De leden van de Statencommissie Economische Zaken
Nr.: 2001-15.759a/48/A.10, IEE
Groningen, 3 december 2001
Behandeld door Telefoonnummer Antwoord op Bijlage
: H. ter Welle : (050) 3164842 : :
Onderwerp
: indiening voor Kompas project afrondende activiteiten voor go/no go beslissing opstart Antheus magnesium industriecluster
Geachte dames en heren, De NOM heeft een subsidie-aanvraag ingediend voor de afrondende activiteiten voor een go/no go beslissing ten aanzien van de opstart van het "Antheus Magnesium Industriecluster" in Delfzijl. Het gaat om de afronding van een haalbaarheidsstudie die in 1998 is gestart. Aan de provincie wordt een bijdrage van e 113.445,-- ofwel ƒ 250.000,-- gevraagd in aanvulling op de gevraagde Kompas-subsidie. Hieronder komen achtereenvolgens aan de orde: • Beschrijving van het "Antheus Magnesium Industriecluster" en de impact daarvan. • Tot nu toe uitgevoerde werkzaamheden in het haalbaarheidsonderzoek. • Afrondende werkzaamheden waarvoor subsidie wordt gevraagd. • Begroting. • Verzoek om advies.
Beschrijving van het "Antheus Magnesium Industriecluster" en de impact daarvan Onderwerp van de haalbaarheidsstudie in de huidige fase is niet alleen een primaire metaalfabriek, maar een cluster, waartoe, naast de productie van primair magnesium, een spuitgieterij gerealiseerd zal worden en het gietafval, samen met gerecycled materiaal uit de markt hergebruikt zal worden. Op die manier ontstaat een nog niet eerder gerealiseerd totaalconcept.
Binnen dit concept gaat het vooralsnog om de productie van 30.000 ton magnesium, met als bijproduct daarvan ca 90.000 ton chloor, en 10.000 ton gerecycled magnesium. De totale investering in het Magnesium-project zal ca. e 300 miljoen bedragen, de geschatte werkgelegenheid in het industriecluster ca 750 personen. De magnesium en de spuitgietproducten moeten met name worden afgezet naar automobielbedrijven in Duitsland en hun spuitgieters. De markt voor (magnesium)spuitgietproducten zal naar verwachting tussen 1999 en 2009 jaarlijks met ca 13,5% groeien. De behoefte van de automobielbedrijven zal de komende jaren met ca 15% per jaar groeien. De magnesiummarkt staat de afgelopen jaren sterk onder druk. Er is een overvloedig aanbod van primair magnesium uit China, dat 44% van de productie van primair magnesium voor haar rekening neemt. Daardoor is de magnesiumprijs op dit moment laag. Gevolg daarvan is dat een aantal belangrijke westerse producenten stoppen met de productie van magnesium of daartoe plannen hebben. Ook in China zullen producenten niet ontkomen aan deze prijsdruk, wat ook daar tot sluitingen zal leiden. In deze moeilijke markt denkt Antheus Magnesium toch goede kansen te hebben, omdat: • door Clark & Marron een onderzoek naar de kostenpositie van Antheus Magnesium is uitgevoerd, waaruit blijkt dat Antheus Magnesium één van de producenten in de wereld zal zijn die tegen de laagste kosten kan produceren; • de automobielbedrijven in Duitsland de kwaliteit van het magnesium uit China te onzuiver vinden om goede magnesium-legeringen te maken; • de Duitse bedrijven op zoek zijn naar betrouwbare leveranciers en niet afhankelijk willen zijn van de Chinese producenten alleen; • Antheus met een hoge kwaliteit van legeringen invulling kan geven aan het begrip betrouwbare leverancier; • Antheus door de nabijheid van de automobielmarkt in staat is magnesium uit de markt terug te nemen en te recyclen binnen het industriecluster. Voor de afzet van de 90.000 ton chloor zijn er twee mogelijkheden: 1.
De verwerking van chloor tot HCl en/of CaCl2 en de afzet daarvan naar lokale afnemers.
2.
De afzet van chloor aan bestaande bedrijven Teijin en Goodrich in combinatie met mogelijkheid 1. Vanaf 2006/2007 zou Antheus Magnesium op die manier een oplossing kunnen bieden voor de chloor(-transport)-problematiek die is ontstaan door de voorgenomen sluiting van de AKZO-chloorplants per 1-1-2004. Akzo heeft (ook na 2004) leveringsverplichtingen aan Teijin en Goodrich. Om die verplichtingen na te kunnen komen zal er, na sluiting van de fabriek in Delfzijl, chloor aangevoerd moeten worden uit Duitsland of Zweden naar Delfzijl. Antheus zou dit chloortransport van 2006/2007 overbodig kunnen maken door vanuit de Antheusfabriek ter plaatse chloor te gaan leveren aan beide bedrijven. Overigens geldt voor beide bedrijven en vooral Teijin dat er aanmerkelijke uitbreidingsplannen bestaan die op losse schroeven komen te staan als de levering van chloor niet gewaarborgd is.
Het moge overigens duidelijk zijn dat Antheus niet afhankelijk is van de afname van chloor door Teijin en Goodrich; er zijn andere afzetmogelijkheden (zie ad 1). Mocht het restant van de haalbaarheidsstudie positief uitvallen dan zal realisering van het cluster belangrijke positieve gevolgen hebben voor het Noorden, de provincie en Delfzijl:
• • • • • •
de rol die Antheus in de chloor-problematiek zou kunnen spelen, en die een van de mogelijkheden kan zijn om het chloorcluster in Delfzijl in stand te kunnen houden c.q. te kunnen laten groeien, werd hierboven al aangeduid; een werkgelegenheidseffect van 750 personen, alleen al op het complex zelf, is van groot belang voor de ontwikkeling van de regio: Delfzijl kan een dergelijke steun in de rug wel gebruiken; de verdere ontwikkeling en de bouw van de fabriek zullen een omvangrijke tijdelijke werkgelegenheid met zich mee brengen; het magnesium-industriecluster zal extra omzet en werkgelegenheid in de toeleverende bedrijven met zich mee brengen; naast de aluminiumproductie en verwerking ontstaat een tweede belangrijke metaalpoot in de regio; beide soorten productie en verwerking zullen ten dele gebruik kunnen maken van dezelfde faciliteiten; de metaalsector in het Noorden, inclusief de daarbij behorende kennis-infrastructuur, zal worden versterkt.
Tot nu toe uitgevoerde werkzaamheden in het haalbaarheidsonderzoek In 1998 werd, mede op initiatief van de werkgroep Antheus, gestart met een haalbaarheidsstudie voor de Magnesium-fabriek. De totale kosten voor het totale haalbaarheidsonderzoek waren ƒ 7,8 miljoen en werden voor een groot gedeelte gesubsidieerd vanuit ISP en EFRO. Van het budget is ƒ 875.207,-- niet gebruikt. Zowel de bijdrage van EFRO als ISP zijn niet volledig benut. Een verlenging is echter niet mogelijk, gezien de formele sluitingsdatum van de programma's per 1 oktober 2001. Het haalbaarheidsonderzoek bestond uit twee fases. In fase I stond de volgende vraag centraal: is de locatie, met aspecten als synergie met Aldel, grondstoffen uit Veendam, milieu-eisen 'van 't wad', energieprijzen, enz. concurrerend met andere locaties. Bijkomend maar cruciaal was de vraag of de fabriek zonder negatieve algemeen economische effecten (mede met behulp van een etyleenpijpleiding) van z'n chloor af zou kunnen komen. De voorstudie had betrekking op een fabriek met een capaciteit van 80.000 ton magnesium, met bijbehorend 240.000 tot chloor. Deze variant, met een door IPOT, EFRO en ISP ondersteund onderzoek, bleek niet haalbaar. Aan de ene kant was het te groot; 80.000 ton magnesium betekende 25% van de wereldmarkt, en aan de andere kant te klein. Onderzocht werd de mogelijkheid om ethyleen te gebruiken om chloor te verwerken, maar daar was de productiecapaciteit te gering voor. In fase II werd het concept onderzocht dat hierboven in hoofdstuk 2 werd beschreven. Fase II werd begin 2000 opgestart en is op dit moment nog niet geheel afgerond. Om markttechnische redenen werd in april 2001 Antheus Magnesium B.V. opgericht, die deze tweede fase uitvoert. Aandeelhouders zijn: Corus/Aldel, HBG, Nedmag en NOM. Allereerst werd een feasibility-study uitgevoerd, waarbij naar aanleiding van marktanalyses het concept verder werd uitgewerkt en een eerste investeringsschatting werd gemaakt. Die investeringsschatting is met een nauwkeurigheid van 10 tot 20% gemaakt. Over de gekozen technologie wordt met de beoogde licentiehouder (AMC uit Australië) nog onderhandeld. AMC zal tevens één van de aandeelhouders van de nieuwe fabriek worden. De gekozen technologie is de modernste, energie-efficiëntste en meest milieuvriendelijke. De totale investering wordt geraamd op e 300 mln. Daarnaast werd de financiële haalbaarheid onderzocht en een financieringsmodel opgesteld door
ABN AMRO. De conclusie was dat Antheus Magnesium een robuust project is, mits contracten worden afgesloten m.b.t. de levering van grondstoffen en energie en de afname van magnesium en chloor(derivaten). Tevens zullen risicodragende partners aangetrokken dienen te worden, alsmede bancaire financiering. Verder werd er een tweetal milieustudies uitgevoerd. Een studie naar de beeldvorming van milieugroeperingen en het publiek over magnesiumproductie in Delfzijl. N.a.v. dit onderzoek kan gefundeerd de discussie aangegaan worden met deze groeperingen. Een startnotitie voor een Milieu Effect Rapportage (M.E.R.). De startnotitie zal zeer binnen kort ingediend worden bij de provincie. Tenslotte is een levensduur-analyse gemaakt voor de productie in Delfzijl en werd er, zoals eerder vermeld, een vergelijkende kostenanalyse uitgevoerd. Wellicht belangrijker dan deze studies zijn de contacten die in deze tweede fase werden gelegd met: • risicodragende aandeelhouders die willen toetreden tot het consortium, • mogelijke partners voor de recycling, • met energieleveranciers (in samenwerking met Corus) en • met leveranciers voor de grondstof MgCl2 pekel (Nedmag). Aan de afzetkant werd gesproken met: • een drietal Europese automobielbedrijven, • spuitgieters, • afnemers van chloor en/of chloor-derivaten.
Afrondende werkzaamheden waarvoor subsidie wordt gevraagd De haalbaarheidsstudie is in een cruciale afrondende fase beland. In de periode tot 1 juli 2001 zal nader overleg worden gevoerd met de eerder genoemde partijen. Het gaat dan niet meer om verkenningen en aftastende besprekingen maar om het afsluiten van in- en verkoopcontracten en de vorming van het financiële consortium. Op het moment van schrijven van deze nota (half november) zijn er besprekingen met MCA, de technologie-leverancier en beoogd mede-aandeelhouder. Plaatsing van nieuwe aandelen door MCA in Australië is succesvol geweest en biedt een basis voor de besprekingen in Nederland. Ook andere gesprekken lijken succesvol te verlopen, ondanks de relatief onzekere economische situatie waarvoor kapitaalintensieve industrie ën, zoals het magnesiumproject, zeer gevoelig zijn. Darnaast wordt de basic-engineering verder voorbereid. De daadwerkelijke basic-engineering zal echter plaats vinden na afsluiting van het haalbaarheidsonderzoek en bij gebleken haalbaarheid. De kosten daarvoor komen volledig voor rekening van het financiële consortium. Tenslotte worden ook de public relations van het project verzorgd en wordt de MER-procedure begeleid. Deze afrondende werkzaamheden worden uitgevoerd door het project-team dat in dienst is van Antheus Magnesium B.V. Dat team bestaat uit een technisch, een milieu-technisch en een marketing specialist en een algemeen manager, bijgestaan door een directie-secretaris en een secretaresse. Vanuit de werkgroep Antheus is er een deelwerkgroep die de project-ontwikkeling verder ter zijde staat. Het huidige team zal in stand blijven tot eind 2001. Daarna zal de betrokkenheid bij de activiteiten langzaam worden afgebouwd tot 1 juli 2002.
Begroting De totale kosten voor de periode van 1 oktober 2001 tot 1 juli 2002 worden geschat op ƒ 850.000,
ofwel e 385.713,--. Onderverdeeld in: project-management overige kosten Totaal
e 292.952 (salaris + onkostenvergoedingen) e 92.761 (reiskosten, juridische zaken, PR, huisvesting etc.) -----------e 385.713
Dekkingsvoorstel: NOM (Antheus Magnesium bv1 ) KOMPAS Cofinanciering provincie Groningen Totaal
e 136.134 e 136.134 e 113.445 -----------e 385.713
Inmiddels hebben wij het verzoek om een Kompas-bijdrage voor het bovengenoemde bedrag met een positief advies doorgeleid naar SNN. De cofinanciering van de provincie Groningen ad. e 113.445,--, ofwel ƒ 250.000,--, wordt volledig gedekt door een bijdrage uit de reserve co-financiering KOMPAS.
Verzoek om advies De afrondende activiteiten voor een go/no go beslissing ten aanzien van de opstart van het "Antheus Magnesium Industriecluster" in Delfzijl zijn van groot belang voor de provincie en voor de regio Delfzijl: • het project is in sterke mate structuurversterkend, • roept bij gebleken haalbaarheid een investering van ca. e 300,-- mln op, • biedt werkgelegenheid aan ca 750 personen • en kan een bijdrage leveren aan de oplossing van de chloor(-transport-)problematiek. Verder kan worden geconstateerd dat het project, hoewel het een uitstraling heeft op het totale Noorden, grotendeels ten goede komt aan de provincie Groningen en meer in het bijzonder aan de regio Delfzijl. Om deze sterke betrokkenheid van de provincie te onderstrepen, ook in de ogen van de SNNpartners, en het hierboven geschetste belang van het project, zijn wij voornemens het project, onder voorbehoud van de Kompas-bijdrage, te ondersteunen met de eerder genoemde bedragen. De oorspronkelijke subsidie-aanvraag met bijlage ligt in de Statenkast ter inzage. Wij verzoeken u ons te adviseren over ons principebesluit. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten der provincie Groningen:
, voorzitter. 1
In Antheus Magnesium bv participeren ook de particuliere bedrijven: HBG, Nedmag en Aldel/Corus
, griffier.