ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv
HOLLAND NYELV EMELT SZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2009. október 26. 14:00
I. Olvasott szöveg értése Időtartam: 70 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
OKTATÁSI ÉS KULTURÁLIS MINISZTÉRIUM
emelt szint — írásbeli vizsga 0803 I. Olvasott szöveg értése
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
2 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
Azonosító jel:
3 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 1 Hieronder volgt een tekst over online chatten waarin sommige zinsdelen zijn weggelaten. Die staan op de volgende bladzijde. Maak de tekst compleet door de letters van de ontbrekende zinsdelen onder de corresponderende nummers te schrijven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
'Online chatten ontwikkelt sociale vaardigheden' De stuurse tiener die urenlang op zijn kamer zit te internetten, is helemaal niet asociaal en teruggetrokken. Terwijl hij (0) ___, ontwikkelt hij juist zijn sociale vaardigheden en zijn maatschappelijk bewustzijn. Dat blijkt uit recente onderzoeken, meldde het wetenschappelijk blad NewScientist dinsdag op zijn website. Veel ouders (1) ___ dat tieners door hun oeverloze bezoeken aan chatrooms en forums individualistisch en egocentrisch worden, dat zij een hekel krijgen aan sociale contacten en dat zij nooit maatschappelijke betrokkenheid (2) ___. Maar dat klopt helemaal niet, zeggen Amerikaanse wetenschappers van de Northwestern University in de staat Illinois. Uit twee onderzoeken van online ontmoetingsplaatsen die vooral door jongeren (3) ___, blijkt dat internet in de plaats is gekomen van plaatsen waar jongeren elkaar buiten ontmoetten. Zij komen leeftijdgenoten minder vaak tegen in winkelcentra en parken en veel vaker in chatrooms en op forums. De onderzoekers stellen dat regelmatige gebruikers van tienerchatrooms veel meer (4) ___ dan hun leeftijdgenoten die niet of minder online chatten. Vaak horen we berichten over meisjes die via internetcontacten het slachtoffer worden van seksueel misbruik door mannen die (5) ___ als tieners, maar daarbij gaat het om een zeer klein percentage van de internetgebruikers, zeggen de onderzoekers. Ze stellen daartegenover dat de meeste tieners op internet actief zijn om contact te krijgen met schoolgenoten en mensen die (6) ___. Contacten met vreemden zoeken zij meestal niet. En als vreemden ongewenst contact zoeken, negeren de meeste jongeren dat. De experts zeggen dat ouders hun kinderen (7) ___ voor pedofielen en stalkers op het internet. Maar zij doen er geen goed aan de internettijd van hun zoons en dochters drastisch te beperken omdat die dan allerlei (8) ___ om hun eigen identiteit, hun sociale vaardigheden en leiderschapscapaciteiten te ontwikkelen.
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
4 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
A
maatschappelijk betrokken zijn
D
zit te chatten
G
worden bezocht
B
dezelfde belangstelling hebben
E
zich voordoen
H
mogelijkheden missen
C
moeten blijven waarschuwen
F
zijn bang
I
zullen ontwikkelen
0
1
2
3
4
5
6
7
8
D
1
2
3
4
5
6
7
8
Max.
Elért
8 írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
5 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 2 Lees de tekst over rechtvaardigheidsgevoel en vul het schema op de volgende bladzijde in. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Rechtvaardigheidsgevoel Ga met een man naar de bioscoop, goedkoopste plaatsen. De zaal blijkt driekwart leeg, maar toch wijzen ze je een plaats ergens vooraan, opzij. Dus sta je na verloop van tijd op, pakt hem bij de hand en loopt de gang op naar het midden van de zaal. Niemand ziet je, en trouwens wat dan nog? ’Hier zitten we veel prettiger, hè?’ Ga met een man op treinreis naar het buitenland. De plaatsen zijn gereserveerd, in de coupé zitten helaas nog vier andere mensen, ook gereserveerd tot morgenochtend. De vier kletsen onophoudelijk. Je loopt dus de gang door en ontdekt daar een paar volslagen lege en nog duistere coupés. Gauw ga je terug: ’Kom mee, moet je kijken.’ Even later zit je gezellig met z’n tweeën in een verder lege coupé, op plaatsen die niet voor jou gereserveerd waren. Ga met een man naar het buitenland. Het geboekte hotel valt niet mee. Een gloeipeertje in het midden van het plafond, overdag uitzicht op een blinde muur. De volgende dag bekijk je de stad en vindt al snel een hotel dat niet duurder is, wel veel leuker, met een aardig uitzicht en nog genoeg kamers vrij. Wat doe je dus? Enfin, ze gaan tenslotte wel met je mee, die mannen, om van het gezeur af te zijn, maar ze zijn altijd een tikje geïrriteerd. Van ’God, vind je dat nu werkelijk nodig! We zitten hier toch best?’, tot: ’Jezus, jij bent ook nooit tevreden, net hebben we uitgepakt, moeten we weer inpakken’ – enzovoorts. En verdomme, je doet het toch om het samen leuker te hebben! Hier is het ook leuker, ze geven dat na een poosje wel toe. Maar ze blijven geïrriteerd. Waar komt die irritatie vandaan? Freud zei van vrouwen dat ze minder gevoel voor rechtvaardigheid hebben dan mannen. Zou het daardoor komen? Is het inderdaad niet onrechtvaardig om voor 3,50 op plaatsen van 5,50 te zitten? Of een lege coupé op te zoeken als je in een volle geboekt staat? Of naar een beter hotel te gaan als je in een slecht gereserveerd hebt? Kan zijn. Maar is het dan rechtvaardig dat driekwart van de bioscoop en de helft van de trein leeg blijft, omdat de administratie dat nu eenmaal zo georganiseerd heeft? Freud heeft, geloof ik, nooit nadere voorbeelden gegeven van wat hij met rechtvaardigheidsgevoel bedoelt. Het is een gevoel dat bij de meeste mensen onderontwikkeld is, maar dat er in dit opzicht ook verschil tussen de geslachten is, zou ik niet zeggen. Een beetje plezier willen hebben zonder dat iemand er noemenswaardig onder lijdt, vind ik eigenlijk wel een goede eigenschap.
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
6 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
I.
plaats
(0)
probleem
(9) ________________________________________________________
bioscoop
.
___________________________________________________________ ___________________________________________________________ oplossing (door de vrouw)
(10) _______________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________
II.
plaats
(11) _______________________________________________________
probleem
(12) _______________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________
oplossing (door de vrouw)
(13) _______________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________
III.
plaats
(14) _______________________________________________________
probleem
(15) _______________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________
oplossing (door de vrouw)
(16) _______________________________________________________ ___________________________________________________________ ___________________________________________________________
9
10
11
12
13
14
15
16
Max.
Elért
8 írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
7 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 3 Hieronder volgt een brief waarover ware en onware uitspraken worden gedaan. Lees de tekst en geef aan welke uitspraak waar en welke uitspraak onwaar is door bij elke uitspraak een X op de juiste plaats te zetten. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven. Leuven, 6 mei 2006 Geachte leden van de gemeenteraad, Bij dezen heb ik de eer u allen op 13 mei om 20.00 uur uit te nodigen voor een extra bijeenkomst van de raad in de vergaderzaal van het gemeentehuis. Sinds de laatste raadsvergadering van 29 april zijn wij voor een aantal belangrijke nieuwe problemen geplaatst, waarvoor we snel een oplossing moeten vinden. Het lijkt me niet wenselijk de discussie over deze problemen uit te stellen tot de volgende maandelijkse raadsvergadering. Vandaar dat ik besloten heb tot deze extra bijeenkomst. Het eerste onderwerp is de verbreding van de ringweg rond Leuven. Gisteren is me bekend geworden dat het hele plan twee keer zoveel gaat kosten als we aanvankelijk hadden voorzien. De vraag is nu of het nog verantwoord is door te gaan met deze werkzaamheden. Misschien is het verstandiger de hele operatie voorlopig stop te zetten. Een ander onderwerp waar ik uw aandacht op zou willen vestigen is de sluitingstijden van de Leuvense cafés. Na informatie opgevraagd te hebben bij andere gemeentes, kom ik tot de conclusie dat onze cafés wel erg laat hun deuren sluiten – 8.00 uur ’s morgens is geen uitzondering – met alle nare gevolgen van dien voor de buurtbewoners (lawaai, verkeersproblemen, enzovoorts). Het derde en laatste onderwerp betreft uzelf als leden van de gemeenteraad. Het is me de laatste tijd namelijk opgevallen dat tijdens de maandelijkse raadsvergaderingen de banken erg leeg zijn. Als burgemeester van deze stad zou ik er u op willen wijzen dat het voor het goed functioneren van onze gemeentelijke democratie zeer belangrijk is dat alle leden van de raad bij die maandelijkse vergaderingen aanwezig zijn. Alleen op die manier kunnen we samen de beslissingen nemen die in het belang zijn van onze stad en haar inwoners. Ik groet u met de meeste hoogachting. J. Pietersen Burgemeester
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
8 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
Waar 0 Deze brief werd door de Leuvense burgermeester geschreven.
Onwaar
X
17 De burgemeester vindt het niet verantwoord de volgende maandelijkse raadsvergadering uit te stellen. 18 De burgemeester wil de discussie over een aantal nieuwe problemen niet uitstellen tot de volgende maandelijkse raadsvergadering. 19 Men is nog niet begonnen aan de verbreding van de ringweg.
20 De verbreding van de ringweg gaat meer kosten dan men had verwacht. 21 De burgemeester heeft aan de buurtbewoners gevraagd hoe laat de cafés dichtgaan. 22 In sommige andere gemeentes gaan de cafés eerder dicht dan in Leuven. 23 De burgemeester is van mening dat gemeentelijke beslissingen beter zonder overleg met de raad genomen kunnen worden.
17
18
19
20
21
22
23
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
9 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 4 Hieronder volgt een gesprek met Erik Vlaminck, directeur van de SchrijversAcademie. De vragen van de interviewer staan niet in de tekst maar op de volgende bladzijde. Maak de tekst compleet door de plaats van vragen A tot en met H te bepalen. Schrijf de letters van de vragen onder de corresponderende nummers. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Interviewer:
(0) ___
Erik Vlaminck:
Na mijn middelbare school volgde ik een lerarenopleiding. Ik koos voor de vakken Nederlands en geschiedenis. Ik volgde die opleiding omdat ik schrijver wilde worden, niet omdat ik leraar wilde worden. Ik had daarenboven het geluk tijdens mijn lerarenopleiding docenten te ontmoeten die mij een stevige 'literaire scholing' hebben gegeven.
Interviewer:
(24) ___
Erik Vlaminck:
Het gaat om een combinatie van factoren. Een docent moet niet alleen zelf goed kunnen schrijven, hij moet ook een 'visie' op literatuur hebben. Daarbij moet hij dan nog eens de didactische vaardigheden hebben om een en ander over te brengen.
Interviewer:
SchrijversAcademie verzorgt in Antwerpen een vierjarige deeltijdsopleiding op het niveau post-hogeschoolvorming. (25) ___
Erik Vlaminck:
Ik denk het niet. Wie geen 'talent' heeft, zal ook met heel veel 'kunde' geen goed schrijver worden. Daarom moeten kandidaat-studenten eerst slagen voor een toelatingsproef.
Interviewer:
(26) ___
Erik Vlaminck:
Nee, want ook vele andere factoren spelen een rol. Al is het maar dat je het 'geluk' moet hebben om een uitgever te vinden die in je gelooft.
Interviewer:
(27) ___
Erik Vlaminck:
Een echte subsidie ontvangt SchrijversAcademie niet. Bij 'onderwijs' vindt men dat 'cultuur' zou moeten bijdragen. En bij 'cultuur' vindt men dat de centen van 'onderwijs' moeten komen. En dat is al tien jaar het geval...
Interviewer:
Schrijven kan je leren. (28) ___
Erik Vlaminck:
Nee. Wie geen talent heeft, kan het niet leren. Maar dat wil natuurlijk niet zeggen dat er niets te leren valt voor wie wél talent heeft. En wanneer in een schrijversschool voldoende verschillende visies aan bod komen, worden studenten geen klonen van hun docenten. Trouwens, getalenteerde studenten worden dat sowieso niet.
Interviewer:
Critici zijn afgekeurde schrijvers. (29) ___
Erik Vlaminck:
Ik ken er een paar die echt wel mislukte schrijvers (én critici) zijn. Maar de meeste critici zijn vakbekwame mensen die kozen voor het beroep dat ze uitoefenen.
Interviewer:
In SchrijversAcademie word je wekelijks geconfronteerd met verschillende karakters en ambities. (30) ___
Erik Vlaminck:
Mooi is hoe ik elk jaar weer mijn studenten mis wanneer mijn cursus is afgelopen. En mooi zijn ook uitnodigingen voor boekpresentaties van oud-studenten.
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
10 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
A
Klopt deze stelling?
B
Wat maakt iemand tot een goed docent in literair schrijven?
C
Betekent het feit dat men deze opleiding met succes heeft gevolgd vanzelf dat men een goed auteur is geworden?
D
Harde waarheid of grove leugen?
E
Heeft SchrijversAcademie de bedoeling winst te maken? Of krijgt men subsidie?
F
Heb je zelf een schrijfopleiding gehad?
G
Wat is de mooiste ervaring die SchrijversAcademie je opgeleverd heeft?
H
Wordt literair schrijven hiermee niet meer een kunde in plaats van kunst?
0
24
25
26
27
28
29
30
F
24
25
26
27
28
29
30
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
11 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
I. Olvasott szöveg értése
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 8 2. feladat 8 3. feladat 7 4. feladat 7 ÖSSZESEN 30
javító tanár
Dátum: .................................................
__________________________________________________________________________
pontszáma
programba beírt pontszám
I. Olvasott szöveg értése
javító tanár
jegyző
Dátum: .................................................
Dátum: .................................................
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a II. írásbeli vizsgarész megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga az I. vizsgarész teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a II. vizsgarésszel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, I. vizsgarész 0803
12 / 12
2009. október 26.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv
HOLLAND NYELV EMELT SZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2009. október 26. 14:00
II. Nyelvhelyesség Időtartam: 50 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
OKTATÁSI ÉS KULTURÁLIS MINISZTÉRIUM
emelt szint — írásbeli vizsga 0803 II. Nyelvhelyesség
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
2 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 1
Maak de tekst compleet door het juiste woord uit de lijst te kiezen en de corresponderende letter onder het daarbijhorende nummer te schrijven. Let op: er staan meer woorden in de lijst dan u nodig heeft. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Goedkoop rijden Nederland is dan misschien (0) ___ groot land, maar toch moeten de meeste mensen er geld uitgeven (1) ___ zich te verplaatsen. Naar het werk, naar de familie, naar vrienden, naar de winkel, of in de weekends gewoon voor hun plezier. De manier (2) ___ ze zich verplaatsen, kost meestal geld. Niet altijd kan alles op de fiets. Bus of trein zijn vaak goede en niet (3) ___ dure andere mogelijkheden. Maar het gemakkelijkste is voor (4) ___ een eigen auto. Het gemakkelijkste maar ook het duurste. Aan een auto is men per maand al gauw enkele honderden kwijt. Daarbij moet men ook nog tellen (5) ___ men per maand nodig heeft om na een aantal (6) ___ weer een nieuwe auto te kunnen kopen. Dan komen de totale kosten al snel op (7) ___ 400 tot 500 euros. (8) ___ een auto heeft, doet die niet meer zo maar weg – ook al zijn de kosten hoog. Sterker nog, (9) ___ mensen gaan juist méér rijden, ‘want’, zeggen ze, ‘per kilometer wordt de auto dan goedkoper.’ En daar hebben ze gelijk (10) ___. Alleen: in totaal worden de kosten natuurlijk wel hoger.
A zulke
D waarop
G in
J
om
M
waarmee
B wat
E
geen
H jaren
K
daarop
N
zo’n
C wie
F
velen
I
L
jaar
O
veel
0
1
2
3
mee
4
5
6
7
8
9
10
E
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Max.
Elért
10 írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
3 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 2 Maak de tekst compleet door zinnen te vormen van de losse woorden. Elk woord moet gebruikt worden. Als er meerdere juiste mogelijkheden zijn, hoeft u er slechts één te geven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven. Het eerste (en soms ook de laatste) zinsdeel van elke (bij)zin is als hulp gegeven.
Kinderboekenweek De eerste (0) of:
Kinderboekenweek werd in 1955 georganiseerd door de CPNB
.
Kinderboekenweek werd in 1955 door de CPNB georganiseerd
.
1955 – CPNB – de – door – georganiseerd – in – Kinderboekenweek – werd De Stichting CPNB (Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek) is een organisatie die (11) ___________________________________________________________________________. boekverkopers – door – en – is – opgericht – uitgevers Bij de Kinderboekenweek (12) _________________________________________________________ __________________________________________________________________________________. bibliotheken – en – met – nauw – onderwijs – samengewerkt – wordt De (13) ___________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________. elk – gehouden – in – jaar – Kinderboekenweek – oktober – wordt Tijdens het tien dagen durende evenement zijn er in het hele land allerlei activiteiten rond het kinderboek. Op grote schaal doen bibliotheken, het onderwijs, boekhandels en culturele centra hieraan mee. Sinds 1961 (14) _____________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________. een – elke – gekozen – Kinderboekenweek – thema – voor – wordt Dit thema dient als leidraad bij de organisatie van de activiteiten die (15) ___________________________________________________________________________. georganiseerd – het – in – land – overal – worden Als (16) ___________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ de – een – je – jeugdboek – kinder- – Kinderboekenweek – koopt – of – tijdens krijg je een speciale uitgave als kado.
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
4 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
Tot en met 1988 (17) _________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________. bedrag – deze – een – gevraagd – klein – speciale – uitgave – voor – werd Met ingang van 1989 is de Kinderboekenweekuitgave werkelijk een geschenk en wordt het gratis door de boekhandel weggegeven. In de laatste jaren (18) ________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ een – er – gemaakt – kleuteruitgave – ook – speciale – wordt in het kader van de Kinderboekenweek. Deze (19) __________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________. een – is – lage – prijs – uitgave – verkrijgbaar – voor Vroeger vond de feestelijke opening van de Kinderboekenweek plaats op de eerste woensdag van de 'week'. Sinds de 50ste Kinderboekenweek in 2004 wordt de Kinderboekenweek op dinsdagavond geopend met een Kinderboekenbal. Het feest is uitsluitend op uitnodiging toegankelijk.
11
12
13
14
15
16
17
18
19
Max.
Elért
9 írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
5 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 3
Maak de tekst compleet door het juiste woord of de juiste woordgroep uit de vier mogelijkheden te kiezen en de corresponderende letter onder het daarbijhorende nummer te schrijven. Als er meerdere juiste mogelijkheden zijn, hoeft u er slechts één te kiezen. Let op: Op sommige plaatsen staan de ontbrekende woorden niet naast elkaar! Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Leven in het donker Meer dan waarschijnlijk (0) ___ u thuis in het donker wel eens ergens tegenaan ___. Maar dat was dan uw eigen schuld: u (20) ___ gewoon het licht ___. Voor meer dan 12.000 mensen in België (21) __ het licht niet meer ___: ze zijn blind. In feite zijn de cijfers nog hoger want mensen die op hoge leeftijd blind (22) ___, zijn niet meegeteld. In Antwerpen is er nu een tentoonstelling 'Dialoog in het donker’ die mensen (23) ___ met de dagelijkse ervaringen van blinden. De bedoeling is dat men zich bewust wordt van hun problemen en dat men (24) ___ over oplossingen, zowel op de arbeidsmarkt als bijvoorbeeld bij de openbare diensten. 'Dialoog in het donker’ is met veel inzicht opgebouwd. Als bezoeker (25) ___ je eerst ___ in een ontvangstruimte, waar je kunt praten met een aantal blinde mensen. Dan (26) ___ het licht ___. Als je ogen gewend zijn aan het donker zodat je de omgeving weer kunt onderscheiden, (27) ___ je een witte stok. Dan word je uitgenodigd om in een volledig donkere ruimte (28) ___. Hier (29) ___ de wereld van de blinde ___ door gebruik te maken van geluiden, geuren en allerlei elementen die men wel kan voelen maar dus niet kan zien. In deze ruimte (30) ___ de 'dialoog in het donker’ ___. De bezoeker wordt geleid door de stem van een blinde helper die hij in de ontvangstruimte (31) ___, en door gebruik (32) ___ van zijn witte stok.
0
A liep
B bent gelopen
C
heeft gelopen
D ben gelopen
20
A had moeten aangedaan
B heeft moeten aandoen
C
had moeten aandoen
D heeft moeten aangedaan
21
A kan helpen
B kan geholpen worden
C
heeft kunnen helpen
D te kunnen helpen
22
A worden
B zijn geworden
C
te zijn geworden
D te worden
23
A confronteren willen
B confronteren wilt
C
willen confronteren
D wil confronteren
24
A ga nadenken
B te gaan nadenken
C
gaat nadenken
D gaan nadenken
25
A word opvangen
B wordt opgevangen
C
word opgevangen
D wordt opvangen
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
6 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
26
A gaat uit
B ga uit
C
27
A krijgt
B krijgen
C te krijgen
D krijg
28
A stapt
B stappen
C te stappen
D stap
29
A gesimuleerd wordt
B wordt gesimuleerd
C word gesimuleerd
D gesimuleerd werd
30
A vindt plaats
B plaats vindt
C plaatsvindt
D plaats te vinden
31
A heb ontmoet
B had ontmoet
C te hebben ontmoet
D heeft ontmoet
32
A maak
B maakt
C maken
D te maken
0
20
21
22
23
24
25
uit gaat
26
27
D uitgaat
28
29
30
31
32
B
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
Max. Elért 13
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
7 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 4
Maak de tekst compleet door de juiste voornaamwoord in te vullen. Let op: naast persoonlijke, wederkerende en bezittelijke voornaamwoorden staan er andere voornaamwoorden ook in de tekst! Vragen 01 en 02 zijn als voorbeeld gegeven.
Ze
Katherina, tweeëndertig, woont alleen. (01)
zich
heeft werk, enkele goede vrienden en voelt (02)
goed in (33) ______________ eentje. (34) ‘______________ moeder hoopt nog altijd dat ik
ooit trouw,’ zegt ze lachend, ‘maar waarom? Ik voel (35) ______________ best alleen.’ Is er een reden voor dat (36) ______________ de laatste tijd steeds meer vrouwen leer kennen zoals Katherina? Vrouwen en ook mannen (37) ______________ best tevreden zijn met het leven alleen en niet zitten te wachten op een leven met (38) ______________ tweeën. Maar ook vrouwen en mannen die uit (39) ______________ gegaan zijn, of die na de dood van (40) ______________ partner liever alleen verder door het leven gaan.
33
34
35
36
37
38
39
40
Max.
Elért
8 írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
8 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
Azonosító jel:
9 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
Azonosító jel:
10 / 12
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
Azonosító jel:
11 / 12
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 10 2. feladat 9 II. Nyelvhelyesség 3. feladat 13 4. feladat 8 Feladatpont összesen 40 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 30
javító tanár
Dátum: .................................................
__________________________________________________________________________
pontszáma
programba beírt pontszám
I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség
javító tanár
jegyző
Dátum: .................................................
Dátum: .................................................
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a III. írásbeli vizsgarész megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga a II. vizsgarész teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a III. vizsgarésszel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, II. vizsgarész 0803
12 / 12
2009. október 26.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv
HOLLAND NYELV EMELT SZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2009. október 26. 14:00
III. Hallott szöveg értése Időtartam: 30 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
OKTATÁSI ÉS KULTURÁLIS MINISZTÉRIUM
emelt szint — írásbeli vizsga 0803 III. Hallott szöveg értése
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
2/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Welkom bij het luistergedeelte van het eindexamen. Het luistermateriaal en de instructies kunt u beluisteren op deze cassette. De opdrachten en de bijbehorende instructies vindt u in dit tekstboekje. •
Er zijn drie opdrachten. Elk fragment zal twee keer worden afgespeeld.
•
Ieder fragment begint met een muziekje. Daarna hoort u de instructies bij de opdracht. (U kunt de instructies ook meelezen in het tekstboekje.)
•
Na deze instructies is er iedere keer een stilte. U kunt deze tijd gebruiken om de opdracht in het tekstboekje door te lezen voordat de tekst wordt afgespeeld.
•
Vervolgens wordt het fragment in zijn geheel afgespeeld.
•
Na alweer een korte stilte, krijgt u het fragment voor de tweede keer te horen. Dit keer is het fragment echter opgedeeld in kortere stukjes. Na ieder stukje krijgt u de tijd om uw antwoorden op te schrijven.
•
Aan het eind van de opdracht krijgt u ook nog de tijd om al uw antwoorden na te kijken.
De volledige test duurt 30 minuten. Succes!
írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
3/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 1
Dit fragment gaat over te hard spelende autoradio’s. Over de tekst worden ware en onware uitspraken gedaan. Het is uw taak om aan te geven welke uitspraak waar en welke uitspraak onwaar is door bij elke uitspraak een X op de juiste plaats te zetten. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Waar
Onwaar
X
0 In 1981 had de helft van de Belgische auto’s een autoradio.
1 Tien jaar later hadden al bijna alle Belgische auto’s er een.
2 Naar de radio luisteren tijdens het rijden is praktisch maar gevaarlijk. 3 Als de autoradio te hard staat, kan de bestuurder zich niet goed genoeg op het rijden concentreren. 4 Een half jaar geleden heeft de Belgische regering een nieuwe wet ontworpen die verbiedt de autoradio’s te hard te zetten. 5 Als de autoradio te hard staat en de bestuurder daardoor een ongeluk veroorzaakt, moet hij volgens de nieuwe wet een boete betalen. 6 Het bedrag van de boete bedraagt tussen de 5 en 25 euro.
1
2
3
4
5
6
Max.
Elért
6 írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
4/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 2
In dit fragment gaat u luisteren naar enkele nieuwsberichten. Het is uw taak om het juiste kopje bij elk bericht te kiezen en de corresponderende letter in het rechter vakje in te vullen. Bij elke vraag is slechts één kopje juist. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
0 A Nederland als vakantieland B Buitenlandse toeristen beoordelen Nederland positief C 85 procent meer buitenlandse toeristen
B
7 A Onderzoek van het ministerie van Sociale Zaken B Steeds meer Nederlanders met lagere en middelbare opleiding C Meer werkloosheid door openzetten grenzen 8 A NS start anti-racismecampagne B Openlijke excuses van NS voor jodentransporten C 11.000 Nederlandse joden weggevoerd tijdens de Tweede Wereldoorlog 9 A EU-grondwet in België aangenomen B Het Vlaams Belang stemt tegen C Nederland heeft de EU-grondwet verworpen 10 A Hoge uitstoot van CO2 in de westerse landen B Klimaatveranderingen treffen armen het zwaarst C Decennialang ontwikkelingswerk in Bangladesh ongedaan gemaakt 11 A Bedrijven willen winst maken B Regering is verantwoordelijk voor watervoorziening C 'Pipe Dreams' voor World Development Movement 12 A Colombia gevaarlijk voor mensenrechtenactivisten B 74 mensenrechtenactivisten vermoord in Colombia C Jaarlijks rapport van de internationale mensenrechtenorganisaties 13 A Het Wereld Water Forum gehouden in Mexico B Waterkwaliteit in de Europese Unie C EU geeft 178 miljoen voor veilig drinkwater
7
8
9
10
11
12
13
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
5/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 3
In dit fragment gaat u luisteren naar een interview met Hanna Vrijburg, personal assistant bij een grote bank, over haar beroep. Het is uw taak om de onderstaande zinnen met één of een paar woorden aan te vullen tot volledige zinnen. Als er meerdere mogelijkheden zijn, hoeft u slechts één antwoord te geven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
0 Dit is een interview met ___.
Hanna Vrijburg of een personal assistant
.
14 Hanna werkt van ___ tot ___. __________________________________________________________________________ 15 Het kantoor waar Hanna werkt staat in het centrum van ___. __________________________________________________________________________ 16 Hannas werkdagen beginnen met ___. __________________________________________________________________________ 17 Op het werkoveleg ’s morgens wordt bepaald welke taken Hanna op die dag ___. __________________________________________________________________________ 18 Één van de dingen die Hanna leuk vindt aan haar beroep is ___. __________________________________________________________________________ 19 Hanna neemt de telefoon meestal in het ___ aan. __________________________________________________________________________ 20 Als Hanna een woord in het Engels niet weet gebruikt ze een ___. __________________________________________________________________________ 21 De afdeling waar Hanna werkt heeft ook kantoren in ___. __________________________________________________________________________ 22 Behalve Nederlands en Engels spreekt Hanna ook ___. __________________________________________________________________________ 23 De medewerkers van ING moeten er ___ uitzien. __________________________________________________________________________ 24 ’s Vrijdags kunnen de medewerkers van ING met hun gewone ___ aan naar het werk gaan. __________________________________________________________________________ 14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
Max.
Elért
11
írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
6/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
Azonosító jel:
7/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 6 III. Hallott szöveg értése 2. feladat 7 3. feladat 11 Feladatpont összesen 24 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 30
javító tanár
Dátum: .................................................
__________________________________________________________________________
pontszáma
programba beírt pontszám
I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség III. Hallott szöveg értése
javító tanár
jegyző
Dátum: .................................................
Dátum: .................................................
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a IV. írásbeli vizsgarész megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga a III. vizsgarész teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a IV. vizsgarésszel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, III. vizsgarész 0803
8/8
2009. október 26.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv
HOLLAND NYELV EMELT SZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2009. október 26. 14:00
IV. Íráskészség Időtartam: 90 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
OKTATÁSI ÉS KULTURÁLIS MINISZTÉRIUM
emelt szint — írásbeli vizsga 0803 IV. Íráskészség
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához nyomtatott szótár használható. A szürke oszlopok az értékelés számára vannak fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke oszlopokba.
írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
2/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
OPDRACHT 1 U hebt tijdens uw vakantie enkele nachten in een buitenlands hotel geslapen. Als u thuiskomt, merkt u dat u uw horloge bent vergeten. U schrijft een brief van 120-150 woorden aan de directie van het hotel. In uw brief: 1. 2. 3. 4. 5.
vertelt u wie u bent en waarom u schrijft; schrijft u in welke periode u in het hotel was en welke kamer u had; zegt u waar in de hotelkamer het horloge volgens u is blijven liggen; vraagt u of het horloge opgestuurd kan worden (u zegt dat u de kosten zult betalen); vertelt u waarom u het horloge beslist terug wilt hebben en bedankt u de directie voor de moeite.
__________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
3/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
__________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________
Az 1. feladat értékelése
Max.
A feladat teljesítése, a megadott szempontok követése
4 pont
Érthetőség, nyelvi megformálás
5 pont
Íráskép
1 pont
Összesen írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
Elért
10 pont 4/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint OPDRACHT 2
Werk één van de twee volgende opdrachten uit: A U zit op een middelbare school in Eindhoven en u bent een dagtocht voor uw klas aan het organiseren. U hebt de onderstaande informatie opgezocht zodat uw klasgenoten kunnen beslissen of ze meegaan of niet en waarnaartoe. bestemmingen: vervoermiddel:
Disneyland Parijs
Warner Brothers Movie World in Duitsland
vliegtuig
bus
bus
1,5 uur
450 km / 4-5,5 uur
120 km / 1-1,5 uur
reiskosten:
€ 168 – 520
€ 31
€ 18
reisverzekering:
inbegrepen
€ 1,70
€ 1,10
afstand / reisduur:
entreeprijs: groepen vanaf 15 personen groepen vanaf 20 personen
€ 30 / persoon € 25 / persoon
€ 19 / persoon € 14 / persoon
U schrijft een openbare brief van 200-250 woorden aan uw klasgenoten die op de website van uw school geplaatst zal worden. In uw brief bespreekt u de volgende punten: 1. 2. 3. 4.
u vertelt waarom u deze brief schrijft; u vertelt welke twee bestemmingen u hebt gekozen voor de dagtocht en waarom; u geeft informatie over de reisduur en de kosten; u vertelt aan welke bestemming en welk vervoermiddel u de voorkeur geeft en u legt uit waarom; 5. u sluit uw brief met de vraag aan uw klasgenoten om zo snel mogelijk op deze brief te reageren.
U begint uw brief met: Aan de leerlingen van klas 4A, B Hieronder staat een lezersbrief uit de problemenrubriek van een Nederlands vrouwenmagazine: Ik heb een zoon van 15 jaar. Toen hij jonger was liet ik hem slechts één uur per dag internetten. Op den duur werd die tijd steeds langer, met het gevolg dat hij nu bijna al zijn tijd aan het computeren is. Hij gaat haast nooit uit, helpt heel weinig met het huishoudelijk werk en ik denk dat hij zich ook niet genoeg met zijn studie bezighoudt hoewel hij altijd zegt dat hij achter het beeldscherm niet zit te spelen of te internetten maar zijn huiswerk doet. Ik weet dat ze op school vaak huiswerk krijgen waarvoor ze informatie op het internet moeten zoeken en al zijn vrienden en klasgenoten hebben thuis ook een PC. Toch ben ik bang dat mijn zoon vroeger of later computerverslaafd wordt als ik er niets aan doe. Zal ik de PC bij hem weghalen? Mevr. D.
írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
5/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
Reageer op deze brief. Schrijf een lezersbrief van 200-250 woorden aan het magazine waarin u de volgende punten bespreekt: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
wie u bent en waarom u schrijft; hoe uw computer- en internetgebruik is; wat u van het gedrag van mevrouw D haar zoon vindt; de voordelen van computer- en internetgebruik; de nadelen en gevaren van computer- en internetgebruik; of u vindt dat mevrouw D de computer bij haar zoon zou moeten weghalen; a) zo ja: waarom; b) zo niet: waarom niet en wat voor een oplossing u voorstelt.
__________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
6/8
2009. október 26.
Holland nyelv — emelt szint
Azonosító jel:
__________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________
A 2. feladat értékelése
Max.
A feladat teljesítése, a megadott szempontok követése
5 pont
Hangnem, az olvasóban keltett benyomás
2 pont
Szövegalkotás
4 pont
Szókincs, kifejezésmód
4 pont
Nyelvhelyesség, helyesírás
4 pont
Íráskép
1 pont
Összesen írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
Elért
20 pont 7/8
2009. október 26.
Azonosító jel:
Holland nyelv — emelt szint
IV. Íráskészség
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 10 2. feladat 20 ÖSSZESEN 30
javító tanár
Dátum: .................................................
__________________________________________________________________________
pontszáma
programba beírt pontszám
I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség III. Hallott szöveg értése IV. Íráskészség
javító tanár
jegyző
Dátum: .................................................
írásbeli vizsga, IV. vizsgarész 0803
8/8
Dátum: .................................................
2009. október 26.