Gebruikershandleiding voor Avaya 2050 IP Softphone. Avaya Business Communications Manager

Gebruikershandleiding voor Avaya 2050 IP Softphone

Avaya Business Communications Manager

Documentstatus: Standaard Documentnummer: NN40050-100 Documentversie: 03.01 Datum: Mei 2010

© 2010 Avaya Inc. Alle rechten voorbehouden. Kennisgevingen Er is redelijkerwijs geprobeerd om de informatie in dit document zo volledig en nauwkeurig mogelijk te maken op het moment van afdrukken, en Avaya wijst alle aansprakelijkheid voor eventuele fouten van de hand. Avaya behoudt zich het recht voor wijzigingen en correcties in de informatie in dit document aan te brengen zonder de verplichting enige personen of organisaties van dergelijke wijzigingen op de hoogte te stellen. Vrijwaringsbepaling voor documentatie Avaya is niet verantwoordelijk voor enige wijzigingen in, toevoegingen aan of verwijderingen uit de oorspronkelijke gepubliceerde versie van deze documentatie, tenzij dergelijke wijzigingen, toevoegingen of verwijderingen zijn uitgevoerd door Avaya. De Eindgebruiker gaat ermee akkoord Avaya, Avaya's agents, ondergeschikten en werknemers te vrijwaren en schadeloos te stellen tegen alle vorderingen, rechtszaken, eisen en veroordelingen voortkomend uit, of verband houdend met, volgende wijzigingen in, toevoegingen aan of verwijderingen uit dit document, voor zover aangebracht door de Eindgebruiker. Vrijwaringsbepaling voor koppelingen Avaya is niet verantwoordelijk voor de inhoud of betrouwbaarheid van enige gekoppelde Websites waarnaar wordt verwezen op deze site of in deze documentatie verstrekt door Avaya. Avaya is niet verantwoordelijk voor de nauwkeurigheid van enige informatie, verklaringen of inhoud aangeboden op deze sites en onderschrijft de producten, services of informatie die hierop wordt beschreven of aangeboden, niet noodzakelijk. Avaya biedt geen garantie dat deze koppelingen altijd werken en heeft geen invloed op de beschikbaarheid van de gekoppelde pagina's. Garantie Avaya biedt een beperkte garantie voor dit product. Raadpleeg uw verkoopovereenkomst voor de voorwaarden van de beperkte garantie. Daarnaast is standaarddocumentatie over de garantie van Avaya, en informatie met betrekking tot ondersteuning voor dit product, onder de garantie, beschikbaar voor klanten van Avaya en andere partijen op de Avaya Support-website: http://www.avaya.com/support Houd er rekening mee dat indien u het product hebt aangeschaft bij een geautoriseerde wederverkoper, de garantie aan u wordt aangeboden door de desbetreffende wederverkoper en niet door Avaya. Licenties DE SOFTWARELICENTIEVOORWAARDEN BESCHIKBAAR OP DE AVAYA-WEBSITE HTTP://SUPPORT.AVAYA.COM/ LICENSEINFO/ ZIJN VAN TOEPASSING VOOR IEDEREEN DIE AVAYA-SOFTWARE DOWNLOADT, GEBRUIKT EN/ OF INSTALLEERT, AANGESCHAFT VIA AVAYA INC., EEN AVAYA-PARTNER OF EEN GEAUTORISEERDE AVAYA-WEDERVERKOPER (ZOALS VAN TOEPASSING) OP BASIS VAN EEN COMMERCIËLE OVEREENKOMST MET AVAYA OF EEN GEAUTORISEERDE AVAYA-WEDERVERKOPER. TENZIJ SCHRIFTELIJK ANDERSZINS OVEREENGEKOMEN DOOR AVAYA, BIEDT AVAYA GEEN VERLENGING VAN DEZE LICENTIE INDIEN DE SOFTWARE IS VERKREGEN BIJ IEMAND ANDERS DAN AVAYA, EEN AVAYA-PARTNER OF EEN GEAUTORISEERDE WEDERVERKOPER VAN AVAYA, EN BEHOUDT AVAYA ZICH HET RECHT VOOR OM GERECHTELIJKE STAPPEN TE ONDERNEMEN TEGEN U EN IEDEREEN DIE DE SOFTWARE ZONDER LICENTIE GEBRUIKT OF VERKOOPT. DOOR DE SOFTWARE TE INSTALLEREN, DOWNLOADEN OF GEBRUIKEN, OF DOOR ANDEREN HIERVOOR TE AUTORISEREN, GAAT U, NAMENS UZELF EN DEGENE VOOR WIE U DE SOFTWARE INSTALLEERT, DOWNLOADT OF GEBRUIKT (HIERNA ONDERLING VERWISSELBAAR „U” EN „EINGEBRUIKER” GENOEMD) AKKOORD MET DEZE VOORWAARDEN EN BEPALINGEN EN KOMT ER EEN BINDEND CONTRACT TOT STAND TUSSEN U EN AVAYA INC. OF DE DESBETREFFENDE AVAYA-PARTNER („AVAYA”). Auteursrechten Uitgezonderd indien uitdrukkelijk anderszins vermeld dient er geen gebruik te worden gemaakt van de Documentatie en Product(en) verstrekt door Avaya. Alle inhoud in deze documentatie en de producten verstrekt door Avaya inclusief de selectie, de opstelling en het ontwerp van de inhoud is eigendom van Avaya of zijn licentiehouders en is beschermd op basis van auteursrechten en andere intellectuele-eigendomswetgeving inclusief de 'sui generis'-rechten met betrekking tot de bescherming van databases. U mag de inhoud, geheel of gedeeltelijk, inclusief enige code en software, op geen enkele wijze wijzigen, kopiëren, reproduceren, opnieuw publiceren, uploaden, openbaar maken, overdragen of distribueren. Ongeautoriseerde reproductie, overdracht, verspreiding, opslag en/of gebruik zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Avaya kan worden beschouwd als zowel een strafrechtelijke, als een civielrechtelijke overtreding op basis van de toepasselijke wetgeving. Onderdelen van derden Bepaalde softwareprogramma's of gedeelten daarvan die in het Product zijn opgenomen, bevatten mogelijk software die is gedistribueerd op basis van overeenkomsten met derden („Onderdelen van derden”), die mogelijk voorwaarden bevatten die de rechten op het gebruik van bepaalde gedeelten van het Product kunnen uitbreiden of beperken („Voorwaarden van derden”). Informatie met betrekking tot gedistribueerde broncode van het Linux-besturingssysteem (voor Producten waarvoor de broncode van het Linux-besturingssysteem wordt gedistribueerd) en de identificatie van de eigenaren van het auteursrecht voor de Onderdelen van derden en de Voorwaarden van derden die hierop van toepassing zijn, zijn beschikbaar via de Avaya Support-website: http://support.avaya.com/Copyright. Handelsmerken De handelsmerken, logo's en servicemerken („Merken”) weergegeven op deze site, in de documentatie en in producten verstrekt door Avaya zijn de geregistreerde of ongeregistreerde Merken van Avaya, zijn partners of andere derde partijen. Het is gebruikers niet toegestaan om dergelijke Merken te gebruiken zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Avaya of dergelijke derde partijen die eigenaar zijn van het Merk. Niets op deze site, in de documentatie en in de producten mag worden opgevat als zou deze enige licentie of rechten verlenen, hetzij door implicatie, hetzij door 'estoppel', hetzij op andere wijze, op en met betrekking tot de Merken zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Avaya of de desbetreffende derde partij. Avaya is een gedeponeerd handelsmerk van Avaya Inc. Alle niet-Avaya-handelsmerken zijn het eigendom van de respectievelijke eigenaren. Documenten downloaden Voor de meest recente versies van de documentatie gaat u naar de Avaya Support- website: http://www.avaya.com/support Contact met Avaya Support Avaya biedt een telefoonnummer voor het melden van problemen of het stellen van vragen over uw product. Het telefoonnummer voor ondersteuning is 1-800-242-2121 voor de Verenigde Staten. Voor aanvullende telefoonnummers voor ondersteuning gaat u naar de Avaya-website: http://www.avaya.com/support

3

Inhoud Hoofdstuk 1 Overzicht van Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Functies . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 Onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Venster Call Control (Gespreksbeheer) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Venster Local Directory (Lokaal telefoonboek) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Venster Settings (Instellingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Pictogram en menu in systeemvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Toepassing i2050.exe . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10

Hoofdstuk 2 Venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone . . 11 Uitgebreide toegankelijkheidsinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 Venster Call Control (Gespreksbeheer) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Toegankelijkheidsinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 Elementen en functies in het venster Call Control (Gespreksbeheer) . . . . . . . . . 13 Hotkeys . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Een hotkey toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Een hotkey verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Pictogram en menu in systeemvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16

Hoofdstuk 3 De Avaya 2050 IP Softphone installeren en instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Systeemvereisten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Ondersteunde besturingssystemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Avaya USB-audiokit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 De Avaya 2050 IP Softphone installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 De USB Headset Kit installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18

Hoofdstuk 4 Contactpersonen in het lokale telefoonboek beheren . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Contactpersonen toevoegen aan een lokaal telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Contactpersonen in het lokale telefoonboek bewerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Contactpersonen verwijderen uit het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Contactpersonen zoeken in het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Een lokaal telefoonboek filteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Kiezen vanuit het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Kiezen vanuit de Lijst voor opnieuw kiezen in het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . 23 Kiezen vanuit de Lijst met bellers in het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23


4

Inhoud

Groepen beheren in de snelkoppelingenbalk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Properties (Eigenschappen) – Tabblad General (Algemeen) . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Properties (Eigenschappen) – Tabblad Details . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 Properties (Eigenschappen) – Tabblad Notes (Opmerkingen) . . . . . . . . . . . . . . . 26 Properties (Eigenschappen) – Tabblad Settings (Instellingen) . . . . . . . . . . . . . . . 26 Koppeling maken met externe telefoonboeken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Koppeling maken met de LDAP-adressenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Koppeling maken met Outlook . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Koppeling maken met WAB-adressenlijst (Windows-adresboek) . . . . . . . . . . . . . 28 Externe contactpersonen toevoegen aan het lokale telefoonboek . . . . . . . . . . . . 28

Hoofdstuk 5 Gesprekken met de Avaya 2050 IP Softphone beheren . . . . . . . . . . . . . . . 31 Telefoongesprekken voeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 Telefoongesprekken beantwoorden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Telefoongesprekken in de wachtstand plaatsen en terughalen . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Telefoongesprekken beëindigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32

Hoofdstuk 6 USB-headsetadapter voor de Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . 33 Overzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 Gesprekken beantwoorden met de USB-headsetadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Gesprekken beëindigen met de USB-headsetadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Het volume aanpassen met de USB-headsetadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Het geluid uitschakelen tijdens een gesprek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35 Het menu Smart Functions (Slimme functies) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Het menu Smart Functions (Slimme functies) aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Aangepaste functies voor het menu Smart Functions (Slimme functies) . . . . . . . . . . 37

Hoofdstuk 7 Macro's voor Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Informatie over macro's voor de Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Een macro invoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 Een macro verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 Een macro afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40

Hoofdstuk 8 Menuopdrachten voor Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Menuopdracht voor venster Call Control (Gespreksbeheer) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Het menu File (Bestand) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41 Het menu Edit (Bewerken) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42 Het menu Keys (Toetsen) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42

NN40050-100

Inhoud

5

Het menu View (Beeld) gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43 Het menu Help gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43

Hoofdstuk 9 Instellingen voor Avaya 2050 IP Softphone. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45 Het venster Instellingen openen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45 Het venster Instellingen gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46 Profiles (Profielen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Nieuwe profielen maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Profielen verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47 Profielnamen wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Profielen selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Profielen exporteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Profielen importeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Server . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 Via DHCP . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49 IP-adressen en DNS-namen gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Standaardwaarden herstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 De verbinding opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 License Server (Licentieserver) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Theme (Thema) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51 Features (Functies) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Macros (Macro's) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Audio . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Sound Devices (Geluidsapparaten) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 Headset or Handset device (Headset of handset) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53 Handsfree/Ringing/Paging device (Apparaat voor handsfree/pager/belsignaal) . 53 Hardware ID (Hardware-ID) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 MAC-adressen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 MAC-adressen selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 Advanced Audio (Geavanceerde audio) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Waarden van communicatieserver negeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55 Listener IP (Listener-IP) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Notifications (Meldingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Hotkeys . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 Text Replacements (Tekstvervangingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57 Lamp Sounds (Lampgeluiden) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Key Type (Toetstype) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Dialoogvenster Phone number (Telefoonnummer) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Toegankelijkheidsinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Info over . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59 Taal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60


6

Inhoud

Expansion Module (Uitbreidingsmodule) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60 Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62 USB Headset (USB-headset) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 De headset selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 Bedieningselementen voor het externe lampje instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 De displayverlichting gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65 Smart Functions (Slimme functies) configureren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 65

Hoofdstuk 10 Toegankelijkheidsinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67 Uitgebreide toegankelijkheidsinterface . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67 Extra configuratieopties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Actieve gespreksstatus in venstertitel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Beperkingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70 Hotkeys gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70

Hoofdstuk 11 Problemen oplossen met de Avaya 2050 IP Softphone . . . . . . . . . . . . . . . 71 Verbindingsproblemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 Communicatieserver is onbereikbaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71 Verbinding wordt opnieuw geïnitialiseerd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72 Autorisatie mislukt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73 Kan parameters voor communicatieserver niet ophalen van DHCP-server . . . . . 73 Service geweigerd . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Audioproblemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Elementair audiogebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74 Audio in één richting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 Onderbroken of hakkelige spraak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75 Windows-geluid wordt afgespeeld via de headset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76 Geavanceerde audioproblemen vanwege netwerkprestaties . . . . . . . . . . . . . . . . 77 Situaties waarin een reset plaatsvindt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77 Problemen met USB-headset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77 Headset werkt niet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77 Functies van de USB-headsetadapter worden grijs weergegeven . . . . . . . . . . . . 78 Er is geen audio te horen door de headset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79 Er klinkt nog steeds geluid uit de luidsprekers van mijn computer . . . . . . . . . . . . 79 Problemen met telefoonboeken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79

NN40050-100

7

Hoofdstuk 1 Overzicht van Avaya 2050 IP Softphone De Avaya 2050 IP Softphone is een zakelijke telefoontoepassing die u kunt gebruiken voor het bellen en gebeld worden via uw computer. Met behulp van een headset of handset die is aangesloten op uw pc kunt u gesprekken beheren met een klik van de muisaanwijzer, via het toetsenbord van uw pc of via de USB-audioadapter. De Avaya 2050 IP Softphone, die is ontworpen om te werken met IP-telefoonsystemen, biedt VoIP-services (Voice over IP) met behulp van een telefonieserver en een LAN-verbinding (Local Area Network) of WAN-verbinding (Wide Area Network). De server die uw Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt, bepaalt tot welke functies u toegang hebt, zoals Telefonische vergadering, Gesprek doorverbinden en Oproep doorschakelen.

Functies De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt de volgende functies: • • • • •

• •

•

Twaalf door de gebruiker gedefinieerde functietoetsen: zes programmeerbare lijnen (DN)/functietoetsen (met eigen labels) en zes lijnen/functies die toegankelijk zijn door op de Shift-toets te drukken Vier softkeys die toegang bieden tot maximaal 10 functies Vierregelige display Telefoonboekcapaciteiten die lokaal op uw pc zijn opgeslagen of die aan externe telefoonlijsten zijn gekoppeld, zoals LDAP- (Lightweight Directory Access Protocol), Microsoft Outlook- en WAB-contactbeheersoftware (Windows-adresboek) Direct kiezen via één muisklik vanuit verschillende vensters en toepassingen Vijf vaste toetsen met een speciale functie: — Telefoonboek — Bericht (Postvak IN) — Shift (Postvak UIT) — Services — Uitbreiden Vaste toetsen voor het verwerken van gesprekken: — Wachtstand — Goodbye — Beantw — Volume — Stil — Navigatie — Bericht in wachtrij


8

Hoofdstuk 1 Overzicht van Avaya 2050 IP Softphone

• •

• •

• •

Door gebruiker geselecteerd belsignaal dat klinkt via de pc-speakers of de headset bij binnenkomende gesprekken Keuze uit de volgende interfaces: — Thema 1140 — Compacte zwart en zilveren thema's — Toegankelijkheidsinterface voor visueel gehandicapte gebruikers Programmeerbare hotkeys waarmee via één toets toegang kan worden verkregen tot door de gebruiker gedefinieerde functies Ondersteunde talen zoals: Engels, Frans, Zweeds, Deens, Noors, Duits, Nederlands, Portugees, Tsjechisch, Fins, Hongaars, Italiaans, Pools, Spaans, Japans, Russisch, Lets en Turks. Drie invoermodi: Digit (Cijfers), Alpha (Alfanumeriek) en Native (Systeemeigen) Macrofuncties voor het programmeren van lange kiespatronen

De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd voor de Avaya 2050 IP Softphone Release 4.0. •

•

Verbeteringen van de audiokwaliteit: In de client geïntegreerde Global IP Sound (GIPS) Full Voice Engine biedt: — Geavanceerd audiospraaksysteem — Zorgt voor maskering van pakketverlies (tot 30 procent) — Wordt geactiveerd indien nodig. Geen gebruikersinteractie vereist — Geïntegreerde echo-onderdrukking — Verbeterde flexibiliteit — Maakt aanpakken van QoS voor audio door Avaya Enhanced Desktop/Mobile USB Headset Adapter overbodig — Breidt assortiment compatibele headsets uit Ondersteuning voor USB-headset/draadloze headset: biedt gebruikers de mogelijkheid hun desktop „los te maken” waarbij hun mobiliteit wordt uitgebreid met standaardondersteuning voor Bluetooth-headsetprofielen (Bluetooth Power Class 2) binnen de client. De volgende modellen headsets van Plantronics worden ondersteund: — Plantronics Audio 910 Bluetooth Headset — Plantronics Voyager 510 Bluetooth Headset — Plantronics CS55-USB Digital Wireless Headset — Plantronics CS60-USB Digital Wireless Headset (EMEA DECT-versie)

NN40050-100


•

•

• •

•

•

9

Licentiëring via de server: de licentiesoftware wordt uitgevoerd op uw pc. Bij licentiëring via de server wordt het delen van licenties (license pooling) tussen gebruiker ondersteund. Raadpleeg uw systeembeheerder voor meer informatie. Verbeteringen in de toegankelijkheid: reeks van opties in overeenstemming met de Amerikaanse Rehabilitation Act – Section 508. Bevat een nieuwe uitgebreide toegankelijkheidsinterface met configureerbare tekengrootte, visuele en audiomeldingen, en meer. TAPI-gespreksbeheer: ondersteuning voor TAPI 3-gespreksbeheer – uitsluitend elementaire gespreksafhandeling (gesprek voeren, beantwoorden, afbreken). Soft Expansion Module (uitsluitend Avaya Business Communications Manager (Avaya BCM) 6.0) voor extra schaalbaarheid. Biedt 18 door de gebruiker te programmeren lijn-/functieweergaven per module en 10 tekenvelden per invoerregel. Gesprekspop-up (uitsluitend Avaya BCM 6.0): deze functie biedt een klein pop-upvenster met gegevens voor nummerweergave waarop kan worden geklikt om een binnenkomend gesprek te beantwoorden. De gegevens in het pop-upvenster kunnen tevens aan de gebruiker worden verstrekt via een spraakengine. De volgende functies zijn niet beschikbaar voor Avaya BCM: — Signalering en Media Path Encryption — Uitgebreide taal: Avaya 2050 IP Softphone voor Windows-pc: Vereenvoudigd en Traditioneel Chinees, Traditioneel Japans (Kanji), Grieks, Hebreeuws, Arabisch, Koreaans

Onderdelen • • • • •

„Venster Call Control (Gespreksbeheer)” op pagina 9. „Venster Local Directory (Lokaal telefoonboek)” op pagina 10. „Venster Settings (Instellingen)” op pagina 10. „Pictogram en menu in systeemvak” op pagina 10. „Toepassing i2050.exe” op pagina 10.

Venster Call Control (Gespreksbeheer) Het venster Call Control (Gespreksbeheer) van de Avaya IP 2050 Softphone bevat de lijntoetsen, de functietoetsen en de gespreksweergave. Gebruik dit venster om uw telefoongesprekken te voeren en te beheren. U kunt dit venster ook gebruiken om toegang te verkrijgen tot functies van uw lokale telefoonboek en het Avaya Communications Server 1000-telefoonboek (Persoonlijk telefoonboek, Lijst voor opnieuw kiezen, Lijst met bellers, Beheer van toepassingsserver en Wachtwoordbeheer). Zie „Venster Call Control (Gespreksbeheer)” op pagina 12 voor meer informatie over het venster Call Control (Gespreksbeheer).


10


Venster Local Directory (Lokaal telefoonboek) Gebruik het venster Local Directory (Lokaal telefoonboek) voor het maken, beheren en gebruiken van een telefoonboek op uw lokale computer en voor het verkrijgen van toegang tot externe adressenlijsten, zoals LDAP, Outlook en WAB.

Venster Settings (Instellingen) Gebruik het venster Settings (Instellingen), dat uit een reeks dialoogvensters bestaat, om de verschillende functies van Avaya 2050 IP Softphone in te stellen. Raadpleeg „Instellingen voor Avaya 2050 IP Softphone” op pagina 45 voor meer informatie over het openen van het venster Settings (Instellingen).

Pictogram en menu in systeemvak U kunt met de rechtermuisknop op het pictogram voor de Avaya 2050 IP Softphone in het systeemvak (aan de rechterkant van de Windows-taakbalk onder aan uw scherm) klikken om gesprekken te voeren en te beheren.

Toepassing i2050.exe Via de toepassing i2050.exe kan de Avaya 2050 IP Softphone communiceren met de server. Deze toepassing wordt gestart zodra u de Avaya 2050 IP Softphone start, maar blijft verborgen op de achtergrond. U kunt controleren of de toepassing i2050.exe actief is door Windows Taakbeheer te openen.

Het proces van i2050.exe bekijken Selecteer Processen in het venster Taakbeheer. Het proces wordt weergegeven zolang het pictogram voor de Avaya 2050 IP Softphone wordt weergegeven in het systeemvak.

NN40050-100

11

Hoofdstuk 2 Venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone Het venster Call Control (Gespreksbeheer) van de Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt de Avaya 1140 IP Deskphone, die is ontworpen om eruit te zien en te functioneren als de Avaya 1140 IP Deskphone voor desktops, alsmede twee extra, compacte thema's, die beschikbaar zijn in zwart en zilver. De Avaya 2050 IP Softphone biedt tevens ondersteuning voor een toegankelijkheidsinterface voor gebruikers met een visuele handicap.

Het venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone openen 1

Selecteer Start op uw desktop-pc.

2

Selecteer Alle programma's.

3

Selecteer Avaya > Avaya 2050 IP Softphone > Avaya 2050 IP Softphone.

Uitgebreide toegankelijkheidsinterface De uitgebreide toegankelijkheidsinterface kan worden ingeschakeld vanuit het venster Call Control (Gespreksbeheer) of tijdens het installatieproces als een optie in de installatie-GUI. Zie „Toegankelijkheidsinterface” op pagina 67 voor meer informatie over de uitgebreide toegankelijkheidsinterface.

De toegankelijkheidsinterface voor de Avaya 2050 IP Softphone openen vanuit het venster Call Control (Gespreksbeheer) 1

Selecteer Start > Alle programma's > Avaya > Avaya 2050 IP Softphone > Avaya 2050 IP Softphone op uw desktop-pc. Het venster Call Control (Gespreksbeheer) wordt weergegeven.

2

Selecteer File (Bestand) > Settings (Instellingen) > Theme (Thema).

3

Schakel het selectievakje Accessibility Interface (Toegankelijkheidsinterface) in. Opmerking: Als de Avaya 2050 IP Softphone actief is, moet u deze afsluiten en opnieuw opstarten voordat de wijziging in de toegankelijkheidsinterface van kracht wordt.


12

Hoofdstuk 2 Venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone

Venster Call Control (Gespreksbeheer) Het venster Call Control (Gespreksbeheer) (zie Afbeelding 1 hieronder en Afbeelding 2 op pagina 12) bevat de standaardfuncties waarmee u telefoongesprekken kunt voeren en beheren. Zie Tabel 1 voor meer informatie over de onderdelen van het venster Call Control (Gespreksbeheer). Afbeelding 1 Venster Call Control (Gespreksbeheer) – 1140

Lijntoetsen

Lijntoetsen Display

Navigatiepijltoetsen

Softkeys

Afsluiten/Stoppen Services

Postvak IN/Berichten Postvak UIT/Shift Telefoonboek

Kopiëren Volume verhogen Volume verlagen Stil Speaker

Afbrek. Uitbreiden Beantw Wachtstand Cijferblok

Afbeelding 2 Venster Call Control (Gespreksbeheer) – compact thema (zilver)

Display Softkeys Lijntoetsen

Beantw Wachtstand Afbreken Cijferblok

Volumetoetsen Stil Telefoonboek Postvak IN/ Berichten Postvak UIT/Shift Afsluiten/Stoppen Navigatiepijltoetsen

NN40050-100

Speaker Uitbreiden Services Kopiëren


13

Toegankelijkheidsinterface De toegankelijkheidsinterface werkt met schermleessoftware, zoals JAWS for Windows van Freedom Scientific, waarmee visueel gehandicapte gebruikers toegang kunnen krijgen tot het volledige scala van functies van de Avaya 2050 IP Softphone. Het scherm is onderverdeeld in vier groepen bedieningselementen: Display, Lijn en functie, Datum en tijd, en Indicatoren. De menuopdrachten in de toegankelijkheidsinterface komen overeen met de menuopdrachten in het standaardvenster Call Control (Gespreksbeheer). Zie „Toegankelijkheidsinterface” op pagina 67 voor meer informatie over navigeren door de besturingsgroepen in de toegankelijkheidsinterface en menuopdrachten.

Elementen en functies in het venster Call Control (Gespreksbeheer) In Tabel 1 worden de elementen en functies van het venster Call Control (Gespreksbeheer) beschreven.


14

Hoofdstuk 2 Venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone Tabel 1 Onderdelen en functies van de Avaya 2050 IP Softphone Element

Functie

Primaire display

Voor het verstrekken van gespreksgegevens (zoals nummerweergave) en instructies voor het gebruiken van bepaalde softkeyfuncties. Als de telefoon inactief is, worden alleen de datum en tijd weergegeven.

Softkeys

Voor toegang tot op de server te definiëren functies, zoals Doorschakelen (voor het doorverbinden van gesprekken naar anderen), Vergaderen (voor groepsgesprekken), enzovoort. U kunt een functie selecteren door op een van de vier beschikbare softkeys met eigen label te klikken en vervolgens de instructie op de display te volgen. De beschikbare softkeyfuncties variëren, afhankelijk van: Uw huidige taak: welke functies op enig moment beschikbaar zijn is afhankelijk van uw huidige gespreksactiviteit. Serverondersteuning: Avaya 2050 IP Softphone-functionaliteit is afhankelijk van de configuratie van de communicatieserver. Als u aanvullende functies wilt bekijken, klikt u op de softkey More (Meer).

Kopiëren*

Programmeerbare toets in Avaya Business Communications Manager (Avaya BCM) 6.0.

Afsluiten*

Programmeerbare toets op Avaya BCM.

Navigatiepijltoetsen Volume Verlagen Verhogen Stil

Voor het verhogen of verlagen van het volume van de headset.

Om te luisteren naar de ontvangende partij zonder geluid te verzenden. Druk opnieuw op de toets Stil om weer door te gaan met tweewegcommunicatie. De toets Stil schakelt de microfoon van de headset uit.

Beantw

Voor het beantwoorden en plaatsen van gesprekken.

Wachtstand

Voor het in de wacht zetten van een actief gesprek. Het label van de functietoets voor de lijn in de wachtrij bevat een knipperend pictogram om aan te geven dat het gesprek in de wacht is gezet. U kunt teruggaan naar het gesprek door op de lijntoets van het gesprek in de wacht te klikken.

Afbreken

Voor het beëindigen van een actief gesprek.

Lijntoetsen

Voor het verkrijgen van toegang tot een van zes programmeerbare lijntoetsen. Deze toetsen kunnen lijnweergaven, DN's of functies weergeven. De communicatieserver levert de labels die worden weergegeven op deze toetsen.

Cijferblok

Voor het kiezen van een telefoonnummer. Gebruik uw muisaanwijzer om op de cijfers te klikken die u wilt invoeren.

Telefoonboek*

NN40050-100

Om door menu's en lijsten te bladeren in het weergavegebied. Gebruik de toets Verzenden/Invoeren in het midden van de navigatietoetsengroep om menuselecties te bevestigen (uitsluitend thema 1140).

Programmeerbare toets op Avaya BCM


Element

15

Functie

Services

Voor het verkrijgen van toegang tot functielijst en netwerkservices.

Uitbreiden

Functie gereserveerd voor toekomstig gebruik. Voor het verkrijgen van toegang tot uw berichten of om terug te bellen.

Postvak IN/Berichten Postvak UIT*

Postbus in voicemailregister kiezen. Programmeerbare toets op Avaya BCM.

Speaker

Voor het beantwoorden en plaatsen van gesprekken via de handsfree speaker.

*Raadpleeg de Gebruikershandleiding voor de Avaya 2004 IP Deskphone (NN40050-108) of de Gebruikershandleiding voor de Avaya 1140E IP Deskphone (NN40050-105).

Hotkeys U kunt hotkeys op het toetsenbord toewijzen voor toegang tot het volledige scala van functies en menuopties in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

Een hotkey toevoegen Een nieuwe hotkey toevoegen 1

Open het venster Settings (Instellingen). Raadpleeg „Het venster Instellingen openen” op pagina 45 voor meer informatie over het openen van het venster Settings (Instellingen).

2

Selecteer Hot Keys (Hotkeys).

3

Kies de functiegroep waartoe u toegang wilt verkrijgen: Buttons (Toetsen), Menu of Fields (Velden) (uitsluitend toegankelijkheidsinterface).

4

Selecteer in de lijst Items de functie waaraan u een hotkey wilt toewijzen.

5

Voer onder Press a new shortcut key (Druk op een nieuwe sneltoets) de toetscombinatie in die u wilt gebruiken als hotkey (bijvoorbeeld „Alt + Ctrl + V”).

6

Klik op Assign (Toewijzen). Opmerking: Als de toetscombinatie al in gebruik is, wordt de voorheen toegewezen functie weergegeven in het tekstvak Shortcut Key Currently Used By (Sneltoets momenteel gebruikt door).


16


U kunt een hotkey toewijzen door een willekeurige combinatie van toetsen op het toetsenbord in te voeren, met uitzondering van de volgende: • • • • • • • • • • • • •

A t/m Z Shift-A t/m Shift-Z Alt-A t/m Alt-Z 0 t/m 9 Alt+0 t/m Alt+9 Sterretje (*) Hekje (#) Pijltoetsen omhoog, omlaag, links en rechts Shift+Up, Shift+Down PageUp, PageDn Alt+F1 t/m Alt+F12 F1, Shift+F1,Ctrl+F1, Ctrl+Alt+F1, Ctrl+Alt+Shift+F1 Spatiebalk

Een hotkey verwijderen Een hotkey verwijderen 1

Open het venster Settings (Instellingen). Zie „Het venster Instellingen openen” op pagina 45 voor meer informatie over het openen van het venster Settings (Instellingen).

2

Selecteer Hot Keys (Hotkeys).

3

Kies de functiegroep waartoe u toegang wilt verkrijgen: Buttons (Toetsen), Menu of Fields (Velden) (uitsluitend toegankelijkheidsinterface).

4

Selecteer in de lijst Items de functie waarvoor u een hotkey wilt verwijderen.

5

Klik op Remove (Verwijderen).

Pictogram en menu in systeemvak Gebruik het menu van het pictogram voor de Avaya 2050 IP Softphone in het systeemvak voor het beheren van telefoongesprekken en bericht zonder het venster Call Control (Gespreksbeheer) te openen. U kunt toegang krijgen tot het menu door met de rechtermuisknop op het pictogram voor de Avaya 2050 IP Softphone in het systeemvak van de Windows-taakbalk te klikken. Vanuit dit menu kunt u gesprekken voeren, beantwoorden en beheren, en toegang krijgen tot macro's en functies.

NN40050-100

17

Hoofdstuk 3 De Avaya 2050 IP Softphone installeren en instellen Systeemvereisten Als u de Avaya 2050 IP Softphone wilt gebruiken, hebt u het volgende nodig: • • • • • •

Pentium-compatibele CPU (200 MHz of sneller) 256 MB RAM of meer 55 MB of meer ruimte beschikbaar op de vaste schijf (alle talen) Beeldscherm met resolutie van 800x600 of hoger (16-bits kleuren) USB-poort (Universal Serial Bus) (versie 1.1 of 2.0) Avaya Enhanced USB Adapter (desktop) of Avaya Mobile USB Adapter (mobiel)

Ondersteunde besturingssystemen Als u de Avaya 2050 IP Softphone wilt gebruiken, hebt u een van de volgende besturingssystemen nodig: •

Microsoft Windows XP Service Pack 3

•

Microsoft Windows Vista Service Pack 2 (32-bits)

•

Microsoft Windows 7 (32-bits)

Avaya USB-audiokit De USB-audiokit stelt u in staat uw bellers te horen en met hen te spreken. Gebruik een van de volgende door Avaya ondersteunde (of compatibele) USB-audiokits om een juiste werking van de Avaya 2050 IP Softphone te kunnen waarborgen: • • •

Avaya Enhanced USB Adapter (desktop) Avaya Mobile USB Adapter (mobiel) Algo Analog Terminal Adapter (compatibel)

De Avaya Enhanced USB Adapter (desktop) en Avaya Mobile USB Adapter (mobiel) voldoen aan de TIA 810-normen en worden aanbevolen als u een optimale audiokwaliteit nodig hebt. U kunt tevens standaard Bluetooth-headsetprofielen gebruiken (Bluetooth Power Class 2).


18

Hoofdstuk 3 De Avaya 2050 IP Softphone installeren en instellen

De Avaya USB-audiokit bevat: • • •

USB-headsetadapter (desktop of mobiel) Installatiehandleiding (Engels en Frans) USB-snoer

Sommige kits bevatten tevens een headset. De Algo Analog Terminal Adapter (ATA) is een USB-adapter waarmee u analoge terminals kunt gebruiken in plaats van headsets. Met een Algo ATA kunnen gebruikers bijvoorbeeld een snoerloze handset gebruiken met hun Avaya 2050 IP Softphone. Opmerking: De Avaya 2050 IP Softphone is compatibel met de Algo ATA. Zie www.algosolutions.com voor ondersteuning.

De Avaya 2050 IP Softphone installeren Zie IP Deskphones: Description, Installation, and Operation (553-3001-368) of raadpleeg uw systeembeheerder.

De USB Headset Kit installeren De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt een USB-headsetadapter voor de desktop, alsmede een mobiele adapter.

De USB Headset Kit installeren 1

Controleer of u aan de systeemvereisten voldoet die worden aangegeven in „Avaya USB-audiokit” op pagina 17.

2

Vraag uw systeembeheerder om zo nodig instellingen te wijzigen zodat u de Avaya 2050 IP Softphone kunt verbinden met de communicatieserver.

3

Sluit de headset aan op de adapter wanneer u de mobiele adapter gebruikt. Als u de desktopadapter gebruikt, gaat u als volgt te werk: • •

4

Sluit het gespiraalde verloopsnoer aan op het headsetsnoer met behulp van de Quick Disconnect-aansluiting (controleer of deze goed vast zit). Sluit het headsetsnoer aan op de RJ9-aansluiting van de adapter.

Sluit de USB-kabel aan op de headsetadapter en op een USB-aansluiting op uw computer of USB-hub. De eerste keer dat de headsetadapter wordt aangesloten, treedt er een vertraging op terwijl het apparaat op het Windows-besturingssysteem wordt geconfigureerd en de desbetreffende stuurprogrammasoftware wordt gezocht. Als de installatiesoftware vraagt om de originele Windows-cd-rom, plaatst u deze cd-rom zodat het Windows-besturingssysteem de stuurprogramma's kan zoeken. Neem contact op met uw systeembeheerder voor meer informatie over het installeren van de software van de Avaya 2050 IP Softphone.

NN40050-100

19

Hoofdstuk 4 Contactpersonen in het lokale telefoonboek beheren U kunt de volgende opties gebruiken voor het beheren van contactpersonen in het lokale telefoonboek: • • • • • • • • • •

„Contactpersonen toevoegen aan een lokaal telefoonboek” op pagina 19. „Contactpersonen in het lokale telefoonboek bewerken” op pagina 20. „Contactpersonen verwijderen uit het lokale telefoonboek” op pagina 20. „Contactpersonen zoeken in het lokale telefoonboek” op pagina 21. „Een lokaal telefoonboek filteren” op pagina 22. „Kiezen vanuit het lokale telefoonboek” op pagina 22. „Kiezen vanuit de Lijst voor opnieuw kiezen in het lokale telefoonboek” op pagina 23. „Kiezen vanuit de Lijst met bellers in het lokale telefoonboek” op pagina 23. „Groepen beheren in de snelkoppelingenbalk” op pagina 23. „Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) gebruiken” op pagina 25.

Contactpersonen toevoegen aan een lokaal telefoonboek U kunt contactpersonen toevoegen aan een lokaal telefoonboek of contactpersonen invoegen in een willekeurige groep snelkoppelingen in de snelkoppelingenbalk.

Een contactpersoon toevoegen aan het lokale telefoonboek 1

Open het lokale telefoonboek.

2

Selecteer Edit (Bewerken) > New Contact (Nieuwe contactpersoon) of klik op New Contact (Nieuwe contactpersoon) op de werkbalk. Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) wordt weergegeven.

3

Voer onder het tabblad General (Algemeen), dat standaard is geselecteerd, de naam, het adres, de telefoonnummers en andere persoonlijke gegevens van de contactpersoon op.

4

Selecteer het tabblad Details om een van de volgende contactgegevens in te voeren: Department (Afdeling), Office (Kantoor) of Assistant (Assistent).

5

Als u diverse gegevens wilt invoeren, selecteert u het tabblad Notes (Opmerkingen).

6

Selecteer het tabblad Settings (Instellingen) om het standaard kiesnummer te definiëren als Business (Zakelijk), Home (Thuis) of Mobile (Mobiel).

7

Klik op OK. Opmerking: Zie „Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) gebruiken” op pagina 25 voor meer informatie over het invoeren van gegevens in de eigenschappenvelden.


20

Hoofdstuk 4 Contactpersonen in het lokale telefoonboek beheren

Een contactpersoon toevoegen aan een groep 1

Selecteer in de snelkoppelingenbalk de groep met snelkoppelingen waaraan u een contactpersoon wilt toevoegen.

2

Selecteer de contactpersoon die u wilt toevoegen, sleep deze naar de snelkoppelingenbalk en zet deze vervolgens neer onder de knop voor de geselecteerde groep. Opmerking: U kunt niet rechtstreeks contactpersonen toevoegen aan een extern telefoonboek vanuit het lokale telefoonboek.

Opmerking: Als de inhoud van een extern telefoonboek verandert, moet u eerst dat telefoonboek bijwerken voordat de wijzigingen zichtbaar worden in het lokale telefoonboek. U kunt bijwerken door met de rechtermuisknop op het geïmporteerde telefoonboek te klikken en op Refresh (Vernieuwen) te klikken.

Contactpersonen in het lokale telefoonboek bewerken Contactpersonen in het lokale telefoonboek bewerken 1


2

Gebruik uw muisaanwijzer en markeer de contactpersoon die u wilt bewerken.

3

Open Properties (Eigenschappen) door een van de volgende methoden te gebruiken: • • •

Selecteer Edit (Bewerken) > Properties (Eigenschappen) Klik op Properties (Eigenschappen) op de werkbalk. Klik met de rechtermuisknop op de selectie en kies Properties (Eigenschappen) in het menu.

4

Selecteer het tabblad dat u nodig hebt en bewerk de gegevens.

5

Klik op OK.

Contactpersonen verwijderen uit het lokale telefoonboek U kunt contactpersonen verwijderen uit het lokale telefoonboek of contactpersonen verwijderen uit een groep snelkoppelingen.

NN40050-100


21

Contactpersonen verwijderen uit het lokale telefoonboek 1


2

Gebruik uw muisaanwijzer en selecteer de contactpersoon die u wilt verwijderen. Opmerking: U kunt een reeks contactpersonen verwijderen door op de eerste contactpersoon in de reeks te klikken, Shift ingedrukt te houden en op de laatste contactpersoon in de reeks te klikken. De volledige reeks wordt gemarkeerd. U kunt ook Ctrl ingedrukt houden en klikken om een aantal niet-aaneengesloten contactpersonen te selecteren.

3

Verwijder de contactpersoon door een van de volgende bewerkingen uit te voeren: • • •

4

Selecteer Edit (Bewerken) > Delete (Verwijderen). Klik op Delete (Verwijderen) op de werkbalk. Klik met de rechtermuisknop op uw selectie en kies Delete (Verwijderen) in het menu.

Bevestig de verwijdering door op Yes (Ja) te klikken.

Een contactpersoon verwijderen uit een groep snelkoppelingen 1

Selecteer in de snelkoppelingenbalk de groep met snelkoppelingen waaruit u een contactpersoon wilt verwijderen.

2

Klik met de rechtermuisknop op de contactpersoon en kies Remove Item (Item verwijderen) in het menu.

Contactpersonen zoeken in het lokale telefoonboek U kunt op naam zoeken naar contactpersonen in een lokaal telefoonboek.

Een contactpersoon zoeken in een van uw telefoonboeken 1


2

Ga als volgt te werk: — Selecteer Edit (Bewerken) > Find Contact (Contactpersoon zoeken). — Klik op Find Contact (Contactpersoon zoeken) op de werkbalk. Het venster Find Contact (Contactpersoon zoeken) wordt weergegeven.

3

Voer de naam in van de contactpersoon die u wilt zoeken. Opmerking: Namen in het telefoonboek hebben de notatie achternaam, voornaam. Gebruik deze notatie bij het zoeken naar een contactpersoon.


22


4

Klik op Find Now (Nu zoeken). Zoekresultaten worden weergegeven in het venster Find Contact (Contactpersoon zoeken).

5

U kunt een zoekbewerking stoppen door op Stop (Stoppen) te klikken.

Een lokaal telefoonboek filteren De Avaya 2050 IP Softphone stelt u in staat een lokaal telefoonboek te filteren, waardoor het kleiner en gemakkelijker te beheren wordt. Deze functie is handig als u met grote telefoonboeken werkt. Door een telefoonboek te filteren kunt u het aantal namen beperken dat moet worden doorzocht.

Een telefoonlijst filteren 1

Klik op Filter (Filteren) op de werkbalk of op Directory (Telefoonboek) > Filter (Filteren) in het menu. Het dialoogvenster Filter (Filteren) wordt weergegeven.

2

Selecteer uw filtercriteria in de lijsten Field (Veld) en Condition (Situatie).

3

Voer de waarden in die u wilt opnemen in de gefilterde lijst. Als u bijvoorbeeld onder het filtercriterium Field (Veld): Last Name (Achternaam), Condition (Situatie): Starts With (Begint met) de waarde C invoert, worden alleen contactpersonen waarvan de achternaam begint met een C weergegeven in het lokale telefoonboek.

4

U kunt het filter toepassen door op Add (Toevoegen) te klikken.

Kiezen vanuit het lokale telefoonboek Een contactpersoon bellen vanuit het lokale telefoonboek 1


2

Zoek de contactpersoon die u wilt bellen. U kunt kiezen met behulp van een of meer van de volgende opties: • • • • •

NN40050-100

Dubbelklik op het telefoonnummer dat u wilt kiezen. Dubbelklik op de naam van de contactpersoon. Klik met de rechtermuisknop op de vermelding van de contactpersoon en klik vervolgens op het gewenste telefoonnummer in het menu. U kunt het standaard telefoonnummer kiezen door op Dial (Kiezen) op de werkbalk te klikken. Klik op de pijl naast de knop Dial (Kiezen) op de werkbalk en klik vervolgens op het gewenste telefoonnummer in de lijst.


23

Kiezen vanuit de Lijst voor opnieuw kiezen in het lokale telefoonboek Kiezen vanuit de Lijst voor opnieuw kiezen 1

Open de Lijst voor opnieuw kiezen door een van de volgende methoden te gebruiken: • •

2

Zoek de contactpersoon door een van de volgende methoden te gebruiken: • • •

3

Selecteer Redial List (Lijst voor opnieuw kiezen) in de snelkoppelingenbalk van het venster van het lokale telefoonboek. Selecteer Keys (Toetsen) > Features (Functies) > Redial List (Lijst voor opnieuw kiezen). Blader naar de gewenste contactpersoon. Zoek naar de contactpersoon op naam of nummer. Voer het nummer van de contactpersoon om deze te zoeken.

U kunt de geselecteerde vermelding kiezen door te dubbelklikken op de contactpersoon.

Kiezen vanuit de Lijst met bellers in het lokale telefoonboek Kiezen vanuit de Lijst met bellers 1

Open de Lijst met bellers door een van de volgende methoden te gebruiken: • •

2

Zoek de contactpersoon door een van de volgende methoden te gebruiken: • • •

3

Selecteer Callers List (Lijst met bellers) in de snelkoppelingenbalk van het venster van het lokale telefoonboek. Selecteer Keys (Toetsen) > Features (Functies) > Inbox (Postvak IN). Blader naar de gewenste contactpersoon. Zoek naar de contactpersoon op naam of nummer. Voer het nummer van de contactpersoon om deze te zoeken.

U kunt de geselecteerde vermelding kiezen door te dubbelklikken op de contactpersoon.

Groepen beheren in de snelkoppelingenbalk U kunt groepen toevoegen, verwijderen of hernoemen in de snelkoppelingenbalk van uw lokale telefoonboek. Open een groep snelkoppelingen en bekijk de bijbehorende lijst met contactpersonen door op de gewenste groep te klikken in de snelkoppelingenbalk.


24


Een groep toevoegen aan een lokaal telefoonboek 1

Klik met de rechtermuisknop op een leeg gedeelte in de snelkoppelingenbalk.

2

Selecteer Add New Group (Nieuwe groep toevoegen). Een lege groepstoets met een knipperende cursor wordt onder aan de snelkoppelingenbalk weergegeven.

3

Voer de naam in die u wilt gebruiken voor de groep en druk op Enter.

Een groep verwijderen uit een lokaal telefoonboek 1

Klik op de gewenste groep om deze te openen.

2

Klik met de rechtermuisknop op een willekeurige plek op of onder de knop Group (Groep) en de bijbehorende lijst met contactpersonen.

3

Selecteer Remove Group (Groep verwijderen).

4

At the „Delete? Klik op Yes (Ja) bij de prompt „Are you sure?” (Weet u dat zeker?).

Een groep hernoemen in het lokale telefoonboek 1

Klik op de gewenste groep om deze te openen.

2

Klik met de rechtermuisknop op een willekeurige plek op of onder de knop Group (Groep) en de bijbehorende lijst met contactpersonen.

3

Selecteer Rename Group (Groep hernoemen). Er wordt een cursor weergegeven in de knop Group (Groep).

4

Voer de nieuwe naam in die u wilt gebruiken voor de groep.

5

Druk op Enter. Opmerking: Bekijk de lijst met contactpersonen binnen en groep door op de gewenste groep te klikken in de snelkoppelingenbalk.

NN40050-100


25

Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) gebruiken Gebruik het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) om contactgegevens in te voeren of te wijzigen.

Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) openen 1


2

Ga op een van de volgende manieren te werk: • • • • •

Selecteer Edit (Bewerken) > New Contact (Nieuwe contactpersoon). Klik op New Contact (Nieuwe contactpersoon) op de werkbalk. Selecteer een contactpersoon. Selecteer Edit (Bewerken) > Properties (Eigenschappen). Klik op Properties (Eigenschappen).

Het dialoogvenster Eigenschappen heeft vier tabbladen: • • • •

„Properties (Eigenschappen) – Tabblad General (Algemeen)” op pagina 25. „Properties (Eigenschappen) – Tabblad Details” op pagina 25. „Properties (Eigenschappen) – Tabblad Notes (Opmerkingen)” op pagina 26. „Properties (Eigenschappen) – Tabblad Settings (Instellingen)” op pagina 26.

Alle vier de tabbladen hebben een knop Export (Exporteren). Gebruik deze knop om contactgegevens te exporteren naar een VCF-bestand. U kunt dit bestand importeren in e-mailprogramma's of contactbeheertoepassingen of in alle andere softwaretoepassingen waarin gebruik wordt gemaakt van de bestandsindeling VCF.

Properties (Eigenschappen) – Tabblad General (Algemeen) Gebruik dit tabblad om de naam, het adres, het e-mailadres, de bedrijfsgegevens en de telefoonnummers van een contactpersoon op te slaan. U kunt een contactpersoonrecord maken door de naam van de contactpersoon en ten minste één telefoonnummer in te voeren. Alle overige gegevens zijn optioneel. Opmerking: Als u een vertraging van een halve seconde wilt toevoegen aan het kiespatroon, voegt u een komma in het telefoonnummer in op de plek waar u de pauze wilt opnemen. U kunt zo veel pauzes toevoegen als nodig is door het benodigde aantal komma's in te voegen.

Properties (Eigenschappen) – Tabblad Details Gebruik het tabblad Details om een van de volgende contactgegevens in te voeren: • • •

Department (Afdeling) Office (Kantoor) Assistant (Assistent)


26


Properties (Eigenschappen) – Tabblad Notes (Opmerkingen) Gebruik dit tabblad voor het vastleggen van diverse gegevens voor een contactpersoon. U kunt belangrijke datums, recente orders, afspraaklocaties en andere gegevens invoeren die u nodig hebt wanneer u de contactpersoon belt.

Properties (Eigenschappen) – Tabblad Settings (Instellingen) Gebruik dit tabblad om het standaard kiesnummer voor de contactpersoon in te stellen. U kunt het standaard kiesnummer instellen door op de gewenste optieknop te klikken: Business (Zakelijk), Home (Thuis) of Mobile (Mobiel). U kunt een niet-standaard telefoonnummer kiezen voor een contactpersoon door met de rechtermuisknop op de contactpersoon te klikken en een willekeurig ander telefoonnummer te selecteren dat wordt weergegeven in het menu.

Koppeling maken met externe telefoonboeken U kunt toegang tot de volgende externe telefoonboek krijgen vanuit het venster Local Directory (Lokaal telefoonboek): • • •

LDAP-adressenlijst (Lightweight Directory Access Protocol) Outlook-adressenlijst WAB-adressenlijst (Windows-adresboek)

Als u toegang wilt krijgen tot deze externe telefoonboeken, moet u een koppeling maken naar de gewenste telefoonlijst in de snelkoppelingenbalk. Nadat u het telefoonboek hebt toegevoegd, wordt een pictogram weergegeven in de snelkoppelingenbalk. U kunt vervolgens op het pictogram klikken om contactpersonen in dat telefoonboek te bekijken of te kiezen.

Koppeling maken met de LDAP-adressenlijst Een koppeling naar de LDAP-adressenlijst toevoegen in de snelkoppelingenbalk 1

Ga naar het menu Local Directory (Lokaal telefoonboek) en selecteer Directory (Telefoonboek) > Add Link To (Koppeling toevoegen aan) > LDAP Directory (LDAP-adressenlijst) Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) wordt weergegeven. In het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) hebt u toegang tot de volgende drie tabbladen: General (Algemeen), Security (Beveiliging) en Schema.

2

Voer op het tabblad General (Algemeen) de volgende vereiste gegevens in het bijbehorende veld in: •

NN40050-100

Directory Name (Naam telefoonboek): de naam van het telefoonboek zoals u deze wilt weergeven in de snelkoppelingenbalk.


• • 3

LDAP Path (LDAP-pad): het pad naar de LDAP-adressenlijst dat is opgeslagen op uw vaste schijf. User Name and Password (Gebruikersnaam en wachtwoord): voer indien van toepassing uw LDAP-gebruikersnaam en wachtwoord in.

Selecteer op het tabblad Security (Beveiliging) een of meer van de volgende beveiligingsprotocollen: • • • • •

4

27

Use Secure Authentication (Verificatie gebruiken) Use Encryption (Codering gebruiken) Use SSL Encryption (SSL-codering gebruiken) Use Signing (Ondertekening gebruiken) Use Sealing (Verzegeling gebruiken)

Selecteer op het tabblad Schema het gewenste LDAP-schema in de lijst Schema. U kunt dit tabblad gebruiken om een LDAP toe te voegen, te verwijderen of te wijzigen.

Een nieuw schema toevoegen aan de lijst 1

Klik op Add (Toevoegen) op het tabblad Schema. Er wordt een dialoogvenster weergegeven. In dit dialoogvenster worden alle actuele namen en velden weergegeven die worden gebruikt door de LDAP-adressenlijst.

2

Voer in het veld Schema Name (Schemanaam) de naam in die u wilt gebruiken voor uw nieuwe LDAP-schema.

3

Klik op OK.

Een schema verwijderen uit de lijst 1

Selecteer op het tabblad Schema het schema dat u uit de lijst wilt verwijderen.

2

Klik op Remove (Verwijderen). Het dialoogvenster LDAP Directory (LDAP-adressenlijst) wordt weergegeven met het bericht „Remove the schema? Are you sure?” (Het schema verwijderen? Weet u het zeker?)

3

Klik op Yes (Ja).

Een bestaand schema wijzigen 1

Selecteer op het tabblad Schema het schema dat u wilt wijzigen in de lijst. Er wordt een dialoogvenster weergegeven. In dit dialoogvenster worden alle actuele namen en velden weergegeven die worden gebruikt door de LDAP-adressenlijst.

2

Wijzig de schemanaam.

3

Klik op OK.


28


Koppeling maken met Outlook Een koppeling naar uw Outlook-adressenlijst toevoegen in de snelkoppelingenbalk 1

Ga naar het menu, selecteer Directory (Telefoonboek) > Add Link To (Koppeling toevoegen aan) > Outlook Directory (Outlook-adressenlijst) Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) wordt weergegeven.

2

Voer in het veld Directory Name (Naam telefoonboek) de naam in van uw Outlook-adressenlijst zoals u deze wilt weergeven in de snelkoppelingenbalk.

3

Klik op OK.

Koppeling maken met WAB-adressenlijst (Windows-adresboek) Een koppeling naar een WAB-adressenlijst toevoegen in de snelkoppelingenbalk 1

Ga naar het menu, selecteer Directory (Telefoonboek) > Add Link To (Koppeling toevoegen aan) > Windows Address Boek (Windows-adresboek) Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) wordt weergegeven.

2

Voer in het veld Directory Name (Naam telefoonboek) de naam in van uw WAB-adressenlijst zoals u deze wilt weergeven in de snelkoppelingenbalk.

3

Voer in het veld WAB Name (WAB-naam) de naam in van het WAB-bestand waarmee u een koppeling tot stand wilt brengen vanuit de snelkoppelingenbalk. Opmerking: Als u de naam van het WAB-bestand niet weet, klikt u op de bladerknop rechts van het veld WAB Name (WAB-naam). Het Windows-dialoogvenster Openen wordt weergegeven. Gebruik dit dialoogvenster om te navigeren en het benodigde bestand te selecteren in uw bestandssysteem.

4

Klik op OK in het dialoogvenster Properties (Eigenschappen).

Externe contactpersonen toevoegen aan het lokale telefoonboek U kunt contactpersonen vanuit een willekeurig extern telefoonboek toevoegen aan uw lokale telefoonboek.

NN40050-100


29

Een externe contactpersoon toevoegen aan het lokale telefoonboek 1

Klik in de snelkoppelingenbalk op het pictogram voor het externe telefoonboek dat u wilt openen. Er wordt een lijst weergegeven met contactpersonen in het geselecteerde externe telefoonboek.

2

Klik met de rechtermuisknop op de contactpersoon die u wilt toevoegen aan het lokale telefoonboek.

3

Ga naar het menu en selecteer Add to Local Directory (Toevoegen aan lokaal telefoonboek). Het dialoogvenster Properties (Eigenschappen) wordt weergegeven.

4

Als geen telefoonnummers worden weergegeven in het veld Phone Numbers (Telefoonnummers), moet u ten minste één geldig telefoonnummer invoeren. Als de telefoonnummers in het veld Phone Numbers (Telefoonnummers) er correct uitzien, klikt u op OK. De contactpersoon wordt toegevoegd aan het lokale telefoonboek.

5

U kunt de toegevoegde contactpersoon openen door op het pictogram Local Directory (Lokaal telefoonboek) in de snelkoppelingenbalk te klikken. Opmerking: U kunt niet rechtstreeks contactpersonen toevoegen aan een extern telefoonboek vanuit het lokale telefoonboek.

Opmerking: Als de inhoud van een extern telefoonboek verandert, moet u eerst dat telefoonboek bijwerken voordat de wijzigingen zichtbaar worden in het lokale telefoonboek. U kunt bijwerken door met de rechtermuisknop op het geïmporteerde telefoonboek te klikken en op Refresh (Vernieuwen) te klikken.


30


NN40050-100

31

Hoofdstuk 5 Gesprekken met de Avaya 2050 IP Softphone beheren Telefoongesprekken voeren Zorg ervoor dat u uw headset draagt voordat u een telefoongesprek start.

Een gesprek starten 1

Open een lijn met behulp van een van de volgende methoden: •

• • 2

Klik op Answer/Headset (Beantwoorden/Headset) in het venster Call Control (Gespreksbeheer) Uw primaire telefoonlijn wordt weergegeven. Selecteer Keys (Toetsen) > Answer (Beantwoorden). Selecteer een toets Line (Lijn) in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

Voer het telefoonnummer in op een van de volgende manieren: • • • •

Kies vanaf het numerieke toetsenblok van het toetsenbord van uw computer. Kies met de muisaanwijzer vanuit het cijferblok van het venster Call Control (Gespreksbeheer). Selecteer Keys (Toetsen) > Macros (Macro's) en kies vervolgens de gewenste macro. Selecteer View (Beeld) > Local Directory (Lokaal telefoonboek) en doe daarna het volgende:

a

Open een telefoonboekfunctie: Lokaal telefoonboek, Lijst voor opnieuw kiezen of Lijst met bellers.

b

Blader door het telefoonboek om de gewenste contactpersoon te vinden.

c

Selecteer Dial (Kiezen) > en kies Business (Zakelijk), Home (Thuis) of Mobile (Mobiel).


32

Hoofdstuk 5 Gesprekken met de Avaya 2050 IP Softphone beheren

Telefoongesprekken beantwoorden Zorg ervoor dat u uw headset draagt voordat u een telefoongesprek beantwoordt. Wanneer een gesprek binnenkomt, worden de speaker die het belsignaal doorgeeft en de nummerweergave (indien beschikbaar) in het weergavegebied getoond. Optioneel wordt bij het binnenkomen van een gesprek een gesprekspop-up weergegeven waarop kan worden geklikt om het gesprek te beantwoorden. Als de Avaya 2050 IP Softphone is aangesloten op een Avaya Business Communications Manager (Avaya BCM) 6.0-systeem, bevat het pop-upvenster gegevens voor nummerweergave. Opmerking: U kunt de speaker selecteren waardoor het belsignaal klinkt door op File (Bestand) > Settings (Instellingen) > Sound Devices (Geluidsapparaten) > Handsfree/Ringing/Paging device (Apparaat voor handsfree/pager/belsignaal) > Speaker te klikken. Kies de gewenste speaker uit de lijst. U kunt een gesprek beantwoorden op een van de volgende manieren: • •

Klik op Answer/Headset (Beantwoorden/Headset) in het venster Call Control (Gespreksbeheer) Klik op de toets Line (Lijn) van de lijn die overgaat. Opmerking: Als een nieuw gesprek wordt beantwoord, worden eventuele actieve gesprekken automatisch in de wachtstand geplaatst. U kunt overschakelen tussen actieve bellers door op de desbetreffende lijntoets te klikken om uw gesprek te hervatten.

Telefoongesprekken in de wachtstand plaatsen en terughalen Zorg ervoor dat u uw headset draagt voordat u de telefoon gebruikt.

Een gesprek in de wachtstand plaatsen of een gesprek terughalen uit de wachtstand 1

Klik op de toets Line (Lijn) voor het actieve gesprek.

2

Klik op Hold (Wachtstand) in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

Telefoongesprekken beëindigen Als uw gesprek is beëindigd, moet u handmatig de actieve lijn afsluiten.

Een telefoongesprek afsluiten 1

Klik op de desbetreffende toets Line (Lijn) om er zeker van te zijn dat deze is geselecteerd.

2

Klik op Goodbye/Release (Goodbye/Afbreken) in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

NN40050-100

33

Hoofdstuk 6 USB-headsetadapter voor de Avaya 2050 IP Softphone U moet een Avaya-USB-audiokit installeren voordat u de Avaya 2050 IP Softphone kunt gaan gebruiken. Zie „De USB Headset Kit installeren” op pagina 18.

Overzicht De functies van de USB-headsetadapter worden beschreven in Tabel 2.


34

Hoofdstuk 6 USB-headsetadapter voor de Avaya 2050 IP Softphone

Tabel 2 Elementen en functies van USB-headsetadapter Element

Functie

Lampje Bericht in wachtrij

Het rode lampje Bericht in wachtrij bevindt zich boven aan de USB-headsetadapter. Het lampje brandt als er wachtende voicemailberichten zijn. Het lampje knippert als een gesprek overgaat op de Avaya 2050 IP Softphone.

Toets voor maximaliseren

Druk op de toets voor maximaliseren om de Avaya 2050 IP Softphone te maximaliseren of te minimaliseren. Als de Avaya 2050 IP Softphone is geminimaliseerd, drukt u op deze toets om het venster van de Avaya 2050 IP Softphone te maximaliseren. Als de Avaya 2050 IP Softphone is gemaximaliseerd maar zich achter een ander venster bevindt, drukt u op deze toets om de Avaya 2050 IP Softphone naar de voorgrond te verplaatsen. Als de Avaya 2050 IP Softphone is gemaximaliseerd, drukt u op deze toets om de Avaya 2050 IP Softphone te minimaliseren.

Slimme functietoetsen Uitsluitend beschikbaar op de desktopadapter. Druk op deze toets om toegang te krijgen tot het menu Smart Functions (Slimme functies). Zie „Het menu Smart Functions (Slimme functies) gebruiken” op pagina 36 voor meer informatie.

NN40050-100

Toets Beantw

Als u een binnenkomend gesprek wilt beantwoorden, drukt u op Beantw. Als u op deze toets drukt terwijl er geen binnenkomend gesprek is, selecteert de Avaya 2050 IP Softphone een lijn en hoort u een kiestoon.

Toets Afbreken

Druk op de toets Afbreken om het huidige gesprek te beëindigen.

Toets Stil

Druk op de knop Stil om het geluid voor een gesprek uit te schakelen. Als u het geluid voor een gesprek uitschakelt, kunt u de beller wel nog horen maar kan deze u niet horen. Druk nogmaals op de knop Stil om het gesprek te hervatten.

Lampje Stil

U kunt het lampje Stil naast de knop Stil vinden. Als het geluid van een gesprek is uitgeschakeld, brandt het lampje Stil. Als het geluid van een gesprek is ingeschakeld, is het lampje Stil uit.

Toets Volume

Gebruik de toets Volume om het volume van de headset te regelen. Als het menu Smart Functions (Slimme functies) wordt weergegeven, gebruikt u deze toetsen om omhoog of omlaag te bewegen in het menu.

Displayverlichting

De displayverlichting brandt als uw headset is verbonden met de Avaya 2050 IP Softphone-toepassing. U kunt de displayverlichting activeren of deactiveren door op File (Bestand) > Settings (Instellingen) > USB Headset (USB-headset) te klikken en het selectievakje Use backlight (Displayverlichting gebruiken) in of uit te schakelen.


35

Gesprekken beantwoorden met de USB-headsetadapter U kunt de USB-headsetadapter gebruiken voor het beantwoorden van gesprekken als de Avaya 2050 IP Softphone actief is (zelfs wanneer deze geminimaliseerd of actief is op de achtergrond).

Een gesprek beantwoorden met de USB-headsetadapter 1

Controleer of u uw headset draagt.

2

Druk op Beantw. Opmerking: Als u de nummerweergave wilt bekijken voordat u antwoordt terwijl de Avaya 2050 IP Softphone is geminimaliseerd of actief is op de achtergrond, klikt u op de knop voor maximaliseren. Hiermee wordt het venster Call Control (Gespreksbeheer) van Avaya 2050 IP Softphone geopend.

Gesprekken beëindigen met de USB-headsetadapter U kunt de USB-headsetadapter gebruiken voor het beëindigen van gesprekken als de Avaya 2050 IP Softphone actief is (zelfs wanneer deze geminimaliseerd of actief is op de achtergrond). U kunt een telefoongesprek beëindigen met de USB-headsetadapter door op de toets Afbreken te drukken.

Het volume aanpassen met de USB-headsetadapter U kunt het volume van uw telefoongesprekken aanpassen met de USB-headsetadapter. Controleer of u uw headset draagt zodat u de wijzigingen kunt horen terwijl u ze aanbrengt. U kunt het volume verhogen door op de linkertoets omhoog op de volumetoets te drukken. U kunt het volume verhogen door op de linkertoets omlaag op de volumetoets te drukken.

Het geluid uitschakelen tijdens een gesprek Als u het geluid voor een gesprek uitschakelt, kunt u de beller wel nog horen maar kan deze u niet horen. U kunt het geluid van een gesprek uitschakelen met de USB-headsetadapter door op de toets Stil te drukken.


36


Het menu Smart Functions (Slimme functies) gebruiken Het menu Smart Functions (Slimme functies) biedt snelle toegang tot functies van de Avaya 2050 IP Softphone. U kunt aanpassen wat in dit menu wordt weergegeven met behulp van het configuratiehulpprogramma.

Het menu Smart Functions (Slimme functies) openen 1

Druk op de toets Slimme functies op de USB-headsetadapter.

2

Markeer de functie die u wilt gebruiken met een van de volgende bedieningselementen: • • •

3

Muisaanwijzer Pijltoetsen op het toetsenbord Volumetoets op de USB-headsetadapter

U kunt de functie selecteren door op OK te klikken. Opmerking: Als er slechts één functie wordt weergegeven in het menu, verschijnt het selectievakje Don't display this dialog again (Dit dialoogvenster niet opnieuw weergeven). Schakel dit selectievakje in om de toets Slimme functies rechtstreeks toe te wijzen aan een van de beschikbare functies. U kunt vervolgens op de toets Smart Function (Slimme functies) drukken om de functie direct uit te voeren zonder naar het menu te hoeven gaan.

Opmerking: De toets Smart Functions (Slimme functies) is uitsluitend beschikbaar op de desktopversie van de USB-headsetadapter.

Het menu Smart Functions (Slimme functies) aanpassen U kunt aanpassen welke functies in het menu Smart Functions (Slimme functies) worden weergegeven met behulp van het configuratiehulpprogramma.

Het menu Smart Functions (Slimme functies) aanpassen 1

Selecteer File (Bestand) > Settings (Instellingen) > USB Headset (USB-headset) in het venster Call Control (Gespreksbeheer) Het USB Headset Settings (Instellingen USB-headset) wordt geopend.

2

Klik op Configure Smart Functions (Slimme functies configureren). Het dialoogvenster Configure Smart Functions (Slimme functies configureren) openen.

3

In dit dialoogvenster kunt u functies toevoegen, verwijderen of herordenen in het menu Smart Functions (Slimme functies). — U kunt een functie toevoegen door de gewenste functie te selecteren in de lijst Available functions (Beschikbare functies) en vervolgens op Add (Toevoegen) te klikken.

NN40050-100


37

— U kunt een functie verwijderen door de gewenste functie te selecteren in de lijst en vervolgens op Remove (Verwijderen) te klikken. — U kunt een functie herordenen door op de functie te klikken die u omhoog of omlaag wilt verplaatsen in het menu en vervolgens op de desbetreffende toets te drukken: Omhoog of Omlaag. 4

U kunt het dialoogvenster Configure Smart Functions (Slimme functies configureren) sluiten door op OK te klikken.

5

U kunt het dialoogvenster USB Headset (USB-headset) sluiten door op OK te klikken.

U kunt ook speciale functies toevoegen aan het menu Smart Functions (Slimme functies).

Aangepaste functies voor het menu Smart Functions (Slimme functies) In het dialoogvenster Configure Smart Functions (Slimme functies configureren) kunt u aangepaste functies toevoegen, verwijderen of herordenen in het menu Smart Functions (Slimme functies).

Een aangepaste functie toevoegen 1

Klik op New (Nieuw).

2

Voer in het vak Name (Naam) de naam in die u wilt weergeven in het menu Smart Functions (Slimme functies).

3

Voer in het vak Command (Opdracht) de pad- en bestandsnaam in van de functie die u wilt toevoegen. Opmerking: Als u de padnaam of bestandsnaam van de functie niet weet, klikt u op Browse (Bladeren) naast het vak Command (Opdracht). U kunt vervolgens naar het juiste bestand navigeren door dit te selecteren en op Open (Openen) te klikken.

4

Voer in het vak Arguments (Argumenten) eventuele argumenten in die zijn vereist voor deze functie. Opmerking: Als u wilt dat de Avaya 2050 IP Softphone u om het argument vraagt wanneer u deze speciale functie selecteert, selecteert u Prompt for arguments (Vragen om argumenten).


38


5

Voer in het vak Initial directory (Begindirectory) de padnaam in van de directory die u door deze functie wilt laten gebruiken. Opmerking: Hier geldt weer net als bij het vak Command (Opdracht) in stap 3 dat als u niet weet wat de pad- of bestandsnaam is, u op Bladeren kunt klikken naast het vak Initial directory (Begindirectory). U kunt vervolgens naar de juiste directory navigeren, uw selectie uitvoeren en op OK klikken om te voltooien.

6

U kunt het pictogram wijzigen dat naast deze functie wordt weergegeven in het menu Smart Functions (Slimme functies) door op Change (Wijzigen) te klikken en vervolgens stappen 7 t/m 9 uit te voeren. Als u het pictogram niet wilt wijzigen, gaat u naar stap 10.

7

Klik op Browse (Bladeren).

8

Navigeer naar het bestand dat u hebt ingevoerd in het vak Command (Opdracht) en selecteer dit.

9

Klik op Open (Openen).

10 Selecteer een van de pictogrammen die worden weergegeven. 11 Klik op OK. 12 U kunt de nieuwe functie toevoegen aan het menu Smart Functions (Slimme functies) door op OK te klikken.

Een aangepaste functie wijzigen 1

Selecteer de aangepaste functie die u wilt wijzigen.

2

Klik op Modify (Wijzigen).

3

Voer de vereiste wijzigingen door.

4

Klik op OK.

Een aangepaste functie verwijderen 1

Selecteer de aangepaste functie die u wilt verwijderen.

2

Klik op Delete (Verwijderen).

3

Bevestig de verwijdering door op Yes (Ja) te klikken.

NN40050-100

39

Hoofdstuk 7 Macro's voor Avaya 2050 IP Softphone Informatie over macro's voor de Avaya 2050 IP Softphone Gebruik de Avaya 2050 IP Softphone om macro's in te voeren. Een macro is een reeks toetsaanslagen die u kunt gebruiken om vaak herhaalde acties te automatiseren. Zo kunt u bijvoorbeeld een macro programmeren waarmee een specifieke telefoonlijn wordt geselecteerd en vervolgens automatisch een telefoonnummer wordt gekozen, of een macro die ervoor zorgt dat een bepaald nummer altijd via een specifieke telefoonlijn wordt gekozen. U kunt toegang krijgen tot het menu Macro Settings (Macro-instellingen) van de Avaya 2050 IP Softphone door in het venster Call Control (Gespreksbeheer) op File (Bestand) > Settings (Instellingen) > Macros (Macro's) te klikken. Alle macro's worden weergegeven in het venster Macros Settings (Macro-instellingen). U kunt ook toegang tot macro's krijgen door Keys (Toetsen) > Macros (Macro's) te selecteren.

Een macro invoeren U kunt een macro invoeren voor het automatiseren van een procedure of vaak herhaalde actie.

Een macro invoeren 1

Open het venster Settings (Instellingen). Zie „Het venster Instellingen openen” op pagina 45 voor meer informatie.

2

Selecteer Macros (Macro's). Het dialoogvenster Macro Settings (Macro-instellingen) wordt geopend.

3

Klik op

Het dialoogvenster New Macros (Nieuwe macro's) wordt geopend. 4

Voer de naam in van uw nieuwe macro.

5

Maak de macro door middel van een combinatie van de volgende methoden: • •

6

Voer cijfers in door op het cijferblok te klikken. Selecteer de gewenste acties in het menu Keys (Toetsen) en klik vervolgens op Add (Toevoegen).

U kunt de nieuwe macro toevoegen aan de lijst door op Apply (Toepassen) te klikken.


40

Hoofdstuk 7 Macro's voor Avaya 2050 IP Softphone

7

U kunt het dialoogvenster Macros (Macro's) sluiten door op OK te klikken. Opmerking: Gebruik de actie Pauze om een vertraging van een halve seconde in te voeren in de macro. Dit is een vereiste voor sommige IVR-toepassingen (Interactive Voice Response) en voicemailsystemen.

Een macro verwijderen Een macro verwijderen 1

Selecteer in het menu Macros (Macro's) de macro die u wilt verwijderen.

2

Klik op Delete Macro (Macro verwijderen). Hiermee wordt de macro verwijderd.

3

U kunt de wijziging definitief maken door op Apply (Toepassen) te klikken.

Een macro afspelen U kunt macro's afspelen om telefoonnummers te kiezen of toegang tot uw voicemail te verkrijgen.

Een macro afspelen 1

Selecteer Keys (Toetsen) > Macros (Macro's) in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

2

Selecteer de gewenste macro op naam.

NN40050-100

41

Hoofdstuk 8 Menuopdrachten voor Avaya 2050 IP Softphone Menuopdracht voor venster Call Control (Gespreksbeheer) De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt een menuopdrachtsysteem dat vergelijkbaar is met het Windows-systeem met de menu's File (Bestand), Edit (Bewerken), Keys (Toetsen), View (Beeld) en Help. Als Show Menu Bar (Menubalk weergeven) is geselecteerd, wordt de menubalk weergegeven boven het venster Call Control (Gespreksbeheer). U kunt het menu weergeven door View (Beeld) > Menu Bar Options (Menubalkopties) > Show Menu Bar (Menubalk weergeven) te selecteren. U kunt het menu verbergen door View (Beeld) > Menu Bar Options (Menubalkopties) > Autohide Menu Bar (Menubalk automatisch verbergen) te selecteren. U kunt toegang krijgen tot het menu als dit is ingesteld op Autohide (Automatisch verbergen) door uw cursor over het bovenste deel van het venster Call Control (Gespreksbeheer) te bewegen. Het menu wordt weergegeven. Opmerking: De functie Autohide Menu Bar (Menubalk automatisch verbergen) werkt alleen als de Avaya 2050 IP Softphone de focus heeft. U kunt de Avaya 2050 IP Softphone de focus geven door op een willekeurige locatie in het venster Call Control (Gespreksbeheer) te klikken.

Het menu File (Bestand) gebruiken Vanuit het menu File (Bestand) kunt u een van de volgende opties kiezen: •

• • •

Run in background (Op achtergrond uitvoeren): hiermee wordt het venster Call Control (Gespreksbeheer) naar de achtergrond verplaatst, maar blijft de toepassing wel actief zodat u gesprekken kunt aannemen. Record this call (Dit gesprek opnemen): hiermee worden alle binnenkomende of uitgaande gesprekken opgenomen. Settings (Instellingen): hiermee wordt het venster Settings (Instellingen) met de bijbehorende tabbladen geopend. Exit (Afsluiten): hiermee sluit u de toepassing Avaya 2050 IP Softphone.


42

Hoofdstuk 8 Menuopdrachten voor Avaya 2050 IP Softphone

Het menu Edit (Bewerken) gebruiken Vanuit het menu Edit (Bewerken) kunt u een van de volgende opties kiezen: • • •

Copy (Kopiëren): hiermee wordt de inhoud van het weergavevenster gekopieerd voor gebruik in andere toepassingen. Paste (Plakken): hiermee worden telefoonnummers of andere kiesbare tekenreeksen gekopieerd vanuit andere toepassingen. Input Mode (Invoermodus): hiermee wordt de methode geselecteerd waarmee de toepassing invoer van het toetsenbord interpreteert. De drie methoden zijn: — Numeric (Numeriek): als u Numeric (Numeriek) selecteert, interpreteert de Avaya 2050 IP Softphone toetsenbordtekens (bijvoorbeeld een 0800-nummer) als afzonderlijke cijfers. — Alphabetic (Alfabetisch): als u Alphabetic (Alfabetisch) selecteert, interpreteert de Avaya 2050 IP Softphone elk toetsenbordteken als een meervoudig getal. Gebruik deze optie bijvoorbeeld bij het invoeren van een naam in een adressenlijst op het netwerk, waarbij het algoritme bijvoorbeeld het teken B interpreteert als 2 2. Als de alfabetische modus is geselecteerd, interpreteert de toepassing de naam Bob als 2 2 pauze 6 6 6 pauze 2 2 pauze. — Native (Systeemeigen): als u Native (Systeemeigen) selecteert, interpreteert de Avaya 2050 IP Softphone alfabetische toetsen als ASCII-tekens. Vereist serverondersteuning (de optie wordt gewoonlijk grijs weergegeven).

Het menu Keys (Toetsen) gebruiken Vanuit het menu Keys (Toetsen) kunt u een van de volgende opties kiezen: • •

• • • • • • •

Headset/Handset: selecteer deze optie om een binnenkomend gesprek te beantwoorden of om een kiestoon te verkrijgen voor het beginnen van een gesprek. Handsfree: selecteer deze optie voor het beantwoorden of beginnen van een gesprek via de handsfreespeaker. U kunt de gewenste speaker instellen door File (Bestand) > Settings (Instellingen) > Sound Devices (Geluidsapparaten) te selecteren. Kies bij Handsfree/Ringing/ Paging device (Apparaat voor handsfree/pager/belsignaal) uw speaker uit de lijst met speakers. Beantw: selecteer deze optie om een binnenkomend gesprek te beantwoorden of om een kiestoon te verkrijgen. Goodbye: selecteer deze optie om een gesprek te beëindigen. Wachtstand: selecteer deze optie om een actief gesprek in de wachtstand te zetten. Stil: selecteer deze optie om het geluid uit te schakelen tijdens uw gesprek. U kunt de beller wel horen, maar hij of zij kan u niet horen. Verzenden: selecteer deze optie om menuselecties te bevestigen en invoerreeksen af te sluiten. Features (Functies): selecteer deze optie om een lijst te bekijken van beschikbare, door de server ondersteunde functies. Macros (Macro's): selecteer in het macromenu de macro die u wilt kiezen.

NN40050-100


43

Het menu View (Beeld) gebruiken Vanuit het menu View (Beeld) kunt u een van de volgende opties kiezen: • •

• •

•

Local Directory (Lokaal telefoonboek): selecteer deze optie om toegang te krijgen tot het venster Local Directory (Lokaal telefoonboek). Menu Bar Options (Menubalkopties): selecteer deze optie om de menubalk weer te geven of te verbergen. Selecteer Autohide Menu Bar (Menubalk automatisch verbergen) om de menubalk te verbergen als deze niet wordt gebruikt. Always on Top (Altijd op voorgrond): selecteer deze optie om de telefoon altijd op de voorgrond te houden. Expansion Module (Uitbreidingsmodule) (uitsluitend Avaya Business Communications Manager (Avaya BCM) 6.0): selecteer deze optie om de toetsen en interface-elementen van de Soft Expansion Module weer te geven. GXAS: selecteer deze optie om het GXAS-venster weer te geven.

Het menu Help gebruiken Vanuit het menu Help kunt u een van de volgende opties kiezen: • • • • • • • •

Snelstart: selecteer deze optie om basisinformatie weer te geven over het gebruik van het venster (Gespreksbeheer) en de USB-headset. Hot Keys (Hotkeys): selecteer deze optie om een lijst weer te geven van de hotkeys voor toetsen en menu's. License Agreement (Licentieovereenkomst): selecteer deze optie om de softwarelicentieovereenkomst van Avaya te bekijken. Inhoud: selecteer deze optie om de inhoudsopgave te openen van het Help-systeem van de Avaya 2050 IP Softphone. Search (Zoeken): selecteer deze optie om naar een specifiek onderwerp te zoeken in het Help-systeem van de Avaya 2050 IP Softphone. Index: selecteer deze optie om de index te openen van het Help-systeem van de Avaya 2050 IP Softphone. Info over Avaya 2050 IP Softphone: selecteer deze optie om informatie te bekijken over de Avaya 2050 IP Softphone, zoals het versienummer of de copyrightgegevens. Diagnostics (Diagnostiek): selecteer deze optie om informatie voor probleemdiagnose weer te geven voor de systeembeheerder.


44


NN40050-100

45

Hoofdstuk 9 Instellingen voor Avaya 2050 IP Softphone Gebruik het venster Instellingen (dat wordt weergegeven in Afbeelding 3 op pagina 45) om toegang te verkrijgen tot de vele voorzieningen en functies van de Avaya 2050 IP Softphone en deze te configureren. U kunt het venster Instellingen openen vanuit het menu Start van Windows of vanuit het venster van Call Control (Gespreksbeheer) van de Avaya 2050 IP Softphone. Afbeelding 3 Het venster Instellingen

Het venster Instellingen openen Gebruik een van de volgende opties om het venster Instellingen te openen: •

Vanuit het Windows-besturingssysteem: — Selecteer Start > Programma's > Avaya > Avaya 2050 IP Softphone > Avaya 2050 IP Softphone Settings (Avaya 2050 IP Softphone-instellingen) — Selecteer Start > Configuratiescherm > Avaya 2050 IP Softphone. (In Windows XP selecteert u Klassieke weergave om de lijst met instellingen te bekijken.)


46

Hoofdstuk 9 Instellingen voor Avaya 2050 IP Softphone

•

Vanuit het venster Call Control (Gespreksbeheer) van de Avaya 2050 IP Softphone: — Selecteer Bestand > Instellingen.

Het venster Instellingen gebruiken In de volgende gedeelten wordt beschreven hoe u de verschillende voorzieningen en functies van de Avaya 2050 IP Softphone kunt configureren: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •

„Profiles (Profielen)” op pagina 47. „Server” op pagina 49. „License Server (Licentieserver)” op pagina 50. „Theme (Thema)” op pagina 51. „Features (Functies)” op pagina 52. „Macros (Macro's)” op pagina 52. „Audio” op pagina 52. „Sound Devices (Geluidsapparaten)” op pagina 53. „Hardware ID (Hardware-ID)” op pagina 54. „Advanced Audio (Geavanceerde audio)” op pagina 55. „Listener IP (Listener-IP)” op pagina 56. „Notifications (Meldingen)” op pagina 56. „Hotkeys” op pagina 57. „Text Replacements (Tekstvervangingen)” op pagina 57. „Lamp Sounds (Lampgeluiden)” op pagina 58. „Key Type (Toetstype)” op pagina 59. „Info over” op pagina 59. „Taal” op pagina 60. „Expansion Module (Uitbreidingsmodule)” op pagina 60. „Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname)” op pagina 62. „USB Headset (USB-headset)” op pagina 63.

Functies en voorzieningen worden weergegeven in het linkerdeelvenster van het venster Instellingen van de Avaya 2050 IP Softphone (zie Afbeelding 3 op pagina 45). Selecteer de gewenste functie om het bijbehorende dialoogvenster te openen.

NN40050-100


47

Profiles (Profielen) Gebruik profielen om de Avaya 2050 IP Softphone te configureren. Met behulp van profielen kunt u meerdere configuraties voor een Avaya 2050 IP Softphone op dezelfde computer opslaan. Als u wijzigingen aanbrengt in een voorziening of functie, zijn deze wijzigingen alleen van invloed op het huidige profiel. Opmerking: De naam van het huidige profiel wordt weergegeven in de rechterbenedenhoek van alle dialoogvensters Instellingen van de Avaya 2050 IP Softphone, boven de knop Toepassen (zie Afbeelding 3 op pagina 45). U kunt het dialoogvenster Profiles (Profielen) openen door Profiles (Profielen) te selecteren in de lijst in het linkerdeelvenster van het venster Instellingen.

Nieuwe profielen maken In een tekstvak boven aan het dialoogvenster Profiles (Profielen) wordt het huidige profiel weergegeven.

Een nieuw profiel maken 1

Klik op New (Nieuw). Er wordt een leeg tekstvak geopend met de naam Profile Name (Profielnaam).

2

Voer de naam in van het nieuwe profiel.

3

Klik op OK.

Profielen verwijderen Een profiel verwijderen 1

Selecteer in de lijst met profielen het profiel dat u wilt verwijderen.

2

Klik op Remove (Verwijderen). A „Remove profile? Are you sure?” (Het schema verwijderen? Weet u het zeker?)

3

Klik op Yes (Ja). Het profiel wordt verwijderd uit de lijst. Opmerking: My Server (Mijn server) is een ingebouwde profielnaam die niet kan worden verwijderd.


48


Profielnamen wijzigen Een profielnaam wijzigen 1

Selecteer in de lijst met profielen het profiel dat u wilt wijzigen.

2

Klik op Modify Name (Naam wijzigen). Het tekstvak Profile Name (Profielnaam) wordt geopend, met de naam van het profiel gemarkeerd.

3

Voer de nieuwe profielnaam in.

4

Klik op OK. De nieuwe naam wordt nu weergegeven in de lijst.

Profielen selecteren Kiezen welk profiel door de Avaya 2050 IP Softphone wordt gebruikt voor uw huidige sessie 1

Selecteer het gewenste profiel in de lijst met profielen.

2

Klik op Reset (Opnieuw instellen).

Als de Avaya 2050 IP Softphone actief is, probeert deze opnieuw de verbinding met de server tot stand te brengen (zoals gedefinieerd door het profiel). Het scherm Main Application (Hoofdtoepassing) wordt geopend. Als de Avaya 2050 IP Softphone niet actief is, wordt het venster Instellingen gesloten. Wanneer u de Avaya 2050 IP Softphone de volgende keer start, probeert deze verbinding te maken met de server (zoals gedefinieerd door het profiel). Opmerking: Controleer in het dialoogvenster voor de server in de Avaya 2050 IP Softphone-instellingen welke server door uw huidige profiel wordt gebruikt.

Profielen exporteren U kunt uw Avaya 2050 IP Softphone-profielen exporteren naar de vaste schijf van uw computer om een back-up van de configuratie te maken of voor gebruik in andere toepassingen.

Uw profielen exporteren 1

Klik op Exporteren. Het dialoogvenster Save As (Opslaan als) wordt geopend.

2

Sla uw profielen op met behulp van de bestandsnaam en map van uw keuze.

Uw huidige Avaya 2050 IP Softphone-profielen worden nu opgeslagen als „back-upbestanden voor configuratie” (*cfx).

NN40050-100


49

Profielen importeren Gebruik de importfunctie om configuratiebestanden waarvan een back-up is gemaakt te herstellen voor huidig gebruik.

Opgeslagen profielen importeren 1

Klik op Importeren. Het dialoogvenster Openen wordt geopend.

2

Zoek en selecteer het profiel dat u wilt gebruiken. Het tekstvak Import Profiles (Profielen importeren) wordt geopend.

3

Selecteer het profiel dat of de profielen die u wilt importeren.

4

Klik op OK.

Server Gebruik het dialoogvenster Server om de verbinding te configureren tussen de Avaya 2050 IP Softphone en uw communicatieserver. U kunt de standaardmethode (DHCP) gebruiken of handmatig een IP-adres opgeven. U kunt het dialoogvenster Server openen door Server te selecteren in de lijst in het linkerdeelvenster van het venster Instellingen.

Via DHCP Als Automatic (DHCP) (Automatisch (DHCP)) is ingeschakeld, leest de Avaya 2050 IP Softphone serveradressen van een DHCP-server (Dynamic Host Configuration Protocol). Opmerking: U kunt DHCP alleen gebruiken als een DCHP-server is opgenomen in uw LAN. Neem contact op met de systeembeheerder om de juiste waarden voor het IP-adres in te voeren op de server.

De methode Automatic (DHCP) (Automatisch (DHCP)) gebruiken 1

Schakel het selectievakje Automatic (DHCP) (Automatisch (DHCP)) in.

2

Selecteer uw server in de lijst Server. U kunt kiezen uit Primary (Primair), Secondary (Secundair) of Application (XAS) servers (Toepassingsservers (XAS)). Opmerking: Primaire en secundaire servers worden toegewezen door DHCP.

Opmerking: XAS-ondersteuning is gereserveerd voor toekomstig gebruik.


50


IP-adressen en DNS-namen gebruiken Als uw communicatieserver geen ondersteuning voor DHCP biedt, moet u handmatig een IP-adres of DNS-naam toewijzen.

Als u handmatig een IP-adres of DNS-naam wilt toewijzen, moet u over de volgende informatie met betrekking tot uw gespreksserver beschikken: • • •

IP-adres of DNS-naam Poortnummer Servertype

Een IP-adres of DNS-naam toewijzen 1

Selecteer de server die u wilt configureren in de lijst Server: Primary (Primair) of Secondary (Secundair).

2

Selecteer IP en voer het IP-adres in of selecteer Name (Naam) en voer de DNS-naam in.

3

Selecteer uw servertype in de lijst Type. Het standaardpoortnummer wordt weergegeven in het tekstvak Port (Poort).

4

Als uw serverpoortnummer afwijkt van het standaardnummer, voert u het juiste nummer in het tekstvak Port (Poort) in. Opmerking: Symposium-callcentermedewerkers moeten het selectievakje Symposium inschakelen.

Standaardwaarden herstellen U kunt de standaardwaarden herstellen in het instellingenvenster door op Restore Defaults (Standaardwaarden herstellen) te klikken.

De verbinding opnieuw instellen U kunt de serververbinding opnieuw instellen terwijl de Avaya 2050 IP Softphone actief is door op Reset (Opnieuw instellen) te klikken.

License Server (Licentieserver) Gebruik het dialoogvenster License Server (Licentieserver) om nieuwe licentieservers toe te voegen aan de lijst Server Address (Serveradres) en om de volgorde op te geven waarin hiermee contact wordt gemaakt door de 2050 IP Softphone-client. Er wordt als eerste contact gemaakt met de server boven aan de lijst, daarna volgt de tweede server, enzovoort.

NN40050-100


51

Een nieuwe licentieserver toevoegen 1

Voer het IP-adres (of de DNS-naam) van de nieuwe server in het veld New server (Nieuwe server) in.

2

Klik op Add (Toevoegen). De nieuwe server wordt toegevoegd aan de lijst Server Address (Serveradres).

3

Klik op OK.

De prioriteit van licentieservers wijzigen 1

Selecteer de server in de lijst Server Address (Serveradres).

2

Gebruik de knoppen Increase Priority (Prioriteit verhogen) en Decrease Priority (Prioriteit verlagen) om de server omhoog of omlaag te verplaatsen in de lijst.

3

Klik op Toepassen.

Theme (Thema) Gebruik het dialoogvenster Theme (Thema) om het thema 1140 of een van de twee beschikbare compacte themakleuren (zwart of zilver) te selecteren. U kunt dit dialoogvenster ook gebruiken om over te schakelen naar de uitgebreide toegankelijkheidsinterface door het selectievakje Accessibility mode (Toegankelijkheidsmodus) in te schakelen.

Het thema kiezen 1

Selecteer in het menu Theme (Thema) de optie 1140, black (zwart) of silver (zilver).

2

Klik op OK.

Als het standaardpad is overschreven tijdens de installatie, moet u het juiste pad opgeven naar het bestand voor de Avaya 2050 IP Softphone.

Het pad naar het bestand voor de IP Softphone selecteren 1

Klik op Browse (Bladeren). Het dialoogvenster Browse for folders (Mappen zoeken) wordt geopend.

2

Zoek en selecteer de map Avaya 2050 IP Softphone in uw bestandssysteem.

3

Klik op OK. Opmerking: U kunt het dialoogvenster Theme (Thema) ook gebruiken om de Avaya 2050 IP Softphone in te stellen op de toegankelijkheidsinterface. Zie „Toegankelijkheidsinterface” op pagina 67 voor meer informatie over het openen of gebruiken van de toegankelijkheidsinterface.


52


Features (Functies) Gebruik het dialoogvenster Features (Functies) om de volgorde te wijzigen van de functies onder Keys (Toetsen) > Features (Functies) in het venster Call Control (Gespreksbeheer). In het menu Features (Functies) worden alle beschikbare, door de server ondersteunde functies weergegeven. Gebruik de pijltoetsen om individuele items omhoog en omlaag te verplaatsen in de lijst. De lijst bevat: • • • • • • •

Telefoonboek Services Uitbreiden Kopiëren Afsluiten/Stoppen Postvak IN Postvak UIT Opmerking: In Avaya Communications Server 1000-systemen blijft de lijst Available Features (Beschikbare functies) leeg.

U kunt toegang krijgen tot alle items in de lijst Available Features (Beschikbare functies) vanuit de lijst Keys (Toetsen) > Features (Functies).

Macros (Macro's) Zie „Macro's voor Avaya 2050 IP Softphone” op pagina 39 voor meer informatie over het instellen van macro's.

Audio Gebruik het dialoogvenster Audio om de mate van buffering tussen uw audiohardware en de Avaya 2050 IP Softphone aan te passen. Gebruik de schuifregelaar Quality (Kwaliteit) om de hoeveelheid vertraging te vergroten of verkleinen. Bij minder vertraging verloopt de buffering sneller, maar neemt de audiokwaliteit af. Een grotere vertraging zorgt voor een betere audiokwaliteit, maar resulteert in een tragere buffering. Opmerking: Als de audio van uw Avaya 2050 IP Softphone hakkelig klinkt of vol onderbrekingen zit, verplaatst u de schuifregelaar meer richting Higher Quality (Hogere kwaliteit).

NN40050-100


53

Sound Devices (Geluidsapparaten) Gebruik het dialoogvenster Sound Devices (Geluidsapparaten) om de verschillende IP Softphone-geluidsapparaten te selecteren en in te stellen. Het dialoogvenster is onderverdeeld in twee gebieden: • •

Headset or Handset device (Headset of handset) Handsfree/Ringing/Paging device (Apparaat voor handsfree/pager/belsignaal)

Headset or Handset device (Headset of handset) Bij gebruik van een headset of handset gebruikt u dit gebied om het volgende te doen: • • •

De microfoon en speaker selecteren Het volume aanpassen De Stil-status in- of uitschakelen

In het tekstvak Microphone (Microfoon) wordt de huidige geselecteerde microfoon weergegeven. U kunt de microfoon wijzigen door de gewenste microfoon te selecteren in de lijst met microfoons. In het tekstvak Speaker wordt de huidige geselecteerde speaker weergegeven. U kunt de speaker wijzigen door de gewenste speaker te selecteren in de lijst met speakers. Gebruik de volumeregelaar om het volume van de microfoon en speaker aan te passen. U kunt het geluid van beide apparaten uitschakelen door Stil te selecteren.

Handsfree/Ringing/Paging device (Apparaat voor handsfree/pager/ belsignaal) Bij gebruik van een apparaat voor handsfree/pager/belsignaal gebruikt u dit gebied om het volgende te doen: • • •

De microfoon en speaker selecteren Het volume aanpassen De Stil-status in- of uitschakelen

In het tekstvak Microphone (Microfoon) wordt de huidige geselecteerde microfoon weergegeven. U kunt de microfoon wijzigen door de gewenste microfoon te selecteren in de lijst met microfoons. In het tekstvak Speaker wordt de huidige geselecteerde speaker weergegeven. U kunt de speaker wijzigen door de gewenste speaker te selecteren in de lijst met speakers. Gebruik de volumeregelaar om het volume van de microfoon en speaker aan te passen. U kunt het geluid van beide apparaten uitschakelen door Stil te selecteren. U kunt de standaardwaarden bij de installatie herstellen door op Restore Original Values (Oorspronkelijke waarden herstellen) te klikken.


54


Hardware ID (Hardware-ID) Opmerking: Dit dialoogvenster is uitsluitend bedoeld voor deskundige gebruikers. Gebruik het dialoogvenster Hardware ID (Hardware-ID) om het hardwareadres te selecteren dat aan uw communicatieserver wordt gemeld. In het tekstvak Hardware ID (Hardware-ID) wordt het huidige hardwareadres weergegeven.

MAC-adressen Het standaard-IP-adres van de Avaya 2050 IP Softphone wordt geleverd door uw Ethernet-hardware, als een MAC-adres (Medium Access Control). Als meerdere Ethernet-interfaces zijn geïnstalleerd, kiest de Avaya 2050 IP Softphone het eerste MAC-adres dat wordt gedetecteerd en wordt dat adres bij alle daaropvolgende nieuwe verbindingen gebruikt. Opmerking: Sommige VPN-clients (Virtual Private Network) verbergen hun MAC-adressen. In dat geval moet u de standaardwaarde negeren om problemen bij de communicatie met de server te voorkomen.

MAC-adressen selecteren Een MAC-adres selecteren 1

Klik op Auto-Create (Automatisch maken). In het tekstvak Hardware ID (Hardware-ID) wordt het volgende adres in een reeks adressen weergegeven.

2

Blijf op Auto-Create (Automatisch maken) klikken om door de reeks met beschikbare adressen te bladeren totdat u het adres vindt dat u nodig hebt.

Nadat u door alle beschikbare MAC-adressen hebt geklikt, worden met Auto-Create (Automatisch maken) willekeurige hardware-ID-nummers gegenereerd. Selecteer een van deze nummers als uw Ethernet-hardwareadres niet uniek is voor de server. U kunt de standaardwaarden bij de installatie herstellen door op Restore Defaults (Standaardwaarden herstellen) te klikken. U kunt de hardware-ID opnieuw instellen terwijl de Avaya 2050 IP Softphone actief is door op Reset (Opnieuw instellen) te klikken. Opmerking: In het veld Firmwareversie wordt de meest recente firmware-versie voor de Avaya 2050 IP Softphone weergegeven die door de server is gemeld.

NN40050-100


55

Advanced Audio (Geavanceerde audio) Opmerking: Dit dialoogvenster is uitsluitend bedoeld voor deskundige gebruikers. Gebruik het dialoogvenster Advanced Audio (Geavanceerde audio) om de audiowaarden te negeren die zijn gedefinieerd door uw communicatieserver.

Waarden van communicatieserver negeren Als de netwerkprestaties tot audioproblemen leiden, kan het aanpassen van de waarden in dit gebied helpen een werkbare audiokwaliteit te realiseren. Pas de volgende waarden voor de communicatieserver aan: • • •

Microphone Automatic Gain Control (Automatische versterkingsregeling voor microfoon) Echo Cancellation (Echo-onderdrukking) Noise Reduction (Ruisreductie)

Automatic Gain Control (Automatische versterkingsregeling) Als het selectievakje Microphone Automatic Gain Control (Automatische versterkingsregeling voor microfoon) wordt ingeschakeld, kan het systeem automatisch het juiste versterkingsniveau voor uw microfoon vaststellen. Hiermee wordt een comfortabel spraakniveau voor beide partijen gewaarborgd.

Echo Cancellation (Echo-onderdrukking) Gebruik de schuifregelaar Echo Cancellation (Echo-onderdrukking) als een echo op de lijn wordt gedetecteerd tijdens een gesprek. Bepaalde typen headsets of audiospeakers voor de pc kunnen echo veroorzaken op de lijn. De schuifregelaar heeft drie instellingen: • • •

Met Off (Uit) wordt de echo-onderdrukking uitgeschakeld. Met Always On (Altijd aan) wordt de echo-onderdrukking ingeschakeld voor alle gesprekken. Met Auto (Automatisch) kan het systeem echo-onderdrukking in- of uitschakelen indien dit nodig is.

Noise Reduction (Ruisreductie) Gebruik de schuifregelaar Noise Reduction (Ruisreductie) om alle ongewenste geluiden uit de omgeving te versterken of verzwakken. Zet de schuifregelaar op een waarde tussen Off (Uit) en Max (Maximum) om het gewenste niveau van ruisreductie te vinden.


56


Listener IP (Listener-IP) Opmerking: Dit dialoogvenster is uitsluitend bedoeld voor deskundige gebruikers. Gebruik het dialoogvenster Listener IP (Listener-IP) voor het negeren van poorttoewijzingen als de Avaya 2050 IP Softphone-toepassing in conflict is met een andere toepassing op uw computer. Bij normaal gebruik luistert de Avaya 2050 IP Softphone of er UNIStim-verkeer is op alle IP-adressen en IP-poorten. U kunt de Avaya 2050 IP Softphone zodanig instellen dat alleen wordt geluisterd op één specifiek IP-adres of één specifieke poort.

Een specifiek adres gebruiken 1

Selecteer Use a specific address (Een specifiek adres gebruiken). Het grijs weergegeven tekstvak wordt actief.

2

Voer het adres in waarop u de Avaya 2050 IP Softphone wilt laten luisteren. De notatie van het IP-adres is 99.99.99.99.

Een specifieke poort gebruiken 1

Selecteer Use a specific port (Een specifieke poort gebruiken). Het grijs weergegeven tekstvak wordt actief.

2

Voer de poort in waarop u de Avaya 2050 IP Softphone wilt laten luisteren.

U kunt de standaardwaarden bij de installatie herstellen door op Restore Defaults (Standaardwaarden herstellen) te klikken.

Notifications (Meldingen) Gebruik het dialoogvenster Notifications (Meldingen) om geluidseffecten te selecteren voor wanneer de Avaya 2050 IP Softphone verbinding maakt met een gespreksserver of de verbinding met een gespreksserver verbreekt. Deze meldingen kunnen geluiden of pop-upvensters zijn. U kunt een melding toewijzen aan een of meer van de volgende drie gebeurtenissen: • • •

Server verbonden Server onbereikbaar Server reageert niet

Meldingen in pop-upvensters configureren 1

Selecteer Show pop-up window in System Tray (Pop-upvenster weergeven in systeemvak).

2

Schakel het selectievakje Voice Notifications (Spraakmeldingen) in.

3

Klik op OK.

NN40050-100


57

Een geluid toewijzen aan een gebeurtenis 1

Selecteer in de lijst Select an event (Een gebeurtenis selecteren) de gebeurtenis waaraan u een geluid wilt toewijzen.

2

Selecteer Play sound (Geluid afspelen).

3

Voer het pad en de bestandsnaam in van het audiobestand dat u wilt gebruiken. U kunt ook naar het bestand zoeken door op Browse (Bladeren) te klikken. De geselecteerde bestandsnaam wordt weergegeven in het tekstvak. Opmerking: De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt momenteel alleen WAV-bestanden.

U kunt het geselecteerde geluid testen door op de pijltoets voor afspelen te klikken. U kunt het geluid tijdens het afspelen stoppen door op de stopknop (met het vierkantje) te klikken.

Hotkeys U kunt hotkeys op het toetsenbord toewijzen voor toegang tot het volledige scala van functies en menuopties in het venster Call Control (Gespreksbeheer). Zie „Hotkeys” op pagina 15 voor meer informatie over het toevoegen of verwijderen van hotkeys in de Avaya 2050 IP Softphone.

Text Replacements (Tekstvervangingen) Opmerking: Dit dialoogvenster is uitsluitend beschikbaar vanuit de toegankelijkheidsinterface. Gebruik het dialoogvenster Text Replacements (Tekstvervangingen) om de door de server beschikbaar gestelde tekst in de toegankelijkheidsinterface aan te passen. Bij de aanpassing kunt u tekst inkorten of overbodige tekst die is opgepikt door de schermleessoftware verwijderen. In de tabel voor tekstvervanging worden alle regels voor tekstvervanging weergegeven die momenteel zijn toegewezen. Zowel de oorspronkelijke tekst als de vervangen tekst wordt weergegeven in de lijst.


58


Een nieuwe regel voor tekstvervanging toevoegen of een bestaande regel wijzigen 1

Klik op New (Nieuw) of Modify (Wijzigen). Het dialoogvenster Find and Replace (Zoeken en vervangen) wordt geopend.

2

Voer de tekst die u wilt wijzigen in het tekstvak Find what (Zoeken naar) in. U kunt parameters toewijzen aan de zoekopdracht door een van de volgende keuzen te maken: • • • • • •

Met Whole word (Heel woord) wordt naar het hele woord gezocht. Met Display (Weergave) wordt het weergavegebied doorzocht. Met Context wordt het contextgebied doorzocht. Met Softkeys wordt het softkeygebied doorzocht. Met Line/Feature Key text (Tekst lijn-/functietoets) wordt het gebied Line/Features (Lijn/Functies) doorzocht. Met Date and Time (Datum en tijd) wordt het gebied voor datum en tijd doorzocht.

3

Voer de nieuwe tekst in het tekstvak Replace with (Vervangen door) in.

4

Klik op OK. Het dialoogvenster Find what (Zoeken naar) wordt gesloten.

5

Klik op Toepassen.

Een bestaande regel voor tekstvervanging verwijderen 1

Selecteer de regel die u wilt verwijderen uit de lijst.

2

Klik op Remove (Verwijderen). De tekstregel verdwijnt. De desbetreffende tekst krijgt weer de oorspronkelijke vorm.

Lamp Sounds (Lampgeluiden) Gebruik het dialoogvenster Lamp Sounds (Lampgeluiden) om geluidseffecten te selecteren die aangeven wanneer het berichtenlampje of het Stil-lampje is ingeschakeld.

Een geluid toewijzen aan het berichtenlampje of het Stil-lampje 1

Selecteer in de lijst Select a condition (Een situatie selecteren) de optie Message Lamp On (Berichtenlampje aan) of Mute Lamp On (Stil-lampje aan).

2

Selecteer Play sound (Geluid afspelen).

3

Voer het pad en de bestandsnaam in van het audiobestand dat u wilt gebruiken. U kunt ook naar het bestand zoeken door op de knop Browse (Bladeren) te klikken. De geselecteerde bestandsnaam wordt weergegeven in het tekstvak.

4

Voer in hoe vaak u het geluid wilt laten herhalen in de velden voor minuten en seconden (in het gebied Repeat every (Herhalen elke)). Opmerking: De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt momenteel alleen WAV-bestanden.

NN40050-100


59

Key Type (Toetstype) Het venster Call Control (Gespreksbeheer) van de IP Softphone ondersteunt zes lijn-/ functietoetsen (Afbeelding 2 op pagina 12). Gebruik het dialoogvenster Key Type (Toetstype) om te selecteren welke toetsen door de Avaya 2050 IP Softphone worden gebruikt om gesprekken te voeren (lijntoetsen).

Een lijntoets toewijzen 1

Schakel het selectievakje naast de toets of toetsen in die u wilt gebruiken. De toetslay-out stemt overeen met de lay-out in het venster Call Control (Gespreksbeheer).

2

Klik op Toepassen.

U kunt de standaardwaarden bij de installatie herstellen door op Restore Defaults (Standaardwaarden herstellen) te klikken.

Dialoogvenster Phone number (Telefoonnummer) Wanneer u een gesprek voert vanuit het lokale telefoonboek of Make Call (Gesprek starten) selecteert in het systeemvak, wordt het dialoogvenster Phone number (Telefoonnummer) geopend. Het menu A Select a line key (Een lijntoets selecteren) in het dialoogventer geeft alle geselecteerde lijnen weer. Gebruik het dialoogvenster Key Type (Toetstype) om items toe te voegen aan of te verwijderen uit de lijst.

Toegankelijkheidsinterface In de toegankelijkheidsinterface worden geselecteerde toetsen weergegeven als Idle (Inactief) of Active (Actief). Niet geselecteerde toetsen (functietoetsen) worden weergegeven als Feature Inactive (Functie inactief) of Feature Active (Functie actief).

Info over In het dialoogvenster Info over wordt actuele informatie over de Avaya 2050 IP Softphone weergegeven, zoals: • • • •

Huidige versienummer Copyright-informatie Avaya-logo Global IP Sound-logo


60


Taal Gebruik het dialoogvenster Taal om de taal te selecteren voor het venster Instellingen voor de Avaya 2050 IP Softphone, het lokale telefoonboek en alle menu's en dialoogvensters van de hoofdtoepassing. Opmerking: Sommige teksten die u tegenkomt tijdens het werken met de Avaya 2050 IP Softphone zijn afkomstig van uw communicatieserver of van het besturingssysteem van uw computer. Als de taal wordt ingesteld in het dialoogvenster Taal is dit niet van invloed op door de server of door het besturingssysteem geleverde tekst.

De huidige ingestelde taal wijzigen 1

Selecteer de gewenste taal in de lijst met talen.

2

Klik op OK.

Tot de ondersteunde talen behoren: Engels, Frans, Zweeds, Deens, Noors, Duits, Nederlands, Portugees, Tsjechisch, Fins, Hongaars, Italiaans, Pools, Spaans, Japans, Russisch, Lets en Turks.

Expansion Module (Uitbreidingsmodule) De Expansion Module (EM) biedt aanvullende lijnweergaven en functietoetsen voor de IP Softphone. De EM is vergelijkbaar met het KEM-apparaat (Key Expansion Module) dat beschikbaar is voor hardwarematige IP Phones. Er kunnen maximaal drie EM's worden toegevoegd aan het venster Call Control (Gespreksbeheer) van de IP 2050, waarbij de extra EM's verticaal onder het oorspronkelijke venster worden weergegeven. Via een schuifbalk kunt u toegang krijgen tot extra toetsen. Afbeelding 4 op pagina 61 toont de algemene weergave van de Expansion Module.

NN40050-100


61

Afbeelding 4 Algemene weergave van Expansion Module

U kunt het EM-venster zodanig verplaatsen dat dit aan de linker- of rechterkant van het venster Call Control (Gespreksbeheer) wordt gedockt of het als apart venster open laten. Gesprekken worden hersteld door op de bijbehorende lijntoets te drukken. Gebruik het dialoogvenster Expansion Module (Uitbreidingsmodule) om opties te configureren voor de Expansion Module. Gebruik het dialoogvenster Expansion Module (Uitbreidingsmodule) voor het volgende: •

•

•

De weergavestijl wijzigen. — „Group” (Groep) biedt één kolom met 52 toetsen. Gebruikers kunnen toetsen verplaatsen bij gebruik van deze weergave. — „Default” (Standaard) biedt drie kolommen met 18 toetsen. Gebruikers kunnen geen toetsen verplaatsen bij gebruik van deze weergave. Opmerkingen toevoegen aan toetsen. — Standaard geven toetsen het nummer weer dat door de BCM is toegewezen. Dit kan niet worden gewijzigd. — Er kunnen opmerkingen aan toetsen worden toegevoegd om door de gebruiker gedefinieerde informatie weer te geven, zoals een specifieke naam of afdeling. Instellingen terugzetten naar de standaardwaarden.

De Expansion Module starten 1

Klik op de knop Menu.

2

Selecteer View (Beeld) > Expansion Module. Het EM-venster wordt weergegeven.


62


Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) U kunt alleen Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) gebruiken als een door Avaya gecertificeerde externe toepassing is geïnstalleerd. Gebruik het dialoogvenster Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) voor het volgende: • • •

Gesprekken laten opnemen door de Avaya 2050 IP Softphone. De toepassing Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) starten. Een waarschuwingsbericht weergeven als gespreksopname is ingeschakeld.

In de volgende velden wordt informatie over de externe toepassing weergegeven: • • • •

In Application (Toepassing) wordt de naam van de externe toepassing weergegeven. In Version (Versie) wordt het huidige versienummer van de toepassing weergegeven. In Vendor (Leverancier) wordt de naam van de leverancier van de toepassing weergegeven. In Path (Pad) wordt de map en bestandsnaam van de externe toepassing op uw computer weergegeven.

De Avaya 2050 IP Softphone toestaan om gesprekken op te nemen 1

Selecteer Allow this application to record calls (Deze toepassing toestaan om gesprekken op te nemen).

2

Klik op OK of Toepassen.

De toepassing voor gespreksopname openen bij het opstarten 1

Selecteer Launch the Personal Call Recorder application (De toepassing Personal Call Recording (Persoonlijke gespreksopname) starten)).

2


Waarschuwingsberichten weergeven als gespreksopname is ingeschakeld 1

Select Display a warning message when call recording is enabled (Een waarschuwingsbericht weergeven als gespreksopname is ingeschakeld).

2


NN40050-100


63

USB Headset (USB-headset) Gebruik het dialoogvenster USB Headset (USB-headset) voor het volgende: • • • •

Het type headset selecteren dat u wilt gebruiken. Bedieningselement voor het externe lampje instellen (indien van toepassing). De achtergrondverlichting activeren op de USB-headsetadapter. Het dialoogvenster Configure Smart Functions (Slimme functies configureren) openen.

De headset selecteren Selecteer voor optimale prestaties de headset in de lijst die overeenkomt met de headset die momenteel is verbonden met uw USB-headsetadapter.

Een headset kiezen 1

Selecteer de gewenste headset in de lijst.

2

Klik op Toepassen.

Bedieningselementen voor het externe lampje instellen Opmerking: Het externe lampje is alleen beschikbaar op de desktopadapter. De Avaya 2050 IP Softphone ondersteunt een optionele externe LED-lamp (ook wel een ingebruikslampje genoemd). Het lampje biedt visuele feedback met betrekking tot de gespreksstatus, aansluiting van de headset en wachtende berichten. U kunt de lamp zodanig instellen dat deze in de volgende situaties gaat branden: • • • •

Manual Override (Handmatig opheffen) Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) Active Call (Actief gesprek) Bericht in wachtrij

Selecteer het knipperritme van de lamp voor elk van de bovenstaande situaties. De volgende ritmen zijn beschikbaar: • • • • •

None (Geen) On (Aan) Flash (Flitsen) Flicker (Flikkeren) Blink (Knipperen)


64


Manual Override (Handmatig opheffen) Als Manual Override (Handmatig opheffen) is ingeschakeld, kunt u het externe lampje inschakelen door op de knop Smart Functions (Slimme functies) op uw USB-headsetadapter te drukken. U kunt Manual Override (Handmatig opheffen) inschakelen door het gewenste ritme te selecteren in de lijst. U kunt Manual Override (Handmatig opheffen) uitschakelen door None (Geen) te selecteren.

Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) Als Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) is ingeschakeld, wordt het externe lampje geactiveerd als de headset wordt geregistreerd als losgekoppeld van de USB-headsetadapter. U kunt Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) inschakelen door het gewenste ritme te selecteren in de lijst. U kunt Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) uitschakelen door None (Geen) te selecteren.

Active Call (Actief gesprek) Als Active Call (Actief gesprek) is ingeschakeld, wordt het externe lampje ingeschakeld als de Avaya 2050 IP Softphone een actief gesprek registreert. U kunt Active Call (Actief gesprek) inschakelen door het gewenste ritme te selecteren in de lijst. U kunt Active Call (Actief gesprek) uitschakelen door None (Geen) te selecteren. Als u Active Call (Actief gesprek) inschakelt terwijl de USB-headsetadapter is geselecteerd als de speaker voor binnenkomende gesprekken, wordt het externe lampje tevens geactiveerd bij binnenkomende gesprekken. Opmerking: Alle andere toepassingen die gebruikmaken van hetzelfde audiokanaal als de USB Headset zorgen er eveneens voor dat het externe lampje wordt geactiveerd.

Bericht in wachtrij Als Message Waiting (Bericht in wachtrij) is ingeschakeld, wordt het externe lampje ingeschakeld als de Avaya 2050 IP Softphone een wachtend bericht registreert. U kunt Message Waiting (Bericht in wachtrij) inschakelen door het gewenste ritme te selecteren in de lijst. U kunt Message Waiting (Bericht in wachtrij) uitschakelen door None (Geen) te selecteren.

NN40050-100


65

Priority (Voorrang) Als meer dan één toestand is ingeschakeld, wordt het externe lampje geactiveerd voor de toestand met de hoogste prioriteit. De prioriteit van de toestand, van hoogst tot laagst, is als volgt: • • • •

Manual Override (Handmatig opheffen) Headset Disconnect (Headset losgekoppeld) Active Call (Actief gesprek) Bericht in wachtrij

De displayverlichting gebruiken De USB-headsetadapter maakt gebruik van displayverlichting om de knoppen te verlichten, zodat u weet dat de Avaya 2050 IP Softphone actief is. U kunt de displayverlichting inschakelen door Use backlight (Displayverlichting gebruiken) te selecteren.

Smart Functions (Slimme functies) configureren De knop Smart Functions (Slimme functies) op de USB-headsetadapter op de desktop biedt snelle toegang tot functies van de Avaya 2050 IP Softphone. Zie „Het menu Smart Functions (Slimme functies) aanpassen” op pagina 36 voor meer informatie over het configureren van de knop Smart Functions (Slimme functies). Opmerking: De knop Smart Functions (Slimme functies) is uitsluitend beschikbaar op de desktopversie van de USB-headsetadapter.


66


NN40050-100

67

Hoofdstuk 10 Toegankelijkheidsinterface De toegankelijkheidsinterface werkt met schermleessoftware, zoals JAWS for Windows van Freedom Scientific, waarmee visueel gehandicapte gebruikers toegang kunnen krijgen tot het volledige scala van functies van de Avaya 2050 IP Softphone.

De toegankelijkheidsinterface voor de Avaya 2050 IP Softphone openen vanuit het venster Call Control (Gespreksbeheer) 1

Selecteer File (Bestand) > Settings (Instellingen) > Theme (Thema)

2

Selecteer Accessibility Interface (Toegankelijkheidsinterface). Opmerking: U moet de Avaya 2050 IP Softphone afsluiten en opnieuw opstarten voordat de wijziging in de toegankelijkheidsinterface van kracht wordt.

Uitgebreide toegankelijkheidsinterface De uitgebreide toegankelijkheidsinterface biedt informatie die is onderverdeeld in vijf hoofdgroepen. Drie van deze groepen, Line Keys (Lijntoetsen), Voice Menu (Spraakmenu) en Services Menu (Servicesmenu) kunnen worden uitgevouwen of samengevouwen afhankelijk van de aanvullende informatie en functies die moeten worden weergegeven. Bovendien zijn de tekengrootte, tekenstijl en tekstkleur van de interface aanpasbaar. Afbeelding 5 Uitgebreide toegankelijkheidsinterface


68

Hoofdstuk 10 Toegankelijkheidsinterface

In de volgende tabel worden de elementen van de uitgebreide toegankelijkheidsinterface beschreven Tabel 3 Elementen van uitgebreide toegankelijkheidsinterface

NN40050-100

Element

Beschrijving

Indicatoren

Bevat twee UI-elementen. Messages (Berichten) geeft aan of u een voicemailbericht hebt. Waarden zijn No VM (Geen VM) of VOICE MESSAGE (VOICEMAIL). Mute (Stil) geeft aan of het geluid voor het actieve gesprek is uitgeschakeld. Waarden zijn Mute On (Stil aan) en Mute Off (Stil uit).

Lijntoetsen

Bevat 6 toetsen waarmee u lijnen en functies kunt programmeren. Een individuele toets kan worden geprogrammeerd als een lijntoets of een functietoets (afhankelijk van serverbeperkingen). Standaard is de groep Line keys (Lijntoetsen) uitgevouwen. Deze groep kan worden samengevouwen door op de naam van de groep Line keys (Lijntoetsen) te klikken. Een lijntoets geeft een telefoonboeknummer, een lijnweergave of een speciale externe lijn aan. Als u op een lijntoets drukt, klinkt er een kiestoon. U kunt vervolgens een gesprek voeren of een binnenkomend gesprek beantwoorden. Een telefoonboeknummer, ook wel een primaire lijn genoemd, is een uniek geïdentificeerde lijntoets binnen het gehele systeem. Als uw telefoonboeknummer wordt gekozen, schakelt de server gesprekken door naar uw telefoonboeknummer op uw toestel. De is de eenvoudigste variant van een lijntoets en lijkt qua concept sterk op een gewoon telefoonnummer. Alle actieve sets hebben een bijbehorend telefoonboeknummer. Een lijnweergave is een serverfunctie die het mogelijk maakt dat gebruikers virtuele weergaven van elkaars telefoonboeknummers hebben. Zo kunnen bijvoorbeeld collega's die lijnweergaven hebben ontvangen van uw telefoonboeknummer uw gesprekken opnemen als u niet beschikbaar bent.

Display

Biedt serverinformatie, met inbegrip van actuele displaygegevens, die uit maximaal vier regels tekst bestaan en de informatie voor nummerweergave voor binnenkomende oproepen bevatten (indien beschikbaar). Bij gebruik van een telefoonboektoepassing kan dit gebied een bellerlijst of telefoonboekvermeldingen bevatten, afhankelijk van de toepassingsfuncties.

Voice menu (Spraakmenu)

Bevat 4 toetsen voor het afhandelen van gesprekken. Met Volume omhoog en Volume omlaag worden het volume van het spraakpad tijdens het gesprek en het beltoonvolume tijdens een binnenkomend gesprek gewijzigd. Met de toetsen Headset en Handsfree kunt u gesprekken plaatsen of beantwoorden met behulp van de juiste audiopaden. Standaard is het Voice menu (Spraakmenu) uitgevouwen op het scherm. Het kan worden samengevouwen door op de naam van de groep Voice menu (Spraakmenu) te klikken.


69

Tabel 3 Elementen van uitgebreide toegankelijkheidsinterface Element

Beschrijving

Services menu (Servicesmenu)

Bevat 7 toetsen die gespreksserverfuncties bieden: Msg/Inbox (Ber/Postvak IN) – biedt toegang tot de voicemailtoepassing om naar berichten te luisteren. Shift/Outbox (Shift/Postvak UIT) – biedt toegang tot de voicemailtoegang om een uitgaand bericht samen te stellen of over te schakelen tussen pagina's met lijntoetsen. Quit (Afsluiten) – verlaat het huidige weergavemenu als een weergavemenu actief is. Directory (Telefoonboek) – biedt toegang tot de telefoonboektoepassing van het netwerk. Expand (Uitbreiden) – biedt toegang tot GXAS-servertoepassingen. Services – hiermee wordt een functie geselecteerd. Specifieke functies zijn afhankelijk van de configuratie van uw toestel door de beheerder van de gespreksserver. Voorbeelden van functies die hier kunnen worden geselecteerd zijn: Hot Desking (Hot desking), Do Not Disturb (Niet storen), Page (Oproepen), Call Park (Gesprek parkeren), Call Pickup Directed (Gesprek opnemen – doorverbonden), Call Pickup Group (Gesprek opnemen – groep), Voice Call (Intercom), Speed Dial (Snelkiezen), Message Send (Bericht verzenden), Link (Verbinding), Ring Again (Terugbellen), Voice Call Deny (Intercom blok), Call Forward (Oproep doorschakelen), Conference (Vergaderen), Transfer (Doorverbinden), Background Music (Achtergrondmuziek), Last Number Redial (Nummerherhaling). Dezelfde functionaliteiten kunnen worden opgeroepen vanuit het menu Keys (Toetsen) -> Features (Functies). Met de toets Keypad (Toetsenblok) wordt het nieuwe dialoogvenster met vijf cijfertoetsen weergegeven. Standaard is het menu Services uitgevouwen. Het kan worden samengevouwen door op de naam van de groep Services menu (Servicesmenu) te klikken.

U kunt door de uitgebreide toegankelijkheidsinterface navigeren door met de muis te klikken of door de volgende sneltoetsen te gebruiken: • • •

• •

Tab – Naar het volgende veld gaan Shift + Tab – Naar het vorige veld gaan Spatiebalk – De bewerking bij de huidige cursorlocatie uitvoeren, indien beschikbaar. Als de cursor bijvoorbeeld op een lijntoets of softkey staat, wordt die functie uitgevoerd. Als de cursor zich op een displayregel of in het tijd- of datumveld bevindt, wordt er geen bewerking uitgevoerd. Pijl omhoog – In een gespreksservermenu wordt de cursor omhoog naar de vorige selectie verplaatst. Pijl omlaag – In een gespreksservermenu wordt de cursor omlaag naar de volgende selectie verplaatst.


70


Extra configuratieopties De volgende opties kunnen worden geconfigureerd afhankelijk van uw behoeften of voorkeuren. •

•

•

•

•

Functie Numeric/Alphabetic (Numeriek/Alfabetisch) – u kunt kiezen of numerieke of alfabetische tekens worden weergegeven op het toetsenblok door Edit (Bewerken) > Input mode (Invoermodus) te selecteren. Dragon-gebruikers kunnen het nummer dicteren zonder het toetsenblok te hoeven gebruiken zolang er een kiestoon is. Font (Lettertype) – U kunt het lettertype, de tekengrootte, de tekenstijl en de tekstkleur van zowel de interface-elementen als het focuslettertype wijzigen om in individuele behoeften te voorzien door Change (Wijzigen) > Change Font (Lettertype wijzigen) te selecteren. Color (Kleur) – U kunt de kleur wijzigen van indicatoren (bijvoorbeeld Mute on (Stil aan) of indicatoren voor voicemailberichten) door Change (Wijzigen) > Change Color (Kleur wijzigen) te selecteren. Style (Stijl) – U kunt de stijl van de uitgebreide toegankelijkheidsinterface aanpassen aan visuele behoeften of voorkeuren door Change (Wijzigen) > Change Style (Stijl wijzigen) te selecteren. Icons (Pictogrammen) – U kunt ervoor kiezen de uitgebreide toegankelijkheidsinterface weer te geven met tekst en pictogrammen, alleen pictogrammen of alleen tekst door de bijbehorende optie in het menu Icons (Pictogrammen) te selecteren.

Actieve gespreksstatus in venstertitel De venstertitel van de toegankelijkheidsinterface geeft de huidige gespreksstatus aan. Er wordt „Incoming call” (Binnenkomend gesprek) weergegeven tijdens het overgaan van binnenkomend gesprek, „On Call” (Gesprek actief) tijdens een actief gesprek en „On Hold” (In de wacht) wanneer u een gesprek in de wacht hebt staan. Als uw Avaya 2050 IP Softphone zich op de achtergrond bevindt, kunt u snel de gespreksstatus controleren op de taakbalk van Windows. Gebruikers van JAWS kunnen simpelweg op een JAWS-toets drukken om de titel van het venster te bekijken en de status weer te geven. Deze functie is uitsluitend geïmplementeerd voor de toegankelijkheidsmodus.

Beperkingen De volgende beperkingen gelden voor de Avaya 2050 IP Softphone for Windows Release 4.0. -

De GXAS-interface (Graphical External Application), die is toegevoegd in release 3.1, is niet compatibel met de toegankelijkheidsfunctie;

-

KEM wordt niet ondersteund voor de toegankelijkheidsmodus.

Hotkeys gebruiken U kunt hotkeys op het toetsenbord toewijzen voor toegang tot het volledige scala van functies en menuopties in het venster Call Control (Gespreksbeheer). Deze zijn nodig om gebruik te kunnen maken van alle functies voor de Avaya 2050 IP Softphone vanuit de toegankelijkheidsinterface. Zie „Hotkeys” op pagina 15 voor meer informatie over het toevoegen of verwijderen van hotkeys.

NN40050-100

71

Hoofdstuk 11 Problemen oplossen met de Avaya 2050 IP Softphone De volgende gedeelten bevatten een beschrijving van verschillende mogelijke problemen en voorgestelde acties voor het oplossen hiervan: • • • • •

„Verbindingsproblemen” op pagina 71. „Audioproblemen” op pagina 74. „Situaties waarin een reset plaatsvindt” op pagina 77. „Problemen met USB-headset” op pagina 77. „Problemen met telefoonboeken” op pagina 79.

Verbindingsproblemen Communicatieserver is onbereikbaar Symptoom: Een van de volgende berichten wordt weergegeven: • • •

Connecting... (Verbinding maken...) Server unreachable. Reconnecting in xx seconds. (Server onbereikbaar. Verbinding wordt opnieuw tot stand gebracht over xx seconden.) 802.1 QoS is not supported on your network. (802.1 QoS wordt niet ondersteund op uw netwerk.)

Beschrijving: Deze berichten geven aan dat er geen verbinding met de communicatieserver tot stand kan worden gebracht. De Avaya 2050 IP Softphone stelt een willekeurige tijd in waarna wordt geprobeerd de verbinding opnieuw tot stand te brengen. Dit proces wordt herhaald totdat de Avaya 2050 IP Softphone erin slaagt verbinding te maken. Het bericht „Connecting...” (Verbinding maken...) wordt in de volgende situaties kort (of helemaal niet) weergegeven: • •

De communicatieserver is actief en bereikbaar. De Avaya 2050 IP Softphone wordt naar het juiste IP-adres geleid.

Het bericht „Server unreachable” (Server onbereikbaar) wordt weergegeven als de Avaya 2050 IP Softphone een probleem tegenkomt bij het maken van verbinding met de communicatieserver.


72

Hoofdstuk 11 Problemen oplossen met de Avaya 2050 IP Softphone

Mogelijke oorzaken: • • • • •

Netwerk niet beschikbaar Computer niet verbonden met het netwerk Ongeldige instellingen voor communicatieserver in het configuratiehulpprogramma Ongeldige instellingen voor communicatieserver in DHCP-configuratie Communicatieserver inactief

Actie: • • •

•

Ping een ander station op het netwerk. Ping de communicatieserver. Gebruik het dialoogvenster Server in het venster Settings (Instellingen) om het IP-adres en poortnummer van de communicatieserver te controleren (zie „Server” op pagina 49 voor meer informatie). Controleer of de communicatieserver correct is geconfigureerd. Controleer op het volgende: een beschikbare poort, een beschikbare licentie en een juiste beveiliging.

Verbinding wordt opnieuw geïnitialiseerd Symptoom: Het volgende bericht wordt weergegeven: „Connection Established. Reinitializing...” (Verbinding tot stand gebracht. Bezig met opnieuw initialiseren...).

Beschrijving: Dit bericht wordt weergegeven nadat de Avaya 2050 IP Softphone een verbinding tot stand heeft gebracht en een verzoek aan de communicatieserver doet om de verbinding te hervatten. Er wordt verwacht dat de communicatieserver reageert op dit verzoek. Sommige communicatieservers leiden de Avaya 2050 IP Softphone naar verschillende subcomponenten, waardoor dit bericht twee of drie keer snel na elkaar wordt weergegeven tijdens een normale opstartprocedure. Opmerking: Bij een normale installatie wordt het bericht „Connection Established. Reinitializing...” (Verbinding tot stand gebracht. Bezig met opnieuw initialiseren...) kort weergegeven. Vervolgens verdwijnt het weer als de verbinding tot stand is gebracht.

NN40050-100


73

Mogelijke oorzaken: •

„Connection Established. Het bericht „Connection Established. Reinitializing...” (Verbinding tot stand gebracht. Bezig met opnieuw initialiseren...) geeft aan dat er sprake is van een programmeerfout op de communicatieserver.

Actie: Even geduld. Bij normaal gebruik verdwijnt het bericht nadat de verbinding tot stand is gebracht. Als het bericht op het scherm blijft staan, controleert u of de communicatieserver correct is geprogrammeerd.

Autorisatie mislukt Symptoom: Het volgende bericht wordt weergegeven: „Authorization failed” (Autorisatie mislukt).

Beschrijving: De Avaya 2050 IP Softphone is niet geautoriseerd om de communicatieserver te gebruiken.

Mogelijke oorzaken: • •

Uw systeembeheerder heeft de Avaya 2050 IP Softphone niet geautoriseerd. De hardware-ID in het venster Settings (Instellingen), onder het dialoogvenster Hardware-ID, komt niet overeen met de hardware-ID die is opgegeven voor de communicatieserver.

Actie: Neem contact op met de systeembeheerder.

Kan parameters voor communicatieserver niet ophalen van DHCP-server Symptoom: Het volgende bericht wordt weergegeven: „DHCP server is not available” (DHCP-server is niet beschikbaar).

Beschrijving: Er kan geen verbinding tot stand worden gebracht met de DHCP-server.


74



Netwerk niet beschikbaar Configuratiefout in DHCP-server

Actie: Neem contact op met de systeembeheerder.

Service geweigerd Symptoom: Het volgende bericht wordt weergegeven: „Service Denied. Reason XXXX” (Service geweigerd. Reden XXXX).

Beschrijving: U bent niet geautoriseerd om de communicatieserver te gebruiken.


Ongeldige hardware-ID in het dialoogvenster Hardware-ID. (Zie „Hardware ID (Hardware-ID)” op pagina 54.) Ongeldige configuratie communicatieserver

Actie: Controleer of de programmering van uw communicatieserver correct is. Neem contact op met de systeembeheerder.

Audioproblemen Elementair audiogebruik Doe het volgende om de fysieke aansluiting van de USB-adapter en headset te controleren en na te gaan of de audio correct is geconfigureerd in Windows 1

Een audiobericht opnemen.

2

Het bericht afspelen via de USB-headset.

NN40050-100


75

Audio in één richting Ga als volgt te werk als u problemen ondervindt met audio in slechts één richting: • • •

Controleer of uw systeembeheerder de handsfree-optie heeft geprogrammeerd op de communicatieserver. Controleer of de stil-toets is uitgeschakeld. Als de stil-toets is ingeschakeld, wordt deze rood weergegeven in het venster Call Control (Gespreksbeheer). Als uw server gebruikmaakt van een NAT-apparaat (Network Address Translation), controleert u of de juiste NAT-configuratie is gebruikt. Problemen met audio in slechts één richting kunnen optreden als een onjuiste NAT-configuratie ervoor zorgt dat de Avaya 2050 IP Softphone probeert om verbinding te maken met een onjuist IP-adres.

Onderbroken of hakkelige spraak Onderbroken of hakkelige spraak kan de volgende oorzaken hebben: • • •

Geringe mate van audiobuffering Overgangseffecten in Windows Andere actieve toepassingen

Overgangseffecten in Windows Het Windows-besturingssysteem maakt gebruik van zeer hoge proces- en threadprioriteiten bij het uitvoeren van Windows-bewerkingen op laag niveau, zoals het minimaliseren en maximaliseren van toepassingen. Dit kan leiden tot korte onderbrekingen in de audiostromen van de Avaya 2050 IP Softphone. U kunt deze onderbrekingen beperken door de overgangseffecten in Windows uit te schakelen voor menu's en knopinfo.

U kunt de overgangseffecten in Windows als volgt uitschakelen: 1

Selecteer Start > Configuratiescherm > Beeldscherm

2

Selecteer het tabblad Effecten (of, in Windows XP, de knop Effecten op het tabblad Vormgeving).

3

Schakel De volgende overgangseffecten voor menu's en knopinfo gebruiken uit.

Andere toepassingen Andere toepassingen die op uw computer wordt uitgevoerd, met name CPU-intensieve toepassingen of toepassingen die pakketten onderscheppen of vertragen (zoals firewalls), kunnen onderbroken audio veroorzaken.


76


Meerdere Ethernet-interfaces op één pc kunnen soms met elkaar conflicteren. Zo vertoont de Avaya 2050 IP Softphone soms met tussenpozen korte onderbrekingen in de audio bij gebruik van gedockte notebooks waarin een Xircom RealPort Cardbus Ethernet 10/100+Modem 56 PC Card (PCMCIA) is geïnstalleerd. In het specifieke geval van deze PC Card heeft het probleem betrekking op een versie van het Xircom-stuurprogramma. Dit stuurprogramma neemt CPU-cycli in beslag zelfs als het niet actief is en dit zorgt er weer voor dat de audio van de Avaya 2050 IP Softphone hakkelig wordt. Oplossingen voor dit voorbeeld zijn: • •

Voer een upgrade van uw Xircom-stuurprogramma uit. Verwijder de PC Card als het notebook is gedockt.

Een upgrade van uw Xircom-stuurprogramma uitvoeren 1

Download en installeer een nieuw stuurprogramma voor de PC Card van de website van Xircom.

2

Volg de installatie-instructies die worden verstrekt door Xircom. Opmerking: U hebt beheerdersrechten nodig voor Windows 2000.

Windows-geluid wordt afgespeeld via de headset Beschrijving: Het Windows-geluid wordt afgespeeld via uw headset in plaats van via de luidsprekers van uw computer, waardoor de audio van de Avaya 2050 IP Softphone wordt verstoord.

Actie: In sommige gevallen voert het Windows-besturingssysteem standaard alle geluiden uit naar het nieuwe geluidsapparaat.

De Windows-geluiden zodanig instellen dat deze worden afgespeeld via de luidsprekers van uw computer 1

Selecteer Start > Configuratiescherm > Geluiden, spraak en audioapparaten.

2

Selecteer Geluiden en audioapparaten.

3

Selecteer Audio.

4

Selecteer in de lijst Afspelen van geluid > Standaardapparaat de geluidskaart van uw computer. Opmerking: Als u geen gebruik wilt maken van de headsetadapter voor het afspelen, selecteert u een ander apparaat in de lijst Afspelen van geluid > Standaardapparaat.

NN40050-100


77

Geavanceerde audioproblemen vanwege netwerkprestaties Als de netwerkprestaties tot audioproblemen leiden, gebruikt u het dialoogvenster Advanced Audio (Geavanceerde audio) in het venster Settings (Instellingen) van de Avaya 2050 IP Softphone om de audiowaarden van uw communicatieserver te negeren. Zie „Advanced Audio (Geavanceerde audio)” op pagina 55 voor meer informatie over Advanced Audio (Geavanceerde audio).

Situaties waarin een reset plaatsvindt In de volgende situaties vindt een reset van de Avaya 2050 IP Softphone plaats: • • •

De communicatieserver zorgt ervoor dat de Avaya 2050 IP Softphone een harde reset uitvoert. U verandert het thema van de Avaya 2050 IP Softphone. Firewall-toepassingen onderscheppen of vertragen pakketten, waardoor de Avaya 2050 IP Softphone wordt gereset vanwege het aflopen van de watchdog-timer. Opmerking: Wees voorzichtig bij het gebruik van firewall-toepassingen op dezelfde computer als de Avaya 2050 IP Softphone.

•

Er is sprake van buitensporige vertraging of verlies van communicatie met de server.

Problemen met USB-headset Headset werkt niet Als u problemen ondervindt met uw headset, probeert u de volgende acties uit te voeren in de aangegeven volgorde: 1

Controleer of u een ondersteund besturingssysteem gebruikt. Raadpleeg „Systeemvereisten” op pagina 17 voor een lijst met ondersteunde besturingsproblemen. U kunt als volgt uw besturingssysteem controleren: a

Selecteer Start.

b

Klik met de rechtermuisknop op Deze computer.

c

Selecteer Eigenschappen. Een venster Systeemeigenschappen wordt weergegeven.

d

Selecteer Algemeen. Op het tabblad Algemeen wordt informatie weergegeven over systeem, registratie en computer.


78


2

3

Controleer of USB-controllers wordt weergegeven in Windows Apparaatbeheer. U kunt Apparaatbeheer als volgt openen: a

Selecteer Start.

b

Klik met de rechtermuisknop op Deze computer.

c

Selecteer Eigenschappen. Het venster Systeemeigenschappen wordt weergegeven.

d

Selecteer Hardware. Het tabblad Hardware wordt weergegeven.

e

Klik op Apparaatbeheer.

Als USB-controllers niet wordt weergegeven in Apparaatbeheer: • • •

Controleer of USB is ingeschakeld in het instellingsmenu van uw computer. Controleer of er een BIOS-upgrade is. Neem contact op met uw computerleverancier.

4

Controleer of USB-audioapparaat wordt weergegeven onder Besturing voor geluid, video en spelletjes in Windows Apparaatbeheer. Raadpleeg stap 2 voor het openen van Apparaatbeheer.

5

Controleer of HID-compliant apparaat en USB Human Interface Device worden weergegeven onder Human Interface Devices in Windows Apparaatbeheer. Raadpleeg stap 2 voor het openen van Apparaatbeheer.

6

Als geen van de apparaten in stappen 4 en 5 in Windows Apparaatbeheer (en de omstandigheden in stappen 1 en 2 juist zijn), raadpleegt u het gedeelte Problemen oplossen met in de Help-tekst van Windows.

7

Controleer of u USB-audioapparaat hebt geselecteerd als microfoon en luidspreker voor de Softphone.

Functies van de USB-headsetadapter worden grijs weergegeven Symptoom: In het dialoogvenster USB Headset (USB-headset) van het venster Settings (Instellingen) van de Avaya 2050 IP Softphone worden alle functies grijs weergegeven.

Beschrijving: De Avaya 2050 IP Softphone herkent de adapter niet als een ondersteunde Avaya-adapter of er wordt een eerdere adapter gebruikt dan 2.0. Tot de ondersteunde adapters behoren: Enhanced USB Adapter (desktop) en Avaya Mobile USB Adapter (mobiel).

NN40050-100


79


Uw USB-headsetadapter biedt geen ondersteuning voor de functies in het dialoogvenster USB Headset (USB-headset). De USB-headsetadapter is niet correct geïnventariseerd.

Actie: Als u denkt dat er sprake is van een onjuiste inventarisatie, doet u het volgende: 1

Koppel de USB-kabel los van de USB-headsetadapter.

2

Wacht één minuut.

3

Sluit de USB-kabel aan op de USB-headsetadapter. Hierdoor wordt de USB-headsetadapter opnieuw geïnventariseerd.

Er is geen audio te horen door de headset Controleer of de headset van dezelfde fabrikant is als de USB-adapter. Controleer alle aansluitingen en connectors om te zien of er een losse verbinding is.

Er klinkt nog steeds geluid uit de luidsprekers van mijn computer Beschrijving: De configuratie van de Avaya 2050 IP Softphone leidt niet alle gespreksaudio naar de headset.

Actie: U kunt alle gespreksaudio naar uw headset leiden door USB-audioapparaat te selecteren als zowel microfoon en luidspreker voor de headset in het dialoogvenster Geluidsapparaten (zie „Sound Devices (Geluidsapparaten)” op pagina 53).

Problemen met telefoonboeken De Lijst voor opnieuw kiezen en de Lijst met bellers gebruiken • •

De communicatieserver moet deze functies ondersteunen. Uw systeembeheerder moet de juiste serviceklasse inschakelen.

Als u geen toegang hebt tot de Lijst voor opnieuw kiezen of de Lijst met bellers, neemt u contact op met uw systeembeheerder.


80


NN40050-100

Index

81

Index Symbolen

W

(VoIP) Voice over IP, 7

Wachtstand, 14

A

WAN (Wide Area Network), 7

Afbreken, 14 Afsluiten, 14

B Beantw, 14

C Cijferblok, 14

I Instellingen 45

K Kopiëren, 14

L LAN (Local Area Network), 7 Lijntoetsen, 14

N Navigatiepijltoetsen, 14

P Postvak IN/Berichten, 15 Postvak UIT/Shift, 15 Primaire display, 14

S Services, 15 Softkeys, 14 Speaker, 15

T Telefoonboek, 14

U Uitbreiden, 15

V Volume, 14


82

Index

NN40050-100

Gebruikershandleiding voor Avaya 2050 IP Softphone. Avaya Business Communications Manager

Recommend Documents