BeVAM
jaarverslag 2012
inhoud Bericht van de directie
3
Resultaten 2012
5
Verbeteren opleidingsinfrastructuur
5
Verbeteren kenniscirculatie
8
Verhogen kwaliteit instroom
10
Bijlage 1
12
Verantwoording indicatoren geïntegreerd jaardocument Kenniscentra
Bijlage 2
14
over bevam en innovam
Bijlage 3
17
bestuursstructuur
Bijlage 4
19
paritaire commissie
2
Bericht van de directie ‘Presteren onder grote politieke druk’ De ontwikkelingen in de economie en in het onderwijs toonden in 2012 aan hoe dynamisch de omgeving is waarin wij onze wettelijke taken voor het beroepsonderwijs uitvoeren. Wij gingen voortvarend aan de slag met de activiteiten uit het jaarplan 2012. Eind oktober werden we echter geconfronteerd met het nieuwe regeerakkoord, waarin de regering nieuwe bezuinigingen op het budget van de kenniscentra aankondigde. Toch kunnen wij trots zijn op de behaalde resultaten en de waardering van bedrijven en ROC’s voor onze activiteiten in 2012. Door onze kennis van de branche zijn we in staat de dienstverlening te leveren die past bij de wensen en behoefte van onze klanten. Stagnerende economie Begin 2013 meldde het CBS dat Nederland voor de derde keer in vier jaar tijd in een recessie terechtkwam. Dit merken ook de bedrijven in onze branche. Niet alleen daalde de verkoop van nieuwe en gebruikte auto’s in de personenautobranche in 2012, ook de werkplaatsomzet bleef achter ten opzichte van 2011. Dit had tot gevolg dat zeventig procent van alle Nederlandse autodealers in het derde kwartaal van 2012 verlies draaide. Eind september was het rendement van de autodealers gedaald tot 0,31% en de verwachting is dat de cijfers over geheel 2012 0,00% of lager zullen zijn. In 2011 bedroeg dit nog 0,97%. Ook in de bedrijfsauto- en tweewielerbranche daalde de verkoop van trucks, lichte bedrijfswagens, snor- en (brom)fietsen. Dalende behoefte aan personeel De stagnerende economie heeft ook gevolgen voor werknemers in de branche. Uit ons vacatureonderzoek bleek dat het gedwongen vertrek van personeel bij bedrijven in 2012 meer dan verdubbeld was ten opzichte van 2011. Dit kwam vooral doordat er minder werk was in de werkplaats. Toch had meer dan 40% van het aantal merkdealers behoefte aan (nieuwe) werknemers. Zeer waarschijnlijk waren veel kortlopende arbeidscontracten en verplaatsingen van personeel tussen vestigingen hiervan de oorzaak. Daarnaast waren er ook veel werknemers in de branche die vrijwillig vertrokken bij hun werkgever. Op de lange termijn verwachten wij dat de behoefte aan technisch en verkooppersoneel in de mobiliteitsbranche zal dalen. Redenen hiervoor zijn afname van de werkplaatsomzet en rendement en veranderend consumentengedrag.
Zorgen om instroom van leerlingen Doordat bedrijven minder werk hadden, kostte het hen vaker moeite om ook de eigen werknemers aan het werk te houden. Dit zorgde ook voor een daling van het aantal BPV-plaatsen en de instroom van leerlingen in onze branche in 2012. Het aantal leerlingen in een mbo opleiding gericht op de mobiliteitsbranche daalde in schooljaar 2012-2013 met 6% ten opzichte van schooljaar 2011-2012. Het aantal BBL’ers (4 dagen werken, 1 dag naar school) was 11% lager dan in schooljaar 2011-2012. Het aantal BOL’ers (4 dagen naar school, 1 dag werken) groeide met 2%. Deze daling van het aantal leerlingen baart ons zorgen. Een scherpe daling van de instroom betekent straks mogelijk een tekort aan vakmensen. Als de economie aantrekt, zijn op alle niveaus voldoende technici nodig. Investeren in nieuwe BPV-plaatsen in de mobiliteitsbranche is noodzakelijk voor de toekomst. Daarnaast vormt ook de instroom van de juiste leerlingen in de branche een aandachtspunt voor 2013. De instroom vanuit het vmbo motorvoertuigentechniek daalt al een aantal jaar en daarnaast zijn bedrijven minder tevreden over de kwaliteit van de jongeren die met een opleiding motorvoertuigentechniek starten. Onderwijs in beweging In 2012 was er een nieuwe organisatie die de kaders voor onze wettelijke taken bepaalde: Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB). Onder regie van SBB werkten wij voortvarend mee aan de nieuwe opzet van de kwalificatiedossiers voor onze branche. Helaas bleek eind 2012 dat de minister van onderwijs het aantal diploma’s in het mbo belangrijker leek te vinden dan de herkenbaarheid en de uitvoerbaarheid van de diploma-eisen voor het mbo. Hierdoor staat het vakmanschap in onze branche onder druk. Daarnaast levert Innovam de voorzitter van het directeurenoverleg van de 17 Kenniscentra. Dit overleg adviseert het bestuur van SBB. Ook droegen wij bij aan het project Transitie door met de andere kenniscentra de krachten te bundelen en de samenwerking met de Btg MCT uit te breiden. Voorbeelden hiervan zijn de samenwerking tussen de acht technische kenniscentra en de visie op Excellent Automotive onderwijs van de Btg MCT, VOC en Innovam.
3
Nieuwe Regeerakkoord desastreus Op 29 oktober presenteerde de nieuwe regering het regeerakkoord met daarin een desastreuze maatregel voor de kenniscentra (en dus ook BeVAM). Het akkoord bevatte een bezuiniging van € 40 mio in 2015 en € 80 mio vanaf 2016 op het huidige budget voor de kenniscentra (€ 107 mio). De taken van de kenniscentra worden in dit regeerakkoord overgeheveld naar SBB en de ROC’s. Innovam spande zich samen met de andere kenniscentra in om zoveel mogelijk invloed uit te oefenen ten gunste van de kenniscentra. Wij verwachten echter dat de huidige structuur en werkwijze in het mbo zal veranderen. De voorgenomen bezuinigingsmaatregel heeft wellicht ook negatieve effecten op de BBL leerroute. Deze opleidingsweg levert juist de technische vakmensen die de branche nodig heeft. In onze branche volgen namelijk de meeste leerlingen een BBL- opleiding. Op dit moment leren en werken in alle branches bijna 300.000 BBL-studenten 80 procent van hun studietijd in leerbedrijven, waar ze zich met ondersteuning van de kenniscentra in korte tijd ontwikkelen tot waardevolle en productieve medewerkers. Uit onderzoek van de Europese Commissie en de Radboud Universiteit blijkt bovendien dat deze nauwe samenwerking tussen sociale partners en onderwijs een belangrijke succesfactor is voor de lage jeugdwerkloosheid in ons land.
2013: ‘lever wat je klant nodig heeft’ Op dit moment is het nog niet duidelijk hoe de maatregelen in het regeerakkoord zullen uitwerken. Voor 2013 hebben wij een ambitieus jaarplan ontwikkeld dat in lijn is met het strategisch plan BeVAM 2012-2014 ‘Wie de leerling heeft, heeft de toekomst’. Dit plan biedt op dit moment nog voldoende handvatten om in 2013 onze missie “verbinden van beroepsonderwijs en arbeidsmarkt om de mobiliteitsbranche te voorzien van toekomstige vakmensen” waar te maken. De aangekondigde bezuinigingen en de daarmee samenhangende maatregelen vragen echter wel om enige flexibiliteit in de uitvoering van onze activiteiten in 2013. Indien nodig zullen wij deze in de loop van 2013 aanpassen onder het motto ‘lever wat je klant nodig heeft’. Directie Leo Fransen, Herme Bruin 28 maart 2013
Hoogtepunten 2012: Trots Daarnaast hebben we met de BeVAM-activiteiten in 2012 uitstekende resultaten geboekt. Leerbedrijven beoordeelden het erkenningsbezoek met een 8,1, het kwaliteitsbezoek met een 7,7 en de adviseur met een 7,9. Deze cijfers lagen hoger dan in 2010. Ook zijn de ROC’s, BOVAG en de paritaire commissie mobiliteitsbranche tevreden over de onderzoeksgegevens en publicaties die Innovam oplevert. Ronald van der Goes van Volvo Truck Center in Rotterdam, beste leermeester mobiliteitsbranche, is ook genomineerd voor de landelijke titel beste leermeester. Deze landelijke verkiezing vindt op 8 april 2013 plaats bij een bedrijf uit onze branche: BMW dealer Breeman in Rotterdam.
4
Resultaten 2012 ‘Ken je klant’
In 2012 zijn we gaan werken met het strategisch plan BeVAM 2012-2014 ‘Wie de leerling heeft, heeft de toekomst’. Onze activiteiten waren in 2012 verdeeld over de volgende drie speerpunten: 1. Verbeteren opleidingsinfrastructuur 2. Verbeteren kenniscirculatie 3. Verhogen kwaliteit instroom Hieronder staan per speerpunt en per doelstelling de successen en verbeterpunten weergegeven.
1. Verbeteren opleidingsinfrastructuur Onder dit speerpunt voerden wij onze wettelijke activiteiten uit voor de kwalificatiestructuur en de Beroepspraktijkvorming (BPV). Door de diploma-eisen op een goede manier te beschrijven in de kwalificatiedossiers en leerbedrijven te ondersteunen bij het opleiden van leerlingen in hun bedrijf verbeteren wij de opleidingsinfrastructuur in de mobiliteitsbranche.
Diploma-eisen Doel: de inhoud van de kwalificatiedossiers voldoet aan de wensen van SBB, bedrijven en ROC’s. Herziening kwalificatiedossiers: nieuw format kwalificatiedossiers Eind 2011 publiceerde het ministerie van OCW een lijst met 20 criteria waaraan de kwalificatiedossiers moesten voldoen. SBB pakte dit op met een plan om de kwalificatiestructuur te herzien en te vereenvoudigen. Samen met de andere kenniscentra namen wij deel aan werkgroepen bij SBB om input te leveren voor de kaders van de nieuwe kwalificatiestructuur en de nieuwe kwalificatiedossiers. Tijdens het ontwikkelen van de kwalificatiedossiers toetsten wij de voorgestelde opzet van de kwalificatiedossiers in een tweetal sessies bij professionals uit het onderwijs en bedrijfsleven. Pas in juni 2012 ontvingen wij de definitieve opdracht van de Minister van OCW om de kwalificatiedossiers te herzien. De
Minister gaf daarin aan dat ca. 35% van de kwalificatiedossiers volgens het nieuwe format moest worden opgeleverd. Voor twee van de vier ontwikkelde dossiers (voertuigentechniek en gemotoriseerde tweewielers) pasten de wensen van de bedrijven en de ROC’s niet in de formateisen die door SBB waren opgesteld. Deze dossiers worden in 2013 doorontwikkeld. T8: Acht kenniscentra weten meer dan één De acht technische kenniscentra – waar Innovam er één van is – bundelen op verschillende vlakken hun krachten. Ook op het gebied van de kwalificatiedossiers. Sinds oktober 2012 zitten onze ontwikkelaars één dag in de week fysiek bij elkaar om samen te werken aan de kwalificatiedossiers. Het doel is te komen tot een eenduidigere beschrijving van de kwalificatiedossiers en samen te werken aan een eenvoudigere en transparantere kwalificatiestructuur voor de technische branches waarin het technisch vakmanschap goed is geborgd. Paritaire Commissie: tevreden over ondersteuning Innovam De Paritaire Commissie adviseert het BeVAM bestuur over onder andere de kwalificatiedossiers. Vanwege de wijzigingen in de kwalificatiestructuur vergaderde de paritaire commissie mobiliteitsbranche acht keer in plaats van zes, waarvan twee keer gezamenlijk met de paritaire commissie carrosseriebranche. De paritaire commissie mobiliteitsbranche voerde ook een zelfevaluatie uit. Daarbij gaf zij aan tevreden te zijn over de ondersteuning door Innovam. Behoefte aan vergelijking Nederlandse diploma’s stijgt Naast werkzaamheden voor de kwalificatiestructuur doen wij ook de vergelijking van internationale diploma’s op verzoek van SBB. In 2012 ontvingen wij veertien informatieverzoeken voor het vergelijken van oude Nederlandse diploma’s en één verzoek voor het waarderen van een buitenlands diploma. Het aantal aanvragen voor de waardering van buitenlandse diploma’s daalde flink in 2012. De vraag naar het vergelijken van oude Nederlandse diploma’s met de huidige diplomastructuur nam echter toe.
5
Conclusie De nieuwe kwalificatiedossiers sluiten aan bij de wensen van het bedrijfsleven en de ROC’s. Twee van de vier nieuwe kwalificatiedossiers voldeden in 2012 echter nog niet aan de eisen van SBB, deze worden in 2013 doorontwikkeld. Alle overige activiteiten rondom de diploma-eisen sluiten aan bij de wens van onze doelgroepen. Daarom vinden wij dat wij de doelstelling onder dit thema hebben behaald. In 2013 ligt onze focus op het ontwikkelen van kwalificatiedossiers die een goede basis zijn voor het beroepsonderwijs in de mobiliteitsbranche.
BPV plaatsen 1 Doel: Alle erkende leerbedrijven met een leerling zijn getoetst op de verhoogde erkenningscriteria. Aantal leerbedrijven gestabiliseerd Op 1 oktober 2012 waren in de mobiliteitsbranche 10.573 bedrijven erkend als leerbedrijf. Dit waren 27 bedrijven minder dan op 1 oktober 2011. Hiermee is het aantal erkende leerbedrijven gestabiliseerd. Gemiddeld zijn deze leerbedrijven erkend voor vier opleidingen. De leerbedrijven hadden eind 2012 een totale capaciteit van ca. 14.000 BPV plaatsen. In schooljaar 2011-2012 waren er 14.488 leerlingen motorvoertuigentechniek, waarvan 8.756 BLL en 5.732 BOL leerlingen. In de praktijk lopen vaak meerdere BOL leerlingen stage op dezelfde BPV plaats. Hierdoor was het aantal beschikbare BPV plaatsen voldoende voor het aantal leerlingen dat een BPV plaats nodig had. Kwaliteitsbezoeken: behoud van BPV-plaatsen Naast het erkennen van leerbedrijven bezoeken wij ook de leerbedrijven om hen te ondersteunen bij het opleiden van de leerlingen in hun bedrijf. Eind 2011 hadden wij de erkenningscriteria onder de loep genomen en aangepast. In 2012 brachten wij 10.365 bezoeken aan leerbedrijven. Tijdens deze bezoeken onderzochten wij echter niet of deze leerbedrijven nog voldeden aan de verhoogde erkenningscriteria. De reden hiervoor is dat bedrijven in de loop van 2012 veel minder werk voor leerlingen hadden en dat er een tekort aan BPV plaatsen zou ontstaan. De kwaliteitsbezoeken zetten wij vervolgens in om bedrijven te enthousiasmeren om extra leerlingen op te leiden.
Leerbedrijven tevreden over ondersteuning van Innovam Om te achterhalen of wij onze wettelijke taken naar tevredenheid van de leerbedrijven uitvoeren, hielden wij een klanttevredenheidsonderzoek onder leerbedrijven. De leerbedrijven gaven een gemiddelde waardering van 8,1 voor het erkenningsbezoek (2010: 7,5), een 7,7 voor het kwaliteitsbezoek (2010: 7,6) en een 7,9 voor de adviseur. Het grootste deel van de leerbedrijven was ook tevreden over de ondersteuning aan de leermeester. Daarnaast vonden leerbedrijven de leerling en daarmee aanverwante zaken het belangrijkste onderwerp om te bespreken. Het bespreken van praktijkopdrachten en de opleidingsfaciliteiten in het bedrijf waren minder belangrijke onderwerpen voor het leerbedrijf om te bespreken. BPV Actieplan: gezamenlijke aanpak kenniscentra voor BPV Om de rol van de kenniscentra in de BPV zichtbaarder te maken, onderzochten wij samen met de leden van de expertgroep BPV van de kenniscentra, hoe de kenniscentra de activiteiten in de BPV uniformer kunnen uitvoeren. Hiervoor stelden wij gezamenlijk een actieplan BPV opgesteld dat in oktober 2012 door de directeuren van de 17 kenniscentra werd goedgekeurd. In dit plan is een gezamenlijke aanpak afgesproken voor de beschikbaarheid van kwalitatief goede BPV plaatsen, monitoring van de kwaliteit van de leerbedrijven en evaluatie van het BPV-proces. Leermeesterbijeenkomsten in teken van coaching In 2012 organiseerden wij wederom leermeesterbijeenkomsten. De leermeesterbijeenkomsten stonden in het teken van coaching. In een workshop ontwikkeld door het Johan Cruijff Institute lieten leermeesters zich inspireren door de werkwijze van hun collega-coaches uit te topsport. In totaal woonden ca. 1.850 leermeesters de 51 bijeenkomsten bij. 54% van de leermeesters vond dat zij met de informatie uit de bijeenkomst beter hun werk als leermeester kunnen doen.
1 Een BPV plaats is een stageplaats voor een BOL leerling of een leerwerkplek voor een BBL leerling.
6
Verkiezing beste leerbedrijf en leermeester Op 13 november 2012 vond de jaarlijkse verkiezing beste leerbedrijf en beste leermeester plaats. Van Tilburg-Bastianen Groep uit Breda is gekozen tot Beste Leerbedrijf 2012. De titel Beste Leermeester ging naar Ronald van der Goes van Volvo Truck Center in Rotterdam. De winnaars werden bekend gemaakt tijdens een feestelijke middag op 13 november in Nieuwegein. Deze winnaars vertegenwoordigen de mobiliteitsbranche tijdens de landelijke verkiezing voor leerbedrijven en leermeesters in alle sectoren in 2013. Stagebox: voorkomen van uitval Vanuit de stagebox middelen ondersteunden wij leermeesters van leerlingen die extra begeleiding nodig hebben tijdens hun opleiding in het leerbedrijf. In het najaar van 2012 was er een tekort aan BPV plaatsen. Dit leidde tot de keuze om de stagebox activiteiten veel meer in te zetten voor leerlingen die extra begeleiding nodig hebben bij het vinden van een BPV-plaats of ondersteuning nodig hebben bij het kiezen van een opleiding.
Onderzoek leermeesters Om leermeesters beter te kunnen ondersteunen in hun rol als leermeester, lieten wij in 2012 een behoefteonderzoek onder leermeesters uitvoeren. De resultaten waren input voor vernieuwing van producten en diensten. Uit dit onderzoek en ook uit de leermeesterpanels kwam een aantal verbeterpunten in de informatievoorziening aan leermeesters naar voren. Zo hadden leermeesters meer behoefte aan informatie vanuit de school. Daarnaast wensten zij ook meer informatie en ondersteuning bij het motiveren, begeleiden en coachen van leerlingen. De resultaten van dit onderzoek namen wij mee in de verdere dienstverlening aan leermeesters en in het beleid voor 2013. Conclusie Leerbedrijven zijn niet getoetst op de verhoogde erkenningscriteria. Deze doelstelling hebben wij dan ook niet gehaald. Uit het klanttevredenheidsonderzoek blijkt dat leerbedrijven heel tevreden zijn over de activiteiten van Innovam rondom de BPV. Innovam levert de leerbedrijven over het algemeen wat zij nodig hebben om leerlingen te kunnen opleiden. Uit het behoefteonderzoek onder leermeesters en uit het leermeesterpanel kwamen een aantal verbeterpunten naar voren. Om de kwaliteit van de BPV in onze branche te verhogen zal onze focus in 2013 dan ook moeten liggen op het verhogen van de kwaliteit van de BPV in de leerbedrijven.
7
2. Speerpunt Verbeteren kenniscirculatie Onder dit speerpunt voerden wij onze onderzoeksactiviteiten uit en daarnaast activiteiten om onze kennis van de arbeidsmarkt en het beroepsonderwijs uit te dragen. Hiermee leveren wij een bijdrage aan een doelmatig opleidingsaanbod voor de mobiliteitsbranche.
Doelmatig opleiden Doel: arbeidsmarktadviezen geven naar tevredenheid van BOVAG en ROC’s input voor discussies over aantal leerlingen in relatie tot aantal opleidingslocaties.
Stakeholders tevreden over Input discussie doelmatigheid In 2012 brachten wij diverse publicaties uit met onderzoeksresultaten. Deze leverden input voor de discussie over een doelmatig opleidingsaanbod voor onze branche. De doelmatigheidsatlas stond onder andere op de agenda van de Regionale Arbeidsmarkt Commissies (RAC’s). Daarnaast gebruikte BOVAG de leerlingaantallen om met de ROC’s over het aantal opleidingslocaties voor scootertechniek te praten. Uit het klanttevredenheidsonderzoek bleek dat ROC’s en BOVAG heel tevreden zijn over onze input voor de discussie over een doelmatig opleidingsaanbod.
Overzicht met onderzoekspublicaties 2012 Publicatie
Toelichting
Monitor Onderwijs en Arbeidsmarkt mobiliteitsbranche
Een uitgebreid en landelijk beeld van het arbeidsmarkt-, leerbaan- en stage perspectief in de mobiliteitsbranche.
Branche in Cijfers
Cijfers over ontwikkelingen in het onderwijs en de arbeidsmarkt binnen de mobiliteitsbranche in een compact boekje.
Regiocijfers
33 Regiocijfers met de belangrijkste informatie over onderwijsaanbod, arbeidsmarktbehoefte en stage- en arbeidsmarktperspectieven per ROC-regio.
Factsheet Algemeen
In één oogopslag de belangrijkste kengetallen van de mobiliteitsbranche in beeld.
Doelmatigheidsatlas Digitale kaart
Hoe doelmatig zijn de opleidingen van de mobiliteitsbranche op regionaal en nationaal niveau? De atlas geeft met handige kaartjes inzicht in de verdeling van studentenaantallen over alle ROC’s en mbo-opleidingen in de branche. Landkaart met het aantal vacatures, leerwerkplekken BOL en leerlingen van de mobiliteitsbranche voor verschillende regio-indelingen (ROC, UWV, CWI en provincie). Ook bevat de kaart links naar de Regiocijfers.
SBB Barometers
Informatie over arbeidsmarkt- en stage perspectieven per mbo kwalificatie in de mobiliteitsbranche.
Personeelsbehoefte mobiliteitsbranche
Rapportage van het jaarlijks onderzoek naar de personeelsbehoefte van de mobiliteitsbranche. Dit onderzoek geeft inzicht in de vraag naar vak ervaren personeel, BBL’ers en stagiairs (BOL, vmbo en hbo).
Factsheet personeelsbehoefte mobiliteitsbranche
Kort overzicht van de belangrijkste resultaten van het het onderzoek naar de personeelsbehoefte in de mobiliteitsbranche.
8
Regionale spin off In 2012 brachten wij 612 bezoeken aan ROC’s voor overleg en namen wij deel aan diverse regionale netwerken. Dit leidde tot arbeidsmarktadviezen aan gemeenten, UWV’s en sociale werkplaatsen om mensen (o.a. zij-instroom) toe te leiden naar de arbeidsmarkt (bedrijven met vraag naar werknemers voor werk op een bepaald niveau). Op deze manier was er bijvoorbeeld financiering beschikbaar om in Overijssel voor leerlingen zonder BPV-plaats een BPV plaats te vinden. Het kenmerk van deze activiteiten is dat deze sterk regionaal georiënteerd, subbranche gerelateerd en vraag gestuurd zijn. Conclusie Met onze kennis van de arbeidsmarkt en het beroepsonderwijs leveren we input voor de discussie over het aantal leerlingen in relatie tot het aantal opleidingslocaties. Dit gebeurt voornamelijk op landelijk niveau. Daarnaast brengen we deze informatie in de verschillende regionale overleggen in. Hiermee leveren we wat BOVAG en ROC’s nodig hebben. Deze doelstelling hebben we dan ook behaald. Onze verbeterpunt voor 2013 is onze adviesrol aan de ROC’s en het bedrijfsleven over het in stand houden en stoppen van opleidingen op regionaal niveau nog sterker neerzetten.
Kennis arbeidsmarkt en beroepsonderwijs Doel: kennis arbeidsmarkt en beroepsonderwijs is beschikbaar via platforms en netwerken voor bedrijven en opleidingsmanagers ROC’s. Interactieve landkaart met arbeidsmarktcijfers Ook in 2012 voerden wij diverse onderzoeken uit om onze kennis van de arbeidsmarkt en het beroepsonderwijs te actualiseren en uit te breiden. Deze informatie is gepubliceerd in de Monitor Onderwijs en Arbeidsmarkt, de Doelmatigheidsatlas en op onze website www.innovam.nl/onderzoek. Binnen de website hebben we een interactieve landkaart ontwikkeld waarin verschillende cijfers eenvoudig te vinden zijn. Reacties van gebruikers waren zeer positief.
Stakeholders tevreden over arbeidsmarktinformatie In het klanttevredenheidsonderzoek vroegen wij ROC’s, bedrijven, BOVAG en de paritaire commissie naar hun tevredenheid over de arbeidsmarktinformatie. De ondervraagde ROC’s en bedrijven waren tevreden over de onderzoeken en publicaties die Innovam oplevert. Zij hadden daarnaast nog behoefte aan informatie over trends in leerlingaantallen, in-, door- en uitstroomgegevens, redenen van uitval van een leerling en informatie over toekomstige leerlingaantallen. Door het late moment van verschijnen vonden de ondervraagde ROC’s en bedrijven de vacaturecijfers niet actueel genoeg. De resultaten van het vacatureonderzoek in het najaar 2012 publiceerden wij daarom direct na het afronden van dit onderzoek begin 2013 in een aparte publicatie. Kennis delen via leermeesterforum en relatieevenement Gas Geven Met het magazine DePraktijkCentraal en nieuwsbrieven communiceerden wij aan bedrijven en scholen over de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt en in het beroepsonderwijs. Voor leermeesters ontwikkelden wij een digitaal platform waarop zij hun kennis kunnen delen. Tijdens het evenement ‘Gas geven’ voor docenten gaven wij verschillende workshops over o.a. leermiddelen, onderzoek en de kwalificatiedossiers. Daarnaast startten wij in 2012 de voorbereidingen voor het study event “Mobiliteit in Beweging”. Conclusie Wij leveren veel arbeidsinformatie en dat doen we volgens onze doelgroepen goed. De informatie is via www.innovam.nl/ onderzoek beschikbaar. Daarmee is onze doelstelling behaald. We kunnen ons nog verbeteren door ons in 2013 nog meer richten op wat onze doelgroepen nodig hebben.
9
3. Verhogen kwaliteit instroom Onder dit speerpunt voerden wij activiteiten uit voor het matchen van leerlingen met een leerbedrijf en onze activiteiten om de kwaliteit van de instroom te bevorderen. Wij leveren hierdoor een bijdrage aan het verhogen van de kwaliteit van de leerlingen die beginnen met een opleiding motorvoertuigentechniek in het mbo.
Conclusie De website www.stagemarkt.nl levert veel informatie over de leerbedrijven die door Innovam zijn erkend als leerbedrijf. 75% van de ondervraagde BPV-coördinatoren gebruikte in december 2012 stagemarkt.nl om een BPV-plaats te vinden. Hiermee is deze doelstelling voor 85% behaald. De juistheid en de actualiteit van de BPV-plaatsen op www.stagemarkt.nl is het verbeterpunt voor 2013.
Match leerling leerbedrijf
Kwaliteit instroom
Doel: 90% van de BPV afdelingen van de ROC’s gebruikt ons leerbedrijvenbestand voor het vinden van een BPV plaats.
Doel: ROC’s, OOMT en Innovam hebben beter zicht op de competenties van leerlingen die instromen in een mbo opleiding. De diploma-eisen van het vmbo zijn beïnvloed.
Gebruik Stagemarkt.nl fors toegenomen Het leerbedrijvenbestand van Innovam is toegankelijk via de website www.stagemarkt.nl. Deze site is een initiatief van de 17 kenniscentra voor beroepsonderwijs en bedrijfsleven. Iedereen die betrokken is bij het zoeken en vinden van een BPV-plaats kan terecht op www.stagemarkt.nl. In juni en in december 2012 vroegen wij de BPV coördinatoren naar hun ervaringen met deze website. Daaruit bleek dat de acties die we inzetten om de website te promoten succes hadden. De bekendheid van www.stagemarkt.nl onder de BPV-coördinatoren steeg van 75% naar 92%. Het gebruik nam toe van 43% naar 75%. Ook gebruikten zij stagemarkt.nl vaker en adviseerden zij leerlingen vaker om op de website te kijken. De juistheid en de actualiteit van de BPV-plaatsen op de website vonden de ondervraagde BPV-coördinatoren een verbeterpunt. Daarnaast bleek dat leerlingen in onze branche vaker op een andere manier een BPV-plaats vinden, namelijk zelf, via bemiddeling van het ROC of doordat het bedrijf BPV-plekken meldde aan het ROC Instrument om match tussen leerling en leerbedrijf te vereenvoudigen Onze adviseurs ontvangen regelmatig vragen van bedrijven en ROC’s om te helpen bij het bemiddelen van leerlingen. Op deze manier helpen wij gemiddeld 200 leerlingen per jaar aan een BPV plaats. Om het maken van een match tussen leerling en leerbedrijf te vereenvoudigen, ontwikkelden wij in 2012 een standaard werkwijze. Deze werkwijze bleek ook geschikt voor leerlingen die extra begeleiding nodig hebben bij het vinden van BPV-plaats.
Basiskennis en werkhouding belangrijk bij leerlingen In samenwerking met OOMT voerde Innovam een onderzoek uit naar de kwaliteit van de leerlingen die instromen in de mobiliteitsbranche. Door de late oplevering van het onderzoek waren de resultaten niet gecommuniceerd in 2012. Belangrijke conclusie uit het onderzoek is dat leermeesters een goede basiskennis van (auto)techniek en een goede werkhouding bij leerlingen erg belangrijk vinden. Om deze leerlingen een goede start te geven in hun BPV periode, ontwikkelden wij een basiscursus RPT autotechniek voor beginnende leerlingen. In augustus 2012 vond er een pilot van deze training plaats. Oproep tot herkenbaar onderwijs mobiliteit op vmbo Veel organisaties uit onderwijs en bedrijfsleven maakten zich zorgen over de ontwikkelingen in het vmbo-onderwijs. Daarom boden zij het ministerie van OCW een manifest aan met een oproep voor een herkenbaar onderwijsaanbod in mobiliteit en transport en logistiek op het vmbo. Innovam leverde een bijdrage aan dit manifest. Daarnaast leverden wij onze stakeholders in het vmbo informatie, waarmee zij het voorstel voor het onderdeel mobiliteit binnen het nieuwe kern keuze programma vmbo techniek verder konden uitwerken. Conclusie De resultaten van het onderzoek kwaliteit instroom gaven veel inzicht in de competenties van leerlingen die instromen in een mbo opleiding. De resultaten zijn echter alleen bekend bij OOMT en Innovam en nog niet bij de ROC’s. Daarnaast zijn de einddoelen van het vmbo zijn beïnvloed. De doelstellingen onder dit thema hebben wij dan ook voor 95% behaald. In 2013 gaan wij onze onderzoeksprocessen verbeteren en kunnen wij de activiteiten onder dit thema meer te richten op het laten instromen van de juiste leerling in de branche. Daar heeft de branche behoefte aan.
10
Programmamanagement BeVAM
Naast de activiteiten die vallen onder de drie speerpunten voerden we ook een aantal werkzaamheden uit voor het monitoren en ontwikkelen van de BeVAM activiteiten. Zoals kwaliteitszorg, ontwikkelen van beleid en de coördinatie van de wettelijke taken. Hierdoor werden alle projecten en activiteiten werden in 2012 volgens de plan-do-check-act cyclus (plannen-uitvoeren-evalueren-bijstellen) uitgevoerd en gemonitord. Daarnaast deelden wij onze kennis met onze collega’s van de andere kenniscentra binnen de expertgroepen die het directeurenoverleg van de kenniscentra adviseren. Ook voerden wij de nodige werkzaamheden uit voor de invoering van de Wet op Toezicht kenniscentra Samenwerking Btg MCT en kenniscentra In 2012 voerden de Btg MCT, VOC en Innovam gesprekken over het afstemmen van de activiteiten van de Btg MCT en van de kenniscentra. Dit leidde tot een gemeenschappelijke visie op wat wij in 2015 gezamenlijk willen bereiken: ROC’s, georganiseerd bedrijfsleven en kenniscentra, voeren samen excellent automotive onderwijs uit. Thema’s waarop wij in 2013 al meer gaan samenwerken zijn de kwalificatiestructuur, professionalisering van docenten op vakdeskundigheid en de kwaliteit van leerbedrijven en de leermeesters. Visie op beroepsonderwijs OOMT, BOVAG, FNV Bondgenoten en Innovam Parallel aan de gesprekken over de samenwerking tussen de Btg en de kenniscentra, formuleerden OOMT, BOVAG, FNV Bondgenoten en Innovam een visie op het beroepsonderwijs. Aanleiding zijn de technologische ontwikkelingen die het vak van de technici in de mobiliteitsbranche steeds ingewikkelder maken. Het is de vraag of we van een docent mogen verwachten dat hij dat allemaal beheerst. In de gezamenlijke visie gaven wij een beeld hoe de rolverdeling in het beroepsonderwijs er uit zou kunnen zien en hoe theorie en praktijk in het beroepsonderwijs dichter bij elkaar gebracht kunnen worden. Conclusie Het jaarplan van 2012 had als titel ‘Ken je klant’. De politieke ontwikkelingen in 2012 bewezen ons hoe belangrijk het was om goed onze omgeving te kennen en de dienstverlening te leveren die past bij de wensen en behoefte van onze klanten. Positief zijn de beoordelingen van de leerbedrijven over de erkenningsbezoeken, de kwaliteitsbezoeken en de adviseur. Ook de geleverde onderzoeken worden goed beoordeeld en leveren wij daadwerkelijk toegevoegde waarde bij het tot stand komen van projecten gericht op het aan de slag krijgen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Uiteindelijk behaalden we drie van de zes beleidsdoelstellingen in 2012. Een doelstelling behaalden we niet. De overige twee doelstellingen behaalden we grotendeels.
Concluderend nemen wij de volgende verbeterpunten mee naar 2013: • Uitvoering van de BPV activiteiten richten op het verhogen van de kwaliteit van de BPV in de leerbedrijven, met als doel dat leermeesters meer tijd krijgen om leerlingen te begeleiden en te werken aan hun eigen deskundigheid. • Onze kennis van de arbeidsmarkt en het beroepsonderwijs uitbreiden met informatie over trends in leerlingaantallen, in-, door- en uitstroomgegevens, redenen van uitval van een leerling en informatie over toekomstige leerlingaantallen; • Onze adviesrol aan de ROC’s en het bedrijfsleven over het in stand houden en stoppen van opleidingen sterker neerzetten. • De juistheid, actualiteit en het aanbod van BPV-plekken op www.stagemarkt.nl verbeteren. • Onze onderzoeksprocessen verbeteren. Kengetallen 2012 Erkende leerbedrijven op 1 oktober 2011:
10.573
Bezoeken aan bedrijven:
10.365 612
Bezoeken aan ROC’s: Geactualiseerde bedrijfsprofielen:
7.793
Geregistreerde BPVO’s:
3.729
Opgestelde opleidingsplannen:
3.243 13.960
Abonnementen leermeesternieuwsbrief:
160
Voorlichtingsbijeenkomsten op ROC’s:
17
Kwalificatiedossiers:
(dossiers met 27 kwalificaties) 33
Beroepscompetentieprofielen: Aantal leerbedrijven 2009
9.674
2010
10.288
2011
10.660
2012
10.573
Aantal leerlingen BOL + BBL + totaal; 3 schooljaren ‘09-‘10
‘10-‘11
‘11-‘12
‘12-‘13
BBL
8.628
8.508
8.756
7.450
BOL
6.803
5.916
5.732
6.144
Totaal
14.431
14.424
14.488
13.594
11
Bijlage 1
Verantwoording indicatoren geïntegreerd jaardocument Kenniscentra Nummer Naam Indicator 1
2
3 4 5 6 7 8
8B
9 10 11 12
13
14 15 16
Kwaliteitsmanagementsysteem voor ontwikkeling en onderhoud Is aanwezig. De processen zijn in 2011 geactualiseerd van kwalificatiedossiers Tevredenheid paritaire commissie over de aangeleverde input en Op 30 november 2012 heeft de paritaire commissie mobiliteitsbruikbaarheid van de kwalificaties branche een positief advies gegeven aan het BeVAM bestuur om de kwalificatiedossiers goed te keuren. Hiermee geeft de paritaire commissie mobiliteitsbranche aan tevreden te zijn over de aangeleverde input en bruikbaarheid van de kwalificaties. Zie bijlage 4. Verantwoording van het beleid t.a.v. de ontwikkeling en Zie pagina 5 en 6 jaarverslag. onderhoud van kwalificatiedossiers. Tevredenheid onderwijsinstellingen over bruikbaarheid Onderwijs instellingen beoordeelden de kwalificatiedossiers met kwalificatiedossiers. een 7,0 (Klanttevredenheidsonderzoek 2011). Signalen van bedrijven en onderwijsinstellingen worden toe In 2012 is op verzoek van het ministerie van OCW en SBB gestart met geleid naar de paritaire commissies voor eventuele aanpassing het herzien van de kwalificatiedossiers. Signalen van bedrijven en van kwalificatiedossiers. ROC’s zijn geïnventariseerd in de valideringsbijeenkomsten voor de nieuwe kwalificatiedossiers en verwerkt in de uiteindelijke dossiers. Aantal erkende leerbedrijven Per 1 oktober 2012 waren er 10.573 leerbedrijven erkend als leerbedrijf Aantal beschikbare praktijkleerplaatsen t.o.v. het aantal voor de branches en de arbeidsmarkt benodigde praktijkleerplaatsen uitgesplitst naar kwalificatie, niveau en leerweg. Kenniscentra verantwoorden het beleid voor de verhouding tussen het aantal praktijkleerplaatsen, de wens van de arbeidsmarkt en het aanbod van leerlingen. Tevredenheid deelnemers over beschikbaarheid praktijkleerplaats (Job-Odin)
Tijdige (her) accreditatie van bedrijven Mutatiegraad nieuwe en verwijderde leerbedrijven (met reden) Gepubliceerde erkenningsregeling Tevredenheid leerbedrijven over de accreditatie en beoordeling door de kenniscentra van deze leerbedrijven. Tevredenheid deelnemer over de kwaliteit van de praktijkleerplaats (Job-Odin)
Tevredenheid onderwijsinstellingen over de kwaliteit van de praktijkleerplaatsen. Aantal contacten met leerbedrijf (w.o. bezoek, e-mail, schriftelijk, telefonisch) Tevredenheid van het leerbedrijf over ondersteuning kenniscentrum. Aanpassingen na suggesties over verbeteringen (leerbedrijven)
17 18
Resultaat
Frequentie waarmee arbeidsmarktinformatie wordt geactualiseerd en ter beschikking wordt gesteld.
Het aantal beschikbare BPV plaatsen was ca. 14.000 op 1 oktober 2012. De vraag naar het aantal benodigde praktijkleerplaatsen is helaas niet inzichtelijk. Zie pagina 6 jaarverslag onder BPV plaatsen. De rapportages van Job-Odin (2012) geven geen informatie over de tevredenheid van deelnemers over de beschikbaarheid van BPV –plaatsen. 72,9% van de BOL en 78,7% van de BBL leerlingen had moeite met het vinden van een BPV-plaats in de techniek (Job-Odin 2012). Geen informatie over de mobiliteitsbranche. 91 bedrijven hadden per 1 oktober een verlopen erkenning (30-09-2012). Hierop is actie ondernomen. Aantal nieuwe erkenningen 892; aantal ingetrokken erkenningen 958. De delta is daarbij -66 leerbedrijven. Meest genoemde reden was geen plek meer voor een leerling. Erkenningsregeling is gepubliceerd op de website www.innovam.nl en in de Staatscourant. Leerbedrijven beoordeelden het erkenningbezoek door de Innovam adviseur met een 8,1 (Klanttevredenheidsonderzoek 2012) 64,6% van de BBL en 63,2% van de BOL leerlingen is tevreden over de werkplek (Job-Odin 2012). 71% van de BBL en 81,6% van de BOL leerlingen is tevreden over de begeleiding door het leerbedrijf. In het klanttevredenheidsonderzoek 2011 beoordeelden leerlingen in de mobiliteitsbranche de kwaliteit van de BPV plaats met een 7,9. 75% van de ROC’s was (zeer) tevreden over de kwaliteit van de BPV plaats. (Klanttevredenheidsonderzoek 2011). Dit is zichtbaar in het CRM systeem. Leerbedrijven beoordeelden het kwaliteitsbezoek door de Innovam adviseur met een 7,7 (Klanttevredenheidsonderzoek 2012). Zie pagina 6 jaarverslag onder BPV-plaatsen. Het beleid in 2012 was gericht op verhogen kwaliteit leerbedrijven door strengere handhaving erkenningscriteria. Door o.a. het tekort aan BPV plaatsen is dit niet gerealiseerd. Zie pagina 7 jaarverslag onder BPV-plaatsen. Jaarlijks. De arbeidsmarktinformatie is in 2012 geactualiseerd. Alle arbeidsmarktinformatie staat op www.innovam.nl/onderzoek.
12
Nummer 19
20 21 C D E 22 23 F G H I J K L
Naam Indicator
Resultaat
Arbeidsmarktinformatie: informatie is zowel landelijk als regionaal (voorlopig per CWI district) beschikbaar
Arbeidsmarktinformatie is beschikbaar op landelijk niveau en op ROC regio niveau. Informatie is te vinden op www.innovam.nl/ onderzoek Zie bijlage 4.
Arbeidsmarktinformatie: Paritaire Commissie is tevreden over actualiteit, bruikbaarheid en betrouwbaarheid van de informatie (zowel kwalificatiedossiers en onderhoud als regionale en landelijke arbeidsmarktinformatie) Suggesties ter verbetering worden aantoonbaar meegenomen. Solvabiliteit
Deze zijn ingebed in de PDCA-systematiek die wij hanteren in de activiteiten. Zie ook pagina 12 jaarverslag 0,69
Liquiditeit
5,02
Rentabiliteit (Resultaat voor belasting/totale baten) Financieel: Besteding van de publieke middelen aan publieke taken De accountantscontrole doet uitspraak over de duidelijkheid in scheiding van publieke en private middelen. Op basis van het jaarverslag wordt informatie aangeleverd over het aantal Fte met betrekking tot het aantal opleidingsadviseurs ten behoeve van publieke taken. Op basis van het jaarverslag wordt informatie geleverd over het aantal Fte voor het aantal ontwikkelaars van de kwalificatiedossiers. Op basis van het jaarverslag wordt informatie aangeleverd over het aantal Fte voor het aantal arbeidsmarktonderzoekers. Op basis van het jaarverslag wordt informatie aangeleverd over het aantal Fte voor het aantal overig personeel (ondersteunend en indirect) Het jaarverslag levert informatie over Ziekteverzuim
11%
Het jaarverslag levert informatie over Medewerkerstevredenheid
Gemiddelde Innovam Groep totaal: 7,5 (medewerkertevredenheidsonderzoek 2011) Het scholingsbudget voor de Innovam Groep bedraagt 2% van de bruto loonsom
Het jaarverslag levert informatie over Scholing
Geheel Ja. 21,3 Fte 5 Fte 4 Fte 9,6 Fte Totaal Innovam Groep: 3,69%
13
Bijlage 2
Over BeVAM en Innovam Innovam is het kennis- en opleidingscentrum van en voor de mobiliteitsbranche. Met haar jarenlange ervaring is Innovam een gewaardeerde gesprekspartner voor het Ministerie van OCW, diverse andere overheidsinstellingen en stichting OOMT. Daarnaast verzorgt zij jaarlijks voor 100.000 deelnemers opleidingen en examens. Dit is een flinke bijdrage aan professionalisering van de branche.
De branche De mobiliteitsbranche omvat alle bedrijven die actief zijn met verkoop, verhuur, onderhoud en reparatie van: • personen- en bedrijfsauto’s; • caravans, vouwwagens en kampeerauto’s; • tweewielers, (fietsen, scooters, motor- en bromfietsen). • aanhangwagens.
Ontstaan Innovam komt voort uit Stichting VAM die in 1948 op initiatief van BOVAG werd opgericht. De VAM (Vakopleiding Automobiel- en Motorrijwielbedrijf) ontwikkelde technische avondopleidingen, ondernemerscursussen en hogere managementopleidingen voor branchemedewerkers. In 1971 werd –door wetgeving– Stichting BeVAM in het leven geroepen, het landelijk onderwijsorgaan beroepsonderwijs voor de mobiliteitsbranche. In 1990 kwam het tot een samenwerkingsverband binnen één organisatie: de Innovam Groep. Stichting BeVAM voert voor de mobiliteitsbranche de taken uit in het kader van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB, 1995). Daaronder vallen het opstellen van kwalificatiedossiers, het zorgen voor voldoende leerbedrijven en het bevorderen van de kwaliteit van de leerbedrijven.
Met 13.700 bedrijven en bijna 96.270 medewerkers is de mobiliteitsbranche één van de grootste werkgevers van Nederland én een belangrijke pijler van onze economie. Het grootste deel van de werknemers, ruim 58.500 (circa 60%) is werkzaam in de personenautobranche.
De uitvoering van taken en activiteiten van de stichtingen VAM en BeVAM is binnen Innovam volledig geïntegreerd. BeVAM draagt de formele verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en effectiviteit van de door het Ministerie van OCW opgedragen wettelijke taken. BeVAM heeft een eigen, onafhankelijk bestuur, dat toeziet op het beleid en de realisatie van de afgesproken doelstellingen. Voor de uitvoering van haar taken ontvangt BeVAM jaarlijks een lump sum vergoeding van het Ministerie van OCW. De hoogte daarvan wordt bepaald door het aantal leerlingen dat een opleiding volgt voor onder andere motorvoertuigen- en tweewielertechniek, het aantal leerbedrijven en door het aantal kwalificaties. Ten behoeve van het bestuur en de externe verantwoording wordt voor BeVAM een eigen jaarrekening en jaarverslag opgemaakt.
Ook takel- en bergingsbedrijven, tankstations en autowasbedrijven behoren tot de branche.
Bedrijven in de mobiliteitsbranche hebben jaarlijks gezamenlijk een omzet van 79,5 miljard euro. Ruim 63% hiervan wordt omgezet door autobedrijven, terwijl tankstations en wasbedrijven ruim 25% van de omzet voor hun rekening nemen. Het merendeel van de bedrijven in de mobiliteitsbranche is aangesloten bij branchevereniging BOVAG en/of bij stichting OOMT, het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds van de branche. Stichting OOMT heeft 10.360 (peildatum 31 december 2011) aangesloten bedrijven. BOVAG telt 10.343 leden verdeeld over de verschillende deelbranches (bron: BOVAG ledenadministratie 2013). Bij BOVAG wordt een onderverdeling gemaakt in universele autobedrijven en merkdealers. Missie en taken Innovam De missie van kennis- en opleidingscentrum Innovam is:
Zorgen voor voldoende goed gekwalificeerde medewerkers in de branche. Innovam, moves you forward. “Innovam is de full service kennis- en opleidingspartner, die (toekomstig) werknemers en organisaties in de mobiliteitsbranche helpt zich verder inhoudelijk te ontwikkelen tot elk gewenst of branche erkend professioneel niveau”.
14
De producten en diensten van Innovam richten zich op de loopbaanontwikkeling van leerlingen en werknemers in de hele mobiliteitsbranche (personenauto, truck, tweewieler, motorenrevisie, tankstation, autoverhuur, wasstraat, aanhangwagen en mobiele recreatie). Daarin staat de ontwikkeling van zowel technische als commerciële competenties centraal. De totale omzet in 2012 bedroeg 39,4 miljoen Euro. De omzetverdeling is als volgt: • Commerciële diensten (trainingen, examens, leermiddelen)
27,9 miljoen
• Projecten voor stichting OOMT
5,3 miljoen
• Overheidstaken voor Ministerie van OCW
5,0 miljoen
• Instituut voor Duurzame Mobiliteit (o.a. voor Ministerie van I&M)
1,2 miljoen
Stichting BeVAM voert de overheidstaken voor het Ministerie van OCW uit. Dit jaarverslag beschrijft de uitvoering van deze taken: 1. Ontwikkelen kwalificatiestructuur op basis van de behoeften van de arbeidsmarkt 2. Zorgen voor voldoende leerbedrijven 3. Bevorderen van de kwaliteit van de leerbedrijven De andere activiteiten worden uitgevoerd door stichting VAM. De commerciële dienstverlening betreft trainingen en examens voor importeurs en individuele werknemers in de branche. De werkzaamheden voor stichting OOMT hebben betrekking op het ontwikkelen en uitvoeren van producten en diensten zoals leermeesterondersteuning, regionale praktijktrainingen voor leerlingen en op projecten in het kader van de invoering van competentiegericht onderwijs. Deze projecten dragen daarmee tevens bij aan het realiseren van de doelstellingen voor het beroepsonderwijs. Het IBKI (Innovam Branche Kwalificatie Instituut) voert APK- en WRM-examens uit in opdracht van het Ministerie van Verkeer & Waterstaat, voert praktijkexamens uit voor ROC’s en neemt tevens toetsen af voor de Branche-KwalificatieStructuur (BKS).
15
Het speelveld BeVAM vormt de spil van een groot netwerk aan partijen in onderwijsveld, bedrijfsleven en overheidsinstellingen. Onderstaand overzicht geeft hiervan een impressie.
FNV jong MBO diensten
HBO
FNV MBO Raad directie bestuur
BTG-mct - ALV - Kerngroep DB • Onderstructuur _ - Motorvoertuigen _ - Tweewielers _ - Carrosserie/ _ - schade herstel
VNO | NCW MKB Nederland
VMBO CNV
Techniek Talent
UNIE
Vmboplatform
CBON
JOB
MBO 2015
ROC’s (mbo)
Ministerie van OCW
Inspectie van het Onderwijs
DUO
Tweede Kamer
Ministerie SZW
Eerste Kamer
Netwerk Secr PC
K&E
BPV
SBB DB Bestuur
Directeuren overleg Kenniscentra
Expertgroepen
AOD
Andere Kenniscentra
TAC BPV
TAC K&E
NRTO
TAC Doelmatigheid
Werkzaamheden in opdracht van OOMT Commerciële dienstverlening
Publieke/overheidstaken voor OCW (BeVAM) (overheidstaken ocw) Publieke taken voor V&W
16
Bijlage 3
Bestuursstructuur Innovam omvat zowel de activiteiten van Stichting VAM als Stichting BeVAM en wordt als één geïntegreerde onderneming bestuurd en naar buiten gepresenteerd. Beide stichtingen hebben een eigen bestuur. De Stichting BeVAM heeft niet te maken met verbonden partijen. Dit wil zeggen dat er geen andere partij zeggenschap heeft over de Stichting BeVAM en de Stichting BeVAM geen zeggenschap heeft over andere partijen. Het BeVAM-bestuur is sinds 2006 tripartiet. Naast de bedrijven (werkgevers) en de vakbonden (werknemers) zijn de ROC’s vertegenwoordigd in het BeVAM-bestuur. De verhouding is 3:3:3.
BOVA G
RA I
Bonden
G
I
n
= aandeelhoudersrol aandeelhoudersrol = (gedelegeerde) bevoegdheid = gedelegeerde bevoegdheid toezichthouden
College VA M VA M
= toezichthoudende rol = statutair directeur rol directeur
R a a d v a n C o m m is s a r is s e n C o m m is s a r is s e n In n o v a m S t ic h t in g V A M Bestuur (= directie)
(fiscale eenheid)
S t ic h t in g B e V A M Bestuur
In n o v a m V a s t g o e d V as t go e d
De bestuursstructuur van Innovam ziet er als volgt uit: Het bestuur van de Stichting BeVAM bestond per 31 december 2012 uit onderstaande leden: Bestuurslid
Functie in bestuur Namens
Hoofdfunctie
De heer J.G.A. Derijck
Bestuurslid
FNV Bondgenoten
De heer R.C.A. Wilcke
Bestuurslid
scholenveld
De heer M.H. Hietkamp
Bestuurslid
CNV Vakmensen
Beleidsadviseur
De heer drs. O.B. van Nugteren Bestuurslid
scholenveld
Lid CvB ROC Eindhoven
De heer drs. H.C.A. ter Stege
Bestuurslid
scholenveld
Directeur unit techniek Arcus College
De heer W.J.M. van de Ven
Bestuurslid
BOVAG
Eigenaar autobedrijf
Mevrouw A.M. Zwezerijnen
Bestuurslid
FNV Bondgenoten Bestuurder Metaal Arbeidsmarkt & Opleiding
Mevrouw H. van der Zweerde
Voorzitter
BOVAG
Eigenaar autobedrijf
De heer H. Warners
Toehoorder
BOVAG
Beleidsmedewerker onderwijs
Coördinator arbeidsmarkt en opleidingen in de metaalsectoren Voorzitter CvB ROC Flevoland en vice-voorzitter RvB Koepelstichting ROC van Amsterdam/ROC-Flevoland.
17
Voor de bestuursleden gelden de onderstaande data en termijnen voor benoeming, aftreden en eventuele herbenoeming. De zittingstermijn is vier jaar. Datum
Aftredend in
Bestuurslid
Benoeming
2013
Derijck, J.G.A.
28-09-2005
Hietkamp, M.H.
29-11-2006
A/H
Nugteren, drs. O.B. van
31-01-2007
A/H
Stege, drs. H.C.A. ter
30-11-2005
Ven, W.J.M. van de
05-12-2007
A/H
Wilcke, R.C.A.
01-06-2011
A/H
Zweerde, H. van der
05-12-2007
A/H
Zwezerijnen, A.M.
02-03-2011
A/H
Warners, H. (toehoorder)
nvt
2014
2015
2016 A/H
A
A = aftredend H = herbenoembaar
Per 01-05-2012 is de heer Kleiboer afgetreden. De heer Warners was na die datum als toehoorder namens BOVAG bij de bestuursvergaderingen aanwezig.
De bestuursleden ontvangen een vacatievergoeding van € 250,- per vergadering, exclusief kilometervergoeding. Het bestuur is in 2012 zes keer bijeen geweest. De belangrijkste zaken die dit jaar aan bod zijn gekomen: • Kwalificatiestructuur (herziening kwalificatiestructuur en vaststellen kwalificatiedossiers). • Beroepspraktijkvorming (segmentatie leerbedrijven, erkenningscriteria leerbedrijven) • Ontwikkelingen rondom regeerakkoord • Ontwikkelingen SBB • Stage- en arbeidsmarktinformatie • Jaarplan en begroting 2013 Daarnaast heeft op 27 juni 2012 de jaarlijkse beleidsconferentie plaatsgevonden. Het thema van deze conferentie was: ‘Kenniscentrum nieuwe stijl’. Directie De directie van BeVAM wordt gevormd door Stichting VAM. De heer H. Bruin, directeur Innovam is namens Stichting VAM bij alle bestuursvergaderingen aanwezig, evenals mevrouw M. Broere, directeur onderwijs. In de vergadering van 28 maart 2012 heeft de jaarlijkse evaluatie van de directie plaatsgevonden.
18
Bijlage 4
Paritaire Commissie Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche De Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche adviseert het bestuur van de Stichting BeVAM zowel gevraagd als ongevraagd over het ontwikkelen en actualiseren van de kwalificatiestructuur voor het MBO in de mobiliteitsbranche op basis van gesignaleerde behoeftes. De Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche vergaderde in 2012 acht keer, waarvan twee keer gezamenlijk met de Paritaire Commissie Carrosseriebranche. Tijdens deze vergaderingen stonden onder andere de herziening van de kwalificatiestructuur, de kwalificatiedossiers voertuigentechniek, fietstechniek, gemotoriseerde tweewielers, after sales mobiliteitsbranche, ontwikkelingen op de arbeidsmarkt, doelmatigheid en de ontwikkelingen rondom het regeerakkoord. De Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche gaf een positief advies aan het bestuur van de Stichting BeVAM om de kwalificatiedossiers Fietstechniek en Aftersales mobiliteitsbranche (serviceadviseur) vrij te geven voor de praktijktest. Met dit advies gaf de Paritaire Commissie aan tevreden te zijn over de aangeleverde input, actualiteit en bruikbaarheid van deze kwalificatiedossiers. Het bestuur van de Stichting BeVAM stelde vervolgens deze kwalificatiedossiers vast.2
Leden van de Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche: Namens het bedrijfsleven: De heer H. Warners (BOVAG) De heer H. Verhagen (Werkgever) De heer A. Wisman (Werknemer) Namens het onderwijs: De heer T. Bunthof (Koning Willem I College) De heer T. Gerritsen (ROC Aventus) De heer A.H. de Jong (Friesland College) Begeleiding: Mevrouw M. Broere, voorzitter (Innovam) Mevrouw N. Oostenbrink, ambtelijk secretaris (Innovam) De heer F. Duinkerken, notulist (Innovam)
Rooster van Aftreden Paritaire Commissie Mobiliteitsbranche Organisatie
Naam
Aantreden Jaar van Aftreden, mogelijkheid herbenoeming
Functie
ROC Aventus
T. Gerritsen
2010
2014, ja
Lid
Koning Willem I College
T. Bunthof
2012
2016, ja
Lid
Friesland College
A.H. de Jong
2004
2012, nee
Lid
FNV, namens werknemers (sociale partners)
A. Wisman
2004
2016, ja
Lid
Bovag, namens werkgevers (sociale partners)
H. Warners
2011
2015, ja
Lid
2016, ja
Lid
Citroën dealer, namens werkgevers (sociale partners) H.A.M. Verhagen 2004
De jaarlijkse zitting is van 1 augustus tot 31 juli (valt samen met cursusjaren). De zittingstermijn is volgens het reglement vier jaar. De heer T. Bunthof van Koning Willem I College trad aan per 1 januari 2012. De zittingstermijn van de heren Verhagen en Wisman werd verlengd tot en met 2016.
2
De heer A. H. De Jong bleef aan tot begin 2013, omdat er nog geen opvolger was namens het onderwijs.
1 Indicator 2 en 3 van het Geïntegreerd Jaardocument van de Kenniscentra, zie bijlage 1
19
Financiële positie en resultaat 2012 De stichtingen VAM en BeVAM voeren een gezamenlijke bedrijfshuishouding onder de naam Innovam. Medewerkers in dienst van BeVAM worden ingezet voor zowel BeVAM- als voor VAM taken. Hetzelfde geldt voor VAM-medewerkers die onafhankelijk van wie hun formele werkgever is, functies vervullen voor zowel VAM als BeVAM. Er wordt één gemeenschappelijke administratie gevoerd. De jaarrekening BeVAM komt tot stand door allocatie van kosten en opbrengsten vanuit de gemeenschappelijke Innovam-administratie naar BeVAM. Voor wat betreft de inkomsten geldt dat alle van OCW ontvangen bedragen in het kader van de WEB (Lumpsum, bijzondere subsidies) als BeVAM-omzet worden geboekt. Voor de kosten geldt in hoofdlijnen de volgende allocatiemethodiek: 1. Toewijzing van directe loon- en loongerelateerde kosten vinden zoveel mogelijk plaats aan de hand van werkelijke omzetverhoudingen van de bij BeVAM-activiteiten betrokken afdelingen. 2. Allocatie van kosten in verband met ondersteuning door Innovam groep vindt plaats op basis van Activity Based Costing. 3. Voor specifieke posten gelden specifieke allocatieregels. Zo komen bijvoorbeeld de kosten van wachtgeld, Colo lidmaatschap en direct productgerelateerde kosten volledig ten laste van de BeVAM. Zie de toelichting op de Baten en Lasten voor een verdere uiteenzetting van de allocatiemethodiek. De op deze wijze samengestelde exploitatierekening geeft een goed inzicht in het over 2012 behaalde resultaat.
Toelichting Baten en Lasten BeVAM 2012 Innovam is samengesteld uit Stichting VAM, Stichting BeVAM, Stichting IvDM, OLB B.V., ViaNorm B.V. en Vastgoed B.V. Stichting VAM voert ten behoeve van alle stichtingen en B.V.’s de administratie. De ondersteunende diensten zoals directie, facilitaire diensten, HRM, administratie en beheer worden voor rekening en risico gevoerd van de stichting VAM. Stichting BeVAM wordt in haar kerntaken volledig ondersteund door de staven van Stichting VAM en wordt hiervoor belast. Deze doorbelasting vindt plaats op basis van het resultaatmodel.
Resultaatmodel Het resultaatmodel is enerzijds gebaseerd op directe kosten vanuit de BeVAM-activiteiten en anderzijds vanuit de voorgecalculeerde kosten van ondersteunende diensten vanuit Innovam Groep. Deze doorbelasting vanuit Innovam Groep wordt berekend op basis van de begroting 2012. Uitgezonderd de kosten van de directie, vindt er geen afrekening plaats op basis van de werkelijke kosten. ICT-kosten worden toegerekend op basis van begrote aantallen gebruikers en laptops, huisvestingskosten worden toegerekend op basis van begrote in gebruik zijnde werkplekken, de kosten van de ondersteunende diensten van financiën op basis van begrote omzetverhoudingen en de kosten van HRM op basis van begrote Fte’s. De kosten van de directie worden doorbelast op basis van prestatie en werkelijke kosten. De kosten van de ondersteunende diensten worden binnen de afdelingen Districten en Consult op basis van werkelijke omzetverhouding toegerekend aan de stichting BeVAM. Resultaat Het saldo van Baten en Lasten over het jaar 2012 neemt, ondanks de lagere baten dan in 2011, met € 187.000 toe tot een resultaat van € 508.000. In 2012 waren er geen kosten voor vervroegde uittreding. Baten Afname van de baten vindt de reden in lagere budgetten als gevolg van teruglopende bijdragen van derden. Lasten Personeelskosten betreffen de directe personeelskosten. Personeelskosten van de ondersteunende activiteiten zijn onderdeel van de doorbelastingen van Innovam en gepresenteerd onder huisvesting en administratie en beheerslasten. Ten opzichte van 2011 nemen de directe personeelskosten toe met € 123.000. Overige lasten De overige lasten worden gevormd door kosten van inleen, materieel en automatisering. De kosten nemen ten opzichte van de cijfers van 2011 af met € 446.000. Door stringente kostenbeheersing zijn deze met ruim 15% gedaald. Toelichting administratie en beheerslasten Kosten van inleen worden enerzijds gevormd door inleen van projectmedewerkers en advies ten behoeve van de operationele taken. Anderzijds, door toepassing van het resultaatmodel, worden deze gevormd door de doorbelasting vanuit Innovam inzake de kosten van directie, financiën, HRM, automatisering en OLB B.V. etc.
20
Financiële baten Op basis van de aanname dat ongeveer de helft van het eigen vermogen continu in liquide middelen aanwezig is (zie balans Innovam Groep), is bij een gemiddelde renteopbrengst van 1,185% in 2012 een financiële bate gerealiseerd van € 34.000. Resultaat en vermogen Zoals eerder gesteld neemt het resultaat toe van € 321.000 in 2011 naar € 508.000 in 2012. Het eigen vermogen groeit in 2012 met € 508.000 naar € 3.383.000 als gevolg van de toevoeging van het resultaat. Voorgesteld wordt om van het resultaat ad € 508.000, € 386.000 toe te voegen aan de Algemene Reserve en een bedrag van € 122.000 toe te voegen aan de wachtgeldreserve. Risicobeheersing en controlesystemen De integrale controle en beheersing van de risico’s is een belangrijk onderdeel van het managementproces. De bedrijfsvoering van Innovam Groep en haar onderdelen draagt zekere risico’s met zich mee met betrekking tot het realiseren van de strategische, operationele en financiële doelstellingen. De risicobeheersing – en controlesystemen zijn toegesneden op de het soort en omvang van de organisatie. De directie is van mening dat de door Innovam Groep gebruikte risicosystemen hiervoor toereikend zijn. De organisatie kan worden beïnvloed door economische ontwikkelingen en de prestaties van de markten, waarin Innovam Groep en haar onderdelen actief zijn. Innovam Groep verkrijgt een belangrijk deel van de marktgerelateerde inkomsten uit diensten ten behoeve van een beperkt aantal organisaties. Dit betekent dat de marktrisico’s tot op zekere hoogte geconcentreerd zijn. Fluctuaties in de omvang van de subsidies en marktactiviteiten kunnen van invloed zijn op de organisatie en hebben de voortdurende aandacht van de directie. De beheersing van de meeste operationele en marktrisico’s, is binnen de Planning & Control-cyclus op het niveau van de directie en management geregeld. Maatregelen die betrekking hebben op treasury, fiscale of juridische aangelegenheden, worden centraal geregeld. Er is geen bepaald risico binnen Innovam Groep dat als afzonderlijk beschouwd kan worden. Een uitgebreid administratief systeem draagt zorg voor kwalitatief goede financiële verslaglegging. Het controlesysteem is hoofdzakelijk verankerd in de informatiesystemen van de organisatie. Op diverse managementniveaus (directie, management, projectleiders) zijn adequate systemen voor dagelijkse, wekelijkse, maandelijkse, en jaarlijkse rapportage effectief. De financiële informatie die iedere maand gerapporteerd wordt omvat een vergelijking ten opzichte van
de begroting en het voorgaande jaar. Het management systeem voorziet in een planning & control cyclus (‘financial’en ‘non-financial’) waarvoor een jaarlijkse kalender wordt vastgesteld door de directie. Om de kwaliteit van de financiële verslaglegging te evalueren worden er jaarlijkse en tussentijdse externe controles uitgevoerd op de bestaande operationele richtlijnen en procedures, die gericht zijn op de belangrijkste bedrijfsprocessen. De externe controles worden uitgevoerd binnen het kader van de jaarrekeningcontrole om een controleverklaring te verstrekken bij de gecombineerde jaarrekening van Innovam Groep. Een en ander wordt gerapporteerd middels een accountantsverklaring aan de directe en Raad van Commissarissen en alle belangrijke bevindingen worden besproken. Helderheid bekostiging Hier doen wij verslag naar aanleiding van de notitie ’Helderheid in de bekostiging van het beroepsonderwijs en de Volwasseneneducatie 2004’. • De stichting BeVAM verzorgt geen bekostigd onderwijs. • De stichting BeVAM verleent geen vrijstellingen. • Er wordt geen les- of cursusgeld betaald aan de stichting BeVAM. • Er worden geen leerlingen ingeschreven bij de stichting BeVAM. • Deelnemers volgen bij de stichting BeVAM geen opleiding. • De stichting BeVAM heeft geen maatwerktrajecten ten behoeve van bedrijven ontwikkeld. • De stichting BeVAM kent geen onderwijsdeelnemers. Wet openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) De directie van Stichting BeVAM wordt gevoerd door Stichting VAM. De statutaire directie van Stichting VAM werd in 2012 gevormd door de heren L.J. Fransen en H. Bruin. In 2012 is Stichting BeVAM onder meer belast voor kosten van de directie van Stichting VAM voor in totaal € 403.000, waarin onder meer inbegrepen de salariskosten van de genoemde directieleden, naast de kosten van overhead. Verbonden partijen Voor de stichting BeVAM geldt dat er geen sprake is van verbonden partijen.
Nieuwegein, 28 maart 2013 Namens de directie van Innovam L.J. Fransen Algemeen directeur
H. Bruin Directeur
21