ASBESTINVENTARIS Scholengroep Brussel Academie Beeldende Kunsten Anderlecht, Dapperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht

Translab

Asbest Laboratorium

Laboratorium werkend volgens Europese Kwaliteitsnormen EN45001 & ISO 17025 Officieel erkend door Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg Labo : tel 09 369 38 37 - fax 09 369 77 36 - planning 0473 969 501 – 0475 914 249 - email [email protected] - www.translab.be Translab Environmental Consult NV (T.E.C. nv) Meersstraat 8 te 9270 Laarne - ondernemingsnr BE 0465.337.209

ASBESTINVENTARIS Scholengroep Brussel – Academie Beeldende Kunsten Anderlecht, Dapperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht

Adres: Referentie van de inventaris:

Daperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht ABK110511

Technisch coördinator Ik ondergetekende, Dhr Tino Braeckman, verklaar dat de in deze inventaris opgenomen informatie correct is. Opgemaakt te Laarne, op 25.05.2011. Handtekening van de technische coördinator.

Verklaring voor het asbestbeheer Ik ondergetekende, mr./mevr ………………………….., verklaar kennis te hebben genomen van deze asbestinventaris en de conclusies ervan. Omgemaakt te …………………., op …………………… Handtekening van de verantwoordelijke voor asbestbeheer ……………………………………… Opgemaakt door: Translab Asbestlaboratorium

Pagina 1 van 49

Asbestinventaris Ref : ABK110511 Academie Beeldende Kunsten Anderlecht, Dapperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht

Inhoud 1

Inleiding 1.1 Algemene beschrijving 1.2 Reikwijdte van de opdracht 1.3 Voorbehoud 1.4 Beschrijving van de methode die werd gebruikt om de inventaris op te stellen: 1.4.1 Manier van monsterneming 1.4.2 Werkmiddelen waarover de onderzoeker beschikt 1.4.3 Markering en opsporing op het terrein 1.4.4 Aantal te nemen monsters 1.4.5 Analyse in het laboratorium 1.5 Algemene evaluatie van de risico’s

2

Resultaten 2.1 Beschrijvende fiche van de verdachte materialen 2.2 Overzichtstabel van de asbesttoepassingen

3

Bijlagen 3.1 Plannen en schema’s 3.2 Analyseverslagen 3.3 Andere documenten

4

Definities

5

Wettelijk kader 5.1 De asbestinventaris 5.2 Bijwerken van de asbestinventarisatie 5.3 Het beheersprogramma 5.4 Ter beschikking stellen van de asbestinventaris 5.5 De risico-evaluatie 5.6 Asbestafval

Opmerking Dit verslag mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd.

Algemene conclusie van het verslag: Er werden materialen en producten aangetroffen die asbest bevatten.

Opgemaakt door: Translab Asbestlaboratorium

Pagina 2 van 49


1. Inleiding 1.1 Algemene beschrijving a)

Benaming van het gebouw en/of van de delen van het gebouw waarop de inventaris betrekking heeft: Deze inventaris heeft betrekking op een deel van het gebouw welke ter plaatse ons werd aangeduid door dhr. Bryon Ivo, directeur. Dit deel staat ter renovatie planning. Zie bijgevoegd plan. Delen A-B-C-D werden geïnspecteerd.

b)

Opdracht Het betreft een inventarisatie van alle asbesthoudende materialen, gekoppeld aan een beheersprogramma.

c)

Opdrachtgever Scholengroep Brussel Oudstrijderslaan 200 1140 Evere T. 02 727 06 77 F. 02 702 30 60 Contact persoon, Mevr. Vandevelde Virginie

d)

Uitvoering Voorbereidende opzoekingen Monsterneming Opsteller verslag Technisch coördinator

Francois Hallaert, kwaliteitsverantwoordelijke Tino Braeckman / Francois Hallaert, technieker-werf Tino Braeckman Tino Braeckman, Laboratorium verantwoordelijke

e)

Laboratorium De analyses worden uitgevoerd door Translab zelf, in functie van erkend laboratorium door FOD WASO.

f)

Datum(s) van het bezoek ter plaatse De inventarisatie en staalnames werden uitgevoerd op 11 mei 2011.

g)

Datums van uitvoering van de studie Voorbereidende werken: 11 mei 2011 Inventarisatieverslag: 25 mei 2011

h)

Contactpersoon in het gebouw Directeur van de academie Dhr. Bryon Ivo T. 02 523 03 71 F. 02 523 02 81 Gsm. 0484 632 944


Pagina 3 van 49


1.2 Algemene beschrijving a)

Exacte geografische omvang van de opdracht Deze inventaris heeft betrekking op een deel van het gebouw welke ter plaatse ons werd aangeduid door dhr. Bryon Ivo, directeur. Dit deel staat ter renovatie gepland. Zie bijgevoegd plan, delen A-B-C-D werden geïnspecteerd.

b)

Werden geïnspecteerd:

Dak Verdieping +1 Gelijkvloers

Werden niet geïnspecteerd:

Alle andere schoolgebouwen van de school. Oude lift en liftkoker – niet toegankelijk Kelder – niet toegankelijk

Voorgeschiedenis van het gebouw Er zijn ons geen gegevens bekend.

1.3 Voorbehoud Aan de hand van een visuele rondgang, aangevuld met genomen asbestverdachte materiaalmonsters wordt een asbestinventaris opgesteld naar best vermogen, rekening houdende met de ervaring der uitvoerder, en in de meest haalbare zin. De asbesttoepassingen en asbestverdachte materialen waarin mogelijks asbest verwerkt is, worden opgespoord op basis van eerder opgedane ervaring. op basis van ervaring en visuele waarneming, worden representatieve bemonsteringspunten bepaald op plaatsen waar er monsters dienen te worden genomen. In het geval dat in het gebouw, locatie of site, werken worden uitgevoerd is het logisch en vanzelfsprekend dat naarmate meer en meer materialen beroerd worden, er meer aangewende materialen zullen zichtbaar worden, dit naarmate de werken vorderen, en eventuele aanvankelijk verborgen asbesthoudende materialen kunnen worden ontdekt doordat deze komen bloot te liggen. Aanvankelijk verborgen asbesttoepassingen kunnen door bijv. sloop van muren, wegnemen plafond- of andere platen, wegnemen behang, enz. slechts dan zichtbaar worden. Bij de vaststelling van een mogelijks asbesthoudend (asbestverdacht) materiaal, dient dit zonder verwijl op de aanwezigheid van asbest onderzocht te worden, en dient er indien nodig een vervollediging van de asbestinventaris en het beheersprogramma te gebeuren.


Pagina 4 van 49


1.4 Beschrijving van de methode die werd gebruikt om de inventarisatie op te stellen: monsternemingen en analyses 1.4.1

Manier van monsterneming Visueel opsporen van materialen die mogelijks asbest bevatten. Inspectie van muren vloeren plafonds luchtkokers buizen en oppervlakten voorzien van isolatie. Beschrijving van de verdachte materialen en situering ervan. Het nemen van foto’s van de bemonsterde asbestverdachte materialen. Monstername van fragiele of broze materialen en andere materialen waarvan wordt vermoedt dat ze asbest bevatten. Staalname van materialen welke asbesthoudend zijn, of verdacht worden asbesthoudend te zijn gebeurt conform procedure Translab.02. Tijdens het nemen van deze stalen moet er extra aandacht besteedt worden aan het vermijden van contaminatie van de omgeving. De omvang van de voorbereidings- en voorzorgsmaatregelen zijn afhankelijk van het soort materiaal dat onderzocht moet worden. Het monster dient representatief te zijn voor de ganse te bemonsteren oppervlakte, t.t.z. de ganse lengte van de te bemonsteren isolatie rond een leiding of de volledige diepte van het materiaal dat een installatie bedekt, wetende dat de samenstellingen van zulke materialen niet altijd homogeen zijn. Indien het te bemonsteren materiaal ergens beschadigd is, kan op die plaats van beschadiging gemakkelijk een monster genomen worden. Er dient gelet te worden op eventuele vroegere veranderingswerken of eerdere aanpassingen (oplapwerken). Bij verandering in samenstelling of oppervlaktebehandeling, worden ook hiervan monsters genomen worden. De bemonsterde plaats wordt met een identificatienummer geïdentificeerd. Na elk genomen monster worden het gebruikte gereedschap gereinigd, zodat tussen monsters onderling kruiscontaminatie wordt vermeden. Na de staalname wordt de beschadigde plaats verzegeld met tape of met een dichtingsproduct dat in overeenstemming is met de brandveiligheid en dat de structurele integriteit van het materiaal niet ondermijnt. Elk monster dient afzonderlijk en dubbel verpakt te worden in de speciaal daartoe voorziene bemonsteringszakjes met druksluiting. Eens het monster is genomen wordt het onmiddellijk gemerkt met een identificatienummer. Dit nummer bestaat uit de ID-code van de klant en de datum omgekeerd, gevolgd door een volgnummer.

1.4.2

Werkmiddelen waarover de onderzoeker beschikt Klein materiaal in een koffer, stevige tang, tang met gebogen bek, stanleymes, set schroevendraaiers, een beitel, een hamer en enkele sleutels. Plastiek zakjes van een degelijke kwaliteit met druksluiting en met schrijfstroken. Kleefband voor het herstellen van de broze materialen waarvan monsters werden genomen. Trapladder en zaklampen.


Pagina 5 van 49


1.4.3

Markering en opsporing op het terrein Markering De exacte plaats waar een monster werd genomen wordt aangeduid op het terrein en in het verslag. Een foto van de plaats waar het monster werd genomen, wordt in het verslag opgenomen. Hierbij wordt er op gelet dat de plaats waar het monster werd genomen, kan worden herkend. De plaats van de monsternemingen en van de herkende asbesthoudende toepassingen, worden aangeduid op eventueel bestaande plannen of schema’s. Nummering Tijdens het bezoek ontvangt elke asbesthoudende toepassing of elke toepassing waarvan wordt vermoed dat ze asbest bevat (waarvan monsters werden genomen voor analyse), een uniek nummer. Indien meerdere monsters worden genomen van een toepassing, krijgen ze een tweede nummer dat zal worden gevoegd bij het nummer van de toepassingen. Wanneer een asbesttoepassing een groot aantal keren terugkeert in het gebouw, systematisch en telkens van exact hetzelfde type, dan wordt hiervoor een uniek nummer gegeven. Deze toepassing wordt dan slechts beschreven in één fiche.

1.4.4

Aantal te nemen monsters De genomen monsters worden elk in een individuele verpakking gestopt, omdat de monsters elkaar anders kunnen besmetten. Een beperkt aantal monsters volstaat om te bepalen of een materiaal positief is wat betreft het bevatten van asbest, terwijl meer monsters nodig zijn om te garanderen dat een materiaal geen asbest bevat. Een of twee monsters zijn voldoende van een identiek vooraf vervaardigd materiaal, meerdere monsters dienen voorzien te worden voor broze materialen die ter plaatse werden verwerkt. Een monster dient voorzien te worden voor elk homogeen verdacht materiaal, en minstens één monster per herkenbare zone. Warmte-isolerend materiaal Eerst dienen de verschillende soorten van warmte-isolerend materiaal gedetermineerd te worden, door zich te baseren op kleur, textuur en structuur van de isolatie. Elk type van isolatiemateriaal dient indien noodzakelijk wordt geacht, bemonsterd te worden op basis van onderstaande gegevens: Homogene lengte < 20 m 1 monster Homogene lengte tussen 20-50 m 2 monsters Homogene lengte tussen 50-100 m 3 monsters Per homogeen stuk van 50 m extra 1 bijkomend monster Indien warmte-isolerend materiaal anders van aard is dan het materiaal dat werd aangetroffen op de rechte stukken, dan wordt eveneens ten minste één monster genomen in een bocht, op de plek van een herstelling, in de eindstukken. In het algemeen wordt telkens wanneer er een vermoeden is dat het materiaal verschilt van de rest van de lijn, een bijkomend monster genomen. Spuitasbest De zones met spuitasbest worden visueel geïnspecteerd op kleur- en textuurverschillen, die op een gebrek aan homogeniteit kunnen wijzen. Een monster wordt genomen per type van spuitasbest. Panelen, isolatiepanelen, vezelcement Van homogene materialen wordt één monster genomen, op voorwaarde dat men zeker is dat hetzelfde materiaal werd gebruikt.


Pagina 6 van 49


Touwen Vaak kunnen asbesttouwen en touwen in synthetische materialen met het blote oog van elkaar worden onderscheiden. Hierbij is echter waakzaamheid geboden, aangezien touwen er anders kunnen gaan uitzien na blootstelling aan warmte of atmosferische invloeden. Men moet er rekening mee houden dat één enkel positief monster kan volstaan om alle voor een welbepaalde toepassing gebruikte touwen als positief te beschouwen. Bij industrieel gebruik moet men, om de risico’s van valse negatieve resultaten te beperken, als volgt te werk gaan: er moet een representatieve monsterneming worden uitgevoerd op 10 % van de touwen in de specifieke gevallen, waarvan met weet dat deze touwen zeer regelmatig werden vervangen, wanneer met wil bewijzen dat het gebruikte materiaal geen asbest bevat. Vloertegels Het gaat om een homogeen materiaal. Er wordt één monster per type van vloertegel genomen. Men dient echter wel rekening te houden met latere herstellingen. Er dient aldus een monster genomen te worden van de oudere betegeling. Indien men zwarte bitumineuze lijm aantreft onder de tegels, worden deze ook bemonsterd en wordt nagegaan op welke oppervlakte deze lijm werd gebruikt. 1.4.5

Analyse in het laboratorium Hier wordt gebruik gemaakt van optische microscopie op basis van gepolariseerd licht, en dispersiekleuring, conform procedure Translab.02 (erkend door FOD WASO). Preliminair onderzoek met stereomicroscoop, waarbij de materialen onderzocht worden op hun uiterlijke kenmerken. Visueel onderzoek met stereomicroscoop, teneinde de materialen als hechtgebonden / ongebonden te kunnen onderscheiden. Identificatie met behulp van polarisatiemicroscopie en dispersiekleuring. Asbestverdachte vezels worden onderzocht op: de morfologie de optische eigenschappen en vezelkleur het pleochroïsme de dubbelbreking (anisotropie) de extinctie (uitdoving) het elongatieteken de polarisatiekleuren Na dit onderzoek kan een ervaren laboratoriumspecialist concluderen en afleiden om welke asbestvezels het gaat, hetzij het om andere vezels gaat welke niet beantwoorden aan de eigenschappen van asbestvezels.

1.5 Algemene evaluatie van de risico’s Aangezien de asbesthoudende materialen (op het moment van het onderzoek ter plaatse) zich in slechte staat bevinden, wordt aangeraden deze zo spoedig mogelijk te verwijderen. Verder werden geen risico’s vastgesteld.

2. Resultaten 2.1 Beschrijvende fiches van de verdachte materialen Zie volgende pagina’s.


Pagina 7 van 49


Translab Asbestlaboratorium Erkend door de Belgische Federale Overheid – Laboratorium werkend volgens ISO 17025 Labo Meersstraat 8 te 9270 Laarne – Tel 09.369.38.37 Fax 09.369.77.36 Email [email protected] website www.translab.be

Kenmerken

Nummer van toepassing en van eventuele monsters ervan Type van het materiaal Exacte plaatsbepaling(en) van het verdachte materiaal Aantal monsternemingen van verdacht materiaal Vermoedelijke hoeveelheid van het verdachte materiaal waarop deze fiche betrekking heeft Toegankelijkheid van dit verdachte materiaal Oppervlaktebehandeling / soort materiaal Toestand van degradatie, eventuele beschadigingen Eventuele opmerkingen

Staal 1.1 Golfplaat als dakbedekking Gebouw A, aan binnenplein links gebouw 1 +/- 350 m2 Zichtbaar en bereikbaar via ladder plaatvorm In zichtbaar verweerde staat -

Conclusie / beheersprogramma Aanwezigheid of afwezigheid van asbest Hechtgebonden / los gebonden / in losse vezelvorm Voorgestelde maatregelen (*) Voorgestelde verwijderingwijze (*) (*) de voorgestelde maatregelen en verwijderingwijze zijn gangbare en gebruikelijke adviezen, ze zijn nooit verplicht, noch bindend.


CHRYSOTIEL Hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar

Pagina 8 van 49



Kenmerken


Staal 1.2 Golfplaat als gevelbekleding Gebouw B verdiep +1 1 +/- 35 m2 Zichtbaar en bereikbaar via 1ste verdieping plaatvorm In zichtbaar goede staat -




Pagina 9 van 49



Kenmerken


Staal 1.3 Golfplaat als dakbedekking Gebouw C, linkerzijde deel dakbedekking 1 +/- 80 m2 Zichtbaar en bereikbaar via 1ste verdieping plaatvorm In zichtbaar verweerde staat -

Conclusie / beheersprogramma Aanwezigheid of afwezigheid van asbest Hechtgebonden / los gebonden / in losse vezelvorm Voorgestelde maatregelen (*) Voorgestelde verwijderingwijze (*)


(*) de voorgestelde maatregelen en verwijderingwijze zijn gangbare en gebruikelijke adviezen, ze zijn nooit verplicht, noch bindend


Pagina 10 van 49



Kenmerken


Staal 1.4 Golfplaat als dakbedekking Gebouw c, boven garagedeel 1 +/- 200 m2 Zichtbaar en bereikbaar via 1ste verdieping plaatvorm In zichtbaar verweerde staat -




Pagina 11 van 49



Kenmerken


Staal 1.5 Golfplaat als dakbedekking Gebouw D1 en D2 1 +/- 1000 m2 Zichtbaar en bereikbaar via 1ste verdieping plaatvorm In zichtbaar verweerde staat -




Pagina 12 van 49



Kenmerken


Staal 1.6 Golfplaat als dakbedekking Dakbedekking aan inrit 1 +/- 30 m2 Zichtbaar en bereikbaar via gebruik ladder plaatvorm In zichtbaar verweerde staat -


(*) de voorgestelde maatregelen en verwijderingwijze zijn gangbare en gebruikelijke adviezen, ze zijn nooit verplicht, noch bindend.


CHRYSOTIEL Hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar Pagina 13 van 49



Kenmerken

Nummer van toepassing en van eventuele monsters ervan Type van het materiaal Exacte plaatsbepaling(en) van het verdachte materiaal Aantal monsternemingen van verdachte materiaal Vermoedelijke hoeveelheid van het verdachte materiaal waarop deze fiche betrekking heeft Toegankelijkheid van dit verdachte materiaal Oppervlaktebehandeling / soort materiaal Toestand van degradatie, eventuele beschadigingen Eventuele opmerkingen

Staal 2.1 Verluchtingsbuis Gebouw A, aan binnenplein links gebouw 1 6 stuks van +/- 1 Lm Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Verluchtingsbuis Op verschillende plaatsen in beschadigde en gebroken staat. -


Visueel herkend Hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 14 van 49



Kenmerken


Staal 3.1 Bepleistering muur Gebouw A, gelijkvloers binnenmuur 1 +/- 100 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Muurbekleding, Bepleistering n.v.t. n.v.t.


N.A.F (no asbestos found) n.v.t. n.v.t. n.v.t.



Pagina 15 van 49



Kenmerken


Staal 3.2 Plaatvorm muur Gebouw B, Verd +1 1 +/- 25 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Plaatvorm als muurbekleding Op enkele plaatsen licht beschadigde. -


CHRYSOTIEL Hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 16 van 49



Kenmerken


Staal 3.3 Plaatvorm aan muur Kolenruimte gebouw A, muurbekleding 1 +/- 3 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar mits gebruik van ladder Plaatvorm als muurbekleding Op enkele plaatsen licht beschadigde. -


AMOSIET Hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar

(*) de voorgestelde maatregelen en verwijderingwijze zijn gangbare en gebruikelijke adviezen, ze zijn nooit verplicht, noch bindend.


Pagina 17 van 49



Kenmerken


Staal 4.1 Gekleefde vloertegels Gebouw B verd +1 1 +/- 70 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Vloerbekleding / ZWARTE LIJM Op verschillende plaatsen beschadigde staat -


CHRYSOTIEL IN ZWARTE LIJM Hechtgebonden indien in goede staat, losgebonden indien dit materiaal verwijderd dient te worden (affrezen van de lijm) Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Verwijdering enkel toegestaan door een erkend asbestverwijderaar



Pagina 18 van 49



Kenmerken


Staal 5.1 Afwateringsbuis Gebouw C verdiep +1 1 +/- 5 Lm zichtbaar Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar mits gebruik van ladder Asbestcement In zichtbaar verweerde staat -


CHRYSOTIEL + CROCIDOLIET hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 19 van 49



Kenmerken


Staal 5.2 Afwateringsbuis Gebouw D2 gelijkvloers achterkant aan rechtermuur 1 +/- 3 Lm zichtbaar Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Asbestcement Op enkele plaatsen licht beschadigd -


CHRYSOTIEL hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 20 van 49



Kenmerken


Staal 5.3 Afwateringsbuis Gebouw D2 gelijkvloers achterkant aan linkermuur 1 +/- 6 Lm zichtbaar Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Asbestcement Op enkele plaatsen licht beschadigd -





Pagina 21 van 49



Kenmerken


Staal 5.4 Afwateringsbuis Gebouw D2 gelijkvloers vooraan links 1 +/- 3 Lm zichtbaar Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Asbestcement Op enkele plaatsen licht beschadigd -


VISUEEL HERKEND hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 22 van 49



Kenmerken


Staal 5.5 Afwateringsbuis Gebouw D2 gelijkvloers aan inkom vooraan rechts 1 +/- 3 Lm zichtbaar Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar Asbestcement Op enkele plaatsen licht beschadigd -


VISUEEL HERKEND hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 23 van 49



Kenmerken


Staal 6.1 Plaatvorm als plafondbekleding Gebouw A gelijkvloers, ruimte midden ijzersmeedwerk 1 +/- 25 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar plaatvorm In zichtbaar goede staat -





Pagina 24 van 49



Kenmerken


Staal 6.2 plaatvorm Gebouw D gelijkvloers, laatste lokaal aan linkerzijde plaatvorm als plafondbekleding 1 +/- 100 m2 Zichtbaar en gemakkelijk bereikbaar golfplaten In zichtbaar goede staat -


CHRYSOTIEL + CROCIDOLIET hechtgebonden Verwijderen voorgaand aan de sanering / sloop. Indien dit materiaal mechanisch verankerd zit (gespijkerd, verlijmd, …), en / of bij verwijdering breekt, dient dit materiaal verwijderd te worden door een erkend asbestverwijderaar.



Pagina 25 van 49

2.2 Overzichtstabel van de asbesttoepassingen Gebouw

Verdieping

Plaats (lokaal, …)

Nummer Type van toepassing van het plan

Staat

Geschatte hoeveelheid

Aan de toepassing gegeven nummer en monsters

Gebouw A

+0

Gebouw A, aan binnenplein links gebouw

A

Golfplaten als dakbedekking

In verweerde staat

Ongeveer 350 m2

1.1

Gebouw B

+1

Golfplaat als gevelbekleding verdieping +1 B


In verweerde staat

Ongeveer 35 m2

1.2

Gebouw C

+0

Gebouw C, linkerzijde deel dakbedekking

A


In verweerde staat

Ongeveer 80 m2

1.3

Gebouw C

+0

Gebouw c, boven garage deel

A


In verweerde staat

Ongeveer 200 m2

1.4

Gebouw D1 en D2

+0

Gebouw D1 en D2

A


In verweerde staat

Ongeveer 1000 m2

1.5

Gebouw inrit

+0

Dakbedekking aan inrit

A


In verweerde staat

Ongeveer 30 m2

1.6

Gebouw A

+0

Gebouw A, aan binnenplein links gebouw

A

Verluchtingsbuis

In verweerde staat

6 stuks +/- 1Lm 2.1 zichtbaar

Gebouw B

+1

Gebouw B, Verd +1

B

Platen als muurbekleding

Op enkele plaatsen licht beschadigd

Ongeveer 25 m2

Gebouw A

+0

Kolenruimte gebouw A, muurbekleding

A

Platen als muurbekleding


Ongeveer 3 m2 3.3 zichtbaar

Gebouw B

+1

Gebouw B verd +1

B

Gekleefde vloertegels, gekleefd met zwarte lijm In beschadigde


staat

Pagina 26 van 49

3.2

Ongeveer 70m2 4.1


Gebouw

Verdieping

Plaats (lokaal, …)

Nummer Type van toepassing van het plan

Staat

Geschatte hoeveelheid

Gebouw C

+1

Gebouw C verdiep +1

A

Afwateringsbuis

In zichtbaar verweerde staat

Ongeveer 5.1 5 Lm zichtbaar

Gebouw D2

+0

Gebouw D2 gelijkvloers achterkant aan rechtermuur

A

Afwateringsbuis


Ongeveer 3 Lm zichtbaar

5.2

Gebouw D2

+0

Gebouw D2 gelijkvloers achterkant aan linkermuur

A

Afwateringsbuis



5.3

Gebouw D2

+0

Gebouw D2 gelijkvloers vooraan links

A

Afwateringsbuis



5.4

Gebouw D2

+0

Gebouw D2 gelijkvloers aan inkom vooraan rechts

A

Afwateringsbuis



5.5

Gebouw A

+0

Gebouw A gelijkvloers, ruimte midden rechts, ijzersmeedwerk plaats

A

Plafondbekleding

In zichtbaar goede staat

Ongeveer 25 m2

6.1

Gebouw D

+0

Gebouw D gelijkvloers, laatste lokaal aan linkerzijde plaatvorm als plafondbekleding

A

Plafondbekleding

In zichtbaar goede staat

Ongeveer 100 m2

6.2


Pagina 27 van 49

Aan de toepassing gegeven nummer en monsters

3. Bijlagen 3.1

Plannen en schema’s

PLAN A

5.3 5.2 5.4 6.2

5.5

1.5 1.3 5.1

1.4

6.1 1.1 3.3 2.1

3.1 1.6


Pagina 28 van 49

Asbestinventaris Ref : ABK110511 Academie Beeldende Kunsten Anderlecht, Dapperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht PLAN B – 1st verdiep

1.2 3.2

4.1


Pagina 29 van 49


3.2 Analyseverslagen


Pagina 30 van 49



Pagina 31 van 49



Pagina 32 van 49



Pagina 33 van 49



Pagina 34 van 49



Pagina 35 van 49



Pagina 36 van 49



Pagina 37 van 49



Pagina 38 van 49



Pagina 39 van 49



Pagina 40 van 49



Pagina 41 van 49



Pagina 42 van 49



Pagina 43 van 49



Pagina 44 van 49


3.3 Andere documenten Bijkomend fotomateriaal


Pagina 45 van 49



Pagina 46 van 49


4. Definities Monsterneming:

representatief gedeelte van een product of een materiaal dat bestemd is voor analyse in een laboratorium. Een monsterneming kan een of meer monsters opleveren, afhankelijk van de samenstelling van het betrokken element.

Sondering:

actie die het mogelijk maakt de samenstelling binnen in een werkstuk of een volume visueel vast te stellen, na een aanvullende handeling bij de visuele inspectie, waarbij het doel erin bestaat toegang te verlenen tot een volume dat anders ontoegankelijk zou zijn, door verrichtingen zoals: boren, afbreken of opensnijden met een snijbrander. Een sondering is destructie indien ze een reparatie, een herstel in oorspronkelijke staat of een toevoeging van materiaal vereist, of indien het gesondeerde werkstuk zijn functie verliest. Een sondering is niet hetzelfde als een monsterneming.

Visuele inspectie:

visueel onderzoek van de werkstukken, met het doel materialen of producten die mogelijk asbest bevatten op te sporen en vervolgens te inventariseren.

Toegankelijk product of materiaal: materialen of producten zijn toegankelijk wanneer men er toegang toe heeft zonder dat destructieve werken nodig zijn, ofwel door een directe visuele inspectie, ofwel na het weghalen van demonteerbare elementen zoals verlaagde plafonds, inspectieluiken, verlichtingsarmaturen of verluchtingsroosters. Asbestinventaris:

alle verrichtingen die leiden tot een zo volledig mogelijke inventarisatie van het asbest of van de asbesthoudende materialen en producten, van de voorbereidende studie tot de opstelling van het uiteindelijke verslag.

Toepassing:

een element dat wordt gevormd door een enkel materiaal en dat wordt beschouwd als een eenheid waarvan kan worden vastgesteld of ze al dan niet asbesthoudend is (touw, schoorsteen, vensterblad, homogeen warmte-isolerend materiaal dat aangebracht is op een stuk buis, …).

Technisch coördinator: de technische coördinator is de persoon die de verantwoordelijkheid neemt voor de correcte uitvoering van de inventaris. Dit is de inspecteur of zijn overste. Inspecteur:

de inspecteur is de persoon die de bezoeken ter plaatse, voor de inventarisering van de asbesttoepassingen en de eventuele monsternemingen, heeft afgelegd. De volledigheid van het onderzoek hangt af van zijn kennis en zijn ervaring.


Pagina 47 van 49


5

Wettelijke kader 5.1

De Asbestinventaris Het opstellen van een asbestinventaris is een wettelijke verplichting en is wettelijk geregeld in België door de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg in het kader van het Algemeen Reglement voor de Arbeidsbescherming (ARAB) of de Codex Welzijn op het Werk met het KB van 22 juli 1991, aangevuld door het M.B. van 22.12.93 en herhaald in het KB van 16.03.2006.

Het KB van 16.03.2006, Afdeling II, art 5 paragraaf 1 en 2 bepalen ... Paragraaf 1: "De werkgever maakt een inventaris op van alle asbest en asbesthoudende materialen die aanwezig zijn in alle gedeelten van gebouwen (met inbegrip van eventuele gemeenschappelijke delen), en in de arbeidsmiddelen en beschermingsmiddelen op de arbeidsplaats. Indien nodig vraagt hij hiertoe alle nuttige informatie op bij de eigenaren. De bepaling, bedoeld in het eerste lid, is niet van toepassing op de gedeelten van gebouwen, de machines en installaties die moeilijk bereikbaar zijn en die in normale omstandigheden geen aanleiding kunnen geven tot blootstelling aan asbest. Intact materiaal dat in normale omstandigheden niet wordt beroerd, mag door monsternemingen, bedoeld op de inventaris op te stellen, niet beschadigd worden.” Paragraaf 2: “Voor de aanvang van de werkzaamheden, die asbestverwijderingswerken, sloopwerken, of andere werkzaamheden die aanleiding kunnen geven tot blootstelling aan asbest kunnen in houden, vult de werkgever die tevens opdrachtgever voor deze werkzaamheden is, de in paragraaf 1 bedoelde inventaris aan met gegevens over de aanwezigheid van asbest of asbesthoudend materiaal in de gedeelten van gebouwen, de machines en installaties die moeilijk bereikbaar zijn en die in normale omstandigheden geen aanleiding kunnen geven tot blootstelling vaan asbest. In dat geval mag intact materiaal dat in normale omstandigheden niet wordt beroerd, beschadigd worden door monsternemingen.”

5.2

Bijwerken van de asbestinventaris De asbestinventaris dient bijgewerkt te worden telkens er asbesttoepassingen worden ontdekt hetzij werden verwijderd. Het beheersprogramma dient jaarlijks te worden bijgewerkt, teneinde de staat van asbesthoudend materiaal op te volgen.

5.3

Het Beheersprogramma Het opstellen van de inventaris is de eerste stap in de strijd tegen de risico’s te wijten aan asbestvezels. Als daaruit blijkt dat er asbesthoudend materiaal aanwezig is, moet een programma ter beheersing van het asbestrisico worden uitgewerkt. Dit programma moet regelmatig worden aangepast aan de evolutie van de toestand. Het doel van dit programma bestaat erin de blootstelling van al dan niet tot de onderneming behorende werknemers aan asbestvezels zo laag mogelijk te houden. Het beheersprogramma bestaat uit drie punten:


Pagina 48 van 49


1. 2.

3.

een regelmatige beoordeling door middel van visuele inspectie, ten minste om het jaar, van de staat van het asbest of het asbesthoudend materiaal maatregelen die moeten worden genomen wanneer het asbest of het asbesthoudend materiaal in slechte staat is of wordt gebruikt op plaatsen waar het kant worden beschadigd. Deze maatregelen kunnen inhouden dat het asbest of asbesthoudend materiaal wordt gefixeerd, ingekapseld of verwijderd. instructies voor de werkzaamheden genoemd in het KB van 16.03.2006, afdeling X, onderafdeling II

De keuze van de meest geschikte maatregel (inkapseling, fixatie of verwijdering) hangt af van de risicovergrotende factoren en vooral van hun relatieve belangrijkheid. Iedere situatie is om zo te zeggen uniek en het is niet mogelijk zonder risico op een grote fout formules te vinden die voor elk geval een optimale oplossing bieden. De keuze behoort tot het domein van de experten en het is wenselijk er een beroep op te doen. Er weze niettemin aan herinnerd dat, indien men besluit het asbest te verwijderen, de werkzaamheden moeten worden toevertrouwd aan een erkende verwijderaar en uitgevoerd volgens een specifieke reglementering, behalve in het KB van 16.03.2006, bijlage II bepaalde gevallen.

5.4

Ter beschikking stellen van de asbestinventaris De inventaris of een uittreksel ervan wordt tegen ontvangstbewijs overhandigd aan de werkgevers van externe bedrijven die werkzaamheden moeten uitvoeren die tot blootstelling van de werknemers aan asbestvezels kunnen leiden. De inventaris wordt ter beschikking gehouden van de bevoegde arbeidsinspecteur.

5.5

De risico-evaluatie De beoordeling van het blootstellingsrisico dient te gebeuren op initiatief van de werkgever. Bij alle werkzaamheden waarbij het gevaar van blootstelling aan asbest kan bestaan, wordt het risico beoordeeld, ten einde de aard, de mate en de duur van de blootstelling van de werknemers aan asbest vast te stellen. Deze risicobeoordeling wordt uitgevoerd volgens de bepaling van artikel 4 van het KB van 2 dec. 1993.

5.6

Asbestafval Voor de aanvang van de verwijdering van asbesthoudende materialen, stelt de werkgever de procedures vast om het afval te verwijderen. Er worden maatregelen genomen om te beletten dat asbestafval zou gemengd worden met ander bouw- en sloopafval. De afvalstoffen worden zo spoedig mogelijk verzameld, verpakt volgens de bepalingen van het KB van 16.03.2006, afdeling 7, onderafdeling VI, art. 36, paragraaf 1, tweede lid, f) en van de arbeidsplaats weggevoerd. Het asbestafval moet worden weggehaald door bemiddeling van transportondernemingen die erkend zijn voor het vervoer van gevaarlijk afval. De in deze paragraaf bedoelde afvalstoffen worden vervolgens behandeld overeenkomstig de in het betrokken Gewest geldende bepalingen. Vooraleer wordt besloten het asbest weg te halen, dient men bij de bevoegde plaatselijke overheden inlichtingen in te winnen over de na te leven verplichtingen voor het verwijderen van het asbestafval.


Pagina 49 van 49

ASBESTINVENTARIS Scholengroep Brussel Academie Beeldende Kunsten Anderlecht, Dapperheidsplein 17 te 1070 Anderlecht

Recommend Documents