Federale Overheidsdienst FINANCIEN
Algemene administratie van de FISCALITEIT _________________
BERICHT AAN DE WERKGEVERS EN AAN DE ANDERE SCHULDENAARS VAN AAN DE BEDRIJFSVOORHEFFING ONDERWORPEN INKOMSTEN
FICHE 281.10 * * * INKOMSTEN 2011
ALGEMENE INFORMATIE Ter herinnering: vanaf 1.1.2009 geldt als algemene regel dat de diverse fiscale fiches verplicht op elektronische wijze moeten worden ingediend (Zie “voorafgaande opmerkingen” in dit bericht). Dit bericht is opgesteld, rekening houdend met dat gegeven. Afwijkingen op die regel kunnen slechts in zeer uitzonderlijke omstandigheden worden toegestaan en moeten worden aangevraagd bij het terzake bevoegde documentatiecentrum bedrijfsvoorheffing. Voor die gevallen wordt een afzonderlijk "bericht aan de werkgevers en aan de andere schuldenaars van aan de bedrijfsvoorheffing onderworpen inkomsten" gepubliceerd in de vorm van een administratieve circulaire. Aangezien het officiële model van de fiche 281.10 werd gewijzigd mogen drukwerken van het vorige model (inkomsten van 2010) niet worden gebruikt voor de in 2011 betaalde of toegekende inkomsten. Vermeld de bedragen steeds met 2 decimalen (vb. 250,00). Vooraleer de fiscale fiche in te vullen, raden we u aan aandachtig de rubriek “VOORAFGAANDE OPMERKINGEN” van dit bericht te lezen.
BELANGRIJKE WIJZIGINGEN Naast de aanpassing van de jaartallen en de indexering van bepaalde bedragen, werden een aantal richtlijnen die van toepassing waren voor het inkomstenjaar 2010 gewijzigd voor het inkomstenjaar 2011. Deze wijzigingen bevinden zich op onderstaande bladzijden: Pagina 9 9 10 12 24 28 29 43 44 - 45
Omschrijving Uiterste indieningsdatum van de documenten: 29 februari 2012. Dezelfde datum geldt voor het versturen van het exemplaar voor de verkrijger via e-mail of post. Podiumkunstenaars – niet-inwoners : verduidelijking. Internationale overeenkomsten: rechtvaardiging van de vrijstelling : verduidelijking. Getrouwheidszegels: verduidelijking (splitsing tussen bouwsector en andere sectoren) Bezoldigingen van december (code 247): achterstallen. Vak 13: niet-recurrente resultaatgebonden voordelen – te vermelden bedrag Nieuw vak 23: werkbonus. Diverse vergoedingen en terugbetaling van eigen kosten aan de werkgever: nieuw duidelijker schema – geen inhoudelijke wijziging.
OPGELET: Op de fiche 281.10 mogen geen vervangingsinkomsten meer worden vermeld (zie blz. 9).
BIJKOMENDE INFORMATIE De Federale Overheidsdienst Financiën stelt de tweetalige gegevensbank FISCONET via het internet gratis ter beschikking van de burger. Fisconet bevat informatie over diverse fiscale materies (personenbelasting, vennootschapsbelasting, BTW, successierechten, registratierechten, …) en over aanverwante niet-fiscale materies (Adviezen van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen, Burgerlijk Recht, …). www.fisconet.fgov.be -2-
De artikels van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992 (WIB 92), van het koninklijk besluit tot uitvoering van het WIB 92 (KB/WIB 92) en de bijhorende administratieve commentaar (ComIB 92) waarnaar wordt verwezen in onderhavig bericht aan de werkgevers kunnen op voormelde site worden geraadpleegd.
MODELLEN VAN DE FICHES 281.10 U kan in principe, en zonder voorafgaande toestemming, uw eigen modellen van fiche ontwerpen, op voorwaarde dat deze dezelfde elementen bevatten als het officiële model. Het exemplaar van de fiche dat bestemd is voor de verkrijger van de inkomsten moet hem in staat stellen om zijn aangifte in de inkomstenbelasting in te vullen. Indien u een eigen model ontwerpt, mag u dit beperken tot die rubrieken of vakken waarin gegevens (bedragen of informatie) zijn vermeld. Het is dus niet nodig om telkens een volledig exemplaar aan de verkrijger van de inkomsten te bezorgen waarop dan enkel de voor hem relevante gegevens zijn ingevuld. Het is echter uiterst belangrijk dat de nummering van de vakken, de benamingen en de codes van het officiële model gerespecteerd blijven. U kan de fiches ook recto-verso afdrukken, maar in dat geval vestigen wij uw aandacht op de verplichting om op de verso-kant van de bladzijden 1 van 4 en 3 van 4 van de fiche de verwijzingen af te drukken die verband houden met de door u afgedrukte vakken in het door u gebruikte model. De fiches 281 kunnen in PDF-formaat gratis worden gedownload op www.fiscus.fgov.be.
--------------------------------------------
-3-
INHOUDSOPGAVE Titel
Pagina
Voorafgaande opmerkingen ..................................................................................................9
Hoofding Jaar ......................................................................................................................................14 Vak 1 Nummering van de fiches.....................................................................................................14 Vak 2 Datum van indiensttreding....................................................................................................14 Datum van vertrek ................................................................................................................14
Vak 3 Schuldenaar van de inkomsten ............................................................................................14 NN of ON..............................................................................................................................15 Vak 4 Afzender...............................................................................................................................15 Geadresseerde ....................................................................................................................16
Vak 5 (Gezinstoestand) Algemeenheden ...................................................................................................................17 Echtgenoot ...........................................................................................................................17 Kind......................................................................................................................................18 Andere .................................................................................................................................18 Diverse.................................................................................................................................19 Handicap ..............................................................................................................................19 Vak 6 Burgerlijke stand...................................................................................................................19 Vak 7 Nr. paritair comité .................................................................................................................20
-4-
Titel
Pagina
Vak 8 Nationaal nr. of FIN of geboortedatum en -plaats .................................................................20 Vak 9 (Bezoldigingen, andere dan bedoeld in 14a en 15a) Bezoldigingen.......................................................................................................................21 Vakantiegeld ........................................................................................................................21 Voordelen van alle aard Aard.............................................................................................................................22 Bedrag.........................................................................................................................23 Zijn als voordelen van alle aard te beschouwen...........................................................23 Getrouwheidszegels.............................................................................................................24 Totaal (Code 250) ................................................................................................................24 Vak 10 (Aandelenopties) Percentage...........................................................................................................................25 Buitenlandse vennootschap .................................................................................................25 Aandelenopties toegekend in 2011 (Code 249)....................................................................25 Aandelenopties toegekend vóór 2011 (Code 248)................................................................26 Vak 11 (Afzonderlijk belastbare inkomsten) Vervroegd vakantiegeld (Code 251) .....................................................................................27 Achterstallen (Code 252)......................................................................................................27 Opzeggingsvergoedingen (Code 253) ..................................................................................27 Inschakelingvergoeding (Code 245) .....................................................................................28 Bezoldigingen van december - overheid (Code 247) ...........................................................28 Vak 12 Weerverletzegels (Code 271) ...............................................................................................29
Vak 13 (Niet-recurrente resultaatgebonden voordelen) Voordelen (Code 242) ..........................................................................................................29 Achterstallen (Code 243)......................................................................................................29 Te vermelden bedrag ...........................................................................................................30
-5-
Titel
Pagina
Vak 14 (Door sportbeoefenaars voor hun sportieve activiteit verkregen) Bezoldigingen (Code 273) ....................................................................................................30 Vervroegd vakantiegeld (Code 274) .....................................................................................31 Achterstallen (Code 275)......................................................................................................32 Opzeggingsvergoedingen (Code 276) ..................................................................................32
Vak 15 (Door de scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars verkregen) Bezoldigingen (Code 277) ....................................................................................................32 Vervroegd vakantiegeld (Code 278) .....................................................................................33 Achterstallen (Code 279)......................................................................................................34 Opzeggingsvergoedingen (Code 280) ..................................................................................34
Vak 16 (Privé-PC) Bedrag van de tussenkomst van de werkgever (Code 240)..................................................34 Vak 17 (Bijdragen in de reiskosten) Ter beschikking gesteld voertuig - Kilometeraantal...............................................................35 Openbaar gemeenschappelijk vervoer .................................................................................36 Georganiseerd gemeenschappelijk vervoer..........................................................................36 Ter beschikking gesteld voertuig ..........................................................................................37 Ander vervoermiddel ............................................................................................................38 Totaal (Code 254) ................................................................................................................39 Vak 18 (Inhoudingen voor aanvullend pensioen) Gewone bijdragen en premies (Code 285) ...........................................................................40 Bijdragen en premies voor individuele voortzetting (Code 283) ............................................40 Vak 19 (Overuren die recht geven op een overwerktoeslag) Totale aantal werkelijk gepresteerde overuren (Code 246)...................................................41 Berekeningsgrondslag van de overwerktoeslag voor overuren die recht geven op een Vermindering van - 66,81% (Code 233) ............................................................................................................41 - 57,75 % (Code 234) ...........................................................................................................42
-6-
Titel
Pagina
Vak 20 Bedrijfsvoorheffing (Code 286) .............................................................................................42 Vak 21 Bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid (Code 287) ...................................................43
Vak 22 Overheidspersoneel zonder arbeidsovereenkomst (Code 290) ............................................43 Vak 23 Werkbonus (Code 284) ........................................................................................................44 Vak 24 (Diverse inlichtingen) Verplaatsingen met de fiets ..................................................................................................44 Eigen kosten van de werkgever............................................................................................44 Fooien ..................................................................................................................................46 Grensarbeiders ....................................................................................................................46 Bijlagen Bijlage 1: Wettelijke samenwoning ....................................................................................47 Bijlage 2: Bruto belastbaar bedrag en niet ingehouden bedrijfsvoorheffing .........................48 Bijlage 3: Buitenlandse kaderleden en buitenlandse vorsers ..............................................49 Bijlage 4: Gehandicapt kind ................................................................................................50 Gehandicapte persoon........................................................................................50 Bijlage 5: Bezoldigingen (lijst) .............................................................................................51 Bijlage 6: Vaststelling van het voordeel van alle aard .........................................................55 Bijlage 7: Aandelenopties: Halvering van het forfaitair vastgestelde voordeel.....................59 Bijlage 8: Tarief weektreinkaarten 1e klas ...........................................................................60 Bijlage 9: Lidstaten van de EU die het FIN vermelden op een officieel document ...............61 Bijlage 10: Samenvattende tabel betreffende sportbeoefenaars ...........................................63 Bijlage 11: Statutair personeel..............................................................................................65 Bijlage 12: KB nr. 279 van 30 maart 1984 ...........................................................................66
-7-
Titel
Pagina
Model van de fiche 281.10 Recto 1.................................................................................................................................67 Verso 1.................................................................................................................................68 Recto 2.................................................................................................................................69 Verso 2 ................................................................................................................................70
TE VOLGEN RICHTLIJNEN IN GEVAL VAN VERGISSINGEN BIJ HET OPSTELLEN VAN FICHES
Richtlijnen.............................................................................................................................71 Bijzondere gevallen Bedragen die niet werden vermeld of die lager zijn dan het juiste bedrag ............................71 Bedragen die werden vermeld, zijn hoger dan de juiste bedragen........................................72 Bedragen die in een verkeerde rubriek werden vermeld.......................................................72 Bedragen die op een verkeerde fiche werden vermeld .........................................................72 Fouten in de identificatie van de verkrijger............................................................................73 Gebruik van attest 281.25 Pro memorie ........................................................................................................................73
-8-
VOORAFGAANDE OPMERKINGEN UITERSTE DATUM VOOR HET INDIENEN VAN DE DOCUMENTEN Alle schuldenaars van aan de bedrijfsvoorheffing onderworpen inkomsten moeten vóór 1 maart 2012 langs elektronische weg de fiches indienen betreffende de inkomsten, die onderworpen zijn aan deze voorheffing en die zij hebben betaald of toegekend tijdens het jaar 2011, zelfs indien zij anders dan per kalenderjaar boekhouden. De schuldenaars van de bedrijfsvoorheffing moeten vóór 1 maart aan iedere verkrijger van de inkomsten een afschrift van de fiche overhandigen om de verkrijger in staat te stellen zijn aangifte in de personenbelasting of in de belasting van niet-inwoners in te vullen (Toepassing van artikel 93, KB/WIB 92). Het staat de schuldenaar daarbij vrij om de verkrijger dit afschrift via e-mail dan wel via de post te versturen. Ingeval de fiche uitsluitend via e-mail wordt verstuurd, is het aangewezen dit enkel te doen mits voorafgaand akkoord van de verkrijger van de inkomsten. -------------------------------------
BELCOTAX Het koninklijk besluit van 3 juni 2007, tot wijziging van het KB/WIB 92 tot invoering van de VERPLICHTE indiening langs elektronische weg van fiches, samenvattende opgaven en aangiften in de bedrijfsvoorheffing, verplicht vanaf 1 januari 2009 de indiening langs elektronische weg van de fiches voor alle schuldenaars van de bedrijfsvoorheffing. -------------------------------------
VERVANGINGSINKOMSTEN Met uitzondering van de weerverletzegels mag geen enkel vervangingsinkomen vermeld worden op de fiche 281.10. Vervangingsinkomsten moeten, naargelang hun aard, worden vermeld op een fiche 281.12 (verzekering tegen ziekte en invaliditeit), op een fiche 281.13 (werkloosheidsuitkeringen), op een fiche 281.14 (verzekeringsinstellingen), op een fiche 281.17 (brugpensioenen) of op een fiche 281.18 (vervangingsinkomsten).
Beoogde vergoedingen
Welke voorwaarde(n)
Uitkeringen ter uitvoering van de wetgeving betreffende de verzekering tegen ziekte en invaliditeit. Extrawettelijke werkloosheidsuitkeringen. Vergoedingen, toelagen, of renten verschuldigd tot uitvoering van de wetgeving betreffende de schadevergoedingen voor arbeidsongevallen, voor ongevallen op de weg van en naar het werk of voor beroepsziekten.
Wanneer ze betaald worden door de werkgever in zijn hoedanigheid van verzekeraar. Betaald door de werkgever.
De aanvullende vergoedingen toegekend in het kader van: - het voltijds brugpensioen (CAO
Wanneer de werkgever optreedt als tussenpersoon tussen de verzekeringsinstelling en de verkrijger, en dit zowel bij de betaling van de inkomsten, als bij de berekening en de storting van de ermee verband houdende bedrijfsvoorheffing of wanneer de werkgever optreedt in zijn hoedanigheid van verzekeraar. Betaald door de werkgever bovenop de werkloosheidsuitkering.
-9-
Welke fiche 281.12 281.13
281.14
281.17
nr. 17 of sectorale of bedrijfsCAO); - het halftijds brugpensioen (CAO nr. 55 of sectorale of bedrijfsCAO). Aanvullende vergoedingen op brugpensioenen en op bepaalde werkloosheidsuitkeringen.
aanvullende vergoedingen die door een gewezen werkgever zijn betaald of toegekend: - boven op een brugpensioen aan een gewezen werknemer die de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt; - aan een gewezen werknemer die de leeftijd van 50 jaar heeft bereikt en die werkloosheidsuitkeringen als volledig werkloze verkrijgt of zou kunnen verkrijgen indien hij het werk niet had hervat bij een andere werkgever of als zelfstandige, voor zover de CAO waarover het gaat geen sectorale CAO is die werd afgesloten vóór 30 september 2005 of een sectorale overeenkomst die een dergelijke overeenkomst verlengt zonder onderbreking. Andere vergoedingen die het herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen vertegenwoordigen.
281.18
-------------------------------------
AANDELENOPTIES Bijzonder geval Wanneer aandelenopties worden toegekend door een buitenlandse vennootschap zonder inrichting in België, moeten de fiches worden opgesteld door de Belgische belastingplichtige ten behoeve van wie de begunstigde van de aandelenopties een beroepswerkzaamheid verricht of heeft verricht. -------------------------------------
PODIUMKUNSTENAARS NIET-INWONERS Alle inkomsten betaald of toegekend aan podiumkunstenaars niet-inwoners, voor de werkzaamheden die zij persoonlijk en als zodanig in België hebben verricht, ongeacht het bedrag of de kwalificatie (bezoldiging, baten, enz.), moeten worden vermeld op een fiche 281.30. -------------------------------------
SPORTBEOEFENAARS, NIET-INWONERS Er wordt verwezen naar de toelichting bij vak 14. -------------------------------------
LONEN EN VERGOEDINGEN BETAALD DOOR CURATOREN Bedoelde personen Curatoren, vereffenaars of personen die gelijkaardige functies uitoefenen zoals bedoeld in artikel 270, 6°, WIB 92, die in het kader van de afwikkeling van een faillissement of vereffening bezoldigingen en vergoedingen betalen. - 10 -
Lonen en vergoedingen Vermeld tegenover de passende code van de in te vullen fiche het bedrag van de lonen en vergoedingen betaald door voormelde personen dat volgens de afrekening aan de ex-werknemers is uitgekeerd, vermeerderd met het aandeel van deze werknemers in de effectief ingehouden bedrijfsvoorheffing zelfs indien deze wegens onvoldoende actief niet aan de bevoegde ontvanger is gestort. Bedrijfsvoorheffing Wat de bedrijfsvoorheffing betreft aangaande de bezoldigingen die betrekking hebben op de periode vóór de samenloop van de schuldeisers, die door toepassingsregel nr. 2.18 van bijlage III, KB/WIB 92 (jaar 2011) forfaitair is vastgesteld op 26,75% moeten de curatoren, vereffenaars of diegenen die gelijkaardige functies uitoefenen zoals bedoeld in artikel 270, 6°, WIB 92, de effectief ingehouden bedrijfsvoorheffing vermelden, zelfs indien ze wegens onvoldoende actief niet aan de bevoegde ontvanger is gestort. -------------------------------------
GEEN BEDRIJFSVOORHEFFING De fiches moeten worden opgemaakt in alle gevallen waarin de bedrijfsvoorheffing in beginsel verschuldigd is krachtens artikel 87, KB/WIB 92, zelfs indien de erin bedoelde inkomsten niet werkelijk aan de bedrijfsvoorheffing onderworpen werden wegens hun te gering bruto belastbaar bedrag of wegens een bijzondere afwijking bepaald in de toepassingsregels opgenomen in bijlage III, KB/WIB 92. -------------------------------------
INTERNATIONALE OVEREENKOMSTEN De inkomsten die betaald werden aan een inwoner van een staat waarmee België een overeenkomst tot voorkoming van dubbele belasting heeft afgesloten, moeten hoe dan ook, naar hun aard op een overeenkomstige individuele fiche worden opgenomen. De gegevens die in dergelijke fiches zijn opgenomen kunnen aan de betrokken buitenlandse administraties worden overgemaakt. Wat inwoners van Frankrijk betreft die in België als grensarbeider werkzaam zijn, wordt eraan herinnerd dat, bij het ingeven van de loonfiches duidelijk moet worden aangegeven dat het naargelang het geval om een “Franse grensarbeider” of “Franse seizoensgrensarbeider“ gaat. De bewijsstukken die de verkrijgers van vrijgestelde inkomsten aan de schuldenaars hebben moeten overhandigen om de inhouding van de bedrijfsvoorheffing te vermijden, moeten door de schuldenaar ter beschikking van de administratie worden gehouden. De formulieren 276 Front./Grens. evenals hun bijlagen en de documenten tot staving van de daadwerkelijke bewoning van de huisvesting in de Franse grenszone moeten evenwel naar het bevoegde Documentatiecentrum Bedrijfsvoorheffing worden gestuurd. Die bewijsstukken omvatten eveneens een precieze verwijzing naar het verdrag tot voorkoming van dubbele belasting en het (de) desbetreffende artikel(s) daarvan dat (die) word(t)(en) ingeroepen om de vrijstelling te verantwoorden. Het gaat hier vaak om : 1. een attest waarbij de belastingadministratie van de woonstaat verklaart dat de verkrijger van de inkomsten op fiscaal vlak een inwoner is van die staat in de zin van de overeen- 11 -
komst, samen met een verklaring van de werkgever die bevestigt dat de beroepswerkzaamheden niet (of slechts gedeeltelijk) in België werden uitgeoefend; 2. een formulier 276 Front./Grens., ondertekend door een inwoner van Frankrijk die in de hoedanigheid van grensarbeider een beroepswerkzaamheid uitoefent in België, samen met enerzijds een attest van de werkgever waarin deze expliciet bevestigt dat de werknemer zijn activiteit in het betrokken jaar niet meer dan 30 dagen buiten de grenszone heeft uitgeoefend (15% van de gewerkte dagen in het geval van seizoensgrensarbeiders) en een lijst met de precieze data waarop de werknemer de Belgische grenszone verlaten heeft tijdens datzelfde jaar en anderzijds met documenten ter staving van de daadwerkelijke bewoning van de huisvesting in de Franse grenszone; 3. elk bewijsmiddel waaruit blijkt dat een Belgische rijksinwoner gedurende het belastbare tijdperk (of, naargelang de tekst van de overeenkomst, gedurende een periode van 12 maanden, beginnend of eindigend in het betrokken tijdperk) zijn beroepswerkzaamheden voor een Belgische werkgever gedurende meer dan 183 dagen fysiek heeft uitgeoefend op het grondgebied van een staat waarmee België een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting heeft afgesloten. -------------------------------------
IN HET BUITENLAND BEHAALDE BEZOLDIGINGEN UIT EEN ALDAAR UITGEOEFENDE WERKZAAMHEID VERKREGEN DOOR PERSONEN DIE GEDURENDE DE PERIODE VAN DIE WERKZAAMHEID ALS NIETRIJKSINWONERS WORDEN BESCHOUWD De in het buitenland behaalde bezoldigingen uit een aldaar uitgeoefende werkzaamheid verkregen door werknemers van privé-ondernemingen die, wegens die werkzaamheid, hun hoedanigheid van rijksinwoner verliezen en voor de periode van die bezigheid (tenminste 24 maanden) als niet-rijksinwoners worden beschouwd, moeten het voorwerp uitmaken van fiches 281.10, zelfs indien die bezoldigingen in België niet in de belasting van niet-inwoners belastbaar zijn omdat zij op de resultaten van een buitenlandse inrichting van de schuldenaar zijn toegerekend of in België zijn vrijgesteld op grond van een door België gesloten overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting. De bewijsstukken, die het niet inhouden van de bedrijfsvoorheffing verantwoorden, moeten ook ter beschikking van de administratie worden gehouden. -------------------------------------
INFORMATICAPROCEDURE In het systeem BELCOTAX kunnen de fiches 281 worden ingediend via elektronische weg in plaats van op papier. De toepassing BELCOTAX-ON-WEB laat twee verzendingswijzen toe: hetzij online invoeren van gegevens en verzending via internet (procedure gericht op werkgevers die slechts een klein aantal fiches opmaken); hetzij offline aanmaken en verzending via internet. In de webtoepassing werd een valideringsprogramma geïntegreerd. De toepassing aanvaardt vlakke bestanden en XML-bestanden. De gegevens die langs elektronische weg werden ingegeven, kunnen worden geraadpleegd, gewijzigd of verwijderd via internet. Het exemplaar van de fiche voor de verkrijger blijft behouden vermits dit hem toelaat om zijn aangifte in de inkomstenbelasting in te vullen. De fiches 281 kunnen gratis worden gedownload in PDF-formaat via www.fiscus.fgov.be. U kunt in principe ook uw eigen - 12 -
model creëren, op voorwaarde dat het dezelfde elementen bevat als het officiële model (zie pagina 3). De brochure Belcotax met de technische beschrijving van de bestanden, kan worden gedownload van de internetsite www.belcotaxonweb.be. De procedure voor de invoer van gegevens via het scherm wordt toegelicht in een Powerpoint-slideshow die te downloaden is op www.belcotaxonweb.be. Bijkomende inlichtingen inzake Belcotax on Web kunnen verkregen worden bij het Contactcenter van de FOD Financiën op het nr. 0257/257.57. De brochure die betrekking heeft op de inkomsten van 2011 heeft enkele wijzigingen ondergaan ten opzichte van de brochure die betrekking heeft op de inkomsten van 2010. De ondernemingen of de sociale secretariaten die reeds BELCOTAX gebruiken, moeten hun programma bijgevolg aanpassen. -------------------------------------
- 13 -
FICHE 281.10 Hoofding JAAR Welk jaar ? Vermeld hier het jaar waarin de inkomsten werden betaald of toegekend. Het jaartal moet in cijfers worden vermeld. -------------------------------------
Vak 1 NUMMERING VAN DE FICHES Hoe nummeren ? Fiches opgesteld door eenzelfde schuldenaar van de inkomsten moeten doorlopend worden genummerd (zie ook brochure Belcotax die beschikbaar is op www.belcotaxonweb.be). Er moet geen onderscheid worden gemaakt tussen buitenlandse en binnenlandse geadresseerden. -------------------------------------
Vak 2 DATUM VAN INDIENSTTREDING EN VERTREK Datum van indiensttreding Is de werknemer in de loop van het jaar 2011 in dienst getreden? JA NEEN
Vermeld hier de datum van indiensttreding Vermeld hier niets
De datum moet als volgt worden vermeld: DD/MM/JJJJ (Voorbeeld: 31/12/2011). Datum van vertrek Is de werknemer nog steeds in dienst op 31 december 2011? JA NEEN
Vermeld hier niets Vermeld hier de datum van vertrek
De datum moet als volgt worden vermeld: DD/MM/JJJJ (Voorbeeld: 31/12/2011). -------------------------------------
Vak 3 SCHULDENAAR VAN DE INKOMSTEN Wie is de schuldenaar van de inkomsten? De schuldenaar van de inkomsten is diegene die de inkomsten heeft betaald of toegekend. Dit kan zowel een natuurlijke persoon als een rechtspersoon of enigerlei vereniging zijn. Identificatie Vermeld hier de volledige identiteit van de schuldenaar, d.w.z. de naam of benaming, straat, nummer en eventueel bus, evenals het postnummer en de gemeente. De naam van de gemeente moet volledig worden vermeld. - 14 -
Fusiegemeenten Voor de gefusioneerde gemeenten moet het postnummer worden vermeld dat aan de nieuwe gemeente (fusiegemeente) is toegekend. Dat postnummer moet alleen door de naam van die nieuwe gemeente worden gevolgd. NN of ON Hier moet het nationaal nummer of het ondernemingsnummer van de schuldenaar van de inkomsten worden vermeld. Het ondernemingsnummer is een uniek identificatienummer, toegekend door de Kruispuntbank van Ondernemingen. Voor de ondernemingen die reeds vóór 1 juli 2003 bestonden, bestaat dit nummer uit het BTW-nummer of het nummer uit het nationaal register van de rechtspersonen, voorafgegaan door een '0'. Aan ondernemingen, opgericht na 1 juli 2003, werd een nieuw ondernemingsnummer toegekend dat begint met een '0'. -------------------------------------
Vak 4 AFZENDER Wie is de afzender? De afzender is de natuurlijke persoon, rechtspersoon of vereniging die, of het sociaal secretariaat dat de fiche heeft opgesteld. Identificatie Vermeld hier de volledige identiteit van de afzender, d.w.z. de naam of benaming, straat, nummer en eventueel bus, evenals het postnummer en de gemeente. De naam van de gemeente moet volledig worden vermeld. Fusiegemeenten Voor de gefusioneerde gemeenten moet het postnummer worden vermeld dat aan de nieuwe gemeente (fusiegemeente) is toegekend. Dat postnummer moet alleen door de naam van die nieuwe gemeente worden gevolgd. Doel In geval van niet-uitreiking zullen de fiches aan de afzender worden teruggezonden. Dit is niet noodzakelijk de schuldenaar van de inkomsten. NN of ON Hier moet het nationaal nummer of het ondernemingsnummer van de afzender worden vermeld. Het ondernemingsnummer is een uniek identificatienummer, toegekend door de Kruispuntbank van Ondernemingen. Voor de ondernemingen die reeds vóór 1 juli 2003 bestonden, bestaat dit nummer uit het BTW-nummer of het nummer uit het nationaal register van de rechtspersonen, voorafgegaan door een '0'. Aan ondernemingen, opgericht na 1 juli 2003, werd een nieuw ondernemingsnummer toegekend dat begint met een '0'. -------------------------------------
- 15 -
GEADRESSEERDE Wie is de geadresseerde? De geadresseerde is diegene die de belastbare inkomsten heeft verkregen. Dit is steeds een natuurlijk persoon. Identificatie Vermeld hier de volledige identiteit van de geadresseerde, d.w.z. de naam en voornaam, straat, nummer en eventueel bus, evenals het postnummer en de gemeente. De naam van de gemeente moet volledig worden vermeld. Fusiegemeenten Voor de gefusioneerde gemeenten moet het postnummer worden vermeld dat aan de nieuwe gemeente (fusiegemeente) is toegekend. Dat postnummer moet alleen door de naam van die nieuwe gemeente worden gevolgd. Naam Vermeld de naam van de verkrijger van de inkomsten in HOOFDLETTERS. Voornamen Vermeld steeds de eerste voornaam volledig. De andere voornamen mogen worden afgekort tot de initialen. Adres Indien de verkrijger van de inkomsten gedomicilieerd is in België : vermeld dan hier zijn adres op 1 januari 2012 of bij gebrek daaraan zijn laatst gekende adres; niet gedomicilieerd is in België : vermeld dan hier het volledige buitenlandse adres, evenals het land; een personeelslid is van een Belgische privé-onderneming en tewerkgesteld is in een land buiten Europa waarmee België geen overeenkomst tot vermijding van dubbele belasting heeft gesloten : vermeld dan hier het adres in België waar hij verbleef op datum van het vertrek naar het buitenland. Buitenlandse kaderleden Indien de fiche is opgesteld op naam van een buitenlands kaderlid of vorser (zie bijlage 3), breng dan de vermelding “EX” aan na de aanduiding van de gemeente. Naam en voornamen echtgenoot of wettelijk samenwonende partner De naam van de echtgenoot of wettelijk samenwonende partner mag steeds op de fiches worden vermeld. In de hierna volgende gevallen moet deze evenwel verplicht worden vermeld. Huwelijk 1. Tussen personen van verschillend geslacht : de naam van de echtgenoot moet steeds op de fiches worden vermeld indien de begunstigde van de inkomsten een gehuwde vrouw is. 2. Tussen personen van hetzelfde geslacht : de naam van de echtgenoot moet steeds op de fiches worden vermeld.
- 16 -
Wettelijk samenwonenden Overeenkomstig artikel 2, §1, 2°, WIB 92 worden de wettelijk samenwonenden (zie bijlage 1) gelijkgesteld met gehuwden en een wettelijk samenwonende met een echtgenoot. De naam van de samenwonende partner (die een gezin vormt met de verkrijger van de inkomsten) moet steeds op de fiche worden vermeld. -------------------------------------
Vak 5 GEZINSTOESTAND Algemene regel U moet rekening houden met de gezinstoestand van de verkrijger van de inkomsten op 1 januari 2012. Uitzondering Indien u de gezinstoestand van de verkrijger op 1 januari 2012 niet kent, houd dan rekening met de laatste door u gekende gezinstoestand van vóór die datum. Indien de gezinstoestand u werd medegedeeld door de diensten van de Algemene administratie van de FISCALITEIT, moet u met deze toestand, eventueel aangepast aan de na die mededeling ingetreden wijzigingen, rekening houden. Buitenlandse werknemers Indien het gezin van de werknemer verblijft in België of in de Europese Unie : dan moet er rekening worden gehouden met de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner en met alle kinderen en andere personen ten laste; buiten de Europese Unie : dan moet er rekening worden gehouden met: • de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner (behalve wanneer er ernstige redenen zijn om aan te nemen dat hij/zij door de belastingplichtige is verlaten); • de kinderen waarvoor Belgische kinderbijslag wordt uitbetaald in het land van herkomst van de werknemer. -------------------------------------
GEZINSTOESTAND (ECHT.) De verkrijger van de inkomsten is ALLEENSTAANDE Vermeld hier het cijfer “0”. De verkrijger van de inkomsten is GEHUWD of WETTELIJK SAMENWONEND Indien de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner van de verkrijger van de inkomsten : persoonlijke beroepsinkomsten heeft : vermeld dan hier het cijfer “1”;
geen beroepsinkomsten heeft : vermeld dan hier het cijfer “2”;
- 17 -
enkel pensioenen, renten of ermee gelijkgestelde inkomsten heeft ≤ 120,00 EUR netto per maand : vermeld dan hier het cijfer “2”;
enkel persoonlijke beroepsinkomsten heeft, andere dan pensioenen, renten of ermee gelijkgestelde inkomsten ≤ 199,00 EUR netto per maand : vermeld dan hier het cijfer “3”;
enkel pensioenen, renten of ermee gelijkgestelde inkomsten heeft die tussen 120,00 EUR en 397,00 EUR netto per maand bedragen : vermeld dan hier het cijfer “3”. -------------------------------------
GEZINSTOESTAND (KIND) Kinderen (Kind) Vermeld hier het aantal kinderen ten laste van de verkrijger. Een zwaar gehandicapt kind (zie bijlage 4) ten laste moet voor twee kinderen worden geteld. Doodgeboren kind Een doodgeboren kind of een kind verloren bij een miskraam na ten minste 180 dagen zwangerschap moet eveneens als een kind ten laste worden beschouwd, op voorwaarde dat het voorval zich gedurende het jaar 2011 heeft voorgedaan. Vermist of ontvoerd kind Een kind dat in de loop van 2011 vermist of ontvoerd is en dat op 1 januari 2012 nog niet de leeftijd van 18 jaar bereikt heeft, moet eveneens als kind ten laste worden beschouwd, op voorwaarde dat het reeds in aanslagjaar 2011 ten laste was en dat kan worden aangetoond dat uiterlijk op 31 december 2011 de verdwijning of ontvoering werd aangegeven bij de politie of desbetreffend een klacht werd ingediend bij het parket of bij de in België voor ontvoerde kinderen bevoegde autoriteiten. -------------------------------------
GEZINSTOESTAND (ANDERE) Andere Vermeld hier het aantal personen ten laste van de verkrijger, andere dan de echtgenoot en de kinderen. Een zwaar gehandicapt persoon (zie bijlage 4) moet voor twee personen ten laste worden geteld. Personen ouder dan 65 jaar Wordt eveneens als een persoon ten laste beschouwd, iedere ascendent of zijverwant tot en met de tweede graad voor zover die persoon : de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt; deel uitmaakt van het gezin op 1 januari 2011; voor het jaar 2011 niet over eigen bestaansmiddelen heeft beschikt die meer bedragen dan 2.890,00 EUR netto. - 18 -
Voor het vaststellen van de netto bestaansmiddelen worden voor het jaar 2011 de pensioenen, de renten en als zodanig geldende toelagen vermeld in art. 34 WIB 92 tot een bedrag van 23.250,00 EUR buiten beschouwing gelaten. -------------------------------------
GEZINSTOESTAND (DIVERSE) Diverse Vermeld hier de letter “X” indien de verkrijger : ofwel een niet hertrouwde weduwnaar of weduwe is met één of meer kinderen ten laste; ofwel een ongehuwde vader of moeder is met één of meer kinderen ten laste. -------------------------------------
HANDICAP Gezinstoestand (Echt.) Vermeld de letter “H”, zoals in het onderstaande voorbeeld, indien de echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner van de verkrijger van de inkomsten een zwaar gehandicapt persoon (zie bijlage 4) is. GezinsToestand
Echt.
Kind.
Andere
Diverse
H Gezinstoestand (Diverse) Vermeld de letter “H”, zoals in het onderstaande voorbeeld, wanneer de verkrijger van de inkomsten een zwaar gehandicapt persoon (zie bijlage 4) is. Gezinstoestand
Echt.
Kind.
Andere
Diverse H
-------------------------------------
Vak 6 BURGERLIJKE STAND Algemene regel U moet rekening houden met de burgerlijke stand van de verkrijger van de inkomsten op 1 januari 2012. Indien de burgerlijke stand op 1 januari 2012 niet gekend is, houd dan rekening met de laatste door u gekende burgerlijke stand van vóór die datum. Vermeldingen De verkrijger van de inkomsten is : alleenstaande................................................. vermeld dan hier de letter “O”; gehuwd of wettelijk samenwonende ............... vermeld dan hier de letter “G”; weduwnaar of weduwe ................................... vermeld dan hier de letter “W”; uit de echt gescheiden.................................... vermeld dan hier de letter “E”; gescheiden van tafel en bed........................... vermeld dan hier de letter “E”; feitelijk gescheiden ......................................... vermeld dan hier de letter “S”. ------------------------------------- 19 -
Vak 7 NR. PARITAIR COMITÉ Paritair comité Vermeld hier het volgnummer waaronder het paritair comité, bevoegd voor de werknemer op wiens naam de fiche is opgesteld, voorkomt in de lijst van de paritaire comités. Wie stelt de lijst van de paritaire comités op ? Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen Ernest Blerotstraat 1 1070 Brussel -------------------------------------
Vak 8 NATIONAAL NR. OF FIN OF GEBOORTEDATUM EN –PLAATS De verkrijger van de inkomsten is gedomicilieerd in België: Vermeld dan hier : zijn inschrijvingsnummer in het rijksregister; bij gebrek hieraan, de geboortedatum, evenals de geboorteplaats zoals vermeld op officiële documenten (identiteitskaart, rijbewijs, paspoort, enz.). De verkrijger van de inkomsten is NIET gedomicilieerd in België: Vermeld dan hier : het Kruispuntbanknummer (1) en het FIN (zie bijlage 9) toegekend door sommige EU-landen aan hun onderdanen; bij gebrek hieraan, de geboortedatum, evenals de geboorteplaats zoals vermeld op officiële documenten (identiteitskaart, rijbewijs, paspoort, enz.). Waar vind je het FIN? Indien de verkrijger van de inkomsten afkomstig is uit één van de 14 hieronder vermelde lidstaten van de Europese Unie, vindt u in bijlage 9 meer informatie over de officiële documenten waarin het FIN opgenomen is. - België - Bulgarije - Denemarken - Estland - Finland - Letland - Litouwen - Malta - Nederland - Roemenië - Slowakije - Spanje - Tsjechië - Zweden ------------------------------------(1)
Eveneens het "bisnummer" genoemd: het betreft het identificatienummer van de natuurlijke personen die niet ingeschreven zijn in het Rijksregister van de natuurlijke personen, dat door de Kruispuntbank in toepassing van artikel 4 van de wet van 15.1.1990 (BS 22.2.1990) wordt toegekend (zie ondermeer de omzendbrief van de FOD Sociale Zekerheid van 11.7.2006 betreffende de procedure tot toekenning van een identificatienummer door de Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, het zogenaamde "bisnummer", aan vreemdelingen die tijdelijk naar België komen als gelegenheidswerknemers - BS 10.8.2006).
- 20 -
Vak 9 BEZOLDIGINGEN (ANDERE DAN BEDOELD IN 14a EN 15a) Bezoldigingen Bedoelde inkomsten Vermeld hier de vaste of veranderlijke bruto belastbare (zie bijlage 2) bezoldigingen (zie bijlage 5) die in geld of in natura in 2011 werden betaald of toegekend. Bezoldiging van december (overheid) De bezoldigingen van de maand december die voor de eerste keer betaald of toegekend worden door een overheid in de loop van de maand december 2011 in plaats van in januari 2012, als gevolg van een beslissing van die overheid om voortaan de bezoldigingen van de maand december te betalen of toe te kennen in de maand december in plaats van in januari van het daaropvolgende jaar mogen niet hier worden vermeld, maar moeten wel in vak 11 in de code 247 worden ingevuld. Het betreft de werkgevers van de openbare sector bedoeld in het Koninklijk besluit nr. 279 van 30 maart 1984 betreffende de betaling na vervallen termijn van de wedden van sommige personeelsleden van de openbare sector (zie bijlage 12), waaronder ook de autonome overheidsbedrijven, en ook een aantal overheden die niet in het voormelde KB zijn opgenomen (o.m. gemeentelijke overheden). Sportbeoefenaars, scheidsrechters, opleiders, trainers en begeleiders in het kader van hun sportactiviteit Bezoldigingen, verkregen door sportbeoefenaars voor hun sportieve activiteiten, door scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars, moeten worden vermeld in respectievelijk de vakken 14a of 15a van de fiche 281.10, ongeacht of zij werden betaald of toegekend door een werkgever uit de privésector dan wel door de overheid. -------------------------------------
Vakantiegeld Bedoeld vakantiegeld Het betreft hier het vakantiegeld (ander dan bedoeld in de vakken 14a en 15a) waarvan de werkgever niet de last draagt, maar waarvoor hij, zowel bij de berekening van de verschuldigde bedrijfsvoorheffing, als bij de storting van die voorheffing aan de Schatkist, is tussengekomen. Niet bedoeld vakantiegeld Het door de werkgever betaalde vakantiegeld waarop de bedrijfsvoorheffing door de verlofkas werd ingehouden en in de Schatkist werd gestort, mag hier niet worden vermeld. Aantal dagen Indien de verkrijger van de inkomsten : een arbeider of ermee gelijkgesteld personeel is en : o onderworpen is aan het stelsel van het jaarlijks verlof van bezoldigde werknemers : vermeld dan hier het aantal dagen dat betrekking heeft op het door de werkgever voor rekening van de bevoegde verlofkas betaalde vakantiegeld; - 21 -
niet onderworpen is aan het stelsel van het jaarlijks verlof van bezoldigde werknemers : vermeld dan hier niets; een bediende of ermee gelijkgesteld personeel is : vermeld dan hier niets. o
Bedrag Indien de verkrijger van de inkomsten : een arbeider of ermee gelijkgesteld personeel is en : o onderworpen is aan het stelsel van het jaarlijks verlof van bezoldigde werknemers : vermeld dan hier het vakantiegeld dat door de werkgever voor rekening van de bevoegde verlofkas werd betaald; o niet onderworpen is aan het stelsel van het jaarlijks verlof van bezoldigde werknemers : vermeld dan hier niets; een bediende of ermee gelijkgesteld personeel is : vermeld dan hier niets. -------------------------------------
Voordelen van alle aard Aard Vermeld hier, gebruik makend van de afkortingen in de onderstaande tabel, de aard van het (de) belastbare voorde(e)l(en) toegekend aan de verkrijger van de inkomsten. INDIEN het voordeel in natura voortvloeit uit een lening huisvesting het kosteloos of tegen verwarming gunstige voorwaarden verlichting toekennen van voeding een voertuig de tussenkomst van de werkgever in de aankoopprijs (exclusief BTW) van een geheel van PC, randapparatuur en printer, internetaansluiting, alsook voor de bedrijfsvoering dienstige software die door de werknemer in het kader van een door de werkgever georganiseerd plan vóór 1 januari 2009 wordt aangekocht (in de mate dat die tussenkomst meer bedraagt dan 60 % van die aankoopprijs of hoger is dan 1.730,00 EUR) (Hier worden enkel de tussenkomsten beoogd als gevolg van een aanbieding die is gedaan vóór 1 januari 2009) de kosteloze (of tegen voordelig tarief) terbeschikkingstelling door de werkgever van een PC en/of internetaansluiting voor persoonlijke doeleinden andere dan de hierboven vermelde voordelen
vermeld dan hier de letter(s) “L” “H” “Verw.” “Verl.” “Voed.” "Auto"
Vermeld niets indien geen enkel voordeel werd toegekend.
- 22 -
“PC1”
“PC2” “DIV”
Bedrag Vermeld hier het belastbare bedrag (zie bijlage 2) van de voordelen van alle aard die de werknemer heeft verkregen uit hoofde van of ter gelegenheid van de uitoefening van zijn beroepswerkzaamheid. Het bedrag van de tussenkomst van de werkgever in de door de werknemer vanaf 1 januari 2009 betaalde aankoopprijs voor een nieuwe PC (met of zonder randapparatuur), van een internetaansluiting of een internetabonnement, mag niet hier, maar moet wel in vak 16 van deze fiche worden vermeld, behalve indien het gaat om bedragen, betaald tot uitvoering van een aanbod dat is gedaan vóór 1 januari 2009. Zijn als voordelen van alle aard te beschouwen Premies verzekeringen Verzekeringspremies die een werkgever definitief heeft gestort tot het uitsluitend individuele voordeel van de verkrijger van de inkomsten. Hier wordt meer bepaald bedoeld de tussenkomst in de premies van een : brandverzekering; verzekering tegen burgerlijke of familiale aansprakelijkheid; autoverzekering; individuele levensverzekering; groepsverzekering of extrawettelijke voorzorgsregeling die NIET toepasselijk is op al de werknemers of op een groep onder hen; individuele verzekering tegen lichamelijk ongevallen, enz… Huwelijks- en anciënniteitspremie Het betreft enkel huwelijkspremies die het bedrag van 200,00 EUR per werknemer overschrijden: enkel het verschil tussen de huwelijkspremie en het maximum vrijstelbaar bedrag van 200,00 EUR moet worden vermeld. De ancienniteitspremie moet worden vermeld: ofwel voor het deel van het betaalde of toegekende bedrag dat het vrijgestelde bedrag, gelijk aan één- of tweemaal het bruto bedrag van de maandwedde, naargelang de werknemer respectievelijk 25 of 35 jaar dienst heeft, overschrijdt; ofwel voor het totale door de werkgever betaalde of toegekende bedrag wanneer de hieronder vermelde voorwaarden voor een vrijstelling niet zijn vervuld : o zij wordt maximum twee maal tijdens de loopbaan van een werknemer bij eenzelfde werkgever toegekend; o de eerste toekenning gebeurt ten vroegste in het kalenderjaar waarin de werknemer 25 jaar dienst heeft bij de werkgever; o de tweede toekenning gebeurt ten vroegste in het kalenderjaar waarin de werknemer 35 jaar dienst heeft bij de werkgever. Gezondheidszorgen Vergoedingen die de werkgever systematisch aan zijn personeelsleden betaalt ter uitvoering van een reglement dat de geldelijke tegemoetkoming in de kosten van gezondheidszorgen regelt. Aandelen (opties) Voordelen van alle aard : die voortvloeien uit het lichten van aandelenopties die vóór 1 januari 1999 zijn toegekend; die voortvloeien uit het tegen gunstvoorwaarden toekennen van aandelen. Dit is ook het geval wanneer aandelenopties, waarvoor in 2008, 2009 en/of 2010 overeenkomstig de wet van 26 maart 1999 slechts een gehalveerd voordeel werd belast, in 2011 in strijd met het beding in het - 23 -
optieplan zelf voortijdig werden uitgeoefend, d.w.z. vóór het verstrijken van het derde jaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden); die voortvloeien uit aandelenopties die in 2011, in strijd met het beding in het optieplan zelf, onder levenden werden overgedragen.
Diverse voordelen Het betreft hier het voordeel van alle aard dat voortvloeit uit : een lening, het kosteloos of tegen voordelige voorwaarden verlenen van huisvesting, verwarming, verlichting, huispersoneel, enz.; het gratis verstrekken van maaltijden; de tussenkomst van de werkgever in de aankoopprijs (exclusief BTW) van een geheel van PC, randapparatuur en printer, internetaansluiting, alsook voor de bedrijfsvoering dienstige software die door de werknemer wordt aangekocht in het kader van een door de werkgever georganiseerd plan vóór 1 januari 2009 (in de mate dat die tussenkomst meer bedraagt dan 60 % van die aankoopprijs of hoger is dan 1.730,00 EUR); de kosteloze (of tegen voordelig tarief) terbeschikkingstelling door de werkgever van een PC en/of internetaansluiting voor persoonlijke doeleinden. Een door de werkgever ter beschikking gesteld voertuig Het betreft het voordeel van alle aard dat voortvloeit uit het persoonlijk gebruik (met uitzondering van de woon-werkverplaatsingen) van een voertuig dat kosteloos of tegen voordelige voorwaarden door de werkgever aan de werknemer ter beschikking wordt gesteld. Hoe moet men het voordeel van alle aard bepalen? Welk bedrag moet als voordeel van alle aard worden aangegeven? Zie bijlage 6. -------------------------------------
Getrouwheidszegels Voor de werknemers uit de bouwsector Vermeld hier het bedrag van de getrouwheidszegels dat gelijk is aan 9% van het totale bedrag van de bruto belastbare bezoldigingen die zijn vermeld in vak 9a. Voor de werknemers uit alle andere sectoren Voor zover de werknemer er heeft gekregen, moeten hier de in 2011, in uitvoering van de bepalingen van de voor de betrokken sector van toepassing zijnde collectieve overeenkomst, ontvangen of toegekende getrouwheidszegels worden vermeld.
TOTAAL (Code 250) Vermeld hier het totaal van de inkomsten opgenomen in vak 9a tot d. -------------------------------------
- 24 -
Vak 10 AANDELENOPTIES Percentage Indien de aandelenopties: niet op de beurs genoteerd of verhandeld worden : vermeld dan hier het (de) percentage(s) dat is (die zijn) toegepast voor de forfaitaire waardering van het (de) voorde(e)l(en) uit aandelenopties toegekend in 2011; op de beurs genoteerd of verhandeld worden : vermeld dan hier “00,00”. Indien tijdens het jaar 2011 meerdere aandelenopties zijn toegekend waarop verschillende percentages voor de waardering van de voordelen van alle aard zijn toegepast, vermeld dan in de betreffende rubrieken de percentages die aan de basis liggen van de forfaitaire waardering van de belastbare voordelen. -------------------------------------
Buitenlandse vennootschap Kruis dit vakje enkel aan indien de aandelenopties zijn toegekend door een buitenlandse vennootschap zonder inrichting in België. -------------------------------------
Aandelenopties toegekend in 2011 (Code 249) Principe Vermeld hier de voordelen van alle aard verkregen naar aanleiding van de beroepswerkzaamheid onder de vorm van de al dan niet kosteloze toekenning van aandelenopties toegekend in 2011, op grond van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen (BS 1.4.1999). Datum van toekenning De opties worden geacht te zijn toegekend op de zestigste dag die volgt op de datum van het aanbod. Indien het aanbod heeft plaatsgehad : vanaf 2.11.2010 tot en met 31.12.2010 : vermeld dan hier het totale bedrag van de voordelen van alle aard;
vanaf 1.1.2011 tot en met 1.11.2011 : vermeld dan hier het totale bedrag van de voordelen van alle aard;
na 1.11.2011 : vermeld dan hier niets.
Te vermelden bedrag Vermeld het totale bedrag van de voordelen van alle aard dat voortvloeit uit de toekenning in 2011 van verschillende aandelenopties. Halvering Wanneer de voorwaarden voor de halvering (zie bijlage 7) van het belastbare bedrag van het voordeel waren vervuld bij de toekenning in 2011, maar dat niet langer waren op 31.12.2011, vermeld dan hier het volledige (niet-gehalveerde) bedrag van het belastbaar voordeel.
- 25 -
Bijkomend voordeel Vermeld hier eveneens het bedrag van het voordeel dat voortvloeit uit een beding dat tot doel heeft een bepaald voordeel aan de begunstigde van deze in 2011 toegekende opties te verlenen, wanneer dit voordeel vaststaat in 2011 en in de mate dat het meer bedraagt dan het forfaitair vastgestelde voordeel op het ogenblik van de toekenning. Opties tegen betaling In geval van tegen betaling toegekende opties, mag hier enkel het verschil tussen het totale belastbare bedrag van de voordelen van alle aard en het bedrag van de bijdrage van de begunstigde vermeld worden. -------------------------------------
Aandelenopties toegekend vóór 2011 (Code 248) Principe Vermeld hier het bedrag van de voordelen van alle aard met betrekking tot de aandelenopties die naar aanleiding van de beroepswerkzaamheid, al dan niet kosteloos, zijn toegekend, dat in 2011 belastbaar werd, op grond van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen (BS 1.4.1999). Te vermelden bedrag Vermeld hier: het bedrag van de terugname van het gehalveerde belastbare voordeel, indien : - in 2011 een risicodekking van vermindering van de waarde van de aandelen waarop de optie betrekking heeft, werd verleend;
-
de optie reeds in 2011 werd uitgeoefend, vóór het verstrijken van het derde jaar volgend op dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden ondanks de persoonlijke verbintenis van de begunstigde om ze niet uit te oefenen vóór het einde van het derde jaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden (opties toegekend in 2008, 2009 en 2010);
-
de optie in 2011 onder levenden werd overgedragen, ondanks de persoonlijke verbintenis van de begunstigde om ze niet over te dragen.
het bedrag van het voordeel dat voortvloeit uit een beding dat tot doel heeft een bepaald voordeel aan de begunstigde van deze opties te verlenen, indien dit voordeel vaststaat in 2011 en in de mate dat het meer bedraagt dan het forfaitair vastgestelde voordeel op het ogenblik van de toekenning.
Vroegtijdige uitoefening van de optie Wanneer de optie reeds in 2011 werd uitgeoefend, ondanks een beding in het optieplan zelf dat de optie niet vóór het einde van het derde jaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden mag worden uitgeoefend, moet het belastbare voordeel dat eruit voortvloeit in vak 9c, “voordelen van alle aard”, worden vermeld. -------------------------------------
- 26 -
Vak 11 AFZONDERLIJK BELASTBARE INKOMSTEN Vervroegd vakantiegeld (andere dan bedoeld in 14b en 15b) (Code 251) Vervroegd vakantiegeld Vermeld hier het bedrag van het vervroegd vakantiegeld, betaald door de onderneming in de loop van 2011 en dat betrekking heeft op de prestaties in datzelfde jaar, indien de verkrijger van de inkomsten: de onderneming definitief heeft verlaten in de loop van 2011; de onderneming heeft verlaten in de loop van het jaar 2011, maar opnieuw werd aangeworven tijdens datzelfde jaar; in 2011 een nieuwe arbeidsovereenkomst heeft afgesloten binnen de onderneming; zijn beroepsactiviteiten heeft opgeschort in het kader van loopbaanonderbreking of voltijds tijdskrediet. Achterstallen (andere dan bedoeld in 13b, 14c en 15c) (Code 252) Gewone bezoldigingen Vermeld hier de bezoldigingen betreffende één of meer jaren die 2011 voorafgaan en die normaal tijdens die jaren hadden moeten betaald of toegekend zijn, maar die door toedoen van de overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger slechts in 2011 werden betaald of toegekend. Fonds voor sluiting van de ondernemingen Vermeld hier eveneens de vergoedingen die door het Fonds voor sluiting van de ondernemingen aan de ontslagen werknemers werden uitgekeerd na het verstrijken van het belastbare tijdperk waarop de vergoeding in werkelijkheid betrekking heeft. Bezoldigingen van december (overheid) Vermeld hier de bezoldigingen van de maand december die door een overheid voor de eerste keer betaald of toegekend hadden moeten worden in de loop van de maand december van een jaar voorafgaand aan 2011 als gevolg van een beslissing van die overheid om vanaf dan de bezoldigingen van de maand december te betalen of toe te kennen in december in plaats van in januari van het daaropvolgende jaar, maar die door toedoen van de overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger slechts in 2011 werden betaald of toegekend. -------------------------------------
Opzeggingsvergoedingen (andere dan bedoeld in 14d en 15d) (Code 253) Bedoelde vergoedingen Vermeld hier de vergoedingen die door de werkgever wettelijk, contractueel of goedgunstig, onder eender welke vorm of onder eender welke benaming, werden toegekend ten gevolge van de stopzetting van de arbeid of de beëindiging van een arbeidsovereenkomst.
De aandacht wordt er op gevestigd dat voortaan het bedrag van de door de werknemer verkregen opzeggingsvergoeding moet worden vermeld, zelfs indien dit lager is dan 850 EUR per jaar. Daartoe behoren o.m. de ontslagvergoedingen betaald door de werkgever ter uitvoering van de wetgeving betreffende de schadeloosstelling van de werknemers die bij de sluiting van ondernemingen werden ontslagen. - 27 -
Vergoedingen in kapitaal van brugpensioenen Vermeld hier het bedrag van de aanvullende vergoedingen van brugpensioenen zowel wettelijke als extrawettelijke, gestort onder de vorm van een kapitaal ten laste van de werkgever. -------------------------------------
Inschakelingsvergoeding (Code 245) Bedoelde vergoedingen Inschakelingsvergoedingen als vermeld in de artikelen 36 tot 38 van de wet van 23 december 2005 betreffende het generatiepact (BS 30.12.2005 – 2de editie) en zoals gewijzigd door de artikelen 43 en 44 van de Economische herstelwet van 27 maart 2009 (BS 7.4.2009), betaald of toegekend door een werkgever in herstructurering. Het betreft de vergoedingen betaald of toegekend gedurende een periode van maximum zes maanden aan werknemers die op het ogenblik van de aankondiging van het collectief ontslag ten minste één jaar ononderbroken dienstanciënniteit hebben en zich hebben ingeschreven bij een tewerkstellingscel als bedoeld in de artikelen 33 tot 35 van de voormelde wet van 23 december 2005 en de artikelen 5 tot 8 van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen (BS 31.3.2006, 2de editie). Voorwaarden De werknemer moet bovendien cumulatief aan de volgende voorwaarden voldoen: tewerkgesteld zijn bij een werkgever in herstructurering; ontslagen worden in het kader van een collectief ontslag als vermeld in artikel 3 van het koninklijk besluit van 9 maart 2006 betreffende het activerend beleid bij herstructureringen (BS 31.3.2006, 2de editie) en ten vroegste aangekondigd vanaf 31.3.2006; ontslagen worden in de periode die aanvangt bij de aankondiging van het collectief ontslag en die eindigt de laatste dag van de periode van erkenning als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering overeenkomstig de bepalingen inzake brugpensioen. Te vermelden bedrag Vermeld hier het bruto belastbaar bedrag (zie bijlage 2) van de vergoedingen betaald of toegekend in 2011. ------------------------------------Bezoldigingen van december - overheid (Code 247) Bedoelde inkomsten Worden hier uitsluitend beoogd, de bezoldigingen van de maand december die voor de eerste keer betaald of toegekend worden door een overheid in de loop van de maand december 2011 in plaats van in januari 2012, als gevolg van een beslissing van die overheid om voortaan de bezoldigingen van de maand december te betalen of toe te kennen in de maand december in plaats van in januari van het daaropvolgende jaar. De bezoldigingen van de maand december die voor de eerste keer betaald of toegekend hadden moeten worden in de loop van de maand december van een jaar voorafgaand aan 2011 als gevolg van een beslissing van een overheid om vanaf dan de bezoldigingen van de maand december te betalen of toe te kennen in december in plaats van in januari van het daaropvolgende jaar, - 28 -
maar die door toedoen van die overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger pas in 2011 werden betaald of toegekend, mogen niet hier worden vermeld. Dergelijke inkomsten worden beschouwd als afzonderlijk belastbare achterstallen die vermeld moeten worden in vak 11b tegenover de code 252. Het betreft de werkgevers van de openbare sector bedoeld in het koninklijk besluit nr. 279 van 30 maart 1984 betreffende de betaling na vervallen termijn van de wedden van sommige personeelsleden van de openbare sector (zie bijlage 12), waaronder ook de autonome overheidsbedrijven, en ook een aantal overheden die niet in het voormelde KB zijn opgenomen (o.m. gemeentelijke overheden). Te vermelden bedrag Vermeld hier het bruto belastbaar bedrag (zie bijlage 2) van de bezoldiging van de maand december die voor de eerste keer werd betaald of toegekend in december 2011 in plaats van in januari 2012. -------------------------------------
Vak 12 WEERVERLETZEGELS (CODE 271) Indien de werknemer in de loop van 2011 weerverletzegels heeft ontvangen tot uitvoering van de bepalingen van de voor de betrokken sector van toepassing zijnde collectieve overeenkomst, vermeld dan hier het in 2011 betaalde of toegekende bedrag. Voor de werknemers van de bouwsector is dit bedrag gelijk aan 2% van het totale bedrag van de bruto belastbare bezoldigingen, die zijn vermeld in vak 9a. -------------------------------------
Vak 13 NIET-RECURRENTE RESULTAATGEBONDEN VOORDELEN Voordelen (Code 242) Bedoelde inkomsten Zijn hier bedoeld, de voordelen verbonden aan de collectieve resultaten van een onderneming of een groep van ondernemingen, of aan een welomschreven groep van werknemers, gebaseerd op objectieve criteria, betaald of toegekend, overeenkomstig Hoofdstuk II van de wet van 21 december 2007, betreffende de uitvoering van het interprofessioneel akkoord 2007-2008 (BS 31.12.2007, 4de editie). Het betreft voordelen die afhangen van de verwezenlijking van een duidelijk meetbaar en verifieerbaar doel, die niet geïndividualiseerd kunnen worden, en waarvan de verwezenlijking onzeker is op het ogenblik van de invoering van een systeem van resultaatgebonden voordelen. Dergelijke voordelen moeten worden ingevoerd ofwel door een collectieve arbeidsovereenkomst of, voor werknemers waarvoor geen syndicale afvaardiging bestaat, via een collectieve arbeidsovereenkomst of via een toetredingsakte, naar keuze van de werkgever. Achterstallen (Code 243) Vermeld hier de hiervoor bedoelde niet-recurrente resultaatgebonden voordelen die betrekking hebben op het jaar voorafgaand aan 2011 en die normaal tijdens dat jaar hadden moeten betaald of toegekend zijn, maar die door toedoen van de overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger slechts in 2011 werden betaald of toegekend. - 29 -
Te vermelden bedrag Vermeld tegenover de code 242 en/of de code 243 respectievelijk het bedrag van de niet-recurrente resultaatgebonden voordelen en/of de achterstallen, betaald of toegekend in 2011, in de mate dat de som van deze bedragen het maximumbedrag van 2.358,00 EUR niet overschrijdt. In de mate dat de som van deze bedragen het maximumbedrag van 2.358,00 EUR overschrijdt, moet het maximumbedrag proportioneel worden verdeeld over de voordelen van het jaar zelf (code 242) en de achterstallen (code 243). Bijgevolg moet het totaal bedrag van de voordelen en het totaal bedrag van de achterstallen worden vermenigvuldigd met de breuk “maximumbedrag / (totale voordelen + totale achterstallen)”. De na deze bewerking verkregen resultaten moeten worden vermeld op de codes 242 en 243. Voorbeeld: In 2011 werden 2.000 euro niet-recurrente resultaatgebonden voordelen en 1.000 euro achterstallen van niet-recurrente resultaatsgebonden voordelen toegekend. Vermeld dan op : Code 242 : 2.000 euro x (2.358/3000) = 1.572 euro. Het saldo (428 euro) moet vermeld worden in vak 9 tegenover de code 250.
Code 243 : 1.000 euro x (2.358/3000) = 786 euro. Het saldo (214 euro) moet vermeld worden in vak 11 tegenover de code 252. -------------------------------------
Vak 14 DOOR SPORTBEOEFENAARS VOOR HUN SPORTIEVE ACTIVITEITEN VERKREGEN Bezoldigingen (Code 273) Bedoelde inkomsten Vermeld hier het totale bruto belastbare bedrag (zie bijlage 2) van de door de sportbeoefenaars verkregen bezoldigingen voor de uitoefening van hun sportieve activiteit, met name:
de bezoldigingen (zie bijlage 5) betaald of toegekend aan een sportbeoefenaar, inwoner van België, ongeacht zijn leeftijd, verkregen in het kader van een arbeidscontract, voor de uitoefening van een sportieve activiteit;
de bezoldigingen (zie bijlage 5) betaald of toegekend aan een sportbeoefenaar, niet-inwoner van België, ongeacht zijn leeftijd, verkregen in het kader van een arbeidsovereenkomst en voor zover de sportieve activiteit werd uitgeoefend in België gedurende meer dan 30 dagen bij dezelfde schuldenaar te berekenen per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden.
Het betreft hier alle inkomsten, verkregen door sportbeoefenaars in het kader van hun sportactiviteiten, ongeacht het feit of de schuldenaar van de inkomsten behoort tot de publieke of de privé sector. 30 dagen binnen een tijdperk van 12 opeenvolgende maanden De 30 dagen moeten gerekend worden per schuldenaar van de inkomsten. Ze zijn te berekenen per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden. Dit tijdperk van 12 opeenvolgende maanden valt niet noodzakelijk samen met een kalender- 30 -
jaar of een belastbaar tijdperk en wordt berekend van dag tot dag. Elk deel van een dag wordt voor een volledige dag gerekend. Niet bedoelde inkomsten De bezoldigingen of baten die persoonlijk aan een sportbeoefenaar, nietinwoner, worden betaald of toegekend voor een in België uitgeoefende activiteit als sportbeoefenaar gedurende maximaal 30 dagen, te berekenen per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden en per schuldenaar. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.30 (vak 10j).
De inkomsten uit een in België door een sportbeoefenaar, niet-inwoner, persoonlijk en als zodanig verrichte werkzaamheid, wanneer ze niet zijn betaald of toegekend aan de sportbeoefenaar zelf, maar aan een andere natuurlijke of rechtspersoon, en dit ongeacht de duur van de prestatie. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.30 (vak 10k).
De baten, betaald of toegekend aan een sportbeoefenaar, niet-inwoner van België, voor de uitoefening van een sportieve activiteit in België gedurende meer dan 30 dagen, berekend per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden en per schuldenaar. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.30 (vak 10l).
Baten, toegekend aan sportbeoefenaars, inwoners van België. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.50.
In het buitenland geleverde prestaties Er wordt verwezen naar het als bijlage 10 toegevoegde schema voor de gevallen waarin de schuldenaar van de inkomsten bezoldigingen betaalt of toekent aan een sportbeoefenaar, niet-inwoner van België, voor prestaties die geheel of voor een deel in het buitenland zijn geleverd. Voordelen van alle aard begrepen in de hier bedoelde inkomsten Vermeld hier eveneens het belastbaar bedrag van de voordelen van alle aard die de sportbeoefenaar uit hoofde van of ter gelegenheid van de uitoefening van zijn sportieve activiteit in loondienst heeft verkregen (zie vak 9 “voordelen van alle aard”). -------------------------------------
Vervroegd vakantiegeld (Code 274) Bedoelde inkomsten Vermeld hier het vervroegd vakantiegeld, verkregen door een sportbeoefenaar, dat uitsluitend betrekking heeft op de uitoefening van zijn sportieve activiteit. Vermeld hier het bedrag van het vakantiegeld dat door de onderneming betaald is tijdens het jaar 2011 en dat uitsluitend betrekking heeft op prestaties geleverd in de loop van datzelfde jaar, indien de verkrijger:
de onderneming definitief heeft verlaten in de loop van het jaar 2011; de onderneming in de loop van 2011 heeft verlaten, maar in datzelfde jaar weer is aangeworven; in 2011 een nieuwe arbeidsovereenkomst heeft afgesloten binnen de onderneming.
- 31 -
Vervroegd vakantiegeld, verkregen door een sportbeoefenaar, voortkomende uit een andere activiteit dan een sportieve activiteit moet worden vermeld in vak 11a (code 251). -------------------------------------
Achterstallen (Code 275) Bedoelde inkomsten Vermeld hier de achterstallen, verkregen door een sportbeoefenaar, die uitsluitend betrekking hebben op de uitoefening van zijn sportieve activiteit. Het betreft bezoldigingen die betrekking hebben op één of meer jaren die 2011 voorafgaan en die normaal tijdens die jaren hadden moeten betaald of toegekend zijn, maar die door toedoen van de overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger slechts in 2011 werden betaald of toegekend. Achterstallen, verkregen door een sportbeoefenaar, voortkomende uit een activiteit in loondienst, andere dan een sportieve activiteit moeten worden vermeld in vak 11b (code 252). -------------------------------------
Opzeggingsvergoedingen (Code 276) Bedoelde Inkomsten Vermeld hier de opzeggingsvergoedingen, verkregen door een sportbeoefenaar, die uitsluitend betrekking hebben op de uitoefening van zijn sportieve activiteit. Het betreft zowel wettelijke, contractuele als goedgunstige opzeggingsvergoedingen, toegekend door de werkgever, onder welke vorm of benaming ook, als gevolg van een stopzetting van de werkzaamheid of een verbreking van het arbeidscontract. Daartoe behoren o.m. de ontslagvergoedingen betaald door de werkgever, tot uitvoering van de wetgeving betreffende de schadeloosstelling van de werknemers die bij de sluiting van ondernemingen worden ontslagen. Opzeggingsvergoedingen, verkregen door een sportbeoefenaar, voortkomende uit een andere activiteit dan een sportieve activiteit moeten worden vermeld in vak 11c (code 253). Bedrag Vermeld hier het volledige bedrag van de opzeggingsvergoeding, zelfs indien het niet hoger is dan 850 EUR per jaar. -------------------------------------
Vak 15 DOOR DE SCHEIDSRECHTERS VOOR HUN ACTIVITEITEN ALS SCHEIDSRECHTER TIJDENS SPORTWEDSTRIJDEN EN DOOR OPLEIDERS, TRAINERS, EN BEGELEIDERS VOOR HUN ACTIVITEITEN TEN BEHOEVE VAN SPORTBEOEFENAARS VERKREGEN Bezoldigingen (Code 277) Begeleider Iemand die de logistiek van sportbeoefenaars en sportwedstrijden regelt, zoals de organisatie van de verplaatsingen, het onderhoud van de installaties, van het - 32 -
materieel en van de kleding waarover de sportbeoefenaars beschikken en de contacten met de tegenstanders. Trainer en opleider Iemand die de sportbeoefenaars sportief omkadert door hen te vormen in hun sportbeoefening in de ruime zin, ongeacht de benaming van zijn functie of hoedanigheid (opvoeder, leraar, verzorger, instructeur, mentor, enz). Monitoren van sportvakantiekampen worden hier niet bedoeld. De jongeren die aan deze kampen deelnemen kunnen niet als sportbeoefenaars worden beschouwd. Bedoelde inkomsten Vermeld hier het totale bruto belastbare bedrag (zie bijlage 2)
van de bezoldigingen (zie bijlage 5) betaald of toegekend aan een scheidsrechter voor zijn activiteit als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden; van de bezoldigingen (zie bijlage 5) betaald of toegekend aan een opleider, trainer of begeleider voor zijn activiteiten als opleider, trainer of begeleider ten behoeve van sportbeoefenaars;
ongeacht of de verkrijger een inwoner of niet-inwoner is en of de schuldenaar van de inkomsten behoort tot de publieke dan wel de privé sector. Niet bedoelde inkomsten De baten behaald en verkregen in België door opleiders, trainers of begeleiders, niet-inwoners van België, voor de uitoefening in België van hun activiteit als opleider, trainer of begeleider ten behoeve van sportbeoefenaars. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.30 (vak 10m).
De baten verkregen in België door opleiders, trainers of begeleiders, inwoners van België, uit hun activiteit als opleider, trainer of begeleider ten behoeve van sportbeoefenaars. Dergelijke inkomsten moeten worden vermeld op een fiche 281.50.
Voordelen van alle aard begrepen in de hier bedoelde inkomsten Vermeld hier de voordelen van alle aard die de opleider, trainer of begeleider in loondienst heeft verkregen, uit hoofde van of ter gelegenheid van zijn activiteit als opleider, trainer of begeleider ten behoeve van sportbeoefenaars (zie vak 9 – “Voordelen van alle aard”). -------------------------------------
Vervroegd vakantiegeld (Code 278) Bedoelde inkomsten Vermeld hier het vervroegd vakantiegeld, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider, dat uitsluitend betrekking heeft op de uitoefening van zijn activiteit ten behoeve van een sportbeoefenaar. Vermeld hier het bedrag van het vakantiegeld dat door de onderneming is betaald tijdens het jaar 2011 en dat betrekking heeft op prestaties, in de loop van datzelfde jaar geleverd, indien de verkrijger:
de onderneming definitief heeft verlaten in de loop van het jaar 2011; de onderneming in de loop van 2011 heeft verlaten, maar in datzelfde jaar weer is aangeworven; in 2011 een nieuwe arbeidsovereenkomst heeft afgesloten binnen de onderneming. - 33 -
Vervroegd vakantiegeld, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider in loondienst, voortkomende uit een andere activiteit dan een activiteit ten behoeve van een sportbeoefenaar moet worden vermeld in vak 11a (code 251). ------------------------------------Achterstallen (Code 279) Bedoelde inkomsten Vermeld hier de achterstallen, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider, die uitsluitend betrekking hebben op hun activiteit ten behoeve van een sportbeoefenaar. Het betreft bezoldigingen die betrekking hebben op één of meer jaren die 2011 voorafgaan en die normaal tijdens die jaren hadden moeten betaald of toegekend zijn, maar die door toedoen van de overheid of wegens het bestaan van een geschil tussen de schuldenaar en de verkrijger slechts in 2011 werden betaald of toegekend. Achterstallen, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider, voortkomende uit een activiteit, andere dan een activiteit ten behoeve van een sportbeoefenaar moeten worden vermeld in vak 11b (code 252). ------------------------------------Opzeggingsvergoedingen (Code 280) Bedoelde inkomsten Vermeld hier de opzeggingsvergoedingen, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider die uitsluitend betrekking hebben op de uitoefening van zijn activiteit ten behoeve van een sportbeoefenaar. Het betreft zowel wettelijke, contractuele als goedgunstige opzeggingsvergoedingen, toegekend door de werkgever, onder welke vorm of benaming ook, als gevolg van een stopzetting van de werkzaamheid of een verbreking van het arbeidscontract. Daartoe behoren o.m. de ontslagvergoedingen betaald door de werkgever, tot uitvoering van de wetgeving betreffende de schadeloosstelling van de werknemers die bij de sluiting van ondernemingen worden ontslagen. Opzeggingsvergoedingen, verkregen door een scheidsrechter, opleider, trainer of begeleider, voortkomende uit een activiteit, andere dan die ten behoeve van een sportbeoefenaar moeten worden vermeld in vak 11c (code 253). Bedrag Vermeld hier het volledige bedrag van de opzeggingsvergoeding, zelfs indien zij niet hoger is dan 850 EUR per jaar. -------------------------------------
Vak 16 PRIVÉ-PC Bedrag van de tussenkomst van de werkgever (Code 240) Vermeld hier het bedrag van de tussenkomst van de werkgever, beperkt tot 780,00 EUR per belastbaar tijdperk, in de aankoopprijs die door de werknemer wordt betaald voor het verkrijgen van een nieuwe PC, met of zonder randapparatuur, een internetaansluiting of internetabonnement, vanaf 1 januari 2009. - 34 -
Het deel van de tussenkomst van de werkgever dat het maximum van 780,00 EUR per belastbaar tijdperk overschrijdt, moet worden vermeld in vak 9a van deze fiche. Hoewel de vrijstelling van deze tussenkomst gekoppeld is aan de voorwaarde dat de bruto belastbare inkomsten van de werknemer niet hoger mogen zijn dan 30.540,00 EUR per belastbaar tijdperk, moet met deze grens geen rekening worden gehouden bij het invullen van onderhavige fiche. Wat de PC en de randapparatuur betreft, kan de vrijstelling van de tussenkomst slechts één keer per periode van drie belastbare tijdperken worden toegekend. Indien aan deze voorwaarde niet is voldaan, moet de tussenkomst van de werkgever met betrekking tot de PC en de randapparatuur worden vermeld in vak 9a van deze fiche. De tussenkomst van de werkgever in de door de werknemer betaalde prijs van een geheel van PC, randapparatuur en printer, internetaansluiting evenals voor de bedrijfsvoering dienstige software, in het kader van een aanbieding van vóór 1 januari 2009 mag niet hier, maar moet desgevallend wel in vak 9c van deze fiche worden vermeld. -------------------------------------
vak 17 BIJDRAGE IN DE REISKOSTEN Ter beschikking gesteld voertuig - Kilometeraantal Bedoelde gevallen Dit vak moet worden ingevuld in geval van persoonlijk gebruik van een voertuig dat kosteloos of tegen voordelige voorwaarden door de werkgever ter beschikking wordt gesteld. Door de werkgever ter beschikking gestelde fietsen worden hier niet beoogd. Kilometeraantal Vermeld hier het totale aantal kilometer dat voor de berekening van het belastbare voordeel van alle aard in aanmerking werd genomen en dat werd vermeld in vak 9c (zie bijlage 6). Ook wanneer het in aanmerking te nemen voordeel ingevolge de vermindering met de bijdrage van de verkrijger van dat voordeel tot nul wordt herleid, moet het totale aantal kilometer dat voor de berekening van het eigenlijke belastbare voordeel in aanmerking werd genomen altijd worden vermeld. Voorbeeld Woonplaats blijft ongewijzigd gedurende heel het jaar De verkrijger van de inkomsten woont van 1 januari tot 30 april van het kalenderjaar op minder dan 25 km (forfait 5.000 km) van zijn plaats van tewerkstelling. Vanaf 1 mei van hetzelfde jaar woont hij op meer dan 25 km (forfait 7.500 km). Het aantal kilometer te vermelden op de individuele fiche: (5.000 km x 4/12) + (7.500 km x 8/12) = 6.667 km. ********** Wijziging van woonplaats in de loop van het jaar In geval van wijziging van woonplaats tijdens een maand, moet dezelfde verhouding worden toegepast. Het kilometeraantal met betrekking tot de maand van de wijziging van de woonplaats moet dan worden bepaald op basis van het proporti- 35 -
oneel deel van het aantal dagen tot de verhuis enerzijds, en na de verhuis, anderzijds. Indien de wijziging van woonplaats plaats heeft op 10 mei i.p.v. op 1 mei van het kalenderjaar, moeten de kilometeraantallen als volgt worden vastgesteld: [(5.000 km x 4/12 ) + (5.000 km x 1/12 x 9/30)] + [(7.500 km x 7/12) + (7.500 km x 1/12 x 21/30)] = 6.604,1415 of 6.604 km. -------------------------------------
Openbaar gemeenschappelijk vervoer Bedoelde gevallen Deze rubriek betreft enkel de tussenkomst van de werkgever in de reiskosten van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling met trein, tram, bus, metro of elk ander vervoermiddel dat wordt ingezet door de openbare vervoermaatschappijen, zoals de NMBS, de MIVB, TEC, DE LIJN, ten bate van het publiek. Hier mogen alleen de vergoedingen worden ingevuld, waarvan de werkgever kan vaststellen dat ze betrekking hebben op de betaling of terugbetaling van kosten voor woonwerk-verplaatsingen met het openbaar gemeenschappelijk vervoer. Dit is meer bepaald het geval voor reiskosten die de werkgever rechtstreeks aan een maatschappij voor openbaar gemeenschappelijk vervoer betaalt (in het kader van het zogenaamde derdebetalersysteem) of voor zover de werknemer t.o.v. zijn werkgever kan aantonen (bv. aan de hand van een al dan niet regelmatig abonnement, losse tickets, meerrittenkaarten …) dat de vergoedingen op dergelijke reiskosten betrekking hebben. Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale jaarbedrag van de vergoeding die de werkgever heeft toegekend als betaling of terugbetaling van de kosten voor verplaatsingen van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling met één of meerdere openbare gemeenschappelijke vervoermiddelen. Zowel de verplichte als de vrijwillige bijdrage van de werkgever in de prijs van een al dan niet regelmatig abonnement, evenals de bijdragen in de prijs van losse tickets, meerrittenkaarten, enz. moeten hier worden opgenomen. -------------------------------------
Georganiseerd gemeenschappelijk vervoer Bedoeld vervoer Het gaat hier over het gemeenschappelijk vervoer van personeelsleden met elk voertuig dat geschikt is voor het vervoer van minimum twee personen zoals een autocar, een autobus, een minibus, een bedrijfsvoertuig (een bestelwagen, een jeep, een pick-up,…), een personenauto, een auto voor dubbel gebruik, een motorfiets, enz. dat door de werkgever of door een groep van werkgevers wordt georganiseerd, eventueel door tussenkomst van een maatschappij voor personenvervoer. Opties Kruis het vakje aan:
JA:
indien de werkgever het gemeenschappelijk vervoer zelf of in groep met andere werkgevers organiseert; - 36 -
NEEN:
indien de werkgever het gemeenschappelijk vervoer niet organiseert of niet deelneemt in de organisatie ervan.
Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale jaarbedrag van de vergoeding die de werkgever toekent aan de werknemer die het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer gebruikt voor het geheel of een gedeelte van zijn verplaatsingen van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling. Alleen die vergoeding mag worden vermeld die betrekking heeft op de verplaatsingen die de werknemer werkelijk met het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer heeft afgelegd. Beperking treinabonnement eerste klas De te vermelden vergoeding moet worden beperkt tot de prijs van een treinabonnement eerste klas voor dezelfde afstand als die afgelegd met het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer. Om de prijs van een treinabonnement eerste klas vast te stellen, mag rekening worden gehouden met het voordeligste tarief, d.w.z. het tarief voor weektreinkaarten 1ste klas (zie bijlage 8). Eenvoudigheidshalve wordt het tarief dat geldt vanaf 1 februari van het inkomstenjaar in aanmerking genomen om de grens vast te stellen die van toepassing is op de totale vergoeding met betrekking tot dat jaar. Het aantal treinkaarten waarmee in een jaar rekening mag worden gehouden, wordt bepaald door het aantal dagen dat de werknemer gebruik heeft gemaakt van het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer te delen door 5 en dit ongeacht het stelsel der werktijden. Het eventuele gedeelte van de vergoeding voor georganiseerd gemeenschappelijk vervoer (anders dan met een ter beschikking gesteld voertuig) dat hoger is dan de prijs van een treinabonnement eerste klas moet worden vermeld:
in vak 14a (Code 273) indien de vergoeding werd verkregen door een sportbeoefenaar in het kader van zijn sportieve activiteit; in vak 15a (Code 277) indien de vergoeding werd verkregen door een scheidsrechter voor zijn activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden, of door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars; in vak 9c "Voordelen van alle aard" in alle andere gevallen.
Vrijgesteld sociaal voordeel Het voordeel dat voortvloeit uit het gemeenschappelijk vervoer dat de werkgever (alleen of samen met andere werkgevers) kosteloos of beneden kostprijs met eigen middelen of door tussenkomst van een maatschappij voor personenvervoer organiseert is een sociaal voordeel dat van belasting is vrijgesteld. Ter beschikking gesteld voertuig Voordeel in hoofde van de titularis van het voertuig Wanneer de verplaatsing van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling gebeurt met een door de werkgever kosteloos of tegen voordelige voorwaarden ter beschikking gesteld voertuig, moet de waarde van het voordeel van alle aard dat daaruit voortvloeit hier eveneens op naam van de titularis van het voertuig worden vermeld, in de mate dat het voertuig voor georganiseerd gemeenschappelijk vervoer wordt gebruikt.
- 37 -
Individuele overeenkomst Om misbruiken op het vlak van georganiseerd gemeenschappelijk vervoer te vermijden, MOETEN, wanneer de verplaatsing van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling wordt afgelegd met een door de werkgever ter beschikking gesteld voertuig, anders dan een autocar, een autobus, of een minibus in de zin van de reglementering inzake inschrijving van motorvoertuigen, de betrokken werkgevers de individuele overeenkomsten gesloten met elke werknemer-gebruiker, ter beschikking houden van de administratie. Vaststelling van het voordeel van alle aard Het voordeel van alle aard dat voortvloeit uit het gebruik van een door de werkgever kosteloos of tegen voordelige voorwaarden ter beschikking gesteld voertuig in het kader van het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer (d.w.z. met minimum 2 werknemers), wordt berekend op basis van de kilometeraantallen (forfaitair bepaald of werkelijke) die voor het woon-werkverkeer zijn afgelegd. De waarde van dat voordeel van alle aard moet in dat geval evenwel niet worden beperkt tot de prijs van een treinabonnement eerste klas. Voor de berekening van het voordeel wordt aanvaard dat die kilometeraantallen behoudens enkele uitzonderingen forfaitair (zie bijlage 6) (op jaarbasis) als volgt worden vastgesteld : Afstand in km (enkel) tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling ≤ 25 > 25
In aanmerking te nemen kilometeraantallen 5.000 7.500
De aldus in aanmerking genomen kilometeraantallen worden vervolgens vermenigvuldigd met: • het CO2-uitstootgehalte per kilometer van het ter beschikking gestelde voertuig; • en vervolgens met de coëfficiënt CO2eur. (Zie bijlage 6) Gemengd gebruik Wanneer het voertuig zowel in het kader van het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer als voor eigen privé-verplaatsingen (woonwerk en andere) wordt gebruikt, wordt het voordeel van alle aard in principe volgens de regel van toepassing op het gemengd gebruik van een voertuig (zie bijlage 6) vastgesteld. -------------------------------------
Ander vervoermiddel Bedoeld vervoer Worden hier bedoeld, alle vervoerswijzen, andere dan: het gemeenschappelijk openbaar vervoer; het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer. Te vermelden bedragen Vermeld hier het totale jaarbedrag van de vergoeding die de werkgever heeft toegekend als betaling of terugbetaling van de kosten voor de verplaatsingen van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling, afgelegd met een ander vervoermiddel dan: - 38 -
het gemeenschappelijk openbaar vervoer, of; het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer.
Hier moet ook het bedrag van de vergoedingen worden vermeld waarvan de werkgever niet kan vaststellen dat ze betrekking hebben op: de betaling of terugbetaling van kosten voor woon-werkverplaatsingen gedaan met het openbaar gemeenschappelijk vervoer; het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer. Verplaatsingen met de fiets De vergoedingen als betaling of terugbetaling van kosten voor verplaatsingen met de fiets moeten hier ook worden vermeld, op voorwaarde dat het geen specifieke kilometervergoeding voor verplaatsingen met de fiets betreft die op grond van artikel 38, § 1, eerste lid, 14°, WIB 92 wordt vrijgesteld. Ter beschikking gesteld voertuig Wanneer de verplaatsing vanaf de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling gebeurt met een door de werkgever kosteloos of tegen voordelige voorwaarden ter beschikking gesteld voertuig, moet de waarde van het voordeel van alle aard dat daaruit voortvloeit hier eveneens worden vermeld, in de mate dat het voertuig niet voor georganiseerd gemeenschappelijk vervoer wordt gebruikt en dat het niet gaat om een ter beschikking gestelde fiets. Vaststelling van het voordeel van alle aard Het voordeel van alle aard dat voortvloeit uit een door de werkgever kosteloos of tegen voordelige voorwaarden ter beschikking gesteld voertuig, wordt berekend op basis van de kilometeraantallen die voor het woon-werkverkeer buiten het kader van het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer (dus alleen) zijn afgelegd. Voor de berekening van het belastbare voordeel wordt aanvaard dat die kilometeraantallen behoudens enkele uitzonderingen forfaitair (zie bijlage 6) (op jaarbasis) als volgt worden vastgesteld : Afstand in km (enkel) tussen de woonIn aanmerking te nemen kilometeplaats en de vaste plaats van tewerkstelling raantallen ≤ 25 5.000 > 25 7.500 De aldus in aanmerking genomen kilometeraantallen worden vervolgens vermenigvuldigd met: • het CO2-uitstootgehalte per kilometer van het ter beschikking gestelde voertuig; • en vervolgens met de coëfficiënt CO2eur. (Zie bijlage 6) ------------------------------------TOTAAL (CODE 254) Vermeld hier het totaal van de bedragen opgenomen in vak 17a, b, en c. -------------------------------------
- 39 -
Vak 18 INHOUDINGEN VOOR AANVULLEND PENSIOEN Gewone bijdragen en premies (Code 285) Bedoelde verzekeringen Vermeld hier het totale bedrag van de bijdragen :
dat door een werkgever verplicht en periodiek op de bezoldigingen is ingehouden voor een aanvullende verzekering tegen ouderdom en vroegtijdige dood, en dat, buiten enige wettelijke verplichting om, definitief is gestort aan een levensverzekeringsmaatschappij, aan een onderlinge verzekeringsinstelling of aan een pensioenfonds, gevestigd in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte.
Worden hier inzonderheid bedoeld, de bijdragen ter uitvoering van:
ofwel een reglement van groepsverzekering dat beantwoordt aan de voorwaarden gesteld door de reglementering betreffende de controle van zulke reglementen; ofwel een verzekeringscontract betreffende de toekenning van extrawettelijke voordelen aan werknemers bedoeld bij de reglementering inzake het rust- en overlevingspensioen der werknemers; ofwel het reglement van een pensioenfonds opgericht ten bate van het personeel van de onderneming en ingeschreven bij de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen of toegelaten bij koninklijk besluit (met ingang van 1 maart 1986); ofwel van een pensioenreglement , een pensioenovereenkomst of een solidariteitsreglement zoals bedoeld in de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (BS van 15.5.2003 – 2de editie, erratum 26.5.2003).
Uitzondering De persoonlijke bijdragen en premies ingehouden als aanvullende verzekering tegen ouderdom en vroegtijdige dood die betrekking hebben op de individuele voortzetting van een pensioentoezegging als bedoeld in artikel 33 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (BS van 15.5.2003 - 2de editie, erratum 26.5.2003), mogen hier niet worden vermeld. -------------------------------------
Bijdragen en premies voor individuele voortzetting (Code 283) Bedoelde verzekeringen Vermeld hier het totale bedrag van de bijdragen dat door de nieuwe werkgever op de bezoldigingen is ingehouden in het kader van een individuele voortzetting van een pensioentoezegging krachtens artikel 33 van de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (BS van 15.5.2003 – 2de editie, erratum 26.5.2003).
- 40 -
Grens De stortingen gedaan in het kader van de individuele voortzetting van een pensioentoezegging mogen voor het inkomstenjaar 2011 in geen geval meer bedragen dan 2.120,00 EUR. Dit jaarbedrag wordt verminderd in verhouding tot de dagen van aansluiting tijdens hetzelfde jaar bij een pensioenstelsel bedoeld in de wet van 28 april 2003 (BS van 15.5.2003 – 2de editie, erratum 26.5.2003). -------------------------------------
Vak 19 OVERUREN DIE RECHT GEVEN OP EEN OVERWERKTOESLAG Totale aantal werkelijk gepresteerde overuren (Code 246) Wat moet men hier vermelden? Vermeld hier het totale aantal overuren dat recht geeft op een wettelijke overwerktoeslag en dat effectief werd gepresteerd tijdens het belastbaar tijdperk. Grens Het totale aantal werkelijk gepresteerde overuren MAG IN GEEN GEVAL worden beperkt tot de eerste 130 uren. Het totale aantal werkelijk gepresteerde overuren MOET daarentegen gelijk zijn aan het totaal aantal uren, aangegeven links van de codes 233 en 234. Over welke uren gaat het? Het betreft de overuren die effectief werden gepresteerd tijdens het belastbare tijdperk en die recht hebben gegeven op een overwerktoeslag, ongeacht of die toeslag werd betaald of toegekend dan wel in inhaalrust werd omgezet. Men moet hier dus alle tijdens het belastbare tijdperk werkelijk gepresteerde overuren vermelden, ongeacht het tijdstip waarop de overwerktoeslag werd betaald of waarop de inhaalrust werd genomen. Fracties van overuren Gedeelten van overuren moeten in decimalen worden uitgedrukt. Honderdsten worden afgerond naargelang het cijfer van de duizendsten al dan niet 5 overschrijdt (vb 3 overuren en 20 minuten = 3,333 afgerond tot 3,33 en 6 overuren en 40 minuten = 6,666 afgerond tot 6,67). In de code 246 moet steeds de decimalen worden vermeld (vb 3,33 + 6,67 = 10,00 op te nemen in de code 246). -------------------------------------
Overuren die recht geven op een overwerktoeslag van 20 % (Code 233) (… uren) Vermeld hier het totaal aantal overuren dat recht geeft op een overwerktoeslag van 20% en dat effectief werd gepresteerd in 2011. Het totaal aantal gepresteerde overuren MAG IN GEEN GEVAL worden beperkt tot de eerste 130 uren.
- 41 -
Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale bruto bedrag dat als berekeningsgrondslag heeft gediend voor het berekenen van de overwerktoeslag van 20% voor de overuren die effectief werden gepresteerd in 2011. Notie bruto bedrag Het bruto bedrag dat hier moet worden vermeld is het bruto bedrag van het basisloon dat als berekeningsgrondslag voor de berekening van de overwerktoeslag heeft gediend, dit is VÓÓR aftrek van de sociale bijdragen, en de eigenlijke overwerktoeslag NIET inbegrepen. Werkbonus De werkbonus toegekend krachtens de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen, moet niet in aanmerking worden genomen voor de berekening van het hier te vermelden bruto bedrag. -------------------------------------
Overuren die recht geven op een overwerktoeslag van 50 % of 100 % (Code 234) (… uren) Vermeld hier het totaal aantal overuren dat recht geeft op een overwerktoeslag van 50% of 100% en dat effectief werd gepresteerd in 2011. Het totaal aantal gepresteerde overuren MAG IN GEEN GEVAL worden beperkt tot de eerste 130 uren. Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale bruto bedrag dat als berekeningsgrondslag heeft gediend voor het berekenen van de overwerktoeslag van 50% of 100% voor de overuren die effectief werden gepresteerd in 2011. Notie bruto bedrag Het bruto bedrag dat hier moet worden vermeld is het bruto bedrag van het basisloon dat als berekeningsgrondslag voor de berekening van de overwerktoeslag heeft gediend, dit is VÓÓR aftrek van de sociale bijdragen, en de eigenlijke overwerktoeslag NIET inbegrepen. Werkbonus De werkbonus toegekend krachtens de wet van 20 december 1999 tot toekenning van een werkbonus onder de vorm van een vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen, moet niet in aanmerking worden genomen voor de berekening van het hier te vermelden bruto bedrag. -------------------------------------
Vak 20 BEDRIJFSVOORHEFFING (CODE 286) Richtlijnen Vermeld hier het totale bedrag van de bedrijfsvoorheffing met betrekking tot de in de vakken 9 tot 18 vermelde inkomsten, ongeacht of die voorheffing al dan niet werkelijk werd ingehouden of door de werkgever werd gedragen. Het betreft hier de bedrijfsvoorheffing, berekend volgens de regels vervat in de Bijlage III, KB/WIB 92. - 42 -
De curatoren, vereffenaars of personen die gelijkaardige functies uitoefenen, vermeld in artikel 270, 6°, WIB 92 moeten de effectief ingehouden bedrijfsvoorheffing vermelden, zelfs indien deze wegens onvoldoende actief niet aan de bevoegde ontvanger is gestort. Bedrijfsvoorheffing berekend op het totale bedrag van de normale bezoldiging en de vervangingsinkomsten De bedrijfsvoorheffing berekend overeenkomstig nr. 2.12, A, 1°, a, van de toepassingsregels opgenomen in bijlage III, KB/WIB 92, op het totale bedrag van de normale bezoldigingen, enerzijds, en de wettelijke of extrawettelijke vergoedingen tot herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen die door een werkgever of door diens tussenkomst cumulatief en m.b.t. dezelfde periode samen met de normale bezoldigingen worden betaald of toegekend, anderzijds, mag voor de totaliteit op de fiche 281.10 tegenover de code 286 worden vermeld. Voor het inkomstenjaar 2011 moet dus geen uitsplitsing worden gemaakt tussen de bedrijfsvoorheffing verschuldigd op de inkomsten vermeld op de fiche 281.10 en deze vermeld op de fiche 281.18. -------------------------------------
Vak 21 BIJZONDERE BIJDRAGE SOCIALE ZEKERHEID (CODE 287) Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale bedrag van de bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid met betrekking tot de bezoldigingen van werknemers voor het jaar 2011. -------------------------------------
Vak 22 OVERHEIDSPERSONEEL ZONDER ARBEIDSOVEREENKOMST (CODE 290) Aan te kruisen vakje Is de verkrijger van de inkomsten een werknemer van de overheidssector die niet in dienst werd genomen met een arbeidsovereenkomst? JA Kruis het vakje aan NEEN Niets aankruisen Bedoelde personen Hier worden bedoeld de personen die als statutair in dienst zijn bij een overheid, bij de Gemeenschappen, Gewesten, provincies, de inrichtingen die aan de provincies ondergeschikt zijn, gemeenten en inrichtingen die aan de gemeenten ondergeschikt zijn, alsmede de stagiairs en tijdelijken die voor dezelfde werkgevers prestaties verrichten en die aangeworven zijn zonder arbeidsovereenkomst (zie bijlage 11). Gemengde situaties Voor personen die in de loop van het jaar opeenvolgend of tegelijkertijd bezoldigingen ontvangen hebben, zowel in het kader van een arbeidscontract als in de hoedanigheid van statutair personeelslid, moet eveneens het vak "ja" worden aangekruist. -------------------------------------
- 43 -
Vak 23 WERKBONUS (CODE 284) Te vermelden bedrag Vermeld hier het bedrag van de vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid dat daadwerkelijk werd toegekend op de bezoldigingen betaald of toegekend in 2011 in toepassing van art. 2 van de wet van 20 december 1999 (BS 26.1.2000) tot toekenning van een werkbonus in de vorm van een vermindering van de persoonlijke bijdragen van sociale zekerheid aan werknemers met lage lonen en aan bepaalde werknemers die het slachtoffer zijn van een herstructurering. -------------------------------------
Vak 24 DIVERSE INLICHTINGEN Verplaatsingen met de fiets Bedoelde vergoedingen Deze rubriek betreft enkel verplaatsingen met de fiets van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling waarvoor, overeenkomstig artikel 38, § 1, eerste lid, 14° WIB 92, een kilometervergoeding werd toegekend van maximaal 0,21 EUR per kilometer voor inkomstenjaar 2011. Aantal kilometer Vermeld hier het totaal aantal afgelegde kilometers (heen en terug), tijdens het jaar 2011. Te vermelden bedrag Vermeld hier het totale jaarbedrag van de in 2011 toegekende vergoeding, met inbegrip van het vrijgestelde gedeelte van die vergoeding. -------------------------------------
Eigen kosten van de werkgever Tussenkomst in de kosten Diverse vergoedingen De werkgever betaalt een ding:
mobiliteitsvergoe-
vermeld dan hier
en in de rechterkolom
“Mobiliteitsvergoeding”
het totaalbedrag van de toegekende mobiliteitsvergoeding. een vergoeding verbonhet totaalbedrag van den aan de detachering “Detacheringsvergoedingen” de vergoeding met in België van buitenlandinbegrip van het bese kaders en vorsers: lastbaar gedeelte opgenomen in rubriek 9a. een vergoeding als tussenkomst in de intereshet vrijgestelde deel ten van de hypothecaire “Tussenk./intr.” van de tussenkomst leningen die de verkrijger van de werkgever. van de inkomsten heeft gesloten met een derde: Terugbetalingen van eigen kosten van de werkgever - 44 -
Indien de werkgever
één enkele vergoeding betaalt als terugbetaling van eigen kosten van de werkgever
verschillende vergoedingen betaalt als terugbetaling van eigen kosten van de werkgever
die forfaitair en overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen is vastgesteld : die is bepaald op basis van bewijsstukken : die forfaitair is vastgesteld, evenwel niet overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen: die forfaitair zijn vastgesteld, gedeeltelijk overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen en gedeeltelijk op basis van bewijsstukken : die forfaitair zijn vastgesteld, gedeeltelijk overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen en gedeeltelijk niet over-eenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen : die forfaitair zijn vastgesteld, gedeeltelijk niet overeen-komstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen en gedeeltelijk op basis van bewijsstukken :
vermeld dan hier
“JA – ernstige normen”
en in de rechterkolom
----
“JA – bewijsstukken”
----
“JA – ernstige normen en bewijsstukken”
“JA – ernstige normen”
“JA – bewijsstukken”
het totale bedrag van de vergoeding
----
het totale bedrag van de vergoedingen die niet zijn vastgesteld overeenkomstig ernstige en met elkaar overeenstemmende normen
Mobiliteitsvergoeding aan werknemers Onder “mobiliteitsvergoeding aan werknemers” wordt verstaan: de vergoeding die wordt betaald aan de werknemers bij toepassing van een forfaitaire regeling van terugbetaling van verplaatsingskosten in gebruik in bedrijfstakken waar de werkplaats niet vast bepaald is, in zoverre volgende voorwaarden zijn vervuld: 1) de forfaitaire regeling van terugbetaling en de vergoedingen die zij bepaalt, moeten worden omschreven bij collectieve arbeidsovereenkomsten, gesloten in de schoot van een paritair orgaan en algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit; 2) het bedrag van de vergoeding mag de som van 0,1316 EUR per kilometer afstand tussen de woonplaats en de werkplaats, te berekenen op de afstand heen en terug, niet overschrijden.
- 45 -
Wanneer deze mobiliteitsvergoeding wordt toegekend aan werknemers wier plaats van tewerkstelling zich ten minste 5 km van de woonplaats bevindt, moet in de mate dat zij niet hoger is dan het bedrag, verschuldigd tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst – die vergoeding in principe slechts voor 50 % als een belastbare bezoldiging worden aangemerkt. Het niet-belastbare gedeelte dat wordt geacht overeen te stemmen met eigen kosten van de werkgever mag evenwel niet lager zijn dan 12,39 EUR per effectief gepresteerde maand. Elke fractie van een maand wordt voor een volle maand geteld. Interim arbeid Voor zover de interim werknemer prestaties levert voor rekening van een werkgever in een sector zonder vaste plaats van tewerkstelling en wanneer de bovenstaande voorwaarden voldaan zijn bij de betrokken werkgever, moet geen onderscheid worden gemaakt tussen het toe te passen fiscaal regime inzake mobiliteitsvergoedingen betaald aan een werknemer die rechtstreeks door de onderneming is aangeworven en de werknemer die door een interimkantoor ter beschikking wordt gesteld aan de onderneming. -------------------------------------
Fooien : code … Welke code? Indien de werknemer wordt bezoldigd geheel met fooien : vermeld dan hier de code "01"; hoofdzakelijk met fooien : vermeld dan hier de code "02"; bijkomstig met fooien : vermeld dan hier de code "03". Fooien / forfait RSZ Forfait sociale zekerheid Vermeld hier het onbegrensde bedrag van de forfaitaire bezoldigingen die als grondslag hebben gediend voor de berekening van de werkgevers- en werknemersbijdragen voor sociale zekerheid van werknemers die geheel of gedeeltelijk met fooien worden bezoldigd. Bedrag Vermeld hier het bruto belastbare bedrag (zie bijlage 2) van de ontvangen fooien. -------------------------------------
Grensarbeiders Vermeld hier het aantal dagen dat de werknemer de Belgische grensstreek heeft verlaten, zoals voorzien in artikel 5, §3 van de wet houdende instemming met en uitvoering van het Avenant ondertekend op 12 december 2008, bij de Overeenkomst tussen België en Frankrijk tot voorkoming van dubbele belasting van 10 mei 1964. -------------------------------------
- 46 -
Bijlage 1
UITTREKSEL UIT HET BURGERLIJK WETBOEK – WETTELIJKE SAMENWONING ARTIKEL 1475 § 1. Onder "wettelijke samenwoning" wordt verstaan de toestand van samenleven van twee personen die een verklaring hebben afgelegd overeenkomstig artikel 1476. § 2. Om een verklaring van wettelijke samenwoning te kunnen afleggen, moeten beide partijen voldoen aan de volgende voorwaarden: 1° niet verbonden zijn door een huwelijk of door e en andere wettelijke samenwoning; 2° bekwaam zijn om contracten aan te gaan overeenk omstig de artikelen 1123 en 1124. ARTIKEL 1476 § 1. Een verklaring van wettelijke samenwoning wordt afgelegd door middel van een geschrift dat tegen ontvangstbewijs wordt overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeenschappelijke woonplaats. Dat geschrift bevat de volgende gegevens: 1° de datum van de verklaring; 2° de naam, de voornamen, de plaats en de datum van geboorte en de handtekening van beide partijen; 3° de gemeenschappelijke woonplaats; 4° de vermelding van de wil van beide partijen om w ettelijk samen te wonen; 5° de vermelding dat beide partijen vooraf kennis h ebben genomen van de inhoud van de artikelen 1475 tot 1479; 6° in voorkomend geval, de vermelding van de overee nkomst die is bedoeld in artikel 1478, die de partijen hebben gesloten.
§ 2.
De ambtenaar van de burgerlijke stand gaat na of beide partijen voldoen aan de wettelijke voorwaarden inzake de wettelijke samenwoning en maakt in voorkomend geval melding van de verklaring in het bevolkingsregister. Artikel 64, §§ 3 en 4, is van overeenkomstige toepassing op de akten van de burgerlijke stand en de bewijzen die, in voorkomend geval, worden gevraagd tot staving dat is voldaan aan de wettelijke voorwaarden. De wettelijke samenwoning houdt op wanneer een van de partijen in het huwelijk treedt of overlijdt, of wanneer er een einde aan wordt gemaakt overeenkomstig het bepaalde in deze paragraaf. De wettelijke samenwoning kan worden beëindigd hetzij in onderlinge overeenstemming door de samenwonenden, hetzij eenzijdig door een van de samenwonenden door middel van een schriftelijke verklaring die tegen ontvangstbewijs wordt overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand, zoals bepaald in het volgende lid. Dit geschrift bevat de volgende gegevens: 1° de datum van de verklaring; 2° de naam, de voornamen, de plaats en de datum van geboorte van beide partijen en de handtekening van beide partijen of van de partij die de verklaring aflegt; 3° de woonplaats van beide partijen; 4° de vermelding van de wil de wettelijke samenwoni ng te beëindigen. De verklaring van de beëindiging in onderlinge overeenstemming wordt overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van de woonplaats van beide partijen of, indien de partijen geen woonplaats hebben in dezelfde gemeente, aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van de woonplaats van één van hen. In dat geval geeft de ambtenaar van de burgerlijke stand kennis van de beëindiging binnen acht dagen bij aangetekende brief aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van de woonplaats van de andere partij. De eenzijdige verklaring van de beëindiging wordt overhandigd aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van de woonplaats van beide partijen of, indien de partijen geen woonplaats hebben in dezelfde gemeente, aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de woonplaats van de partij die de verklaring aflegt. De ambtenaar van de burgerlijke stand betekent binnen acht dagen de beëindiging bij gerechtsdeurwaardersexploot aan de andere partij en in voorkomend geval geeft hij er kennis van bij aangetekende brief binnen dezelfde termijn aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente van de woonplaats van de andere partij. In elk geval moeten de kosten van de betekening en de kennisgeving vooraf worden betaald door hen die de verklaring afleggen. De ambtenaar van de burgerlijke stand maakt melding van de beëindiging van de wettelijke samenwoning in het bevolkingsregister.
------------------------------------- 47 -
Bijlage 2
BRUTO BELASTBAAR BEDRAG EN NIET INGEHOUDEN BEDRIJFSVOORHEFFING BRUTO BELASTBAAR BEDRAG Dit is het bruto bedrag van de bezoldigingen verminderd met de persoonlijke bijdragen tot uitvoering van de sociale wetgeving of van een wettelijk of reglementair statuut (evenwel met uitsluiting van de bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid die betrekking heeft op de bezoldigingen van het jaar 2011) en met inbegrip van de eventueel verschuldigde bedrijfsvoorheffing (zowel ingehouden als niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing). NIET-INGEHOUDEN BEDRIJFSVOORHEFFING In dit geval maakt de schuldenaar gebruik van de mogelijkheid om die voorheffing niet in te houden op het bruto bedrag van de betaalde of toegekende inkomsten. Hij zal in dat geval de bedrijfsvoorheffing zelf dragen. Dit betekent geenszins dat de storting van die heffing facultatief is. De schuldenaar van de inkomsten zal de bedrijfsvoorheffing moeten betalen in alle gevallen waarin zij verschuldigd is. Het bedrag van de niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing moet bovendien als een voordeel van alle aard aan het bedrag van de belastbare inkomsten worden toegevoegd. -------------------------------------
- 48 -
Bijlage 3
BUITENLANDSE KADERLEDEN EN BUITENLANDSE VORSERS BEDOELDE PERSONEN Kaderleden van buitenlandse nationaliteit; die in België verblijven; die uitsluitend functies uitoefenen die een bijzondere kennis en verantwoordelijkheid vereisen, namelijk de functie van een leider; die de erkenning als buitenlands kaderlid hebben verkregen. De aanvraag tot erkenning van een buitenlands kaderlid moet voorafgaandelijk schriftelijk door de werkgever worden gericht aan de Directeur Dienst Buitenland, Koning Albert II – laan 33 (North Galaxy Toren B 6), 1030 Brussel. VOORWAARDEN VOOR DE TOEKENNING VAN HET BIJZONDERE AANSLAGSTELSEL 1. Kaderlid zijn van buitenlandse nationaliteit. 2. Ofwel : gedetacheerd zijn in België door buitenlandse ondernemingen die al dan niet deel uitmaken van een internationale groep; rechtstreeks in het buitenland zijn aangeworven door een Belgisch filiaal van een buitenlandse vennootschap of door een Belgische onderneming van een internationale groep. 3. Aangeworven zijn om tijdelijk te werken in een of meerdere binnenlandse of buitenlandse inrichtingen of vennootschappen, geplaatst onder controle van buitenlandse ondernemingen die al dan niet deel uitmaken van een internationale groep of ook in een door de internationale groep in België gevestigd controle- of coördinatiekantoor. PERSONEEL GELIJKGESTELD MET BUITENLANDSE KADERLEDEN Voor zover er voldaan is aan punt 2 en punt 3 van de voorwaarden voor de toekenning van het bijzondere aanslagstelsel en mits de tewerkstelling van tijdelijke aard is, kunnen worden gelijkgesteld met buitenlandse kaderleden: de buitenlandse bedrijfsleiders, bedoeld in art. 32, § 1, 1°, WIB 92, die deze functie daadwerkelijk en permanent uitoefenen onder het gezag van de onderneming of van de ondernemingen; het gespecialiseerde buitenlands personeel dat, zonder kaderlid te zijn, over een zodanige specialisatie beschikt, dat zij niet of zeer moeilijk te vinden zijn op de Belgische arbeidsmarkt; de buitenlandse vorsers die uit het buitenland zijn gedetacheerd of rechtstreeks in het buitenland zijn aangeworven om in België uitsluitend onderzoek te verrichten in Belgische of buitenlandse wetenschappelijke onderzoekingscentra en laboratoria. UITGESLOTEN PERSONEEL De buitenlandse kaderleden en vorsers die deze hoedanigheid niet hadden vóór zij in België als dusdanig werden tewerkgesteld, behalve wanneer formeel vaststaat dat hun academische vorming overeenstemt met de functie die zij alhier zullen bekleden; Het buitenlandse personeel met een lagere of ondergeschikte functie (administratief, secretariaats- en ander gelijkaardig niet-leidinggevend personeel) waarvan de aanwerving in het buitenland of de detachering in België niet noodzakelijk is en dat door ingezetenen kan worden vervangen; kaderleden met een dubbele nationaliteit waaronder de Belgische.
-------------------------------------
- 49 -
Bijlage 4
GEHANDICAPT KIND GEHANDICAPT KIND Hieronder wordt verstaan: het kind dat tot minstens 66 pct. is getroffen door ontoereikende of verminderde lichamelijke of geestelijke geschiktheid wegens één of meer aandoeningen; het kind van wie, ongeacht de leeftijd, is vastgesteld dat ingevolge feiten overkomen en vastgesteld vóór de leeftijd van 65 jaar: a) ofwel zijn lichamelijke of geestelijke toestand zijn verdienvermogen heeft verminderd tot één derde of minder van wat een valide persoon door een of ander beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen; b) ofwel zijn gezondheidstoestand een volledig gebrek aan, of een vermindering van zelfredzaamheid van ten minste 9 punten tot gevolg heeft, gemeten volgens de handleiding en de medisch-sociale schaal van toepassing in het kader van de wetgeving met betrekking tot de tegemoetkomingen aan gehandicapten; c) ofwel, na de periode van primaire ongeschiktheid bepaald in artikel 87 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zijn verdienvermogen is verminderd tot een derde of minder, zoals bepaald in artikel 100 van dezelfde wet; d) ofwel hij, ingevolge een administratieve of gerechtelijke beslissing, tot ten minste 66 pct. blijvend lichamelijk of geestelijk gehandicapt of arbeidsongeschikt is verklaard.
GEHANDICAPTE PERSOON GEHANDICAPTE PERSOON Als gehandicapte persoon wordt aangemerkt: diegene van wie vóór 1 januari 1989 is vastgesteld dat hij tot minstens 66 pct. is getroffen door ontoereikende of verminderde lichamelijke of geestelijke geschiktheid wegens één of meer aandoeningen; diegene van wie, ongeacht de leeftijd, is vastgesteld dat ingevolge feiten overkomen en vastgesteld vóór de leeftijd van 65 jaar: a) ofwel zijn lichamelijke of geestelijke toestand zijn verdienvermogen heeft verminderd tot één derde of minder van wat een valide persoon door een of ander beroep op de algemene arbeidsmarkt kan verdienen; b) ofwel zijn gezondheidstoestand een volledig gebrek aan, of een vermindering van zelfredzaamheid van ten minste 9 punten tot gevolg heeft, gemeten volgens de handleiding en de medisch-sociale schaal van toepassing in het kader van de wetgeving met betrekking tot de tegemoetkomingen aan gehandicapten; c) ofwel, na de periode van primaire ongeschiktheid bepaald in artikel 87 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zijn verdienvermogen is verminderd tot een derde of minder, zoals bepaald in artikel 100 van dezelfde wet; d) ofwel hij, ingevolge een administratieve of gerechtelijke beslissing, tot ten minste 66 pct. blijvend lichamelijk of geestelijk gehandicapt of arbeidsongeschikt is verklaard. ------------------------------------- 50 -
Bijlage 5
BEZOLDIGINGEN (LIJST) PODIUMKUNSTENAARS NIET-INWONERS Alle inkomsten betaald of toegekend aan podiumkunstenaars niet-inwoners, voor de werkzaamheden die zij persoonlijk en als zodanig in België hebben verricht, moeten ongeacht het bedrag of de kwalificatie (bezoldigingen, baten, enz….), worden vermeld op een fiche 281.30. ACHTERSTALLEN Afzonderlijk belastbare achterstallen van bezoldigingen mogen niet in code 250 worden vermeld, maar moeten tegenover de code 252 op dezelfde fiche worden vermeld. De achterstallen verkregen door sportbeoefenaars in het kader van hun sportieve activiteit moeten worden vermeld in rubriek 14c van de fiche in code 275. De achterstallen verkregen door scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en door opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars moeten worden vermeld in rubriek 15c van de fiche in code 279. -------------------------------------
BEZOLDIGINGEN Onder bezoldigingen moeten worden begrepen: 1.
de lonen en wedden uitbetaald voor de werkelijk gepresteerde dagen, de wettelijke feestdagen, de inhaalrustdagen, voor periodes van kort verzuim wegens familiale of burgerlijke verplichtingen, voor periodes van technische werkloosheid, enz.;
2.
de wettelijke contractuele, of niet-contractuele verhogingen van dergelijke lonen en wedden;
3.
het gewaarborgd loon gedurende de eerste 7 dagen van arbeidsongeschiktheid, betaald aan arbeiders of aan bedienden met een contract van een looptijd van minder dan drie maand of tijdens hun proeftijd;
4.
de uitkeringen, betaald als voorschot, aan arbeiders en bedienden aangeworven voor bepaalde duur, bij arbeidsongeschiktheid wegens een arbeidsongeval of een beroepsziekte (gewaarborgd maandloon);
5.
het gewaarborgd maandloon van de bedienden die zijn aangeworven voor onbepaalde duur of met een contract van minimum drie maand;
6.
de vroeger verworven bezoldigingen, ook indien ze worden betaald of toegekend aan de rechtverkrijgenden van de persoon die er recht op had;
7.
de exceptionele toelagen van alle aard (wettelijke, contractuele of niet-contractuele);
8.
het gewone jaarlijkse vakantiegeld en de verhogingen ervan wanneer ze door de werkgever werden gedragen;
9.
het vakantiegeld toegekend aan het personeel van de Staat, de Gewesten en Gemeenschappen, de provincies, de gemeenten, de daaronder ressorterende of onder hun toezicht staande instellingen en de verenigingen van de gemeenten;
10.
de niet-ingehouden bedrijfsvoorheffing die de werkgever zelf ten laste heeft genomen; - 51 -
Bijlage 5 11.
de bezoldigingen die door erkende beschermde werkplaatsen worden toegekend aan gehandicapten die ze tewerkstellen;
12.
de bezoldigingen toegekend aan natuurlijke personen die bezoldigde functies uitoefenen in een handelsvennootschap waarin zij bovendien onbezoldigd een opdracht van bestuurder, zaakvoerder, vereffenaar of gelijksoortige functies uitoefenen;
13.
het totaalbedrag van de fietsvergoeding die door de werkgever wordt toegekend voor verplaatsingen met de fiets tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling, dat het krachtens artikel 38, § 1, eerste lid, 14°, WIB 92 vrijgestelde maximumbedrag van 0,21 EUR per afgelegde kilometer overtreft;
14.
de extrawettelijke kinderbijslagen voor kinderen ten laste en/of voor de echtgenote;
15.
de extrawettelijke geboortetoelagen;
16.
het belastbare gedeelte van de vergoedingen verbonden aan de detachering in België van de buitenlandse kaders en vorsers die genieten van het bijzonder aanslagstelsel;
17.
de vergoedingen, met inbegrip van de erkentelijkheidspremies, getrouwheidspremies, vertrekpremies, pensioenpremies en erepremies, toegekend aan vrijwilligers van de openbare brandweerkorpsen en aan de vrijwilligers van de Civiele Bescherming die het bedrag van 4.030,00 EUR per jaar overtreffen;
18.
het belastbare gedeelte van de mobiliteitsvergoeding die wordt toegekend aan werknemers in sectoren of arbeidstakken zonder vaste plaats van tewerkstelling;
19.
vergoedingen ter compensatie van het wisselkoersverschil toegekend aan sommige Belgische grensarbeiders tewerkgesteld in Frankrijk en aangeworven vóór 1 februari 1993 (zogenoemde systeem “groene kaarten”);
20.
de vergoeding toegekend aan Belgische grensarbeiders in Frankrijk ter compensatie van het inkomensverlies dat zij lijden ten gevolge van het feit dat zij hun belastingen in België en hun sociale zekerheid in het werkland betalen;
21.
de integratie-uitkering ten laste van de RVA, betaald of toegekend in uitvoering van het koninklijk besluit van 9 juni 1997 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, betreffende de doorstromingsprogramma’s (Formulier C78.3);
22.
de herinschakelingsuitkering ten laste van de RVA, betaald of toegekend in uitvoering van het koninklijk besluit van 3 mei 1999 tot uitvoering van artikel 7, § 1, derde lid, m, van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, betref fende de herinschakeling van zeer moeilijk te plaatsen werklozen (Formulier C 78 SINE);
23.
de uitkeringen ten laste van de RVA, betaald of toegekend in uitvoering van het koninklijk besluit van 19 december 2001 tot bevordering van de tewerkstelling van langdurig werkzoekenden (BS 12.1.2002) (Formulier C 78 Activa);
24
het gedeelte van de vergoeding voor het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer (ander dan diegene uitgevoerd met een ter beschikking gesteld voertuig) dat de prijs van een treinabonnement eerste klas (zie bijlage 8) overschrijdt;
25.
de “startbonus” waarvan sprake in het KB van 1.9.2006 (BS7.9.2006);
- 52 -
Bijlage 5 26.
het deel van de vergoeding voor huisarbeid, dat geen terugbetaling is van kosten i.v.m. huisarbeid, betaald of toegekend krachtens de wet van 6 december 1996 betreffende de huisarbeid (BS 24.12.1996);
27.
de vergoeding betaald of toegekend in het kader van een beroepsinlevingsovereenkomst, ongeacht of zij het bedrag van de vergoeding, toegekend aan een leerjongen onder leercontract overschrijdt. -------------------------------------
BIJZONDERHEDEN 1.
De uitkeringen die door de werkgever van de 8ste tot de 30ste dag van de arbeidsongeschiktheid wegens een ziekte, andere dan een beroepsziekte of een ongeval van gemeen recht, worden betaald aan arbeiders of aan bedienden met een contract van bepaalde duur met een looptijd van minder dan 3 maand of in hun proeftijd (deze uitkeringen moeten worden vermeld in code 269 op een fiche 281.18 , terwijl de uitkeringen ingevolge arbeidsongeval of beroepsziekte naargelang het al dan niet wettelijke uitkeringen betreft op een fiche 281.16 of 281.14 moeten worden opgenomen).
2.
De extrawettelijke vergoedingen wegens een andere ziekte dan een beroepsziekte of wegens een ongeval van gemeen recht, die door de werkgever worden betaald, moeten worden vermeld in code 269 op een fiche 281.18.
3.
De vergoedingen die door de werkgever zijn toegekend als terugbetaling van reiskosten van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling moeten worden vermeld onder de code 254.
4.
De extrawettelijke vergoedingen die al dan niet als herstel van een tijdelijke derving van bezoldigingen zijn toegekend, moeten, naargelang van het geval, worden vermeld op een afzonderlijke fiche 281.13, 281.14, 281.17 of 281.18.
5.
De vergoeding wegens verbreking van de arbeidsovereenkomst moet worden vermeld: in code 276 indien zij betaald of toegekend zijn aan sportbeoefenaars in het kader van hun sportieve activiteit; in code 280 indien zij betaald of toegekend zijn aan scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en aan opleiders, trainers of begeleiders voor hun activiteit ten behoeve van sportbeoefenaars; in code 253 in alle andere gevallen.
6.
Het vervroegd vakantiegeld moet worden vermeld: in code 274 indien het betaald of toegekend is aan sportbeoefenaars in het kader van hun sportieve activiteit; in code 278 indien het betaald of toegekend is aan scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en aan opleiders, trainers of begeleiders voor hun activiteit ten behoeve van sportbeoefenaars; in code 251 in alle andere gevallen.
7.
Het vakantiegeld dat door bemiddeling van de werkgever voor rekening van de bevoegde verlofkas werd vereffend moet afzonderlijk worden vermeld onder vak 9b, “vakantiegeld”.
8.
Het vakantiegeld, betaald of toegekend door de werkgever aan sportbeoefenaars in het kader van hun sportieve activiteit moet worden vermeld in code 273.
- 53 -
Bijlage 5 9.
Het vakantiegeld betaald of toegekend aan scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechters tijdens sportwedstrijden of aan opleiders, trainers of begeleiders voor hun activiteit ten behoeve van sportbeoefenaars, moet worden vermeld in code 277.
10.
De werkhervattingtoeslag toegestaan aan een werknemer die het werk als werknemer of zelfstandige heeft hervat overeenkomstig respectievelijk artikel 129bis of artikel 129ter van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende werkloosheidsreglementering. Deze toeslag moet krachtens artikel 7, 3de lid, p, 2de lid, van de besluitwet van 28 december 1944 voor de toepassing van de fiscale wetgeving als een “werkloosheidsuitkering” worden aangemerkt en moet derhalve op de fiche 281.13 worden vermeld.
11.
De herintegratievergoeding, onder bepaalde voorwaarden toegekend aan houders van een managementsfunctie in een overheidsdienst die geen nieuw mandaat meer krijgen, wordt beschouwd als "opzeggingsvergoeding". Deze vergoeding moet in de code 253 van de fiche worden vermeld.
12.
Bezoldigingen verkregen door sportbeoefenaars voor hun sportieve prestaties, ongeacht of ze werden betaald of toegekend door een werkgever uit de privé sector of uit de openbare sector, moeten worden vermeld in de code 273.
13.
Bezoldigingen betaald of toegekend aan scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden, aan opleiders, trainers en begeleiders voor hun activiteiten ten behoeve van sportbeoefenaars, ongeacht of ze werden betaald of toegekend door een werkgever uit de privé sector of uit de openbare sector, moeten worden vermeld in de code 277. -------------------------------------
- 54 -
Bijlage 6
VASTSTELLING VAN HET VOORDEEL VAN ALLE AARD
ALGEMEEN Voor de vaststelling van het voordeel dat voortvloeit uit het persoonlijk gebruik van een kosteloos of tegen een bijdrage ter beschikking gesteld voertuig, mag het aantal kilometers voor een jaar als volgt worden vastgesteld:
5.000 km wanneer de afstand in kilometers (enkel) tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling gelijk is aan of kleiner dan 25 km; 7.500 km wanneer de afstand in kilometers (enkel) tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling groter is dan 25 km;
Deze forfaitaire kilometeraantallen omvatten de woonwerk verplaatsingen EN de eigenlijke privé-verplaatsingen.
UITZONDERINGEN De forfaitaire kilometeraantallen zoals hierboven vermeld zullen algemeen aanvaard worden behoudens: a) buitengewone omstandigheden; b) indien de werknemer zijn beroepskosten m.b.t. de woonwerkverplaatsingen bewijst met toepassing van art. 49 en 66, §§ 4 en 5, WIB 92. In dat geval moet het voordeel in de personenbelasting (of de belasting van niet-inwoners/natuurlijke personen) omwille van de coherentie worden berekend aan de hand van de werkelijke kilometers die in aanmerking worden genomen voor de bewezen beroepskosten; c) indien de werknemer aan zijn werkgever een bijdrage betaalt op basis van de kilometers en die kilometers hoger zijn dan de forfaitaire kilometeraantallen en de bijdrage overeenkomstig art. 18, § 4, KB/ WIB 92 volledig in mindering van het voordeel wordt gebracht. In dat geval moet het voordeel omwille van de coherentie worden berekend aan de hand van de werkelijke kilometers die in aanmerking zijn genomen voor de berekening van de bijdrage die in mindering is gebracht. WOONWERK-VERPLAATSINGEN De voordelen van alle aard die voortvloeien uit het gebruik van een voertuig om zich van zijn woonplaats naar de plaats van tewerkstelling te begeven, moeten naar gelang van het geval, afzonderlijk in vak 17b en/of c en d worden vermeld. VASTE PLAATS VAN TEWERKSTELLING Indien de werknemer privé-verplaatsingen doet met een voertuig dat hem door de werkgever ter beschikking is gesteld, dan moet een voordeel van alle aard vastgesteld worden. Als administratieve toegeving wordt een plaats waar de werknemer minder dan 40 dagen aanwezig is in de loop van een belastbaar tijdperk niet beschouwd als een vaste plaats van tewerkstelling. Deze 40 dagen moeten niet opeenvolgend zijn. OVERBRENGING VAN DE EXPLOITATIEZETEL Voor die werknemers die in dienst zijn vóór de overbrenging en die een door de werkgever ter beschikking gesteld voertuig hebben, vormen de extra kilometers om zich naar de nieuwe exploitatiezetel te begeven geen belastbaar voordeel van alle aard, voor zover de overbrenging van de exploitatiezetel unilateraal werd opgelegd door de werkgever.
- 55 -
Bijlage 6 In dat geval blijft het voordeel van alle aard, zoals dat werd vastgelegd vóór de overbrenging van de exploitatiezetel van toepassing. GEMENGD GEBRUIK: GEORGANISEERD GEMEENSCHAPPELIJK VERVOER EN PERSOONLIJK GEBRUIK In geval het voertuig zowel in het kader van het georganiseerd gemeenschappelijk vervoer als voor privé-verplaatsingen (woon-werk en andere) wordt gebruikt, moet het voordeel als volgt worden vastgesteld: Afstand in km (enkel) Georganiseerd tussen de afgelegd in het kader gemeenschappelijk woonplaats en de van het georganivervoer vaste plaats van seerd gemeenschap(vak 17b en d) tewerkstelling pelijk vervoer 5.000 ≤ 25 ≤ 25 > 25 5.000 ≤ 25 > 25 > 25 7.500
Ander vervoermiddel (vak 17c en d) 2.500 (2) -
UITSLUITEND PRIVÉ-GEBRUIK Voor werknemers die geen woon-werkverplaatsingen afleggen met het kosteloos of tegen een bijdrage ter beschikking gesteld voertuig en dat voertuig enkel voor eigen privéverplaatsingen gebruiken, wordt het aantal in aanmerking te nemen kilometers per jaar vastgesteld op 5.000 kilometer (zijnde het bij KB vastgesteld wettelijk minimum). Het bedrag van het aldus vastgesteld voordeel moet worden vermeld:
in code 273 indien het voordeel wordt verkregen door sportbeoefenaars in het kader van hun sportieve activiteit; in code 277 indien het wordt verkregen door scheidsrechters voor hun activiteiten als scheidsrechter tijdens sportwedstrijden en door opleiders, trainers of begeleiders voor hun activiteit ten behoeve van sportbeoefenaars; in vak 9c in alle andere gevallen.
BETROKKEN BELASTINGPLICHTIGEN Deze maatregel is van toepassing op alle werknemers (arbeiders, bedienden, kaderleden en ambtenaren). BEDOELDE VOERTUIGEN Het betreft personenauto’s, auto’s voor dubbel gebruik, minibussen en voertuigen die voor de verkeersbelasting worden gelijkgesteld met voormelde voertuigen, zowel nieuw als tweedehands, met uitsluiting van andere vervoermiddelen (motorfiets, fiets, …) die op basis van de belastbare kracht aan de verkeersbelasting worden onderworpen. NIET BEDOELDE VOERTUIGEN Voertuigen ingeschreven als lichte vrachtwagen die op basis van de toegelaten massa uitgedrukt in kilogram aan de verkeersbelasting worden onderworpen. Wanneer dergelijke voertuigen door de werkgever kosteloos of tegen voordeliger voorwaarden ter beschikking worden gesteld, wordt de waarde van het voordeel van alle aard dat daaruit voortvloeit, vastgesteld op basis van de werkelijke waarde ervan bij de verkrijger.
(2)
Het belasten van het voordeel van alle aard moet niet worden toegepast voor zover de volgende voorwaarden zijn vervuld: * het gemeenschappelijk vervoer wordt door de werkgever georganiseerd; * de werknemer wordt door de werkgever aangeduid om het voertuig te besturen; * het voertuig wordt uitsluitend voor het gemeenschappelijk vervoer aangewend (geen enkel persoonlijk gebruik van het voertuig); * een reglement benadrukt duidelijk dat het voertuig op geen enkele andere wijze dan beroepsmatig mag worden gebruikt.
- 56 -
Bijlage 6 VERSCHILLENDE TER BESCHIKKING GESTELDE VOERTUIGEN Indien in de loop van een maand van voertuig wordt veranderd en de ter beschikking gestelde voertuigen een verschillend CO2-uitstootgehalte per kilometer hebben, moet voor de vaststelling van het belastbare voordeel van die maand rekening worden gehouden met het voertuig dat het meest door de betrokken werknemer in de loop van die maand voor privéverplaatsingen (woonwerk en andere) werd gebruikt. Als een werknemer of de leden van zijn gezin tijdens een belastbaar tijdperk gelijktijdig de beschikking hebben over verschillende voertuigen, dan is het voordeel hoger dan dat wanneer men slechts over één voertuig beschikt. In dergelijke gevallen moet een voordeel van alle aard worden berekend voor elk voertuig afzonderlijk. VASTSTELLING VAN HET VOORDEEL VAN ALLE AARD Voor de berekening van het belastbare voordeel wordt aanvaard dat de in aanmerking te nemen kilometeraantallen forfaitair, behoudens enkele uitzonderingen (op jaarbasis), als volgt worden vastgesteld: Afstand in km (enkel) tussen de woonplaats en de vaste plaats van tewerkstelling: ≤ 25 > 25
In aanmerking te nemen kilometeraantallen: 5.000 7.500
Het in aanmerking te nemen kilometeraantal moet vermenigvuldigd worden met: het CO2-uitstootgehalte per kilometer van het ter beschikking gestelde voertuig; vervolgens met de coëfficiënt CO2eur. CO2-uitstootgehalte per kilometer Normaliter staat het aantal gram CO2-uitstoot van een voertuig vermeld op het inschrijvingsbewijs van het voertuig. De voertuigen waarvoor geen gegevens met betrekking tot de CO2-uitstootgehaltes beschikbaar zijn bij de dienst voor inschrijving van de voertuigen worden gelijkgesteld: met de voertuigen met een CO2-uitstootgehalte van 205 gram per kilometer, indien ze worden aangedreven door een benzine, LPG- of aardgasmotor; met de voertuigen met een CO2-uitstootgehalte van 195 gram per kilometer, indien ze worden aangedreven door een dieselmotor. Voor de nieuwe voertuigen , kan u eveneens de jaarlijkse CO2-gids uitgegeven door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu raadplegen. Deze gids: is gratis te verkrijgen bij elke concessiehouder en importeur; kan worden geraadpleegd , gedownload of besteld op www.energievreters.be/auto; kan telefonisch worden aangevraagd bij het informatieloket van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu op het nummer 02/524.95.26. CO2eur- coëfficiënt Brandstof gebruikt voor het voertuig Benzine/LPG/aardgas Diesel Elektriciteit - 57 -
CO2eur-coëfficiënt 0,00216 EUR 0,00237 EUR
Minimum
0,10 EUR
Bijlage 6 De voor de elektrische voertuigen vermelde coëfficiënt stemt overeen met het minimumbedrag van het voordeel per kilometer. Met "elektrische voertuigen" worden de voertuigen bedoeld die uitsluitend door elektriciteit worden aangedreven. Voor de hybride voertuigen dient men de coëfficiënt te nemen die overeenstemt met de gebruikte fossiele brandstof. Bijvoorbeeld : 0,00216 EUR voor een hybride voertuig op benzine-elektriciteit en 0,00237 voor een hybride voertuig op diesel-elektriciteit.
BIJDRAGE VAN DE WERKNEMER Het bedrag van het voordeel mag verminderd worden met de werkelijke of forfaitaire bijdrage van de verkrijger in de kosten (met uitzondering van de verzekeringspremie voor stoffelijke schade van het gebruikte voertuig). GEDEELTELIJK GEBRUIK Het minimumbedrag van 5000 km, respectievelijk 7.500 km, is enkel van toepassing indien de belastingplichtige gedurende 12 maanden een voertuig ter beschikking heeft gehad. Indien nodig moet het minimum aantal km pro rata temporis worden verminderd (bv. voor 3 maanden zal men 5000/4 = 1.250 km of 417 km minimum per maand in aanmerking nemen). BEPERKT GEBRUIK IN TIJD Wanneer het gebruik van het voertuig wordt beperkt in de tijd, moet het forfaitair aantal kilometers pro rata temporis worden omgedeeld. Indien de terbeschikkingstelling van het voertuig bijvoorbeeld wordt beëindigd op een andere dag dan de laatste dag van de maand, moet voor deze maand het voordeel van alle aard worden bepaald door het forfaitair kilometeraantal per maand te proratiseren door toepassing van een breuk met in de teller het aantal effectieve dagen terbeschikkingstelling van die maand en in de noemer het cijfer 30. TOEVALLIG GEBRUIK Het louter toevallig gebruik door een personeelslid van een voertuig van de werkgever voor een korte verplaatsing, moet als een niet belastbaar sociaal voordeel worden aangemerkt. -------------------------------------
- 58 -
Bijlage 7
AANDELENOPTIES: HALVERING VAN HET FORFAITAIR VASTGESTELDE VOORDEEL VOORWAARDEN Er moet aan de volgende voorwaarden worden voldaan: 1° De uitoefenprijs van de optie wordt definitief v astgesteld op het ogenblik van het aanbod. 2° De optie bevat de volgende bedingen: zij mag niet worden uitgeoefend vóór het einde van het derde kalenderjaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden, noch na het einde van het tiende jaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden; ze mag niet onder levenden worden overgedragen. 3° Het risico van waardevermindering na de toekenni ng ervan van de aandelen waarop de optie betrekking heeft, mag noch rechtstreeks, noch onrechtstreeks, gedekt worden door de persoon die de optie toekent, of door een persoon met wie er een band van wederzijdse afhankelijkheid bestaat. 4° De optie heeft betrekking op aandelen van de ven nootschap bij wie de beroepswerkzaamheid wordt uitgeoefend of op aandelen van een andere vennootschap die in de eerstgenoemde vennootschap een rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming heeft als bedoeld in het koninklijk besluit van 8 oktober 1976 met betrekking tot de jaarrekening van de ondernemingen. PERSOONLIJKE VERBINTENIS VAN DE BEGUNSTIGDE VAN DE OPTIES Wanneer aan de bepalingen van de 2de voorwaarde niet wordt voldaan, maar de begunstigde zich ertoe verbindt de daarin voorgeschreven verplichtingen na te leven, wordt het bedrag van het voordeel eveneens tot de helft verminderd. VERLENGING VAN DE UITOEFENPERIODE Overeenkomstig art. 21 van de Economische Herstelwet van 27 maart 2009 (BS 7.4.2009) kon, voor de aandelenoptieplannen afgesloten tussen 1 januari 2003 en 31 augustus 2008, de vennootschap die de opties aanbood, vóór 30 juni 2009, met instemming van de begunstigden de uitoefenperiode ervan zonder bijkomende fiscale last met hoogstens 5 jaar verlengen. De uitoefenperiode van een optie is de termijn waarbinnen de optiehouder zijn recht kan uitoefenen om een bepaald aantal aandelen aan te kopen, of, om naar aanleiding van de verhoging van het kapitaal van een vennootschap op een bepaald aantal aandelen in te schrijven tegen een bepaalde prijs. -------------------------------------
- 59 -
Bijlage 8
TARIEF WEEKTREINKAARTEN 1e KLAS
Km 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29
Km
2011 EUR 12,10 13,40 14,60 15,90 17,20 18,30 19,40 20,50 21,60 22,70 23,80 24,90 26,00 27,00 28,00 29,50 30,50 31,50 32,50 34,00 35,00 36,00 37,00 38,00 39,50 40,50 41,50 42,50 43,50
30 31-33 34-36 37-39 40-42 43-45 46-48 49-51 52-54 55-57 58-60 61-65 66-70 71-75 76-80 81-85 86-90 91-95 96-100 101-105 106-110 111-115 116-120 121-125 126-130 131-135 136-140 141-145 146-150
-------------------------------------
- 60 -
2011 EUR 45,00 46,50 49,50 52,00 55,00 57,00 60,00 63,00 65,00 67,00 69,00 71,00 74,00 78,00 81,00 84,00 87,00 90,00 94,00 97,00 100,00 103,00 106,00 110,00 113,00 116,00 119,00 122,00 127,00
Bijlage 9 LIDSTATEN VAN DE EU DIE HET NATIONAAL FIN (1) (FISCAAL IDENTIFICATIENUMMER) VERMELDEN OP EEN OFFICIEEL DOCUMENT Lidstaten
BE
België
Aard van het document Identiteitskaart SIS-kaart
BG
CZ
DK
Bulgarije
Paspoort
Tsjechië
Identiteitskaart Rijbewijs Paspoort
Denemarken
Identiteitskaart Rijbewijs (twee modellen) Paspoort
Estland
Socialezekerheidskaart Rijbewijs Paspoort
Voorzijde Voorzijde Keerzijde Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde
Identiteitskaart Rijbewijs
Voorzijde
Litouwen
Paspoort
LV
Letland
Identiteitskaart Rijbewijs Paspoort
MT
Malta
Rijbewijs Paspoort
Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde Voorzijde Bladzijde 3 (bladzijde van de identiteitsfoto) Voorzijde Bladzijde 31 (bladzijde van de identiteitsfoto)
ES
FI
Spanje
Finland
LT
Identiteitskaart Rijbewijs Klassieke identiteitskaart Elektronische identiteitskaart Rijbewijs Paspoort
Identiteitskaart
1
Keerzijde – bovenaan links Voorzijde – bovenaan rechts Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde Voorzijde Onder de identiteitsfoto
Voorzijde Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde Voorzijde Voorzijde, onder de identiteitsfoto Voorzijde, onderaan links Voorzijde, onder de identiteitsfoto Bladzijde 2 (bladzijde van de identiteitsfoto) Voorzijde
EE
()
Plaats van aanduiding van het FIN
Voorzijde, bovenaan rechts
In het Engels: TIN (Tax Identification Number).
- 61 -
Naam van het FIN (of legende op het document) Identificatienummer van het Rijksregister
ЕГН/Personal № 4d. 09 RODNÉ ČÍSLO / PERSONAL NO RODNÉ ČÍSLO 4d rodné číslo Personnummer/CPR nr. (voir exemple) 4d./personnummer / CPR nr. Isikukood/ Personal code 4d / isikukood
DNI NUM
5. Tunnus Kod/Code Synt.aika/födelsedtm.(6) Tunnus/Kod (7) 3. Henkilötunnus Personbeteckning 5. Asmens kodas/ Personal No./No personnel Asmens kodas / Personal No. 4d Personas kods/Identity No 4d Numru tal-Karta’ ta’ l-Identita’ (MT) ID Card Number (EN) Nombre de la Carte d’Identite (FR) Numru / Number
Bijlage 9 Lidstaten
NL
RO
Aard van het document
Nederland
Paspoort
Roemenië
Identiteitskaart Rijbewijs (twee modellen) Paspoort Identiteitskaart Rijbewijs
SE
SK
Zweden
Slowakije
Paspoort Identiteitskaart Paspoort uitgereikt tussen 1.4.1994 en 31.3.2005 Paspoort uitgereikt tussen 1.4.2005 en 14.1.2008 Paspoort uitgereikt vanaf 15.1.2008 Identiteitskaart
Plaats van aanduiding van het FIN Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde Bladzijde 1 Keerzijde Bladzijde 2 (bladzijde van de identiteitsfoto) Voorzijde Voorzijde onderaan links Bladzijde van de identiteitsfoto Voorzijde Bladzijde 33
Naam van het FIN (of legende op het document)
Pers.nummer/pers.no 5 BSN Nr. Personal/Personal No/ No personnel CNP
Personnr./Personal ID No. 05 Rodné číslo / Personal No
Bladzijde 2 (bladzijde van de identiteitsfoto)
05 RODNÉ ČÍSLO / PERSONAL No. / NUMÉRO DE NAISSANCE
Bladzijde 2 (bladzijde van de identiteitsfoto)
10 Identifikačné číslo / Identity No. / Identifiant personnel
Voorzijde
Rodné číslo / Personal No.
Praktische voorbeelden en afbeeldingen zijn ter beschikking op de internet-site van de FOD Financiën www.fiscus.fgov.be.
-------------------------------------
- 62 -
Vermelding van beroepsinkomsten uit een sportieve activiteit waarvoor een fiche moet worden opgesteld De sportbeoefenaar is een niet-inwoner een in België geleverde prestatie
Het inkomen werd aan een ander natuurlijk persoon of rechtspersoon toegekend en heeft betrekking op
Het inkomen werd aan de sportbeoefenaar persoonlijk toegekend
een in het buitenland geleverde prestatie
Fiche 281.30 vak 10k
Fiche 281.50
Hebben de inkomsten uitsluitend betrekking op in België geleverde prestaties? Het inkomen is belastbaar als NEEN
JA - 63 -
baten Bezoldiging werknemer
Werd de activiteit gedurende meer dan 30 dagen, te berekenen per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden, voor dezelfde schuldenaar uitgeoefend?
JA
NEEN
Baten m.b.t. in het buitenland geleverde prestaties
Het inkomen is belastbaar als
bezoldiging werknemer
Baten m.b.t. in België geleverde prestaties
Werd de activiteit gedurende meer dan 30 dagen, te berekenen per tijdperk van 12 opeenvolgende maanden, voor dezelfde schuldenaar uitgeoefend?
baten JA
Fiche 281.30 vak 10l
Fiche 281.30 vak 10j -
Fiche 281.50
Fiche 281.30 vak 10l
NEEN
Fiche 281.30 vak 10j
Bijlage 10
Fiche 281.10 vak 14
Fiche 281.10 vak 14a
Vermelding van beroepsinkomsten uit een sportieve activiteit waarvoor een fiche moet worden opgesteld
De sportbeoefenaar is een rijksinwoner
Het inkomen is belastbaar als
- 64 -
Bezoldiging werknemer
Fiche 281.10 vak 14
Baten
Fiche 281.50
Bijlage 10
Bijlage 11
STATUTAIR PERSONEEL WELKE OVERHEIDSDIENSTEN? Worden hier bedoeld : a) de federale besturen en andere Rijksdiensten, met inbegrip van de rechterlijke macht, de Raad van State, het leger; b) de federale politie en de algemene inspectie van de federale politie en van de lokale politie, met inbegrip van de in artikel 4, §2 van de wet van 27 december 2000 houdende diverse bepalingen met betrekking tot de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, bedoelde militairen, zolang zij tot het administratief en logistiek korps behoren; c) de diensten van de lokale politie, met inbegrip van de onder b) bedoelde militairen; d) de instellingen van openbaar nut die onder het gezag, de controle of het toezicht van de Staat vallen; e) de autonome overheidsbedrijven die zijn ondergebracht in artikel 1, §4 van de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven; f) de openbare instellingen van sociale zekerheid bedoeld in artikel 3, §2 van het koninklijk besluit van 3 april 1997 houdende maatregelen met het oog op de responsabilisering van de openbare instellingen van sociale zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke pen-sioenstelsels; g) de naamloze vennootschap van privaatrecht Brussel International Airport Company of zijn rechtsopvolgers, uitsluitend voor wat betreft de personeelsleden bedoeld in artikel 1, 15° van het koninklijk besluit van 27 me i 2004 betreffende de omzetting van B.I.A.C. in een naamloze vennootschap van privaatrecht en betreffende de luchthaveninstallaties; h) de besturen en andere diensten van de regeringen, van de gemeenschappen en de gewesten, alsook de besturen en andere diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, van de Colleges van de Vlaamse en de Franse Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; i) de onderwijsinrichtingen georganiseerd door of namens de Gemeenschappen of de Gemeenschapscommissies; j) de gesubsidieerde onderwijsinrichtingen; k) de gesubsidieerde psychisch-medisch-sociale centra, de gesubsidieerde diensten voor school en beroepsoriëntering en de gesubsidieerde diensten voor leerlingenbegeleiding; l) de instellingen van openbaar nut die onder het gezag, de controle of het toezicht van een Gemeenschap, een Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie of de Franse Gemeenschapscommissie vallen; m) de provincies, de gemeenten, de intercommunales en de inrichtingen die aan de provincies en de gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn ondergeschikt zijn, de agglomeraties en federaties van gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, de intercommunale centra voor maatschappelijk welzijn en de verenigingen van openbare centra voor maatschappelijk welzijn; n) de Vlaamse Radio- en Televisieomroep, la Radio-Télévision belge de la Communauté française en Das Belgisches Rundfunk- und Fernsezentrum der Deutschsprachigen Gemeinschaft; o) de Belgisch Technische Coöperatie; p) het Paleis voor Schone Kunsten; q) de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen; r) de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven; s) de diensten van de assemblees. -------------------------------------
- 65 -
Bijlage 12
KONINKLIJK BESLUIT NR. 279 BETREFFENDE DE BETALING NA VERVALLEN TERMIJN VAN DE WEDDEN VAN SOMMIGE PERSONEELSLEDEN VAN DE OPENBARE SECTOR VAN 30 MAART 1984 (NOTA : Opgeheven voor het Waals Gewest bij DWG 2001-12-06/34, art. 2; (NOTA : Opgeheven voor de Franse Gemeenschap bij DFG 2008-12-12/01, art. 37, 003; Inwerkingtreding : 01-12-2008) Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de leden van het vastbenoemd personeel, op de stagiairs en op de tijdelijke of hulppersoneelsleden, benoemd of aangeworven bij arbeidsovereenkomst, die in dienst zijn bij: a) de besturen en diensten van de Staat, met daarin begrepen het onderwijs, het leger, de rijkswacht, de rechterlijke macht en de Raad van State, maar met uitzondering van de diensten die afhangen van de wetgevende macht; b) de gepersonaliseerde besturen, de publiekrechtelijke openbare instellingen en de publiekrechtelijke verenigingen die onder het toezicht of de voogdij van de Staat staan, met uitzondering van de Algemene Spaar- en Lijfrentekas, de Nationale Bank, de Nationale Maatschappij voor krediet aan de nijverheid, de Nationale Investeringsmaatschappij, het Gemeentekrediet van België, de Bankcommissie, het Herdisconterings- en Waarborginstituut, de Nationale Delcrederedienst; c) de door de Staat gesubsidieerde officiële en vrije onderwijsinrichtingen met inbegrip van het universitair onderwijs en de officiële en vrije door de Staat gesubsidieerde psycho-medico-sociale centra. De bepalingen van dit besluit zijn eveneens van toepassing op de provinciegouverneurs, de vicegouverneurs van Brabant, de arrondissementscommissarissen, de adjunct-arrondissementscommissarissen, de provinciale griffiers en de gewestelijke ontvangers. Artikel 2. De wedde van de in artikel 1 bedoelde personeelsleden wordt vanaf de maand juli 1984 na vervallen termijn betaald, met name op de laatste werkdag van de maand behalve de betaling van de wedde van de maand december die plaats heeft op de eerste werkdag van de maand januari van het volgend jaar. Dit geldt eveneens voor de toelagen alsook voor alle andere elementen van de bezoldiging die terzelfdertijd als de wedde worden betaald. De betaling van de kinderbijslagen is nochtans niet bedoeld bij dit artikel. Artikel 3. Wanneer het vast of stagedoend personeelslid overlijdt of op pensioen gesteld wordt, wordt naar gelang van het geval, de volle maandwedde betaald aan betrokkene of aan zijn rechthebbenden. Artikel 4. § 1. Opgeheven worden de wets- en verordeningsbepalingen die strijdig zijn met dit besluit, voor zover zij toepassing vinden op de in artikel 1 bedoelde personen, inzonderheid: 1° artikel 31, § 1, van het koninklijk besluit van 15 april 1958 houdende bezoldigingsregeling van het onderwijzend, wetenschappelijk en daarmee gelijkgesteld personeel van het Ministerie van Openbaar Onderwijs; 2° artikel 32, § 1, van het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel der ministeries. § 2. Geschrapt worden : 1° in artikel 20, § 1, van het koninklijk besluit v an 23 november 1982 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van de land-, lucht- en zeemacht en van de medische dienst : a) in het eerste lid, de woorden "en vooruit"; b) in het tweede lid, het woord "evenwel"; 2° in artikel 20, § 1, van het koninklijk besluit v an 24 oktober 1983 betreffende de bezoldigingsregeling van de personeelsleden van de rijkswacht : a) in het eerste lid, de woorden "en vooruit"; b) in het tweede lid, het woord "evenwel". § 3. De contractuele bepalingen omtrent de vooruitbetaling van de wedden, die strijdig zijn met dit besluit, houden op uitwerking te hebben op 30 juni 1984. Artikel 5. (opgeheven) <W 1993-07-22/33, art. 36, 002; ED : 14-08-1993> Artikel 6. Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
- 66 -
FICHE Nr. 281.10 - JAAR . . . . 1. Nr. ....................
Pagina 1 van 4
2. Datum van indiensttreding: ................................. van vertrek: .................................
3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ..................................................................... .......................................................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................................................... Geadresseerde:
4. Afzender: .......................................................................................
......................................................................................................
....................................................................................... ................. ............................................................. NN of ON: ......................................................................
...................................................................................................... ...................................................................................................... Naam en voornamen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende:
.......................
..............................................................
......................................................................................... 5. Gezins-
Echt.
Kind.
Andere
Diverse
6. Burg. stand:
toestand
7. Nr. paritair comité: ......................................... ........................................... 8. Nationaal nr. of FIN of geboortedatum en -plaats: .................................................................................................................................................
9.
BEZOLDIGINGEN (andere dan bedoeld in 14a en 15a):
, , ........................................ , ........................................ ,
a) Bezoldigingen (1):
........................................
. .
b) Vakantiegeld: (............... dagen)
........................................
. .
c) Voordelen van alle aard (2):
Aard: ...................................................
d) Getrouwheidszegels:
. . . .
250
........................................
, . .
249
........................................
248
........................................
, . . , . .
a) Vervroegd vakantiegeld (ander dan bedoeld in 14b en 15b):
251
........................................
252
.......................................
. .
c) Opzeggingsvergoedingen (andere dan bedoeld in 14d en 15d):
253
d) Inschakelingsvergoeding:
245
e) Bezoldigingen van de maand december (Overheid) (4):
247
, , ........................................ , ........................................ , ........................................ ,
. .
b) Achterstallen (andere dan bedoeld in 13b, 14c en 15c):
271
.......................................
, . .
a) Voordelen:
242
........................................
b) Achterstallen:
243
........................................
, . . , . .
a) Bezoldigingen:
273
........................................
274
........................................
. .
c) Achterstallen:
275
d) Opzeggingsvergoedingen:
276
, , ....................................... , ........................................ ,
. .
b) Vervroegd vakantiegeld:
a) Bezoldigingen:
277
........................................
278
........................................
. .
c) Achterstallen:
279
d) Opzeggingsvergoedingen:
280
, , ....................................... , ........................................ ,
. .
b) Vervroegd vakantiegeld:
240
........................................
e) TOTAAL (9a + 9b + 9c + 9d): 10. AANDELENOPTIES:
%: .................... %: .................... %: .....................
Buitenlandse vennootschap (3)
11. AFZONDERLIJK BELASTBARE INKOMSTEN:
12. WEERVERLETZEGELS:
. . . . . .
13. NIET-RECURRENTE RESULTAATGEBONDEN VOORDELEN:
14. DOOR SPORTBEOEFENAARS VOOR HUN SPORTIEVE ACTIVITEITEN VERKREGEN:
. . . .
15. DOOR SCHEIDSRECHTERS VOOR HUN ACTIVITEITEN ALS SCHEIDSRECHTER TIJDENS SPORTWEDSTRIJDEN, EN DOOR OPLEIDERS, TRAINERS EN BEGELEIDERS VOOR HUN ACTIVITEITEN TEN BEHOEVE VAN SPORTBEOEFENAARS VERKREGEN:
16. PRIVE-PC: Bedrag van de tussenkomst van de werkgever:
Nr. 281.10 - DTP - 2011
. . . .
, . .
(1) tot (4): zie verwijzingen op de keerzijde
Pagina 2 van 4
VERWIJZINGEN (1) Bedrag van de vaste of veranderlijke bezoldigingen, verminderd met de aftrekbare sociale bijdragen, doch met inbegrip van de bedrijfsvoorheffing. De in vak 17 vermelde bijdragen in de reiskosten van de woonplaats naar de plaats van tewerkstelling moeten hier niet in worden opgenomen. (2) Met inbegrip van de voordelen uit het lichten van aandelenopties voor zover die opties vóór 1.1.1999 zijn toegekend. (3) Code “249” betreft de voordelen uit aandelenopties die in 2011 zijn toegekend. Code “248” betreft de voordelen die voor het jaar 2011 belastbaar zijn en voortvloeien uit aandelenopties die vanaf 1999 tot en met 2010 zijn toegekend. Kruis het vak “Buitenlandse vennootschap” aan wanneer de vennootschap die de aandelen toekent een buitenlandse vennootschap is zonder inrichting in België. (4) Worden hier uitsluitend beoogd, de bezoldigingen van de maand december die voor de eerste keer betaald of toegekend worden door een overheid in de loop van de maand december 2011 in plaats van in januari 2012 als gevolg van een beslissing van die overheid om vanaf dan de bezoldigingen van de maand december te betalen of toe te kennen in de maand december in plaats van in januari van het daaropvolgende jaar.
Nr. 281.10
FICHE Nr. 281.10 - JAAR . . . .
Pagina 3 van 4
1. Nr. .................... 3. Schuldenaar van de inkomsten: NN of ON: ..................................................................... .......................................................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................................................... Geadresseerde:
4. Afzender: .......................................................................................
......................................................................................................
....................................................................................... ................. ............................................................. NN of ON: .....................................................................
...................................................................................................... ...................................................................................................... Naam en voornamen van de echtgenoot of van de wettelijk samenwonende:
.......................
..............................................................
.........................................................................................
17. BIJDRAGEN IN DE REISKOSTEN:
, . . , . . ........................................ , . .
a) Openbaar gemeenschappelijk vervoer: Ter beschikking gesteld voertuig
b) Georganiseerd gemeenschappelijk vervoer:
Kilometeraantal: ............................
c) Ander vervoermiddel:
........................................ JA
NEEN
........................................
254
........................................
, . .
a) Gewone bijdragen en premies:
285
........................................
b) Bijdragen en premies voor individuele voortzetting:
283
........................................
, . . , . .
246
........................................
, . .
d) TOTAAL (17a + 17b + 17c): 18. INHOUDINGEN VOOR AANVULLEND PENSIOEN:
Kas of Vennootschap: ....................................................................................................................................... 19. OVERUREN DIE RECHT GEVEN OP EEN OVERWERKTOESLAG: a) Totaal aantal werkelijk gepresteerde overuren: b) Berekeningsgrondslag van de overwerktoeslag voor overuren die recht geven op een vermindering van: - 66,81 % (............... uren)
233
........................................
- 57,75 % (............... uren)
234
........................................
, . . , . .
20. BEDRIJFSVOORHEFFING:
286
........................................
, . .
21. BIJZONDERE BIJDRAGE VOOR DE SOCIALE ZEKERHEID:
287
........................................
, . .
22. OVERHEIDSPERSONEEL ZONDER ARBEIDSOVEREENKOMST (5):
290
23. WERKBONUS:
284
JA ........................................
, . .
24. DIVERSE INLICHTINGEN: a) Verplaatsingen met de fiets: Km ....................
Totale vergoeding:
b) Eigen kosten van de werkgever: ............................................................................ c) Fooien: Code (6) ........................................
Forfait RSZ: ....................................
, . . , . . ........................................ , . .
........................................ ........................................
d) Grensarbeiders: aantal dagen gewerkt buiten de grenszone: ................................ dagen
Nr. 281.10 - DTP - 2011
(5) tot (6): zie verwijzingen op de keerzijde
Pagina 4 van 4
Federale Overheidsdienst FINANCIEN
ALGEMENE ADMINISTRATIE VAN DE FISCALITEIT
INKOMSTENBELASTINGEN
Model van fiche opgemaakt ter uitvoering van de art. 32, 33 en 92 van het KB/WIB 92
BELANGRIJK BERICHT AAN DE VERKRIJGERS VAN DE INKOMSTEN In uw eigen belang wordt u aangeraden deze fiche te bewaren. Zij moet niet bij de aangifte in de personenbelasting of in de belasting van niet-inwoners worden gevoegd.
VERWIJZINGEN (5) Hiermee worden bedoeld, de personen die als statutair, stagiair of tijdelijke in dienst zijn bij de overheid, de gemeenschappen, de gewesten, de provincies, inrichtingen die aan de provincies ondergeschikt zijn, de gemeenten en inrichtingen die aan de gemeenten ondergeschikt zijn, en die niet in het kader van een arbeidsovereenkomst zijn aangeworven. (6) 01, 02 of 03 naargelang het een werknemer betreft van wie de bezoldiging geheel, hoofdzakelijk of bijkomstig uit fooien bestaat.
Nr. 281.10
TE VOLGEN RICHTLIJNEN IN GEVAL VAN VERGISSINGEN BIJ HET OPSTELLEN VAN FICHES RICHTLIJNEN De verbeterende fiches moeten worden opgesteld zodra de vergissing is vastgesteld. Het te gebruiken model van de verbeterende fiches moet het model zijn dat was voorgeschreven voor het jaar van betaling of toekenning van het inkomen waaromtrent een vergissing werd begaan. Behoudens het feit dat moet worden rekening gehouden met de bijzonderheden hieronder vermeld, zijn de richtlijnen voor het opstellen van de verbeterende fiches deze van het "bericht aan de werkgevers en aan de andere schuldenaars van aan de bedrijfsvoorheffing onderworpen inkomsten" dat van toepassing is voor het bedoelde jaar. Opgelet :
Indien de originele foutieve fiche langs elektronische weg via Belcotax werd ingediend, dan moet de verbeterende fiche eveneens langs elektronische weg worden ingediend. Indien de originele foutieve fiche op papier werd ingediend, dan moet de verbeterende fiche eveneens op papier worden ingediend.
BELANGRIJKE OPMERKING Onder de term "bedrag" wordt het bedrag van de belastbare inkomsten verstaan. Indien evenwel de bedragen van andere gegevens die voorkomen op de fiches (bijvoorbeeld bedrijfsvoorheffing, bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid, bedrag van de bijdragen voor aanvullende verzekering) moeten worden rechtgezet, moeten steeds de richtlijnen voor het invullen van de verbeterende fiche worden toegepast. -------------------------------------
BEDRAGEN DIE NIET WERDEN VERMELD OF DIE LAGER ZIJN DAN HET JUISTE BEDRAG TE VOLGEN RICHTLIJNEN Er zijn twee mogelijkheden via Belcotax-on-web: 1.
Een nieuwe fiche die de vorige aanvult wordt opgesteld. De fiche krijgt een nieuw volgnummer. Er moet geen enkele bijzondere vermelding worden aangebracht. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt zonder speciale vermelding.
2.
De originele fiche wordt verbeterd via een verbeterend bestand of online. Het volgnummer van de originele fiche blijft behouden. Enkel de betreffende bedragen worden verhoogd. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt met de vermelding "Verbetering van het origineel".
Voor concrete richtlijnen zie de brochure Belcotax-on-web op www.belcotaxonweb.be. -------------------------------------
- 71 -
BEDRAGEN DIE WERDEN VERMELD, ZIJN HOGER DAN DE JUISTE BEDRAGEN BEDRAGEN DIE IN EEN VERKEERDE RUBRIEK WERDEN VERMELD TE VOLGEN RICHTLIJNEN Er zijn twee mogelijkheden via Belcotax-on-web: 1.
De originele fiche wordt verbeterd via een verbeterend bestand of online. Het volgnummer van de fiche blijft behouden. Enkel de betreffende rubrieken worden aangepast. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt met de vermelding "Verbetering van het origineel".
2.
De originele fiche wordt geannuleerd en vervolgens wordt een nieuwe fiche ingediend. De fiche krijgt een nieuw volgnummer. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt met de vermelding "Vernietigt en vervangt de vorige".
Voor concrete richtlijnen zie de brochure Belcotax-on-web op www.belcotaxonweb.be. -------------------------------------
BEDRAGEN DIE OP EEN VERKEERDE FICHE WERDEN VERMELD TE VOLGEN RICHTLIJNEN 1.
Indien de fiche volledig verkeerd is: De originele fiche wordt geannuleerd en vervolgens wordt een nieuwe fiche van een ander type ingediend. De fiche krijgt een nieuw volgnummer. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt met de vermelding "Vernietigt en vervangt de vorige".
2.
Indien de fiche gedeeltelijk verkeerd is, zijn er twee mogelijkheden via Belcotaxon-web:
De originele fiche wordt verbeterd via een verbeterend bestand of online. Het volgnummer van de fiche blijft behouden. Enkel de betreffende rubrieken worden aangepast. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt met de vermelding "Verbetering van het origineel". Daarnaast wordt een nieuwe fiche van het andere type opgemaakt. De fiche krijgt een nieuw volgnummer. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt zonder speciale vermelding.
De originele fiche wordt geannuleerd en vervolgens worden twee nieuwe fiches ingediend. De fiches krijgen een nieuw volgnummer. Aan de verkrijger wordt een dubbel uitgereikt van de fiche van het originele type met de vermelding "Vernietigt en vervangt de vorige". Er wordt eveneens een dubbel uitgereikt van de nieuwe fiche zonder speciale vermelding.
Voor concrete richtlijnen zie de brochure Belcotax-on-web op www.belcotaxonweb.be. -------------------------------------
- 72 -
FOUTEN IN DE IDENTIFICATIE VAN DE VERKRIJGER TE VOLGEN RICHTLIJNEN 1. Nationaal nummer foutief: De originele fiche wordt geannuleerd en een nieuwe fiche wordt opgemaakt met een nieuw volgnummer en met het juiste nationaal nummer. 2.
Naam en/of adres foutief: NN was ingevuld in de originele fiche: fiche wordt verbeterd via een verbeterend bestand of online; NN was niet ingevuld in de originele fiche: de originele fiche wordt geannuleerd en een nieuwe fiche wordt opgemaakt met de juiste identificatiegegevens.
Voor concrete richtlijnen zie de brochure Belcotax-on-web op www.belcotaxonweb.be. -------------------------------------
GEBRUIK VAN HET ATTEST 281.25 PRO MEMORIE Een attest 281.25 mag enkel worden gebruikt voor de rechtzetting van de fiscale situatie van belastingplichtigen die, door onvrijwillige fouten, in de loop van een vorig jaar onrechtmatige bezoldigingen en/of pensioenen ontvangen hebben, die worden teruggevorderd. ER MAG GEEN ATTEST 281.25 WORDEN OPGESTELD wanneer de onrechtmatig betaalde sommen worden teruggevorderd in het jaar waarin ze oorspronkelijk werden betaald en/of tot 31 augustus van het daaropvolgende jaar. Wanneer er reeds fiches werden opgemaakt voor de betrokken inkomsten van 2011, dan mogen tot en met 31.8.2012 enkel de hiervoor vermelde richtlijnen ingeval van vergissingen bij het opstellen van fiches worden gebruikt voor de rechtzetting. Meer informatie omtrent het gebruik van het attest 281.25 is terug te vinden in de circulaire CiRH.244/594.121 (AOIF nr. 28/2009) van 19.5.2009 die beschikbaar is op www.fisconet.fgov.be. -------------------------------------
- 73 -