Avaya one-x Quick Edition-telefoon Release Gebruikershandleiding

Avaya one-X™ Quick Edition-telefoon Release 3.1.0 Gebruikershandleiding

16-601411 Release 3.1.0 Mei 2007 Uitgave 2

© 2007 Avaya Inc. Alle rechten voorbehouden. Kennisgeving Avaya Inc. heeft al het redelijkerwijs mogelijke gedaan om te zorgen dat de informatie in dit document bij het ter perse gaan volledig en accuraat was, maar wijst desalniettemin elke aansprakelijkheid voor eventuele fouten af. Eventuele wijzigingen en correcties kunnen in toekomstige uitgaven van dit document worden verwerkt. Raadpleeg het volledige document “Avaya Legal Page for Software Documentation” (documentnummer 03-600758) voor uitvoerige wettelijke informatie. U kunt dit document raadplegen door naar de website http://avaya.com/support te gaan en het documentnummer in het zoekvak te typen. Afwijzing van aansprakelijkheid voor documentatie Avaya Inc. wijst elke aansprakelijkheid af voor gegevens die niet uitdrukkelijk door toedoen van Avaya in de oorspronkelijk gepubliceerde versie van deze documentatie worden gewijzigd, toegevoegd, of verwijderd. Klant en/of Eindgebruiker verbinden zich ertoe Avaya, diens lasthebbers, ge(vol)machtigden, ondergeschikten, medewerkers, werknemers en personeelsleden schadeloos te stellen voor en te vrijwaren tegen alle vorderingen, eisen, aanspraken, rechtszaken, rechtsgedingen, gerechtelijke procedures, rechterlijke uitspraken en vonnissen welke hun oorsprong vinden in of verband houden met gegevens die naderhand worden gewijzigd in, toegevoegd aan of verwijderd uit deze documentatie voor zover en in de mate dat deze bewerkingen door de Klant of Eindgebruiker worden uitgevoerd. Afwijzing van aansprakelijkheid voor koppelingen Avaya Inc. wijst elke aansprakelijkheid af voor de inhoud of betrouwbaarheid van gekoppelde websites waarnaar elders in deze documentatie wordt verwezen. Avaya verleent niet noodzakelijkerwijs goedkeuring aan de producten, diensten of informatie welke op deze gekoppelde sites worden beschreven of aangeboden. Wij verlenen geen garantie dat deze koppelingen te allen tijde functioneren en wij hebben controle noch zeggenschap over de beschikbaarheid van de gekoppelde pagina’s. Garantie Avaya Inc. verleent een beperkte garantie op dit product. Raadpleeg uw verkoopovereenkomst voor meer informatie over de draagwijdte van de beperkte garantie. De standaardgarantiebepalingen van Avaya en nadere ondersteuningsinformatie voor dit product, zolang dit onder de garantie valt, zijn terug te vinden op de volgende website: http://avaya.com/support Auteursrecht Tenzij elders uitdrukkelijk het tegendeel is vermeld, wordt dit Product beschermd door het auteursrecht of door andere weten regelgeving tot bescherming van eigendomsrechten. Onrechtmatige verveelvoudiging, overdracht en/of onrechtmatig gebruik is verboden en strafbaar, en zal met alle beschikbare juridische middelen worden bestreden. Productondersteuning van Avaya Avaya stelt een telefonische helpdesk beschikbaar waar u problemen kunt melden of vragen over uw product kunt stellen. Het telefoonnummer van deze helpdesk is 1-800-242-2121 in de Verenigde Staten. De telefoonnummers van de helpdesk voor andere landen vindt u op de website van Avaya: http://avaya.com/support Softwarelicentie DOOR DIT PRODUCT TE GEBRUIKEN OF TE INSTALLEREN, GEEFT DE EINDGEBRUIKER TE KENNEN IN TE STEMMEN MET DE HIERIN VERMELDE VOORWAARDEN EN MET DE ALGEMENE LICENTIEVOORWAARDEN DIE GEPUBLICEERD ZIJN OP DE WEBSITE VAN AVAYA http://support.avaya.com/LicenseInfo/ (“GENERAL LICENSE TERMS”=“ALGEMENE LICENTIEVOORWAARDEN”). INDIEN U NIET ERMEE AKKOORD GAAT AAN DEZE VOORWAARDEN GEBONDEN TE ZIJN, DIENT U HET (DE) PRODUCT(EN) BINNEN TIEN (10) DAGEN NA LEVERING TERUG TE BRENGEN NAAR HET VERKOOPPUNT. U ONTVANGT DAN EEN TEGOEDBON OF KRIJGT HET AANKOOPBEDRAG TERUGBETAALD. Avaya verleent de Eindgebruiker een licentie binnen de draagwijdte van de hieronder beschreven licentietypen. Het toepasselijke aantal licenties en capaciteitseenheden waarvoor de licentie wordt verleend is gelijk aan één (1), tenzij een ander aantal licenties of capaciteitseenheden is opgegeven in de documentatie of andere materialen welke de Eindgebruiker ter beschikking staan. Voor alles wat deze softwarelicentie aangaat, hebben de volgende woorden die met een hoofdletter beginnen de betekenis die erna is vermeld: “Designated Processor” (“Aangewezen processor”) is te verstaan als één enkel onafhankelijk functionerend (standalone) computersysteem. “Software” is te verstaan als de computerprogramma's in objectcode die aanvankelijk door Avaya in licentie zijn gegeven en die uiteindelijk door de Eindgebruiker worden

gebruikt, hetzij als onafhankelijk functionerende (standalone) Producten, hetzij vooraf geïnstalleerd op hardware. "Product(s)" ("Product(en)") is te verstaan als de combinatie van hardware en Software, daaronder mede inbegrepen de Avaya one-X Quick Edition-productlijn. Licentietype(n): (a) Licentie voor aangewezen systemen (DS – Designated System(s)). Het is de Eindgebruiker toegestaan elk exemplaar van de Software op slechts één Aangewezen processor te installeren en te gebruiken, tenzij een ander aantal Aangewezen processors is vermeld in de documentatie of andere materialen welke de Eindgebruiker beschikbaar zijn gesteld. Avaya heeft het recht te eisen dat de Aangewezen processor(s) geïdentificeerd wordt (worden) door het type, het serienummer, de featuresleutel, de locatie of andere specifieke aanduiding, of dat de Eindgebruiker deze gegevens elektronisch beschikbaar stelt aan Avaya op een door Avaya uitdrukkelijk voor dit doeleinde vastgestelde wijze. (b) Shrinkwrap-licentie (SR). Met betrekking tot Software die onderdelen bevat afkomstig van andere leveranciers (“derden”), is het de Eindgebruiker toegestaan de Software te installeren en te gebruiken in overeenstemming met de voorwaarden van de “shrinkwrap”- of “clickwrap”-licentie die met de Software wordt geleverd of die daarop van toepassing is (“Shrinkwrap-licentie”). De Eindgebruiker kan de tekst van de Shrinkwrap-licentie op aanvraag verkrijgen bij Avaya. Componenten van derden Bepaalde softwareprogramma's of daarmee samenhangende, in het Product opgenomen onderdelen kunnen software bevatten die wordt gedistribueerd krachtens overeenkomsten van derden (“Third Party Components”=“Componenten van derden”) waarin voorwaarden staan die het gebruik van bepaalde onderdelen van het Product uitbreiden dan wel beperken (“Third Party Terms”=“Voorwaarden van derden”). Informatie over Componenten van derden en de daarop toepasselijke Voorwaarden van derden kunnen geraadpleegd worden op de website van Avaya: http://support.avaya.com/ThirdPartyLicense/

Inhoud Aanpassen van uw Quick Edition IP-telefoon . . . . . . Aan de slag met uw telefoon . . . . . . . . . . . . . Oproepen van telefoontoepassingen en -opties Programmeerbare softkeys . . . . . . . . . . . . Het menu Gebruikersopties openen . . . . . . . Wachtwoordopties instellen . . . . . . . . . . . Gebruikersvoorkeuren weergeven en wijzigen . . . Volumeregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . Actieve microfoon uitschakelen . . . . . . . . . Gebruikerstaal weergeven en wijzigen . . . . . . Persoonlijke beltoon kiezen . . . . . . . . . . . Toon Wachtende oproep instellen . . . . . . . . Contrastregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . Telefoonaccessoires . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . . . .

5 5 5 6 7 8 10 10 10 10 11 11 11 12

Oproepen plaatsen en beantwoorden Oproepen plaatsen . . . . . . . . Beperkte oproepen plaatsen . Oproepen ontvangen . . . . . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

12 12 14 14

Afhandeling van gesprekken . . . . . . . . . . . . . . Oproep in wacht plaatsen . . . . . . . . . . . . . Oproepen doorverbinden . . . . . . . . . . . . . . Oproepen parkeren en uit de parkeerstand halen . Conferenties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Oproepen doorschakelen . . . . . . . . . . . . . . Omleiden met nul . . . . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

16 16 17 17 19 20 22

Werken met Oproeplogs . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

24

Werken met voicemail . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Snelkoppelingen op het numerieke toetsenblok . . . . . . . . . Snelkoppelingen op numeriek toetsenblok voor beller . . . . . . Voicemailberichten ophalen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Persoonlijke begroetingen voor voicemail opnemen en beheren

. . . . .

25 26 27 28 30

Werken met telefoonboeken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Zakelijk telefoonboek en persoonlijk telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . Vermelding aan uw persoonlijke telefoonboek toevoegen . . . . . . . . . . . . . .

32 32 34

Status . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

36

Niet storen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

38

Oproepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

38

Snelkiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

39

Registratie-informatie voor optionele functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

42

Gebruikershandleiding Avaya one-X Quick Edition-telefoon release 3.1.0

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

. . . . .

Mei 2007

3

Inhoud

Voicemail per e-mail doorsturen . . . . . Bijgevoegd geluidsbestand afspelen Toepassing Telecommuter . . . . . . . . Webgebaseerd systeembeheer . . . . . .

. . . .

42 43 44 44

Bijlage A: De menu’s Opties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

45

Telefoonopties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

45

Systeemopties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

48

Index

4

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .


53

Mei 2007

Aanpassen van uw Quick Edition IP-telefoon Aan de slag met uw telefoon In elke Quick Edition IP-telefoon is Avaya one-X Quick Edition-software geïntegreerd. U kunt functies oproepen met de lijn-/functieknoppen, met de softkeys direct onder het display en met de knoppen op het voorpaneel van de telefoon. De functies van de softkeys variëren afhankelijk van de huidige status van de telefoon. De softkeys geven aan welke opties u voor de actieve toepassing kunt selecteren.

Oproepen van telefoontoepassingen en -opties Met de softkeys en de knop OPTIONS ( opties oproepen.

) kunt u gebruikerspecifieke en systeemomvattende

Standaardfunctie

Tip:

Opmerking:

Softkeynaam 4610 SW IP-telefoon

4621 SW IP-telefoon

Niet storen

n.v.t.

NST

Geparkeerde oproep ophalen

Oph

Oph

Oproepen doorschakelen

Drsch

Drsch

Telefoonboek

TelBk

TelBk

Voicemail

Vmail

Vmail

Log

n.v.t.

Log

Tip: Druk op de knoppen PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( ) om alle opties weer te geven. Meer informatie over de functies van de knoppen op de telefoon vindt u in de Snelzoekgids Avaya one-X Quick Edition-telefoon (documentnummer 16-601410). Opmerking: In de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition (documentnummer 16-601412) wordt uitgelegd hoe u ingestelde opties met een webbrowser kunt weergeven en wijzigen. In Bijlage A: De menu’s Opties op pagina 45 vindt u een lijst met configuratieopties en toegangsmethoden.


Mei 2007

5

Druk op het hekje (# ) en daarna op de knop PAGE RIGHT/PAGE LEFT( ) om het IP-adres van de telefoon weer te geven. Druk op de knop OPTIONS ( ) en selecteer Details instellen op het hoofdmenu om de netwerkconfiguratiegegevens over uw telefoon weer te geven, zoals het toestelnummer en -naam, de versie en het releasenummer van de geladen software, het IP-adres en MAC-adres, en de one-X Quick Edition-netwerknaam (site-ID).

Programmeerbare softkeys Vanuit het inactieve scherm kunt u softkeys programmeren om veelgebruikte functies op te roepen, zoals oproepen, niet storen, oproeplog, doorschakelen. De Quick Edition 4610 SW IP-telefoon heeft vier programmeerbare softkeys, de Quick Edition 4621 SW IP-telefoon heeft er acht. In de onderstaande Tabel 1 staan alle mogelijke softkeyfuncties.

Softkeysprogrammeren 1. Houd de geselecteerde softkey twee seconden ingedrukt om het menu met programmeerbare softkeys te openen. 2. Alle mogelijke opties verschijnen op het scherm. Naast de functie die momenteel aan de softkey is toegewezen staat een vinkje. De letter ’D’ geeft de standaardfunctie van de sneltoets aan. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de nieuwe functie. Druk op de knoppen PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( ) om alle opties weer te geven. 4. Klik op OK als het bericht “softkey toegewezen” verschijnt.

Softkey uitschakelen 1. Houd de geselecteerde softkey twee seconden ingedrukt om het menu met programmeerbare softkeys te openen. 2. Selecteer Uitschakelen in de functielijst. 3. Druk op OK.

Softkeys op beginwaarde (fabrieksinstelling) terugzetten 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Softkeys opn. inst.in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Ja. Er verschijnt een bevestigingsbericht. Tabel 1: Softkeyfuncties van de telefoon

6

Naam

Functie

Oph

Geparkeerde oproepen ophalen

TelBk

Zakelijk telefoonboek


Mei 2007

Aanpassen van uw Quick Edition IP-telefoon

Tabel 1: Softkeyfuncties van de telefoon MijnT

Mijn persoonlijk telefoonboek

Drsch


Vmail

Voicemail

VMIns

Opties Voicemail

Opr

Oproepen

NST

Niet storen

MijnSt

Mijn status

Afm

Oproeplog Uitgaand

Log

Oproeplog Inkomend

SnKz

Snelkiezen

Tw

Telecommuter

Beltoon

Persoonlijke beltoon

Wacht

Toon Wachtende oproep

CnNv

Contrastniveau

Begr

Met Begroeting (buiten kantooruren) kunt u een standaard- of persoonlijke begroeting voor de Auto-attendant selecteren (deze toets moet door de systeembeheerder worden geprogrammeerd)

Uitsch.

Softkey uitschakelen

Het menu Gebruikersopties openen

Tip:

Tip:

Tip: Als u een menuopdracht wilt selecteren, drukt u op het corresponderende cijfer van het numerieke toetsenblok of drukt u op de lijn-/functieknop ( ) naast de gewenste keuzeoptie. Tip: Tijdens een actief gesprek kunt u het hoofdmenu openen om de opties in te stellen en het Zakelijk telefoonboek openen om de statusinformatie te wijzigen (zie pagina 36) of om een telefoonboekvermelding te kiezen (zie pagina 32).


Mei 2007

7

Toegang tot gebruikersopties met ingeschakelde wachtwoordbeveiliging 1. Druk op de knop OPTIONS (

) rechtsonder op het display.

2. Selecteer Opties in het hoofdmenu, of druk op 1 op het numerieke toetsenblok. 3. Selecteer Gebruikersopties in het menu Opties, of druk op de toegewezen toets op het numerieke toetsenblok. 4. Als u daarom wordt gevraagd, voert u het wachtwoord in (het standaard wachtwoord is 123456). 5. Druk op de softkey Klaar om het menu Gebruikersopties te openen.

Toegang tot gebruikersopties met uitgeschakelde wachtwoordbeveiliging 1. Druk op de knop OPTIONS (

) rechtsonder op het display.

2. Selecteer Opties in het hoofdmenu, of druk op de toegewezen toets op het numerieke toetsenblok. 3. Selecteer Gebruikersopties in het menu Opties. Het menu Gebruikersopties wordt geopend.

Wachtwoordopties instellen U kunt een wachtwoord wijzigen, in- of uitschakelen om toegang te krijgen tot bepaalde gebruikersopties (om voicemailberichten te raadplegen, wordt hetzelfde wachtwoord gebruikt). Het verdient aanbeveling het standaardwachtwoord te wijzigen in een wachtwoord dat alleen door u is gekend. Volgens het beveiligingsbeleid van uw bedrijf kan de beheerder instellen dat wachtwoorden wel of niet verlopen. Als deze functie ingeschakeld is, krijgt u als u zich aanmeldt een waarschuwing dat uw wachtwoord verloopt.

Wachtwoord wijzigen 1. Ga te werk zoals hierboven beschreven om het menu Gebruikersopties te openen. 2. Selecteer Wachtwoord in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Wachtwoord wijzigen in het menu Wachtwoord. 4. Typ het nieuwe wachtwoord en druk op de softkey Volg. 5. Als u gevraagd wordt het nieuwe wachtwoord te bevestigen, typt u het nieuwe wachtwoord opnieuw en selecteert u de softkeyVolg. 6. Typ het oude wachtwoord en druk vervolgens op de softkey Volg. 7. Druk op de softkey OK. 8. Druk op de knop PHONE/EXIT(

8

).


Mei 2007


Nieuw wachtwoord instellen als het oude wachtwoord verloopt 1. Open het menu Gebruikersopties. U krijgt een melding dat het wachtwoord verloopt en u wordt gevraagd een nieuw wachtwoord in te stellen. 2. Druk op de softkey OK. 3. Typ het nieuwe wachtwoord en druk op de softkey Volg. 4. Typ het nieuwe wachtwoord opnieuw en druk vervolgens op de softkey Volg. 5. Typ het oude wachtwoord en druk vervolgens op de softkey Volg. 6. Druk op de softkey OK. 7. Druk op de knop PHONE/EXIT(

).

Wachtwoordbeveiliging in- of uitschakelen Opmerking:

Opmerking: Het voicemailwachtwoord blijft actief, ook al schakelt u de wachtwoordbeveiliging voor toegang tot de gebruikersopties uit. 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Wachtwoord in het menu Gebruikersopties. 3. Voer één van de volgende acties uit: ●

Selecteer Wachtwoord UITschakelen om de wachtwoordbeveiliging uit te schakelen.

●

Selecteer Wachtwoord INschakelen om de wachtwoordbeveiliging in te schakelen.

4. Selecteer Ja als u gevraagd wordt de wachtwoordbeveiliging uit of in te schakelen. 5. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Accountvergrendeling na mislukte aanmeldpogingen De beheerder kan het toegestane aantal achtereenvolgende aanmeldingspogingen instellen voor de systeembeveiliging. Na drie mislukte aanmeldpogingen wordt uw account tijdelijk vergrendeld en hebt u geen toegang meer tot de programmeerinterface. Slaagt u er na het ingestelde aantal tijdelijke accountvergrendelingen nog steeds niet in aan te melden, dan moet u contact opnemen met de systeembeheerder om uw account opnieuw in te stellen.


Mei 2007

9

Gebruikersvoorkeuren weergeven en wijzigen Volumeregeling Gebruik de volumeknoppen ( ) en ( ) om het geluidsvolume van de hoorn, luidspreker, headset of beltoon in te stellen, afhankelijk van het onderdeel dat u gebruikt. Wanneer u een hoger of lager geluidsvolume instelt, wordt het volumeniveau op het display aangepast. Als de telefoon 30 seconden niet wordt gebruikt, wordt het geluidsvolume automatisch op het standaardniveau teruggezet.

Actieve microfoon uitschakelen Met de microfoonuitschakelfunctie (“MUTE”) kunt u beletten dat één of meer bellers uzelf (of achtergrondgeluid in uw omgeving) horen via de hoorn of handsfree microfoon.

Microonuitschakelfunctie tijdens een oproep activeren en deactiveren ●

Druk op de knop MUTE ( indicator Microfoon uit.

). Wanneer de microfoon is uitgeschakeld, verschijnt de

●

Druk nogmaals op de knop MUTE (

) om de microfoon opnieuw in te schakelen.

Gebruikerstaal weergeven en wijzigen Taalinstellingen weergeven 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Taalinstellingen in het hoofdmenu. 3. De taal wordt weergegeven voor elk systeem- en telefoononderdeel. 4. Klik op de softkey OK om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT .

Gebruikerstaal wijzigen 1. Open het menu Gebruikersopties. 2. Selecteer Taal in het menu Gebruikersopties. 3. Druk op Wijz. 4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de taal van uw keuze. 5. Druk op de softkey Ja en vervolgens op de softkey OK. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ) om het display leeg te maken.

10


Mei 2007


Persoonlijke beltoon kiezen U hebt de keuze uit vijf beltonen om inkomende gesprekken te signaleren.

Beltoon selecteren 1. Open het menu Gebruikersopties. 2. Selecteer Persoonlijke beltoon in het menu Gebruikersopties. 3. Druk in het menu Belpatroon selecteren op de lijn-/functieknop ( ) naast het belpatroon dat u wilt beluisteren. Druk op de softkey Afsp om het belpatroon opnieuw te beluisteren. 4. Druk op de softkey Sel om deze beltoon te activeren. 5. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Toon Wachtende oproep instellen Wanneer tijdens een gesprek een andere oproep binnenkomt, kunt u de waarschuwingstoon voor de wachtende oproep in- of uitschakelen. De waarschuwingstoon voor de wachtende oproep is standaard ingeschakeld.

Waarschuwingstoon wachtende oproep instellen 1. Open het menu Gebruikersopties. 2. Selecteer Toon Wachtende oproep in het menu Gebruikersopties. 3. Druk op de softkey Ja om de waarschuwingstoon voor de wachtende oproep in te schakelen, of op Nee om deze uit te schakelen. Als de toon voor wachtende oproep is ingeschakeld, hoort u een pieptoon wanneer een andere oproep binnenkomt. Zie ook Actieve oproep in wachtstand plaatsen terwijl u een tweede oproep beantwoordt op pagina 16. 4. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Contrastregeling U hebt de keuze uit acht contrastniveaus om het contrast van het display beter aan te passen aan de werkomgeving en verlichting.

Contrastregeling 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Contrastniveau in het menu Gebruikersopties.


Mei 2007

11

3. Druk op de softkey - om het contrastniveau te verlagen. Druk op de softkey + om het contrastniveau te verhogen. 4. Als u tevreden bent met het ingestelde contrastniveau, drukt u op de softkeyOpsl. 5. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Telefoonaccessoires De aansluiting van de headset is geschikt voor een groot aantal headsets, de aanbevolen M12LUCM modulaire basiseenheid, of de HIP-1 headsetadapter. Ruisonderdrukkende headsets worden aanbevolen. Met Avaya AWH-55/65-headsetmodellen, kunt u direct van deze draadloze headsets gesprekken beantwoorden en afbreken.

Opmerking:

Opmerking: Alle configuratiegegevens worden in de telefoon opgeslagen en blijven bewaard, ook na een stroomstoring/-uitval. De telefoon wordt doorgaans gevoed door een LAN met actieve stroomvoorziening aan te sluiten. Op een Ethernet-netwerk zonder inlinevoeding moet u een voedingsadapter aanschaffen, bijvoorbeeld Avaya model 1151B1.

Oproepen plaatsen en beantwoorden Oproepen plaatsen Op de Quick Edition IP-telefoon kunt u op verschillende manieren een oproep tot stand brengen: handmatig, met een snelkiestoets, via het oproeplog, het Zakelijk telefoonboek en uw persoonlijke telefoonboek.

Opmerking:

Opmerking: Als u een PSTN- of SIP(VoIP)-netnummer wilt kiezen, kiest u eerst het juiste codenummer. Als u het kengetal invoert, hoort u geen kiestoon. Als u een nummer invoert om een oproep naar het openbare telefoonnet (PSTN) of een SIP-netwerk te plaatsen, kunt u sneller kiezen door op het hekje op het numerieke toetsenblok te drukken.

Handmatig oproepen plaatsen 1. Voer één van de volgende acties uit om een oproep te plaatsen: ●

12

via de hoorn: neem de hoorn op.


Mei 2007

Oproepen plaatsen en beantwoorden

●

handsfree: druk op de knop SPEAKER(

) of op een lijn-/functieknop ( ).

●

via de headset: druk op de knop HEADSET (

).

2. Kies het nummer. 3. Voer één van de volgende acties uit om de oproep te beëindigen: ●

via de hoorn: leg de hoorn neer.

●

via de luidspreker: druk op de knop SPEAKER(

●

via de headset: druk op de knop HEADSET (

). ).

Snelkiezen Eerst moet u snelkiesnummers maken. Zie het gedeelte Snelkiesitem handmatig aan snelkieslijst toevoegen op pagina 39. Zie Programmeerbare softkeys op pagina 6 om een softkey te programmeren. 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Snelkiezen in het hoofdmenu. 3. Voer met de toetsen op het numerieke toetsenblok het nummer in dat u wilt bellen.

Oproep plaatsen vanuit de lijst met oproeplogs Opmerking:

Opmerking: U moet zich inschrijven op een dienst voor identificatie van de beller (beller-id) als u de namen en/of nummers van inkomende externe oproepen in de lijst Inkomend wilt opslaan. Het kan zijn dat u een kengetal voor toegang tot PSTN of SIP-netwerk en een netnummer dient in te voeren. 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproeplog in het hoofdmenu. 3. Als u een eerder gekozen nummer wilt kiezen, drukt u op de softkey Uit. 4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kiezen. 5. U kunt de oproep plaatsen door de hoorn op te nemen of op de knop SPEAKER( drukken.

Tip:

) te

Tip: Als het nummer niet overeenkomt met de abonnee die u direct wilt bellen vanuit de lijst Inkomend, drukt u op de softkeyBewNr om het nummer te wijzigen. Vervolgens drukt u op de softkey Kies.


Mei 2007

13

Oproepen plaatsen via het bedrijfs- of persoonlijke telefoonboek 1. Druk op de softkey TelBk om de lijst met vermeldingen in het Zakelijk telefoonboek weer te geven, waaronder eventuele externe nummers; druk op de softkey TelBk en daarna op de softkey MijnT om de lijst met vermeldingen in het persoonlijke telefoonboek weer te geven. Tip: Als u de volgende of vorige reeks vermeldingen wilt weergeven, drukt u op de knop PAGE RIGHT of PAGE LEFT ( ).

Tip:

2. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kiezen. 3. Voer één van de volgende acties uit om de oproep te plaatsen: ●

neem de hoorn op.

●

druk op de knop SPEAKER(

●

Druk op een lijn-/functieknop ( ).

●

druk op de knop HEADSET (

).

).

Beperkte oproepen plaatsen U kunt kiesbeperkingen configureren en autorisatiecodes instellen om kiesbeperkingen op te heffen, dat wil zeggen te negeren. Voor noodoproepen worden kiesbeperkingen altijd genegeerd.

Beperkte oproep plaatsen met een autorisatiecode 1. Kies het externe nummer volgens één van de hierboven beschreven kiesmethoden. 2. Als u een onderbroken signaal hoort, dient u een autorisatiecode in te voeren. 3. Kies de autorisatiecode die u van de systeembeheerder hebt gekregen. Deze code bestaat uit 6 tot 10 cijfers. 4. De oproep wordt tot stand gebracht.

Oproepen ontvangen Op het display verschijnt informatie over inkomende oproepen met de naam en het nummer van de beller. Welke informatie u te zien krijgt, hangt af van de diensten die door uw serviceprovider worden aangeboden.

Tip:

14

Tip: Wilt u geen oproepen ontvangen, dan activeert u de functie Niet storen. Zie het gedeelte Niet storen op pagina 38.


Mei 2007

Oproepen plaatsen en beantwoorden

Inkomende oproep beantwoorden 1. Voer één van de volgende acties uit om een oproep te beantwoorden: ●

neem de hoorn op.

●


) of op de bijbehorende lijn-/functieknop ( ).

●

druk op de knop HEADSET(

).

2. Voer één van de volgende acties uit om de oproep te beëindigen: ●

leg de hoorn neer.

●


).

●


).

Een tweede inkomende oproep beantwoorden of negeren 1. U moet kiezen of u de tweede oproep wilt beantwoorden of negeren voor u iets met de eerste oproep kunt doen (bijv. in wacht plaatsen, doorverbinden of aan een conferentie toevoegen). 2. Als u kiest om te beantwoorden, wordt de eerste oproep automatisch in de wacht geplaatst. 3. De tweede oproep voltooien: spreek met de beller, verbind door, parkeer, of plaats de beller in de wacht. Tip: Als meerdere oproepen binnenkomen (meer dan drie voor model 4610 en meer dan vier voor model 4621), moet u de oproep doorverbinden(zie pagina 17), parkeren (zie pagina 17), of de actieve oproep in de wachtstand plaatsen (zie pagina 16) voordat u de volgende oproep beantwoordt.

Tip:

Inkomende oproep negeren ●

Druk op de softkey Neg terwijl de telefoon overgaat. Het belsignaal stopt onmiddellijk. Als u de functie Oproepen doorschakelen hebt ingesteld (zie Oproepen doorschakelen op pagina 20), wordt de oproep doorgeschakeld.


Mei 2007

15

Afhandeling van gesprekken Oproep in wacht plaatsen U kunt een oproep in de wacht plaatsen om de oproeplijn tijdelijk vrij te maken. Als een actieve oproep in de wacht is geplaatst, kunt u uitgaande oproepen maken of inkomende gesprekken beantwoorden.

Eén enkele oproep in de wacht plaatsen ●

Druk op de knop HOLD ( verbreken.

). U kunt de hoorn neerleggen zonder de verbinding te

Oproep uit de wachtstand halen ●

Voer één van de volgende acties uit om de oproep uit de wachtstand te halen: ●

Neem de hoorn op en druk op de knop HOLD (

).

●

Bij handsfree bediening drukt u op de lijn-/functieknop ( ) van de lijn in wachtstand, of drukt u op de knop HOLD ( ).

●

Als u een headset gebruikt, drukt u op de knop HOLD (

).

Het kan even duren voordat de oproep uit de wachtstand wordt gehaald.

Actieve oproep in wachtstand plaatsen terwijl u een nieuwe oproep maakt U kunt een actieve oproep in wachtstand plaatsen terwijl u een andere partij belt. 1. Druk op de knop HOLD (

).

2. Druk op een lijn-/functieknop ( ). Plaats en beëindig de nieuwe oproep. 3. Haal de oproep uit de wachtstand.

Actieve oproep in wachtstand plaatsen terwijl u een tweede oproep beantwoordt Als iemand u opbelt terwijl u in gesprek bent, wordt u gewaarschuwd door de indicator Wachtend bericht, die begint te knipperen. Verder verschijnt een belsignaalpictogram ( ) op het display naast één van de lijn-/functieknoppen ( ). U kunt de actieve oproep in wachtstand plaatsen terwijl u de inkomende oproep beantwoordt. 1. Als informatie over een inkomende oproep op het display verschijnt, drukt u op de lijn-/ functieknop ( ) van de inkomende oproep. De actieve oproep wordt automatisch in wachtstand geplaatst. Rechts op het display verschijnt de bijbehorende softkey IN WACHT. 2. Voer en beëindig het nieuwe gesprek.

16


Mei 2007

Afhandeling van gesprekken

3. Als u de oproep uit de wachtstand wilt halen, drukt u op de softkey IN WACHT van de corresponderende wachtende lijn.

Oproepen doorverbinden

Tip:

Tip: U kunt alle inkomende oproepen automatisch doorverbinden naar een andere telefoon door doorschakelregels in te stellen. Zie het gedeelte Oproepen doorschakelen op pagina 20 voor meer informatie.

Oproep doorverbinden en spreken met de ontvanger 1. Druk op de knop TRANSFER (

) terwijl u de beller aan de lijn hebt.

2. Als u de kiestoon hoort, kiest u het nummer, of drukt u op de softkey TelBk om het nummer uit een telefoonboek te selecteren. 3. Als de opgebelde persoon uw oproep beantwoordt, kondigt u aan wie de beller is. 4. Als u gereed bent om de oproep door te verbinden, drukt u op de knop TRANSFER (

).

5. Druk op de softkey OK.

Oproep doorverbinden zonder te spreken met de ontvanger 1. Druk op de knop TRANSFER (

) terwijl u de beller aan de lijn hebt.

2. Als u de kiestoon hoort, kiest u het nummer, of drukt u op de softkey TelBk om het nummer uit een telefoonboek te selecteren. 3. Leg de hoorn neer als u hoort dat de telefoon van de opgebelde persoon overgaat.

Oproepen parkeren en uit de parkeerstand halen Met de functie Oproep parkeren-Uit parkeerstand halen kunt u een oproep “parkeren” zodat die kan worden overgenomen door elke andere Quick Edition IP-telefoon in het one-X Quick Edition-netwerk. Zo kan een winkelbediende bijvoorbeeld een oproep beantwoorden, die vervolgens “parkeren” en een medewerker in een andere afdeling vragen de oproep over te nemen. Een andere medewerker elders in de winkel kan de oproep uit de parkeerstand halen en met de beller spreken. De tweede medewerker kan op zijn beurt de oproep “parkeren” zodat die op een andere telefoon uit de parkeerstand kan worden gehaald.


Mei 2007

17

De beller hoort wachtmuziek als deze functie beschikbaar is, of hoort de waarschuwingstoon “in wachtstand”. Wordt de oproep niet binnen één minuut uit de parkeerstand gehaald, dan wordt er iedere 30 seconden een waarschuwingstoon afgespeeld op de one-X Quick Edition-telefoon waarmee de oproep is geparkeerd.

Oproep parkeren Als u de actieve oproep kunt parkeren, verschijnt de softkey Park op het display. Een one-X Quick Edition-netwerk biedt ondersteuning aan maximaal 20 geparkeerde oproepen. Een oproep die aan een conferentiegesprek deelneemt, kunt u niet parkeren. 1. Druk op de softkey Park terwijl de oproep actief is. Noteer het weergegeven identificatienummer; als dit nummer op een andere telefoon wordt gekozen, wordt de oproep opgehaald. 2. Druk op de softkey OK. 3. Voer één van de volgende acties uit om de oproep te beëindigen: ●

leg de hoorn neer.

●


).

●


).

Geparkeerde oproep terughalen vanaf de telefoon waarmee de oproep is geparkeerd Op het display verschijnt een softkey OnPrk of Oph waarmee u geparkeerde oproepen kunt ophalen. U kunt een geparkeerde oproep niet ophalen als die al door iemand anders uit de parkeerstand is gehaald, als de beller opgehangen heeft of als de verbinding wordt verbroken. Als een geparkeerde oproep niet opgehaald kan worden, verschijnt een foutbericht. 1. Voer één van de volgende acties uit op de telefoon waarmee de oproep is geparkeerd: ●

neem de hoorn op.

●



●


).

2. Voer één van de volgende acties uit: ●

druk op de softkey OnPrk om één geparkeerde oproep op te halen.

●

druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de oproep die u wilt ophalen om één of meer geparkeerde oproepen op te halen.

Geparkeerde oproep terughalen via een andere telefoon 1. Voer op een willekeurige Quick Edition IP-telefoon die met het netwerk is verbonden (uitgezonderd de telefoon waarmee de oproep is geparkeerd) één van de volgende acties uit: ●

18

neem de hoorn op.


Mei 2007


●



●


).

2. Druk op de softkey Oph. Een lijst met geparkeerde oproepen wordt weergegeven. Elke geparkeerde oproep heeft een unieke ID. De ID(entificatie) bevat het toestelnummer van de Quick Edition IP-telefoon waarmee de oproep is geparkeerd. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de oproep die u wilt ophalen. - of 4. Kies het identificatienummer van de geparkeerde oproep, als u dat weet (zie Oproep parkeren).

Conferenties U kunt een conferentie tot stand brengen met drie deelnemers. Eén van de deelnemers kan op zijn beurt één of twee extra deelnemers aan de conferentie toevoegen. Voor optimale werking verdient het aanbeveling hoogstens vijf deelnemers per conferentie te gebruiken.

Opmerking:

Opmerking: Als één van de deelnemers aan het conferentiegesprek een SIP-telefoon heeft waarvoor de functie “wachtmuziek” is ingeschakeld, kan deze deelnemer het gesprek van de andere deelnemers onderbreken door die in wachtstand te plaatsen. Zolang de oproep in wachtstand is geplaatst, horen deze P2P-deelnemers de wachtmuziek. In dit geval kunt u ervoor kiezen de verbinding met de telefoon waarop de wachtmuziek wordt afgespeeld, te verbreken.

Conferentie tussen drie deelnemers tot stand brengen 1. Bel de eerste deelnemer (zie Oproepen plaatsen en beantwoorden op pagina 12). 2. Als de oproep wordt beantwoord, drukt u op de knop CONFERENCE (

).

3. Druk op de softkey Kies en kies het nummer van de tweede deelnemer, of druk op de softkey TelBk en selecteer het nummer uit een telefoonboek. De eerste deelnemer wordt automatisch in wachtstand geplaatst. 4. Als de tweede deelnemer de oproep beantwoordt, drukt u op de knop CONFERENCE ( ). De tweede deelnemer wordt aan de conferentie toegevoegd en de eerste deelnemer wordt uit de wachtstand gehaald.

De verbinding met een deelnemer uit de conferentie verbreken 1. Selecteer de lijn van de deelnemer aan de conferentie. 2. Druk op de softkey HngOp.


Mei 2007

19

Eén van de deelnemers in wachtstand plaatsen 1. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de deelnemer die u apart wilt spreken. 2. Druk op de softkey Sel. De andere lijn wordt in wachtstand geplaatst. Rechts op het display verschijnt de bijbehorende softkey IN WACHT. 3. Als u de conferentie met drie deelnemers wilt hervatten, drukt u op de knop CONFERENCE ( ), selecteert u de lijn die in wachtstand is geplaatst en drukt u op de knop CONFERENCE ( ).

Alle deelnemers in wachtstand plaatsen 1. Druk op de knop HOLD (

).

Rechts op het display verschijnt de bijbehorende softkey IN WACHT. 2. Als u de conferentie weer wilt hervatten, drukt u opnieuw op de toets HOLD (

).

Conferentiegesprek beëindigen ●

Voer één van de volgende acties uit: ●

Druk op de softkey Einde.

●

leg de hoorn neer.

●


).

●


).

Oproepen doorschakelen Na drie belsignalen worden oproepen standaard doorgeschakeld naar uw voicemail. Met de functie Oproepen doorschakelen kunt u regels instellen om inkomende gesprekken te verwerken. U kunt oproepen doorschakelen naar:

Opmerking:

●

de voicemail op uw telefoon

●

een toestelnummer in het Zakelijk telefoonboek of in uw persoonlijke telefoonboek

●

een telefoonnummer dat u opgeeft (bijvoorbeeld een buitenlijn) Opmerking: Als uw netwerk een G10 PSTN-gateway heeft en u schakelt een inkomende externe oproep door naar een PSTN-nummer, dan gebruikt de oproep twee PSTN-lijnen zolang die actief is.

Alle oproepen doorschakelen naar voicemail 1. Druk op de softkey Drsch.

20


Mei 2007


2. Selecteer Alle oproepen in het menu Doorschakelen. 3. Druk op de softkey Wijz. 4. Selecteer Voicemail in het menu Alle opr. drsch. naar. 5. Druk op de softkey Opsl. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Niet-beantwoorde oproepen doorschakelen naar voicemail Ga als volgt te werk om de functie opnieuw in te schakelen: 1. Druk op de softkey Drsch. 2. Selecteer Na 3 belsignalen in het menu Doorschakelen. 3. Druk op de softkey Aan. 4. Druk op de knop PHONE/EXIT(

).

Oproepen doorschakelen naar een nummer in het telefoonboek 1. Druk op de softkey Drsch. 2. Selecteer Alle oproepen of Na 3 belsignalen. 3. Druk op de softkey Wijz. 4. Selecteer Telefoonboek nr. of druk op de toegewezen toets op het numerieke toetsenblok. 5. Druk op de softkey MijnT als u uw persoonlijke telefoonboek wilt openen. 6. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer waarnaar u de oproepen wilt doorschakelen. 7. Druk op de softkey Opsl. 8. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Oproepen doorschakelen naar een extern nummer 1. Druk op de softkey Drsch. 2. Selecteer Alle oproepen of Na 3 belsignalen. 3. Druk op de softkey Wijz. 4. Selecteer Gekozen nr. of druk op de toegewezen toets op het numerieke toetsenblok. 5. Geef het nummer op waarnaar u de oproepen wilt doorschakelen. Als u de oproep wilt doorverbinden met een PSTN-nummer of met een SIP-netwerknummer, geeft u ook het kengetal op. 6. Druk op de softkey Volg.


Mei 2007

21

7. Druk op de softkey Opsl. 8. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Doorschakelen uitschakelen 1. Druk op de softkey Drsch. 2. Selecteer Alle oproepen of Na drie belsignalen. 3. Druk op de softkey Uit. 4. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Aantal belsignalen vóór doorschakelen wijzigen 1. Druk op de softkey Drsch. 2. Selecteer Na 3 belsignalen in het menu Doorschakelen. 3. Druk op de softkey Wijz. 4. Druk op de softkey - of + om het aantal belsignalen te verlagen of te verhogen. Boven op het display verschijnt het huidige aantal belsignalen. 5. Voer één van de volgende acties uit: ●

Druk op 1 op het numerieke toetsenblok om de oproepen naar de voicemail om te leiden, en druk vervolgens op de softkey Opsl.

●

Druk op 2 op het numerieke toetsenblok en druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer waarnaar u de oproepen wilt omleiden (of druk op de softkey MijnT om een nummer uit uw persoonlijke telefoonboek te kiezen).

●

Druk op 3 op het numerieke toetsenblok en druk daarna op de softkey Volg om de oproepen naar het door u opgegeven nummer om te leiden.


Omleiden met nul Via de functie Omleiden met nul kan de beller een niet-beantwoorde oproep omleiden naar het nummer dat u opgeeft terwijl de beller uw persoonlijke begroeting beluistert.

22


Mei 2007


Bellers weten alleen dat ze deze functie kunnen gebruiken als u ze daarop wijst in uw persoonlijke begroeting (zie Persoonlijke begroetingen voor voicemail opnemen en beheren op pagina 30). Om een oproep met succes om te leiden, moet de beller 0 kiezen tijdens het afspelen van uw persoonlijke begroeting. Nadat u een omleidingsnummer hebt opgegeven, wordt de functie Omleiden met nul automatisch ingeschakeld.

Tip:

Tip: Denk erom in uw persoonlijke begroeting te zeggen dat de beller direct 0 moet kiezen vóór het einde van de begroeting.

Omleidingsnummer opgeven 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Voicemail in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Omleiden met nul in het menu Voicemailopties. 4. Druk op de softkey Wijz. 5. Geef het nummer op waarnaar de oproep wordt omgeleid. U kunt een toestelnummer of een extern telefoonnummer invoeren. Als u de oproep wilt omleiden naar een PSTN-nummer of een SIP-netwerknummer, geeft u ook het kengetal op. 6. Druk op de softkey Klaar. 7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Omleiden met nul inschakelen of uitschakelen 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Voicemail in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Omleiden met nul in het menu Voicemailopties. 4. Druk op de softkey Aan of Uit. 5. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).


Mei 2007

23

Werken met Oproeplogs In het oproeplog vindt u twee lijsten met telefoonnummers bestaande uit samen maximaal 200 vermeldingen: ●

Inkomende oproepen — Logboekrecord met ontvangen oproepen, al dan niet beantwoord. Welke informatie u te zien krijgt, hangt af van de diensten die door uw serviceprovider worden aangeboden.

●

Uitgaande oproepen — Logboekrecord met gekozen nummers.

U kunt de logboekvermeldingen in beide lijsten gebruiken om uitgaande oproepen tot stand te brengen. U kunt de informatie kopiëren naar een snelkiestoets (zie pagina 40) of naar uw persoonlijke telefoonboek (zie pagina 34). Als 200 logboekvermeldingen zijn opgeslagen, wordt een nieuwe oproep toegevoegd en wordt de oudste oproep verwijderd.

Opmerking:

Opmerking: Op een 4621 SW IP-telefoon kunt u met de lijn-/functieknop ( ) rechtsonder op het display het oproeplog openen. U kunt ook drukken op de softkey Log in plaats van de stappen 1 en 2 van de procedure in dit gedeelte uit te voeren.

Vermeldingen in het oproeplog weergeven 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproeplog in het hoofdmenu. 3. Als u de lijst met gekozen nummers wilt weergeven, drukt u op de softkey Uit.

Tip:

Tip: Op het display verschijnt een subset van het totaal aantal logboekvermeldingen op uw telefoon. Als u de volgende of vorige reeks vermeldingen wilt weergeven, drukt u op de knop PAGE RIGHT of PAGE LEFT ( ).

Een nummer in het oproeplog bewerken vóór het kiezen U kunt een vermelding in het oproeplog ophalen en het nummer wijzigen juist voordat u dit kiest. U kunt de wijzigingen niet opslaan. 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproeplog in het hoofdmenu. 3. Als u een eerder gekozen nummer wilt bewerken/kiezen, drukt u op de softkey Uit. 4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt bewerken/kiezen.

Opmerking:

24

Opmerking: Neem de hoorn niet op. Anders wordt er onmiddellijk een oproep geplaatst naar het nummer dat u wilt bewerken/kiezen.


Mei 2007

Werken met voicemail

5. Druk op de softkey BewNr. 6. Gebruik de softkey Bksp en de toetsen op het numerieke toetsenblok om een ander nummer in te voeren. 7. Druk op de softkey Kies.

Eén vermelding verwijderen 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproeplog in het hoofdmenu. 3. Als u een eerder gekozen nummer wilt verwijderen, drukt u op de softkey Uit. 4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt verwijderen.

Opmerking:

Opmerking: Neem de hoorn niet op. Anders wordt er onmiddellijk een oproep geplaatst naar het nummer dat u wilt verwijderen. 5. Druk op de softkey Wis.

Alle lijsten, oproeplogs leegmaken en/of de teller op nul stellen 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproeplog in het hoofdmenu. 3. Druk op de softkey Leeg. 4. Selecteer één van de volgende opties in het menu Opties oproeplog: ●

Teller opnieuw instellen — De teller van gemiste oproepen op nul zetten.

●

Inkomend wissen — De lijst met inkomende oproepen leegmaken.

●

Uitgaand wissen — De lijst met uitgaande oproepen leegmaken.

●

Alles wissen — De teller van gemiste oproepen op nul zetten en de lijsten met inkomende en uitgaande oproepen leegmaken.

5. Als u daar opdracht toe krijgt, drukt u op de softkey Ja. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Werken met voicemail Via de voicemail kunt u de berichtenlijst weergeven, en berichten afspelen, kopiëren of verwijderen. U kunt de nadere contactgegevens van de beller in uw persoonlijke telefoonboek of in een snelkiestoets opslaan.


Mei 2007

25

U hebt toegang tot uw voicemail vanaf elke willekeurige druktoetstelefoon, intern en extern. Zie de procedure in Voicemail beluisteren via een willekeurige telefoon op pagina 30.

Snelkoppelingen op het numerieke toetsenblok In de volgende tabel staan de snelkoppelingen die beschikbaar zijn op het numerieke toetsenblok nadat u het wachtwoord hebt ingevoerd. Toets 1

Functie 1

Nieuwe berichten beluisteren

Hoofdmenu 1

4

26

Voicemailberichten beluisteren 1

Terugspoelen

2

Pauzeren

3

Snel vooruitspoelen

4

Opnieuw afspelen

5

Envelopinformatie

7

Verwijderen

8

Beantwoorden

9

Opslaan

#

Naar het volgende bericht gaan

*

Terug naar het hoofdmenu

Persoonlijke opties 1

Voicemailmelding aan of uit

2

Naam opnemen #

Opnemen stoppen

1

Opname opslaan

2

Naam beluisteren

3

Wissen en opnieuw opnemen

4

Extra opname aan naam toevoegen


Mei 2007


Toets

Functie * 3

Persoonlijke begroeting opnemen #

Opnemen stoppen

1

Opname opslaan

2

Bericht beluisteren

3

Wissen en opnieuw opnemen

4

Extra opname aan het bericht toevoegen

*

Afsluiten zonder te wijzigen en terug naar menu voor persoonlijke begroeting

4

Persoonlijke begroeting wissen en standaardbegroeting gebruiken

5

Wachtwoord wijzigen

6

Omleiden met nul configureren

* *

Afsluiten zonder te wijzigen en terug naar menu om naam op te nemen

1

Functie inschakelen

2

Functie uitschakelen

3

Omleidingsnummer wijzigen

*

Terug naar menu voor persoonlijke begroeting

Terug naar het hoofdmenu

Voicemailsysteem afsluiten

Snelkoppelingen op numeriek toetsenblok voor beller In de volgende tabel staan de opties die een beller kan selecteren tijdens het achterlaten van zijn bericht. Elke toets op het numerieke toetsenblok van de beller voert een verschillende functie uit. Toets

Functie

#

Begroeting overslaan en beginnen met bericht achterlaten

#

Opnemen stoppen


Mei 2007

27

Toets

Functie

1

Bericht opslaan en oproep beëindigen

2

Bericht beluisteren

3

Bericht wissen en opnieuw opnemen

4

Informatie aan het opgenomen bericht toevoegen

*

Afsluiten zonder bericht achter te laten

In de voicemail op een Quick Edition IP-telefoon kunt u maximaal 30 voicemailberichten of voor 20 minuten berichten opslaan. Als uw voicemailbox vol is, horen de bellers een bericht dat het voicemailgeheugen vol is en dat er geen berichten meer kunnen worden opgeslagen. Als u ruimte in het voicemailgeheugen wilt vrijmaken, moet u bestaande opnames verwijderen. Als een telefoon van een bepaalde gebruiker niet met het netwerk is verbonden, kunnen twee andere telefoons in het netwerk dienstdoen als back-up en nieuwe voicemailberichten voor deze telefoon opslaan. Als de telefoon opnieuw wordt aangesloten, worden de voicemailberichten voor dit toestel opgehaald. De twee back-uptelefoons kunnen telkens voor vijf minuten voicemailberichten voor de hoofdgebruiker opslaan. Stel dat u bijvoorbeeld voor 17 minuten voicemailberichten op uw telefoon hebt opgeslagen en dat u de telefoon loskoppelt, dan kunt u via de andere twee back-uptelefoons voor nog eens 10 minuten extra voicemailberichten opnemen. Als u de telefoon opnieuw aansluit, blijven bepaalde nieuwe voicemailberichten op de back-uptelefoons staan totdat u ruimte vrijmaakt in het gebruikte voicemailgeheugen van 17 minuten. U kunt voicemailberichten op back-uptelefoons precies op dezelfde manier beluisteren als berichten op uw eigen telefoon: deze berichten worden automatisch afgespeeld.

Tip:

Opmerking:

Tip: U kunt ervoor kiezen een voicemailbericht als e-mailbijlage te ontvangen. Voor meer informatie raadpleegt u het gedeelte “E-mailmelding van voicemail” in de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition. Opmerking: Zie ook Persoonlijke begroetingen voor voicemail opnemen en beheren op pagina 30 en Omleiden met nul op pagina 22).

Voicemailberichten ophalen Als iemand een bericht voor u heeft ingesproken, knippert de indicator Wachtend bericht rood, terwijl het aantal wachtende voicemailberichten met tussenpozen op het display wordt weergegeven.

28


Mei 2007


Opmerking:

Opmerking: Uw voicemailwachtwoord is identiek aan het wachtwoord dat u gebruikt om gebruikersopties op te roepen (de fabrieksinstelling van dit wachtwoord is 123456). Als u uw wachtwoord voor toegang tot gebruikersopties wijzigt, wordt het voicemailwachtwoord ook aangepast. Volgens het beveiligingsbeleid van uw bedrijf kan de beheerder instellen dat wachtwoorden wel of niet verlopen. Als deze functie is ingeschakeld, wordt u gewaarschuwd vóór de verloopdatum van het wachtwoord. Raadpleeg Wachtwoordopties instellen op pagina 8 om het standaardwachtwoord te wijzigen of een nieuw wachtwoord in te stellen.

Voicemailbericht afspelen 1. Druk op de softkey Vmail. 2. Geef uw voicemailwachtwoord op en druk vervolgens op de softkey Klaar. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het bericht dat u wilt afspelen. Het eerste bericht in de lijst (nummer 1) is het recentste bericht dat u ontvangen hebt. 4. Druk op de softkey Afsp. Het opgenomen bericht wordt afgespeeld. U kunt ook de hoorn opnemen om naar het bericht te luisteren.

Opmerking:

Tip:

Opmerking: Neem de hoorn pas op nadat u op de softkey Afsp hebt gedrukt. Anders wordt er automatisch een oproep geplaatst naar de persoon die het bericht heeft achtergelaten. Tip: Druk op de volumeknoppen ( terwijl de opname wordt afgespeeld.

) om het geluidsvolume aan te passen

5. Als u het afspelen wilt pauzeren, drukt u op de softkey Pauze. Druk op Afsp om het afspelen te hervatten.

Tip:

Tip: U kunt een bericht terugspoelen of overslaan en naar het volgende bericht gaan door respectievelijk op de knop PAGINA LINKS of PAGINA RECHTS ( ) te drukken.

Inkomende voicemailberichten bijhouden Na een opgegeven aantal belsignalen (zie Aantal belsignalen vóór doorschakelen wijzigen op pagina 22), wordt de oproep beantwoord door de voicemail en wordt de beller gevraagd een bericht in te spreken. Tijdens de opname verschijnt oproepinfo op het display.


Mei 2007

29

Voicemailbericht beluisteren tijdens de berichtopname 1. Druk op de softkey Lstr als de beller begint een bericht in te spreken (nadat het belsignaal is gestopt). U hoort de beller spreken zonder dat hij u hoort. 2. Druk op de softkey Antw als u een gesprek met de beller wilt voeren voordat hij ophangt. U bent verbonden met de beller. Het tot dusver ingesproken bericht is opgenomen.

Voicemail beluisteren via een willekeurige telefoon U kunt voicemailopties instellen of de voicemailberichten ophalen vanaf een willekeurige druktoetstelefoon.

Opmerking:

Opmerking: Als u voicemailberichten via het openbare telefoonnet (PSTN) wilt ophalen, moet het one-X Quick Edition-netwerk over een G10 PSTN-gateway beschikken. 1. Kies op een willekeurige druktoetstelefoon die toegang heeft tot het one-X Quick Edition-netwerk het toestelnummer van uw Quick Edition IP-telefoon. 2. Wacht tot de oproep door de voicemail wordt beantwoord. 3. Druk op het sterretje (*) op het numerieke toetsenblok zodra de begroeting wordt afgespeeld. 4. Als u gevraagd wordt uw voicemailwachtwoord in te voeren, geeft u dit wachtwoord op gevolgd door het hekje (#). Het voicemailwachtwoord is identiek aan het wachtwoord dat u gebruikt om gebruikersopties op te roepen. 5. Volg de opdrachten om voicemailberichten op te halen en af te spelen en/of om opties te wijzigen.

Tip:

Tip: Druk op het sterretje (*) op het numerieke toetsenblok om de voicemail af te sluiten of om de vorige lijst met menuopties te beluisteren. 6. Als u de oproep wilt beëindigen, hangt u op of drukt u op de softkey Einde.

Persoonlijke begroetingen voor voicemail opnemen en beheren U kunt een nummer opgeven dat door de voicemail wordt gekozen wanneer een beller 0 kiest tijdens het afspelen van uw begroeting (zo kunt u bijvoorbeeld de oproep naar een andere telefoon of naar uw mobiele telefoon omleiden).

Uw naam opnemen Dit is de opname die wordt afgespeeld wanneer de bellers op naam kiezen door tussenkomst van de Auto-attendant.

30


Mei 2007


1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Voicemail in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Naam opnemen in het menu Voicemailopties. 4. Neem de hoorn op om de begroeting op te nemen. 5. Druk op de softkey Opn, spreek uw naam duidelijk in de microfoon in, en druk daarna op de softkey Stop of hang op. 6. Voer één van de volgende acties uit: ●

druk op de softkey Afsp om de opname te beluisteren.

●

druk op de softkey Opsl en OK als u tevreden bent over de opname.

●

druk nogmaals op de softkey Opn als u uw naam opnieuw wilt opnemen.

7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Persoonlijke begroeting opnemen In plaats van de standaardbegroeting van de voicemail wordt een persoonlijke begroeting afgespeeld. Na het afspelen van uw persoonlijke begroeting kunnen bellers voicemailopties kiezen. In uw persoonlijke begroeting kunt u aangeven welke opties de bellers kunnen kiezen. Bijvoorbeeld “Spreek een bericht in. Druk daarna op het hekje om de voicemailopties te beluisteren.”

Opmerking:

Opmerking: De opnameduur van persoonlijke begroetingen moet minstens drie seconden zijn. 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Voicemail in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Begroeting opnemen in het menu Voicemailopties. 4. Neem de hoorn op om de begroeting op te nemen. 5. Druk op de softkey Opn, spreek de begroeting duidelijk in de microfoon in, en voer daarna één van de volgende acties uit: ●

druk op de softkey Stop.

●

hang op, of

●

druk op het hekje (#) op het numerieke toetsenblok.

6. Voer één van de volgende acties uit: ●

druk op de softkey Afsp om de opname te beluisteren.

●

druk op de softkey Opsl en OK als u tevreden bent over de opname.

●

druk nogmaals op de softkey Opn als u de begroeting opnieuw wilt opnemen.


Mei 2007

31

7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Persoonlijke begroeting verwijderen Als u uw persoonlijke begroeting verwijdert, wordt de standaardbegroeting teruggezet. 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Voicemail in het menu Gebruikersopties. 3. Selecteer Begroeting opnemen in het menu Voicemailopties. 4. Druk op de softkey Wis. 5. Druk op de softkey Ja als u gevraagd wordt of u de begroeting wilt verwijderen. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Werken met telefoonboeken Zakelijk telefoonboek en persoonlijk telefoonboek In telefoonboeken kunt u contactgegevens opslaan, zoals namen en telefoonnummers. Er bestaan twee soorten telefoonboeken: ●

Zakelijk telefoonboek — Dit telefoonboek wordt automatisch ingevuld en bijgewerkt en bevat één vermelding voor elke Quick Edition IP-telefoon in het one-X Quick Edition-netwerk. U kunt geen vermeldingen toevoegen of verwijderen. In een telefoonboek kunnen ook groepsnamen en toestelnummers staan.

●

Persoonlijk telefoonboek — Dit is uw eigen telefoonboek. Hier kunt u eigen vermeldingen toevoegen, bewerken of verwijderen.

Vermeldingen in Zakelijk telefoonboek en persoonlijk telefoonboek weergeven 1. Druk op de softkey TelBk. De lijst met vermeldingen in het Zakelijk telefoonboek wordt weergegeven. 2. Druk op de softkey MijnT als u de vermeldingen in uw persoonlijke telefoonboek wilt weergeven. 3. Voer één van de volgende acties uit om te bladeren door de telefoonboekvermeldingen: ●

32

druk op de knop PAGINA LINKS of PAGINA RECHTS ( telefoonboekpagina’s.


) om te bladeren door de

Mei 2007

Werken met telefoonboeken

●

gebruik het numerieke toetsenblok om de beginletter op te geven van de naam die aan de telefoonboekvermelding is gekoppeld. Tip: U kunt ook een combinatie van beide methoden gebruiken. Zo kunt u bijvoorbeeld op 2 op het numerieke toetsenblok drukken om naar de eerste telefoonboekvermelding te gaan die begint met de letter B. Vervolgens kunt u op de knop PAGINA LINKS of PAGINA RECHTS ( ) drukken om de volgende of vorige pagina weer te geven.

Tip:

Uw naam in het Zakelijk telefoonboek wijzigen Geef eerst uw achternaam en daarna uw voornaam op om alle namen in het Zakelijk telefoonboek alfabetisch op achternaam te sorteren. De functie Kiezen op naam van de Auto-attendant vergelijkt de door de beller ingedrukte toetsen met de naam in het telefoonboek, te beginnen met de eerste letter van de achternaam. 1. Open het menu Gebruikersopties (zie Het menu Gebruikersopties openen op pagina 7). 2. Selecteer Naam in het menu Gebruikersopties. 3. Druk op de softkey Wijz. De cursor wordt aan het einde van de bestaande naam geplaatst. 4. Met de cursor op deze positie gebruikt u de toets Bksp om eventueel tekens te wissen. Voer op de huidige cursorpositie een naam in. Voer eerst de achternaam in en daarna de voornaam (bijvoorbeeld Young, Mary): Tabel 2: Tekens invoeren met het numerieke toetsenblok Toets

Actie

1 Softkey Gr/Kl

Speciale tekens invoeren , ’ & - en @ Wijzigt een teken van hoofdletter in kleine letter en vice versa. De beginletter van een regel en het eerste teken na een spatie worden automatisch met een hoofdletter geschreven. Verplaatst de cursor naar links of rechts zonder tekens te wissen.

PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( Softkey Bksp 2 tot 9 toetsen

) Verwijdert een teken. Druk éénmaal op een toets om de eerste letter in te voeren, tweemaal voor de tweede letter, driemaal voor de derde letter en viermaal voor de vierde letter. Als u bijvoorbeeld “R” wilt typen, drukt u driemaal op 7 op het numerieke toetsenblok.



Mei 2007

33

Vermelding aan uw persoonlijke telefoonboek toevoegen U kunt vermeldingen niet alleen handmatig aan uw persoonlijke telefoonboek toevoegen, maar ook vanuit het Zakelijk telefoonboek, het oproeplog of een voicemailopname.

Vermelding handmatig toevoegen 1. Druk op de softkey TelBk. 2. Druk op de softkey MijnT. 3. Druk op de softkey Toev. 4. Geef een naam op voor de vermelding (bijvoorbeeld de naam van de partij die u wilt opbellen). 5. Druk op de softkey Volg. 6. Voer het telefoonnummer of het toestel in (voor een PSTN- of SIP-nummer geeft u eerst het kengetal op). 7. Druk op de softkey Volg. 8. Druk op de softkey Opsl om de vermelding aan het persoonlijke telefoonboek toe te voegen. 9. Druk op de softkey Sluiten, of druk op de knop PHONE/EXIT( maken.

) om het display leeg te

Vermelding uit het Zakelijk telefoonboek kopiëren 1. Druk op de softkey TelBk. 2. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kopiëren. 3. Druk op de softkey Kopie. 4. Selecteer Mijn pers. telefoonboek in het menu Item kopiëren naar. 5. Druk op de softkey OK. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding uit het oproeplog kopiëren 1. Druk op de softkey Log. De lijst Inkomend wordt weergegeven. 2. Als u een vermelding uit de lijst met gekozen nummers wilt kopiëren, drukt u op de softkey Uit. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kopiëren. 4. Druk op de softkey Kopie. 5. Selecteer Mijn pers. telefoonboek in het menu Item kopiëren naar.

34


Mei 2007

Werken met telefoonboeken

6. Druk op de softkey OK. 7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding uit een voicemailopname kopiëren 1. Druk op de softkey Vmail. 2. Geef uw voicemailwachtwoord op en druk vervolgens op de softkey Klaar. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de voicemailopname die u wilt kopiëren. 4. Druk op de softkey Kopie. 5. Selecteer Mijn pers. telefoonboek in het menu Item kopiëren naar. 6. Druk op de softkey OK. 7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding in uw persoonlijke telefoonboek bewerken 1. Druk op de softkey TelBk. 2. Druk op de softkey MijnT. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt bewerken. 4. Druk op de softkey Bew. 5. Ga te werk volgens de aanwijzingen in Tabel 2 onderTekens invoeren met het numerieke toetsenblok op pagina 33. 6. Druk op de softkey Volg. 7. Bewerk het nummer zo nodig. 8. Druk op de softkey Volg. 9. Druk op de softkey Opsl als u gevraagd wordt of u de telefoonboekvermelding wilt wijzigen 10. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding uit uw persoonlijke telefoonboek verwijderen 1. Druk op de softkey TelBk. Het Zakelijk telefoonboek wordt weergegeven. 2. Druk op de softkey MijnT. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt verwijderen. 4. Druk op de softkey Wis. 5. Druk op de softkey Sluiten, of druk op de knop PHONE/EXIT( maken.


) om het display leeg te

Mei 2007

35

Status Statusinfo is de aankondiging of een gebruiker beschikbaar is om een gesprek te voeren met andere gebruikers. U kunt maximaal drie telefoons controleren met de 4610SW IP-telefoon en vier met de 4621SW IP. De status info verschijnt als pictogram in het scherm Zakelijk telefoonboek. U kunt geen Auto-attendant-, groeps- of externe nummers aan uw controlelijst toevoegen: voor deze items wordt geen statusinfo weergegeven. Als de status handmatig wordt ingesteld, kan de gebruiker de volgende statusinfo configureren: ●

Automatisch (standaardwaarde)

●

Bezet

●

Afwezig

●

In vergadering

●

Zo terug

●

Privé

●

NST

Als de status op ‘Automatisch’ is ingesteld, kunt u de volgende info weergeven: ●

In gesprek (telefoon van de haak)

●

Beschikbaar (telefoon op de haak)

●

Alle oproepen doorgeschakeld (doorschakelen ingesteld voor alle oproepen) Tabel 3: Lijst met statuspictogrammen Pictogram

Betekenis Telefoon van de haak (in gesprek) Telefoon op de haak (beschikbaar) Alle oproepen doorgeschakeld Bezet, Niet storen, Privé Zo terug Afwezig In vergadering

36


Mei 2007

Status

Opmerking:

Opmerking: Tijdens een actieve oproep kunt u het Zakelijk telefoonboek openen om de statusinfo te wijzigen.

Gebruiker toevoegen aan of verwijderen uit statuscontrolelijst in beginscherm 1. Druk op de softkeyTelBk. 2. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt toevoegen of verwijderen. 3. Druk op de softkeyStsTv (status toevoegen) om een gebruiker aan de statuscontrolelijst toe te voegen. Druk op de softkey StsVw (status verwijderen) om een gebruiker uit de statuscontrolelijst te verwijderen. 4. U keert terug naar het scherm Zakelijk telefoonboek.

Statusinfo voor een gecontroleerde gebruiker weergeven 1. In het beginscherm ziet u de gecontroleerde gebruikers aan de rechterkant en de actieve oproepen aan de linkerkant. 2. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding waarvoor u informatie wilt weergeven.

Opmerking:

Opmerking: Apparaten van release 3.0 worden weergegeven als ‘Privé’.

Gecontroleerde gebruiker opbellen 1. Druk op een lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding. 2. Druk op de softkey Kies.

Eigen statusinfo configureren Zie Programmeerbare softkeys op pagina 6 om een softkey te programmeren. 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Mijn status in het hoofdmenu. 3. Druk op de knoppen PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( geven.

) om alle statusopties weer te

4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de statusoptie van uw keuze. 5. Druk op de softkey Ja om uw status in te stellen en terug te keren naar het beginscherm.

Uw ingestelde statusinformatie wijzigen of verwijderen 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Mijn status in het hoofdmenu.


Mei 2007

37

3. Druk op de knoppen PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( geven.

) om alle statusopties weer te

4. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de statusoptie van uw keuze. Kies Auto om uw ingestelde status te verwijderen. 5. Druk op de softkey Ja om uw status te wijzigen en terug te keren naar het beginscherm.

Ingeschreven gebruikers in uw beginscherm controleren ●

Als uw telefoon in gebruik is, verschuiven de gecontroleerde namen naar rechts op het scherm.

Niet storen U kunt de functie Niet storen (NST) gebruiken om te voorkomen dat uw telefoon overgaat of dat u oproepen ontvangt. Gesprekken worden verwerkt volgens de regels voor Oproepen doorschakelen (zie Oproepen doorschakelen op pagina 20). Zie Programmeerbare softkeys op pagina 6 om een softkey te programmeren.

NST in- of uitschakelen 1. Druk op de knop OPTIONS (

) en kies NST op het hoofdmenu.

OF druk op een geprogrammeerde NST-softkey. 2. Druk op de softkey AAN of UIT om de functie aan en uit te zetten.

Oproepen Met de functie Oproepen kunt u een aankondiging naar alle Quick Edition IP-telefoons in het one-X Quick Edition-netwerk uitzenden. Alle personen in de oproepzone horen de aankondiging via de luidspreker van hun telefoon, tenzij ze in gesprek zijn. Zie Programmeerbare softkeys op pagina 6 om een softkey te programmeren.

Tip:

Tip: Als uw netwerk een PSTN-gateway heeft die met een geluidsversterker en luidspreker is uitgerust, kunt u met de functie Oproepen ook een aankondiging via deze luidspreker uitzenden.

Alle telefoons maken standaard deel uit van de algemene oproepzone en zone 2. Leden van de algemene oproepzone kunt u niet wijzigen. U kunt elke telefoon toewijzen aan één extra oproepzone.

38


Mei 2007

Snelkiezen

Met de webgebaseerde beheersinterface (zie “Telefoondetails” in de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition) kunt u een Quick Edition IP-telefoon configureren om te reageren op aankondigingen voor een specifieke oproepzone van 2 tot 9. Installaties voor oproepen via luidspreker die met PSTN-gateways zijn verbonden, worden alleen geactiveerd als u een aankondiging voor de algemene oproepzone uitzendt.

Aankondiging uitzenden in een oproepzone 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Oproepen in het hoofdmenu. 3. Neem de hoorn op en voer één van de volgende acties uit: ●

Selecteer Algemene oproep in het menu Oproepzone selecteren om een aankondiging naar alle one-X Quick Edition-apparaten in het netwerk uit te zenden.

●

Druk op de lijn-/functieknop ( ) voor een specifieke oproepzone als u een aankondiging naar de apparaten in deze zone wilt uitzenden.

4. Wacht op de oproeptoon en spreek vervolgens uw aankondiging duidelijk in de microfoon in. 5. Druk op de softkey Klaar of hang op. 6. Druk op de knop PHONE/EXIT(

) om het display leeg te maken.

Snelkiezen Met de functie Snelkiezen kunt u veelgebruikte nummers opslaan om die rechtstreeks te kiezen. U kunt de snelkieslijst openen en weergeven als u een snelkiesnummer bent vergeten of de snelkiesnummers wilt bijwerken. U kunt vermeldingen niet alleen handmatig aan de snelkieslijst toevoegen, maar ook vanuit het Zakelijk telefoonboek, het oproeplog of een voicemailopname.

Uw snelkieslijst weergeven 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Snelkiezen in het hoofdmenu. 3. Druk op de knoppen PAGE LEFT en PAGE RIGHT ( geven.

) om alle vermeldingen weer te

Snelkiesitem handmatig aan snelkieslijst toevoegen 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Snelkiezen in het hoofdmenu.


Mei 2007

39

3. Druk op de softkey Toev. 4. Geef met het numerieke toetsenblok een naam op voor de vermelding in de snelkieslijst. Ga te werk zoals beschreven in het gedeelte Tekens invoeren met het numerieke toetsenblok op pagina 33 om de tekst te bewerken. 5. Druk op de softkey Volg. 6. Voer een nummer in met het numerieke toetsenblok. 7. Druk op de softkey Volg. 8. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast een ongebruikt snelkiesnummer om de vermelding daaraan toe te wijzen. 9. Druk op de softkey Opsl om de vermelding aan het snelkiesnummer toe te wijzen. 10. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding uit het Zakelijk telefoonboek kopiëren 1. Druk op de softkey TelBk. 2. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kopiëren. 3. Druk op de softkey Kopie. 4. Selecteer Snelkiezen in het menu Item kopiëren naar. 5. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast een ongebruikt snelkiesnummer. 6. Druk op de softkey OK. 7. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Vermelding uit het oproeplog kopiëren Zie Programmeerbare softkeys op pagina 6 om een softkey te programmeren. 1. Druk op de softkey Log om de lijst Inkomend weer te geven. 2. Als u een vermelding uit de lijst met gekozen nummers wilt kopiëren, drukt u op de softkey Uit. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast het nummer dat u wilt kopiëren. 4. Druk op de softkey Kopie. 5. Selecteer Snelkiezen in het menu Item kopiëren naar. 6. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast een ongebruikt snelkiesnummer. 7. Druk op de softkey OK. 8. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

40


Mei 2007

Snelkiezen

Vermelding uit een voicemailopname kopiëren 1. Druk op de softkey Vmail. 2. Geef uw voicemailwachtwoord op en druk vervolgens op de softkey Klaar. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding van de voicemailopname die u wilt kopiëren. 4. Druk op de softkey Kopie. 5. Selecteer Snelkiezen in het menu Item kopiëren naar. 6. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast een ongebruikt snelkiesnummer. 7. Druk op de softkey OK. 8. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Snelkiesitem bewerken Van elk snelkiesitem kunt u de naam, het nummer en/of de toegewezen snelkiestoets wijzigen. 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Snelkiezen in het hoofdmenu. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt bewerken. 4. Druk op de softkey Bew. 5. Wijzig zo nodig de naam. Druk op de softkey Volg als u klaar bent. 6. Wijzig zo nodig het nummer. Druk op de softkey Volg als u klaar bent. 7. Als u de toegewezen snelkiestoets wilt wijzigen, drukt u op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt gebruiken. 8. Druk op de softkey Opsl als u gevraagd wordt het snelkiesitem in de snelkieslijst te wijzigen. 9. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Snelkiesitem verwijderen 1. Druk op de knop OPTIONS (

).

2. Selecteer Snelkiezen in het hoofdmenu. 3. Druk op de lijn-/functieknop ( ) naast de vermelding die u wilt verwijderen. 4. Druk op de softkey Wis. 5. Druk op de softkey OK. 6. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).


Mei 2007

41

Registratie-informatie voor optionele functies Registratie-informatie voor speciale functies weergeven met een telefoon 1. Druk op de knop OPTIONS (

) op de telefoon.

2. Selecteer Opt. functies in het hoofdmenu. 3. Selecteer Opties E-mail doorsturen, Opties WebAdm Sys, of Opties Telecommuter in het menu Functielijst. De registratiecode wordt weergegeven. 4. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ).

Voicemail per e-mail doorsturen Als u de functie voor het doorsturen van voicemail per e-mail hebt ingesteld en ingeschakeld, worden e-mailberichten verzonden om gebruikers te melden dat ze nieuwe voicemailberichten hebben ontvangen. In dit e-mailbericht staat de koptekstinformatie met de naam (indien beschikbaar) en het nummer van de beller en de oproeptijd en -duur. Een opname van het voicemailbericht wordt gemaakt als geluidsbestand met G.729a-codering (in WAV-bestandsindeling) en het bestand wordt als e-mailbijlage verzonden. Zie Bijgevoegd geluidsbestand afspelen op pagina 43 voor gedetailleerde informatie over de vereisten voor pc en MediaPlayer.

Opmerking:

Opmerking: Uw systeembeheerder moet SMPT voor het systeem inschakelen ('Voicemail per e-mail doorsturen' in de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition ).

Voicemail per e-mail doorsturen configureren 1. Meld u af als u bij de webgebaseerde beheersinterface bent aangemeld. 2. Meld u aan bij de webgebaseerde interface Gebruikersopties door het toestelnummer op te geven van de telefoon die voicemailberichten van de gebruiker ontvangt en het wachtwoord in te voeren om toegang te krijgen tot de gebruikersopties op deze telefoon. 3. Klik in het menu Gebruikersopties op Voicemail. 4. Klik in het deelvenster SMTP op Wijzigen. 5. Typ in het veld Aan het e-mailadres van de geadresseerde van de e-mailmelding (bijvoorbeeld [email protected]).

42


Mei 2007

Registratie-informatie voor optionele functies

6. Typ in het veld Van een e-mailadres dat de telefoon in het veld Van van de koptekst van de e-mail kan plaatsen. Deze waarde moet eruitzien als een e-mailadres, maar hoeft niet noodzakelijk een bestaand e-mailadres te zijn (zo is [email protected] bijvoorbeeld aanvaardbaar). Kies een waarde die duidelijk is voor de degene die de e-mailberichten via de telefoon ontvangt. 7. Selecteer Melding inschakelen. 8. Klik op Verzend. 9. Meld u af. .

Bijgevoegd geluidsbestand afspelen Gebruikers kunnen de voicemailopname beluisteren door het geluidsbestand te openen met de mediaspeler. Vereisten gebruikers-pc: ●

een invoegtoepassing voor de Microsoft Windows Media Player (gratis download van de website voor technische ondersteuning van Avaya, die op elke gebruikers-pc moet zijn geïnstalleerd - zie de opmerkingen hieronder)

●

Microsoft Windows XP of 2003

●

afspeelmogelijkheden voor geluidsbestanden

●

een mediaspeler die de G.729a CODEC ondersteunt

Via SMTP (Simple Mail Transfer Protocol) kunt u e-mailberichten van de voicemail verzenden naar een telefoon op een SMTP-server, die de e-mailberichten op zijn beurt naar het opgegeven e-mailadres van de gebruiker verzendt.

Opmerking:

Opmerking:

Opmerking: De invoegtoepassing is niet compatibel met “N” versies van het Microsoft Windows XP-besturingssysteem. Opmerking: Verder hebt u voor de invoegtoepassing de runtime-software Microsoft DirectX 9.0c (of hoger) en het installatieprogramma Microsoft Installer nodig. DirectX is een aanvulling van het Microsoft Windows-besturingssysteem.

In elk e-mailbericht vindt u een handige koppeling naar het installatieprogramma en de invoegtoepassing (http://support.avaya.com/QuickEdition/MediaPlayer). Installeer het programma Microsoft Installer en voer dit installatieprogramma eenmaal uit om de invoegtoepassing te installeren. U wordt daarbij gevraagd de vereiste DirectX runtime-software te downloaden en te installeren. 1. Als de installatie van de invoegtoepassing is voltooid (en u hebt de DirectX runtime-software geïnstalleerd), dan kunt u het WAV-bestand afspelen met Windows Media Player door direct in het e-mailbericht op de WAV-bestandsbijlage te dubbelklikken.


Mei 2007

43

Toepassing Telecommuter Met de toepassing Telecommuter kan een externe gebruiker een telefoon aansluiten op een snelle internetverbinding op een externe locatie om het Zakelijk telefoonboek te raadplegen en gebruik te maken van de meeste andere functies en diensten die beschikbaar zijn voor iedereen die met het one-X Quick Edition-systeem werkt.

Opmerking:

Opmerking: Om veilig verbinding te maken met het one-X Quick Edition-netwerk vanaf een extern kantoor, dient de gebruiker zelf een virtueel particulier netwerk (VPN) te configureren.

Voor configuratieinformatie raadpleegt u het gedeelte “Een telecommuter toevoegen” in de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition.

Registratie-informatie voor optionele functies weergeven met een telefoon 1. Druk op de knop OPTIONS (

) op de telefoon.

2. Selecteer Opt. functies in het hoofdmenu. 3. Selecteer Opties Telecommuter in het menu Functielijst. De registratiecode wordt weergegeven. 4. Druk op de softkey Sluit om het vorige menu te openen, of druk op de knop PHONE/ EXIT( ) om het display leeg te maken.

Webgebaseerd systeembeheer Zijn uw telefoons met hetzelfde netwerk verbonden als de beheerderscomputer, dan kunt u systeemomvattende opties configureren met behulp van de webgebaseerde beheersinterface. Meer informatie vindt u in de Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition.

44


Mei 2007

Bijlage A:

De menu’s Opties

Telefoonopties Tabel 4: Telefoonopties - Hoofdmenu 1. Opties

Aanmelden bij gebruikers- of systeemopties

2. Oproeplogboek

Inkomende en uitgaande vermeldingen in het logboek weergeven en wissen

3. NST

Niet storen aan-/uitschakelen

4. Mijn status

Uw gebruikersstatus instellen

5. Oproepen

Een oproep uitsturen

6. Snelkiezen

Vermeldingen in snelkieslijst toevoegen, bewerken of verwijderen

7. Optionele functies

Weergeven

8. Details instellen

Weergeven

9. Taal

Instellingen weergeven

Tabel 5: Telefoonopties – Menu Gebruikersopties 1. Wachtwoord

Wachtwoord wijzigen of wachtwoordbeveiliging in- of uitschakelen

2. Oproepen doorschakelen

Oproepen doorschakelen in- of uitschakelen en bijbehorende instellingen wijzigen. Ook beschikbaar via een softkey.

3. Voicemail

Omleiden door operator inen uitschakelen en het nummer instellen waarnaar de oproep wordt omgeleid Naam en begroeting opnemen Ook beschikbaar via een softkey op de 4621 SW IP-telefoon

4. Oproeplog

De teller Gemiste oproepen wissen en op nul stellen. Extra opties vindt u onder Oproeplogs in het hoofdmenu.

5. Taal

Gebruikerstaal selecteren in de vervolgkeuzelijst

6. Naam

Naam invoeren in het bedrijfstelefoonboek

7. Persoonlijke beltoon

Beltonen beluisteren en persoonlijke beltoon selecteren

8. Toon Wachtende oproep

Toon Wachtende oproep inen uitschakelen

9. Contrastniveau

Contrastniveau van het telefoondisplay instellen


Mei 2007

45

Bijlage A: De menu’s Opties

Tabel 5: Telefoonopties – Menu Gebruikersopties (vervolg)

46

10. Telecommuter

Quick Edition IP-telefoon aansluiten op een snelle internetverbinding en het bedrijfstelefoonboek raadplegen

11. Softkeys resetten

Softkeys op fabrieksinstellingen terugzetten


Mei 2007

Telefoonopties

Tabel 6: Telefoonopties – Menu Webinterface Wachtwoord wijzigen

Bestaand wachtwoord invoeren, nieuw wachtwoord invoeren en bevestigen

Beginscherm


Oproepen doorschakelen in- of uitschakelen en bijbehorende instellingen wijzigen

Niet storen (NST)

Geluidswaarschuwing voor inkomende oproepen inen uitschakelen

Snelkiezen

Persoonlijke snelkiesnummers maken, wijzigen en verwijderen

Inkomende gesprekken

Details weergeven, de teller Gemiste oproepen wissen en op nul stellen

Gekozen nummers

Details weergeven en logboek leegmaken

Naam

Naam wijzigen

Optionele functies instellen

Opties voor doorsturen e-mail, telecommuter en WebAdm Sys weergeven

Omleiden met nul

Functie inen uitschakelen om niet-beantwoorde oproep om te leiden door te drukken op 0 op het numerieke toetsenblok, en het nummer invoeren waarnaar de oproep wordt omgeleid

SMTP

SMTP in- of uitschakelen, het IP-adres specificeren waarop berichten ontvangen worden en het IP-adres voor de koptekst van e-mailberichten

Werkmodus

Telewerk inschakelen (telecommuter) of uitschakelen (kantooremployé)

Voorkeurserver

Host-IP-adres van de telecommuterserver invoeren

Logboeken beller

Terminalinstellingen

Voicemail

Opties Telecommuter

Back-up en Herstellen

Back-up maken van configuratiegegevens van de gebruiker en deze terugzetten

Telefoon- en gebruikersopties oproepen met een webbrowser: 1. Start de webbrowser op de computer. 2. Voer in het veld Adres het IP-adres van de telefoon in (bijv. typ https://192.168.0.2).


Mei 2007

47


Systeemopties Tabel 7: Systeemopties – Menu Telefoon 1. Wachtwoord wijzigen

Bestaand wachtwoord invoeren, nieuw wachtwoord invoeren en bevestigen

2. Beheer instellen

1. Toestelnummer instellen

Toestelnummer wijzigen

2. Toestelnummer verwijderen

Toestelnummer opgeven dat u wilt verwijderen

3. Wachtwoord opnieuw instellen

Wachtwoord op de gebruikte telefoon opnieuw instellen

4. Upgraden

Softwareversie weergeven en/of upgrade bevestigen

3. Systeemtaal

De taal wordt niet toegepast op voicemail of opdrachten van de Auto-attendant, of webbeheer

4. Systeemregio

Afhankelijk van de geselecteerde regio, worden de juiste regiospecifieke beltonen toegepast

5. Datum en tijd

Systeemdatum en –tijd bewerken en opslaan.

6. Netwerkopties

1. IP-adres

IP-adres of netwerkmasker van telefoon, IP-adres van standaardgateway voor telefoon en/of IP-adres van DNS-server weergeven of wijzigen

2. SMTP-instellingen

SMTP inen uitschakelen in netwerk, en IP-adres opgeven van SMTP-serverhost en/of SMTP-poort

3. Operatornummer

Toegewezen operatornummer weergeven of wijzigen

1. Details

IP-adres van PSTN-gateway, softwareversie, verbindingsstatus, en MAC-adres weergeven

2. Lijnen

PSTN-lijn selecteren en ingestelde luslengte weergeven

3. Wachtmuziek

Wachtmuziek voor inkomende oproepen inen uitschakelen

4. IP-adres

IP-adres of netwerkmasker van PSTN-gateway, en/of IP-adres van standaard-IP-gateway weergeven of wijzigen

1. Auto-attendant

Toestelnummer, naam, geselecteerde begroeting (opdracht), opdrachttaal, en toestelnummer van bijbehorende PSTN-gateway weergeven

2. Aangepaste begroeting 1

Aangepaste begroeting opnemen, afspelen en/of opslaan

3. Aangepaste begroeting 2

Aangepaste begroeting opnemen, afspelen en/of opslaan

7. Gateways

8. Auto-attendant

48

IP-adres opgeven van TFTP-serverhost en upgradeproces starten


Mei 2007

Systeemopties

Tabel 8: Systeemopties – Menu Webinterface 3.1 Afmelden

Beheerderswachtwoord wijzigen

Apparaatbeheer

Apparaten

Bedrijfstelefoonboek

Help

Alle apparaten weergeven; apparaat toevoegen of verwijderen Details instellen

Toestelnummer, naam, status, oproepzone, softwareversie, netwerknaam, netwerk-ID weergeven. Toestelnummer, naam, en oproepzone wijzigen. Gebruikerswachtwoord opnieuw instellen op standaardwachtwoord.

Netwerkdiensten

IP-adres, netwerkmasker en gateway weergeven en bewerken

Functies

Optionele functies en registratie-info weergeven

Details gateway

Toestelnummer, IP-adres, softwareversie, status, MAC-adres, netwerknaam en –ID weergeven. Toestelnummer bewerken.

Lijnen

Instellingen voor inkomende, uitgaande gesprekken en luslengte weergeven en bewerken

WMZ

Huidige status weergeven en wachtmuziek inen uitschakelen

Netwerkdiensten

IP-adres, netwerkmasker en gateway weergeven en bewerken

Details A10

MAC-adres weergeven; naam en configuraties voor elke poort/SIP-identiteit bewerken

Details G20

MAC-adres weergeven; naam en configuraties voor elke SIP-identiteit bewerken; primaire identiteit configureren; beller-ID inen uitschakelen

Software-upgrade

Quick Edition-apparaten upgraden

Back-up en Herstellen

Back-up (reservekopie) maken en terugzetten van alle systeemconfiguraties

Vermelding toevoegen of verwijderen

Selectie maken in de vervolgkeuzelijst met vermeldingstypen: instellingen (telecommuter), gateways, groepen, Auto-attendanten, externe vermeldingen.

Telefoons Gateways Groepen

Groep toevoegen of verwijderen; groepsnaam wijzigen Leden

Leden toevoegen en verwijderen


Mei 2007

49


Tabel 8: Systeemopties – Menu Webinterface (vervolg) 3.1

Toepassingen

Kiesconfiguratie

Serviceprovider

SIP-proxy

Beveiliging

Lokalisatie

50

Doorschakelen

Doorschakelen voor de groep inen uitschakelen Nummer opgeven waarmee de groepsoproepen worden doorgeschakeld

Regels voor kiezen

Regels voor kiezen toevoegen en verwijderen

Auto-attendanten

Toestelnummer, naam en opdrachten weergeven Aangepaste auto-attendant toevoegen, wijzigen en verwijderen

Externe vermeldingen

Externe vermelding weergeven, toevoegen, wijzigen of verwijderen

SIP-identiteit

Dialoogvenster SIP-proxy-identiteiten voor bewerking openen

Algemene kiesregels

Een algemene kiesregel configureren, van toepassing op alle telefoons in het systeem

SMTP

SMTP-serverinstellingen bewerken.

CDR

CDR-serverinstellingen bewerken

Kiesschema

Toestelnummerbereiken, noodoproepcode, operatorcode, PSTN-code, en SIP-code worden standaard toegepast, afhankelijk van de bij installatie opgegeven regio

Regels voor kiezen

U kunt de kiesregels voor een noodoproep, toestelnummer, externe oproep, operator of VoIP E164 niet verwijderen of wijzigen. Wel kunt u een nieuwe kiesregel maken, die u vervolgens kunt wijzigen of verwijderen.

Configuratie

U kunt een serviceprovider toevoegen met de volgende configuratieonderdelen om een identiteit te maken: domeinnaam, proxyhost, proxypoort, registratiehost, registratiepoort, uitgaande proxyhost, uitgaande proxypoort, realm, en verlooptijd register.

Identiteiten

Een onder Configuratie gemaakte identiteit toevoegen, bewerken of verwijderen

Configuraties

SIP-configuratievermeldingen toevoegen, bewerken of verwijderen

Identiteiten

SIP-identiteiten toevoegen, bewerken of verwijderen

Gemachtigde gebruikers

Gebruikers toevoegen, bewerken of verwijderen die gemachtigd zijn gesprekken tussen apparaten van derden en de corresponderende QE-proxy te controleren

Algemeen

Wachtwoordregels

Autorisatiecodes

Codes toevoegen of verwijderen die voor elke oproep vanaf het systeem moeten worden gebruikt

Beheerderswach twoord

Beheerderswachtwoord wijzigen

Lokalisatie

Systeemtaal en regio selecteren in de vervolgkeuzelijsten

Tijd en datum

Systeemdatum en –tijd bewerken en opslaan

De configuratie-instellingen voor systeembeveiliging weergeven en wijzigen


Mei 2007

Systeemopties

Tabel 8: Systeemopties – Menu Webinterface (vervolg) 3.1 Netwerkdiensten

Geluids bandbreedte

Hoge of lage bandbreedte selecteren. Een hoge bandbreedte geeft spraakoverdracht van betere kwaliteit, maar gebruikt meer bandbreedte.

VLAN-instellingen

Activeren en prioriteit selecteren of deactiveren voor spraakverkeer. Deactiveren of pass-through selecteren of activeren en prioriteit voor dataverkeer selecteren.


Mei 2007

51


52


Mei 2007

Index

Index bijgevoegd geluidsbestand afspelen . . . . . . . 43 geadresseerde van e-mailmelding opgeven . . . . 42 opties webgebaseerde interface . . . . . . . . . 43

A Aankondiging uitzenden . . . . Aankondiging, via oproepen . . Algemene oproepzone . . . . . Auto-attendant, naam opnemen. Autorisatiecode beperking opheffen . . . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

39 38 38 30

. . . . . . . . . . 14

B Bellen conferentie instellen. . . . . . . . . . . . inkomende oproep doorverbinden . . . . . manieren om oproep te plaatsen . . . . . . oproep handmatig tot stand brengen . . . . oproep in wachtstand plaatsen om oproep te beantwoorden . . . . . . . . . . . . . . oproep in wachtstand plaatsen om oproep te plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . vanaf de statuscontrole . . . . . . . . . . Belsignalen, aantal wijzigen . . . . . . . . . Beltoon, selecteren . . . . . . . . . . . . . Beperkte oproepen autorisatiecode . . . . . . . . . . . . . . Beschikbaarheid, zie Status

. . . .

. . . .

. . . .

19 17 12 12

. . . 16 . . . .

. . . .

. . . .

16 37 22 .11

. . . 14

G Gebruikersopties, knop OPTIES menuopdrachten beltoon. . . . . . . . . . . . menuopdrachten contrastregeling . . . . . . . menuopdrachten details instellen . . . . . . . . menuopdrachten doorverbinden . . . . . . . . menuopdrachten oproeplog . . . . . . . . . . menuopdrachten optionele functies . . . . . . . menuopdrachten taal . . . . . . . . . . . . . menuopdrachten voicemail . . . . . . . . . . . menuopdrachten wachtwoord . . . . . . . . . oproepen met wachtwoordbeveiliging . . . . . . snelkoppelingen numeriek toetsenblok voicemail toegang zonder wachtwoordbeveiliging . . . . . Gebruikersopties, oproepen met webgebaseerde interface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Geluid bestand afspelen in e-mail . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . .

11 11 .6 20 24 12 10 30 .8 .7 26 .8

. .5 . 43

H Headset, voor telefoon . . . . . . . . . . . . . . . 12 Hoofdmenu, knop OPTIES . . . . . . . . . . . . . 42

C Conferentie alle deelnemers droppen . . . . . . . . . alle deelnemers in wachtstand plaatsen . . de verbinding met één deelnemer verbreken één deelnemer in wachtstand plaatsen . . . instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . Contrastregeling . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

I 20 20 19 20 19 .11

D Display contrastregeling . . . . . . . . . . . . . . . . .11 tekst invoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Doorverbinden van oproep . . . . . . . . . . . . . 17

E

In wacht plaatsen, actieve oproep . . . . . . . . . . 16 IP-adres van telefoon, weergeven . . . . . . . . . . . 6

K Knop Opties hoofdmenuopdrachten . . . . . . . . . . . . . . 45 menuopdrachten telefoon . . . . . . . . . . . . 45 overzicht van menuopdrachten . . . . . . . . . . 48

M MAC-adres van telefoon, weergeven. . . . . . . . . . 6 Menu Gebruikersopties . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Microfoon, uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . 10

E-mailmelding van voicemail


Mei 2007

53

Index

N Naam weergeven . . . . . . . . . . . . . wijzigen in Zakelijk telefoonboek . . . Negeren (softkey) . . . . . . . . . . . Netwerknaam, weergeven . . . . . . . Netwerkopties, webgebaseerde interface e-mailmelding configureren . . . . . Niet storen, functie inen uitschakelen . NST (Niet storen) . . . . . . . . . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. . . .

. 6 33 15 . 6

. . . . . . 43 . . . . . . 38 . . . . . . 38

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

35 34 35 34 35 11

. . . .

. . . .

. . . .

.6 .6 .6 .6

R

O Omleiden met nul functie inschakelen . . . . . . . . . . . . . functie uitschakelen . . . . . . . . . . . . . operatornummer opgeven . . . . . . . . . . Operator oproep omleiden vanuit voicemail . . . . . . toestelnummer opgeven . . . . . . . . . . . Opnemen naam voor persoonlijke begroeting . . . . . . persoonlijke begroeting . . . . . . . . . . . Oproepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . aankondiging uitzenden . . . . . . . . . . . overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . Oproepen beantwoorden, een tweede oproep beantwoorden . . . . . . . . . . . . Oproepen beantwoorden, methoden . . . . . . Oproepen doorschakelen alle oproepen doorschakelen naar een gekozen nummer . . . . . . . . . . . . . alle oproepen doorschakelen naar een nummer in het telefoonboek . . . . . . . . alle oproepen doorschakelen naar voicemail . functie uitschakelen . . . . . . . . . . . . . oproepen doorschakelen naar voicemail . . . toegang tot gebruikersopties . . . . . . . . Oproepen ontvangen, beantwoordingsmethoden . Oproepen ontvangen, een tweede oproep beantwoorden . . . . . . . . . . . . . . . . Oproeplog nummer bewerken vóór het kiezen . . . . . . oproepen plaatsen vanuit lijst . . . . . . . . toegang tot gebruikersopties . . . . . . . . vermeldingen weergeven . . . . . . . . . . Overzicht telefoontoepassingen . . . . . . . . . . . . van deze handleiding . . . . . . . . . . . .

. . 22 . . 23 . . 23 . . 22 . . 23 . . . . .

. . . . .

30 31 38 39 38

. . 15 . . 14 . . 21 . . . . . .

. . . . . .

21 20 22 21 20 14

. . 15 . . . .

. . . .

24 13 24 24

. . . 5 . . . 5

P Persoonlijk telefoonboek vermelding uit oproeplog kopiëren . . . . . . . . 34

54

vermelding uit voicemailopname kopiëren . . vermelding uit Zakelijk telefoonboek kopiëren vermeldingen bewerken . . . . . . . . . . vermeldingen handmatig toevoegen . . . . vermeldingen verwijderen . . . . . . . . . Persoonlijke beltoon, selecteren . . . . . . . . Programmeerbare softkeys een softkey programmeren . . . . . . . . . een softkey uitschakelen . . . . . . . . . . lijst met functies . . . . . . . . . . . . . . op fabrieksinstellingen terugzetten . . . . .

Registratie-info weergeven . . . . . . . . . . . . . 12 Registratie-informatie voor speciale functies . . . . . . . . . . . . . . 42 weergeven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12

S Site-ID, weergeven . . . . . . . . . . . . . . SMTP geadresseerde van e-mailmelding opgeven . server, configureren . . . . . . . . . . . . Snelkiezen uw lijst weergeven . . . . . . . . . . . . . vermelding bewerken . . . . . . . . . . . vermelding handmatig toevoegen . . . . . vermelding kopiëren uit Zak. telbk . . . . . vermelding uit oproeplog kopiëren . . . . . vermelding uit voicemailopname kopiëren . . vermelding verwijderen . . . . . . . . . . Snelkiezen gebruiken vermelding handmatig toevoegen . . . . . vermelding uit oproeplog kopiëren . . . . . vermelding uit Zakelijk telefoonboek kopiëren vermeldingen aan lijst toevoegen . . . . . . vermeldingen bewerken . . . . . . . . . . vermeldingen verwijderen . . . . . . . . . Softkeys Drsch (oproep doorschakelen) . . . . . . . Oph (geparkeerde oproep ophalen) . . . . . TelBk (telefoonboek raadplegen) . . . . . . toepassingsnamen . . . . . . . . . . . . Vmail (voicemail) . . . . . . . . . . . . . Softkeys, programmeerbaar een softkey programmeren . . . . . . . . . een softkey uitschakelen . . . . . . . . . . lijst met functies . . . . . . . . . . . . . . op fabrieksinstellingen terugzetten . . . . . Softwareversie en releasenummer, weergeven . Status beschrijving . . . . . . . . . . . . . . . . een gebruiker bellen . . . . . . . . . . . .


. . . .6 . . . 42 . . . 43 . . . . . . .

. . . . . . .

. . . . . . .

39 41 39 40 40 41 41

. . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

39 40 40 39 41 41

. . . . .

. . . . .

. . . . .

.5 .5 .5 .5 .5

. . . . .

. . . . .

. . . . .

.6 .6 .6 .6 .6

. . . 36 . . . 37

Mei 2007

Index

gebruiker toevoegen aan/verwijderen uit controlelijst . . . . . . . . . . . . . . . gebruikers controleren . . . . . . . . . . . informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . informatie weergeven voor gebruiker . . . . . persoonlijke instelling verwijderen . . . . . . persoonlijke instelling wijzigen . . . . . . . . persoonlijke instellingen configureren . . . . Systeemopties (menu), overzicht van opties . . . Systeemopties (menu), webgebaseerde interface netwerkopties, e-mailmelding . . . . . . . .

. . 37 . . 38 . . 36 . . 37 . . 37 . . 37 . . 37 . 48, 49 . . 43

T Tekst, invoeren in display. . . . . . . . . . Telecommuter registratiecode weergeven . . . . . . . registratie-informatie weergeven . . . . . Telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . vermeldingen bewerken in persoonlijk . . vermeldingen toevoegen aan persoonlijk . vermeldingen verwijderen uit persoonlijk . vermeldingen weergeven . . . . . . . . Telefoonopties (menu), overzicht van opties . Telefoonopties hoofdmenu, overzicht . . . . Telefoontoepassingen . . . . . . . . . . . Toepassingsoverzicht . . . . . . . . . . . Toestelnummer, weergeven . . . . . . . .

. . . . 33 . . . . . . . . . . . .

. . . . . . . . . . . .

. . 42 . . 44 . . 32 . . 35 . . 34 . . 35 . . 32 . 45, 47 . . 45 . . . 5 . . . 5 . . . 6

U

. . . . . .

28 42 30 26 27 10

Waarschuwingstoon wachtende oproep, instellen . . . Wachtwoord accountvergrendeling, gebruikersopties en voicemail . . . . . . . . . . . . . . . . . . nieuw wachtwoord instellen, gebruikersopties en voicemail . . . . . . . . . . . . . . . . . . . standaardgebruiker . . . . . . . . . . . . . . . verlopen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . voor gebruikersopties in- of uitschakelen . . . . . wijzigen, gebruikersopties en voicemail . . . . . . Webgebaseerde beheersinterface registratiecode weergeven . . . . . . . . . . . . Webopties, overzicht van menuopdrachten . . . . 47,

11

doorzenden van geluidsbestand inschakelen geluidsbestand als bijlage verzenden . . . . opties instellen via telefoonknoppen . . . . snelkoppelingen op numeriek toetsenblok . . wat bellers horen . . . . . . . . . . . . . Volumeregeling. . . . . . . . . . . . . . . .

. . . . . .

. . . . . .

W

.9 .9 .8 .8 .9 .8 42 49

Z Zakelijk telefoonboek naam wijzigen in . . . . . . . . . . . . oproepen plaatsen via . . . . . . . . . . Zones maken via webgebaseerd systeembeheer oproepen overzicht . . . . . . . . . . .

. . . . 33 . . . . 14 . . . . 39 . . . . 38

Uitschakelen, microfoon . . . . . . . . . . . . . . 10 Uw snelkieslijst weergeven . . . . . . . . . . . . . 39

V Voicemail beller omleiden naar operator . . . . . . . . bijgevoegd geluidsbestand afspelen . . . . . naam opnemen . . . . . . . . . . . . . . . per e-mail doorsturen . . . . . . . . . . . . persoonlijke begroeting opnemen . . . . . . persoonlijke begroeting vervangen door standaardbegroeting . . . . . . . . . . . toegang tot voicemailopties . . . . . . . . . wachtwoord voor toegang tot gebruikersopties wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . Voicemail per e-mail doorsturen . . . . . . . . doorzenden van geluidsbestand inschakelen . registratiecode . . . . . . . . . . . . . . . Voicemailtoepassing back-uptelefoons . . . . . . . . . . . . . . bericht afspelen . . . . . . . . . . . . . . berichten bijhouden . . . . . . . . . . . . . door bellers uitvoerbare acties . . . . . . . .

. . . . .

. . . . .

22 43 30 42 31

. . 32 . . 30 . . . .

. . . .

29 42 42 42

. . 28 . . 28 . . 29 . 26, 27


Mei 2007

55

Index

56


Mei 2007

Avaya one-x Quick Edition-telefoon Release Gebruikershandleiding

Recommend Documents