Specialisme is ons vak
Uw dak is ons vak
Kwaliteit is bij ons vanzelfsprekend
inhoud Woningbouw
Riethandel
Dakconstructies
Renovatie
Rieten daken
Onderhoudsarm
Aan- en verbouw
Golfplaten
Dakkapellen
Restauratie
Uilenborden
PatentRiet
Pannen Fries Aannemers Bedrijf BV is een flexibele organisatie. Onze diensten variëren van het bouwen van nieuwbouwwoningen tot renovatieprojecten. Onze vakmensen staan voor u klaar om uw bouwproject tot een succes te brengen.
Gezellige mensen wonen onder een rieten dak, rieten daken zoals alleen de vakman ze kan maken.. Riet op villa, molen, boerderij of carport ziet er fraai en natuurlijk uit. Het geeft een exclusieve uitstraling en is een meerwaarde voor uw pand.
Patentriet is een onderhoudsarm. Patentriet is een kunststof rietsoort en is rotvrij, onbrandbaar en slijtvast. Hierdoor is de duurzaamheid van patentriet gegarandeerd. Laat u overtuigen door de vele voordelen van patentriet.
Fries Aannemers Bedrijf BV
Hekstra Rietdekkers BV
Patent Riet Nederland BV
Willemstraat 5
Willemstraat 5
Willemstraat 5
9104 EL Damwoude
9104 EL Damwoude
9104 EL Damwoude
0511 421 155
0511 421 306
0511 423 335
[email protected]
[email protected]
[email protected]
4
• voorwoord • Exclusief interview De Hoop Agriculture
• Exclusief interview De Heidepleats
• reportage Ruwvoer
6 12
• Gadgets
Green Grass Gadgets
• uit de praktijk
Multitasken als erfhond
• Vroeger & nu
Cyclomaaier al 150 jaar oud
• Activiteiten Agenda
• Recept van vroeger Gesmoord vleesch
• Persberichten
17
En verspreidingspunten
• Fotowedstrijd En colofon
Voorwoord Daar zit ik dan: Lekker in het voorjaarszonnetje maar de inspiratie voor dit voorwoord wil toch maar niet komen. Mijn gedachten dwalen af naar hoe het is begonnen: De eerste ideeën, de brainstormsessies onder het genot van vele kopjes koffie, de eerste ontwerpen en daarna het langzamerhand echt vorm krijgen van Agrarisch Noord Nederland. Ik schrik op wanneer mijn buurman zijn kudde schapen naar buiten doet. De lammetjes dartelen vrolijk rond, sommigen al ver van de moeder af. Eén van de lammetjes is zo te zien pas geboren en staat nog wat wankel op zijn pootjes. Even later rent ook hij vrolijk rond. Zo is het ook gegaan met Agrarisch Noord Nederland. Wij, en dan bedoel ik iedereen die heeft meegewerkt aan het tot stand komen van dit magazine, geloven daar zeker in. Het kostte heel wat energie om geboren te worden, en kinderkwaaltjes is het zeker tegengekomen, maar uiteindelijk is het een volwassen magazine geworden. Het hoeft nu alleen nog maar verder te groeien. Ineens besef ik dat dit is wat ik op moet schrijven. Rest mij u alleen nog veel plezier te wensen bij het lezen van deze prachtige eerste editie.
In elk nummer Bedrijfsreportages • De nieuwste ontwikkelingen • Techniek • Rassen • Dierenartsen • Opleidingen • Recepten • Vroeger en nu • Evenementen
Bianca Wielinga
Foto’s omslag: Shutterstock, Jan de Hoop, De Heidepleats
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
3
Loonwerker Jan de Hoop uit Drogeham gaat al jaren mee met de ontwikkelingen in de landbewerking. Meegaan alleen is echter niet genoeg. Reden voor De Hoop om kritisch te blijven, zelf te innoveren en zelfs te investeren in een akkerbouwbedrijf in Duitsland. Het bewerken van land is niet moeilijk; de ” mens doet het al duizenden jaren. We maken alleen steeds intensiever gebruik van de grond, van toevoegingen en gewasbescher ming. Waar we vroeger nog dachten dat we met meer mest, meer gewasbeschermings middelen en meer onkruid bestrijding steeds meer konden produceren op dezelfde grond, worden we nu ingehaald door de realiteit”, stelt De Hoop nuchter vast. Hij schroomt niet om de link te leggen met DDT, een middel dat dusdanig ernstig ingreep in de natuur dat de overheid moest ingrijpen. En nog altijd komen ” er strengere regels. Het is soms goed hoor, begrijp me niet verkeerd, maar we moeten wel oppassen dat we ons doel niet voorbijstreven.”
Denken, samenwerken, doen 4
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Foto’s: Maurice Toonen Auteur: Maurice Toonen
Loonbedrijf De Hoop Agriculture investeert in Duitsland:
Goede verzorging Volgens De Hoop wordt er wel eens gedacht dat boeren veel te gemakkelijk met allerlei stoffen en middelen omspringen. Maar als er ” iemand baat heeft bij een gezonde grond, dan is het die boer wel. Onkruidverdelgers zijn duur en als hij teveel gebruikt, wordt de opbrengst daar op de lange duur ook niet beter van.” Ook vindt De Hoop dat er wat al te gemakkelijk wordt gewezen naar veehouders die dieron vriendelijk zijn. Natuurlijk zijn er boeren die ” slecht voor hun beesten zorgen, die gevallen lees je dus ook terug in de krant. Maar je kunt alleen maar een goede melkopbrengst per koe krijgen als de koeien zich goed voelen. Een gestreste koe verwerkt het voer slechter, ze herkauwt niet goed, rust niet genoeg en geeft moeilijk melk, met een groter risico op uier infecties. Dus puur vanuit bedrijfseconomisch
inzicht, moet elke boer zorgen voor een omge ving waar die koe zich prettig voelt, waar ruimte is om te eten en schone boxen om te liggen. Dan kun je niet slecht zijn voor je beesten.” Gesloten cirkel Een goed boerenbedrijf is volgens De Hoop een cirkel met een steeds nauwere samenwer king tussen voerleverancier, loonbedrijf en boer. Een boer heeft land en vee. Een van de ” consequenties van het houden van vee is het produceren van een grote hoeveelheid mest. Deze mest wordt ten dele gebruikt om het land te bemesten, het overschot moet worden afgevoerd.” Een voerleverancier adviseert tegenwoordig de boer om te komen tot een maximale opbrengst van de koe, wat nauw samenhangt met de kwaliteit van het eigen gras en de aanvulling daarop in de vorm van brok. Alles moet precies in balans zijn, je kunt ” het rantsoen niet alleen maar uit maïs of gras laten bestaan. Het gaat erom dat de boer het maximale uit zijn veestapel haalt. De loon werker is in die schakel degene die met de bodem bezig is. Hij achterhaalt in een continu proces hoe het is gesteld met micro-organismen in de bodem, de hoeveelheid water en de verdeling daarvan. Vroeger dachten we dat ” hoe meer mest we uitreden op het land, hoe meer opbrengst in gras, tarwe of maïs. Dat is al lang achterhaald. Uiteindelijk gaat het niet om de mest, maar om de micro-organismen die in de grond zitten. Deze zorgen voor een gezond bodemklimaat waarop het gewas goed groeit. Ik rijd als loonwerker regelmatig met de quad door het land om bodemmonsters te nemen en
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
te laten analyseren. Aan de hand daarvan maak je een behandelplan om de grond te bewerken. Het gaat erom dat je de juiste apparatuur hebt en weet hoe je die moet gebruiken.” Mest naar Duitsland De Hoop past zich aan op alle fronten. We komen nu op een punt waarop de grond ” maximaal benut wordt, maar de behoefte aan voedsel stijgt nog steeds, vanwege de groeiende bevolking en de grotere consumptie per hoofd van de bevolking. In Nederland is er nog weinig landbouwgrond beschikbaar, dus moet je inventief worden.” De Hoop wijst naar een geografische kaart aan de muur en vertelt over zijn zoektocht naar een akker bouwbedrijf in Oost-Duitsland waar hij mee bezig is. Hiermee sla ik een aantal vliegen in ” één klap. Met Nederlandse mest kan ik daar de bodemkwaliteit vergroten, zodat ook daar de opbrengst per hectare vergroot kan worden. Omdat de landerijen daar groter zijn, kunnen we onze tijd efficiënter gebruiken. In Neder land ben je heel veel tijd kwijt met het rijden naar de verschillende percelen. In Duitsland kun je hectares lang achter elkaar doorgaan.” Met de laatste reden anticipeert De Hoop op de Nederlandse wetgeving over het terugdrin gen van fosfaat uit mest. Hier zitten we ermee ” in ons maag, maar in Duitsland willen boeren juist betalen voor mest omdat ze te weinig hebben en kunstmest duur is. Op dit moment zijn de transportkosten nog te bepalend om mest te exporteren, maar met de steeds aanscherpende mestwetgeving zit er hier beweging in. Ik wil het kleinschalige coulisse landschap combineren met het grootschalige in Oost-Duitsland. Het vraagt alleen inventiviteit en samenwerking. De boeren moeten vooruit, maar wij als loonwerker ook.”
5
De Heidepleats in Sint Nicolaasga: Wijngaard, kaasmakerij, roodbont vee en retraiteboerderij
‘Teruggaan naar je oorsprong’ is een kreet die ‘naast maatschappelijk verantwoord ondernemen’ steeds vaker terugkomt in het bedrijfsleven. Maar hoe combineer je dat met een oud familiebedrijf waar de melkveehouderij, een kaasmakerij, een wijngaard en retraite- en workshops samengaan? Op een druilerige woensdagmiddag in februari blijkt al snel dat De Heidepleats, het bedrijf van Jântsje en Jan Geuvert Hoogkamp, een veelzijdig bedrijf is. Bij aankomst verontschul digt Jântsje zich dat ze nog druk bezig is met de administratie. Jan Geuvert schuift aan en is erg benieuwd naar Agrarisch Noord Nederland en de mensen die zich hiermee bezighouden. Dit is veelzeggend, blijkt gedurende het gesprek wat zich ontspint aan de keukentafel en later wordt voortgezet in de stal, de kaas makerij en op het terrein. Tijdens een rondleiding over het terrein van het bedrijf blijkt dat De Heidepleats meer is dan veeteelt. Jan Geuvert vertelt dat het vee er al was op het ouderlijk bedrijf van Jântsje. Nadat hij werd betrokken bij het bedrijf bleek er behoefte te zijn om daarnaast “lekker met de vingers in de aarde te zitten”. Maar wat past er bij koeien? Bedrijfseconomisch ga je dan ” denken aan meerwaarde halen uit de melk. De voor de hand liggende oplossing is dan kaas maken. En wie kaas zegt, denkt aan wijn. Tenminste, zo ging het bij ons, even kort gezegd”.
voor het maken van wijn in Nederland, op heel veel plaatsen verbouwd worden, als daarvoor de bodemgesteldheid maar geschikt is. Uit grondmonsters bleek de boerderij in Sint Nicolaasga uitermate geschikt. En dus kon de Heidepleats beginnen. Jan Geuvert: Ook daarin moesten we ” pionieren en veel bij anderen kijken. Want waar je in ons klimaat tegenaan loopt, is het ontstaan van schimmels. Gelukkig zijn speciaal voor noordelijke landen wel een aantal rassen ontwikkeld. De Heidepleats teelt er vijf: de Regent, de Pinotin, de Riesel, de Johanniter en de Solaris
Speciale rassen Zo simpel als deze opsomming was het niet, maar het bleek evenmin een onmogelijk idee. Na overleg met de landbouwuniversiteit Wageningen bleek dat er meer plaatsen geschikt zijn om druiven te verbouwen dan alleen in Frankrijk. Eigenlijk kunnen druiven,
6
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Duurzaam en bewust Belangrijk bij De Heidepleats is dat alles wat ze doen, weldoordacht is. Dit hoort namelijk bij de filosofie van het bedrijf. Goed omgaan met je omgeving en de wereld beter achterlaten dan hoe je hem hebt aangetroffen. Vandaar ook dat er een warmtepomp is geïnstalleerd die zorgt voor de verwarming van het bedrijf en natuurlijk het woongedeelte. Daarnaast zijn er plannen om nog verder te gaan met energiebesparen en CO2-neutraal werken en wonen, zoals het aanschaffen van een mestvergistingsinstallatie waarbij de eigen mest wordt omgezet in energie. Gedurende ons gesprek en de rondleiding verwonder ik me over steeds meer zaken en zeg dit ook. Jan Geuvert kijkt me lachend aan en zegt: ”Gelukkig is De Mens die zich kan blijven verwonderen. Dat geldt dus ook voor ons.”
De wijnen worden vermarkt onder de naam Donia Grande. Donia is de naam van de streek waar De Heidepleats is gevestigd voorheen was het de gemeente Doniawerstal. Daarnaast is Donia de familienaam van Pier Gerlofs Donia beter bekend als Grutte Pier bekend van “bûter, brea en griene tsiis, wat dat net sizze kin is gjin oprjochte Fries”. Grande is een wijnkwaliteitsaan duiding en betekent groot.
7
Het Carillon in het centrum van Drachten:
Geniet van een heerlijk softijsje of een lekkere warme hap op ons ruime terras!
snacks en ijs
•
•
•
•
Foto’s: De Heidepleats, Maurice Toonen Auteur: Maurice Toonen
In onze jachtige samenleving missen veel mensen een rustmoment. Ook hierin voorziet De Heidepleats in een behoefte. Inmiddels zijn er drie ruime tweepersoonskamers voor gasten die in retraite willen. De kamers zijn sfeervol, eenvoudig maar comfortabel ingericht en de douche en toilet bevinden zich dichtbij de kamers. Beneden is er een ruimte waar gelegenheid is voor ontmoeting en een gesprek met de overige retraitegasten. Deze plek is voorzien van een gezamenlijke keuken waar de bezoekers kunnen eten. Nog meer rust en stilte is er ook. Een speciale stiltekapel is gelegen op een rustige plek, aan de rand van de wijngaard. Hier wordt één van de principes “Ora et Labora” (bid en werk) heel zichtbaar: stilte, overpeinzing en aanbid ding gaan hand in hand met werken in de wijngaard en boerderij. Dagelijks worden hier 3 stiltemomenten gehouden. De hele dag door is hier de mogelijkheid om te bidden, te mediteren en te overpeinzen. (Meer informatie op www.retraitefriesland.nl ) Bijzondere koe De Heidepleats heeft niet alleen bijzondere wijn, maar ook bijzonder vee. Het is één van de weinige bedrijven in Friesland waar weer Fries roodbont in de wei loopt. Tot het midden van de achttiende eeuw waren bijna alle koeien in Nederland roodbont, maar doordat er in 1750 ongeveer driekwart van de veestapel door de veepest werd uitgedund, kwamen er veel zwartbonte koeien uit Denemarken en Duitsland. De Nederlandse koe viel op in het buitenland door haar hoge melkproductie, een factor die door de Amerikanen werd toegeschreven aan de fokzuiverheid van de
zwartbonte. Hiermee is dan ook verder gefokt, met als uiteindelijk resultaat de Holstein-Frisian die nog altijd bekend staat om haar melkproductie heeft. In 1904 besluit het Nederlands Rundvee Stamboek (NRS) uitsluitend zwartbont vee te registreren van wege het duidelijk herkenbare rassenkenmerk. Het Friese Rundvee Stamboek (FRS) erkende wel de roodbonten onder de naam Fries Roodbont, maar de roodbonten zijn duidelijk in de minderheid. In de tweede helft van de twintigste eeuw verovert de Holstein-Frisian de hele wereld, terwijl er één groep fokkers bezig blijft met het fokken van roodbonte koeien. In 1957 wordt de vereniging ‘Fokkers van Roodbont Stamboekvee’ opgericht. Op het moment van oprichting staan er 2.500 roodbonte Fries-Hollandse koeien ingeschreven. Helaas worden de aantallen steeds kleiner, zodat er uiteindelijk in 1999 nog maar 136 over zijn. In 1993 word de stichting Roodbont Fries Vee opgericht (www.zeldzamerassen.nl/rood bontfriesvee.nl). Deze stichting heeft samen met boeren een fokprogramma opgesteld en heeft het sperma van zuivere Friese rood bonten opgeslagen in de Genenbank. In acht jaar tijd liep het aantal roodbonten weer op van 136 naar ongeveer 350 koeien. Van dit aantal is slechts een deel raszuiver. Zij stammen in de mannelijke lijn af van ‘Vondeling 1’ uit 1914. Deze stier, te vondeling gelegd vanwege het anti-roodbeleid van het stamboek, is het symbool van de roodbont
Friese veefokkerij geworden. Alle roodbonte koeien en stieren van De Heidepleats zijn rechtstreekse afstammelingen van ‘Vondeling 1’. De melk van de roodbonte koeien bij De Heidepleats wordt door een intelligente melkrobot gescheiden gehouden van de melk van de rest van de veestapel. Dit is op koe-niveau te regelen, zodat er zelfs per kaas kan worden getraceerd van welke koeien deze is gemaakt. Prachtig toch”, ” zegt Jan Geuvert met gepaste trots, “In het kader van voedselveiligheid en weten waar je voedsel vandaan komt is dit uniek. Daarnaast is het eiwit- en vetpercentage bij de roodbonten hoger dan dat van Holstein-Frisian koeien en is het vlees extra lekker. Weet je dat Herman den Blijker in zijn boek (‘Herman dichtbij en soms ver weg, red.) het roodbonte vlees aanprijst vanwege de doorregenheid en de malsheid? Hij noemt het zeldzaam lekker. Bovendien krijgt ons vlees dit voorjaar het predicaat ‘Erkend Streekproduct’. Het staat nu al op de menukaart bij een aantal restaurants en je kan er een glaasje wijn van onze eigen boerderij bij drinken. Is de cirkel dan niet mooi rond?”.
Informatie van dit artikel is afkomstig van De Heidepleats en Stichting Zeldzame Huisdierrassen (www.szh.nl) Het vlees van de Heidepleats staat onder andere op het menu bij: Het Smelnehûs in Drachten (www.smelnehus.nl), Onder de Linden in Sneek (www.restaurantonderdelinden.nl), Stadsherberg Het Wapen van IJlst in IJlst (www.wapenvanijlst.nl) en Restaurant Het Ambacht in Heerenveen (www.restaurant-hetambacht.nl).
Het Carillon Zuidkade 1a 9203 CJ Drachten Tel. (0512) 51 69 40 Fax (0512) 75 04 23
8
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
9
Minder antibiotica. Maar hoe?
Minder antibiotica. Maar hoe? Laat slangengif het werk doen!
Laat slangengif het werk doen. ROBOT Bij twijfel
0 DAGEN WACHTTIJD
direct Pyrogenium!
MELKEN
www.pyrogenium.nl Dat het gebruik van antibiotica in de vee houderij gereduceerd moet worden staat al lang niet meer ter discussie. We zijn ons er van bewust dat er steeds moeilijker te bestrijden bacteriën zijn en dat de infectiedruk toeneemt.
ECOstyle Animal Care B.V. Tel: 0516 – 56 77 60 www.ecostylevoordieren.nl
Gedwongen door wet- en regelgeving van de overheid is dit voor dierenarts en veehouder de aanleiding om te zoeken naar nieuwe behandelmethoden die het gebruik van antibiotica kunnen reduceren, zonder dat dit ten koste gaat van diergezondheid en dierenwelzijn.
Da Vinci
Horse
Het gebruik van alternatieven voor antibiotica vraagt echter om een omslag in de manier van denken: in plaats van het bestrijden van de ziekteverwekker kunnen we in veel gevallen ook eerst het lichaam zelf helpen om de ziekte te overwinnen.
Sportswear & Ruitersport
Minder antibiotica gebruiken kan, maar hoe?
Foto: Stock.XCHNG
Antibioticagebruik in de melkveehouderij sector vormt geen directe bedreiging voor de volksgezondheid. Wel realiseert menig veehouder zich dat bepaalde aandoeningen, zoals mastitis, steeds moeilijker zijn te genezen.
10
Door het welhaast ongelimiteerd gebruiken van antibiotica in het verleden vormen resistente bacteriën een bedreiging voor het melkveehouderijbedrijf. Gelukkig staan de ontwikkelingen niet stil; nieuwe behandelmethoden en inzichten zijn in staat het gebruik van antibiotica fors te verminderen.
Minder gebruik van antibiotica leidt tot: • Kostenbesparing • Minder risico op toename van resistente bacteriën • Minder melkverlies bij gebruik van een alternatief • Hogere weerstand en meer dierenwelzijn Waar antibiotica in veel gevallen direct bacteriën doden, werken alternatieve producten meestal op een geheel andere manier. In plaats van een bacteriedodende werking spreken alternatieve middelen het zelfgenezend vermogen van het lichaam aan. Neem bijvoorbeeld het middel Pyrogenium van ECOstyle Animal Care. Eén van de werk zame stoffen van dit middel is lachesis, een homeopathisch verdunde vorm van slangengif.
Zo kan het antibioticagebruik dus effectief worden teruggedrongen. Pyrogenium kan daarom bij beginnende en milde ontstekingen een belangrijke rol spelen bij het reduceren van het antibioticagebruik in de veehouderijsector. Pyrogenium is een geregistreerd diergeneesmiddel dat reeds 45 jaar in Nederland wordt vermarkt.
Deze werkzame stof bevordert de aanmaak en de activiteit van witte bloedcellen. Witte bloedcellen omsluiten de schadelijke bacteriën en maken ze daardoor onschadelijk. Het lichaam lost het probleem dus zelf snel en effectief op. Antibiotica doden niet alleen de schadelijke bacteriën, maar ook bacteriën die van essentieel belang zijn voor het optimaal functioneren van het lichaam. Omdat een middel als Pyrogenium geen direct bacterie dodende werking heeft, worden de bacteriën die van groot belang zijn voor het lichaam ontzien. De ziektebron wordt dus gericht onschadelijk gemaakt terwijl verdere aantas ting van de weerstand van het lichaam tegen ziekten wordt voorkomen. Op deze manier wordt het lichaam geholpen de ziekte zelf te overwinnen, zonder de inzet van antibiotica.
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Voor meer informatie over het middel Pyrogenium: www.pyrogenium.nl Informatie over de overige geregistreerde diergeneesmiddelen en verzorgingsproducten van ECOstyle Animal Care vindt u op: www.ecostyleanimalcare.nl
11
Kuilbulten van zestig meter lang en meters hoog steken boven de bedrijfsgebouwen uit. Op het voercentrum van Leeuwarden weten ze wat kuilen is. Op een bedrijfsmatige manier wordt het gras van 30 boeren verwerkt tot een luxe ruwvoer, dat vervolgens in dagelijkse porties in elke stal wordt afgeleverd. De boer heeft er geen omkijken meer naar. Hij laat zijn gras maaien en afvoeren en krijgt meer uitbetaald naar gelang van de samenstel ling van zijn gras. Het voercentrum verwerkt het voer, maakt er luxere en complete mengsels van en verkoopt dat terug aan haar eigen inbrengers. De hogere prijs wordt gecompenseerd door een hogere melkgift en door een besparing op tijd en investeringen in opslag en machines.
Meer voer = meer melk Inkuilen gaat bij het voercentrum professio neel, bedrijfsmatig en met groot materieel. Toch zijn er volgens Struiksma genoeg boeren die het op individuele basis ook ‘heel goed in de vingers hebben’. Dat moet ook wel, want inkuilen is de basis van een succesvolle
Een koe zet kwalitatief goed ruwvoer wel gemakkelijker om in melk. Ze kunnen veel melk geven, zonder dat ze in conditie achteruitgaan, snel oud of zwak worden of aan vruchtbaarheid inboeten. En de melk is dan goed van kwaliteit, met voldoende vet en eiwit, zodat je de maximale melkprijs kunt vangen.” Een gezonde koe is snel weer drachtig, met zo min mogelijk inseminaties, en zit daar door weer het snelst op een hoge melkgift.
Als er dus iemand verstand heeft van goed ruwvoer, dan is het Klaas Struiksma. Samen met Fourage Bedrijf Hoogland BV, loonwerker De Haan en adviescompagnon Reflex zette hij in 2010 het eerste voercentrum van Nederland op. De eerste zes deelnemers van toen zijn inmiddels uitgegroeid tot een kleine dertig boeren: ‘eigenlijk een studiegroep van boeren die hun resultaat willen optimaliseren, met als constante factor dat ze allemaal precies hetzelfde hoogwaardige voer gebruiken.’
Ruwvoer (Goed) Kuilen is een kunst 12
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Voercentra in Workum en Dokkum openen dit voorjaar voor het eerst hun deuren, of beter: sleufsilo’s. Sommige boeren van het eerste uur haakten af vanwege de hogere kosten en de intensieve begeleiding, maar bij het gros van de deelnemers steeg de melkopbrengst per koe met enkele liters naar gemiddeld dertig liter per dag. De koe is gezond en de boer is tevreden.
melkveehouderij. Met alleen een goede gras bodem, een luxe stal of tonnen brokjes red je het niet. Ruwvoer is de basis, een koe heeft ” niet voor niets vier magen en die moeten hun werk doen. Maar het is niet zo dat hoe meer je voert, hoe meer melk er in de tank komt.
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Het hele management moet daarop gericht zijn. Struiksma: Het rantsoen wordt bij ons ” vastgesteld door een nutricionist. Maar om een optimaal rantsoenefficiëntie te halen, moet die koe dat voer ook optimaal omzetten. Dan kom je dus ook terecht bij zaken als een goede stal,
13
koe-welzijn, schoon drinkwater en voldoende ligruimte per koe. Voor die begeleiding hebben wij een bovinoloog in huis, een rundveespecialist die veel breder kijkt dan naar de koe alleen. Daarnaast hebben we als voercentrum een teeltbegeleider die meekijkt naar het gras bij de betreffende boer. Het gaat om het totaalmanagement, uiteindelijk.”
Fosfaatbeperking is kans, geen bedreiging In 2014 wil Staatssecretaris Bleker dat de veehouderij in Nederland fors minder fosfaat uitstoot dan nu het geval is. Dat fosfaat is nodig om het gras te laten groeien en komt via de koe en de mest in het water terecht, waardoor algen de sloten overwoekeren. Mengvoerfabrikanten zoeken nu naar oplossingen om brok te produceren waaruit het fosfaat grotendeels is verminderd, zodat er minder fosfaat in de koe terecht komt. Maar Klaas Struiksma van het voercentrum ziet de oplossing vooral in goede rantsoenefficiëntie. Een koe die ” 1 kilo droge stof in het ruwvoer kan omzetten in meer dan een kilo melk,
Rust bewaren Een melkveehouder die het alleen doet, lijkt daarbij een groeiende achterstand te krijgen ten opzichte van zijn collega’s die het ruwvoer inkopen bij het voercentrum. Struiksma ziet dat de ‘gemakkelijke boeren’ het wel redden, op hun eigen manier. Die investeren vaak ” wat minder, kiezen een soberder koe en nemen genoegen met minder melk in het jaar.” De precieze boeren hebben een dagtaak aan het eigen management. Dankzij sleepslang bemesten kunnen ze tegenwoordig al vroeg in het voorjaar het land op om te bemesten, zonder dat de zwaarbeladen combinaties diepe sporen in het land rijden. Door de wei te slepen, voorkomen ze dat er grond van de molshopen in de eerste snee komt. De eerste snee gras wordt in het voorjaar gemaaid en moet een dag of twee drogen voordat het kan worden ingekuild.
Foto’s: Voercentrum, Shutterstock, Fotolia Auteur: Meta Groot Antink
Struiksma: Vaak doet de loonwerker dat. ” Die werkt met steeds grotere maaiers en op raapwagens en daar gaat het nog wel eens mis. Het tempo van de aanvoer ligt dan zo hoog, dat de boer het met zijn eigen trekker of shovel soms nauwelijks genoeg kan aanrijden. De kunst is om dan de rust te behouden en het gras er in flinterdunne laagjes op te brengen, zodat je alle zuurstof eruit rijdt. Zelf gebruiken wij grote shovels om de bult aan te rijden. En we hebben zoveel personeel op zulke dagen dat het proces continue doorgaat.” Zodra er zuurstof achterblijft, stijgt de
14
verbruikt mineralen, waaronder fosfaat. Bleker wil 10 of 12% fosfaatreductie, maar door betere verwerking kan de koe het zelf wel met 30% reduceren. Voorwaarde is dan wel dat die koe de goede kwaliteit ruwvoer krijgt. Goed gekuild gras, vermengd met toevoegingen die de magen optimaal aan de gang houden. De mengvoerfabrikant kan het fosfaat eruit halen, maar dan kost het een extra inspanning en stijgen de kosten. De koe kan het ook en de hogere kosten van goed voer compenseer je dan met extra melk en een gezonde koe. Het lijkt een bedreiging die op ons afkomt, maar volgens mij is het een kans.”
t emperatuur in de bult en ontstaan broei en schimmel. Dan doen de bacteriën zich tegoed ” aan de voedingsstoffen en hou je een kuil over die je hooguit nog aan het jongvee kunt geven. Maar als dat je enige voer is, dan moeten de koeien het er mee doen. Maar die hoge melk gift halen ze dan niet meer. ”
de zekerheid. En goed afdichten is belangrijk. Wij hebben vier mensen die daar hun specialiteit van hebben gemaakt en we voeren de druk op met slangen die we vullen met water. Zo trekken we de folie extra strak. Voor individuele boeren is dat een hele investering.”
Extra druk Van begin tot eind moet het proces kloppen. Een grote kuilbult is goedkoper, maar het voer moet dan wel zo snel verbruikt worden omdat de houdbaarheid (eenmaal geopend) snel terugloopt. Ter vergelijking: bij het voercentrum gaat er dagelijks 50 tot 70 ton aan kuilgras doorheen. Bij een individuele boer ” is de bult kleiner, maar ook dan moet je gemiddeld zeker een meter kuil per week opvoeren om bederf voor te zijn.”
Naast geld spelen ook tijd en aandacht een rol. Juist in dat laatste klusje wil het nog wel eens misgaan, zo weet Struiksma uit de praktijk. Afdichten is de laatste klus na een lange werk ” dag waarop ook nog gewoon gemolken wordt. Iedereen wil naar huis of aan het bier. Dan vind je het al gauw strak genoeg, of de boer denkt: ik maak het morgen wel even af. Niemand neemt het je kwalijk, maar schimmel aan de rand van de bult betekent soms net het verschil tussen 22 en 30 liter melk per koe.”
Op kleinere percelen of bij onbestendig weer wordt vaak direct geperst in kleinere balen die meteen luchtdicht worden verpakt maar per stuk wel duurder zijn. Maar beter duur dan ” bedorven voer. Bij het voercentrum doen wij er een toevoegingsmiddel in dat de conser vering versnelt en broei voorkomt, puur voor
Ruwvoer volgens eigen recept Om de koe lekker te laten eten wordt gehakseld gras gemixt met extra grondstoffen en toevoegingen. Een speciale mengmachine mengt het door elkaar en schudt het voer in een lange rij voor het voerhek, dat door de veehouder meerdere malen per dag wordt aangeschoven. Zo hebben de grootste veelvraten maar ook de laagsten in de rangorde altijd een smakelijk hapje voer voor het hek. Uit het recept van het voercentrum: • kuil uit meerdere sneeën tegelijk • maïs voor zetmeel en energie • luzerne voor structuur: de zogenaamde ‘prik’ stimuleert de pens • tarwegistconcentraat en geplette tarwe • maïsgluten, droge bietenpulp en raap-schroot • griespallets en soja voor extra eiwit
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
15
Green Grass Gadgets Boer Boer boxers voor dames en heren. In de maten: XS - S - M - L - XL (www.b-boer.nl)
Uit de praktijk
Boer Boer boxers
Multitasken als erfhond
Boekensteun Boerderij
de zorgverzekering voor hond, kat en konijn
Zondermeer de titel ‘erfhond’ dekt de lading, maar eigenlijk verdient de trouwe allround viervoeter op het boerenerf een betere kwalificatie. Er wordt namelijk heel wat van ze verwacht.
Pluis, Pluus en Ploos Leuke boekensteunen met boerderijtafereel van
Pluis, Pluus en Ploos is het
Dolly & Co. Verkrijgbaar in 2 verschillende uitvoeringen.
nieuwste boekje dat via de
Afmetingen: 13 x 8 x 17 cm.
SZH uitgegeven is. Het is een
Niet zomaar Erfhond wordt je niet zomaar. Eigenlijk moet het in je bloed zitten én moet je zijn opge groeid op het boerenerf. Vroeger waren je ouders dan vaak Herders en Bouviers. Maar met regelmaat bleek je vader ook een onbekende passant te zijn geweest. Je moet een evenwichtig karakter hebben en liefst goed alleen kunnen zijn.
spannend verhaaltje over drie kleine lammetjes van het Drents
(www.hetliefstethuis.nl)
Heideschaap die verdwalen.
Koerollator
De Koerollator is een hulpmiddel waarmee koeien die door een aandoening tijdelijk niet kunnen lopen, weer op de been worden geholpen. De Koerollator ondersteunt de koe waardoor ze niet zal vallen. Ze zal slechts door een gering deel van haar gewicht worden belast en haar bloedsomloop zal mede hierdoor weer goed op gang komen en herstel zal dus sneller verlopen. Hierdoor blijft productieverlies beperkt. (www.ejs-handel.nl)
16
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Foto’s: Bianca Wielinga Auteurs: Christian Cloudt, Elles Pronker
(www.szh.nl)
Het opvoeden van een erfhond is ook geen sinecure. Je moet de wacht houden maar mag je ook bijten, en wie dan? Hoe groot is dat erf nu eigenlijk? De baas wordt blij als je mollen, ratten en muizen vangt, maar spit je die met vlijt uit de graspollen die ineens ‘gazon’ blijken te heten dan krijg je weer op je kop. Nee, het is echt niet eenvoudig om de status van erfhond te bereiken. Nieuwe sterren Vandaag de dag zien we steeds meer Berner Sennens op de Hollandse erven. Ook verdere familie als de Leonberger en de Newfoundlander komen we steeds vaker tegen. Massieve honden die met hun voor komen en zware blaf de ongenode bezoeker op afstand houden. Toch zijn het bijna zonder uitzondering goeie lobbessen die aanhankelijk zijn en goed met kinderen. Dat ‘lobbes’gehalte past echter niet iedereen want in de regel zijn deze mastodonten liever lui dan moe. Jagen, vee drijven en meer verfijnde taken zijn niet echt voor ze weggelegd.
Jagers en drijvers De jagers en drijvers onder de erfhonden zoals de retrievers, staande honden en bijvoorbeeld de Collie excelleren vaak op hun eigen vak gebied. Onmisbaar bij de jacht of het drijven van vee. Maar als erfhond kunnen ze wat te baasgericht of juist te solitair zijn. Om bijvoor beeld de ontdekkingsdrift van de Beagle maar eens aan te halen. Ook de aanwezigheid van klein- of pluimvee kan voor sommige van deze categorie een blijvende attractie zijn. Alleskunners Toch zijn er ook alleskunners. Noem bijvoor beeld de goeie ouwe Stabij, een Wetterhoun of een Boerenfox. Trouwe metgezellen die mits goed opgevoed vele taken van de erfhond kunnen vervullen. Ook een uit het juiste hout gesneden bastaard kan de agrariër uitkomst bieden. Dit blijken vaak onverwacht taaie exemplaren met goeie eigenschappen te zijn. Gauw tevreden Een ‘echte’ erfhond vraagt niet veel. Een goede accommodatie die bescherming biedt tegen alle weersinvloeden is natuurlijk een noodzaak. Hoewel dit echt niet persé een luxe hok hoeft te zijn. Isolatie tegen extreme warmte en koude zijn belangrijker. Ook ouderwets kliekjes eten, zonodig aangevuld met een goede brok vinden ze geen straf. Genoeg beweging en een schouderklopje in de vorm van een aai en uw erfhond is al gauw tevreden.
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Uit de praktijk Een erfhond is vaak een gezelschapsdier voor het hele gezin, naast zijn taak als waak hond, mollenvanger of veedrijver. Wat hij ook doet, hij loopt andere risico’s dan een hond in een Vinexwijk. Dat kan leiden tot onverwachtse bezoekjes aan de dierenarts. Elles Pronker, teamleider bij Petplan Nederland: Recentelijk hebben wij de ” kosten vergoed van een behandeling van een jonge Border Collie. De hond had tijdens zijn werk als schapendrijver een blessure opgelopen aan de voorpoot, waardoor het dier tijdelijk niet ingezet kon worden. Maar met het voorjaar in aantocht, ontstond er bij de eigenaar toch wat paniek. Na onderzoek door de dierenarts bleek overbelasting de oorzaak te zijn van de kreu pelheid. Door de bouw van de Border Collie komen heup- en elleboogproblemen als ED en HD bij deze honden gelukkig relatief weinig voor. Verder onderzoek was dan ook niet noodzakelijk. De dierenarts heeft rust en pijnstilling voorgeschreven. Helaas is, gezien het karakter van dit ras, volledige rust niet goed mogelijk. De hond bleef in beweging, maar kan na een periode met medicatie en relatieve rust inmiddels toch zijn werk weer uitvoeren. De hond is hersteld en de baas is erg blij dat hij zijn compagnon weer terug heeft.” Misschien bent u veehandelaar, dieren arts of klauwverzorger en heeft u een leuk verhaal uit de praktijk? Mail ons via
[email protected] en wie weet staat uw verhaal binnenkort in Agrarisch Noord Nederland!
17
De winnende machine te Loosduinen: de Burgess and Key
• Outdoorkleding • Dekens • Wedstrijdjassen • Polo’s • Schoenen/Joppers • Voedingssupplementen
• Sporen • Bitten • Sjabrakken • Hoofdstellen
Cyclomaaier al 150 jaar oud Het is voorjaar en de messen worden weer geslepen. De messen van de cyclomaaier om precies te zijn. In de jaren zestig van de vorige eeuw begon de opmars van de cyclomaaier nadat Piet Zweegers (PZ) deze rond 1960 voor het eerst aan het publiek toonde. In 1965 werd deze bijvoorbeeld in het Groningse Roodehaan gedemonstreerd. De opmars van de cyclomaaier was te danken aan de trekker met hef en met name de af takas. Zonder die aandrijfkracht was het niet mogelijk een dergelijk zwaar apparaat aan te drijven. Hoewel Zweegers er een patent op verkreeg, blijkt het idee al veel ouder.
Foto: Fries Landbouwmuseum Auteur: Henk Dijkstra
• Rijbroeken • Caps • Laarzen/leder • Zwepen • Halters • Verzorgingsproducten
Vroeger & Nu
18
De ontwikkeling van de maaimachine kende een trage start. Was de mechanisatie eind 19e eeuw bij de akkerbouwer al ver gevorderd, bij het weidebedrijf ging het moeizamer. De maairesultaten van de eerste machines waren mager. De bedrijfszekerheid was niet groot want de smid kon ze slecht repareren. Ook het land was niet geschikt: smalle akkers, en molshopen zorgden voor botte messen. Hoewel de eerste maaimachines gemaakt waren om zowel graan als gras te maaien bleek het toch noodzakelijk hiervoor twee afzon derlijke machines te ontwikkelen. De eerste maaimachine kwam in 1853 naar ons land. Het was een Hussey ingevoerd door de ‘ Vereeniging voor Volksvlijt’ te Amsterdam.
Het jaar 1860 zou het jaar worden van de maaimachine. In dat jaar werden namelijk de eerste wedstrijden voor maaimachines in ons land gehouden. Op 29 juni vond onder auspiciën van de Hollandsche Maatschappij van Landbouw - die toen al 7.000 leden telde - bij huize Rusthoek in het Haagse Loosduinen een wedstrijd plaats voor grasmaaiwerktuigen. De wedstrijd werd de hele dag bijgewoond door Z.K.H. Prins Hendrik. Na afloop bleek dat de wedstrijd had aangetoond dat de voordelen er waren: de arbeidsbesparing was dusdanig dat de investering uit kon. Vooral met de toen stijgende lonen die het maaien tot wel 6 tot 10 gulden per bunder deed stijgen. Een ander voordeel was dat de boer kon maaien wanneer hij wilde, hij was immers niet meer afhankelijk van vreemde arbeid. De commissie van beoordeling had als voor zitter Jonkheer Gerard Regnier Gerlacius van Swinderen (1804-1879) uit Rijs (Friesland), die behalve ‘Grietman’ en later burgemeester van Gaasterland, sinds 1849 lid was van de 1e kamer. Hoewel er vijftien maaimachines waren aangemeld bleek bij het begin van de beproe ving dat er slechts zes stuks werkelijk waren gearriveerd waarvan er één niet kon maaien omdat dit een schaalmodel was. Dat model was ingezonden door Jhr. Mr. O.R. van Andringa
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
de Kempenaer uit Heerenveen. De reden was dat hij van de commissie van beoordeling wilde horen wat ze van zijn idee vonden, of tewel of ze het de moeite waard vonden deze machine op ware grootte te laten bouwen. Dat De Kempenaer de machine nog niet echt had gebouwd had wellicht te maken met het afwijkende ontwerp: het was geen ‘vinger balkmodel’ zoals dat bij de anderen het geval was, maar een cirkelmaaier. In feite was het een voorloper van de moderne cyclomaaier, die pas vanaf 1960 massaal gebouwd zou worden. De commissie was niet onder de indruk want in Engeland waren al eerder dergelijke machines uitgevonden en ze bleken niet goed te werken. Al begin 1800 had het Engelse parlement een nationale beloning toegekend aan een uitvin der met de naam Royce voor een werktuig dat het graan maaide met behulp van een cilinder waaraan in de omtrek zeisen waren bevestigd. De maaibalk met vingers en een heen-en-weergaand mes die als een zaag het gras afsneed bleek de oplossing te zijn en deze zou tot ver in de twintigste eeuw het gras maaien. De winnaar in Loosduinen werd trouwens de Engelse machine van Burgess and Key, die er in slaagde om in 50 minuten bijna een halve hectare gras te maaien.
19
Activiteiten Agenda
Twee dagen lang staat de trekker centraal in en rond het museum. Oude trekkers, een expositie, trekkerfilms en kinderactiviteiten staan onder meer op het programma.
De wedstrijd vindt plaats op het weiland aan de Middenweg te Bantega. Het evenement begint om 11.00 uur en zal eindigen om 19.00 uur.
Beide dagen beginnen om elf uur en duren tot vier uur. Het museum organiseert de dagen samen met de Oude Trekker en Motoren Vereniging (OTMV) en de AFRON.
De wedstrijd wordt door vakkundige mensen geleid, er zal aan deze dag niks ontbreken. Kosten per bezoekers zijn € 7.50 (vanaf 16 jaar) en € 5,- (tot 15 jaar). Parkeren is gratis.
Op het buitenterrein bij het museum is ruimte voor veel trekkers, in alle soorten en maten. Ook aangekoppelde machines zijn welkom, en als het even kan kunnen ze zich in werking presenteren aan het publiek.
Nederlands leukste hondenwandeling voor Hulphond Nederland. Op zondag 22 april 2012 wordt op recreatie gebied Bussloo, gelegen tussen Apeldoorn en Deventer, voor de vierde maal een honden wandeling voor Hulphond Nederland gehouden. Deze wandeling is niet alleen de leukste maar ook de grootste hondenwande ling van Nederland. Vorig jaar liepen er maar liefst 1783 honden en daarbij ruim 2954 hondeneigenaren mee met deze wandeling. Dit jaar hoopt organisator Royal Canin het record ruimschoots te ver beteren. Diverse bekende Nederlanders zullen belangeloos aan deze dag meewerken. De wandelroute is ongeveer 3km lang en is ook geschikt voor mensen in een rolstoel. Deelnemers starten met hun hond op een zelf te bepalen tijdstip tussen 11.00 en 16.00 uur.
Het thema is dit jaar “Hooipersen”. Trekkereigenaren kunnen zich nog opgeven. Raadpleeg voor informatie over opgave de website www.frieslandbouwmuseum.nl
22 april 2012
Hondenwandeling voor Hulphond Nederland
18 mei 2012
Trekkertrek wedstrijd
8 en 9 juli 2012
De bijdrage voor deze wandeling is € 3,50 per deelnemende hond. Dit bedrag is volledig bestemd voor Hulphond Nederland en zal door voerproducent Royal Canin worden verdubbeld. Het evenemententerrein van het recreatiegebied zal vanaf 11.00 uur gevuld zijn met diverse bekende Nederlanders, verschillende shows, demonstraties, attracties, horeca en nog veel meer. Alle informatie is terug te vinden op de website www.wandelvoorhulphond.nl. Deelnemers kunnen zich tevens op deze site inschrijven.
Friese Trekkerdagen
20
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Foto: Shutterstock Recept: Geïllustreerd Kookboek - A. Simonsz (jaren ‘20)
Stichting Trekkertrek Bantega houdt op 18 mei 2012 een trekkertrek wedstrijd voor verschillende klasse trekkers.
Foto’s: Stichting Trekkertrek Bantega, Fries Landbouwmuseum
Op zaterdag 8 en zondag 9 juli 2012 organiseert het Fries Landbouwmuseum in Eernewoude de ‘Friese Trekkerdagen’.
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
21
Persberichten Na bijna 32 jaar import activiteiten vanuit Nijmegen gaat Louis Nagel verder in het nabijgelegen Andelst. Louis Nagel heeft haar faciliteiten aangepast aan haar activiteiten, van één van de grootste importeurs naar een bescheiden rol in de distributieketen.
Daarbij hoort ook een passende behuizing. Op 30 maart werd de laatste voorraad trekkers in een optocht door de medewerkers en betrokkenen van Nijmegen naar het industrie terrein de Schalm in Andelst gereden. Louis Nagel gaat met de trekkermerken McCormick en Landini, Sigma4 voorladers, Autofarm en Ag Leader GPS systemen een succesvolle toekomst tegemoet.
Feestelijke opening nieuwbouw Agrarisch Centrum Snijders-Jager Vrijdag 9 maart werd de nieuwbouw van Agrarisch Centrum Snijders-Jager b.v. te Wachtum officieel geopend door Wethouder Geert Roeles. In het afgelopen half jaar is de nieuwbouw gerealiseerd en de winkel geheel vernieuwd.
Doe mee & Win!
Door de nieuwbouw heeft men de oude loods die aan de molen “De Hoop” was gebouwd af kunnen breken en staat de markante stelling molen weer vrij van het bedrijf. De nieuwe winkel heeft een oppervlakte van 750 vierkante meter met een ruim assortiment voor boerderij, dier en tuin.
Foto’s: Louis Nagel, Shutterstock
Louis Nagel gaat verhuizen Eindelijk is het zover, Louis Nagel is verhuisd naar Wanraaij 53 te Andelst.
Stuur ons uw mooiste foto!
De door de redactie uitgekozen foto’s plaatsen we in de volgende editie die 18 juni verschijnt.
Wij belonen de tien beste inzendingen met een uniek Agrarisch Noord Nederland t-shirt.
Stuur uw foto’s bij voorkeur als een groot JPG-bestand. Voor plaatsing in ons magazine is minimaal 300 dpi nodig op ware grootte. Stuurt u alstublieft geen foto’s groter dan 4 MB. Vergeet niet uw adresgegevens en
Stuur uw mooiste foto vóór 23 mei naar:
[email protected]
Verspreidingspunten Naam bedrijf
Adres
Postcode
Plaats
Agra Totaal Bos Mechanisatie Easterein Bos Mechanisatie Harich Bos Mechanisatie Sneek Bos Tuin & Parkmachines Bosma Groene Vakzaak Broekens Gorredijk Broekens Stiens BTN de Haas De Boer Drachten De Zevenster Kuipers VOF Dijkstra Mechanisatie BV Elzinga’s Agrarische Winkel Fouragehandel K Politiek Fouragehandel R de Vries Fries Landbouw museum Handelsonderneming A J Noeverman Jager Agri Shop Kort Erica BV Kort Mechanisatie BV Kort Sellingen BV Mulder Agro Robertus Mechanisatie R Waaksma Agrarisch Bedrijf Snijders Jager BV Uildriks Mechanisatie Uildriks Mechanisatie
Buterhoeke 62 Sibadawei 24 Westerein 9 Koperslagerstraat 5 Sibadawei 24 Gaastweg 62 Badweg 50 Truerderdyk 4a Emdenweg 1 Jade 34 De Gast 82 Beuckenwijkstraat 12 Greate Buorren 32 it Fabryk 1 Norgerweg 104 Koaidyk 8b De Slagenweg 9 De Noesten 72 Verl. Vaart NZ 137 Oranjekanaal Nz 26 Beetserweg 59 Foarwei 45 Zuiderkijl 2 Aldbuorren 23 Middendorp 4 Zeilmakerstraat 2 Dorpsstraat 13
9041 AD 8734 HE 8751 GB 8601 WL 8734 HE 8521 JE 8401 BL 9051 JC 9723 TA 9207 GL 9801 AH 8565 GN 9263 PM 8823 SZ 8433 LS 9264 TP 7921 TH 9431 TG 7887 EL 9433 TH 9551 VD 9298 JC 9571 TC 9145 SE 7754 MB 9403 VA 7933 PA
Berltsum Easterein Harich Sneek Easterein Sint Nicolaasga Gorredijk Stiens Groningen Drachten Zuidhorn Sondel Garijp Lollum Haulerwijk Earnewâld Zuidwolde Westerbork Erica Zwiggelte Sellingen Kollumerzwaag 2e Exloërmond Ternaard Wachtum Assen Pesse
22
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
ledingmaat te vermelden. De winnaars k worden in het volgende magazine bekend gemaakt. Er is geen correspondentie mogelijk rond deze wedstrijd. Door het toesturen van uw foto geeft u Media Groep Noord Nederland toestemming deze te gebruiken voor publicatiedoeleinden.
Voordelig kennismaken met Ja! Ik neem een proefabonnement en ontvang 3 X Agrarisch Noord Nederland voor € 7,50*
num 3 voo mers* r sle chts 7
Maak dan éénmalig € 7,50 over op rekeningnummer: 1699.41.582 t.n.v. Media Groep Noord Nederland, o.v.v. uw adresgegevens en “proefabonnement”. U ontvangt dan de eerstvolgende drie edities thuisgestuurd.
,50!
* Het proefabonnement stopt automatisch na 3 nummers.
Colofon
Agrarisch Noord Nederland is een uitgave van Media Groep Noord Nederland en verschijnt tien keer per jaar, uitgezonderd het eerste jaar.
Uitgever
Media Groep Noord Nederland Mûntsegroppe 14, 9281 KN Harkema, Telefoon: 0512 - 30 10 00 Website: www.mediagroepnoordnederland.nl
Wanneer u wilt kennismaken met Agrarisch Noord Nederland, kunt u ook éénmalig € 7,50 overmaken op rekeningnummer 16.99.41.582 t.n.v. Media Groep Noord Nederland o.v.v. ”proefabonnement Agrarisch Noord Nederland” en uw adresgegevens. U krijgt dan de eerstvolgende drie edities thuisgestuurd. Het proefabonnement stopt automatisch. Voor onze advertentiemogelijkheden kunt u contact opnemen via:
Redactie
Telefoon: 0512 - 30 10 00 E-mail:
[email protected]
[email protected]
Abonnement
Agrarisch Noord Nederland is gratis verkrijgbaar bij verschillende verspreidingspunten in uw regio.
Voor en door Agrarisch Noord Nederland
Studio Mauronne - vormgeving, opmaak en fotografie Maurice Toonen - tekstschrijver en fotograaf Meta Groot Antink- tekstschrijver Henk Dijkstra - tekstschrijver Christian Cloudt - tekstschrijver Fries Landbouwmuseum Stichting Zeldzame Huisdierrassen
Adverteren
Hoofdredacteur Bianca Wielinga
Aan dit nummer werkten mee:
Foto’s
De foto’s in dit magazine zijn eigendom van Media Groep Noord Nederland. Bij uitzonderingen staat dit vermeld bij het betreffende artikel.
Overname van artikelen is alleen toegestaan na toestemming van de redactie. Hoewel aan de samenstelling van de inhoud de meeste zorg is besteed, kan de redactie geen aansprakelijkheid aanvaarden voor mogelijke onjuistheden en onvolledigheden.
23
LOUIS NAGEL VERHUIST!
| Wanraaij 53, 6673 DM Andelst | www.louisnagel.com | Telefoon: +31 (0) 488 420819 |
McCormick
Sigma4
! e i t Ac
Landini
Ag Leader | Autofarm
Tot duizenden euro’s voordeel; Profiteer! Informeer vandaag nog bij uw dealer in de buurt.