Beleidsplan 2011 - 2015 Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen
Status Versie
Definitief 1.4
Rotterdam, 15 februari 2011
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
1
Inhoud
INLEIDING ......................................................................................................... 3 LEESWIJZER.......................................................................................................... 3 1. DEFINITIE..................................................................................................... 4 2. KADERS EN UITGANGSPUNTEN ..................................................................... 5 2.1 BESLUIT BESTUUR .......................................................................................... 5 2.2 EIGEN PLANNEN ............................................................................................. 5 2.3 LANDELIJKE BELEIDSKADERS ................................................................................ 6 3. AMBITIE EN BELEIDSDOELSTELLINGEN.......................................................... 8 4. UITWERKING BELEID ................................................................................... 11 4.1 ACTIES PER DOELSTELLING ..................................................................................11 4.2 INTEGRATIE, BEWUSTWORDING EN BORGING .............................................................14 4.3 FINANCIËLE EN PERSONELE CONSEQUENTIES..............................................................14 BIJLAGE 1 - RESULTATEN MVO SCAN................................................................ 15
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
2
Inleiding In toenemende mate speelt het thema Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) een prominente rol in de maatschappij. Vooral het bedrijfsleven heeft hier de laatste jaren gehoor aan gegeven door maatregelen te nemen gericht op duurzaamheid en zich uit te spreken ten aanzien van dit thema. Overheden hebben minder expliciet, of in ieder geval minder zichtbaar, verbetertrajecten voor MVO opgestart. MVO was meer een luxe dan noodzaak. Als gevolg van klimaatveranderingen en toenemende watergerelateerde belangen krijgen de taken en verantwoordelijkheden van het waterschap een steeds grotere maatschappelijke context. Door deze veranderende rol van waterschappen is de noodzaak voor waterschappen sterker aanwezig om aan burgers, bedrijven, medeoverheden, en belangenorganisaties uit te kunnen leggen hoe zij hun maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. MVO is voor HHSK uiteraard niet een geheel nieuw onderwerp. De afgelopen jaren heeft HHSK al verschillende activiteiten ondernomen die gerelateerd zijn aan dit thema. De behoefte om dit soort zaken expliciet te maken en op een meer structurele wijze aandacht te geven aan dit onderwerp is bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK) toegenomen. Dit biedt de organisatie tevens het gewenste toetsingskader bij keuzes die bijvoorbeeld in een aankoop of in de bedrijfsvoering moeten worden gemaakt. In dat kader heeft het bestuur tijdens de bespreking van het Waterbeheerplan (WBP) in 2009 allereerst de wens uitgesproken het begrip MVO voor HHSK te willen definiëren. Vervolgens is het vaststellen van een MVO definitie en 9 relevante thema’s de eerste concrete stap geweest die de Verenigde Vergadering in haar vergadering op 31 maart 2010 heeft gezet. Dit vormt het uitgangspunt voor de verdere uitwerking van dit onderwerp binnen HHSK. In 2010 is, conform de programmabegroting 2010 (programma 5 ‘Omgeving en Organisatie’), een MVO scan uitgevoerd om in beeld te brengen wat HHSK al doet op dit vlak. Aansluitend daarop is, conform het besluit van de Verenigde Vergadering in maart 2010, dit beleidsplan Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen opgesteld. Doelstelling van deze beleidsnotitie is om de ambitie van HHSK ten aanzien van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen voor de komende 4 jaren te formuleren. Op hoofdlijnen wordt aangegeven waar HHSK zich op wil focussen en welke richting de organisatie in dat kader op wil gaan.
Leeswijzer De betekenis van MVO voor HHSK wordt in het eerste hoofdstuk van dit beleidsplan toegelicht door middel van de door de VV vastgestelde definitie van MVO voor HHSK. Hoofdstuk 2 gaat in op de kaders en uitgangspunten die ten grondslag liggen aan het voorliggende MVO beleidsplan. In hoofdstuk 3 worden de ambities en doelstellingen verwoord. Tenslotte wordt er in het vierde hoofdstuk nog een voorschot gegeven op de uitwerking van dit beleidsplan.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
3
1. Definitie Het begrip Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen laat zich kenmerken door een veelheid aan definities en opvattingen. Daarnaast zijn er diverse synoniemen in omloop, zoals duurzaam ondernemen, ethisch ondernemen en ‘corporate citizenship’ die de onduidelijkheid omtrent dit thema des te groter maakt. Om een MVO beleid op te stellen is het daarom allereerst noodzakelijk helder te maken wat de betekenis van het begrip voor HHSK is. Ook ISO 260001 geeft dit aan: ‘Het is de verantwoordelijkheid van iedere organisatie te identificeren wat relevant en significant is voor de organisatie, door daar zelf overwegingen in te maken en door de dialoog aan te gaan met belanghebbenden (stakeholders)’ Door het algemeen bestuur is in maart 2010 de volgende definitie voor HHSK vastgesteld: “MVO is een proces waarmee de organisatie verantwoordelijkheid neemt voor de consequenties van haar handelen op sociaal, ecologisch en economisch gebied, in de hele keten, waarbij zij verantwoording aflegt en de dialoog aangaat met de betrokken belanghebbenden.”
De belangenafweging tussen People, Planet en Profit (3 P´s) staat centraal bij Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. De definitie vertaalt zich naar 9 thema’s die de begrippen sociaal, ecologisch en economisch concreet maken: PEOPLE (sociaal) 1. Betrouwbaarheid 2. Transparantie 3. Arbeidsparticipatie 4. Arbeidsveiligheid
PLANET (ecologisch) 5. Duurzame bedrijfsvoering 6. Maatschappelijke betrokkenheid
PROFIT (economisch) 7. Waterschapskennis 8. Financiering 9. Tariefontwikkeling
Bovenstaande definitie en de 9 thema’s zijn afkomstig van een MVO scan die onder de waterschappen in 2007 is uitgevoerd door DHV en SenterNovem. Bestuurders, managers, en medewerkers van waterschappen en een aantal belanghebbenden hebben een belangrijke bijdrage geleverd in het bepalen van de thema’s die specifiek voor waterschappen relevant zijn. De gekozen definitie heeft daarom draagvlak bij alle relevante belanghebbenden en wordt daarnaast door meerdere waterschappen toegepast. Een belangrijk aspect van MVO is bovendien de dialoog die wordt aangegaan met deze belanghebbenden: HHSK moet verantwoording nemen en afleggen t.a.v. de effecten van haar handelen, waarbij het er in essentie om gaat uit te leggen op welke wijze de afweging is gemaakt tussen de drie P´s. Opgemerkt moet worden dat dit zowel positieve als negatieve effecten kunnen zijn.
1
ISO 26000 is de nieuwe, wereldwijde richtlijn voor maatschappelijk verantwoord ondernemen
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
4
2. Kaders en uitgangspunten Richting vanuit het bestuur, bestaande eigen plannen en landelijke beleidskaders zijn bepalend geweest voor het MVO beleid. Dit hoofdstuk gaat in op deze kaders en uitgangspunten.
2.1 Besluit bestuur De Verenigde Vergadering heeft in maart 2010 aangegeven de focus te willen leggen op het thema duurzame bedrijfsvoering. Het college van Dijkgraaf & Hoogheemraden heeft in diezelfde lijn in haar vergadering van 2 november 2010 besloten, met de onderhavige resultaten van de MVO-scan, dat in het te vormen MVO beleid de focus op dat thema moet komen te liggen. Het thema duurzame bedrijfsvoering als aandachtsgebied vormt het uitgangspunt voor het MVO beleid. Duurzame bedrijfsvoering “In essentie gaat duurzame bedrijfsvoering over de wijze waarop wij omgaan met water, energie, afval en andere materialen. In welke mate belasten we het milieu en het klimaat door onze bedrijfsactiviteiten en hoe kunnen we dat beperken?” In dit hoofdstuk worden de verschillende daar aan gerelateerde kaders, zowel eigen plannen als landelijke beleidskaders, behandeld.
2.2 Eigen plannen Hetgeen HHSK wil bereiken met MVO zal consistent moeten zijn met de algemene visie, ambitie en strategie zoals deze is vastgelegd binnen de organisatie.2 In het Waterbeheerplan zijn (voor MVO) relevante strategische richtlijnen te vinden. Waterbeheerplan 2010-2015 In een apart hoofdstuk in het Waterbeheerplan, Klimaat en duurzaamheid, heeft HHSK de algemene ambitie geformuleerd dat HHSK invulling wil geven aan nationale en internationale beleidsdoelstellingen voor klimaat en duurzaamheid. Dit geldt voor zover ze passen binnen de taken en verantwoordelijkheden van HHSK. Daarbij wordt binnen de beleidsuitwerking en bedrijfsvoering steeds de afweging gemaakt hoe kansen hiervoor zo goed mogelijk kunnen worden benut. HHSK wil daarin een stimulerende voorbeeldrol vervullen ten opzichte van derden. Daartoe wordt bij de in- en externe communicatie aandacht besteed aan de manier waarop HHSK omgaat met klimaat en duurzaamheid. De opgedane kennis en ervaring deelt HHSK met anderen. Met betrekking tot klimaat en duurzaamheid worden twee aandachtsvelden onderscheiden: 1. Klimaatadaptatie Dit betreft het nemen van maatregelen om in te spelen op de gevolgen van klimaatveranderingen, zoals het creëren van extra waterbergingsmogelijkheden. 2. Klimaatmitigatie Hierbij wordt ingezet op het beperken van klimaatveranderingen, zoals het reduceren van energieverbruik en CO2-uitstoot. Het eerste aandachtsveld valt onder de primaire taak van HHSK als waterschap, het tweede is wel onderdeel van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen.
2
ISO 26000 – Een handleiding voor MVO, L. Moratis en T. Cochius, 2010
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
5
Specifiek voor klimaat en duurzaamheid zijn de volgende doelen geformuleerd: - Vanaf 2010 voldoet ten minste 50% van de inkopen van HHSK aan de door VROM geformuleerde duurzaamheidscriteria. (verplichting vanuit Rijksbeleid Duurzaam Inkopen); - HHSK streeft naar beperking van energieverbruik en CO2-uitstoot in de eigen bedrijfsvoering; - Bij de uitwerking van het beleid, de maatregelen en regelgeving worden klimaat en duurzaamheid meegewogen. Naast deze specifieke doelstellingen is ook het voeren van duurzaam terreinbeheer een doelstelling uit het WBP wat in dit kader genoemd kan worden.
2.3 Landelijke beleidskaders Meerjarenafspraak energie-efficiency (MJA3) De meerjarenafspraken energie-efficiency zijn vrijwillige, maar niet vrijblijvende afspraken tussen overheid, bedrijfsleven en instellingen om het gebruik van energie per product of dienst te verminderen. Op 1 juli 2008 hebben de betrokken partijen het MJA3convenant ondertekend waarin nieuwe ambitieuze doelstellingen zijn vastgelegd. Doelstelling van de MJA-3 is om de energie-efficiëntie met 30% te verbeteren in de periode 2005-2020, waarvan 20% binnen de eigen inrichting en 10% buiten de inrichting. Deze doelstelling wordt bereikt door: - het nemen van bepaalde rendabele maatregelen ter verbetering van de energieefficiëntie binnen de betrokken inrichting(en); - systematische energiezorg binnen de onderneming; - het zo mogelijk uitvoeren van maatregelen op het gebied van ketenefficiëntie en duurzame energie; - het uitvoeren van een voorstudie en/ of ontwikkelen en uitvoeren van een routekaart. HHSK heeft de MJA-3 afspraken ondertekend voor de afvalwaterketen en heeft een Energie-Efficiëntieplan (EEP) opgesteld om aan te geven hoe ze haar bijdrage aan de doelstelling wil bereiken binnen de afvalwaterketen. Elke vier jaar wordt een nieuw EEP opgesteld. In een EEP worden maatregelen benoemd ter verbetering van de energieefficiëntie, evenals te verwachten resultaten en klimaateffecten. De Unie van Waterschappen (UvW) heeft een Meerjarenplan (MJP) opgesteld dat betrekking heeft op alle deelnemende waterschappen als geheel. Een MJP wordt evenals een EEP iedere vier jaar geactualiseerd. Rijksbeleid duurzaam inkopen Waterschappen zijn vanuit het Rijksbeleid Duurzaam Inkopen verplicht om per 2010 voor minimaal 50% duurzaam in te kopen volgens de zogenaamde overheidscriteria duurzaam inkopen. Deze zijn ontwikkeld door Agentschap NL (voorheen SenterNovem). Momenteel zijn er voor 52 verschillende productgroepen criteria geformuleerd. Klimaatakkoord Unie van Waterschappen – Rijk (inspanningsverplichting) Op 12 april 2010 is het klimaatakkoord ondertekend door Tineke Huizinga van VROM en Peter Glas van de Unie van Waterschappen. De bedoeling van het klimaatakkoord is een impuls te geven aan de klimaatactiviteiten van de waterschappen. In het akkoord hebben de waterschappen sectorbrede doelstellingen en ambities ten aanzien van klimaat en duurzaamheid vastgelegd. De volgende ambities vormen de kern van dit akkoord: - 30% energie-efficiënter en zuiniger werken tussen 2005 en 2020 - 40% zelfvoorzienend door eigen duurzame energieproductie in 2020
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
6
-
30% minder broeikasgassen tussen 1990 en 2020 100% duurzame inkoop in 2015
De ambities hebben een inspanningsverplichting, die juridisch niet afdwingbaar zijn. Bovendien wordt de waterschapssector als geheel beoordeeld en wordt ieder waterschap niet individueel afgerekend. Het klimaatakkoord is gebaseerd op drie pijlers: mitigatie, adaptatie en duurzaamheid. Zoals eerder is opgemerkt wordt adaptatie niet beschouwd als onderdeel van MVO. Het voormalig ministerie van VROM en de Unie van Waterschappen hebben in 2009 een gezamenlijk onderzoek uitgevoerd naar de huidige stand van zaken van het klimaatbeleid van de waterschappen (nulmeting) en naar hun mogelijkheden en kansen om bij te dragen aan de nationale klimaatdoelstellingen. Het klimaatakkoord is daarop gebaseerd. Het klimaatakkoord ligt deels in het verlengde van de MJA-3 en heeft de bestaande situatie van waterschappen als uitgangspunt genomen om verder uit te werken. Voor een goed overzicht zijn in onderstaande tabel de omschreven kaders naast elkaar gezet naar de verschillende onderwerpen. De resultaten uit het HVC-onderzoek zijn ook in deze tabel opgenomen. In het volgende hoofdstuk wordt daar nader op ingegaan. Doelstellingen vanuit WBP Rijksbeleid 2010-2015 duurzaam inkopen Onderwerp Duurzaam inkopen Energieefficiency
CO2uitstoot
50% in 2010 Gehele waterschap: HHSK streeft naar beperking van energieverbruik Afvalwaterketen: Energieefficiency verbetering jaarlijks 2%. -> 30% tussen 2005-2020 HHSK streeft naar beperking van CO2-uitstoot in de eigen bedrijfsvoering
Duurzame energie *geeft haalbaarheid aan
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
50% in 2010
Klimaatakkoord
MJA-3 HVConderzoek*
100% in 2015 Gehele waterschap: 30% energieefficiënter tussen 2005 en 2020 Afvalwaterketen: Energieefficiency verbetering jaarlijks 2%. -> 30% tussen 2005-2020 30% minder broeikasgassen tussen 1990 en 2020 40% zelfvoorzienend in 2020
35% in 2050 (intensief scenario) Gelijk aan klimaatakkoord
63% in 2020 Basisscenario Tabel 1
7
3. Ambitie en beleidsdoelstellingen Aan de hand van de kaders en uitgangspunten uit het vorige hoofdstuk wordt in dit hoofdstuk de koers voor de komende jaren uitgezet ten aanzien van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO). Van de 9 MVO thema’s krijgt duurzame bedrijfsvoering de prioriteit. De ambities en doelstellingen van dit MVO beleid zijn daar op gebaseerd. De resultaten uit de MVO-scan ondersteunen deze keuze daar er op de andere thema’s reeds veelal goede resultaten naar voren komen. De grootste mogelijkheden voor verbetering liggen dan ook vooral op het thema duurzame bedrijfsvoering. Aangezien HHSK in het Waterbeheerplan heeft aangegeven invulling te willen geven aan nationale en internationale beleidsdoelstellingen voor klimaat en duurzaamheid, zijn de centrale doelstellingen uit het klimaatakkoord (nationale beleidsdoelstelling) verwerkt in de MVO beleidsdoelstellingen van HHSK. Om een inschatting te kunnen maken van de haalbaarheid van deze doelstellingen voor HHSK is een onderzoek verricht door HVC3. Uit dit onderzoek is een ´energievisie´ voor HHSK gekomen wat inzicht geeft in het energieverbruik (verdeelt over de verschillende activiteiten van HHSK) en in de mogelijkheid tot verduurzaming van de energievoorziening van het waterschap op basis van eigen bronnen. Verschillende mogelijkheden tot verduurzaming van de energievoorziening zijn onderzocht, te weten: zon, wind en biomassa. Het gebied en de verschillende locaties van HHSK zijn in beeld gebracht om een inschatting te maken van de mogelijkheden tot het plaatsen van o.a. zonnepanelen en windturbines. Daarnaast is een inventarisatie gemaakt van de beschikbare hoeveelheid biomassa binnen het verzorgingsgebied van HHSK; 4 biomassastromen zijn geïdentificeerd: (1) krooshekvuil, (2) roostergoed + huishoudelijk afval, (3) snoeihout en (4) maaisel. Voor deze deelstromen is de energieinhoud bepaald, om tot een berekening van het biomassapotentieel te komen. Tevens is het energiepotentieel van afvalwater onderzocht. In het onderzoek is rekening gehouden met (kostprijs)ontwikkelingen in de toekomst die de implementatie van bepaalde methoden/technieken wel of niet mogelijk maken. Met de verkregen inzichten zijn voor het energiegebruik en de duurzame energieproductie een basis en een intensief scenario uitgewerkt. Het basis scenario is gebaseerd op de doelstellingen uit het klimaatakkoord. De belangrijkste conclusies met betrekking tot het klimaatakkoord zijn de volgende: - HHSK heeft de mogelijkheid om energieefficienter te gaan werken. Daarvoor zijn diverse maatregelen aangegeven. Bij de uitwerking van de maatregelen voor wat betreft kosten en baten moet blijken welke doelstelling uiteindelijk haalbaar is. Gelet op het feit dat globaal gesteld de maatregelen pas vanaf 2011 uitgewerkt kunnen worden is een doelstelling van 20% realistischer. - Met een geschat energieverbruik van 137 TJ/jaar4 en een maximaal bronpotentieel van in totaal 413 TJ/ jaar heeft HHSK zeer goede mogelijkheden om aan de klimaatambities te voldoen. Uitgaande van het basisscenario is verduurzaming van 63% in 2020 mogelijk en wordt de doelstelling uit het klimaatakkoord ruimschoots gehaald. Op basis van bovenstaande conclusies kunnen de centrale energiedoelstellingen uit het klimaatakkoord slechts deels overgenomen worden als MVO ambitie. Daarnaast zijn er nog een aantal belangrijke vigerende afspraken vanuit het WBP die in dit kader als ambitie zijn opgenomen in dit beleidsplan. In totaal zijn er drie MVO speerpunten/ambities geformuleerd. Bij iedere ambitie zijn één of meerdere beleidsdoelstellingen bepaald (zie volgende pagina). 3
HVC is een nutsbedrijf voor gemeenten en waterschappen op het gebied van duurzaam afval- en energiebeheer. HHSK is aandeelhouder in HVC. 4 Ter indicatie: 137 TeraJoule(TJ) ≈ 38 miljoen kWh. Het totale jaarlijks energieverbruik van een gemiddeld huishouden is omgerekend ca. 14.000kWh. Het jaarlijks energieverbruik van HHSK staat gelijk aan ca. 2700 huishoudens
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
8
Met de opgestelde ambities en beleidsdoelstellingen beoogd HHSK zichtbaar resultaten te behalen die de mate waarin we het milieu en het klimaat door onze bedrijfsactiviteiten belasten beperken. Hiermee wil HHSK bovendien een voorbeeldrol vervullen naar haar omgeving. Om de doelstellingen t.a.v. duurzame bedrijfsvoering te bereiken zullen in eerst instantie veelal (grote) investeringen gedaan moeten worden: de kosten gaan uit voor de baat. Op termijn kan MVO ook een economische meerwaarde hebben. Investeringen in energieefficiency verbeteringen en productie van eigen duurzame energie zullen er toe leiden dat er op termijn minder energie ingekocht hoeft te worden. Dit kan een financiële besparing opleveren en minder afhankelijkheid van fossiele (uitputtende) brandstoffen. 1. HHSK gaat bewust met het milieu om door energieefficienter te werken en zoveel mogelijk te verduurzamen. HHSK gebruikt een enorme hoeveelheid energie om de afvalwaterzuiveringsinstallaties, gemalen, etc. te laten draaien. Inherent veroorzaakt dit een enorme CO2-uitstoot (ca. 15.850 ton5). De organisatie is zich bewust van deze impact die ze heeft op het milieu en wil hier verantwoordelijk mee omgaan door energie verbruik te reduceren en te verduurzamen. HHSK beoogt hiermee indirect ook de CO2-uitstoot te verminderen. De doelstelling van het klimaatakkoord om CO2-uitstoot te reduceren wordt niet expliciet opgenomen, aangezien het bijzonder lastig is om reducties meetbaar te maken. Doelstellingen: 1.1 De doelstelling is om jaarlijkse de energie-efficiency te verbeteren met 2%. In 2020 is het streven om 20% energie-efficiënter te werken (t.o.v. 2010) 1.2 HHSK koopt 100% groene stroom in. 1.3 In 2015 voorziet HHSK zichzelf van energie voor 30% van de totale energiebehoefte door eigen duurzame energieproductie. Het streven is om dit in 2020 naar 40% te brengen.
2. HHSK koopt en gebruikt duurzame producten en diensten waarvoor duurzaamheidscriteria zijn opgesteld. HHSK wil een stimulerende voorbeeldrol vervullen op het gebied van duurzaamheid. Door bij onze inkopen en aanbestedingen duurzaamheid als zwaarwegend criterium mee te nemen, stimuleren we daarmee leveranciers werk te maken van duurzaamheid. Als er niet wordt gekozen voor de duurzame variant, in het geval deze bijvoorbeeld extreem veel duurder is of deze negatieve bijeffecten heeft, zal deze afweging worden gemotiveerd. Hetzelfde geldt voor het voldoen aan de eisen t.a.v. duurzaam terreinbeheer. Door zelf aan de eisen te voldoen wil HHSK grote terreinbeheerders stimuleren hier ook aan te gaan voldoen. Onkruidbestrijding, gewasbescherming, bemesting,gladheidbestrijding, reiniging en het gebruik van materialen en hulmiddelen zijn thema’s die aan de orde komen bij een duurzaam beheer en onderhoud van (eigen) terreinen. In het Waterbeheerplan 2010-2015 is reeds een doelstelling opgenomen om 50% duurzaam in te kopen in 2010 en een doelstelling om te voldoen aan de eisen t.a.v. duurzaam terreinbeheer.6 5
Bron: Energievisie HHSK (december 2010, HVC)
6
Duurzaam terreinbeheer: eisen aan het gebruik van bestrijdingsmiddelen en meststoffen; het omgaan met zwerfafval en hondenpoep; het bevorderen van terreinbeheer gericht op natuurwaarden; de inkoop van duurzame (plant)materialen (bijvoorbeeld EKO- of Milieukeurbomen).
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
9
Doelstellingen: 2.1 In 2015 wordt gestreefd naar 100% toepassing van de duurzaamheidscriteria die zijn opgesteld door het Rijk op het jaarlijks ingekochte volume (€) van producten en diensten. 2.2 In 2015 voldoet HHSK aan de eisen t.a.v. duurzaam terreinbeheer.
3. HHSK heeft MVO geïntegreerd in de reguliere taken en laat dit zien. Maatschappelijk verantwoord ondernemen moet een onderdeel worden van de wijze waarop we denken en werken als organisatie en dat willen we uitstralen op onze omgeving. Doelstellingen: 3.1 Bij beleidskeuzes, projectplannen, bestuursstukken etc. wordt expliciet nagedacht over de mate waarin het milieu en het klimaat wordt belast door de te nemen beslissing en over de mogelijkheden deze belasting (op innovatieve wijze) te beperken.
In onderstaande tabel zijn de bovenstaande ambities met bijbehorende doelstelling nogmaals weergegeven. Ambitie Doelstellingen 1 HHSK gaat bewust met het 1.1 In 2020 is het streven om 20% energiemilieu om door efficiënter te werken (t.o.v. 2010) energieverbruik zoveel mogelijk te reduceren en te verduurzamen. 1.2 HHSK koopt 100% groene stroom in. 1.3 In 2015 voorziet HHSK zichzelf van energie voor 30% van de totale energiebehoefte door eigen duurzame energieproductie. Het streven is om dit in 2020 naar 40% te brengen. 2 HHSK koopt en gebruikt 2.1 In 2015 wordt gestreefd naar 100% alleen duurzame producten toepassing van de duurzaamheidscriteria die en diensten waarvoor de zijn opgesteld door het Rijk op het jaarlijks duurzaamheidscriteria zijn ingekochte volume (€) van producten en opgesteld. diensten. 2.2 In 2015 voldoet HHSK aan de eisen t.a.v. duurzaam terreinbeheer. 3 HHSK heeft MVO 3.1 Bij beleidskeuzes, projectplannen, geïntegreerd in de reguliere bestuursstukken etc. wordt expliciet taken en laat dit zien. nagedacht over de mate waarin het milieu en het klimaat wordt belast door de te nemen beslissing en over de mogelijkheden deze belasting (op innovatieve wijze) te beperken. Tabel 2
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
10
4. Uitwerking beleid In dit hoofdstuk wordt een beeld geschetst van de wijze waarop mogelijk invulling kan worden gegeven aan de opgestelde ambities en doelstellingen en wat de financiële en personele consequenties zijn (voor zover bekend).
4.1 Acties per doelstelling ‘Om invulling te kunnen geven aan de afspraken uit het klimaatakkoord is een actieve rol van HHSK noodzakelijk’ (Energievisie HHSK, december 2010). Oftewel: Om de ambities en beleidsdoelstellingen uit het vorige hoofdstuk te realiseren, zullen er concrete maatregelen bedacht en uitgevoerd moeten worden. Per doelstelling is aangegeven waar HHSK zich in grote lijnen op moet richten om te zorgen dat de betreffende doelstelling daadwerkelijk wordt behaalt. Dit is mede gebaseerd op hetgeen in het rapport van HVC wordt aangemerkt als mogelijke kansrijke activiteiten om energieverbruik te reduceren en duurzame energieproductie te verhogen. De focus wordt gelegd op activiteiten waar de organisatie de meeste impact heeft (de grootste stappen mee gezet kunnen worden) en waar snel en relatief eenvoudig resultaten kunnen worden geboekt (quick wins). Activiteiten bestaan veelal allereerst uit technische en economische haalbaarheidsstudies op basis waarvan vervolgstappen kunnen worden gezet. 1.1 Jaarlijks de energie-efficiency verbeteren . In 2020 werken we 20% energieefficiënter t.o.v. 2010 Het merendeel van het energieverbruik van HHSK komt voor rekening van de rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) (bijna 64%), gevolgd door de gemalen met 14,8% en de slibverbranding met 6,5%. Het wegtransport heeft een aandeel van 5%. De nadruk zal moeten liggen op de activiteiten met het grootste verbruik. In onderstaande grafiek is deze verdeling gevisualiseerd.
Energiegebruik HHSK 70.000 60.000 LPG
50.000 GJ/jaar
Benzine 40.000
Diesel
30.000
Warmte Aardgas
20.000
Elektriciteit
10.000
n
ka nt oo r Ho of d
al e G em
ib ve rb ra nd in g W eg tr a ns po rt
Sl
O ve rig ZI RW
ZI be lu ch t in g
RW
Ri o
ol g
em al en
0
Figuur 1 ‘Energieverbruik HHSK’
-
Haalbaarheidsstudies voor mogelijke (innovatieve) projecten gaan uitgevoerd worden op het gebied van: Rwzi’s – Reeds in gang gezet is een studie naar de aanpassing van beluchtingsprocessen en andere optimalisaties welke in het kader van de
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
11
-
MJA-3 maatregelen tot 2020 2% energiebesparing per jaar moeten opleveren voor de afvalwaterketen. Daarnaast zijn onderzoeken nodig naar de toepassing van zeefinstallaties op rwzi’s. Met deze installaties kan met minder energie de biomassa uit het afvalwater worden gehaald. Rioolgemalen – Onderzoek naar toepassing van nieuwe (energiebesparende) technieken. Tot 2015 zou dit een besparing van 2,5% moeten kunnen opleveren. Transport – Onderzoek naar de mogelijkheden van alternatieve brandstoffen voor vervoer. Monitoring van het energiegebruik van de gehele organisatie.
Er wordt vooralsnog uitgegaan van een gelijkblijvend energiegebruik voor het hoofdkantoor en de gemalen. Op dit vlak worden om die reden geen initiatieven genomen. Als ingezet wordt op projecten bij rwzi’s en rioolgemalen is de verwachting dat hier ook de grootste reducties zijn te verwachten t.a.v. CO2-uitstoot. De volgende figuur laat namelijk zien dat de grootste CO2-uitstoot afkomstig is van deze bedrijfsactiviteiten.
Percentage CO2-emissie per activiteit HHSK 4%
7%
16%
25%
Rioolgemalen RWZI beluchting
3%
RWZI Ov erig Slibv erbranding
7%
Wegtransport Gemalen Hoofdkantoor
38%
Figuur 2 ‘CO2-emissie HHSK’
1.2 HHSK koopt 100% groene stroom in - Huidige inkoop van groene stroom continueren. 1.3 In 2015 voorziet HHSK zichzelf van energie voor 30% van de totale energiebehoefte door eigen duurzame energie productie. Het streven is om dit in 2020 naar 40% te brengen. - In de HVC visie worden een aantal aandachtsgebieden aangegeven voor het vergroten van de duurzame energieproductie. Op basis van deze aandachtgebieden moeten er, evenals bij doelstelling 1.3, haalbaarheidsstudies uitgevoerd worden op mogelijke (innovatieve) projecten. Windenergie - Onderzoek naar mogelijkheden tot het plaatsen van windturbines en/of participeren/meeliften in andere windenergieprojecten. (Eén windturbine levert jaarlijks circa 30TJ/jaar aan duurzame energie) Biomassa - De biomassastromen maaisel en snoeiafval na oogst afvoeren naar een bio-energiecentrale. [In de toekomst mogelijk afvoeren naar een
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
12
vergassingsinstallatie (snoeihout) en naar een vergistingsinstallatie (bermgras), zodat er respectievelijk elektriciteit en biogas uit geproduceerd wordt.] Slibvergisting, zeefinstallaties op awzi’s - Haalbaarheidsstudies op het gebied van o.a. slibvergisting en het opwekken van energie met biogas en de toepassing van zeefinstallaties op awzi’s.
In de onderstaande figuur wordt een verdeling van de mogelijke productie van duurzame energie weergegeven in het basis scenario, zoals dat door HVC is gepresenteerd. De figuur ondersteunt de genoemde aandachtsgebieden.
Duurzame energie basisproductiescenario HHSK 160 140 120
TJ/jaar
100
Afvalwater basis Biomassa
80
Wind Zon
60 40 20 0 2010
2015
2020
2025
2030
2035
2040
2045
2050
Figuur 3 ‘Duurzame energie productie HHSK’
-
Monitoring van de totale duurzame energieproductie van de gehele organisatie.
2.1 In 2015 wordt gestreefd naar 100% toepassing van de duurzaamheidscriteria die zijn opgesteld door het Rijk op het jaarlijks ingekochte volume (€) van producten en diensten. - Opleidingen, workshops voor bewustwording en gedragsverandering van inkopers (budgethouders) t.a.v. duurzaam inkopen/terreinbeheer. - Opstellen van handreikingen en andere ondersteunende hulpmiddelen. - Aanpassen inkoopvoorwaarden 2.2 In 2015 voldoet HHSK aan de eisen t.a.v. duurzaam terreinbeheer. - Acties zijn vergelijkbaar met de acties voor doelstelling 2.1. 3.1 Bij beleidskeuzes, projectplannen, bestuursstukken etc. wordt expliciet nagedacht over de mate waarin het milieu en het klimaat wordt belast door de te nemen beslissing en over de mogelijkheden deze belasting (op innovatieve wijze) te beperken. - Een MVO-paragraaf m.b.t. de doelstellingen zoals deze in de beleidsplan zijn geformuleerd, als standaard onderdeel van een (bestuurs-)voorstel.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
13
4.2 Integratie, bewustwording en borging MVO in P&C cyclus De uitvoering zal zoveel mogelijk geïntegreerd en geborgd moeten worden in de reguliere P&C cyclus. Op basis van de vorige paragraaf moeten maatregelen terugkomen in de verschillende afdelingsplannen en voor de verschillende maatregelen en onderzoeken zullen investeringen aangevraagd moeten worden. Rapportage over de voortgang zal plaatsvinden middels de reguliere rapportages. Een aantal doelstellingen van dit beleidsplan zijn al onderdeel van het WBP en de jaarlijkse WBP-rapportage: - WBP doelstelling 65 ‘Vanaf 2010 voldoet ten minste 50% van de inkopen van HHSK aan de door VROM geformuleerde duurzaamheidscriteria’. Deze doelstelling moet worden aangescherpt op basis van doelstelling 2.1 van het onderhavige beleidsplan. - WBP doelstelling 66 ‘HHSK streeft naar beperking van energieverbruik en CO2 uitstoot in de eigen bedrijfsvoering’ moet aangescherpt worden op basis van doelstelling 1.1 van dit MVO beleidsplan. - WBP doelstelling 44 ‘……HHSK….voldoet aan de eisen voor duurzaam terreinbeheer’. Dit is in lijn met doelstelling 2.2 van het MVO beleid. Doelstelling 1.3 uit dit beleidsplan moet daaraan worden toegevoegd betreffende de productie van duurzame energie. Communicatie/bewustwording Zowel intern als extern zal er gecommuniceerd moeten worden over MVO binnen HHSK. Bij de implementatie van het MVO beleid is het bovendien belangrijk medewerkers te betrekken. Dit draagt bij aan bewustwording en het creëren van draagvlak en het verinnerlijken van MVO onder bestuur, directie, management en medewerkers. Daarnaast beogen we een voorbeeldfunctie te vervullen als overheid; communicatie ligt daaraan ten grondslag. Verschillende voorstellen/maatregelen zijn hier denkbaar: -
-
Communicatie over het MVO beleid via bijvoorbeeld Insite Medewerkers moeten weten wat MVO voor HHSK inhoudt, wat we daar al voor doen en wat we beogen te bereiken. Actieve externe communicatie over MVO ‘prestaties’. Door middel van persberichten, website en andere communicatiemiddelen kan HHSK laten zien wat ze doet op het gebied van MVO. Interessante projecten m.b.t. energie-efficiency of duurzame energieproductie kunnen worden uitgelicht.
4.3 Financiële en personele consequenties De financiële en personele consequenties zijn sterk afhankelijk van de maatregelen die uitgevoerd gaan worden om de doelstellingen van dit MVO beleid na te streven. In eerst instantie zullen vooral (technische/economische) haalbaarheidsstudies uitgevoerd moeten worden om te bezien welke maatregelen uitvoerbaar zijn. Er is geen budget opgenomen voor de nader te bepalen haalbaarheidsstudies. In de Voorjaarsnota zal dit meegenomen moeten worden. Over het algemeen zal gelden dat kosten voor de baat uitgaan. Het plaatsen van bijvoorbeeld zonnecellen voor energiewinning is een grote investering, die zich na een bepaalde periode terug kan verdienen. De financiële en personele consequenties zijn, gezien het abstractie niveau van dit beleidsplan, niet in te schatten. Voor de uitvoering van maatregelen zal er per project een investeringskrediet aangevraagd moeten worden.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
14
Bijlage 1 - Resultaten MVO scan De MVO scan (nulmeting) is bedoeld om de bestaande situatie bij HHSK vast te leggen ten aanzien van de gedefinieerde thema´s. Hoe staan we er voor? Het referentiejaar voor de nulmeting is eind 2009. Er is gebruik gemaakt van de MVO scan die in 2007 is uitgevoerd door DHV en SenterNovem onder 10 deelnemende waterschappen, waaronder HHSK. Een aantal vragen zijn aangepast aan de actualiteit en vervolgens zijn alle vragen door de projectgroep uitgezet binnen de gehele organisatie. De MVO scan is in principe niet bedoeld om een vergelijking te maken met de resultaten uit 2007. Wel kan over het algemeen de conclusie worden getrokken dat er op verschillende thema’s vooruitgang is geboekt. Zo heeft HHSK in tegenstelling tot 2007 nu wel een integriteitbeleid en aanbestedingsbeleid. Verschillende maatregelen zijn bovendien genomen om meer duurzaam in te kopen en is er een nieuw Energie Efficiency Plan 2009-2012 opgesteld in het kader van de MJA3. Omdat de scan uit 2007 is beperkt tot een selectie van indicatoren, waarvan bovendien voor sommigen binnen HHSK weinig bekend was, geeft dit geen volledig beeld van alle MVO activiteiten binnen HHSK. Als toevoeging op de bestaande scan zijn er enerzijds indicatoren aan de verschillende thema´s toegevoegd en zijn anderzijds alle lopende activiteiten (niet uitputtend) die te relateren zijn aan MVO in de organisatie geïnventariseerd. Het resultaat van de inventarisatie is te vinden onderaan in deze bijlage. Hieronder volgt een, voornamelijk kwalitatieve, beschrijving van de resultaten van de MVO scan. Een opdeling is gemaakt naar de 3 P’s: People, Planet en Profit. Vooraf moet de kanttekening worden gemaakt dat de maatschappelijk verantwoorde organisatie in feite niet kan worden gedefinieerd en bovendien niet bestaat. Hiermee wordt bedoeld dat er geen eindpunt kan worden vastgesteld waarop je als organisatie ‘klaar’ bent. Omdat een dergelijk eindpunt niet vastgesteld kan worden is het bovendien lastig op ‘themaniveau’ aan te geven waar we exact staan. Wel is er gekeken naar wetgeving en (eigen) beleidskaders die van toepassing zijn bij de verschillende indicatoren: ‘In hoeverre voldoen we aan gerelateerde wetgeving of (eigen) beleid?’ Indicatoren waarop wetgeving of beleid van toepassing is, zijn gemarkeerd middels een *-teken. Daarnaast is er een score toegekend aan alle overige indicatoren op basis van wat de MVO-scan als belangrijk heeft aangemerkt voor de verschillende thema’s. Bij iedere indicator uit de scan is een score toegekend op basis van een 3-puntsschaal [ - , +/- , + ]: Geen/minimale prestaties; nog veel verbetering mogelijk (*- aan wetgeving wordt niet voldaan) +/- Er wordt al redelijk gepresteerd, maar er zijn nog wel deels verbeteringen mogelijk. + Goede prestaties (*-we voldoen aan wetgeving) Als voorbeeld wordt de indicator ‘Educatie’ gegeven (thema Maatschappelijke Betrokkenheid). In de MVO-scan is het leveren van een bijdrage aan educatie belangrijk in het kader van ‘Maatschappelijke Betrokkenheid’. Ten aanzien van deze indicator is vastgesteld dat HHSK actief deelneemt aan opleidingsprojecten van basisscholen, voortgezet, hoger en universitair onderwijs. Gesteld kan worden dat dit een goede prestatie is (+); HHSK levert een actieve bijdrage aan educatie. Een ander voorbeeld is de indicator ‘Integriteitbeleid’ (thema Betrouwbaarheid). Het is een wettelijke verplichting om dergelijk beleid te hebben; aan deze wet wordt voldaan (+). Ten slotte moet opgemerkt moet worden dat de MVO-scan een set van indicatoren meet om een beeld te geven van waar HHSK staat t.a.v. de verschillende thema’s. Deze set van indicatoren zal nooit helemaal compleet zijn. Daarom kan er ook bijna altijd op ieder thema nog een stapje verder worden gegaan (hogere ambitie) om op een maatschappelijk verantwoorde manier onze taken uit te voeren.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
15
PEOPLE 1. Betrouwbaarheid De betrouwbaarheid van HHSK blijkt uit de mate waarin we doen wat we zeggen. In de nulmeting is dit gemeten aan de hand van prestaties op de onderdelen klachtenafhandeling, imago onderzoek, integriteitbeleid, aanbestedingsbeleid en uitvoering van beleid (doen wat je belooft en behalen wat je beoogt). Toegevoegd zijn prestaties t.a.v. rechtmatigheid. Score Klachtenafhandeling + Voor de klachtenafhandeling zou een klachtencoördinator aangesteld moeten zijn. Vastgesteld is dat het afhandelen van bejegeningklachten, welke veelal betrekking hebben op het gedrag van medewerkers en bestuurders, centraal worden gecoördineerd door een klachtencoördinator. Hiervoor is een vaste medewerker aangesteld. * Imago onderzoek Om in het kader van MVO goed voeling te houden met én te voldoen aan maatschappelijke verwachtingen van belanghebbenden is de uitvoer van een imago onderzoek zinvol. HHSK heeft in 2007 voor het laatst dergelijk onderzoek uitgevoerd. In 2011 staat een volgend imago onderzoek op de agenda.
+
* Integriteitbeleid Integriteit draagt bij aan de kwaliteit van het werk, de betrouwbaarheid en de beeldvorming over de organisatie en raakt alle medewerkers en lagen van deze organisatie in zowel de uitvoering als directieniveau. HHSK heeft sinds 2008 een bestuurlijk vastgesteld integriteitbeleid en heeft dit bovendien geïmplementeerd. Alle nieuwe medewerkers leggen de eed/belofte af en krijgen een cursus integriteit.
+
* Aanbestedingsbeleid HHSK heeft een aanbestedingsbeleid met integriteit daarin opgenomen. Dit is bovendien in de organisatie geïmplementeerd en wordt periodiek ge-audit dan wel geëvalueerd.
+
Uitvoering van beleid Als we willen weten of we doen wat we beloven, is het verschil tussen hetgeen is gepland en hetgeen daarvan is uitgevoerd een goede graadmeter. In de jaarrekening 2009 wordt per programma gerapporteerd in hoeverre in 2009 geplande doelstellingen ook daadwerkelijk gerealiseerd zijn in 2009. Dit geeft een wisselend beeld wat niet te vertalen is naar een algemeen cijfer. Veel doelstellingen worden gerealiseerd of zelfs meer dan dat, maar bij verschillende doelstellingen loopt de uitvoering achter door uiteenlopende redenen. Het is niet bekend bij hoeveel procent van de uitgevoerde maatregelen het effect is gemeten. De kanttekening die hierbij gemaakt kan worden is de vraag of het überhaupt altijd mogelijk is om effecten te meten. In de meeste gevallen zal daar het antwoord waarschijnlijk ‘nee’ op zijn. * Rechtmatigheid Een belangrijk onderdeel van de betrouwbaarheid van HHSK is rechtmatigheid. Rechtmatigheid is een juridische term die aangeeft dat een (voorgenomen) handelswijze in overeenstemming is met de geldende regels en besluiten. In 2009 heeft de accountant de jaarrekening getoetst op rechtmatigheid. Een goedkeurende verklaring is afgegeven.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
+/-
+
16
2. Transparantie Bij transparantie gaat het er om dat de maatschappij moet kunnen zien wat HHSK voor haar doet. Het betrekken van en luisteren naar de omgeving en de eigen organisatie, en het motiveren en uitdragen van beleid zijn belangrijke aspecten van een transparante organisatie. Ook is gekeken naar managementsystemen en of deze wel of niet zijn ingevoerd. Daarnaast is zichtbaarheid een belangrijke indicator.
Accountmanagement (luisteren) De gebruikte indicator in deze nulmeting voor prestaties t.a.v. luisteren is het hebben van accountmanagement voor gemeenten. Tot september 2009 had HHSK accountmanagers aangesteld voor gemeenten, hierna is vanuit de directie een andere weg ingeslagen.
Score -
Loketfunctie/ IMK (luisteren) In het kader van luisteren naar de omgeving wordt met deze scan de wijze waarop de loketfunctie is ingericht gemeten. Bij HHSK komen incidenten, meldingen en klachten in een centraal systeem binnen. Middels een workflow worden meldingen in het beeld gehouden en bij de juiste mensen neergelegd voor afhandeling.
+
Belplicht (luisteren) De belplicht is ook een vorm van actief luisteren naar de omgeving. Op basis van binnengekomen, brieven, bezwaren en klachten kan d.m.v. een telefoongesprek meer begrip worden gecreëerd voor de zaken die spelen. Op deze manier krijgt de omgeving het gevoel dat er serieus wordt omgegaan met brieven, bezwaren en klachten. Bij HHSK is de belplicht nog niet doorgevoerd: elk bezwaarschrift wordt behandeld via een vastgelegde administratieve werkwijze.
-
Bewonersavonden (luisteren) HHSK betrekt de omgeving door bij grote projecten bewonersavonden te organiseren. Op deze avonden wordt geluisterd naar bewoners en kunnen ze input leveren.
+
Motiveren en uitdragen van besluiten/beleid Besluiten van het bestuur worden door HHSK uitgedragen door deze te publiceren in verschillende media. Volledige audioverslagen van vergaderingen worden gepubliceerd. Intern wordt de ambtelijke organisatie actief geïnformeerd over besluiten van het bestuur.
+
Maatschappelijk Jaarverslag (Motiveren en uitdragen van besluiten/beleid) Een ander mogelijk communicatiemiddel is het separaat uitbrengen van een maatschappelijk jaarverslag7. Dit doen we tot op heden niet.
-
Managementsystemen en verantwoording HHSK is gecertificeerd op ISO9001, ISO14001 en OHSAS18001 voor de afvalwaterzuiveringstaak. Voor de rest van de organisatie is er echter geen managementsysteem ingevoerd. Externe certificatie van een managementsysteem waarborgt een onafhankelijke controle en waarborgt transparantie over de wijze waarop we werken.
+/-
Netwerkbijeenkomsten en symposia (zichtbaarheid) Medewerkers worden gestimuleerd zich (lees HHSK) zichtbaar te maken op netwerkbijeenkomsten en symposia.
+
7 In een maatschappelijk jaarverslag wordt verantwoording afgelegd over de mate waarin de organisatie heeft bijgedragen aan een duurzame samenleving en rekening houdt met People, Planet en Profit.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
17
* Beschikbaarheid milieu-informatie (zichtbaarheid) HHSK geeft invulling aan het Verdrag van Aarhus (2004) door milieu-informatie beschikbaar te stellen in het register van het waterschap en geïnteresseerden de gelegenheid te geven een specifiek verzoek om milieu-informatie te doen.
Score +
3. Arbeidsparticipatie Participatiebeleid De nulmeting wijst uit dat HHSK voor wat betreft arbeidsparticipatie geen concreet beleid heeft en men hier niet actief mee bezig is.
Score -
In tabel 1 is de leeftijdverdeling binnen HHSK in beeld gebracht: Leeftijdscategorie < 25 jaar 25 - 35 jaar 35 - 45 jaar 45 - 55 jaar >55 jaar
Aantal 5 45 78 95 63
Percentage 1,8% 15,7% 27,3% 33,2% 22,0%
Tabel 1. Leeftijdverdeling
Meer dan de helft van de medewerkers is ouder dan 45 jaar. De verhouding man – vrouw is al geruime tijd 30% - 70%. 4. Arbeidsveiligheid De arbeidsveiligheid is gemeten door middel van de volgende indicatoren:
* Arbo- en verzuimbeleid HHSK heeft een arbo- en verzuimbeleid. HHSK heeft daarnaast een arbomanagementsysteem (AMS) met als doel de bedrijfsprocessen zodanig te reguleren dat de risico's op het gebied van arbeidsomstandigheden duurzaam worden beheerst. * Risico Inventarisatie & Evaluatie HHSK voert onderzoeken uit om veiligheids-/ arbo-risico’s in kaart brengen en oplossingen te bedenken die de risico’s minimaliseren. * Ziekteverzuim De norm voor ziekteverzuim is 5%. Over 2009 was het ziekteverzuim 6,6% en daarmee hoger dan de norm. (Inmiddels laten de cijfers van 2010 zien dat dit is gedaald naar 4%)
Score +
+
+/-
Een beoogd resultaat van arbo beleid en RI&E is onder andere om het aantal ongevallen en incidenten minimaliseren. Er blijkt in 2009 slechts één ongeval te hebben plaatsgevonden, welke bovendien zonder blijvend letsel is.
PLANET 5. Duurzame bedrijfsvoering In de nulmeting is duurzame bedrijfsvoering getoetst door middel van prestaties op de onderdelen inkoop/aanbesteden algemeen, energie en mobiliteit, bouwen, terreinbeheer en overige initiatieven. Centraal staat de mate waarin we het milieu belasten dan wel ontlasten door onze bedrijfsvoeringprocessen.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
18
* Duurzaam inkopen (inkoop en aanbesteding) De menukaart Duurzaam Inkopen is een hulpmiddel voor overheden bij duurzaam inkopen van producten, diensten en werken. Drie ambitie niveaus zijn daarbij gedefinieerd: actief, voorlopend, en innovatief. In de scan is ´niet duurzaam´ daaraan toegevoegd. HHSK heeft voor de inkoop van catering, drukwerk, papier en schoonmaakdiensten een actief inkoopbeleid, volgens de richtlijnen van Agentschap NL (voorheen SenterNovem) en VROM. Aangezien de criteria duurzaam inkopen onlangs grootschalig aangepast zijn is het lastig in te schatten hoeveel procent van de inkopen eind 2009 duurzaam was. Voor 2010 is het de doelstelling (en verplichting) om jaarlijks minimaal 50% duurzaam in te kopen. Onbekend is of dit niveau is bereikt. * Inkoop van FSC hout (inkoop en aanbesteding) HHSK is convenantpartner van FSC Nederland en schrijft FSC hout standaard in de bestekken voor. Energiebeleid - Gemalen/watersystemen (Energie en Mobiliteit) Zowel algemeen als op dit specifieke taakveld heeft HHSK geen energiebeleid geformuleerd
Score +/-
+
-
-
Zuiveringen/ AWK (Energie en Mobiliteit) De afdeling Afvalwaterketen heeft binnen de ´Energiezorg´ de verplichting van de MJA3 (zie bijlage 3) en er zijn maatregelen genomen overeenkomstig de acties in het Energie Efficiency Plan (EEP) 2009-2012. Fundamentele beleidskeuzes zoals energiebeleid zijn er echter, mede in afwachting van generiek beleid, niet gemaakt.
-
-
Huisvesting/ Facilitair (Energie en Mobiliteit) Ook op dit onderdeel is geen energiebeleid vastgesteld.
-
Vervoerbeleid (Energie en Mobiliteit) 35% van de medewerkers gaat met het openbaar vervoer naar het werk. Het aantal medewerkers dat met de fiets naar het werk gaat wordt niet bijgehouden. HHSK heeft geen vervoerbeleid vastgesteld.
-
CO2 Footprint (Energie en Mobiliteit) De bijdrage aan de uitstoot van broeikasgassen door HHSK is niet bekend: er is geen CO2-footprint beschikbaar. [Het klimaatakkoord heeft de ambitie ieder jaar de broeikasgassen met 2% te verminderen.]
-
* Groene stroom (Energie en Mobiliteit) HHSK koopt sinds 2007 100% groene stroom in.
+
Zelfvoorziening energie (Energie en Mobiliteit) Uit biogas op awzi Kralingseveer wordt stroom geproduceerd. Hiermee is HHSK voor ca. 20% zelfvoorzienend in haar elektriciteitsbehoefte. [Het klimaatakkoord stelt 40% zelfvoorziening als ambitie.]
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
+/-
19
Energie efficiency - Gemalen/watersystemen (Energie en Mobiliteit) Er is geen structurele aandacht voor het verbeteren van de energie efficiency bij de gemalen van watersystemen. In het klimaatakkoord is als doelstelling opgenomen jaarlijks 2% verbetering te realiseren in de energie efficiency over het gehele waterschap.
Score -
-
* Zuiveringen/ AWK (Energie en Mobiliteit) Zoals reeds is opgemerkt bij een eerder kopje heeft de afdeling Afvalwaterketen en Emissies zich verplicht aan de MJA3-afspraken waarin het er in de kern om gaat jaarlijks een energie efficiency verbetering te realiseren van 2%.
+
-
Huisvesting/ Facilitair (Energie en Mobiliteit) Behalve opzichzelfstaande initiatieven is er geen structurele of gerichte aandacht voor het verbeteren van de energie efficiency van de huisvesting. In het klimaatakkoord is als doelstelling opgenomen jaarlijks 2% verbetering te realiseren in de energie efficiency over het gehele waterschap.
-
Beleid duurzaam bouwen Ten aanzien van duurzaam bouwen is er geen uitgewerkt beleid vastgesteld. In het WBP wordt wel aangegeven dat bij bouwprojecten wordt nagestreefd te voldoen aan de eisen t.a.v. duurzaam bouwen.
-
* Beleid duurzaam terreinbeheer Ten aanzien van terreinbeheer wordt al geruime tijd het nulbeleid gehanteerd. Dat wil zeggen dat er geen bestrijdingsmiddelen mogen worden gebruikt op eigen terreinen. In het WBP wordt verder de doelstelling uitgesproken grote terreinbeheerders in het beheergebied van HHSK te stimuleren om te voldoen aan de eisen t.a.v. een duurzaam terreinbeheer en hier ook zelf aan te voldoen.
+
6. Maatschappelijke betrokkenheid Op dit onderdeel zijn de activiteiten buiten de kerntaken van HHSK gemeten. Het gaat hier bijvoorbeeld om activiteiten in het kader van educatie, buitenlandse projecten en cultuur. Dat hier bij iedere indicator een plus is gegeven wil uiteraard niet zeggen dat we niet meer kunnen doen. Maatschappelijke betrokkenheid kan altijd geïntensiveerd worden. Score Educatie + HHSK neemt actief deel aan opleidingsprojecten van basisscholen, voortgezet, hoger en universitair onderwijs. HHSK is o.a. actief betrokken bij de begeleiding van een nieuwe studierichting Watermanagement van de Hogeschool Rotterdam en doet mee aan milieuprojecten van de regio Midden Holland. Buitenlandse projecten HHSK neemt deel aan een project Banger Polder pilot in Semarang Indonesië. Dit is gericht op de ontwikkeling van een beheersorganisatie voor waterstaatkundige werken ter bescherming van de stad tegen overstroming tijdens hevige neerslag of hoge zeewaterstanden.
+
Monumentenzorg en cultuurhistorie HHSK onderhoud een dertigtal bruggen, sluizen, gemalen, molens en stuwen die als bouwhistorische objecten een onderdeel vormen van de cultuurhistorie
+
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
20
PROFIT 7. Waterschapskennis Het beschikbaar hebben en actief uitdragen van waterschapsinformatie, kennis en ervaring is getoetst onder dit thema. Kennis wordt binnen HHSK opgebouwd met maatschappelijk geld. Dit zou dan ook zo goed mogelijk ingezet moeten worden voor de maatschappij. Score Beschikbaarheid +/Kennis van medewerkers wordt geborgd op verschillende manieren. Zo wordt technische kennis geborgd in datasystemen. Kennis wordt gedeeld in bijeenkomsten. Stukken worden opgeslagen op een gezamenlijke directory. Nieuwe medewerkers worden zoveel mogelijk ingewerkt door de vertrekkende medewerkers. Op de verschillende afdelingen gebeurt dit anders, er is in dit kader geen organisatiebrede lijn uitgezet. Kennis op het gebied van waterkwantiteit, kwaliteit en –keringen wordt wel vastgelegd en is opvraagbaar, maar dit gebeurt niet systematisch door middel van een kennismanagement systeem. Uitdragen Het uitdragen van kennis en ervaring gebeurt incidenteel. Kennis en ervaring worden zowel binnen als buiten HHSK niet op een structurele basis actief uitgedragen. Wel worden medewerkers actief gestuurd op het ontwikkelen van competenties en vaardigheden door middel van opleidingen, coaching en het opstellen van een POP.
+/-
Zoals ook al aangegeven bij het thema ‘Maatschappelijke betrokkenheid’ draagt HHSK haar kennis over d.m.v. opleidingtrajecten. Tevens worden buitenlandse groepen belangstellenden ontvangen en geïnformeerd over het waterschapsbestel in het algemeen en de invulling daarvan door HHSK, etc.
8. Financiering De maatschappelijke kosten dienen zo laag mogelijk te blijven bij de uitvoering van taken. Dit is gemeten op de onderdelen bestedingen aan inhuur, MKBA (Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse) en bijdragen door derden. Bestedingen inhuur Bestedingen aan inhuur zijn ca. 16% van de totale personeelskosten. De norm die voor Rijksoverheid geldt en binnen HHSK ook als richtlijn wordt gebruikt is 13%
Score +/-
Maatschappelijke Kosten en Baten Analyse De methodische benadering van een MKBA wordt niet toegepast. De conclusie kan daarmee overigens niet getrokken worden dat maatschappelijke componenten in het geheel niet worden meegenomen in de besluitvorming.
-
Bijdragen door derden aan eigen plannen De bijdrage door derden aan eigen plannen betreft subsidies, projectbijdragen, bijdragen van provincies en gemeenten. Afhankelijk van de projecten komen we wel of niet in aanmerking voor subsidies. HHSK heeft een vaste subsidiecoördinator die nauwlettend de soorten subsidie regelingen in de gaten houdt en zeer frequent de mogelijkheden voor heel HHSK bekijkt.
+
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
21
9. Tariefontwikkeling Het sociaal gezicht van het waterschap hangt samen met de richtlijnen voor kwijtschelding.
* Kwijtschelding 100% van het normbedrag voor ingezetenen- en verontreinigingsheffing wordt kwijtscholden. In 2010 wordt ca. 4% van de totaal opgelegde belastingsom kwijtgescholden. Op dit moment is het kwijtscheldingsbeleid bovendien onderwerp van discussie. * Tarieven Als taakstellend kader voor 2010-2015 is bovendien gesteld dat de belastingdruk zoveel mogelijk beperkt moet blijven. De tariefstijging is beperkt tot maximaal 4% per jaar.
Score +
+
Conclusie Maatschappelijk verantwoord ondernemen is een continue proces. Uit bovenstaande resultaten valt op te maken dat we al goed op weg zijn als het gaat om Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Aandacht is er op zowel People, Planet en Profit thema’s. Als het gaat om gerelateerde wetgeving, regelgeving en (eigen) beleidskaders dan kan worden geconcludeerd dat er alleen ten aanzien van duurzaam inkopen onbekend is of we aan onze verplichting voldoen. Begin 2011 zal een inkoopmonitor hier helderheid in verschaffen. Het ziekteverzuim is ook boven de norm, maar dit fluctueert jaarlijks. Verder zijn op alle thema´s uiteraard verbeteringen mogelijk; voor een deel ontbreekt het aan structuren en/of mogelijkheden. In de lijst met MVO-activiteiten wordt dit ook zichtbaar, aangezien dit een zeer uiteenlopende lijst van activiteiten bevat. De scan kan op termijn opnieuw worden uitgevoerd om te zien in hoeverre ambities worden gerealiseerd.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
22
PROFIT
Inventarisatie MVO activiteiten Betrouwbaarheid - Trainingen Integriteit worden gegeven aan nieuw personeel - In 2008 is een Medewerkers Tevredenheids Onderzoek (MTO) gedaan - Juiste en volledige vastlegging van de financiële gegevens, uitvoeren van verbijzonderde interne controle, voldoen aan de verordeningen 108 en 109.
Transparantie - Bij project Verdoold worden belanghebbenden betrokken en geïnformeerd (meer dan wettelijke inspraak) over het project middels een participatietraject. - Medewerkers worden gestimuleerd een deskundige bijdrage te leveren aan netwerkbijeenkomsten en symposia en gebiedsprocessen om de zichtbaarheid te vergroten.
PLANET
Arbeidsparticipatie - Geen concrete activiteiten
PEOPLE
Arbeidsveiligheid - ARBO handboek (Arbo-managementsysteem) - Risico Inventarisatie & Evaluatie (RI&E) - Bij AWK + FZ – diverse jaarlijkse keuringen zoals hijsapparatuur, ladders en klimmateriaal, gasdetectie apparatuur
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
23
PROFIT
PEOPLE
Duurzame bedrijfsvoering Inkoop/aanbesteden algemeen - In de bestekken wordt standaard FSC hout voorgeschreven; FSC convenant is ondertekend - Bijna al het papier is FSC aanbesteed Energie en mobiliteit - Opwekken van elektriciteit door geproduceerd biogas te benutten. - Iedere 3 jaar wordt een energie- en CO2-scan uitgevoerd. - Piekbelasting in elektriciteit wordt voorkomen door frequentie omvormers aan te brengen bij gemalen. - Verlichtingssensoren zijn aangebracht in toiletten en aanverwante ruimten, magazijn en fietsenstalling. - LED-verlichting in trappenhuis van de carrousel aangebracht. - De CO2-uitstoot van TNT wordt gecompenseerd door bomen aan te planten in de derde wereld. - Aanleg van een groen dak op het hoofdkantoor. (in voorbereiding) - Medewerkers met een dienstauto hebben cursus ‘het nieuwe rijden’ gevolgd. - In de aanschaf van dienstauto´s is het hoogst haalbare energielabel nagestreefd en bij dieselmotoren is een roetfilter vereist. Overige - Emissies van nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen en zware metalen naar het oppervlaktewater worden zoveel mogelijk voorkomen. - Kopieerapparaten staan standaard op dubbelzijdig afdrukken. - Diverse kantoorbenodigdheden zijn duurzaam, dan wel biologisch afbreekbaar. - Restpapier wordt hergebruikt - Karton is zoveel mogelijk van hergebruikt materiaal. - Gebruik wordt gemaakt van biologisch afbreekbare koffiebekers - Schoonmaakartikelen t.b.v. het kantoorgebouw zijn zo min mogelijk milieubelastend. - In 2010 wordt het waterverbruik geregistreerd en de mogelijkheden om verbruik te beperken geïnventariseerd.
Maatschappelijke betrokkenheid
PLANET
-
-
-
HHSK neemt deel aan een project Banger Polder pilot in Semarang Indonesië. Dit is gericht op de ontwikkeling van een beheersorganisatie voor waterstaatkundige werken ter bescherming van de stad tegen overstroming tijdens hevige neerslag of hoge zeewaterstanden. Er wordt geïnvesteerd in recreatie (vissen, wegrecreatie), cultuur historie (integratie van monumenten in de taak en zoveel als mogelijk handhaven van de functies daarvan), ecologisch maaibeheer om de ontwikkeling van de natuur te bevorderen en migratieroutes voor flora en fauna te realiseren. Roparun
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
24
PLANET
Waterschapskennis - HHSK neemt actief deel aan opleidingsprojecten van basisscholen, voorgezet, hoger en universitair onderwijs. HHSK is o.a. actief betrokken bij de begeleiding van een nieuwe studierichting Watermanagement van de Hogeschool Rotterdam en doet mee aan milieuprojecten van de regio Midden Holland. - Buitenlandse groepen belangstellenden worden ontvangen en geïnformeerd over het waterschapsbestel in het algemeen en de invulling daarvan door HHSK. - Deelname aan themagroepen over verkeersveiligheid en mobiliteit, wat toegang verschaft tot specialistische kennis - HHSK neemt actief deel aan netwerkbijeenkomsten - Binnen de afdeling F&C worden regelmatig master classes georganiseerd om de kennis van onderwerpen die betrekking hebben op financieel werkterrein te borgen. Als er onderwerpen zijn die de gehele organisatie betreffen (bv BTW) dan worden voor dergelijke master classes ook betrokkenen van andere afdelingen uitgenodigd.
PEOPLE
Financiering - Om in 2015 een besparing van 10% in de afvalwaterketen kosten te realiseren wordt o.a. de vergisting op Kralingseveer verder uitgenut (is ook een MJA3 aspect), worden de uitkomsten van de slibstrategiestudie afvalwaterketen uitgevoerd, wordt er samengewerkt in de waterketen met gemeente Rotterdam, is gefuseerd met andere waterschappen m.b.t. laboratorium taken, worden onderzoeken gedaan naar rioolvreemd water en is innovatie en optimalisatie bij de awzi’s een belangrijk agendapunt. - Middels Optimalisatie Afvalwatersysteem Studies (OAS) wordt met gemeenten gekeken waar in de keten het beste geïnvesteerd kan worden tegen zo laag mogelijke kosten. - De subsidiecoördinator houdt nauwlettend de soorten subsidie regelingen in de gaten en bekijkt zeer frequent de mogelijkheden voor heel HHSK - Tijdens de uitvoering van de planning en control cyclus wordt nadrukkelijk gekeken naar hoe de financiering van onze activiteiten plaatsvindt. Hierbij streven we naar de laagst maatschappelijke kosten.
PROFIT
Tariefontwikkeling - Als taakstellend kader voor 2010-2015 is gesteld dat de belastingdruk zoveel mogelijk beperkt moet blijven - De tariefontwikkeling wordt tegen het licht gehouden om na te gaan of de verhouding tussen belang en betaling, tariefstijging en een financiële inspanning die past bij de economische positie van klanten rechtvaardig is.
MVO beleidsplan 2011-2015, v1.4
25