2016 Beleidsregels laadvoorzieningen elektrische auto’s
9-2-2016
Beleidsregels Laadvoorzieningen in de openbare ruimte voor elektrische auto’s gemeente TUBBERGEN
Versie : 2.0 Datum : 9 februari 2016 1
Inhoudsopgave: 1. Inleiding 1.1. Duurzaamheid 1.2. Elektrisch vervoer 1.3 Begripsbepalingen 2. Huidige situatie 2.1. Probleemanalyse 2.2. Huidige laadvoorzieningen 3. Rol gemeente 3.1 Doel beleidsregels 4. Juridisch kader 4.1. Apv 4.2. Verkeersbesluit 4.3. Intrekken / wijzigen van vergunning en verkeersbesluit 4.4. Privaatrechtelijke overeenkomst 4.5. Leges, degeneratievergoeding en tarieven gebruik gemeentegrond 5. Beleidsregels 5.1. Aanvraag 5.2. Private laadvoorzieningen en de openbare ruimte 5.3. Locatie laadvoorziening 5.4. Parkeren 5.4.1. Aanwijzen parkeerplaats (verkeersbesluit) 5.4.2. Parkeerbeleid 5.4.3. Laadpalen 5.5. Tot slot: bijzondere omstandigheden 6. De procedure samengevat 7. Inwerkingtreding en evaluatie
3 3 3 3/4 5 5 5 6 6 7 7 7 7 7 7 8 8 8 8 9 9 9 9 10 10 11
Bijlage 1: Model privaatrechtelijke overeenkomst
12
2
1. Inleiding 1.1. Duurzaamheid De gemeente Tubbergen wil (meer) werk maken van duurzaamheid. Het thema duurzaamheid maakt een belangrijk en integraal onderdeel uit van het coalitieakkoord 20142018. Het geeft aan dat duurzaamheid in Tubbergen bestuurlijk veel prioriteit krijgt. 1.2. Elektrisch vervoer Verkeer is een grote veroorzaker van CO2-uitstoot en andere vervuilende stoffen zoals fijn stof en stikstofoxiden in onze gemeente. Elektrische auto´s stoten (lokaal) geen CO2 en NOx uit en dragen tevens bij aan het reduceren van geluidsbelasting. De gemeente Tubbergen wil elektrisch vervoer stimuleren. De groei van elektrisch vervoer (hierna EV) zorgt voor een toenemende behoefte aan publieke laadinfrastructuur. De realisatie van deze infrastructuur is de laatste tijd in een stroomversnelling gekomen. Eerder konden marktpartijen op nagenoeg geen enkele locatie een rendabele business case voor elektrische laadvoorzieningen realiseren. In de afgelopen periode zijn de kosten gedaald. Ook rijden er steeds meer elektrische voertuigen, waardoor het gebruik van de laadvoorzieningen (laadpalen) is toegenomen. Als gevolg van deze ontwikkelingen zijn marktpartijen beter in staat om voor eigen rekening en risico te investeren. Slimme laadinfrastructuur kan een rol vervullen bij het inzetten van lokaal opgewekte duurzame energie voor het opladen van elektrische voertuigen. Voor het parkeren en laden van de elektrische auto is de e-rijder zonder eigen parkeerplaats aangewezen op een parkeerplek in de openbare ruimte. De gemeente is direct betrokken bij e-rijders die parkeren en laden in de openbare ruimte. De gemeente is immers eigenaar en/of beheerder van de openbare ruimte. Met dit beleidskader wil Tubbergen het plaatsen van laadinfrastructuur in de openbare ruimte faciliteren maar wel onder bepaalde voorwaarden. De betreffende beleidsregels zijn voor een belangrijk deel overgenomen van de beleidsregels die eind 2013 door de VNG aan gemeenten beschikbaar zijn gesteld. 1.3 Begripsbepalingen aansluiting: de verbinding tussen het elektriciteitsnet, meer specifiek de hoofdelektriciteitskabel en de laadpaal elektrische auto: een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Wegenverkeerswet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd als auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor de elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een voorziening buiten het voertuig gebruiker: 1. Een organisatie die gevestigd is in de Gemeente Tubbergen en eigenaar en/of bezitter is van één of meerdere elektrische auto’s 2. een particulier die aantoonbaar eigenaar en/of bezitter is van een elektrische auto en woonachtig is in de Gemeente Tubbergen 3. een bezoeker met een elektrische auto in de gemeente Tubbergen. infraprovider: aanbieder van laadinfrastructuur, zoals de laadpaal, aan gebruikers. Deze aanbieders dienen in staat te zijn een volledig interoperabele oplaadlocatie met laadpaal te leveren. Dit kunnen ook bedrijven uit de gemeente Tubbergen zijn. interoperabiliteit: de mogelijkheid om met een laadpas van verschillende service providers gebruik te maken van een laadpaal van verschillende infraproviders 3
laadkabel: laadpaal:
laadpas: oplaadlocatie: oplaadpunt: overeenkomst: service provider:
een kabel, in eigendom van de gebruiker, benodigd om de elektrische auto op te laden door deze aan te sluiten op een oplaadpunt openbare voorziening, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, waar een elektrische auto kan worden opgeladen; een laadpaal kan een of meer oplaadpunten bevatten; de benodigde laadkabel maakt geen deel uit van de laadpaal een pas, benodigd voor het gebruik van de laadpaal, gebaseerd op de landelijke afspraken op het gebied van interoperabiliteit locatie in de openbare ruimte waar een laadpaal en een of meer parkeerplaatsen uitsluitend ten behoeve van het opladen van elektrische auto's aanwezig zijn een op de laadpaal aanwezige voorziening waarmee de gebruiker zijn voertuig van stroom kan voorzien de met de aanvrager/exploitant te sluiten privaatrechtelijke overeenkomst aanbieder van laaddiensten aan gebruiker(s), zoals de uitgifte van laadpassen en bijbehorende laadabonnementen.
4
2. Huidige situatie 2.1. Probleemanalyse
2.1.1. Laadinfrastructuur is nodig voor elektrisch rijden.
Er worden steeds meer elektrische auto’s gekocht. Eigenaren van elektrische auto’s die op eigen terrein kunnen parkeren, kunnen zelf een laadpunt op eigen terrein realiseren. In beginsel is dit ook de situatie die de gemeente nastreeft. Voor de mensen die dat niet kunnen is openbare laadinfrastructuur nodig om elektrisch rijden mogelijk te maken. Dat geldt ook voor bezoekers van voorzieningen of het centrum van een kern. In de praktijk kan het gebeuren, dat eigenaren van een elektrische auto zonder oplaadpunt in de buurt zelf een kabel over of onder de stoep leggen om vanuit huis op te laden. Dit kan leiden tot onveilige situaties en is daarom op grond van de APV (artikel 2:11) verboden. Daarnaast is uit oogpunt van mogelijke wildgroei het gewenst om beleidskaders op te stellen die zorgen voor een goede spreiding van laadpalen in de gemeente. 2.1.2. Milieu en economische kansen Elektrisch vervoer heeft een gunstig effect op de luchtkwaliteit, geluidsoverlast en het klimaat. Daarnaast biedt het economische kansen voor het plaatselijk bedrijfsleven en de energie- en High Tech Sector (UT) in de regio. 2.1.3. De prijzen voor laden zijn geleidelijk opgehoogd In het verleden was opladen bij openbare laadpalen gratis. Daarna zijn er infraproviders gekomen die hun eigen tarieven bepalen. Deze lagen enigszins hoger dan wat een particulier huishouden per kWh betaalt. Medio 2014 zijn de tarieven verder verhoogd. Voor EV-rijders is het momenteel het voordeligst om op eigen terrein via een oplaadpunt op de eigen netwerkaansluiting op te laden. 2.2. Huidige laadvoorzieningen In de openbare ruimte van Tubbergen zijn geen laadvoorzieningen voor elektrische auto’s aangebracht. Op particuliere terreinen (inwoners en instellingen en bedrijven) worden steeds meer laadvoorzieningen geplaatst. Er is momenteel (nog) geen vraag naar openbare laadpalen. Dit heeft alles te maken met de woningsituering in Tubbergen: de gemeente kenmerkt zich door een groot aantal grondgebonden woningen. De bewoners hiervan hebben de mogelijkheid op eigen erf laadvoorzieningen te realiseren. Wellicht ligt hier de reden dat er tot op heden geen aanvragen om een oplaad- mogelijkheid in de openbare ruimte bij de gemeente zijn ingediend.
5
3. Rol gemeente Tubbergen wil bijdragen aan de ontwikkeling van Elektrisch Vervoer maar ziet geen actieve rol voor zichzelf weggelegd voor wat betreft het zelf plaatsen, onderhouden en exploiteren van oplaadlocaties. Hier dient de markt in te voorzien. Wel wil de gemeente haar gasten faciliteren met een oplaadlocatie nabij het gemeentehuis. Er zijn marktpartijen die oplaadlocaties realiseren zonder additionele financiële bijdrage vanuit de gemeente. De investering verdienen zij terug over de exploitatieperiode van de oplaadlocatie. Tubbergen plaatst zelf geen laadvoorzieningen t.b.v. derden en wordt ook geen eigenaar of exploitant van deze voorzieningen. Wel wil zij initiatieven van particulieren of bedrijven voor het plaatsen van laadvoorzieningen in de openbare ruimte faciliteren. De gemeente vervult een faciliterende rol door het stellen van de kaders en uitgangspunten, zodat marktpartijen oplaadlocaties kunnen realiseren, exploiteren, beheren en onderhouden voor de e-rijders, binnen de gestelde kaders van de gemeente. Om een wildgroei aan laadvoorzieningen te voorkomen stelt Tubbergen een aantal voorwaarden die in deze beleidsregels zijn omschreven. Te veel restricties staan echter het ontwikkelen van een rendabele business case in de weg. Om die reden is geprobeerd een juiste balans te vinden in de voorwaarden zodat aan de ene kant het plaatsen en gebruiken van een laadvoorziening wordt gestimuleerd maar aan de andere kant de openbare ruimte veilig en ordelijk blijft met de gewenste beeldkwaliteit. 3.1 Doel beleidsregels Inwoners, netwerkbeheerders en aanbieders van oplaadinfrastructuur duidelijkheid geven over de criteria en voorwaarden waaronder de gemeente medewerking verleent aan het plaatsen van oplaadlocaties in de openbare ruimte en het aanwijzen van parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische auto’s. Tevens informeren de beleidsregels betrokkenen over de te volgen procedure.
6
4. Juridisch kader 4.1. APV (Algemene Plaatselijke Verordening) Voor het openbreken van de verharding en het graven in de weg om de oplaadlocatie/laadpaal te plaatsen en aan te sluiten op het elektriciteitsnetwerk, is op grond van de APV, artikel 2:11 lid 1 een vergunning nodig. Op basis van artikel 2:11 lid 2b. kan het college de betreffende vergunning verlenen. De vergunning is niet nodig, wanneer in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam publieke taken worden verricht (art. 2:11 lid 3 APV). 4.2. Verkeersbesluit Om er voor te zorgen dat de parkeerplaats bij een oplaadlocatie enkel te gebruiken is voor het opladen van elektrische auto’s, dient de gemeente een verkeersbesluit te nemen. In het verkeersbesluit wijst het college de betreffende parkeerplaats(en) aan door middel van het plaatsen van het verkeersbord E4 met onderbord “alleen voor opladen elektrische voertuigen”. Voor het laden wordt in het verkeersbesluit een parkeertijd van maximaal 3 uur toegestaan. Door het gebruik van een parkeerschijf te eisen kan dit gereguleerd worden. 4.3. Intrekken / wijzigen van vergunning en verkeersbesluit Indien de aanvrager (exploitant) van de oplaadlocatie zich niet houdt aan de voorschriften verbonden aan de vergunning, kan het college op grond van de APV de vergunning intrekken. Het college kan in dat geval ook het verkeersbesluit, waarbij de parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen zijn aangewezen, wijzigen, c.q. de werking er van beëindigen. De vergunning en/of het verkeersbesluit kan tevens worden ingetrokken, wanneer er in de praktijk niet of nauwelijks gebruik wordt gemaakt van de laadvoorziening. Het is niet gewenst dat daardoor een of meerdere parkeerplaatsen (nagenoeg) geheel onbenut blijven. Deze situatie doet zich voor wanneer in een periode van zes maanden bij een laadpaal minder dan 1.000 KWh is afgenomen. In deze gevallen heeft de aanvrager het recht en de plicht de laadvoorziening te verwijderen. De hiermee samenhangende kosten zijn voor de rekening van de aanvrager/beheerder. 4.4. Privaatrechtelijke overeenkomst In een overeenkomst tussen de gemeente en de aanvrager (exploitant) van de oplaadlocatie worden afspraken vastgelegd over aspecten zoals de eisen aan de laadvoorziening, eigendom en beheer, realisatie en installatie, storingen en calamiteiten, kosten, bereikbaarheid, veiligheid, aansprakelijkheid en het al dan niet tijdelijk verwijderen of verplaatsen van de oplaadlocatie. Om een haalbare exploitatie te kunnen realiseren, is de looptijd van deze overeenkomst 10 jaar (en daarna jaarlijks opzegbaar). Zonder overeenkomst mag een aanvrager geen oplaadlocatie in de openbare ruimte realiseren en exploiteren. Om te bewerkstelligen, dat elektrische auto’s ook aan de bron geen CO2-uitstoot veroorzaken, wordt in de Overeenkomst met aanvrager/exploitant overeen gekomen, dat vanuit de laadpaal(len) zo veel mogelijk groene stroom wordt geleverd. De modelovereenkomst is te vinden in bijlage 1. 4.5. Degeneratievergoeding en tarieven gebruik gemeentegrond Om de aanleg van laadvoorzieningen te stimuleren, brengt de gemeente geen degeneratievergoeding in rekening voor de graafwerkzaamheden. Daarnaast stelt zij de grond “om niet” ter beschikking aan de aanvrager en maakt geen gebruik van de mogelijkheid tot het heffen van een tarief (precariobelasting) hiervoor. 7
5. Beleidsregels Met onderstaande beleidsregels wordt helderheid gegeven over de criteria en voorwaarden die Tubbergen stelt aan het realiseren van een oplaadlocatie in de openbare ruimte en het aanwijzen van parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen. Hiermee waarborgen wij dat aanvragen voor een oplaadlocatie in de openbare ruimte op eenzelfde en gelijkwaardige manier worden beoordeeld en afgehandeld. 5.1. Aanvraag
5.1.1. Aanvrager Een aanvraag voor het realiseren van een oplaadlocatie wordt ingediend door de toekomstig eigenaar/exploitant van de oplaadlocatie (hierna: aanvrager). Particulieren, bedrijven of andere organisaties die graag een oplaadlocatie in de openbare ruimte willen, dienen dus eerst een marktpartij te vinden die de plaatsing en exploitatie van de oplaadlocatie wil verzorgen en een aanvraag indient bij de gemeente. De gemeente treedt met de aanvrager, die geen marktpartij heeft, in overleg om te informeren over de aanvraag procedure.
5.1.2. Gebruiker(s) De aanvrager maakt aannemelijk dat er voor de aangevraagde laadvoorziening in de openbare ruimte daadwerkelijk behoefte bestaat.
5.1.3. Aanvraag De aanvraag bevat de volgende gegevens: naam en adresgegevens van de aanvrager naam en adresgegevens van de gebruiker(s) een opgaaf van redenen waarom de gebruiker niet op eigen erf een oplaadvoorziening kan realiseren een onderbouwing dat de te plaatsen laadvoorziening voldoende gebruikt zal worden een foto en tekening van de betreffende locatie waarop de exacte plek van de gewenste laadvoorziening en de aan te wijzen parkeerplaats(en) zijn aangegeven. een foto van de te plaatsen laadvoorziening. 5.2. Private laadvoorzieningen en de openbare ruimte In verband met de openbare veiligheid staat Tubbergen geen kabels over openbaar gebied toe. Dit betekent dat een elektrische voertuig, geparkeerd in de openbare ruimte, niet opgeladen mag worden via een laadvoorziening op eigen terrein waarbij de laadkabel over de openbare weg (trottoir, parkeerplaats, fietspad, hoofdweg, plantsoen) ligt. Voor een efficiënt gebruik van de openbare ruimte en de toegankelijkheid van laadpunten voor alle e-rijders, werkt de gemeente Tubbergen niet mee aan de plaatsing van een private laadvoorziening in de openbare ruimte. Alleen een laadvoorziening met een eigen netaansluiting (EAN-code) die ook beschikbaar is voor andere weggebruikers dan de gebruiker die een aanvraag heeft ingediend, worden verder in behandeling genomen. Parkeerplaatsen worden niet toegewezen aan bepaalde personen of auto’s, bijvoorbeeld met onderbord en kenteken. 5.3. Locatie laadvoorziening De oplaadlocaties worden in principe gerealiseerd op zichtlocaties zo dicht mogelijk bij de woning of perceel van de potentiele gebruiker(s). De gebruiker heeft immers de behoefte om de auto dichtbij de plaats van bestemming te parkeren (veelal woon- of werkadres). Ten aanzien van de situering van de oplaadlocatie betrekken wij echter ook de volgende aspecten: - Parkeerdruk: er wordt geen oplaadlocatie gerealiseerd op/nabij parkeerplekken met een parkeerdruk van 85% of hoger
8
-
Bij een parkeerdruk tussen 60% en 85% is de gemeente terughoudend bij het verlenen van medewerking en zal zij met aanvrager in contact treden Toegankelijkheid van andere e-rijders: de betreffende parkeerplaats moet ook gemakkelijk toegankelijk/bruikbaar zijn voor andere e-rijders. Aanwezigheid van andere bestaande oplaadlocaties in de directe omgeving (binnen een straal van hemelsbreed 200 meter van de aangevraagde locatie): wanneer de behoefte voor een nieuwe oplaadlocatie “gedekt” kan worden door (een) reeds bestaande locatie(s), kan de gemeente besluiten geen medewerking te verlenen.
Verder toetst de gemeente de aangevraagde oplaadlocatie aan de volgende criteria: - de ondergrond is in eigendom van de gemeente; - de doorgang voor ander verkeer (auto, fiets, voetganger, rolstoel etc.) blijft gewaarborgd. Bij plaatsing van de laadvoorziening in een trottoir blijft minimaal 150 cm over aan breedte van het trottoir voor voetgangers; - er zijn geen belemmeringen ten aanzien van ander straatmeubilair of (openbaar) groen. De laadvoorziening wordt niet onder de kruin van een boom geplaatst en op minimaal 2 meter van de stam van de boom; - de laadvoorziening wordt op de raaklijn met de aangrenzende parkeerplaats(en) geplaatst zodat (in de toekomst) eenvoudig twee (of meer) elektrische auto’s tegelijk kunnen laden; - past de laadvoorziening in het straatbeeld, dat wil zeggen een neutrale uitstraling met slechts functionele informatie en opschriften. - er is geen sprake van geplande reconstructies of andere infrastructurele ontwikkelingen. Indien de aangevraagde oplaadlocatie niet voldoet aan bovenstaande criteria, zal de gemeente dit kenbaar maken aan de betreffende aanvrager en meedenken over een alternatieve locatie, die wel voldoet aan de criteria. 5.4. Parkeren 5.4.1. Aanwijzen parkeerplaats (verkeersbesluit) De gemeente wijst in eerste instantie één parkeerplaats aan voor het opladen van elektrische auto’s. Indien het gebruik van de oplaadlocatie het toelaat, kan het college besluiten ook een tweede parkeerplaats aan te wijzen. De aanvrager toont dan eerst aan dat er behoefte is aan een tweede parkeerplaats aan de hand van het aantal uren dat de oplaadlocatie effectief in gebruik is geweest (richtwaarde van 2.000 kWh op jaarbasis) of nieuwe verzoeken van potentiële gebruikers. 5.4.2. Parkeerbeleid In gebieden waar betaald parkeren, vergunninghouders-parkeren is ingevoerd of waar een maximale parkeerduur (blauwe zone) of enige andere restrictie geldt, geldt deze restrictie onverminderd ook voor de bestuurders van elektrische voertuigen, met dien verstande, dat de maximale parkeerduur bij de oplaadlocatie 3 uur is (zie onder 4.2). 5.4.3. Laadpalen De gemeente toetst de aanvragen voor oplaadlocaties aan de volgende criteria: - Interoperabiliteit: het oplaadlocatie moet interoperabel zijn overeenkomstig de landelijke en internationale afspraken, waaronder de uitwisselbaarheid van laadpassen en het gebruik van standaard stekkers
9
-
-
Bereikbaarheid beheerder: de laadpaal vermeldt de telefoonnummers van de beheerder en de helpdesk, die 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar moeten zijn voor gebruikers, hulpdiensten en gemeente in geval van vragen, storingen en calamiteiten De oplaadlocatie voldoet aan alle daaraan gestelde (nationale en internationale) veiligheidseisen.
5.5. Tot slot: bijzondere omstandigheden Tubbergen beseft dat de ontwikkelingen op het gebied van elektrisch rijden en laadinfrastructuur nieuw en nog volop in ontwikkeling zijn. Met deze beleidsnotitie wordt duidelijkheid gegeven over de voorwaarden, criteria en condities die van toepassing zijn op het realiseren van laadvoorzieningen in de gemeente Tubbergen. In specifieke, bijzondere of onvoorziene omstandigheden kan het college besluiten van deze beleidsregels af te wijken. 6. De procedure samengevat Samengevat ziet de procedure voor het aanvragen en realiseren van een laadvoorziening in de openbare ruimte er als volgt uit: Stap 1: De aanvrager dient bij de gemeente een aanvraag in voor het plaatsen van een laadvoorziening in de openbare ruimte. De benodigde informatie kan via een begeleidend schrijven inclusief bijlagen gemaild worden naar de gemeente Tubbergen of opgestuurd worden naar gemeente Tubbergen t.a.v. het college van B&W, Postbus 30, 7650 AA Tubbergen o.v.v. aanvraag elektrische laadvoorziening. Stap 2: Na ontvangst wordt de aanvraag door de afdeling KCC (Klant Contact Centrum) in behandeling genomen en getoetst aan het beleid. Indien nodig, houdt de gemeente een technisch afstemmingsoverleg met de aanvrager. Stap 3: Indien aan het beleid wordt voldaan wordt een privaatrechtelijke overeenkomst (zie bijlage 1 voor modelovereenkomst) ter ondertekening voorgelegd aan de aanvrager. Stap 4: Nadat de overeenkomst ondertekend retour is gekomen van de aanvrager, neemt de gemeente een verkeersbesluit. Stap 5: De aanvrager mag de laadvoorziening pas plaatsen en in gebruik nemen na het onherroepelijk worden van het verkeersbesluit en afgifte van de vergunning. De gemeente voorziet het parkeervak z.s.m. na plaatsing van de laadpaal van een verkeersbord E4 met het onderbord “alleen voor opladen elektrische voertuigen”.
10
7. Inwerkingtreding en evaluatie Deze beleidsregels treden in werking met ingang van de dag nadat deze bekend gemaakt zijn. Bekendmaking vindt plaats in het elektronisch gemeenteblad, op de gemeentelijke website en op de gemeentelijke voorlichtingspagina in Op en rond de Essen. De ontwikkelingen op het gebied van de laadinfrastructuur en het elektrisch rijden zijn nog volop gaande. Deze beleidsregels worden zo nodig periodiek geëvalueerd. Wanneer nodig wordt het beleid aangepast en opnieuw vastgesteld. Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders in de vergadering van 23 februari 2016, Burgemeester en wethouders van Tubbergen, de secretaris de burgemeester
drs. ing. G.B.J. Mensink
mr. M.K.M. Stegers
11
BIJLAGE 1 Model overeenkomst
Overeenkomst voor plaatsing van laadpalen voor elektrisch vervoer in de gemeente Tubbergen De ondergetekenden: ………. statutair gevestigd te ………., te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door ………., in hoedanigheid van ………., hierna te noemen: "………." en De publiekrechtelijke rechtspersoon gemeente Tubbergen, rechtsgeldig vertegenwoordigd door ………., ………… uit hoofde van het mandaatbesluit d.d. ………., hierna te noemen "Gemeente" hierna ieder afzonderlijk te noemen "partij" en gezamenlijk te noemen "partijen"; nemen in aanmerking dat: -
-
elektrisch vervoer een bijdrage levert aan de verbetering van de luchtkwaliteit en stiller en zuiniger is dan de conventionele aandrijftechnieken voor voertuigen; de Gemeente het van belang acht elektrisch vervoer binnen haar gemeentelijke grenzen te bevorderen; “……. “ openbare laadpalen in de gemeente wil plaatsen; de markt voor laaddienstverlening voor elektrisch vervoer zich in de ontwikkelingsfase bevindt en aan veranderingen onderhevig is, bijvoorbeeld op het gebied van techniek en marktordening; de samenwerking tussen partijen zoals vastgelegd in de overeenkomst, de samenwerking met anderen, in welke vorm dan ook, niet uitsluit; partijen middels deze overeenkomst de samenwerking beschrijven en vastleggen ten behoeve van de laadpalen op percelen van de gemeente;
en zijn het volgende overeengekomen: Artikel 1. Begripsomschrijvingen
aansluiting: elektrische auto:
gebruiker:
de verbinding tussen het elektriciteitsnet, meer specifiek de hoofdelektriciteitskabel en de laadpaal; een motorvoertuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel c van de Wegenverkeerswet 1994 dat bij de RDW staat geregistreerd als auto en geheel of gedeeltelijk door een elektromotor wordt aangedreven waarvoor de elektrische energie geleverd wordt door een batterij en waarvan de batterij (mede) kan worden opgeladen door middel van een voorziening buiten het voertuig; 1. een bedrijf en/of organisatie dat/die gevestigd is in de gemeente en eigenaar en/of bezitter is van één of meerdere elektrische 12
infraprovider: interoperabiliteit: laadkabel: laadpaal:
laadpas: oplaadlocatie: oplaadpunt: overeenkomst: service provider:
auto’s of een of meerdere werknemers in dienst heeft die aantoonbaar beschikt/beschikken over een elektrische auto, 2. een particulier die aantoonbaar eigenaar en/of bezitter is van een elektrische auto en woonachtig en/of werkzaam is in de gemeente Tubbergen 3. een bezoeker met een elektrische auto in de gemeente. aanbieder van laadinfrastructuur, zoals de laadpaal, aan gebruikers; de mogelijkheid om met een laadpas van verschillende service providers gebruik te maken van een laadpaal van verschillende infraproviders; een kabel, in eigendom van de gebruiker, benodigd om de elektrische auto op te laden door deze aan te sluiten op een oplaadpunt; openbare voorziening, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, waar een elektrische auto kan worden opgeladen; een laadpaal kan een of meer oplaadpunten bevatten; de benodigde laadkabel maakt geen deel uit van de laadpaal; een pas, benodigd voor het gebruik van de laadpaal, gebaseerd op de landelijke afspraken op het gebied van interoperabiliteit; locatie in de openbare ruimte waar een laadpaal en een of meer parkeerplaatsen uitsluitend ten behoeve van het opladen van elektrische auto's aanwezig zijn; een op de laadpaal aanwezige voorziening waarmee de gebruiker zijn voertuig van stroom kan voorzien; deze overeenkomst; aanbieder van laaddiensten aan gebruiker(s), zoals de uitgifte van laadpassen en bijbehorende laadabonnementen.
Artikel 2. Doel van de overeenkomst Doel van deze Overeenkomst is om afspraken te maken onder welke voorwaarden “…………..” op grond in eigendom van gemeente mag plaatsen en om de rechten en verplichtingen daaromtrent vast te leggen. Artikel 3. Oplaadlocatie 3.1 Deze overeenkomst heeft betrekking op het plaatsen, beheren en onderhouden van een of meerdere Laadpalen door “…………..” op een of meerdere oplaadlocaties in de gemeente, zoals is aangegeven op bijbehorende situatietekening. 3.2 Het toevoegen van andere oplaadlocaties geschiedt na instemming van beide partijen. Het realiseren van nieuwe oplaadlocaties wordt bij afzonderlijke overeenkomst geregeld. 3.3. De behoefte aan een laadpaal blijkt uit de behoefte van gebruikers binnen een straal van hemelsbreed 200 meter vanaf de oplaadlocatie. 3.4 De oplaadlocatie moet voldoende vindbaar en zichtbaar zijn. 3.5 Partijen zijn gerechtigd om - na overleg daarover - de plaats van een oplaadlocatie te wijzigen. In dit geval zal de Gemeente samen met “….. “ bezien of er een alternatieve locatie in de directe nabijheid mogelijk is. De totale kosten van de verplaatsing zijn voor rekening van “….. “, behalve indien de verplaatsing binnen vijf jaar na het nemen van het (ter zake van toepassing zijnde) verkeersbesluit op verzoek van de gemeente plaatsvindt, bijvoorbeeld als gevolg van een wegreconstructie. In dat geval zal “….. “ zorgdragen voor de verplaatsing, maar draagt de gemeente de kosten van deze verplaatsing. Deze kosten 13
bedragen maximaal € 2.500,- per oplaadlocatie, indien verplaatsing op verzoek van de Gemeente plaatsvindt binnen vijf jaar na het nemen van het (ter zake van toepassing zijnde) verkeersbesluit. 3.6 Partijen zijn gerechtigd om - na overleg daarover - een oplaadlocatie te verwijderen. Deze wordt derhalve niet verplaatst naar een nieuwe locatie binnen de gemeente. De totale kosten van het verwijderen zijn voor rekening van “….. “, behalve indien de verwijdering op verzoek van de gemeente plaatsvindt, bijvoorbeeld als gevolg van een beleidswijziging door de gemeente met betrekking tot openbare laadpunten. In dat geval zal “….. “ zorgdragen voor de verwijdering, maar draagt de Gemeente een deel van de kosten van deze verwijdering. Deze kosten bedragen € 4.000,- per oplaadlocatie indien verwijdering op verzoek van de gemeente plaatsvindt binnen één jaar na het nemen van het (ter zake van toepassing zijnde) verkeersbesluit (hierna in dit artikel te noemen: het besluit). Vervolgens worden deze kosten als volgt afgebouwd - € 3.400,- per oplaadlocatie indien verwijdering op verzoek van de Gemeente plaats vindt binnen twee jaar na het besluit; - € 2.800,- per oplaadlocatie indien verwijdering op verzoek van de Gemeente plaats vindt binnen drie jaar na het besluit; - € 2.200,- per oplaadlocatie indien verwijdering op verzoek van de Gemeente plaats vindt binnen vier jaar na het besluit; - € 1.600,- per oplaadlocatie indien verwijdering op verzoek van de Gemeente plaats vindt binnen vijf jaar na het besluit; - vanaf het vijfde jaar na het besluit geldt een vergoeding van de Gemeente van € 1.000,per oplaadlocatie. Alle in dit artikel genoemde bedragen zijn exclusief BTW. Artikel 4. Taken en verantwoordelijkheden “….. “ 4.1 “….. “ draagt voor eigen rekening en risico zorg voor: • het in behandeling nemen van aanvragen wanneer het aannemelijk is dat de gebruiker niet voldoende "eigen grond" ter beschikking heeft; • de realisatie en installatie van de oplaadlocatie, inclusief het realiseren van de aansluitingen bij de netbeheerder, waarbij “….. “ contractant is van de netbeheerder en leverancier; • het beheer en onderhoud en het verhelpen van storingen van de laadpalen; • het 24 uur per dag en 7 dagen per week bereikbaar zijn voor gebruikers, hulpdiensten en gemeente in geval van storingen of calamiteiten. De contactgegevens van de storingsdienst en helpdesk zijn vermeld op de laadpaal; • de exploitatie en dienstverlening met betrekking tot de oplaadlocatie(s); • het verwijderen van de oplaadlocatie(s) die niet meer in gebruik zijn en waarvan de toestemming is ingetrokken; • het zoveel mogelijk (laten) leveren van groene stroom via de laadpalen waarvan de certificaten van Nederlandse oorsprong zijn; • het laten voldoen van de oplaadlocatie aan de nationale en internationale standaarden en voorschriften, onder andere op het gebied van veiligheid; • het opstellen van rapportages. Partijen zullen in onderling overleg bepalen wat de gewenste frequentie is en welke informatie deze rapportages zullen bevatten. 4.2 “….. “ conformeert zich aan de nationale en internationale afspraken op het gebied van interoperabiliteit, onder andere betreffende de uitwisselbaarheid van laadpassen, het gebruik van de standaardstekker en de onderlinge kostenverrekening van geleverde diensten tussen aanbieders.
14
4.3 “….. “ zal te allen tijde het vigerende beleid ten aanzien van oplaadpunten voor elektrisch vervoer van de gemeente volgen en zich daarnaar gedragen. Mochten er tijdens de looptijd van deze overeenkomst beleidswijzigingen optreden dan zal de gemeente “….. “ hierover tijdig informeren. 4.4 “….. “ levert minimaal eens per jaar, in het eerste kwartaal van het daarop volgende jaar, aan de gemeente inzicht in de gebruiksgegevens per oplaadlocatie, mede ter verantwoording en mogelijke evaluatie van het vigerende beleid ten aanzien van oplaadpunten elektrisch vervoer van de Gemeente. “….. “ brengt hiervoor geen kosten in rekening. Artikel 5. Taken en verantwoordelijkheden Gemeente Tubbergen 5.1 De Gemeente neemt met inachtneming van de publiekrechtelijke kaders volgens de wettelijke termijn besluiten over de verkeersbesluiten, toestemmingen, ontheffingen of vergunningen die noodzakelijk zijn voor het realiseren van de oplaadlocaties. 5.2 De gemeente stelt de ondergrond voor de laadpalen om niet aan “….. “ ter beschikking. De gemeente zal ter zake geen precariorecht heffen. Mocht de gemeente op een gegeven moment toch de wens hebben om precario te heffen op de aanwezigheid van openbare laadpalen in de openbare ruimte, dan zal de Gemeente “….. “ hierover tijdig informeren en dan zal dit betrekking hebben op de nieuw te realiseren oplaadlocaties en niet op de reeds gerealiseerde oplaadlocaties tot dat moment. 5.3 De gemeente draagt zorg voor uitvoering en bekostiging van: • het plaatsen van verkeersborden en indien nodig de belijning; • het onderhouden van de oplaadlocaties. 5.4 De gemeente zal binnen haar competentie zorg dragen voor het toezicht, conform de standaard gemeentelijke werkwijze, bestaande uit onder meer handhaving in het geval een niet elektrisch voertuig zich bevindt op een oplaadlocatie. 5.5 De gemeente is akkoord met de uiterlijke verschijningsvorm van het type laadpaal zoals “….. “ die wil plaatsen en zoals deze is weergegeven in de bijlage, behorende bij deze overeenkomst. Indien “….. “ in de toekomst ook andere laadpalen wil toepassen in de openbare ruimte zullen deze aan de Gemeente worden voorgelegd voor akkoord op uiterlijke verschijningsvorm. Artikel 6. Eigendom, vrijwaring en aansprakelijkheid 6.1 Door natrekking wordt de Gemeente formeel juridisch eigenaar van de laadpalen. Het juridisch eigendom ligt hierdoor bij de Gemeente. Partijen zullen in hun onderlinge rechtsverhouding de laadpalen echter beschouwen en behandelen als ware deze volledig eigendom van “….. “, bij wie het economisch eigendom berust. 6.2 “….. “ vrijwaart de Gemeente indien de gemeente door een derde wordt aangesproken voor vergoeding van schade die door of als gevolg van de oplaadlocatie of het gebruik daarvan is veroorzaakt, tenzij deze schade wordt veroorzaakt door een handelen of nalaten door de gemeente. 6.3 “….. “ draagt er zorg voor dat zij voor een bedrag van minimaal € 1.000.000,- per gebeurtenis verzekerd is tegen aansprakelijkheden en risico's die verband houden met de overeenkomst en zal, desgewenst, hiervan de gemeente genoegzaam bewijs leveren door het overleggen van een afschrift van de desbetreffende polis. 15
6.4 de partij die tekortschiet in de nakoming van zijn verplichtingen op grond van deze overeenkomst is aansprakelijk voor de schade die de andere partij lijdt als gevolg van een toerekenbare tekortkoming van de tekortschietende partij. Artikel 7. Looptijd en beëindiging 7.1 Deze overeenkomst treedt in werking op de datum van ondertekening en eindigt op >> aantal << jaar na dato ondertekening. 7.2 Uiterlijk zes maanden voor afloop van de periode van beheer, onderhoud en exploitatie organiseren “….. “ en de Gemeente een evaluatie. “….. “ neemt daartoe het initiatief. Na het aflopen van deze periode zal “….. “ op haar kosten de oplaadlocatie verwijderen en voor zover mogelijk in redelijkheid de ondergrond in oorspronkelijke staat terugbrengen, tenzij de gemeente deze periode wenst te verlengen. Dit dient nadrukkelijk in de evaluatie te zijn aangegeven door de gemeente. Indien de oplaadlocatie(s) verwijderd dient(en) te worden, zal dit plaatsvinden binnen 6 maanden na afloop van de exploitatieperiode. Artikel 8. Tussentijdse wijziging en/of ontbinding 8.1 Indien op grond van veranderde beleidsinzichten en/of gewijzigde onvoorziene omstandigheden de overeenkomst aanvulling of wijziging behoeft, treden partijen met elkaar in overleg om hier invulling aan te geven en indien nodig de overeenkomst hierop aan te passen. 8.2 Indien een partij in gebreke blijft in de nakoming van haar verplichtingen op grond van de overeenkomst is de andere partij - buiten hetgeen in de overeenkomst is bepaald gerechtigd de overeenkomst door middel van een aangetekend schrijven buitengerechtelijk te ontbinden. De ontbinding vindt pas plaats nadat de in gebreke gestelde partij schriftelijk op de hoogte is gesteld van de ingebrekestelling en hem een redelijke termijn is geboden om de tekortkoming te zuiveren. Artikel 9. Plaatsing aantal oplaadlocaties / Laadpalen 9.1 Deze overeenkomst ziet toe op de plaatsing van maximaal >> aantal << oplaadlocatie(s) en >> aantal << Laadpaal in de gemeente, zoals dat op aangehechte situatie tekening is aangegeven. 9.2 “….. “ krijgt geen exclusiviteit voor de plaatsing, beheer, onderhoud en exploitatie van oplaadlocaties in de gemeente Tubbergen. Artikel 10. Geschillen en toepasselijk recht 10.1 leder geschil tussen partijen ter zake van de overeenkomst wordt bij uitsluiting voorgelegd aan de daartoe bevoegde rechter te ……………. , tenzij partijen een andere vorm van geschillenbeslechting overeenkomen. 10.2 Op de overeenkomst is Nederlands recht van toepassing. Artikel 11. Overige bepalingen 11.1 De rechten en plichten uit deze overeenkomst kunnen niet aan derden worden overgedragen zonder voorafgaande toestemming van de andere partij. De andere partij zal haar toestemming niet op onredelijke gronden onthouden. 11.2 Deze overeenkomst laat de publiekrechtelijke bevoegdheden van de gemeente 16
onverlet. 11.3 Afwijkingen van deze overeenkomst zijn slechts bindend voor zover zij tussen partijen schriftelijk zijn overeengekomen. Aldus overeengekomen en in tweevoud ondertekend te:
Plaats: Tubbergen
Datum:
Plaats: ………………………………..
Datum:
17