DOORBRAAK v r i j m o e d i g
m a a n d b l a d
oktober 2011 10
Eentaligheid tiert welig Wallobrux is kwade cent
BHV-akkoord De Zes geen zoenoffer! Afgiftekantoor 8000 Brugge • V.U. Pieter Bauwens M. De Smetstraat 12 9308 Hofstade • Redactieadres: Passendalestraat 1A 2600 Berchem • www.doorbraak.org
De Ordelijke Opdeling van België Zuurstof Voor Vlaanderen Gerolf Annemans en Steven Utsi
België is vastgelopen. Er is nood aan een realistisch Vlaams ‘Plan B’. Gerolf Annemans en Steven Utsi tonen aan dat het einde van België en de start van een Vlaamse staat geen grote problemen zullen opleveren en dat ook de opdeling in ordelijke omstandigheden zal kunnen verlopen. Vlaanderen moet nu starten met de actieve voorbereiding van de onafhankelijkheid, rekening houdend met de principes van Ordelijke Opdeling. 352 blz. 978-90-78898-21-4
€ 15
Welkom in Vakbondistan door Rob Verreycken
‘Welkom in Vakbondistan’ geeft een uniek inzicht in de wanpraktijken van de drie Belgische monopoliebonden - en de manier waarop die gedoogd worden door CD&V, VLD en sp.a. Fraai is het plaatje niet: onwettige praktijken, machtsmisbruik, inmenging in overheidstaken, afwenden van belastinggeld naar de eigen kas, het uitbouwen van een financieel-economisch imperium dat de politiek beïnvloedt, enzovoort. 144 blz. 978-90-78898-20-7
€ 12,50
UITGEVERIJ EGMONT
Madouplein 8 bus 2, 1210 Brussel
0472 603 552 www.uitgeverijegmont.be
[email protected]
DGY2RS$LQGG
80 jaar comfort en veiligheid. Taxi - Minibus - Ceremonie - Zakenvervoer - Luchthavenservice
WWW.ANTWERP-TAX.BE 80 JAAR
advertentie
ANTWERP-T ANTWERP-TAX
182_90.indd 1
03 238 38 38 9/22/09 11:24:06 AM
Splits BHV Alles Pieter Bauwens Het scenario van de media-politieke hype kennen we zo onderhand. Eerst roept iedereen hoera, maar dan sijpelt het nieuws binnen. De hoerastemming ebt weg. Bij dit BHV-akkoord is het wat minder, hoewel, zelfs ‘objectieve’ waarnemers als schrijver/oud-journalist Geert van Istendael zetten vraagtekens bij het bekomen akkoord (De Standaard, 17 sept.): ‘een wankele constructie door de onderhandelaars in elkaar geflanst, een scheef misbaksel, een morsig Belgisch kot’. Het is toch opmerkelijk te zien hoe lovend de journalisten zijn over het akkoord, om dan enkel en alleen een beetje te worden tegengesproken via de opiniebladzijden. Is het niet de taak van de journalist om achter de triomferende uitspraken van de politici naar de valkuilen te zoeken? In Doorbraak maken we wel een kritische analyse van het akkoord. Die is niet zo positief. En dan hebben we hier nog niet het hele akkoord onder de loep genomen. Dat doen we voort op de webstek (www.doorbraak.org). Verder in deze Doorbraak vindt u ook een artikel over de in Vlaanderen doodgezwegen Waalse resoluties. Een antwoord van het Waalse parlement op de Vlaamse resoluties. Er staat zwart op wit in dat ze het vertrouwen in de Nederlandstalige kamer van de Raad van State opzeggen. Straffe taal voor een parlement: het vertrouwen opzeggen in de hoogste administratieve rechtbank, althans het Nederlandstalige deel ervan. Maar geen haan die er in Vlaanderen naar kraaide.
Zondag 18 september trokken 4500 Vlamingen door Linkebeek. Veel meer dan verwacht. De Vlaamse beweging heeft er de slogans radicaal veranderd. Zoals Guido Moons, de voorzitter van medeorganisator Vlaamse Volksbeweging het stelde: ‘Daarom splits niet enkel BHV maar splits alles!’. De Vlaamse beweging gelooft niet meer dat in België de situatie kan worden rechtgezet. Is dit dan de definitieve dood van het zogenaamde participationisme? Moeten we nu, zeker nu na dit akkoord, niet de vraag stellen of het wel stap voor stap zal lukken? Volgens de manifestanten in Linkebeek is het verlies op die tussenstappen, de staatshervormingen, te groot voor Vlaanderen. Met de jongste stap moet Vlaanderen de Vlaamse Brusselaars en De Zes definitief lossen. Het enige dat Vlaanderen in al die jaren heeft kunnen recupereren is Voeren. Maar ook dat is niet zonder slag of stoot verlopen. De conclusie is duidelijk: onafhankelijkheid wordt de enige manier om de Vlaamse rechten te vrijwaren, zowel politiek als sociaaleconomisch. De vraag of het participationisme nog verdedigbaar is, is een vraag voor de N-VA. De partij heeft daar zwaar op ingezet. De N-VA wou geen Revolutie maar een Evolutie. Vele Vlamingen steunden de
oktober 2011
partij daarin. Maar ondanks deze publieke steun, geconsacreerd in een verkiezingsoverwinning, kon de partij het tij niet keren. De invloed van de N-VA blijft groot op de andere partijen, als zweep. Als schrikbeeld ‘als het nu niet lukt, komt de N-VA terug.’ Maar dat was niet de bedoeling. De loop der gebeurtenissen wijst uit, dat de N-VA nu zal moeten opletten niet in een feitelijk cordon terecht te komen. Ze besturen nog mee in Vlaanderen, maar federaal hebben de Franstaligen alle trucs bovengehaald om ze te kunnen dumpen. De zin waarmee de N-VA in de verkiezingen het verschil met het Vlaams Belang wou maken komt zo in hun gezicht terug: ‘wij zijn geen roepers aan de kant’. Nu zijn ze in die positie gemanoeuvreerd. Naar strategisch oogpunt zal de N-VA zich grondig moeten bezinnen. De pers ruikt al bloed. ‘Het momentum is voorbij’ is de hoop van de traditionele partijen en veel persjongens.
De toekomst zal uitwijzen of het zo zal lopen. Zal men de Vlaming kunnen overtuigen dat dit geen goed akkoord is? Zal de N-VA haar kiezers ervan kunnen overtuigen dat dit geen goed akkoord is? Kunnen overtuigen dat de opluchting die in Vlaanderen te horen is dat’ BHV eindelijk van de baan’ is, misplaatst is? Ook de partijpolitiek zal de boer op moeten. Overal in het land zal moeten worden uitgelegd waarom dit geen goed akkoord is. Dat wordt nu een belangrijke taak. Guido Moons voorspelde het op het einde van zijn toespraak op het Gemeenteplein in Linkebeek: ’De strijd zal nog lang duren’. Tot hiertoe heeft de Vlaamse beweging de uitputtingsslag goed doorstaan. De partijpolitieke onderdelen, de V-partijen, hebben nu rond de 40 % van de stemmen. Welke weg slaan ze in? Zullen de kiezers volgen als ze radicale keuzes maken? Zullen ze elkaar vinden in het verzet tegen dit akkoord? Zullen ze elkaar vinden in hun analyses en remedies? Het voetvolk heeft een weg getoond: gedaan met geven en toegeven, genoeg, splits alles. Het worden boeiende tijden.
Doorbraak
3
Bruno Tobback in De Morgen,
Luc
17 september:
De
‘Ik heb geen clubje. Ik wil tegen iedereen kunnen zeggen wat ik te zeggen heb. Vraag het aan de hele partij, niemand zal de Vrienden van de Voorzitter kunnen aanduiden. Eerst het verhaal, dan zien we wel wie zich daar achter kan scharen en wie niet. Wie mij een dwazekloot vindt, tja, die kan best zijn conclusies trekken.’
Erik
Defoort
in
De
Tijd,
16 september: ‘Dit akkoord zal nooit tot pacificatie leiden. De uitzonderingen voor de zes faciliteitengemeenten alleen al vormen stof voor een volgend conflict.’ Jean-Luc Dehaene in Het Nieuwsblad, 16 september:
‘Na een akkoord over BHV ben je gedoemd om te slagen. Eens daaraan verbrand, moet je een akkoord over het geheel maken.’
Van
Doorslaer
in
Standaard:
‘Vlaanderen heeft in België zijn klassieke oorlogsschuld erkend. Zou het niet louterend werken als de Franstalige gemeenschap in België haar historische taal- en cultuurschuld zou erkennen? En dat in de praktijk zou tonen in de Brusselse taalrealiteit?’ Jan Verroken in Terzake, 8 september over Di Rupo:
‘Hij weet er niets van. Hij leest wat slechte gazetten zoals Le Soir en denkt dat hij alles weet.’ Philippe Moureaux (PS) op knack.be, 7 september:
‘Als de onderhandelingen mislukken, zou Bart de Wever opnieuw aan tafel zitten. Dat zou logisch zijn omdat hij het tot nu toe was die niet wou deelnemen aan de onderhandelingen. Indien er een mislukking komt, zou hij bijna “incontournable” worden. (...) Dat zou catastrofaal zijn.’
Meryem Almaci in Humo, 13 september:
‘Ik heb de indruk dat de Turken beter weten wat er zich aan de andere kant van de taalgrens afspeelt.’
Guy
Spitaels
in
Le
Soir,
10 september: ‘Het is dringend
dat het gezicht van Wallonië wordt gedefinieerd. Di Rupo en Michel moeten uitleggen hoe ze de 3,5 miljoen Walen gaan leiden.’ Luc
van
Doorslaer
in
Kris Peeters in De Standaard,
In de rand van de overigens vlekkeloos verlopen betoging in Linkebeek was er toch een incident. Tijdens een rechtstreekse interventie van de VRT voor De Zevende Dag zouden enkele kopstukken van N-VA reageren. Ben Weyts, Jan Jambon en Theo Francken kregen onverwacht het gezelschap van VB-senator Bart Laeremans die vond dat de VRT zijn partij doodzweeg en alle aandacht vestigde op N-VA. Via Twitter liet de betrokken VRT-journalist weten dat het inderdaad de bedoeling was geweest enkel met N-VA te praten. Of het een uitloper is van dit incident, is niet duidelijk maar later op de dag werd in de VRTjournaals wel aandacht besteed aan Vlaams Belang, onder meer met voorzitter Bruno Valkeniers die werd geïnterviewd.
7 september: ‘Het belangrijkste voor mij is dat we dit uit eigen beweging doen. Die federale vragen in de zin van “gelieve nu eens overschotten te boeken om de Belgische staatshuishouding uit de rode cijfers te halen”, getuigen van een onvolwassen federalisme. Volgens de Copernicaanse omwenteling die ik predik, moeten we dit doen uit eigen inzicht en verantwoordelijkheid.’
De Standaard, 8 september:
‘Een akkoord dat zou worden gedragen door zowat alle Franstalige en de helft van de Vlaamse volksvertegenwoordiging, kan geen duurzaam Belgisch akkoord zijn.’
4
Charles
Michel
(MR)
in
De Morgen, 7 september:
‘Wij willen geen verarming van Wallonië en we zullen Brussel niet loslaten.’
Doorbraak
Een zwaargewond slachtoffer van een ernstig auto-ongeluk in Galmaarden moest 32 minuten wachten op een ambulance. Die kwam niet uit het nabijgelegen Geraardsbergen, maar uit Wallonië, uit Edingen. De ambulanciers spraken bovendien geen Nederlands. Pierre Deneyer, burgemeester van Galmaarden, heeft hier al eerder over geklaagd. (HN, 25 aug.)
Een afbeelding van de Vlaamse Leeuw op een spandoek van sponsor Vlaams & Neutraal Ziekenfonds, zorgde voor opschudding op het Mechelse muziekfestival ‘Fest de Sjarabang’. Organisator Marleen D’Joos liet op eigen initiatief het symbool van de Vlaamse Gemeenschap overplakken, en dat ‘om een zo onpartijdig mogelijk festival te organiseren’. Nochtans nam ze vorig jaar geen aanstoot aan de Vlaamse Leeuw. (GVA, 1 sept.)
144 miljoen De politie heeft in 2009 voor 210 miljoen euro aan verkeersboetes geïnd. 144 miljoen daarvan kwam van overtredingen in het Vlaams Gewest. Dat is drie keer zoveel als in Wallonië. De kloof werd de voorbije jaren alleen maar groter: terwijl in Vlaanderen tussen 2007 en 2009 20 miljoen euro extra werd opgehaald, stegen de inkomsten uit onmiddellijke inningen in Wallonië met nog geen 300.000 euro. (DS, 10 sept.)
oktober 2011
Hoewel Philippe Gilbert een levend uithangbord is voor de fietsliefhebbers, blijkt Wallonië toch nog altijd een flinke achterstand te hebben op het vlak van fietsgebruik. Uit cijfers van de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie blijkt dat in Vlaanderen 85,8 procent van de huishoudens minstens één fiets en meestal ook meer. In Wallonië is dat net de helft (50,6 procent). In Brussel heeft net geen veertig procent van de gezinnen een fiets in huis. In totaal rijden er in België meer dan zeven miljoen fietsen.
De stad Brussel koopt vier vijfde van het Beursgebouw op. Wat de stad met de Beurs zal doen, is een raadsel. De stad wou vooral voorkomen dat de Vlaamse Vlerick Management School (nu al in Leuven en Gent) zich in er zou vestigen. (DM, 8 sept.)
der ingevoerd. De Open Vld’er stelde in een interview op de VRT 31 september als deadline voor een bepaald dossier. Dat is zoveel als ‘met Sint-Juttemis’ of ‘als Pasen op een maandag valt’. Poogde Vanhengel zo een moeilijke vraag te omzeilen? Of was het gewoon een kleine misrekening? Voorlopig geven we hem het voordeel van de twijfel.
In het buitenland denken sommigen al dat er in onze streek een burgeroorlog is uitgebroken, ontdekte een medewerker van Het Laatste Nieuws die een reportage zag op de Duitse openbare zender WDR. Linkebeek wordt er vergeleken met de Gazastrook. Markus Preiss, de presentator van dienst, merkt tijdens een rondrit in België
op dat het er ‘op het eerste zicht vredig uitziet maar dat het eigenlijk omstreden gekoloniseerd gebied is zoals in Israël.’
Tijdens de Waalse feestdag in Namen bliezen de Waalse politieke kopstukken verzamelen. De Vlaamse delegatie bestond uit onder anderen premier Yves Leterme Vlaams minister-president Kris Peeters en Vlaams parlementsvoorzitter Jan Peumans. Waals minister-president Rudy Demotte (PS) deed in zijn gelegenheidstoespraak de mededeling dat Wallonië nieuwe bevoegdheden met beide handen zou grijpen. ‘Niemand leeft graag van transfers en hulp van anderen’, stelde Demotte.
Naar aanleiding van een uitspraak van Open Vld’er Karel De Gucht in een interview dat hij had met het weekblad Humo, kwam er vrij veel commotie los. De Gucht had laten verstaan dat er in België te veel gehandicapten waren. De Gucht werd voor deze gratuite uitspraak uitgemaakt voor lomp. Hij vond echter steun bij Helga Stevens van de N-VA. De politica liet weten dat De Gucht eigenlijk wel gelijk had. En Wallonië telt de helft meer gehandicapten dan Vlaanderen, gaf Stevens nog mee. Consternatie over de taalgrens waar werd geargumenteerd dat Stevens appelen met peren vergeleek. Volgens staatssecretaris Jean-Marc Délizée (PS) zouden haar cijfers enkel slaan op de leeftijdscategorie tussen 21 en 65 jaar. Dus toch?
Met een eenvoudig rekensommetje kwam Alain Mouton van Trends tot de vaststelling dat er relatief meer zelfstandigen zijn ten zuiden van de taalgrens. In Vlaanderen zijn er twee keer meer zelfstandigen dan in Wallonië. Dat is logisch, want er zijn veel meer Vlamingen in België. De verhouding Vlamingen-Walen bedraagt drie op een. Wallonië heeft 239.271 zelfstandigen en Vlaanderen 547.223. In verhouding tot de bevolking zou Wallonië 182.407 zelfstandigen moeten tellen, maar het zijn er meer en dus telt Wallonië relatief meer zelfstandigen.
Guy Vanhengel heeft al dan niet vrijwillig een nieuwe kalen-
oktober 2011
Doorbraak
5
Akkoord over BHV is Russische roulette
De Zes betalen gelag De acht partijen hebben een akkoord over de splitsing van BHV gevonden. Hoerastemming op alle netten en in de Vlaamse pers. Opluchting bij de brede bevolking. En stel je voor: zelfs FDF is tegen, dus het moet wel goed zijn. Maar is dat wel zo? Is er een reden om blij te zijn om dit akkoord? Pieter Bauwens
[Foto © Tijl Vercaemer]
al passen die twee stukjes al niet zo goed. Dan is er een Belgisch akkoord gesloten, eentje dat aan elke kant van de taalgrens een eigen leven gaat leiden en binnen enkele jaren opnieuw problemen oplevert.
Tijdens de betoging in Linkebeek kregen de onderhandelaars duidelijke signalen.
Ja er is een reden om blij te zijn met dit akkoord. Vergeleken met de vorige vergelijken die zijn tegengehouden (zoals paars-groen in 2006) is de toegift van de Vlamingen heel wat lager. Met uitzondering van de eenzijdige splitsingsvoorstellen in de Kamer is dit de beste deal die er al is geweest. Goed gewerkt van de onderhandelaars. Ze omzeilden heel wat klippen: er is geen Vlaamse gemeente aangehecht bij Brussel, de Franstalige gemeenschap krijgt geen rechten in Vlaanderen, er is geen goedkeuring van het minderhedenverdrag, de drie balorige burgemeesters worden niet benoemd, geen federale kieskring ... Kortom, de extreme eisen van de Franstaligen zijn van de tafel gevallen.
6
Daarnaast is natuurlijk wel heel wat afgesproken. Is dat om gelukkig van te zijn, of opgelucht? Wel, dat is ten eerste nog niet duidelijk, we zijn dus afhankelijk van wat de politici zeggen aan de pers en de politici vertellen graag wat hen goed uitkomt en zwijgen over de rest. Dat is hun goed recht. Op basis van wat de politici lossen, kan je een lijstje maken. Dat zal, naargelang de dagen vorderen, steeds vollediger worden. De ene politicus lost al eens iets dat de andere niet graag lost, enfin zo komen wij ook iets te weten. Vervolgens is het zoeken naar de interpretatie van wat is afgesproken. Dat is puzzelen. De eerste puzzelstukje: wie zegt wat in de Vlaamse pers? Tweede stuk: wie zegt wat in de Franstalige pers? Meest-
Doorbraak
Het lijkt ons dat de kern van het akkoord in De Zes ligt en dus zoeken we daar naar een eerste reactie. De ochtend na het nachtelijk akkoord en belden we met dr. Jan Walraet, CD&V-gemeenteraadslid in Wezembeek-Oppem en voorzitter van de conferentie van de Nederlandstalige mandatarissen van De Zes. Zijn eerste reactie is bitter: ‘Wij betalen de prijs voor de splitsing. We zijn altijd solidair geweest met de rest van de kieskring, maar wij betalen de prijs. Ze noemen de splitsing “vrij proper”, wel bij ons in de faciliteitengemeenten is dat niet het geval. Het is een bittere pil om te slikken.’ Bart Laeremans, senator voor Vlaams Belang en inwoner van het Vlaams-Brabantse Grimbergen, begrijpt die ontgoocheling. ‘Zij betalen nu het gelag. En dat is het beste bewijs dat dit akkoord geen zuivere splitsing van BHV doorvoert. Door dit akkoord worden de zes faciliteitengemeenten een speeltuin voor de Franstalige politici en is er de facto een corridor, wat het FDF daarover ook moge beweren. De Zes worden deel van een groot Brussel.’ Ben Weyts, ook Vlaams-Brabander en kamerlid voor de N-VA, zit op dezelfde golflengte: ‘De faciliteitengemeenten zullen verder verbrusselen.’ Prof. Bart Maddens plaatst het in perspectief: ‘De lepel suiker voor de Franstaligen is een bittere pil
oktober 2011
om te slikken voor de Vlamingen. Ook en vooral voor de Vlamingen in De Zes, die met de moed der wanhoop het hoofd boven water proberen te houden. Deze splitsing kan enkel maar “zuiver” worden genoemd als je ervan uitgaat dat De Zes eigenlijk van geen tel meer zijn. Met dit akkoord begeven we ons hoe dan ook op een hellend vlak richting aanhechting van De Zes bij Brussel.’ De vraag is dus: weegt de opluchting over het ‘eindelijk’ behaalde akkoord over BHV op tegen de definitieve opgave van De Zes? Dat is een verzwakking van de taalgrens en een aanzet tot de corridor Wallobrux die de Franstaligen zo graag willen. De opgave van De Zes is dus geen fait divers, niet voor de Vlamingen die er wonen, niet voor de rest van Vlaanderen. Jean-Pierre Rondas stelt vast dat zowel Béatrice Delvaux in Le Soir als Francis van de Woestyne in La Libre Belgique dat zo zien. Ze noemen het geostrategische uitgangspunten die in het akkoord zijn gevrijwaard. ’De echte bedoeling is namelijk een gunstige uitgangspositie te verwerven voor het geval van een uiteindelijke splitsing van de staat – die door deze journalisten ‘onvermijdelijk' wordt genoemd. In zo'n geval gaat het nieuw op te richten kieskanton Rhode volkenrechtelijk mee met Brussel in de Wallobrux-constructie’, schrijft Rondas.
vervangen ze door een andere, in de hoop dat die anders zal oordelen. Dat druist toch in tegen elk rechtsgevoel. Trouwens, balorig gedrag wordt hier beloond. Na de volgende verkiezing wordt het veel makkelijker om benoemd te geraken.’ Volgens Bart Laeremans is de hele regeling rond de benoeming van de burgemeesters een verkeerd debat: ‘Ik denk dat dat een schijndebat wordt. Het probleem zit dieper. Waarover zal de Raad van State zich nog moeten uitspreken? Volgens de Franstaligen is de omzendbrief-Peeters geneutraliseerd. Dan kunnen de Franstaligen hun zin doen in De Zes. Alles kan.’ De roulette draait om meer dan de benoeming van de burgemeesters, stelt Jan Walraet: ’Er wordt in de Vlaamse pers bijna niets over gezegd, maar ook burgers uit De Zes die een klacht indienen, zouden nu naar de verenigde kamers van de Raad van State worden verwezen. Dat kan bijvoorbeeld gaan over het taalgebruik in de gemeenten.’ Volgens Jan Walraet maakt dit deel duidelijk waar het de Franstaligen om te doen is: ‘Door de bevoegdheid toe te wijzen aan de verenigde kamers wordt de indruk gewekt dat dit een tweetalig gebied is, zoals Picqué het zei op de radio: “De Zes zijn nu feitelijk tweetalig.” De Zes worden zo een voorgeborchte van het Brussels Gewest. Ze zitten in een apart kieskanton, je kan er stemmen op Brusselse lijsten, dus ze horen zo goed als bij Brussel. Ik ben bang dat [Foto © Tijl Vercaemer]
Dan is er de regeling voor de benoeming van de
burgemeesters. Voor Jan Walraet is ook dat een probleem: ’De verenigde kamers van de Raad van State (RVS) zijn een Russische roulette. Voor een keer ben ik het eens met Damien Thiéry.’ Jan Walraet verwijst daarmee naar de eerste en even bittere reactie van de niet-benoemde burgemeester van Linkebeek, die ochtend op de radio (Radio 1, 15 september). Volgens Thiéry blijft er met de regeling dat geschillen worden beslecht voor de verenigde kamers van de Raad van State één kans op twee om te worden veroordeeld/ vrijgesproken. Want je kan niet op voorhand weten of de voorzitter van die verenigde kamers Nederlandstalig dan wel Franstalig is. Toch een eigenaardige redenering in een rechtstaat. De uitkomst van een proces bij de hoogste administratieve rechtbank van het land hoort er niet af te hangen van de taal die de voorzitter van de rechtbank spreekt. Maar Jan Walraet volgt de redenering: ‘Het blijft wachten op de definitieve teksten. Maar zoals we het nu weten, geeft deze oplossing geen duidelijkheid. Blijkbaar is de stem van de voorzitter doorslaggevend in de verenigde kamers van de Raad van State en dus is het Russische roulette.’ Ben Weyts vindt het probleem veel fundamenteler: ‘De Nederlandstalige kamer wordt vervangen door een tweetalige. Waarom? Dat heeft niets te maken met rechtvaardigheid. De arresten van de Nederlandstalige kamer staan de Franstaligen niet aan, dus ze
oktober 2011
Doorbraak
7
die redenering nu zwart op wit op papier staat.’ De hele regeling rond de benoeming van de burgemeesters is dus geen fait divers. Het heeft belangrijke gevolgen: het toont het bijzonder statuut aan van De Zes en weekt ze verder los uit Vlaanderen. Daarbij is het niet duidelijk hoe het nu zit met de omzendbrief-Peeters. Verankerd volgens de ene, geneutraliseerd volgens de ander. Voor een toekomstige uitspraak van de Raad van State zou dat wel eens doorslaggevend kunnen zijn. Ook deze paragraaf moeten we besluiten met de vraag: weegt de opluchting over het behalen van een akkoord op tegen de vaststelling dat dit samengaat met de definitieve opgave van De Zes door Vlaanderen?
Een ander punt waar met argwaan naar wordt gekeken is de Brusselse Metropolitane Regio (BMR). Jan Walraet: ‘Die zou enkel adviserend zijn. Maar in de Franstalige pers is men daar zeer verheugd over. Het zou kunnen dat via akkoorden in de metropolitane gemeenschap de Franstaligen toch bibliotheken en culturele centra kunnen openen in de faciliteitengemeenten. Ik ben er bang voor, maar we moeten wachten op de definitieve teksten.’ Bart Laeremans vindt die BMR zeer gevaarlijk. ’Zoals het in de akkoorden zou staan, is het te vergelijken met de heroprichting van de oude provincie Brabant. Het versterkt de aanspraken van Brussel op Vlaams-Brabant en zal de verstedelijking in de hand werken. Nu is Vlaams Brabant geen verstedelijkte regio en we willen dat graag zou houden.’ Ben Weyts onthoudt vooral de commentaar van Milquet: ‘Het blijft koffiedik kijken, maar Milquet zou gezegd hebben dat BMR een instrument kan zijn voor de ontsluiting van Brussel. We moeten de teksten afwachten, maar positief is het niet.’ Dezelfde vragen ook bij Guido Moons, voorzitter van de Vlaamse Volksbeweging: 'Hoe gaat men de “metropolitane gemeenschap” invullen? De Franstaligen dromen er immers duidelijk van om dit als een instrument te gebruiken voor de sluipende verfransing van heel Vlaams-Brabant.’ Ook hier moeten we bij de evaluatie dus de Franstalige droom van Wallo-Brux aanhalen. De Vlaamse politici die het risico van de BMR nemen, zullen sterk op hun tellen moeten passen. Zoals prof. Bart Maddens zei: ‘Het is een lege doos of een paard van Troje.’
8
•
De kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde wordt gesplitst voor de verkiezingen van de Kamer en het Europese parlement. Er komt een kiesomschrijving Brussel (de negentien gemeenten) en een kiesomschrijving Vlaams-Brabant, het oude kanton Leuven samen met de 35 gemeenten uit Halle-Vilvoorde). • In de zes faciliteitengemeenten (Drogenbos, Kraainem, Linkebeek, Sint-Genesius-Rode, Wemmel, Wezembeek-Oppem) krijgen de inwoners een dubbele kiesbrief en is er de keuze om te stemmen voor Vlaamse of Brusselse lijsten. • De Senaat wordt niet meer rechtstreeks verkozen, maar samengesteld uit vertegenwoordigers van de verschillende regionale parlementen: 29 Vlamingen, 20 Franstaligen en 1 Duitstalige. Daarnaast ook tien gecoöpteerde senatoren: zes Vlamingen en vier Franstaligen. Door die coöptaties kunnen zowel Vlaamse Brusselaars als Franstaligen uit Halle-Vilvoorde worden opgevist. • Burgemeesters die door hun gemeenteraad zijn aangeduid, maar die de Vlaamse regering niet wil benoemen, kunnen daartegen in beroep gaan bij de tweetalige of verenigde kamers van de Raad van State. Zolang er geen uitspraak is, zijn ze ‘aangeduid’ ( niet ‘verondersteld’) burgemeester. • Extra geld voor Brussel zou zijn toegezegd, maar de precieze afspraken zouden zijn doorgeschoven naar de onderhandelingen over de financieringswet. • De splitsing van het gerechtelijk arrondissement is naar latere onderhandelingen verschoven, maar er zou wel de afspraak zijn gemaakt dat Franstaligen recht hebben op een Franstalige behandeling van hun zaak. • Er komt een Brusselse metropolitane (hoofdstedelijke) gemeenschap. Dat zou een overlegorgaan zijn met adviserende bevoegdheid. Gemeenten uit Brussel, Vlaamsen Waals-Brabant worden er samengebracht voor overleg, ook de drie gewesten erin zullen overleggen over mobiliteit, verkeersveiligheid en wegenwerken van, naar en rond Brussel. Er zou hierover eerst een samenwerkingsakkoord moeten worden gesloten tussen de drie gewesten. • Er zijn geruchten dat er is afgesproken dat er een parlementair rapport zou worden opgesteld over het ondertekenen van het minderhedenverdrag. • In de nota-Di Rupo stond de constitutionele autonomie van Brussel. Ook dat zou beloofd zijn. Dit alles onder voorbehoud. (PB)
Ten slotte. In het vorige nummer van Doorbraak gingen we uitgebreid in op de nota-Di Rupo. Een veel gehoord punt daar was dat de compensaties voor de splitsing van BHV over vele hoofdstukken verspreid lagen. Het kan dus best dat er (onder tafel) nog meer compensaties zijn afgesproken, maar dat die in andere dossiers zullen worden gestopt. Afwachten dus. De andere akkoorden zullen het uitwijzen.
We hebben hier niet alle problemen behandeld die het akkoord oproept , maar de conclusie is duidelijk: een Vlaamse overwinning is dit BHV akkoord niet. Het is ook geen zuivere splitsing. Dit akkoord is de opstap tot de definitieve opgave van De Zes als Vlaamse gemeenten. Het
Doorbraak
zou wel eens kunnen dat met dit akkoord de drempel is overschreden, het point of no return. Vele commentatoren vinden het verdedigbaar, de vraag is of ze de draagwijdte zien. JP Rondas vat het in De Standaard (16 sept.) mooi samen: ‘De Franstaligen behouden hun asymmetrische privilegies. Wallobrux begint contouren te krijgen en de corridor krijgt gestalte. Het personenrecht heeft het gehaald op het territorialiteitsrecht. Hier wordt opnieuw een precedent gecreëerd, waardoor het statuut van het Vlaamse Gewest zelf wordt ondergraven. Eén voordeel: iedereen kan nu klaar en duidelijk zien wat voor zwendel de hele faciliteitenhistorie is geweest. Wie dat ziet, zou vandaag op zijn hoede moeten zijn voor de geostrategie.’
oktober 2011
Abrupt, ontgoochelend en voorspelbaar Mark Eyskens is een visionair man. Eén week vóór de federale verkiezingen van vorig jaar wist hij al haarfijn uit de doeken te doen (in een interview met Knack) waarop de overwinning van Bart De Wever zou uitdraaien. De Wever moet na de verkiezingen zijn verantwoordelijkheid opnemen, aldus Eyskens. ‘Maar dan zal snel blijken dat er met hem geen land te bezeilen valt. Vervolgens is het dan aan de andere partijen om een meerderheid te vormen en eindelijk die communautaire hypotheek te lichten, zodat de mensen tegen de volgende verkiezingen geen reden meer hebben om nog voor De Wever te stemmen.’ Bart Maddens Vlaams Blok werd niet uitgesloten wegens het ‘racisme’, maar wel omdat die partij (in de woorden van Leterme) ‘ijvert voor de onafhankelijkheid van Vlaanderen en elke vorm van interpersoonlijke solidariteit tussen Vlamingen en Walen wil afschaffen’. Met andere woorden: de échte reden waarom een kwart van de Vlaamse kiezers buitenspel werd gezet, was omdat die een te flamingante stem hadden uitgebracht. Tijdens het voorbije jaar hebben we precies hetzelfde meegemaakt als in 2004, maar dan wel in very slow motion. Alhoewel, eventjes zag het ernaar uit dat men De Wever toch wou tolereren in de federale regering. Op voorwaarde natuurlijk dat hij zou verzaken aan zijn Vlaams-nationaal verkiezingsprogramma. Maar na de zomer werd snel duidelijk dat de N-VA aanstuurde op een staatshervorming die de rode lijn van het regime ver overschreed. Op dat moment Mark Eyskens voorspelde al vóór de verkiezingen waarop de overwinning zou uitdraaien. [Foto © Reporters]
Het scenario om de N-VA uit te sluiten is dus niet zomaar uit de lucht komen vallen op 21 juli. Het lag al klaar vóór de verkiezingen. Tot grote opluchting van het establishment is België op 13 juni door het oog van de naald gekropen. Had de N-VA twee à drie procent hoger gescoord, dan had het V-blok een blokkeringsminderheid gehaald en had men het scenario van Eyskens verticaal kunnen klasseren. Dan was er gewoonweg geen staatshervorming mogelijk zonder de N-VA. Ook de Franstaligen hadden na de verkiezingen al snel gezien dat de N-VA mathematisch gezien helemaal niet zo ‘incontournable’ was. Maar in Vlaanderen waren de commentatoren op dat moment nog bedwelmd door het spectaculaire succes van De Wever. Wie toen (zoals ondergetekende) durfde te voorspellen dat er wel eens een regering zonder de N-VA zou kunnen worden gevormd, werd voor gek verklaard. Ook in de Vlaamse Beweging moest je daar op dat moment niet mee afkomen. Er heerste toen nog een rotsvast en kinderlijk naïef geloof in de goede afloop. Hoho, de Vlaams-nationalisten hadden de verkiezingen gewonnen en je zou eens wat gaan zien!
Alsof het Belgische regime zich veel gelegen laat aan verkiezingsuitslagen. De spontane reflex is om de Vlaams-nationalisten (als dat ook maar enigszins mogelijk is) uit te sluiten. In 2004 haalde het Vlaams Blok 24 % bij de regionale verkiezingen (eigenlijk niet zo gek veel minder dan de N-VA vorig jaar). Formateur Yves Leterme ontving toen ‘uit respect voor de kiezer’ een delegatie van die partij. Het onderhoud duurde welgeteld anderhalf uur. Leterme was nadien verrassend eerlijk: het
oktober 2011
Doorbraak
was het zo goed als een uitgemaakte zaak dat de N-VA er moest worden afgereden. Het was gewoonweg een kwestie van tijd winnen tot er zich een aanleiding zou voordoen om De Wever te dumpen. ‘Le temps est un partenaire’ (aldus Joëlle Milquet in Le Soir, 23 okt.).
Het probleem was dat er zich lange tijd geen aanleiding voordeed om een regering van nationale eenheid te kunnen vormen. De verhoopte speculatie tegen België bleef uit. Tot overmaat van ramp deed de economie het zeer behoorlijk. De besmetting met de EHECbacterie beperkte zich ‘jammer genoeg’ tot Duitsland. En verdorie toch, waarom moest die kernramp nu net aan de andere kant van de wereld plaatsvinden? Ten langen leste vestigde het regime dan de hoop op een ‘spontane’ volksopstand. In januari kon je geen radio of tv aanzetten zonder te vernemen waar en wanneer je moest gaan protesteren tegen het uitblijven van een regering. Maar de manifestatie van 23 januari was een doorslagje van de tricolore en hoofdzakelijk Franstalige betoging van november 2007. Van de 160 000 virtuele tentjes aan de Wetstraat 16 bleken er begin mei uiteindelijk maar een paar tiental echt te bestaan, bewoond door PVDA-militanten. Intussen scheerde Bart De Wever wel steeds hogere toppen in de opiniepeilingen. En dan was er plots dat stukje goedkoop theater in Laken, waarna CD&V zich finaal toch de arm liet omwringen. Een ontknoping zoals bij een langlopende tv-soap waarvan de kijkcijfers plots kelderen: abrupt, ontgoochelend, maar o zo voorspelbaar.
9
Een duik in de cijfers met prof. Dirk Heremans
Economisch is Wallobrux een kwade cent Denken met cijfers is een vuistregel van prof. dr. Dirk Heremans, één van de oorspronkelijke Leuvense Economen (met hoofdletter). Vandaag blijft hij nauw betrokken bij de opvolger van de Leuvense Economen, het Vlaams Instituut voor Economie en Samenleving van de KU Leuven, Vives. De economie van Wallobrux boeit Dirk Heremans. Frans Crols
BBP (%) Bevolking (%) PB (%) Gewestmiddelen (%)
De avond voor het interview van Doorbraak heeft professor Dirk Heremans zijn cijferkennis opgefrist. Wallobrux is nieuw als idee en amper bestudeerd. Dit verhaal is donker als koffiedrab zonder de tabel hiernaast. Wallobrux is voor Brussel niet meteen een winwinsituatie en evenmin voor Vlaanderen, maar het zou meer moeten worden berekend, aldus professor Heremans. Het Brussels Gewest levert 19 % van het bbp (bruto binnenlands product) en veel van deze bijdrage is pendelarbeid uit Vlaanderen en minder uit Wallonië. Voor de personenbelasting is het Brusselse cijfer 9 % en dat is opvallend laag. Dirk Heremans: ‘Allerhande aanduidingen doen vermoeden dat Brussel rijker is dan uit de cijfers blijkt. De hoofdstad heeft fiscale no-go-zones met geen of amper controles.’ Twaalf procent van de gewestmiddelen belanden in Brussel en voor een belangrijk deel komen die uit eigen inspanningen, bijvoorbeeld van belastingsopbrengsten van kantoren, één van de typische voordelen van Brussel met zijn overwicht aan bureauruimten. De gemeenschapsmiddelen voor Wallonië en Brussel samen bedragen 41 %. Dirk Heremans: ‘De cijfers van de basistabel die ik hier hanteer, zou elke informateur en formateur op zak moeten hebben want dit zijn de cijfermatige contouren voor elke onderhandeling over een nieuwe financieringswet.’ ‘Het Vlaams Gewest ontvangt 56 % van de middelen, heeft 58 % van de bevolking en betaalt 63 % van de personenbelasting. De Vlaamse Gemeenschap incasseert 59 % van de gemeenschapsmiddelen voor die 58 % van de bevolking. Als je daar de 20 % Vlaamse Brusselaars bijtelt, de normale verdeelsleutel
10
(1)
(2)
VL
58
58
63
56
WA
23
32
28
32
BR
19
10
9
12
42
37?
----
WA-BR 42?
Gemeenschapsmiddelen (%)
(3)
(3)
VG 59
FG 41
(1): Bijdrage tot bruto binnenlands product (2): Bijdrage in de Belgische personenbelasting (3): Wie ontvangt welk percentage?
tussen Nederlandstaligen en Franstaligen in de hoofdstad, dan loopt ons percentage op tot 60 % van de bevolking en de mindere ‘retour’ blijft. Per capita vloeit minder naar de Vlaamse Gemeenschap dan naar de Franstalige Gemeenschap, op gewestniveau is het verschil veel groter.’
28 % van de personenbelasting stort, en krijgt 32 % van de gewestmiddelen. Dirk Heremans: ‘Wallonië geniet het meest van het bestaande financieringssysteem, wat de grote moeilijkheid is voor elke staatshervorming en de Waalse situatie zal binnen Wallobrux ook problemen stellen.’
‘Wallonië geniet het meest van het bestaande financieringssysteem, wat de grote moeilijkheid is voor elke staatshervorming en de Waalse situatie zal binnen Wallobrux ook problemen stellen.’
Wat is de eventuele toegevoegde waarde voor de Franstaligen van Wallobrux? Scenario 1 is dat het land verder politiek en economisch onaangeroerd blijft. Wallobrux is dan goed voor 42 % van het nationale bbp, een bevolking van 42 % incluis de Brusselse Vlamingen die meetellen in de personenbelasting (37 % van het nationale belastingtotaal). Heremans: ‘Door Wallobrux en Dirk het de facto einde van de financieringswet vallen de gewestmiddelen en de gemeenschapsmiddelen weg. Wallobrux staat dan volledig in voor de eigen middelen en de eigen uitgaven. Voor de Franse Gemeenschap is dat 41 % van de nationale middelen en voor de twee gewesten – Wallonië en Brussel – 44 %. Om dat zelf te financieren stelt zich prompt een groot vraagstuk voor Wallobrux
Wallonië draagt 23 % bij van het bruto binnenlands product voor 32 % van de bevolking, die
Doorbraak
oktober 2011
ting en het totale Vlaamse deel in de Belgische personenbelastingen krimpt daardoor van 63 naar 60 %. Wallonië valt terug van 28 naar 26 % van de totale personenbelastingen, want in Brussel werken ook Waalse pendelaars, hoewel die in Wallobrux uiteindelijk vestzak-broekzak is; Brussel en Wallonië zijn communicerende vaten in Wallobrux. Met het belasten van de pendelaars in Brussel zou het hoofdstedelijke deel van de personenbelasting stijgen van 9 % naar 14 %. De middelen van Wallobrux uit de personenbelastingen klimmen dan van 37 % naar 40 %. Bekijk je de operatie voor het geheel van de belastingmiddelen, dan zakt Vlaanderen van 61 op 59,5 % en Wallobrux neemt in totaal toe van 39 tot 40,50 %.’
‘Als de hoofdzetels wegtrekken uit Brussel wegens onafhankelijkheid van Vlaanderen, dan gaat tot 40 % van die vennootschapsbelasting verloren.’ De aanhechting van de rijke randgemeenten bij het hoofdstedelijk gewest vergroot verder de belastbare basis van het stadsgewest Brussel. Hoe groot dat effect is op extra belastinginkomsten is vandaag moeilijk in te schatten. Hoe zal de vorming van Wallobrux de splitsing van de sociale zekerheid beïnvloeden? Sociale
De denktank Vives richt zich op regionale economische studies met veel aandacht voor agglomeration economics en urban economics. Dirk Heremans: ‘Dat past allemaal binnen de blijvende belangstelling voor het federalisme. Zijn dat folkloristische onderwerpen? Neen, er is een internationale markt voor. (lacht) Een van de eerste aanwervingen van Vives was overigens een Franse politologe, die nu werkt voor de Schotten. Vives zou zogezegd parochiaal, navelstaarderig zijn. In de toepassing van agglomeration economics op urban economics – de Vlaamse Ruit is in feite één grote stad – doet het wetenschappelijk pionierswerk.’ (FCR)
oktober 2011
[Foto © Rob Stevens]
dat slechts 37 % van de personenbelasting genereert. Daarbij moeten wij echter ook de vennootschapsbelastingen, btw en andere rekenen. Bijvoorbeeld voor de vennootschapsbelasting, verdeeld volgens de plek waar de maatschappelijke zetel is gevestigd, heeft Brussel 33 % van de middelen. De vennootschapsbelasting in Brussel is traditioneel, en ook begrijpelijk, belangrijker dan elders.’ Van alle fiscale inkomsten samen zou Wallobrux dan 39 % krijgen, waarmee het dan 44 % van de gewestuitgaven en 41 % van de gemeenschapsuitgaven moet financieren. Naast de grotere eigen inspanning die Wallobrux zal moeten leveren om middelen te vergaren voor zijn uitgaven is het tweede probleem van de nieuwe politieke constructie de verdeling van de middelen tussen Wallonië en Brussel. Dirk Heremans: ‘Op dit ogenblik wordt Wallonië zwaar gefinancierd door de rest van België. Zal Wallobrux intern daarvoor een nieuw evenwicht vinden? Zal een belasting op de pendelarbeid een oplossing brengen? Ik zie voor Wallobrux een dubbel probleem: een globaal tekort én de interne verdeling van de middelen.’ Hoe kan Wallobrux zijn financieringstekort goedmaken? Een spoor is, dat voor de personenbelasting voortaan het arbeidsplaatscriterium geldt en niet het woonplaatscriterium. Dirk Heremans: ‘Dat is een juridische discussie waar ik mij niet in meng. Internationaal prevaleert meestal het arbeidsplaatscriterium, evenwel gecorrigeerd via dubbele belastingverdragen. Indien de Vlaamse pendelaars worden belast op hun inkomen in Brussel dan verliest Vlaanderen 3 % van zijn personenbelas-
Doorbraak
Dirk Heremans: ‘Brussel is afhankelijk voor zijn output van de input vanuit Vlaanderen, en in mindere mate vanuit Wallonië, van de hooggeschoolden die het zelf niet heeft.’
rechten worden opgebouwd op de plek waar men historisch heeft gewerkt, dus de pendelaars zijn betrokken partij. Dirk Heremans: ‘Als die sociale inkomsten bij Wallobrux belanden en de sociale uitgaven bij Vlaanderen blijven, wat overigens tegen de Europese rechtspraak zou ingaan, dan zal dat politiek-sociaal tot grote spanningen leiden.’
Zal Wallobrux zich beperken tot de directe financiële effecten, of zullen er ook verdere reële economische gevolgen zijn voor een politiek-economisch Wallobrux? Dirk Heremans reageert: ‘Uiteraard ontstaan reële effecten op de lange termijn, bijvoorbeeld op het bbp van Brussel, Wallobrux en de dan misschien verwezenlijkte Brussels Metropolitan Area.’ In de jaren 1980 ondernamen Dirk Heremans en Patrick Van Cayseele een systematische studie, met een grondige input-output-analyse van de Brusselse economie. Dirk Heremans: ‘Wij concludeerden, en die besluiten blijven vandaag de trend, dat de Brusselse economie sterk afhankelijk is en
11
verweven met de rest van het land. De hoofdstad is een multifunctioneel dienstencentrum, en dat werkt in de twee richtingen. Brussel is aangewezen op Vlaanderen en Vlaanderen is eveneens voor allerlei economische zaken aangewezen op Brussel. Wij berekenden via de input-output van Brussel dat de hoofdstad op basis van haar eigen activiteiten en dienstverlening aan zichzelf slechts 10 à 11 % van het Belgische bbp zou vertegenwoordigen. Dat percentage loopt parallel met zijn primaire inkomen. Brussel is afhankelijk voor zijn output van de input vanuit Vlaanderen, en in mindere mate vanuit Wallonië, van de hooggeschoolden die het zelf niet heeft.’ Zeer opvallend noemt Dirk Heremans de vaststelling dat de economische banden met de onmiddellijke omgeving, noem het in de taal van vandaag de Brussels Metropolitan Area, relatief niet zo sterk zijn. ‘De bindingen met de rest van het land en de dienstverlening tussen de stadsgebieden van België, bijvoorbeeld met Antwerpen en Gent, zijn de motor van de Brusselse meerwaarde. De Brusselse problemen zijn dus niet opgelost met het inpalmen van de onmiddellijke omgeving.’ En als België splitst, hoe ziet dan de toekomst van Wallobrux eruit? Brussel heeft economische zwaartepunten in de tertiaire en secundaire sector door zijn administratieve
De pendelaars naar Brussel kunnen een belangrijke rol spelen in de financiële toekomst van de hoofdstad
hoofdzetels. Dat kan je meten met de vennootschapsbelasting die vandaag voor 33 % toegerekend wordt aan Brussel. Als de hoofdzetels wegtrekken uit Brussel wegens de onafhankelijkheid van Vlaanderen, dan gaat tot 40 % van die vennootschapsbelasting verloren, raamt Dirk Heremans. Voor de tertiaire sector met zijn hooggespecialiseerde diensten zijn de banden met de Vlaamse steden belangrijker dan die met het ommeland en die banden kunnen verzwakken. Dirk Heremans: ‘Niet eenvoudig maar toch iets makkelijker te becijferen is het rechtstreekse effect op de overheidstewerkstel-
Het Egmontpact was eind jaren 1970 de prikkel voor de start van de zogenaamde Leuvense Economen. Dirk Heremans: ‘Als men de economische gevolgen van dat mislukte Egmont Pact berekent dan zou Vlaanderen gestrand zijn op 54 % van de gemeenschapsmiddelen in plaats van de huidige 59 %. Voornamelijk Theo Peeters, van de Leuvense Economen, heeft toen alarm geslagen voor die aderlating. Zonder de Leuvense Economen zouden de Vlamingen erin getrapt zijn.’ Veertien jaar geleden schreven Dirk Heremans en Karel Rimanque voor toenmalig ministerpresident Luc Van den Brande (CD&V) een nota die leidde tot de Vlaamse resoluties. Ook werd gewerkt aan een Vlaams dynamisch financieel model voor de openbare financiën. De twee assistenten die mee cijferden, hadden de start moeten zijn van een Vlaams Planbureau. Dat plan werd onder de paarse regeringen opgeborgen. Aan Vlaamse zijde ontbreekt een gemeenschappelijke economische visie en kundigheid voor de discussie, betreurt Dirk Heremans. ‘Men laat het cijferen over aan het Planbureau en de Nationale Bank. De studiemachine van de PS doet wel aan dienstbaar cijferwerk. Wat is overigens de benchmark voor de zogenaamde verarming van Wallonië. Dat kan je toch niet alleen in de handen laten van de scenario’s met een grote demografische component van de officiële statistiekleveranciers?’ (FCR)
12
Doorbraak
ling van het al of niet bezitten door Brussel van de hoofdstedelijke functie. Als Wallobrux ontstaat, heeft België geen hoofdstad meer, zal zeker de Vlaamse administratie wegtrekken en dat kan 10 tot 15 % schelen van het Brusselse bbp, wat dan in de Belgische totaliteit zakt van 19 % naar 17 %. In de jaren tachtig becijferden Patrick Van Cayseele en ik dat de hoofdstedelijke functie goed was voor 17,7 % van het Brussels bbp en voor 10,1 % voor het afgeleid effect op de dienstensector in Brussel. Ondertussen is er wel de groeiende Europese functie en 13 % van het Brusselse bbp zou vandaag verbonden zijn met de EU. Zal echter Brussel, na de splitsing van België, de hoofdstad blijven van Europa? Akkoord, Straatsburg is een Europese beleidsstad zonder hoofdstedelijke opdracht, maar is precies daarom minder aantrekkelijk en Brussel kan in dat vaarwater terechtkomen. Hoe dan ook, een dergelijk minderinkomen compenseren door bijvoorbeeld het belasten van de pendel is een hersenschim.’ Het is routine maar ook waarheid: de toekomst is aan de kenniseconomie en die baseert zich sterker dan ooit in centrale steden, haarden van kennis met veel experts en expertise. Dirk Heremans: ‘De studie van de zogenaamde agglomeration economics leert dat de clustering van kennis in België gebeurt in Brussel, veel minder in Antwerpen en bepaalde vaardigheden verhuizen van de Schelde naar de Zenne. Een prominente Waalse collega is een studax van deze stelling, een verdediger van Wallobrux, en adviseur van de Franstalige partijen.’
oktober 2011
Hoofdstad zonder taalproblemen? Alles peis en vree in onze hoofdstad, waar de Vlamingen absoluut niet meer te klagen hebben? Of blijven er toch pijnpunten bestaan? Peter De Roover In La Libre Belgique (LLB) klaagt de minister van Cultuur van de Franse Gemeenschap Fadila Laanan (PS) ‘de excessieve vervlaamsing’ van Bozar aan. Dat de federale cultuurtempel Bozar, de roepnaam voor het Paleis voor Schone Kunsten/Palais des Beaux Arts, recent werk exposeerde van Wim Delvoye en Luc Tuymans is haar een doorn in het oog. Dat die laatste wordt genoemd als exponent van vervlaamsing, moet de betrokkene een pijnscheut hebben bezorgd. Tuymans laat geen gelegenheid onbenut om zich af te zetten van het Vlaams-nationalisme. Bozar-directeur Paul Dujardin wijst er in een reactie voor Brusselnieuws.be op dat er recent nog een expo liep van de Waal Maurice Friedman en Jérôme Latteur komt binnenkort aan bod. ‘Maar daar speelt ook een economische realiteit. Vlaanderen investeert vele keren meer in cultuur dan Wallonië. Dat resulteert uiteindelijk ook in meer kunstenaars van een bepaald niveau in een aantal sectoren’, voegt Dujardin er aan toe.
Over kunstencentrum Wiels is Laanan dan weer wel tevreden, want daar heerst volgens haar een goed taalevenwicht. In de financiering minder, want de Franse Gemeenschap geeft Wiels 150 000 euro subsidie; de Vlaamse Gemeenschap hoest 600 000 euro op.
Tijdens de zomermaanden organiseert de gemeente Elsene speelpleinen. Volgens gemeenteraadslid Biance Debaets (CD&V) worden alle opvangplaatsen erkend door ONE, de Franstalige tegenhanger van Kind&Gezin, maar niet door K&G. ‘In de praktijk is er dus
geen Nederlandstalige speelpleinwerking in Elsene’, besluit ze. ‘Zelfs de stad Brussel organiseert voor haar senioren, met schepen Chantal Noël, regelmatig informatienamiddagen en voordrachten, enkel en alleen in het Frans. Zelfs schepen Mampaka durft wel eens eentalige Franse uitnodigingen voor zijn activiteiten sturen’, schrijft een inwoner van Laken aan BDW. Een oud zeer betreft het taalgebruik in de Brusselse gezondheidsinstellingen. Een enquête van de Vrije Universiteit Brussel die in september werd voorgesteld aan de pers leert dat Vlamingen die in Brussel wonen verzorging in de eigen taal een groot probleem blijven vinden. Begin augustus schreef LLB dat slechts 7 % van de Belgacom-facturen in de hoofdstad in het Nederlands zijn. De chef-politiek van De Morgen Steven Samyn schreef daarover: ‘Ik woon zelf in Brussel en krijg mijn Belgacom-factuur in het Nederlands. Maar afrekeningen voor gas en elektriciteit gebeuren in het Frans. Waarom? Geen idee. Als ik een formulier krijg, vul ik het in het Nederlands in. In welke taal het antwoord komt, is moeilijk te voorspellen. Daarvoor beginnen bellen of schrijven doe ik meestal niet. Een mens is al lang blij als de rekening klopt. Deze zomer heb ik ontdekt dat mijn kinderen Franstalige identiteitskaarten hebben. Die waren nochtans niet in het Frans aangevraagd.’ Die enkele voorbeelden leren dat het dikwijls een voortdurende inspanning vraagt om in de Belgische hoofdstad ten volle erkend te worden als Nederlandstalige.
[Foto © Reporters]
Brigitte Grouwels zit voor CD&V in de Brusselse regering. Ze reageerde erg kritisch op de nota-Di Rupo. Prompt vroeg het FDF haar ontslag. Die partij zit op de Brusselse oppositiebanken en daar wordt snel geëist
dat een minister de biezen pakt. Grouwels kreeg het echter ook zwaar te verduren van haar collega-minister Benoît Cerexhe (CDH) en de staatssecretarissen Christos Doulkeridis (Ecolo) en Emir Kir (PS). Het weekblad Brussel Deze Week (BDW) staat niet meteen bekend als een Vlaams strijdblad, maar Danny Vileyn schrijft over deze zaak in een commentaarstuk: ‘Erger is dat Grouwels’ Franstalige collega’s in de regering zich (verbaal) aan Grouwels vergrepen. Grouwels bestaat het om het niet eens te zijn met de nota-Di Rupo. Ze is het niet eens met tweetalige lijsten voor de verkiezingen en evenmin met de tweetaligheid van de dienst in de gemeentebesturen. Ze wil eentalige lijsten en tweetalige ambtenaren. Maar dat is vloeken tegen de Franstalige pensée unique.’ Vlaamse politici in Brussel mogen een mening hebben, als die maar niet ingaat tegen die van de Franstaligen. Wat de invoering van tweetalige lijsten in de praktijk zou betekenen? Alain Courtois, bekend als organisator voor de Belgische voetbalbond van Euro 2000 en nu senator voor MR, laat in een vraaggesprek met BDW noteren: ‘Open Vld mag mee op de lijst, maar moet Brussel wel als volwaardig gewest erkennen.’
oktober 2011
Doorbraak
13
Peter De Roover
Verhofstadt is een nationalist Eind augustus was Guy Verhofstadt de centrale gast in het programma Zomergasten van de Nederlandse VPRO. Drie uur lang mocht hij zijn diepste zielenroerselen blootleggen. Volgens eigen zeggen werd het ‘één lange aanklacht tegen het nationalisme’. Hij is dus tegen het nationalisme. Interessant om dan even af te spreken wat met nationalisme wordt bedoeld. Definities zat en dus mogen we er zelf ook nog wel één aan de lijst toevoegen. Misschien nuttig om een operationele bepaling uit te proberen. Een ‘gebied’ moet worden bestuurd en dat gebeurt in meerdere lagen. We kennen de ondergeschikte besturen en de internationale verbanden. Ergens daartussen zit het zogenaamde nationale niveau, waar de kern van de soevereiniteit zetelt. Een Vlaams-nationalist verkiest Vlaanderen als de basisbouwsteen. Veel emotie hoeft daar niet aan te pas te komen. Je kan die keuze ook maken vanuit de praktische overtuiging dat Vlaanderen een voldoende politieke samenhang kent om er een vergelijk te vinden op basis waarvan een werkbaar nationaal beleid kan worden gevoerd. Die Vlaams-nationalist zou de mening kunnen toegedaan zijn dat België daarvoor niet (meer) geschikt is. Wie overtuigd is dat België daar, om welke reden dan ook, wel een goed niveau voor vormt, kan dan een Belgisch-nationalist worden genoemd. Het gaat, in deze bepaling, over de technische vraag waar het zwaartepunt van de besluitvorming moet liggen. In de moderne wereld is die invulling niet meer exclusief. Een Vlaams-nationalist kan uiteraard ook een
soevereiniteitsruimte voorbehouden aan de Europese Unie, weliswaar door Vlaanderen zelf uitbesteed. Wie Europa echter verkiest als dominant en zelfs exclusief ‘nationaal’ besluitvormend niveau, heet dan Europeesnationalist. Een begrip dat zeker past bij, jawel, Verhofstadt. Guy Verhofstadt is niet zozeer een kruisvaarder tegen het nationalisme, dan wel een pleitbezorger voor zijn eigen versie ervan. Alle respect daarvoor overigens. Laat het debat in alle vrijheid losbreken. Maar uiteraard bestaan er ook verdrukkende, exclusieve invullingen van het Europees-nationalisme. Zoals die ook indenkbaar zijn voor het Vlaams-nationalisme of de Belgische variant. Eigenlijk ontloopt Verhofstadt het debat door de andersdenkende te demoniseren. Hij haalt goedkeurend Mitterand aan die in 1995 voor het Europees parlement betoogde: ‘Le nationalisme, c’est la guerre.’ Oppassen dus voor Verhofstadts pleidooi voor een Verenigde Staten van Europa, want de Amerikaanse variant daarvan wil ook wel eens met wapens kletteren. Mitterands uitspraak en Verhofstadts afkeer voor het nationalisme betreffen één welbepaalde invulling van het begrip. Door het nationalisme daartoe te beperken, maken ze het zichzelf intellectueel wel erg gemakkelijk. Maar die geestelijke luiheid brengt het debat absoluut niet op een hoger niveau. We kunnen het eigenlijk best een vorm van ‘populisme’ (in de slechtste betekenis van het woord) noemen. En volgens Verhofstadts eigen woorden helpt het populisme ons geen meter vooruit.
Frank Thevissen
Journalistieke miskraam Volgens de recentste cijfers van het Centrum voor Informatie over de Media (CIM), gaat de dalende verkoop van de meeste Vlaamse tijdschriften gestaag verder. Knack, Humo, Dag Allemaal, Goedele ... nagenoeg alle titels moesten opnieuw een rondje inleveren. Net nu komen De Standaard en De Morgen aanzetten met ... jawel, twee gloednieuwe tijdschriftentitels: dS Weekblad en DMUZE. Zowel De Standaard als De Morgen lanceerden vorige maand
14
met opgewonden marketingtaal gratis extra dood gewicht bij de weekendkrant. De walm van zelfbewieroking was bij momenten adembenemend. Bij De Standaard hadden hoofdredacteurs het jongensachtig enthousiasmerend over de verderzetting van een ‘succesvol vernieuwingsproces’, een ‘journalistieke cadeaubox’, ‘kostbare journalistiek’, ‘journalistiek waarvan u voelt dat u die moét gelezen en bekeken hebben’. Het verwennerijgevoel bleef helaas uit.
Doorbraak
oktober 2011
Wangen
Jacques Claes
Aan dat lichaam van ons zitten allerlei delen, zeg maar onderdelen, waarvan we niet steeds weten hoe er mee om te gaan. De gebruiksaanwijzing is niet altijd duidelijk. Met onder-delen wordt hier niets gesuggereerd, daar wordt trouwens al genoeg over geschreven. Hier is het de bedoeling iets te zeggen over onze wangen, niet onbelangrijk onderdeel van het gelaat. Zoals elk gebouw zijn gevel heeft of torst of toont, draagt elk aangezicht zijn wangen. Zoals het hele lichaam overigens, kunnen wangen hangen of strak staan of nodigen tot zoen. Wangen melden ook kleur: bleek, bijna gelooid of rozig dooraderd. Speciaal maar essentieel is dat wangen plots in staat blijken tot blos. Een wang moet kunnen blozen. Blozen kan van alles beduiden, maar diepst spreekt blozen van schaamte. Zich schamen is een hoogst en exclusief menselijke verschijnsel. Dieren doen dat niet, zich schamen. Integendeel, ze doen maar. Zo malen apen niet om schaamdelen. Het heeft er de schijn van dat sommige mensen daarom apen benijden. Het lijkt er zelfs op dat ettelijken de achterstand behoorlijk bijspijkeren. Zich schamen is verschrikkelijk om het te moeten, maar zalig om het te kunnen. Waarom? De mens is een onvoorstelbaar wezen: hij leeft aan en van grenzen. Vaak verlegt hij die met creativiteit, vaak ook mis-kent hij ze in overmoed. Men heeft dan de grens verkracht. Zalig wie zich dan kan schamen. Daar dienen die wangen voor, vooral dan het rood op die wangen. Voor een mens en een beschaving is het een zalig symptoom om zich te kunnen schamen. Van onze beschaving lijkt het een kwalijk kenmerk te
zijn dat wij ons niet schamen. Niet meer kunnen, niet meer willen schamen. Omver en erover, als het moet over lijken. De wangen kleuren niet meer. Het diepst (of het roodst) heeft men zich te schamen bij bedrog. Bedrog pleegt men bij elke bewering om van niets iets te kunnen maken. Iemand iets wijsmaken heet dat: een vaak opgevoerde goocheltruc in het verkeer tussen mensen. Een goochelaar mag zo iets, maar dan wel in het circus. Je kan ook voorwenden dingen te kunnen toveren of produceren uit lucht. Dan krijg je luchtkastelen. Of, om bankiersjargon te gebruiken: producten. Producten zijn valse hefbomen, of noem het knepen om uit geld dat er nog niet, of niet meer, of gewoon niet is, winst te tillen of baten. Zulke baten voeden baatzucht en heten in de volksmond bonussen. Schamen zouden bankiers zich moeten: het rood op hun wangen zou goed afsteken op het strepengrijs van hun pakken. Bedrog pleegt men niet alleen in financies, maar ook, terdege, in politiek. Ook België is een ‘product’, bedacht circa 1830 door Franse en Britse diplomaten om het Europees evenwichtsspel overeind te houden. Een land dat ‘bedacht’ is, wordt nooit een kind van liefde. Zo’n land vindt nog zijn enige adem in de poging de eigen abortus eindeloos te verdagen. De gigantische patriottische poging waarbij men, om eigen baat, stelt dat dit wortelloze land een toekomst heeft op grond van een traditie die voor Vlamingen, de meerderheid nota bene, niet alleen mis-kennend maar bedreigend was en blijft, heet bedrog. Op grote schaal. Men schame zich.
Hugo Camps overtrof een week later moeiteloos de incestueuze zelfoverschatting van concurrent De Standaard door de nieuwste bijlage van De Morgen, zonder een sprankel ironie, aan te prijzen als een journalistieke ‘wedergeboorte’. ‘Als veteraan voel ik de opwinding van een wedergeboorte’, huichelde Camps bij de lancering van DMUZE: 164 pagina’s keurig verlijmde advertenties, publireportages en afgeknaagde BV- en lifestylejournalistiek. Een ‘wedergeboorte’ dus met de gestalte van een journalistieke miskraam. ‘Dit is een grote dag voor de krant’, peroreerde Camps onvermoeibaar: ‘De Morgen zet vandaag een punt achter het modieuze doemdenken.’ Die laatste zin leverde – ongewild – een bekentenis van formaat op, al spoorde die tegelijkertijd ook aan om te twijfelen aan dat ‘punt’. Ondertussen wordt de journalistieke spoeling steeds dunner uitgesmeerd over een uitdeinend oppervlak. Je zou verwachten dat uitgevers en redacties stilaan lessen trekken uit de jarenlange journalistieke versuikering, de ‘verzuring’ van de mediaconsument, zijn onvrede met en toegenomen wantrouwen in de journalistiek. Het
onvermogen tot ernstige journalistieke introspectie, het regelmatig verzaken aan de primaire, kritische informatie-opdracht wordt nog steeds gedreven door een masochistische redactionele hardleersheid en nukkige immuniteit voor gefundeerde mediakritiek. De meeste redacties negeren daarbij straal het ‘less is more’-principe en blijven onvermoeibaar investeren in ‘meer van hetzelfde’: mierzoete gemakkelijkheidsformules met een hoog rendement waardoor de zeldzame journalistieke parels nog dieper raken ondergesneeuwd. Ondertussen moeten diezelfde redacties steeds meer betuttelende regels en repressieve maatregelen bedenken om een dam op te werpen tegen de ergernissen en hatelijkheden die mediagebruikers spontaan op reactiefora van nieuwswebsites achterlaten. Sneren blijft immers een voorrecht van redacties. Twee dagen na de afgekondigde wedergeboorte schoot Camps meteen richting Bart De Wever: ‘proleet’, ‘barbaar’, ‘rat’. De journalistieke wedergeboorte blijft wellicht nog een poosje zwanger van modieus doemdenken.
oktober 2011
Doorbraak
15
Eentaligheid troef in Brussels parlement De indeling van de Brusselaars in Nederlands- en Franstaligen zou achterhaald zijn en voorbij gaan aan de evolutie naar meertaligheid. Die tendens zet zich in het Brusselse politieke wereldje toch nog niet echt door. Peter De Roover Wie graag zitting wil hebben in het Brusselse parlement, is verplicht een keuze te maken voor een taalrol. Voor de Nederlandstaligen worden 17 van de 89 zetels voorbehouden en dus moeten de kandidaten dingen naar één van die zetels of mikken naar een ‘Franstalig’ zitje. Filosoof Philippe Van Parijs is één van de bekendste woordvoerders van de stelling dat die indeling achterhaald zou zijn. Brusselaars zijn in eerste instantie Brusselaars, welke taal ze ook spreken. Wat is de plaats overigens van tweetaligen? Zij worden politiek verplicht taalkleur te bekennen en dat botst met de stedelijke realiteit. Steeds minder inwoners van de hoofdstad zijn of/of, het wordt een verhaal van en/en.
En toch blijkt die taalgrens soms sterker dan de voorstanders van een eigen volwaardige Brusselse gemeenschap willen doen geloven. Daarvoor volstaat het om even na te gaan hoe de parlementsleden van het Brusselse gewest communiceren met het brede publiek. Dat gebeurt vandaag in veel gevallen via het internet. Voor de 89 gewestelijke parlementsleden verwijst de
webstek van het Brussel parlement in 57 gevallen naar een persoonlijk internetadres van een verkozene, wat neerkomt op 64 %. De Vlaamse mandatarissen blijken iets actiever op het net, met 71 % eigen webadressen tegenover 62 % voor de Franstaligen. In drie gevallen (twee Franstaligen en één Nederlandstalige) blijkt die webstek onbereikbaar. Dat brengt ons op 54 Brusselse verkozenen die zich via het net richten tot het publiek, al bij al een voor het jaar 2011 schrale en tegenvallende 60 %. In liefst 50 van de 54 gevallen is die webstek ééntalig. Niet minder dan 93 % van de Brusselse verkozenen richt zich dus uitsluitend in de eigen taal tot de potentiële kiezers en belangstellenden. Opgedeeld naar de taalgroepen blijken de Franstalige afgevaardigden uitsluitend, dus in 100 % van de gevallen, in het Frans te informeren. Aan Vlaamse zijde wordt wel enige inspanning gedaan om beide taalgroepen te bereiken. Vier ‘Vlaamse’ verkozenen, goed voor 37 %, beschikken over een tweetalige webstek. Daar zit wel één speciaal geval tussen. Sophie Brouhon werd verkozen voor sp.a, maar is in feite Franstalig. Wie haar webstek consulteert, komt eerst op de Franstalige pagina’s terecht.
WEBSTEK
JA
NEEN
%
EENTALIG
TWEETALIG
% EENTALIG
MR PS ECOLO CdH FRANSTALIGEN Open Vld sp.a CD&V VB Groen! N-VA Onafh. VLAAMS TOTAAL
20 10 7 8 45 3 4 3 0 2 0 0 12 57
4 11 9 3 27 1 0 0 1 0 1 2 5 32
83 47 44 73 62 75 100 100 0 100 0 0 71 64
20 10 6 7 43 2 2 1 0 2 0 0 7 50
0 0 0 0 0 0 2 2 0 0 0 0 4 4
100 100 100 100 100 100 50 33 0 100 0 0 63 93
16
Doorbraak
Aan Franstalige zijde beschouwen de verkozenen de Nederlandstaligen nog steeds als quantité négligable wanneer het er op aankomt informatie te verstrekken over standpunten en werkzaamheden. Zij leven mentaal duidelijk in een eentalig Frans Brussel. Bij de Vlamingen is er meer openheid over de taalbarrière heen, maar de meerderheid houdt het toch ook bij Nederlands. Die feitelijke meertaligheid blijkt in elk geval niet doorgedrongen tot de verkozenen des volks.
Een groeiende groep Brusselaars is van buitenlandse afkomst en die zou in beginsel niet passen in de klassieke taalkundige tweedeling. In het Brussels parlement zitten 22 leden van allochtone origine. De grootste groep, tien in aantal en net niet de helft van het totaal aantal fractieleden, werd verkozen voor de PS. De banken van de Franstalige christendemocraten worden ook bijna voor de helft bezet door nieuwkomers, in het geval van cdH dikwijls afkomstig uit Afrika. Slechts één allochtoon Brussels parlementslid, Faoud Ahidar van sp.a, kwam in het parlement via een Vlaamse lijst. Hij biedt een tweetalige webstek aan. Maar ook de nieuwe Brusselaars die werden verkozen voor een Franstalige partij communiceren uitsluitend in die taal. Misschien verbaast het, maar zij bieden ook geen informatie aan in het Arabisch, Turks of een andere taal uit het land van oorsprong. Slotsom: de verkozenen uit het Brusselse gewestparlement informeren haast altijd in één taal en wie toch twee talen gebruikt, is verkozen op een Vlaamse lijst. Nederlandstaligen die het doen en laten van Franstalige verkozenen willen opvolgen, komen met hun eigen taal nergens. Pour les Flamands la même chose.
oktober 2011
Schotse Vlamingen blazen verzamelen
Patriotten van verkeerd land Alden Biesen bij Bilzen vierde in september zijn 26ste Schotse weekeinde. De chieftain van het Schotse festijn in Limburg was Michèle Boccoz, de Franse ambassadeur in België. Frans Crols Elk jaar zet de organiserende vereniging een Keltische regio extra in de etalage en de Bretoenen waren de uitverkorenen in 2011. Ook, vandaar madame Boccoz, werd de AuldAllience herdacht, de basis van de Schots-Franse alliantie van 1295 tot 1746. De AuldAllience was het oudste militaire verbond van Europa en verenigde Frankrijk, Schotland en Noorwegen tegen Engelse invasies.
Walter Scott, de Hendrik Conscience van Schotland.
In Alden Biesen werd lustig getrokken aan touwen, vlogen zware palen meters in de lucht, dreven schaapshonden de woldieren achter hekken, dansten deelnemers uit heel Europa in de Highland Dancing European Championship (voor de eerste keer op het vasteland), bliezen jong en oud lucht in de doedelzakken en vloeiden whisky en bier met sloten. Negentig procent van de deelnemers waren Vlaming – onder wie veel met het bodybuilderslijf van jaren oefenen in de sportschool – uitgedost als clanlid met de gepaste
oktober 2011
ruiten, sjaals, mutsen, zwaarden, hemden met frullen. Het merendeel van deze enthousiaste Vlaamse Schotten zou nooit ofte nooit willen gezien worden met de geelzwarte clankleuren van Vlaanderen, met een Vlaamse Leeuw of op bedevaart willen gaan naar Diksmuide of Steenstrate. De vakmensen noemen het paraderen in oubollige kostuums en met gedateerde symbolen vormen van ‘banaal nationalisme’; niet banaal in de zin van vulgair wel als nationalisme dat vanuit de buik komt, sentimenteel geaard is en uitmondt in subculturen. Over dat soort nationalisme loopt binnenkort een colloquium in De Schelp van het Vlaams Parlement.
De honderden pseudo-Schotten in Alden Biesen treden op in een show waarvan de verre regisseur Walter Scott heet. Deze wildpopulaire auteur van de negentiende eeuw, met een knoert van een monument in de hoofdstraat van Edinburgh, vond letterlijk de folklore uit waarrond patriottische vieringen als die in Alden Biesen cirkelen. Schotland is in feite Scot-land. Walter Scott is de Hendrik Conscience, met zijn onware verhalen over de Guldensporenslag en aanverwante historische verzinsels, van de Schotten. Stornoway is de hoofdstad van de Western Islands, beter bekend als de Hebriden. Winderige, kale, rotsige, romantische eilanden – paradijzen voor zomerse zeilers – langs de westflank van Schotland. De eilandbewoners spreken Gaelic, het straatbeeld is tweetalig, de schapen leveren Harris-tweed voor van die ijzersterke colbertjes die van vader op zoon kunnen gaan. Jarenlang kweekten de Bruggelingen van Pieters Vis er zalm in de fjorden. In het moderne cultuurcentrum aan de kade, An Lantairn/De Lantaarn, ligt tussen de schelpen, de halssnoeren, de prentkaarten een
Doorbraak
wittig boek: Scott-Land. Ik kocht het in de zomer van 2010 en ik beklaag het mij niet. Stuart Kelly heeft het over ‘the man who invented a nation’, sir Walter Scott. Is het een werkje over een folklorist die niemand nog hoeft ernstig te nemen? Neen, naar blijkt. Binnen de week na de terugkeer van Stornoway pleegt The Economist een bespreking van één bladzijde, lang voor het magazine, over de pagina’s van Kelly. De zuurzoete slotsom is: sham country, but not sham bard (namaaklandje, geen namaakbard). Het cityblad inspireert zich voor de titel op het oordeel van Edwin Muir: The sham bard of a sham nation. De Schotse schrijver Muir vervloekte de romantische holheid van Walter Scott.
Feit is dat Walter Scott een blijvende invloed heeft op de Schotse natie, zonder dat zijn boeken bestsellers zijn gebleven. Je kan als Vlaming Scott kennen door de titels van zijn boeken die vaak geleid hebben tot spannende, wilde films: The Bride of Lammermoor, Marmion, Rob Roy, Lady of the Lake, The Heart of Midlothian. In toto publiceerde de veelschrijver, wat dat betreft is hij vergelijkbaar met Charles Dickens, 27 boeken in 18 jaar. Dickens schreef ‘trager’: 16 boeken in 34 jaar. Alle iconen van de Scottishness/Schotsheid hebben wortels in Scotts romans en gedichten. Zonder Walter Scott geen Vlaams-Schotse hupsakee in Alden Biesen. Videobeelden van het Scottish Weekend 2011 van Alden Biesen zouden een perfecte illustratie zijn voor het volkse, spontane patriottisme dat zal worden bestudeerd in het Vlaamse parlement. Rare jongens zijn wij Vlamingen; velen hebben de daver op het lijf voor een Leeuw aan hun raam op 11 juli. Gelijklopend hangen zij de Keltische clown uit in Limburgs Haspengouw.
17
De (bijna) vergeten Waalse resoluties van 2008 [Foto © Reporters]
Veel was er niet over te vernemen in de Vlaamse media, toen op 16 juli 2008 het Waals parlement een resolutie stemde over de ‘institutionele onderhandelingen’. Alleen De Tijd wijdde er de volgende dag een apart artikel aan. Voor de rest stonden er hier en daar een paar regels tussen de stukken over de politieke actualiteit. Roger Van Houtte De zorgeloosheid van de Vlaamse pers was niet terecht. Wie vandaag de nota van de formateur bekijkt, ziet zo de raakpunten met de Waalse resolutie, die in juli 2008 unaniem werd goedgekeurd door de vier grote Franstalige partijen PS, MR, cdH en Ecolo, uitgerekend dezelfde partijen die vandaag aan de onderhandelingstafel zitten en zo goed als alle Franstaligen vertegenwoordigen. De resolutie werd wel op een cruciaal moment gestemd, toen de onderhandelingen over een staatshervorming weer eens op een dieptepunt waren gekomen. Vlamingen en Franstaligen konden geen overeenstemming vinden over een staatshervorming noch over BHV. Het bleef ‘non’ op alle fronten. Leterme had op 14 juli 2008 het ontslag aangeboden van zijn regering, die pas in maart 2008 zeer moeizaam was tot stand gekomen. De koning zou op 17 juli – een dag na de resolutie – het ontslag weigeren en drie bemiddelaars aanstellen die de opdracht kregen tegen 31 juli een formule te vinden voor een dialoog van gemeenschap tot gemeenschap. De drie bemiddelaars waren ministers van Staat Raymond Langendries (cdH) en François-Xavier de Donnea (MR) en de ministerpresident van de Duitstalige Gemeenschap Karl-Heinz Lambertz (SP). Wat die drie precies hebben gedaan, is vandaag nog steeds onduidelijk, maar Leterme I bleef wel in leven.
Het was de verdienste van de ereburgemeester van Lennik, de Vlaamsgezinde liberaal Willy De Waele, om begin augustus jl. de Waalse resolutie nog eens in herinnering te brengen in een open brief aan de Vlaamse onderhandelaars. Daarin zegt De Waele: ‘Het is naïef te geloven dat de Franstaligen zullen bereid zijn het comfort van
18
het status-quo te verlaten; de resolutie van het Waals parlement van 16 juli 2008 laat daaromtrent niet de minste twijfel bestaan.’ Inderdaad, de resolutie begint met een feitelijk ‘non’ tegenover alle Vlaamse eisen. Het Waals parlement wil geen enkele hervorming die het Belgisch federalisme ter discussie stelt. Er mag niets worden veranderd aan de interpersonele solidariteit, de gehele sociale zekerheid moet federaal blijven en het Waals parlement zal zich verzetten tegen een hervorming van de financieringswet. De Waele interpreteert dat terecht als de eis voor het behoud van de transfers. In het Waals parlement lieten Jean-Claude Van Cauwenberghe (PS) en Serge Kubla (MR) heel duidelijk verstaan dat de Waalse resolutie een antwoord was op de Vlaamse resoluties van maart 1999, die vooral de nadruk legden op overdracht van bevoegdheden. De Waalse resolutie staat daar vaak helemaal haaks op
De Waalse resolutie eist een federatie met drie gewesten. Brussel moet dus een gewest ‘à part entière’ worden. Daarenboven worden de aanspraken op een uitbreiding van het Brussels gewest gesteund. Daarmee zit de Waalse resolutie meteen op het Vlaamse grondgebied. De Waalse ondertekenaars spreken hun solidariteit uit met de Franstaligen in de ‘Brusselse periferie’ en in Voeren. Voorts bepaalt de tekst onder meer: • Overdracht van bevoegdheden kunnen alleen gebeuren in respect met de principes van subsidiariteit en solidariteit. Ze kunnen wel in twee richtingen, dus ook de herfederalisering van bevoegdheden. • Verzet tegen elke hervorming van de fiscaliteit, die een concurrentie tussen de gewesten zou
Doorbraak
De Lennikse ex-burgemeester Willy De Waele haalde de Waalse resoluties uit het vergeetboek en alarmeerde de Vlaamse onderhandelaars.
kunnen veroorzaken, vooral dan de vennootschapsbelasting. • Solidariteit tussen het Waals en het Brussels gewest door middel van een ‘Fédération WallonieBruxelles’. De oprichting van Wallo-Brux enkele maanden geleden werd dus al duidelijk voorbereid in 2008. • Uitvoering van het minderhedenverdrag, wat Vlaanderen steeds weigerde. • Taalkundige en administratieve betwistingen moeten een bevoegdheid worden van de tweetalige kamers van de Raad van State. Daarmee verwierp het Waals parlement de facto de bevoegdheid van de Vlaamse Kamers van de Raad van State over de faciliteitengemeenten. [] De Waalse resolutie: http://nautilus. parlement-wallon.be/Archives/2007_2008/ RES/828_1.pdf De open brief van Willy De Waele: www.doorbraak.org
oktober 2011
Koerden bijten van zich af
Hommeles in Turkije Het regende eind augustus weer bommen in Noord-Irak. Turkse jets voerden raids uit op de stellingen van de PKK, de Koerdische rebellenbeweging, die vanuit het Kandilgebergte de grens was overgestoken om aanslagen te plegen. Dirk Rochtus Sinds midden juli was al een veertigtal Turkse dienstplichtigen omgekomen in botsingen met de PKK. De escalatie van het geweld bereikte een hoogtepunt op 17 augustus toen een honderd kilo zware bom een Turks konvooi in Zuidoost-Anatolië uiteenreet. Acht Turkse soldaten bleven dood achter. Turkije sloeg onmiddellijk terug met luchtaanvallen op de PKK-bases in Noord-Irak. De Turkse pers droeg haar in inkt gedoopt steentje bij met leuzen als ‘actie tegen de moordenaars’ (bedoeld was de PKK). Die emotionele nieuwskoppen verrieden waar het bij de bombardementen van de Turkse luchtmacht om te doen was: een ventiel openen om de woede van de Turken te bekoelen.
De‘vernietigingvandeterroristen’,zoalsdeTurkse premier Erdogan als officieel doel vooropstelde, is verder weg dan ooit. De Turkse generaals krijgen de PKK maar niet klein. Drie jaar geleden voerde het Turkse leger nog een grootschalige operatie uit in Noord-Irak. Het mocht niet baten, de PKK valt niet uit te roken. Hoezo niet? De Koerdische kwestie vergt een politieke benadering, geen militair geweld. Bovendien heeft het Turkse leger al heel wat pluimen verloren in zijn strijd tegen de KoerdischePKK-guerrilla’s.Vorigjaarbijvoorbeeld, in Çukurca, seinden verkenningstoestellen een nakende PKK-aanval op een kazerne door, maar de militairen maakten zich niet op voor de verdediging. Zes soldaten sneuvelden door de nalatigheid van hun oversten. De Turkse stafchef Kosaner, die eind juli ontslag nam uit onvrede met de AKP-regering, veroorzaakte een maand later alweer opschudding. Op het internet was een geheime opname geplaatst waarin hij zich bitter uitliet over de interne zwakte van het leger. Ze hebben het niet onder de markt, de Turkse
oktober 2011
generaals. Hun macht is aan banden gelegd door de religieus geïnspireerde regering, een zevende van alle hogere officieren zit in voorarrest op verdenking van samenzwering tegen de staat en de strijd tegen de PKK werpt niet de verhoopte vruchten af.
De vraag blijft waarom de PKK zich weer roert na zich zolang op de vlakte, of beter, in het Kandilgebergte, te hebben gehouden. De Turkse parlementsverkiezingen van 12 juni zaten daar zeker voor iets tussen. De PKK wilde de proKoerdische Partij voor Vrede en Democratie (BDP) de kans geven haar posities te versterken. De Turkse overheid houdt partijen die de Koerdische zaak langs democratische weg willen oplossen nauwlettend in de gaten. Verschillende van hen werden al verboden onder het voorwendsel dat ze zich onvoldoende distantieerden van de PKK.
Het Turkse leger slaagt er niet in de Koerdische PKK uit te roken. Het is een beetje zoals IRA en Sinn Feín in NoordIerland en ETA en Batasuna/Bildu in Baskenland. Heel wat Koerden die zich engageren voor de BDP (en de verboden voorgangerpartijen als HADEP en DTP) hebben vrienden of familieleden in ‘de bergen’ (de cryptische omschrijving voor het toebehoren tot de PKK). Omdat de kiesdrempel bij een ondemocratische tien procent ligt, liet de BDP haar kandidaten als ‘onafhankelijke’ kandideren. Die haalden in hun district voldoende
Doorbraak
stemmen en vormden achteraf de BDP-fractie in het Turkse parlement. Maar dan gebeurde het niet zo verrassende: zes van de 36 gekozen Turkse Koerden mochten geen zitting hebben in het parlement omdat er een gerechtelijk onderzoek rond ‘banden met de terroristische PKK’ tegen hen loopt. Daarop weigerden de BDPgekozenen de parlementseed af te leggen. Deze boycot spoort de PKK aan om de Turkse regering weer het vuur aan de schenen te leggen.
De huidige leiding van de PKK ziet niet veel redenen meer om zich gedeisd te houden. Er zouden geheime gesprekken aan de gang zijn tussen de Turkse overheid en Abdullah Öcalan, de legendarische PKK-leider die al sinds 1999 de geneugten van het Turkse gevangeniswezen mag smaken. Öcalan maakt zich geen illusies over een ‘prison break’, maar hij wil hét aanspreekpunt zijn voor de Turken en tegelijk hoopt hij invloed te blijven uitoefenen naar de Koerden toe. De gesprekken zouden wellicht een afzweren van het geweld door de PKK beogen in ruil voor een algemene amnestie, behalve – en daar wringt het schoentje – voor zijn topfiguren zoals Karayilan (‘zwarte slang’). Die wil zijn vel redden en zet dan liever de strijd voort. Ook al omdat hij niet gelooft dat Turkije het ernstig meent met autonomie voor de Koerden die verder gaat dan Koerdische liedjes op een Turks ‘Tien om te Zien’ zoals op TRT 6, het Koerdische kanaal van de Turkse omroep. [] Dirk Rochtus publiceerde zopas een boek over geschiedenis en uitdagingen van Turkije: Turbulent Turkije. Europese of Aziatische tijger? Zie ook p. 21.
19
Haatmail, havenots en BV’s
‘Kunst botst met nationalisme’ Iain Banks, Janice Galloway, David Greig en Al Kennedy: drie grote Schotse schrijvers, een dito standup comedian. Hun Schotse hart gaat misschien niet sneller kloppen bij het zien van de Saltyre, de Schotse vlag, maar hun hart ligt wel in Schotland. Hun politiek verstand ligt bij de SNP (Guardian, 28 aug.). Vlaamse kunstenaars horen we zoiets niet snel zeggen. Karl Drabbe Na de uitspraak van Bart Peeters over Bart De Wever – ‘dat noem ik geen politiek' – of het satirische scheldlied van zanger Daan over diezelfde N-VA-voorzitter, kregen beide Vlaamse kunstenaars massa’s haatmail. 'Zangers moeten zingen, auteurs schrijven, en zich ver weg houden van de politiek', was de teneur van vele deelnemers aan krantenfora. Een zinloze stelling. In een democratie heeft iedereen recht op een mening. En zolang die niet aanzet tot haat of geweld en van een zekere minimale stijl getuigt, is daar niks mis mee. Maar door de meningen van pakweg Milow, Daan, Lanoye of Peeters, ontstaat het beeld dat de hele Vlaamse cultuurscene tegen de N-VA in het verweer gaat. Na het KVS-verzet ‘Niet in onze naam’, waarvan het NTGent van Wim Opbrouck zich distantieerde (DS, 21 jan.), net als de gevierde acteur Koen De Graeve (DS, 19 maart), heeft de belgitude zijn nieuwe helden.
Tineke Beeckman, VUB-filosofe en lid van de Gravensteengroep, mengde zich in het debat. Een échte kunstenaar neemt beter niet deel aan het debat, maar plaatst zich daarbuiten. 'Als kunst een politieke rol speelt, dan bestaat het antiburgerlijke van de kunstenaar erin dat hij de bestaande machtsverhoudingen wil contesteren.' De kunstenaar wordt maar interessant 'als hij een anti-autoritaire houding aanneemt'. Alleen zo draagt hij zinvol bij tot cultuurkritiek. (DM, 18 aug.) De filosofe vindt het best kunnen dat kunstenaars ook politieke kritiek hebben, maar dan 'als gewone burgers die deelnemen aan het publieke debat. Hun uitspraken hebben niet meer profetische, poëtische of morele kracht dan de woorden of
20
daden van anderen, ook al krijgen ze meer mediaaandacht.' Tom Naegels erkende als ombudsman van De Standaard dat een bepaald soort kunstenaars met eerder Belgische opinies nogal vaak het woord kreeg, en dat woord niet altijd even correct gebruikte. Maar ook omgekeerd wijst hij met de vinger naar de havenots, de niet-columnisten die geen plaats krijgen op het krantenpapier, en daarom soms te gortig hun opinie – of gal – spuien op publieke internetfora. Naegels: 'Mogen BV's dan wél beledigen? Nee. Alleen werkt er daar een andere krantenregel: een bekend iemand die iets opmerkelijks doet – zoals het beledigen van de populairste politicus – is nieuws. Zijn of haar mening komt dus niet in de krant omdat ze als mening waardevol is, maar omdat ze nieuwswaarde heeft.' Beeckman zou het er niet mee eens zijn. Uiteindelijk leidde dit tot opgemerkte uitspraken bij de opening van het Theaterfestival van cultuursocioloog Pascal Gielen. Die veegde de cultuursector de mantel uit: de cultuursubsidies maken kunstenaars te afhankelijk. De Vlaamse kunstsector is te neutraal en te onmondig door bewust te dicht tegen de macht aan te schurken. ‘In tijden van oprukkend neoliberalisme en neonationalisme,' stelt Gielen, 'dwingen het kunstenbestel de compromisdiplomatie te verlaten en politiek stelling te nemen.' Voor democratie en tegen populisme. Gielen is er immers van overtuigd dat het zogenaamde 'neonationalisme actuele kunst altijd (zal) bestrijden'. (DM, 26 aug)
Het hoge woord is eruit: de cultuursector leunt te nauw aan bij de macht – die postjes, lintjes en subsidies verdeelt (Beeckman) – en wil die macht
Doorbraak
nu niet deels ook worden uitgemaakt door ‘neonationalisten’? Net als bij de Nietinonzenamers van de KVS is ook hier de N-VA kop-van-jut. Angst dat Tuymans geen forum meer zal krijgen? Dat de Zomer van Antwerpen wordt afgeschaft door burgemeester De Wever? Dat het kunstonderwijs moet inboeten? Bart Caron, Vlaams Parlementslid voor Groen! en in een vorig leven kabinetschef van cultuurministers Anciaux en Van Grembergen (VU/Spirit), kent de Vlaamse cultuurscene als geen andere. Gevraagd naar zijn standpunt stelt Caron – in zijn vrije tijd ook contrabassist bij Willem Vermandere: ‘Waarom zoveel artiesten fulmineren tegen de nationalistische politieke leiders? Er is veel emotie mee gemoeid, zeker in het artistiek milieu. Irrationeel dus. Het is vooral een principiële antinationalistische houding: kunst kent geen grenzen. Kunst is de facto internationaal gericht en dat botst met het nationalisme.’ Zijn kunstenaars dan anti-Vlaams? ‘Nee, dat denk ik niet. Ze erkennen dat Vlaanderen een realiteit is, een interessante zelfs. Alleen willen ze niet binnen die grenzen blijven maar er uit breken. Vlaanderen, en zeker het Vlaams-nationalisme, is als een overjas die twee maten te klein is. Je kan er wel in, maar die voelt zeer oncomfortabel aan. Na een tijdje ga je je er mateloos aan ergeren. (...) Dat de figuur van Bart De Wever daarbij vaak in het vizier komt, is niet meer dan logisch. Hij is een charismatische leider en de emanatie van dat denken, uitdrukkelijk en zelfverklaard conservatief. Maar het gaat niet om de persoon van De Wever, wel om de voorzitter van die partij. Charisma lokt felle reacties uit bij tegenstanders.’ Of nog: hoge bomen vangen veel wind.
oktober 2011
Turkse tijger
Bloedlanden
Taalstrijd en staatsvorming
Onze medewerker Dirk Rochtus kunt u niet voor niets vooral op onze buitenlandpagina lezen. Als docent internationale politiek kent hij het klappen van de zweep. Vooral Turkije en Duitsland dragen zijn interesse weg. Hij is dan ook een veelgevraagde gast voor commentaar en opiniestukken in onze media. Vooral nog als het over Turkije gaat. Het BRIC-land in onze achtertuin, zoals Kris Peeters Turkije onlangs noemde, kennen we allemaal van de machtige Hagia Sophia, Bodrum, de zonovergoten kuststadjes of van de opgravingen in Sagalassos – ga nu kijken naar de tentoonstelling in Tongeren! Maar het is ook kandidaat-lid van de EU, belangrijke distributeur voor gas en olie, stakeholder in het Midden-Oosten (waar het een steeds grotere rol opeist, en ten opzichte van Israël het geweer – letterlijk – van schouder veranderde). Een complex land met een diepe kloof tussen een zich ontwikkelende, haast westerse, stedelijke cultuur en het arme platteland. Rochtus schetst in het overzichtswerk Turbulent Turkije een ‘tour d’horizon’ van het verleden van Turkije – het Osmaanse rijk, de lekenstaat van Atatürk, de militaire dictatuur – en de uitdagingen van vandaag – de EU, Koerden, islamisering, de verhouding tot andere Turkische staten, de nieterkenning van de Armeense genocide ... Voor of tegen de toetreding van Turkije tot de EU? Of wil u in uw luie stoel aan de Egeïsche Zee kennismaken met dit boeiende en spannende land? Lees Turbulent Turkije! (KVDH)
Bloedlanden is uiterst geschikt voor extremisten en tooghangers, onder meer in Vlaanderen, met een radicaal-linkse en een radicaal-rechtse verzieking. Het type van vent die 65 jaar later nog blijft beweren dat ‘den Dolf’ of ‘vadertje Stalin’ niet zo slecht waren. Als zij de moed hebben om Bloedlanden te lezen zullen zij gruwen van wat hun idolen, en hun luitenanten en meelopers, hebben aangericht. Geschriften over de Tweede Wereldoorlog, je kan er steden mee plaveien. Aarzel niet, Bloedlanden brengt pijnlijk nieuws. Wie vandaag veroordeelt wat islamitische extremisten aanrichten in Afghanistan, Irak, Pakistan, of bij terreuraanslagen in het westen, heeft gelijk, echter zal in Bloedlanden leren dat massamoord, doodslag, foltering op veel grotere schaal voorkwamen in CentraalEuropa. Daar, in het midden van de 20ste eeuw, executeerden, vergasten, vertrappelden de sovjets en de nazi’s 14 miljoen mensen in een zone tussen Berlijn en Moskou. Timothy Snyder ontwart, met nieuwe elementen, het pact tussen Stalin en Hitler wat door zijn territoriale gevolgen leidde tot de vernietigingsfabrieken voor joden in Polen. Wat Stalin in de jaren dertig obsessioneel – het woord satanisch mag ook – deed om zijn boerenstand uit te roeien, grijpt je naar de keel. Ook ontdek je scherper dan ooit hoe tragisch de geschiedenis van Polen was en is. Snyder voegt zich met Bloedlanden bij de tophistorici Niall Ferguson en Michael Burleigh. Vlamingen lezen te weinig, maak voor dit boek een uitzondering. (FC)
Harry Van Velthoven is al jaren medewerker van Wetenschappelijke Tijdingen (op het gebied van de Vlaamse beweging). Ook als medewerker van de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging verdiende hij zijn sporen als historicus van de Vlaamse Beweging. Misschien denkt u dan eerder aan Lode Wils, Bruno De Wever of Louis Vos. Maar Van Velthoven heeft eens zo veel studies gepubliceerd over de Vlaamse Beweging. Als enige in het rijtje heeft hij ook veel aandacht voor de vrijzinnige, progressieve stromingen in de beweging – niet het minst het Willemsfonds. Daarnaast publiceerde Van Velthoven ook heel wat over natievorming, taal en identiteit. Op zoek naar verklaringsschema’s en theoretische modellen om de Vlaamse, sociale beweging in te plaatsen, belandde Van Velthoven ook bij heel wat internationale studies die hij voor Vlaanderen ontsloot. De hoogleraar van de Hogeschool Gent is ondertussen met emeritaat. En zoals het hoort, leent zich dat tot een bundeling van zijn belangwekkendste artikels. Onder de titel Waarheen met België. Van taalstrijd tot communautaire conflicten biedt Van Velthoven een selectie van 35 jaar wetenschappelijk onderzoek. Zijn historische boezemvriendin Els Witte, ere-rector van de VUB, schreef een woord vooraf dat een mooi beeld schetst van het belang en de impact van Van Velthoven, van zijn eerste artikel over de onenigheid over de Vlaamse kwestie van de Belgische Werkliedenpartij (BTNG, 1974) tot de Franse en Engelse vertalingen van zijn recente overzichtswerk Strijden om taal (Pelckmans, 2011). (KDr.)
• Dirk Rochtus, Turbulent Turkije. Europese of Aziatische tijger? Pelckmans, 184 blz., €18,50, isbn 978 90 2896 492 1
• Timothy Snyder, Bloedlanden. Europa tussen Hitler en Stalin. Ambo/Anthos, 639 blz., €39,95, isbn 978 90 2632 120 7
• Harry Van Velthoven, Waarheen met België? Van taalstrijd tot communautaire conflicten. Een selectie uit 35 jaar wetenschappelijk onderzoek. ASP, 368 blz., €25,00, 978 90 5487 875 9
oktober 2011
Doorbraak
21
[C OL O FO N]
Louis Vos: de democratische natie versterken
Doorbraak is een uitgave van de Vlaamse Uitgeversgroep (VLUG). Doorbraak is lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers.
[Foto © Rob Stevens]
Karl Drabbe
Louis Vos, u zult hem niet gauw terugvinden als wild om zich heen slaande opiniemaker. Hoewel hij een volledige academische carrière bouwde op de studie van de geschiedenis van de Vlaamse Beweging in het bijzonder en van natievorming en nationalisme in het algemeen, duikt zijn naam weinig op in krantenartikels of vrije tribunes. Toch is Louis Vos (Mol, 1945) geen kamergeleerde die zich liefst in zijn bibliotheek terugtrekt. Sociaal geengageerd was hij altijd al, als medeoprichter van de uit het KVHV voortgesproten Studenten Vakbeweging, een typisch mei ’68-fenomeen, in de jeugdbeweging en nadien als vertegenwoordiger van de assistenten aan de Leuvense universiteit. Deze maand gaat hij met emeritaat als hoogleraar aan de KU Leuven. Zijn interesse in de Vlaamse Beweging kreeg hij deels van zijn leermeester Lode Wils. Die doceerde ‘Instellingen van de Nieuwste Tijd’ en gaf daarin de geschiedenis van de Vlaamse Beweging. Sinds 1980 maakt Vos deel uit van de redactie van het tijdschrift Wetenschappelijke Tijdingen (op het gebied van de Vlaamse beweging).
22
Hij maakte ook deel uit van de redactie van de Nieuwe Encyclopedie van de Vlaamse Beweging. Nationalisme is niet iets dat Vos alleen in Vlaams/Belgische context boeide. Hij doceerde de geschiedenis van Polen – een natie die meer géén staat had dan wel, doorheen de moderne geschiedenis – en geschiedenis van het Europese nationalisme. Niet alleen aan zijn Leuvense alma mater, maar ook in Pennsylvania. Nochtans kwam de studie van nationalisme pas aan bod. Eerst was er een doctoraat – in 1982 uitgegeven in twee kloeke delen door Davidsfonds/Leuven – over de geschiedenis van het Algemeen Katholiek Vlaams Studentenverbond (AKVS). Daar kwamen Vos’ twee grootste interessegebieden en studieobjecten samen: studentenbeweging en Vlaamse Beweging. In 2002 redigeerde hij voor Pelckmans, samen met zijn pupil Bart De Wever, nog een historisch werk over het honderdjarige bestaan van het Katholiek Vlaams Hoogstudentenverbond (KVHV). Binnenkort verschijnt bij Acco naar aanleiding van zijn emeritaat Idealisme en engagement. De roeping van katholieke studerende jeugd in Vlaanderen (1920-1990). Hoewel Vos zich altijd als een objectief wetenschapper opstelde, is Vlaamsgezindheid hem niet vreemd. ‘Wils is bijvoorbeeld een belgicist maar dat ben ik nooit geweest. De voorbije jaren ben ik wel weer wat dichter bij het Vlaams-nationalisme komen te staan, hoewel je voorzichtig met dat begrip moet omspringen. Ik ben Vlaamsgezind omdat ik die geschiedenis
ken en ik een aantal dingen onredelijk vind.’ (Hermes/Historia 2011/4). Is die Vlaamsgezindheid dan geen probleem als wetenschapper, als historicus? Vos: ‘Voor onderzoek heb je altijd een vorm van empathie nodig.’ Natuurlijk was Vos kritisch, wat hem door de Vlaamse Beweging niet altijd in dank werd afgenomen. Hij streefde uiteraard wetenschappelijke correctheid na. En ja, daardoor sneuvelden bepaalde mythen. Als kenner van ‘het’ nationalisme bestrijdt hij – zoals het een historicus betaamt – clichés en misvattingen. Het debat dient zedelijk gevoerd. In een radio-uitzending van Joos stelde hij nog: ‘er bestaat geen democratie zonder nationale identiteit. Ik ken geen andere voorbeelden.’ (Radio 1, 2 september). Vos is overtuigd van de noodzaak aan nationale identiteit als voorwaarde voor een gezond werkende democratie. ‘De vertegenwoordiger van de Vlaamse overheid durft niet erkennen dat de autoriteiten van de Vlaamse Gemeenschap ook een Vlaams nationalisme voorstaan. In de plaats daarvan wordt verwezen naar een regionale identiteit met economische, culturele en politieke componenten. Wat is dat anders dan nationale identiteit? We zouden beter onze energie stoppen in het stimuleren van de democratische pool van dat Vlaamse (staats)nationalisme dan bang te zijn van een woord. Anders laten we toe dat een rechts-radicale oriëntering een monopolie krijgt op de term nationalisme. En dat is onterecht.’ (Doorbraak juni 1999). Net dat heeft zijn oud-student en oud-assistent verwezenlijkt ...
Doorbraak
Passendalestraat 1A, 2600 Berchem
[email protected] www.doorbraak.org T 03 320 06 30 - F 03 366 60 45 ISSN 0012-5474 Jaarabonnement 11 nummers (verschijnt niet in augustus) Abonnement € 25 Internetabonnement € 15 (mits opgave van elektronisch adres) Studentenabonnement € 10 (mits opgave van elektronisch adres) www.doorbraak.org/abonneren
[email protected] IBAN BE 91 736001271976 BIC KREDBEBB Gratis tweewekelijkse e-zine met actualiteit en commentaar www.doorbraak.org/tussendoor Pieter Bauwens Peter De Roover Karl Drabbe, Marc Van de Woestyne Pieter Bauwens, Frans Crols, Bernard Daelemans, Peter De Roover, Karl Drabbe, Jean-Pierre Rondas, Roger Van Houtte, Marc Van de Woestyne Frans Crols Lut Lambert (Foar Dy) Ludo Abicht, Jacques Claes, Dirk Degraaf, Frederik Dekeyser, An De Moor, Vincent De Roeck, Herman Deweerdt, Koenraad Elst, Wouter Laeremans, Theo Lansloot, Bart Maddens, Barry Maertens, Eric Ponette, Dirk Rochtus, Matthias E. Storme, Frank Thevissen, Luc Van Braekel, Katleen Van den Heuvel, Jan Van Doren, Sam Van Rooy, Wart Van Schel, Pieter-Jan Verstraete Erwin Vanmol Wim Van Capellen (Reporters) Doorbraak Pieter Bauwens Maurits De Smetstraat 12 9308 Hofstade
oktober 2011
Indoor Karting Antwerpen Noorderlaan 95a 2030 Antwerpen tel 03 541 43 43 fax 03 541 05 25
[email protected] www.indoorkartingantwerpen.be
Vlaams & Neutraal Ziekenfonds
Verrassend voordelig! Naast de klassieke ziekenfondsvoordelen, zoals o.m. hulp in het buitenland, jeugdvakanties en ziekenvervoer, komen wij ook tussen in de volgende gevallen:
Ongeacht uw leeftijd! Brillen en lenzen tot 80 euro Alle vaccinaties tot 75 euro Lidgeld sport- of fitnessclub tot 30 euro
Specifieke troeven! Geboortevoordelen tot 888 euro, waaronder ook terugbetaling van luiers Orthodontie: terugbetalingen tot 750 euro Lasertherapie van de ogen tot 250 euro Alternatieve geneeskunde tot 175 euro Kampvergoedingen tot 30 euro Voetverzorging tot 25 euro
★ ★ ★ Nieuw ★ ★ ★ Terugbetaling voor tandimplantaten of stifttanden tot 500 euro Ontdek nog meer voordelen in ons ziekenfondspakket: www.vnz.be of vraag vandaag een infopakket of vrijblijvend huisbezoek aan via 0800-179 75 . Veranderen van ziekenfonds is heel eenvoudig. Bel ons gratis nummer of surf naar onze webstek en wij doen graag de rest. Het Vlaams & Neutraal Ziekenfonds heeft kantoren over gans Vlaanderen
www.vnz.be met online kantoor