De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving, Mr. M.H.M. van der Goes Postbus 90801 2509 LV 's-Gravenhage
ook per fax 070-3334090
Haarlem, 10 september 2008 Betreft: bezwaar tegen de algemeen verbindend verklaring van de CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen Opleidings- en Ontwikkelingsfonds 2009/2012 (SOOB-CAO) Kenmerk: 12300/00/1 Uw kenmerk: publicatie Staatscourant 25 augustus 2008
Geachte heer van der Goes, Altro Via werkgeversvereniging die een aantal beroepsvervoerders over de weg organiseert, wendt zich tot u met het volgende. De leden van Altro Via zullen gaan vallen onder de werkingssfeer van bovengenoemde CAO als deze algemeen verbindend wordt verklaard. Dat wensen zij niet. Daartoe is onderzocht in hoeverre het beroep op de geclaimde representativiteit wel terecht is. Heeft Altro Via het juist berekend, dan maken partijen bij de SOOB-CAO aanspraak op een organisatiegraad van werknemers in dienst van georganiseerde bedrijven van 86,7 %. Dat is onjuist. Uitvoerige berekeningen en een beschrijving van de werkelijke situatie in het wegvervoer leren dat deze hoogstens 57,6 % zal bedragen. Dit getal is berekend op basis van cijfers aangeleverd door partijen zelf en andere en meer objectieve gegevens die het totaal aantal werknemers in de gehele sector berekend. Over de geclaimde werknemers in dienst van georganiseerde vervoerders heeft Altro Via aan de hand van zelf door partijen aangeleverde gegevens een correctie omlaag toegepast van 23.000 werknemers. Aan de hand van een bijlage met 7 tabellen en een toelichting wordt gedocumenteerd uiteengezet hoe tot een ander percentage is gekomen en welke twijfels er nadien nog kleven aan de door partijen bij de SOOB-CAO gedane opgaven. Altro Via is nog doende om op dit moment aanpassingen aan de reeds overgelegde cijfers aan te brengen. Deze aanpassingen zijn bewerkelijk en vinden voornamelijk op micro-niveau plaats. De verwachting is dat de nog aan te vullen gegevens de representativiteit nog meer omlaag zullen brengen. in zoverre is dit bezwaar nog voorlopig; binnen twee weken worden nog aanvullingen toegezonden.
Bij separaat schrijven zal Altro Via de Minister verzoeken om de AVV van de arbeidsvoorwaardenCAO 2007-2008 van TLN in te trekken. Uit de bijgevoegde cijfers blijkt al dat op basis van wel controleerbare cijfers de organisatiegraad beneden de 50% is gezakt, nl. 44%. Hoogachtend,
het bestuur van Altro Via n.d. J.B. Vallenduuk, voorzitter
Tabel 1 Opgaven aan SZW door CAO 2003-2008 Representat 9-9-2003 14-11-2003 16-2-2006 13-3-2006 21-6-2007 30-6-2008
CAO SOOB Reintegratie VUT 2006 CAO BGV CAO BGV CAO SOOB
TLN
VVT
wkg
wkn
6497 6497 6113 6159 5981 5885
103994 103994 88893 93455 99673 101649
wkg 184 184 174 174 175 126
wkn 3770 3770 3152 3152 2563 2930
Tabel 2 Verbetering van de gegevens op grond van gegevns van partijen zelf en de NIWO TLN VVT totaal in wkg wkn wkg wkn wkn CAO SOOB 03-08 Reintegratie-CAO VUT 2006 CAO BGV 2006 CAO BGV 2007-20 CAO SOOB 08-10
5386 5386 4913 4859 4581 4385
103994 103994 88893 93455 99673 101649
184 184 174 174 175 126
3770 3770 3152 3152 2563 2930
107764 107764 92045 96607 102236 104579
totaal in wkn 107764 107764 92045 96607 102236 104579
leden
leden
KNV Totaal georganiseerd in dienst wkn wkg
120 122 120
25000 30000 30000
132884 137886 122165
100
25000
129679
6801 6803 6407 6333 6156 6111
Totale bedrijfstak wegvervoer mobiele kranen wkg wkn wkg wkn 12072 134460 239 4901 12072 134460 239 4901 12165 129500 225 4076 12165 129500 225 4076 12046 136110 225 7943 12098 141000 215 8544
KNV Totaal georganiseerd in dienst wkn wkg
120 122 120
25000 30000 30000
132884 137886 122165
100
25000
129679
Totale bedrijfstak wegvervoer mobiele kranen wkg wkn wkg wkn 5690 8073 134460 239 4901 5692 8073 134460 239 4901 5207 7927 129500 225 4076 5033 7927 129500 225 4076 4756 8022 136110 225 7943 4611 7884 141000 215 8544
minus eigen rijders eigen opgave 1211 minus eigen rijders geschat minimaaal 1200 vanaf 2006 Tabel 3 Berekening aantal werknemers bij niet georganiseerde werkgevers en gemiddeld aantal werknemers bij niet georganiseerde bedrijven op basis van gegevens CAO-partijen periode 2003-2008 Totaal georganiseerd Totaal sector wegvervoerOrg. graad
CAO SOOB 03-08 Reintegratie-CAO VUT 2006 CAO BGV 2006 CAO BGV 2007-20 CAO SOOB 08-10
wkn 132884 137886 122165 96607 102236 129679
wkg 5690 5692 5207 5033 4756 4611
wkg 8312 8312 8152 8152 8247 8099
wkn 139361 139361 133576 133576 144053 149544
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 71,0% 86,7%
Blijft voor ongeorganiseerd gemidd wkg wkn wkn p bedr 2622 6477 2,5 2620 1475 0,6 2945 11411 3,9 3119 36969 11,9 3491 41817 12,0 3488 19865 5,7
Totaal-generaal wkg 12311 12311 12390 12390 12271 12313
Totaal-generaal wkg 8312 8312 8152 8152 8247 8099
wkn 139361 139361 133576 133576 144053 149544
wkn 139361 139361 133576 133576 144053 149544
Org. graad
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 71,0% 86,7%
Org. graad
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 71,0% 86,7%
Tabel 4 Tabel 2 met aanpassing voor koerierbedrijven TLN VVT wkg wkn wkg wkn CAO SOOB 03-08 Reintegratie-CAO VUT 2006 CAO BGV 2006 CAO BGV 2007-20 CAO SOOB 08-10
5386 5386 6113 6159 5981 5885
103994 103994 88893 93455 99673 101649
184 184 174 174 175 126
totaal in wkn
3770 3770 3152 3152 2563 2930
107764 107764 92045 96607 102236 104579
leden
KNV Totaal georganiseerd in dienst wkn wkg
120 122 120
25000 30000 30000
132884 137886 122165
100
25000
129679
5690 5692 6407 6333 6156 6111
Totale bedrijfstak wegvervoer mobiele kranen wkg wkn wkg wkn 8073 134460 239 4901 8073 134460 239 4901 7927 129500 225 4076 9927 129500 225 4076 10022 146110 225 7943 9884 151000 215 8544
Totaal-generaal wkg 8312 8312 8152 10152 10247 10099
wkn 139361 139361 133576 133576 154053 159544
Org. graad
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 66,4% 81,3%
Tabel 5 Tabel 4 met aanpassing aantal werknemers als gevolg van 66/100 % berekening TLN
CAO SOOB 03-08 Reintegratie-CAO VUT 2006 CAO BGV 2006 CAO BGV 2007-20 CAO SOOB 08-10
VVT
wkg
wkn
5386 5386 6113 6159 5981 5885
103994 103994 88893 93455 99673 101649
wkg 184 184 174 174 175 126
totaal in wkn
wkn 3770 3770 3152 3152 2563 2930
107764 107764 92045 96607 102236 104579
leden
KNV Totaal georganiseerd in dienst wkn wkg
120 122 120
25000 30000 30000
132884 137886 122165
100
25000
129679
5690 5692 6407 6333 6156 6111
Totale bedrijfstak wegvervoer mobiele kranen wkg wkn wkg wkn 8073 134460 239 4901 8073 134460 239 4901 7927 129500 225 4076 9927 129500 225 4076 10022 174400 225 7943 9884 174400 215 8544
Tabel 6 Niwo-gegevens
TLN gegevens
ongeorganiseerd
vergunning vergunning verg/ gemidledenregister vergun, bewwerknemersongeorgan. vergunning werknem houders bewijzen per bedrijf TLN-site TLN 66/100 vervoerdersbewijzen 66/100 Provincie Groningen Friesland Drenthe Overijssel Gelderland Flevoland Utrecht N-Holland Z-Holland Zeeland N-Brabant Limburg totaal
552 693 457 783 1.723 133 638 1.180 2.365 421 2.212 950 12.107
4.705 4.089 3.895 6.674 16.217 1.097 8.230 10.058 22.260 3.589 20.820 8.098 109.732
8,5 5,9 8,5 8,5 9,4 8,3 12,9 8,5 9,4 8,5 9,4 8,5 9,1
244 437 217 352 777 48 326 706 1.119 202 1.102 425 5.955
2.080 2.578 1.850 3.000 7.313 396 4.205 6.018 10.532 1.722 10.372 3.623 53.690
3.151 3.907 2.803 4.546 11.081 600 6.372 9.118 15.958 2.609 15.715 5.489 81.348
308 256 240 431 946 85 312 474 1.246 219 1.110 525 6.152
2625 1510 2046 3674 8904 701 4025 4040 11727 1867 10447 4475 56043
3978 2288 3100 5566 13491 1063 6098 6122 17769 2828 15829 6781 84913
166.261 tot aantal wkn
Totaal-generaal wkg 8312 8312 8152 10152 10247 10099
wkn 139361 139361 133576 133576 182343 182944
Org. graad
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 56,1% 70,9%
Tabel 7 Tabel 5 met aanpassing aantal werknemers als gevolg van 66/100 % berekening bij TLN op basis van tabel 6 TLN
CAO SOOB 03-08 Reintegratie-CAO VUT 2006 CAO BGV 2006 CAO BGV 2007-20 CAO SOOB 08-10
VVT
wkg
wkn
5386 5386 6113 6159 5981 5955
103994 103994 88893 93455 99673 101649
wkg 184 184 174 174 175 126
wkn 3770 3770 3152 3152 2563 2930
totaal in wkn 107764 107764 92045 96607 81348 81348
leden
KNV Totaal georganiseerd in dienst wkn wkg
120 122 120
25000 30000 30000
132884 137886 122165
100
25000
106488
5690 5692 6407 6333 6156 6181
Totale bedrijfstak wegvervoer mobiele kranen wkg wkn wkg wkn 8073 134460 239 4901 8073 134460 239 4901 7927 129500 225 4076 9927 129500 225 4076 10022 176261 225 7943 9884 176261 215 8544
Totaal-generaal wkg 8312 8312 8152 10152 10247 10099
wkn 139361 139361 133576 133576 184204 184805
Org. graad
95,4% 98,9% 91,5% 72,3% 44,2% 57,6%
BEREKENING REPRESENTATIVITEIT SOOB-CAO 2008 EN TLN-CAO 2007-2008 Algemene opmerkingen 1. Om voor algemeen verbindend verklaring in aanmerking te komen zijn 2 getallen van belang. Er moet een representativiteit van minimaal 60% zijn om de CAO algemeen verbindend te verklaren. Het gaat (1) om het totaal aantal werknemers in dienst van georganiseerde werkgevers (TLN, KNV, VVT) vallende onder de CAO voor het beroepsgoederenvervoer over de weg en de mobiele kranen en (2) het totaal aantal werknemers in dienst van alle werkgevers die in de bedrijfstal werkzaam zijn. 2. Over de cijfers voor werknemers van in de bedrijfstak als geheel zijn meerdere kenbronnen aanwezig. Cijfers over de werknemers in dienst van de georganiseerde bedrijven zijn moeilijker voorhanden. Uiteindelijk is een bestandsvergelijking op basis van NIWO-vergunninghouders en de vervoerders genoemd op de website van TLN gemaakt, waaruit een ander beeld wordt verkregen over de werknemers in dienst van de georganiseerde bedrijven. De cijfers van VVT worden zeker vanaf 2008 als vast staand aangenomen. 3. Bij het verzoek om avv worden ook aantallen werkgevers gevraagd, zowel aantallen van georganiseerde werkgevers, als ook het totaal aantal bedrijven dat onder de sector valt. Die gegevens dienen o.a. ter beoordeling of er sprake is van een scheve verhouding in de bedrijfstak. Er is echter veel meer cijfermateriaal beschikbaar dan de weinige bronnen die partijen aanreiken. Partijen beroepen zich voor de gegevens over het aantal georganiseerde bedrijven op de eigen ledenadministratie en voor de bedrijven in totaliteit op de NIWO. Deze cijfers behoeven in ieder geval correctie voor eigen rijders, die immers geen werkgevers zijn en de koerierssector. waarvan de bedrijven niet zijn opgenomen in de telling van de NIWO. 4. Het voor de bepaling van de AVV meest belangrijke cijfer (1) de werknemers in dienst van georganiseerde bedrijven steunt op enquêtes onder de leden, extrapolaties en schattingen, terwijl één organisatie (KNV) afrondingen op duizendtallen doet. Het getal dat aangeeft hoeveel (2) werknemers er totaal onder de bedrijfstak zouden vallen is afkomstig van een tabel uit een onderzoek van Vakopleiding Transport en Logistiek (VTL). De tabel is afkomstig van LISA. Opgemerkt zij dat VTL voor een groot deel wordt gesubsidieerd uit het bedrijfstakfonds SOOB. 5. Voor de representativiteit is het van belang dat het getal van werknemers in dienst van de aangesloten bedrijven zo hoog mogelijk is, en dat het aantal werknemers in de totale bedrijfstak zo laag mogelijk blijft. In principe is de fluctuatie in het aantal georganiseerde bedrijven niet zo belangrijk, mits er maar groei is in het aantal werknemers. Omgekeerd is de groei in de totaliteit van de bedrijven niet verontrustend voor de aanvragers, mits het gemiddeld aantal werknemers per bedrijf maar omlaag gaat. 6. Er is een vertekend beeld dat de representativiteit voor verzoekende partijen in gunstige zin beïnvloedt. Bij de lidmaatschappen van werkgevers wordt telkens als
1
peildatum de maand december van het vorig jaar opgegeven. De reden is dat de bedrijven die hebben opgezegd voor 1 oktober en waarvan de aansluiting per 1 januari van het volgend jaar eindigt, voor de representativiteit nog worden meeberekend. Nu de cijfers van TLN zelf uitwijzen dat het ledenbestand achteruit loopt, is dat voor de representativiteit gunstig. Dat betekent dat de cijfers van de lidmaatschappen – in dit geval uit 2007 – worden afgezet tegen de arbeidsmarktcijfers uit 2008. Deze cijfers komen uit de jaarlijkse enquête 1 van VTL (Vakopleiding Transport en Logistiek) waar een getal houdende het totaal aantal werknemers in de bedrijfstak goederenvervoer over de weg wordt genoemd. 2 Als bron wordt “LISA” opgevoerd. VTL is een organisatie van partijen zelf, bekostigd uit het SOOB-fonds. 7. Niet voldoende duidelijk is geworden welke criteria worden aangelegd voor werknemers, als het gaat om de totaliteit van de werknemers, waarvan het aantal wordt ontleend aan een arbeidsmarktonderzoek verricht door VTL en waarbij begrippen als ‘werkzame personen’, ‘banen’ en ‘arbeidsplaatsen’ worden gebruikt. Werknemer is volgens de definitie in de SOOB-CAO: Iedere werknemer in dienst van de werkgever, met uitzondering van de niet voor de werknemersverzekeringen verzekerde directeurgrootaandeelhouder van een NV of BV en zijn echtgeno(o)t(e) en familieleden. Nu partijen hebben ingevuld: ‘In de werkingssfeerbepaling van de SOOB-CAO BGV worden geen werknemers uitgesloten.’ is het op zijn minste gerechtvaardigd om dat te toetsen. Ingevulde vragenformulieren kunnen daar uitsluitsel over geven. Over uitzendpersoneel dat een enorme toestroom in de bedrijfstak kent, wordt verder niets vermeld, zodat er van uit mag worden gegaan dat de uitvraag van de werkgeversorganisaties uitzendkrachten buiten beschouwing heeft gelaten, althans niet heeft opgevoerd. 8. Onduidelijk in de cijfers is verder in hoeverre meetelling van logistieke bedrijven en hun werknemers plaats heeft gehad. In de reguliere CAO Beroepsgoederenvervoer staat vanaf 2007 (volgens de CAO zelf ingegaan op 2005) een hoofdstuk ‘Logistieke dienstverlening’. De werkgever mag met instemming van CAO-partijen afwijken van de reguliere CAO als hij de logistieke paragraaf wil toepassen. Met andere woorden er is geen plicht tot toepassing. Logistieke dienstverleners vallen dus niet onder de formele werkingssfeer. Onduidelijk is in hoeverre werkgevers en hun personeel toch zijn meegenomen in de opgave van TLN en KNV. 9. Een apart probleem hierbij is dat in de werkingssfeer van de CAO’s staat omschreven dat bepaalde bedrijven die – kort gezegd – een hoofdactiviteit hebben die een andere is dan wegvervoer, logistiek of mobiele kranen onder voorwaarden van de CAO zijn vrijgesteld. Er moet sprake zijn van een aandeel wegvervoer van minder dan 20%. Naar de letter vallen deze onder de CAO als er sprake is van 20% wegvervoer. Partijen vullen ‘ja, zie bijlage’ in op de vraag 5 van het Format AVV. Daarmee geven zij aan dat de aangeleverde gegevens liggen binnen het domein van de werkingssfeer van de CAO. Dat mag dan zo worden opgevat dat TLN en KNV geen leden opgeven die ooit begonnen in het vervoer, en nog steeds lid zijn van bedoelde organisaties, maar waarbij het wegvervoer 19% of minder is van de omzet, niet zijn opgenomen in de ledenopgave van die organisatie. A fortiori wordt er aldus van uitgegaan, dat van 1
Arbeidsmarktonderzoek 2006, Transport en logistiek in nationaal en regionaal perspectief , VTL, 28 augustus 2006. Het rapport van 2007 was slechts beschikbaar in een brochure. Het rapport is intussen besteld bij VTL. 2 Tabel 2.3 blz. 16, onder kopje goederenvervoer over de weg.
2
bedrijven die behoren tot een groep of concern, alleen het personeel in het bedrijf dat onder de werkingssfeer van de CAO valt, is opgeven. Als de branche-organisaties meedelen ‘enkel werkgevers die onder de werkingssfeer van de SOOBCAO BGV vallen’ zouden er geen grote expeditiebedrijven en logistieke integrators, zoals DSV( Frans Maas), P en O, Kuhne en Nagel, Danzas, TNT e.d. lid kunnen zijn van TLN of KNV. Dat zou anders kunnen zijn als deze bedrijven rollend materieel al dan niet met vergund laadvermogen in een rechtspersoon laten rijden, tenzij ze echter een eigen bedrijfs-CAO hebben.. 10. Opvalt verder dat VVT bij de opgaven voor de SOOB-CAO 2008 consciëntieus de zogenaamde dubbele lidmaatschappen heeft verdisconteerd. Voorheen gebeurde dat niet. Dit resulteerde in een lagere opgave van 49 werkgevers en, naar mag worden aangenomen, geen dubbeltellingen in het aantal werknemers. Bekend is dat er ook dubbele lidmaatschappen bestaan tussen KNV en TLN. Deze correctie is nog niet toegepast. Opvalt verder dat TLN met duizenden leden kennelijk goed in staat is om zonder afronding aantallen werkgevers en al dan niet geëxtrapoleerd werkzame personen te leveren. KNV volstaat al jaren met ‘ca.’120 of 100 leden met, ook het aantal werknemers is ‘ca’ afgerond op duizendtallen. Het aantal leden bij KNV fluctueert ook per afgesloten CAO. Zo doen er twee grote bedrijven wel mee aan de VUT- en Reintegratie-CAO maar niet aan de SOOB. Dat scheelt 5000 werknemers. 11. Volgens opgave van partijen zou de representativiteit bij de aanvraag voor de SOOBCAO 86,7% bedragen. (zie tabel 1).De partijen TLN, KNV en VVT zeggen samen (afgerond) 130.000 werknemers bij hun leden in dienst te hebben, terwijl het totaal aantal werknemers in de sector 150.000 bedraagt. 12. In tabel 1 is verder te zien dat de organisatiegraad bij de werkgeversorganisaties afneemt met 10% in de jaren 2003-2008. Ook het aantal werknemers in dienst van georganiseerde bedrijven geeft een overigens geringere afname van bijna 2,5 % te zien. De bedrijfstak als geheel groeit volgens partijen in die periode alleen qua werknemers (niet qua werkgevers) met 7,3 %. Uitgaande van correcte opgaven zijn er dus ontwikkelingen in beide cijfers die aankoersen op een steeds lager wordende representativiteit. De toename van de werkgelegenheid lijkt ook te ontstaan in de ongeorganiseerde bedrijven. Het aantal werknemers per bedrijf lijkt langzaam omhoog te gaan, zodat bedrijven groter worden. Het effect van eigen rijders 13. In tabel 2 is een correctie toegepast in verband met het feit dat eigen rijders geen werkgevers zijn en aldus het beeld vervuilen. Hoewel niet van belang voor de representativiteit, vraagt de Minister bij de AVV ook het aantal werkgevers op. Als maatstaf voor het aantal totaal aantal werkgevers in de bedrijfstak nemen partijen de cijfers van NIWO (= vergunninghouders in het wegvervoer), vermeerderd met de geschatte werkgevers in het verticaal transport. Deze cijfers worden niet gecorrigeerd voor de zogenaamde eigen rijders, dus de zelfstandigen zonder personeel. Ook die cijfers publiceert de NIWO jaarlijks. Het betreft de laatste jaren zo’n 3600 eigen rijders (bedrijven). Verder publiceert de NIWO ook het aantal vergunninghouders dat wel een (moeder-)vergunning heeft, maar nog geen vergunningbewijs heeft. Deze ondernemer kan dus geen voertuig laten rijden en zal dus normaal gesproken ook niet onder de werkingssfeer vallen. In 2008 zijn er 4214 ondernemers met 0 en 1
3
vergunningbewijs. In tabel 2 zijn de bekende gegevens van de NIWO voor eigen rijders verwerkt. In 2006 gaf TLN zelf aan dat zij 1211 eigen rijders hadden. In de jaren 2007 en 2008 is 1200 voor TLN aangehouden, hoewel bekend is dat het aantal eigen rijders spectaculair is gegroeid. Dat geeft dan een opvallend wijziging in de stijging van het aantal werknemers per bedrijf. Bij TLN loopt dat van 23 naar gemiddeld 25 werknemers per bedrijf, maar in de bedrijfstak als zodanig loopt het van 17 naar 18. 14. De representativiteitcijfers wekken verbazing als wordt berekend hoeveel personen er in de overgebleven (ongeorganiseerde) bedrijven zouden werken. (zie tabel 3). Uit de door partijen gedane opgaven kan worden vast gesteld dat er ruwweg door de jaren heen (volgens gecorrigeerde opgave van partijen) ca. 5000 werkgevers georganiseerd zijn tegen ca. 3000 ongeorganiseerde werkgevers. De werknemers zitten grofweg bij bedrijfstakbrede CAO’s zoals voor VUT en SOOB - voor 90% bij de georganiseerde werkgevers. De 10% werknemers die overblijft voor de 3000 ongeorganiseerden resulteert in een uiterst laag getal voor gemiddelde werknemer per bedrijf. Zeer opvallend is de opgave voor de Reintegratie-CAO in 2003. Daaruit rolt een representativiteit van bijna 100%, nl. 98,9%. Volgens deze opgave in 2003 zouden er meer bedrijven ongeorganiseerd zijn, dan dat er werknemers zijn! Te weten 2620 werkgevers, die in totaal 1475 werknemers in dienst zouden hebben. Dat is ongeveer een halve werknemer per bedrijf. Bij de huidige aanvraag resteren er ca. 20.000 werknemers voor 3500 ongeorganiseerde bedrijven, dus 5,7 per bedrijf. Het percentage is wel meer dan verdubbeld sedert 2003 (2,5). Wat opvalt, vergeleken met tabel 2 is, dat TLN per bedrijf nu gemiddeld 25 werknemers heeft en dat de ongeorganiseerde bedrijven gemiddeld nog geen 6 werknemers in hun bedrijf hebben. Het effect van koeriersbedrijven 15. Geeft het fenomeen ‘eigen rijder’ aanleiding om het aantal werkgevers te corrigeren, de aanwezigheid van koeriersbedrijven is aan de andere kant een sector die wel onder de werkingssfeer van de CAO BGV valt, maar niet is meegenomen in de berekening van partijen. De koeriersbedrijven hebben onder de 500 kg laadvermogen geen vergunning nodig, zodat zij niet onder de NIWO cijfers zijn meegnomen. Schattingen lopen uiteen tussen de 2.000 3 en 5.167 in 2008 volgens een website 4 met een jaarlijkse groei van 550 bedrijven. VKE de deelmarktvereniging ondergebracht bij TLN zegt 350 leden te organiseren. Secretaris van de deelmarkt verklaart in 2004 dat er 3500 geregistreerde bedrijven zijn. 5 Dat zou betekenen dat slechts 10% is georganiseerd. In tabel 4 is de reeds gecorrigeerde tabel voorzien van minimaal 2000 bedrijven met tenminste 10.000 werknemers (gemiddeld 5 per bedrijf). Daarmee wordt het totaal aantal werknemers en werkgevers opgehoogd. Aan de werkgeverskant (TLN) behoeft geen aanpassing plaats te vinden. De 350 geclaimde koeriersleden zijn opgenomen in
3
Thema-actie Koeriers Rapport IVW 4 mei 2004 volgens CBS 1-1-2002 2002 1755 volgens TLN themanummer juli 2004 2004 3500 volgens VKE voorzitter 2004 800 volgens Gouden Gids 2004 2252 IVW gaat uit van 2004 2000 website TLN VKE aantal leden 2008 350 4 website www. koerierskwaliteitscertificaat.nl 5 Logistiek Krant 8 oktober 2004, Koeriersmarkt in zwaar weer.
4
het ledenaantal van TLN. Dat leidt tot een lagere representativiteit van 81,3% voor de huidige aanvraag en 66,4% voor de TLN-CAO 2007-2008. 16. Opgemerkt zij nog dat KNV meerdere bedrijven door de jaren heen heeft met eigen CAO’s, juist in de sector express en parcel delivery. Onlangs is bekend geworden dat DHL Express een CAO heeft afgesloten voor 4000 werknemers. Verder heeft het voormalige Geldnet evenzo een CAO afgesloten voor 1200 werknemers. De gemakkelijke wijze waarop nu eens 5000 extra, dan eens 5000 minder werknemers bij KNV worden gevoegd, doet aan de juistheid van die aantallen twijfelen. Dat betekent dat de opgave van KNV met 5200 moet worden verlaagd en dat dus niet juist is dat KNV claimt alleen bedrijven te organiseren die onder de werkingssfeer van de SOOBCAO vallen. Evenzo dient bij de berekening acht te worden geslagen op de positie van Selektvracht. Als deze lid is van KNV dient het aantal nog eens met 3500 ( zie inschrijving KvK) verminderd te worden. Als dit bedrijf niet georganiseerd is, dan dient het te worden meegerekend bij de totaliteit als er geen geldige CAO is afgesloten. Het aantal werknemers in de gehele bedrijfstak. 17. Dat andere belangrijke cijfer, dat het totaal aantal werknemers in de sector aangeeft komt niet uit een onafhankelijke bron. Zoals gezegd komen deze cijfers uit de jaarlijkse enquête van VTLdie weer verwijst naar “LISA’ 6 . Nu VTL afhankelijk is van de SOOB-bijdragen en partijen bij de CAO de bestuursleden kiezen in VTL, zijn deze cijfers niet afkomstig van een onafhankelijke bron. Er wordt verder niet verwezen naar een vindplaats bij “LISA”. Om meerdere redenen is er aanleiding ook dit cijfer te onderzoeken, zo al die behoefte niet zou bestaan op basis van de merkwaardige opgave uit het jaar 2003. Er zijn veel andere cijfermatige bedrijfsindicatoren die een teruggang van het ‘kale’ beroepsgoederenvervoer over de weg aangeven, terwijl de groei alleen plaats vindt in de logistieke dienst verlening. Deze trends worden niet waargenomen in de aantallen werknemers die worden opgegeven door de werkgeversorganisaties. Dat gegeven, naast de toename van uitzendpersoneel en de inleen vanuit het buitenland (Oost-Europa) doet vermoeden dat de groei van het beroepsgoederenvervoer zich nog wel voort zet, maar bepaald niet, of juist niet in dienst van een georganiseerde werkgever. In dat verband is het hoogst opmerkelijk dat het aantal vervoerders lid van TLN afneemt, maar dat er kennelijk wel steeds meer werknemers in dienst van haar leden ontstaan. dat is wat tegen de geest van de tijd en vooral in strijd met trends in het wegtransport over bijvoorbeeld het sterk gedaalde aandeel in het internationale vervoer. 18. Het merendeel van de logistiek ondernemers hebben in toenemende mate hun logistieke, maar ook expeditie, warehousing- en reparatieactiviteiten in aparte BV’s ondergebracht. Dit had als doel de hoge premies in het wegtransport te ontlopen. Zeker in warehouses met veel flexibele arbeidsrelaties is geen behoefte aan pensioenen andere premies. De verhoogde premies voor het (pre-)pensioen hebben de laatste twee jaar een nog versterkend effect van bedrijfsafsplitsing te zien gegeven. Nagegaan moet worden of de opgaven van de werkgeversorganisaties van werknemers wel rekening heeft gehouden met dit effect. 6
Stichting Landelijk Informatiesysteem van Arbeidsplaatsen en Vestigingen, gevestigd te Enschede
5
19. Op andere wijze – dus zonder LISA – kan met gebruikmaking van de gegevens van NIWO en TLN zelf een betrouwbaardere berekening gemaakt worden van het totaal aantal werknemers in de sector. De cijfers van de NIWO 7 laten zien dat van de in 2007 bekende vergunninghouders (11.975) 8 er sprake is van 66% chauffeurs (tabel 10). In tabel worden de NIWO-cijfers genoemd uitgesplitst naar bedrijfsgrootte en provincie. Daarin staan behalve het aantal vergunninghouders, ook het aantal vergunningsbewijzen: 108.429 per juni 2007. In principe zal het aantal vergunningsbewijzen (een vergunningsbewijs moet in elke truck liggen) overeen moeten stemmen met het aantal chauffeurs. In dat verband is de aanname van 90.200 chauffeurs op basis van het VTL onderzoek merkwaardig te noemen. een getal van 108.000 had meer voor de hand gelegen. Had een bedrijf voorheen nog wel een reserve-vergunningsbewijzen, juist in de zomer van 2007 reed alles wat los en vast had, men kwam wielen te kort. Maar ook bekend is dat er dubbele bemande voertuigen rijden, terwijl er steeds meer ondernemers in verband met de 48-urige werkweek chauffeurs laten aflossen. Het principe één man, één auto wordt langzamerhand los gelaten. Kijkende naar de bron die TLN op geeft in de tabel 10 waar wordt uitgegaan van 90.200 is dat VTL. Zoals gezegd verwijst het rapport van Ecorys naar LISA. Ecorys stelt overigens dat het belangrijke cijfer van het totaal aantal werknemers in de bedrijfstak gebaseerd is op een onderzoek dat in belangrijke mate een weergave is van feiten en meningen.(!) 9 20. Veeleer dient daarom te worden uitgegaan van de cijfers van de NIWO en de brochure TLN in cijfers 2007 waar uit wordt gegaan van een percentage van 66% chauffeurs in de samenstelling van de wegvervoerbedrijven. In dat verband behoort bij een totaal aantal vergunningsbewijzen gemakshalve een totaal aantal van 108.500 voertuigen en gemakshalve (waarschijnlijk meer) 108.500 chauffeurs. Vermenigvuldigd met 66/100 geeft dat een totale werkgelegenheid van 164.400. Daar kunnen de eigen rijders van worden afgetrokken, zodat er 160.700 werknemers over blijven. Dit autonoom vastgestelde aantal wordt verhoogd met de koeriers, die immers niet uit de NIWOcijfers voorkomen. Dat betekent dus 164.400 + 10.000 (koeriers) geeft een totaal werknemersbestand van 174.400 in het wegvervoer. Vermeerderd met de werknemers in de mobiele kranen komt het aantal op 182.343. Voor de aanvraag SOOB betekent dat een daling van de representativiteit naar 70,9%. Op basis van dit cijfer zal een aanvraag voor een algemeen verbindend verklaarde CAO van TLN alleen in de toekomst niet meer haalbaar zijn. Op basis van de gegevens van vorig jaar zou men met 56,1 % onder de vereiste 60% zijn gekomen. Het aantal werknemers in dienst van georganiseerde bedrijven 21. Het is moeilijk om cijfers te vinden afkomstig van de organisaties zelf. Uiteindelijk blijkt op de site van TLN zelf de gegevens in de bedrijvenindex voor te komen. 10 In de bedrijvenindex staan 5906 leden per woonplaats vermeld. Per provincie wordt het 7
zie bij website NIWO, maar hier ontleend aan website TLN ‘Transport in cijfers. ‘ Tabel 10 ‘Transport in cijfers’ per 30-06-07, website TLN; website van NIWO geeft een iets ander totaal in 2007samenhangend met een andere peildatum 9 Aan het onderzoek, dat is uitgevoerd door ECORYS, hebben 873 bedrijven en 602 werknemers meegewerkt door het invullen van een vragenlijst op papier of op internet, een telefonisch interview of een persoonlijk gesprek. Het onderzoek is daarmee in belangrijke mate een weergave van feiten en meningen vanuit de branche. 10 http://www.tln.nl/parametrized_link?app_id=10 8
6
aantal leden genoemd. Deze leden per provincie kunnen worden afgezet tegen de Niwo-vergunninghouders in die provincie. Dat leert dat TLN in totaal 48% van de vergunninghouders zou organiseren. Bekend via de NIWO is ook het aantal vergunningbewijzen (= gelijk minimaal alle chauffeurs) per provincies. Daaruit rolt de gemiddelde bedrijfsgrootte per provincie, maar dus ook de gemiddelde bedrijfsgrootte van de TLN-leden. De gemiddelde bedrijfsgrootte van de TLN-leden in termen van gemiddeld aantal vergunningsbewijzen, vermenigvuldigd met het aantal TLN-leden per provincie levert het totaal aantal vergunningsbewijzen dat TLN in een provincie heeft, op. Nu vergunningsbewijzen gelijk zijn aan chauffeurs en er per 66 chauffeurs 100 werknemers zijn, heeft TLN niet 104.500 werknemers onder haar leden, maar slechts 81.300. (zie tabel 6) 22. Tenslotte is in tabel 7 de verlaging met 21.000 werknemers verdisconteerd. dat levert op dat er bij de CAO 2007/2008 hooguit een organisatiegraad van 44,2% geweest moet zijn. Het levert verder op dat de aanvraag voor avv van de SOOB-CAO reeds thans moet worden afgewezen vanwege het niet halen van de representativiteit van 60% nu deze slechts 57,6% bedraagt. 23. Op voornoemde berekeningen kunnen nog de volgende aspecten een waarschijnlijk negatieve invloed op het representativiteitcijfer hebben: a. correctie voor firmanten, eigenaren, meewerkende familieleden; b. correctie voor dubbele lidmaatschappen; c. correctie voor dubbele lidmaatschappen bij TLN en KNV; d. correctie voor logistieke bedrijven die niet verplicht zijn de CAO toe te passen en geen vergund laadvermogen hebben; e. correctie voor mogelijk meegenomen uitzendpersoneel/ inleenkrachten/ buitenlandse chauffeurs die buiten Nederland arbeid verrichten f. correctie voor bedrijven die om andere redenen dan dat zij wegvervoerder zijn, lid zijn van de werkgeversorganisaties (expeditiebedrijven , logistieke dienstverleners zonder wielen, handelsondernemingen, ed.) g. correctie voor bedrijven die een eigen bedrijfs-cao toe passen. Deze aspecten zullen nog ander worden uitgewerkt.
7
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de directeur Uitvoeringstaken Arbeidsvoorwaardenwetgeving, Mr. M.H.M. van der Goes Postbus 90801 2509 LV 's-Gravenhage
ook per fax 070-3334090
Haarlem, 16 oktober 2008 Betreft: aanvulling op bezwaar tegen de algemeen verbindend verklaring van de CAO Beroepsgoederenvervoer over de weg en de verhuur van mobiele kranen Opleidings- en Ontwikkelingsfonds 2009/2012 (SOOB-CAO) Kenmerk: 12300/00/3 Uw kenmerk: publicatie Staatscourant 25 augustus 2008
Geachte heer van der Goes, In aanvulling op het op 10 september jl. toegezonden bezwaar doet Altro Via onderstaand nog de volgende aanvullingen toekomen op de eerdere onderbouwing die aangaf dat er onvoldoende representativiteit is voor de SOOB-CAO. Dubbel leden: Op de websites van TLN en KNV zijn de namen van de aangesloten leden gepubliceerd. Deze zijn met elkaar vergeleken en leverde op dat er sprake is van 13 dubbele lidmaatschappen. Op basis van inschrijvingen van de Kamer van Koophandel is ook gecheckt hoeveel werknemers in die bedrijven werkzaam zijn. Dat zijn er in totaal 6261 waarmee het aantal werknemers opgegeven door partijen SOOB, dient te worden verlaagd. De representativiteit daalt daarmee tot 54,2%. In bijlage 1 is de ledenlijst van KNV Goederenvervoer weer gegeven. van de 75 bedrijven hebben er slechts 50 een vervoersvergunning. Er zijn veel concerns, holdings of moedermaatschappijen lid. Strikt genomen zijn alleen deze moedermaatschappijen lid en vallen deze aldus onder de CAO Soob, voor zover zij vervoer verrichten, hetgeen veelal niet het geval is, zoals uit de inschrijvingen van de KvK blijkt. Daarmee zal vast komen te staan dat KNV weliswaar invloed uitoefent over wellicht 20.000 werknemers, maar dat dit aantal werknemers bij lange na niet lid is van bedrijven die als lid zijn aangesloten bij KNV. Overigens blijkt ui t de bijlage, dat een aantal bedrijven ook een eigen CAO heeft. Van de ledenlijst van TLN is van ongeveer 500 bedrijven onderzocht of zij vervoer van goederen voor derden verrichten. Tenzij er sprake is van een koeriersbedrijf kan dit alleen maar met een vervoersvergunning. De 500 bedrijven betreft bedrijven die in hun naam de woorden ‘fourage’, logistiek of logistic(s), handel(sonderneming), warehouse, services, expeditie, forwarding, garage,
reparatie of repair, begeleiding, holding, etc. voeren. Van deze 681 blijkt dat er 166 geen vergunning beroepsgoederenvervoer heeft (bijlage 2). Op dergelijke bedrijven is de CAO dan niet van toepassing, terwijl uit de omschrijving KvK niet blijkt dat er sprake is van koerierswerkzaamheden. TLN kan zelf aangeven met hoeveel werknemers hun opgave dient te worden verlaagd. Uit het vorenstaande blijkt dat hoewel TLN als KNV bij het verzoek om avv aangeven alleen bedrijven te organiseren op wie de CAO van toepassing is, dit niet het geval blijkt te zijn. Het blijkt dat met name grote logistieke dienstverleners georganiseerd willen zijn om macht uit te oefenen, of contacten te leggen, hoewel deze niet rechtstreeks vervoer over de weg verrichten. Het bestuur van Altro Via gaat er van uit dat deze gegevens u w afwijzing nader ondersteunt.
Hoogachtend,
het bestuur van Altro Via n.d. K. de Hoop, secretaris