Continuïteitsanalyse 0. Inhoudsopgave
Stichting Pensioenfonds Forbo
CA 1.
Inleiding
2.
Management samenvatting
3.
Economische veronderstellingen
4.
Huidige beleid: pensioenregeling en sturingsinstrumenten
5.
1.
Pensioenregeling en financiering
2.
Beleggingsbeleid en toeslagbeleid
3.
Kortingsbeleid
4.
Financiële positie
5.
Solvabiliteitstoets
Asset Liability Management
Uitkomsten continuïteitsanalyse 1.
Ontwikkeling dekkingsgraden
2.
Solvabiliteit van het fonds
3.
Kans op noodmaatregelen
4.
Aanpassing pensioenrechten actieven
5.
Aanpassing pensioenrechten niet-actieven
6.
Verwacht pensioenresultaat
7.
Spreiding pensioenresultaat
8.
Financiering pensioenregeling
6.
Bijlage: Verschil pensioenresultaat en verwachte verhoging
7.
Bijlage uitgangspunten 1: Demografische veronderstellingen
8.
Bijlage uitgangspunten 2: Economische parameters
Stichting Pensioenfonds Forbo
Continuïteitsanalyse 2 juli 2013
1
Continuïteitsanalyse 1. Inleiding
CA Zowel in de Pensioenwet als in het Besluit met betrekking tot het Financiële Toetsingskader wordt gesproken over de continuïteitsanalyse. Met de continuïteitsanalyse hebben de toezichthouder en u als bestuur een instrument in handen om de ontwikkeling van de financiële situatie op langere termijn (vijftien jaar) in kaart te brengen en te bespreken. De Nederlandsche Bank (DNB) vraagt alle fondsen om éénmaal per drie jaar, of vaker als bijzondere omstandigheden daar aanleiding toe geven, een continuïteitsanalyse op te stellen. Motivaties om de continuïteitsanalyse tussentijds te moeten uitvoeren kunnen zijn: een verslechterde financiële positie, een ander beleid, gewijzigde externe omstandigheden, op voorschrijven van de toezichthouder of het verkrijgen van extra inzicht in de herstelkracht van uw pensioenfonds.
Daarbij kunnen sterktes en zwakheden in de beschikbare stuurmiddelen inzichtelijk worden gemaakt. Als inzichtelijk wordt dat er in de toekomst mogelijk problemen ontstaan, dan kan dat aanleiding zijn voor een interventie door DNB en het opstellen van een financieel rampenplan. De continuïteitsanalyse is tevens een hulpmiddel om te toetsen of er sprake is van consistentie in de toezegging, financiering en communicatie ten aanzien van de pensioenregelingen en in het bijzonder de toeslagverlening. Het Besluit Financieel Toetsingskader Pensioenfondsen en de Beleidsregel Uitgangspunten Beoordeling Continuïteitsanalyse van Pensioenfondsen stellen regels ten aanzien van het karakter van de continuïteitsanalyse en de vrijheid van de fondsen ten aanzien van de vormgeving. Wellicht de belangrijkste eis is dat de continuïteitsanalyse een stochastische benadering dient te kennen. Dat wil zeggen dat de parameters die gehanteerd worden, onderhevig zijn aan kansvariabiliteit. Asset Liability Management (ALM) leent zich daarom uitstekend als instrument voor het opstellen van een continuïteitsanalyse. De uitgangspunten voor beide projecten zijn nagenoeg hetzelfde en worden hierna beschreven.
Met een continuïteitsanalyse wordt beoordeeld of de financiële risico’s voor een pensioenfonds zich, met inachtneming van een realistische schatting van de economische parameters, op lange termijn binnen aanvaardbare grenzen bevinden. Het risico dat een fonds in de toekomst niet meer aan de eisen ten aanzien van het eigen vermogen zal kunnen voldoen, kan op deze manier in een eerder stadium worden onderkend.
Stichting Pensioenfonds Forbo
2
Continuïteitsanalyse 1. Inleiding
CA Wat mag u van deze continuïteitsanalyse verwachten? Voor de concrete invulling van de uitgangspunten voor de analyse is een aantal zaken van belang, te weten: de pensioenregeling; het premie-, toeslag- en beleggingsbeleid; de te hanteren demografische en economische uitgangspunten.
In deze analyse zullen wij ingaan op de huidige situatie van het pensioenfonds. De huidige regeling wordt geschetst, alsmede de sturingsmiddelen die u tot uw beschikking heeft teneinde de financiële positie van het fonds te beïnvloeden. Tot slot wordt de uitkomst van de solvabiliteitstoets getoond. Vervolgens wordt ingegaan op de uitkomsten van de analyse, waarbij de volgende onderwerpen de revue passeren: de ontwikkeling van de dekkingsgraad; de solvabiliteit van het pensioenfonds; de kans op inzet van en omstandigheden bij noodmaatregelen; de verwachtingen omtrent de toeslagverlening en het pensioenresultaat; de financiering van de pensioenregeling (de toereikendheid van de premie).
Stichting Pensioenfonds Forbo
Aannames dienen te worden gemaakt ten aanzien van de te hanteren economische scenario’s.
3
Continuïteitsanalyse Kernpunten van deze analyse
2. Management samenvatting
CA De continuïteitsanalyse is uitgevoerd om het gekozen beleid te toetsen aan de meest recente uitgangspunten, verwachtingen en mogelijke negatieve scenario’s. De toetsing heeft met name betrekking op het beoordelen van de financiële risico’s aan de risicohouding van het bestuur. De (financiële) risicohouding van het bestuur, oftewel de visie van het bestuur met betrekking tot aanvaardbaar risico, dient als het uitgangspunt van het financieel risicomanagement, waarvan het beleggingsbeleid onderdeel uitmaakt.
Het verwachte pensioenresultaat (koopkrachtbehoud) voor de actieve deelnemers bedraagt na 15 jaar circa 101% van de huidige koopkracht. Voor de niet-actieve deelnemers bedraagt het verwachte pensioenresultaat na 15 jaar circa 82%. De gemiddelde aanpassing voor de actieve deelnemers van de pensioenrechten bedraagt naar verwachting 2,0% per jaar. Hierin zijn (inhaal)toeslagen, eventuele rechtenkortingen en reparatie van gekorte rechten, maar ook afromingen afkomstig uit het premiedepot meegenomen.
De verwachte ontwikkeling van de financiële positie is gematigd positief. Naar verwachting laat de dekkingsgraad een stijging zien tot circa 116%, hetgeen boven de vereiste dekkingsgraad van 112,0% ligt.
De gemiddelde aanpassing voor de niet-actieve deelnemers bedraagt 0,6% per jaar. Hierin zijn zowel (inhaal)toeslagen als rechtenkortingen en reparaties van gekorte rechten meegenomen.
Het overrendement van de beleggingen ten opzichte van de benodigde interest (oprenting) voor de verplichtingen heeft een positief effect op de ontwikkeling van de dekkingsgraad. Ook vrijval van solvabiliteit op de uitkeringen draagt naar verwachting positief bij aan de dekkingsgraadontwikkeling. De leidraad voor toeslagbesluiten heeft met name in de latere jaren een relatief groot negatief effect op het verloop van de dekkingsgraad. Het premiedepot draagt positief bij aan de indexatie van de actieve deelnemers.
De feitelijke premie van 21% van de salarissom is naar verwachting in circa 52% van de gevallen kostendekkend. Met name in de latere jaren ligt de feitelijke premie naar verwachting lager dan de zuivere kostendekkende premie. Wanneer getoetst wordt aan de gedempte kostendekkende premie is de feitelijke premie naar verwachting in circa 68% van de gevallen kostendekkend.
Stichting Pensioenfonds Forbo
4
Continuïteitsanalyse Basisscenario
3. Economische veronderstellingen
CA Rekenkundig gemiddelde
Standaarddeviatie
Algemene prijsontwikkeling
2,0%
1,7%
Algemene loongroei
3,0%
2,1%
15-jaars DNB spotrate*
2,2%
1,3%
30-jaars DNB spotrate*
2,6%
1,4%
Reële rente (30-jaars)
0,2%
0,4%
Euro AAA staatsleningen (duration ± 15)
2,9%
10,7%
Bedrijfsobligaties
3,6%
4,9%
High Yield obligaties (hedged)
4,3%
10,9%
EMD Hard Currency (hedged)
4,1%
10,1%
Wereldwijde aandelen (hedged)
7,0%
17,5%
Wereldwijde aandelen (niet-hedged)
7,1%
18,6%
Opkomende markten aandelen
8,7%
25,9%
Europese aandelen
6,5%
19,7%
Veronderstellingen per december 2012
Voor de inschatting van de toekomstige economische ontwikkeling en gemiddelde rendementen maken wij gebruik van het Global Asset Model, dat wereldwijd binnen Towers Watson wordt gehanteerd bij het ontwikkelen van de economische scenario's. Het model wordt gevoed met: historie; huidige marktomstandigheden; consensusverwachtingen en; economische theorie.
Rendement op:
*
Vervolgens worden met behulp van een econometrisch model de toekomsten (1.000 simulaties) voortgebracht. De hiernaast weergegeven uitgangspunten zijn in overleg met het bestuur tot stand gekomen. De verwachte renteontwikkeling in een continuïteitsanalyse is gebaseerd op de door DNB gepubliceerde rentetermijnstructuur (RTS). Vanaf 30 september 2012 is dit de aan de Ultimate Forward Rate (UFR) aangepaste rentetermijnstructuur. Hierbij wordt de verwachte renteontwikkeling op de gebruikelijke wijze afgeleid (door middel van forwards). Ondanks invoering van de UFR wordt in het kader van deze analyse de stochastiek van de rente in de economische scenario’s niet aangepast. Deze wordt derhalve ook onder de UFR grotendeels gebaseerd op historische waarnemingen.
De rente is gebaseerd op een driemaands gemiddelde rentetermijnstructuur zoals gepubliceerd door DNB per 31-12-2012 (op basis van de UFR).
Wij houden voor de continuïteitsanalyse rekening met de geformuleerde uitgangspunten in de Regeling Parameters Pensioenfondsen (Besluit van 24 juli 2010 tot wijziging van het Besluit Financieel Toetsingskader Pensioenfondsen in verband met vaststelling van de parameters voor fondsen).
Stichting Pensioenfonds Forbo
5
Continuïteitsanalyse Pensioenregeling en financiering (1)
4.1 Huidig pensioenbeleid
CA Financiering
Pensioenregeling
Voor de pensioenregeling wordt een doorsneepremie geheven, van 21% van de salarissom.
Stichting Pensioenfonds Forbo kent de volgende regeling:
Middelloonregeling met voorwaardelijke toeslagverlening Pensioenleeftijd 65 Opbouwpercentage OP 1,85% Pensioenfranchise € 13.457 (per 1 januari 2013) NP: 70% van behaalbaar OP WP: 14% van behaalbaar OP Bij arbeidsongeschiktheid vindt er premievrije voortzetting van pensioenopbouw plaats op basis van een 6-klassensysteem
Stichting Pensioenfonds Forbo
De feitelijke premie wordt in deze studie op twee manieren getoetst: Aan de zuivere kostendekkende premie. Deze bestaat uit de actuarieel benodigde koopsommen en risicopremies, contant gemaakt tegen de UFR rente, inclusief solvabiliteitsopslag (van 4,1%, zie slide 10) en een kostenopslag. Aan de gedempte kostendekkende premie. Deze bestaat uit de actuarieel benodigde koopsommen en risicopremies, contant gemaakt tegen een 60-maands gemiddelde rente inclusief solvabiliteitsopslag (van 12%, zie slide 10) en een kostenopslag.
6
Continuïteitsanalyse Pensioenregeling en financiering (2)
4.1 Huidig pensioenbeleid
CA Financiering Het startvermogen in het premiedepot per ultimo 2012 bedraagt € 4 miljoen. Het premiedepot wordt verondersteld belegd te worden in een beleggingsmix overeenkomstig met de beleggingsmix van het pensioenfonds. Eventuele winsten worden toegevoegd aan het premiedepot. Wanneer er sprake is van een verlies wordt dit ten laste gebracht van het fondsvermogen.
Voor eventuele overschotten/tekorten maakt het pensioenfonds gebruik van een premiedepot. Voor de toetsing van het premiedepot wordt de volgende systematiek aangehouden: Bij een dekkingsgraad > 100% + Minimaal Vereist Eigen vermogen wordt uitgegaan van een gedempte kostendekkende premie zoals vermeld op slide 6. Bij een dekkingsgraad < 100% + Minimaal Vereist Eigen vermogen wordt uitgegaan van een zuivere kostendekkende premie zoals vermeld op slide 6.
Wanneer het premiedepot meer bevat dan € 4 miljoen zal het meerdere worden afgeroomd ten behoeve van indexatie van de actieven. Hierbij geldt een minimum van 0,2% (van de opgebouwde rechten van de actieve deelnemers) waarbij afgerond wordt op 0,05%.
Wanneer de feitelijke premie hoger is dan de (benodigde) kostendekkende premie geldt dat het verschil ten goede zal komen aan het premiedepot. Wanneer de feitelijke premie lager is dan de (benodigde) kostendekkende premie geldt dat het benodigde verschil zal worden aangewend vanuit het premiedepot. Wanneer het premiedepot over onvoldoende middelen beschikt, zal het opbouwpercentage verlaagd worden zodanig dat de benodigde premie gelijk is aan de feitelijke premie (van 21% van de salarissom).
Stichting Pensioenfonds Forbo
Indien de ruimte tot indexeren lager is dan 0,2% van de opgebouwde rechten van de actieven zal er geen indexatie plaatsvinden vanuit het premiedepot.
7
Continuïteitsanalyse Beleggingsbeleid
4.2 Huidig pensioenbeleid
CA Toeslagbeleid
Beleggingsbeleid De strategische beleggingsmix ziet er als volgt uit: 9.0%
Het toeslagbeleid is als volgt opgebouwd: de actieve deelnemers ontvangen voorwaardelijk de loonindex. De inactieven voorwaardelijk de prijsindex.
11.0%
11.0%
6.0%
Wereldwijde aandelen Europese aandelen
7.0%
Aandelen opkomende landen Europese staatsobligaties
Het pensioenfonds kent geen doelgericht toeslagenbeleid overeenkomstig categorie B van de toeslagenmatrix. In deze analyse wordt onderstaande staffel als leidraad gebruikt voor toeslagbesluiten:
Europese bedrijfsobligaties High Yield Obligaties EMD 20.9% 35.1%
Dekkingsgraad
Toeslagverlening
dkg ≤ 110% 110% ≤ dkg ≤ 105% + VEV 105% + VEV ≤ dkg ≤ 100% reëel
geen pro rato volledig volledig + inhaaltoeslag
De toeslag wordt gefinancierd uit overrendement.
De verhouding tussen vastrentende en zakelijke
Inhaaltoeslag vindt plaats indien de afgelopen 5 jaar geen volledige toeslag heeft plaatsgevonden, echter na herstel van eventuele gekorte pensioenaanspraken en zolang de dekkingspositie boven de grens van 100% reëel gehandhaafd kan blijven.
waarden bedraagt 76% om 24%. Het renterisico ten opzichte van de nominale Technische Voorzieningen wordt voor 60% afgedekt. In UFR termen is dit ongeveer gelijk aan 68%. Er wordt uitgegaan van jaarlijkse herbalancering naar bovengenoemde strategische mix.
Stichting Pensioenfonds Forbo
Bij aanvang van de studie bedraagt de toeslagenachterstand voor zowel de actieve als de niet-actieve deelnemers 6,4%. 8
Continuïteitsanalyse Kortingsbeleid
4.3 Huidig pensioenbeleid
CA Kortingsbeleid Als een pensioenfonds in een dekkingstekort komt dient er een korte termijn herstelplan te worden opgesteld met een maximale hersteltermijn van drie jaar. Indien het fonds op basis van dit herstelplan naar verwachting niet in staat zal zijn om binnen de gestelde termijn te herstellen tot de minimaal vereiste dekkingsgraad wordt een korting aangekondigd. Indien na twaalf maanden blijkt dat de korting niet meer geheel nodig is om in de resterende termijn te herstellen zal slechts de nog benodigde korting worden doorgevoerd. Als na twaalf maanden blijkt dat er nog meer gekort zou moeten worden om te herstellen wordt de aangekondigde korting na afloop van de vijftien maanden geëffectueerd en een nieuwe korting voor het jaar daarna aangekondigd. Aan het eind van de driejarige hersteltermijn wordt zodanig gekort dat het fonds de minimaal vereiste dekkingsgraad bereikt.
Ultimo 2013 dient er (indien nodig) gekort te worden, zodanig dat de dekkingsgraad gelijk is aan de minimaal vereiste dekkingsgraad. Als het pensioenfonds in een dekkingstekort komt, geldt er een maximale hersteltermijn van drie jaar. Aan het eind van de driejarige hersteltermijn wordt zodanig gekort dat het fonds de minimaal vereiste dekkingsgraad bereikt. Bij herstel worden gekorte rechten eerst gerepareerd (indien en zolang de dekkingsgraad groter of gelijk is aan 115% plus het vereist eigen vermogen) alvorens reguliere toeslag te verlenen.
Per ultimo 2013 dienen alle fondsen die per ultimo 2008 een herstelplan hebben ingediend over het minimaal vereist eigen vermogen te beschikken. Dit is het gevolg van de eenmalige verlenging van de hersteltermijn tot vijf jaar.
Stichting Pensioenfonds Forbo
9
Continuïteitsanalyse 4.4 Financiële positie
CA Onderstaande tabel toont de financiële positie per 31 december 2012 die als uitgangspunt voor deze analyse is aangenomen.
Financiële positie ultimo 2012 Dekkingsgraad
Minimaal vereist eigen vermogen
Vereist eigen vermogen
101,7%
4,1%
12,0%
De dekkingsgraad is gebaseerd op de rentetermijnstructuur zoals gepubliceerd door DNB per 31-12-2012.
Stichting Pensioenfonds Forbo
10
Continuïteitsanalyse 4.5 Solvabiliteitstoets
CA De strategische beleggingsmix vereist een solvabiliteitsbuffer van 12,0%.
Buffervereiste onder FTK Rente Zakelijk
7.0%
Valuta
Er wordt niet belegd in commodities, hier hoeft dus ook geen buffer voor aangehouden te worden.
4.6%
Grondstoffen
0.0%
Krediet
3.5%
Verzekeringstechnisch
3.4%
Er is sprake van beleggingen in risicodragende obligaties wat kredietrisico met zich meebrengt. De correlatie tussen het renterisico en het zakelijke waarden risico zorgt voor een drukkend effect op de buffervereiste.
Correlatie
-10.9%
Totaal -15%
Het zakelijkewaardenrisico, het renterisico en het valutarisico beheersen het grootste gedeelte van het ‘risicobudget’.
4.4%
-10%
-5%
Ten slotte brengt het verzekeringstechnisch aspect een risico met zich mee.
12.0% 0%
5%
10%
15%
Bovenstaande grafiek toont de uitkomst van de solvabiliteitstoets conform de uitgangspunten van DNB (de ‘wortelformule’).
Stichting Pensioenfonds Forbo
11
Continuïteitsanalyse Ontwikkeling dekkingsgraden (1)
5.1 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Verloop dekkingsgraden
De basis voor de ontwikkeling van de dekkingsgraad is het huidige beleid. Doorrekenen van de gesimuleerde scenario’s levert naar verwachting een stijgend verloop van de dekkingsgraad op, hetgeen resulteert in een uiteindelijk niveau van ongeveer 116%.
130%
110%
Binnen de periode van vijftien jaar wordt er een niveau bereikt boven de vereiste dekkingsgraad. De oorzaak van de stijging is voornamelijk gelegen in het overrendement van de beleggingen ten opzichte van de benodigde interest (oprenting) voor de verplichtingen. Ook vrijval van solvabiliteit over de uitkeringen draagt naar verwachting positief bij aan de dekkingsgraadontwikkeling. Toeslagen zorgen met name in de latere jaren voor een drukkend effect op de dekkingsgraad.
90%
70%
50%
2012
2014
2016
2018
Nominale dekkingsgraad Reële dekkingsgraad
2020
2022
2024
2026
VEV + 100% MVEV + 100%
Bovenstaande grafiek toont de verwachte ontwikkeling van de nominale en reële dekkingsgraad.
Stichting Pensioenfonds Forbo
12
Continuïteitsanalyse Ontwikkeling dekkingsgraden (2)
5.1 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Zoals we reeds hebben gezien, stijgt de dekkingsgraad van het pensioenfonds naar verwachting. Dit betreft echter gemiddelden. In de grafiek worden tevens de mogelijke positieve dan wel negatieve scenario’s met betrekking tot de financiële positie van het pensioenfonds weergegeven.
Spreiding nominale dekkingsgraad 150% 140% 75%-95%
130%
50%-75%
120%
25%-50%
110%
5%-25%
De paarse lijn geeft het verloop van de gemiddelde dekkingsgraad weer. De roze stippellijn stelt de minimaal vereiste dekkingsgraad voor van 104,1%. De grijze stippellijn stelt de vereiste dekkingsgraad voor. De gele beweeglijke lijn geeft het verloop van de dekkingsgraad in een willekeurige simulatie weer.
100% gemiddelde DG 90%
willekeurig
80%
MVEV + 100%
70%
VEV + 100%
De grafiek en onderstaande tabel tonen de verdeling van de verwachte nominale dekkingsgraad in percentielen. Bijvoorbeeld het 5e percentiel na vijftien jaar bedraagt 97%. Dit geeft aan dat de kans 5% is dat de dekkingsgraad na vijftien jaar lager is dan 97%.
60% 2013 2015 2017 2019 2021 2023 2025 2027
Bovenstaande grafiek toont de spreiding van de dekkingsgraad over een periode van vijftien jaar.
Percentiel 2.5e 5e 25e 50e 75e 95e 97.5e
Stichting Pensioenfonds Forbo
13
Verdeling dekkingsgraad na 15 jaar 94% 97% 108% 114% 123% 140% 145%
Continuïteitsanalyse Ontwikkeling dekkingsgraden (3)
5.1 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Het histogram en de tabel tonen de spreiding van de verwachte dekkingsgraad na vijf en vijftien jaar.
Relatieve frequentie
Histogram nominale dekkingsgraad 80%
Nominale dkg Interval 0% ≤ dkg < 20% 20% ≤ dkg < 40% 40% ≤ dkg < 60% 60% ≤ dkg < 80% 80% ≤ dkg < 100% 100% ≤ dkg < 120% 120% ≤ dkg < 140% 140% ≤ dkg < 160% 160% ≤ dkg < 180% dkg > 180%
70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 40%
80%
100%
in jaar 5
120%
160%
in jaar 15
Bovenstaande grafiek toont de spreiding van de dekkingsgraad na vijf en vijftien jaar.
Stichting Pensioenfonds Forbo
14
Frequentie in jaar 5 0.0% 0.0% 0.0% 0.0% 15.3% 70.1% 13.9% 0.6% 0.1% 0.0%
Frequentie in jaar 15 0.0% 0.0% 0.0% 0.0% 7.6% 60.2% 27.3% 3.9% 1.0% 0.0%
Continuïteitsanalyse Solvabiliteit van het fonds (1)
5.2 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Een dekkingstekort doet zich voor wanneer de dekkingsgraad van een pensioenfonds onder een niveau van 104,1% terecht komt. In deze situatie is het mogelijk dat rechten van de deelnemers moeten worden gekort. Dit kan zich voordoen als deze situatie zich op termijn niet herstelt.
Reservetekort
Dekkingstekort
Kans op dekkingstekort & reservetekort
22.7%
De grafiek toont dat de kans op een dekkingstekort in de komende vijftien jaar ongeveer 23% bedraagt.
Een reservetekort doet zich voor wanneer de dekkingsgraad van een pensioenfonds onder een niveau van 100% plus de benodigde solvabiliteitsbuffer terecht komt. De kans hierop bedraagt voor het pensioenfonds in de komende vijftien jaar ongeveer 56%. De grafiek toont tevens aan in welke mate er sprake is van een tekortsituatie.
56.1%
0%
10%
20%
.. < 60% 80% ≤ .. < 100% 104% ≤ .. < 110%
30%
40%
50%
60%
60% ≤ .. < 80% 100% ≤ .. < 104% 110% ≤ .. < 100% + buffer
Bovenstaande grafiek toont de (meerdimensionale) kans op en de mate van een dekkingstekort en een reservetekort.
Stichting Pensioenfonds Forbo
15
Continuïteitsanalyse Solvabiliteit van het fonds (2)
5.2 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Kans op tekort 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% 2013
2015
2017
2019
Dekkingstekort
2021
2023
2025
2027
Reservetekort
Bovenstaande grafiek toont de momentkansen op een dekkings- danwel reservetekort per jaar. Het is duidelijk te zien dat deze kansen de komende vijftien jaar naar verwachting afnemen. Dit is het gevolg van de verwachte dekkingsgraadstijging.
Stichting Pensioenfonds Forbo
16
Continuïteitsanalyse Solvabiliteit van het fonds (3)
5.2 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Bij aanvang bedraagt de solvabiliteitsratio 14,2%. Dit is het eigen vermogen (dekkingsgraad minus 100%) gedeeld door het veronderstelde vereist eigen vermogen (in dit geval 12,0%). Dus (101,7% - 100%) / 12,0%= 14,2%. Het jaar erop (eind 2013) bedraagt de solvabiliteitsratio minimaal 34,2% als gevolg van de kortingsmethodiek. De dekkingsgraad is dan immers minimaal gelijk aan de minimaal vereiste dekkingsgraad, wat een solvabiliteitsratio oplevert van 4,1% / 12,0%= 34,2%.
Percentielen solvabiliteitsratio 500% 400% 97.5e 300% 75e 200%
50e
100% 0% jaar 1 -100%
Deze grafiek laat de ontwikkeling van de solvabiliteitspositie zien. In tenminste 50% van de gevallen zal de solvabiliteitsratio na vijftien jaar boven de 100% liggen. Dat betekent dat in ten minste 50% van de gevallen voldaan wordt aan het vereist eigen vermogen.
25e 2.5e jaar 5
jaar 10
jaar 15
-200%
In zowel het 2,5e percentiel als het 25e percentiel ligt de solvabiliteitsratio na vijftien jaar lager dan 100%. Bovenstaande grafiek toont de spreiding van de solvabiliteitsratio van het pensioenfonds. Hierin wordt het aanwezige eigen vermogen uitgedrukt als percentage van het vereist eigen vermogen. Dit betekent dat een ratio onder de 100% overeenkomt met een reservetekort.
Stichting Pensioenfonds Forbo
17
Continuïteitsanalyse Kans op noodmaatregelen (1)
5.3 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Kans op / mate van korten van rechten 9%
Kans op / mate van repareren van rechten 7%
8.4%
8%
6%
5.8%
7%
4.7%
5%
6%
4%
5% 3.7%
4%
3% 2.6%
3%
2% 2%
1.3% 0.6%
1%
1.0%
1%
0.3%
0%
0.2%
0.0%
0.0%
10-15%
15-20%
> 20%
0% Totaal
< 5%
5-10%
10-15%
15-20%
> 20%
Totaal
Mate van korten (als % van TV)
5-10%
Mate van repareren (als % van TV)
Bovenstaande grafiek toont de kans op en mate van reparatie van gekorte rechten, gemeten over een horizon van vijftien jaar.
Bovenstaande grafiek toont de kans op en mate van korten, gemeten over een horizon van 15 jaar. Het korten van rechten vindt naar verwachting plaats in circa 8% van de gevallen. In ongeveer 44% van deze gevallen (3,7%) is de mate van korten lager dan 5% van de Technische Voorzieningen.
In circa 5,8% van de gekorte gevallen worden gekorte aanspraken gerepareerd. In ongeveer 80% van deze gevallen (4,7%) is de reparatie kleiner van 5% van de Technische Voorzieningen.
In ongeveer 3,5% van de gevallen is de mate van korten groter dan 20% van de Technische Voorzieningen. Stichting Pensioenfonds Forbo
< 5%
18
Continuïteitsanalyse Kans op noodmaatregelen (2)
5.3 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA 4% 2%
0% 2013
2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027
-2% -4% -6% -8%
-10% Gemiddelde cumulatieve korting
Gemiddelde cumulatieve reparatie
Gemiddelde netto cumulatieve korting
Bovenstaande grafiek toont de gemiddelde cumulatieve korting per jaar alsook de gemiddelde cumulatieve reparatie van gekorte rechten per jaar. Tevens wordt de gemiddelde cumulatieve netto korting getoond. Uit de grafiek valt op te maken dat de gemiddelde cumulatieve korting over alle 15 jaren groter is dan de gemiddelde cumulatieve reparatie over dezelfde tijdshorizon. Naar alle waarschijnlijkheid worden de kortingen derhalve niet volledig goedgemaakt door het gehanteerde reparatiebeleid. Stichting Pensioenfonds Forbo
19
Continuïteitsanalyse Aanpassing rechten actieven
5.4 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA In de grafiek is het percentage waarmee de pensioenrechten naar verwachting aangepast worden, afgezet tegen de tijd, terug te vinden voor verschillende percentielen.
Aanpassing rechten actieve deelnemers 15%
10%
De paarse lijn, het gemiddelde van de rechtenaanpassing voor de actieven, laat bij aanvang een forse knik zien als gevolg van de korting in 2013.
5% 75%-95% 0%
2013
2015
2017
2019
2021
-5%
2023
2025
2027
Naast kortingen en reguliere indexatie wordt ook het meerdere uit het premiedepot weergegeven in de aanpassing van de rechten. Dit leidt tot hoge indexatie voor de actieve deelnemers in de zeer positieve scenario’s.
50%-75% 25%-50% 5%-25%
-10%
-15%
gemiddelde
Bovenstaande grafiek toont de spreiding van de verwachte jaarlijkse aanpassing van de pensioenrechten (als gevolg van het korten van rechten, repareren van gekorte rechten, (inhaal)toeslag en afroming uit het premiedepot) voor de actieve deelnemers per jaar. Naast de gemiddelden is tevens een aantal percentielen weergegeven. Het 5e percentiel bijvoorbeeld geeft aan dat in 5% van de scenario’s de verwachte aanpassing van de rechten lager is. Stichting Pensioenfonds Forbo
20
Het 5e tot en met het 25e percentiel laten zien dat de deelnemers in de 25% slechtste gevallen op lange termijn geen toeslag en zelfs negatieve aanpassingen kunnen verwachten in een aantal jaar. Aanpassing rechten (uitgedrukt in TV) Actieve deelnemers Gemiddelde aanpassing rechten per jaar 5e percentiel gemiddelde per jaar
2.0% -1.9%
Cum. toeslagverlening (uitgedrukt in maatstaf) Actieve deelnemers Gemiddelde cumulatieve toeslag 5e percentiel gemiddelde cumulatieve toeslag
55.0% -31.4%
Continuïteitsanalyse Aanpassing rechten niet-actieven
5.5 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Ook hier is in de grafiek het percentage waarmee de pensioenrechten naar verwachting aangepast worden, afgezet tegen de tijd, terug te vinden voor verschillende percentielen.
Aanpassing rechten niet-actieve deelnemers 10%
5%
De paarse lijn laat ook voor de niet-actieven een forse knik zien als gevolg van de korting in 2013.
0% 2013
2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027 75%-95%
-5%
Het 5e tot en met het 25e percentiel laten zien dat de deelnemers in de 25% slechtste gevallen op lange termijn geen toeslag en zelfs negatieve aanpassingen kunnen verwachten in een aantal jaar.
50%-75% -10%
25%-50% 5%-25%
-15%
-20%
gemiddelde
Bovenstaande grafiek toont de spreiding van de verwachte jaarlijkse aanpassing van de pensioenrechten (als gevolg van het korten van rechten, repareren van gekorte rechten, (inhaal)toeslag) voor de niet-actieve deelnemers per jaar. Naast de gemiddelden is tevens een aantal percentielen weergegeven. Het 5e percentiel bijvoorbeeld geeft aan dat in 5% van de scenario’s de verwachte aanpassing van de rechten lager is.
Stichting Pensioenfonds Forbo
21
Aanpassing rechten (uitgedrukt in TV) Niet-actieve deelnemers Gemiddelde aanpassing rechten per jaar 5e percentiel gemiddelde per jaar
0.6% -2.2%
Cum. toeslagverlening (uitgedrukt in maatstaf) Niet-actieve deelnemers Gemiddelde cumulatieve toeslag 5e percentiel gemiddelde cumulatieve toeslag
22.5% -74.4%
Continuïteitsanalyse Verwacht pensioenresultaat
5.6 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Het pensioenresultaat geeft weer hoe de koopkracht van de deelnemer zich naar verwachting ontwikkelt. Het resultaat van 101% voor de actieve deelnemers betekent dat de waarde van het opgebouwd pensioen van de actieve deelnemers naar verwachting op lange termijn (vijftien jaar) 101% van de huidige waarde (in termen van koopkracht) zal behouden. Voor de niet-actieven bedraagt dit percentage 82%.
Onderstaande tabel toont het verwachte pensioenresultaat voor de actieve en niet-actieve deelnemers op basis van de prijsindex. Naast de gemiddelden is tevens het 5e percentiel weergegeven. Het 5e percentiel geeft aan dat in slechts 5% van de scenario’s het verwachte pensioenresultaat lager is.
Pensioenresultaat Verwachting 5e percentiel
Het 5e percentiel geeft weer hoe hoog het pensioenresultaat maximaal is in de 5% slechtste scenario’s. Voor de actieven resteert op lange termijn met 95% zekerheid een koopkracht met een waarde van minimaal 68%. Voor de niet-actieven bedraagt dit percentage 61% van de huidige koopkracht.
Type deelnemer Actieven Niet-actieven 101% 82% 68% 61%
Stichting Pensioenfonds Forbo
22
Continuïteitsanalyse Spreiding pensioenresultaat
5.7 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Pensioenresultaat actieve deelnemers
Pensioenresultaat niet-actieve deelnemers 160%
120%
140%
75%-95%
100%
120%
50%-75%
80%
75%-95%
50%-75%
100% 25%-50%
25%-50%
60%
80% 5%-25%
5%-25%
60%
40%
40% 20%
gemiddeld pensioenresultaat
gemiddeld pensioenresultaat
20%
0%
0% 2013 2015 2017 2019 2021 2023 2025 2027
2013 2015 2017 2019 2021 2023 2025 2027
Naast het verwachte pensioenresultaat is ook de spreiding van het pensioenresultaat van belang. Bovenstaande grafieken tonen de spreiding van het pensioenresultaat voor zowel de niet-actieve deelnemers (links) als de actieve deelnemers (rechts) op basis van de prijsindex.
Als gevolg van het gemiddeld niet volledig toekennen van de prijsstijging als toeslag kent het verwachte pensioenresultaat een dalend verloop voor de niet-actieve deelnemers. Voor de actieve deelnemers blijft de huidige koopkracht over 15 jaar ongeveer behouden. Het pensioenresultaat voor de actieven ligt hoger, vanwege de toeslagverlening op basis van de loonindex en de opbrengsten uit het premiedepot.
Stichting Pensioenfonds Forbo
23
Continuïteitsanalyse Financiering pensioenregeling (1)
5.8 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA De zuivere kostendekkende premie bestaat uit: actuarieel benodigde koopsommen; risico premies; een solvabiliteitsopslag (op basis van het VEV); een kostenopslag (2%).
Zuivere kostendekkende premie 40% 35% 75%-95%
30%
De zuivere kostendekkende premie is gebaseerd op de (doorontwikkeling van de) actuele UFR rente.
50%-75%
25%
25%-50%
20%
5%-25%
De feitelijke premie van 21% van de salarissom (de paarse lijn) is aanvankelijk hoger waarna deze vanaf 2018 onder de zuivere kostendekkende premie uitkomt.
15%
gemiddelde premie 10%
zkdp willekeurig gemiddelde zkdp
5%
Gemiddeld is de feitelijke premie lager dan de gemiddelde zuivere kostendekkende premie (de roze lijn). Doordat de zuivere kostendekkende premie gebaseerd is op de actuele UFR rente, vertoont deze een volatiel verloop (de gekleurde blokken).
0% 2013 2015 2017 2019 2021 2023 2025 2027
Bovenstaande grafiek toont de ontwikkeling en spreiding van de zuivere kostendekkende premie. Tevens wordt de gemiddelde feitelijke premie getoond.
Stichting Pensioenfonds Forbo
In circa 48% van de gevallen is de feitelijke premie naar verwachting niet kostendekkend.
24
Continuïteitsanalyse Financiering pensioenregeling (2)
5.8 Uitkomsten continuïteitsanalyse
CA Het pensioenfonds hanteert een intern financieringsbeleid dat uitgaat van een gedempte kostendekkende premie, bestaande uit: actuarieel benodigde koopsommen; risico premies; een solvabiliteitsopslag (op basis van MVEV); een kostenopslag (2%).
Gedempte kostendekkende premie 35% 30% 75%-95%
25%
50%-75% 25%-50%
20%
De gedempte kostendekkende premie is gebaseerd op een 60-maands gemiddelde rente.
5%-25% 15%
gemiddelde premie
10%
In circa 32% van de gevallen is de feitelijke premie niet kostendekkend indien deze getoetst wordt aan de gedempte kostendekkende premie.
gkdp willekeurig
5%
gemiddelde gkdp
0%
De premiedepot kostendekkende premie is de benodigde premie waartegen de feitelijke premie is afgezet ten behoeve van het premiedepot. Deze benodigde premie is afhankelijk van de dekkingsgraad (zie slide 7) en is gemiddeld circa 1%punt lager dan de feitelijke premie over de gehele periode.
2013 2015 2017 2019 2021 2023 2025 2027
Bovenstaande grafiek toont de ontwikkeling en spreiding van de feitelijke premie. Tevens wordt de gemiddelde zuivere kostendekkende premie getoond. Premievorm Feitelijke premie (doorsneepremie) Zuivere kostendekkende premie Gedempte kostendekkende premie Premiedepot kostendekkende premie
Stichting Pensioenfonds Forbo
Gemiddelde (% premiegrondslag) 21.0% 21.5% 19.6% 20.0%
25
Continuïteitsanalyse
CA Contactpersonen
Rob Schilder
[email protected]
Ralph van Daalen
[email protected]
Asset Liability Management
Towers Watson Netherlands B.V. Prof. E.M. Meijerslaan 5 1183 AV Amstelveen Tel: +31 (0)88 543 3000 www.towerswatson.nl
Disclaimer
Continuïteitsanalyse
De resultaten in deze presentatie zijn schattingen gebaseerd op aan ons beschikbaar gestelde pensioengegevens en veronderstellingen omtrent toekomstige ontwikkelingen. Hoewel wij deze gegevens en veronderstellingen zo zorgvuldig mogelijk hebben getoetst en vastgesteld, kunnen wij niet garanderen dat de aan ons geleverde gegevens juist zijn of dat toekomstige ontwikkelingen niet zullen afwijken van de gehanteerde veronderstellingen. Deze rapportage is daarnaast uitsluitend bedoeld voor Stichting Pensioenfonds Forbo en kan derhalve niet gebruikt worden voor andere doeleinden of op vertrouwd worden door andere personen zonder voorafgaande schriftelijke instemming van Towers Watson Netherlands B.V..
Stichting Pensioenfonds Forbo
26
Continuïteitsanalyse 6. Bijlage
Verschil pensioenresultaat en verwachte verhoging
CA
Volgens de voormalige methodiek wordt de verwachte verhoging de komende vijftien jaar als gevolg van het toeslagbeleid uitgedrukt in de verwachte verhoging van de maatstaf:
Vanaf 1 januari 2009 geldt een aangepaste Toeslagenmatrix. Volgens de voormalige methodiek wordt er een uitspraak gedaan over de ‘verwachte verhoging’ (toeslagresultaat). In de in juli 2008 aangepaste Toeslagenmatrix wordt geen toekomstverwachting gegeven, maar wordt er alleen iets gezegd over de (eventuele) verhoging van het pensioen in het huidige jaar en de verhogingen die de afgelopen drie jaar hebben plaatsgevonden.
35
100
100
In het voorbeeld zou de ‘verwachte verhoging’ (toeslagresultaat) dus 16 / 35 = 46% bedragen.
Voor de verwachting in de toekomst is het begrip ‘pensioenresultaat’ geïntroduceerd, dat een hoger percentage oplevert dan de ‘verwachte verhoging’.
Volgens de aangepaste methodiek wordt het pensioenresultaat gedefinieerd als het totale verwachte pensioen over vijftien jaar als gevolg van het toeslagbeleid gedeeld door het totale verwachte pensioen over vijftien jaar indien de volledige maatstaf zou kunnen worden toegekend.
Wij zullen de verschillen tussen beide begrippen aan de hand van een voorbeeld toelichten. Stel dat een deelnemer een opgebouwd pensioen van 100 heeft dat zo mogelijk met de prijsindex (bijvoorbeeld 2%) wordt verhoogd. Stel dat uit de continuïteitsanalyse volgt dat met het huidige beleid slechts 1% per jaar kan worden geïndexeerd.
116
135
Het pensioenresultaat bedraagt in dit voorbeeld 116 / 135 = 86%. Het pensioenresultaat is vooral interessant voor de deelnemers voor wat betreft de koopkrachtontwikkeling en het toeslagresultaat is vooral interessant als prestatiemaatstaf voor het pensioenfonds.
Een toeslag van 1% over 15 jaar levert: 100 * 1,0115 = 116. Een toeslag van 2% over 15 jaar levert: 100 * 1,0215 = 135.
Stichting Pensioenfonds Forbo
16
27
Continuïteitsanalyse Demografische veronderstellingen (1)
7. Bijlage uitgangspunten 1
CA Ontslagkansen Ontwikkeling van het meest recente deelnemersbestand op basis van nieuwe CDC-regeling (pensioenreglement 2013).
Leeftijd 21-25 26-30 31-35 36-40 41-45 46-50 51-55 56-60 61-64
Sterftekansen Op basis van prognosetafel 2010-2060, onder toepassing van ervaringssterfte Towers Watson 2010. Ontwikkeling deelnemersbestand actieven Constant (969 actieve deelnemers) gedurende de hele prognose.
Gemiddelde ontslagkans man
Gemiddelde ontslagkans vrouw
25% 11% 11% 4% 4% 2% 2% 1% 1%
25% 11% 11% 4% 4% 2% 2% 1% 1%
Invalideringskansen (50% x Verbond van Verzekeraars) De gemiddelde leeftijd wordt verondersteld licht stijgend te zijn. Leeftijd
Gemiddelde invalideringskansen Man
Gemiddelde invalideringskansen vrouw
21-25
0,096%
0,096%
26-30
0,121%
0,121%
31-35
0,152%
0,152%
36-40
0,191%
0,191%
41-45
0,239%
0,239%
46-50
0,301%
0,301%
51-55
0,379%
0,379%
56-60
0,476%
0,476%
61-64
0,571%
0,571%
Carrière Leeftijd
Carrière 21-25 26-30 31-35 36-40 41-45 46-50 51-55 56-60 61-64
Stichting Pensioenfonds Forbo
5,0% 4,4% 3,4% 2,4% 1,4% 0,4% 0,0% 0,0% 0,0%
28
Continuïteitsanalyse Demografische veronderstellingen (2)
7. Bijlage uitgangspunten 1
CA Ontwikkeling deelnemersbestand 1,200 1,000 800 600
Actieven 400 200 0 2013
2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027
Bovenstaande grafiek toont de verwachte ontwikkeling van het actieve deelnemersbestand (in FTE’s) binnen de pensioenregeling.
Stichting Pensioenfonds Forbo
29
Continuïteitsanalyse Economische parameters (1)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA Thinking ahead
Asset Research
Structurele ontwikkelingen op financiële markten Trends (innovatie) Macro economische omstandigheden
Economische theorie Fundamentele research Risico en rendement karakteristieken
Input vanuit marktpartijen Opportunities in specifieke markten
Global Investment Committee
Analyse en vaststelling rendement, risico en correlaties
Dutch Investment Committee
Aanpassing aan specifieke Nederlandse financiële markt en regelgeving
SZW
DNB Economische veronderstellingen Stichting Pensioenfonds Forbo
Manager Research
30
Continuïteitsanalyse Economische parameters (2)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA Prijsinflatie Looninflatie 15-jaars swaprente 30-jaars swaprente Wereldwijde aandelen (niet-hedged) Wereldwijde aandelen (hedged) Europese aandelen Aandelen opkomende landen Europees direct vastgoed Europees indirect vastgoed Europese staatsobligaties (dur. 6) Europese AAA staatsobligaties (dur. 6) Europese staatsobligaties (dur. 10) Europese staatsobligaties (dur. 15) Europese AAA staatsobligaties (dur. 15) Europese staatsobligaties (dur. 20) Geïndexeerde euro staatsobligaties (dur. 8) Geïndexeerde staatsobligaties (dur. 17) Europese bedrijfsobligaties High Yield Obligaties (Hedged) EMD (Hedged) EMD (Unhedged) Private Equity (Hedged) Hedge funds (Hedged) Commodities (Hedged) PFI/Infrastructuur Implied Inflation Europese Deposito's Europese reële rente
*
Rekenkundig gemiddelde 2.0% 3.0% 2.2% 2.4% 7.1% 7.0% 6.5% 8.7% 4.5% 5.3% 2.5% 2.2% 2.8% 3.1% 2.9% 3.2% 2.1% 2.7% 3.6% 4.3% 4.1% 4.9% 7.9% 4.1% 4.7% 6.3% 2.1% 0.4% 0.2%
Standaard deviatie 1.7% 2.1% 1.3% 1.4% 18.6% 17.5% 19.7% 25.9% 10.3% 14.2% 4.5% 4.2% 7.4% 10.6% 10.7% 13.1% 3.2% 5.4% 4.9% 10.9% 10.1% 15.7% 25.0% 7.1% 18.0% 16.5% 1.3% 1.1% 0.4%
Meetkundig gemiddelde 2.0% 3.0% 2.2% 2.4% 5.6% 5.7% 4.8% 5.8% 4.1% 4.4% 2.4% 2.1% 2.5% 2.6% 2.3% 2.4% 2.1% 2.6% 3.4% 3.8% 3.7% 3.8% 5.1% 3.9% 3.3% 5.1% 2.1% 0.3% 0.2%
De swaprente is gebaseerd op de door DNB gepubliceerde RTS per 31-12-2012.
Stichting Pensioenfonds Forbo
31
5e percentiel
Mediaan
-0.8% -0.4% 0.4% 0.5% -22.8% -21.2% -24.6% -29.4% -11.8% -17.4% -4.4% -4.3% -8.7% -13.2% -13.5% -16.7% -2.9% -5.7% -4.1% -13.5% -12.5% -19.5% -29.3% -7.4% -22.2% -18.7% 0.3% -1.4% -0.4%
2.0% 3.0% 2.1% 2.2% 6.8% 6.8% 5.9% 6.3% 4.1% 5.0% 2.3% 2.0% 2.5% 2.6% 2.3% 2.4% 2.1% 2.6% 3.4% 4.5% 4.2% 4.2% 6.0% 4.1% 3.5% 5.2% 1.9% 0.3% 0.2%
95e percentiel 4.8% 6.5% 4.6% 5.0% 38.2% 36.3% 39.9% 54.7% 21.9% 29.4% 10.0% 9.4% 15.6% 21.4% 21.0% 26.1% 7.5% 12.0% 11.8% 22.2% 20.4% 32.0% 52.1% 15.8% 36.4% 34.9% 4.6% 2.2% 0.8%
1e orde autocorrelatie 20.4% 47.9% 32.0% 30.4% -7.0% -6.9% -6.6% -6.9% -7.8% -7.0% -34.4% -31.7% -38.9% -39.7% -34.2% -39.8% -7.0% -18.2% -33.6% -26.9% 0.1% -6.6% -8.3% -6.0% -6.2% -7.5% 30.4% 30.3% 38.7%
Continuïteitsanalyse Economische parameters (3)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA Op deze en de volgende twee slides een overzicht van de belangrijkste economische variabelen en rendementen: Spreiding fondsrendement 25%
20%
20%
Spreiding rendement op staatsobligaties (Euro Aggregate )
15%
15%
10%
10%
5%
5% 0% 2013 -5%
2015
2017
2019
2021
2023
2025
0% 2013 -5%
2027
2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027
-10%
-10%
-15%
-20%
-15%
2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
5e percentiel 75e percentiel
Stichting Pensioenfonds Forbo
25e percentiel 95e percentiel
2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
32
5e percentiel 75e percentiel
25e percentiel 95e percentiel
Continuïteitsanalyse Economische parameters (4)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA
Spreiding 15-jaars swaprente
Spreiding 30-jaars swaprente
7%
8%
6%
7% 6%
5%
5%
4%
4% 3%
3%
2%
2%
1% 0% 2013
1%
2015
2017
2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
2019
2021
5e percentiel 75e percentiel
Stichting Pensioenfonds Forbo
2023
2025
0% 2013
2027
25e percentiel 95e percentiel
2015
2017
2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
33
2019
2021
5e percentiel 75e percentiel
2023
2025
2027
25e percentiel 95e percentiel
Continuïteitsanalyse Economische parameters (5)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA
Spreiding prijsinflatie
Spreiding looninflatie
6%
10%
5%
8%
4% 6%
3% 2%
4%
1%
0% 2013 -1%
2% 2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027
0% 2013
-2%
2015
2017
2019
2021
2023
2025
2027
-2% 2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
5e percentiel 75e percentiel
Stichting Pensioenfonds Forbo
25e percentiel 95e percentiel
2.5e percentiel mediaan 97.5e percentiel
34
5e percentiel 75e percentiel
25e percentiel 95e percentiel
Continuïteitsanalyse Economische parameters (6)
8. Bijlage uitgangspunten 2
CA Onderstaand een tabel met daarin de gehanteerde gemiddelde correlaties. 1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
1 Prijsinflatie
1.00 0.92 0.56 0.50 0.08 0.06 0.05 0.08 -0.01 0.04 -0.15 -0.19 -0.17 -0.20 -0.26 -0.22 0.63 0.39 -0.10 0.07 0.05 0.08 0.07 0.15 0.08 -0.04 0.45 0.71 0.40
2 Looninflatie
0.92 1.00 0.70 0.65 0.06 0.05 0.04 0.07 -0.01 0.03 0.03 0.01 -0.04 -0.08 -0.12 -0.10 0.64 0.44 0.07 0.10 0.07 0.09 0.05 0.16 0.09 -0.02 0.62 0.80 0.39
3 15-jaars sw aprente
0.56 0.70 1.00 0.99 0.00 0.01 0.03 0.00 0.02 0.03 0.12 0.14 0.04 -0.02 -0.03 -0.05 0.44 0.31 0.19 0.11 0.07 0.05 0.02 0.14 0.05 -0.04 0.98 0.91 0.38
4 30-jaars sw aprente
0.50 0.65 0.99 1.00 -0.01 0.01 0.02 -0.01 0.02 0.02 0.16 0.18 0.07 0.01 0.00 -0.03 0.41 0.30 0.22 0.10 0.06 0.04 0.01 0.13 0.05 -0.03 0.99 0.86 0.36
5 Wereldw ijde aandelen (niet-hedged)
0.08 0.06 0.00 -0.01 1.00 0.96 0.82 0.87 0.53 0.83 -0.01 -0.03 -0.01 -0.01 -0.03 -0.01 0.07 0.06 0.17 0.51 0.54 0.62 0.69 0.63 0.31 0.51 -0.01 0.04 -0.04
6 Wereldw ijde aandelen (hedged)
0.06 0.05 0.01 0.01 0.96 1.00 0.88 0.82 0.57 0.89 0.00 -0.02 0.00 0.00 -0.02 0.00 0.07 0.06 0.19 0.54 0.57 0.45 0.74 0.67 0.34 0.53 0.01 0.04 -0.02
7 Europese aandelen
0.05 0.04 0.03 0.02 0.82 0.88 1.00 0.65 0.50 0.97 0.00 0.00 0.01 0.01 0.00 0.01 0.06 0.05 0.25 0.46 0.48 0.34 0.63 0.57 0.30 0.46 0.02 0.05 -0.01
8 Aandelen opkomende landen
0.08 0.07 0.00 -0.01 0.87 0.82 0.65 1.00 0.45 0.67 0.00 -0.01 0.00 0.00 -0.01 0.00 0.08 0.07 0.11 0.38 0.46 0.55 0.58 0.53 0.25 0.44 0.00 0.03 -0.05
9 Europees direct vastgoed
-0.01 -0.01 0.02 0.02 0.53 0.57 0.50 0.45 1.00 0.71 -0.03 -0.04 -0.05 -0.04 -0.05 -0.04 0.15 0.18 0.10 0.31 0.32 0.22 0.46 0.44 0.22 0.33 0.06 0.02 -0.18
10 Europees indirect vastgoed
0.04 0.03 0.03 0.02 0.83 0.89 0.97 0.67 0.71 1.00 -0.01 -0.01 -0.01 0.00 -0.01 0.00 0.09 0.10 0.24 0.47 0.49 0.34 0.66 0.60 0.31 0.48 0.04 0.05 -0.06
11 Europese staatsobligaties (dur. 6)
-0.15 0.03 0.12 0.16 -0.01 0.00 0.00 0.00 -0.03 -0.01 1.00 0.85 0.95 0.94 0.79 0.93 0.09 0.16 0.67 0.19 0.23 0.12 -0.02 0.02 0.02 0.21 0.21 -0.03 -0.23
12 Europese AAA staatsobligaties (dur. 6)
-0.19 0.01 0.14 0.18 -0.03 -0.02 0.00 -0.01 -0.04 -0.01 0.85 1.00 0.83 0.82 0.94 0.80 0.09 0.18 0.76 0.19 0.25 0.15 -0.03 0.00 0.04 0.21 0.24 -0.03 -0.28
13 Europese staatsobligaties (dur. 10)
-0.17 -0.04 0.04 0.07 -0.01 0.00 0.01 0.00 -0.05 -0.01 0.95 0.83 1.00 1.00 0.87 0.99 0.06 0.13 0.66 0.22 0.27 0.14 -0.03 0.01 0.03 0.22 0.12 -0.04 -0.29
14 Europese staatsobligaties (dur. 15)
-0.20 -0.08 -0.02 0.01 -0.01 0.00 0.01 0.00 -0.04 0.00 0.94 0.82 1.00 1.00 0.87 1.00 0.03 0.12 0.64 0.22 0.26 0.14 -0.03 0.00 0.03 0.23 0.06 -0.10 -0.31
15 Europese AAA staatsobligaties (dur. 15)
-0.26 -0.12 -0.03 0.00 -0.03 -0.02 0.00 -0.01 -0.05 -0.01 0.79 0.94 0.87 0.87 1.00 0.86 0.02 0.13 0.71 0.20 0.27 0.16 -0.04 -0.03 0.04 0.23 0.06 -0.13 -0.37
16 Europese staatsobligaties (dur. 20)
-0.22 -0.10 -0.05 -0.03 -0.01 0.00 0.01 0.00 -0.04 0.00 0.93 0.80 0.99 1.00 0.86 1.00 0.02 0.11 0.63 0.22 0.26 0.13 -0.03 0.00 0.03 0.23 0.03 -0.12 -0.33
17 Geïndexeerde euro staatsobligaties (dur. 8)
0.63 0.64 0.44 0.41 0.07 0.07 0.06 0.08 0.15 0.09 0.09 0.09 0.06 0.03 0.02 0.02 1.00 0.96 0.11 0.16 0.14 0.13 0.06 0.12 0.08 0.35 0.44 0.50 -0.05
18 Geïndexeerde staatsobligaties (dur. 15)
0.39 0.44 0.31 0.30 0.06 0.06 0.05 0.07 0.18 0.10 0.16 0.18 0.13 0.12 0.13 0.11 0.96 1.00 0.16 0.17 0.15 0.14 0.05 0.09 0.07 0.44 0.35 0.34 -0.23
19 Europese bedrijfsobligaties
-0.10 0.07 0.19 0.22 0.17 0.19 0.25 0.11 0.10 0.24 0.67 0.76 0.66 0.64 0.71 0.63 0.11 0.16 1.00 0.58 0.47 0.33 0.12 0.15 0.11 0.28 0.26 0.06 -0.19
20 High Yield Obligaties (Hedged)
0.07 0.10 0.11 0.10 0.51 0.54 0.46 0.38 0.31 0.47 0.19 0.19 0.22 0.22 0.20 0.22 0.16 0.17 0.58 1.00 0.77 0.59 0.38 0.40 0.22 0.42 0.13 0.12 -0.14
21 EMD (Hedged)
0.05 0.07 0.07 0.06 0.54 0.57 0.48 0.46 0.32 0.49 0.23 0.25 0.27 0.26 0.27 0.26 0.14 0.15 0.47 0.77 1.00 0.55 0.41 0.40 0.22 0.44 0.10 0.08 -0.17
22 EMD (Unhedged)
0.08 0.09 0.05 0.04 0.62 0.45 0.34 0.55 0.22 0.34 0.12 0.15 0.14 0.14 0.16 0.13 0.13 0.14 0.33 0.59 0.55 1.00 0.26 0.30 0.15 0.33 0.07 0.08 -0.15
23 Private Equity (Hedged)
0.07 0.05 0.02 0.01 0.69 0.74 0.63 0.58 0.46 0.66 -0.02 -0.03 -0.03 -0.03 -0.04 -0.03 0.06 0.05 0.12 0.38 0.41 0.26 1.00 0.54 0.25 0.41 0.02 0.04 0.00
24 Hedge funds (Hedged)
0.15 0.16 0.14 0.13 0.63 0.67 0.57 0.53 0.44 0.60 0.02 0.00 0.01 0.00 -0.03 0.00 0.12 0.09 0.15 0.40 0.40 0.30 0.54 1.00 0.24 0.37 0.13 0.17 0.03
25 Commodities (Hedged)
0.08 0.09 0.05 0.05 0.31 0.34 0.30 0.25 0.22 0.31 0.02 0.04 0.03 0.03 0.04 0.03 0.08 0.07 0.11 0.22 0.22 0.15 0.25 0.24 1.00 0.21 0.05 0.07 -0.01
26 PFI/Infrastructuur
-0.04 -0.02 -0.04 -0.03 0.51 0.53 0.46 0.44 0.33 0.48 0.21 0.21 0.22 0.23 0.23 0.23 0.35 0.44 0.28 0.42 0.44 0.33 0.41 0.37 0.21 1.00 0.05 -0.04 -0.47
27 Implied Inflation
0.45 0.62 0.98 0.99 -0.01 0.01 0.02 0.00 0.06 0.04 0.21 0.24 0.12 0.06 0.06 0.03 0.44 0.35 0.26 0.13 0.10 0.07 0.02 0.13 0.05 0.05 1.00 0.83 0.20
28 Europese Deposito's
0.71 0.80 0.91 0.86 0.04 0.04 0.05 0.03 0.02 0.05 -0.03 -0.03 -0.04 -0.10 -0.13 -0.12 0.50 0.34 0.06 0.12 0.08 0.08 0.04 0.17 0.07 -0.04 0.83 1.00 0.41
29 Europese reële rente
0.40 0.39 0.38 0.36 -0.04 -0.02 -0.01 -0.05 -0.18 -0.06 -0.23 -0.28 -0.29 -0.31 -0.37 -0.33 -0.05 -0.23 -0.19 -0.14 -0.17 -0.15 0.00 0.03 -0.01 -0.47 0.20 0.41 1.00
Stichting Pensioenfonds Forbo
35