Beleidsregels voor het innemen van standplaatsen en venten in de gemeente Diemen

Afdeling Vergunningen en Handhaving, Team Openbare Ruimte

Nota straathandel

Beleidsregels voor het innemen van standplaatsen en venten in de gemeente Diemen

Nota straathandel augustus 2007

1


Straathandel in Diemen, de mogelijkheden en de regels….

Inleiding De geschiedenis van de markt en straathandel gaat terug naar een ver verleden. Het woord markt is afkomstig van het Latijnse MERCATUS dat als betekenis heeft, handel en markt. Deze benaming is in vele talen terug te vinden, bij ons in Holland als markt, Duitsland ook als markt, Frankrijk als marché en het Engelse market. Mede door het feit dat de Romeinse overheersers in Nederland gedurende 5 eeuwen hun heerschap hier hebben gehad en zij een plaats creëerden waar kopers en verkopers elkaar konden ontmoeten alwaar men handel dreef, het zogenoemde FORUM MERCATUM, is er vandaag de dag sprake van een georganiseerde gemeentelijke warenmarkt. Het houden van een gemeentelijke markt wordt heden ten dagen ondergebracht onder de regelgeving van de gemeentelijke marktverordening. Het uitoefenen van straathandel valt onder de regelgeving van de gemeentelijke Algemene Plaatselijke Verordening.

Voor de mogelijkheden, voorwaarden en beperkingen waar marktkooplui rekening mee moeten houden, voordat zij deel mogen én kunnen nemen aan de weekmarkt in Diemen, zijn in de Verordening op de Warenmarkt gemeente Diemen 2001 artikelsgewijs regels opgesomd.

Voor straathandel zijn er geen regels in een aparte verordening opgenomen, behalve dat in de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Diemen 2006 is bepaald dat het zonder vergunning verboden is handel te drijven middels een standplaats in te nemen of te gaan venten. In de betreffende artikelen in de APV zijn gronden opgesomd wanneer een vergunning geweigerd dient te worden. Deze zogenaamde weigeringsgronden waren tot op heden niet geconcretiseerd, zodat het én voor de straathandelaar én voor de behandelende ambtenaren van de gemeente niet duidelijk is welke mogelijkheden er zijn en onder welke voorwaarden en beperkingen een vergunning verleend kan worden.

De gemeente Diemen heeft ervoor gekozen om een aantal beleidsregels vast te stellen. Het gaat hierbij niet om wat de onmogelijkheden zijn, maar wat de gemeente voor kansen aan straathandelaren kan bieden, echter wel onder bepaalde voorwaarden (en beperkingen). De gemeente is van mening dat standplaatsen een positieve dimensie toe kunnen voegen aan bepaalde locaties, bijvoorbeeld door: •

vergroting van de levendigheid (en het gevoel van sociale veiligheid) van een bepaalde locatie zoals bijv. de omgeving van stations: meer mensen op straat;


2


•

het vergroten van de aantrekkingskracht van winkelcentra (bijv. door toevoeging van een viskraam);

•

toevoeging van een voorziening die in het betreffende gebied beperkt voorhanden is (zoals het aanbieden van een broodje buiten de deur op de bedrijfsterreinen en kantorengebied Bergwijkpark);

•

toevoeging van de variëteit aan producten die lokaal worden aangeboden;

•

inspelen op specifieke perioden, zoals een kraam voor de verkoop van kerstbomen gedurende de kerstperiode of een oliebollenkraam voor kerst en oud en nieuw.

Ondanks dat de gemeente Diemen zoveel mogelijk wil dereguleren, wil de gemeente wel grip houden op wat en waar er in de gemeente aan straathandel plaatsvindt. Mede omdat Diemen, naar blijkt uit de vele ingediende aanvragen, een gewild gebied voor standplaatsen en venters is. De gemeente wil bij de behandeling van aanvragen rekening houden met: •

gelijke behandeling van elke aanvraag en toekenning van een specifieke locatie aan diegene die deze het eerst heeft aangevraagd;

•

heldere regels voor standplaatshouders en inzichtelijk beleid voor eventuele belanghebbenden in de directe omgeving van de standplaats (zoals winkeliers);

•

het waarborgen van bepaalde randvoorwaarden, zoals bijvoorbeeld de verkeersveiligheid en voldoende parkeergelegenheid in de omgeving.

De gemeente Diemen heeft een aantal locaties aangewezen waar standplaatsen zijn toegestaan. Met deze locaties is onder andere rekening gehouden met het beperken van overlast voor omwonenden, de verkeersveiligheid, de bruikbaarheid van de weg en het uiterlijk aanzien van de gemeente. Deze locaties zijn niet limitatief. In nader overleg is het tevens mogelijk nieuwe locaties te beoordelen, die dan aan de reeds bestaande lijst met locaties kunnen worden toegevoegd


3


Beleidsregels nota straathandel 1. Eisen aanvrager 1.1 De aanvrager moet in het bezit zijn van de Nederlandse nationaliteit of anderszins in het bezit van een verblijfsvergunning (identiteitskaart van de Vreemdelingendienst), waarop vermeld staat dat in Nederland zelfstandig mag worden gewerkt (art 3. Wet arbeid buitenlandse werknemers). 1.2 De aanvrager heeft de leeftijd van 18 jaar of ouder.

2. Aanvraag 2.1 Indieningstermijn: minimaal 6 weken 2.2 Wijze van aanvragen: schriftelijk middels vastgestelde formulieren 2.3 Inhoud aanvraag: recent uittreksel Kamer van Koophandel (niet ouder dan een half jaar); bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel (bij ventvergunningen als de prijs van het product dat verkocht wordt boven de 50 euro bedraagt); een kopie van de geldige inschrijvingskaart bij het Centraal Registratie Kantoor Ambulante handel (Postbus 90756, 2509 LT DEN HAAG, tel. 0703385777, fax 070- 3385788) (alleen bij verkoop producten); kopie legitimatiebewijs en / of een verblijfsvergunning waarop vermeld staat dat in Nederland zelfstandig mag worden gewerkt.

3. Toetsingskader aanvraag standplaatsvergunningen 3.1 Algemeen toetsingskader 1.

Brandveiligheid: op een afstand van minder dan vijf meter vanaf bebouwing mag geen standplaats worden ingenomen.

2.

De verkoop van alcoholhoudende dranken is verboden.

3.

In het belang van de sociale veiligheid dient de openbare ruimte open en controleerbaar te zijn.

4.

Er mag niet in de nabijheid van woonbebouwing of andere zogenaamde gevoelige gebouwen zoals een medisch centrum, gefrituurd, gebakken of gebraden worden (winkelcentra uitgezonderd).

5.

De situering moet passen binnen het ruimtelijk (stedenbouwkundig) concept van de omgeving.

6.

Aan het verkoopmiddel dient regelmatig onderhoud gepleegd te worden.

7.

Geen standplaats mag worden ingenomen op de volgende locaties: •

langs in- en uitvalswegen;


4


•

langs wegen met vrijliggende fietspaden;

•

langs wegen die worden gebruikt door regionale en stadsbussen;

•

binnen een afstand van 15 meter van een voetgangersoversteekplaats;

•

binnen een afstand van 15 meter van een kruispunt;

•

op plaatsen met een hoge parkeerdruk;

•

op plaatsen waar het vrije uitzicht wordt belemmerd of op een andere wijze gevaar of hinder wordt veroorzaakt door het innemen van de standplaats.

8.

Een standplaats mag worden ingenomen op: o

trottoirs en in voetgangersgebieden;

o

in parkeervakken;

o

op pleinen.

Mits voldaan wordt aan de volgende criteria: kramen, karren en stallen mogen een vlotte voetgangersdoorstroom niet beletten; ook gehandicapten in rolstoelen, scootmobielen etc. dienen voldoende doorgang te behouden door de aanwezigheid van standplaatsen (minimaal 2.00 meter); standplaatsen mogen nooit verkeersgevaarlijke situaties opleveren doordat zij bijvoorbeeld het zicht op naderend verkeer ontnemen; bij de bepaling van de locaties voor standplaatsen wordt bovendien rekening gehouden met de toegankelijkheid voor hulpverleningsdiensten ingeval van calamiteiten; kabels, leidingen, rioolputten e.d. dienen bereikbaar te zijn ten behoeve van reparatie of onderhoud; op locaties waarvoor een herinrichting of andere wijziging van de situatie wordt voorbereid en de inname van een standplaats de voortgang van de wijzigingen zou kunnen belemmeren, wordt een aanvraag geweigerd; een aanvraag wordt aangehouden totdat herinrichting van een locatie voltooid is. 9.

Standplaatsen moeten passen binnen geldende bestemming (verkeersdoeleinden of gelijkwaardig).

10.

Het verkoopmiddel dient op wielen te staan om de mobiliteit te kunnen garanderen.

11.

Een standplaats kan in ieder geval worden ingenomen op de volgende locaties (nietlimitatief):


5


Locatie

Aantal *Indeling kantorengebied standplaatsen Wilhelminaplantsoen, 2 SCHELPENHOEK AKKERLAND voorplein KRUIDENHOF winkelcentrum POLDERLAND Winkelcentrum 2 Gruttoplein OSCH BERGWIJKPARK Kruidenhof op drie 1 OOST II parkeerplaatsen BERGWIJKPARK WEST Kantorengebied I* 2 I Kantorengebied II* 2 Industriegebied III*

2

Station Diemen-Zuid

1

SNIEP

VERRIJN STUART

STAMMERDIJK

III

Voor een gedetailleerde locatietekening wordt verwezen naar de bijlagen.

12.

Om de mobiliteit te garanderen zijn de volgende voorschriften bij vaste standplaatsen van toepassing: o

Maximaal 1 uur voor aanvang van het tijdstip waarop, overeenkomstig het vermelde in de vergunning, met de verkoop of verstrekking wordt aangevangen, mag de standplaats worden ingenomen.

o

Binnen 1 uur na tijdstip, overeenkomstig het vermelde in de vergunning, dat de verkoop of verstrekking wordt beëindigd, dient de standplaats te worden ontruimd.

3.2 Aard standplaats/type verkoopmiddel 1. Het verkoopmiddel dient in overeenstemming te zijn met redelijke eisen van welstand. 2. Het verkoopmiddel mag maximaal 2.55 meter breed, 4 meter hoog en 12 meter lang zijn. 3. Een terras bij een standplaats is niet toegestaan. 4. Maximaal twee hoge tafeltjes voor het staand nuttigen van etenswaren is toegestaan. 5. Uitstalling voor bijvoorbeeld het uitstallen van groente en fruit is toegestaan, mits de ruimte van de locatie dit toelaat en voorts voldoet aan de beleidsregels onder 3.1. en de nota uitstallingen en reclame. 6. Voor objecten bij standplaatsen, zoals reclameborden, windschermen en schotten dient separaat een vergunning te worden aangevraagd.


6


3.3 Overige voorschriften standplaatsvergunning 1. In het belang van de openbare orde en ter voorkoming van overlast moeten de standplaats en de naaste omgeving binnen een straal van 10 meter in schone en ordelijke toestand worden gehouden. 2. Tevens dienen aan de verkoopgelegenheid waarmee de standplaats wordt ingenomen of in de onmiddellijke nabijheid daarvan, twee of meer afvalbakken te worden geplaatst. Voor het legen van deze bakken is de vergunninghouder verantwoordelijk. 3. De standplaats wordt persoonlijk ingenomen, afwezigheid en vervanging vanwege dringende redenen wordt binnen twee weken aan het college schriftelijk gemeld. Vervanging bij afwezigheid en inzet assistenten alleen door degenen die achttien jaar of ouder zijn; 4 Toetsingskader aanvraag vaste ventvergunning 4.1 Locaties Diemen wordt onderverdeeld in de wijken Diemen-Noord, Diemen-Centrum en Diemen-Zuid en het kantoren- en industriegebied.

4.2 Maximumstelsel en brancheverdeling 1. Er worden in een wijk, gelet op het beperken van overlast, niet meer dan 9 ventvergunningen verleend. 2. Per wijk wordt maximaal drie vergunningen in verschillende branches voor huis-aanhuis venten verleend. 3. Per wijk worden maximaal drie vergunningen in verschillende branches voor het rondrijdend venten verleend. 4. Per wijk wordt maximaal drie vergunningen in verschillende branches voor het venten van seizoensgebonden producten (zoals ijs) verleend. Tabel overzicht mogelijkheid te verlenen ventvergunningen Categorie Max te Vergunning Branche verlenen Huis-aan huis 3 Ja 2x Eieren en zuivel/ Energiediensten Seizoensgebonden 3 Ja 1x IJs Rondrijdend

3

Locatie Heel Diemen Heel Diemen

Nee

N.a.v. het bovenstaand overzicht is er nog plaats vrij voor 3 rondrijdende venters in verschillende branches, 2 seizoensgebonden venters in verschillende branches en 1 huis-aan-huis venter in een andere branche.


7


4.3 Voorschriften ventvergunning 4.3.1 Aard standplaats/type verkoopmiddel •

De ventwagen mag niet langer dan 6 meter en niet hoger dan 2,40 meter zijn i.v.m. het beperken van overlast.

•

Er mag ingevolge de Zondagswet gedurende de hele week gevent worden, met uitzondering van zon- en feestdagen.

•

De verkooptijden zijn uit het oogpunt van overlast beperkt van 9.00 uur tot 21.00 uur.

4.3.2 Overige voorschriften •

Er mogen alleen producten worden gevent waarvoor vergunning is verleend.

•

De te verkopen artikelen moeten naar het oordeel van de Voedsel- en Warenautoriteit deugdelijk van samenstelling en deugdelijk van toestand zijn.

•

De vergunning is persoonlijk en niet overdraagbaar.

•

Men mag niet langer dan 15 minuten op één locatie blijven staan. Het langer stilstaan in afwachting van klanten is niet toegestaan.

•

Het is alleen toegestaan te venten met die producten, die daarvoor geschikt zijn (alcohol houdende dranken zijn niet toegestaan). Met deze producten mogen tijdens het venten alleen eenvoudige handelingen worden verricht (verkoop gereed maken).

•

Het verkoopmiddel dient deugdelijk te zijn en in een goede staat van onderhoud te verkeren (rijtechnisch).

•

De venter dient een minimale afstand van 100 meter tot evenementen en dergelijke activiteiten te bewaren. Het venten op het evenemententerrein zelf is alleen toegestaan met toestemming van de organisator.

•

Het is verboden tijdens het venten anders dan met een bel en/of door middel van de niet versterkte menselijke stem de aandacht van het publiek te trekken.

•

Bij het verkoopmiddel dient een mogelijkheid aanwezig te zijn om afval in te kunnen deponeren.

5

Aanvullende beleidsregels geldend voor tijdelijke standplaatsen ventvergunning

5.1 Locaties, maximumstelsel Soort

Maximum

Maximum aantal

Indieningstermijn Aanvullende voorwaarden

1 tijdelijke standplaats

zes weken

duur Standplaats voor

maximaal 1

seizoensgebonden

maand

2

tegelijkertijd per locatie

producten Tijdelijke standplaatsen

12 dagen

voor enkele dagen

2

1 tijdelijke standplaats tegelijkertijd per locatie

zes weken

een tijdelijke vergunning wordt voor maximaal vier keer per jaar aan dezelfde persoon of aan


8


Soort

Maximum

Maximum aantal

Indieningstermijn Aanvullende voorwaarden

duur personen werkzaam bij dezelfde organisatie verstrekt. Dagstandplaats

1 dag

1 tijdelijke standplaats

drie weken

tegelijkertijd per locatie

Door het college wordt het beleid gevoerd dat maximaal eenmaal per maand aan een en dezelfde persoon een dagvergunning wordt verstrekt.

Ventvergunning voor

12 dagen

2

een korte periode

één tijdelijke ventvergunning

zes weken

per wijk voor het venten langs de huizen alsmede op of aan de openbare weg.

Ventvergunning voor

1 maand

2


zes weken

Een tijdelijke vergunning wordt

seizoensgebonden

per wijk voor het venten

voor maximaal vier keer per jaar

producten

langs de huizen alsmede op

aan dezelfde persoon of aan

of aan de openbare weg.

personen werkzaam bij dezelfde organisatie verstrekt.

Dagventvergunning

1 dag


drie weken

Door het college wordt het beleid

per wijk voor het venten

gevoerd dat maximaal eenmaal

langs de huizen alsmede op

per maand aan een en dezelfde

of aan de openbare weg.

persoon een dagvergunning wordt verstrekt.

Voor de noten wordt verwezen naar de toelichting.

5.2 Aanvullende voorschriften bij tijdelijke standplaatsen ventvergunningen

1. Een standplaatshouder/ venter dient een minimale afstand van 100 meter tot evenementen en dergelijke activiteiten te bewaren. Het venten en een standplaats innemen op het evenemententerrein zelf is alleen toegestaan met toestemming van de organisator. 2. Voor zover niet feitelijk onmogelijk zijn de in deze nota genoemde beleidsregels en voorschriften voor standplaatsen en venten van overeenkomstige toepassing op het verlenen van een tijdelijke standplaatsen ventvergunning.

6 Handhaving/sanctiebeleid

6.1 Sanctiebeleid Op grond van de bovenstaande bepalingen van de APV is het volgende sanctiebeleid van toepassing.


9


6.2.1 Overtreder niet in het bezit van een vergunning 1. De controleurs Openbare Ruimte maken een proces-verbaal op (strafrechtelijk handhaven). 2. De controleurs Openbare Ruimte sommeren de overtreder de ingenomen standplaats binnen 24 uur te ontruimen en ontruimd te houden of ingeval van venten, de verkoopactiviteiten onmiddellijk te staken en gestaakt te houden. 3. De overtreder ontvangt van het Team Openbare Ruimte van de afdeling Vergunningen en Handhaving, indien legalisatie mogelijk lijkt, een aanvraagformulier voor een vergunning om te komen tot legalisatie. Dit aanvraagformulier dient binnen een termijn van twee weken na verzending van het formulier bij het Team Openbare Ruimte ontvangen te zijn. 4. Indien de overtreding binnen de hierboven genoemde termijnen niet wordt opgeheven of ongedaan wordt gemaakt, neemt het Team Openbare Ruimte van de afdeling Vergunningen en Handhaving bestuursrechtelijk actie (zie 6.2.2).

6.2.2 Overtreder wel in het bezit van een vergunning, echter niet naleving van de vergunningsvoorschriften

1. De controleurs Openbare Ruimte maken, indien de vergunningsvoorschriften niet correct zijn nageleefd, een proces-verbaal van bevindingen van de overtreding op. Daarnaast geven zij een mondelinge waarschuwing om de overtreding zo spoedig mogelijk, afhankelijk van de overtreding, ongedaan te maken. De mondelinge waarschuwing wordt schriftelijk bevestigd. 2. Als de vergunninghouder de overtreding binnen de in de schriftelijke waarschuwing genoemde termijn niet ongedaan heeft gemaakt, zullen de controleurs Openbare Ruimte een proces-verbaal opmaken (strafrechtelijk handhaven). Daarnaast wordt een vooraankondiging van een last onder dwangsom aan de overtreder verzonden, waarbij de overtreder nogmaals in de gelegenheid wordt gesteld binnen een nader te bepalen redelijke termijn de overtreding ongedaan te maken. 3. Indien aan de vooraankondiging geen gevolg wordt gegeven, zal de definitieve aanschrijving van een last onder dwangsom aan de overtreder worden opgelegd, mits de ingebrachte zienswijze niet tot een ander oordeel heeft geleid. Indien de hierin genoemde termijn wordt overschreden is de dwangsom ineens of per dag opgelegd, dat de overtreding voortduurt, verbeurd.


10


6.2.3 Herhaalde overtredingen 1. Indien blijkt dat een vergunninghouder tot drie keer tot een overtreding heeft begaan (recidive), maar iedere keer de overtreding wel ongedaan heeft gemaakt, wordt de vergunning alsnog ingetrokken. 2. Nadat de vergunning is ingetrokken, zal de hiervoor genoemde handhavingprocedure worden gestart om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen

6.2.4 Handelen in strijd met de wet 1. Indien een standplaats- of ventvergunninghouder handelt in strijd met de enige wet of regelgeving, anders dan de APV, kan de vergunning worden ingetrokken. Hierbij geldt dezelfde procedure als hiervoor is omschreven.


11

Beleidsregels voor het innemen van standplaatsen en venten in de gemeente Diemen

Recommend Documents