Ministerie van Infrastructuur en Milieu Directie Participatie NRD Structuurvisie Ondergrond Postbus 30316 2500 GH DEN HAAG
Assen, 11 maart 2015
Referentie NBEL263
Onderwerp: Zienswijze NRD Structuurvisie Ondergrond
L.S. Hierbij ontvangt u de zienswijze van het Overlegorgaan Drentsche Aa. Het Overlegorgaan is ingesteld door het toenmalige ministerie van LNV en tevens door gedeputeerde staten van Drenthe benoemd als Gebiedscommissie. Het Overlegorgaan Drentsche Aa behartigt de belangen van het totale Drentsche Aagebied: Nationaal Park & Nationaal Landschap Drentsche Aa. In het Overlegorgaan zijn alle belangen bestuurlijk vertegenwoordigd: provincie Drenthe, gemeenten Aa en Hunze, Assen, Haren en Tynaarlo, waterschap Hunze en Aa’s, Waterbedrijf Groningen, de recreatiesector, LTO-noord, Staatsbosbeheer, Natuur- en milieufederatie Drenthe en de Brede Overleggroep Kleine Dorpen. Het Drentsche Aa-gebied is een internationaal uniek gebied - met een zeer hoge beschermingsstatus - en wordt ook zo door bewoners en bezoekers beleefd (door Stichting Natuur en Milieu beoordeeld met ‘5-sterren’). In het Beheer, Inrichtings- en Ontwikkelingsplan (BIOplan) Drentsche Aa 2.0 (2012 - 2020) zijn deze kwaliteiten beschreven en de gezamenlijke doelen voor het Drentsche Aa-gebied beschreven (zie bijlage 1). In uw bekendmaking d.d. 9 februari 2015 vraag u een ieder te reageren op onderstaande drie vragen: 1. Is scope van het onderzoek (H3) toereikend? 2. Zijn alle relevante milieueffecten opgenomen in beoordelingskader (H4)? 3. Overige aandachtspunten verdere proces? Ad 1: Scope van het onderzoek Landschapsbiografie van de Drentsche Aa Op 2 juli 2015 wordt de ‘Landschapsbiografie van de Drentsche Aa’ gepresenteerd tijdens een landelijk symposium in Zeegse. Een groep auteurs uit verschillende vakgebieden, onder leiding van dr. Hans Elerie, prof.dr. Jan Bakker en prof.dr.ir. Theo Spek, hebben hierin vijftig jaar wetenschappelijk onderzoek en aanvullend nieuw bronnenonderzoek gebundeld, geanalyseerd en toegankelijk gemaakt voor
een brede doelgroep. Het is uitzonderlijk dat de kennis van de aardwetenschappen, archeologie, historische geografie, architectuurgeschiedenis en ecologie in samenhang met elkaar belanden in één overzichtswerk. Die combinatie geeft een scherper inzicht in de wisselwerking tussen mens, natuur en landschap van de Drentsche Aa. In wetenschappelijke kringen kan de geïntegreerde aanpak op grote belangstelling en mogelijk ook op navolging rekenen Wij vragen u de scope van het onderzoek in hoofdstuk 3 te verbreden tot een interdisciplinaire visie op de totale Drentsche Aa-systeem. Het nog te publiceren onderzoek levert hiervoor de bouwstenen. Ad 2: Relevante milieueffecten In de plan-MER worden effecten getoetst op diverse thema’s, aspecten en effecten (zie tabel 4.1 Beoordelingskader milieueffecten): • Bij het ‘Thema Bodem en water / Aspect Oppervlaktewater / Effecten’ ontbreekt de Drentsche Aa als brongebied voor schoon oppervlaktewater voor bereiding van drinkwater (zie bijlage 3). • Bij het ‘Thema Woon- en Leefmilieu / Aspect Licht / Effecten’ ontbreekt het stiltegebied, dat tevens aangewezen voor het aspect duisternis (zie bijlage 3). • Bij het ‘Thema Natuur / Aspect Beschermde gebieden (o.a. EHS/Natura 2000) / Effecten’ ook de status Nationaal Park & Nationaal Landschap Drentsche Aa toevoegen, vanwege de kwetsbaarheid van dit gebied in zijn algemeenheid en van het diepe grondwater hier in het bijzonder (zie bijlage 2). • Bij het ‘Thema Ruimtelijke kwaliteit, landschap en cultuurhistorie’ zijn 4 aspecten benoemd. Daarnaast benoemt u het ‘Thema Ruimtegebruik’. Wij verzoeken aan deze onderdelen ook de status Nationaal Park & Nationaal Landschap Drentsche Aa toe te voegen, vanwege de integrale samenhang van het totale gebied (met al zijn kwaliteiten) zoals dat ook door mensen wordt beleefd (zie bijlage 2). Op voorhand vragen wij u de mogelijke effecten van het gebruik van de zoutkoepels op het (diepe) grondwater en de grondwaterstroming te onderzoeken in de plan-MER. Ad 3: Overige aandachtspunten: CO2-opslag: Wij verzoeken u in de planMER uitgebreid in te willen gaan op de mogelijke gevolgen van CO2-opslag in lege gasvelden zoals veiligheid (veiligheidscontouren), trillingen en bodemstijging en de mogelijke gevolgen van dit laatste voor het grondwater/de natuur. Hoogachtend,
H.R. Oosterveld, voorzitter Overlegorgaan Drentsche Aa
2
Bijlagen: 1. Beheer, Inrichtings- en Ontwikkelingsplan (BIO-plan) Drentsche Aa 2.0 (2012 2020): Zie http://www.drentscheaa.nl/documents/documenten/bio-plan-drentsche-aa-2.0-20122020.pdf
2. Kaart met beleidscategorieën in het Drentsche Aa-gebied. Hier ontbreken nog de oppervlaktewaterwinning t.b.v. drinkwater uit de beek zelf en het stiltegebied (tevens duisternis) zie bijlage 3. 3. Provinciale Omgevingsverordening Drenthe: Stilte en Duisternis en Grondwaterbeschermingsgebied Drentsche Aa
3
Bijlage 2
4
Bijlage 3
5