Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
Alwien Bogaart Lenneke Wolswinkel
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
Amsterdam, 17 oktober 2008 Alwien Bogaart Lenneke Wolswinkel
A.G. van Dijk
DSP – groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR Amsterdam T: +31 (0)20 625 75 37 F: +31 (0)20 627 47 59 E:
[email protected] W: www.dsp-groep.nl KvK: 33176766 A'dam
Inhoudsopgave
Inleiding
3
2 2.1 2.2 2.3
Kader en onderzoeksaanpak Kader en opdracht Context overeenkomsten Onderzoeksaanpak DSP-groep
4 4 6 7
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
Analyse Context Non-selectie Duidelijkheid/concreetheid van afspraken Kwantitatieve analyse op basis van gezamenlijk opgesteld format Kwalitatieve analyse
8 8 8 9 10 14
4 4.1 4.2
Inspirerende voorbeelden Inspirerende voorbeelden voortkomend uit analyse Thema's voor conferentie en handreiking
16 16 20
Bijlagen Tabellenboek
24
1
Bijlage 1
Pagina 2
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
1 Inleiding
De gemeenten zijn in het kader van de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) onder meer belast met cliëntondersteuning, wat onderdeel uitmaakt van prestatieveld 3 van de Wmo. Onder cliëntondersteuning wordt verstaan de ondersteuning van een cliënt bij het maken van een keuze of het oplossen van een probleem. MEE-organisaties (hierna MEE) bieden cliëntondersteuning aan mensen met een beperking en hun omgeving. Meer bepaald gaat het om mensen met een verstandelijke, lichamelijke en/of zintuiglijke beperking, chronisch zieken en mensen met een stoornis in het autistisch centrum. In tegenstelling tot de gemeentelijk gefinancierde cliëntondersteuning wordt de MEE-cliëntondersteuning vooralsnog gefinancierd vanuit de Regeling subsidies AWBZ. Het is van belang dat de partijen die op prestatieveld 3 actief zijn goed samenwerken. De cliënt kan dan goed ondersteund en/of doorverwezen worden. Om die samenwerking tussen MEE en andere aanbieders van cliëntondersteuning te bevorderen onder regie van de gemeenten en om de werkzaamheden van MEE te laten aansluiten op het beleid van de gemeente, is per 1 januari 2008 een subsidievoorwaarde opgenomen in de regeling subsidies AWBZ: MEE en gemeenten dienen met elkaar afspraken te maken. Het doel van deze genoemde subsidievoorwaarde voor het maken van afspraken is drieledig: • Het bevorderen van integrale cliëntondersteuning. • Het mogelijk maken dat gemeenten invulling kunnen geven aan hun regierol op het gebied van cliëntondersteuning, ook voor de MEEdoelgroep. • Het bevorderen dat MEE past in de lokale structuren van welzijns- en ketenpartners, met inachtneming van de bovenregionale structuren. MEE moest vóór 1 mei 2008 de met gemeenten afgesloten samenwerkingsovereenkomsten (waarin de samenwerkingsafspraken zijn vastgelegd) aanleveren bij het College van zorgverzekeringen (CVZ). Naar aanleiding van de nieuwe subsidievoorwaarde in de regeling subsidies AWBZ, heeft het ministerie van VWS aan DSP-groep gevraagd om een analyse te maken van de overeenkomsten die MEE en gemeenten dit jaar voor het eerst met elkaar gesloten hebben. Daarnaast heeft VWS opdracht gegeven tot het organiseren van een conferentie op 1 december 2008 en het opstellen van een handreiking met inspirerende voorbeelden die verbindend werken. Input voor de handreiking komt zowel uit de analyse als uit de conferentie. Deze rapportage omvat het eerste gedeelte van de opdracht, namelijk de analyse van de samenwerkingsovereenkomsten tussen MEE en gemeenten.
Pagina 3
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
2 Kader en onderzoeksaanpak
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het kader en de opdracht (vanuit het ministerie van VWS meegegeven), de context van het onderzoek en tenslotte op de onderzoeksaanpak van DSP-groep.
2.1
Kader en opdracht In de analyse moeten, in lijn met de vraagstelling van het ministerie van VWS, in ieder geval de volgende aspecten worden meegenomen: • Kwantitatief onderdeel waarin wordt aangegeven hoe vaak een soort afspraak wordt gemaakt. Deze informatie geeft inzicht in welke afspraken MEE en gemeenten al met elkaar maken en welke afspraken meer bijzonder zijn. • Kwalitatief onderdeel, waarbij o.a. inspirerende afspraken aan bod komen. • Toelichting op de concreetheid van de afspraken die gemaakt zijn. • Inzicht in mate waarin afspraken gemaakt zijn op het gebied van ggzcliëntondersteuning. Afbakening Alle overeenkomsten die vóór 2 augustus 2008 in het bezit waren van DSPgroep, zijn meegenomen in de analyse. Overeenkomsten die daarna zijn binnengekomen, zijn daarmee dus niet meegenomen in het onderzoek.
Reguliere afspraken De kwalitatieve analyse heeft betrekking op de vraag of de afspraken, die tussen MEE en gemeenten zijn gemaakt, rechtstreeks volgen uit de taken uit de AWBZ-subsidieregeling voor MEE. Als dat het geval is, gaat het om reguliere afspraken. Reguliere taken vormen de basis van de samenwerkingsrelatie tussen MEE en de gemeente. Het is daarom van belang te weten of deze reguliere taken zijn vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomsten. Op grond van de subsidieregeling gaat DSP-groep ervan uit dat de reguliere taken van MEE als volgt kunnen worden afgebakend. De doelgroep van MEE wordt gevormd door mensen met een verstandelijke beperking, lichamelijke of zintuiglijke handicap al dan niet veroorzaakt door een chronische ziekte of beperking uit het autistisch spectrum, hun ouders, andere verwanten, verzorgers of vertegenwoordigers. De mensen met een ggz-achtergrond horen weliswaar niet tot de doelgroep van MEE, maar in het subsidieartikel over samenwerking is opgenomen dat samenwerking tussen gemeenten en MEE ook integrale cliëntondersteuning voor alle doelgroepen op lokaal niveau moet bevorderen, waaronder ook de doelgroep van mensen met een ggz-achtergrond1.
Noot 1
Pagina 4
In de samenwerkingsafspraken tussen MEE en gemeenten moet hier aandacht voor zijn. Dit impliceert niet dat MEE deze groep vanuit dit subsidieartikel over samenwerking verplicht moet
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
De reguliere taken van MEE omvatten: 1. Collectieve cliëntondersteuning: a) het vergaren en verstrekken van informatie en het geven van voorlichting aan cliënten; b) het signaleren van relevante ontwikkelingen en belemmeringen; c) het scheppen van voorwaarden voor maatschappelijke activering en integratie door middel van het opbouwen en onderhouden van de sociale kaart en relevante netwerken. 2. Individuele cliëntondersteuning: a) informatieverstrekking en advisering b) vraagverduidelijking c) aanvragen en realiseren van externe dienstverlening en zorg d) klacht en bezwaar en beroep waaronder ook het voorkomen daarvan e) monitoring en evaluatie van externe dienstverlening en zorg f) ondersteuning in een crisissituatie g) volledige beeldvorming h) kortdurende en kortcyclische ondersteuning i) aanbieding van cursussen in groepen 3. Coördinatie van projecten integrale vroeghulp
MEE ondersteunt haar cliënten in alle levensfasen (jeugd, volwassen) en levensbreed (zoals wonen, onderwijs, zorg, arbeid en vrije tijd). Zij werken daarbij stelseloverstijgend en participeren in lokale, regionale en bovenregionale structuren en netwerken. De MEE-cliëntondersteuning beperkt zich op lokaal niveau niet tot prestatieveld 3 van de Wmo. De taakuitoefening kan ook op andere prestatievelden binnen de Wmo en gemeentelijke taakgebieden buiten de Wmo (bijvoorbeeld jeugd, onderwijs, arbeid of wonen) liggen.
Inspirerende afspraken Reguliere afspraken kunnen inspirerend zijn door de wijze waarop de afspraken zijn gemaakt of worden ingevuld. Inspirerende afspraken kunnen ook verder reiken dan de reguliere taken, bijvoorbeeld vernieuwende afspraken voor wat betreft doelgroep of beleidsterreinen. Inspirerende afspraken kunnen betrekking op: • afspraken die op een inspirerende wijze zijn ingevuld of gemaakt; • het bedienen van andere doelgroepen; • activiteiten die onder een ander prestatieveld van de Wmo vallen dan prestatieveld 3; • activiteiten die niet onder een prestatieveld van de Wmo vallen, maar een ander beleidsterrein omvatten; • activiteiten ten behoeve van professionals die zich richten op de doelgroepen van MEE; • activiteiten in het kader van afstemming en samenwerking die vernieuwend en creatief tot stand zijn gekomen (bilateraal en in netwerken en ketens).
ondersteunen, wel impliceert dit artikel dat in de samenwerking gebruik kan worden gemaakt van het MEE-netwerk of kennis van MEE om ondersteuning van mensen met een ggzachtergrond te versterken of op te zetten.
Pagina 5
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
De inspirerende voorbeelden van reguliere en vernieuwende afspraken zijn interessant omdat zij een verbindend karakter kunnen hebben en uitnodigen tot navolging.
Aanvullend onderzoek en informatie Bij het verlenen van de opdracht is de aanname geweest dat er geen aanvullend onderzoek los van de voorliggende analyse nodig was. De volgende punten komen op dit punt uit de analyse: • Maatwerk en concreetheid van afspraken In een (groot) deel van de overeenkomsten is uit de tekst niet goed op te maken of gemeenten met MEE concrete activiteiten/inzet hebben afgesproken of dat MEE aangeeft te kunnen leveren maar nog niets tussen MEE en gemeenten daarover is afgesproken. Dat maakt het lastiger om (objectieve) conclusies te kunnen trekken op mate van concreetheid van afspraken. Bij een aantal overeenkomsten ontbreekt een bijlage waarnaar in de overeenkomst wel verwezen wordt. Daardoor hebben we de eventuele informatie die hierin opgenomen zou kunnen zijn, niet kunnen meenemen in het onderzoek. • Aanvullende informatie over de inspirerende afspraken De inspirerende afspraken laten interessante initiatieven zien, maar leveren wel slechts globale informatie op. Veelal worden afspraken beknopt weergegeven. We stellen voor om, ten behoeve van een beter inzicht in de inspirerende afspraken, een aantal aanvullende telefonische interviews te doen. Een verdiepingsslag via telefonische interviews zou hier gewenst zijn om de voorbeelden ook goed te kunnen belichten. Dit kan een goede vervolgstap zijn voor de voorbereiding van de deelsessies van de conferentie.
2.2
Context overeenkomsten In 2008 hebben gemeenten en MEE voor het eerst samenwerkingsovereenkomsten gesloten op basis van de samenwerkingsvoorwaarde uit de subsidieregeling. In het CVZ-format is bewust ruimte gelaten aan partijen om zelf te kijken hoe ver men hiermee wil gaan. Deze analyse is erop gericht om te kijken wat dat heeft opgeleverd. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor cliëntondersteuning, MEEdoelgroepen uitgesloten (onderdeel AWBZ). Het is wel de bedoeling dat integrale cliëntondersteuning op lokaal niveau vorm krijgt. Daarom is een subsidievoorwaarde over samenwerking met gemeenten in MEEsubsidieregeling opgenomen. Er is geen subsidierelatie tussen gemeenten en MEE (financiering MEE loopt via Regeling subsidies AWBZ). Gemeenten zijn nog druk bezig om hun Wmo-beleid uit te werken, onder andere op het terrein van cliëntondersteuning. Wmo-loketten bevinden zich veelal nog in een ontwikkelingsfase. Dat alles is van invloed op de afspraken die gemeenten met MEE maken. Gemeenten maken afspraken met MEE vanuit hun rol als regisseur in het tot stand komen en uitvoeren van het gemeentelijke lokale Wmo-beleid. Gemeenten betrekken MEE in het leveren van een bijdrage aan een integraal beleid van kwetsbare mensen en mensen met beperkingen. De afspraken
Pagina 6
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
geven nader invulling aan de wijze waarop MEE kan bijdragen aan integrale cliëntondersteuning op lokaal niveau. De overeenkomsten geven een beeld van de werkzaamheden van MEE, maar hieruit mag niet worden afgeleid dat de werkzaamheden van MEE of de afspraken met gemeenten zich beperken tot deze afspraken. Immers, de analyse heeft uitsluitend betrekking op de gemaakte overeenkomsten voor het kalenderjaar 2008. MEE is al vóór 2008 samenwerkingsrelaties aangegaan, waarvan de inhoud mogelijk niet in de afspraken voor 2008 zijn opgenomen. Daarnaast is de analyse gebaseerd op wat in de overeenkomsten is opgenomen, wat niet betekent dat dit uitputtende informatie is. MEE verricht daarnaast ook andere activiteiten die niet in de overeenkomsten zijn opgenomen (bijvoorbeeld zorgzwaartebekostiging of gemeente-/regiooverstijgende activiteiten). In die zin geven de overeenkomsten een beperkt beeld van de inzet van MEE.
2.3
Onderzoeksaanpak DSP-groep Op basis van een eerste analyse van een aantal samenwerkingsovereenkomsten heeft DSP-groep samen met de begeleidingscommissie een format opgesteld aan de hand waarvan de resultaten van de analyse van alle samenwerkingsovereenkomsten zijn opgeslagen. DSP-groep heeft met behulp van SPSS (Statistical Package for the Social Sciences) de resultaten van de analyses geaggregeerd. Leeswijzer In hoofdstuk 3 wordt de aggregatie van de resultaten van de analyse toegelicht. De toelichting wordt gegeven aan de hand van de opbouw van het format. Daarbij worden zowel de resultaten van de kwantitatieve als de kwalitatieve analyse weergegeven. Bijlage 1 omvat de tabellen van de analyse waarin alle resultaten zijn opgenomen. De rapportage sluit af met hoofdstuk 4, waarin inspirerende afspraken worden weergegeven. Deze inspirerende afspraken dienen ook als input voor de handreiking en keuze van deelsessies op de conferentie. Een verdiepingsslag via telefonische interviews zou hier gewenst zijn om de voorbeelden ook goed te kunnen belichten. Dit is een goede vervolgstap voor de voorbereiding van de deelsessies van de conferentie.
Pagina 7
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
3 Analyse
In dit hoofdstuk wordt de analyse beschreven en nader toegelicht. Bijlage 1, met een overzicht van de tabellen en scores, is hier de kapstok voor. Paragraaf 3.1 geeft de context waarbinnen de analyse geïnterpreteerd moet worden. Paragraaf 3.2 gaat in op de selectie van de overeenkomsten die zijn meegenomen in het onderzoek en in paragraaf 3.3. gaan we in op de duidelijkheid en mate van concreetheid van de afspraken. In paragrafen 3.4 en 3.5 ten slotte gaan we in op respectievelijk de kwantitatieve analyse en de kwalitatieve analyse.
3.1
Context De samenwerkingsovereenkomsten geven een extra impuls aan MEE en gemeenten om afspraken met elkaar te maken. Met de komst van de samenwerkingsvoorwaarde uit de subsidieregeling, waarin staat dat MEE afspraken moet maken met gemeenten, zijn gemeenten en MEE nog meer met elkaar in gesprek geraakt. De samenwerkingsovereenkomsten laten zien dat er naast afspraken op prestatieveld 3 in een aantal gevallen ook op andere thema's en prestatievelden afspraken zijn gemaakt. In paragraaf 3.4 en 3.5 wordt dit nader toegelicht. Zoals al in paragraaf 2.2. van deze rapportage toegelicht, is het van belang om de analyse te lezen vanuit de context dat de analyse zich beperkt tot de werkzaamheden van MEE of de afspraken met gemeenten die genoemd zijn in de overeenkomsten en dat dit de eerste keer is dat er een overeenkomst werd gesloten, waarin partijen vrij gelaten werden zelf de inhoud en verstrekkendheid van de afspraken te bepalen.
3.2
Non-selectie Voor de analyse zijn via CVZ de MEE-overeenkomsten opgevraagd ten behoeve van de uit te voeren analyse. Daarbij is de volgende selectie opgetreden:
Pagina 8
•
Van alle 443 gemeenten zijn overeenkomsten opgevraagd ten behoeve van de analyse. De gemeente Amsterdam heeft 14 deelraden, waarvan er één samenvalt met de stad Amsterdam. Uit Amsterdam zijn 14 overeenkomsten ontvangen. In totaal konden er derhalve 443 + 13 = 456 overeenkomsten worden ontvangen. Er zijn 411 overeenkomsten ontvangen, dat is 90% van de overeenkomsten die hadden kunnen worden ontvangen.
•
Waar in de tabellen het percentage van gemeenten/overeenkomsten wordt genoemd, wordt hier bedoeld het percentage van gemeenten/overeenkomsten met inbegrip van stadsdeelraden in Amsterdam.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
3.3
•
Van 45 gemeenten heeft DSP-groep de overeenkomsten niet tijdig/niet ontvangen2.
•
De overeenkomsten die bij ons binnen zijn gekomen, zijn vervolgens geselecteerd. Een overeenkomst is niet meegenomen in de analyse indien: (1) niet tijdig/niet ontvangen (zie tweede bullit), (2) overeenkomst niet is getekend en (3) indien er nog geen nieuwe afspraken zijn in 2008. Dit waren er in totaal 88.
•
Uit deze selectie zijn 323 overeenkomsten geselecteerd en meegenomen in ons onderzoek. Dit betekent dat er een selectie van 78% van de 411 ontvangen overeenkomsten is meegenomen (zie tabel 0.1). Van de 443 Nederlandse gemeenten zijn er 310 = 70% in de analyse meegenomen.
Duidelijkheid/concreetheid van afspraken In een (groot) deel van de overeenkomsten is uit de tekst niet goed op te maken of gemeenten met MEE daadwerkelijk uitvoering van activiteiten hebben afgesproken dan wel of het (alleen) gaat om wat MEE aangeeft te kunnen leveren aan gemeenten. Of het dus gaat om het daadwerkelijk inzetten van functies of het aanbieden/mogelijk inzetten van functies. Dat maakt het lastig om (objectieve) conclusies uit de analyse te trekken over de mate van concreetheid van afspraken. De mate van concreetheid van afspraken in de overeenkomsten is vastgesteld op basis van een aantal criteria. Er is gekeken of de gemeente een aanbod heeft van MEE, al dan niet aanvaard (terug te vinden in 23 % van de overeenkomsten), danwel of de gemeente de intenties heeft functies in te zetten (65% van de overeenkomsten) danwel of de functies daadwerkelijk ingezet worden (79% van de overeenkomsten). In 3% van de overeenkomsten is de inzet van MEE nader geconcretiseerd: dit is minimaal. Een voorbeeld van concrete afspraken zijn de afspraken die betrekking hebben op het Wmo-loket. Het is niet steeds eenvoudig te bepalen of een bepaalde afspraak valt onder een bepaald prestatieveld van de Wmo of dat de afspraak betrekking heeft op een domein dat niet door de Wmo wordt bestreken. Dezelfde of vergelijkbare afspraken worden in verschillende overeenkomsten onder uiteenlopende prestatievelden of domeinen gerubriceerd. En uiteraard komt het voor dat afspraken betrekking hebben op zaken die onder meerdere prestatievelden vallen. In het algemeen kan geconcludeerd worden dat er relatief weinig concrete afspraken worden gemaakt, maar dat het vooral neerkomt op dat MEE haar 'kennis en expertise zal inzetten' of 'op aanvraag haar functies kan inzetten'.
Noot 2
Pagina 9
DSP-groep heeft met ministerie van VWS afgesproken dat alle overeenkomsten die vóór 2 augustus jl. zijn binnengekomen, meegenomen zijn in de analyse (binnenkomst na 2 augustus heeft tot gevolg gehad dat overeenkomst niet is meegenomen in de analyse).
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
3.4
Kwantitatieve analyse op basis van gezamenlijk opgesteld format
In bijlage 1 zijn in het tabellenboek alle uitkomsten van de (kwantitatieve) analyse opgenomen. Het met de begeleidingscommissie vastgestelde format is leidend geweest bij de analyse. Deze paragraaf geeft een toelichting op de kwantitatieve analyse, aan de hand van de verschillende onderdelen van het format. Waar in de analyse het percentage van overeenkomsten wordt genoemd, wordt hier bedoeld het percentage van gemeenten met inbegrip van stadsdeelraden in Amsterdam. Het is raadzaam om bij het lezen van deze paragraaf bijlage 1 bij de hand te houden (tabellenboek) 3.
Afspraken algemeen Daar waar in de overeenkomsten een doel wordt benoemd (73%), zijn de belangrijkste doelen van de overeenkomst (tabel 1.1): • Bevorderen dat MEE bijdraagt aan de realisatie van gemeentelijke doelen of taakstellingen (37 %). • Het vormgeven aan samenwerking tussen MEE en gemeenten (28%). • Bevorderen dat mensen met beperkingen deelnemen aan de samenleving (20 %). De geografische schaal waarop de overeenkomsten betrekking hebben, kan zowel lokaal als regionaal zijn (tabel 1.2). In bijna de helft van de gevallen is een overeenkomst louter van lokale betekenis. Dat overeenkomsten (ook) regionaal zijn, wordt beïnvloed doordat MEE vaak een basisovereenkomst ontwerpt voor alle gemeenten4 in hun werkgebied die vervolgens in de besprekingen met de gemeente nader wordt ingevuld. Ruim 65 % van de overeenkomsten betreft een uitvoeringsovereenkomst (tabel 1.3). Ongeveer 20 % van de overeenkomsten zijn basisovereenkomsten die veelal door MEE met meerdere gemeenten afgesloten zijn. Een basisovereenkomst is een overeenkomst waarin een gemeente en een MEE-organisatie neerleggen dat ze gaan samenwerken, maar waarbij nog geen invulling is gegeven aan de samenwerking. In een basisovereenkomst is wel opgenomen dat partijen tot deze invulling overgaan. In een uitvoeringsovereenkomst is de samenwerking al wel ingevuld. In de analyse is bekeken bij welk percentage van de overeenkomsten een maatwerkovereenkomst volgt op een basisovereenkomst. Dit gebeurt in 22% van de gemeenten. De overige overeenkomsten bestaan uit bestuurlijke brieven van gemeenten waarin de brieven aangeven samenwerking met MEE aan te gaan en intentieverklaringen tot samenwerking. In 28 % van de overeenkomsten worden meerjarige afspraken gemaakt (tabel 1.4). Bij 81 % van de gesloten overeenkomsten wordt een relatie gelegd met de algemene doelstellingen van het gemeentelijke Wmo-beleidsplan (tabel 1.5), terwijl bij ruim 68% een koppeling wordt aangebracht tussen de samenwerkingsovereenkomst en prestatieveld 3 (cliëntondersteuning) van de Wmo. Bij 57 % van de overeenkomsten wordt de signaleringsfunctie van MEE genoemd als belangrijkste instrument waarmee MEE bijdraagt aan de ontwik-
Noot 3 Noot 4
Pagina 10
Voor een compleet overzicht van alle uitkomsten wordt verwezen naar het tabellenboek. Dit kan ook op verzoek van gemeenten zijn.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
keling van het gemeentelijk Wmo-beleid (tabel 2.3). Er is gekeken naar welke doelgroepen worden benoemd in de overeenkomsten ten behoeve van inzet van de functies/ondersteuning (tabel 1.7). Hierbij is het relevant te zien welke doelgroepen buiten de doelgroep van MEE worden genoemd in de overeenkomsten. Bij 31 % wordt de doelgroep van ggz-cliënten benoemd, bij 82 % van de overeenkomsten worden de overige burgers / cliënten expliciet benoemd en in 38 % van de gevallen de doelgroep van professionals (ten behoeve van consultatie, training).
Afspraken prestatieveld 3 (cliëntondersteuning) De meeste gemaakte afspraken in de overeenkomsten hebben uiteraard betrekking op prestatieveld 3 van de Wmo waar cliëntondersteuning deel van uit maakt. MEE-organisaties zijn organisaties voor cliëntondersteuning. Door MEE te betrekken bij prestatieveld 3 wordt een bijdrage geleverd aan een meer integrale cliëntondersteuning. MEE en gemeenten zitten nog in de verkenningsfase: 73 % van de gemeenten verkent de mogelijkheden tot samenwerking (tabel 3.3). In enkele gevallen worden afspraken in termen van een kwantitatieve aanduiding van de inzet van MEE weergegeven. De afspraken hebben met name betrekking op gebruikmaking van informatie en de signaleringsfunctie van MEE (57 %, tabel 2.3), wederzijdse doorgeleiding (41 %, tabel 3.1), gebruik informatie MEE (50 %) en deelname van MEE aan de back office van de lokale Wmo-loketten (50 % van de overeenkomsten). De volgende afspraken op individuele cliëntondersteuning (tabel 3.3) scoren hoog: informatieverstrekking en advisering (35 % van de overeenkomsten), vraagverheldering (33 % van de overeenkomsten), aanvragen en realiseren van externe dienstverlening en zorg (33 % van de overeenkomsten), en klacht en bezwaar en beroep waaronder ook het voorkomen daarvan (28 % van de overeenkomsten). Bij de collectieve dienstverlening van MEE op het gebied van cliëntondersteuning (tabel 3.4), heeft de dienstverlening in 37% van de overeenkomsten betrekking op het vergaren en verstrekken van informatie en het geven van voorlichting aan cliënten. Ggz-cliëntondersteuning Voor 2008 zijn voor 25 % van de overeenkomsten samenwerkingsafspraken gemaakt met betrekking tot de ggz. In 15% van de overeenkomsten tussen gemeenten en MEE gaat het om afstemming met andere organisaties die ggz-cliëntondersteuning bieden. MEE gaat in 6 % van de overeenkomsten vraag en aanbod op het gebied van ggz-cliëntondersteuning inventariseren.
Afspraken overige prestatievelden5 Prestatieveld 1 (leefbaarheid en sociale samenhang) Bij Prestatieveld 1 heeft 59 % van de overeenkomsten afspraken gemaakt. 24% van de overeenkomsten geeft hierbij voorlichting en advies aan organisaties aan en 15% van de overeenkomsten het versterken van het netwerk
Noot 5
Pagina 11
In overeenkomsten zijn de afspraken hier onder de overige desbetreffende prestatievelden geplaatst. Het kan voorkomen dat iets wat hier wordt genoemd, ook een onderdeel van prestatieveld 3 kan zijn (bijvoorbeeld bezwaar en beroep onder prestatieveld 6).
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
van mensen met beperkingen. Prestatieveld 2 (opvoeden en opgroeien) Veel afspraken hebben betrekking op jeugdigen met beperkingen. Ongeveer de helft van de werkzaamheden van MEE heeft betrekking op deze doelgroep6. Dat weerspiegelt zich onder andere in het feit dat na prestatieveld 3 (cliëntondersteuning) de meeste afspraken betrekking hebben op prestatieveld 2 (ondersteuning bij opvoeden en opgroeien). Bij de helft van de gemeenten is MEE betrokken bij de beleidsontwikkeling van de Centra voor Jeugd en Gezin (tabel 4.4). Daadwerkelijke deelname aan CJG’s is nog beperkt, wat verklaard wordt door het gegeven dat de meeste gemeenten zich nog bevinden in de ontwikkelings- of implementatiefase van hun CJG. Prestatieveld 4 (ondersteuning vrijwilligerswerk en mantelzorg) 36 % van de overeenkomsten heeft afspraken gemaakt op het gebied van de ondersteuning van vrijwilligerswerk en mantelzorg, waarvan 5 % op vrijwilligersondersteuning en 31 % op mantelzorgondersteuning (tabel 4.5 en 4.6). Bij mantelzorgondersteuning gaat het vooral om samenwerking om te komen tot een goede doorverwijzing (10 %), het ondersteunen van mantelzorgers (8 %) en deskundigheidsbevordering met betrekking tot het leven met beperkingen (6 %). Prestatieveld 5 (bevorderen van deelname aan de samenleving en zelfstandig functioneren van mensen met beperkingen) 15 % van de overeenkomsten maakt afspraken op prestatieveld 5 (tabel 4.7). Daarvan heeft 9 % betrekking op het inzetten van de expertise van MEE om de deelname van mensen met beperkingen aan activiteiten te bevorderen en 4 % op het ondersteunen en toeleiden naar sportactiviteiten en sportverenigingen. Prestatieveld 6 (verlenen van individuele voorzieningen) In totaal heeft 3 % van de overeenkomsten hier afspraken gemaakt (tabel 4.8), waarvan 2 % over het ondersteunen bij bezwaar en beroep. Prestatieveld 7 (maatschappelijke opvang en vrouwenopvang) 18 % van de overeenkomsten heeft hier afspraken gemaakt (tabel 4.9). De meest frequent voorkomende afspraken hebben betrekking op bemiddeling / coördinatie bij crisisopvang voor mensen met beperkingen (8 % van de overeenkomsten), aanbieden van cliëntondersteuning in een vervolgfase zodat een cliënt minder lang in een opvangvoorzieningen hoeft te verblijven (7 % van de overeenkomsten) en deelname aan Advies- en steunpunten Huiselijk Geweld (7 % van de overeenkomsten). Prestatieveld 8 (openbare geestelijke gezondheidszorg) 11 % van de overeenkomsten heeft afspraken gemaakt op terrein van openbare geestelijke gezondheidszorg (tabel 4.10). 11 % heeft betrekking op samenwerking ten behoeve van mensen met een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen via netwerken en ketenpartners in Z-poli (samenwerkingsverband uit de VG-sector en de GGZ) waarbij MEE de intake verzorgt, 8 % op deelname aan signaleringsnetwerk / OGGZ-overleg en 5 %
Noot 6
Pagina 12
MEE heeft hier een taak vanuit 'vroeghulp'.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
op outreachende ondersteuning. Prestatieveld 9 (bevorderen verslavingsbeleid) 2 % van de overeenkomsten maakt afspraken op terrein van verslavingsbeleid (tabel 4.11). Deze gaan over het leveren van handicapspecifieke expertise door middel van consultatie (2 % van de overeenkomsten), het in kaart brengen van verslavingsproblemen van de LVG-doelgroep (2 %) en het ontwikkelen van gerichte efficiënte begeleiding en training (2 %).
Afspraken buiten de prestatievelden van de Wmo om Er zijn ook afspraken gemaakt buiten de prestatievelden van de Wmo om. Interessant is te bezien op welke velden MEE al actief is. MEE richt zich op cliëntondersteuning in den brede, daarmee richt MEE zich ook op thema's als onderwijs, arbeid, wonen en vrije tijd. Nog lang niet alle overeenkomsten hebben afspraken op dit terrein, maar toch komt het al voor dat MEE en gemeenten afspraken maken op de thema's, zoals 'mensen met een meervoudige problematiek' (15 % van de overeenkomsten), 'onderwijs' (15 % van de overeenkomsten), 'arbeid' (13 % van de overeenkomsten), 'wonen' (13 % van de overeenkomsten) en 'vrije tijd' 9 % van de overeenkomsten).
Aanvullende middelen Een enkele keer komt het voor dat gemeenten een apart subsidiebedrag beschikbaar stellen voor een bepaalde activiteit. De volgende activiteiten/aanvullende middelen zijn in de analyse teruggekomen: • Voor het overgrote deel van de overeenkomsten (301) is dit niet van toepassing. • MEE verzorgt behoefteonderzoek, initiëring en implementeren van nieuw vrijetijds- en/of sportaanbod (6x). • MEE kan op een aantal acties extra financiering aanvragen: outreachend overlastgevende groepen, pilot binnen onderwijs, meersporenhulpverlening (1x). • MEE plustaak mantelzorg (1x). • Plustaak: expertise op gebied van zorgtrajecten bijstandscliënten (integrale intake en vaststellen diagnose, plan van aanpak op diverse themas) (1x). • Vrijetijdsactiviteiten (andere subsidie), project plezier in bewegen (aparte subsidie) (1x).
Conclusies De volgende conclusies worden uit deze kwantitatieve analyse gehaald: •
Pagina 13
De afspraken concentreren zich binnen het domein van de Wmo op taken binnen prestatieveld 3, cliëntondersteuning. Naast integrale vroeghulp hebben de reguliere activiteiten van MEE betrekking op individuele en collectieve cliëntondersteuning. Dat impliceert dat de afspraken met name betrekking hebben op de core business van MEE. Gemeenten roepen daarnaast, ten behoeve van zichzelf en uitvoeringsorganisaties die actief zijn, op uiteenlopende prestatievelden binnen de WMO en daarbuiten de ondersteuning van MEE in waar het gaat om het beschikbaar stellen van
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
•
•
• •
3.5
haar expertise, specifieke kennis van de doelgroep, de signaleringsfunctie en netwerken. Bij de andere prestatievelden wordt al een aantal afspraken gemaakt. Prestatieveld 2 springt hierbij naar voren, met name als het gaat om afspraken die gemeenten maken met MEE over de betrokkenheid bij de ontwikkeling en werkpraktijk van de CJG's. Ook is veel aandacht voor LVG-jongeren. Het komt al voor dat MEE en gemeenten afspraken maken op met name de thema's 'mensen met een meervoudige problematiek', 'onderwijs', 'arbeid', 'wonen' en 'vrije tijd'. Het aantal afspraken dat gemaakt is op terrein van ggzcliëntondersteuning, is gering. Er zijn weinig overeenkomsten die aangeven dat gemeenten aanvullende financiële middelen beschikbaar stellen voor diensten die MEE niet vanuit AWBZ-subsidieregeling kan leveren.
Kwalitatieve analyse De kwalitatieve analyse heeft betrekking op de vraag of de afspraken die tussen MEE en gemeenten zijn gemaakt rechtstreeks volgen uit de taken uit de AWBZ-subsidieregeling voor MEE. Als dat het geval is, gaat het om reguliere afspraken. Afspraken kunnen ongeacht of ze binnen of buiten de omschreven taken uit de subsidieregeling vallen inspirerend zijn: dat wil zeggen ze nodigen uit tot navolging. Het onderscheid tussen afspraken die rechtstreeks uit de subsidieregeling voortvloeien en afspraken die daar niet rechtstreeks onder te scharen zijn, lijkt op het eerste gezicht eenvoudig te kunnen worden aangebracht. De reguliere taken hebben immers betrekking op individuele en collectieve cliëntondersteuning en op integrale vroeghulp en worden in de AWBZsubsidieregeling expliciet aangeduid. Bij de analyse is gebleken dat gemeenten en MEE een beduidend aantal prestatieafspraken maken op andere prestatievelden van de Wmo dan prestatieveld 3, cliëntondersteuning. Te wijzen valt op de volgende afspraken die zijn gemaakt op andere prestatievelden dan prestatieveld 3, maar naar hun aard te beschouwen zijn als taken op het gebied van cliëntondersteuning: Prestatieveld 2: op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden: • integrale vroeghulp • trajectbegeleiding jeugdigen • cursussen op het gebied van sociale vaardigheden, relaties en seksualiteit, omgaan met geld 7
Prestatieveld 6 : • ondersteuning bij bezwaar en beroep Prestatieveld 7: het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang: • ondersteuning aan dak- en thuislozen met een beperking • aanbieden van cliëntondersteuning in een vervolgfase zodat een cliënt minder lang in een opvangvoorziening behoeft te verblijven
Noot 7
Pagina 14
Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Aard van de samenwerkingsafspraken Samenwerkingsafspraken hebben niet altijd betrekking op activiteiten van MEE die rechtstreeks gericht zijn op cliënten (individuele cliëntondersteuning), maar veel afspraken hebben betrekking op het inzetten van de expertise van MEE ten behoeve van (beroepsbeoefenaren werkzaam in) gemeenten en organisaties op het gebied van dienst-, hulp- en zorgverlening. Deze organisaties gebruiken de expertise van MEE om de doelgroepen van MEE beter te kunnen bedienen. In onderstaand schema een overzicht van de frequent voorkomende afspraken op dit terrein: Prestatieveld 1: het bevorderen van sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten:
• • •
adviseren bij de inrichting van de leefomgeving voor mensen met een beperking voorlichting en advies aan organisaties informatie en advies ten behoeve van beleidsontwikkeling inzake participatie van mensen met beperkingen
Prestatieveld 2: op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden:
•
cursusaanbod en individuele consultatie voor leidsters kinderopvang ten behoeve van kinderen met een beperking of een ontwikkelingsachterstand
•
consultatie aan loket- en backoffice medewerkers CJG over de communicatie met en de ondersteuning van kinderen met een beperking
Prestatieveld 3: cliëntondersteuning:
• • •
deskundigheidsbevordering / scholing gebruik informatie MEE (website, sociale kaart, informatiecentrum MEE) consultatie
Prestatieveld 4: het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers:
•
deskundigheidsbevordering met betrekking tot het leven met beperkingen 8
Prestatieveld 5 :
•
inzetten van expertise om de deelname van mensen met beperkingen aan activiteiten te bevorderen
Prestatieveld 7: het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang:
•
beschikbaar stellen van handicapspecifieke expertise
Prestatieveld 8: bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg:
•
signaleren van probleemsituaties rond mensen met beperkingen
Prestatieveld 9: bevorderen van verslavingsbeleid:
•
Noot 8
Pagina 15
leveren van handicapspecifieke expertise door middel van consultatie
het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
4 Inspirerende voorbeelden
In dit hoofdstuk worden inspirerende voorbeelden genoemd die uit de analyse naar voren zijn gekomen. In 4.1 worden de inspirerende voorbeelden genoemd die geselecteerd zijn. In 4.2 wordt een aantal relevante en inspirerende thema's benoemd die uit de analyse naar voren zijn gekomen en als input dienen voor de conferentie en de handreiking. Veelal zijn afspraken kort en bondig en niet heel concreet beschreven, zodat het lastig blijkt om inspiratie te genereren uit de tekst in de overeenkomsten. Inspirerende voorbeelden zullen nog beter worden ontdekt door navraag te doen bij die desbetreffende gemeenten die overeenkomsten met MEE hebben gesloten. Dat zijn in de regel ook de gemeenten die in hun denken al verder gevorderd zijn op het gebied van prestatieveldoverstijgend denken of integrale cliëntondersteuning. Om een goede weergave van de inspirerende voorbeelden te krijgen, is daarom een nadere verdiepingsslag gewenst.
4.1
Inspirerende voorbeelden voortkomend uit analyse Wijze waarop MEE en gemeenten met elkaar samenwerken
IJsseloevers MEE biedt in Urk en Zeewolde ondersteuning en advies aan de cliëntadviesraad voor mensen met een beperking.
MEE Veluwe MEE en gemeente Ermelo en Harderwijk zetten zich in voor ontwikkeling van cliëntparticipatie voor mensen met een beperking ten behoeve van de Wmo. Daarmee worden vertegenwoordigers in de Wmo-adviesraad beter in staat gesteld belangen te behartigen.
MEE Noordwest- Holland De gemeente Anna Paulowna komt bij MEE om met cliënten in contact te komen die een bijdrage zouden kunnen leveren aan de Wmo-adviesraad om een stem te geven aan mensen met een verstandelijke beperking.
MEE Zuid-Holland Zuid De gemeente Den Haag vraagt MEE Zuid-Holland Zuid mee te denken om het meerjarenplan te vertalen naar een eenvoudig verwoord plan voor de doelgroep van MEE.
Pagina 16
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
MEE West Brabant Het lopende jaar 2009 wordt in de gemeente Breda gebruikt om proef te draaien met het instrument Beleidsgestuurde Contractfinanciering (BCF). Tevens wordt 2009 gebruikt om de BCF voor de Bredase situatie verder te verbeteren en aan te scherpen.
Drenthe Er wordt in Emmen informatie uitgewisseld tussen MEE Drenthe en Schuldhulpverlening over de werkwijze.
IJsseloevers en MEE Twente In het regionale project Wmo wordt door 5 gemeenten samen uitgewerkt om het Wmo-beleid verder te ontwikkelen. Vanuit het vertrekpunt “samen wat samen kan, lokaal wat lokaal moet”, is dit weergegeven waarbij gemeenten hun eigen lokale accenten kunnen leggen. De Twentse gemeenten Rijssen-Holten, Twenterand, Hellendoorn, Wierden en Tubbergen hebben een beleid gericht op vitale plattelandsgemeenten. Er wordt gewerkt vanuit een domeinbenadering ofwel een clustering van prestatievelden in 6 domeinen: 1 Samen leven in buurt en dorp 2 Opgroeien en ontwikkelen 3 Mantelzorg en vrijwilligers 4 Meedoen makkelijker maken 5 Preventie, zorg en opvang 6 Anders te werk De gemeenten Rijssen-Holten, Twenterand en Hellendoorn hebben contact met MEE IJsseloevers, waar de gemeenten Wierden en Tubbergen contact hebben met MEE Twente. Er is hierbij regionale afstemming door MEE IJsseloevers en MEE Twente. Samenwerking tussen MEE en aanbieders van hulp, zorg- en dienstverlening ten behoeve van mensen met beperkingen.
MEE Zuidoost Brabant Regelhulp is een digitaal webloket voor het aanvragen van voorzieningen. De pilot Regelhulp is een landelijk initiatief van VWS, SZW, CWI, UWV en het CIZ. De pilot wordt uitgevoerd in Eindhoven, Valkenswaard en Veldhoven. Op grond van de visie van MEE om mensen met een beperking te ondersteunen bij het zo zelfstandig mogelijk participeren in de samenleving, werkt MEE Zuidoost Brabant mee aan het ontwikkelen van deze integrale, digitale toegang. Immers: • De doelgroep van MEE is ook de doelgroep van Regelhulp. • Aanvragen van voorzieningen is een taak van MEE. • In regelhulp is een link naar (landelijke) MEE-site. • In regelhulp wordt nadrukkelijk verwezen naar cliëntondersteuning door MEE.
Pagina 17
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Samenwerkingsverbanden waaraan MEE deelneemt ten behoeve van ggzcliënten
MEE Groningen MEE Groningen heeft ervaring met cliënten met ggz-beperking. Zij werkt tot nu toe met kinderen en volwassenen met autisme of met een dubbele diagnose (verstandelijke en ggz-beperking bij een persoon). De cliëntondersteuning aan mensen met een ggz-beperking is in de provincie Groningen in ontwikkeling. MEE Groningen biedt aan gemeenten aan om in 2008 de reeds gestarte cliëntondersteuning door aanwending van het Vraag en Informatiepunt (V!P MEE Groningen) voor deze doelgroep te versterken. Dit geldt ook voor de aanwending van het Autisme Informatie Centrum betreffende mensen met beperkingen in het autistisch centrum.
MEE Twente MEE Twente neemt als kerngroeplid deel aan de Z-poli, een samenwerkingsverband op het snijvlak VG sector en de GGZ. NB. De analyse levert niet veel (inspirerende) voorbeelden op het terrein van ggz-cliëntondersteuning. Dit is een aandachtspunt gericht op de conferentie. De conferentie zou wellicht een middel moeten zijn om tot nieuwe inspirerende voorbeelden te komen (brainstormsessies onder goede begeleiding), als input voor de nog op te stellen handreiking. Projecten/activiteiten waarbij twee of meer prestatievelden van de Wmo met elkaar worden verbonden
MEE Twente – prestatieveld 1 en 5 De gemeente Almelo is in 2004 gestart met een landelijk uniek project: chronisch zieke inwoners uit het sociaal isolement krijgen. MEE krijgt van de gemeente subsidie voor het aanbieden van vrijetijdsbesteding op maat. Intermediairs van het ziekenhuis melden eenzame patiënten aan, waar gemeente en andere instanties meestal niet (meer) mee in contact komen. Het budget trekt hen over de streep. Consulenten van MEE gaan op huisbezoek, regelen vaak veel basale zaken en stimuleren mensen om te dromen over de meer leuke dingen van het leven en bewustwording over wat ze nog wel kunnen. MEE Twente is vanaf het begin een actieve en constructieve samenwerkingspartner en op verschillende manieren bij dit project betrokken. Het management van MEE zit in de stuurgroep, die het project begeleidt en de consulent vrije tijdsbesteding van MEE organiseert collectieve activiteiten voor deelnemers bij dit project.
Pagina 18
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Projecten/activiteiten buiten het kader van de Wmo om op het gebied van arbeid, inkomen, zorg, wonen en vrije tijd.
Groningen Mee ondersteunt LVG jongeren die resocialiseren door bieden van scholings- of arbeidstoeleiding en woonbegeleiding.
IJsseloevers Op het gebied van vrije tijd en sport wordt er in de gemeente Urk veel aandacht besteed aan de jeugd. De gemeente merkt hierin dat de kinderen en jongeren met een beperking ondergesneeuwd raken. MEE IJsseloevers adviseert de gemeente bij hun voornemen om kinderen en jongeren met een beperking te laten integreren in het gewone buurtwerk en de sport.
MEE Oost Gelderland MEE Oost Gelderland onderzoekt samen met gemeenten Montferland, Zevenaar, Winterswijk, UWV en POA mogelijkheden voor een project om jonggehandicapten weer aan het werk te helpen.
MEE Oost Gelderland In de gemeente Zutphen biedt MEE ruimte voor lotgenotenondersteuning door het project speelleergroep (ouders van kinderen met ontwikkelingsachterstand van 0 tot 4 jaar) op te zetten.
MEE Oost Gelderland MEE Oost Gelderland is in de gemeente Doetinchem partner van Campowerproject, een experiment voor een andere manier van cliëntondersteuning die zelfstandig maatschappelijk functioneren mogelijk maakt voor burgers die dat zonder deze ‘camera voor zelfvertrouwen’ niet zouden doen. In Doetinchem wordt de DOE MEE Award uitgereikt. Aan deze uitreiking gaat een heel traject vooraf, waarin van verschillende groepen burgers betrokkenheid wordt gevraagd bij het toegankelijk maken van het maatschappelijk leven in de gemeente.
MEE Utrecht, Gooi en Vecht MEE en gemeente Loenen zijn samenwerkingspartners in regionaal meldpunt zorg en overlast. In het meldpunt zorg en overlast is MEE frontoffice voor mensen met een verstandelijke handicap. MEE realiseert outreachende ondersteuning en toe leiding naar reguliere zorg in de back office. Inspanningen in de eerste plaats in het belang van de cliënt, maar zeker ook in het belang van de naaste omgeving en de openbare orde.
Pagina 19
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
MEE Utrecht, Gooi en Vecht voert samen met Reinaerde, de Wilg en SHOH een pilot uit m.b.t. vrijetijdsbesteding voor mensen met een verstandelijke handicap.
MEE ’s-Hertogenbosch In Boxtel wordt het meldpunt jeugdzorg omgezet naar het CJG. Er zijn vergaande afspraken wat betreft de inzet van MEE in het CJG (aanwezigheid frontoffice, doorverwijzing, rapportage, 12- overleg van het meldpunt). NB. Deze overeenkomst is niet ondertekend.
MEE Noord- en Midden Limburg Meerjarenbudgetovereenkomst vrije tijd Voor taken die niet onder de basisdienstverlening vallen, de zogenoemde plustaken, ontvangt MEE van de gemeente subsidie. Gemeenten in regio Eindhoven en de kempen subsidiëren vanuit de (voorheen) GJVW regeling, vrijetijdsactiviteiten en de daarvoor noodzakelijke extra ondersteuning voor mensen met een beperking. Deze activiteiten worden uitgevoerd binnen een samenwerkingsverband van ouderverenigingen en MEE Zuidoost Brabant. De afspraken worden 4-jaarlijks vastgelegd in de meerjarenbudgetovereenkomst met alle gemeenten in deze twee regio’s.
MEE Zuidoost Brabant Tussen UWV frontoffice Eindhoven en MEE Zuidoost Brabant is een convenant afgesloten ten behoeve van optimaliseren maatschappelijke participatie jonggehandicapten. Dit krijgt vorm middels afstemming tussen werkzaamheden van de arbeidsdeskundige jonggehandicapten (AD-J) van het UWV en de consulent met aandachtsgebied arbeid van MEE, gericht op onder andere arbeidstoeleiding naar vormen van betaalde arbeid. Daartoe zijn netwerken en samenwerkingsstructuren ingericht. In de regio Zuidoost Brabant zijn zowel in de subregio Helmond als in de regio Eindhoven en de Kempen netwerken arbeidsinpassing actief op drie niveaus; een leerlingenoverleg, een afstemmingsoverleg en een beleidsoverleg.
4.2
Thema's voor conferentie en handreiking Uit de analyse en het verzamelen van inspirerende voorbeelden, zijn een zestal thema's voortgekomen voor de themadebatten van de conferentie9. Deze thema's dienen ook als input voor de opzet van de handreiking. 1 Aan de slag met ggz-cliëntondersteuning Het overleg tussen gemeenten en MEE richt zich op de bijdrage die MEE kan leveren aan het gemeentelijk beleid op het gebied van cliëntondersteuning. Naast de activiteiten voor de MEE doelgroepen zou ook
Noot 9
Pagina 20
De selectie van deze thema's en de insteek van de invulling van de thema's zijn tot stand gekomen in samenspraak met de begeleidingscommissie.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
in onderlinge samenwerking met andere cliëntondersteuners synergiewinst te halen zijn voor alle doelgroepen. In een aantal gemeenten hebben MEE en gemeenten afspraken gemaakt over de cliëntondersteuning van ggzcliënten. In het merendeel van de samenwerkingsafspraken is dit (nog) niet gebeurd. 2 Op weg naar werk Gemeenten spannen zich in om mensen aan het werk te helpen. Deels gaat het om mensen met beperkingen. Het herkennen, toeleiden en begeleiden van deze mensen is daarbij cruciaal. Het vraagt om een netwerk over domeinen (onderwijs, arbeid en maatschappelijke ondersteuning) heen en verbindingen tussen stelsels als WWB, Wmo, WSW en Wajong. MEE heeft expertise in het herkennen van mensen met beperkingen en het toeleiden naar werk. MEE ondersteunt werkgevers en professionals van betrokken instanties (UWV, CWI, school voor speciaal onderwijs en reintegratiebedrijven) bij het realiseren van arbeidsparticipatie van deze doelgroep. 3 Weg van de schulden! Mensen met problematische schulden kunnen aankloppen bij gemeenten voor schuldhulpverlening. Deels gaat het om mensen met verstandelijke beperkingen. Het herkennen van deze problematiek, en daarmee rekening houden in de ondersteuning, draagt bij aan een positief resultaat. Naast het verhelpen van problematische schulden, kunnen de gemeentelijke inspanningen voor mensen met verstandelijke beperkingen zich richten op een vroegtijdige herkenning van de doelgroep en de preventie van problemen. MEE ondersteunt gemeenten en de professionals bij de herkenning van de doelgroep en het toeleiden naar schuldhulpverlening. Daarnaast biedt MEE trainingen aan mensen met beperkingen op het gebied van geldzaken. 4 Meedoen, ook met een licht verstandelijke handicap! Maatschappelijke participatie en maatschappelijke opvang zijn twee onderwerpen waarbij voor gemeenten LVG-problematiek een rol speelt. Gemeenten staan aan de ene kant voor de opgave om deze mensen mee te laten doen aan de samenleving, aan de andere kant blijken licht verstandelijke handicaps een rol te spelen bij zaken als overlast en schooluitval. MEE ondersteunt volwassenen en jongeren met LVG-problematiek. De inspanningen richten zich op het bevorderen en versterken van de zelfredzaamheid en participatie in de samenleving (onderwijs, wonen, arbeid). MEE ondersteunt gemeenten in de aanpak van maatschappelijke overlast door deze doelgroep. 5 Centrum voor Jeugd en Gezin Gemeenten zijn druk bezig met het oprichten van de Centra voor Jeugd en Gezin. Zij verzorgen een eerste opvang voor vragen op het gebied van opgroeien en opvoeden en coördineren verdere ondersteuning. In veel gevallen heeft MEE daarin een rol. MEE doet dit vanuit de kennis over en ervaring met jeugdigen met een beperking. Verder brengt MEE de expertise en infrastructuur op het gebied van cliëntondersteuning in. 6 Sociaal isolement Het gemeentelijk Wmo beleid richt zich op meedoen van burgers in de samenleving en daarmee het voorkomen van sociaal isolement. Voor mensen met verstandelijke en lichamelijke beperkingen is het participeren in sport en sociaal culturele activiteiten niet vanzelfsprekend. Het voorlichten van burPagina 21
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
gers zonder beperkingen, het ondersteunen van professionals en vrijwilligers draagt bij aan een betere toegankelijkheid van voorzieningen. MEE doet dit voor mensen met een beperking. MEE brengt voor gemeenten de doelgroep en hun behoeften in beeld en bemiddelt tussen vraag en aanbod.
Pagina 22
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Bijlagen
Pagina 23
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Bijlage 1 Tabellenboek
Toelichting tabel Bij het lezen van de tabellen is een aantal zaken van belang:
Pagina 24
•
De bijlage volgt de opzet van het vastgestelde format en bestaat daarmee uit vijf onderdelen (I t/m V). Per onderdeel (I t/m V) worden de tabellen gepresenteerd.
•
De tabellen geven in de kolom 'aantal' het aantal scores/afspraken op de verschillende opties per tabel weer. Dit biedt een totaaloverzicht van afspraken/scores op de verschillende opties per tabel.
•
De laatste kolom '%' geeft het percentage overeenkomsten dat scoort op die optie binnen de tabel. Een overeenkomst kan binnen een tabel op meerde opties scoren (in de meeste tabellen zijn meerdere opties mogelijk).
•
In de laatste rij van de tabel wordt het totaal aantal gemeenten (=overeenkomsten) genoemd dat scoort op de desbetreffende tabel. De laatste kolom van de laatste rij van de tabel geeft daarnaast het percentage van de gemeenten weer dat scoort op de desbetreffende tabel
•
Waar in de tabellen het percentage van overeenkomsten wordt genoemd (kolom '%'), wordt hier bedoeld het percentage van gemeenten met inbegrip van stadsdeelraden in Amsterdam.
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
SELECTIE EN NON-SELECTIE 0.1
0.1b
0.2
0.2b
Pagina 25
Selectie en non-selectie (overeenkomsten)
aantal
%
aantal overeenkomsten dat meetelt in analyse (response)
323
71%
aantal overeenkomsten dat niet is meegenomen in analyse (nonresponse)
133
29%
Totaal aantal overeenkomsten
456
100%
Reden non-selectie (overeenkomsten)
aantal
%
Niets ontvangen en onbekend waarom niet
45
34
Geen overeenkomst getekend (diverse redenen)
34
26
Akkoord met de overeenkomst, maar nog niet ondertekend
46
35
Geen nieuwe afspraken in 2008, maar wel in het verleden afspraken MEE /gemeente
8
6
Totaal aantal scores
133
100
Selectie en non-selectie (gemeenten)
aantal
%
aantal gemeenten dat meetelt in analyse
310
70
aantal gemeenten dat niet meetelt in analyse
133
30
Totaal aantal gemeenten
443
100
Reden non-selectie (gemeenten)
aantal
%
Niets ontvangen en onbekend waarom niet
45
34
Geen overeenkomst getekend (diverse redenen)
34
26
Akkoord met de overeenkomst, maar nog niet ondertekend
46
35
Geen nieuwe afspraken in 2008, maar wel in het verleden afspraken MEE /gemeente
8
6
Totaal aantal scores
133
100
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
I ALGEMEEN 1.1
Doel van de overeenkomst
aantal
%
Geen doel benoemd (geen score op deze tabel)
88
27
Uitvoering geven aan subsidievoorwaarde
15
5
Bevorderen dat mensen met beperkingen deelnemen aan de samenleving
64
20
MEE kan bijdragen aan realiseren gemeentelijke doelen / taakstellingen
120
37
(bestuurlijke) samenwerking MEE en gemeenten
90
28
bevorderen cliëntondersteuning op lokaal niveau
31
10
Ander doel, namelijk … ten behoeve van nadere uitwerking van cliëntondersteunende taken wmo. Totaal aantal scores
7
2
327
101
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
235
73
Schaal waarop de afspraken betrekking hebben
aantal
%
Lokaal
151
47
Lokaal en regionaal
94
29
Regionaal
78
24
Totaal
323
100
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
323
100
Soorten overeenkomst
aantal
%
Uitvoeringsovereenkomst
209
65
Basisovereenkomst
71
22
Bestuurlijke brief
23
7
Intentieverklaring
32
10
Totaal aantal scores
335
104
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
323
100
Looptijd Overeenkomst
aantal
%
Niet vermeld
173
54
2008
61
19
Meerjarig: 2008-2009
57
18
Meerjarig: 2008-2010
5
2
Meerjarig: 2008-2011
26
8
Totaal aantal scores
149
46
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
149
46
1.4b
Met mogelijkheden tot tussentijdse / jaarlijkse aanpassing/ evaluatie
173
54
1.5
Koppeling afspraken aan gemeentelijk Wmo-beleidsplan
aantal
%
Afspraken gemaakt zonder koppeling aan het beleidsplan (geen score)
31
10
Afspraken gemaakt met koppeling aan de algemene doelstelling van het beleidsplan
259
81
Afspraken gemaakt met koppeling aan het beleid ten aanzien van Prestatieveld 3 / cliëntondersteuning Afspraken gemaakt met koppeling aan specifieke beleidsdoelen van het beleidsplan
216
68
12
4
Totaal aantal scores
487
151
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
292
90
1.2
1.3
1.4
1.6
Mate concreetheid afspraken
aantal
%
Aanbod van MEE, niet duidelijk of het aanbod door gemeente is aanvaard
74
23
Pagina 26
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
1.7
Intentie om functies in te zetten
209
65
Inzetten van functies
253
79
Nadere (gekwantificeerde) concretisering van de inzet van MEE
9
3
Totaal aantal scores
545
170
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
321
99
Ondersteunde groepen
aantal
%
Doelgroepen MEE
317
98
Doelgroep ggz-cliënten
99
31
Overige burgers / cliënten
260
82
Professionals (consultatie, training)
122
38
Totaal aantal scores
798
252
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
317
98
Pagina 27
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
II MEE EN HET GEMEENTELIJK WMO-BELEID 2.1
2.2
2.3
Beleid gemeenten op prestatieveld 3
aantal
%
Beleid gemeente wordt niet benoemd in de overeenkomst (geen score op deze tabel)
182
57
Er staat enkel een verwijzing naar beleidsdocument
47
15
Specifieke aandacht voor cliëntondersteuning
62
19
Gerichtheid op mensen met beperkingen
29
9
Integrale benadering vanuit het Wmo-loket (wonen, welzijn, zorg)
74
23
Verbreding Wmo-loket voor ouderen en mensen met lichamelijke beperkingen met mensen met overige beperkingen Specifieke aandacht voor ggz-cliëntondersteuning
2
1
2
1
MEE wordt expliciet als partner genoemd
8
2
Samenwerking tussen de aanbieders van cliëntondersteuning
31
10
Wmo beleid wordt door 5 gemeenten samen ontwikkeld
3
1
Totaal aantal scores
258
80
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
139
43
%
Adviezen MEE aan gemeente over invulling prestatieveld 3
aantal
Niet duidelijk of advies is uitgebracht (geen score op deze tabel)
26
8
Geen advies uitgebracht (geen score op deze tabel)
257
80
Adviezen MEE aan gemeente over invulling prestatieveld 3
31
10
Alleen advies over prestatieveld 3
20
6
Ook advies over andere prestatievelden
34
11
Specifieke adviezen uitgebracht over:
23
7
* Inzet / betrokkenheid MEE
19
6
* De dienstverlening op prestatieveld 3 aan de doelgroep van MEE
10
3
* Ggz-cliëntondersteuning
0
0
* Integrale aanpak voor cliënt
7
2
* Investeren in de (kwaliteit van) de dienstverlening aan mensen met een beperking
5
2
* De werkwijze van of afstemming tussen de loketten
9
3
Totaal aantal scores
158
49
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
40
12
Bijdragen van MEE aan Wmo-beleid gemeente
aantal
%
De gemeente betrekt MEE bij de beleidsvorming Wmo
94
29
Door middel van de signaleringsfunctie
183
57
Deelnemen aan beleidsconferenties
19
6
Desgevraagd reageren op (concept) beleidsnotities
13
4
Gemeente vraagt MEE om advies
48
15
Ondersteunen Wmo-raad door MEE
13
4
Overige bijdragen
53
16
Totaal aantal scores
423
131
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
199
62
Pagina 28
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
III PRESTATIEVELD 3 WMO 3.1
3.2
Relatie MEE en Wmo-loket
aantal
%
Verkennen mogelijkheden tot samenwerking / afspraken maken over samenwerking
237
73
Deskundigheidsbevordering / scholing
110
34
Afspraken over wederzijdse doorgeleiding
133
41
Informatie-uitwisseling
87
27
Gebruik informatie MEE (website, sociale kaart, informatiecentrum MEE)
161
50
MEE als front office partner
24
7
gekwantificeerde inzet van MEE in de front office …
12
4
MEE als back office partner
162
50
Afspraken over wederzijdse afstemming
78
24
Consultatie
75
23
Mee infobus
8
2
Periodiek participeren in een casusoverleg met loketmedewerkers
9
3
Vaste contactpersoon die signalen meldt bij loketmedewerkers/ of andersom
53
16
Totaal aantal scores
1149
356
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
268
83
Samenwerking met andere cliëntondersteuners
aantal
%
Samenwerking met algemene cliëntondersteuners (amw, raadslieden)
82
25
Samenwerking met specifieke cliëntondersteuners
90
28
* Ouderenadviseurs
74
23
* Patiëntenverenigingen
57
18
* Ggz-cliëntondersteuning
71
22
* Overige
42
13
7
2
0
Wijze van samenwerken Bieden van deskundigheidsbevordering
3.3
3.4
Onderzoeken/verkennen samenwerking
46
14
Deelname aan netwerk van cliëntondersteuners
96
30
Bilaterale samenwerkingsafspraken
23
7
Totaal aantal scores
588
182
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
139
43
Individuele cliëntondersteuning MEE
aantal
%
Informatieverstrekking en advisering
112
35
Vraagverduidelijking
107
33
Aanvragen en realiseren van externe dienstverlening en zorg
105
33
Klacht en bezwaar en beroep waaronder ook het voorkomen daarvan
90
28
Monitoring en evaluatie van externe dienstverlening en zorg
66
20
Ondersteuning in een crisissituatie
73
23
Volledige beeldvorming
72
22
Kortdurende en kortcyclische ondersteuning
72
22
Aanbieding van cursussen en trainingen (in groepen)
72
22
Overige activiteiten
26
8
Totaal aantal scores
795
246
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
122
38
Collectieve dienstverlening MEE
aantal
%
Het vergaren en verstrekken van informatie en het geven van voorlichting aan cliënten;
118
37
Het signaleren van relevante ontwikkelingen en belemmeringen;
13
4
Overige activiteiten
21
7
Totaal aantal scores
152
47
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
137
42
Pagina 29
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
3.5
3.6
3.7
Nadere invulling van de signaleringsfunctie
aantal
Niet van toepassing (geen score op dit onderdeel)
139
% 43
Signaleren van feiten en trends met betrekking tot maatschappelijke participatie van mensen met een beperking Het beschikbaar stellen van de eigen registratie- en signaleringsdatabase / informatie over de eigen gerealiseerde dienstverlening Specifiek expertise en inzicht in de behoeften en problemen van mensen met een beperking in de gemeente Minimaal eens per jaar signaleren aan projectleider Wmo en ambtenaar jeugdbeleid/jeugdzorg
132
41
78
24
33
10
47
15
Overige activiteiten
11
3
Totaal aantal scores
301
93
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
182
56
MEE en ggz-ondersteuning
aantal
%
Vraag en InformatiePunt
0
0
Inventariseren van vraag en aanbod ggz-cliëntondersteuning
20
6
Afstemming met andere organisaties die ggz-cliëntondersteuning bieden
48
15
Onderzoek MEE naar de behoeften en mogelijkheden van verdergaande samenwerking in de ggz-cliëntondersteuning Doorverwijzen van mensen met een psychiatrische stoornis
9
3
0
0
Afstemming met andere organisaties
7
2
Oriënterende gesprekken met belangenbehartigingsorganisatie ggz-cliënten
9
3
Het bieden van een infrastructuur
0
0
MEE kan Ggz-ondersteuning bieden, maar niet binnen het huidige Mee budget.
12
4
Overige activiteiten, namelijk …
13
4
Totaal aantal scores
118
37
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
82
25
Doelgroepen ggz-cliëntondersteuning
aantal
%
Doelgroepen van MEE met een psychiatrische stoornis
51
16
Mensen met een psychiatrische stoornis
52
16
Totaal aantal scores
103
32
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
52
16
Pagina 30
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
IV OVERIGE PRESTATIEVELDEN MEE en Prestatieveld 1 1. het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten 4.1
MEE en Prestatieveld 1
aantal
%
Versterken van het netwerk van mensen met beperkingen
49
15
Adviseren bij de inrichting van de leefomgeving voor mensen met een beperking
19
6
Voorlichting en advies aan organisaties
76
24
Informatie en advies ten behoeve van beleidsontwikkeling inzake participatie van mensen met beperkingen
27
8
Overige activiteiten
20
6
Totaal aantal scores
191
59
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
94
29
MEE en Prestatieveld 2 2. op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden 4.2
4.3
4.4
MEE en jeugd
aantal
%
Integrale vroeghulp
104
32
Trajectbegeleiding jeugdigen 4-20 jaar en ouders
39
12
Cursusaanbod en individuele consultatie voor leidsters kinderopvang mbt kinderen met een beperking of ontwikkelingsachterstand
12
4
Samenwerking met BJZ rond LVG-ers: gezamenlijke analyse en integrale aanpak
19
6
Ondersteuning meiden die onder invloed staan van een lover boy
0
0
Overnemen ondersteuning op het moment dat voogdijschap vervalt
1
0
Cursussen op het gebied van sociale vaardigheden, relaties en seksualiteit, omgaan met geld Afstemming met bureau jeugdzorg
8
2
0
0
Het onder de aandacht brengen van Eigenkracht conferenties
22
7
Overige activiteiten
26
8
Totaal aantal scores
231
72
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
130
40
LVG-jongeren
aantal
%
Schoolmaatschappelijk werk
16
5
Signaleren en ondersteunen meiden met een loverboy
25
8
Overdragen vaardigheden en bieden van ondersteuning in het contact leggen met jongeren aan derden-organisaties
30
9
Cursussen weerbaarheid, relaties&seksualiteit
25
8
Exploitatie Consultatieteam seksueel misbruik voor mensen met een verstandelijke beperking Mee ondersteunt jongeren die resocialiseren door bieden van scholings- of arbeidstoeleiding en woonbegeleiding
15
5
7
2
Adviesteam verstandelijk beperkt ouderschap (AVBO)
8
2
Samenwerking met andere scholen en BJZ
15
5
Andere activiteiten
13
4
Totaal aantal scores
154
48
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
54
17
MEE en CJG
aantal
%
Deelname in back office
41
13
Deelname aan front office
1
0
Informatie en advies
26
8
Informatiefolders
26
8
Pagina 31
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Cursussen en trainingen voor kinderen en hun ouders
27
Opvoedingsondersteuning
57
8 18
Deelname aan netwerk vroeghulp
17
5
Deelname aan signaleringssysteem / systeem sluitende afspaken
37
11
Deelname aan of ondersteuning van jeugdzorgnetwerken
36
11
Schoolmaatschappelijk werk
11
3
Consultatie aan loket- en back office medewerkers over de communicatie met en ondersteuning van kinderen met een beperking en de ouders
23
7
Ondersteuning bij verdere ontwikkeling CJG
161
50
Deelname aan Zorgadviesteam
11
3
Overige activiteiten
23
7
Totaal aantal scores
497
154
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
176
54
Prestatieveld 4 4. het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers 4.5
4.6
4.7
Vrijwilligersondersteuning
aantal
%
Samenwerking vrijwilligerssteunpunt / coördinatiepunt vrijwillige thuiszorg over bereik in relatie tot de MEE doelgroepen
12
4
Bevorderen dat mensen met beperkingen vrijwilligerswerk verrichten
1
0
Bevorderen dat vrijwilligers zich inzetten voor mensen met een beperking
0
0
Overige activiteiten
4
1
Totaal aantal scores
17
5
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
16
5
Mantelzorgondersteuning
aantal
%
Deskundigheidsbevordering met betrekking tot het leven met beperkingen
20
6
Samenwerking om te komen tot goede verwijzingen, ondersteuning en professionalisering
33
10
Afstemmingsafspraken met mantelzorgondersteuners
2
1
Ondersteunen van mantelzorgers
26
8
Helpen bij het organiseren van respijtzorg
13
4
Mogelijkheden verkennen deskundigheidsbevordering mantelzorg
7
2
Themabijeenkomsten en lotgenotencontact
23
7
Overige afspraken
41
13
Totaal aantal scores
165
51
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
100
31
Prestatieveld 5
aantal
%
5. het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen met een psychosociaal probleem
.
Inzetten van expertise om de deelname van mensen met beperkingen aan activiteiten te bevorderen
30
9
Inzet van collectieve MEE-taken ter bevordering van integratie en participatie van mensen met een beperking
6
2
Toeleiden van mensen met beperkingen naar sociaal-culturele activiteiten
0
0
Bevorderen dat mensen met beperkingen deelnemen aan algemene sociaal-culturele activiteiten
4
1
Onderzoek toegankelijkheid van gebouwen en openbare ruimten
9
3
Ondersteunen en toeleiden naar sportactiviteiten/sportverenigingen
13
4
Organiseren vakantie
8
2
Overige afspraken
18
6
Totaal aantal scores
88
27
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
49
15
Pagina 32
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
Prestatieveld 6 6. het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer
4.8
Prestatieveld 6
aantal
Ondersteunen bij bezwaar en beroep
6
% 2
Overige activiteiten
7
2
Totaal aantal scores
13
4
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
9
3
%
Prestatieveld 7 7. het bieden van maatschappelijke opvang, waaronder vrouwenopvang 4.9
Prestatieveld 7
aantal
Participeren in overlegvormen
7
2
Leiding en coördinatie van de samenwerking voor meersporenhulpverlening bij seksueel geweld bij meerderjarigen met een beperking
9
3
Participatie in het veiligheidshuis
4
1
Bemiddeling / coördinatie bij crisisopvang voor mensen met beperkingen
27
8
Ondersteuning aan dak- en thuislozen met een beperking
2
1
Consulent gedetacheerd in het team VIA
0
0
Beschikbaar stellen van handicapspecifieke expertise
9
3
Deelname aan Advies- en steunpunten Huiselijk Geweld
22
7
Aanbieden van cliëntondersteuning in een vervolgfase zodat een cliënt minder lang in een opvangvoorziening behoeft te blijven
23
7
Overige activiteiten
12
4
Totaal aantal scores
115
36
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
59
18
Prestatieveld 8 8. het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen 4.10
Prestatieveld 8
aantal
%
Signaleren van probleemsituaties rond mensen met beperkingen
4
1
Participatie in forensisch psychiatrisch netwerk
2
1
Samenwerking ten behoeve van mensen met een licht verstandelijke beperking en gedragsproblemen via netwerken en ketenpartners in Z-Poli (samenwerkingsverband uit de VG-sector en de GGZ) waarbij MEE de intake verzorgt
34
11
Deelname aan signaleringsnetwerk / OGGZ-overleg
26
8
outreachende ondersteuning
15
5
Ondersteunen toegang tot individuele voorzieningen
4
1
Overige activiteiten
8
2
Totaal aantal scores
93
29
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
37
11
%
Prestatieveld 9 9. het bevorderen van verslavingsbeleid 4.11
Prestatieveld 9
aantal
Leveren van handicapspecifieke expertise dmv consultatie
8
2
In kaart brengen verslavingsproblemen van LVG groep
8
2
Ontwikkelen van gerichte efficiënte begeleiding en training
8
2
Totaal aantal scores
24
7
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
8
2
Pagina 33
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
V Activiteiten die niet onder één bepaald prestatieveld vallen / activiteiten buiten de Prestatievelden van de Wmo 5.1
5.2
5.3
5.4
5.5
5.6
Deelname aan netwerken met aanbieders van zorgverlening, hulpverlening en dienstverlening
aantal
%
Integrale Vroeghulp
104
32
Thuiszorg
18
6
Ggz
41
13
Jeugdzorg
93
29
Onderwijs
60
19
Arbeid / re-integratie
54
17
Wonen
15
5
Mantelzorgondersteuners
42
13
Multi/disci overleg BJZ, VG/GGZ, SVA, NAH, netwerk crisisbemiddeling, thuishulp, netwerk educatie
20
6
Netwerk autisme
20
6
Overige
88
27
Totaal aantal scores
555
172
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
155
48
Mensen met een meervoudige problematiek, waaronder multiprobleemgezinnen
aantal
%
Casemanagement en trajectbegeleiding
8
2
Procesafspraken met andere organisaties voor de ondersteuning van multiprobleemgezinnen
26
8
Deelname aan oggz-overleg multiprobleemsituaties
11
3
Input leveren aan het gemeentelijk jeugdbeleid
0
0
Cursussen en trainingen voor kinderen en hun ouders
7
2
Opvoedingsondersteuning voor multiprobleemgezinnen in relatie tot de beperking
17
5
Overige
5
2
Totaal aantal scores
74
23
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
47
15
Onderwijs
aantal
%
Toeleiding naar onderwijs
22
7
Ondersteuning bij schoolkeuze
10
3
Tegengaan voortijdig schoolverlaten
25
8
Overige activiteiten
17
5
Totaal aantal scores
74
23
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
47
15
Arbeid
aantal
%
Arbeidsmarkttoeleiding
36
11
Overige activiteiten
11
3
Totaal aantal scores
47
15
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
43
13
Inkomen
aantal
%
Schuldhulpverlening
4
1
Andere activiteiten
7
2
Totaal aantal scores
11
3
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
11
3
Wonen
aantal
%
Woonbegeleiding
24
7
bijdrage realiseren woningen/woonprojecten
16
5
Andere activiteiten
1
0
Pagina 34
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep
5.7
5.8
Totaal aantal scores
41
13
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
41
13
Zorg
aantal
%
Overige activiteiten
0
0
Totaal aantal scores
0
0
Vrije tijd
aantal
%
Vrijetijdsnetwerk voor mensen met beperkingen
19
6
Overige activiteiten
18
6
Totaal aantal scores
37
11
Totaal aantal gemeenten dat scoort op dit onderdeel
29
9
Pagina 35
Analyse samenwerkingsovereenkomsten MEE en gemeenten
DSP - groep