Beleid rondom het levenseinde
V1_2012
Inleiding Veel van onze cliënten zijn op vergevorderde leeftijd en dan komt het levenseinde dichterbij. Omdat veel cliënten binnen de muren van onze organisatie overlijden is het goed om u te informeren over het beleid van Zorgwaard rondom het levenseinde. De protestants-christelijke levensopvatting van Zorgwaard loopt als een rode draad door dit beleid heen. De zorg, behandeling en dienstverlening zijn gebaseerd op een diep besef van medemenselijkheid en gelijkwaardigheid. Vanuit onze protestants-christelijke identiteit heeft dit beleid rondom het levenseinde gestalte gekregen. Visie Het doel van het beleid rondom het levenseinde is om cliënten in staat te stellen hun leven in alle waardigheid en eigenheid te voltooien binnen de kring van de hen meest dierbaren. De meeste mensen geven er de voorkeur aan om in eigen omgeving te sterven. Wanneer dit om wat voor reden ook, niet meer mogelijk is, dan zal onze organisatie zo goed mogelijk trachten de thuissituatie te evenaren en te participeren in de zorg voor de cliënt rondom zijn levenseinde. De cliënt heeft rondom zijn levenseinde grote behoefte aan een goede behandeling, dit betekent een zodanige palliatieve zorg te geven dat de cliënt zo goed mogelijk verlost kan worden van pijn en ongemakken. Naast een goede behandeling heeft de cliënt in deze fase van zijn leven behoefte aan een goede begeleiding. Begeleidingsbehoeften zijn er zowel op psychisch als op religieus gebied. Zelfbeschikkingsrecht van de cliënt Elke cliënt heeft recht op zijn eigen keuzes. Onze organisatie is ook deze mening toegedaan, maar de keuze van de cliënt kan begrensd worden door de identiteit van onze organisatie.
2
Behandeling rondom het levenseinde De arts zal steeds overleggen met de cliënt of zijn vertegenwoordiger, voordat een medische behandeling ingesteld dan wel nagelaten wordt. Uitgangspunt hierbij zal zijn dat er geen behandeling wordt ingesteld die onevenredig belastend is voor de cliënt, geen bijdrage levert aan het verlichten van de pijn of het leven nodeloos verlengt. Een al ingezette medische behandeling die medisch zinloos is geworden en het leven van de cliënt of diens lijden onevenredig verzwaart of verlengt, zal worden stopgezet. Medische of andere professionele handelingen die gericht zijn op pijn- en symptoombestrijding en die zijn afgestemd op de situatie van de cliënt zullen worden toegepast, ook al kunnen die een levensverkortend effect hebben. In de praktijk kan dit bijvoorbeeld betekenen dat aan een cliënt bij wie in de stervensfase de behoefte aan vocht en voeding verdwijnt niet kunstmatig voeding of vocht wordt toegediend; maar ook dat iemand zoveel morfine krijgt als nodig is om zijn pijn te bestrijden. Deze afspraken worden in het cliëntdossier genoteerd zodat iedere medewerker weet welke medische beleidsafspraken er zijn gemaakt. Begeleiding rond om het levenseinde Bij het naderende levenseinde gaat het natuurlijk niet alleen om lichamelijke klachten en medisch handelen. De cliënt zal wellicht vragen hebben over de zin van het leven, waarop hij terugkijkt, over de situatie waarin hij verkeert en over wat na de dood komt. De cliënt zal zich misschien onzeker voelen, angstig, opstandig, verdrietig, lijden om het afscheid van geliefden. Van de medewerkers van Zorgwaard mag dan verwacht worden, dat zij de cliënt zullen steunen in een eerbiedige nabijheid. Aan deze nabijheid wordt op verschillende wijze vorm gegeven: • het geven van aandacht en menselijke warmte en het nemen van tijd voor een gesprek; • het aangaan van een gesprek over het lijden en het mee helpen zoeken naar zingeving van ook deze laatste en pijnlijke levensperiode; • het geven van goede informatie en een eerlijk beeld van de situatie; • het verlenen van een gevoel van veiligheid, ook door zo open mogelijke gesprekken over de actuele fysieke toestand waarin de cliënt verkeert; • het onderhouden van contacten met de familie en zo nodig verlenen van steun aan hen. 3
Dit alles kan ertoe bijdragen het lijden draaglijk te maken. De mens ziet zich bij zijn naderende levenseinde het liefst omringd door de mensen die hem het naast en zeer dierbaar zijn. Zorgwaard zal daarom de familie zo veel mogelijk bij de zorg rondom het levenseinde betrekken. Voor de meeste stervende cliënten zal het stervensproces zo aanvaardbaar zijn. Wensen rondom het levenseinde Indien een cliënt bepaalde wensen heeft rondom het levenseinde, bijvoorbeeld vanuit een bepaalde levensovertuiging, raden wij aan om dit, indien mogelijk, tijdig te bespreken met de geestelijk verzorger of de verpleging. Wij zullen zoveel mogelijk trachten aan deze wensen tegemoet te komen. Daarnaast zal ook vanuit de verpleging het initiatief worden genomen om eventuele wensen te bespreken, de afspraken die hierbij worden gemaakt worden genoteerd in het cliëntdossier. Euthanasie Het is mogelijk dat een cliënt zal vragen om een actieve handeling van de medicus om het leven te beëindigen, m.a.w. om euthanasie. Het toepassen van euthanasie zal niet door de specialist ouderengeneeskunde van Zorgwaard uitgevoerd worden. Vanzelfsprekend zal echter met alle daarvoor in redelijkheid ten dienste staande middelen getracht worden het fysieke lijden en de geestelijke nood van de cliënt te verlichten. De wet schrijft ons voor dat de cliënt wilsbekwaam moet zijn om euthanasie te kunnen vragen. Indien nu een wilsbekwame cliënt meerdere malen de diepgaande wens uitspreekt te mogen sterven en om euthanasie verzoekt zal zijn behandelend arts hem steunen door het vinden van een arts, werkzaam buiten Zorgwaard, die bereid is deze wens, binnen Zorgwaard, uit te voeren. Cliënten die verblijven op een plaats zonder de functie behandeling (verzorgingshuiszorg of ook wel lichte zorg genoemd) hebben een behandelingsovereenkomst met hun eigen huisarts en maken als zodanig zelf afspraken aangaande euthanasie. Hierbij is het goed te bedenken dat het vinden van een collega arts voor het verlenen van euthanasie een proces is dat enige tijd in beslag neemt. Wanneer u denkt dat dit onderwerp voor u van belang is, is het dus verstandig om dit in een zo vroeg mogelijk stadium bespreekbaar te maken. Onze verzorgenden zullen rondom de euthanasie alleen een rol vervullen in een zorgvuldige begeleiding en zorgtaken. 4
Reanimatie Reanimatie is een mogelijk levensreddende handeling, die toegepast kan worden wanneer de bloedsomloop of de ademhaling plotseling stopt. Reanimatie bij het plotseling stoppen van de bloedsomloop heeft, met name in het verpleeghuis een geringe kans van slagen. Minder dan 5% van de cliënten die in het verpleeghuis gereanimeerd worden zal uiteindelijk, en dan over het algemeen nog maar voor korte tijd, overleven. Een groot deel van de overlevenden heeft neurologische schade opgelopen en zal daardoor slechter functioneren dan daarvoor. Bepaalde ziektebeelden maken kans op succes nog aanzienlijk kleiner en de kans op blijvende ernstige beperking bij succes groter (dit geldt bijvoorbeeld voor cliënten met een dementiesyndroom, ernstige hartaandoeningen, ernstig nierlijden en ernstige neurologische schade). Dit overwegende hebben wij in Zorgwaard besloten een terughoudend reanimatiebeleid te voeren. Dit reanimatiebeleid houdt het volgende in: • Cliënten die in zorg zijn op een afdeling voor psychogeriatrische cliënten en een dementiesyndroom hebben, worden in principe niet gereanimeerd. • Cliënten die in zorg zijn op de overige afdelingen worden in principe wel gereanimeerd, tenzij zij aangegeven hebben dit niet te willen. Overigens zal een reanimatiepoging gestopt worden op het moment dat de arts verder reanimeren medisch zinloos acht. Reanimatie heeft een grote symbolische betekenis. Het is het laatste wat wij kunnen doen om te voorkomen dat mensen overlijden. Een besluit om niet te reanimeren kan de cliënt misschien het gevoel geven afgeschreven te zijn en de angst veroorzaken dat hij geen optimale behandeling meer krijgt. Dit is zeker niet het geval. Een besluit om niet te reanimeren wordt alleen genomen om de cliënt te beschermen tegen een voor hem niet zinvolle, mogelijk schadelijke handeling.
5