BIJLAGE B ijla ge n r. 1
Beslu it hou den de de goe dkeu ring van een ov ereenko m st tu ssen de Belgisch e staa t, de Vlaamse pr ovin ciebestur en, d e V la amse Ge meenscha psco m m is sie en de Be lgische Techn ische Co öperatie ( BTC) in zak e h et educatief pro gram m a “ K leur Bek enn en” , voo r de period e 200 6 20 07
DE OVEREENK O MST
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 1 van 10
OVEREENKOMST INZAKE HET EDUCATIEF PROGRAMMA “KLEUR BEKENNEN” Tussen 1. De Belgische Staat, vertegenwoordigd door de heer Armand De Decker, minister van ontwikkelingssamenwerking, hierna “de Belgische Staat” genoemd, 2. De provinciebesturen Antwerpen, Limburg, OostVlaanderen, VlaamsBrabant en WestVlaanderen, elkeen vertegenwoordigd door de gouverneur, de provinciegriffier en de gedeputeerde, hierna “de provinciebesturen” genoemd, en de Vlaamse Gemeenschapscommissie, vertegenwoordigd door de Voorzitter van het VGCCollege bevoegd voor Onderwijs, Beroepsopleiding en Begroting, hierna “VGC” genoemd, 3. De Belgische Technische Coöperatie (BTC), vertegenwoordigd door de heer Yves Haesendonck, voorzitter van de Raad van Bestuur, hierna “BTC” genoemd.
Hierna partners genoemd,
Wordt overeengekomen wat volgt:
ARTIKEL 1 VOORWERP VAN DE OVEREENKOMST De voorliggende overeenkomst beschrijft de relatie en wederzijdse verplichtingen van de hoger vermelde partners in het kader van het educatieve programma “Kleur Bekennen”.
1.1. Een educatief pr ogramma "Kleur Bekennen" is de naam voor het educatief programma dat wereldburgerschap en kwaliteitsvolle mondiale vorming in het onderwijs (van kleuter tot hoger onderwijs) promoot, stimuleert en ondersteunt. De term "mondiale vorming" wordt gehanteerd als gemeenschappelijke noemer voor activiteiten en thema’s met betrekking tot internationale verhoudingen en ontwikkelingseducatie, interculturaliteit, duurzame ontwikkeling, vredesopvoeding, migratie en mensenrechteneducatie. "Kleur Bekennen" wil een bijdrage leveren tot de vorming van het wereldbeeld van de jongeren via de schoolcontext. Wereldburgerschap is hierbij een sleutelbegrip. Opleiding voor leerkrachten is een belangrijk aspect van het programma. Nadruk wordt gelegd op het engagement van de hele schoolgemeenschap (leerlingen, leerkrachten, directie en ouders) en op procesmatig werken.
1.2. Een gezamenlijk progr amma van ver schillende par tner s Het programma wordt gedragen door de Belgische Staat, BTC, de Vlaamse provinciebesturen en de VGC. Die institutionele partners gaan een samenwerking aan voor de ontwikkeling en de uitvoering van het programma. Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 2 van 10
De samenwerking wordt concreet beschreven in het aangehecht beleidsplan 20062007, en in andere beleidsdocumenten die hierbij aansluiten waaronder documenten over de gemeenschappelijke educatieve strategie. Het beleidsplan 20062007 maakt integraal deel uit van deze overeenkomst, die bevestigd wordt door de bevoegde instanties van de partners. Alle beleidsdocumenten worden overeengekomen in de Beleidsgroep die bestaat uit gemandateerde vertegenwoordigers van de verschillende partners. De samenstelling en werking van de Beleidsgroep worden verder geregeld onder art. 6. In het beleidsplan en andere beleidsdocumenten wordt de gemeenschappelijke educatieve strategie bepaald van het programma. Het staat de verschillende partners vrij om naast de gemeenschappelijke initiatieven aanvullend en via eigen financiering eigen initiatieven te ontwikkelen voor zover die verenigbaar zijn met de gemeenschappelijke educatieve strategie. De regels voor tegemoetkomingen aan scholen mogen evenmin strijdig zijn met de gemeenschappelijke educatieve strategie. Alle partners streven een gemeenschappelijkheid inzake de tegemoetkomingen aan scholen na.
ARTIKEL 2 VERPLICHTINGEN VAN DE BELGISCHE STAAT TEGENOVER DE PROVINCIEBESTUREN EN DE VGC 2.1. Om het programma "Kleur Bekennen" te kunnen uitvoeren, verbindt de Belgische Staat zich er toe binnen de beschikbare budgettaire middelen een jaarlijkse subsidie ter beschikking te stellen van de provinciebesturen en de VGC met het oog op de financiering van minstens volgende elementen:
Een budget om de loonkosten te dekken van een promotor (minimaal 0,8 en maximaal 1 vte) die betaald wordt volgens de loonschaal van niveau 2+ van de federale staat (nietuniversitair hoger onderwijs).
Een budget om de loonkosten te dekken van een documentalist per documentatiecentrum dat in de betrokken provincie gevestigd is (minimaal 0,5 en maximaal 1 vte). De documentalist wordt betaald volgens de loonschaal van niveau 2+ van de federale staat (nietuniversitair hoger onderwijs). Deze post is niet van toepassing op de VGC. De lijst van provinciale Kleur Bekennendocumentatiecentra wordt bepaald door de beleidsgroep. Op het ogenblik van ondertekening van deze overeenkomst zijn er zes: Antwerpen, Gent, Hasselt, Leuven, Roeselare en Turnhout. Het documentatiecentrum te Brussel wordt onder artikel 5.3. behandeld.
Een budget om de loonkosten te dekken van een 0,5 vte administratieve medewerk(st)er (loonschaal niveau 2). Deze post is niet van toepassing op de VGC.
Een forfaitair bedrag om de administratiekosten te dekken.
Een budget met het oog op het financieren van activiteiten in scholen die de doelstellingen van "Kleur Bekennen" nastreven.
Een budget voor aankoop van educatieve materialen en uitbouw van de educatieve databank.
2.2. Die subsidie wordt elk jaar opnieuw door de federale overheid vastgesteld in een Koninklijk Besluit. Voor de berekening van de activiteitskosten en de administratiekosten per provincie wordt rekening gehouden met het aantal leerlingen per provincie. Rekening houdend met de specifieke situatie van het Nederlandstalig onderwijs in het Brussels hoofdstedelijk gewest, wordt voor de activiteits en de administratiekosten van de VGC jaarlijks een maximum subsidiebedrag bepaald, op basis van een raming van de deelnamegraad van de Brusselse scholen.
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 3 van 10
Overheveling van middelen tussen de budgetposten die desgevallend voorzien zijn in het Koninklijk Besluit, kan slechts gebeuren met maximaal 15% van de post waarnaar overgeheveld wordt en voor zover de gemotiveerde schriftelijke toelichting van de betreffende partner aanvaard wordt door de Directie Generaal Ontwikkelingssamenwerking.
2.3. Het uitwerken en afhandelen van het administratieve en financiële gedeelte van het programma "Kleur Bekennen" gebeurt in overleg met de provinciebesturen, met de VGC en met BTC.
ARTIKEL 3 VERPLICHTINGEN VAN DE PROVINCIEBESTUREN EN DE VGC 3.1. De provinciebesturen en de VGC verbinden zich ertoe het programma "Kleur Bekennen" op hun grondgebied te laten uitvoeren door een promotor (minstens 0,8 vte), een documentalist (minstens 0,5 vte en alleen voor de provincies) en een administratief medewerker (minstens 0,5 vte en alleen voor de provincies) en in te staan voor de nodige logistieke middelen. De door de provinciebesturen en de VGC aangewezen promotor, documentalist en administratief medewerker staan onder het directe gezag van de provinciebesturen en de VGC, tenzij bij uitdrukkelijke uitbesteding. Eventuele uitbesteding doet niets af van de verantwoordelijkheid van de provinciebesturen en de VGC. De opstelling van de functieprofielen en de aanwerving en selectie gebeuren in overleg met de centrale coördinator bij BTC. Een beschrijving van de taken van de promotor, de documentalist en de administratieve medewerker wordt in de jaarlijkse actieplannen opgenomen. De centrale coördinator wordt geïnformeerd over de functioneringsgesprekken en de evaluatieresultaten. De provinciebesturen en de VGC zijn verantwoordelijk voor de performantie van het "Kleur Bekennen"team, en waken over de continuïteit van het programma, zoals bepaald in Art 1.2. De provinciebesturen en de VGC nemen de rechtstreekse ondersteuning van de scholen op zich. Zij staan ook in voor de werking met de aanbieders van mondiale vorming en de uitbouw van de documentatiecentra.
3.2. De provinciebesturen en de VGC stellen elk jaarlijks een activiteitenverslag op dat moet worden voorgelegd aan de minister van ontwikkelingssamenwerking. Dat verslag moet een gedetailleerd overzicht bevatten van de activiteiten van het afgelopen jaar. De inhoud en de termijn kunnen nader bepaald worden in de Koninklijke Besluiten zoals vermeld in artikel 2.2.
3.3. De provinciebesturen en de VGC doen uiterlijk op 1 juni van het jaar dat voorafgaat aan het referentiejaar een gemotiveerd voorstel aan de federale administratie over de financiële middelen die ze nodig achten om hun opdracht te kunnen vervullen, rekening houdende met de principes opgesomd in artikel 2.2. Deze paragraaf geldt niet voor de aanvraag voor het werkjaar 2006.
ARTIKEL 4 TAKEN VAN DE PROVINCIALE EN BRUSSELSE " KLEUR BEKENNEN" TEAMS 4.1. De provinciale en Brusselse “Kleur Bekennen”teams werken binnen het kader van het beleidsplan en het jaarlijks actieplan, waarin een beschrijving van de specifieke en gemeenschappelijke taken is opgenomen.
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 4 van 10
4.2. De promotor staat in voor de uitvoering van het programma "Kleur Bekennen" binnen de provincie of het Brussels hoofdstedelijk gewest. 4.3. De documentalist staat in voor de promotie, uitbouw, dienstverlening en vorming m.b.t. het documentatiecentrum. 4.4. De administratief medewerker heeft als taak de administratieve ondersteuning van het project Kleur Bekennen binnen de provincie.
ARTIKEL 5 VERPLICHTINGEN VAN BTC 5.1. BTC coördineert de overkoepelende onderdelen van het programma en voert ze uit. Die opdracht kadert binnen de toewijzingsovereenkomst inzake de tenuitvoerlegging van het programma "Kleur Bekennen/Annoncer la Couleur" die is afgesloten tussen de Belgische Staat en BTC voor de periode van 1 januari 2003 tot 31 december 2007.
De centrale coördinatie is verantwoordelijk voor:
het bewaken en versterken van de educatieve en pedagogische inhoud en de algemene kwaliteit van het aanbod van "Kleur Bekennen";
het bewaken en uitvoeren van de strategie, het promotieplan en het bijbehorende promotiemateriaal (incl. het gebruik van het logo van Kleur Bekennen) op centraal vlak;
het uitbouwen en beheren van een gemeenschappelijke internetcatalogus van het aanbod;
de uitbouw van de gemeenschappelijke internetdatabank van educatief materiaal en inhoudelijke, technische en administratieve ondersteuning van de provinciale documentatiecentra;
het verzorgen op centraal vlak van alle uit het voorgaande voortvloeiende contacten met de bevoegde instanties van het onderwijs, met andere steunpunten in verwante sectoren en met de aanbieders;
het bevorderen van de deskundigheid van het "Kleur Bekennen"personeel van de provincies en de VGC;
eventuele andere opdrachten die haar in het kader van het gemeenschappelijk programma door de Beleidsgroep bij consensus worden toegewezen.
5.2. BTC verbindt zich ertoe jaarlijks tegen 1 mei een actieplan "Kleur Bekennen" voor het volgende schooljaar voor vaststelling over te maken aan de Beleidsgroep waarvan sprake in art 1.2 en art. 6.
5.3. De loon en de werkingskosten van het in Brussel gevestigde documentatiecentrum vallen onder het budget van de BTC.
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 5 van 10
ARTIKEL 6 STURING VAN HET PROGRAMMA KLEUR BEKENNEN 6.1. De Beleidsgr oep
Samenstelling De Beleidsgroep telt negen stemgerechtigde leden en drie nietstemgerechtigde leden. De stemgerechtigde leden zijn: 2 vertegenwoordigers van de Belgische Staat (1 van de DirectieGeneraal Ontwikkelingssamenwerking (DGOS) en 1 van de beleidscel van de minister van Ontwikkelingssamenwerking) en 1 vertegenwoordiger van BTC; 1 vertegenwoordiger van elk Vlaams provinciebestuur; 1 vertegenwoordiger van de VGC. De nietstemgerechtigde leden zijn de centrale coördinator van het programma, de dossierbeheerder van DGOS en een vertegenwoordiger van de Vereniging van Vlaamse Provincies (VVP). Het secretariaat wordt opgenomen door BTC. De vertegenwoordiger van DGOS zit voor.
Bevoegdheden De Beleidsgroep vormt het forum waar de krijtlijnen voor het algemene beleid van het programma worden overeengekomen, in functie van de nodige beslissingen van de respectieve bevoegde instanties. Meer bepaald geldt dat voor de vaststelling van een beleidsplan en van actieplannen per schooljaar. De Beleidsgroep kan zich hierbij laten adviseren door de centrale coördinatie of kan bepaalde thema’s verder laten uitwerken door ad hoc werkgroepen. De Beleidsgroep onderzoekt en bewaakt de relevantie inzake mondiale vorming en wereldburgerschap en de coherentie van de gevoerde acties met het beleidsplan van het programma, via minstens jaarlijkse voortgangsrapporten en het jaarlijks actieplan. Streefdoel is een coherent globaal educatiebeleid. De Beleidsgroep neemt initiatieven voor toezicht op de uitvoering en op het beheer van het programma. De Beleidsgroep zorgt voor een vlotte interne communicatie tussen alle bij dit programma betrokken partijen alsook voor uitwisseling van informatie over de aanvullende beleidsaccenten van de respectieve partners.
Werking De beslissingen van de Beleidsgroep worden bij consensus genomen. In uitzonderlijke gevallen kan een beslissing met een twee derde meerderheid genomen worden, op voorwaarde dat beide vertegenwoordigers van de Belgische Staat met de beslissing akkoord gaan. De Beleidsgroep bepaalt zijn eigen agenda en vergaderdata. De uitnodigingen met een voorstel tot agenda dienen ten laatste 2 weken voor de zitting verstuurd te worden. De frequentie van de vergaderingen wordt vastgesteld op minimum twee per jaar. Een geplande vergadering kan slechts afgelast of met meer dan een maand uitgesteld worden indien minstens twee derden van de stemgerechtigde leden, waaronder beide vertegenwoordigers van de Belgische Staat, hiervoor hun akkoord geven. De vergaderingen van de Beleidsgroep kunnen bijgewoond worden door externe deskundigen, tenzij een van de leden van de Beleidsgroep hiertegen bezwaar formuleert.
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 6 van 10
6.2. Inter provinciale Teamvergader ingen Onder leiding en op initiatief van de centrale coördinator komt het personeel uit de verschillende provincies en de VGC regelmatig samen om de uitvoering te coördineren van alle aspecten van het programma die gemeenschappelijk zijn aan alle provincies en de VGC en die door de Beleidsgroep bij consensus bij de centrale coördinatie ondergebracht worden. Die interprovinciale teamvergaderingen zijn de voornaamste uitvoerende instanties van de beslissingen van de Beleidsgroep. De interprovinciale teamvergaderingen kunnen binnen hun bevoegdheidsdomein specifieke en in de tijd beperkte taken uitbesteden aan subwerkgroepen.
ARTIKEL 7 SLOTBEPALINGEN 7.1. Alle partners verbinden zich ertoe hun specifieke communicatiesterktes aan te wenden om zowel de gemeenschappelijkheid van het programma als de aanvullende en versterkende eigen initiatieven te onderstrepen.
7.2. Bij alle gezamenlijke acties en op alle elektronisch en papieren promotiemateriaal van het gemeenschappelijk programma worden de naam en het logo van Kleur Bekennen, de Belgische ontwikkelingssamenwerking en BTC vermeld, samen met de naam en het logo van alle provinciebesturen en de VGC of de vermelding: “Kleur Bekennen is een gemeenschappelijk programma van de federale Minister van Ontwikkelingssamenwerking, de Belgische Technische Coöperatie, de Vlaamse provinciebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie”. Bij specifieke acties binnen een bepaalde provincie of binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest wordt het logo van Kleur Bekennen gebruikt met een verwijzing naar de federale partners en het direct betrokken bestuur.
7.3. De huidige overeenkomst loopt van 1 januari 2006 tot en met 31 december 2007. Ze wordt stilzwijgend en automatisch verlengd met een periode van 5 jaar tenzij één van de partners ten laatste 3 maanden voor het verstrijken ervan (dus vóór 30 september 2007) alle andere partners van eventuele nietverlenging of verlenging onder andere voorwaarden schriftelijk op de hoogte brengt. Deze bepaling sluit niet uit dat aanpassingen via een bijakte aangebracht kunnen worden gedurende de looptijd van deze overeenkomst.
7.4. De bepalingen van deze overeenkomst hebben voorrang op de bepalingen in de toewijzingsovereenkomst (en bijlagen) inzake de tenuitvoerlegging van het programma "Kleur Bekennen/Annoncer la Couleur" die is afgesloten tussen de Belgische Staat en BTC voor de periode van 1 januari 2003 tot 31 december 2007.
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 7 van 10
Voor de Belgische Staat, De minister van ontwikkelingssamenwerking
Armand De Decker
Voor het pr ovinciebestuur Antwer pen Bij deputatiebesluit van ……………………..…..
Danny Toelen
Camille Paulus
Jos Geuens
Provinciegriffier
Gouverneur
Gedeputeerde
Voor het provinciebestuur Limbur g Bij deputatiebesluit van…………………………
Marc Martens
Steve Stevaert
Sonja Claes
Provinciegriffier
Gouverneur
Gedeputeerde
Voor het provinciebestuur OostVlaanderen Bij deputatiebesluit van……………………………….
Albert De Smet
André Denys
JeanPierre Van der Meiren
Provinciegriffier
Gouverneur
Gedeputeerde
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 8 van 10
Voor het provinciebestuur VlaamsBrabant Bij deputatiebesluit van……………………………
Marc Collier
Lodewijk De Witte
Wiske Ockerman
Provinciegriffier
Gouverneur
Gedeputeerde
Voor het provinciebestuur WestVlaanderen Bij deputatiebesluit van……………………………
Hilaire Ost
Paul Breyne
Dirk De fauw
Provinciegriffier
Gouverneur
Gedeputeerde
Voor de Vlaamse Gemeenschapscommissie Bij collegebesluit nr. 06/108 van 17 maart 2006 houdende een overeenkomst inzake het educatief programma “Kleur Bekennen”
Guy Vanhengel Voorzitter van het VGCCollege bevoegd voor Onderwijs, Beroepsopleiding en Begroting
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
pagina 9 van 10
Voor de Belgische Technische Coöper atie,
Yves Haesendonck De voorzitter van de Raad van Bestuur
Ge zien om gevoeg d te w or den bij h et co lleg eb e slu it 06/ 108 van 17 maar t 200 6 h oud end e de goe dke uring van ee n overe enk omst tusse n de B e lg isch e staat, d e V laamse prov in ciebe sture n, de V laamse Ge mee nschap scom missie e n de B elgische Te ch nisch e Co öpe ratie ( B T C) inzake he t edu catie f p rog ra mma “ K leur B eke nne n” , voo r de pe riode 2 006 20 07. De Co lle geled en ,
B rig itte GROUW ELS
Bijlage nr. 1: De Overeenkomst
P ascal SM ET
Guy V A N HEN GEL
pagina 10 van 10