Alumnidag ALLO zaterdag 19 september 2015 Utrecht, 1 juni 2015 Welkom alumnilid, Zaterdag 19 september 2015 is onze jaarlijkse alumnidag op de Hogeschool Utrecht, Faculteit Gezondheidszorg te Utrecht. Jij komt toch ook?! De dag ziet er als volgt uit: `s Ochtends worden er 4 lezingen gegeven door verschillende sprekers.`s Middags, na een lekkere lunch, verzorgen de sprekers een aansluitende workshop en/of discussie. Hiervoor kun je je bij binnenkomst op de dag zelf inschrijven1. Ter afsluiting van deze dag is er een borrel en heb je de gelegenheid gezellig bij te praten met oud-studenten en collega`s. Innovatiemarkt: Tijdens de alumnidag zal er een innovatiemarkt zijn met diverse standjes van o.a. Logo-Art en TOLK. De innovatiemarkt duurt van 9.00 uur tot 13.45 uur. Programma 09.00 09.30 09.45 10.15 10.45 11.15 11.45 12.15 12.45 13.45 14.45 15.00 16.00 16.15 17.00
Inloop en ontvangst in de hal van de faculteit + innovatiemarkt Start van de Alumnidag met ledenvergadering + afscheid Frankie van Sluijs Uitleg Karlijn van der Zwart over inhoud curriculum opleiding Logopedie Lezing 1: Evelijn Raven & Lizet van Ewijk: SAQOL-39NL/CILT Lezing 2: Nazife Çavuş: Fonologische stoornissen bij meertalige kinderen Koffiepauze + innovatiemarkt Lezing 3: Monique Dingemans: Mindfulness binnen de logopedie Lezing 4: Jeannette van Bragt: Van kennis en weten naar leren en ontwikkelen Lunch + innovatiemarkt Workshops/ discussie A+B+C+D Wisselen van workshop Workshops/ discussie A+B+C+D Inleveren enquête + uitreiking certificaat van de alumnidag Borrelen in het FG- café + Afscheid Frankie van Sluijs EINDE
Je kunt als lid van ALLO Utrecht voor slechts 25 euro aan deze dag deelnemen. Als niet-lid betaal je 75 euro. De kortingsbon van Post-HBO kan niet voor de alumnidag worden gebruikt. Iedere deelnemer ontvangt een bewijs van deelname. Accreditatie is aangevraagd. Heb je interesse en wil jij ook graag weer ‘ALLO’ zeggen, tegen oud- studenten en collega’s? Geef je dan op voor de Alumnidag Logopedie 2015: (http://www.werkenstudie.hu.nl/TotaalAanbod/Alumnidag-opleiding-Logopedi.aspx)! We zien je graag op zaterdag 19 september! Met vriendelijke groet, Het alumnibestuur ALLO en Frankie van Sluijs, coördinator alumni.
1 Bij elke workshop zijn een beperkt aantal plaatsen. Wees op tijd, want vol = vol.
Ken je oud-studenten logopedie Utrecht, die nog alumnilid willen worden? Dan kunnen zij zich aanmelden via www.cursussen.hu.nl/Alumni/Alumni%20Logopedie.aspx Meer informatie over de sprekers en de inhoud van lezing/workshop: 1. Evelijn Raven-Takken, MSc, Logopedist: Constraint-Induced Language Therapy (CILT) In de laatste jaren is er een toenemende belangstelling voor Constraint-Induced Language (of Aphasia) Therapy (CILT of CIAT). Dit is een intensieve groepstherapie, waarbij de afasie-patiënt gedwongen wordt te spreken. Door 2 of 3 patiënten wordt een spel gespeeld (een combinatie van kwartet en memory), waarbij de deelnemers elkaar steeds kaarten moeten vragen. Hierbij worden eisen gesteld aan de vorm van de uiting. Tevens is er een opbouw in moeilijkheid door de afbeeldingen die tijdens het spel gebruikt worden. In deze workshop zullen kort de principes van de CILT (of CIAT) besproken worden. Daarna kunnen de deelnemers met elkaar oefenen op het begeleiden van deze vorm van therapie. Evelijn Raven-Takken is logopedist en afasietherapeut. Ze werkt in Revalidatiecentrum De Trappenberg, en is verbonden aan Hogeschool Utrecht als docent Afasie, Dysarthrie en Dysfagie. Ze is betrokken bij de ontwikkeling van de SAQOL-39NL en bij de ontwikkeling van een nieuwe benoemtaak voor mensen met afasie. Dr. Lizet van Ewijk, logopedist : Stroke & Aphasia Quality of Life 39NL De incidentie van beroerte ligt tussen de 34 000 en 41 000 per jaar in Nederland (Vaartjes, Reitsma, & de Bruin, 2008). Van deze groep mensen ontwikkelt ongeveer 1/3 een afasie (Engelter, et al., 2006), bij 15% is de afasie een blijvend probleem (Wade, 1994). Door verbeterde medische zorg, is het aantal mensen dat een beroerte overleeft de afgelopen decennia gestegen (Ingall, 2004). Dit betekent dat er een groeiende groep mensen is, die moet leven met consequenties van een beroerte, op het fysieke, sociale en psychologische vlak. Velen hiervan volgen een revalidatietraject, dat gericht is op het voorkomen en verminderen van stoornissen en beperkingen in activiteiten en participatie. Uiteindelijk doel is het bevorderen van de kwaliteit van leven. De bestaande kwaliteit van leven-lijsten (QoL-lijsten) zijn vaak ongeschikt voor afatici, omdat het begrijpen van de vragen en het geven van de antwoorden door de taalstoornis moeilijk is geworden. Tevens is bekend dat mensen met afasie in hun participatie sterk belemmerd worden door de afasie. Afasie heeft dus grote invloed op de kwaliteit van leven. Het bevragen van de naasten van een afasiepatiënt geeft niet een zelfde beoordeling van de kwaliteit van leven als wanneer de afaticus zijn eigen oordeel kan geven. Juist hierom is het van groot belang de kwaliteit van leven van mensen met afasie in kaart te kunnen brengen. Aan de HU is daarom de SAQOL-39NL vertaald vanuit het Engels (Hilari, et al., 2003), en gevalideerd en gedeeltelijk genormeerd. De lezing gaat in op hoe de SAQOL-39NL is opgezet, hoe de lijst kan worden ingezet, hoe de validiteit bepaald is, en hoe de normering van deze lijst in zijn werk gaat. De lijst en handleiding zijn gratis te verkrijgen bij de auteurs. Na afloop kunnen de deelnemers de lijst dus direct in de praktijk gaan gebruiken.
Literatuur Engelter, S., Gostynksi, M., Papa, S., Frei, M., Born, C., Ajdacic-Gross, V., et al. (2006). Epidomiology of aphasia attributable to first ischemic stroke: Incidence, severity, fluency, etiology, and thrombolysis. Stroke, 37(6), 1379-1384. Hilari, K., Byng, S., Lamping, D., & Smith, S. (2003). Stroke and aphasia quality of life scale-39 (SAQOL39): evaluation of acceptability, reliability and validity. Stroke, 34(8), 1944-1950. Ingall, T. (2004). Stroke-Incidence, Mortality, Morbidity and Risk. Journal of Insurance Medicin, 36, 143-152. Vaartjes, I., Reitsma, J., & de Bruin, A. (2008). Nationwide incidence of first stroke and TIA in the Netherlands. European Journal of Neurology, 1315-23. Wade, D. (1994). Stroke (acute cerebrovascular accident). In Health Care Needs Assessment. Oxford: Radcliffe Medical Press. Lizet van Ewijk werkt als Hogeschoolhoofddocent aan de opleiding Logopedie aan de HU. Ze geeft hier onderwijs in afasie, dysarthrie en dysfagie (ADD), en is verantwoordelijk voor de onderzoekslijnen naar neurologische spraak-, taal, en slikstoornissen. Daarnaast geeft ze les bij de MSc Logopediewetenschappen aan het UMCU. 2. Nazife Çavuş: Fonologische stoornissen bij meertalige kinderen Een fonologische stoornis betreft een vertraagde en/of verstoorde ontwikkeling van het klanksysteem dat een kind aan het verwerven is; in Nederland is dit vaak het klanksysteem van het Nederlands. De uitingen van een kind met een fonologische stoornis zijn vaak niet of slecht verstaanbaar. Bij een tweetalig kind met een fonologische stoornis uit de stoornis zich in beide klanksystemen die het kind aan het verwerven is: in het klanksysteem van het Nederlands én in het klanksysteem van een andere taal. Logopedische interventie bij deze groep kinderen vraagt om specifieke kennis. Lezing Tijdens deze lezing zullen wetenschappelijke inzichten over fonologische stoornissen bij tweetalige kinderen aan bod komen. Hebben tweetalige kinderen twee taalsystemen of één taalsysteem? Hoe zou de diagnostiek van fonologische stoornis verricht kunnen worden? Tijdens de lezing wordt ook ingegaan op hoe de informatie over klankontwikkeling in de verschillende talen van het meertalige kind geïnterpreteerd kan worden. Workshop Aan de hand van een casus van een Turks- /Nederlandstalig kind met een fonologische stoornis zullen bovenstaande vragen behandeld worden. De 4-jarige jongen bezocht de diagnose/behandelgroepen van Kentalis te Eindhoven. De resultaten van de spontane taalanalyses in zowel het Turks als het Nederlands worden gepresenteerd en tegen de normale ontwikkeling afgezet. Er wordt ingegaan op de toepassing van een fonologische behandelmethode (Hodson en Paden) in twee talen. Er worden handreikingen gegeven om de niet-Nederlandse taal van meertalige kinderen met fonologische stoornissen te betrekken bij de logopedische diagnostiek en behandeling.
Literatuur Beers, M. (1995) The phonology of normally developing and language-impaired children, PhD thesis, IFOTT, Amsterdam. Bron, A, M. De Groot, P. Peters, A. Scheper, J. Verheugt, N. Bouwens (2013). Effectieve fonologische therapie bij kinderen; De aanhouder wint. Logopedie. Holm A. & B. Dodd (1999). An intervention case study of a bilingual child with phonological disorder. Child Language Teaching and Therapy, 15, 139–158. McLeod, S. & Goldstein, B. (Eds.) (2012). Multilingual aspects of speech sound disorders in children. Bristol, UK: Multilingual Matters. Zhu Hua & Barbara Dodd (red.) (2006). Phonological development and disorders in children: A multilingual perspective (pp.25-55). Clevedon: Multilingual Matters. Nazife Çavuş is een Nederlands- en Turkstalige klinisch linguïst / logopedist die werkzaam is op het Spraak & Taal Ambulatorium en Vroegbehandeling van Kentalis in Eindhoven. Hiernaast is zij docent van de post-hbo cursus “Taalstoornissen bij meertalige kinderen” aan de Hogeschool van Utrecht en de Hogeschool Arnhem en Nijmegen (VDO). 3. MSc Monique Dingemans, Logopedist, GZ-psycholoog i.o. tot Specialist, Aspirant Cognitief gedragstherapeut, EMDR therapeut, Mindfulness trainer. Monique Dingemans is sinds 1991 werkzaam als logopedist met aandachtsgebied psychogene logopedische problematiek. Sinds 2007 naast mijn eigen logopedische praktijk ook werkzaam in een GGZ instelling/algemeen ziekenhuis aanvankelijk als basispsycholoog, sinds 2011 als Gezondheidszorgpsycholoog en thans in opleiding tot klinisch psycholoog/specialist. In mijn opleiding tot cognitief gedragstherapeut kwam ik in 2007 voor het eerst in aanraking met mindfulness. Sindsdien heb ik al vele na en bijscholingen gevolgd en verzorg ik o.a. in de GGZ instelling waar ik werk meerdere keren per jaar trainingen aan grote groepen mensen, met zowel psychische alsook somatische klachten. In het kader van mijn opleiding tot klinisch psycholoog/specialist doe ik ook wetenschappelijk onderzoek op het gebied van mindfulness. Lezing Tijdens mijn meest recente herregistratie als logopedist werd tot mijn grote verbazing gevraagd wat mindfulness met het beroepsprofiel van een logopedist te maken had. Werk aan de winkel dus! Dit zal uitgediept zal gaan worden tijdens de lezing. Welke plek kan mindfulness innemen, voor jou persoonlijk, voor jou als therapeut, voor jou als professional en in je communicatie met je patiënt en wat kan de inzet van mindfulness oefeningen voor je patiënt en hun systeem betekenen. Workshop Kennis maken met mindfulness betekent ervaren wat het is; de workshop bestaat dan ook uit oefeningen om persoonlijke ervaringen op te doen, om zo de link te kunnen leggen hoe je mindfulness voor jezelf privé toe zou kunnen passen, en tijdens je therapiesessies als logopedist, en er is ruimte om te kijken naar voorbeelden van toepasbaarheid bij je patiënten en hun systemen.
Literatuur Kabat-Zinn, J. (2012). Waar je ook gaat, daar ben je. Kosmos Uitgevers, Utrecht. Kabat-Zinn, J. (2015) Handboek mindful ouderschap. Kosmos Uitgevers, Utrecht. Langenberg, G. (2014) MindfulKids, HeartfulKids. Terra-Lannoo Uitgeverij, Houten. Indien gewenst aangevuld met de in september 2015 meest recente wetenschappelijke artikelen over mindfulness. 4. Drs. J van Bragt, Coach, Specialist Ouderengeneeskunde Novicare: Van kennis en weten naar leren en ontwikkelen Als professional in de zorg zijn we veel bezig met het luisteren naar de ander. Als logopedist ben je o.a. bezig met de ander leren zich verstaanbaar te maken, de ander leren zijn stem goed te gebruiken. Hoe doe jij dit zelf? Wanneer luister jij naar jezelf? Hoe gebruik jij jouw eigen stem? Wanneer sta jij stil bij jouw eigen ontwikkeling als professional? Hoe doe je dit? Door stil te staan, door te reflecteren op jouw eigen functioneren? Reflectie draagt bij aan kwaliteit, professionalisering, werkplezier en een open cultuur waarin morele vragen met elkaar kunnen worden besproken. Intervisie is een werkvorm waarbij het reflecterend vermogen van de professional wordt bevordert. Leren, in beweging blijven, jezelf blijven ontwikkelen waarbij je jezelf toetsbaar opstelt. Dit is wat de omgeving van je vraagt. Vakinhoudelijke ontwikkeling houd je bij door het volgen van geaccrediteerde scholingen. Naast deze vak inhoudelijke ontwikkeling is ook jouw eigen persoonlijke ontwikkeling belangrijk, hoe besteed jij hier aandacht aan? Leren en ontwikkelen: persoonlijke ontwikkeling Hoe leer ik eigenlijk? Hoe zorg ik ervoor dat ik mezelf blijf ontwikkelen? Hoe krijg ik het voor elkaar dat ik zicht krijg op mijn “blinde vlekken”, hoe stel ik mij toetsbaar op? In veel organisaties en ook bij diverse beroepsverenigingen wordt het belang van leren in groepsverband onderkend, en wordt intervisie inmiddels veelvuldig ingezet als leermethode. Intervisie is een gestructureerd, begeleid groepsleerproces ter vergroting van de professionele effectiviteit van iedere deelnemer. Kenmerkend is de collegiale, onderlinge coaching aan de hand van een concrete werksituatie. De deelnemers denken met elkaar mee over de relatie tussen persoonlijke en professionele opvattingen naar aanleiding van knelpunten in de eigen werksituatie. Dit meedenken gebeurt niet door adviezen te geven, maar door het stellen van vragen. Hierdoor krijgt de medewerker die de praktijksituatie inbrengt zicht op zijn ingebrachte probleem en ontdekt zelf hoe hij hiermee het beste om kan gaan. Reflectie op eigen functioneren wordt hierdoor bevorderd. Een model wat hiervoor te gebruiken is: CREA model (Collectieve Reflectie & Eigen Actie Model, Lingsma & Van Doorn, oktober 2010) Literatuur Zicht op eigen kwaliteiten: werken met Kernkwadranten (Ofman Daniel, Bezieling en kwaliteit in organisaties, Servire, 2010) Welke rol neem ik? Drama- en winnaarsdriehoek (van der Pol Ien G.M., Coachen als professie, Boom Lemma 2012
Persoonlijk leiderschap. (Covey Stephen R, De zeven eigenschapen van effectief leiderschap, 2005 Assink Paulien, Uit het harnas, 4 wegen naar authentiek en verantwoord leiderschap, Business Contact, 2010) Jeannette heeft jarenlange ervaring in de chronisch, complexe zorg als Specialist Ouderengeneeskunde. De afgelopen jaren heeft ze zich verder verdiept in coaching en begeleiding van professionals in de gezondheidszorg. Ze is zodanig geïnspireerd geraakt door dit vak dat ze de keuze heeft gemaakt zich hier volledig op te richten. Ze is als coach werkzaam bij Novicare. Haar werkzaamheden bestaan uit (zowel intern als extern): begeleiding intervisiebijeenkomsten professionals, geven van trainingen en scholingen, begeleiding nieuwe medewerkers, individuele coaching en team coaching.