BASISBOEK LUISTEREN & SPREKEN HELPEN VOOR PROFESSIONALS
Harry van de Pol vanbinnenuit
BASISBOEK LUISTEREN & SPREKEN HELPEN VOOR PROFESSIONALS
BASISBOEK LUISTEREN & SPREKEN HELPEN VOOR PROFESSIONALS
Harry van de Pol Basisboek luisteren & spreken Helpen voor professionals Een uitgave van vanbinnenuit © Harry van de Pol, 2014 ISBN 9789081616720 Auteur: ir. Harry van de Pol Vormgeving: Spring.nl / Wijnand Voogdt Redactie: Janneke Sinot Correctie: Bas Popkema Drukwerk: Quality Dots, Zeewolde Website: www.luisterenenspreken.nl Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere manier dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
vanbinnenuit Amsterdamseweg 44-46 6712 GJ EDE www.vanbinnenuit.nl e-mail:
[email protected]
Inleiding WAT IS DE AANLEIDING?
wat vanbuiten hoorbaar is, mag ook vanbinnen raken (en andersom). Zodat je kunt leren om
In 2011 schreef ik Harthorend, luisteren voor
echt contact te maken.
professionals. Een managementboek dat goed verkocht. Aanleiding voor Noordhoff Uitgevers
•
Omdat recent onderzoek aannemelijk maakt
om mij, op een congres in Antwerpen begin 2012,
dat het niet alleen gaat om het tijdig toepassen
te vragen een boek over ‘gespreksvoering’ te
van de juiste strategie en vaardigheden. Als je
schrijven. Een boek dat de nadruk op ‘luisteren’
iemand wilt helpen, gaat het er vooral om dat je
legt. En praktische handvatten geeft voor helpend
de relatie met de ander leert zien en gebruiken
reageren op wat je hoort, ziet en ervaart.
als werkplaats. Een plaats waar die ander kan doormaken en oefenen wat voor zijn ontwikkeling goed is.
Waarom nog een boek over gesprekken? Er zijn al veel goede boeken over het voeren van
•
Omdat alle bestaande boeken relatief weinig
gesprekken geschreven. Hier op mijn bureau liggen
aandacht besteden aan luisteren. Terwijl dat de
er een stuk of twintig. Waarom daar nog één aan
belangrijkste vaardigheid en houding is als je
toevoegen?
met gesprekken iemand wilt helpen.
•
Omdat het goed en nodig is communicatie
•
Omdat ik het een uitdaging vind een studieboek
eens helemaal anders te benaderen. Niet
te schrijven dat zowel informatief als plezierig
als transmissie: op weg naar het perfecte
leesbaar is. Daar zijn er naar mijn mening nog
‘zenden en ontvangen’. Maar als participatie:
veel te weinig van.
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | INLEIDING | 9
Waar gaat dit boek niet over?
Hoe bied je de ander een relatie als
In dit boek leer je níét:
werkplaats? Hoe zorg je voor veiligheid?
•
allerlei psychologische theorieën kennen;
•
werken vanuit een bepaalde rol;
2) Luisteren (hoofdstuk 4-8)
•
hoe je welk soort gesprek moet faseren;
Twee principes om nog beter te luisteren:
•
wat voor elke fase van een gesprek de juiste strategie en vaardigheden zijn.
•
Luisteren is geven. Wat levert luisteren op? Wat maakt het moeilijk? Hoe maak je ruimte? Hoe en op welke niveaus geef je erkenning?
Waar gaat dit boek wel over?
Hoe kom je voorbij het luisteren vanuit oordeel,
In dit boek leer je wél:
angst en eigen behoefte? Hoe raak je in het nu
•
vrij om de ander te geven wat helpend is?
wat de helpende ingrediënten van een gesprek zijn;
•
•
Luisteren begint met luisteren naar jezelf.
welke houding nodig is om echt te
Een proces in drie stappen: stemmen inven-
kunnen helpen;
tariseren, stemmen kleuren en stemmen
hoe je de relatie als werkplaats kunt zien
integreren. Wat is meerstemmigheid? Hoe kun
en benutten;
je luisteren naar wat je niet wilt horen? Welke
•
luisteren naar jezelf;
emoties kleuren de stemmen? En waarom? Hoe
•
luisteren naar de ander;
kun je werken aan een integratie van alles wat
•
teruggeven wat je ziet, hoort en ervaart.
er te beluisteren is?
•
3) Spreken (hoofdstuk 9-11)
Wat is de inhoud van dit boek?
Als je dan wat gaat zeggen, hoe weet je dan dat wat
Dit boek bestaat uit drie delen:
je zegt de ander helpt? Wanneer zijn je woorden echt? Hoe blijf je in het spreken zowel dicht bij de
1) Gesprekken die helpen (hoofdstuk 1-3)
ander, als dicht bij jezelf? Je leert vaardigheden om
•
door je spreken:
Er is aandacht voor vragen over helpen: Wat is helpen? Wat helpt? Wat maakt helpen professioneel?
• •
•
Vragen over het gesprek: Hoe ontmoet je de
de ander te helpen zichzelf te begrijpen en te aanvaarden;
ander? Hoe voer je helpende dialogen?
•
de ander te helpen richting vinden;
En vragen over de relatie: Wat is een relatie?
•
de ander te helpen staan.
10 | INLEIDING | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Wie hebben inhoudelijk aan dit boek bijgedragen?
Philip Troost en Dick Mosterd, wat gaaf dat het schrij-
Ik besef heel goed dat ik op schouders van anderen
ven van jullie reader Gespreksvaardigheden voor de
sta. Giganten. Mensen die aan de ontwikkeling van
Opleiding Transpersoonlijke Therapie gelijk opliep
een jong beroep hebben bijgedragen en nog steeds
met het schrijven van dit boek. Mooi dat ik het vele
bijdragen. Sommigen hebben met een foto en een
wat jullie hebben geleerd, vrij mocht gebruiken en
quote een plekje in dit boek gekregen. Anderen wil
verwerken.
ik hier bedanken: Marijke de Jong, Arie van Zetten en Matthias Zandvliet. Jullie hebben als student meegelezen en me
WAT IS VOOR MIJ ALS SCHRIJVER BELANGRIJK?
zo heel erg geholpen het boek ‘studentproof’ te schrijven. In het contact met jullie besef ik voor wie
Waar ik met het schrijven van dit boek op uit ben, is:
ik dit boek vooral schrijf: jonge mensen die van het helpen van anderen hun beroep maken.
•
je als lezer te inspireren. Daarom zal ik je het hele boek door uitnodigen om bij jezelf na te
Michelle van Dusseldorp, Deja Bosch en Dick
gaan hoe je ervaart waar ik over schrijf.
Mosterd. Jullie hebben als ervaren therapeuten en opleiders geduldig mijn vragen verdragen en beant-
•
je persoonlijk uitdagen om straks in je werk (en
woord. Mij met regelmaat verrast. Mijn respect en
nu al in je contacten met anderen) echt mens te
waardering voor jullie ervaring is groot.
zijn. Om de moed te vinden die nodig is om ook jezelf in het gesprek te brengen. En zo raakbaar
Deja Bosch en Josefine Boertjens, jullie hebben als
te zijn.
hbo-docenten meegelezen en mij geholpen een boek te maken dat docenten goed en graag gebruiken kunnen. Tenminste, dat verwacht ik.
•
je leren om goed naar jezelf te luisteren. Want dat helpt je om dicht bij jezelf te blijven als je straks aan het werk bent. Het helpt je ook om
Martin Bosma, je hebt me met je Werkboek Empathie
door je luisteren iemand een plaats te bieden
geïnspireerd en bent zeer royaal in het ter beschik-
waar hij kan doormaken en oefenen wat voor
king stellen van je opgedane kennis. Heel fijn dat
zijn ontwikkeling goed is.
ik die gebruiken mag en voor een jonge doelgroep toegankelijk kan maken.
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | INLEIDING | 11
Het is goed dat je weet dat ik geen therapeut, maat-
Wat ik je de komende 285 pagina’s wil meegeven,
schappelijk werker, sociaal raadsman of psycholoog
leer je niet uit een boekje. Pas het toe, leef het uit in
ben. In het dagelijks leven ben ik trainer en coach.
de relaties die je nu al hebt. Wees niet bang om fou-
In dat werk ervaar ik iedere keer opnieuw dat
ten te maken en daarvan te leren. Ik ben van mening
mensen vooral zoeken naar een ontmoeting met
dat als je eropuit bent mensen gezond te maken, je
een echt mens. Ze voelen haarfijn aan of je er op die
beter kunt stoppen. Maar als je er voor hen wilt zijn,
manier voor ze wilt zijn, of dat je ze slechts vanuit je
zul je veel voor ze betekenen!
rol als deskundige zoekt te helpen. Harry van de Pol
12 | INLEIDING | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Deel 1: Gesprekken die helpen
Dit helpt!
1. Helpen
18
2.2.3
Jezelf zijn, de ander als anders zien en
niets opdringen
69
2.3
Dialoog binnen ontmoeting
71
22
1.1
Wat is helpen?
26
2.3.1
Laat je raken
71
1.1.1
Een jong vak in ontwikkeling
26
2.3.2
Maak samen iets nieuws
73
1.1.2
Jouw filosofie van helpen
28
1.1.3
Helpen: een definitie
30
In het kort
75
Voor wie meer wil
76
1.2
Wat helpt?
35
1.2.1
Wat werkt?
35
1.2.2
Gevolgen voor het ‘helpende gesprek’
36
1.3
Professioneel helpen
42
1.3.1
Wat maakt helpen professioneel?
1.3.2
Misvattingen ‘young professionals’
Video’s
77
3. Relatie
78
42
3.1
Wat is een relatie?
82
42
3.1.1
Bestemming, probleem én uitkomst
82
weerlegd
3.1.2 Werkplaats
85 88
In het kort
47
3.2
Hoe bied je de ander een relatie
Voor wie meer wil
48
als werkplaats?
49
3.2.1
Werken aan je grondhouding
88
3.2.2
Afstand en nabijheid
90
Video’s
2. Gesprek
3.2.3 Werkrelatie
94
50 3.3
Zorg voor veiligheid
96
2.1
Wat is iemand ontmoeten in een gesprek? 54
3.3.1
Leer kijken
96
2.1.1
Dat wat de ander nodig heeft
54
3.3.2
Wat maakt het veilig?
101
2.1.2
Ontmoeten doet een appèl op jou
55
3.3.3
Maak het veilig
103
2.1.3
Beschikbaar naast de ander staan
57
In het kort
107
2.2
Hoe ontmoet je iemand?
59
Voor wie meer wil
108
2.2.1
Effectief communiceren
59
Video’s
2.2.2
Zelf meedoen
66
109
Deel 2: Luisteren 4.
Essentie van luisteren
110
6.
Stemmen inventariseren
156
4.1
Waarom wel of niet luisteren?
114
6.1
Wat is meerstemmigheid?
160
4.1.1
Wat luisteren je oplevert
114
6.1.1
Er is altijd meer te horen
160
4.1.2
Wat luisteren moeilijk maakt
116
6.1.2
Waar komt meerstemmigheid vandaan?
162
4.1.3
Zo maak je ruimte
120
6.1.3
Zichtbaar maken wie je aan de lijn hebt
164
4.2
Wat is de essentie van luisteren?
122
6.2
Leer gastvrij te zijn
167
4.2.1
Luisteren is geven
122
6.2.1
Luisteren naar wat je níét wilt horen
167
4.2.2
Verschillende niveaus van erkenning
125
6.2.2
Een vriendelijke, begrensde ruimte
170
geven
geven 4.2.3
Verbinding ervaren en zichtbaar maken
128
In het kort
173
In het kort
131
Voor wie meer wil
174
Voor wie meer wil
132
Video’s
175
7.
Stemmen kleuren
176
Video’s
133
5.
Temperatuur van luisteren
134 7.1
Luisteren naar gevoel
180
5.1
De temperatuur van het luisteren
138
7.1.1
Iedere stem is gekleurd door emotie
180
5.1.1
Luisteren vanuit oordeel
139
7.1.2
De vier emotiefamilies
182
5.1.2
Luisteren vanuit angst
143
7.1.3 Emotieverhoudingen
183
5.1.3
Luisteren vanuit eigen behoefte
145
7.1.4
Wat emoties doen
185
7.1.5
Hoe emoties het luisteren helpen of
185
juist belemmeren
7.2
Emoties als belangenbehartigers
187
7.3
Geven wat je aanvoelt en begrijpt
189
5.2
In het nu vrij geven
149
5.2.1
Luisteren doe je nu
149
5.2.2
Vrij erkenning geven
150
In het kort
153
Voor wie meer wil
154
In het kort
191
155
Voor wie meer wil
192
Video’s
Video’s
193
Deel 3: Spreken
Vervolg deel 2 8.
Stemmen integreren
194
9.
Echte woorden spreken
216
8.1
Stemmen stevig maken
198
9.1
Wanneer zijn je woorden echt?
220
8.1.1
Innerlijk conflict
198
9.1.1
Drie criteria
220
8.1.2
Van ‘niet kennen’ naar ‘aanvaarden’
200
9.1.2 Spreekschema
223
8.2
In dialoog brengen
204
9.2
Dicht bij de ander spreken
226
8.2.1
Innerlijke dialoog
204
9.2.1
Horen wat de ander zegt
226
8.2.2
Manieren van werken aan integratie
204
9.2.2
Afstemmen op zintuiglijk
228
voorkeurskanaal 8.3
Vrij kiezen
208
In het kort
213
Voor wie meer wil
Video’s
9.2.3
Uitnodigen concreet te zijn
230
9.2.4
Teruggeven wat de ander voelt
233
214
9.3
Dicht bij jezelf spreken
238
215
9.3.1
Jezelf zijn
238
9.3.2
Het verhaal van de ander verbinden
239
met jezelf
In het kort
241
Voor wie meer wil
242
Video
243
10. Helpen begrijpen en aanvaarden
244
11.
Helpen richting vinden en staan
274
10.1
Hoe help je iemand zichzelf te
248
11.1
Hoe help je de ander richting
278
begrijpen en aanvaarden?
te vinden?
11.1.1
Helpen onderscheiden
280
10.2
De zes vaardigheden
249
11.1.2
Richting wijzen
282
10.2.1
Leren van de ander
250
11.1.3
Frustreren en confronteren
284
Hoe help je de ander te staan?
286
10.2.2 Dubbelen
253
10.2.3 Erkennen
256
11.2
10.2.4
Verwoorden van verborgen verlangens
259
11.2.1 Bijstaan
289
10.2.5
Advocaat zijn voor de ander en jezelf
262
11.2.2 Opstaan
291
10.2.6
Aanvaardend begrijpen
267
11.2.3 Weerstaan
293
In het kort
271
In het kort
295
Voor wie meer wil
272
Voor wie meer wil
296
273
Video’s
Video
297
Harry van de Pol
Dit helpt! ‘Nee, hè! Dit is het laatste waar ik op zit te wachten.
Dat doet hij zorgvuldig. Daar heeft hij antennes voor
Help me, Ar!’ (Arrianne is mijn vrouw.) ‘Dit trek ik
ontwikkeld. Zijn leven - dat zich een groot deel van
niet. Niet nu!’
zijn vijftig jaar op straat heeft afgespeeld - heeft hem veel geleerd. Opnieuw valt me op hoe zijn kop
Op het grind van onze oprit parkeert vriend Peter
op die van wijlen Herman Brood lijkt. Hij pakt me
zijn grijze Opel. Doodgemoedereerd stapt hij uit
stevig beet en terwijl hij me diep in de ogen kijkt,
en sjokt mijn kant op. ‘Heeft hij dan helemaal geen
zegt hij: ‘Ik weet dat je niet op mij zit te wachten.
inlevingsvermogen? In een gezin met vier jonge kin-
Maar dat kan me niet schelen. Ik kom toch. Dat deed
deren is vroeg in de avond toch geen goed moment
jij ook toen het met mij niet goed ging. Heb je koffie?
om te buurten!’
Ik kom naar je luisteren!’
Ar: ‘Harry, je gedraagt je! Je weet hoe Peter is. Die
Hij wacht niet op antwoord - maar verwacht gewoon
heeft geen normaal leven achter de rug. Raap jezelf
koffie. Boomt de kamer in. Groet de daar aanwezigen
maar bij elkaar en ontvang een vriend, ook al zit je er
en gaat er lekker bij zitten: ‘Alles goed hier?’
niet op te wachten.’ Wat denk je nu zelf! Da’s makkelijk gezegd, maar waar vind ik ruimte om goedbedoeld advies te ontvangen dat toch niet
Met een kop dampende koffie ben ik op weg naar
helpt.
wat onvermijdelijk lijkt: de hulp van een vriend. Daar ga ik echt niet beter van slapen. Peter neemt een
Peter komt de keuken binnen. Kijkt me monterend
slok, kijkt me aan met een combinatie van ondeugd
aan. Hij maakt een inschatting van hoe ik erbij sta.
en bezorgdheid - hij is niet helemaal zeker van
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | DIT HELPT | 19
zichzelf - en zegt: ‘Zo, ik hoor dat het niet goed met
‘Luister goed naar wat ik zeg!’, opnieuw gebiedende
je gaat, vertel!’
wijs. ‘Harry slaapt een jaartje wat minder, o, o, o, wat is hij zielig. Je krijgt jezelf even niet meer op de rit,
Op de één of andere manier voel ik me uitgenodigd
mensen wat een ramp! Heb je niet in de gaten dat er
om precies dát te doen. Dus ik vertel hem hoe een
in deze wereld veel ergere dingen aan de hand zijn?
‘complexe en moeilijk behandelbare in- en door-
Ik werk met verslaafde mensen die bezig zijn met het
slaapstoornis’ - zo noemt de neuroloog het - mijn
laatste stukje van hun leven. Moet ik je wat van die
laatste restje energie uit me trekt. Dat ik het, na alles
verhalen vertellen? Met hen heb ik medelijden. Maar
wat er het afgelopen jaar geweest is, even helemaal
jij, jij moet je niet zo aanstellen. Je maakt er zelf een
niet meer weet. Dat ik wanhopig ben.
veel te groot ding van!’
Peter kijkt me aan en zegt: ‘Kom eens hier, kerel.
Hoe kan het nou dat ik ergens het idee krijg dat dit
Kom eens lekker uithuilen!’ Ik leg mijn hoofd op zijn
helpt?
schoot en huil vanuit het diepste diep. En hij huilt mee. Dus huilen we samen. Als ik uitgehuild raak,
‘En ik ben nog niet klaar’, wijsvinger prangend mijn
kijkt hij me boos aan en gebiedt me door te huilen:
kant op. ‘Er is nog iets wat ik je wil zeggen: Harry, de
‘Je bent nog niet klaar, Harry!’ Zo is het niet. Ik ben
man die iedereen helpt, heeft zelf hulp nodig. Hoor
wel klaar, maar hij nog niet. Voor hem is het heerlijk
je dat? Nu ben jíj eens patiënt. En ik heb een tip voor
ook weer eens te huilen. En mijn verdriet helpt hem
je: leg je er maar bij neer. Dit kan heel lang duren.
daarbij.
Vooral als jij je ertegen blijft verzetten. Laat het maar los. Laat het gewoon zijn wat het nu is. Als je niet
‘En nu ga je zitten, kerel!’ zegt Peter terwijl hij me de
kunt slapen, ga lekker een filmpie kijken of doe iets
stoel in wijst. Hij heeft in zijn leven de wereld aan
anders wat je graag doet.’
hulpverleners versleten en het lijkt erop dat vooral het directieve deel daarvan hem geïnspireerd heeft.
En:
Hij is duidelijk nog niet klaar met me. ‘Zo, nu ga ik je iets zeggen. Ga maar even recht zitten, want ik denk
‘Ik ben er blij mee dat meneer Harry eindelijk met
niet dat je dit kunt waarderen, meneer!’
zijn voeten op de grond staat. Welkom op aarde, kerel. Welkom!’
Ga ik toch nog het advies krijgen waar ik níét op zit te wachten?
20 | DIT HELPT | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
We kijken elkaar lachend aan. Ik enigszins
ander en de functie van vriend vervult hij met verve!
beschaamd. Hij zoekend naar nog meer woorden.
Peter, je kunt dit verhaal niet eens lezen. Daarom
Ze zijn niet nodig. Dat voelt hij zelf ook wel aan.
neem ik me voor om je iedere keer als ik je zie te
Geen wonder dat deze man met zijn streetwise
laten voelen dat ik van je houd. Misschien zeg ik het
manier van doen bij het Leger des Heils bevorderd
er zelfs wel bij. We hebben het allemaal nodig dat te
is van ‘nachtwaker’ tot ‘sociaalpedagogisch mede-
horen. Totdat we ons geliefd weten. Want dat helpt.
werker’. De diploma’s heeft hij niet, lezen kan hij ook niet en zijn eigen functie uitspreken is iets wat
Bedankt, man!
hij liever vermijdt. Maar aanvoelen kan hij als geen
Harry van de Pol
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | DIT HELPT | 21
Life itself still remains a very effective therapist. KAREN HORNEY 1885-1952 • PSYCHOLOOG
1. HELPEN
Er zo zijn dat de ander toekomt aan zichzelf
Als je eropuit bent om iemand te ‘helpen’, kun je beter stoppen. Maar als je er voor een ander wilt zijn, kun je heel wat voor hem betekenen. Helpen is een heel jong vak. Het is nog volop in ontwikkeling. Als je zin hebt, mag je meehelpen! En of je dat nu wel of niet doet, het is belangrijk dat jij jouw eigen visie op helpen leert kennen én doordenken. Hoe kijk jij tegen mensen aan? Welk soort verandering wil jij tot stand brengen? Hoe denk je dat te doen? Want pas als jij jouw uitgangspunten en veronderstellingen kent, kun je goed nadenken over wat helpen in essentie is en hoe je dat in een gesprek doet. Dit hoofdstuk helpt je bij het doordenken van wat helpen voor jou is. Daarnaast besteden we ruim aandacht aan wat er werkt in de hulpverlening. Interessant, want wetenschappelijk onderzoek naar ‘wat werkt’ verlegt de focus (1) van de helper naar de cliënt én (2) van de methode naar de relatie met de cliënt. Wat vraagt dit van jou als je luistert naar en spreekt met je cliënt? Verder staan we stil bij professioneel helpen. We weerleggen drie misvattingen die young professionals daarover hebben: (1) dat het een kwestie is van een methode toepassen, (2) dat het altijd kan en (3) dat je het vooral goed moet doen. Zodat niets je belemmert om vrij het gesprek in te gaan.
1. HELPEN 1.1 Wat is helpen?
26
1.1.1 EEN JONG VAK IN ONTWIKKELING 1.1.2 JOUW FILOSOFIE VAN HELPEN 1.1.3 HELPEN: EEN DEFINITIE
26 28 30
1.2 Wat helpt?
35
1.2.1 WAT WERKT? 1.2.2 GEVOLGEN VOOR HET ‘HELPENDE GESPREK’
35 36
1.3 Professioneel helpen
42
1.3.1 WAT MAAKT HELPEN PROFESSIONEEL? 1.3.2 MISVATTINGEN ‘YOUNG PROFESSIONALS’ WEERLEGD
42 42
IN HET KORT VOOR WIE MEER WIL VIDEO’S
47 48 49
1.1 Wat is helpen? 1.1.1 EEN JONG VAK IN ONTWIKKELING Het gesprek gebruiken om iemand te helpen, is een
teren en waarderen wie de cliënt is en hoe die zijn
vrij jonge vorm van helpen. Natuurlijk is er zolang
problemen en oplossingen ziet. Hij zou altijd een
mensen bestaan geluisterd en gesproken om te
persoonlijke werkrelatie nastreven en het gesprek
helpen. Maar het vakmanschap - hoe we helpen door
zou open en onderzoekend zijn. De hulpverlener zou
gesprekken - is nog steeds in ontwikkeling.
de cliënt helpen om zijn doelen helder te krijgen,
En dat maakt het leuk en spannend. Iemand helpen
iets wat de cliënt als nastrevenswaardig en bereik-
is prachtig. In je leven veel mensen helpen, geeft
baar ziet. Hij zou zeer terughoudend zijn met het
nog meer voldoening. Maar stel je voor dat jij een
naar voren brengen van wat hij denkt dat goed is
bijdrage kunt leveren aan de ontwikkeling van het
voor de cliënt. Hij zou de cliënt laten ontdekken wat
vak. Dat heeft impact!
er al goed gaat, wat hij in huis heeft en wie hem kan helpen daarbij, zodat hij zich bewust wordt
OEFENING 1.1 DE WONDERVRAAG
dat hij het zo gek nog niet doet. Het opbouwen van
STEL DAT ER EEN WONDER GEBEURT: DE HULPVER-
zelfvertrouwen en hoop dus. Vervolgens zou hij de
LENING ZIET ER VANAF MORGEN UIT ZOALS JIJ DAT
cliënt helpen te ontdekken wat zijn oplossingen
IDEAAL VINDT. HOE ZOU HET ER DAN UITZIEN?
zijn, welke kleine stappen hijzelf als wenselijk en uitvoerbaar ziet om dat doel te bereiken. Empower-
Voorbeeld 1.2 De Wondervraag
ment dus. Pas wanneer de cliënt er zelf niet uitkomt,
Sjef de Vries is medeontwikkelaar van de Ervarings-
zal de hulpverlener alternatieve oplossingen naar
gerichte Psychosociale Hulpverlening (EPH) en de
voren brengen en open bespreken op zinnigheid en
Kortdurende Oplossingsgerichte Therapie (KOT).
bruikbaarheid ervan voor de cliënt. En hij zal altijd
In een interview naar aanleiding van zijn boek
met de cliënt bespreken of wat hij doet de cliënt ook
Wat werkt? (2007) krijgt hij bovenstaande
helpt... Ik zou er langer over moeten nadenken, maar
‘wondervraag’ uit zijn zelfontwikkelde KOT
zoiets zou het wel zijn. De onderzoeksresultaten in
voorgelegd. Sjef antwoordt:
mijn boek maken duidelijk dat het die richting uit moet met de psychosociale hulpverlening. Maar er
‘De helper zou veel minder gericht zijn op zijn probleemanalyses en veranderplannen, maar accep-
26 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
zijn vele wegen naar Rome.’
Het helpen zelf is dus in ontwikkeling. Als we kijken
kundige bijdrage. Maar zodra je in een kwetsbare
naar de korte geschiedenis van het vak zien we twee
situatie komt, hoop je dat het gesprek menselijk
grote veranderingen:
verloopt. Naast deskundige hulp zoek je iemand die je ziet, hoort en steunt. Iemand bij wie je met je
1) Helpen is verwetenschappelijkt. Het heeft zich
twijfels terechtkunt. Iemand die je kunt vertrouwen.
losgemaakt van de natuurlijke sociale verbanden:
Daarom zoeken mensen die het vak mee helpen
het gezin, de familie, het dorp en de kerk. Het is nu
ontwikkelen naar manieren om de sociale dimensie
een beroep, een echt vak. Dus is helpen steeds meer
een serieuze plek te geven. Want je verhoogt de
onderbouwd met kennis en kunde. Jij als professio-
duurzaamheid van het helpen als je jezelf als mens
nal bent een specialist die methoden en technieken
ook meer inschakelt.
aanleert en toepast. Wat je doet moet onder de noemer ‘Evidence-based Practice’ (Bewezen
Waar het níét om gaat:
Effectieve Methoden) vallen.
•
dat je achterhoudt wat je weet omdat je geen expert mag zijn en je cliënt slechts mag coachen,
2) Helpen is verschoven van iets wat je uit liefde
•
doet naar een vrijemarktsituatie. Jij verdient straks als professionele helper je geld met helpen. Jij mag
‘het zelf moet ontdekken’,
•
je straks op een markt van aanbieders profileren. VIDEO ‘Rude British receptionist’ (blz 49)
Waar het wél om gaat:
Wat door deze twee ontwikkelingen groeide, is een
dat je leert om iets menselijks toe te voegen aan jouw expertise,
•
antwoorden zijn) naar beneden (waar de vragen leven) en vaak té gespecialiseerde aanpak. En veel van
dat je geen heldere diagnose mag geven, omdat je dan een etiket opplakt.
• afstandelijker, een ouderwets van boven (waar de
dat je geen uitleg mag geven omdat je cliënt
en ook aan jouw vaardigheid op het gebied van gesprekstechnieken,
•
dat je leert om je deskundigheid een plek te
wat we in de laatste decennia aan ontwikkelingen
geven in een ‘menselijke’ manier van helpen:
in het vak zagen, is een poging om dit te corrigeren.
een ontmoeting met je cliënt (meer daarover in
Logisch, want cliënten willen dat jij deskundig bent,
hoofdstuk 2).
maar óók dat je met hen echt het contact aangaat. Dat je hen niet behandelt als een ‘geval met een
Dat is op zich niet nieuw. De Ervaringsgerichte Psy-
bepaalde problematiek’, maar als mens. Je kunt
chosociale Hulpverlening, die steunt op het werk van
als cliënt prima tevreden zijn met alleen een des-
Walter Kempler (1973; 1982) bijvoorbeeld, heeft al
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 27
decennialang als één van de uitgangspunten: ‘een
Jouw eigen filosofie van helpen. Of je dat nu in
persoonlijke houding van de helper’. Maar voor veel
de gaten hebt of (nog) niet. Of je dat nu onder
professionals is het wél nieuw om te horen: ’Je mag
woorden kunt brengen of (nog) niet. Die filosofie
iets van jezelf inbrengen in het gesprek. Je eigen
van jou bepaalt wat jij gaat doen of ongedaan laat.
perspectief kan helpen!’ En dan gaat het niet om je
En ook op welke manier je dat gaat doen of laten.
eigen vooroordelen en projecties (al kan het ook helpend zijn zelfs die in te brengen). Het gaat dan
Vanuit jouw filosofie van helpen bepaal jij je eigen
over wat die cliënt bij jou teweegbrengt. Waar je aan
rol in het gesprek. Het is daarom heel belangrijk
denken moet. Wat je tijdens de gesprekken met hem
dat jij jouw eigen filosofie over ‘gesprekken die
ervaart. Als jij je daarvan tijdens het gesprek bewust
helpen’ goed kent. En dat je haar leert doordenken
bent, kun je professioneel kiezen om dat wel of niet
en -voelen. Want pas als jij jouw uitgangspunten
in te zetten.
en veronderstellingen kent, kun je goed nadenken over wat helpen in essentie is en hoe je dat in een
Natuurlijk kleven daar ook risico’s aan. Veel profes-
gesprek doet.
sionals zijn bang niet langer objectief te zijn, hun werk mee naar huis te nemen, meer bezig te zijn met
OEFENING 1.3 JOUW FILOSOFIE VAN HELPEN
zichzelf dan met hun cliënt. Er is zeker wat te leren
BEANTWOORD - OM JOUW FILOSOFIE VAN HELPEN
als je menselijke nabijheid in een gesprek wilt com-
HELDER TE KRIJGEN - DE VOLGENDE DRIE VRAGEN
bineren met deskundig werken. De kunst is de cliënt
ZO UITGEBREID MOGELIJK:
zo te ontmoeten dat de relatie een werkplaats is. Een plek waar de ander kan doormaken en oefenen wat voor zijn ontwikkeling goed is. Dan hangt het resultaat niet langer alleen maar af van je ‘professionele interventies’, maar van wat je samen weet te creëren. Wat je waard bent als helper, blijkt dan uit de samenwerking.
1. HOE KIJK JIJ IN HET ALGEMEEN TEGEN MENSEN AAN (WAT IS JOUW MENSBEELD)? 2. WELK SOORT VERANDERING WENS JIJ TOT STAND TE BRENGEN? 3. HOE DENK JE DAT HET BESTE TE KUNNEN DOEN? MAAK GROEPJES VAN DRIE OF VIER. DEEL MET
1.1.2 JOUW FILOSOFIE VAN HELPEN
ELKAAR DE VERSCHILLENDE VISIES. VIND DAARIN DE OVEREENKOMSTEN EN VERSCHILPUNTEN.
Iemand in een gesprek helpen, doe je vanuit bepaal-
DOORDENK MET ELKAAR HOE DIE DOOR ZULLEN
de opvattingen. Jij hebt jouw eigen uitgangspunten.
WERKEN IN EEN HELPEND GESPREK.
28 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Misschien heb je gemerkt dat je de vragen uit oefe-
allerlei ‘helpende activiteiten’. Je let erop of wat hij
ning 1.3 niet zo één-twee-drie kunt beantwoorden.
onderneemt hem dichter bij zijn doel brengt. Zie jij
En dat er, wanneer je dat toch probeert en daarover
je cliënt echter als iemand bij wie ‘de waarheid van-
het gesprek met anderen aangaat, veel te zeggen
binnen zit’, dan ga je hem helpen ontdekken en be-
is voor wat jij inbrengt, maar ook voor wat anderen
nutten wat er al is. Want als hij zichzelf leert kennen,
inbrengen. Maak eens een keuze uit de volgende vier
dan leert hij hoe hij verder kan. Is je cliënt vooral een
opties. Zo krijg je meer duidelijkheid over hoe jij de
mens die verlangt naar zingeving? Dan help jij hem
cliënt ziet.
in relatie te komen met dat wat belangrijk voor hem is of wat groter is dan hijzelf.
De cliënt die bij mij komt is vooral: 1. Een mens die nog niet af is. Het is dus iemand die ‘aan zichzelf moet werken’. 2. Een mens die vooruit wil. Hij is op weg naar een doel. 3. Een mens waarbij ‘de waarheid vanbinnen zit’.
OEFENING 1.4 MENSBEELD VERDEEL DE RUIMTE WAARIN JULLIE WERKEN IN VIER STUKKEN. ELK DEEL VERTEGENWOORDIGT ÉÉN VAN DE VIER BOVENSTAANDE VISIES OP EEN CLIËNT.
Misschien heeft hij het nog niet zo in de gaten, maar alles wat nodig is voor een gezond leven is
GA IN HET DEEL VAN DE RUIMTE STAAN, DAT HOORT
in hem aanwezig.
BIJ ‘HOE JIJ VOORAL TEGEN DE CLIËNT AANKIJKT’.
4. Een mens die verlangt naar zingeving, juist nu hij het moeilijk heeft.
GA MET ELKAAR IN DEBAT: PROBEER MENSEN UIT DE ANDERE GROEP TE WINNEN VOOR JOUW VISIE
Welke optie kies jij? Ook nu merk je waarschijnlijk
OP DE CLIËNT.
dat er voor alle vier iets te zeggen is. Maar welke keuze je ook maakt (zelfs als je niets kiest of alle vier
MERK JE GAANDEWEG HET DEBAT DAT JE TOCH BE-
tegelijk), het heeft gevolgen voor de verandering
TER BIJ EEN ANDERE ‘MENSVISIE’ PAST, DAN WISSEL
waar je op uit bent.
JE GEWOON VAN VAK.
Zie je de cliënt vooral als iemand die nog niet af is,
Jouw visie op de cliënt werkt dus door in hoe je die
dan help jij hem om aan zichzelf te werken. Dus ga
cliënt wilt helpen. Op dezelfde manier heeft jouw
je opvoeden, verbeteren, oplossen en genezen. Maar
kijk op wat helpen is gevolgen voor hoe jij dat gaat
als je de cliënt vooral ziet als iemand die vooruit
doen. Maak daarom eens een keuze uit de volgende
wil, dan loop jij aan de zijlijn mee en onderneem je
twee opties:
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 29
Helpen is vooral:
op wat er nodig is en hoe hij daarin kan voorzien.
1. Actie. Het belangrijkste wat een helper kan doen
Het verschil in expertise staat de gelijkwaardigheid
is: luisteren, begrijpen, vragen stellen, doorvra-
niet in de weg. En daarom wissel je gedurende het
gen, empathie tonen, feedback geven, spiege-
gesprek continu van rol tussen ‘expert’ en leerling.
len, adviseren, oplossen en interveniëren. 2. Relatie. Er is een relatie nodig om goed te kun-
1.1.3 HELPEN: EEN DEFINITIE
nen helpen. Dus stel ik me als mens op en maak echt contact. Het gaat om het samenspel tussen
Bij veel dingen is het wel duidelijk wie je kan hel-
helper en vrager.
pen. Heb je een vraag over een vak, dan zoek je de betreffende docent op. Zoek je informatie om naast
Alle bij punt 1 beschreven activiteiten zijn belang-
je studie als zelfstandig ondernemer te starten,
rijk. Maar let op: deze acties zijn allemaal bedacht
dan bezoek je de Kamer van Koophandel. Als je een
vanuit jou als helper. Ze laten zien wat jij als helper
algemene vraag hebt of iemands ervaring wilt horen,
doet. Niet wat je samen met je cliënt doet. Eigen-
gebruik je jouw netwerk en gooi je jouw vraag op
lijk blijf je zo als helper (weliswaar actief) aan de
Facebook of Twitter. Wie de expert is weet je nog
zijlijn staan. Jij geeft wel (misschien zelfs te veel),
niet, maar dat er vaak (en veel) bruikbare antwoor-
maar niet jezelf. En juist het relationele is typerend
den komen is wel zeker.
voor de hulpverlening. Als de relatie de werkplek is (hoofdstuk 3), dan vertrouw je erop dat de uitwisse-
OEFENING 1.5 JIJ HEBT HULP NODIG
ling die je met elkaar hebt zelf een richting oplevert.
STEL DAT JIJ AL EEN TIJDJE RONDLOOPT MET EEN
De richting is iets wat tevoorschijn komt uit de
PSYCHOSOCIAAL PROBLEEM.
interactie (hoofdstuk 2). Je bent als helper zelf bij
•
dat proces betrokken. Niet dat helpende activiteiten onbelangrijk zijn, maar je geeft ze een plek binnen
JOUW PROBLEEM TE BETREKKEN? •
de werkrelatie. En dat kan best op voet van gelijkwaardigheid. Je brengt dingen in zonder dat je ze
WANNEER BESLUIT JE OM IEMAND ANDERS BIJ WELKE EISEN STEL JE AAN IEMAND MET WIE JE JOUW VERHAAL GAAT DELEN?
•
oplegt of verplicht. Je wisselt af tussen accepterend
WELKE EISEN STEL JE AAN IEMAND DIE JOU GAAT HELPEN?
begrijpen en het inbrengen van wat je zelf ziet,
•
WAT HEB JE VOORAL NODIG?
denkt of voelt. Het is een ontmoeting tussen een
•
WAT HOOP JE DAT DIE ‘HELPER’ GAAT DOEN?
vrager en zijn helper die zijn kennis wel inzet, maar het gesprek er niet door laat bepalen. Want je kunt
DENK GOED NA OVER JE ANTWOORDEN EN ZOEK
erop rekenen dat ook de vrager zijn eigen kijk heeft
IEMAND UIT MET WIE JE ZE DEELT.
30 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
WAT BETEKENEN JOUW ANTWOORDEN ALS JE DE
Een cliënt die bij je komt voor hulp vraagt dus: (1)
SITUATIE OMDRAAIT: IEMAND ANDERS KOMT JOU
accepteer mij, (2) luister naar mij, (3) praat met mij
OM HULP VRAGEN?
en (4) help mij!
De Vries (2007) heeft onderzoek gedaan naar wat
De volgorde is belangrijk. Want zonder acceptatie
cliënten zeggen nodig te hebben, willen zij de hulp
kun je niet goed luisteren. En als het luisteren je niet
als helpend ervaren. Dat is:
lukt, kun je ook niet doeltreffend spreken en helpen. Dus gaat er aan het helpen (‘help me’) iets vooraf,
•
•
Erkenning van wie ze zijn in hun situatie. Hierbij
dat voorwaarde is om goed te kunnen helpen én
gaat het er vooral om dat je de cliënt (zonder
tegelijk al helpend is, namelijk: accepteren, luisteren
oordelen) accepteert als volwaardig (mede)mens
en spreken. Helpen vraagt dus allereerst om een
(zie hoofdstuk 10).
context van acceptatie waarin je ruimte maakt om te
Veiligheid. Jij als helper moet in staat zijn een
luisteren. Om pas ná het luisteren te spreken. En dan
‘angstvrije’ gespreksruimte te creëren waarin de
vaak ook nog spreken in de zin van ‘weergeven wat
cliënt zichzelf en de problemen die hij onder-
je bij de ander hoort, ziet en ervaart’.
vindt, kan onderzoeken (zie paragraaf 3.3).
• • • • • •
Een persoonlijke werkrelatie waarin jij als helper
Wie op zoek gaat naar een definitie van ‘helpen’,
je transparant, echt en open opstelt in een op ge-
komt erachter dat er twee basisbenaderingen van
lijkwaardigheid gerichte relatie (zie hoofdstuk 3).
‘helpen’ zijn:
Hoop door een positief perspectief, doordat jij als hulpverlener gelooft in wat je doet en doordat de
1) Het medische model waarbij helpen gericht is op
cliënt ervaart dat er dingen veranderen.
(be)handelen. Als helper ben je de expert die proble-
Hulp bij het helder krijgen van de eigen doelen
men analyseert, een behandelplan opstelt en in de
en het ontdekken van de eigen mogelijkheden
uitvoering daarvan confronteert en adviseert waar
om naar die doelen toe te werken.
dat nodig is. Kenmerkend voor deze benadering van
Zeggenschap in wat de doelen zijn, wat de
helpen zijn de hiërarchische werkrelatie, de focus op
inhoud van het traject is en hoe jullie met elkaar
wat ontbreekt en de nadruk op kennis, techniek en
werken.
protocollen. Dat wat helpt moet je aanleren, weer-
Een inzichtelijke structuur van de hulpverlening.
stand is een individueel probleem, de behandeling
Concrete steun bij materiële problemen en
is gericht op het heden en het verleden, problemen
advies bij de implementatie van gedragsveran-
zijn intra- of interpsychisch.
deringen.
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 31
2) Het empowermentmodel waarbij helpen gericht
OEFENING 1.6 WAT BRENG JE ALS HELPER MEE
is op het begeleiden en het leren hanteren van pro-
NAAR HET GESPREK?
blemen. Als helper werk je aan een gelijkwaardige
DENK EENS NA OVER JOUW ANTWOORD OP DE
werkrelatie gericht op samenwerking. De focus ligt
VOLGENDE VRAAG: WAT BRENG JIJ ALS HELPER
op hulpbronnen die al bij de cliënt aanwezig zijn.
(ALS HET EROP AANKOMT) MEE NAAR HET
De cliënt is expert, geeft zelf betekenis aan wat hij
GESPREK?
ervaart, stelt zelf doelen en vindt ook zelf oplossingen. Weerstand is een signaal dat er iets niet klopt in
Wat jij te bieden hebt is niet niks! Maar wat schiet
de werkrelatie. Deze manier van helpen is gericht op
de ander daarmee op? Weinig of niets als wat je
het heden en de toekomst. De visie op problemen is
bent, hebt en doet niet bij die ander terechtkomt.
meer contextueel.
Toch? Alleen als je de ander helpt te horen, zien, denken en voelen, is hij in staat om jou ook echt te
Op termijn zullen professionals goede manieren
zien. Vaak moet hij daarvoor eerst zichzelf zien en
vinden om het beste uit beide modellen te integre-
misschien ook in de gaten krijgen dat jij hem ziet. Hij
ren. Je doet er dus goed aan ze niet tegen elkaar uit
kan pas goed op jou reageren als hij geleerd heeft op
te spelen. Voor gesprekken die helpen is het echter
zichzelf te reageren. Dus help jij hem eerst om naar
zeer de moeite waard om uit te gaan van een ‘empo-
zichzelf te luisteren.
wermentbenadering’, want: Anders gezegd: je krijgt alleen aansluiting met een
•
•
•
Wetenschappelijk onderzoek maakt aannemelijk
cliënt als hij jou je gang wil en kan laten gaan.
dat de sleutel bij het helpen vooral in handen
Als hij toegang tot zichzelf kan en wil verlenen. Het
van de cliënt ligt. Het beste wat jij als helper
is niet aan jou, maar aan de ander om uit te maken
kunt doen, is de optimale condities voor een
of hij dat doet of niet. Of hij het aandurft of niet. Jij
goede werkrelatie bieden.
kunt hem het beste helpen door hem en zijn situatie
Het helpen zelf ontwikkelt zich in de richting
volledig te respecteren (hoe je dat doet lees je in
van een menselijke ontmoeting met een ‘des-
hoofdstuk 11). Als hij zich gerespecteerd voelt, kan
kundige’ die ook serieus neemt wat bij de ander
hij respecteren wat jij in te brengen hebt. Hij ac-
aan doelen en hulpbronnen aanwezig is.
cepteert dit misschien niet. Maar zelfs dan komt hij
Mensen die hulp zoeken hechten veel waarde
hierdoor toch dichter bij wat voor hem het juiste is.
aan onbevooroordeelde acceptatie, luisteren en (dan pas) spreken.
Je helpt de ander dus eerst met het vinden van zijn eigen verklaringen, doelen en oplossingen.
32 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Jouw ideeën houd je daarbij zo veel mogelijk op
individueel en een sociaal aspect. Het gaat dan
de achtergrond. Zelfs als de ander daar expliciet
om het bevorderen van zelfredzaamheid binnen
naar vraagt, dan nog is het de vraag of je het hem
sociale verbanden. Binnen die relaties los je
moet geven. Vaak is het beter de ander zelf te laten
problemen op of maak je ze hanteerbaar. Dat
nadenken en zoeken. Want daarmee communiceer
is de plek waar iemand een ontwikkeling kan
je dat je hem serieus neemt. Een goede vuistregel
doormaken.
is: eerst de cliënt, dan de cliënt, dan de cliënt en pas dan de hulpverlener.
Beide definities zoomen in op wat jij als hulpverlener doet als je aan het helpen bent: je stelt de ander
We zoeken dus een definitie van ‘helpen’ die past bij
in staat, je bevordert zelfredzaamheid. Het lijkt net
de empowermentbenadering. Twee voorbeelden:
of helpen een kwestie is van het op de juiste manier toepassen van kennis en vaardigheden. In de vorige
•
Helpen is een daad van in staat stellen (Benja-
paragraaf kozen we ervoor om ‘helpen’ niet alleen te
min, 1969). Volgens Benjamin help je een ander
zien als iets wat je doet, maar vooral als relationeel.
het beste door hem in staat te stellen dat te
Als je goed leest, zie je dat beide definities ook de
doen wat hij het liefst wil doen. Benjamin stelt
focus leggen op relatie(s) als werkplek. De relatie is
dat je in het gunstigste geval iemand een zin-
de place to be!
volle ervaring biedt die tot verandering leidt. En die ervaring is de relatie met jou. En verandering
Definitie van helpen:
is dan wat hopelijk uit die relatie voortkomt: een
1. Er zo zijn voor de ander,
verandering in denkbeelden, in gevoelens ten
2. dat die toekomt aan zichzelf en zijn situatie
opzichte van zichzelf en anderen, een verande-
3. en zo in een ontmoeting met jou kan doormaken
ring in de informatie die hij bezit over een voor
en oefenen wat voor zijn ontwikkeling goed is.
hem belangrijk onderwerp of een verandering
Deze definitie is een variant op Jorna (2008).
in hemzelf als persoon. Benjamin voegt daaraan
•
toe: ‘Let op, ook jij als “helper” verandert door
Een korte toelichting op de drie elementen uit deze
het gesprek.’
definitie:
Het bevorderen van psychische en sociale
1) Het gaat erom dat jij er voor de ander bent. Jij
zelfredzaamheid op basis van de eigen verant-
bent als mens helemaal aanwezig, staat open voor
woordelijkheid van de cliënt (MO-groep, 2002).
en bent betrokken bij de ander en zijn moeilijke
Als je het zo ziet, dan heeft empowerment een
situatie. Dat vraagt nogal wat van je. Met name van
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 33
wat je met je aandacht doet: luisteren. Als je er met
cliënt dit ook als helpend ervaart. Kortom: met een
acceptatie luisterend (en soms sprekend) voor de
definitie van helpen ben je er nog niet. Je zult elke
ander bent, dan is hij niet langer alleen.
keer weer aan je cliënt moeten vragen of ‘hoe je er voor hem bent’ en wat je voor hem doet ook echt
2) Door er zo voor een ander te zijn, help je hem om
helpt. Hij is de enige die het weet. Daarom is het
met zijn aandacht bij zichzelf en zijn situatie te zijn.
goed om deze vragen ook onderdeel te maken van het gesprek.
3) Zo kan hij in een ontmoeting met jou de werkelijkheid die hij moet doormaken echt doorleven. Bij zijn
Voorbeeldvragen Helpt het?
pijn komen en blijven om daar te (leren) voelen wat er in zijn binnenwereld omgaat. Daarna kan hij weer contact maken met de ander. Met jou bijvoorbeeld. En daarna ook met anderen. Binnen de werkrelatie kan hij ‘op jou oefenen’ wat hij te leren heeft of wil gaan doen. Zelfs als jij je kunt vinden in deze definitie van helpen, dan nog is het maar de vraag hoe jij dit voor jezelf gaat invullen. En nog belangrijker: of jouw
34 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
• • • • • • • • •
Helpt het jou wat we nu met elkaar bespreken? Helpt het jou wat we nu met elkaar beleven? Wat heeft je in dit gesprek geholpen? Hoe helpt je dat? Wat kan er nog meer helpen? Wat kan er beter helpen? Wat heb je daarvoor nodig? Wat kan er in dit gesprek gebeuren dat je helpt? Wat uit het vorige gesprek heeft je geholpen?
1.2 Wat helpt? 1.2.1 WAT WERKT? Wetenschappelijk onderzoek zet grote vraagtekens
•
Therapeutische relatie (22%-30%). Een goede
bij de bepalende rol van jou als helper en de bij-
werkrelatie (dat is een door de cliënt positief er-
drage van jouw methoden en technieken. Die weten-
varen relatie) is bepalend voor het effect van de
schap kan voor jou als helper relativerend werken.
hulp. Naarmate de cliënt de hulpverlener meer
Want het succes van helpen hangt dus niet alleen of
als open, betrouwbaar, kundig en betrokken ziet,
vooral van jou af. En ook niet van jouw bekwaamheid
groeit de relatie.
om de juiste interventies te doen. Maar wat zorgt er dan wel voor dat helpen werkt?
•
Therapeutfactoren (9%-20%). Er blijken goede en slechte hulpverleners te bestaan. Goede
Wat werkt is wat we de common factors noemen.
hulpverleners kenmerken zich volgens onder-
Werkzame factoren die alle stromingen binnen
zoek door een niet-oordelende houding. Ze zijn
hulpverlening met elkaar gemeen hebben en die het
betrokken, warm en persoonlijk en kunnen flexi-
effect van geslaagde gesprekken verklaren. Deze ge-
bel en deskundig omgaan met de veranderende
meenschappelijke factoren zijn (met tussen haakjes
situatie van de cliënt.
het laagste en het hoogste gevonden percentage van invloed op het effect) in volgorde van belangrijk-
•
heid:
Placebo-effecten (4%-15%). Deze ontstaan onder andere door de verwachting van de cliënt dat hij geholpen gaat worden, dat die hulp effec-
•
Cliëntfactoren (40%-87%). Alles wat de cliënt
tief zal zijn en door de hoop die dat geeft.
meeneemt als hij om hulp komt. Vijftig jaar onderzoek maakt in ieder geval duidelijk dat
•
Therapeutische modellen en technieken
de actieve deelname van de cliënt beslissend
(8%-10%). Een van de belangrijkste bijdragen
is en de beste voorspeller van het effect van de
van modellen is dat zij structuur en focus aan
hulp. Eigenlijk is deze uitkomst ook goed aan
gesprekken geven. Ze geven een hulpverlener
te voelen en vanzelfsprekend. Want alles draait
houvast. Deze methoden zouden vooral gericht
toch ook om de cliënt? Hij is degene die wel of
moeten zijn op het versterken van de andere
niet iets doet.
common factors. Want het zijn niet de methoden
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 35
die werken, maar de gemeenschappelijke facto-
Fig. 1.7
De drie belangrijkste factoren in het helpende gesprek
ren. Het gaat erom je methode zo aan te passen aan de cliënt dat deze er zo goed mogelijk gebruik van kan maken. Als beginnend hulpverlener hoef jij je zekerheid dus niet te zoeken in je ‘helper zijn’ of in de methode(n)
relatie
die je gebruikt. Je mag leren om in gesprekken aan te sluiten bij de cliënt en hem een relatie te bieden cliënt
waarin ‘hij kan doormaken en oefenen wat voor zijn
hulpverlener
ontwikkeling goed is’ (zie 1.1.3).
1.2.2 GEVOLGEN VOOR HET ‘HELPENDE GESPREK’ A) CLIËNT In ieder helpend gesprek is er De meest bepalende factor voor het effect van 1. iemand die om hulp vraagt en
helpen is een cliënt die actief deelneemt. Het is
2. een hulpverlener, deze gaan
dus jouw taak om je gesprekken zo te sturen dat die
3. een werkrelatie aan die
cliënt zo effectief mogelijk gebruik kan maken van
4. hoop en verwachting oproept (placebo) en
wat er aan hulpbronnen bij hemzelf aanwezig is. Hoe
5. op een bepaalde manier gestructureerd wordt
help je hem daarbij? Hoe stel jij in een gesprek de
(methode). Hier heb je de vijf gemeenschappelijke factoren in
cliënt en zijn ervaringen centraal?
•
RUIMTE GEVEN
één zin. Wat kun jij doen om de belangrijkste drie
De ander komt bij jou om met je te praten. Er is
factoren (zie figuur 1.7) een plek in jouw gesprekken
een verhaal dat hij graag met iemand wil delen.
te geven?
En jij maakt daar ruimte voor. Voorbij jouw eigen oordelen, angsten en behoeften (zie figuur 6.1 ‘De luisterthermometer’). Jij luistert met respect voor de ander en vanuit acceptatie van wie die
36 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
ander is naar wat hij te vertellen heeft (en naar
•
LEREN VAN DE ANDER
wat hij juist niet zegt). Je luistert ook naar hoe hij
In de gesprekken is jouw houding níét die van
dat doet. Je maakt dus ook ruimte voor de emo-
iemand die het beter weet, maar van iemand die
ties die aan zijn verhaal verbonden zijn. Zodat hij
wil leren van de ander (zie paragraaf 11.1).
die vrij kan uiten. TIP: LAAT MERKEN DAT WAT VOOR HEM TIP: BEPERK HET RUIMTE MAKEN NIET TOT DAT
BELANGRIJK IS, VOOR JOU BELANGRIJK IS
WAT PROBLEMATISCH IS
Een voorbeeld. Als je merkt dat je meer informa-
Het is goed om uitgebreid stil te staan bij wat
tie nodig hebt, dan dring je daar niet meteen op
iemand als problematisch ervaart. Maar het is
aan als de ander nog aan het praten of aan het
ook nodig om te luisteren naar:
denken is. Want dan zal hij denken dat je meer interesse hebt in wat voor jou belangrijk lijkt,
• • • • • • • • •
wat wel goed gaat in iemands leven,
dan in wat voor hem van betekenis is. Hij zal de
hoe hij met tegenslagen om is gegaan,
indruk krijgen dat hij zich aan jou moet aanpas-
welke krachten en hulpbronnen bij hem
sen. Voor je het weet, zit hij je verwachtingsvol
aanwezig zijn,
aan te kijken in afwachting van jouw volgende
hoe hij daar tot nog toe gebruik van heeft
vraag. Waar hij over wil praten, waar hij over
gemaakt,
denkt, wat hij voelt, heeft altijd voorrang!
wat hij ziet als gewenste toekomst, wat hij ziet als wenselijke en uitvoerbare
De ander is in staat zijn probleem te bepalen,
stappen,
weet wat hij wil bereiken en hoe hij dat wil
welke hulp hij daarbij zegt nodig te hebben
bereiken. En jij neemt dat serieus. Omdat je
(en van wie),
de ander ziet als expert. Hij is jouw gids in zijn
waar je hem een gemeend compliment voor
(binnen)wereld. Jouw gesprek met hem is een
kunt geven,
ontmoeting tussen twee experts, waarbij de
enzovoort.
cliënt het laatste woord heeft.
Dit is nodig, niet om bij het probleem weg te
•
AUTONOMIE VERGROTEN
raken, maar om de ander te laten ervaren dat hij
Jij helpt de ander om zichzelf te begrijpen en
meer is dan zijn probleem of klacht.
te aanvaarden (hoofdstuk 10). Jij helpt hem om zelf zijn richting te vinden (hoofdstuk 11). Je staat hem bij, helpt hem opstaan en denkt met
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 37
hem na over wat hij kan doen om niet in oude
delt dat met respect, vanuit de houding dat die
patronen terug te vallen (zie hoofdstuk 11). Je
ander evenveel waard is als jijzelf.
gelooft dat hij dat allemaal kan en ook zelf gaat TIP: BEHANDEL OOK JOUW EIGEN GEDACHTEN
doen.
EN GEVOELENS MET RESPECT TIP: DURF OOK EIGEN INZICHTEN, INFORMATIE
Hoe leert jouw cliënt van je dat wat hij denkt en
EN ERVARINGEN IN TE BRENGEN
voelt belangrijk is, als jij niet laat zien dat ook
Dat je werkt aan het vergroten van de autono-
jouw eigen gevoelens en gedachten belangrijk
mie van de ander, betekent níét dat je niets van
zijn? Het gaat er niet om dat je het met hem
jezelf deelt met de ander. Een cliënt verwacht
eens bent, ook niet dat je hetzelfde denkt of
(terecht) dat jij hem helpt tot andere inzichten
voelt. Het gaat erom dat je de ander (en jezelf)
en ervaringen te komen. De kunst is om eigen
als waardevol behandelt.
inzichten, informatie en ervaringen op het goede moment in te brengen. En met bescheidenheid. Dat wat jij ziet als helpend laat je niet
B) RELATIE
domineren. Op een geschikt moment (als de ander daarvoor openstaat) kun je het daar met
In de werkrelatie ontmoeten de twee hoofdrolspe-
elkaar over hebben. Maar de ander kiest zelf wat
lers elkaar. Het is dan ook geen wonder dat onder-
hij met jouw inbreng doet.
zoek aannemelijk maakt dat een goede relatie van grote invloed is op het effect van de hulp. Opvallend
•
DE ANDER AANVAARDEN
is dat deze relatie alleen bijdraagt aan het effect
Dit aanvaarden is waar het luisteren naar toe-
vanuit het perspectief van de cliënt. Het gaat er dus
werkt (zie figuur 6.1 ‘De luisterthermometer’).
om dat de cliënt de werkrelatie als positief ervaart.
Als jij accepteert wat de ander zegt, denkt of
Wat kun jij doen om in gesprekken een relatie te
voelt, dan geef je daarmee de boodschap: ‘ik
scheppen die de ander als positief ervaart?
hoor je’, ‘zo zie jij het dus’, ‘je mag er zijn’. Je geeft die ander terug wat je bij hem hoort, ziet
•
EEN VEILIGE PLEK BIEDEN
en ervaart. Het liefst zonder dat dit vertekend
Het is heel belangrijk dat een cliënt ervaart dat
raakt door jou en wie jij bent. Hoe beter dat lukt,
jij zonder oordelen accepteert wie hij is. Jij twij-
hoe meer je de ander hebt aanvaard. Wat de
felt niet aan zijn inzet en goede bedoelingen.
ander je ook laat zien - zelfs als jij er niets van
Het is voor hem heel belangrijk dat zijn relatie
begrijpt - dat laat jij die ander zien. En je behan-
met jou geen problemen oplevert en dat die re-
38 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
latie helemaal in dienst staat van hem. Zo kun jij
Dit controleren of het veilig is, gebeurt dus zo-
er voor hem zijn en een veilige setting creëren
wel door jou als door de cliënt. En niet alleen in
waarin hij toekomt aan zichzelf en zijn situatie.
het intakegesprek. De cliënt kan zich overgeven aan jou als hij zich veilig voelt door je integriteit
TIP: HOUD ER REKENING MEE DAT DE CLIËNT
(persoonlijk) en jouw vakmanschap (professio-
OOK ZIJN INSCHATTING VAN JOU MAAKT
neel). Meer over ‘werken aan veiligheid’ lees je
In eerste instantie kijkt de cliënt vooral of jij
in hoofdstuk 3.
bij hem past. Dat gebeurt eerder intuïtief dan bewust. Hij stelt zichzelf vragen als:
• • • • • • • • •
•
DE ANDER UITNODIGEN TOT COCREATIE
Wat voor iemand heb ik hier voor me?
Een goede werkrelatie is iets waar je vanaf
Welke levenservaring heeft hij?
twee kanten aan werkt. Dat betekent dat jij de
Hoe staat hij in het leven?
ander ook mag uitnodigen om vanaf zijn kant te
Hoe luistert hij naar mij?
werken aan die relatie. Voor veel helpers is het
Hoe praat hij met mij?
belangrijk dat de cliënt actief en betrokken is
Laat hij zien dat hij betrokken is?
en ook echt verandert. Maar jij bent als helper
Voel ik dat hij met mij meeleeft?
ook uniek. De vraag is dus ook: wat heb jíj nodig
Kan hij mij de baas?
om met iemand een goede werkrelatie aan te
Is hij partijdig?
kunnen gaan? Als je dat weet kun je dat in het gesprek aangeven. En je grenzen in dat opzicht
De cliënt gaat ook dingen ‘uitproberen’. Om te
bewaken. Dat zal de ander helpen om hetzelfde
ontdekken of je karakter hebt, of je diep kunt
te doen.
gaan:
• • • •
•
WAAR NODIG DE RELATIE HERSTELLEN
Is hij sterk genoeg om mijn verhaal aan te
Als je merkt dat de betrokkenheid van jezelf of
horen?
van de ander vermindert. Als er ontmoediging
Gaat hij niet om de pijn heen, maar heeft hij
of onmacht insluipt. Dan is het jouw taak om de
de moed daarbij te blijven?
persoonlijke relatie met de ander, die de basis
Trekt hij zich terug als we het niet met
vormt van de werkrelatie, te herstellen. Om
elkaar eens zijn?
dat te kunnen doen, moet je eerst weten wat
Durft hij mij met mezelf te confronteren?
jouw aandeel is in de verstoring van de relatie. Jij bent degene die dit bespreekbaar maakt. Je
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 39
geeft aan waar je mee zit (en waarom je dat tot
hechten veel belang aan een goede werkrelatie
nog toe niet hebt gezegd). En je vraagt de ander
en weten die ook te creëren. Het gaat hierbij dus
daarop te reageren. Door dit te doen moedig je
vooral om je relationele vaardigheid.
de ander aan dit ook te doen als er vanuit zijn
•
soonlijk bespreken van obstakels in de werkre-
VANUIT STERK GELOOF IN DE ANDER ÉN JEZELF BETROKKEN ZIJN
latie verbetert die relatie juist.
Jij gelooft dat de cliënt eigen mogelijkheden
perspectief iets mis is met de relatie. Het per-
heeft om te veranderen en dat ook gaat doen. En dat jij heel goed in staat bent die ander te
C) HULPVERLENER
helpen die mogelijkheden te ontdekken en in te zetten. Als je vanuit dat geloof op die ander
De onderzoeken naar ‘wat werkt’ hebben een ver-
betrokken bent, is de kans groot dat je een
rassende uitkomst: er is nauwelijks verschil tussen
goede helper bent. Vanuit dat geloof en die be-
het effect van de verschillende methoden maar wie
trokkenheid kun je als hulpverlener je helemaal
er helpt maakt wel veel uit. De grote verschillen
afstemmen op de cliënt en flexibel omgaan met
tussen helpers hebben wel degelijk gevolgen voor
veranderingen in het proces.
de uitkomsten van de gesprekken. De betere helpers
•
een werkrelatie en het ‘betrokken zijn’ op de cliënt.
JEZELF ZIJN EN OP EEN PERSOONLIJKE MANIER LEIDINGGEVEN
Er zijn dus goede (‘super shrinks’) en minder goede
Jij leidt het gesprek. Dat betekent niet dat je zelf
hulpverleners. Omdat jij ongetwijfeld een ‘goede’
veel moet praten, maar wel dat jij je aanwezig-
wilt zijn, hier op een rijtje hoe je dit bereikt:
heid en belangstelling de hele tijd laat voelen.
bleken onder andere goed te zijn in het creëren van
Het is belangrijk daarin jezelf te zijn en je zo ook
•
WERKEN AAN INTERPERSOONLIJKE VAARDIGHEDEN
te laten kennen. Jij hebt gezag. Daar hoef je niet
Uitstekende helpers zijn mensen die in staat zijn
middelpunt van de belangstelling te zetten én
een positieve, niet-veroordelende houding (en
te houden. Jij oefent jouw gezag op zo’n manier
gedrag dat daarbij past) te combineren met een
uit, dat de ander op zichzelf leert vertrouwen bij
op gelijkwaardigheid gebaseerde interactie. Ze
het zoeken van zijn eigen weg en richting.
40 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
van te schrikken. Gebruik het om de ander in het
TIP: ZORG NIET ALLEEN VOOR DE CLIËNT, MAAR
gevoelens en ervaringen. Dat je luistert naar je-
OOK VOOR JEZELF
zelf (hoofdstuk 6-8). Dan kun je wat je bij jezelf
Wanneer het passend en helpend is:
hoort op een goede manier hanteren, namelijk
•
kom je ook uit voor wat jij ervaart en nodig
ten dienste van (je relatie met) de cliënt. Zorg
hebt in het gesprek,
dat je plezier hebt in het ontdekken van nieuwe
geef je aan dat je niet hoeft te doen wat je
manieren om je vakmanschap te vergroten.
niet kunt of wilt,
Wees niet bang om fouten te maken. Schrik niet
geef je aan dat je het ook even niet meer
terug van wat ingewikkeld lijkt, maar onderzoek
weet en vraag je hulp,
het. Leer ontdekken hoe je eigen emoties en
vraag je aandacht voor persoonlijke dingen
gevoelens de kwaliteit van je werk beïnvloeden.
• • •
die in het gesprek naar boven komen,
•
zeg je wat jij denkt dat de ander kan helpen.
VIDEO ‘De Vork’ (blz 49) Tot zover de drie belangrijkste ‘gemeenschappelijk
•
MET PLEZIER BLIJVEN LEREN
factoren’ die maken dat helpen helpt. Twee andere
Succesvolle helpers zijn constant bezig met le-
factoren zijn onbesproken gelaten: ‘placebo-effec-
ren. Niet alleen het leren van de ander, maar ook
ten’ en ‘modellen en technieken’. Deze twee bepalen
het kritisch reflecteren op je (moeilijk lopende)
ook maar voor een heel klein deel het effect van het
begeleidingen, de grenzen van je meevoelende
gesprek. Daarbij komt dat vooral de cliënt placebo-
vermogens, je eigen angsten en normen. Het is
effecten veroorzaakt. Hulpverleningsmodellen en
belangrijk dat je je bewust wordt van je eigen
-technieken vallen buiten de scope van dit boek.
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 41
1.3 Professioneel helpen 1.3.1 WAT MAAKT HELPEN PROFESSIONEEL? Als je helpen ziet als ‘er zo voor iemand zijn dat hij
een ander zijn (nabijheid) en de afstand die nodig is
toekomt aan zichzelf’, wat is daar dan professioneel
om vanuit inzicht in de situatie van de cliënt, over-
aan? Wanneer je iemand een plek biedt waar hij kan
zicht te houden op de manier waarop je jouw inter-
doormaken en oefenen wat voor zijn ontwikkeling
venties doet. Het gaat om de subtiele balans tussen
goed is, dan vraagt dat toch meer menselijkheid
emotionele betrokkenheid (‘er zijn’) en de rationele
dan professionaliteit? En als het er vooral om gaat
bewustheid van de situatie, omstandigheden en
als mens in het gesprek aanwezig te zijn, dan heb je
gevoeligheden van de cliënt. Zowel de nabijheid die
daar toch geen opleiding voor nodig?
nodig is om er voor de ander te zijn, als de afstand die nodig is om voor de ander helpend te kunnen
Maslow over de betekenis van menselijke relaties
reageren, noemen we professioneel.
‘Men mag met reden verwachten dat zorg, liefde en respect bijna altijd krachten ten goede en niet ten kwade zijn. Aanvaarden we dit, dan moeten we tot de stellige overtuiging komen dat niet slechts ieder
1.3.2 MISVATTINGEN ‘YOUNG PROFESSIONALS’ WEERLEGD
goed mens potentieel en onbewust therapeut is, maar wij moeten ook de conclusie aanvaarden dat wij dit
Drie ‘misvattingen’ die bij veel beginnende profes-
moeten goedkeuren, aanmoedigen en onderwijzen.’
sionals leven, bekijken we van dichterbij. Omdat dit
(Uit Motivatie en persoonlijkheid)
jou kan helpen om waar nodig je visie op je rol als professional aan te scherpen of bij te stellen.
Als ieder mens potentieel en onbewust een helper is, wat is dan nog het verschil tussen een profes-
Helpen is níét een kwestie van het toepassen
sionele en een niet-professionele hulpverlener?
van een methode
Waar het om gaat is dat je als professional leert om
Misschien ben jij, net als veel beginnende hulpver-
je deskundigheid een plek te geven binnen het echt
leners, niet helemaal zeker over je rol als helper. Dat
ontmoeten van je cliënt (zie ook hoofdstuk 2).
is niet erg. De vraag is wél hoe je met die onzeker-
Belangrijk is het leren combineren van het er voor
heid omgaat. Veel jonge professionals zoeken in
42 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
hun gesprekken naar iets dat hun houvast biedt: een
uitstraalde en dat de jongen tegen hem opkeek en
‘methode’. Ze geloven dat helpen een kwestie is van
hem een plezier wilde doen. Wolpe was het daarmee
het leren toepassen van die methode. Ze hopen in
grondig oneens maar kreeg uit onverwachte hoek
hun opleiding tot professionele hulpverlener zo’n
ongelijk. Het apparaatje bleek al die tijd niet goed
methode aangereikt te krijgen. Want - zo lijkt het
gewerkt te hebben. (Dit voorbeeld is ontleend aan
idee - als je eenmaal in de gaten hebt hoe je syste-
De Vries, 2007.)
matisch techniek, vaardigheden en kennis toepast, kun je iemand professioneel helpen.
Maar als jij als beginnend helper niet op een methode kunt bouwen, waar bouw je dan wel op?
Al in paragraaf 1.2.1 heb je gezien dat modellen en
Je bouwt op het contact dat je met de ander hebt.
technieken een heel beperkte invloed op het uit-
Je mag net als de ander leren dat je pas echt veilig
eindelijke effect van helpen hebben. Jammer, want
bent als je het contact durft aan te gaan. Jezelf
een methode geeft je als helper juist veel houvast.
openen, dat maakt het veilig. Omdat er in dat
Dat komt omdat het je - naast het geloof dat het een
contact mag zijn wat er is.
methode is die werkt - veel structuur en focus geeft. Als je een methode eenmaal beheerst, geeft je dat
Methoden, modellen en technieken zijn belangrijk.
een gevoel van zekerheid.
Ze geven jou als helper een kader. Maar het is niet de methode die werkt. De gemeenschappelijke factoren
Relatie of techniek?
zorgen dat hulp effectief is. Het gaat er dus om dat jij
Twee heren die een belangrijke bijdrage leverden
je methode(n) zo aanpast en toepast, dat je cliënt er
aan de ontwikkeling van gedragstherapie zijn
zo goed mogelijk gebruik van kan maken. En dat doe
Arnold Lazarus en Joseph Wolpe. Laatstgenoemde
je door volop in contact te zijn met je cliënt.
was in de jaren zestig van de vorige eeuw bezig met het onderzoeken van conditioneringstechnieken.
Helpen is lang niet altijd haalbaar
Hij wilde Lazarus één van zijn nieuwe vindingen
Het voelt goed en lijkt bijzonder waardevol om een
laten zien: een apparaatje waarmee je ongevaar-
ander te helpen. Dat is het ook. Toch laten allerlei op-
lijke elektrische schokjes op de arm toedient. Wolpe
leidingen en boeken een mooier beeld zien dan hoe
had een intelligente jongen onder behandeling en
het in het echt is. Ze besteden veel aandacht aan de
Lazarus keek toe vanachter een ‘one way screen’. De
problemen van de cliënt en zijn situatie, maar relatief
behandeling bleek succesvol. Volgens Wolpe kwam
weinig aandacht aan de beperkingen van jou als hulp-
dat door de techniek. Maar Lazarus dacht dat de
verlener en het helpen zelf. Alsof helpen (omdat jij er
relatie het werk deed. Hij zag hoe Wolpe groot gezag
zo goed in bent) altijd een haalbare onderneming is.
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 43
Veel ervaren professionals merken dat dit niet zo is.
dat jij jezelf daardoor onder druk zet. Dat je moet
Er zijn momenten waarop ze als helper goed func-
voldoen aan je eigen ideaalbeeld. En dat jij jezelf
tioneren. Maar ze ervaren zeker zo veel momenten
veroordeelt als het fout gaat of niet lukt. Het slechte
waarop ze niet goed weten wat ze met de situatie
nieuws is namelijk dat jouw cliënt dat in de gaten
aanmoeten. Niet weten wat ze moeten zeggen. Niet
heeft.
eens weten of het wel passend is om iets te zeggen. Hoe goed je ook probeert te verbergen dat jij je TIP: ALS JE NIET KUNT HELPEN DOOR IETS TE DOEN
dag niet hebt, onzeker bent of de ander eigenlijk
OF TE ZEGGEN, DOE OF ZEG DAN NIETS
zat bent, je cliënt voelt het én reageert daarop. En
Er zullen in gesprekken momenten zijn waarop jij
dat daagt jouw innerlijke houding uit. Zijn reacties
je afvraagt: wat zou mij nog kunnen helpen als ik
triggeren je angst (‘ik moet het goed doen’), je trots
zou meemaken wat mijn cliënt nu meemaakt? En
(‘ik kan het goed doen’) en je illusies (‘ik doe het
dat het eerste antwoord dat bij je opkomt ‘niets’ is
goed’). Vaak ga je daardoor nog beter je best doen.
of ‘ik zou het niet weten’. Op zulke momenten is
Dit geknok tegen je menselijke tekortkomingen zorgt
het soms beter ook niets te doen en niets te zeg-
ervoor dat je steeds meer blokkeert. En daarmee
gen. En er gewoon voor de ander te zijn: zwijgend,
blokkeert ook het contact met je cliënt.
wachtend, oplettend beschikbaar en bereid om te blijven.
TIP: WEES NIET DRUK MET HET VERSTOPPEN VAN FOUTEN
Je zult merken dat dit in gesprekken de moeilijke
Het ontkennen, verbergen of ontstijgen van je
momenten zijn. En dat het veel van je vraagt om
fouten gaat je dus niet helpen. Wat wél helpt, is
niets meer te doen dan met al je aandacht bij de an-
ermee voor de dag komen. Je bent onzekerder,
der te zijn. Dat vraagt bijvoorbeeld van je dat je voor
egoïstischer, ongeduldiger, banger, heerszuchtiger,
een moment je doelen opzijzet. Dat jij je onmacht
afhankelijker van waardering, harder, bozer, kwets-
om te helpen voelt. En je wens om voor die ander
baarder, onbekwamer (enzovoort) dan je dacht of
van betekenis te zijn even vergeet.
wilde zijn. Het is echt heel pijnlijk om dit onder ogen te zien, te voelen en te erkennen. Geen won-
Helpen kun je niet altijd goed doen
der dat je blijft proberen om, door goed je best te
Natuurlijk wil jij graag een goede hulpverlener zijn.
doen, een betere hulpverlener te worden. Of - dat
En bij ‘goed’ heb je zo je eigen ideeën (afhankelijk
kan ook - dat je wel toegeeft een gebrekkig mens
van hoe je denkt over helpen). Logisch dat jij enorm
te zijn, maar zonder echt contact te maken met je
je best doet om ook echt goed te zijn. Gevaar is wel
innerlijke fouten.
44 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Beter is het te leren erkennen dat je een gebrek-
doe ik het mee. Dat deblokkeert het contact tussen
kig mens bent. En dat je dit ook mág zijn van jezelf.
jou en de ander. Als jij je hart niet meer hoeft vast te
Dat je gelooft dat je niet de ideale hulpverlener
houden omdat je het misschien niet goed doet, kun
moet zijn, kunt zijn of bent. Dat je jezelf toestaat om
je dat hart vrij open laten staan voor die ander.
hulpverlener te zijn gewoon zoals je bent, met je tekorten, fouten en beperkingen. Dat je leert erken-
VIDEO ‘Werken aan een klimaat waarin
nen: dit ben ik, niet meer en niet minder - en daar
ontwikkeling mogelijk is’ (blz 49)
BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN | HELPEN | 45
46 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
•
In het kort Helpen is een jong vak in ontwikkeling. De laatste decennia ligt de nadruk op het ‘vermenselijken’ van het helpen. Daarbij gaat het erom dat je leert je deskundigheid een plek te geven in een ontmoeting met je cliënt.
•
De filosofie die je over helpen hebt, bepaalt wat je doet of ongedaan laat als je gaat helpen. Daarom is het belangrijk om na te denken over hoe jij de cliënt ziet. En ook of helpen voor jou vooral een kwestie is van actie of van relatie.
•
Een cliënt zoekt iemand die hem accepteert, naar hem luistert, met hem spreekt en hem helpt. In die volgorde. Helpen is daarom: (1) er zo zijn voor een ander (2) dat die toekomt aan zichzelf en zijn situatie en (3) zo in een ontmoeting met jou kan doormaken en oefenen wat voor zijn ontwikkeling goed is. Uiteindelijk is er maar één persoon die je kan vertellen of hulp helpt. Dat is je cliënt. Daarom vraag je hem met regelmaat of hoe je er voor hem bent en wat je doet voor hem ook helpend is.
•
Wetenschappelijk onderzoek naar wat de helpende factoren zijn in gesprekken maakt aannemelijk dat het niet vooral gaat om de helper en zijn methode, maar om de cliënt en de werkrelatie.
•
Dat heeft gevolgen voor het helpende gesprek. Het eerste is dat je alles doet om aan te sluiten bij je cliënt: hem ruimte geven, van hem leren, zijn autonomie vergroten en hem aanvaarden. Een tweede gevolg is dat je moet leren om de relatie als werkplaats te hanteren: door een veilige plek te bieden, je cliënt uit te nodigen om samen te werken en waar nodig de relatie met hem te herstellen. Een derde gevolg is dat je volop werkt aan jezelf, vooral aan je interpersoonlijke vaardigheden. Dat je leert om vanuit een sterk geloof in jezelf en de ander betrokken te zijn, ook leert in die gesprekken jezelf te zijn en op een persoonlijke manier leiding te geven. En dat je plezier in leren hebt en houdt.
•
Helpen is professioneel als je het subtiele evenwicht leert vinden tussen nabijheid (er voor de ander zijn) en de afstand die nodig is om voor de ander helpend te kunnen reageren.
•
Bij jonge professionals leven misvattingen over het vak. Helpen is níét een kwestie van een methode toepassen. Helpen is lang niet altijd een haalbare zaak. En helpen kun je niet altijd goed doen.
Voor wie meer wil
Literatuur Benjamin, A., Het helpende gesprek, Haarlem (1969), Uitgeverij De Toorts. Hoogeveen, E., Eenvoud en strategie - De praktijk van humanistisch geestelijk werk, Amersfoort (1991), Acco. Jorna, T., Echte woorden - Authenticiteit in de geestelijke begeleiding, Amsterdam (2008), Uitgeverij SWP. Lang, G. & Molen, H.T. van der, Psychologische gespreksvoering - Een basis voor hulpverlening, Soest (1984), Uitgeverij Nelissen. Vandamme, R. & Ruiter, J. de, Wat als mijn cliënt een ui is! - Gevecht tegen clichés in coaching, Oostende (2011), Vandamme Instituut. Vries, S. de, Wat werkt? - De kern en de kracht van maatschappelijk werk, Amsterdam (2007), Uitgeverij SWP.
48 | HOOFDSTUK 1 | BASISBOEK LUISTEREN EN SPREKEN
Video’s bij hoofdstuk 1 1) RUDE BRITISH RECEPTIONIST
2) DE VORK
3) WERKEN AAN EEN KLIMAAT WAARIN ONTWIKKELING MOGELIJK IS
http://tinyurl.com/cs9a6p
http://tinyurl.com/pya364v
http://tinyurl.com/cfamy8r
Als je wilt lachen om een mooie illustratie van ‘onmenselijk’ helpen.
Hoe ontwikkel jij jezelf als helpende professional?
Ken Robinson over drie fundamentele kenmerken van mensen en wat die betekenen voor hun ontwikkeling.