~atwijl{
Voorstel
Aan
: Burgemeester en Wethouders
Zaaknummer
: 2009-5145
Status
: Openbaar
Datum
: 3 november
Afdeling
: Maatschappelijke zaken
Paraaf
Raad:
: Ja
Medewer'k(st)er
: M.F. Douve
medewerk(stJer:
OR;
: Nee
Telefoonnummer
: 071 406 5619
Communicatie:
: Nee
ponefeuillehouder
: Vingerling J.J.
Bü(age(n)
:8
2009
Onderwerp:
Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid
2009-2011
Samenvatting:
Een concept van de voorliggende notitie is behandeld door de Wmo-adviesraad en in de commissie Welzijn d.d. 12 mei De Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid is vervolgens aangepast aan voortschrijdend inzicht en de gemaakte opmerkingen zijn verwerkt. De bijlage Aanpassingen geeft een overzicht van de gemaakte aanpassingen. Belangrijkste aanpassingen zijn de toevoeging van de gerealiseerde opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties, inzet van een digitale enquête als peiling en monitorinstrument, een nadere uitwerking van de rol van de makelaars en de kaders van het vrijwilligerswerkbeleid, aanpassing van de planning in de actiepunten, en de toegevoegde paragraven Financiële middelen, Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties en Evaluatie. 2009.
Cevroaçde beslissing:
Instemmen met de Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid 2009-2011; "Inzetten op vrijwillige inzet"; november 2009, inclusief de wijzigingen in het Overzicht financiële middelen vrijwilligerswerkbeleid; 2. de notitie opnieuw voorleggen aan de commissie Welzijn. 1.
~
Intern advies
Circuleren
B&W
Akkoord: Bespreken
B&W·
Fin Secr.
t&I Extern advies Burg.
..vr--
Weth. I
Weth.1I
Weth.1II
Weth. IV
29 oktober
Over0enk() het voor ..,lelliv.;,'''' ",)
2009
Datum besluit B&WjBurgemeester
03 NOV 2009 Ne.
~
vercadenne Besluit:
FW, SVH, Platform MaS,Tympaan
13 d .
Zaaknummer
: 2009-5145
Onderwerp
: Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid
~atwijk
2009-2011
Inleiding Een concept van de voorliggende notitie is behandeld door de Wmo-adviesraad en in de commissie Welzijn d.d. 12 mei 2009. De Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid is vervolgens aangepast aan voortschrijdend inzicht en de gemaakte opmerkingen zijn verwerkt. De bijlage Aanpassingen geeft een overzicht van de gemaakte aanpassingen. Belangrijkste aanpassingen zijn de toevoeging van de gerealiseerde opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties, het inzetten van de digitale enquête Digimom als beproefd monitorinstrument van de landelijke ondersteuningsorganisatie Movisie, een nadere uitwerking van de rol van de makelaars en de kaders van het vrijwilligerswerkbeleid, aanpassing van de planning in de actiepunten, en de toegevoegde paragraven Financiële middelen, Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties en Evaluatie.
Wat is er in tussentijd gebeurd? Sinds mei 2009 is verder gegaan met het voorbereiden en per september starten van de makelaarsfunctie, die van grote betekenis is voor het realiseren van het vrijwilligerswerkbeleid (zoals het opzetten van de samenwerkingsovereenkomst tussen Factor Welzijn en St. Vrijwillige Hulp, de ontwikkeling van workshops en onderzoek naar software). Sinds september heeft Platformoverleg MaS plaatsgevonden en nader overleg over de voorliggende notitie, inventariseerde Tympaan in het kader van het traject "Goed voor elkaar" het beleid op de door VWS geformuleerde basisfuncties, vond interne en externe afstemming plaats over de inzet van Digimom en besluitvorming over o.a. de vormgeving van de software, en is de Kick-off Maatschappelijke stage en stage- en vrijwilligersvacaturebank voorbereid.
Beoogd resultaat Versterking van het vrijwilligerswerk vrijwilligerswerkbeleid.
door uitvoering te geven aan de basisfuncties
voor het gemeentelijke
Argumenten 1. In
de voorliggende notitie zijn de aanvullingen uit de commissie en nieuwe inzichten verwerkt. De aanvullingen van de fracties CDA, Christen Unie en SGP zijn in de notitie verwerkt. Ook is besloten om de digitale enquête Digimom als beproefd monitorinstrument van de landelijke ondersteuningsorganisatie Movisie uit te rollen over alle vrijwilligersorganisaties. Hiervan wordt een schat aan beleidsinformatie over het Katwijkse vrijwilligerswerk verwacht. Daarnaast is de al in 2007 gerealiseerde opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties toegevoegd, wordt kort ingegaan op de basisfuncties voor mantelzorg- en vrijwilligersondersteuning zoals die zijn geformuleerd in het beleid van het ministerie van VWS. Verder zijn toegevoegd: een nadere uitwerking van de rol van de makelaars en de kaders van het vrijwilligerswerkbeleid en de paragraven Financiële middelen, Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties en Evaluatie. Ook is de planning in de actiepunten aangepast. De Bijlage III biedt een overzicht van de aanpassingen uit de commissie is gedaan.
in de notitie en wat er met de aanvullende
opmerkingen
Kanttekeningen N.v.t.
Middelen Het overzicht per jaar van de middelen vrijwilligerswerkbeleid het budget vrijwilligerswerkbeleid. 29 oktober 2009
is aangepast.
De aanpassingen
blijven binnen
~atwijl{ In een separaat voorstel Subsidiering Makelaars maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk wordt voorgesteld om de restantbudgetten 2009 van zowel Maatschappelijke stages als het budget voor Vrijwilligerswerkbeleid over te hevelen naar 2010. Na aftrek van startkosten zoals de kick-off van de makelaars c.q. de geïntegreerde website met stage- en vrijwilligersvacaturehank en de uitvoering van Digimom, kunnen deze middelen in 2010 worden ingezet voor incidentele ondersteuningsvragen van stagebieders en vrijwilligersorganisaties. De afdeling Financiën gaat akkoord met het voorliggende voorstel en de aanpassingen in het overzicht van de middelen in bijlage IJ. Uitvoering Na akkoord de notitie opnieuw voorleggen aan de commissie Welzijn. Bijlage(n) - Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid 2009-2011 Bijlage I Ontwikkelingen, voorgeschiedenis, samenhang met beleidsterreinen, definities. - Bijlage II Overzicht per jaar middelen vrijwilligerswerkbeleid 2009-2011 - Bijlage III Overzicht belangrijkste aanpassingen t.o.v. conceptversie - Aanvullingen CDA - Aanvullingen ChristenUnie - Aanvullingen SGP - Vragenlijst Digimom
3
Inzetten voor vrijwillige inzet
Notitie Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid
2009-2011
Gemeente Katwijk
November
2009
1.
Inleiding
3 Algemeen Vrijwilligerswerkbeleid in Katwijk De inhoud van deze uitvoeringsnotitie
2.
Voortgezet
vrijwilligerswerkbeleid
4
Subsidiering en facilitering Ondersteuning Stimulering - Opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties Waardering: - uitvoering en planning vrijwilligersbijeenkomst Koers
op realisering
van het Wmo-beleid
6
Uitgangspunten van het vrijwilligerswerkbeleid Beleid in het licht van de Wmo Additionele ondersteuning van vrijwilligerswerk Voorbeelden van additionele ondersteuning Afbakening makelaarschap en vrijwilligerswerkbeleid Verbreding van de horizon van de ondersteuning - Groeimodel - Prioriteiten Naar nieuwe havens met minder vrijblijvendheid Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties
4·
Uitvoering
van het Wmo-beleidsplan
2008-2011
7
8 9
t.a.v. vrijwilligerswerk
Vrijwilligerswerk in de Wet Maatschappelijke Doelstellingen uit het Wmo-beleid Speerpunten uit het Wmo beleid
10
Ondersteuning
Wat is gebeurd en wat staat er te gebeuren?
11
Uitvoering, planning en middelen per actiepuntpunt: Ad 1) -) Ad 2) Ad 3) Ad 4) Ad 5) Ad 6) Ad 7) Ad 8)
6.
Financiële
7·
Evaluatie
8.
Tot slot
Inzet van vrijwilligers vergroten met nieuwe aanwas en versterken Toegevoegd: Vrijwilligersverzekering Vraag-en-aanbod matching systeem en informatie- en advies Samenhang en afstemming Flexibilisering Het eigen vrijwilligersbeleid van organisaties De positie van de vrijwilliger in de zorg Stimuleren van het Maatschappelijk Betrokken Ondernemen Maatschappelijke stages in 'Katwijk
middelen
11
14
15 16 17
van het vrijwilligerswerkbeleid
17 18
Bijlage
I
Maatschappelijke ontwikkelingen Recente voorgeschiedenis van het vrijwilligerswerkbeleid - Aandachtspunten uit Evaluatie in 2005 - Actualisering Samenhang met andere beleidsterreinen Waar wordt vrijwilligerswerk verricht? Definities
Bijlage
11
Overzicht per jaar middelen vrijwilligerswerkbeleid
Bijlage
111
Overzicht van de aanpassingen
2009-2011
t.o.v. het concept van deze notitie
1.
Inleiding Katwijk kenmerkt zich door een grote gemeenschapszin en is rijk aan vele verenigingen, stichtingen, comités en raden die werken met vrijwilligers op tal van gebieden. Veel inwoners van Katwijk zijn actief als vrijwilligers. Zij zetten zich in voor sport, kerk, hobbyclubs, sociaal-cultureel werk, buurt of wijk enzovoorts. Deze burgers die tijd besteden aan één van deze vormen van vrijwillige inzet, dragen bij aan een belangrijke doelstelling van het kabinet, provincie en gemeente: meedoen! Vrijwilligerswerk gaat over ontmoeten, relaties opbouwen en onderhouden. Vrijwilligerswerk gaat over het bevorderen van de leefbaarheid. Gemeente Katwijk is zich terdege bewust van de bindende functie van de vrijwilligers en vrijwilligerswerk. Ze ziet het als haar taak en verantwoordelijkheid om het vrijwilligerswerk te stimuleren en waar nodig te ondersteunen. Het gemeentelijke vrijwilligerswerkbeleid is voorwaardenscheppend voor de uitvoering van het vrijwilligerswerk. Hoewel er in Katwijk sprake is van een bloeiend verenigingsleven en een relatief hoge sociale participatiegraad wil dat niet zeggen dat er niets te doen staat. Een raming van het aantal vrijwilligers in Katwijk bedroeg 28-456 vrijwilligers in 2002 en 26.686 in 2004.' Deze aantallen en een aantal trends en ontwikkelingen maken het ook voor Katwijk noodzakelijk oplettend te blijven. (zie de bijlage 1, onder - Maatschappelijke ontwikkelingen)
Vrijwilligerswerkbeleid in Katwijk De visie en missie van het vrijwilligerswerkbeleid van de nieuwe gemeente Katwijk werden geformuleerd in het Wmo-beleidsplan 2008-2011 (vastgesteld 31 januari 2008). In het Domein 3 Mantelzorg en vrijwilligers; prestatieveld 4 Ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers, staat beschreven waar we als gemeente ultimo 2007 stonden, wat we willen bereiken en hoe we dat willen bereiken. Het vrijwilligerswerkbeleid van Katwijk is vastgelegd in een aantal beleidsnota's: 1. Visiedocument Maatschappelijke stages in Katwijk; stagemakelaar voor stage en stimulering van vrijwilligerswerk (zaaknr. 2009-004896, april 2009) 2. deelnota Gemeentebrede verzekering vrijwilligers; (zaaknr. 2008-23764; december 2008), vooruitlopend op deze uitvoeringsnotitie; 3. Wmo-beleidsplan 2008-2011 vastgesteld op 31 januari 2008; 4. deelnota Opslagruimte vrijwilligersorganisaties (zaaknr. 2007-001672; oktober 2007); 5. deelnota Jaarlijkse waarderingsactiviteit vrijwilligers (zaaknr. 2007-12738; juli 2007), vooruitlopend op de Wmo-beleidsnota. De oorspronkelijk Katwijkse Beleidsnota Lokaal vrijwilligersbeleid in Katwijk 2003-2007 is tussentijds in 2005 geëvalueerd (zie bijlage 1, onder - Evaluatie). De specifieke aandachtspunten daaruit houden ook in de uitvoering van het beleid onder de Wmo de aandacht: zij worden ingebracht bij de nadere uitwerking van het prestatieveld Ondersteuning mantelzorg en vrijwilligers van het Wmo-beleidsplan, zoals in de voorliggende notitie Uitvoering wordt voorgesteld.
De inhoud van deze uitvoeringsnotitie Op grond van de eerdere evaluatie en het geactualiseerde beleid in het Wmo-beleidsplan is de afspraak gemaakt dat in een uitvoeringsnotitie vrijwilligerswerkbeleid in elk geval van de volgende 'zaken' verdere uitwerking volgt: een systeem van matching vraag en aanbod inclusief een lokale informatie- en adviesfunctie ter ondersteuning van vrijwilligersorganisaties in Katwijk; realisering van een Katwijkse beursvloer; de overige actiepunten t.a.v. vrijwilligerswerk uit het Wmo-beleidsplan zoals flexibilisering, eigen vrijwilligersbeleid van organisaties en verbetering van de positie van de vrijwilliger in de zorg. De motie nr. 4 d.d. 8 november 2007 (bij vaststelling Programmabegroting 2008, raadsbesluit 2007022572, zie Bijlage 2) betreffende de ondersteuning en stimulering van vrijwilligersorganisaties in hun eigen vrijwilligers- en motiveringsbeleid is expliciet verwerkt. Tevens zijn de aanvullende opmerkingen uit de commissie naar aanleiding van de bespreking van de conceptversie van de voorliggende notitie d.d. 12 mei 2009 zoveel mogelijk verwerkt. In de voorliggende nota treft u deze uitwerking aan.
I
Bron: Regionaal Informatiesysteem
Samenleving, www.ris.zh.nl.
Wat staat niet in deze notitie? Een uiteenzetting van het beleid ten aanzien van wijk en buurtverenigingen (toezegging 174) is gedaan in de conceptversie van de voorliggende notitie, maar zal in een separate nota nader worden uitgewerkt. Wijkwerk en de wijkregisseur zullen hierbij nauw worden betrokken. De ambities op Wmo-domein 1 (in samenbang met Wmo-domein 3) moeten verder ingevuld worden om te kunnen sturen op de welzijnsdoelen op dit terrein. Beleid dat handvatten biedt om specifiek de activiteiten te stimuleren die in lijn liggen met de Wmo-doelen, is gewenst. Stimuleren kan ook door het organiseren van bijvoorbeeld een inspiratiedag voor vrijwilligers(organisaties). Gemeld kan worden dat aan het subsidiebeleid ten aanzien van buurtverenigingen in overleg met hen de component bijdrage in de huisvestingskosten is toegevoegd: dit is al meegenomen in het welzijnsprogramma 2010. Over de realisering van de Maatschappelijke stage is een voortgangsrapportage beschikbaar die samen met andere bijlagen wordt voorgelegd in een separaat advies betreffende de subsidiering van het makelaarschap voor maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk. In de voorliggende notitie wordt de grote rol van de makelaars voor de versterking van het vrijwilligerswerk nader belicht. Over vrijwilligers in de (mantel) zorg wordt separaat geadviseerd. Voor een aantal punten kan in dit stadium alleen de aanpak en het tijdspad worden gepresenteerd hoe de actiepunten verder worden opgepakt. Niet alle actiepunten kunnen immers tegelijkertijd gerealiseerd worden. Daarom wordt een tijdspad gepresenteerd waarin de uitvoering wordt gefaseerd.
2.
Voortgezet vrijwilligerswerkbeleid Het bestaande beleid van subsidiering, facilitering, ondersteuning en waardering is in nu tegen de achtergrond van het Wmo-beleid:
2008
voortgezet,
De gemeente faciliteert en subsidieert vrijwilligersorganisaties op basis van de diensten of activiteiten die deze organisaties leveren of organiseren (structureel via het welzijnsprogramma en incidenteel via waarderingsbijdragen). - Ook subsidieert de gemeente professionele ondersteuning door Factor Welzijn, het Steunpunt Medelanders, Stichting Welzijn Ouderen, Steunpunt Mantelzorg en Steunpunt Vrijwillige hulp. Deze ondersteuning wordt al geboden ten behoeve van: o vrijwilligers in het jeugd- en jongerenwerk, wijkverenigingen en zelforganisaties minderheden respectievelijk o vrijwilligers bij de opvang, begeleiding, advisering en integratie van vreemdelingen, o ten behoeve van de doelgroep ouderen o ten behoeve van mantelzorgers en o ten behoeve van vrijwilligers in de zorgsector. De gemeente stimuleert daarnaast deelname aan ondersteuningsaanbod in regionaal verband, bijvoorbeeld een informatieavond (workshops, presentaties en consultaties voor bestuurders en actief kader van vrijwilligersorganisaties en professionele ondersteuners van vrijwilligersorganisaties, die regionaal wordt georganiseerd. Ook faciliteert de gemeente vrijwilligersorganisaties met een behoefte aan opslagruimte: •
Opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties C40.000
Gerealiseerd: Sinds oktober 2007 is er opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties gerealiseerd in een loods aan de Valkenburgerweg. Voor het beheer van de opslagruimte is een overeenkomst gesloten met Factor Welzijn voor het beheer. De huisvestingskosten worden door de gemeente gesubsidieerd en voor het overige en de energielasten wordt de opslag gefinancierd uit eigen bijdragen van de deelnemende vrijwilligersorganisatie die van de opslagruimte gebruikmaken (de gebruikers). Organisaties hebben zelf de taak om een goed vrijwilligersklimaat te creëren, maar de gemeente geeft ook zelf direct blijk van waardering voor vrijwilligerswerk. Naast subsidiering en facilitering via het welzijnsprogramma kent de gemeente een aantal (structurele) maatregelen waarmee ze haar waardering voor de vrijwilligers en hun werkzaamheden tot uiting wil brengen: o de Regeling voor subsidiering jubilea Katwijk, o de jaarlijkse gemeentelijke vrijwilligersbijeenkomst met verkiezing van de vrijwilligers van het jaar.
4
•
Waardering voor vrijwilligers en vrijwilligerswerk Gerealiseerd: Een van de waarderingsactiviteiten, die sinds 2007 jaarlijks wordt georganiseerd is de vrijwilligersbijeenkomst. 31 Oktober 2008 is de 2' vrijwilligersreceptie gehouden, dit keer voor de sectoren kunst en cultuur, onderwijs, educatie en sociaal-culturele instellingen. Er was een grote belangstelling onder de doelgroep voor de bijeenkomst. Ongeveer 500 vrijwilligers hebben de bijeenkomst bezocht. Op voordracht vanuit de organisaties in de betrokken sectoren zijn 3 vrijwilligers van het jaar gekozen, die als prijs een speciaal ontworpen schaal ontvingen. Er was een optreden van een Katwijks koor en aansluitend is iedereen een buffet aangeboden. Bij vertrek hebben alle vrijwilligers nog een presentje door collegeleden overhandigd gekregen als dank voor hun inspanningen als vrijwilliger. Uitvoering 2009: 19 November 2009 is de sportsector aan de beurt volgens hetzelfde recept: een vrijwilligersreceptie met het thema sport waarbij de vrijwilligers van de sport in het zonnetje worden gezet met een aantrekkelijk programma onder het genot van een aangekleed buffet en een toepasselijk sportpresentje. Nieuw dit jaar is de aanmoedigingsprijs voor een jongere of nieuwe vrijwilliger. Planning 2009: Februari-mei: Mei: September: Sept. - nov. : 19 november:
voorbereiding met locatiekeuze, uitvoeringsdatum, ideeënvorming programma aankondiging mailing incl. aanmelding- en voordrachtformulier; opstellen programma beoordeling voordrachtformulieren en opstellen definitief programma. receptie met uitslag verkiezing
Middelen: € 25·000 Structureel is een budget van C 19.500 beschikbaar. Afhankelijk van de locatiekeuze en programmering wordt dit naar verwachting in 2009 overschreden. Daarom wordt voorgesteld om het budget voor de vrijwilligersreceptie dit jaar te verruimen naar C 25.000.
5
3. Koers op realisering van het Wmo-beleid Voor de realisatie van nieuw beleid is het belangrijk dat er meer regie gevoerd wordt vanuit de visie en missie van het Wmo-beleid met een vertaling in opdrachten, die gemonitord worden op prestaties en resultaten. In dit hoofdstuk komt aan de orde: hoe professionalisering met behoud van vrijwilligerswerk kan plaatsvinden via zogenaamde additionele ondersteuning, geïllustreerd met een aantal voorbeelden; de koers naar een interactief beleidsproces gericht op het realiseren van de Wmo doelstellingen, waaronder verbreding van de ondersteuning naar meer werkvelden en verbreding van de programmering. Uitgangspunten In de uitvoering van het vrijwilligerswerkbeleid staan de volgende uitgangspunten vanzelfsprekend voorop:
respect voor het eigen karakter van vrijwilligersorganisaties; draagvlak onder de vrijwilligersorganisaties. Maatwerk kan immers per definitie niet geleverd worden zonder de aard van het betreffende vrijwilligerswerk te respecteren en zonder draagvlak bij de organisaties zelf. Beleid in het licht van de Wmo Naast een algemene informatie- en adviesfunctie zoals het helpen bij bijvoorbeeld subsidieaanvragen, fondsenwerving en vergunningen, kan de gemeente de ondersteuning van vrijwilligersorganisaties in de additionele sfeer uitbreiden. Voorbeelden van verdergaande additionele (toegevoegde) ondersteuning worden hieronder gegeven. Deze uitbreiding kan bestaan uit waar nodig ondersteuning bij het invoeren van een effectief eigen vrijwilligersbeleid of andere deskundigheidsbevordering, ondersteuning van stagebieders, bemiddelen in vraag en aanbod van vrijwilligers en ondersteuning in de programmering. Daarnaast bestaat het gemeentelijke beleid waar nodig uit faciliteren via huisvesting en/of (aanvullende) subsidiering van organisatie- en activiteitenkosten. In het kader van de Wmo wordt hieraan samen (beleidsmatig) in overlegplatforms en overleggen met vrijwilligersorganisaties in het veld - geclusterd per sector - invulling gegeven en (uitvoerend) in maatwerk naar behoefte. Daarbij zal door de gemeente ook worden gekoerst op een programmering en accommodatiegebruik die meer aansluiten op het gemeentelijke beleid. Verdergaande additionele ondersteuning van vrijwilligerswerk Professionals dienen vrijwilligers en vrijwilligersactiviteiten niet te verdringen maar te ondersteunen en te stimuleren. Het gaat om zogenaamde additionele en veelal tijdelijke maatregelen om het vrijwilligerswerk met behoud van haar karakter professioneler te maken. Professionele krachten kunnen veel vrijwilligers aan zich kan binden. Beroepskrachten moeten echter geen bedreiging zijn voor het bestaan van vrijwilligerswerk dat geheel op de leest van vrijwilligers is geschoeid. De gemeente wil voorwaardenscheppend faciliteren en alleen waar nodig subsidiëren en ondersteunen of een impuls geven. Voorbeelden van additionele maatregelen zijn: Het mogelijk maken van het inkopen/uitbesteden van bepaalde functies of een projectmatige inzet van beroepskrachten "ter aanvulling" zoals het verzamelen en selecteren van relevante informatie over bijvoorbeeld wet en regelgeving, het beschikbaar stellen van expertise in een vraagbaakfunctie, het aanbieden van lokale cursussen; het overdraagbaar maken van kennis; het organiseren van "formele kwesties" of het toezien hierop, het opstellen van ontruimingsplannen, het beschikbaar stellen van deskundigheid en bemiddeling voor een brede programmering, afstemming van de programmering van de diverse organisaties, de mogelijkheid om de financiële administratie uit te besteden. Ook is voorstelbaar dat een beroepskracht ingezet wordt gedurende een aantal maanden om het werk weer op poten te zetten door bijvoorbeeld het concept dat ergens anders werkt in een niet goed draaiend organisatie te introduceren.
Nog verder gaat het aanstellen van een beheerder bijvoorbeeld voor het beheer in multifunctionele gebouwen: dit is veelal geen tijdelijke additionele aanvulling, maar structureel van aard. Voor het financieren hiervan dient separaie politieke besluitvorming plaats te vinden. Voorts wordt als additioneel op het vrijwilligerswerk beschouwd (uitvoering motie 4): het meehelpen en het met de daad ter zijde staan van een vrijwilligersorganisatie bij het opstellen van een helder pakket van eisen en mogelijkheden voor vrijwilligers en het beschrijven van heldere taken voor de vrijwilligers. Dit kan ook door te helpen de verantwoordelijkheden onder de vrijwilligers op elkaar af te stemmen door de inzet van een aantal begeleidingsuren. Door het additionele karakter van
de inzet van een beroepskracht, hlijven uitvoeringsmogelijkheden met eigen invulling (ruimte) voorop bestaan. Dit kan tevens een verdiepingsslag zijn na een gevolgde cursus ten behoeve van het eigen vrijwilligersbeleid: "werven en binden van vrijwilligers". Het kan immers zijn dat tips en instrumenten uit deze cursus niet één op één vertaald kunnen worden naar de eigen vrijwilligersorganisatie en eerst een slag moet worden gemaakt in bijvoorbeeld de verduidelijking van de rol van de vrijwilligers in de eigen organisatie en/of het anders inrichten of flexibiliseren van het vrijwilligerswerk. Professionele inbreng zal zich ook richten op continuïteitsvraagstukken.
De dalen immers moeten
worden voorkomen.
Aan deze lijst van mogelijkheden worden het makelaarschap voor stages en vrijwilligerswerk toegevoegd met als instrumenten de stage- en vacaturebank die ook breed ingezet kan worden voor de informatie- en adviesfunctie, Ook vervullen de makelaars een verbindende rol in de diverse netwerken, waarin meer afstemming en samenwerking tot stand dient te komen, zowel tussen de betrokken ondersteuningsorganisaties als tussen vrijwilligersorganisaties en ondersteunende werksoorten. Afhakening van de rol van het makelaarschap en het vrijwilligerswerkbeleid Zowel het vrijwilligerswerkbeleid als de diverse werksoorten bieden aanknopingspunten voor ondersteuning. Het vrijwilligerswerkbeleid richt zich echter voor wat betreft het stage- en vrijwilligersmakelaarschap in l' instantie op deskundigheidsbevordering en algemene ondersteuning, evenals het matchen van vraag en aanbod aan vrijwilligers en scholieren die geen stageplaats kunnen vinden. Uitgangspunt hierbij is zoveel mogelijk maatwerk naar behoefte. Het opzetten van nieuwe activiteiten en programma's voor een bepaalde organisatie door een professionele kracht behoort daar niet direct toe: dat gaat een stap verder en dient zoveel mogelijk binnen de betreffende werksoorten en door de vrijwilligersorganisaties zelf te worden opgepakt. Daarbij kan wel zo nodig bemiddeld worden naar extra ondersteuning. De extra specifieke ondersteuning zelf valt echter dan niet binnen de taken van de makelaars en niet binnen de financiering van de activiteiten van de makelaars. Uitvoering geven aan bijvoorbeeld professionalisering van het beheer en inhoudelijke ondersteuning bij de programmering vallen niet binnen de kaders van het voorgestelde actieprogramma van het vrijwilligerswerkbeleid maar onder het accommodatiebeleid respectievelijk de betreffende categoriale werksoort (jeugd- en jongerenwerk, wijk- en buurtwerk, ouderenbeleid, minderheden- en emancipatiebeleid enz.). Bij een extra ondersteuning die extra financiering behoeft, dienen voorstellen ter politieke besluitvorming te worden ingediend. De makelaars zijn de spin in het web van de diverse netwerken, die gelegd moeten worden voor de realisering van de maatschappelijke stage en de actiepunten in de voorliggende notitie ter versterking van het vrijwilligerswerk. Zij kunnen niet voor verregaande additionele ondersteuning worden ingezet, maar kunnen hierin hooguit een signalerende en adviserende rol vervullen. Verbreding van de horizon van de ondersteuning In Factor W is in het verleden de ondersteuning van de voormalige stichtingen De Boei en Kubus'Sg gebundeld. Factor W heeft nu een budget voor het besturenoverleg, het ontwikkelen van cursussen en voor de ondersteuning van de lokale vrijwilligers vooral in de sectoren jeugd en sociaal-cultureel (wijk) werk. Introductie van Beleidsgestuurde Contract Financiering moet er voor zorgen dat de inzet van Factor W transparant is. Ook de additionele ondersteuning ter versterking van het vrijwilligerswerk in den brede, zal in concrete opdrachten en zo nodig financieel vertaald gaan worden voor zover dit niet in de reguliere dienstverlening kan worden ingepast. Dit laatste geldt uiteraard ook voor van andere lokale ondersteuningsorganisaties Steunpunt Medelanders, SWO KRV,Steunpunt Vrijwillige Hulp en Steunpunt Mantelzorgondersteuning. Groeimodel Vanuit het Wmo-beleid dient het vrijwilligerswerk in den brede een sterke impuls te ktijgen. Dit betekent een aanzienlijke verbreding en uitbreiding van de ondersteuning. Dit kan niet anders dan in een groeimodel en vergt vanzelfsprekend ook een andere inzet van formatie en mogelijk ook uitbreiding van de personele formatie bij de ondersteuningsorganisatie(s). Verbreding zal alleen kunnen via een groeimodel. Bij de subsidiering van het makelaarschap voor maatschappelijke stages en vrijwilligerswerk is voorzien in een uitbreiding van de makelaarsfunctie met 16 uur per januari 2010 juist ook met het oog op verbreding naar de ondersteuning van vrijwilligersorganisaties. De makelaarsfunctie wordt vervuld door het inmiddels werkzame team van makelaars, waarbij een medewerker in dienst is van Factor Welzijn en een medewerker bij Stichting Vrijwillige Hulp. Er moet in 2010 veel werk verzet worden om alle taken van de makelaars te kunnen uitoefenen. De huidige personele inzet en aanwending van de budgetten zijn in dat kader al bezien. Zie het separate voorstel Subsidiering makelaarschap maatschappelijke stages en vrijwilligerswerk. Hierbij is tevens als voorwaarde gesteld een jaarlijkse evaluatie van de werkzaamheden en de organisatievorm voor deze ondersteuning door de makelaars.
7
Prioriteiten: 1. de eerste prioriteiten zijn het realiseren van de maatschappelijke stage en de vacaturebank; 2. daarbij zal nadere ondersteuning zich eerst richten op de stagebieders; 3. daarnaast zal de website van de digitale vacaturebank met voorrang moeten worden gevuld met informatie en advies en 4. het algemene cursus- en trainingsaanbod zal zo spoedig mogelijk worden vernieuwd; 5. gefaseerde uitbreiding van verdergaande additionele ondersteuning naar behoefte in het vrijwilligerswerk in den brede (fasering op basis van geconstateerde behoefte en kansen). Hiertoe zal een digitale enquête (een landelijk ontwikkeld en beproefd instrument Digimom van Movisie) worden uitgerold over alle vrijwilligersorganisaties. Op basis van de analyse van de resultaten daarvan in een rapportage kan een nader uitgewerkte planning volgen met een vast te stellen prioritering volgens geformuleerde criteria. Naar nieuwe havens met minder vrijblijvendheid Onder regie van de gemeente zal de praktijk, dat wil zeggen zullen de vrijwilligersorganisaties zelf de ondersteuning en bemiddeling van de makelaars voor het vrijwilligerswerk sturen omdat vraaggericht gewerkt gaat worden door in te spelen op de aangegeven behoeften. Regie: Enerzijds zal meer worden gemonitord via de gegevens van het welzijnsprogramma en voor de vrijwilligersorganisaties die daarin niet zijn opgenomen op regelmatige basis via de monitor Digimom, anderzijds vindt een jaarlijkse evaluatie plaats van de makelaarsfunctie en de organisatievorm daarvoor. De voortgang die het makelaarsteam boekt, ook ten opzichte van werving van stagebieders en de ondersteuning van het vrijwilligersorganisaties wordt jaarlijks geëvalueerd. Dit levert veel feitelijke beleidsinformatie op. Ook wordt met Factor Welzijn in zijn geheel voor de diverse werksoorten prestatieafspraken gemaakt. Dit alles maakt sterkere regie en beleidsmatige sturing mogelijk. Vraaggericht: Er is al veel cursusaanbod, maar de vraag in het veld is aan verandering onderhevig en het aanbod is ook nog niet breed bekend. Dit betekent dat er ten eerste een brede behoeftepeiling moet plaatsvinden en vervolgens regelmatig (bijvoorbeeld halfjaarlijks) overleg met verschillende partners/sectoren. Ondersteuning zal op maat moeten worden gegeven. Het budget vrijwilligerswerkbeleid kent echter geen marge voor inkoop van eigen cursussen door de vrijwilligersorganisaties bijvoorbeeld bij koepelorganisaties. In de Digimom enquête wordt de vrijwilligersorganisaties expliciet bevraagd of en waar zij cursus- en trainingsaanbod afnemen. Ook wordt gevraagd naar verbeterpunten van de werkwijze en het beleid van de gemeente alsook naar onderwerpen waarop de komende jaren behoefte aan extra ondersteuning is. Ondersteuning op maat kan op basis van inkoop, maar het kan ook plaatsvinden op basis van gemaakte afspraken en samenwerkingsovereenkomsten. Dan zal er minder vrijblijvendheid zijn in de bijdrage, die de organisaties dan zullen kunnen leveren aan de doelstellingen van het gemeentelijke beleid, in het bijzonder de diverse prestatievelden van het Wmo-beleid. Op basis van de beleidsinformatie die wordt vergaard, kan concrete invulling worden gegeven aan het formuleren van de gewenste ondersteuning op uitvoerend niveau. Hiertoe dienen afspraken gemaakt te worden in regelmatig platform- en clusteroverleg van makelaars en de gemeente als regievoerder met vertegenwoordigers van het vrijwilligerswerk uit de betreffende sector en de betreffende ondersteuningsorganisaties (deelname via subsidievoorwaarden regelen). "Een nieuwe kijk op de organisatie van het werk" vanuit de Wmo-gedachte krijgt zo steeds beter gestalte binnen de gemeentelijke beleidskaders. De standaard Digimom enquete focust namelijk op de verschillende Wmo-doelgroepen en de versterking van de ondersteuning van het vrijwilligerswerk. De benadering van met name het tiener- en jongerenwerk en het overige accommodatiegebonden sociaal-culturele werk kan hierdoor veranderen: de instellingen worden dan als minder autonoom en instellingsgebonden gezien, omdat vooral integraal en per cluster gekeken wordt naar de behoefte aan ondersteuning. Ook zal de relatie tussen gemeente en de instelling afhankelijk van de gepleegde inzet kunnen veranderen. De relatie tussen gemeente en de instelling zal voor een deel minder vrijblijvend worden, indien de gemeente hierop extra ondersteunende inzet van middelen en capaciteit pleegt. De regierol vraagt om een overall blik over de gemeente en de gemeente maakt zich zorgen over het volume (bezoekers, gebruikers, vrijwilligers, aantal activiteiten die passen in het gemeentelijk beleid) in de diverse werkvelden van het vrijwilligerswerk, een adequate spreiding, verschillende locaties, verschillende methodieken, het bereik van verschillende doelgroepen, verschillende culturen.
8
Recapitulerend over de te varen koers: In het kader van interactieve beleidsvoering wordt de regierol ingevuld samen met het particulier initiatief. Op basis van monitoring en overleggen met het veld kan de planning van de verbreding van de ondersteuning van het vrijwilligerswerk worden opgesteld en daarbij aangekoerst worden op realisering van doelstellingen in het gemeentelijke vrijwilligerswerkbeleid én de prestatievelden van de Wmo. Duidelijk is dat de makelaars voor de maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk hierin een rol van betekenis hebben: voor het makelen van maatschappelijke stages en de ondersteuning van stagebieders, de algemene ondersteuning van vrijwilligersorganisaties met diverse instrumenten en hun bemiddelende rol ter versterking van het vrijwilligerswerk in den brede. Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties Bij het creëren van nieuwe (en veilige) havens is het van belang dat de regeldruk voor vrijwilligersorganisaties bewaakt wordt. Het vergunningenstelsel is voor wat betreft vergunningen voor evenementen al doorgelicht op vermindering van de regeldruk voor vrijwilligers-organisaties. Daarnaast beoogt de collectieve WA-, ongevallen-, bestuursaansprakelijkheid- en rechtsbijstandsverzekering voor vrijwilligers de vrijwilligersorganisaties administratief te ontlasten en het vrijwilligerswerk aantrekkelijk te houden door verminderde risico's. De collectieve opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties draagt bij aan vermindering van regelwerk voor iedere vrijwilligersorganisatie afzonderlijk, die er gebruik van maakt. Onderzocht wordt in het kader van het Welzijnsprogramma hoe de reguliere subsidieaanvraag vereenvoudigd kan worden en bijvoorbeeld andere wijzen van indiening kan worden toegestaan voor kleine subsidiebedragen tot C 2.500. De tendens is dat de burger en instellingen momenteel aardig worden overspoeld met enquêtes, mailingen en verzoeken om informatie e.d., ook van gemeentezijde. Hiervoor is aandacht in het inhoudelijk werkoverleg. Veel wordt ook al gevraagd bij de aanvraag voor het welzijnsprogramma; hierin zitten echter niet alle vrijwilligersorganisaties. De digitale enquête Digimom gaat in zekere zin om een nulmeting, maar de bedoeling is om de informatie mee te nemen in de formats voor het welzijnsprogramma. Alleen de overige "vrijwilligersorganisaties zouden gemonitord kunnen blijven worden via deze monitor (Digimom). De frequentie daarvan zal beperkt worden tot de momenten waarop daartoe aanleiding is, zoals bij evaluatie en herijking van het vrijwilligerswerkbeleid. Als besloten wordt tot aanpassing van de vigerende Algemene Subsidieverordening Katwijk dat alleen rechtspersonen met statuten en oprichtingsaktes in aanmerking komen voor subsidie, staat dat haaka op dereguleringsbeleid voor vrijwilligersorganisaties.
9
5.
Uitvoering
van hetWmo-beleidsplan
2008-2011
t.a.v. vrijwilligerswerk
Vrijwilligerswerk in de Wet Maatschappelijke Ondersteuning De Wmo spreekt niet alleen van vrijwilligerswerk maar ook van vrijwillige inzet. Vrijwillige inzet staat voor alle manieren waarop burgers onbetaalde activiteiten verrichten voor anderen. Hiermee komt het brede terrein van vrijwilligersbeleid beter tot uitdrukking. Het gaat in Wmo niet alleen om het vrijwilligerswerk in georganiseerd verband zoals sport en muziekverenigingen, maar ook om de kleinschalige, informele en ongeorganiseerde burgerinitiatieven, om maatschappelijke stages en om de ondersteuning van mantelzorgers. Een nadere definiëring staat in de Bijlage 1, onder - Definities en evenals een gerubriceerd overzicht van typen vrijwilligersorganisaties: waar wordt vrijwilligerswerk verricht? In dit hoofdstuk passeren eerst de doelstellingen en speerpunten uit het Wmo samengevat de revue. Daarna volgt de concrete uitvoering van het Wmo-vrijwilligerswerkbeleid. De doelstellingen die in het Wmo-beleidsplan werden geformuleerd zijn samengevat: De huidige inzet van vrijwilligers op de verschillende beleidsterreinen van de Wmo vergroten en zorgen voor nieuwe aanwas van vrijwilligers. • Samenwerking en afstemming tussen de verschillende ondersteuningsorganisaties waardoor en geen overlappingen en/of lacunes in het aanbod zijn. • Ontwikkeling van een duidelijk ondersteuningsaanbod: De informatie- en adviesfunctie en het ondersteuningsaanbod worden verbeterd, bekendgemaakt en waar nodig of wenselijk actief aangeboden. Vrijwilligers in heel Katwijk weten de weg te vinden naar het ondersteuningsaanbod. • Het aanbod van de ondersteuningsorganisaties sluit aan op de behoeften van de vrijwilligersorganisaties. Verbetering van de voorwaarden voor vrijwilligerswerk en verbetering van het vrijwilligersbeleid van organisaties en zorginstellingen. • Er komt een systeem voor de matching van de vraag naar en het aanbod van vrijwilligers. • Versterkte positie voor de vrijwilliger in de zorg. • Maatschappelijk ondernemen krijgt meer inhoud en bekendheid en is "ingeburgerd"in Katwijk. Het bedrijfsleven zet zich actief in ten behoeve van de Katwijkse samenleving. • Katwijkse vrijwilligersorganisaties zijn aantrekkelijk als plaats voor maatschappelijke stages (per 2008).
De speerpunten die daaruit voortvloeiden zijn samengevat: 1.
2.
3.
4.
5.
6. 7.
Nieuwe potentiële vrijwilligers enthousiast maken voor vrijwillige inzet. Ook bevolkingsgroepen die tot nu toe minder sterk vertegenwoordigd zijn, zoals jeugd en jong volwassenen willen we warm maken voor vrijwilligerswerk. Het realiseren van een vraag-en-aanbod vrijwilligers matching systeem inclusief een goede informatie- en adviesfunctie ten behoeve van het vrijwilligerswerk. Samenwerking en afstemming optimaliseren: Factor Welzijn en St. Welzijn Ouderen gaan nauw samenwerken om de ondersteuningsfuncties af te stemmen en elkaar daarin te versterken. Factor Welzijn neemt in samenwerking met Steunpunt Medelanders het voortouw in het leggen van samenwerkingsverbanden met andere organisaties op het gebied van integratie en maatschappelijke participatie. Stichting Welzijn Ouderen Katwijk neemt het voortouw in het leggen van samenwerkingsverbanden met andere organisaties voor wat betreft welzijnsdiensten voor ouderen en mensen met een beperking. Het SWO KRVaanbod wordt afgestemd met Factor W, Steunpunt Vrijwillige Hulp en Stichting Mantelzorgondersteuning. Het ondersteuningsaanbod verbreden ten behoeve van alle vrijwilligersorganisaties. De ontwikkeling van het ondersteuningsaanbod dient te voorzien in de behoeften van vrijwilligersorganisaties en aan te sluiten bij maatschappelijke ontwikkelingen en gemeentelijk (Wmo-)beleid. Het is daarom belangrijk dat het ondersteuningsaanbod gericht is op het ondersteunen van vrijwilligersorganisaties in hun promotie van hun organisatie, de organisatie van het vrijwilligerswerk daarbinnen en de werving van vrijwilligers (motie 4). Het aantrekkelijk houden van vrijwillige inzet en binnen het bereik houden van iedere (potentiële) vrijwilliger. Flexibilisering van het vrijwilligerswerk is een ander instrument voor het werven en behouden van vrijwilligers. Door het vrijwilligerswerk anders te organiseren, tijdelijke vrijwilligersinzet voor projecten of kleine taken mogelijk te maken, willen we een groter potentieel aan vrijwilligers aanboren. Om dit stimuleren wordt ondersteuningsaanbod ontwikkeld. Verbetering van de belangenbehartiging en ondersteuning van vrijwilligers, in het bijzonder binnen intramurale en semi-intramurale voorzieningen. Er wordt gezorgd voor een goede balans tussen vrijwilligerswerk en professionele ondersteuning. Promoten/stimuleren van het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (via de steunpunten). Nagegaan wordt of de organisatie van een ''beursvloer" hier een goed instrument voor is.
8.
Het aantrekkelijk maken en goed organiseren van maatschappelijke stages in Katwijk: deze gaan deel uit maken van het onderwijsprogramma en hebben als doel de maatschappelijke betrokkenheid en actief burgerschap te stimuleren.
Wat is gebeurd en wat staat er te gebeuren? Hieronder volgt de uitvoering per speerpunt. Per speerpunt komen actiepunten aan de orde, waarvan steeds de voorgestelde wijze van uitvoering, de planning en middelen worden aangegeven.
Ad 1)
Versterken
van vrijwilligerswerk.
vergroten inzet op Wmo-terreinen
en nieuwe aanwas
Alle hieronder genoemde actiepunten dienen de algemene doelstellingen om het aantal vrijwilligers ten minste op peil te houden, de inzet van vrijwilligers op de Wmo-terreinen te vergroten en het vrijwilligerswerk in Katwijk te versterken. Een van de belangrijke instrumenten daartoe is het aantrekkelijk maken van maatschappelijke stages in onze gemeente. Deze stages zien wij als belangrijk middel om jongeren bewust te maken van het belang van vrijwilligerswerk.
Ad -)
Toegevoegd en gerealiseerd: Recent toegevoegd onderdeel aan het gemeentelijke vrijwilligerswerkbeleid is de gemeentebrede vrijwilligersverzekering per 1januari 2009. Dit past geheel in het gemeentelijke beleid van het scheppen van randvoorwaarden en benadrukt tevens het belang dat de gemeente hecht aan de ondersteuning van vrijwilligerswerk. Met deze gemeentelijke verzekeringen wordt het vrijwilligerswerk aantrekkelijker gemaakt doordat administratieve handelingen, kosten en risico's voor vrijwilligers(organisaties) gereduceerd worden.
Uitvoering: Door de VNG worden twee vrijwilligerspolissen aangeboden: o Basispolis met een ongevallen-, persoonlijke eigendommen- en aansprakelijkheidsverzekering voor vrijwilligers; o Pluspolis met een aansprakelijkheidverzekering en verkeersaansprakelijkheid verzekering voor rechtspersonen en een bestuurdersaansprakelijkheid verzekering en rechtsbijstandsverzekering voor vrijwilligers. Vooruitlopend op de voorliggende uitvoeringsnotitie heeft het college in december 2008 besloten om beide verzekeringspakketten voor 3 jaar via de VNG af te sluiten. Er is een grootschalige mailing naar vrijwilligersorganisaties in Katwijk uitgegaan, waarin werd verwezen naar de gemeentewebsite voor alle beschikbare informatie. Aangifte schadeformulieren kunnen worden gedownload van de website ofbij de recepties op het gemeentehuis en de servicepunten Rijnsburg en Katwijk worden opgehaald en dienen vervolgens daar ook te worden ingediend. De formulieren worden na registratie door de medewerkers Verzekeringen van afdeling Financiën ter afhandeling naar de verzekeraar doorgezonden, welke de zaak rechtstreeks met de betrokken schadepartij afhandelt. Nieuwe informatie: oMantelzorgers zijn nu ook verzekerd, maar alleen voor de ongevallen- en persoonlijke eigendommenverzekering voor vrijwilligers (de aansprakelijkheidsverzekering en de onderdelen van de Pluspolis zijn niet voor de mantelzorger van toepassing). o Vrijwilligers van een verzekerde gemeente zoals Katwijk zijn tijdens vrijwilligerswerk altijd verzekerd, ook in een andere niet-verzekerde gemeente of organisatie in die andere gemeente. o Vereenvoudiging schadeafhandeling: Centraal Beheer zoekt na ontvangst van een schadeformulier uit of er eventueel op de eigen verzekering van de vrijwilliger een schadevergoeding te verkrijgen is (dit ivm de zgn. secundaire dekking van de vrijwilligersverzekering). Mensen hoeven dat dus niet eerst zelf uit te zoeken. Wel blijft het advies aan organisaties om te bekijken of ze nu niet dubbel en dus onnodig verzekerd zijn. Er is een toelichtende presentatie verzorgd door de accountmanager van de verzekeraar tijdens de bijeenkomst van het Platform Voorzitters vrijwilligersorganisaties Katwijk in april 2009. Hierin is tevens gewezen op het secundaire karakter van de verzekering. De publieke berichtgeving wordt update gehouden via de website en zo nodig een persbericht.
Middelen:
€ 15.400 De kosten van de premies worden grotendeels gedekt uit een toevoeging in de algemene uitkering (C 14.600). Het restant van C 800 wordt gedekt uit de post vrijwilligersorganisaties.
11
Ad 2) Ad 3)
Vraa~-en-aanbod matchin~ systeem en informatie- en adviesfunctie vrijwilligerswerk en Samenbang en afstemmin~: Belangrijk voor het werven en behouden van vrijwilligers en de continuïteit in het vrijwilligerswerk, is een breed ondersteunend aanbod, dat aansluït bij de behoeften van vrijwilligersorganisaties, de maatschappelijke ontwikkelingen en het Wmo-beleid en dat actiever wordt aangeboden. Instrument bij deze ondersteuning is een duidelijk matching systeem waar vraag en aanbod te vinden is voor organisaties, burgers en potentiële vrijwilligers. Tevens is het belangrijk voor maatwerk om de alert te blijven op ontwikkelingen in de werkvelden door periodiek overleg te plegen en de behoefte te peilen. Uitvoering:
•
Er is gestart met het inventariseren van het ondersteuningsaanbod door de eerder genoemde ondersteuningsorganisaties in Katwijk.
•
In overlegplatforms met verschillende accenten wordt met de betrokken organisaties het (bestaande en te ontwikkelen) aanbod en de dienstverlening nader afgestemd en de samenwerking met elkaar uïtgewerkt onder regie van de gemeente. Als eerste is gestart in een overlegplatform Maatschappelijke stage. Hierin zijn Factor Welzijn en Steunpunt Vrijwillige hulp voor het stagemakelaarschap evenals de betrokken scholen en stagebieders vertegenwoordigd. Helaas is het werven van vertegenwoordigers van stagebieders in dit platform nog niet gelukt. Het aantal stagebieders is nog niet groot. Belangrijk is hierin is de nodige PR omdat het fenomeen maatschappelijke stage nog niet erg leeft in het veld, maar ook vaak ten onrechte wordt verward met andere stages zoals beroepstage en snuffelstage. Samen met het lanceren van de website heeft de geplande kick-off het doel bekendheid te geven aan de maatschappelijke stage en aan de makelaars. Het Visiedocument Maatschappelijke stage werd in een afzonderlijke nota vastgesteld door de raad op 23 april 2009. Hierin is het makelaarschap ook verbreed naar ondersteuning van vrijwilligerswerk. Sinds 1 september 2009 is het makelaarschap voortvarend opgepakt. Onder actiepunt 8 leest u hierover meer. Een overlegplatform Ondersteuning Vrijwilligerswerk sluit direct aan op het overlegplatform Maatschappelijke stage. Hieraan zullen (met uïtzondering van de scholen) om te beginnen als overlegpartners de beide makelaars en vertegenwoordigers namens de vrijwilligersorganisaties deelnemen. De stimulering van het vrijwilligerswerk wordt in het verlengde gezien van de opdracht aan de stagemakelaar om maatschappelijke stages te realiseren. Taken van de stagemakelaar zullen ook zijn het realiseren van een brede databank vrijwilligerswerk, inclusief vraag en aanbod vacaturebank vrijwilligerswerk evenals begeleiding en ondersteuning aan stagebieders, uit te breiden naar vrijwilligerswerk en wellicht later ook mantelzorg. Uiteindelijk is het ondersteuningsaanbod bedoeld voor álle vrijwilligersorganisaties in Katwijk. Op basis van de monitor en overleggen met het veld kan de planning van de verbreding van de ondersteuning van het vrijwilligerswerk worden opgesteld. Daarom wordt naast de vorming van dit overlegplatform gestreefd naar overleg per cluster met een zo representatief mogelijke vertegenwoordiging namens de vrijwilligersorganisaties (als gebruikers) in den brede. Tevens leeft de gedachte om een overlegplatform Mantelzorg te vormen. Het platform zal bestaan uit de vertegenwoordiging van organisaties die op lokaal niveau actief zijn zoals het Steunpunt Mantelzorg, SWO KRV,Vrijwillige Thuïshulp, kerken, Zorgloket, Algemeen Maatschappelijk en Thuïszorg. Het bestaande reguliere overleg tussen vrijwillige en professionele zorgaanbieders (dat door SWO KRVwordt georganiseerd) wordt tevens aangevuld met vertegenwoordigers van de kerken. Hierover wordt in een afzonderlijke nota aan u geadviseerd. Het gaat daarbij niet alleen om de ondersteuning en bemiddeling van vrijwilligers in de (mantel-) zorg, in het bijzonder de respijtzorg, maar ook om de functies 'Informatie', 'Advies en begeleiding' en de speerpunten 'versterken van de lokale ondersteuning' en 'Onderlinge afstemming van organisaties'. In een overlegplatform Vrijwilligers in de zorg vervolgens zal in overleg met de intramurale en semimurale zorginstellingen getreden kunnen worden.
•
De ondersteunende dienstverlening ten behoeve van vrijwilligersorganisaties dient zo dekkend mogelijk zijn. Het gaat daarbij om:
12
o o
Invulling geven aan de informatie- en adviesfunctie. De uitbreiding van het ondersteuningsaanbod en verbreding van de doelgroepen, zodat alle vrijwilligers(organisaties) kunnen worden bediend. o Vernieuwde dienstverlening in het ondersteuningsaanbod door aan te sluiten op de behoeften van de vrijwilligersorganisaties en maatschappelijke ontwikkelingen; waaronder in het bijzonder cursus- en trainingsaanbod op flexibilisering, eigen vrijwilligersbeleid binnen de vrijwilligersorganisatie (motie 4) en aandacht voor de positie van de vrijwilliger in de zorg. o PR om het ondersteuningsaanbod bekend te maken bij de Katwijkse vrijwilligers. o Opzetten van een vraag-en-aanbod vrijwilligers matching systeem. Gedacht wordt aan een digitale vacaturebank die geïntegreerd wordt met de maatschappelijke stagebank. Vertaald naar de basisfuncties in de beleidsbrief van staatssecretaris van VWS (6 april 2009) en de nota "Goed voor mekaar" gaat het daarbij om de volgende basisfuncties: Het vertalen van maatschappelijke ontwikkelingen, het verbinden en makelen, versterken, verbreiden en verankeren. •
Op verzoek van de gemeente wordt onder regie van de gemeente door de makelaars een visiedocument Ondersteuning vrijwilligerswerk en/of een programma van bestaand en voorgenomen aanbod ('productenboek') opgesteld in overleg met de betrokken ondersteuningsorganisaties, waarin zij aangeven hoe zij in gezamenlijkheid kunnen bijdragen aan het realiseren van het Wmo-vrijwilligerswerkbeleid. Een aanzet tot een dergelijk visiedocument, een programma cursus- en trainingsaanbod en een benodigde personele capaciteitsberekening van de hand van Factor Welzijn zijn al beschikbaar.
•
Brede peiling behoefte aan ondersteuningsaanbod onder alle vrijwilligersorganisaties.
•
Presentatie en voorlichting aan breed publiek (bijvoorbeeld het Platform Voorzitters vrijwilligersorganisaties Katwijk) in het kader van de basisfunctie verbreiden en verankeren. Planning: De uitwerking van een en ander vergt veel overleg over verschillende onderwerpen met veel partijen. De uitwerking van samenhang en versterking ondersteuningsaanbod, ihb realisering van een vraag-en-aanbod vrijwilligersvacaturebank, loopt bovendien parallel met het traject van de uitwerking van de Maatschappelijke stage: het stagemakelaarschap en de stagevacaturebank. De ondersteuning en bemiddeling voor het vrijwilligerswerk loopt zoveel mogelijk gelijk op in het verlengde van het maatschappelijke stagemakelaarschap. Planning uitvoering ondersteuning vrijwilligerswerk: 2009: - Het cursus- en trainingsaanbod dat al geprogrammeerd staat, wordt uitgevoerd. l'
helft
2009
- Advisering door de Wmo-raad - Eerste behandeling concept Uitvoeringsnotitie Vrijwilligerswerkbeleid commissie - Aanvraag offerte software en overige voorbereiding voorafgaand aan de start - Opzet en uitwerking van gezamenlijke en afzonderlijke verantwoordelijkheden in de samenwerking tussen steunorganisaties (overlegplatform Vrijwilligerswerk) - Indiening subsidieaanvraag makelaarschap begroting 2009 en 2010 - Opstellen functie- en functieprofielbeschrijving en functiewaardering makelaars
2'
helft
2009
- Opzet samenwerkingsovereenkomst maatschappelijke stage - Aanstellen stage- en (per 1-1-2010) vrijwilligersmakelaars - aanvulling subsidieaanvraag onderbouwing uitbreiding makelaarschap 16 uur. - Aanschaf software - Samenwerkingsovereenkomst Maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk - Ingebruikname software en realisatie vacature- en stagebank
Nov - januari:
- Brede behoeftepeiling door middel van de digitale enquete Digimon, waaronder peiling van ondersteuning cursus- en training e.o.
m.i.v.
Kick-off Maatschappelijke stage en website stage- en vrijwilligersvacaturebank; tevens presentatie makelaars in januari. - Presentatie vernieuwd cursusprogramma aanbod
2010:
-
Uitbreiding van de makelaarsfunctie met 16 uur :
13
- Uitbreiding van de dienstverlening met een vrijwilligers vraag-en-aanbod systeem en bemiddeling daario - een verbreding van de informatie- en adviesfunctie en het cursus- en trainingsaanbod uitgaande van een groeimodel - Zo nodig bemiddeling naar extra ondersteuning - Initiëren van begeleidiog van specifieke doelgroepen zoals mensen met een beperkiog, werklozen en allochtonen - Stimuleren dat de stagiair van de maatschappelijke stage van nu de vrijwilliger van de toekomst wordt. Middelen: aanschaf licenties software vrijwilligersvacaturebank: minimaal 2 x a C 3.100: C 6.200: deze post kan vervallen. onderhouds- en providerkosten minimaal voor 2 licenties: C 300 deze post kan vervallen. beheer site van de vacaturebank en invulling makelaarschap vrijwilligerswerk; uitbreidiog capaciteit medewerker Vrijwilligerswerkbeleid, met 10 uur: C 22.500: deze post wordt ingezet op de post Ondersteuningsorganisaties; maatschappelijke stage voor de subsidie ring van de makelaarsfunctie ter versterking van het vrijwilligerswerk. eventuele (al of niet tijdelijke) inkoop extern cursus- en trainingsaanbod: voorstel om hiervoor eenmalig een bedrag van C 2.000 te reserveren. C 2.000 PR budget voor presentaties en voorlichting van vrijwilligersorganisaties C 3.000 Ad a en g): De aandachtspunten flexibilisering en het eigen vriiwilligersbeleid binnen de vrijwilligersorganisatie en professionele organisaties worden meegenomen in de afstemming van de inhoud van het ondersteuniogsaanbod binnen het overlegplatform Ondersteuning vrijwilligerswerkbeleid. Qua uitvoering is het zo, dat het vernieuwde cursusaanbod van Factor Welzijn al een cursus werven en binden van vrijwilligers kent. Instrumenten zoals het vrijwilligerscontract, flexibilisering (takenorganisatie van vrijwilligers), onkostenvergoeding, waardering van de eigen vrijwilligers komen hierin aan de orde. Dit aanbod zal breed onder de aandacht worden gebracht o.a. tijdens de lancering van de website tijdens kick-off of tijdens andere bijeenkomsten. . Ad 6)
Positie van de vrijwilliger in de zorg Ook ten aanzien van het actiepunt positie van de vrijwilliger in de zorg wordt aan de hiervoor van belang zijnde steunpunten gevraagd in onderlinge afstemming en samenwerkiog dit als aandachtspunt mee te nemen in de werkprogramma's. Bezien zal worden in hoeverre het Zorgloket hierin - behalve voor mantelzorgers - ook een rol kan vervullen voor vrijwilligers in de zorg. Ook wordt onderzocht wat het aanbod van Mezzo kan betekenen. Mezzo is de landelijke belangenvereniging van mantelzorg en vrijwilligerszorg, die aanbod heeft geïnventariseerd en ontwikkeld voor kwaliteitsverbetering van het vrijwilligerswerk. Bezien wordt hoe dit aanbod onder de aandacht kan worden gebracht bij de betrokken overlegpartners van het Platform vrijwilligers in de zorg. In het kader van het beleidsprogramma "Goed voor Elkaar" van het Ministerie VWS zijn er wellicht en desgewenst mogelijkheden voor een adviestraject bekostigd door VWS.
Ad 7)
Stimuleren van het Maatschappelijk Betrokken Ondernemen C.q. vrijwilligerswerk
•
Uitvoering: De organisatie van een "beursvloer" voor Katwijk wordt door de makelaars gezien als een uitstekend instrument om vrijwilligersorganisaties te ondersteunen. Hier worden vrijwilligerswerkklussen afgesproken, die hopelijk niet alleen incidenteel blijven maar ook zullen leiden tot structurele hulp of vrijwilligers voor vrijwilligersorganisaties. Ook is de beursvloer belangrijk voor het netwerken. De beursvloer is een al of niet jaarlijks evenement, waar bedrijfsleven, lokale, politieke en maatschappelijke organisaties elkaar ontmoeten, netwerken en handelen in betrokkenheid. Samen sluiten zij deals in de vorm van een match. De matches hebben betrekking op menskracht, kennis, toegang tot netwerken, materiaal en/ offaciliteiten. Wat de één over heeft of graag wil bieden, is voor de ander wellicht zeer gewenst. Geld is hierbij taboe. De effecten van de beursvloer strekken
14
•
•
zich uit tot voorbij de dag zelf: De deals die tot stand komen tijdens de beursvloer, komen juist na de beursvloer tot uitvoering. In 2008 heeft de gemeente een van de initiatoren van de beursvloer gevraagd een presentatie te houden over het instrument beursvloer. Deze presentatie is voor het Platform van voorzitters van vrijwilligersorganisaties gehouden en heeft de aanwezige vrijwilligersorganisaties een goed beeld verschaft van de mogelijkbeden van het instrument. Bij de uitvoering kan dankbaar gebruik gemaakt worden van een uitgebreide handreiking (Toolkit Beursvloer). Planning Eind 2009:
voorjaar l' 2'
2010:
helft 2010: helft 2010:
Middelen
- In samenwerking met de bedrijfscontactfunctionaris van Katwijk wordt de PR in relatie tot de Katwijkse Ondernemersvereniging (KOV)voorbereid. - Besluitvorming of de uitvoering hiervan kan worden ondergebracht bij het makelaarschap maatschappelijke stage en vrijwilligerswerkbeleid. Deze makelaars gaan in dit geval ook als 'makelaar voor maatschappelijk ondernemen' optreden; planning van een haalbare uitvoeringsperiode en een presentatie bij de KOV. - Vorming projectgroep met de betrokken organisaties; - Opstellen Plan van aanpak beursvloer inclusief planning uitvoeringsdatum. - Presentatie bij de KOV - Realisatie van de Katwijkse beursvloer in 2010. € 15.000 (in 2010) € 9.000 (v.a.aorr)
Voorgesteld wordt om voor de organisatie (en eventueel het inhuren van een ervaren coördinator en het gebruik van specifieke presentatiesoftware voor de beursvloer) en de uitvoering van de eerste Katwijkse beursvloer (de uitvoeringskosten) voor 2010 een bedrag van € 15.000 te reserveren. Het is niet duidelijk of de organisatie van de beursvloer binnen het budget van € 15.000 of C 9.000 mogelijk is. Dit hangt ook samen met de outillage van de beursvloer. Ter vergelijking: de beursvloer in buurgemeente Teylingen kostte een C 30.000. Er wordt onderzocht of aan de software van de stage- en vrijwilligersbank een module toegevoegd kan worden voor een rubriek, waarin vraag en aanbod van klussen beursvloer kunnen worden bijgehouden en waar deelnemende (vrijwilligers)organisaties en bedrijven geregistreerd kunnen worden. Vermoedelijk kan dit binnen het budget voor de aan te schaffen software. Voorgesteld wordt om bij gebleken succes om het jaar wisselend voor een beursvloer of een andere informatiemarkt jaarlijks structureel € 9.000 te begroten in 2012 en verder. •
NL-doet dagen De "NL-doet"- dagen zijn de nieuwe Nederlandse naam voor MADD (= Make a Difference Day). Voor het eerst onder deze naam worden ze landelijk gepland op vrijdag 19 en zaterdag 20 maart 2010.
Volgens het vernieuwde concept zijn de NL-doet dagen gericht op meer groepen, te weten scholieren, families, kerken, sportclubs en politieke partijen naast gemeenten en bedrijven. In tegenstelling tot de deals die tijdens de beursvloer tot stand komen over klussen waarvoor geen beperking van tijd(stip) geldt, is het doel van NL-doet het stimuleren van vrijwilligerswerk op 2 van tevoren bepaalde dagen in het jaar. Planning: Maart 2010 2011
Onzeker omdat dit mede afhankelijk is hoe snel een comité kan worden gevormd en of dit ook kan worden begeleid. Gepland wordt dat de NL-doet dagen in ieder geval in 2011 worden georganiseerd.
Uitvoering: Voor de organisatie van NL-doet dient een comité per gemeente opgericht te worden. Er zal een link op de website van de Katwijkse stage- en vrijwilligersbank gezet worden. De makelaars zien ook voor zowel in de beursvloer als de NL-doet dagen mogelijkbeden om de (organisatie van de) dagen te koppelen met ofte benutten voor maatschappelijke stage. Middelen: PM Het is op dit moment onbekend of en welke middelen beschikbaar gesteld moeten worden voor het comité.
15
Ad 8)
Maatschappelijke stages in Katwijk Uitvoering: Het traject om dit te realiseren was begin 2009 in volle gang. Na de vaststelling van de Startnotitie ter zake en de Quick scan in 2008 heeft overleg plaatsgevonden met betrokken partners, dwz steunorganisaties en scholen. Dit heeft geresulteerd in het visiedocument over het stagemakelaarschap en de versterking van het vrijwilligerswerk, vastgesteld door de raad d.d. 23 april 2009. Parallel daaraan wordt een lokale steunfunctie ondersteuning vrijwilligerswerk ontwikkeld (zie onder actiepunt 3), inclusief vacaturebank en bemiddeling, informatie- en adviesfunctie en ondersteuning in de vorm deskundigheidsbevordering en begeleiding bij vrijwilligersorganisaties op de werkvloer e.d., nader uit te werken door makelaars. De makelaars opereren hierin zelfstandig en onafhankelijk samen met het veld, maar in opdracht van en onder de regie van de gemeente. De uitbreiding van de makelaarsfunctie met 16 uur per 2010 betreft vooral de verbreding van de dienstverlening met een vrijwilligers vraag-en-aanbod systeem en bemiddeling daarin, de informatie- en adviesfunctie, (mede) uitvoeren van beursvloer, NL-doet dagen e.d. en vernieuwing van het cursus- en trainingsaanbod. Ook bemiddelen de makelaars naar extra ondersteuning van stagebieders en vrijwilligersorganisaties, en initiëren zij het stimuleren van vrijwilligerswerk en zo nodig de begeleiding van specifieke doelgroepen zoals mensen met een beperking, werklozen en allochtonen. Daarbij wordt uitgegaan van een prioritering en een groeimodel in opdracht van en onder regie van de gemeente. Al doende komt een vrijwilligersservicepunt voor Katwijk tot stand. Alle PR, briefpapier en de website wordt gevoerd onder een eigen naam en logo. De website met geïntegreerde stage- en vrijwilligersvacaturebank zal bijvoorbeeld starten onder de voorlopige naam Vrijwilligersservicepuntkatwijk.nl, totdat een definitieve naam kan worden gelanceerd. Planning: l' helft 2009
- Advisering door de Wmo-raad - Opzet en uitwerking van gezamenlijke en afzonderlijke verantwoordelijkheden in de samenwerking tussen steunorganisaties (overlegplatform MaS) - Vaststelling Visiedocument Maatschappelijke stage Katwijk (raad d. d. 23 april). - Aanvraag offerte software en overige voorbereiding voorafgaand aan de start - Indiening subsidieaanvraag makelaarschap begroting 2009 en 2010 - Opstellen functie- en functieprofielbeschrijving en functiewaardering makelaars
2'
helft
2009
- Opzet samenwerkingsovereenkomst makelaarschap stage en vrijwilligerswerk - Aanstellen stage- en (per 1-1-2010) vrijwilligersmakelaars - aanvulling subsidieaanvraag onderbouwing uitbreiding makelaarschap 16 uur. - Aanschaf software - Samenwerkingsovereenkomst Maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk - Ingebruikname software + aansluiten/omzetten bestaande vacaturebanken + linken (realisatie vacature- en stagebank)
Nov - januari:
- Brede behoeftepeiling door middel van de digitale enquête Digimon, waaronder peiling van ondersteuning cursus- en training e.o.
m.i.v.
- Kick-off Maatschappelijke stage en website stage- en vrijwilligersvacaturebank;
2010:
tevens presentatie makelaars in januari.
- Presentatie vernieuwd cursusprogramma aanbod. Middelen: Begrote kosten Maatschappelijke stage 2009: Begrote kosten 2010-2011 en verder Begrote kosten 2010-2011 e.v. Uitbreiding makelaarschap met
2009: m_Lv.2010: 16 uur: m.Lv.2010:
€
91·500
€103·400 €
36.900
Deze middelen staan op de post Ondersteuningsorganisaties; maatschappelijke stage en niet op de post Vrijwilligersorganisaties. Voor de details wordt verwezen naar het vastgestelde visiedocument en de separate nota Subsidiering Makelaarschap Maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk inclusief voortgangsrapportage van de hand van beide makelaars, die tegelijkertijd met deze nota aan u wordt aangeboden.
16
6.
Financiële middelen De diverse budgetten in de gemeentelijke begroting voor het makelaarschap maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk (stage- en vrijwilligersmakelaar) inclusief de ondersteuning, dat wil zeggen de informatie- en adviesfunctie evenals de bemiddelingsfunctie naar extra ondersteuning worden geclusterd. De benodigde middelen voor de uitoefening van het makelaarschap zijn in de nota Subsidiering makelaarschap maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk vastgelegd. Het overzicht per jaar van de middelen voor vrijwilligerswerk in de betreffende bijlage is hierop aangepast. Het budget voor het vrijwilligerswerkbeleid heeft nauwelijks een marge voor zaken als de inkoop van eigen cursussen door vrijwilligersorganisaties bij bijvoorbeeld koepelorganisaties of voor specifieke ondersteuningsvragen, die de reguliere dienstverlening binnen de werksoorten te boven gaan of waarvoor de deskundigheid niet in huis is. Voor nieuwe aanvragen van specifieke ondersteuning en deskundigheidsbevordering is budgettair geen ruimte. Na vaststelling van de nota Uitvoering vrijwilligerswerkbeleid en.de digitale monitor zal de vraag daarnaar wel toenemen. Ook bereiken de gemeente subsidieaanvragen van vrijwilligersorgauisaties die eerder bij de provincie middelen voor deskundigheidsbevordering ontvingen. Op dit moment is niet te overzien hoeveel organisaties de gemeente nog zullen benaderen. Het budget kent evenmin ruimte voor vrijwilligersonkostenvergoedingen. Landelijk is wel belastingtechnisch onder bepaalde voorwaarden (zoals aantoonbare onkosten en aantoonbaar vrijwilligerswerk zonder vergoeding) een aftrek van gemaakte kosten van vrijwilligers mogelijk via de eigen persoonlijke belastingaangifte voor de inkomstenbelasting. Deze en andere informatie wordt tijdens cursus- en trainingsaanbod en via andere PR-kanalen onder de aandacht gebracht. Voor extra middelen voor het voeren van eigen vrijwilligerswaarderingsbeleid door vrijwilligersorganisaties, zoals een eigen jaarlijks vrijwilligersfeestje en/of verkiezing van vrijwilliger van het jaar, ontbreekt eveneens de budgettaire ruimte. Uitgaande van de honderden organisaties die Katwijk kent en een beperkt bedrag van gemiddeld slechts C 100 per orgauisatie zou hiervoor al ten minste twintig- tot dertigduizend euro nodig zijn. Bovendien moeten dan duidelijke criteria worden opgesteld: de vrijwilligersorgauisaties zijn zeer gevarieerd in aard, grootte en doelstelling. Een regeling vrijwilligerswaarderingsbeleid wordt daarom algauw onuitvoerbaar. Er is wel al een Regeling jubilea Katwijk. Inzet van restantbudgetten Gelet op het bovenstaande wordt in een separaat voorstel voorgesteld de restantbudgetten 2009 na aftrek van de kosten van de digitale enquête Digimom en de kick-off bijeenkomst over te hevelen naar 2010. Deze middelen kunnen dan in 2010 aangewend worden voor incidentele ondersteuningsaanvragen. Tegen de tijd dat de kadernota 2011 wordt opgesteld is meer zicht op de totale behoefte aan specifieke ondersteuning en deskundigheidsbevordering en de kosten daarvan.
7.
Evaluatie van het vrijwilligerswerkbeleid In 2011 vindt een evaluatie plaats van de uitvoering van deze beleidsnotitie, waarbij wordt bezien in hoeverre de gestelde beleidsdoelen in het WMO-beleidsplan (zoals samengevat op pagina 9) zijn behaald. Via de gegevens van het Welzijnsprogramma en aanvullende mouitoring via Digimom van vrijwilligersorganisaties die daarin niet zijn opgenomen, via de opname van prestatie-indicatoren in de programmabegroting waar mogelijk, via de Wmo-voortgangsrapportage en de jaarlijkse evaluatie van de voortgang door de werkzaamheden van de makelaars kunnen de resultaten worden gevolgd. In de komende jaren kunnen zowel lokaal, - bijvoorbeeld op basis van de Digimom rapportage en binnengekomen subsidie- en ondersteuningsverzoeken - , als regionaal en landelijk nieuwe ideeën ontstaan die niet in deze nota zijn opgenomen. Mocht hiertoe aanleiding zijn dan zullen we hierop zeker inspelen. Met andere woorden: het beleid in deze nota is dynamisch. Hoewel verwacht wordt dat de benoemde actiepunten in de komende periode relevant blijven, kunnen zich in de wijze van uitvoering veranderingen voordoen. Indien de wijziging daarom vraagt, zal de gemeenteraad daarbij vanzelfsprekend worden geconsulteerd. Ten slotte willen we graag melding maken van de deelname van de gemeente Katwijk aan de zogenaamde benchmark Ondersteuning mantelzorgers en vrijwilligers. Deze benchmark wordt uitgevoerd door het Onderzoeksbureau SGBO en biedt ons als gemeente de gelegenheid om ons beleid te vergelijken met dat van andere gemeenten. Bij de evaluatie van deze beleidsnotitie worden de resultaten van de benchmark vanzelfsprekend meegenomen.
8.
Tot slot De waarde van vrijwillige inzet voor de gemeente Katwijk is niet in geld uit te drukken. Veel Katwijkers zijn bereid zich in te zetten voor elkaar en voor de samenleving. De inzet van vrijwilligers zorgt ervoor dat het prettiger en aangenamer wonen is in Katwijk. De aanwas van vrijwilligers is niet vanzelfsprekend. De vrijwillige inzet staat door de individualisering en andere ontwikkelingen in de maatschappij onder druk. Het is niet altijd gemakkelijk mensen te vinden voor de verschillende taken in het vrijwilligerswerk. Het is daarom van belang dat de gemeente de huidige en toekomstige vrijwilligers op alle mogelijke manieren ondersteunt, zodat in toenemende mate en blijvend vrijwilligers zich willen inzetten voor de Katwijkse gemeenschap. Dit is in het licht van de huidige maatschappelijke ontwikkelingen en politieke keuzes van groot belang. In de ontwikkeling naar een sterke en sociale samenleving zullen overheden, professionele organisaties en vrijwilligers steeds meer met elkaar te maken krijgen in het verlenen van zorg en diensten en de participatie van burgers. Waar deze verschillende groepen elkaars specifieke inbreng erkennen en waarderen, kan een dergelijk samengaan in de toekomst een enorme meerwaarde hebben. Om dit proces te laten slagen is - meer dan in het verleden - een actief ondersteunende en ook sturende rol van de gemeentelijke overheid nodig: Door de koers in te zetten met een verbrede horizon voor vrijwillige inzet op de verschillende Wmo-prestatievelden. Deze uitvoeringsnotitie is een leidraad voor de invulling van het door de gemeente onderschreven beleid. Maar veel belangrijker is de aandacht - in woorden en daden - voor de wensen en motieven van vrijwilligers. Daarmee zetten wij er ons gezamenlijk voor in dat er vrijwilligers blijven en vrijwilligers, beroepskrachten en hun organisaties een welkome aanvulling op elkaar zijn.
18
BIJLAGE bij Notitie Uitvoering vrijwilligerswerk
1.
beleid 2009-2011
Maatschappelijke ontwikkelingen
WMO stelt eisen aan de 'civil society' De Wet maatschappelijke ondersteuning doet een groot beroep op de inzet van actieve burgers. Uitgangspunt is een actieve burger die een bijdrage levert aan de verantwoordelijke samenleving (de 'civil society'). Bewoners zetten zich al of niet samen met welzijnswerk, zorginstellingen, woningcorporaties en de politie in voor de leefbaarheid in brede zin en de veiligheid in de buurt. In de Wmo is ook de voormalige Welzijnswet opgenomen. Daarom vallen alle vrijwilligersorganisaties die als welzijnsvoorzieningen kunnen worden beschouwd die de leefbaarheid, sociale cohesie en participatie aan de samenleving bevorderen, onder het Wmo-beleid. Gemeente als regisseur De Wmo gaat uit van een regierol voor de gemeente op de beleidsterreinen wonen, welzijn en zorg. De gemeente zal door de Wmo meer de regie voeren op de gehele keten vrijwilligerswerk mantelzorg - professionele zorg. De regietaak van de gemeente is om ruimte te bieden voor haar burgers bij het nemen van verantwoordelijkheid en hen instrumenten te geven waarmee zij de bovengenoemde verantwoordelijkheden kunnen invullen. Dit betekent lokaal maatwerk in de samenwerking tussen vrijwilligersorganisaties, professionele organisaties, belangenorganisaties en burgers. Vrijwilliger wil meer kortlopende projecten Burgers willen een bijdrage leveren aan de samenleving, maar die betrokkenheid staat door de toenemende arbeidsparticipatie (meer tweeverdieners) sterk onder druk. Gelet op de vergrijzing c.q. het betaalbaar houden hiervan, neemt die druk op arbeidsparticipatie alleen maar toe. Dit leidt er toe, dat mensen nog wel een bijdrage willen leveren, maar bij voorkeur niet op structurele basis, omdat dit te veel verplichtingen geeft. Wel bestaat een bereidheid tot het doen van in de tijd afgebakende (grotendeels kortdurende) werkzaamheden. Nieuwe burger De huidige burger onderscheidt zich van de traditionele vrijwilliger die in de wijkcentra achter de bar staat. Tegenwoordig zoeken vrijwilligers meer dan voorheen uitdaging en verantwoordelijkheid, willen leerervaringen opdoen en verbinden zich meestal voor een beperkte periode aan een bepaald soort vrijwilligerswerk. Ze verlangen goede ondersteuning. Maar hun motivatie beperkt zich niet tot direct persoonlijk voordeel, ze willen ook echt iets doen voor anderen, hulp en ondersteuning bieden, een vereniging of stichting draaiende houden, bij activiteiten helpen met de organisatie enzovoorts. Toenemende ondersteuning vanuit sociaal netwerk en de samenleving Met de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt het accent gelegd op de 'eigen verantwoordelijkheid' van de burger en op het vergroten van het zelforganiserend vermogen. De burger neemt zoveel mogelijk verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn naaste omgeving. Op het moment dat de inwoner de behoefte heeft aan ondersteuning om zelfstandig te kunnen (blijven) functioneren en om te kunnen (blijven) participeren, gaat hij daarnaar op zoek in zijn sociale netwerk of in de samenleving. Met andere woorden: burgers bedenken, meer dan nu het geval is, oplossingen in de sociale omgeving en de samenleving voor problemen die zich voordoen. Actief beleid om vrijwilligers en mantelzorgers te ondersteunen stelt inwoners in staat om voor zichzelf en anderen te zorgen. De gemeente schept de voorwaarden daartoe. Maatschappelijke stages Uit onderzoek naar de effecten van maatschappelijke stages van Movisie blijkt, dat jongeren naar verhouding minder actief zijn binnen het vrijwilligerswerk dan andere leeftijdsgroepen in Nederland. De overheid subsidieert projecten waarin jongeren geïnteresseerd worden voor vrijwilligerswerk. Om jongeren in het onderwijs een vorm van buitenschools leren te bieden, die een brede kennismaking met de samenleving mogelijk maakt, is de maatschappelijke stage bedacht. Door een maatschappelijke stage wordt een positieve bijdrage geleverd aan de maatschappelijke betrokkenheid van jongeren, hun besef van normen en waarden, hun sociale ontwikkeling en het besef van een gedeelde verantwoordelijkheid voor de samenleving. De maatschappelijke stage biedt jongeren bovendien de gelegenheid om kennis te maken met vrijwilligerswerk en vrijwilligersorganisaties. De landelijke invoering van een verplichte
maatschappelijke stage bleek na enkele proefprojecten haalbaar en is per 2010 een feit. De organisaties zouden op korte termijn geholpen worden en op lange termijn op meer vrijwilligers kunnen rekenen. Leerlingen zouden veel sociale organisatorische competenties kunnen ontwikkelen tijdens de stage. Maatschappelijk betrokken ondernemen Vanuit werkgevers en bedrijven is er steeds meer aandacht voor vrijwilligerswerk. Trendsettende grote bedrijven en banken, maar ook steeds meer kleinere bedrijven zien het als een maatschappelijke verantwoordelijkheid een bijdrage te leveren aan een sterke en sociale samenleving (Maatschappelijk Ondernemen). Zij faciliteren hun medewerkers bijvoorbeeld om binnen werktijd maatschappelijke taken te verrichten. Vrijwilligers als middel In toenemende mate wordt vrijwilligerswerk gezien als middel om bepaalde doelgroepen te (re)activeren of werkervaring te bieden. Te denken valt aan de maatschappelijke stage voor scholieren, sociale activering en re-integratie trajecten. Dit brengt het vraagstuk met zich mee in hoeverre hier sprake is van vrijwillige inzet, welke rol vrijwilligersorganisaties hierin kunnen spelen en wat van hen verwacht kan worden. Ontwikkelingen in de samenleving Ontwikkelingen in de samenleving zoals vergrijzing, individualisering, toenemende complexiteit het vrijwilligerswerk en strengere regelgeving kunnen een bedreiging voor het vrijwilligerswerk vormen.
2.
van
Recente voorgeschiedenis van het bestaande vrijwilligerswerkbeleid
Het gemeentelijke beleid is gericht op het scheppen van voorwaarden voor en versterking van de uitvoering van het vrijwilligerswerk door actieve en verantwoordelijke burgers (Beleidsnota Lokaal vrijwilligersbeleid in Katwijk 2003-2007 en Wmo-beleidsplan 2008-2011). AI van oudsher geldt als algemeen uitgangspunt dat het gemeentelijke beleid is gericht op het scheppen van voorwaarden voor de uitvoering van het vrijwilligerswerk door actieve en verantwoordelijke burgers. De ondersteuning van vrijwilligersorganisaties is onderdeel van het gemeentelijke welzijnsbeleid en bestaat vooral uit het faciliteren en subsidiëren van organisaties met vrijwilligers in het bijzonder met bijdragen voor organisatie-, huisvesting- en/of activiteiten kosten . Ook organisatorische ondersteuning vindt plaats via reguliere subsidies: De gemeente subsidieert professionele ondersteuning via de ondersteuningsorganisaties Factor Welzijn, het Stichting Steunpunt Medelanders, Stichting Welzijn Ouderen KRV, Stichting Mantelzorgondersteuning en Stichting Steunpunt Vrijwillige hulp. Van deze organisaties wordt verwacht dat zij hun aanbod en werkwijze actief en vraaggericht inrichten voor de vrijwilligers in hun werkvelden. Evaluatie d.d. 2005: • Uit de Evaluatie vrijwilligerswerkbeleid van de voormalige gemeente Katwijk in april 2005 op basis van de Nota Lokaal vrijwilligersbeleid in Katwijk (2003-2007) stamden de onderstaande aandachtspunten. Onder ieder kopje wordt (niet uitputtend) vermeld wat sinds 2005 is gebeurd: o
Verbetering van de vraaggerichte werkwijze van Factor W voor lokale, sociaal-culturele vrijwilligersorganisaties, dat wil zeggen dat het aanbod en de dienstverlening beter aansluit op de behoefte of de vraag in het veld. In 2008 werd vanuit burgerinitiatief het Platform Voorzitters vrijwilligersorganisaties Katwijk opgericht. Dit biedt mogelijkheden om het algemene beleid en het te ontwikkelen aanbod zoals cursussen, breder onder de aandacht te brengen. Factor W werkt met een zogenaamde gebruikersraad. In de praktijk is transparantie in het uitvoerende werk voorwaarde voor daadwerkelijke toegankelijkheid. In 2005 is begonnen de financiële administratie van Factor W opnieuw in te richten en is hierdoor als het ware een productbegroting tot stand gekomen. Deze transparantie werkt door in de vraaggerichte werkwijze van Factor W. In periodieke overleggen met platforms (bijvoorbeeld Platform wijkverenigingen) kunnen afspraken gemaakt worden over de wijze waarop Factor W haar diensten voor die vrijwilligers inzet.
Deze werkwijze werd ook ingevoerd voor het tiener- en jongerenwerk. Van het totaal geraamde aantal Katwijkse vrijwilligers is het percentage in het jongeren- en tienerwerk 2,4%. In de beleidsnotitie "Koers voor het accommodatiegebonden tiener- en jongerenwerk" werd nader ingegaan op de ondersteuning van dit vrijwilligerswerk en een meer interactief beleidsproces voor het accommodatiegebonden tiener- en jongerenwerk in de paragrafen 4.4. tienerwerk en jongerenwerk en participatie (vrijwilligerswerk) en 4.7 Professionalisering.
o
Verenigingsondersteuning die binnen de sport door de 'breedtesport impuls" is geboden: Over een lange periode blijven de problemen in de sportsector (tekort aan "handen aan de velden", expertise, nieuwe regels) eigenlijk steeds aanwezig. Ongeacht de maatregelen die worden genomen, wijzigt dit niet door telkens andere of zich wijzigende autonome invloeden. (meer informatie onder het kopje - Sport).
o
Inhaalslag binnen het accommodatiebeleid: Anno 2007 zijn een aantal projecten in gang gezet (bijvoorbeeld nieuwbouwprojecten HoornesRijnsoever en Coligny). De algemene uitgangspunten van het gemeentelijke accommodatiebeleid zijn onlangs in de raad vastgesteld.
o
Problemen in hé accommodatiebeheer: Het beheer van accommodaties is verschillend. Per locatie en nieuwbouwproject zal met het multifunctionele gebruik dat de gemeente voorstaat, het beheer goed geregeld dienen te worden.
o
Problemen met strengere regelgeving: Door het nieuwe rookbeleid nam de omzet af en dreigde bij een enkele instelling een structureel exploitatietekort: Door het strikt doorgevoerde rijksbeleid lijken de gebruikers en bezoekers er anno 2009 inmiddels aan gewend te zijn. Er zijn geen recente signalen dat het overheidsbeleid tegen roken nog grote problemen geeft.
o
Problemen met het voeren van de (financiële) administratie: onderzoek naar de kosten van uitbesteding van een deel van de administratie: Een aantal instellingen heeft ondersteuning bij het voeren van de financiële administraties. Een tweetal zelforganisaties van minderheden wordt door Factor Welzijn ondersteund in hun financieel beheer, een koepel van een jongerencentrum heeft ondersteuning bij een administratiekantoor gevonden. Uitgangspunt is en blijft de verantwoordelijkheid van de vrijwilligersorganisaties zelf. Een algemeen onderzoek naar uitbesteding van de financiële administratie heeft niet de prioriteit gekregen. Naar verwachting zullen de kosten daarvan nooit opwegen tegen de kosten om het zelf bij te houden; het ontslaat immers organisaties niet van de verantwoordelijkheid om inkomsten en uitgaven nauwgezet bij te houden en te verantwoorden.
o
Aanloopproblemen van nieuwe initiatieven: Hiervoor kan ondersteuning worden geboden door Factor W en andere ondersteuningsorganisaties. Indien een burger of een organisatie advies nodig heeft voor het opstarten van een initiatief, kunnen zij in principe terecht bij de vakambtenaar van de gemeente, bij Factor W en bij andere ondersteuningsorganisaties, waar hen vervolgens de weg gewezen kan worden of zonodig ondersteuning daarbij gegeven wordt. Er is bestaand aanbod van workshops voor bijvoorbeeld fondsenwerving enz.
o
Richtlijnen voor de jaarverslagen van vrijwilligersorganisaties: Tijdens het traject van het welzijnsprogramma worden deze door de vakbeleidsmedewerkers beoordeeld; over de planning en werkwijze zijn algemene afspraken gemaakt. Actualisering: Voor de actualisering van het vrijwilligerswerkbeleid van de nieuwe gemeente Katwijk werd in 2007 een adviestraject Advisering Vrijwillige inzet (AVI, aangeboden door het VWS) ingezet. Aandachtspunten hieruit zijn: o het versterken van de vraaggerichte ondersteuning van vrijwilligersorganisaties door Factor W, in het bijzonder door het bekendmaken van het ondersteuningsaanbod, uitbreiding van de werkvelden en uitbreiding van het werkgebied naar de nieuwe dorpskernen; o versterking van deze steunpuntfunctie samen met andere lokale steunorganisaties; o de lokale samenwerking van Factor W en de lokale ondersteuningsorganisaties; o het stimuleren van Maatschappelijk verantwoord ondernemen.
De aandachtspunten uit 2005 en de nieuwe ontwikkelingen sindsdien vormden de basis van de actualisatie. Dit heeft geresulteerd in de formulering van de visie, missie, prioriteiten en actiepunten in het Wmo-beleidsplan. De concrete uitvoering zal gefaseerd zijn, afhankelijk van de prioriteitsstelling voor de periode 2008-2011.
3.
Samenhang met andere beleidsterreinen
- Onderwijs Het kabinet wil dat alle leerlingen die vanaf schooljaar 2007-2008 instromen in het voortgezet onderwijs op een bepaald moment in hun opleiding een maatschappelijke stage volgen. Bij de ontwikkeling van maatschappelijke stages zal ook bekeken kunnen worden hoe de stageplekken zich verhouden tot de stageplaatsen in het reguliere lesprogramma in het vbo/mbo. En er kan worden geleerd van bestaande ervaringen in het land zoals initiatieven waarbij scholieren wijken adopteren, sportactiviteiten organiseren en gedurende hun maatschappelijke stage een steentje bijdragen aan de ontwikkeling van hun wijk en behoud van een goede leefomgeving. Ook de vorm van stagebegeleiding binnen de diverse maatschappelijke organisaties (stagebieders) is een punt van groot belang. Bij maatschappelijke stage wordt het vrijwilligerswerk als middel ingezet. Van belang is hierbij dat vrijwilligersorganisaties ondersteund worden in de uitvoering. - Wijkwerk en sociale wijkaanpak De centrale doelstelling van sociale wijkaanpak is het bevorderen van sociale cohesie en een meer integrale aanpak van welzijns-, veiligheids-, zorg-, onderwijs-, en sportbeleid. Het begrip 'sociale cohesie' verwijst naar de mate waarin mensen en groepen zich met elkaar en hun omgeving verbonden voelen en deze vormgeven. Deze betrokkenheid kan bij uitstek worden bereikt door het wijkgericht werken. Verbeteren van de infrastructuur is in nieuwbouw- en nog meer in herstructureringswijken geen nieuw fenomeen. Nieuw is wel het fenomeen dat de participatie en inbreng van de burgers nu ook door de gemeente krachtig gestimuleerd wordt. Niet alleen de fysieke inrichting van een buurt, het schoon en veilig houden van wijken en voorzieningen behoort nu tot haar takenpakket, ook in het bevorderen van sociale cohesie heeft de gemeente nu een actieve rol en de verantwoordelijkheid om de regie te nemen. Voor de leefbaarheid en sociale samenhang van de wijk is het van belang dat zorg- en welzijnsorganisaties en vrijwilligersorganisaties elkaar aanvullen en versterken. Ook de burger die niet direct hulp nodig heeft, verdient de aandacht. Jong of oud, gezond of ziek, autochtoon of allochtoon, iedereen mag 'aangesproken' worden. Door de burger zoveel mogelijk bij de uitvoering van de door hen aangegeven activiteiten te betrekken, ontstaat draagvlak en komen wijkbewoners met elkaar in contact. Dit vormt de basis van nieuwe initiatieven voor en door de burger. Uiteraard vergt deze aanpak de inzet van vrijwilligers maar eveneens de regie en de ondersteuning van de gemeente danwel betrokken (steun)organisaties. Voor meer informatie over de acties en beleidvoornemens op dit gebied wordt verwezen naar de Voortgangsrapportage Wmo beleidsplan 2008-2011 (domein 1): Zo zijn er 2 nieuwe wijkraden geformeerd, is en wordt door bewoners in hun eigen leefomgeving een zogenaamde burgerschouw uitgevoerd, en hebben verschillende bewonersgroepen en -organisaties via wijkwerk ondersteuning gevraagd en gekregen in het opzetten van acties en maatregelen ter verbetering van de leefbaarheid, o.a. bij opruimacties, het maken van een buurtkrantje en organiseren van buurtactiviteiten . - Reïntegratie I Sociale activering In toenemende mate wordt vrijwilligerswerk (re)activeren of werkervaring te bieden. Te scholieren, sociale activering en reïntegratie hoeverre hier sprake is van vrijwillige inzet, en wat van hen verwacht kan worden.
gezien als middel om bepaalde doelgroepen te denken valt aan de maatschappelijke stage voor trajecten, Dit brengt het vraagstuk met zich mee in welke rol vrijwilligersorganisaties hierin kunnen spelen
- Kunst en cultuur Op dit gebied zal ook nieuw beleid uitgevoerd worden ter verbreding van het aanbod en bevordering van passieve en actieve culturele participatie. De toekomstige cultuurmanager heeft als cultuuraanjager en -netwerker de opdracht om kunst en cultuur meer te verbreiden in Katwijk, niet alleen in en via de jongerencentra maar met name ook de andere gebouwen in de kernen, waaronder mogelijk ook accommodaties waarin de wijkverenigingen zijn gehuisvest. Het uitwerkingsplan is onlangs in de raadscommissie welzijn van 3 februari 2009 behandeld. Een regiegroep zal een concreet werkplan opstellen. Ook hier is sprake van de noodzaak tot een sterkere regie in het faciliteren en netwerken en een groeimodel. Van het geraamde totaal aantal vrijwilligers is het percentage voor Zuid-Holland West bij zang- en muziekverenigingen en musea 5,3%.
- Sport Van het geraamde totaal aantal Katwijkse vrijwilligers is het percentage bij sportverenigingen 11.5%. Op het onlangs geopende digitale sportloket op de website van de gemeente Katwijk is veel informatie te vinden over het sportbeleid en de ondersteuning van burgers en verenigingen: o Het sportbeleid richt zich op iedere bewoner van de gemeente Katwijk en op de sporters en de spartaanbieders in het bijzonder. Het sportbeleid is onderverdeeld in accommodatiebeleid, subsidiebeleid en breedtesportbeleid. o Het gemeentelijke accommodatiebeleid is een instrument om het inhoudelijke beleid te realiseren. Goede accommodaties vormen bovendien een belangrijke randvoorwaarde voor het stimuleren van vrijwilligerswerk. o Het breedtesportbeleid was in het verleden voornamelijk erop gericht om zoveel mogelijk mensen te stimuleren om te gaan sporten. Op dit moment is het meer gericht op het vergroten van het sportaanbod en de sportdeelname voor/van senioren en mindervaliden en op verenigingsondersteuning. Daarnaast is het gericht op het stimuleren van een gezonde en actieve leefstijl. Ondersteuning op maat: Katwijk telt ongeveer 65 sportverenigingen. Sportverenigingen vormen een belangrijke basis voor de sport in Katwijk. Voor alle Katwijkse sportverenigingen kan de gemeente Katwijk ondersteuning op maat bieden, service verlenen en direct afneembare producten verstrekken. De gemeente Katwijk biedt verenigingen onder andere ondersteuning en informatie op het gebied van: vrijwilligers, senioren, aangepast sporten, Jeugd, Wet- & regelgeving Voor bijna alle verenigingen geldt dat vrijwilligers onmisbaar zijn. Het aantal mensen dat georganiseerd sport en vrijwilligerswerk wil doen is nog nooit zo hoog geweest. Toch blijkt uit onderzoek dat het tekort aan vrijwilligers een van de belangrijkste knelpunten van sportverenigingen is. De vrijwilliger die zijn hele leven voor de vereniging actief blijft, wordt zeldzaam. Het organiseren van genoeg menskracht vergt meer inspanning. De gemeente Katwijk kan de verenigingen handvatten bieden om vrijwilligers te werven, te begeleiden, bij te scholen. Uiteraard heeft men vrijwilligers nodig om structurele verbeteringen door te voeren, maar dat geeft meer voldoening dan steeds harder lopen door het gebrek aan vrijwilligers. In samenwerking met verschillende sportorganisaties biedt de gemeente Katwijk o.a. de onderstaande projecten aan: Cursus Vrijwilligerscoördinatie in de sportvereniging Themabijeenkomst Vrijwilligers in de sport V-scan vrijwilligersbeleid Ondersteuning Vrijwilligersbeleid Ouders Graag Gezien Vrijwilliggers Graag Gezien(online applicatie).
4_
Waar wordt vrijwilligerswerk
verricht?
Vrijwilligers zijn actief binnen verschillende daarbij de volgende sectoren:
'sectoren'
van onze samenleving.
Te onderscheiden
zijn
Hulpverlening Dit vrijwilligerswerk richt zich voor een belangrijk deel op de hulp aan zieken, ouderen en gehandicapten. Dit kan directe hulp zijn (bijvoorbeeld via hulp- en welzijnsdiensten en zorginstellingen), maar ook de organisatie van activiteiten voor deze doelgroepen (bijvoorbeeld sport en culturele activiteiten). Naast deze hulpverlening aan specifieke doelgroepen zijn er ook vormen van meer algemene hulpverlening te onderscheiden. Voorbeelden hiervan zijn telefonische hulpdiensten, klussendiensten, de EHBO enzovoorts. Sociaal en cultureel werk Deze vorm van vrijwilligerswerk Voorbeelden hiervan zijn: jeugd- en jongerenwerk club-, wijk- en buurtwerk vormingswerk
richt zich over het algemeen op de directe woon- en leefomgeving.
'Maatschappelijk'werk Onder deze groep vallen allerlei soorten organisaties en instanties waarbij vrijwilligerswerk gezien kan worden als een bijdrage leveren aan de samenleving. Dit vrijwilligerswerk beperkt zich soms niet (alleen) tot het lokale niveau. Sommige organisaties binnen deze sector hebben landelijke
koepels met provinciale of regionale afdelingen. Vrijwilligers zijn dan vaak ook boven lokaal actief. Organisaties actief op de volgende terreinen kunnen tot deze sector gerekend worden: onderw ijsi nstell inge n kerkelijke organisaties politieke organisaties actie- en milieuorganisaties beroeps-, vak-, en standsorganisaties bela ng enorga nisaties vrouwenorganisaties ouderenorganisaties wijkraden. Recreatieve organisaties Dit zijn de organisaties die zich op de vrijetijdsbesteding van mensen richten. Te onderscheiden zijn: culturele organisaties - hobbyorganisaties - sportorganisaties. De meeste sporten kennen landelijke bonden met daaronder districten of regio's. Vrijwilligerswerk kan hierbinnen dus ook op bovenlokaal niveau verricht worden. De sportwereld is een van de grotere sectoren wat betreft aantal vrijwilligers en draait hier ook bijna volledig op.
5.
Definities
Vrijwillige inzet: Vrijwillige inzet slaat op alle verschillende manieren waarop burgers zich individueel georganiseerd verband, onbetaald en op eigen initiatief inzetten voor anderen.
of in
Vrijwilligerswerk: Onbetaald en onverplichte inzet van burgers, die in enig georganiseerd verband met een zekere regelmaat plaatsvindt ten behoeve van anderen en/of de samenleving waarbij een maatschappelijk belang wordt gediend. Mantelzorg: Zorg die niet in het kader van een hulpverlenend waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit hulpbehoevende ouder, zieke of gehandicapte.
beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende, uit de sociale relatie tussen de hulpverlener en de
Mantelzorger: Een mantelzorger is iemand die meer dan 8 uur per week zorg\hulp maanden achtereen. Zorgvrager: Burger die zorg ontvangt van een mantelzorger of een vrijwilliger meer waarbij deze zorg langer duurt dan 3 maanden. Vrijwilligerswerkbeleid : Overheidsbeleid, gericht op facilitering, vrijwilligersorganisaties.
versterking
Vrijwilligersbeleid : Beleid van besturen van vrijwilligersorganisaties optimaliseren.
verleent en dit langer dan drie
gedurende 8 uur per week of
en ondersteuning
van lokale
om de inzet van hun medewerkers
te
Bijlage 11Overzicht uitvoeringsjaren
en financiële middelen vrijwilligerswerkbeleid
incidenteel
Actiepu nt nr.
2011 e.v.
2010
2009 Omschrijving
2009-2011
incidenteel
stru ctu reel
structureel
structureel
Lasten
Vrijwilligersbijeenkomst
-
Vrijwilligersverzekering
-
Inkoop externe cursus/training
2,3,4,5,6
PR budget presentatie en voorlichting
2,3,4,5,6
Beursvloer, infomarkt en/of NL-doet
7
€
€
€
totaal
5.500
7.500
2 en 3 2 en 3
Lasten -/- dekking -/- verv.posten *) Begrotingswijziging: Formatie vrijwilligerswerk naar post 663002008\ 4424801
2,3,4,5,6
€
19.500
€
20.000
€
20.000
€
15.400
€
15.400
€
15.400
€
3.000
€
3.000
€
3.000
€
€
6.000
€
9.000
€
9.000
€
6.000
€
87.400
€
87.400
93.400
€
87.400
€
77.900
€
85.400
€
€
€
€
110.000 13.12514.600
€
€
110.000 € 22.500- € 14.600 €
110.000 22.50014.600
111.475
€
102.100
€
102.100
€
300
€
300
€
300
€
32.575voordeel
€
€
13.125
€
€
2,3,4,5,6
Totaal dekking per jaar vervallen posten Aanschaf software Onderhoud- en providerkosten
40.000
2.000
Totaal lasten per jaar Dekking Budget vrijwilligerswerk BGW Formatie vrijwilligerswerk *) Verhoging algemene uitkering
40.000
40.000
Opslagruimte
€
6.200
15.0009.000- € voordeel voordeel 22.500
€
22.500
Bijdrage ChristenUnie vrijwilligersbeleid. Aanvullende
punten vanuit de ChristenUnie voor het vrijwilligersbeleid.
De nota vrijwilligersbeleid uitvoeringspunten
geeft inzicht in hoe het was en wat er mag gaan gebeuren.
zijn genoemd zoals de beursvloer, maatschappelijke
vrijwilligersmakelaars
en de realisatie van de vacature- en stagebank.
het beschikbaar gesteld budget.
•
stages, stage- en Duidelijk is ook de planning en
In de commissie Welzijn van mei heeft de ChristenUnie een aantal
punten benoemd en gevraagd of de wethouder De ChristenUnie
Belangrijke
die bij dit beleid wil betrekken.
heeft de volgende aanvullingen:
Het is belangrijk om mensen aan te moedigen die nog niet actief zijn. De overheid moet de burger weer aanspreken om bij te dragen aan de samenleving. motto.
Burgers voor elkaar is het
In de nota wordt gemist hoe het college dit gaat oppakken. Zie ook onze bijdrage in
de commissie Welzijn van mei. •
Meer aandacht voor het vrijwilligerscontract
binnen de organisaties.
In de nota lezen we
hierover niets terug! •
Meer aandacht aan de landelijke onkostenvergoeding.
•
Wijken en buurten spelen een belangrijke Wet Maatschappelijke duidelijke
•
Ondersteuning.
rol in het vrijwilligerswerk,
De wijkregisseur
ook gezien vanuit de
moet een regierol vervullen en een
doelstelling voor wijken en buurten moet worden vastgesteld.
Participeren
is een belangrijk punt binnen de WMO. Hierover wordt de raad nog
geïnformeerd. voormensen
Belangrijk is het dat wordt nagedacht over het creëren van vrijwillige zonder werk, met geringe kansen op de reguliere arbeidsmarkt.
meer aandacht voor het vrijwilligerswerk verzorgingshuizen •
Ook hierover staat niets in de nota!
bijvoorbeeld
banen
Hierdoor komt
op scholen, in verpleeg- en
en wijkvoorzieningen.
Het zorgloket is de nieuwe partij voor vrijwilligerswerk
vanuit de WMO. Dit loket biedt
kansen die gebruikt moeten worden. Belangrijk dat het college hieraan vorm geeft. •
De functie van de professionele
beheerder komt in deze nota niet duidelijk uit. Belangrijk is
dat het college regels vastlegt als het gaat om de beheerder waar en wanneer. Duidelijkheid is wat de ChristenUnie mist en op deze manier weten de vrijwilligersorganisaties
ook niet
waar ze aan toe zijn. •
Het monitoren
moet handen en voeten krijgen. Staat niet duidelijk vermeld in de nota.
Aangegeven moet worden hoe het college gaat monitoren. •
De beursvloer is een belangrijk onderdeel van de nota. Belangrijk is het dat de beursvloer niet alleen een dag is waar gemeente, organisaties en bedrijven elkaar ontmoeten, daadwerkelijk voortvloeit toekomst.
een vervolg wordt gegeven aan de betrokkenheid
richting vrijwilligerswerk.
onderling en wat er
De beursvloer moet vrijwilligers
Duidelijke invulling ontbreekt.
maar dat
opleveren in de
Staattwu.lfig
Gereformeerde
I"amï
Vrijwilligersbeleid 2009-2011 De SGP-fraclie heeft in de vergadering van de commissie Welzijn van 12 mei 2009 nadrukkelijk aangegeven dal zij blij is met hel voor ons liggende bcleidssruk. Echter met de WMO-adviesraad en ook andere fracties zijn wij van mening dat er in de nota: vooral wanneer het gaat om concrete stimuleringsmaatregelen voor de organisaties zelf: nog weinig mogelijkheden en stappen zijn opgenomen. Hel gaal onze fractie dan met name om de uilwerking van de malie, die bij de begrotingsbehandeling 2008 door de raad is aangenomen en waarin aan het college de volgende zaken zijn gevraagd: ,. :,.
met concrete maatregelen te komen waardoor vrijwilligersorganisaties vrijwilligers- en motiveringsbeleid te ontwikkelen; hiervoor een startnotitie op te stellen.
worden gestimuleerd
Wanneer we de nota lezen, wordt duidelijk ingegaan op de motie maar ontbreken duidelijke duidelijke weg waarlangs wij als gemeente de bovenstaande doelen kunnen realiseren.
om een eigen
initiatieven
alsmede een
Samenvattend komt het er op neer dat de gemeente haar stimuleringsbeleid vrijwel alleen baseert op centraal georganiseerde vrijwilligersbijeenkomsten en waarderings-I stimuleringsactiviteiten. Ook ondersteuning van de vrijwilligersorganisaties kan min of meer slechts via één kanaal (factor W) worden ingekocht. Daar lag nu juist de spits van de destijds opgestelde en aangenomen motie. In de praklijk blijken veel organisaties en grote groepen vrijwilligers geen behoefte Ie hebben aan centraal georganiseerde bijeenkomsten of waarderingsacrivueiten. Men voelt zich betrokken bij de eigen organisatie en wil ervaringen delen met de collega vrijwilligers binnen de eigen organisatie. Besturen van de organisaties worstelen steeds met de vraag hoe zij hun eigen vrijwilligers kunnen aantrekken: boeien en binden. Dat betekent dat er steeds meer van deze besturen wordt gevraagd en dat zij zich steeds meer moeten inspannen om hun organisatie de promoten: vrijwilligerswerk te stimuleren: professionele ondersteuning te geven ete. De SGP-fractie zou graag zien dat er dus meer aandacht en mogelijkheden richtte zich onze kritiek op.
komen voor de organisaties
zelf. Daar
Daarbij is het ook goed om te vermelden dat het voorgaande naar onze mening is veroorzaakt doordat de organisaties zelf nog op geen enkele wijze zijn benaderd of geraadpleegd. Er is feitelijk alleen contact geweest met de ondersteuningsorganisaties. Op zichzelf logisch dat dan de inbreng van de organisaties zelf niet goed uit de verf komt en dat er een sterke drang is om alles maar centraal te regelen en te organiseren. Nu kunnen wij natuurlijk zelf van alles en nog wat verzinnen en daar hopen wij ook nog wet een aantal voorbeelden voor aan te geven: maar het is natuurlijk veel beter om aan de organisaties zelf te vragen wat zij nodig hebben en wat zij willen. In de nota wordt daar nog wel aandacht aan geschonken: maar krijgen we de indruk dat alles op de lange baan wordt geschoven. Daarom nogmaals met klem een oproep om alsnog zo snel mogelijk met de organisaties zelf in contact te gaan en hen te vragen naar behoeften en ideeën. Het voorgaande is onze belangrijkste suggestie: echter wij willen ook niet nalaten een aantal concrete mogelijkheden en maatregelen te benoemen: maak het mogelijk dat de vrijwilligersorganisaties ondersteuning en kennis inhuren bij centrale (landelijke) organisaties, waaraan zij zich verbonden voelen. maak het mogelijk dat de vrijwilligersorganisaties zelf in de gelegenheid worden gesteld om bijvoorbeeld hun vrijwilliger van het jaar te kiezen; maak het mogelijk dat de vrijwilligersorganisaties om. de vrijwilligers te boeien en te binden eigen teambuildingsdagen of cursussen kunnen organiseren; maak het mogelijk dat de vrijwilligersorganisaties in staat worden gesteld 0111 aandacht te schenken aan de jubilea van hun eigen vrijwilligers; het blijkt steeds belangrijker te worden om bijeenkomsten (etentje: dagje uit etc.) te organiseren voor de vrijwilliger met hun partner binnen de eigen organisatie. Dat boeit en bindt en geeft de gelegenheid om ook
de partner warm te maken voor het stukje vrijwilligerswerk. Stel hier financiële middelen en mogelijkheden voor ter beschikking; stimuleer de vrijwilligersorganisaties beleid te formuleren voor het aantrekken; boeien en binden van de vrijwilligers (biedt daarin daadwerkelijke ondersteuning); De voorgaande concrete stappen zijn zomaar een aantal suggesties die bij ons opkomen; maar nogmaals wij zijn er van overtuigd dat de vrijwilligersorganisaties zelfu nog veel meer handreikingen kunnen doen. Met vriendelijke groeten; namens de SGP-fractie, Dirk Remmeizwaai
Vragenlijst Digimon 2009 1.
In welke sector hoort uw organisatie (slechts één antwoord
thuis?
mogelijk)
Kruis aan waar de activiteiten en diensten van uw organisatie vooral op zijn gericht. Het gaat hierbij niet om de doelgroep: dat komt bij de volgende vraag aan de orde.
o o o
o o o
o o o o o
o o o
SPORT EN RECREATIE (tennisvereniging, verenigingen voor denksporten, wandelvereniging, kindervakantiekampen, Scouting e.d.) ZORG EN HULPVERLENING (verzorgingstehuis, hospice, Humanitas, Zonnebloem, buddyprojecten, Tafeltje Dekje, vrijwillige thuiszorg, Slachtofferhulp, terminale zorg e.d) INFORMATIE EN ADVIES (rechtswinkels, jongereninformatiepunt, steunpunt vrijwilligerswerk, bibliotheek, meldpunt, VAC, anti-discriminatiebureau, buurtbemiddeling e.d.) RELIGIE EN LEVENSBESCHOUWING (kerken, moskee, Humanistisch Verbond, Vrijmetselaars, uitvaartbegeleiding e.d.) KUNST EN CULTUUR (muziek- en toneelverenigingen, filmhuizen, historisch genootschap, stedenband e.d.) MEDIA (lokale omroep, Straatnieuws, buurtkranten e.d.) POLITIEKE EN IDEËLE DOELEN (Amnesty International, Unicef, politieke partijen, Wereldwinkel, Greenpeace e.d.) SOCIAAL CULTUREEL WERK (werk in een buurthuis of gemeenschapshuis, kinderopvang, hobbyclubs, speel-o-theek, Stichting Welzijn Ouderen e.d.) WIJK-, BUURT- EN BEWONERSZAKEN (buurtcomité's, bewonersvereniging, Vereniging van Eigenaren, wijkbeheer e.d.) ONDERWIJS EN EDUCATIE (scholen, huiswerkbeleiding, Volksuniversiteit, vormingscentra, taallessen e.d.) BELANGENBEHARTIGING EN EMANCIPATIE (patiëntenorganisaties, ouderenbond, jongerenraad, organisatie voor plattelandsvrouwen, ondernemersverenigingen, supportersvereniging e.d.) NATUUR EN MILIEU (dierenasiel, dierenambulance, IVN, vogelvereniging, kringloopwinkels e.d.) VERKEER EN VEILIGHEID (EHBO, brandweer, politie, 3VO, reddingsbrigade, rampenbestrijding e.d.) onze organisatie past niet in een bovenstaande categorie
Digitale Monitor: VragenUjst Digimon 2009/30
© MQVIsrE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 1 van 16
2.
Richt uw organisatie zich op een specifieke doelgroep? (Geef maximaal 2 antwoorden) Met doelgroep bedoelen we de leden, deelnemers of cliënten voor wie de activiteiten en diensten van uw organisatie zijn bestemd. Indien uw organisatie zich op meer dan 2 doelgroepen richt, dan kiest u de 2 belangrijkste.
o o o o o o
o o o o
o
3.
Heeft uw organisatie te maken met een toe- of afname van het aantal leden, deelnemers of cliënten? (slechts één antwoord mogelijk)
o o o 4.
nee, wij richten ons op allerlei doelgroepen ja, op kinderen/jongeren ja, op vrouwen ja, op ouderen ja, op allochtonen ja, op asielzoekers/vluchtelingen ja, op mensen met een uitkering ja, op mensen met een lichamelijke beperking ja, op mensen met een verstandelijke beperking ja, op mensen met een psychische beperking ja, op een andere doelgroep
dit aantal is de laatste 3 à 4 jaren toegenomen dit aantal is de laatste 3 à 4 jaren gelijk gebleven dit aantal is de laatste 3 à 4 jaren afgenomen
Is uw organisatie tevreden over het huidige aantal leden, deelnemers of cliënten? (slechts één antwoord mogelijk)
o o
o o
ja nee, wij wensen een kleine toename van het aantal leden, deelnemers of cliënten nee, wij wensen een grote toename van het aantal leden, deelnemers of cliënten weet niet
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009/30
© MOVIS1E instituut vrijwillige inzet, uïrectu
maart 2009
blz 2 van 16
5.
Zou uw organisatie ook andere doelgroepen willen bereiken? (Geef maximaal 2 antwoorden) Het gaat hier om een eventuele verbreding van het leden-, deelnemers· of cliëntenbestand. Indien uw organisatie meer dan 2 andere doelgroepen wenst te bereiken, dan kiest u de 2 belangrijkste.
o
o
o
o
o o
o o o o o o o o o 6.
nee, wij zijn tevreden over onze doelgroep ja, de doelgroep jonger dan 20 jaar ja, de doelgroep van 20 tot 30 jaar ja, de doelgroep van 30 tot 50 jaar ja, de doelgroep ouder dan 50 jaar ja, mannen ja, vrouwen ja, allochtonen ja, hoger opgeleiden ja, lager opgeleiden ja, mensen met een lichamelijke beperking ja, mensen met een verstandelijke beperking ja, mensen met een psychische beperking ja, mensen met een uitkering ja, andere doelgroepen
Op welk geografisch gebied richt uw organisatie zich vooral? (slechts één antwoord mogelijk) De vraag is waar de leden, deelnemers of cliënten van uw organisatie hoofdzakelijk wonen.
o
o o o
o 7.
de eigen buurt, wijk of dorp(-skern) de gemeente de regio rond de gemeente de provincie heel Nederland
Hoeveel beroepskrachten heeft uw organisatie? (slechts één antwoord mogelijk) Met beroepskrachten bedoelen we medewerkers (incl. freelancers) in uw organisatie die een betaling ontvangen die gelijk staat aan salaris. Hier worden dus niet de mensen bedoeld die een vrijwilligers- of onkostenvergoeding ontvangen. Vult u het aantal betaalde krachten in, ongeacht het aantal uren dat zij per week werkzaam zijn.
o o o
o o
geen beroepskrachten 1 beroepskracht 2 tot 5 beroepskrachten 5 tot 10 beroepskrachten 10 of meer beroepskrachten
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009 I 30 maart 2009 © MOVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
blz3van16
8.
Wat zijn de belangrijkste inkomstenbronnen voor uw organisatie? (Geef maximaal
3 antwoorden)
Indien uw organisatie
o o o o o o o
o o
o
9.
meer dan 3 inkomstenbronnen
heeft. dan kiest u de 3 belangrijkste.
jaarlijkse subsidie van de gemeente project- of incidentele subsidie van de gemeente subsidie van de provinciale of landelijke overheid contributies van leden deelnemersbijdragen of betaling door cliënten bijdragen van fondsen sponsoring door bedrijven inkomsten uit de verkoop van eten en drinken inkomsten uit de verkoop van andere artikelen andere inkomsten
Werkt uw organisatie samen met andere organisaties in de gemeente ol regio? (slechts één antwoord mogelijk) Het gaat hier om samenwerking vanwege het organiseren van activiteiten voor eenzelfde doelgroep of het realiseren van een gemeenschappelijk doel, en niet om overleg over bijvoorbeeld het gezamenlijke gebruik van een accommodatie.
o
o o 10.
nee ja, afentoe ja, vaak
Hoeveel vrijwilligers heeft uw organisatie? (slechts één antwoord mogelijk) Met vrijwilligers bedoelen we mensen die onbetaald werkzaamheden verrichten voor uw organisatie, inclusief de bestuursleden. Het gaat hierbij om de mensen die een actieve bijdrage leveren aan het beleid en de activiteiten van uw organisatie en daarvoor geen salaris ontvangen. Vul bij deze vraag het totale aantal vrijwilligers in, ongeacht het aantal uren dat zij per week/maand/jaar werkzaam zijn.
o
o o
o
o
o
o
1 tot 10 vrijwilligers 10 tot 25 vrijwilligers 25 tot 50 vrijwilligers 50 tot 100 vrijwilligers 100 tot 250 vrijwilligers 250 tot 500 vrijwilligers meer dan 500 vrijwilligers
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009/30
© MOVJS1E instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 4 van 16
11.
Hoeveel vrijwilligers zijn structureel werkzaam voor uw organisatie? (slechts één antwoord mogelijk) Bij de vorige vraag heefl u aangegeven hoeveel vrijwilligers uw organisatie in het totaal heeft. Nu is de vraag hoeveel personen onder hen gedurende ongeveer het gehele jaar actief zijn voor de . organisatie, ongeacht het aantal uren dat zij per week/maand werkzaam zijn.
o o
o o
o
o o 12.
1 tot 10 vrijwilligers 10 tot 25 vrijwilligers 25 tot 50 vrijwilligers 50 tot 100 vrijwilligers 100 tot 250 vrijwilligers 250 tot 500 vrijwilligers meer dan 500 vrijwilligers
Hoe oud zijn de vrijwilligers van uw organisatie? (Geef maximaal 2 antwoorden) Indien de vrijwilligers van uw organisatie in meer dan 2 leeftijdscategorieën vallen, dan kiest de 2 belangrijkste of de laatste antwoordmogelijkheid.
o
o o o o 13.
jonger dan 20 jaar 20 tot 30 jaar 30 tot 50 jaar ouder dan 50 jaar redelijk verspreid over alle leeftijdscategorieën
Wat is er binnen uw organisatie geregeld voor vrijwilligers? (Geef maximaal 8 antwoorden)
o o
o o o o o o
Deen
o
niets begeleiding van vrijwilligers bij het werk scholing van vrijwilligers vrijwilligerscontracten verzekeringen (WA, ongevallen e.d.) onkostenvergoedingen waardering (presentjes, uitjes e.d.) een vrijwilligersbeleid/plan vrijwilligerscoördinator of bestuurder met aandachtsgebied vrijwilligers(-beleid) overige zaken
Digitale Monilor: VragenBjsl Digimon 2009/30
© MOV1SIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 5 van 16
14.
Voor welke functies of werkzaamheden heeft uw organisatie tekort aan vrijwilligers? (Geef maximaal 4 antwoorden) Indien uw organisatie tekort aan vrijwilligers heeft voor meer dan 4 soorten functies of werkzaamheden, dan kiest u de 4 belangrijkste.
o
o o o
o
o o o o o
15.
wij hebben geen tekort aan vrijwilligers voor het bestuurswerk voor het uitvoeren of begeleiden van activiteiten voor de administratie voor klussen/techniek voor bar/kantine/keuken voor voorlichting en promotie voor werkzaamheden waarvoor specifieke vaardigheden of kennis nodig is voor werkzaamheden op specifieke tijden (bijv. tijdens kantoortijden, in het weekend of tijdens het zomersseizoen) voor andere taken
Wenst uw organisatie meer vrijwilligers uit een bepaalde categorie? (Geef maximaal 2 antwoorden) Het gaat hier dus niet om de vraag of u voldoende vrijwilligers heeft (dat kwam bij de vorige vraag aan bod), maar of u tevreden bent over de samenstelling van uw vrijwilligersgroep als u kijkt naar leeftijd, geslacht, werk· en denkniveau e.d. Indien uw organisatie een groter aantal vrijwilligers uit meer dan 2 categorieën wenst, dan kiest u de 2 belangrijkste.
o
o o o o o
o
o o o o o o
o o
nee, wij zijn tevreden over de samenstelling van ons vrijwilligersbestand ja, vrijwilligers tot 20 jaar ja, vrijwilligers in de leeftijd van 20 tot 30 jaar ja, vrijwilligers in de leeftijd van 30 tot 50 jaar . ja, vrijwilligers ouder dan 50 jaar ja, mannen ja, vrouwen ja, allochtonen ja, vrijwilligers met een hoger werk- en denkniveau ja, vrijwilligers met een lager werk- en denkniveau ja, mensen met een lichamelijke beperking ja, mensen met een verstandelijke beperking ja, mensen met een psychische beperking ja, mensen met een uitkering ja, andere groepen vrijwilligers
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009 I 30 maart 2009 @MOVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
bla 6
van
16
16.
Krijgt uw organisatie ondersteuning? (Geef maximaal 3 antwoorden) Organisaties kunnen begeleiding of advies krijgen van een landelijke bond of koepel, een regiokantoor of een plaatselijke ondersteuningsorganisatie. Deze vraag gaat niet over financiële ondersteuning. Indien uw organisatie ondersteuning krijgt van meer dan 3 andere organisaties, dan kiest u de 3 belangrijkste.
o
o
o o o o 17.
nee, wij krijgen geen ondersteuning bij ons werk ja, van onze landelijke bond of koepel ja, van een ander kenniscentrum of adviesbureau op landelijk niveau (bijv. MOVISIE, Forum e.d.) ja, van een provinciale of regionale organisatie ja, van een steunpunt voor vrijwilligerswerk (ook bekend onder de naam vrijwilligerscentrale, vrijwilligersvacaturebank, servicepunt vrijwilligerswerk, bureau verenigingsondersteuning o.i.d.) ja, van een andere lokale organisatie (bijv. welzijnsstichting of sportraad)
Bent u bekend met het steunpunt voor vrijwilligerswerk? (slechts één antwoord mogelijk) Deze lokale of regionale steunpunten zijn ook bekend onder de naam vrijwilligerscentrale, vrijwilligersvacaturebank, servicebureau vrijwilligerswerk, bureau verenigingsondersteuning e.d.
o
o o
ik ben niet bekend met het bestaan van een dergelijk steunpunt in onze gemeente of regio( -> ga door naar vraag 20 ) ik ben bekend met het bestaan van dit steunpunt, maar onze organisatie maakt er geen gebruik van( -> ga door naar vraag 20) ja, en onze organisatie maakt er ook gebruik van
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009 J 30 maart 2009
© MOVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
blz7van
16
18.
Van welke functies of diensten van het steunpunt voor vrijwilligerswerk maakt uw organisatie gebruik? (Geef maximaal 8 antwoorden)
o o o o o
o o
o 19.
werving en bemiddeling (het bij elkaar brengen van vraag en aanbod van vrijwilligers bijv. via een vrijwilligersvacaturebank of website, de werving van specifieke doelgroepen zoals jongeren en mensen met een beperking enz.) informatie en advies (digitale, schriftelijke of mondelinge informatie over vrijwilligerswerk in het algemeen, danwel informatie en advies op maat over specifieke onderwerpen als vrijwilligersbeleid, wet- en regelgeving, werving, de organisaties van activiteiten, het aangaan van nieuwe samenwerkingsverbanden e.d.) deskundigheidsbevordering (workshops, cursussen en trainingen voor vrijwilligers en organisaties) promotie (bekendheid geven aan vrijwilligerswerk in het algemeen en de eigen organisatie in het bijzonder, door middel van folders, advertenties, een website, deelname aan markten en evenementen e.d.) belangenbehartiging (opkomen voor de rechten van vrijwilligers en organisaties) praktische faciliteiten (gebruik maken van apparatuur, ruimtes e.d.) facilitaire dienstverlening (het laten verzorgen van de boekhouding, ledenadministratie, drukwerk e.d.) overige diensten
Hoe beoordeelt uw organisatie de volgende aspecten van het steunpunt voor vrijwilligerswerk?
Goed
Voldoende
Onvoldoende
Slecht
Geen mening
de beschikbaarheid van informatie en advies over uw sector/type organisatie de ondersteuning op het gebied van werving en bemiddeling van vrijwilligers het aanbod van workshops, cursussen en trainingen gericht op uw sector/type organisatie de promotie van het vrijwilligerswerk het behartigen van de belangen van vrijwilligers(organisaties)
Dtqttale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009 I 30 maart 2009
© MOV1SfE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
blz 8 van 16
de deskundigheid van de medewerkers van het steunpunt de openingstijden en tijdstippen van cursussen de telefonische bereikbaarheid de bereikbaarheid
via email
de ligging, locatie en toegankelijkheid de snelheid waarmee vragen worden beantwoord de kosten
20.
Hoe Intensief is het contact tussen uw organisatie en de gemeente? (slechts één antwoord mogelijk)
o o o o
21.
wij hebben geen contact met de gemeente wij hebben alleen contact met de gemeente in verband met onze subsidie wij hebben incidenteel contact met de gemeente, anders dan over onze subsidie (bijv. over evenementen of accommodatie) wij hebben regelmatig contact en overleg met de gemeente (bijv. in verband met de activiteiten of dienstverlening van de organisatie)
Hoe tevreden is uw organisatie over het contact met de gemeente? (slechts één antwoord mogelijk)
o o
o o o o
zeer tevreden tevreden neutraal ontevreden zeer ontevreden geen mening
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009/30
© MOVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 9 van 16
22.
Op welke terreinen zou het beleid en de werkwijze van de gemeente verbeterd kunnen worden voor uw organisatie? (Geef maximaal 3 antwoorden) Indien uw organisatie bij deze vraag wensen heeft op meer dan 3 gebieden dan kiest u de 3 belangrijkste.
o
wij zijn tevreden met het huidige beleid: er zijn geen verbeteringen nodig wij weten niet wat we van de gemeente mogen verwachten collectieve verzekering voor vrijwilligers praktische laciliteiten (kopieerwerk, drukwerk, computergebruik e.d.) o huisvesting o gemeentelijke aandacht, waardering en promotie voor/van ons werk o stimuleren van samenwerking tussen organisaties en met andere partners (zoals het bedrijfsleven, de onderwijssector e.d.) o stimuleren van deelname van bepaalde groepen aan vrijwilligerswerk (jongeren. allochtonen e.d.) o scholing en training voor vrijwilligers o betere afstemming tussen gemeentelijke diensten o vaste contactpersoon bij de gemeente o overleg tussen gemeente en vrijwilligersorganisaties o procedures voor subsidies en vergoedingen Overgunningenbeleid o overig beleid o wij vinden dat de gemeente zich niet met onze organisatie moet bemoeien
o o o
23.
Is uw organisatie geïnteresseerd in sociale activering, maatschappelijke Inburgering? (slechts één antwoord mogelijk)
integratie en
Bij deze projecten doen langdurig werklozen, WAO-ers, mensen met een beperking, nieuwkomers e.d. vrijwilligerswerk, onder begeleiding van bijvoorbeeld een reintegratiebedrijf, zorginstelling of steunpunt vrijwilligerswerk.
o o
o o
ja, wij zijn geïnteresseerd en binnen onze organisatie zijn ook al vrijwilligers actief (geweest) in het kader van dergelijke projecten ja, wij zijn geïnteresseerd, maar binnen onze organisatie zijn nog geen vrijwilligers actief (geweest) in het kader van dergelijke projecten neer -> ga door naar vraag 26) weet niet
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 20091 30 maart 2009
© MOVI$IE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
blz 10van 16
24.
Welke knelpunten of bezwaren spelen er bij het organiseren van activiteiten in het kader van sociale activering, maatschappelijke integratie en inburgering? (Geef maximaal 4 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 4 knelpunten of bezwaren heeft dan kiest u de 4 belangrijkste.
o o o o o o o o
o 25.
Er is te weinig draagvlak binnen de organisatie Er is te weinig ervaring met het werken met de doelgroep Er zijn geen of weinig geschikte werkzaamheden voor deze doelgroep binnen onze organisatie Het is lastig deze doelgroep te vinden en te plaatsen Wij hebben geen of weinig geschikte begeleiders voor deze doelgroep Wij weten niet goed hoe wij deze doelgroep moeten begeleiden Wij hebben te weinig tijd om deze doelgroep goed te begeleiden Wij hebben slechte of onprettige ervaringen met deze doelgroep Er is te weinig ondersteuning vanuit de trajectbegeleiding
Welke ondersteuning zou u als organisatie graag krijgen bij het werken met vrijwilligers vanuit sociale activering, maatschappelijke integratie en inburgering? (Geef maximaal 3 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 3 ondersteuningswensen heeft dan kiest u de 3 belangrijkste.
o o o o o o
o 26.
Meer informatie over de mogelijkheden van sociale activering, maatschappelijke integratie en inburgering Hulp bij het werven van de doelgroep Hulp bij het begeleiden van de doelgroep Hulp bij het creëren van geschikte taken voor de doelgroep Voorbeelden vanuit andere organisaties in het werken met de doelgroep Hulp bij het maken van goede afspraken Hulp bij het communiceren met de doelgroep
Is uw organisatie geïnteresseerd in maatschappelijke (slechts één antwoord mogelijk)
stages?
Bij maatschappelijke stages maken leerlingen (hoofdzakelijk in het voortgezet onderwijs) kennis met vrijwilligerswerk. Scholen organiseren dergelijke stages samen met vrijwilligersorganisaties en bijv. een steunpunt vrijwilligerswerk of gemeente.
o
o o
o
ja, wij zijn geïnteresseerd en binnen onze organisatie zijn ook al leerlingen in het kader van maatschappelijke stages actief (geweest) ja. wij zijn geïnteresseerd. maar binnen onze organisatie zijn nog geen leerlingen in het kader van maatschappelijke stages actief (geweest) neer .> ga door naar vraag 29) weet niet
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009/30
© MOV1SrE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 11 van 16
27.
Welke knelpunten ol bezwaren spelen er bij het organiseren van maatschappelijke stage? (Geef maximaal 4 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 4 knelpunten ol bezwaren heelt dan kiest u de 4 belangrijkste.
o
o o o o o o o o o o o 28.
Er is te weinig draagvlak binnen de organisatie Er is te weinig ervaring met het werken met jongeren Er zijn geen ol weinig geschikte werkzaamheden voor jongeren Het is lastig om jongeren te vinden en te plaatsen Wij hebben geen ol weinig geschikte begeleiders voor de jongeren Wij weten niet goed hoe we de jongeren moeten begeleiden' Wij hebben te weinig tijd om jongeren goed te begeleiden Wij hebben slechte ol onprettige ervaringen met maatschappelijke stage leerlingen Het kost ons veel regelwerk Het ontbreekt aan een centraal aanspreekpunt op dit onderwerp Er is te weinig afstemming tussen organisaties en scholen Wij worden vaak gebeld door jongeren waarvoor wij geen maatschappelijke stage plek hebben
Welke ondersteuning zou u als organisatie graag krijgen bij het werken met maatschappelijke stage leerlingen? (Geef maximaal 3 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 3 ondersteuningswensen heelt dan kiest u de 3 belangrijkste.
o
o o o o o o
29.
Meer informatie over de mogelijkheden van maatschappelijke stage Hulp bij het werven van jongeren Hulp bij het begeleiden van jongeren Hulp bij het creëren van geschikte taken voor jongeren Voorbeelden vanuit andere organisaties in het werken met jongeren Hulp bij het maken van goede afspraken Hulp bij het communiceren met jongeren
Is uw organisatie geïnteresseerd in maatschappelijk (slechts één antwoord mogelijk)
betrokken ondernemen?
Bij maatschappelijk betrokken ondernemen zetten bedrijven zich actief in voor vrijwilligersorganisaties. Het gaat daarbij niet om sponsoring, maar om individuele werknemers die vrijwilligerswerk doen in de baas z'n tijd of groepen werknemers die klussen verrichten voor vrijwilligersorganisaties. Bedrijven organiseren dit vrijwilligerswerk samen met bijv. een steunpunt vrijwilligerswerk.
o o
o
o
ja, wij zijn geïnteresseerd en onze organisatie werkt(e) ook al samen met bedrijven in het kader van maatschappelijk betrokken ondernemen ja, wij zijn geïnteresseerd, maar onze organisatie werkt(e) nog niet samen met bedrijven in het kader van maatschappelijk betrokken ondernemen neer -> ga door naar vraag 32) weet niet
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009/30
© MOV1SrE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz 12 van 16
30.
Welke knelpunten of bezwaren spelen er bij het organiseren van maatschappelijk betrokken ondernemen (MBO)? (Geef maximaal 4 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 4 knelpunten of bezwaren heeft dan kiest u de 4 belangrijkste
o o o o o o
o
o o
31.
Er is te weinig draagvlak binnen de organisatie om met het bedrijfsleven samen te gaan werken Er is te weinig inlormatie over de mogelijkheden die maatschappelijk betrokken ondernemen onze organisatie biedt Er is te weinig ervaring met het werken met bedrijven Het is lastig om geïnteresseerde bedrijven te vinden en contacten te leggen Wij weten niet goed wat wij van bedrijven kunnen verwachten Er zijn geen of weinig geschikte werkzaamheden voor bedrijven Wij hebben slechte of onprettige ervaringen met maatschappelijk betrokken ondernemen Het kost ons veel regelwerk en tijd Het ontbreekt aan een centraal aanspreekpunt op dit onderwerp
Welke ondersteuning zou u als organisatie graag krijgen bij het werken met bedrijven? (Geef maximaal 3 antwoorden) Indien uw organisatie meer dan 3 ondersteuningswensen heeft dan kiest u de 3 belangrijkste.
o
o
o
o o o
o 32.
Meer informatie over de mogelijkheden van maatschappelijk betrokken ondernemen Meer ruimte voor ontmoeting tussen bedrijven en vrijwilligersorganisaties Hulp bij het leggen van contacten met bedrijven Hulp bij het vinden van geschikte bedrijven Hulp bij het creëren van geschikte taken voor bedrijven Persoonlijke begeleiding door een onafhankelijke MBO·expert Voorbeelden vanuit andere organisaties in het werken met bedrijven
Wilt uw organisatie met haar activiteiten en diensten een bijdrage leveren aan de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)? (slechts één antwoord mogelijk) De Wmo regelt dat alle burgers volwaardig kunnen deelnemen aan het maatschappelijk leven. Gemeenten moeten ervoor zorgen dat er voldoende ondersteuning en voorzieningen zijn voor kwetsbare groepen.
o
o
o o o
nee ja, en dat is nu al het geval ja, dat wil onze organisatie gaan doen ik ben wel bekend met deze wet, maar weet niet of onze organisatie daar iets aan bij willkan dragen ik ben niet/nauwelijks bekend met deze wet
Digitale Monitor: Vragennjst Digimon 20091 30 maart 2009 @MOVISIE tnsûtuut vrijwiUige inzet, Utrecht.
btz 13 van 16
33.
Wilt uw organisatie samenwerkingsverbanden aangaan met andere organisaties of instellingen vanwege de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)? (slechts één antwoord mogelijk)
o
o
o
o 34.
Heeft uw organisatie vanwege de Wet maatschappelijke ondersteuning de gemeente? (slechts één antwoord mogelijk)
o o o
o 35.
nee ja, en dat is nu al het geval ja, dat willen wij gaan doen weet niet
(Wmo) contact met
ja, veelvuldig ja, in beperkte mate nee, maar waarschijnlijk binnenkort wel nee, en dat zal ook wel niet gebeuren
Over welk onderwerp is er door uw organisatie aan workshops, cursussen of trainingen deelgenomen het afgelopen jaar? (Geef maximaal 18 antwoorden) Zowel vrijwilligers (incl. bestuurders) als beroepskrachten hebben kunnen deelnemen aan workshops, cursussen of trainingen.
o o
o o
o
o
o o
o o
o
o o o o o o o
o
door onze organisatie is het afgelopen jaar niet deelgenomen aan workshops, cursussen of trainingen werving van vrijwilligers (incl. bestuursleden) bestuursvaardigheden vrijwilligersbeleid projectmatig werken voorlichting, promotie, public relalions fondsenwerving belangenbehartiging sociale activering, maatschappelijke integratie wet- en regelgeving computergebruik, automatisering verzekeringen samenwerking met andere organisaties, instellingen of partners Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) samenwerking met en begeleiding van vrijwilligers maatschappelijke stages maatschappelijk betrokken ondernemen overige onderwerpen die met onze sector en specifieke functies binnen onze organisatie te maken hebben andere onderwerpen
Digitale Monitor: Vragenlijst Diglman 2009/30
© MOVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht.
maart 2009
blz14van16
36.
Bij wie is er door uw organisatie aan workshops, cursussen of trainingen deelgenomen het afgelopen jaar? (Geef maximaal 4 antwoorden)
o o o o o o 37.
niet van toepassing bij onze landelijke bond of koepel bij een ander kenniscentrum of adviesbureau op landelijk of provinciaal niveau (bijv. MOVISIE, Forum, een VlA-instituut, de provinciale CMO e.d.) bij een provinciale of regionale organisatie bij een steunpunt voor vrijwilligerswerk (ook bekend onder de naam vrijwilligerscentrale, vrijwilligersvacaturebank, servicepunt vrijwilligerswerk, bureau verenigingsondersteuning o.i.d) bij een andere lokale organisatie (bijv. welzijnsstichting, ROC, educatief centrum)
Voor welk onderwerp van workshops, cursussen of trainingen is er bij uw organisatie interesse het komende jaar? (Geef maximaal 18 antwoorden)
o o o o o o o o o o
o
o
o
o o o o
o
o
geen werving van vrijwilligers (incl. bestuursleden) vrijwilligersbeleid samenwerking met en begeleiding van vrijwilligers bestuursvaardigheden projectmatig werken voorlichting, promotie, public relations fondsenwerving wet- en regelgeving computergebruik, automatisering verzekeringen samenwerking met andere organisaties, instellingen of partners belangenbehartiging sociale activering, maatschappelijke integratie maatschappelijke stages maatschappelijk betrokken ondernemen Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) overige onderwerpen die met onze sector en specifieke functies binnen onze organisatie te maken hebben andere onderwerpen
Digitale Monitor: Vragenlijst Digimon 2009 J 30 maart 2009 @MQVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht
blz15van16
38.
Welke 3 onderwerpen aangepakt worden?
moeten door uw organisatie
de komende
twee jaar in ieder geval
(Geef maximaal 3 antwoorden) Noem de maximaal 3 meest urgente zaken waar uw organisatie komende tijd aan wil/moet werken.
o o
o
o
o o o o
o o o
o o o o o o o o
o
o o o 39.
zélf of samen met anderen de
werving van leden, deelnemers of cliënten werving van bestuursleden werving van overige vrijwilligers begeleiding van vrijwilligers verloop van vrijwilligers gemiddelde leeftijd van vrijwilligers deskundigheidsbevordering van vrijwilligers onkostenvergoedingen voor vrijwilligers verzekeringen voor vrijwilligers verwachtingen en eisen van (nieuwe) leden/deelnemers/cliënten verwachtingen en eisen van (nieuwe) financier(s) imago van de organisatie samenwerking met andere organisaties, instellingen en partners ontwikkeling en organisatie van nieuwe activiteiten/diensten huisvesting of zaalruimte voor activiteiten het beheer van administratie en financiën sponsoring of fondsenwerving financiële middelen voor de exploitatie (huisvesting, personeel, onkosten) faciliteiten voor de uitvoering (gereedschap, vervoer, computers e.d.) aantal beroepskrachten samenwerking tussen vrijwilligers en beroepskrachten wet- en regelgeving ander onderwerp
Op welke onderwerpen
heeft uw organisatie
behoefte
aan (extra) ondersteuning?
(Geef maximaal 3 antwoorden) Indien uw organisatie belangrijkste.
o o
o o o
o o o
o
o o
o o o
behoefte aan ondersteuning
heeft op meer dan 3 gebieden, dan kiest u de 3
wij hebben 'geen behoefte aan (extra) ondersteuning op het gebied van fondsenwerving op het gebied van kinderopvang voor vrijwilligers op het gebied van werken met specifieke doelgroepen (zoals jongeren, allochtonen in de vorm van advies over vrijwilligersbeleid bij het organiseren van activiteiten op het gebied van huisvesting in de vorm van workshops, cursussen en trainingen voor vrijwilligers in de vorm van workshops, cursussen en trainingen voor beroepskrachten op het gebied van promotie van vrijwilligerswerk en onze organisatie in de vorm van praktische faciliteiten en facilitaire dienstverlening op het gebied van wetten en regelingen voor vrijwilligers(organisaties) in de vorm van begeleiding van het bestuur ondersteuning op een ander vlak
Digitale Monitor: Vragen6jst Digimon 2009 130 maart 2009
© MQVISIE instituut vrijwillige inzet, Utrecht
e.d.)
blz 16 van 16
Bijlage III
Overzicht aanpassingen
t.o.v. de Concept Notitie Uitvoering Vrijwilligerswerkbeleid
n.a.v.
Pagina
Aanpassing
Blz. 3
Toegevoegd aan 2' paragraaf, beleidsnota's: het visiedocument Maatschappelijke stages in Katwijk en de deelnota inz. Opslagruimte vrijwilligersorganisaties.
Blz. 4
De inhoud van de notitie: De aanvullende opmerkingen uit de commissie zijn zoveel mogelijk verwerkt.
CDA,CU, SGP
Wat staat niet in deze notitie; toegevoegd: uiteenzetting van het beleid t.a.v. wijk- en buurtverenigingen volgt in een separate nota. Hierin wordt ook de rol van wijk- en buurtwerk en de wijkregisseur belicht.
Wmoadviesraad CU
Idem: toegevoegd: informatie over de subsidiering en voortgang Maatschappelijke stage Toegevoegde realisering: Opslagruimte voor vrijwilligersorganisaties Blz. 5
Toegevoegd: Informatie over de gemeentelijke vrijwilligersbijeenkomst thema sportsector
Blz. 6
Toegevoegd: Uitgangspunten vrijwilligerswerkbeleid
CDA
Beleid in het licht van de Wmo; Toegevoegd: Overleggen met vrijwilligersorganisaties in het veld - geclusterd per sector -.
Wmoadviesraad SGP
Voorbeelden additionele ondersteuning: financiering beheerder is structurele ondersteuning waarvoor separate besluitvorming dient plaats te vinden [zie ook blz. 7]
CU
Ondersteuning eigen beleid vrijwilligersorganisaties: ter zijde staan van vrijwilligersorganisatie; verdiepingsslag na cursus. [zie ook blz. 14, Ad 4 en 5 en blz. 17]
SGP
2' alinea; de verbindende rol van de makelaars. [ zie ook blz. 9 en 16]
CDA
Toegevoegde paragraaf Afbakening rol van het makelaarschap en vrijwilligerswerkbeleid
CU
Blz. 7
Verbreding horizon:
toegevoegd 'Introductie van Beleidsgestuurde Contract
Financiering
Groeimodel; toegevoegd: informatie over de subsidiering van 16 uur uitbreiding van het makelaarschap Blz. 8
Blz. 9
toegevoegd aan prioriteit 5: inzet van een digitale enquête met Prioriteiten; het monitorinstrument Digimom
Wmo-dviesraad CU,SGP
Meer over Digimom: verspreid over deze pagina (monitoring, peiling huidig gebruik cursus- en trainingsaanbod, beleidsinformatie ook als basis voor te voeren clusteroverleg, realisatie doelstellingen op de prestatievelden van de Wmo)
Wmo-dviesraad CU,SGP
Recapulatie: rol van monitoring, clusteroverleg en makelaars Toegevoegde paragraaf: Regeldruk voor vrijwilligersorganisaties
Blz. 11
Wat is gebeurd en wat staat er te gebeuren? Toegevoegd meer informatie onder uitvoering vrijwilligersverzekering.
Blz. 12
Uitvoering platforms: toegevoegde informatie onder Platform Mantelzorg
CDA
Blz. 13
Ondersteunende dienstverlening, l' alinea: toegevoegd de vermelding van de Basisfuncties van het beleidsprogramma van VWS "Goed voor elkaar": vertalen van maatschappelijke functies, het verbinden en makelen, versterken, verbreiden en verankeren. De clusteroverleggen met vrijwilligersorganisaties en speciaal georganiseerde informatiebijeenkomsten inclusief die van het Platform Voorzitters Vrijwilligersorganisaties Katwijk, maar ook de website en andere PR-kanalen worden door het makelaarsserviceteam benut voor het verbreiden en verankeren van kennis (uitwisseling van behoeften, ervaringen en kennis). Planning uitvoering ondersteuning vrijwilligerswerk: de makelaarsfunctie met 16 uur.
Blz. 14
toevoeging uitbreiding van
Middelen: Een aantal eerder begrote posten in het budget vrijwilligerswerkbeleid vervallen omdat deze via de begroting van Makelaarschap maatschappelijke stage en vrijwilligerswerk geregeld zijn. Positie van de vrijwiffiger in de zorg: onderzocht worden de mogelijke rol van het zorgloket, de mogelijkheden van het aanbod van Mezzo en mogelijkheden van een adviestraject "Goed voor elkaar".
CDA,CU
Ad 7 Maatschappelijk Betrokken Ondernemen: toevoeging informatie over de beursvloer.
CU
Blz. 15
Idem, toevoeging informatie planning, uitvoering en middelen beursvloer.
Blz. 15
NL-doet dagen (vh MADD): toegevoegd actiepunt in het vrijwilligerswerkbeleid. Toegevoegd: De makelaars zien in de beursvloer en NL-doet dagen mogelijkheden om de organisatie te koppelen met of te benutten voor maatschappelijke stage.
Blz. 16
Wmoadviesraad CDA
Wmoadviesraad CDA,CU
Aangepast: informatie over planning, uitvoering en middelen Maatschappelijke stages met verbreding naar versterking van het vrijwilligerswerk. Toegevoegd: initiërende rol van makelaars onder regie van de gemeente t.a.v. promoten en stimuleren van vrijwilligerswerk onder specifieke doelgroepen zoals mensen met een beperking, allochtonen en mensen zonder werk m.i.v. 2010. De stage- en vrijwilligersvacaturebank zijn integraal op één website te raadplegen. Het makelaarsteam heeft een sterke coördinerende rol en zal als stage- en vrijwilligersservicepunt fungeren. De website is de digitale versie daarvan.
Wmoadviesraad CDA,CU
CDA
CDA Blz.1316
De planningen zijn geactualiseerd en in plaats van op maand ingedeeld naar periodes.
Blz. 17
Toegevoegde paragraaf: Financiële middelen incl. informatie waarvoor in het budget geen ruimte is (specifieke, incidentele ondersteuningsaanvragen, cursussen bij eigen koepelorganisaties, vrijwilligersonkostenvergoeding, bijdrage aan eigen vrijwilligerswaarderingsbeleid e.d.) en een alinea over de inzet van restantbudgetten
o.a. voor specifieke ondersteuningsvragen
CDA,CU, SGP
zoals
voor inhuur deskundigheid koepelorganisaties. Toegevoegde alinea: Evaluatie van het vrijwiffigerswerkbeleid
Wmoadviesraad CU