseerd op de regressiecurve van Figuur 1, geldig voor de proef te Lens in 2011. De waarde 100 werd toegekend aan het hoogste bruto suikeropbrengstniveau, als gevolg van de theoretisch langste vegetatieduur (250 dagen). Doordat de evolutie van de curve asymptotisch is, neemt het opbrengstverlies ten opzichte van het maximum, bepaald op 100, af voor lange vegetatieperiodes (bijvoorbeeld, verschil van 1 of 3%).
De Bietplanter
03-2013 — 7
40
20 000
35 30
19 000
25
18 000 17 000
20
16‐03‐12
15
06‐04‐12
10
11‐03‐11 07‐04‐11
5
16 000
14 000 150
170
190
210
230
Figuur 1. Evolutie van de bruto suikeropbrengst ((kg/ha, verticale as) volgens het aantal vegetatiedagen voor verschillende zaaidata in de proef van vroege zaai te Lens, in 2011 (gemiddelde van 4 rassen in elk 4 herhalingen) (rood : zaai op 11.03; groen : zaai op 27.03; oranje : zaai op 07.04). De regressiecurve wordt opgemaakt met enkel de suikeropbrengsten van de zaai van 11.03 en 27.03. De zaai van 07.04 werd benadeeld door de droogte in het voorjaar 2011.
Zaaidata
Rooidata 01/09
16/09
01/10
16/10
31/10
15/11
10/03
-20%
-13%
-7%
-3%
-1%
100
25/03
-29%
-20%
-13%
-7%
-3%
-1%
09/04
-41%
-29%
-20%
-13%
-7%
-3%
24/04
-53%
-41%
-29%
-20%
-13%
-7%
18/06
11/06
04/06
28/05
21/05
14/05
07/05
30/04
23/04
16/04
09/04
02/04
26/03
15 000
19/03
12/03
0
Figuur 2. Evolutie van de bladontwikkeling in de proeven van vroege zaai van het KBIVB, uitgevoerd op verschillende data in 2011 (stippellijnen) en 2012 (volle lijnen). Verticale as : international kwoteringsschaal BBCH (5 = kiembladstadium, 40 = sluiten van de rijen).
Uitgedrukt in een zeer gemiddelde drempel van 900°GD (graaddagen), begon het sluiten van de rijen in 2012 rond 05/06, dit is na ±80 dagen voor een zaai uitgevoerd op 15/03. In de omstandigheden van 2011 bedroeg deze periode ±70 dagen. Deze minstens 10 dagen vertraging in ontwikkeling tussen de 2 jaren zijn gebleven tot aan de rooi. Dit kan de overvloed aan bladmassa op het einde van het seizoen 2012 verklaren en zichtbaar zijn door de verhouding bladeren/wortels. De verhouding bladmassa/wortelgewicht was effectief ongeveer 10 dagen te laat volgens de curve opgemaakt op basis van de staalnamen van de suikerfabrieken in augustus en september (Figuur 3). Begin september 2012 bereikte de verhouding bladeren/wortels het niveau dat 15 dagen eerder werd bereikt, midden augustus, volgens het gemiddelde van de jaren 2002 tot 2011. Deze verhouding was significant lager in 2011 en begon aan 0,87 begin augustus (1,47 begin augustus 2012). 1.5
2002
1.4
Tabel 1. Verlies aan bruto suikeropbrengst (in %) volgens de zaaidatum en/of de rooidatum berekend volgens de regressiecurve van de proef te Lens in 2011 (Figuur 1). De waarde 100 werd toegekend aan de theoretisch langste vegetatieduur (250 dagen = zaai op 10/03 en rooi op 15/11).
In deze proef en ten gevolge van de voorjaarsdroogte van april-mei 2011, stelt men eveneens dat, voor eenzelfde vegetatieduur, de zaai van 11.03 rooi van 06.09 (= punt in het rood op de grafiek van figuur 1, aan 179 vegetatiedagen) en de zaai van 07.04 een maand later gerooid, dit is op 04.10 (= punt in het geel op de grafiek van figuur 1, aan 180 groeidagen), hetzelfde suikeropbrengstniveau vertoont, hetzij respectievelijk 15,88 t/ha en 15,80 t/ha. De zaai van 07.04 werd benadeeld door de voorjaarsdroogte.
Proef vroege zaai in 2012 Een gelijkaardige proef werd aangelegd in 2012, te Merdorp (streek van Hannuit), met 2 zaaidata (16/03 en 06/04), gecombineerd met 2 rooidata (21/09 en 09/11), met 3 nematodetolerante rassen (Charly, Kassia KWS, Sanemax) en 3 zaaiafstanden (17 cm, 20 cm, 23 cm). Volgens de 4 combinaties van zaai- en rooidata, bedraagt de vegetatieduur 168, 189, 217 en 238 dagen. Het proefperceel te Merdorp was niet aangetast door het bietencystenematode (Heterodera schachtii). De uiteindelijke opbrengst van deze 3 rassen in niet besmette grond benaderde de 20 t bruto suiker/ha. De koude van april heeft de groei van de bieten in 2012 benadeeld (zie artikel « Overzicht bietenjaar 2012 », in De Bietplanter van februari 2013 en artikel « Trage opkomst van de bieten in koude omstandigheden » in De Bietplatner van juni 2012). In april 2012 hebben de bieten geprofiteerd van slechts ±250°GD (graaddagen) te Ukkel, tegen ±425°GD in april 2011 (norm : ±295°GD). De koude heeft zicht ook verdergezet in mei. Tussen 01/05 en 15/05, waren er ±170°GD in 2012 tegen ±220°GD in 2011 (norm : ±205°GD). April 2012 kreeg ook lichte nachtvorst (17/04) hetgeen de velden in opkomst op dat moment benadeeld heeft. Deze algemene remming van de ontwikkeling van de bieten heeft de groeivoorsprong, verwacht voor een vroege 50-zaaidatum (28/03) en vergelijkbaar met deze van 2011 (27/03), weggewerkt. Ongeacht de zaaidatum heeft de groei van de biet alzo minstens een tiental dagen van bladontwikkeling verloren, wanneer men zich refereert naar de datum van het sluiten van de rijen in 2012 en 2011 (Figuur 2).
8 — 03/2013
De Bietplanter
2003
1.3
2004
1.2
2005 2006
1.1
2007
1.0
2008
0.9
2009
0.8
2010
0.7
2011 2012
0.6 0.5
2002 - 2011
04-10/08
18-24/08
01-07/09
Figuur 3. Evolutie van de verhouding bladgewicht/wortelgewicht tijdens augustus en september, van 2002 tot 2012 (zwarte curve : gemiddelde van de laatste tien jaar) (bron : Landbouwkundige diensten van de suikerfabrieken). Het is overigens interessant om te zien dat de 3 jaren met de laagste verhoudingen bladmassa/wortelgewicht in de zomer de jaren 2003, 2009 en 2011 zijn, drie jaren met opbrengstniveau’s die aanzienlijk hoger liggen dan het huidige gemiddelde. Als anektote, het verschil in bruto suikeropbrengst is 1,35 t/ha tussen 2012 (13,077 t/ha) en 2011 (14,427 t/ha). Dank zij de weersomstandigheden gunstig voor de groei van de bieten in de zomer en de herfst 2012, kon de dagelijkse verhoging van suiker/ha/dag waargenomen tijdens de periode van staalnames door de suikerfabrieken (norm : ±130 kg suiker/ ha/dag) zich handhaven op nationaal niveau tijdens de rooicampagne. Volgens deze redenering zouden de geschatte 10 dagen vertraging gebleven zijn tot het uiteindelijke opbrengstresultaat. Waarschijnlijk gelinkt aan de weersomstandigheden voor de ontwikkeling van de bieten in 2012, ziet men dat de bruto suikeropbrengst in de proef te Merdorp lineair evolueert met het aantal vegetatiedagen (Figuur 4) en niet asymptotische zoals waargenomen in de proef van 2011 (Figuur 1). Ook na 238 vegetatiedagen bereikt de suikeropbrenst/ha een niveau (19,7 t/ha) bijna equivalent aan dat waargenomen in 2011 te Lens-Saint-Rémy (20,1 t/ha) na 232 vegetatiedagen (Figuur 4).
20 000
20 000
19 000
19 000 18 000
18 000
17 000
17 000
16 000
16 000
15 000
15 000
14 000
14 000 150
170
190
210
13 000
230
150
Figuur 4. Evolutie van de bruto suikeropbrengst (kg/ha, verticale as) volgens het aantal vegetatiedagen in de proef van vroege zaai te Merdorp in 2012 (gemiddelde van 3 rassen, zaai op 20 cm, elk in 4 herhalingen) (blauwe punten). De evolutie van de suikeropbrengst in de proef te Lens 2011 (gemiddelde van 4 rassen), voorgesteld in Figuur 1 werd hernomen op dezelfde grafiek (bruine punten).
170
190
210
230
Figuur 5. Evolutie van de bruto suikeropbrengt (kg/ha, verticale as) volgens het aantal vegetatiedagen voor de 3 rassen van de proef van vroege zaai te Merdorp in 2012 (zaai op 20 cm, elk in 4 herhalingen) : Groene driehoeken : Charly; Gele vierkanten : Kassia KWS; blauwe vierkanten : Sanemax.
19.80 Op de grafiek van figuur 4 blijkt de evolutie van de bruto suikeropbrengst lineair te zijn te Merdorp in 2012, afhankelijk van het aantal vegetatiedagen (blauwe punten). Men merkt dat de verhoging in suikeropbrengst tussen de twee zaaidata (16/03 en 06/04) en voor een zelfde rooidatum, ±1,8 t/ha bedraagt, ongeacht de rooidatum (men vergelijkt in dat geval de waarde aan 168°GD met deze aan 189°GD of deze aan 217°GD met deze aan 238°GD). Wij hebben dus bijna 2 t bruto suiker/ha gewonnen door ±20 dagen vroeger te zaaien dan de norm in 2012. In dit opzicht, kan men eveneens merken dat in deze proef de verhoging van de suikeropbrengst tussen de twee rooidata (21/09 en 09/11) en voor eenzelfde zaaidatum, ±3,37 t/ha bedraagt, ongeacht de zaaidatum (men vergelijkt in dat geval de waarde aan 168°GD met deze aan 217°GD of deze aan 189°GD met deze aan 238°GD). Wij hebben dus in 2012 meer dan 3 t bruto suiker/ha gewonnen door ±50 dagen later ter rooien. Deze verschillen of verhogingen in opbrengst bij de rooi afhankelijk van de zaaidatum en/of rooidatum werden berekend in tabel 2, gebaseerd op de regressiecurve van Figuur 4, geldig voor de proef te Merdorp in 2012. De waarde 100 werd toegekend aan het hoogste bruto suikeropbrengstniveau, als gevolg van de theoretisch langste vegetatieduur (250 dagen). Doordat de evolutie van de curve lineair is, is het opbrengstverlies ten opzichte van het maximum, bepaald op 100, evenredig met de vegetatieduur.
Zaaidata
19.60 19.40 19.20 19.00 18.80 18.60 18.40 18.20 18.00 150
170
190
210
230
Figuur 6. Evolutie van het suikergehalte (%, verticale as) volgens het aantal vegetatiedagen voor de 3 rassen van de proef van vroege zaai te Merdorp in 2012 (zaai op 20 cm, in elk 4 herhalingen) : groene driehoeken :Charly; gele vierkanten : Kassia KWS; blauwe vierkanten : Sanemax.
Rooidata 01-09
16-09
01-10
16-10
31-10
15-11
10-03
-26,4%
-21,1%
-15,8%
-10,6%
-5,3%
100
25-03
-31,7%
-26,4%
-21,1%
-15,8%
-10,6%
-5,3%
09-04
-37,0%
-31,7%
-26,4%
-21,1%
-15,8%
-10,6%
24-04
-42,2%
-37,0%
-31,7%
-26,4%
-21,1%
-15,8%
Tabel 2. Verlies aan bruto suikeropbrengst (in %) volgens de zaaidatum en/of de rooidatum berekend volgens de regressiecurve van de proef te Merdorp in 2012 (Figuur 4). De waarde 100 werd toegekend aan de theoretisch langste vegetatieduur (250 dagen = zaai op 10/03 en rooi op 15/11). De evolutie van de bruto suikeropbrengst voor elk ras van de proef wordt voorgesteld in figuur 5. Deze evolutie is ook bijna perfect lineair voor elk afzonderlijk bechouwd ras. Elk ras bereikt een niveau van bruto suikeropbrengt/ha dat overeenkomt met haar productiepotentieel. De evolutie van het suikergehalte van deze 3 rassen wordt voorgesteld in Figuur 6. De 3 zaaiafstanden van de proef (17 cm, 20 cm en 23 cm voor de rassen Kassia KWS en Charly) gaven respectievelijk een gemiddelde populatie van 118.270, 99.450 en 87.350 planten/ha. De trend van de opbrengstparameters bieten (wortelopbrengst/ha, suikergehalte, bruto suikeropbrengst/ha) is lichtjes in het voordeel van de zaai op 20 cm, wanneer men het gemiddelde van de twee rassen en alle zaaien rooidata door mekaar beschouwd. Hetzelfde geldt voor de financiële opbrengst/ha, zaadprijs proprotioneel in mindering gebracht op de zaaidichtheid.
De verschillen worden klein als we elk ras appart beschouwen, afhankelijk van de 4 combinaties van zaai- en rooidata. In elke situatie is de grondtarra hoger met een groter plantenbestand (zaai op 17 cm). Wij beëindigen deze overwegingen over de proef te Merdorp 2012 door aan te geven dat er geen significante aanwezigheid was van schieters afhankelijk van de zaaidatum (16/03 of 06/04), ondanks het gebruik van 2 antinematodenrassen.
Kort samengevat - In 2012, te Merdorp, heeft een zaai op 16/03 2 ton meer opbrengst in bruto suiker/hectare opgebracht ten opzichte van een zaai 20 dagen later uitgevoerd, op een normale datum (6 april). - In een jaar met een koud voorjaar (april 2012), behoudt vroeg zaaien een voorsprong van ontwikkeling, wat zich vertaalt in een winst in opbrengst. - Vroeg zaaien verhoogt de wortelopbrengst en de brutosuikeropbrengst. - Bij een vroege zaai mag men de afstand van 20 cm tussen de zaden niet overschrijden voor een ploegloze zaai. Overschrijdt de afstand van 21 cm niet voor een zaai op geploegde grond. Alle artikels van De Bietplanter genoemd in de tekst zijn beschikbaar op de website van het KBIVB (www.irbab-kbivb.be).
De Bietplanter
03-2013 — 9
Prijs bietenzaad 2013 Prijzen bij TS Standaard omhulling Ras
Mandataris
Potentieel Witsuiker/ inkomen ha
Wortels netto
Rijkheid Geleverde grond
Totale tarra
Prijzen bij IS
+ Insecticide
Standaard omhulling
2013
170,04 €
-0,01% -
234,67 €
1,42%
168,42 €
0,30%
231,26 €
1,55% -
-
229,73 €
1,32%
230,35 €
1,44%
-
230,33 €
1,44%
2013
2013 vs 2012
2013
2013 vs 2012
+ Insecticide
2013 vs 2012
2013
2013 vs 2012
RHIZOMANIE - 3 jaar - Bevestigde rassen Ardamax
Erauw-Jacquery
97,7
99
98
100
110
100
Benno Bernadetta Kws Cherokee
De Wulf Agro
99,2
99
99
100
107
98
KWS Benelux
101,1
100
95
105
97
100
97,2
97
95
102
118
105
SESVdH
-
Coyote
SESVdH
98,4
99
98
100
110
100
-
Eleonora Kws
KWS Benelux
101,5
101
100
101
96
107
-
232,75 €
-
168,20 €
0,65%
231,15 €
1,82%
1,30%
170,03 €
0,00%
232,74 €
1,30%
-
234,69 €
1,42%
168,42 €
0,32%
231,26 €
1,55%
Husky
SESVdH
101,1
101
103
99
103
92
172,79 €
-
235,64 €
1,48%
172,78 €
-
235,62 €
1,48%
Magellan
SESVdH
99,1
99
100
100
115
99
170,60 €
0,24%
233,44 €
1,49%
170,60 €
0,26%
233,44 €
1,49%
Pasteur
De Wulf Agro Limagrain Clovis Matton KWS Benelux
100,4
101
102
99
102
93
-
233,59 €
1,30%
-
233,59 €
1,30%
99,5
99
97
102
107
105
-
236,03 €
1,40%
-
236,00 €
1,41%
101,9
102
105
98
95
99
-
232,52 €
1,42%
-
232,51 €
1,43%
-
-
232,74 €
1,30%
231,45 €
1,44%
-
231,42 €
1,44%
Rambler Rosalinda Kws Rubens
De Wulf Agro
98,4
98
97
101
87
92
-
Sabrina Kws
KWS Benelux
100,9
101
102
99
98
106
-
RHIZOMANIE - 2 jaar - Recente rassen Candimax
Erauw-Jaquery
98,9
99
100
99
101
93
-
235,76 €
-
-
235,73 €
1,29%
Claudetta Kws
99,2
99
95
104
87
95
-
233,60 €
-
-
233,60 €
1,42%
102,0
101
98
103
82
95
-
239,27 €
2,33%
-
239,27 €
2,33%
Mercator
KWS Benelux Limagrain/Clovis Matton SES Vdh
100,0
101
104
97
104
100
-
236,70 €
-
-
236,71 €
1,71%
Prodige
Scam
98,9
99
102
97
85
96
-
233,82 €
-
-
233,82 €
-
-
239,05 €
1,40%
Goodwood
Timothea Kws
KWS Benelux
-
239,05 €
1,39%
Tyler
Syngenta Seeds
105,0 97,1
97
96
100
89
106
176,05 €
-
-
176,05 €
-
228,15 €
0,00%
Watson
Dewulf Agro
98,5
99
98
101
100
95
-
-
-
235,90 €
1,28%
RHIZOMANIE - Nieuwe rassen of niet getest door het KBIVB * Bizet
De Wulf Agro
-
-
-
234,46 €
-
BTS 370
Betaseed
100,5
100
94
106
94
111
-
-
-
239,27 €
-
BTS 880
Betaseed
102,1
101
99
103
110
108
-
-
-
240,36 €
-
100,0
100
100
100
88
89
Columbus
De Wulf Agro
-
-
-
237,64 €
-
Iceberg
SES Vdh
-
-
-
237,25 €
1,46%
Mohican
SES Vdh
-
-
-
236,52 €
1,28%
Tarim
Erauw-Jaquery
-
-
-
234,37 €
2,38%
Texel
SES Vdh
-
100,6
101
102
99
104
90
-
236,72 €
-
-0,01%
258,58 €
1,23%
-
262,70 €
-
-
RHIZOMANIE - NEMATODEN - 3 jaar - Bevestigde rassen (besmette velden) Baloo
SESVdH
99,5
100
101
99
116
103
Perruche
Erauw-Jacquery
99,7
100
101
99
119
106
195,62 €
195,62 €
-
258,57 €
1,23%
-
262,67 €
2,59%
RHIZOMANIE - NEMATODEN - 2 jaar - Recente rassen (besmette velden) Bengal
SES Vdh
Charly
Dewulf Agro
99,6
100
102
98
98
98
101,2
101
102
99
106
98
196,68 €
-
261,57 €
1,16%
0,01%
259,32 €
1,15% -
-
262,17 €
1,80%
261,87 €
1,20%
-
261,88 €
1,21%
Cleanmax
Erauw-Jaquery
102,1
102
104
98
80
91
-
Gandhi
Dewulf Agro
100,3
100
100
100
101
97
202,62 €
196,67 €
202,62 €
-
261,57 €
1,17%
0,00%
259,50 €
1,22%
Kassia Kws
KWS Benelux
100,6
100
97
103
85
103
-
265,73 €
1,29%
-
265,72 €
1,29%
Louella Kws
KWS Benelux
99,8
100
96
103
112
118
-
263,71 €
1,28%
-
263,72 €
1,30%
Rentamax
Erauw-Jaquery
103,6
104
110
95
106
101
-
262,20 €
1,20%
-
-
Sanemax
Erauw-Jaquery
101,4
102
105
96
107
97
-
262,20 €
1,60%
-
-
263,75 €
RHIZOMANIE - NEMATODEN - Nieuwe rassen of niet getest door het KBIVB (besmette velden) * Adler
Dewulf Agro
104,4
105
105
99
100
91
-
Balear
SES Vdh
103,6
104
106
98
97
97
-
-
-
263,73 €
-
-
-
265,57 €
-
Biscay
SES Vdh
101,4
101
98
103
106
104
-
263,57 €
-
-
263,57 €
-
Cassini Genevieva Kws Lisanna Kws
Dewulf Agro
102,9
103
101
102
113
110
-
263,72 €
-
-
263,73 €
-
KWS Benelux
100,7
100
100
101
106
108
-
292,72 €
-
-
292,72 €
-
KWS Benelux
108,1
108
107
101
101
120
-
281,75 €
Marjolaine
Syngenta Seeds
99,9
100
101
99
79
92
-
Steel
Syngenta Seeds
105,8
106
112
95
67
77
-
258,15 €
-
-
281,72 €
-
-
-
255,72 €
-
-
-
258,12 €
-
RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - 3 jaar - Bevestigde rassen Gecko
SESVdH
84,5
84
84
101
80
92
-
241,18 €
1,31%
Iguane
SESVdH
89,6
89
91
99
80
89
-
245,07 €
1,28%
182,12 €
-
241,17 €
1,31%
0,00%
245,07 €
1,29% 1,37%
Isabella Kws
KWS Benelux
96,6
96
97
100
105
113
-
250,73 €
1,38%
-
250,72 €
Vedeta
Scam
84,8
84
86
99
109
101
-
244,41 €
0,14%
-
244,42 €
0,16%
Zorro
De Wulf Agro
90,2
90
91
100
79
90
-
243,11 €
1,28%
-
243,11 €
1,30%
180,27 €
180,28 €
RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - 2 jaar - Recente rassen -
-
-
-
RHIZOMANIE - RHIZOCTONIA - Nieuwe rassen of niet getest door het KBIVB * Muraille
Erauw-Jacquery
-
-
-
252,57 €
-
Okapi
SES Vdh
-
-
-
248,57 €
2,07%
Rosire
Erauw-Jaquery
-
-
-
244,67 €
1,30%
Zeppelin
Dewulf Agro
-
-
-
244,78 €
-
Door het KBIVB getest en aanbevolen
10 — 03/2013
De Bietplanter
89,1
89 91 98 86 Door het KBIVB getest maar niet aanbevolen
91 Niet door het KBIVB getest
* Andere referentie dan voor de rassen 2 en 3 jaar
Europese markt
Europese raffinagesector misnoegd Met de hoge wereldmarktprijzen van de laatste jaren, had de rietsuikerraffinagesector in de EU problemen om ruwe suiker tegen lage prijs in te kopen. Dit veroorzaakte een rendabiliteitsdaling. Daarom eist de Europese vereniging van suikerraffinadeurs (ESRA) nu de politieke steun van de EU en vraagt zij een bevoorrading van 3,5 Mt ruwe suiker, tegen “competitieve prijzen”. Zij vindt dat het beleid van de Commissie de Europese bietensector heeft bevoordeeld ten nadele van de raffinageindustrie. Spotlight op de sector van de Europese rietsuikerraffinage die deels gelinkt is aan de grootste Europese bietsuikerproducenten zoals Nordzucker, Südzucker en Tereos. De raffinage van ruwe rietsuiker in de Europese Unie vertegenwoordigt zowat 15 % van de EU-quotumsuikerproductie. De geïmporteerde rietsuiker komt grotendeels uit de ACS-landen (Afrika, Caraïben, Stille Oceaan) en uit de MOL (Minst Ontwikkelde Landen) maar ook uit Brazilië, Cuba en Australië evenals uit de Balkan. De raffinaderijen bevinden zich meestal in de nabijheid van havens: Lissabon, Londen, Marseille of Brindisi omdat ruwe suiker in bulk over zee wordt vervoerd. Het transport kan verscheidene weken duren. De aanvoer is afhankelijk van de oogstperiodes die over het ganse jaar gespreid zijn naargelang de regio’s in de wereld. De meeste raffinaderijen verwerken alleen ruwe rietsuiker. Men noemt ze de voltijdse raffinaderijen om ze te onderscheiden van de fabrieken die aan co-raffinage doen, dit wil zeggen de raffinage van ruwe suiker als tweede activiteit naast de productie van bietsuiker. ESRA groepeert het merendeel van de raffinaderijen van de Europese Unie, hetzij 26 “fulltime” suikerraffinaderijen die ruwe rietsuiker tot witte suiker verwerken. De
voltijdse EU-raffinaderijen bevinden zich in 8 lidstaten en meer in het bijzonder in het Verenigd Koninkrijk, Portugal, Roemenië en Bulgarije waar de raffinageindustrie vaste voet aan de grond heeft. Finland In Finland wordt de ruwe rietsuiker geraffineerd in Porkkala, een fabriek van de groep Finnsugar, in dewelke Nordic Sugar voor 80 % participeert. Nordic Sugar is op zijn beurt een filiaal van de Duitse suikergroep Nordzucker, die de tweede Europese suikerproducent is na Südzucker met 16 % van het EU-quotum. De raffinaderij van Porkkala heeft een raffinagecapaciteit van ca 650 ton ruwe suiker per dag. De raffinaderij gebruikt tegelijk bieten en riet en functioneert het ganse jaar. Elk jaar wordt ongeveer 60.000 ton ruwe rietsuiker geïmporteerd en verwerkt. Italië In Italië besliste de groep SFIR in 2010 in de buurt van de haven Brindisi een raffinaderij te bouwen die uitsluitend op suikerriet is
De suiker wordt in bulk per boot verscheept. Bij aankomst in de haven wordt de suiker zo snel mogelijk gelost, om de transportkosten zo laag mogelijk te houden. afgesteld. Deze nieuwe raffinaderij met een productiecapaciteit van 400.000 ton witte geraffineerde suiker werd opgestart in december 2012. Het is de enige “full time” raffinaderij in Italië. Konvooischepen zorgen voor een rechtstreekse verbinding met de haven. De productie is hoofdzakelijk gericht op de Italiaanse markt, meer in het bijzonder het zuiden van Italië, waar geen bieten meer geproduceerd worden sinds de hervorming van het suikerregime in 2007. Verenigd Koninkrijk De raffinaderij Tate & Lyle in Silvertown langs de Thames in Londen is vandaag de enige rietsuikerraffinaderij in het Verenigd Koninkrijk. Zij raffineert de grootste rietsuikerhoeveelheid in de wereld en kan
elk jaar meer dan 1 miljoen ruwe rietsuiker verwerken. Aanvankelijk, kwam de ruwe rietsuikerimport traditioneel uit de Commonwealth-landen. Tate & Lyle levert ongeveer 40 % van de inlandse markt van het Verenigd Koninkrijk en is een belangrijke exporteur van witte suiker, voornamelijk naar de EU, maar ook naar exportmarkten zoals Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Azië. Deze raffinaderij evenals het merk Tate & lyle werden in 2010 door de Amerikaanse groep ASR (American Sugar Refining) overgenomen.
Lees het vervolg op p.12 >>
n a v e m a n p o e r e g o h n e e Voor , d a l b t e h a i v en f f o t s g n i d e o v ck ! c he
De EPSO familie is de eerste keuze – wanneer het om groene bladeren gaat. De volledig in water oplosbare bladmeststoffen met magnesium, zwavel en sporenelementen (borium of zink en mangaan) worden direct door de planten opgenomen en zijn voor alle teelten geschikt. De werking ervan spreekt voor zich: z
Waarborg voor een groene kleur
z
Stimulering van de groei en wortelontwikkeling
z
Verzekering van voedingsstoffen tijdens intensieve groeistadia
Kies voor de EPSO familie – hét groene succesteam voor uw gewassen. K+ S Benelux bv · Telefoon +31 76 5645040 ·
[email protected] · www.kalibenelux.com Een onderneming van de K+ S Gruppe EPSO_Nährstoffaufnahme_NL_247x180_BE.indd 1
De Bietplanter
03-2013 — 11 03.01.13 17:05
<< Lees het eerste deel op p.11 Frankrijk De enige Franse raffinaderij van ruwe rietsuiker is gesitueerd in Marseille. Het is een filiaal van de groep Saint-Louis Sucre, zelf een filiaal van de Duitse groep Südzucker. Zij produceert elk jaar tussen 150.000 en 250.000 ton geraffineerde rietsuiker. De geïmporteerde suiker komt voornamelijk uit de Franse DOM en meer in het bijzonder uit La Réunion. Spanje De twee Spaanse bietsuikerproducenten, Azucarera Ebro en de coöperatie ACOR, raffineren ruwe rietsuiker. Azucarera runt een raffinaderij in Guadalete met een raffinagecapaciteit van 300.000 ton rietsuiker per jaar maar die slechts 70.000 ton
raffineerde in 2010/11. Azucarera is in handen van de Britse agro-voedingsgroep ABF, ook eigenaar van de Engelse suikergroep British Sugar. De coöperatie ACOR bezit de grootste suikerfabriek van Spanje in Olmedo met een verwerkingscapaciteit van 12.000 ton bieten per dag. In 2010, openden ACOR en de Franse suikerfabrikant Tereos een raffinaderij van rietsuiker, met gelijke aandelen door de twee groepen, op de site van ACOR in Olmedo. Tijdens de campagne 2010/11, raffineerde de raffinaderij van Olmedo 110.000 ton ruwe suiker afkomstig uit de fabrieken van Tereos van het eiland La Réunion, van Brazilië maar ook van Mozambique.. Portugal In Portugal zijn er geen bieten. De import van ruwe suiker daalde tijdens de laatste
jaren, wat problemen stelde voor de drie suikerraffineerders van Portugal, de groepen Sidul, RAR en DAI. Sidul bezit de grootste raffinaderij van ruwe rietsuiker van Portugal, met een productiecapaciteit van 800 ton per dag. Sidul werd overgenomen door Tate & Lyle in 2005, dat in 2010 zelf werd overgenomen door ASR American Sugar Refining. De groep RAR is een onderneming die suiker raffineert en commercialiseert met uitsluitend Portugees kapitaal. Zijn productiecapaciteit bedraagt 250.000 ton suiker per jaar. De groep DAI runt een raffinaderij op 70 km van Lissabon met een raffinage-capaciteit van 250.000 ton suiker per jaar. 15% van het kapitaal is in handen van de suikertrader ED & F Man.
Standpunt CIBE
Bulgarije
Volgens de CIBE (Confederatie van de Europese Bietenplanters) wordt de Europese raffinage-industrie niet onheus behandeld. Raffineerders hebben echter nagelaten herstructureringen door te voeren na de suikerhervorming van 2006 (spijts overgangssteun die zij kregen van 150 miljoen euro), waardoor zij op dit moment kampen met een overcapaciteit. Dit moet evenwel niet opgelost worden via een aanpassing van het EU-handelsbeleid ten koste van de EU biet-suikersector, die deed wat hij moest doen. Zo werd tussen 2006 en 2009, de biet-suikersector in de EU27, grondig geherstructureerd met de sluiting van 83 suikerbietfabrieken op een totaal van 189. Meer dan 22.000 directe arbeidsplaatsen gingen verloren en ongeveer 140.000 landbouwers stopten met de bietenteelt.
Bulgarije telt 6 raffinaderijen van ruwe rietsuiker, uitgebaat door 3 industriële groepen. De groep Litex runt er vier, in Ruse, Sofia, Burgas en Donla Mitropolia. Litexis een van de grootste suikerimporteurs van het land. Zaharen Kombinat cristal AD bezit een raffinaderij in Plovdiv. De groep is leider van de
Bronnen : ESRA, www.saveoursugar. com,www.azucarera.es, www.agrana.ro, www.dai-sa.pt, www.nordicsugar.com, www.lemarco.ro, www.litexjsc.com, www. rar.com, www.saintlouis-sucre.com, www. sbrspa.com, www.sidul.pt, www.tereos.pt, www.zaharnizavodi.com
Roemenië Twee groepen raffineren ruwe suiker in Roemenië: Lemarco en Agrana. De raffinaderij Agrana, gelegen in Buzau, heeft een verwerkingscapaciteit van 1.000 ton ruwe suiker per dag. Agrana is een filiaal van de Duitse suikergroep Südzucker. De groep Lemarco heeft als voornaamste activiteiten, suikerproductie en fabricage van houten meubelen. Hij exploiteert drie raffinaderijen met een jaarlijkse productie van ca 130.000 ton.
De raffinaderij Porkkala bevindt zich op 30 km van Helsinki. De fabriek, gelegen aan zee, beschikt over haar eigen haven.
Bulgaarse confiserie. Zijn raffinagecapaciteit van rietsuiker bedraagt 300 ton/dag. Zaharni Zavodi runt Gorna Oryahovitsa, een van de grootste suikerraffinaderijen in de Balkan met een verwerkingscapaciteit van 1.000 ton ruwe suiker per dag. Enkele jaren geleden, besliste de groep Agrana, filiaal van Südzucker, een verkoopbedrijf op te richten samen met Zaharni Zavodi. Agrana heeft er een participatie van 51%.
Geef onkruiden geen kans !
Duist
Klaproos
www.bayercropscience.be 12 — 03/2013
De Bietplanter
Windhalm
Kruiskruid
Straatgras
Kamille
Dovenetel
• De oplossing tegen grassen en dicotylen in granen • Past uitstekend in ieder herbicidenschema
Othello bevat 7,5 g/L Mesosulfuron, 2,5 g/L Iodosulfuron, 50 g/L Diflufenican & 22,5 g/L Mefenpyr - Erk. Nr : 9873/B – Ged. handlesmerk Bayer – Gebruik gewasbeschermingsmiddelen veilig. Lees altijd het etiket en de productinformatie voor gebruik. Voor verdere productinformatie met inbegrip van gevaarzinnen en symbolen, raadpleeg www.fytoweb.be.