ALGEMENE VERGADERING 2015 Amsterdam, zaterdag 21 november 2015
De Algemene Vergadering vindt plaats in Sporthallen Zuid te Amsterdam
De NBB is lidorganisatie van NOC*NSF, FIBA en IWBF:
Inhoudsopgave BRIEF AAN VERENIGINGEN VOLMACHT ROUTEBESCHRIJVING VERZENDLIJST UITNODIGING ALGEMENE VERGADERING
AGENDA AV 21 NOVEMBER 2015 REGLEMENT VAN ORDE VAN DE ALGEMENE VERGADERING ................................................... BIJLAGE A VERSLAG ALGEMENE VERGADERING 29 NOVEMBER 2014 .....................................................BIJLAGE B1 VOORTGANGSRAPPORTAGE ACTIEPUNTEN D.D. 21 NOVEMBER 2015 ...................................BIJLAGE B2 WIJZIGING REGLEMENT TUCHT- EN GESCHILLENRECHTSPRAAK ............................................... BIJLAGE C VOORSTEL OPHEFFEN REGLEMENT TRAINERS EN COACHES .................................................... BIJLAGE D VERSLAG VAN DE FINANCIËLE COMMISSIE BIJ DE JAARREKENING 2014/BEGROTING 2016 .... BIJLAGE E PROGNOSE 2015 ........................................................................................................................ BIJLAGE F BEGROTING 2016 ...................................................................................................................... BIJLAGE G VERKIEZINGEN LEDEN AV COMMISSIES .................................................................................... BIJLAGE H VERKIEZINGEN LEDEN VAN HET BESTUUR .................................................................................. BIJLAGE I
Brief aan verenigingen Aan verenigingen van de Nederlandse Basketball Bond
Nieuwegein, 21 oktober 2015 Onderwerp:
Algemene Vergadering 21 november 2015
Geacht bestuur, Hierbij nodigen wij u uit voor de Algemene Vergadering (AV) van de Nederlandse Basketball Bond, die zal worden gehouden op zaterdag 21 november 2015, in Sporthallen Zuid, Burgerweeshuispad 54, Amsterdam. Deze Algemene Vergadering is de eerste in de nieuwe opzet na de integratie van de vijf rayons en de landelijke NBB naar één nieuwe NBB. Voor de AV zijn alle verenigingen uitgenodigd, elke vereniging heeft één stem op de AV. Voor de nieuwe opzet en de beleidscyclus verwijzen we u graag naar het document dat door de AV van november 2014 is vastgesteld als wezenlijk onderdeel van de integratie. U kunt dit document vinden op de site bij de AV stukken. Nationaal Basketball Congres(NBC) Voor de eerste keer in de geschiedenis zal de AV plaatsvinden tijdens het Nationaal Basketball Congres, een dag met workshops voor bestuurders, trainers/coaches en scheidsrechters, de start van de Streetball Masters Winter Tour en de interland van onze Orange Angels tegen Kroatië (EK-kwalificatiewedstrijd). Kortom een dag die u niet wilt missen! Met deze opzet geven we invulling aan de opzet van de AV nieuwe stijl, waar de vergadering zelf een onderdeel is van een breed programma om kennis te delen, te halen en te brengen. Stemrecht op Algemene Vergadering Nieuw is dat iedere vereniging op de AV stemrecht heeft. Om dit stemrecht uit te kunnen oefenen is het van belang dat de vereniging (formeel) een (bestuurs)lid van de vereniging afvaardigt naar de AV. Deze afgevaardigde dient meerderjarig, lid van uw vereniging en lid van de NBB te zijn. Daarnaast dient u bijgaande volmacht in te vullen en voor 12 november 2015 te retourneren naar
[email protected] of per post aan NBB, tav Y. Baudo, Postbus 2651, 3439 ML Nieuwegein.
Aan-/Afmelden voor de Algemene Vergadering Aanmelden voor de AV kan via de link https://www.basketball.nl/verenigingen-enopleidingen/nieuws/nationaal-basketball-congres/aanmelden-nbc-21-november-2015 Vanaf 9.30 uur bent u van harte welkom en staat de koffie klaar! De AV begint om 10.00 uur en aansluitend zal rond 12.00 uur voor de deelnemers aan de AV een lunch worden verzorgd. Is uw vereniging verhinderd, dan zou ik u willen verzoeken u af te melden via
[email protected] ovv de naam van uw vereniging. Uw aan-/afmelding is voor ons van belang om, zeker in de nieuwe opzet, om goed te kunnen inschatten hoeveel mensen wij kunnen verwachten op de AV. Financieel Vragenhalfuurtje In het verleden was het gebruikelijk om voorafgaand aan de AV van 9:00 uur tot 9:30 uur een financieel vragenhalfuurtje te organiseren, waarin meer op de inhoud gerichte vragen over jaarrekening, prognose en begroting kunnen worden gesteld. Wij zijn graag bereid om dit te continueren, maar willen u vragen om, als u hier gebruik van wilt maken als afgevaardigde van uw vereniging, u voor 12 november 2015 hiervoor aan te melden bij
[email protected]. Omdat het bij Sporthallen Zuid betaald parkeren is, zal per vereniging, waarvan de afgevaardigde aanwezig is op de AV één uitrijkaart worden verstrekt. Deze uitrijkaart ontvangt de door de vereniging opgegeven afgevaardigde, bij de inschrijving voor de AV op 21 november in Sporthallen Zuid. Het overige programma van het Nationaal Basketball Congres is als volgt: 13.00 uur: Start Congresdeel met een plenaire opening door dagvoorzitter Jan Loorbach, aansluitend workshops en een plenaire afsluiting middag. Start Streetball Masters Wintertour 18.00 uur: Voor alle deelnemers aan het congres is het mogelijk aan te schuiven bij het diner, tegen de gereduceerde prijs van € 7,50. In dit aanbod zit tevens gratis toegang tot de interland Nederland – Kroatië. 20.00 uur: start EK kwalificatieduel Orange Angels – Kroatië. Wij hopen dat uw vereniging tijdens de Algemene Vergadering en de rest van het programma van het Nationaal Basketball Congres vertegenwoordigd zal zijn! Met vriendelijke groet, NEDERLANDSE BASKETBALL BOND
Frank Berteling Directeur Bijlage:
Volmacht
Volmacht De bestuursleden van de vereniging ………………………………………………………………………………………naam vereniging) verklaren hierbij dat hun vereniging op de Algemene Vergadering van de NBB op 21 NOVEMBER 2015 vertegenwoordigd wordt door
…………………………………………………………………………………(naam afgevaardigde), .................................................................................(lidmaatschapsnummer)
1e bestuurslid
2e bestuurslid
Naam
………………………….
…………………………….
Functie
………………………….
……………………………..
Handtekening
………………………….
……………………………..
Als dit mandaat niet volledig is ingevuld heeft de afgevaardigde geen stemrecht. Dit mandaat moet voor 12 november 2015 worden gemaild naar
[email protected] of per post zijn verstuurd aan NBB, tav Y. Baudo, Postbus 2651, 3430 GB Nieuwegein.
Artikel 14 Statuten NBB 1. De Algemene Vergadering bestaat uit de verenigingen als bedoeld in artikel 5.1.a., daarbij vertegenwoordigd door gevolmachtigden, in deze statuten te noemen “afgevaardigden”. Deze afgevaardigden oefenen namens de desbetreffende vereniging het stemrecht van deze vereniging uit. De volmacht kan schriftelijk dan wel digitaal worden afgegeven. 2. De afgevaardigde van een vereniging dient meerderjarig, lid van die vereniging en van de NBB te zijn. 3. Op verzoek van het bestuur dient een afgevaardigde de volmacht, die door het bestuur van de desbetreffende vereniging is afgegeven, te kunnen overleggen. 4. Een afgevaardigde kan hooguit door één andere vereniging gemandateerd worden om het stemrecht voor die vereniging uit te oefenen. Dit mandaat dient door het bestuur van de desbetreffende vereniging ondertekend te zijn. Op verzoek van het bestuur moet dit mandaat overlegd worden.
Routebeschrijving Routebeschrijving naar Sporthallen Zuid te Amsterdam
Bezoekadres Burgerweeshuispad 54 1076 EP Amsterdam Vanuit de richting Utrecht, Almere, Amersfoort: Ringweg A10 Zuid richting Den Haag Schiphol. U neemt de afslag Amstelveen (S108). Onderaan de afslag bij de verkeerslichten gaat u rechtsaf. Bij de eerste verkeerslichten gaat u linksaf het IJsbaanpad op. De Sporthallen Zuid liggen aan uw linkerhand (Burgerweeshuispad). Vanuit richting Den Haag, Schiphol, Zaandam: Ringweg A 10 Zuid richting Utrecht, Amersfoort. U neemt de afslag Amstelveen (S108). Onderaan de afslag bij de verkeerslichten gaat u rechtsaf. Bij de tweede verkeerslichten gaat u linksaf het IJsbaanpad op. De Sporthallen Zuid liggen aan uw linkerhand (Burgerweeshuispad). Parkeren: U kunt op diverse parkeerplaatsen (betaald) parkeren in de omgeving van Sporthallen Zuid. Afgevaardigde van verenigingen naar de AV ontvangen 1 uitrijkaart per vereniging voor de Parkeerplaats Sporthallen Zuid (voor en achter hal). Wij waarschuwen u voor het boetebeleid voor het foutief parkeren in Amsterdam! Laat geen waardevolle spullen achter in uw auto.
Verzendlijst uitnodiging Algemene Vergadering 21 november 2015 _________________________________________________________________________ Aan (per email): - De verenigingen van de NBB - De leden van de AV-commissies Ter kennisgeving (per email): - De leden van Commissies van Bestuur - De Ereleden - De Leden van Verdienste - De internationale bestuurders - De medewerkers van de NBB - De Federatie Eredivisie Basketball - NOC*NSF
AGENDA AV 21 november 2015 01.
Opening (10.00 uur)
02.
Reglement van Orde van de AV
Bijlage A
03.
Verslag en actielijst van de AV d.d. 29 november 2014 te Utrecht
Bijlage B
04.
Mededelingen
05.
Meerjarenbeleidsplan a. Presentatie uitgangspunten Meerjarenbeleidsplan 2017+
06.
Reglementen: a. Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak b. Opheffen Reglement Trainers en Coaches
07.
08.
Financiën: a. Verslag van de Financiële Commissie bij de jaarrekening 2014 b. Vaststelling Jaarrekening 2014, inclusief verslag van bestuur, en de resultaatbestemming c. Décharge penningmeester voor het gevoerde financieel beheer d. Décharge bestuur voor het gevoerde beleid e. Actuele prognose 2015 f. Verslag van de Financiële Commissie bij de Begroting 2016 g. Vaststellen Begroting 2016 (inclusief contributies) Verkiezingen a. Leden van de commissies van de Algemene Vergadering b. Leden van het bestuur
09.
Onderscheiding a. Voorstel Lid van Verdienste
10.
Rondvraag
11.
Sluiting
Nieuwegein, september 2015 Bestuur NBB
Bijlage C Bijlage D
Bijlage E Zie jaarrekening*
Bijlage F Bijlage E Bijlage G Bijlage H Bijlage I
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Amsterdam, 21 november 2015 Bijlage A bij agendapunt 02 Reglement van Orde
REGLEMENT VAN ORDE VAN DE ALGEMENE VERGADERING Geachte afgevaardigde, In de Statuten en het Huishoudelijk Reglement is opgenomen dat er voor een goed verloop van de Algemene Vergadering nadere regels vastgesteld kunnen worden. Het bestuur stelt u voor bijgaand Reglement van Orde vast te stellen. Dit reglement is opgesteld samen met de Bonds Reglementen Commissie en er is gekeken naar andere sportbonden met een vergelijkbare structuur als wij die nu hebben. Het lijkt ons goed om met elkaar te blijven evalueren hoe het verloopt. Hieruit kan dan blijken of en waar we het Reglement van Orde moeten bijstellen. Met vriendelijke groet, Bestuur NBB
Bijlage A bij agendapunt 02 Reglement van Orde AV 21 november 2015 pagina 1
REGLEMENT VAN ORDE VAN DE ALGEMENE VERGADERING Artikel 1 Dit reglement van orde is opgesteld met verwijzing naar artikel 13 lid 2 van de statuten en is aanvullend op en niet in de plaats van de bepalingen in de statuten van de NBB, artikel 13, 14 en 15 in het bijzonder en niet in de plaats van de bepalingen in het Huishoudelijk Reglement van de NBB, artikel 7 in het bijzonder. Artikel 2 De vergadering, exclusief schorsing voor gebruik van een maaltijd, is maximaal vijf uur. Dreigt deze duur overschreden te worden, dan beslist de Algemene Vergadering over verlenging dan wel verdaging. Artikel 3 Voorafgaand aan de vergadering dient een afgevaardigde bij het tekenen van de presentielijst zijn volmacht te overleggen, waarbij de afgevaardigde zich legitimeert met de lidmaatschapskaart van de NBB. Artikel 4 De afwezigheid van een afgevaardigde blijkt door het enkelvoudig feit van zijn niet aanwezig zijn in de vergaderzaal. Artikel 5 Indien een schorsing van de vergadering langer dan vier uur duurt, dient opnieuw een presentielijst te worden getekend. Artikel 6 Van de vergadering zelf wordt een analytisch verslag gemaakt, waarin in ieder geval de genomen beslissingen en gehouden stemmingen zijn verwoord. Artikel 7 Binnen zes weken na afloop van de vergadering wordt het concept verslag gestuurd naar alle afgevaardigden. De afgevaardigden kunnen vervolgens tekstuele op- en aanmerkingen op het verslag indienen vier weken na ontvangst van het verslag. Artikel 8 Degene die aan de beraadslagingen deelneemt, kan slechts het woord voeren na het woord aan de voorzitter gevraagd en van hem verkregen te hebben. De voorzitter verleent het woord in de orde waarin het is gevraagd tenzij de Algemene Vergadering anders beslist. Artikel 9 Een spreker mag in zijn betoog niet gestoord worden, tenzij de voorzitter hem aan het opvolgen van dit reglement moet herinneren of hem wil verzoeken de nodige beknoptheid in acht te nemen.
Bijlage A bij agendapunt 02 Reglement van Orde AV 21 november 2015 pagina 2
Artikel 10 Bij het behandelen van een agendapunt kan een deelnemer aan de vergadering als genoemd in artikel 14.5 van de statuten in eerste en tweede termijn spreken. Door de voorzitter wordt bij het begin van de behandeling geïnventariseerd wie wil inspreken. Na iedere termijn heeft het bestuur de mogelijkheid om een reactie te geven op hetgeen de sprekers hebben ingebracht. Na afronding van de tweede termijn gaat de voorzitter over op besluitvorming voor het betreffende agendapunt. Voor een goed verloop van de vergadering is de maximale duur van een agendapunt één uur met een maximale spreektijd van vijf minuten per spreker. Indien er meer dan twaalf sprekers zijn, krijgt iedere spreker een gelijk tijdsdeel. De volgorde van de sprekers kan verbroken worden wanneer een deelnemer aan de vergadering als genoemd in artikel 14.5 van de statuten het woord vraagt over de orde. Een voorstel van orde kan gedaan worden door de voorzitter, dan wel door een afgevaardigde. In het laatste geval komt een voorstel alleen in behandeling wanneer het ten minste door tien ter vergadering aanwezige afgevaardigden wordt ondersteund. Artikel 11 Een lid dat het woord voert kan daarbij moties over het in behandeling zijnde onderwerp indienen. Een motie wordt schriftelijk aan de voorzitter overhandigd. Een motie kan alleen in behandeling genomen worden indien ze door ten minste tien in de vergadering aanwezige afgevaardigden zijn medeondertekend. De behandeling van moties vindt plaats tegelijk met de beraadslagingen over het in behandeling zijnde onderwerp, tenzij de Algemene Vergadering besluit haar later te doen geschieden. Een motie kan tot strekking hebben de beraadslagingen te schorsen. De voorzitter bepaalt de volgorde van behandeling en stemming over moties van eenzelfde onderwerp. Artikel 12 Indien een der sprekers zich naar het oordeel van de voorzitter uit in niet welvoeglijke taal, dan wel beledigende uitdrukkingen gebruikt, de orde verstoort of aanspoort tot onwettige handelingen, wordt dit door de voorzitter medegedeeld in een waarschuwing en krijgt spreker de gelegenheid de oorzaak die tot die waarschuwing heeft geleid ongedaan te maken. Indien betrokkene geen gebruik maakt van deze gelegenheid, dan wel voort blijft gaan op de hiervoor omschreven wijze, kan de voorzitter hem het woord ontnemen en bij herhaling zelfs uitsluiten van verdere deelname aan de vergadering. Deze bepaling is ook van toepassing op enig ander aanwezige persoon die zich, zonder het woord te hebben, toch dusdanig gedraagt. Op beslissingen van de voorzitter ingevolge dit artikel is geen beroep op de Algemene Vergadering mogelijk. Artikel 13 Bij besluitvorming wordt aangegeven wat de ingangsdatum van het genomen besluit is. Artikel 14 De voorzitter kan na sluiting van de behandeling over onderwerpen toelaten dat een afgevaardigde voor de stemming een stemverklaring aflegt. De duur van een stemverklaring mag de tijd van twee minuten niet overschrijden. Bijlage A bij agendapunt 02 Reglement van Orde AV 21 november 2015 pagina 3
Artikel 15 Zodra de voor een redevoering of stemverklaring gestelde maximum tijd dreigt te verstrijken, deelt de voorzitter dit aan de spreker mede. Deze dient zijn betoog dan af te ronden. Artikel 16 De voorzitter kan de vergadering schorsen of sluiten indien hij dit met het oog op de loop der werkzaamheden of ter handhaving van de orde wenselijk acht. Artikel 17 De Algemene Vergadering kan besluiten de behandeling van reglementsartikelen aan de Bonds Reglementscommissie op te dragen, die hierover vervolgens in overleg treedt met het bestuur. Artikel 18 De Algemene Vergadering kan met instemming van een meerderheid van de aanwezige afgevaardigden te allen tijde besluiten af te wijken van de bepalingen van dit reglement. De afwijking mag niet in strijd zijn met enig artikel uit de statuten of het Huishoudelijk Reglement van de NBB. Bij een dergelijk besluit dient dit uitdrukkelijk in het verslag, met opgave van reden, te zijn weergegeven. Ingangsdatum: 21 november 2015
Bijlage A bij agendapunt 02 Reglement van Orde AV 21 november 2015 pagina 4
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst AV d.d. 29 november 2014 te Utrecht
VERSLAG ALGEMENE VERGADERING 29 NOVEMBER 2014 te Utrecht
01. Opening
De voorzitter opent de vergadering om 10.05 uur en heet iedereen hartelijk welkom. Stilgestaan wordt bij het overlijden van een aantal vooraanstaande NBB-leden met grote verdienste voor de basketballwereld. o Op 8 juli jl. overleed oud-voorzitter Gerrit den Boef op 88-jarige leeftijd. Hij was van 1958-1961 voorzitter en heeft ook vele andere functies bekleed. Tevens was hij lid van verdienste. o Ronald-Paul Mac Donald is op 23 augustus overleden op 67-jarige leeftijd. Hij was een heel bekende figuur in alle mogelijke rollen in het Rotterdamse basketball. o Op 2 september overleed op 80-jarige leeftijd oud-penningmeester Rob Noé. Hij was van 1962-1972 penningmeester van de NBB. o Ten slotte is op 4 september oud-international Ton Koemans overleden op 87-jarige leeftijd. Hij stond aan de basis van de bloeiperiode van het Bossche basketball. Er wordt een moment stilte in acht genomen. De voorzitter memoreert een aantal mooie sportieve prestaties van de afgelopen periode. o Het Nederlands mannenteam heeft zich weten te plaatsen voor het EK 2015. o Er is een zilveren medaille behaald bij de 3x3 dames u18 op de Jeugd Olympische Spelen. In de finale werd verloren van de Verenigde Staten. o De rolstoelvrouwen hebben brons behaald bij het WK in Canada. Dit wordt een heel bijzondere vergadering, op weg naar een nieuwe NBB. Heel veel vrijwilligers hebben gewerkt aan de integratie die binnenkort gestalte zal krijgen. Daarvoor spreekt de voorzitter op voorhand haar dank uit. Zij hoopt op een goede vergadering waarin dit belangrijke besluit op een goede manier genomen kan worden. 02. Verslag en actielijst van de AV d.d. 21 juni 2014 te Almere
Redactioneel en inhoudelijk o Pag. 1: Mevrouw T. Los (Rayon Zuid) herinnert aan haar vraag naar de evaluatie van het nieuwe Wedstrijdreglement. De heer Van Urk zei dat het gemonitord werd. Hoe wordt dit nu vormgegeven? De heer F. van Urk (bestuur) antwoordt dat bij de monitoring de WPC (groep van competitieleiders) betrokken is. Mogelijke wijzigingen zullen in de komende tijd besproken worden met o.a. de Bonds Reglementen Commissie. o Pag. 2: De heer D. Tjeerde (Rayon West) verzoekt onderaan de pagina in de reactie van de heer Berteling de zin: "(…) en de instroom daarbij op te nemen." te veranderen in "(…) en de instroom van alle cursussen daarbij op te nemen." Akkoord o Pag. 9: De heer H. Witvoet (Rayon Noord-Holland) leest in de reactie van de heer F. Van Urk de zin "Straks ook bij de afdelingen." Daarbij gaat het over de administratieve heffingen en boetes. Hij wil dat helder blijkt uit de tekst dat dit gedaan gaat worden door het bureau van de NBB en niet door de afdelingen. De heer F. van Urk (bestuur) bevestigt dat dit gedaan wordt door het bondsbureau. Dit moet inderdaad duidelijker in de tekst staan. Akkoord Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 1
o
o
o
Pag. 9: De heer H. Witvoet (Rayon Noord-Holland) leest verderop de pagina over de "competitie organiserende afdeling". Hij vraagt wie de competitie organiserende instantie is. Dat kan niet de afdeling zijn. Hij stelt voor te schrijven: "De competitie organiserende NBB". Akkoord Pag. 15: Mevrouw T. Los (Rayon Zuid) memoreert het belang van ouders die meehelpen bij allerlei taken binnen de vereniging, zoals ook de heer Van der Wiel benadrukte bij de rondvraag. Die ouders € 22 aan contributie heffen is veel te veel. De heer Berteling gaf aan dat dit mogelijk meegenomen zou worden in de begroting van het komend jaar, maar daarvan heeft zij niets gezien. Hoe gaat het bestuur hiermee om? De heer M. Groot (Penningmeester) antwoordt dat dit een terecht punt is dat de aandacht van het bestuur heeft. De meeste rayons hieven trouwens ook een contributie voor niet-spelende leden. Die contributie is voor het komende jaar op nul gesteld. Het was € 22 plus het bedrag dat het rayon hief, en voor het komende jaar wordt het € 22. De uitdaging voor het komend jaar is om die € 22 nog verder te verlagen. De drempel voor leden om ouders als vrijwilliger aan te melden, moet daarmee een stuk lager worden. Het is ook belangrijk dat iedereen die actief bijdraagt aan het spel, verbonden is aan de NBB. Mevrouw T. Los (Rayon Zuid) wijst erop dat momenteel veel ouders achter de jurytafel zitten. Ze zijn geen NBB-lid, dus daarvoor wordt een boete uitgedeeld. In Rayon Zuid wordt het echter gedoogd. Zij stelt voor het in afwachting van een goede oplossing ook landelijk te gedogen. De heer M. Groot (Penningmeester) antwoordt dat dit in de praktijk door het hele land, in alle rayons en afdelingen, wordt gedoogd. Formeel beleid op dat punt lijkt onnodig. Pag. 14: De heer H. Kastermans (Rayon Noord) kondigt aan dat hij bij behandeling van de Jaarrekening terug zal komen op de opmerkingen die hij maakte over de tussentijdse cijfers.
Besluit Met inachtneming van de gemaakte opmerkingen wordt het verslag vastgesteld. 03. Mededelingen
De voorzitter meldt dat ingediende moties en amendementen zullen worden behandeld bij de desbetreffende agendapunten. 04. Integratietraject
a. Stand van zaken Presentatie door het bestuur, bij monde van de heer C. Spitters De integratie van de rayons is indertijd begonnen met de term "Samen, Beter, Betaalbaar". Jarenlang is er gepraat over de noodzaak van integratie, maar het kwam er op de een of andere manier nooit van. Dat kwam omdat er geen gezamenlijk gevoel was om tot die integratie te komen. Ruim een jaar geleden is via een statutenwijziging in de AV afgesproken dat de integratie doorging. Vanaf dat moment is de 'wij/zij-verhouding' langzaam verdwenen. Het gezamenlijk gevoel werd steeds sterker. De expertgroepen werden ingericht en veel vrijwilligers zijn actief geweest. Er is een klankbordgroep opgezet. Met elkaar (de rayons en alle betrokkenen) werd de integratie vormgegeven. Per 1 januari wordt het één NBB. Alle expertgroepen hebben een stand van zaken opgeleverd en dat levert geen 'showstoppers' op. Toch is het daarmee niet klaar. 1 Januari is een louter symbolische datum. Vanaf dat moment begint de samenwerking op allerlei niveaus over de thema's die in de expertgroepen besproken zijn. De uitdaging is dan om alles wat nu afgesproken is, ook daadwerkelijk vorm te geven. Hopelijk kan het gezamenlijk gevoel dat nu is opgebouwd een basis zijn om met elkaar door te bouwen.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 2
Reacties en vragen in eerste termijn Rayon Noord (B.C. Hoekstra) o Rayon Noord complimenteert het bestuur met de behaalde resultaten. Het bestuur heeft na breed overleg een memo verspreid over de vorm van de afdelingscommissie. Het is zaak om, zeker in de aanloopfase (seizoen 2015/2016), de afdelingscommissie nog niet in beton te gieten. Bekeken moet worden hoe men in de verschillende gebieden een pragmatische oplossing weet te vinden om een groep vrijwilligers te behouden voor het vele werk dat zich aandient. Afdelingscommissies regelen uiteraard binnen de afdelingen een aantal zaken, maar ook moet in 'verticale' zin binnen de bond tussen de verschillende portefeuillehouders en de afdelingscommissies contact bestaan. Het rayon vraagt de bond om in de aanloopfase de nodig souplesse te betrachten bij de inrichting van de afdelingscommissies in de verschillende afdelingen. Rayon West (D. Tjeerde) o Ook Rayon West complimenteert het bestuur met het werk. Hij wil graag meer weten over de rol van de afdelingsvoorzitter bij beleidsontwikkeling en –aanpassing. o De achtergrond van motie 1 van Rayon West is dat voor een teamsport cohesie belangrijk is. Om te zorgen dat verenigingen, het NBB-bestuur, de bonden en de leden tot cohesie kunnen komen, is het verstandig om de bestuurlijke besluitvormingsprocessen te laten ondersteunen door een vergaderfrequentie van de AV van twee keer per jaar. Met de motie stuurt het rayon aan op een vierjarige beleidscyclus, ondersteund door een meerjarenbeleidsplan. o Voor de toekomstige organisatie is het belangrijk dat er vooroverleg plaatsvindt met de afgevaardigden. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer C. Spitters o
o
Het signaal van de heer B.C. Hoekstra kan het bestuur alleen maar onderstrepen. Het is het uitgangspunt voor de samenwerking in de komende maanden of jaren. Het bestuur deelt de zorg. Als aan dit punt geen aandacht wordt besteed, gaat het zeker fout. Van belang is een soort ambassadeurs te hebben in afdelingen die actief zijn bij het werven en behouden van leden. Het bestuur dankt nadrukkelijk iedereen die bij de integratie betrokken is geweest (en blijft), zoals de leden van expertgroep, de medewerkers van de werkorganisatie (zowel op landelijk als op regionaal niveau), de leden van de klankbordgroep, en met name Frank Berteling en projectsecretaris Roel Pelsinger. [applaus]
Reactie van de Directeur, bij monde van de heer F. Berteling o
Een afdelingscommissie is een uitvoerende commissie. Men mag niet verwachten dat het bestuur precies weet wat er in het land leeft. Er worden in de afdeling bijeenkomsten georganiseerd. Daarbij is het idee dat de afdelingsvoorzitter een bindende factor is die hoort en proeft wat er in een afdeling speelt. Dat is belangrijk voor het cement en om een top-down gevoel te voorkomen. Kennis van wat er speelt in het land wordt vergaard in samenwerking met de afdelingscommissie. Het is de bedoeling veel gebruik te blijven maken van vrijwilligers. Een voorzitter van de afdelingscommissie kan de oren en ogen zijn van het bestuur. Het is zeker niet de bedoeling dat er straks weer zes bondjes opereren met eigen beleid. Er komt één bond met één belang.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 3
b. Ter goedkeuring: Voorstel Samenstelling Nieuwe AV Reacties en vragen in eerste termijn Rayon West (D. Tjeerde) o Rayon West is voorstander van een directe vertegenwoordiging binnen de AV. Bij de bonden komen getrapte vertegenwoordigingen voor, of een directe vertegenwoordiging gebaseerd op één lid één stem. Soms ook hebben een aantal leden één stem op de vergadering. Het rayon meent dat deze laatste mogelijkheid een beter draagvlak creëert bij de verenigingen. Bovendien garandeert het dat de verenigingen met hun voorstellen naar de AV kunnen blijven komen. Rayon Noord (B.C. Hoekstra) o Het rayon is blij met de gekozen insteek, waarbij het bondsbestuur naar de afdeling toe komt. Uit de presentatie bij Rayon Noord bleek dat het bondscongres in november plaats zal vinden en de afdelingsdag in mei of juni. Iedereen wil dat het bondscongres een groot succes wordt. Dat is de plek waar verenigingen en bestuur elkaar zullen treffen. Daarom zou NBB-breed moeten worden afgesproken dat die dag een competitievrije zaterdag wordt. o Voor de organisatie van de NBB zou het handiger zijn als de bondsdag gehouden wordt in het voorjaar, als de competitie aan het aflopen is. De inbreuk op de competitie is dan minder groot dan in november. Een ander voordeel van het voorjaar is dat eventuele beslissingen dan doorgevoerd kunnen worden in het komende seizoen (bij een bondscongres in november kan dat pas voor het seizoen daarna). o Rayon West stelt voor om twee AV’s te organiseren. Als de AV instemt met dat voorstel, is het zojuist aangegeven probleem opgelost. Twee AV’s per jaar gaat echter wel ten koste van de overzichtelijkheid. o Er mag niet een beeld ontstaan dat er voor grote verenigingen meer te halen valt dan voor kleine. Daarom is Rayon Noord geen voorstander van gewogen stemming. Rayon Zuid (A. de Laat) Het rayon staat volledig achter de opgezette structuur. Het rayon gaat niet akkoord met motie 1 van Rayon West, waarin twee AV's per jaar worden voorgesteld. o Met het nu voorliggende model is er voor iedereen wat te halen, ook voor kleine verenigingen. Het model is transparant, waarbij één vereniging één stem heeft. Als grote verenigingen vinden dat ze meer aandacht moeten krijgen, moeten ze maar bij elkaar gaan zitten. Al met al wil Rayon Zuid niet dat grote verenigingen meer stemmen hebben in de AV. o Rayon Zuid geeft geen steun aan motie 2 van Rayon West. o o
FOE Landelijk Mannen (F. Simons) o FOE Landelijk Mannen sluit zich aan bij de twee moties van Rayon West. Overigens moet aangetekend worden dat in de Statuten en in het Huishoudelijk Reglement meer wordt veranderd dan gezegd werd bij de laatste AV. o Tot de leden van de bond behoren ook stichtingen en andere organisaties. Waar is geregeld dat die ook medezeggenschap hebben in de AV? Reactie van het bestuur, bij monde van de heer C. Spitters o
Het bestuur ontraadt de moties 1 en 2 van Rayon West, omdat die de kern van het voorstel raken. De kern van het voorstel is dat er één bond is die staat voor één sport, zodat iedereen op de AV één stem heeft. Gaat het van twee naar één AV per jaar, dan wordt het een krachtig bondscongres. Het bestuur is geen voorstander van twee vergaderingen per jaar. Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 4
o
o
De signalen van de heer Hoekstra zullen moeten worden meegenomen in de uitwerking, al moet men zich bedenken dat een voorjaarsvergadering een probleem oplevert voor de begroting voor het jaar daarop. Die zal men dan wel heel erg vroeg moeten vaststellen. Het is inderdaad ongewenst dat er drempels ontstaan voor verenigingen. De voorzitter merkt op dat er inderdaad een competitievrije zaterdag moet worden geregeld voor het bondscongres. De heer S. Bosch (FOE Landelijk Vrouwen) nuanceert dat het bondscongres moet worden gehouden op een toch al competitievrije dag. Er wordt al zo weinig gespeeld.
Reactie van de Penningmeester, bij monde van de heer M. Groot o
Een probleem van een AV in het voorjaar, zoals bepleit door Rayon Noord, is dat er dan een begroting met heel veel onzekerheden en onduidelijkheden moet worden vastgesteld. Zo pleegt duidelijkheid over externe financiering pas in de tweede helft van een kalenderjaar te ontstaan. De Penningmeester ontraadt om de begroting voor een volgend verenigingsjaar al vóór de zomer te laten vaststellen.
De vergadering wordt geschorst van 10.45-10.55 uur. Na de schorsing heropent de voorzitter de vergadering. Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Het rayon kan zich vinden in de reactie van het bestuur op de moties. Eén AV per jaar is voldoende. o Wat betreft de tweede motie ziet Rayon Noord-Holland ook in dat er verschillen zijn tussen grote en kleine verenigingen. Dat kan tot uiting komen door in de stemverhouding tijdens de vergadering een kleine nuance aan te brengen. Het rayon stelt voor om verenigingen tot en met 150 leden één stem te geven. Verenigingen met meer dan 150 leden krijgen twee stemmen. Dit voorstel brengt het rayon in als 'amendement' op de tweede motie van Rayon West. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer C. Spitters o
Het bestuur ontraadt ook de versie van het rayon Noord-Holland van motie 2 van Rayon West met klem. De motie tast de kern van de nieuwe AV-structuur aan. De expertgroep heeft een heel congruente argumentatie neergelegd. Het uitgangspunt van één lid één stem wordt ook internationaal in het basketball toegepast.
Reacties en vragen in tweede termijn Rayon Oost (J. Brandenbarg) o Het rayon hecht aan het oorspronkelijke voorstel met one man one vote. Rayon Zuid (A. de Laat) o Rayon Zuid geeft geen steun aan de 'geamendeerde motie'. Iedere vereniging moet één stem hebben. Rayon Noord (B.C. Hoekstra) o De twee voorliggende moties lijken eigenlijk amendementen te zijn, twee wijzigingsvoorstellen op het voorstel. Vervolgens wordt het nog ingewikkelder, met een amendement op een motie. Voor Rayon Noord is het belangrijk dat er voor iedereen wat te halen is. Daarom zal het steun geven aan de versie van Rayon Noord-Holland van motie 2.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 5
Rayon West (D. Tjeerde) o Basketball speel je in een team. Je laat niet iedereen op de bank zitten. Verenigingen hebben automatisch een stem in de vergadering. Het gaat om het gewicht per lid en dat is in de motie van het rayon verwoord. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer C. Spitters o
Het bestuur ontraadt de ingediende moties.
De voorzitter is het met de heer Hoekstra eens dat de moties feitelijk amendementen zijn. Al met al liggen er twee moties van Rayon West en een door Rayon Noord-Holland aangepaste versie van de tweede motie van Rayon West waarover gestemd gaat worden. Stemming over motie 1 van Rayon West De motie wordt verworpen, met de aantekening dat Rayon West en FOE Landelijk Mannen geacht willen worden voor te hebben gestemd. Stemming over motie 2 van Rayon West De motie wordt verworpen met de aantekening dat Rayon West en FOE Landelijk Mannen geacht willen worden voor te hebben gestemd. Stemming over het voorstel van Rayon Noord-Holland Het voorstel wordt verworpen met de aantekening dat Rayon Noord-Holland, Rayon West en FOE Landelijk Mannen geacht willen worden voor te hebben gestemd. Stemming over het besluit Het besluit wordt aangenomen, met de aantekening dat FOE Landelijk Mannen geacht wil worden tegen te hebben gestemd. Besluit Het Voorstel Samenstelling Nieuwe AV wordt goedgekeurd. Het toekomstige bondscongres zal worden gehouden op een competitievrije dag. 05. Reglementen
a. Ter goedkeuring: wijziging Statuten Inleiding door het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet Van de heer Heite uit Rayon Noord is een aantal tekstuele (taalkundige) opmerkingen binnengekomen. Het bestuur gaat ervan uit dat het de vrijheid heeft om dat soort kleine aanpassingen door te voeren. Het heeft verder geprobeerd om de nieuwe ideeën over de vertegenwoordiging van de leden in de AV ook in de Statuten vast te leggen. Reacties en vragen in eerste termijn Rayon West (D. Tjeerde) Rayon West heeft motie 3 ingediend. Het rayon wil art. 14 lid 2 zodanig veranderen, dat de desbetreffende vereniging via het bestuur of via de AV van hun vereniging een senior-lid afvaardigt. Bij voorkeur zou dat een van haar bestuursleden moeten zijn.
o
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 6
Rayon Noord (G. Brinkman) o Het verzoek is de track changes van art. 11 te bewaren. De tekst van art. 11 was erg duidelijk, maar is nu wat krom geworden. Telkens zal het bestuur aan alle verenigingen van de AV uitstel moeten vragen. Dat moet eenvoudiger kunnen. Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Naar aanleiding van art. 8.3 vroeg het rayon zich af of het bestuur alles zomaar kan doen in het Wedstrijdreglement zonder dat de AV daar nog zeggenschap over heeft. Veranderingen aanbrengen in het Wedstrijdreglement behoort tot de taken van de AV. o Ook Rayon Noord-Holland vindt art. 11 krom geworden. Wellicht zou per statuut geregeld kunnen worden dat intern de jaarstukken wat later verschijnen. Met de voorgestelde tekst zou het bestuur elk jaar opnieuw om uitstel moeten vragen. De ervaring leert dat zoiets vervelend uitpakt. o Bij art. 14 onderschrijft het rayon motie 3 van Rayon West, hoewel in plaats van "seniorlid" beter "een meerderjarig lid" geschreven zou kunnen worden. o In het oude art. 14.3 ("Zij kunnen hun stemrecht slechts uitoefenen…") zouden de termen "direct stemrecht" en "indirect stemrecht" heel verhelderend kunnen zijn. o Klopt het dat bij behandeling van een statutenwijziging nog maar één oproep nodig is om de vergadering bij elkaar te roepen? o In art. 20 komt een "19.2" aan de orde, zonder dat dit ergens te vinden is. Rayon Oost (M. Meun) o Rayon Oost gaat akkoord met motie 3 van Rayon West. o Het voorstel van het bestuur omtrent het Wedstrijdreglement is een goede oplossing. Men hoeft op die manier niet te wachten tot de AV. FOE Landelijk Mannen (F. Simons) o FOE Landelijk Mannen sluit zich aan bij de woorden van de heer H. Witvoet van rayon NoordHolland. Deze wees erop dat de AV het hoogste orgaan is en dus ook de reglementen hoort vast te stellen. Gewaakt moet worden voor een situatie als in de FIFA, waar één bestuurslid het voor het zeggen heeft gekregen. o FOE Landelijk Mannen ondersteunt motie 3 van Rayon West. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet o
o
Bij motie 3 van Rayon West: moet het per se een bestuurslid van een vereniging zijn? Daar lijkt geen groot bezwaar tegen te zijn. Iemand met bijzondere vaardigheden of kennis kan gemakkelijk bestuurslid gemaakt worden. Dit zou echter geen halszaak moeten worden. Als het geen bestuurslid is, moet de persoon die komt wel laten zien dat hij bevoegd is om namens de vereniging te spreken. Dat moet afgesproken worden en vastgelegd staan in het Huishoudelijk Reglement. In dat geval zou dus in plaats van "bestuurslid", "lid van een vereniging" geschreven kunnen worden. "Meerderjarig" lijkt juister dan "seniorleden". Tenslotte mag het ook iemand van negentien zijn. De heer Brinkman heeft wat betreft art. 11 gelijk. De constructie is aangepast omdat het idee is te gaan werken met één AV per jaar. Wettelijk dien je binnen zes maanden na afsluiting van het boekjaar te komen met de jaarrekening. Dat mag met vijf maanden verlengd worden, wat het probleem oplost. Daarvoor zou dan iedere keer opnieuw toestemming moeten worden gevraagd. Dit kan worden vergeleken met de gang van zaken binnen besloten vennootschappen, waar door bij de behandeling van de jaarcijfers over een jaar meteen het besluit te nemen om uitstel te verlenen voor het vaststellen van de cijfers voor het volgende jaar. In de praktijk blijkt dat geen problemen op te leveren. Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 7
o
o
o o o
Het voorliggende voorstel komt goed tegemoet aan de wensen van de leden, ook omdat opgenomen staat dat het bestuur binnen afzienbare tijd met de accountantsverklaring moet komen en met de Financiële Commissie gaat praten. Dat wordt ook in de Statuten geregeld. Dat is voldoende borging. Daarom pleit het bestuur ervoor om de voorgestelde tekst aan te nemen. Rayon Noord-Holland vraagt naar aanleiding van art. 8 of je dit allemaal door het bestuur moet laten doen. De AV controleert echter. Ze kan het bestuur op zijn handelen aanspreken en zelfs naar huis sturen. Bovendien zal het bestuur voor het nemen van een beslissing over reglementen niet over één nacht ijs gaan. Het praat met alle mogelijke betrokkenen, expertgroepen, werkgroep WPC etc. Het bestuur zal bijna altijd eerst uitgebreid overleggen met iedereen die betrokken is of deskundigheid heeft. Er wordt ook gesproken met de Bonds Reglementen Commissie. De leden kunnen, als ze toch niet tevreden zijn, in de volgende AV het bestuur erop afrekenen en zo nodig kunnen de leden een extra AV bijeenroepen. In art. 14 lid 3 zou moeten staan dat er een volmacht moet zijn die is afgegeven door het bestuur van de desbetreffende vereniging . In de huidige Statuten is art. 20 vernummerd naar art. 19. In het wijzigingsvoorstel staat alleen een wijziging voor art. 19.3. Men vindt 19.2 in de oude tekst. Voor andere entiteiten dan verenigingen moet verwezen worden naar art. 14 lid 1. Het staat ook in het wijzigingsvoorstel. In art. 5 lid 1 onder a worden gewoon verenigingen bedoeld. Onder b, c en d gaat het over stichtingen, besloten vennootschappen en individuele leden. Bewust is ervoor gekozen om de afgevaardigden en de zeggenschap neer te leggen bij de verenigingen. Dat raakt de kern van het verenigingsrecht. De NBB is een vereniging die de zeggenschap neerlegt bij haar leden. Als een basketballorganisatie om de een of andere reden ertoe besluit niet te kiezen voor de verenigingsvorm, maar voor bijvoorbeeld een stichting of een besloten vennootschap, dan geeft ze daarmee de zeggenschap op. Wil zo'n organisatie dan toch invloed uitoefenen op het beleid van de NBB, dan zal ze samenwerking moeten zoeken met de vereniging. De zeggenschap moet bij de leden liggen. Daarom moeten de afgevaardigden komen uit de verenigingen.
Reacties en vragen in tweede termijn Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Het rayon houdt zijn zorgen over de regelgeving van het bestuur, bijvoorbeeld t.a.v. het Wedstrijdreglement. Het vindt dat in het Huishoudelijk Reglement moet komen te staan dat voorafgaande aan een beslissing over reglementen overleg moet plaatsvinden met bijvoorbeeld de werkgroep WPC. Men zou kunnen schrijven dat veranderingen in het Wedstrijdreglement worden doorgevoerd in samenspraak met het gremium van de bond waar het overleg dient plaats te vinden. Het overleg moet meer geborgd worden. o Het rayon pleit met kracht voor een uitbreiding van de reglementscommissie. Er zal worden gezocht naar geschikte kandidaten. Misschien moet er in januari een reglementscommissie worden ingesteld met een paar mensen die later benoemd worden. o Een volmacht hoeft niet overlegd worden, maar op verzoek getoond. Het rayon adviseert het bestuur om de volmachten voor aanvang van de vergadering te controleren, zodat duidelijk is wie er komt en dat de volmachten er zijn. Het is geen doen om naar volmachten te vragen bij stemmingen. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet o
In art. 4 lid 6 van het huishoudelijk reglement staat dat het bestuur, alvorens tot vaststelling en wijziging van het Wedstrijdreglement over te gaan, overlegt met de competitieorganiserende instantie en de Bonds Reglementen Commissie. Het bestuur zal dus niets op eigen houtje doen.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 8
Reactie van de directeur, bij monde van de heer F. Berteling o
Er komt een uitwerking van een regeling omtrent de volmachten. Inderdaad moet hierover helderheid zijn voorafgaande aan de vergadering.
De voorzitter merkt op dat het bestuur kan leven met de wijziging die voorgesteld wordt in motie 3 van Rayon West. De wijziging wordt als volgt: In art. 14 lid 2 staat "dient een bestuurslid". Dat wordt: "dient een lid". In lid 3 komt te staan: "bij de volmacht die door het bestuur van de desbetreffende vereniging is afgegeven." Akkoord Rayon West trekt na deze toezegging motie 3 in. Stemming over de wijziging van de Statuten De wijziging van de Statuten wordt aangenomen, met de aantekening dat de FOE Landelijk Mannen tegen heeft gestemd. Besluit De AV gaat akkoord met de wijziging van de Statuten. De AV gaat akkoord dat de jaarrekening 2014 in november 2015 op de nieuwe AV wordt voorgelegd aan de vergadering. b. Ter goedkeuring: wijziging Huishoudelijk Reglement Reacties en vragen in eerste termijn Rayon Noord (G. Brinkman) In art. 5 wordt "wordt" vervangen door "kan". Die wijziging kan echter beter ongedaan worden gemaakt. De kosten van een afdelingscommissie zullen altijd worden gemaakt. Er zal dus altijd in de boekbegroting een voorstel moeten komen. De AV kan daarna het bedrag desgewenst verhogen of verlagen.
o
Reactie van het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet Het bestuur zal art. 5 aanpassen overeenkomstig de opmerking van de heer Brinkman (het gaat terug naar de oorspronkelijke tekst). Stemming over het de wijziging van het Huishoudelijk Reglement De wijziging van het Huishoudelijk Reglement wordt aangenomen, met de aantekening dat FOE Landelijk Mannen geacht wil worden tegen te hebben gestemd. Besluit Met inachtneming van de toegezegde aanpassing van art. 5, gaat de AV akkoord met de wijziging van het Huishoudelijk Reglement. c. Ter goedkeuring: vervallen Basisreglement Besluit De AV gaat akkoord met het voorstel.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 9
d. Ter goedkeuring: wijziging Wedstrijdreglement Toelichting van het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet Er is een amendement op het Wedstrijdreglement ontvangen van Rayon Oost. De behandeling daarvan is lastig, omdat het Wedstrijdreglement niet ter tafel ligt. Er zijn meer opmerkingen gemaakt over het nieuwe Wedstrijdreglement, waarmee nu een paar maanden wordt gewerkt. Het bestuur heeft toegezegd dat de gang van zaken met het nieuwe Wedstrijdreglement zal worden gemonitord. Daarmee is het druk bezig. Er zijn al enkele klachten binnengekomen. Die zullen allemaal worden meegenomen in de aanloop naar het nieuwe seizoen. Er ligt nu geen voorstel tot wijziging van het Wedstrijdreglement op tafel waarover gesproken kan worden. Het bestuur zegt toe dat het de zorgen die uit het amendement naar voren komen, zal meenemen. De heer B .C. Hoekstra (Rayon Noord) reageert dat het agendapunt gewoon moet worden behandeld, ook al ligt er geen voorstel van het bestuur. Er ligt namelijk een amendement van Rayon Oost. [De vergadering wordt geschorst van 11.40-11.45 uur. Na de schorsing heropent de voorzitter de vergadering.] Reactie van het bestuur, bij monde van de heer J. Witvoet Rayon Oost vraagt het bondsbestuur voorbereidingen te treffen om het Wedstrijdreglement aan te passen. Het bestuur zegt toe dat die voorbereidingen getroffen zullen worden. Het bestuur wil de Bonds Reglementen Commissie en experts om advies vragen. Onder experts worden de regionale scheidsrechterscommissies verstaan. Na de verandering worden dat de portefeuillehouders scheidsrechterszaken van de afdelingen. Ordevoorstel Rayon Noord (B.C. Hoekstra) Dit agendapunt moet voluit behandeld worden, zodat andere afgevaardigden de mogelijkheid hebben om wijzigingen op dit amendement voor te stellen. Rayon Noord heeft een voorstel ingediend dat verder gaat dan dat van Rayon Oost. Stemming over het ordevoorstel van Rayon Noord Het ordevoorstel wordt met algemene stemmen aangenomen. Na de stemming ontstaat verdere discussie over het al dan niet in behandeling nemen van het amendement van Rayon Oost. De heer A. de Laat herinnert aan de regel dat een amendement geagendeerd moet worden voor de vergadering, en 60 dagen vóór de AV ingediend moet zijn. De heer B.C. Hoekstra brengt daar tegenin dat het bestuur het agendapunt niet heeft teruggetrokken. De heer H. Witvoet wijst erop dat wel gesproken is over de moties van Rayon West, die ook heel kort geleden zijn ingediend. De heer A. de Laat merkt op dat dit soort dingen moet worden besproken in gremia zoals WPC en BRC. Via de BRC moet het amendement naar de afdelingen of rayons worden gestuurd. Drie dagen geleden is het amendement via het bureau naar de rayons doorgestuurd. Daar moet ook de tijd zijn om zoiets te bespreken. Nu heeft niemand kunnen nadenken over de consequenties van het amendement. Rayon Oost blijft erbij dat het amendement in deze vergadering behandeld moet worden.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 10
Rayon Oost (J. Koster) o De ALV van Rayon Oost heeft het bestuur een duidelijk signaal gegeven: ze wenst een verlichting van de voorwaarden om in de afdelingsklassen in te kunnen schrijven en competitie te kunnen spelen. Iedereen moet lol hebben in het spelen en iedereen moet de mogelijkheid hebben dat op zijn eigen niveau te doen. Dat werd een paar vergaderingen geleden duidelijk gezegd. De verenigingen hebben de nodige problemen met de voorwaarden die zijn gesteld aan inschrijving. Ze vragen dan ook een breder draagvlak te creëren binnen de verenigingen. Het bondsbestuur wordt gevraagd voorbereidingen te treffen om de tekst aan te passen. Inschrijven moet een plezier en geen last zijn in de afdeling. FOE Landelijk Vrouwen (S. Bosch) o Reeds in juni is in een vergadering van de Scheidsrechterscommissie een ander wijzigingsvoorstel voorgesteld dat deels tegemoet komt aan het amendement van Rayon Oost. Dat is echter niet gepubliceerd in de aanloop naar deze vergadering. Dat is vreemd. Nu is er geen vergelijkingsmateriaal voor het amendement van Rayon Oost. o Er moet nu besloten worden of de inhoud van dit amendement wordt behandeld (dus de verhouding één op zeven), of een proces over de evaluatie van het Wedstrijdreglement en de conclusie die door de heer Koster is aangedragen. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer F. van Urk o
Het is beter om op deze vergadering geen inhoudelijke beslissing te nemen over het voorliggende wijzigingsvoorstel. Expertgroepen als de WPC en de werkgroep Arbitrage moeten een voorstel concreet maken. Zij moeten de teksten inhoudelijk voorbereiden. Dan kan een besluit worden genomen in de AV van maart 2015.
De voorzitter concludeert dat de AV kennis heeft genomen van het voorstel van Rayon Oost. Er blijkt een groot verschil van mening te bestaan over de vraag of het amendement nu in stemming kan worden gebracht, zonder raadpleging van de gebruikelijke gremia. Rayon Noord (G. Brinkman) o Rayon Oost vraagt aan het bestuur om een en ander, gegeven de situatie, in gang te zetten. Rayon Oost vraagt om dat in het nieuwe Wedstrijdreglement op te nemen. De heer B.C. Hoekstra vraagt dat nu direct in te voeren. Anderen hebben het over een termijn van 60 dagen, maar toen waren de vergaderstukken er nog niet. Nu gaat het er alleen om dat Rayon Oost een voorstel heeft wat het verder behandeld wil zien. Daarover kan gestemd worden (en dus niet over de letterlijke tekst). De voorzitter vindt dit een goed idee. Zij vraagt Rayon Oost om het amendement om te zetten in een motie. Akkoord Het bestuur neemt de motie over met de uitleg van de heer G. Brinkman. Het voorstel van Rayon Oost wordt meegenomen in het verdere proces. Dat betekent dat overleg zal plaatsvinden met de Bonds Reglementen Commissie etc. De heer B.C. Hoekstra (Rayon Noord) trekt het voorstel van Rayon Noord in. Daarbij tekent hij aan dat dit alles wel geregeld moet zijn voor aanvang van het seizoen 2015/2016. De voorzitter antwoordt dat hiernaar zeker zal worden gestreefd.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 11
06. Financiën
a. Ter informatie: Prognose 2014 Inleiding door de Penningmeester, bij monde van de heer M. Groot Het jaar 2014 mag vanwege alle ontwikkelingen een bewogen jaar worden genoemd. Er is keihard aan de integratie gewerkt. Met grote inzet van vrijwilligers en medewerkers is het gelukt dat nagenoeg budgettair neutraal te voltooien. Door een strakke sturing en consistent beleid waren er geen substantiële afwijkingen in 2014. Met de werkorganisatie werd afgesproken dat financiële ruimte niet gelijk benut hoeft te worden. De cijfers zijn van 1 september. Er is geen aanleiding om nu, eind november, te denken dat het tot een heel andere uitkomst komt. De piek in de uitgaven was in de zomer. Reacties en vragen in eerste termijn Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Bij punt 3 onder "Algemeen" staat iets over de kosten van de huur en Nieuwegein. Het rayon vraagt daaromtrent nadere uitleg. Worden deze kosten als extra kosten opgevoerd? o Hoe is de stand van zaken bij de lopende procedure met de voormalige directeur? De voorzitter reageert dat op deze laatste vraag niet kan worden geantwoord. Reactie van de Directeur, bij monde van de heer F. Berteling o
Binnen het Huis van de Sport, dus de twaalf bonden en drie andere organisatie bij elkaar, zijn ook maatregelen genomen. Daardoor zijn de extra kosten die zijn ontstaan door het faillissement van Sportservice Midden-Nederland binnen de begroting opgevangen. Eerst bestond de vrees dat er € 12.000 extra kosten zouden zijn.
b. Verslag van de Financiële Commissie bij de begroting 2015 Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Dank aan de Financiële Commissie voor het verslag. In de vierde alinea staat "dit jaar". Dat moet "komend jaar" zijn. o In de laatste regel staat dat de AV de begroting moet aanvaarden. In werkelijkheid moet de AV de begroting goedkeuren, wat toch net iets anders is. De heer G. Gijzenij (Financiële Commissie) reageert dat met deze opmerkingen in de toekomst rekening zal worden gehouden. c. Goedkeuren Begroting 2015 Reacties en vragen in eerste termijn FOE Heren Eredivisie (H. Reekers) o Men mag aannemen dat de begroting het plan is van het bestuur over hoe men iets meer dan € 3,8 mln. gaat uitgeven over verschillende posten. Tenzij het is vastgelegd in contracten, mag elke post bediscussieerd worden. o Bij Topsport totaal blijkt dat voor het succesvolle nationale herenteam een bedrag van € 25.000 is uitgetrokken. En dat niet vast, maar als garantie. Dat is ongeveer 0,6-0,7% van de begroting. Vreemd genoeg is dat bedrag minder dan wat voor de vier meisjesteams wordt uitgetrokken, of voor junioren mannenteams. Dat valt des te meer op als je ziet wat er bij sommige teams, zoals nationaal dames en rolstoel, door de bond extra is bijgelegd. Er is dus wel degelijk een keuze gemaakt. De vraag is of die keuze vastligt, of dat de post voor het nationaal herenteam wat omhoog kan. Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 12
Rayon West (D. Tjeerde) o Het verbaast dat er verschillen zijn tussen de voorbereidingskosten bij jongens en meisjes Daarvoor wordt geen verklaring gegeven. o Er is een maximumbedrag van € 25.000 voor het mannenteam. Er blijkt ook externe ondersteuning mogelijk te zijn, maar wat meer uitleg over het programma zou prettig zijn. Er ontbreekt informatie over het huidige beleid. De voorzitter merkt op dat vanuit het nationaal mannenteam een enthousiaste groep oudinternationals bezig is met het formuleren van beleid. Rayon Noord-Holland (R. van der Geest) o Het bestuur wordt gevraagd om een memo voor de verenigingen waarin duidelijk wordt gemaakt wat er met de verzekering betaald kan worden. Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Het rayon vroeg zich af hoe om te gaan met de afdelingskosten. Aangenomen mag worden dat er overleg zal plaatsvinden met de afdelingen over de invulling. Denkt het bestuur na over een structuur voor de omgang met afdelingskosten? o Er is in het rayon veel gesproken over de tijd die het vereist om een coach- of scheidsrechtersdiploma te halen. Men moet steeds beschikbaar zijn en dat wringt met alle andere taken die deze mensen hebben. De kosten worden ook erg hoog om iemand binnen de club te krijgen op het niveau dat het Wedstrijdreglement vereist. o In de afgelopen jaren is een duidelijke tendens te zien dat er een steeds hoger bedrag nodig is om het rolstoelbasketball op het huidige niveau te houden. Voor de rolstoelers komt er € 117.000 bij, en voor het nationaal herenteam blijft slechts € 25.000 over. Op dat punt onderschrijft het rayon de woorden van de heer Reekers. Reactie van de Penningmeester, bij monde van de heer M. Groot o o
o
o
o
De heer Reekers zegt dat volgend jaar € 3,8 mln. wordt uitgegeven. Dat klopt niet; in werkelijkheid geeft de NBB € 3,5 mln. uit. Het verschil van drie ton wordt gebruikt om het vermogen te herstellen. Bij de inrichting van de topsportbegroting is zichtbaar dat de bijdrage van de NBB voor 'valide' € 10.000 minder wordt (van € 520.000 in 2014 naar € 510.000 in 2015). Voor toprolstoelbasketball wordt dat juist € 9000 meer (van € 135.000 eigen bijdrage naar € 124.000 eigen bijdrage). Dat is een beperkte stijging. Er zijn inderdaad verschillen tussen de programma's in de jeugd. De NBB krijgt een meerjarige topsportsubsidie vanuit de landelijke koepel om vier jaar het meisjesprogramma te bekostigen. Dat geeft ruimte voor een intensief programma , maar daarvoor moet de NBB wel de minimale eigen bijdrage erin steken. Het komend jaar kan waarschijnlijk voor ieder jeugdteam iets meer worden gedaan, omdat er van de FIBA voor het komend jaar een bijdrage per jeugdteam komt. Er wordt niet met vierjarenprogramma's gewerkt, maar wel met een beleidscyclus. Het voornemen is om in het voorjaar een nieuw meerjarenbeleid te ontwikkelen. Topsport zal daarbij een heel belangrijke drager worden. Het bestuur zegt de heer Van der Geest een verhelderend memo toe over de verzekeringen.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 13
o
Wat betreft de financiën van de afdelingscommissies: het seizoen wordt gewoon afgemaakt. De rayonbegrotingen voor de tweede helft van het seizoen zijn geïntegreerd in de NBB-begroting. Het zal wel op een andere manier gedaan worden. Iedere keer is er afstemming tussen bureau en afdelingscommissie over wat wel en niet gedaan wordt. Het kostenniveau is voortgezet in de begroting voor de eerste helft van 2015. Het zal ook in de toekomst steeds een discussie zijn tussen budgethouder en vijf afdelingscommissies. Daarbij zal worden geprobeerd om per saldo binnen de begroting te blijven en te voorkomen dat er vijf totaal verschillende ontwikkelingen ontstaan. Ook zal er ruimte worden geboden om een lokaal accent mogelijk te maken.
Reactie van de Directeur, bij monde van de heer F. Berteling o
Al enige tijd geleden is besloten dat kosten en opbrengsten van de educatiekant in evenwicht behoren te zijn. De kosten voor de cursussen zijn relatief hoog, maar of dat hoog is vergeleken met andere sporten verschilt enorm per type sport. Er zijn vergoedingen voor docentenbeoordelaren etc. Die zijn belangrijk, want een voldoende aantal trainers en scheidsrechters is cruciaal voor de sport. Samen met een aantal andere sportbonden is de NBB bezig om via samenwerking (bijvoorbeeld bij de administratieve ondersteuning) te proberen voordelen te pakken. Met de tijd moet dat leiden tot een matiging van de kosten. De heer H. Witvoet (Rayon Noord-Holland) wijst op de lange tijdsduur van de cursussen. De heer F. Berteling zal rekening houden met dit signaal. Het is belangrijk dat men dit in de Educatiecommissie nader bekijkt.
Reacties en vragen in tweede termijn FOE Heren Eredivisie (H. Reekers) o Voor tal van meisjesteam zijn gelden beschikbaar. Maar bij 'opbrengsten' staan lage bedragen en 'nul'. Betekent dit dat er bij de opbrengsten nog andere bedragen komen dan die vermeld staan? Het betekent dat de vier meisjesteams vier keer € 37.500 kosten en dat bij het damesteam de kosten € 238.000 zijn. Dat is toch ook een besteding? Je had ook kunnen zeggen: € 298.000 wordt €258.000, en bij het herenteam wordt het wat meer. o Er wordt € 25.000 garantie uitgetrokken. Maar wat als het allemaal niet lukt? Er worden immers wel Europese kampioenschappen gespeeld onder verantwoordelijkheid van de NBB. Daarmee neemt de NBB een risico op zich. Als het voor die € 25.000 niet kan, moet toch bijgesprongen worden. Of wordt het team dan teruggetrokken? Rayon West (D. Tjeerde) o Wat betreft het topsportbeleid zou het goed zijn om inzichtelijk te maken welke eisen NOC*NSF stelt ten aanzien van het aantal trainingsuren en de begeleiding. Ook al wordt dat misschien op een andere manier gefinancierd, toch is het goed om daar een beeld van te krijgen. o Rayon West ondersteunt het standpunt van de heer Reekers. FOE Landelijk Vrouwen (S. Bosch) o Op de uitgestelde najaarsvergadering is een tarievenlijst vastgesteld. Daarin zijn scheidsrechtersvergoedingen opgenomen voor de tweede divisie teams (ook tweede divisie teams jeugd). Voor de clubs was het toen nog niet duidelijk wat daar de consequenties van zouden zijn. Vanuit de rayons was besproken dat de regionale klasse in het huidige seizoen zou vallen onder de tarieven van de regionale klasse. De interregionale klassen zijn vervolgens overgeheveld naar de tweede divisie, conform hetgeen besproken is. Maar dat was voor clubs op dat moment niet duidelijk.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 14
o
FOE Landelijk Vrouwen stelt voor om de scheidsrechtersvergoeding in de tweede divisie te verlagen. Dat leidt tot lagere kosten voor verenigingen en een iets lagere uitbetaling van scheidsrechters. Verenigingen hebben momenteel te kampen met het probleem dat ze begroot hebben op basis van lagere kosten. Zij krijgen een relatief hoge arbitragefactuur. Dit voorstel is besproken met vele scheidsrechterscommissies uit de diverse rayons. Helaas is er niet inhoudelijk gesproken met Rayon Oost. Diverse scheidsrechterscommissies vinden dit voorstel bijzonder verstandig om uit te voeren.
Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Het is belangrijk om bij inschrijving te weten wat de kosten zijn. Nu zijn tijdens het spel de spelregels veranderd. Het rayon zal daarom het amendement ondersteunen. o In eerste termijn heeft het rayon alleen willen vaststellen dat de bond, ook vanwege de status van het basketballrolstoelteam bij NOC*NSF, steeds meer geld is gaan bijleggen voor de rolstoelers. Nu moet beslist worden of daarmee doorgegaan wordt of niet. Wat kost het de bond om het rolstoelbasketball op het huidige niveau te houden? Rayon Noord (B.C. Hoekstra) o In hoofdlijnen ondersteunt het rayon het wijzigingsvoorstel van Rayon Noord-Holland. Het is belangrijk dat je weet waar je aan toe bent als je ergens inschrijft. Maar scheidsrechterskosten hebben enerzijds betrekking op de vergoeding naar de scheidsrechters, maar anderzijds op de aan de scheidsrechters uitbetaalde reiskosten. o Rayon Noord komt met een aanvullend voorstel bij het voorstel van Rayon Noord-Holland. Rayon Noord heeft altijd een taakstellend bedrag beschikbaar gesteld voor de scheidsrechters, dus zowel voor een vergoeding als voor de reiskosten. Daarmee waren de ervaringen in de afgelopen jaren goed. Zo kon toch enigszins worden gestuurd op de reiskostencomponent. Het scheidsrechtersteamgeld (de voorheffing die gedaan wordt in de tweede divisie dames en heren) van de bond is drie keer zo hoog als wat het jaar daarvoor in de rayonklasse gevraagd werd. Daar schrikken verenigingen van, vooral als ze meerdere teams in de tweede divisie hebben spelen. Het gaat erom dat de uitgaven voor scheidsrechters een beetje in de pas blijven lopen met de scheidsrechtersteamgelden die in het vorig seizoen werden gehanteerd in de diverse rayons. Reactie van de Penningmeester, bij monde van de heer M. Groot De verhouding tussen kosten en uitgaven worden niet een-op-een zichtbaar gemaakt, omdat het ook niet helemaal een-op-een is. Er is een budget in de meerjarencyclus 2013-2016. Daarin is de bond heel consistent. In het derde jaar van die vierjarencyclus krijgt de bond geld voor het nationaal meisjesprogramma. Er is geld voor de rolstoelprogramma's. Die inkomsten worden in één post verantwoord. Vanuit de koepels geeft men een aantal richtlijnen mee, zoals inrichten van een talentenprogramma, zorgen dat er twee talentencoaches zijn, de spelers volgen in het buitenland etc. De kosten daarvoor worden zoveel mogelijk zichtbaar gemaakt bij het betreffende programmaonderdeel. De grotendeels externe dekking voor het meisjesprogramma is goed zichtbaar gemaakt. Hetzelfde geldt voor het rolstoelbasketball. Er is geen enkele aanleiding om te denken dat het nationaal mannenteam niet naar het Europees Kampioenschap gaat. Reactie van het bestuur, bij monde van de heer F. van Urk Wat betreft het amendement van de heer Bosch t.a.v. de vergoeding van de scheidsrechters: in november/ december 2013 was de aanstaande verandering van de competitie bekend. De tarieven 2014 zijn vastgesteld in januari. Daarmee ging iedereen akkoord. Het bestuur is het niet eens met het voorliggende amendement, want zo worden lopende afspraken tijdens het seizoen veranderd. Het bestuur zal de bedragen wel verlagen voor het seizoen 2015/2016. Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 15
Reactie van de Directeur, bij monde van de heer F. Berteling Het proces in de rayons is in de afgelopen vijf jaar verschillend geweest. Als je een voorschotnota krijgt voor scheidsrechterskosten, wordt landelijk een maximumbedrag vastgesteld waarmee de vereniging rekening moet houden. Vervolgens wordt daarvan 80% als voorschot in rekening gebracht. Bij het opmaken van vergoedingen voor de tweede divisie is een aanname gedaan van het bedrag waarop men uit zou moeten komen. De vergoeding voor een scheidsrechter is € 15 per wedstrijd. Het totaal is gemakkelijk uit te rekenen met het aantal wedstrijden, het aantal scheidsrechters en het aantal teams in de competitie. Je zou voor de reiskosten niet op een heel ander bedrag moeten uitkomen dan wat vroeger het rayon bepaalde. De kilometervergoeding per rayon verschilde, maar landelijk geldt € 0,19. De scheidsrechters in de tweede divisie worden aangesteld vanuit de huidige RSC's. De scheidsrechters komen dus eigenlijk vrijwel nooit buiten de rayongrenzen. Mocht halverwege het seizoen blijken dat veel te veel in rekening is gebracht bij de verenigingen, dan zal het (na een goede doorrekening) eerder worden terugbetaald. Reacties en vragen in derde termijn Rayon Oost (J. Koster) o In aanvulling op wat de heer Bosch zei: er is geen overleg geweest, maar Rayon Oost kan wel instemmen met het voorstel van de heer Bosch. FOE Landelijk Vrouwen (S. Bosch) o Achteraf gezien is het inderdaad helder wat de consequenties waren, maar met de destijds voorhanden zijnde informatie waren de consequenties van het opheffen van de interregionale klasse niet volledig helder voor alle clubs. Clubs hebben daarbij een andere inschatting gemaakt. o Clubs hebben al een halfjaar een hogere vergoeding betaald. Het verzoek is om het voorstel vanuit de expertgroep, dat ook opgenomen is in de tarievenlijst voor het seizoen 2015/2016, per 1 januari in te laten gaan. Het is dus geen nieuw voorstel. o Als er veel experts zijn die het unaniem inhoudelijk eens zijn met wat er ligt, waarom heeft het bestuur daar dan andere ideeën over? En wat is dan de toegevoegde waarde van die experts voor het oordeel van het bestuur? Reactie van de Penningmeester, bij monde van de heer M. Groot o
Tarieven voor scheidsrechters e.d. worden per seizoen vastgesteld. In deze AV worden de tarieven voor het seizoen 2015/2016 vastgesteld. In de uitgestelde najaars-AV van begin 2014 werden de tarieven voor het seizoen 2014/2015 vastgesteld. Er is een noodkreet gekomen vanuit de Landelijke Eredivisie Mannen en Vrouwen. Daarom zijn nu bij grote uitzondering, en met enige tegenzin, voor die scheidsrechters de spelregels veranderd door de tarieven te verlagen. Daartoe moet het voor de betrouwbaarheid van de bond ook beperkt blijven. De heer B.C. Hoekstra (Rayon Noord) merkt op dat in de kop van de tarievenlijst staat: "Overzicht vergoedingen tarieven 2015 en seizoen 2015/2016". De heer M. Groot (Penningmeester) antwoordt dat er een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen de onderdelen die voor het jaar gelden en de onderdelen die voor het seizoen gelden.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 16
o
De heer H. Witvoet (Rayon Noord-Holland) leest bij de kosten van mannen nationaal rolstoel € 232.000 en bij de inkomsten € 115.000. Dat geeft een verschil van € 117.000. Dat bedrag betaalt de bond aan de rolstoelers. Verder moet wat betreft de woorden van de heer Bosch goed bedacht worden dat men zich bij clubs in de tweede divisie momenteel afvraagt of men met deze kosten volgend jaar op dat niveau moet spelen. Door het besluit van de AV hebben die teams en clubs verwachtingen gekregen. Die verwachting valt nu heel erg tegen. Misschien kan er op de door de heer Bosch voorgestelde manier nog iets aan gedaan worden. De heer M. Groot (Penningmeester) reageert dat hij wilde aangeven dat de bijdrage van de NBB voor Topsport Rolstoel in 2014 begroot € 135.000 was en nu ongeveer €139.000. Dat is dus een marginale afwijking. De cijfers schommelen niet. Het vierjarenprogramma wordt door de NBB heel consistent uitgevoerd, zowel beleidsmatig in het topsportbeleid als financieel, in eigen bijdrages en de uitgetrokken programmakosten.
Stemming over het amendement van Rayon Noord-Holland Het amendement wordt aangenomen, met de aantekening dat Rayon West en het bestuur geacht willen worden tegen te hebben gestemd. Stemming over de Begroting 2015 De Begroting 2015 wordt aangenomen, met de aantekening dat FOE Eredivisie en één afgevaardigde van Rayon West geacht willen worden tegen te hebben gestemd. Besluit De AV gaat akkoord met de geamendeerde Begroting 2015 07. Lijst Administratieve Heffingen en Boetes
a. Ter goedkeuring: wijzigingen Lijst Administratieve Heffingen en Boetes Reacties en vragen in eerste termijn Rayon Noord-Holland (H. Witvoet) o Als je de tweede divisie dames niet fluit, krijg je in het weekend € 15 en midweek € 20 boete. Alle anderen krijgen het dubbele daarvan voor midweek. Waarom krijgen juist die scheidsrechters niet het dubbele? FOE Landelijk Vrouwen (S. Bosch) o In de vorige AV is een discussie gevoerd over de boetelijst. Er is toen besloten om de schriftelijke amendementen over te nemen en de mondelinge amendementen die ingediend werden mee te nemen en zo mogelijk te verwerken. Toch hoor je in de WPC dat dit overleg maar in zeer beperkte mate heeft plaatsgevonden. o Het mondelinge amendement over de boetes voor scheidsrechters die niet opkomen, ging niet zozeer over de hoogtes als wel over de structuur van het systeem. In de hoogtes is wel iets gebeurd aan de afdelingskant, maar het systeem is niet wezenlijk veranderd. Er is overleg geweest met de expert voor arbitrage. Het lijkt zeer verstandig om de boetestructuur voor de arbitrage aan te passen conform het mondeling amendement van de vorige vergadering. Dat komt overeen met het ingediende schriftelijk amendement.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 17
Reactie van het bestuur, bij monde van de heer F. van Urk De bond heeft wel degelijk uitgebreid gesproken met de WPC over onderdelen vanuit de AV van juni. Dat is voorgelegd en overgenomen door het bestuur. Dit alles is in goede harmonie gegaan. De heer R. van Geest (Rayon Noord-Holland) is bij die bespreking aanwezig geweest. Hij merkt op dat er een behoorlijke tijdsdruk was. De heer F. van Urk reageert dat er toch consensus is bereikt. De teksten zijn aangepast. De tekst van het voorliggende schriftelijke amendement heeft hij geknipt in een A (scheidsrechters aangeschreven door NBB), B (scheidrechters op verenigingsniveau) en C (scheidsrechters op verenigingsnaam onvoldoende licentie). Punt A (het voorstel van de kosten) kan misschien overgenomen worden. B en C raakt de teksten in het Wedstrijdreglement. Zijn eigen voorstel is om die punten mee te nemen in de veranderingen en daarin de tekst aan te passen. Met de WPC en Bonds Reglementen Commissie moet daar inhoudelijk naar gekeken worden. De heer S. Bosch (FOE Landelijk Vrouwen) merkt op dat er bij het samenstellen van dit amendement is gesproken met experts op die gebieden. Hijzelf denkt niet dat de punten B en C raken aan de inhoud van het Wedstrijdreglement. In de boetelijst staat inhoudelijk wat de straf is als men zich niet houdt aan het Wedstrijdreglement. Hij raadt de AV met klem aan in te stemmen met het amendement. De vergadering wordt geschorst van 12.50-13.00 uur. De heer S. Bosch (FOE Landelijk Vrouwen) merkt op dat bovenaan het amendement staat: "Boetelijst 2015". Het amendement is bedoeld op de aangepaste boetelijst 2014, zoals die op de agenda stond en de vorige vergadering besproken is. Het geldt dus voor het seizoen 2014/2015, en gaat in met terugwerkende kracht per september 2014. Stemming over het amendement van Rayon Noord-Holland Het amendement wordt aangenomen, met de aantekening dat het bestuur en een afgevaardigde van Rayon Zuid tegen hebben gestemd. Stemming over Lijst Administratieve Heffingen en Boetes Met inachtneming van het amendement van Rayon Noord-Holland wordt de Lijst Administratieve Heffingen en Boetes met algemene stemmen aangenomen. Besluit De AV gaat akkoord met de geamendeerde Lijst Administratieve Heffingen en Boetes. 08. Onderscheiding
a.
Voorstel leden van verdienste De voorzitter wijst erop dat na 1 januari de situatie in de hele bond veranderd zal zijn. Voor sommigen zal dat aanleiding zijn om hun functie neer te leggen. Het bestuur zal zich in het voorjaar beraden wie er in aanmerking zouden komen voor een mogelijke onderscheiding van de NBB. Vandaag stelt het bestuur voor om twee mensen die kort geleden zijn gestopt te benoemen tot lid van verdienste. Henk van Ek zat tot 2002 bij de BSC. Hij heeft in de afgelopen jaren ongelofelijk grote verdiensten gehad voor de professionalisering van de arbitrage. Ook heeft hij dertig jaar als scheidsrechter gewerkt, was hij internationaal commissaris en nog veel meer. Els de Groot is oud-international. Zij was jarenlang teammanager van het Nederlands Vrouwenteam. Als vrijwilliger voerde zij sinds de oprichting van de FEB in 2000 met veel energie en inzet het secretariaat. Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 18
09. Rondvraag o
De heer D. Tjeerde (Rayon West) vraagt aandacht voor de lastige verhouding die bestaat tussen alle mogelijke kosten die gemaakt worden, zoals voor experts en cursussen van de NBB, en de afnamegelden etc. De heer F. Berteling (directeur) reageert dat naar de hele kostenstructuur van de opleidingen zal worden gekeken. Nagegaan zal worden of het mogelijk is de kosten te bevriezen of te verlagen.
o
De heer S. Bosch (FOE Landelijk Vrouwen) wijst erop dat er per 1 januari heel veel extra verantwoordelijkheden bijkomen voor het bestuur. Hij vraagt of het bestuur daarom uitbreiding nodig heeft. Mocht dat het geval zijn, is er dan een plan van aanpak? De voorzitter antwoordt dat het bestuur uit zeven leden kan bestaan. Het zou goed kunnen dat zijn dat er na 1 januari meer bestuursleden nodig zijn. Zij zal de suggestie in het achterhoofd houden.
o
De heer H. Witvoet (Rayon Noord-Holland) merkt op dat hij een club kent die regelmatig de wedstrijdsheets digitaal aanlevert en daarvoor steeds boetes krijgt. Hoe staat het met het digitaal ontwikkelen van wedstrijdsheets? De heer F. Berteling (directeur) antwoordt dat er vanuit de ISS-leverancier een pilot is gestart. De bond denkt er dus over na, maar wil het wel nadrukkelijk doen in afstemming met alle competitieleiders. Als digitale wedstrijdsheets worden ingevoerd, moet het ook echt goed zijn. In 2015 zal verder worden bekeken hoe het ermee staat.
o
De heer G. Brinkman (Rayon Noord) vertelt de AV een anekdote en vraagt vervolgens hoe het staat met de 2 m obstakelvrije ruimte rondom het speelveld. Er is nog nooit een overleg geweest tussen de NBB en de bevoegde instanties zoals NOC*NSF en ISA om de 2 m obstakelvrije ruimte verplicht te stellen bij de bouw van nieuwe sporthallen. Het is tijd dat de NBB daar nu echt werk van gaat maken. De voorzitter zal de heer Brinkman op de hoogte houden van de vorderingen op dat punt.
De voorzitter spreekt enkele afsluitende woorden. Zij vindt dat met elkaar, in goede harmonie (met af en toe wat trekken en duwen) iets heel bijzonders is bereikt. Daarover kan tijdens de lunch nog nagepraat worden. Er is voor iedereen een klein presentje. De heer A. de Laat (Rayon Zuid) complimenteert bestuur en directie met het werk dat het verzet heeft. [applaus] Niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzitter de vergadering om 13.15 uur.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 19
Presentielijst van de Algemene Vergadering van de Nederlandse Basketball Bond van 29/11/2014 Rayon Noord (30) • • • • •
B. Hoekstra (6) E. Poelstra (6) R. Hogenkamp (6) J. Luiken (6) G. Brinkman (6)
Rayon Oost (58) • • • • •
Rayon Noord-Holland (56) Rayon West (101)
J. Koster (12) M. Meun (12) J. Brandenbarg (12) F. van Zelm (11) T. Bwefar (11)
• • • • •
H. Witvoet(12) J. van Velzen (11) R. vd Geest (11) R. Thomas (11) D. vd Horst (11)
• • • • •
O. Bos (21) A. Dekker (20) B. Lamet (20) D. Tjeerde (20) M. Jonker(20)
Rayon Zuid (74) • • • • •
A. de Laat (15) R. Lamerikx (15) B. van Arnhem (15) T. Los (15) A. Knuvers (14)
Vertegenwoordigers Landelijk spelende clubs (FOE’s) FOE Landelijk Mannen (6) • F. Simons (2)
Bondsbestuur (7) • • • • •
Mw. F. Ravestein (1) M. Groot (1) F. van Urk (1) J. Witvoet (1) C. Spitters (1)
Financiële Commissie
FOE Landelijk Vrouwen (8) • Sybren Bosch (2)
Bondsbureau • • • • •
FOE Rolstoel (6) • J. Staarthof (2) • F. Wolbertus (2) • A. vd Merwe (2)
Mannen Eredivisie (4) • T. Rolvink (2) • H. Reekers (2)
Belangstellenden
F. Berteling Y. Baudo J. de Groot (NH) J. Fransen H. Zomer
• B. Kragtwijk • R. Pelsinger
Tucht- en Geschillen Commissie
• G. Gijzenij • H. v. Eembergen • M. Müller
Commissie van Beroep
Bonds Reglementen Commissie
• M. Buitenhuis
Leden van Verdienste
Ereleden
• B. Hoekstra • G. Brinkman
•
Stemverhoudingen van de Algemene Vergadering van de Nederlandse Basketball Bond 29 /11/2014 STEMGERECHTIGDEN
MAXIMAAL
WERKELIJK
FOE Mannen Eredivisie FOE Landelijke Mannen clubs FOE Landelijke Vrouwen clubs FOE Rolstoelbasketball clubs Bondsbestuur Rayon Noord-Holland Rayon Noord Rayon West Rayon Zuid Rayon Oost
4 6 8 6 7 56 30 101 74 58
4 2 2 6 5 56 30 101 74 58
TOTAAL
350
338
Het maximaal aantal stemmen is 350. Het werkelijk aantal aanwezige stemmen is 338.
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Verslag AV 21 november 2015 pagina 20
VOORTGANGSRAPPORTAGE ACTIEPUNTEN D.D. 21 NOVEMBER 2015
VOORTGANGSRAPPORTAGE ACTIEPUNTEN D.D. 21 NOVEMBER 2015 Nog openstaand actiepunten 20.11.2010 1.
•
Aanbieden van scheidsrechterscursussen via elearning
Nog openstaand actiepunten 24.11.2012 2.
De werkgroep arbitrage is bezig met het aanpassen van de scheidsrechterscursussen. E-learing wordt hierbij meegenomen. 20/8/2015 Op dit moment vooral gekeken naar organisatie en inhoud van de cursussen. E-learning is hierbij nog niet meegenomen.
Voortgang
Meerjarenbegroting * Uitstroom van leden nader analyseren (verzoek In 2015 wil het bestuur komen tot een nieuw Rayon Noord-Holland). Meerjarenbeleidsplan. Daarin zal dit worden * Aanbevelingen Rayon Noord (zie amendement) mbt meegenomen. marketing, ledenwerving, vo, en witte vlekken worden explicieter gemaakt in MJB en bij invulling leden betrekken Nog openstaand actiepunten 29 november 2014
3.
Voortgang
Begroting * Memo over de verzekeringen
Voortgang wordt rondgestuurd
Verantwoordelijk bestuurder FvU
Verantwoordelijk bestuurder bestuur
Verantwoordelijk bestuurder bestuur
Datum afgerond 2015
Datum afgerond 2015
Datum afgerond najaar 2015
Bijlage B bij agendapunt 03 Verslag en actielijst van de AV dd 29/11/2014 Actielijst AV 21 november 2015 pagina 1
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht en Geschillenrechtspraak
WIJZIGING REGLEMENT TUCHT- EN GESCHILLENRECHTSPRAAK
Geachte afgevaardigde, Omdat bij de NBB een verandering in de organisatie heeft plaats gevonden (o.a. het opheffen van de rayons) zijn de statuten, het Huishoudelijk Reglement en het Wedstrijdreglement daarop aangepast. Dit heeft ook gevolgen voor het Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak. De hierdoor ontstane wijzigingen zijn zichtbaar gemaakt in bijgaand document. Ook de wijzigingen die het gevolg zijn van het onderbrengen van bepaalde tuchtzaken bij het Instituut Sportrechtspraak (dopinggevallen en gevallen van seksuele intimidatie) zijn meegenomen. Bij dit laatste zijn de tekstvoorstellen van het Instituut Sportrechtspraak overgenomen. Daarnaast zijn enkele tekstuele verbeteringen aangebracht zonder dat de inhoud van het gestelde wijzigt en is hier en daar de tekst wat meer eensluidender gemaakt. Het is niet de bedoeling geweest om nu echt inhoudelijke wijzigingen aan te brengen. Daartoe is dit reglement een paar jaar geleden uitgebreid herzien. In het nu voorliggende gewijzigde reglement gaat het dus alleen om de gemarkeerde aanpassingen. De aanpassingen zijn opgesteld samen met de voorzitters en secretarissen van TGC, CvB en de voorzitter van de Bonds Reglementen Commissie. Met vriendelijke groet, Bestuur NBB.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 1
REGLEMENT TUCHT- EN GESCHILLENRECHTSPRAAK INHOUD - Begripsbepalingen A. Tuchtrechtspraak Hoofdstuk 1 Algemene Bepalingen Toepasselijkheid reglement Reglementswijziging Bevoegdheid Inzenden bescheiden Hoofdstuk 2 Tuchtrechtelijke organisatie Tucht- en Geschillen Commissie - Commissie van Beroep - Onverenigbaarheden - Werkwijze - Taken - Bevoegdheden van TGC en CvB Hoofdstuk 3 Overtredingen - Begripsomschrijving - Voorafgaande bepalingen - Strafbaarheid Hoofdstuk 4 Bijzondere bepalingen Heren Eredivisie - paragraaf I: competities - paragraaf II: final-four, play off e.d. Hoofdstuk 5 Het aanhangig maken van de zaak - Het aanhangig maken van de tuchtzaak - Overige bepalingen - Diskwalificatie bij wedstrijden tijdens de Nederlandse kampioenschappen en bekertoernooien - Bijzondere maatregelen Hoofdstuk 6 Behandeling - Behandeling van de zaak - Schorsing c.q. sluiting van de behandeling - Uitspraak Hoofdstuk 7 Straffen - Straffen - Deelname aan wedstrijden Hoofdstuk 8 Rechtsmiddelen - Beroep, voorwaarden - Beroep, behandeling - Beroep, verwijzing - Beroep, schorsing c.q. sluiting van de behandeling - Beroep, uitspraak - Herziening (Revisie) - Gratie - CAS Hoofdstuk 9 Tenuitvoerlegging B. Arbitrage en Geschillenrechtspraak Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Hoofdstuk 2 Arbitragerechtspraak tussen verenigingen - Algemene Bepalingen - Behandeling Hoofdstuk 3 Arbitragerechtspraak tussen een vereniging en haar leden - Algemene Bepalingen - Behandeling Hoofdstuk 4 Geschillenrechtspraak tegen NBB-instanties - Algemene Bepalingen - Behandeling C. Bindende uitleg
(A.1/A.4) (A.1) (A.2) (A.3) (A.4) (A.5/A.10) (A.5) (A.6) (A.7) (A.8) (A.9) (A.10) (A.11/A.13) (A.11) (A.12) (A.13) (A.14/A.49) (A.50/A.53) (A.50) (A.51) (A.52) (A.53) (A.54/A.56) (A.54) (A.55) (A.56) (A.57/A.58) (A.57) (A.58) (A.59/A.66) (A.59) (A.60) (A.61) (A.62) (A.63) (A.64) (A.65) (A.66) (A.67) (B.1) (B.2/B.3) (B.2) (B.3) (B.4/B.5) (B.4) (B.5) (B.6/B.7) (B.6) (B.7) (C.1)
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 2
REGLEMENT TUCHT- EN GESCHILLENRECHTSPRAAK Begripsbepalingen NBB Orgaan van de NBB TGC CvB (Bonds)bestuur Lid Vereniging Functie
-
Nederlandse Basketball Bond als bedoeld in artikel 3.2.1 van de statuten van de NBB Tucht- en Geschillen Commissie van de NBB. Commissie van Beroep van de NBB. het bestuur van de NBB. als bedoeld in artikel 5.1.b.,c.,d. en e. d., e., f. en g. van de statuten van de NBB als bedoeld in artikel 5.1.a. van de statuten van de NBB. enige activiteit ten behoeve van de NBB, een rayon of een vereniging, welke van andere aard is dan het spelen van wedstrijden. Functionaris een natuurlijk persoon die ten behoeve van de NBB, een rayon of een vereniging een functie vervult. Bondsbureau als bedoeld in artikel 1718 van de statuten van de NBB NBB-instantie het lid, de commissie of orgaan waaraan door de statuten of reglementen van de NBB en/of de rayons bepaalde bevoegdheden worden toegekend. Tuchtzaak behandelen van overtredingen als bedoeld in artikel A.11. Overtreding een gedrag als bedoeld in artikel A.11. Bindende Wedstrijd met een wedstrijd worden alle wedstrijden bedoeld waarop het Wedstrijdreglement van de NBB van toepassing is.een wedstrijd als bedoeld bij artikel A.2.1 van het Algemeen Wedstrijdreglement van de NBB doch uitsluitend in die gevallen waarin de aanschrijving van de scheidsrechters bij die wedstrijd is geschied onder verantwoordelijkheid van de Bonds Scheidsrechters Commissie of van een Rayon Scheidsrechters Commissie. Bekertoernooi meerdere wedstrijden op één dag bij bekercompetities Schorsing verval van rechten, verbonden aan het lidmaatschap met uitzondering van het recht zich te verweren. Gedaagde een lid en/of vereniging van de NBB tegen wie een zaak aanhangig is gemaakt. Appellant een lid en/of vereniging van de NBB of een (rayon)het bestuur die, nadat de TGC een uitspraak heeft gedaan, in beroep gaat bij de CvB, voorzover dit reglementair is toegestaan. Gestrafte een lid en/of vereniging waaraan de TGC en/of CvB een tuchtrechtelijke sanctie heeft opgelegd. Bescheiden alle stukken welke voor de behandeling van een zaak volgens het reglement moeten worden toegezonden dan wel naar het oordeel van de TGC en/of CvB geacht worden daarvoor van belang te zijn.
A. TUCHTRECHTSPRAAK HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN A.1. Toepasselijkheid reglement 1. De tuchtrechtspraak vanbinnen de NBB geschiedt afhankelijk van het onderwerp door zowel de TGC en de CvB van de NBB als door de Tuchtcommissie en Commissie van Beroep van het Instituut Sportrechtspraak, op de wijze zoals is vermeld in artikel 16.a. respectievelijk 16.b. van de statuten., met inachtneming van het bepaalde in de statuten, uitsluitend krachtens dit reglement. 2. In dit reglement worden alleen de tuchtrechtspraak en de arbitrage- en geschillenrechtspraak door de TGC en CvB van de NBB geregeld. 3. Dit reglement is niet van toepassing op de tuchtrechtspraak door het Instituut Sportrechtspraak. 42. Aan de tuchtrechtspraak en de arbitrage- en geschillenrechtspraak ingevolge dit reglement zijn onderworpen de leden en verenigingen van de NBB alsmede de NBB organen-instanties (niet zijnde de commissies met een rechtsprekende taak). 53. De TGC en de CvB zijn tevens bevoegd de tuchtrechtspraak uit te oefenen over leden van de NBB voor overtredingen als bedoeld in Hoofdstuk 3 van het Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak indien die overtreding is begaan in de periode dat de betrokken persoon nog geen lid van de NBB was. A.2. Reglementswijziging De bepalingen van dit reglement kunnen uitsluitend worden gewijzigd bij besluit van de Algemene Vergadering van de NBB.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 3
A.3. Bevoegdheid 1. De bevoegdheid tot het uitoefenen van de tuchtrechtspraak met betrekking tot overtredingen zoals vermeld in artikel 16.a. van de statuten en van arbitrage- en geschillenrechtspraak is met uitsluiting van andere organen voorbehouden aan de TGC en aan de CvB., echter met uitzondering van die gevallen als omschreven in de artikelen 6.3.1 en 5.4.1 van de statuten. 2. De TGC en de CvB vervullen hun taak onafhankelijk van elkaar en van de overige NBB organen-instanties. A.4. Inzenden bescheiden 1. Bescheiden kunnen aan TGC en CvB per brief, fax of e-mail worden toegezonden. 2. De verantwoordelijkheid voor de tijdige ontvangst door de TGC en CvB berust bij de afzender. 3. Het al dan niet voldoen aan de in het reglement vermelde termijnen wordt beoordeeld aan de hand van de datum van ontvangst. 4. Is aan het gestelde in dit artikel niet voldaan, dan kunnen de TGC of de CvB oordelen dat de bescheiden niet zijn ontvangen dan wel dat de in de reglementen genoemde termijnen zijn overschreden. HOOFDSTUK 2 TUCHTRECHTELIJKE ORGANISATIE A.5. Tucht- en Geschillen Commissie (TGC) 1. De TGC bestaat uit kernleden en gewone leden. Het aantal kernleden bedraagt minimaal 5. 2. a. De kernleden van de TGC worden, uit een door het Bondsbestuur op te maken voordracht, gekozen door de Algemene Vergadering, die op basis van artikel 11. van de statuten van de NBB wordt gehouden, voor een periode van drie jaar. De Algemene Vergadering kan tegenkandidaten stellen. b. Ieder jaar treedt een aantal kernleden af volgens een door de voorzitter en de secretaris van de TGC op te stellen rooster. Een aftredend kernlid is terstond herkiesbaar. Een tussentijds benoemd of nieuw gekozen kernlid neemt in het rooster van aftreden de plaats in van het kernlid in wiens plaats hij is gekozen. c. De gewone leden van de TGC worden, gehoord de overige kernleden, benoemd door de voorzitter en de secretaris van de TGC. d. De voorzitter en de secretaris van de TGC zijn q.q. kernlid en worden in functie gekozen. e. Ingeval van een tussentijdse vacature bij de kernleden van de TGC zal de eerstvolgende Algemene Vergadering in de vacature voorzien. Mocht door het tussentijdse ontstaan van een vacature het aantal kernleden van de TGC beneden de 5 dalen, dan blijft de TGC niettemin bevoegd, voorzover het aantal kernleden niet beneden de 3 daalt. Indien het aantal kernleden beneden de 3 daalt, zullen de overgebleven kernleden een voordracht doen aan het bestuur tot benoeming van nieuwe kernleden. Deze benoeming geschiedt slechts tot de eerstvolgende Algemene Vergadering alwaar deze nieuwe kernleden gekozen moeten worden. f. Bij tussentijds aftreden van de voorzitter of de secretaris benoemen de overige (kern-) leden een waarnemend voorzitter respectievelijk een waarnemend secretaris. De plaatsvervanging geschiedt slechts tot aan de eerstvolgende Algemene Vergadering, alwaar een voorzitter respectievelijk een secretaris gekozen moet worden. A.6. Commissie van Beroep (CvB) 1. De CvB bestaat uit minimaal 5 leden. 2. a. De leden van de CvB worden, uit een door het Bondsbestuur op te maken voordracht, gekozen door de Algemene Vergadering, die op basis van artikel 11. van de statuten van de NBB wordt gehouden, voor een periode van drie jaar. De Algemene Vergadering kan tegenkandidaten stellen. b. Ieder jaar treedt een aantal leden van de CvB af volgens een door de voorzitter en de secretaris van de CvB op te stellen rooster. Een aftredend lid van de CvB is terstond herkiesbaar. Een tussentijds benoemd of nieuw gekozen lid van de CvB neemt in het rooster van aftreden de plaats in van het lid van de CvB in wiens plaats hij is gekozen. cc. De voorzitter en de secretaris van de CvB worden in functie gekozen. dd. Ingeval van een tussentijdse vacature bij de leden van de CvB, zal de eerstvolgende Algemene Vergadering in de vacature voorzien. Mocht door het tussentijdse ontstaan van een vacature het aantal leden van de CvB beneden de 5 dalen, dan blijft de CvB niettemin bevoegd, voorzover het aantal leden niet beneden de 3 daalt. Indien het aantal leden beneden de 3 daalt, zullen de overgebleven leden van de CvB een voordracht doen aan het bestuur tot benoeming van nieuwe leden van de CvB. Deze benoeming geschiedt slechts tot aan de eerstvolgende Algemene Vergadering alwaar deze nieuwe leden van de CvB gekozen moeten worden. ee. Bij tussentijds aftreden van de voorzitter of de secretaris benoemen de overige leden van de CvB een plaatsvervangend voorzitter respectievelijk een plaatsvervangend secretaris. Een plaatsvervanging geschiedt slechts tot aan de eerstvolgende Algemene Vergadering, alwaar een voorzitter respectievelijk een secretaris gekozen moet worden. A.7. Onverenigbaarheden 1. Het lidmaatschap van de CvB is onverenigbaar met: a. De functie van bestuurslid- of lid van een andere commissie van de Algemene Vergadering van de NBB. b. De functie van bestuurslid van een commissie of werkgroep van het bestuurrayon of een (onder)afdeling van een rayon . c. De functie van afgevaardigde naar de Algemene Vergadering van de NBB. d. De positie van werknemer bij de NBB., zijn rayons of zijn onderafdelingen. e. Het lidmaatschap van een ander orgaan belast met tuchtrechtspraak of arbitrage- en geschillenrechtspraakde beslechting van geschillen binnen de NBB. f. Het lidmaatschap van een ander door de Algemene Vergadering ingesteld orgaan. Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 4
2. Het lidmaatschap van de TGC is onverenigbaar met: a. De functie van bestuurslid van de NBB. b. De positie van werknemer bij de NBB., de rayons of een (onder) afdeling van een rayon. c. Het lidmaatschap van een ander orgaan belast met de tuchtrechtspraak of arbitrage- en geschillenrechtspraakde beslechting van geschillen binnen de NBB. 3. Er mogen geen leden van dezelfde vereniging of samenwerkende verenigingen zitting hebben in een kamer van de TGC of lid zijn van de CvB. 4. De leden van de TGC en de CvB mogen niet aan de behandeling van een zaak deelnemen, indien zij bij de zaak betrokken zijn, hetzij persoonlijk, hetzij als functionaris, hetzij als lid van een vereniging die bij de zaak betrokken is. A.8. Werkwijze 1. Tucht- en Geschillencommissie 1.1.De voorzitter en de secretaris van de TGC stellen kamers in voor de behandeling van zaken, regelen de samenstelling daarvan, de verdeling van de werkzaamheden over de kamers en de frequentie van de zittingen, met inachtneming van het in dit reglement bepaalde. Voor de behandeling van een zaak wordt een kamer aangemerkt als de TGC. 1.2.Een kamer bestaat ofwel uit één lid, alsdan genoemd enkelvoudige kamer, ofwel uit ten minste drie leden, alsdan genoemd meervoudige kamer. Een enkelvoudige kamer bestaat uit een kernlid. De voorzitter van een meervoudige kamer is een kernlid. 1.3.Een kamer is vrij in het bepalen van de te volgen procesgang, met inachtneming van de bij dit reglement bepaalde en de door de voorzitter van de TGC in overleg met de overige kernleden uitgevaardigde richtlijnen. 1.4.Zaken worden in beginsel behandeld door een enkelvoudige kamer, tenzij naar het oordeel van de voorzitter van de TGC de zaak ongeschikt is voor behandeling en beslissing door één kernlid. Indien de voorzitter van de TGC tot het oordeel komt dat een zaak ongeschikt is voor behandeling door een enkelvoudige kamer, verwijst hij deze zaak naar een meervoudige kamer. Indien de enkelvoudige kamer bij de behandeling van een zaak tot het oordeel komt dat de zaak naar zijn oordeel ongeschikt is voor verdere behandeling en beslissing door één kernlid, verwijst hij de zaak door naar een meervoudige kamer. De verwijzing kan geschieden in elke stand van de zaak. De verwezen zaak wordt voortgezet in de stand waarin zij zich bevindt. 1.5.Tegen de beslissing van de voorzitter van de TGC om de zaak door een enkel- of meervoudige kamer te laten behandelen, of tegen de beslissing van het kernlid van een enkelvoudige kamer om de zaak te laten behandelen en beslissen door een meervoudige kamer staat geen beroep open. 2. Commissie van Beroep 2.1.De CvB is vrij in het bepalen van de te volgen procesgang, met inachtneming van de bij dit reglement bepaalde en de door de CvB uit te vaardigen richtlijnen. 2.2.Om tot een uitspraak te kunnen komen, dienen tenminste 3 leden van de CvB bij de besluitvorming betrokken te zijn. 2.3.De CvB kan kamers instellen, in welk geval het bepaalde bij A.8.1 van overeenkomstige toepassing wordt verklaard. A.9. Taken 1. De voorzitters van de TGC en de CvB zijn belast met de algehele leiding. 2. De secretarissen van de TGC en CvB zijn verantwoordelijk voor het verzenden van afschriften van de uitspraken, het publiceren van de uitspraken en het bijhouden van een register van uitspraken. 3. De secretarissen van de TGC en de CvB kunnen de administratieve verwerking van zaken delegeren aan het bondsbureau. Deze verwerking geschiedt in overleg met de directeur van de NBB. A.10. Bevoegdheden van TGC en CvB 1. De TGC is bevoegd kennis te nemen van alle overtredingen als bedoeld in artikel A.11 en van zaken met betrekking tot arbitragerechtspraak als bedoeld in de artikelen B.1. tot en met B.5.. 2. a. De CvB is bevoegd om in beroep kennis te nemen van alle zaken welke in eerste aanleg door de TGC zijn behandeld. b. De CvB is tevens bevoegd om in beroep kennis te nemen van zaken, welke overeenkomstig het bepaalde bij A.50.5. niet door de TGC in behandeling zijn genomen. c. De CvB is tevens bevoegd kennis te nemen van zaken met betrekking tot geschillenrechtspraak als bedoeld in de artikelen B.6. en B.7. HOOFDSTUK 3 OVERTREDINGEN A.11. Begripsomschrijving 1. Als overtreding in de zin van dit reglement wordt beschouwd: a. elk handelen of nalaten dat een schending oplevert van de vastgestelde wedstrijdbepalingen; b. laakbaar gedrag door een lid voor, tijdens of na, maar in direct verband met een wedstrijd, in de meest ruime zin van het woord; c. elk handelen of nalaten dat een schending oplevert van een bepaling in de statuten of in een reglement van de NBB of van een rayon of een FOE, dit reglement daaronder begrepen; en van een besluit van een orgaan van de NBB; d. elk handelen of nalaten waarbij een lid en/of vereniging zich jegens een ander lid en/of vereniging of een orgaan van de NBB niet gedraagt naar hetgeen door redelijkheid en billijkheid wordt verlangd; e. elk handelen of nalaten waardoor de goede gang van zaken binnen de NBB wordt belemmerd of waardoor de belangen van de NBB worden geschaad, in de meest ruime zin van het woord;
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 5
f.
2. 3. A.12. 1. 2. A.13. 1. 2. 3.
4.
5.
het niet, niet tijdig of in onvoldoende mate nakomen van verplichtingen alsmede het gelegenheid bieden of aansporen tot, het vergemakkelijken van of het behulpzaam zijn bij het plegen van een in dit artikel bedoelde overtreding. Iedere aangifte van een overtreding levert een aparte tuchtzaak op. In het kader van dit reglement wordt niet als een overtreding beschouwd een overtreding van een Dopingreglement of een overtreding betreffende seksuele intimidatie, welke overtredingen worden berecht door het Instituut Sportrechtspraak. Voorafgaande bepalingen Overtredingen in de zin van dit reglement kunnen alleen worden gestraft krachtens een voorafgaande, daartoe strekkende bepaling in de statuten, reglementen of wedstrijdbepalingen, hetzij van de NBB, hetzij van de rayons, hetzij van de FOE’s, dan wel in een daartoe strekkend besluit van het bestuur of rayonbesturen, of van de TGC of de CvB. Indien de in A.12.1 bedoelde bepalingen worden gewijzigd na het tijdstip waarop het feit is gedaan, worden de voor de gedaagde, appellant of gestrafte gunstigste bepalingen toegepast. Strafbaarheid Voor strafbaarheid van de in A.11 bedoelde overtredingen is opzet of schuld en/of nalatigheid en/of onzorgvuldigheid van de gedaagde of appellant vereist. Een vereniging of bestuursleden van een vereniging kunnen zelfstandig of mede tuchtrechtelijk verantwoordelijk worden gesteld voor een overtreding, die is begaan door een of meer van haar leden, individueel of in gezamenlijkheid. Tevens kan een vereniging, of kunnen bestuursleden van een vereniging of kan de aanvoerder van dehet desbetreffende ploegteam tuchtrechtelijk verantwoordelijk worden gesteld indien een persoon van die vereniging die geen lid is van de NBB, toch aan NBB-activiteiten deelneemt en daarbij handelingen pleegt die volgens dit reglement grond opleveren voor het aanhangig maken van een zaak. De TGC en CvB kunnen de in de vorige zin bedoelde personen voor de behandeling van de zaak als bondslid beschouwen. Het in dit lid bepaalde vloeit voort uit het feit dat het aan door de NBB erkende verenigingen niet is toegestaan personen die geen lid zijn van de NBB, op enigerlei wijze te laten deelnemen aan activiteiten van de NBB, tenzij het Bondsbestuur of een rayonbestuur hiervoor uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven. Indien een vereniging toeschouwers toelaat tot een wedstrijd, zijn de bestuursleden van de vereniging evenals de vereniging tuchtrechtelijk verantwoordelijk voor de volgens dit reglement strafbare handelingen van de toeschouwers indien de vereniging niet voldoende maatregelen heeft genomen om deze handelingen te voorkomen. De bestuursleden van een bezoekende vereniging zijn evenals hun vereniging tuchtrechtelijk verantwoordelijk voor de in de vorige volzin bedoelde handelingen indien het supporters van hun vereniging betreft en zij niet voldoende maatregelen hebben genomen om deze handelingen te voorkomen. Er kan geen aangifte worden gedaan van een overtreding indien deze is begaan door een speler uitkomend in U8, U10, U12 leeftijdsgroepencategorieën in de zin van het Algemeen Wedstrijdreglement van de NBB.
HOOFDSTUK 4 BIJZONDERE BEPALINGEN HEREN EREDIVISIE Paragraaf I (competities) A.14. Voor tuchtzaken die hun grondslag vinden in wedstrijden in de competities van de heren eredivisie (= de hoogste landelijke klasse) vinden de volgende, aanvullende bijzondere bepalingen mede toepassing. A.15. Een tuchtzaak tegen een speler, vervanger, coach, assistent-coach of teamploegbegeleider wordt automatisch aanhangig gemaakt door de diskwalificatie van de betrokkene tijdens de wedstrijd of door de aangifte van de scheidsrechter of NBB-commissaris ingeval van een overtreding in de zin van dit reglement welke overtreding in direct verband staat met de wedstrijd. De betrokkene is alsdan gedaagde. A.16. Een tuchtzaak tegen het bestuur van een vereniging wordt aanhangig gemaakt door de aangifte van de scheidsrechter, de NBB-commissaris of de organiserende instantie. Het bestuur is alsdan gedaagde. A.17. De in artikel A.15 genoemde gedaagde is automatisch geschorst om deel te nemen aan de eerste wedstrijd van de ploeghet team waarvoor hij uitkomt, volgend op de wedstrijd waarin de diskwalificatie plaatsvond of waarmee het aanhangig maken van de tuchtzaak in direct verband stond. De voorzitter van de TGC is bevoegd om de schorsing voormeld op te heffen indien hem daarvoor voldoende termen zijn gebleken. Alvorens een beslissing tot opheffing van de schorsing te nemen, raadpleegt de voorzitter van de TGC tenminste één ander kernlid van de TGC. Hij verwijst ingeval van opheffing de tuchtzaak naar een meervoudige kamer ter mondelinge behandeling. A.18. De scheidsrechters en de NBB-commissaris zijn verplicht uiterlijk op de eerste werkdag volgend op de dag waarop de wedstrijd, waarin of in direct verband waarmee de gedaagde is gediskwalificeerd, is gespeeld, voor 12:00 uur hun rapportage houdende de aanklacht te hebben gedeponeerd bij de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau. Indien de rapportages voormeld niet tijdig zijn ingediend staat zulks een behandeling van de zaak door de TGC niet in de weg. A.19. Indien een scheidsrechter of een commissaris niet voldoet om de rapportage in te sturen, dan kan de TGC besluiten om de scheidsrechter of de commissaris zijn functie gedurende een bepaald aantal wedstrijden of een bepaalde periode niet langer te laten uitvoeren en/of hem een boete op te leggen waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgelegd. A.20. De in artikel A.16 bedoelde aangifte houdende de aanklacht dient binnen 3x 24 uur na afloop van de wedstrijd waarop de aangifte doelt, te zijn ingediend bij de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau. Een latere aangifte leidt tot kennelijke niet-ontvankelijkheid die door de voorzitter van de TGC wordt bepaald. Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 6
A.21. De rapportages van de scheidsrechters en de NBB-commissaris als bedoeld in artikel A.18, danwel de aangifte als bedoeld in artikel A.20., worden op de dag van ontvangst door de secretaris van de TGC ter kennis gebracht van het secretariaat van de vereniging waartoe de gedaagde behoort. Het ter kennis brengen aan het secretariaat van de vereniging waartoe de gedaagde behoort van de rapportage(s) en/of aangifte geschiedt in beginsel per telefax of e-mail, of indien zulks onmogelijk is, door verzending per expresse- of koerierspost of door het ter hand stellen daarvan aan de secretaris van de vereniging. A.22. Ingeval van een tuchtzaak als bedoeld in artikel A.15 en/of als bedoeld in artikel A.16, is het secretariaat van de betrokken vereniging verantwoordelijk voor de doorgeleiding van de rapportage(s) respectievelijk de aangifte aan de gedaagde. De doorgeleiding voornoemd dient terstond na ontvangst door het secretariaat van de vereniging te geschieden. A.23. De gedaagde dient binnen 18 uren na ontvangst door het secretariaat van de club van de rapportage(s) en/of de aangifte voormeld, zijn zienswijzeeen verweerschrift te deponeren bij de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau. De zienswijzeHet verweerschrift wordt in beginsel per telefax of e-mail ingediend, of, indien zulks onmogelijk is, per expresse- of koerierspost ingezonden danwel ter hand gesteld van de secretaris van de TGC. A.24. Een gedaagde die in gebreke blijft een zienswijzeverweerschrift als bedoeld in het vorige lid in te zenden, wordt gestraft met een boete waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld. A.25. Een zaak wordt mondeling behandeld in een meervoudige kamer, tenzij de gedaagde afziet van een mondelinge behandeling; alsdan vindt een schriftelijke behandeling, eveneens in een meervoudige kamer, plaats. Ingeval van een mondelinge behandeling stelt de voorzitter van de TGC dag, datum en uur vast waarop de mondelinge behandeling plaatsvindt. Deze vindt niet later plaats dan 7 dagen na de ontvangst van de rapportage(s) van de scheidsrechters en de commissaris, respectievelijk de aangifte. A.26. Ingeval een tuchtzaak tegen een speler, vervanger, coach, assistent-coach of teamploegbegeleider aanhangig is gemaakt en de ploeghet team van de vereniging waarvoor de gedaagde uitkomt meer dan één wedstrijd moet spelen binnen 7 dagen na de diskwalificatie danwel aanzegging van de tuchtzaak, vindt de mondelinge behandeling plaats uiterlijk te 14:00 uur op de dag waarop de ploeghet team voormeld de tweede wedstrijd na de diskwalificatie speelt. Indien het de TGC onmogelijk is om aan dit vormvereiste te voldoen, staat zulks een behandeling van de zaak niet in de weg. De gedaagde is alsdan wel gerechtigd uit te komen in de tweede wedstrijd voormeld, tenzij hij voorlopig is geschorst overeenkomstig artikel A.53.1., van dit reglement. A.27. Ingeval een tuchtzaak aanhangig is gemaakt tegen het bestuur van een vereniging vindt de mondelinge behandeling in principe plaats voordat de eerste wedstrijd is gespeeld volgend op de dag waarop de aangifte door de secretaris van de TGC is ontvangen. A.28. De TGC bepaalt na sluiting van de beraadslagingen het moment waarop zij uitspraak zal doen. De gedaagde is verantwoordelijk voor het kennis kunnen nemen van de uitspraak, ook ingeval de gedaagde de mondelinge behandeling niet heeft bijgewoond. A.29. Een eventueel beroep tegen de uitspraak van de TGC schort de opgelegde straf niet op, tenzij de TGC anders bepaalt. A.30. De bijdrage in de kosten van de behandeling van de tuchtzaak wordt opgelegd aan de vereniging van de gedaagde. De hoogte van de bijdrage in de kosten wordt door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur vastgesteld, tenzij de TGC aannemelijk kan maken dat de kosten hoger zijn als gevolg van de complexiteit van de zaak, de gemaakte (bureau)kosten en de door de TGC bestede tijd. A.31. Voorzover niet strijdig of afwijkend van de voorgaande bepalingen zijn de overige bepalingen van het Reglement Tucht& Geschillenrechtspraak van overeenkomstige toepassing. Indien een bepaling uit deze paragraaf strijdig of afwijkend is met een bepaling uit de overige hoofdstukken van dit reglement, dan prevaleert de desbetreffende bepaling uit deze paragraaf boven de bepaling(en) uit een ander hoofdstuk van dit reglement. Paragraaf II. (Final-four, play off of enig andere als zodanig door de organiserende instantie benoemde bijzondere competitievorm of kampioenschap). A.32. Voor tuchtzaken die hun grondslag vinden in wedstrijden die in de vorm van een final-four, play off of enig andere als zodanig door de organiserende instantie benoemde bijzondere competitievorm of kampioenschap worden gespeeld in de competities van de heren eredivisie (= de hoogste landelijke klasse) vinden de volgende, aanvullende bijzondere bepalingen mede toepassing. A.33. Een tuchtzaak tegen een speler, vervanger, coach, assistent-coach of teamploegbegeleider wordt automatisch aanhangig gemaakt door de diskwalificatie van de betrokkene tijdens de wedstrijd of door de aangifte van de scheidsrechter of NBB-commissaris ingeval van een overtreding in de zin van dit reglement welke overtreding in direct verband staat met de wedstrijd. De betrokkene is alsdan gedaagde. A.34. Een tuchtzaak tegen het bestuur van een vereniging wordt aanhangig gemaakt door de aangifte van de scheidsrechter, de NBB-commissaris of de organiserende instantie. Het bestuur is alsdan gedaagde. A.35. De aangifte als bedoeld in artikel A.33 en A.34 moet binnen 60 minuten na afloop van een wedstrijd aanhangig worden gemaakt bij de voorzitter van de kamer. Een later ingediende aangifte leidt tot niet-ontvankelijkheid. A.36. De voorzitter van de TGC is bevoegd een meervoudige kamer in te stellen welke uiterlijk 3 uren na afloop van de wedstrijd waarbij een tuchtzaak aanhangig is gemaakt een aanvang zal nemen met de mondelinge behandeling van de zaak.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 7
A.37. De voorzitter en zo mogelijk de leden van de kamer zullen de wedstrijd waartoe zij zijn benoemd in beginsel bijwonen. Zij zullen zich melden bij de ontvangende vereniging en/of commissaris. Aan de voorzitter van de kamer en indien aanwezig de overige leden van de kamer dient door de ontvangende vereniging, of indien de wedstrijd op neutraal terrein gespeeld wordt door de organiserende instantie, een zitplaats beschikbaar te worden gesteld in de nabijheid van de jurytafel. A.38. De scheidsrechters en de NBB-commissaris, respectievelijk de aangever, moeten aan de voorzitter van de kamer binnen 60 minuten na afloop van de wedstrijd hun rapportages, respectievelijk de aangifte, houdende de aanklacht, op schrift ter hand te stellen. A.39. Indien een scheidsrechter of een commissaris niet voldoet aan de eis om een rapportage in te sturen, dan kan de TGC besluiten om de scheidsrechter of de commissaris zijn functie gedurende een bepaald aantal wedstrijden of een bepaalde periode niet langer te laten uitvoeren en/of hem een boete op te leggen waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgelegd. A.40. De voorzitter van de kamer zal kopieën van de door hem ontvangen rapportages respectievelijk aangifte, terstond ter hand stellen van de daartoe aangewezen vertegenwoordiger van de vereniging waartoe de gedaagde behoort. De aangewezen vertegenwoordiger van de vereniging is verantwoordelijk dat de gedaagde terstond in kennis wordt gesteld van de rapportages respectievelijk de aangifte. A.41. De gedaagde dient binnen 60 minuten na afgifte door de voorzitter van de kamer van de rapportages respectievelijk de aangifte zijn zienswijzeeen verweerschrift ter hand te stellen van de voorzitter van de kamer. A.42. Een gedaagde die in gebreke blijft een zienswijzeverweerschrift als bedoeld in het vorige lid in te zenden, wordt gestraft met een boete waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld. A.43. Zo mogelijk zal binnen 30 minuten, na ontvangst van de zienswijzehet verweerschrift, door de voorzitter van de kamer een aanvang worden gemaakt met de mondelinge behandeling. Het ontbreken van een rapportage of zienswijzeverweerschrift staat de behandeling van de zaak niet in de weg. A.44. Aan de voorzitter en de leden van de kamer zullen alle benodigde faciliteiten worden verstrekt welke voor een adequate behandeling van de zaak noodzakelijk zijn. A.45. Na sluiting van de mondelinge behandeling doet de TGC uiterlijk na 18 uren uitspraak. Indien het team waarvoor de gedaagde uitkomt of waarover de gedaagde het bestuur vormt eerder dan 18 uren na de sluiting van de mondelinge behandeling zijn volgende wedstrijd speelt, zal de uitspraak uiterlijk 2 uren voor aanvang van die wedstrijd worden gedaan. A.46. De gedaagde is verantwoordelijk voor het kennis kunnen nemen van de uitspraak, ook ingeval de gedaagde de mondelinge behandeling niet heeft bijgewoond. A.47. Een eventueel beroep tegen de uitspraak van de TGC schort de opgelegde straf niet op, tenzij de TGC anders bepaalt. A.48. De bijdrage in de kosten van de mondelinge behandeling van de tuchtzaak wordt opgelegd aan de vereniging van de gedaagde. De hoogte van de bijdrage in de kosten wordt door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur vastgesteld, tenzij de TGC aannemelijk kan maken dat de kosten hoger zijn als gevolg van de complexiteit van de zaak, de gemaakte (bureau)kosten en de door de TGC bestede tijd. A.49. Voorzover niet strijdig of afwijkend van de voorgaande bepalingen zijn de overige bepalingen van het Reglement Tucht& Geschillenrechtspraak van overeenkomstige toepassing. Indien een bepaling uit deze paragraaf strijdig of afwijkend is met een bepaling uit de overige hoofdstukken van dit reglement, dan prevaleert de desbetreffende bepaling uit deze paragraaf boven de bepaling(en) uit een ander hoofdstuk van dit reglement. HOOFDSTUK 5 HET AANHANGIG MAKEN VAN DE ZAAK A.50. Het aanhangig maken van de tuchtzaak 1. Een zaak wordt aanhangig gemaakt door: 1.1.1 de aantekening op het wedstrijdformulier van een diskwalificatie als gevolg van een overtreding van de wedstrijdbepalingen, hetgeen dient te leiden tot verwijdering uit de speelzaal; de betrokkene is alsdan gedaagde; 1.1.2 de organiserende instantie moet in dit geval binnen 3 werkdagen na afloop van de wedstrijd een kopie van het bedoelde wedstrijdformulier per post of e-mail opsturen naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau; 1.1.3 de scheidsrechters moeten binnen 3 werkdagen na afloop van de wedstrijd hun rapportage omtrent het gebeuren dat geleid heeft tot diskwalificatie per post of e-mail insturen naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau; 1.2.1 1.2.2 1.2.3 1.3.1 1.3.2
aangifte bij de TGC door een scheidsrechter of NBB-commissaris van een overtreding zoals genoemd in artikel 11.1 en voorzover deze overtreding plaats heeft gevonden binnen het wedstrijdverband; de betrokkene is alsdan gedaagde; de scheidsrechter of de NBB-commissaris dient in dit geval, voorzover dat mogelijk is, de gedaagde mee te delen wat de reden is van het doen van de aangifte; het gestelde in artikel A.50.1.1.3 is voor het doen van deze aangifte van overeenkomstige toepassing; aangifte door het bestuur of een rayonbestuur van een overtreding zoals genoemd in artikel A.11.1; de aangifte dient binnen 2 maanden nadat de beweerde overtreding heeft plaatsgevonden, per post of e-mail te worden gedaan bij de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau; Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 8
1.3.3 1.3.4 1.3.5 1.4
alvorens de aangifte te doen dient het betreffende bestuur zelf vooronderzoek te doen en informatie te verzamelen omtrent de beweerde overtreding en dit tezamen met een motivatie tegen welk lid of leden van de NBB en om welk feit of feiten een zaak aanhangig wordt gemaakt, aan de TGC te doen toekomen; een eenmaal bij de TGC ingediende aangifte kan niet meer worden ingetrokken; de aangifte geldt als tenlastelegging; de voorzitter van de TGC of de voorzitter van een behandelende kamer indien hem in samenhang met een aanhangig gemaakte tuchtzaak genoegzaam is gebleken dat een lid van de NBB zich schuldig heeft gemaakt aan een overtreding in de zin van dit reglement;
2. De voorzitter van de TGC bepaalt of de TGC bevoegd is van de zaak kennis te nemen en of de zaak ontvankelijk is. Desgewenst kan hij beoordeling van de vraag of de TGC bevoegd is van de zaak kennis te nemen danwel of de zaak ontvankelijk is, verwijzen naar een kamer. 3. De TGC neemt een zaak niet in behandeling indien: a. de beweerde overtreding niet krachtens dit reglement strafbaar is gesteld; alsdan is het aanhangig maken ongegrond; b. de beweerde overtreding niet binnen de vereiste termijn aanhangig is gemaakt, behoudens het bepaalde in A.50.4, of anderszins niet voldaan wordt aan de vormvereisten; alsdan is het aanhangig maken niet ontvankelijk; c. de overtreding wordt behandeld door het Instituut Sportrechtspraak. 4. Ingeval de voorzitter meent dat de zaak niet tijdig aanhangig kon worden gemaakt, bepaalt hij dat de zaak alsnog in behandeling kan worden genomen. 5. Ingeval van onbevoegdheid deelt de voorzitter de organiserende instantie of degene die aangifte heeft gedaan, zo spoedig mogelijk mee, dat de TGC niet bevoegd is de zaak in behandeling te nemen, alsmede dat van deze beslissing beroep openstaat bij de CvB. 6. Indien de geringe ernst van het feit daartoe aanleiding geeft, is de voorzitter van de TGC bevoegd de zaak te seponeren. Indien binnen een jaar opnieuw een zaak aanhangig wordt gemaakt tegen dezelfde gedaagde zal de seponering kunnen gelden als strafverzwarende omstandigheid in de tweede zaak, onverminderd de bevoegdheid van de voorzitter ook de tweede zaak te seponeren. A.51. Overige bepalingen 1. Door de aantekening van een diskwalificatie op het wedstrijdformulier of door de aangifte is de betrokkene in staat van beschuldiging gesteld. De aantekening op het wedstrijdformulier of de aangifte geldt als tenlastelegging. 2.1 De gedaagde of de vereniging wanneer deze zelf gedaagde is, als bedoeld bij artikel A.50 dient per post of e-mail binnen 3 werkdagen na afloop van de wedstrijd zijn zienswijze op het gebeurde te sturen naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau.; 2.2.De vereniging van de gedaagde, indien de vereniging niet zelf gedaagde is, heeft het recht, of de plicht indien zij daartoe wordt verzocht door de TGC, een zienswijze in te zenden binnen 3 werkdagen na afloop van de wedstrijd respectievelijk na ontvangst van het schrijven van de TGC, bij de secretaris van de TGC, per adres van het bondsbureau van de NBB. 2.3. Indien blijkens de gedane aangifte de gedaagde niet door de scheidsrechter of NBB-commissaris in kennis is gesteld van de reden van het doen van een aangifte, dan stelt de secretaris van de TGC gedaagde zo snel mogelijk en in ieder geval binnen 10 werkdagen de gedaagde in kennis van het tegen hem tenlaste gelegde feit. De gedaagde heeft tot 7 werkdagen na dagtekening van het begeleidend schrijven de tijd om zijn zienswijze op te sturen naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau. 3. Het niet of niet tijdig indienen van de rapportages door de scheidsrechters en commissaris respectievelijk de zienswijze door de gedaagde staat behandeling van de zaak niet in de weg. 4. Ingeval van twijfel over het tijdig indienen van de in dit artikel bedoelde bescheiden is artikel A.4 van toepassing. 5. Een gedaagde of de vereniging waarvan gedaagde lid is, indien de vereniging daartoe verzocht is door de TGC, die in gebreke blijft een zienswijze als bedoeld in dit artikel in te zenden, wordt gestraft met een boete waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld. 6.1 Indien een scheidsrechter of commissaris zijn rapportage omtrent het gebeuren met betrekking tot een wedstrijd niet instuurt naar de TGC, kan de TGC besluiten dat de scheidsrechter of commissaris zijn functie gedurende een bepaald aantal wedstrijden of een bepaalde periode niet langer zal mogen uitvoeren en/of hem een boete opleggen waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering, op voorstel van het bestuur, wordt vastgesteld; 6.2 Artikel 51.6.1. is niet van toepassing indien de TGC de rapportage dusdanig van belang vindt om tot een goed oordeel in de betreffende tuchtzaak te kunnen komen. Alsdan verzoekt de TGC de scheidsrechter of commissaris om alsnog diens rapportage in te sturen. Bij het blijven weigeren om een rapportage in te sturen , zal de voorzitter van de TGC vervolgens een tuchtzaak aanhangig maken tegen de bewuste scheidsrechter of commissaris op grond van het geen medewerking verlenen aan c.q. het belemmeren van de rechtsgang binnen de NBB. 7. Indien het een aangifte betreft die gedaan is door het bestuur of een rayonbestuur zoals vermeld in artikel A.50.1.3, zendt de secretaris van de TGC zo snel mogelijk en in ieder geval binnen 10 werkdagen een exemplaar van de aangifte, met eventuele bijlagen, naar de gedaagde. Deze heeft tot 7 werkdagen na dagtekening van het begeleidend schrijven de tijd om een verweerschrift in te zenden naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau;
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 9
8. Bij het aanhangig maken door de voorzitter van de TGC of de voorzitter van een behandelende kamer zoals vermeld in artikel A.50.1.4 stelt de secretaris van de TGC zo snel mogelijk en in ieder geval binnen 10 werkdagen de gedaagde in kennis van het tegen hem tenlaste gelegde feit. De gedaagde heeft tot 7 werkdagen na dagtekening van het begeleidend schrijven de tijd om zijn zienswijze op te sturen naar de secretaris van de TGC, per adres het bondsbureau. A.52. Diskwalificatie bij wedstrijden tijdens de Nederlandse kampioenschappen en bekertoernooien. 1. Voor tuchtzaken die hun grondslag vinden in wedstrijden tijdens de Nederlandse jeugdkampioenschappen of een bekertoernooi vinden de volgende bijzondere bepalingen mede toepassing. 2. Een tuchtzaak tegen een speler, vervanger, coach, assistent-coach of teamploegbegeleider wordt automatisch aanhangig gemaakt door de diskwalificatie van de betrokkene tijdens de wedstrijd of door de aangifte van de scheidsrechter ingeval van een overtreding in de zin van het reglement welke overtreding in direct verband staat met de wedstrijd. De betrokkene is alsdan gedaagde. 3. De in artikel A.52.2 genoemde gedaagde is automatisch geschorst om deel te nemen aan de eerste wedstrijd van de ploeghet team waarvoor hij uitkomt, volgend op de wedstrijd waarin de diskwalificatie plaatsvond of waarmee het aanhangig maken van de zaak in direct verband stond. A.53. Bijzondere maatregelen (voorlopige schorsing/opschortende werking) 1. Indien de ernst van de zaak daartoe aanleiding geeft, is de voorzitter van de TGC bevoegd om voor de behandeling van de zaak een voorlopige schorsing op te leggen, behalve wanneer de gedaagde een vereniging is. Deze voorlopige schorsing blijft van kracht tot en met het tijdstip waarop in de desbetreffende zaak uitspraak wordt gedaan, maar vervalt in ieder geval vier weken nadat ze is opgelegd. 2. Indien tegen een uitspraak in een zaak, waarin voor de behandeling een voorlopige schorsing is opgelegd, beroep wordt ingesteld, heeft dat beroep geen opschortende werking, tenzij de TGC anders bepaalt en onverminderd het recht tegen deze beslissing in beroep te gaan bij de CvB. 3. Naast de in lid 1en 2 genoemde gevallen kan de TGC een opschortende werking aangeven, indien de ernst van de zaak daartoe aanleiding geeft, ook als er geen voorlopige schorsing is geweest. 4. Indien tegen een uitspraak van een meervoudige kamer in een zaak beroep wordt aangetekend, heeft dat beroep geen opschortende werking, tenzij de TGC anders bepaalt. Indien tegen een uitspraak van een enkelvoudige kamer in een zaak beroep wordt aangetekend, heeft dat beroep opschortende werking tenzij de TGC anders beslist. HOOFDSTUK 6 BEHANDELING A.54. Behandeling van de zaak 1. Een zaak wordt schriftelijk of mondeling behandeld. 2. Schriftelijke behandeling (zowel in enkelvoudige als meervoudige kamer) vindt plaats indien de voorzitter van de TGC van oordeel is dat er voldoende bescheiden zijn om tot een afgewogen oordeel te komen en de gedaagde geen verzoek tot mondelinge behandeling heeft gedaan. 3. Mondelinge behandeling vindt plaats: a. op verzoek van de gedaagde; een dergelijk verzoek dient te worden gedaan tegelijk met het indienen van een zienswijze of verweerschrift; b. op last van de voorzitter. 4. De voorzitter bepaalt datum, plaats en tijd van de mondelinge behandeling. Termijnoverschrijding door de TGC maakt haar niet onbevoegd de zaak in behandeling te nemen. De secretaris stelt de gedaagde en degene die aangifte heeft gedaan per post of e-mail hiervan in kennis en zendt een afschrift naar de vereniging waarvan de gedaagde lid is. 5. Indien tegen meer gedaagden terzake van de zelfde overtreding of samenhangende overtredingen tuchtzaken aanhangig zijn gemaakt, beslist de voorzitter of die zaken gezamenlijk of afzonderlijk zullen worden behandeld. 6. Ter uitvoering van haar taak kan de TGC de medewerking vragen van alle NBB organen-instanties, NBB-leden en door de NBB erkende verenigingen die verplicht zijn die medewerking te verlenen, hieronder wordt ook begrepen het optreden als getuige. 7. Gedaagde heeft het recht om een kwartier voorafgaand aan de mondelinge behandeling van zijn zaak, inzage te krijgen in alle relevante stukken met betrekking tot zijn zaak. 8. a. Indien de gedaagde niet verschenen is, gaat de TGC na of hij behoorlijk is opgeroepen. Heeft geen behoorlijke oproeping plaatsgevonden of meent de TGC om een andere reden dat uitstel van behandeling wenselijk is, dan stelt zij de behandeling uit, waarvan de gedaagde schriftelijk in kennis wordt gesteld, terwijl de gedaagde vervolgens opnieuw zal worden opgeroepen. b. Indien een door de TGC belangrijk geachte getuige niet is verschenen kan de TGC bepalen dat de behandeling geheel of gedeeltelijk zal worden uitgesteld, in welk geval de gedaagde opnieuw zal worden opgeroepen. 9. De TGC kan getuigen oproepen. Deze zijn verplicht te verschijnen tenzij zij van de voorzitter van de TGC dan wel de voorzitter van de kamer die de zaak behandelt, toestemming hebben verkregen op andere wijze een verklaring af te leggen. Een getuige die zonder toestemming niet verschijnt, kan door de TGC worden gestraft conform artikel A.57.1 van dit reglement. 10. Tijdens de mondelinge behandeling kan de gedaagde zich voor eigen rekening laten vergezellen door getuigen en zich doen bijstaan door een wettelijk vertegenwoordiger indien het een minderjarige betreft, en door een raadgever. De raadgever zal in de gelegenheid worden gesteld het woord te voeren, nadat de gedaagde en eventuele getuigen zijn gehoord. De gedaagde mag niet de beantwoording van bepaalde vragen overlaten aan zijn raadgever, noch de beantwoording laten afhangen van zijn toestemming. Indien de raadgever een advocaat is dan gelden hier de procedures die voor deze raadgever in Nederland gebruikelijk zijn. Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 10
11. Gedurende de mondelinge behandeling van de zaak worden de gedaagde en zijn raadgever in kennis gesteld van de zakelijke inhoud van alle bescheiden, zienswijze en dergelijke, die op de zaak betrekking hebben tenzij naar het oordeel van de voorzitter van de kamer gewichtige redenen zich daartegen verzetten. Dit oordeel dient te worden gemotiveerd en kan grond opleveren voor een beroep tegen de eindbeslissing. 12. De TGC is vrij in het accepteren van bewijsmiddelen. 13. De gedaagde heeft het recht de voorzitter van de kamer te verzoeken aan een getuige vragen te stellen met betrekking tot de zaak. 14. De gedaagde behoeft niet te antwoorden op de aan hem gestelde vragen. Het staat de kamer vrij een dergelijke weigering uit te leggen zo zij wil. 15. Gedaagde zowel als getuigen worden alleen tijdens de mondelinge behandeling ondervraagd. 16. Behandeling van een zaak geschiedt in de Nederlandse taal tenzij de voorzitter anders beslist. Gedaagde kan op eigen initiatief en op eigen kosten een tolk inschakelen. A.55. Schorsing c.q. sluiting van de behandeling 1. Indien de TGC meent hetzij ten tijde van de behandeling hetzij na de sluiting daarvan (doch voor de uitspraak) nadere gegevens nodig te hebben, kan zij in afwachting daarvan de behandeling schorsen, dan wel indien de behandeling al is gesloten, heropenen. 2. Het in het vorige lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing indien de CvB verwezen heeft overeenkomstig het bepaalde bij A.61. 3. Indien de TGC meent ter beoordeling van de zaak alle benodigde gegevens te hebben verkregen sluit zij de behandeling, behoudens het bepaalde bij A.55.1. A.56. Uitspraak 1. Na de sluiting van de behandeling en na afloop van de beraadslagingen wordt de summiere inhoud van de uitspraak bekend gemaakt, tenzij de TGC besluit de behandeling op een volgende zitting voort te zetten of de uitspraak tot een later tijdstip te verdagen. De voorzitter van de kamer deelt in dat geval de gedaagde mee op welke wijze hij de uitspraak dient te vernemen. Alle termijnen beginnen te lopen vanaf het moment dat de gedaagde in de gelegenheid is geweest de uitspraak te vernemen, ongeacht of hij daadwerkelijk van deze gelegenheid heeft gebruik gemaakt. 2. De uitspraak is met redenen omkleed en geeft aan of sprake is van strafoplegging overeenkomstig artikel A.57 of van vrijspraak of van niet ontvankelijkheid of van sepot. Zij wordt door de kamer, die de zaak heeft behandeld, op schrift gesteld en door de voorzitter van de kamer ondertekend. Tevens wordt in de uitspraak de samenstelling van de kamer omschreven. Daarna wordt de uitspraak zo spoedig mogelijk doorgezonden naar de secretaris van de TGC, die zorgdraagt voor medeondertekening door hem of de voorzitter van de TGC. De secretaris zorgt voor toezending van de uitspraak per post of e-mail overeenkomstig A.9.2 en voor publicatie van een uittreksel van de uitspraak in de Basketball Info.Officiële NBB-Info. 3. a. Voorzover de uitspraak van de TGC strafoplegging inhoudt, wordt aan de gedaagde een bijdrage in de kosten van de behandeling opgelegd, waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het Bondsbestuur wordt vastgesteld, tenzij de TGC aannemelijk kan maken dat de kosten hoger zijn als gevolg van de complexiteit van de zaak, de gemaakte (bureau)kosten en de door de TGC bestede tijd. b. Indien een oorspronkelijk gedaagde in beroep komt bij de burgerlijke rechter van een uitspraak van de TGC, de CvB, het Bondsbestuur of de Algemene Vergadering, is de oorspronkelijk gedaagde, ingeval de burgerlijke rechter de gevraagde voorziening of veroordeling weigert of afwijst, gehouden de door de NBB gemaakte kosten, naast een eventuele proceskostenveroordeling, geheel te vergoeden. Wordt de gevraagde voorziening of veroordeling gedeeltelijk toegewezen, dan is de oorspronkelijk gedaagde gehouden 50% van de door de NBB gemaakte kosten te vergoeden. HOOFDSTUK 7 STRAFFEN A.57. Straffen 1. Als straf kan worden opgelegd: a. aan natuurlijke personen die lid zijn van de NBB 1. berisping; 2. geldboetes; 3. schuldigverklaring zonder strafoplegging; 4. verlies van het recht tot deelname aan wedstrijden voor een bepaalde periode, respectievelijk tot deelname aan bepaalde wedstrijden; 5. verbod tot het bekleden van bepaalde functies in de NBB, haar rayons of bij de door de NBB erkende verenigingen voor een bepaalde periode; 6. schorsing als lid van de NBB voor een bepaalde periodes; 7. ontzetting (=royement)uit het lidmaatschap van de NBB, overeenkomstig artikel 6.4.van de statuten 8. gebod iets te doen of na te laten; b. aan alle overige leden en verenigingen 1. berisping; 2. geldboetes; 3. schuldigverklaring zonder strafoplegging; 4. de verplichting een aantal wedstrijden zonder publiek te (doen) spelen, eventueel voor een bepaalde Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 11
periode; verlies van wedstrijdpunten verlies van het recht tot deelname aan bepaalde wedstrijden eventueel voor een bepaalde periode; verbod tot het laten bekleden van bepaalde functies door bepaalde personen voor een bepaalde periode; het voor een bepaalde periode ontnemen van rechten, welke een vereniging toekomen op grond van de statuten en reglementen van de NBB; en/of de rayons waartoe zij behoort; 9. gebod iets te doen of na te laten. Bij de vaststelling van boetes kunnen vaste bedragen dan wel maximum bedragen worden bepaald. Straffen als bedoeld in artikel A.57.1.a. 1. tot en met 4. kunnen individueel aan een lid of aan meerdere leden worden opgelegd en/of aan de ploeghet team waartoe dat lid c.q. die leden behoren. Straffen kunnen zowel in combinatie als voorwaardelijk worden opgelegd. Een combinatie van een opzegging of ontzetting uit het lidmaatschap, met een andere straf is niet mogelijk. Bij een eerdere tuchtzaak voorwaardelijk opgelegde straffen kunnen bij een volgende tuchtzaak omgezet worden in onvoorwaardelijke strafoplegging en opgelegd worden naast een eventuele sanctie in de nieuwe zaak. Tegen de door de TGC opgelegde straffen als in dit artikel genoemd, staat beroep open bij de CvB. Verenigingen zijn verplicht diegenen van haar leden die uit hoofde van een schorsing of door ontzetting geen (volwaardig) lid van de NBB meer kunnen zijn onmiddellijk dienovereenkomstig te schorsen of uit het lidmaatschap te ontzetten. Ieder jaar, zo mogelijk voor het begin van het seizoen, worden door de TGC de normen gepubliceerd in de Basketball InfoOfficiële NBB-Info, welke zij zal hanteren bij de strafoplegging. Tevens vindt dan publicatie plaats van de hoogte van de boetes geldend voor de periode daarna tot een nieuwe publicatie volgt. Voor strafoplegging in dopingzaken wordt verwezen naar hetgeen hierover is gesteld in het Dopingreglement van de NBB. Deelname aan wedstrijden Onder deelname aan wedstrijden wordt verstaan: a. het als speler vermeld staan op het wedstrijdformulier; b. het functioneren als (assistent-)coach; c. het functioneren als jurylid/tafelfunctionaris; d. het functioneren als scheidsrechter; e. het functioneren als commissaris; f. het zich, in welke hoedanigheid dan ook, bevinden in de onmiddellijke omgeving van spelersbanken en jurytafel en/of in contact staan met een teamploeg/speler. Het in A.57.1.a.4 genoemde verlies van het recht tot deelname aan wedstrijden kan worden opgelegd voor een of meer van de in A.58.1. genoemde gevallen. 5. 6. 7. 8.
2. 3.
4. 5. 6. 7. A.58. 1.
2.
HOOFDSTUK 8 RECHTSMIDDELEN A.59. Beroep (Appel), Voorwaarden 1.1.Met inachtneming van het bepaalde in A.50 kan van elke uitspraak van de TGC in tuchtzaken, door hetzij de gedaagde bij die zaak, hetzij degene die aangifte heeft gedaan (met uitzondering van de scheidsrechter(s) en commissaris) met inachtneming van het bepaalde in artikel A.59.1.3., beroep worden ingesteld bij de CvB, binnen zeven werkdagen nadat hij daarvan kennis heeft genomen of redelijkerwijze kennis had kunnen nemen. 1.2.Met inachtneming van het vorenstaande is het mogelijk dat de vereniging waarvan de appellant lid is, beroep aantekent, mits de appellant hiermee door medeondertekening van het beroepsschrift of via afzonderlijk schrijven, heeft ingestemd. 1.3.Indien degene die aangifte heeft gedaan de scheidsrechter is, kan -wanneer er in de uitspraak van de TGC een vergrijp is vastgesteld tegen de persoon van die scheidsrechter- beroep worden aangetekend door het bestuurde Competitie Organiserende Eenheid waaronder de wedstrijd valt, waarin het vergrijp heeft plaatsgevonden. 1.4.In geval van twijfel over het tijdig indienen van de in dit artikel bedoelde bescheiden is artikel A.4. van toepassing. 2. Het beroep door een gedaagde schort de werking van de beslissing van de TGC op tenzij de TGC bij de beslissing heeft bepaald dat een eventueel beroep geen opschortende werking heeft of dat dit voortvloeit uit het bepaalde bij A.53. Een beroep als bedoeld in artikel A.59. 1 3. schort de werking van de beslissing van de TGC niet op. 3. Een eenmaal ingesteld beroep kan niet meer worden ingetrokken indien en zodra degene waartegen een zaak aanhangig is gemaakt handelingen heeft gepleegd of heeft kunnen plegen die volgens de beslissing van de TGC niet mogelijk zouden zijn geweest. 4. Het beroep dient aanhangig gemaakt te worden door middel van een schrijven aan de CvB, per adres het bondsbureau. Het beroepsschrift dient in te houden de bezwaren tegen de beslissing van de TGC en dient zoveel mogelijk vergezeld te gaan van de op de zaak betrekking hebbende stukken. Indien het beroepsschrift niet binnen de gestelde termijn op het bondsbureau is ontvangen kan de CvB besluiten het beroep niet ontvankelijk te verklaren. 5. Gelijktijdig met het instellen van het beroep wordt een waarborgsom verschuldigd, welke door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld. Deze waarborgsom wordt automatisch met het instellen van het beroep in debet gesteld bij de vereniging waarvan de appellant lid is. Indien appellant geen lid is van een vereniging wordt de waarborgsom automatisch in debet gesteld bij het rayon waarvan het lid is, danwel bij de NBB. indien de betrokkene geen lid is van een vereniging of rayon. Indien appellant een vereniging of rayon is wordt de waarborgsom automatisch bij deze in debet gesteld. De rayons van de NBB zijn bevoegd de waarborgsommen die aan hun in debet worden gesteld ten behoeve van hun eden aan deze leden door te belasten. 6. Het beroep wordt niet in behandeling genomen, en de waarborgsom blijft verschuldigd, indien de appellant overeenkomstig het bepaalde in lid 3 van dit artikel zijn beroep niet meer kan intrekken. Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 12
7. Indien het beroep niet-ontvankelijk is in verband met vormfouten van een appellant, dan houdt de opschortende werking op en gaat de straf en proeftijd in op een door de CvB te bepalen datum. 8. Wordt het beroepsschrift niet ontvankelijk verklaard, of wordt de appellant volledig in het ongelijk gesteld, dan is de waarborgsom verbeurd. In de overige gevallen wordt de waarborgsom niet in rekening gebracht. 9. Aan de in het ongelijk gestelde partij kan een tegemoetkoming in de kosten van de behandeling worden opgelegd. A.60. Beroep, behandeling 1. Zo spoedig mogelijk na ontvangst van het beroepsschrift vraagt de CvB bij de TGC alle op de zaak betrekking hebbende stukken op. 2. De CvB stelt een nieuw onderzoek in. 3. De CvB kan om moverende redenen de werking van de beslissing van de TGC opschorten. Dit wordt onmiddellijk aan belanghebbenden meegedeeld (appellant, diens vereniging, de competitieorganiserende instantieCompetitie Organiserende Eenheid). 4. Een zaak wordt schriftelijk of mondeling behandeld. 5. Schriftelijke behandeling vindt plaats indien de voorzitter van oordeel is dat er voldoende bescheiden zijn om tot een afgewogen oordeel te komen en de appellant geen verzoek tot mondelinge behandeling heeft gedaan. 6. Mondelinge behandeling vindt plaats: a. op verzoek van de appellant; een dergelijk verzoek dient te worden gedaan tegelijk met het indienen van het beroepsschrift. b. op last van de voorzitter. 7. De voorzitter bepaalt zo spoedig mogelijk na ontvangst van het beroepsschrift de dag van behandeling, indien niet wordt volstaan met een schriftelijke afdoening. De secretaris stelt de appellant en degene die de aangifte bij de TGC heeft gedaan of, indien degene die aangifte heeft gedaan bij de TGC appellant is, de gedaagde hiervan in kennis en zendt een afschrift naar de vereniging waarvan de appellant c.q. de gedaagde lid is. 8. Ter uitvoering van haar taak kan de CvB de medewerking vragen van alle NBB organen-instanties, NBB-leden en door de NBB erkende verenigingen, die verplicht zijn hun medewerking te verlenen, hieronder wordt ook begrepen het optreden als getuige. 9. a . Indien de appellant niet verschenen is, gaat de CvB na of hij behoorlijk is opgeroepen. Heeft geen behoorlijke oproeping plaats gevonden of meent de CvB om een andere reden dat uitstel van behandeling wenselijk is, dan stelt zij de behandeling uit, waarvan de appellant en degene die aangifte bij de TGC heeft gedaan of, indien degene die aangifte heeft gedaan bij de TGC appellant is, de gedaagde schriftelijk in kennis worden gesteld terwijl de appellant vervolgens opnieuw zal worden opgeroepen. b. Indien een door de CvB belangrijk geachte getuige niet is verschenen kan de CvB bepalen dat de behandeling geheel of gedeeltelijk zal worden uitgesteld, in welk geval de appellant en degene die aangifte heeft gedaan of, indien degene die aangifte heeft gedaan bij de TGC appellant is, de gedaagde opnieuw zullen worden opgeroepen. 10. De CvB kan getuigen oproepen. Deze zijn verplicht te verschijnen tenzij zij van de voorzitter van de CvB toestemming hebben verkregen op een andere wijze een verklaring af te leggen. Een getuige die zonder toestemming niet verschijnt, kan door de CvB worden gestraft conform artikel A.57.1 van dit reglement.. 11. Tijdens de mondelinge behandeling kan de appellant zich voor eigen rekening laten vergezellen door getuigen en zich doen bijstaan door een wettelijk vertegenwoordiger indien het een minderjarige appellant betreft, en door een raadgever. De raadgever zal in de gelegenheid worden gesteld het woord te voeren, nadat de appellant en eventuele getuigen zijn gehoord. De betrokkene mag niet de beantwoording van bepaalde vragen overlaten aan zijn raadgever, noch de beantwoording laten afhangen van zijn toestemming. Indien de raadgever een advocaat is dan gelden hier de procedures die voor deze raadgever in Nederland gebruikelijk zijn. 12. Gedurende de mondelinge behandeling van de zaak worden de appellant en zijn raadgever in kennis gesteld van de zakelijke inhoud van alle bescheiden, zienswijzen en dergelijke, die op de zaak betrekking hebben tenzij naar het oordeel van de voorzitter gewichtige redenen zich daartegen verzetten. Dit oordeel dient te worden gemotiveerd. 13. De CvB is vrij in het accepteren van bewijsmiddelen. Het toelaten van een middel tot bewijs is een beslissing, waarop in andere hiervan losstaande zaken geen beroep kan worden gedaan. 14. De appellant heeft het recht de voorzitter te verzoeken aan een getuige vragen te stellen met betrekking tot de zaak. Een dergelijk verzoek kan niet worden geweigerd. 15. Een appellant behoeft niet te antwoorden op de aan hem gestelde vragen. Het staat de CvB vrij een dergelijke weigering uit te leggen zo zij wil. 16. Appellant zowel als getuigen worden alleen tijdens de zitting ondervraagd. 17. Behandeling van een zaak geschiedt in de Nederlandse taal tenzij de voorzitter anders beslist. Appellant kan op eigen initiatief en op eigen kosten een tolk inschakelen. A.61. Beroep, verwijzing De CvB is bevoegd een zaak terug te verwijzen naar de TGC, indien de CvB meent dat de stukken welke op de zaak betrekking hebben niet volledig zijn of niet volledig bij de behandeling door de TGC in eerste aanleg beschikbaar waren, alsmede wanneer bij de behandeling in beroep nieuwe feiten naar voren komen. A.62. Beroep, schorsing c.q. sluiting van de behandeling 1. Indien de CvB meent hetzij ten tijde van de behandeling, hetzij na de sluiting daarvan, nadere gegevens nodig te hebben, kan zij in afwachting daarvan de behandeling schorsen, danwel indien de behandeling al gesloten is, heropenen.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 13
2. Het in het vorige lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing indien de CvB verwezen heeft overeenkomstig A.61. 3. Indien de CvB meent ter beoordeling van de zaak alle benodigde gegevens te hebben verkregen sluit zij de behandeling. A.63. Beroep, uitspraak 1. Na de sluiting van de zitting en na afloop van de beraadslagingen wordt de summiere inhoud van de uitspraak bekend gemaakt, tenzij de CvB besluit de behandeling op een volgende zitting voort te zetten of de uitspraak tot een later tijdstip te verdagen. De voorzitter deelt in dat geval de appellant mee op welke wijze hij de uitspraak dient te vernemen. Alle termijnen beginnen te lopen vanaf het moment dat de appellant in de gelegenheid is geweest de uitspraak te vernemen, ongeacht of hij daadwerkelijk van deze gelegenheid heeft gebruik gemaakt. 2. De uitspraak is met redenen omkleed. Zij wordt door de CvB op schrift gesteld en door de voorzitter ondertekend. Tevens worden in de uitspraak vermeld de namen van de leden van de CVB die tot de uitspraak zijn gekomen. Daarna wordt de uitspraak toegezonden overeenkomstig A.9.2. en wordt voor publicatie gezorgd van een uittreksel van de uitspraak in de Basketball InfoOfficiële NBB-Info. 3. Voorzover de uitspraak strafoplegging inhoudt, kan aan de gedaagde een tegemoetkoming in de kosten van de behandeling worden opgelegd, waarvan de hoogte door de Algemene Vergadering op voorstel van het Bondsbestuur wordt vastgesteld, tenzij de CvB aannemelijk kan maken dat de kosten hoger zijn als gevolg van de complexiteit van de zaak, de gemaakte (bureau)kosten en de door de CvB bestede tijd. 4. De CvB kan de uitspraak van de TGC bekrachtigen, vernietigen of gedeeltelijk vernietigen en wijzigen, al dan niet met instandhouding van de gronden waarop de beslissing in eerste aanleg steunde. Ingeval van (gedeeltelijke) vernietiging doet de CvB zelf in hoogste instantie uitspraak, behoudens het bepaalde bij A.61. 5. Een uitspraak van de CvB waarbij een uitspraak van de TGC geheel of gedeeltelijk wordt vernietigd, casu quo wordt gewijzigd, geeft op zich noch de appellant, noch degene die aangifte heeft gedaan, noch derden recht op schadevergoeding. A.64. Herziening (Revisie) 1. Herziening van een uitspraak waarbij een straf door de CvB of de TGC is opgelegd, kan uitsluitend worden aangevraagd op grond van enige omstandigheid, die bij de behandeling van de zaak niet was gebleken om redenen die niet aan de indiener van het verzoek tot herziening kunnen worden toegerekend, en die ernstig het vermoeden doet ontstaan, dat ware zij bekend geweest zij tot vrijspraak of een minder zware straf of maatregel zou hebben geleid. 2. a. De aanvraag tot herziening wordt ingediend door degene die op grond van A.59.1 bevoegd is om een beroep in te stellen bij de CvB, door brief, fax of e-mail, per adres bondsbureau. b. De aanvraag vermeldt de omstandigheid waarop zij steunt met opgave van de bewijsmiddelen, waaruit van die omstandigheid kan blijken, alsmede de reden dat die omstandigheid bij de behandeling van het feit dat tot de straf of maatregel heeft geleid, niet aan de orde is gesteld. c. Gelijktijdig met het indienen van de aanvraag tot herziening wordt een waarborgsom verschuldigd, welke door de Algemene Vergadering op voorstel van het bestuur wordt vastgesteld. Deze waarborgsom wordt automatisch in debet gesteld bij de aanvrager of de vereniging waarvan de aanvrager lid is. 3. Bij de beslissing over de ontvankelijkheid van een aanvraag om herziening kan door de CvB in bijzondere gevallen worden besloten, dat hangende het nieuwe onderzoek, de straf of maatregel niet (verder) ten uitvoer wordt gelegd. 4. Is de CvB van oordeel, dat de aanvraag om een herziening tot een nieuwe behandeling dient te leiden, dan verwijst zij de zaak naar de commissie die destijds de aangevochten uitspraak heeft gedaan. A.65. Gratie 1. Het Bondsbestuur heeft het recht gehele of gedeeltelijke gratie te verlenen van opgelegde straffen en maatregelen. 2. Verzoekschriften om vermindering, omzetting of kwijtschelding van straffen en maatregelen moeten, met redenen omkleed, worden ingediend bij het Bondsbestuur. 3. Een verzoek tot gratie wordt niet eerder in behandeling genomen, dan nadat: a. geen beroepsmogelijkheid meer openstaat; b. de helft van de opgelegde straf of maatregel is ondergaan; c. de uitspraak niet vatbaar is voor herziening. 4. In gevallen waarin de gestrafte uit het lidmaatschap is ontzet, wordt een verzoek om gratie niet eerder in behandeling genomen dan na verloop van een termijn van tien jaar na de desbetreffende uitspraak. 5. In gevallen waarin de gestrafte is geschorst voor een periode korter dan vijf jaar, zomede waarin de gestrafte bepaalde functies niet mag bekleden, wordt een verzoek om gratie niet eerder in behandeling genomen dan na verloop van een termijn van een jaar na de desbetreffende uitspraak. 56. Een verzoek tot gratie schort de tenuitvoerlegging van de opgelegde straf of maatregel niet op. 67. Alvorens over een verzoekschrift te beslissen wint het Bondsbestuur het advies in van de commissie die de desbetreffende uitspraak heeft gedaan. 78. Indien gratie wordt verleend kan het Bondsbestuur het restant van de straf geheel of gedeeltelijk voorwaardelijk opleggen of anderszins voorwaarden stellen. 89. Een besluit tot gratie wordt gepubliceerd in de Basketball Infoofficiële NBB-Info A.66. Court of Arbitration for Sport (CAS), gevestigd te Lausanne (Zwitserland) Het staat gestraften vrij om, na uitputting van de rechtsmiddelen van de NBB, beroep aan te tekenen bij het CAS.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 14
HOOFDSTUK 9 TENUITVOERLEGGING A.67. 1. De besturen van de NBB, van de rayons en van de verenigingenclubs zijn ieder binnen het kader van hun bevoegdheden, belast met de tenuitvoerlegging van de in het kader van dit reglement opgelegde straffen en maatregelen, alsmede met de controle op de naleving. Hierbij is elk bestuur met name verantwoordelijk voor diegenen die specifiek onder zijn organisatie-eenheid vallen. Daarnaast blijft het Bondsbestuur volledig bevoegd. Indien door een desbetreffend bestuur in onvoldoende mate wordt gereageerd, kan er sprake zijn van omstandigheden op grond waarvan een tuchtzaak kan worden ingesteld. 2. Indien een gestrafte zich aan de door de TGC opgelegde maatregelen onttrekt,zal door de voorzitter van de TGC een tuchtzaak tegen hem aanhangig gemaakt worden. Daarnaast kan de voorzitter van de TGC een tuchtzaak aanhangig maken tegen de vereniging waarvan de gestrafte lid is. 3. Indien een lid, een vereniging of een NBB orgaan-instantie zich aan de uitspraak van de TGC of CvB onttrekt, is het bestuur bevoegd straffen als bedoeld in A.57.1 op te leggen, totdat het desbetreffende lid of vereniging of NBB orgaaninstantie aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Tegen dit besluit staat geen beroep open.
B. ARBITRAGE- EN GESCHILLENRECHTSPRAAK HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN B.1. 1. Er wordt onderscheid gemaakt in arbitragerechtspraak en geschillenrechtspraak. 2. Arbitragerechtspraak vindt plaats bij verschil van mening tussen verenigingen onderling en tussen een vereniging en haar leden. Beslechting geschiedt in de vorm van een bindend advies waaraan partijen zich dienen te houden; beroep bij de CvB is dan ook niet mogelijk. 3. Geschillenrechtspraak vindt plaats bij geschillen tegen NBB organen-instanties (niet zijnde de commissies met een rechtsprekende taak). Beslechting geschiedt door een beslissing van de CvB waaraan betrokken partijen zich dienen te houden. 4. Indien een partij zich niet houdt aan de desbetreffende uitspraak kan door de wederpartij nakoming worden geëist bij de burgerlijke rechter, onverminderd het bepaalde bij A.67 hetgeen van overeenkomstige toepassing wordt verklaard. De kosten van de nakoming, in de meest ruime zin des woords, komen voor rekening van de niet-nakomende partij. HOOFDSTUK 2 ARBITRAGERECHTSPRAAK TUSSEN VERENIGINGEN B.2. Algemene bepalingen 1. Verschillen van mening tussen verenigingen worden in eerste en enige aanleg beslecht door de TGC. 2. De verschillen van mening zullen: a. hetzij gebaseerd zijn op en voortvloeiend uit de statuten en reglementen van de NBB; b. hetzij anderszins zijn ontstaan. 3. De verschillen van mening sub.2.a voormeld betreffen het niet, niet tijdig of niet voldoende voldoen aan verplichtingen direct of indirect voortvloeiende uit de statuten en reglementen van de NBB of daarop gebaseerde onderlinge overeenkomsten. Deze verschillen van mening kunnen alleen worden aanhangig gemaakt door de partij(en), die rechtstreeks in zijn (hun) belangen is (zijn) getroffen, echter niet dan nadat partijen er niet in zijn geslaagd binnen een redelijke termijn een minnelijke schikking te treffen. 4. De verschillen van mening sub.2.b betreffen de onderlinge rechten en verplichtingen van verenigingen. Deze verschillen van mening worden beslecht bij wijze van opgedragen rechtsmacht en kunnen derhalve slechts aanhangig worden gemaakt door beide partijen gezamenlijk, middels een schriftelijke opdracht aan de TGC om hun verschil van mening te beslechten. B.3. Behandeling 1. De verschillen van mening gebaseerd op B.2.2.a a. Deze verschillen van mening worden aanhangig gemaakt door de direct in zijn belangen getroffen partij door middel van een verzoekschrift aan de TGC. Het verzoekschrift dient een deugdelijke omschrijving in te houden van het verschil van mening en dient vergezeld te gaan van de nodige bescheiden. De wederpartij van de vereniging die het verschil van mening aanhangig heeft gemaakt is verplicht mee te werken aan de behandeling van het verschil van mening. b. Gelijktijdig met het aanhangig maken van het verschil van mening wordt een waarborgsom verschuldigd, welke door de Algemene Vergadering, op voorstel van het bestuur, wordt vastgesteld. Deze waarborgsom wordt automatisch met het aanhangig maken van het verschil van mening in debet gesteld bij de vereniging die het verschil van mening aanhangig heeft gemaakt. c. Wordt de vereniging, die het verschil van mening aanhangig heeft gemaakt, in haar vordering niet ontvankelijk verklaard, dan wel volledig in het ongelijk gesteld, dan is de waarborgsom verbeurd. In de overige gevallen wordt de waarborgsom gerestitueerd. d. Overigens kan aan de in het ongelijk gestelde partij een tegemoetkoming in de kosten van behandeling worden opgelegd. e. De uitspraak inzake het verschil van mening wordt niet gepubliceerd. Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 15
2. De verschillen van mening gebaseerd op B.2.2.b a. Deze verschillen van mening kunnen slechts aanhangig worden gemaakt, indien beide partijen de beslechting van hun verschillen van mening aan de TGC opdragen. Deze opdracht dient schriftelijk te zijn en gezamenlijk te geschieden en voorzien te zijn van de nodige bescheiden, waaruit het verzoekde zienswijze van ieder der partijen blijkt. Een waarborgsom is niet verschuldigd. b. De behandeling van deze verschillen van mening vindt plaats op basis van hoor en wederhoor zoveel mogelijk volgens de richtlijnen voor behandeling van zaken als omschreven in A.54 en volgende, met dien verstande dat er nu geen gedaagde is. c. De uitspraak in een dergelijk verschil van mening kan slechts strekken tot een – partijen bindende – vaststelling van rechten en plichten en kan met name geen strafoplegging inhouden. Publicatie van de uitspraak blijft achterwege. HOOFDSTUK 3 ARBITRAGERECHTSPRAAK TUSSEN EEN VERENIGING EN HAAR LEDEN B.4. Algemene bepalingen 1. Verschillen van mening tussen een vereniging en een of meer van zijn leden kunnen aanhangig worden gemaakt bij de TGC door beide partijen afzonderlijk en/of gezamenlijk door middel van een schriftelijke opdracht om hun verschil van mening te beslechten. B.5. Behandeling 1. De stukken strekkende tot het aanhangig maken van een verschil van mening dienen voorzien te zijn van de nodige bescheiden, waaruit het verzoekde zienswijze van ieder der partijen blijkt. Een waarborgsom is niet verschuldigd. 2. De behandeling van deze verschillen van mening vindt plaats op basis van hoor en wederhoor zoveel mogelijk volgens de richtlijnen voor behandeling van zaken als omschreven in A.54 en volgende, met dien verstande dat er nu geen gedaagde is. 3. De uitspraak in een dergelijk verschil van mening kan slechts strekken tot een – partijen bindende – vaststelling van rechten en plichten en kan met name geen strafoplegging inhouden. Publicatie van de uitspraak blijft achterwege. HOOFDSTUK 4 GESCHILLENRECHTSPRAAK TEGEN NBB ORGANEN-INSTANTIES B.6. Algemene bepalingen 1. Geschillen tussen NBB organen-instanties (niet zijnde de commissies met een rechtsprekende taak) en erkende verenigingen of tussen NBB organen-instanties en leden van de NBB, welke zijn gebaseerd op de statuten en reglementen van de NBB, worden in eerste en hoogste instantie beslecht door de CvB. 2. De geschillen betreffen, behoudens de in de wet genoemde gevallen, uitsluitend: a. het feit, dat het besluit of de handeling van dehet NBB orgaan-instantie niet in overeenstemming is met de statuten, de reglementen en/of het Nederlands recht; b. het feit, dat dehet NBB orgaan-instantie bij het nemen van het besluit of bij het verrichten van de handeling zijn bevoegdheid kennelijk voor een ander doel heeft gebruikt dan voor het doel waartoe de bevoegdheid is gegeven; c. het feit, dat dehet NBB orgaan-instantie bij afweging van de betrokken belangen kennelijk op onredelijke wijze tot het besluit of de behandeling is gekomen. B.7. Behandeling 1. Voor de behandeling van de geschillen wordt verwezen naar B.3.1 met uitzondering van het hierna bepaalde. 2. De voorzitter van de CvB is bevoegd om een besluit van een NBB orgaaninstantie, waarover een geschil wordt aangebracht, op te heffen indien hem daarvoor voldoende termen zijn gebleken. Alvorens een beslissing tot opheffing van het besluit te nemen raadpleegt de voorzitter van de CvB tenminste één ander lid van de CvB. Na een besluit tot opheffing van het besluit als bovengenoemd, komt de CvB binnen twee weken tot een uitspraak in het ingediende geschil. 3. a. De uitspraak wordt gepubliceerd in de Basketball Infohet officiële mededelingenblad. b. In spoedeisende gevallen kan de CvB met betrekking tot de in B.3.1.b bedoelde waarborgsom ontheffing verlenen, waarbij de waarborgsom niettemin verschuldigd is. c. Geschillen die aanhangig worden gemaakt nadat er dertig dagen verstreken zijn sedert het moment dat de aanbrenger op de hoogte was of redelijkerwijze kon zijn van de handeling of besluit waartegen de klacht zich richt, worden niet in behandeling genomen. In bijzondere gevallen kan dehet NBB orgaan-instantie die een handeling pleegt of een besluit neemt waartegen een geschil aanhangig kan worden gemaakt daarbij bepalen, dat de termijn ten hoogste veertien dagen bedraagt; zodanige bepaling dient deugdelijk gemotiveerd, aan de betrokkene te worden medegedeeld. 4. Een beslissing van de CvB waarbij een handeling of een besluit van een NBB orgaan-instantie geheel of gedeeltelijk wordt vernietigd, geeft noch de eisende partij, noch derden recht op schadevergoeding.
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 16
C. BINDENDE UITLEG C.1.
De CvB geeft een bindende uitleg van de statuten en reglementen van de NBB, van de rayons en van de FOE’s, op verzoek van het Bondsbestuur, van een rayonbestuur, van een FOE of van de TGC. Het desbetreffende besluit wordt gepubliceerd in de Basketball InfoOfficiële NBB-Info en, voor zover van toepassing, in het officiële mededelingenblad van het desbetreffende rayon.
Ingangsdatum: 1 augustus 1985 Gewijzigd: 14 juni 1986 Gewijzigd: 20 juni 1992 Gewijzigd: 27 november 1993 Gewijzigd: 18 juni 1994 Gewijzigd: 15 juni 1996 Gewijzigd: 22 november 1997 Gewijzigd: 16 juni 2001. Gewijzigd: 19 juni 2004 Gewijzigd: 27 november 2004 Gewijzigd: 26 november 2005 Gewijzigd: 25 november 2006 Gewijzigd: 24 november 2007 Gewijzigd: 26 november 2011 Gewijzigd: 25 januari 2014 Gewijzigd: 21 november 2015
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak AV 21 november 2015 pagina 17
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage D bij agendapunt 06.b Reglementen Opheffen Reglement Trainers en Coaches
VOORSTEL OPHEFFEN REGLEMENT TRAINERS EN COACHES
Geachte afgevaardigde, In verband met de herziening van de Reglementen wil het bestuur u voorstellen het Reglement Trainers en Coaches op te heffen met ingang van 1 juli 2016. Een aantal artikelen worden/zijn opgenomen in het Wedstrijdreglement en het reglement Tucht- en Geschillenrechtspraak. De overige artikelen uit dit Reglement worden opgenomen in het Handboek Trainers en Coaches. Dit Handboek Trainers en Coaches wordt gelijktijdig met de informatie voor de inschrijving in de competitie 2016/2017 aan de verenigingen toegestuurd. De op te nemen artikelen in het Wedstrijdreglement zullen ook op 1 juli 2016 ingaan. Hiermee zorgen we voor een verdere deregulering en actualisering van onze reglementen. Met vriendelijke groet, Bestuur NBB
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Tucht- en Geschillenreglement AV 21 november 2015 pagina 1
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage E bij agendapunt 07.a Bijlage E bij agendapunt 07.f Financiën Verslag van de Financiële Commissie bij de Jaarrekening 2014 Verslag van de Financiële Commissie bij de Begroting 2016
Bijlage C bij agendapunt 06.a Reglementen Ter goedkeuring wijziging Tucht- en Geschillenreglement AV 21 november 2015 pagina 1
VERSLAG VAN DE FINANCIËLE COMMISSIE BIJ: - DE JAARREKENING 2014 - BEGROTING 2016
Nederlandse Basketball Bond Financiële Commissie De Financiële Commissie heeft na de laatste AV tweemaal met het bestuur vergaderd. Bij deze twee vergaderingen waren de Penningmeester, Directeur en Controller aanwezig. De bespreekpunten van deze vergaderingen waren: - Jaarrekening 2014 - Prognose 2015 - Begroting 2016 Jaarrekening 2014 Bij deze bespreking was ook de accountant aanwezig. Het jaar 2014 is voor de NBB het tweede jaar dat er een positief resultaat is uitgekomen. Dat resultaat is dan ook de tweede stap in de goede richting om te komen tot een positief eigenvermogen. De Financiële Commissie heeft zijn waardering uitgesproken over het in controle zijn van de NBB en daardoor ook veel meer grip heeft over de cijfers. Dat betekent ook dat men de juiste beslissingen kon nemen bij een eventuele overschrijding in dat jaar. De toelichting bij het verslag is duidelijk en begrijpelijk. Het bestuur geeft een helder beeld over wat er is gebeurd in het jaar. De Financiële Commissie staat dan ook volledig achter deze toelichting. De accountant heeft dan ook een goedkeurende verklaring afgegeven. De commissie heeft naar aanleiding van haar gesprekken met het bestuur de mening dat de jaarrekening van 2014 een betrouwbaar beeld geeft van de financiële situatie van de bond en stelt de vergadering dan ook voor om: 1. De penningmeester decharge te verlenen voor het door hem verzorgde beheer. 2. Het bestuur decharge te verlenen voor het gevoerde beleid. Prognose 2015 In onze vergadering van 12 oktober hebben wij als commissie met het bestuur de laatste Prognose 2015 besproken. Deze Prognose geeft een positief resultaat aan van € 344.000 dat iets hoger is dan de Begroting 2015. Ook hier kan je zeggen dat het bestuur een zeer goede prestatie levert en zorgt dat er ook in het derde jaar een positief resultaat wordt gehaald en het eigenvermogen steeds dichter bij een positief vermogen komt. Begroting 2016 In onze laatste vergadering is er ook gesproken over de Begroting 2016. De aangeleverde stukken met toelichting en cijfers zien er goed en onderbouwd uit. De Financiële Commissie adviseert u dan ook om deze Begroting vast te stellen. De commissie dankt het bestuur en de medewerk(st)ers van het bureau voor de goede samenwerking en de opgeleverde stukken. Financiële Commissie 12 oktober 2015 Bijlage E bij agendapunt 07.a/07.f Financiën Verslag van de Financiële Commissie bij de Jaarrekening 2014 Verslag van de Financiële Commissie bij de Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 1
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage F bij agendapunt 07.e Financiën Actuele prognose 2015
PROGNOSE 2015 Totaal Begroting 2015 Begroting NBB landelijk Afdelingsbegroting 2015 Prognose 2015 Werkelijk 2014 Kosten Opbrengsten Resultaat Kosten Opbrengsten Resultaat Kosten Opbrengsten Resultaat Kosten Opbrengsten Resultaat Kosten Opbrengsten Resultaat € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 € x 1.000 Algemeen 1.194 2.289 1.095 866 1.893 1.028 328 395 67 1.056 2.221 1.165 943 1.899 956 Wedstrijdzaken 1.146 1.196 49 818 845 27 328 351 23 1.135 1.092 -43 647 711 64 Basketballontwikkeling 325 309 -16 324 309 -15 1 0 -1 431 409 -22 394 334 -59 Educatie 267 198 -69 253 190 -63 14 8 -6 285 250 -35 284 207 -77 Topsport valide 842 249 -593 758 249 -510 83 0 -83 1.241 642 -599 1.153 666 -487 Topsport rolstoel 509 365 -144 509 365 -144 0 0 0 550 427 -123 596 446 -150 Totaal Resultaat
4.282
4.605
3.528 322
3.850
754 322
754
4.698 0
5.042
4.017
4.263
344
247
Bijgaand treft u op hoofdlijnen de prognose voor het jaar 2015 aan. Deze prognose en onderstaande toelichting hebben wij doorgenomen met de Financiële Commissie van de NBB. 1. Algemeen Doelstelling voor 2015 is in de eerste plaats een positief resultaat te realiseren van € 322.000, voorkomend uit ons herstelplan. Daarnaast hebben we ons tot doel gesteld om de kosten die zijn gemoeid met het vertrek van de voormalige directeur (€ 60K) zoveel mogelijk ook dit jaar te compenseren. Voor de duidelijkheid: de kosten zijn volledig genomen in 2014, en om eind 2016 weer een positief eigen vermogen te hebben en een gezond(ere) NBB te zijn is deze compensatie verstandig en zeer wenselijk. Deze prognose laat een verwacht positief resultaat zien van € 344K, waarmee we € 22K compenseren. Vanuit budgetbewaking streven we ernaar om ook de komende maanden nog de nodige compensaties te vinden binnen het redelijke wat mogelijk is. 2015 is het jaar waarin voor het eerst een integrale begroting en nu ook prognose is gemaakt van de landelijke en afdelingsactiviteiten bij elkaar. 2. Inkomsten De contributies als opgenomen in deze prognose zijn vrijwel ook de definitieve contributieinkomsten. Deze zijn per ledenstand van 30 juni aan de verenigingen in rekening gebracht en dit definitieve bedrag is als zodanig opgenomen. Subsidies zijn conform toegewezen bedragen van subsidieverstrekkers opgenomen in de prognose. De subsidie voor het Veilig Sportklimaatprogramma was de grootste onbekende. Deze is in deze prognose opgenomen conform toewijzing, € 19.000 hoger dan begroot, en wordt zoals voorgeschreven volledig voor dit project ingezet. De inschrijfgelden voor competities bestaan deels uit de ontvangen bedragen voor het seizoen 2014/2015 (5/9 deel) en deels voor het seizoen 2015/2016 (4/9 deel). De inkomsten uit deze twee onderdelen zijn nu volledig bekend. Van FIBA hebben we geoormerkte subsidies ontvangen voor deelname van de nationale jeugdteams aan de EK’s en voor ons nationale teams 3x3 programma. Beide subsidies waren in de begroting opgenomen en zijn ook definitief toegewezen door FIBA Europe.
Bijlage F bij agendapunt 07.e Financiën Actuele Prognose 2015 AV 21 november 2015 pagina 1
3. Uitgaven Bij Algemeen zien we een positiever resultaat dan begroot en met name bij wedstrijdzaken een negatiever resultaat. Dit wordt verklaard doordat in de begroting de personeelskosten van de medewerkers die van de rayons zijn overgekomen onder “algemeen” waren opgenomen en nu zijn doorbelast aan de beleidsterreinen waar zij hun werkzaamheden voor verrichten. Dit is met name wedstrijdzaken. Bij de personeelskosten slagen we er in de eerste integratiebesparingen door te voeren, wat helpt om het gewenste resultaat (inclusief het te compenseren deel) te realiseren. Eén medewerkster is met vervroegd pensioen gegaan. We hebben haar niet volledig vervangen (0,63 fte) maar voor 0,2 fte. Daarnaast zien we ook de integratievoordelen van lagere huisvestingskosten (sluiten van de vestiging in Beverwijk). Hiermee hebben we ook de lagere afdelingscontributies voor verenigingen in vier van vijf afdelingen (om op het niveau van het goedkoopste rayon uit te komen) kunnen realiseren zonder als NBB risico’s of een nadeel (op) te lopen. Tevens hebben we een loonregres voor één van de medewerkers kunnen claimen ter waarde van € 10.000, nadat zij was aangereden terwijl ze op weg was naar een afspraak voor de NBB. De huisvestingskosten van het Huis van de Sport vallen lager uit dan begroot, doordat in het Huis enerzijds kosten worden bespaard (bijvoorbeeld door een nieuw schoonmaakcontract met lagere kosten), anderzijds doordat lege ruimte wordt ingenomen door een nieuwe huurder wat voor de andere bonden lagere kosten betekent. De kosten bij de TGC zijn hoger dan begroot, en dat geldt ook voor de opbrengsten. De reden hiervoor is dat de medewerker TGC op het bureau een uitbreiding van zijn contract heeft gekregen van 0,2 fte ten behoeve van TGC werkzaamheden voor de KNBSB. Deze uitbreiding wordt volledig door de KNBSB aan ons vergoed en komt terug in de hogere opbrengsten. Bij Topsport wordt nadrukkelijk gestuurd op het binnen het budget blijven van de totale programmakosten. Tussen de verschillende teams/ programma’s kunnen wel verschillen ontstaan als gevolg van hogere/ lagere reiskosten (een EK in Hongarije is goedkoper dan een EK in Lanzarote in het hoogseizoen). Aangezien bij topsport vrijwel alle activiteiten (EK’s/ WK’s) hebben plaatsgevonden, zijn de risico’s voor grote afwijkingen ten opzichte van deze prognose minimaal.
Bestuur NBB 14 oktober 2015
Bijlage F bij agendapunt 07.e Financiën Actuele Prognose 2015 AV 21 november 2015 pagina 2
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016
BEGROTING 2016
Toelichting op de Begroting 2016 Inleiding De NBB is goed op koers om haar vermogenspositie te herstellen. Onderdeel van het reorganisatieplan uit 2013 is het realiseren van een positief resultaat van € 322.000. De begroting 2016 laat dit resultaat zien met nadrukkelijk de toevoeging dat dit conform afspraak met de Algemene Vergadering volledig wordt gerealiseerd vanuit het oorspronkelijk landelijke deel van de begroting. Ontwikkeling vermogenspositie NBB Per 31-12-2012 Per 31-12-2013 Per 31-12-2014 Per 31-12-2015 (gebaseerd op prognose 23-9-2015) Per 31-12-2016 (gebaseerd op begroting 2016)
- € 828.788 - € 740.947 - € 485.097 - € 141.097 + € 180.903
Bij het opstellen van de begroting is gekeken naar de geplande activiteiten voor 2016, de begroting 2015 en de prognose 2015 per 23 september 2015. Hieronder lichten wij op hoofdlijnen de verschillende onderdelen van de begroting toe, zonder daarbij iedere kostenpost afzonderlijk te benoemen. 1) Inkomsten a. Contributies De contributies zijn ten opzichte van 2015 geïndexeerd met 1% conform het in mei 2015 gepubliceerde prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie. Zoals afgesproken met de Algemene Vergadering, en ook naar de uitdrukkelijke wens van het bestuur, is geen verdere contributieverhoging doorgevoerd. Contributie 2015
Index 1,0%
Contributie 2016
Senioren/U22
67,90
0,68
68,58
Jeugd U14-U16-U18-U20
50,40
0,50
50,90
Jeugd U8-U10-U12
32,80
0,33
33,13
Recreanten/ NS
21,00
0,21
21,21
Bovenstaande bedragen zijn inclusief het, ook met 1,0% geïndexeerde afdelingsdeel van de contributies De Contributiebedragen zijn exclusief de premies voor de collectieve ongevallenverzekering ten bedrage van € 0,82 per lid en de collectieve bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering ten bedrage van € 1,30 per lid. Voor het berekenen van de contributie-inkomsten is een stabiel ledenaantal aangehouden. Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 1
b.
Subsidies In de begroting zijn de Lotto subsidies opgenomen, die de NBB via NOC*NSF ontvangt. Hierbij zijn de Lotto ontwikkelingen meegenomen (minder afdracht naar de sport), die voor 2016 concreet minus 8% plus een extra korting die over alle sportbonden wordt toegepast. Dit geldt voor de subsidies Algemeen Functioneren van sportbonden en de subsidie voor breedtesport. De in de begroting 2016 opgenomen subsidies zijn de concrete bedragen voor deze twee onderdelen en zijn gekoppeld aan ons ledenaantal per 31 december 2014 in relatie tot de ledenaantallen van alle sportbonden die voor 2016 subsidie kunnen aanvragen conform het Lotto Bestedingsplan 2016 van NOC*NSF. De subsidies voor trainersopleidingen komen volgend jaar in zijn geheel te vervallen (zie ook onder de paragraaf Educatie). Conform het sportbrede programma Samen naar een Veilig Sportklimaat zal de subsidie in 2016 25% lager uitvallen dan in 2015. Dit is ook zo verwerkt in de begroting 2016. Voor topsport geldt dat NOC*NSF medio november de subsidiebedragen voor de topsportonderdelen (voor ons CTO Vrouwen en Topsportprogramma’s Rolstoelbasketball) bekend maakt. We kunnen u op de AV informeren over de uitkomsten. Uitgangspunt voor de NBB is dat, wanneer er een korting op één of meerdere programma’s wordt toegepast, dit volledig binnen deze programma’s moet worden opgevangen.
2) Uitgaven a. Salarissen De salarissen zijn berekend conform de huidige personeelsformatie en de CAO Sport. Salariskosten zijn voor de medewerkers die werkzaam zijn voor wedstrijdzaken, basketballontwikkeling, educatie en topsport doorbelast aan die beleidsterreinen. b.
Huisvestingskosten Voor huisvestingskosten is het bedrag begroot op basis van de huidige huurtarieven en contractueel vastgelegde aantal vierkante meters. Het risico van de huidige leegstand wordt gecompenseerd doordat ook binnen het Huis van de Sport besparingen zijn doorgevoerd en een nieuwe sportbond (Badminton Nederland) in het Huis van de Sport zal intrekken. Binnen het Huis van de Sport worden verkennende gesprekken gevoerd over de toekomst, mogelijk toetreden van nieuwe huurders, verkenning naar lagere huurtarieven e.d. Omdat geen van deze ontwikkelingen op dit moment concreet genoeg is, hebben wij deze (positieve) ontwikkelingen niet in de begroting 2016 meegenomen. Naast het Huis van de Sport zijn de huisvestingskosten voor Velp, Groningen en ’sHertogenbosch opgenomen. Na de integratie zijn de medewerkers van Rayon Noord-Holland in Nieuwegein gaan werken. De medewerkster voor Afdeling Zuid gaat nu ook in Nieuwegein werken. Hier zien we de, niet alleen financiële, positieve ontwikkelingen. We onderzoeken of de huurovereenkomst in ’s-Hertogenbosch eerder kan worden beëindigd. In de begroting zijn we daar nog niet van uit gegaan.
c.
Overige organisatiekosten Onderdeel van deze rubriek zijn de verzekeringen die wij voor onze leden afsluiten. De premies die via de contributienota’s worden geïnd zijn hier ook opgenomen. Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 2
d.
Wedstrijdzaken Binnen Wedstrijdzaken is het goed om de volgende aspecten specifiek te benoemen: -
de inschrijfgelden zijn, net als de contributies, geïndexeerd. Er ligt geen voorstel voor verhoging/verlaging van de inschrijfgelden voor de competities. Het bedrag is berekend op basis van het aantal teams dat deelneemt aan de huidige competities. Waar bij de contributies er nu één tarief is (het oude rayon-/afdelingsdeel is gelijk in alle afdelingen) is dit bij de inschrijfgelden nog niet doorgevoerd. Reden is dat het bestuur de wens heeft om ook hierbij uit te komen op het laagste tarief zoals dat in de rayons/ afdelingen werd gehanteerd. Dit betekent een verlaging van de inkomsten. Dekking hiervoor ontbreekt nog in 2016, wel zal het bestuur volgend jaar in de begroting 2017 dit opnemen, omdat dan het vermogensherstel dusdanig is dat die stap dan verantwoord gezet zou kunnen worden. Tegelijk willen we op dat moment in de voorstellen de oneffenheden tussen de inschrijfgelden van de verschillende landelijke competities meenemen als ook kijken hoe we het grote verschil tussen de inschrijfgelden voor landelijke en afdelingscompetities kunnen verkleinen.
-
Arbitragekosten zijn budgettair neutraal in begroting. De door de AV vastgestelde beleidskeuze om met ingang van het seizoen 2015/2016 de wedstrijdvergoedingen in alle landelijke divisies met 25% te verlagen is verwerkt in de begroting.
-
Opbrengsten TGC zijn kostendekkend voor de commissiekosten alsmede de secretariële ondersteuning.
-
De financiële afspraken met de FEB zijn in een bestuurlijk overleg tussen NBB en FEB overeengekomen. Verder zijn NBB en FEB in gesprek over actualisering van het financiële model onder de samenwerking. De uitkomst hiervan wordt verwerkt in de nieuwe op te stellen overeenkomst.
e.
Basketballontwikkeling Bij basketballontwikkeling zijn de camps en breedtesport rolstoelbasketball tenminste budgettair neutraal opgenomen. De subsidie van NOC*NSF wordt, passend binnen de voorwaarden van deze subsidieregeling, aangewend voor de Streetball Masters (3x3). Wanneer rond de activiteiten minder opbrengsten worden gerealiseerd, zal er aan de uitgavenkant en op activiteitniveau worden bijgestuurd.
f.
Educatie De hoogte van de subsidies voor het project Veilig Sportklimaat zijn budgettair neutraal opgenomen. Onderdeel van dit project is dat de subsidie in 2016 lager is dan in 2013, 2014 en 2015. Dit hebben wij met het lagere bedrag in de begroting tot uiting gebracht. Pas zodra de definitieve toewijzing voor 2016 is ontvangen zullen op de verschillende onderdelen van dit programma de verplichtingen worden aangegaan. Sportbonden die in 2015 een subsidie voor dit programma toegewezen hebben gekregen, hebben de toezegging dat zij ook in 2016 een toewijzing krijgen.
Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 3
Bij deskundigheidsbevordering/trainersopleidingen is de subsidie (voor alle bonden) komen te vervallen als gevolg van de tegenvallende Lotto inkomsten. Eerder financierde de NBB vanuit deze subsidie voornamelijk de (door-)ontwikkeling en het extern laten toetsen van onze opleidingen. Het bestuur kiest ervoor om voor educatiebeleid wel een bedrag op te nemen van € 9.500 (in 2015 was dit € 27.000) om de kwaliteit en continuïteit niet in gevaar te brengen. g.
Topsport Mannen: Conform de samenwerkingsovereenkomst met de Stichting Nederlands Mannen Team (NMT) en vanuit de overtuiging dat ook de NBB een bijdrage behoort te leveren aan dit team is een maximale bijdrage van € 25.000 opgenomen in de begroting. MU20, MU18 en MU16 zijn door de NBB ingeschreven voor de Europese Kampioenschappen. Voor al deze jeugdteams, allen uitkomend in Divisie B, is per team een bedrag van € 32.500 aan kosten in de begroting opgenomen. Deze kosten betreffen inschrijfgelden EK, kosten stafleden, reizen en voorbereidingskosten. Voor het MU15 en MU14 team zijn, bescheiden, kosten (netto €5.000) begroot voor deelname aan een internationaal toernooi. Vrouwen: Het Nationaal Vrouwen Seniorenteam speelt in 2016 één thuis- en drie uitwedstrijden voor de kwalificatie voor het EK 2017. De kosten voor dit programma zijn opgenomen in de begroting. VU20 en VU18, uitkomend in Divisie A en VU16, uitkomend in Divisie B, zijn ingeschreven voor de Europese Kampioenschappen. Per team is een bedrag van € 40.000 aan kosten in de begroting opgenomen. Het verschil in budget met de mannenteams wordt enerzijds veroorzaakt doordat deelname in de Divisie A hogere kosten met zich meebrengt, anderzijds zijn deze bedragen ook onderdeel van de eigen bijdrage aan het talentenprogramma waarvoor we van NOC*NSF subsidie ontvangen (zie ook hieronder bij CTO Amsterdam). Voor het VU15 en VU14 team zijn (bescheiden) kosten begroot, gelijk als voor MU15 en MU14, voor deelname aan een internationaal toernooi. CTO Amsterdam Het programma voor CTO Amsterdam wordt gefinancierd vanuit de subsidie van NOC*NSF samen met Topsport Amsterdam. De samenwerking met CTO Amsterdam is ook terug te vinden in de programma’s voor de Nationale Vrouwenteams. Voor de trainingen en wedstrijden wordt de zaalhuur en andere kosten binnen de CTO constructie gefinancierd. De programma’s van VU20, VU18 en VU16 zijn onderdeel van het CTO programma en maken daarmee een belangrijk deel uit van de (verplichte) eigen bijdrage van de NBB aan het CTO programma. 3x3 Voor de vier nationale 3x3 teams is een bedrag van € 25.000 aan kosten begroot, waar een projectbijdrage van € 19.000 van FIBA Europe tegenover staat. Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 4
Nationale Rolstoel teams Zowel de vrouwen als de mannen nemen in 2016 deel aan de Paralympische Spelen. De begroting maakt onderdeel uit van het vierjarenprogramma in aanloop naar en deelname aan deze spelen in Rio de Janeiro. De kosten van het voorbereidingsprogramma voor Rio zijn voor rekening van de NBB en worden grotendeels gefinancierd uit de subsidies, de uitzending naar de Paralympische Spelen is voor rekening van NOC*NSF. Bestuur NBB 14 oktober 2015
Bijlage G bij agendapunt 07.g Financiën Vaststellen Begroting 2016 AV 21 november 2015 pagina 5
BEGROTING NBB 2016
Totaal Begroting 2016 Kosten Opbrengsten Resultaat €x € x 1.000 € x 1.000 1.000
Totaal Begroting 2015 Kosten Opbrengsten Resultaat €x € x 1.000 € x 1.000 1.000
Kosten €x 1.000
Werkelijk 2014 Opbrengsten Resultaat € x 1.000
€ x 1.000
Algemeen
1.037
2.220
1.184
1.194
2.289
1.095
943
1.899
956
Wedstrijdzaken
1.081
1.033
-48
1.146
1.196
49
638
711
73
Basketballontwikkeling
376
359
-16
325
309
-16
394
334
-59
Educatie
257
173
-84
267
198
-69
284
207
-77
Topsport valide
842
271
-571
842
249
-593
1.153
666
-487
Topsport rolstoel
509
365
-144
509
365
-144
596
446
-150
4.100
4.422
4.282
4.605
4.008
4.263
Totaal Resultaat
322
322
256
pagina 1
BEGROTING NBB 2016
Alle bedragen in € * 1 omschrijving TOTAAL GENERAAL Algemeen totaal Specificatie van Algemeen: .Algemeen Diversen en opbrengsten ..Contributies ..Subsidies ..Overige baten .Bondsbureau salarissen, afschrijvingen en huisvestingskosten ..Lonen, salarissen en sociale lasten ..Afschrijvingen ..Huisvestingskosten- en kantoorkosten (incl. via Huis van de Sport) .Organisatiekosten ..Bestuur ..Overige organisatiekosten .Marketing & Publiciteit .Commissies/Werkgroepen totaal ..WPC ..Werkgroep Arbitrage ..Commissie CLA ..Commissie CVB ..Financiele Commissie ..Commissie Reglementen ..Commissie TGC ..Commissie VEC ..Commissie Educatie (in 2016 bij Educatie opg.) ..Commissie Topsport Mannen Wedstrijdzaken totaal Specificatie van Wedstrijdzaken: .Algemene- en personeelskosten wedstrijdzaken .Competities .Rolstoelcompetities .Arbitrage Mannen Eredivisie .Arbitrage overige LC .Arbitrage afdelingscompetities .Arbitrage stages .Arbitrage beoordelingen .TGC
Begroting 2016 NBB Kosten
Begroting 2015 NBB geconsolideerd
Opbrengsten 321.512
Kosten
Opbrengsten 322.326
Resultaat 2014 Kosten
Begroting 2014 NBB landelijk
Opbrengsten 255.856
Kosten
Opbrengsten 322.000
1.036.543
2.220.408
1.193.544
2.288.610
942.610
1.898.900
935.280
1.919.581
3.200 0 0 3.200 701.543 367.331 22.434 311.778 211.450 41.250 170.200 44.500
2.097.978 1.864.470 229.308 4.200 17.000 13.000 0 4.000 86.150 0 86.150 19.280
15.619 0 0 15.619 773.852 402.920 15.079 355.853 243.203 50.335 192.868 44.500
2.161.403 1.914.374 230.704 16.325 17.000 13.000 0 4.000 88.927 0 88.927 21.280
68.646 0 0 68.646 601.439 341.401 16.677 243.361 219.041 32.795 186.246 27.107
1.769.232 1.501.652 240.035 27.545 3.869 0 0 3.869 89.832 0 89.832 35.967
14.000 0 0 14.000 621.780 337.329 19.420 265.031 221.200 31.200 190.000 49.500
1.789.535 1.523.000 240.035 26.500 3.891 0 0 3.891 89.000 0 89.000 37.155
75.850 32.100 35.000 500 500 750 500 6.500 0 0 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
116.370 50.920 50.050 500 500 950 600 6.500 0 6.350 0
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
26.377 1.726 11.463 370 390 204 704 6.319 250 3.973 978
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
28.800 3.000 8.000 500 500 1.650 500 6.500 3.150 4.000 1.000
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
1.080.958
1.033.350
1.146.384
1.195.699
638.497
711.077
590.874
662.128
435.068 57.000 4.600 105.000 287.000 80.000 35.000 30.000 23.290
2.750 452.000 4.600 105.000 287.000 80.000 35.000 30.000 20.000
378.807 73.743 4.600 118.050 399.700 52.915 32.250 30.000 20.319
2.750 495.167 4.600 114.820 399.700 51.815 30.000 30.000 23.947
84.292 29.179 5.480 174.786 213.578 0 49.129 29.990 23.215
0 195.242 5.480 174.785 213.578 0 49.145 29.990 20.280
75.201 51.500 0 131.220 221.530 0 30.000 30.000 19.423
0 201.518 0 130.100 221.530 0 29.980 30.000 25.000
pagina 2
BEGROTING NBB 2016
Alle bedragen in € * 1 omschrijving .Evenementen .Doorverdeelde algemene kosten NBB naar WZ Basketballontwikkeling totaal Specificatie van Basketballontwikkeling: .Algemene- en personeelskosten Basketballontwikkeling .Sportparticipatie .Streetball Masters .Dunkers kids club .Sportimpuls .Basketball Camps .Rolstoelbasketball Educatie totaal Specificatie van Educatie: .Algemene- en personeelskosten .Deskundigheidsbevordering ..Opleiding scheidsrechters ..Opleiding trainers .Veilig sportklimaat
Begroting 2016 NBB
Begroting 2015 NBB geconsolideerd
Resultaat 2014
Begroting 2014 NBB landelijk
Kosten 24.000 0
Opbrengsten 17.000 0
Kosten 36.000 0
Opbrengsten 27.900 15.000
Kosten Opbrengsten 28.849 22.577 0 0
Kosten Opbrengsten 32.000 24.000 0 0
375.700
359.258
325.088
308.658
393.552
334.089
252.284
243.505
142.407 1.050 129.569 0 0 50.775
20.000 53.208 170.550 0 3.500 60.000
147.941 1.050 55.000 1.000 500 50.775
20.000 53.208 97.500 400 7.250 60.000
135.666 0 115.965 554 10.000 61.231
42.406 57.661 107.698 149 20.545 65.852
93.929 0 49.565 2.000 15.000 58.790
12.000 60.544 48.500 0 24.300 62.961
51.899
52.000
68.822
70.300
70.136
39.778
33.000
35.200
256.568
173.000
266.802
197.662
283.972
206.837
499.294
430.180
92.567 84.000 15.000 69.000 80.001
1.600 91.400 15.000 76.400 80.000
76.439 95.825 7.475 88.350 94.537
3.000 100.125 13.075 87.050 94.537
95.813 51.261 2.125 49.136 136.898
1.600 68.352 4.850 63.502 136.885
82.114 101.480 5.000 96.480 315.700
3.000 111.480 5.000 106.480 315.700
pagina 3
BEGROTING NBB 2016
Alle bedragen in € * 1 omschrijving Topsport totaal Specificatie van Topsport: .Algemene- en personeelskosten/opbrengsten Topsport .Nationale Teams Mannen ..Nationaal Mannen Senioren team ..Nationaal MU20 team ..Nationaal MU18 team ..Nationaal MU16 team .Nationale Teams Vrouwen ..Nationaal Vrouwen Senioren team ..Nationaal VU20 team ..Nationaal VU19 team ..Nationaal VU18 team ..Nationaal VU16 team ..Nationale 3x3 team (MSEn, VSEn, MU18,VU18) .CTO Amsterdam .Talentontwikkeling totaal ..Talentontwikkeling algemeen ..MU15 team ..MU14 team ..VU15 team ..VU14 team ..RTC/Basketballacademies Topsport rolstoel Specificatie van Topsport rolstoel: .Nationaal Mannen rolstoel team .Nationaal Vrouwen rolstoel team .Huisvesting rolstoelers Papendal/Arnhem .CTO Rolstoel .Algemene- en personeelskosten/opbrengsten Topsport rolstoel totaal generaal Saldo (positief = overschot)
Begroting 2016 NBB
Begroting 2015 NBB geconsolideerd
Resultaat 2014
Begroting 2014 NBB landelijk
Kosten 841.748
Opbrengsten 270.836
Kosten 841.510
Opbrengsten 248.875
170.925 122.500 25.000 32.500 32.500 32.500 278.000 158.000 40.000 0 40.000 40.000 25.000 86.000 159.323 129.323 5.000 10.000 5.000 10.000 0
110.000 0 0 0 0 0 5.000 5.000 0 0 0 0 19.000 103.570 33.266 11.666 2.700 8.100 2.700 8.100 0
160.380 115.000 25.000 30.000 30.000 30.000 298.000 158.000 37.500 27.500 37.500 37.500 25.000 86.000 157.130 127.130 5.000 10.000 5.000 10.000 0
110.000 0 0 0 0 0 5.000 5.000 0 0 0 0 19.000 81.609 33.266 11.666 2.700 8.100 2.700 8.100 0
166.229 101.940 3.230 15.866 43.051 39.793 249.406 134.792 34.397 0 36.386 43.831 20.195 563.733 51.047 4.809 10.633 9.336 9.772 6.497 10.000
50.000 17.684 17.684 0 0 0 5.646 5.646 0 0 0 0 2.027 565.541 25.140 4.215 4.500 5.400 5.625 5.400 0
149.459 110.000 0 15.000 47.500 47.500 300.500 158.000 47.500 0 47.500 47.500 11.000 77.000 54.000 14.000 5.000 10.000 5.000 10.000 10.000
50.000 17.684 17.684 0 0 0 5.000 5.000 0 0 0 0 0 75.926 33.266 11.666 2.700 8.100 2.700 8.100 0
508.876
365.053
508.903
365.053
596.392
446.488
488.828
353.250
180.952 268.047 28.877 23.000 8.000
115.928 206.850 17.275 0 25.000
232.155 216.871 28.877 23.000 8.000
115.928 206.850 17.275 0 25.000
248.121 231.291 37.580 77.382 2.019
161.631 225.566 20.775 35.206 3.310
239.678 215.570 22.080 11.500 0
127.784 195.566 9.900 0 20.000
4.100.393
4.421.905
4.282.231
4.604.557
4.007.575
4.263.429
3.468.520
3.790.520
321.512
322.326
Kosten Opbrengsten 1.152.550 666.038
255.856
Kosten Opbrengsten 701.959 181.876
322.000
pagina 4
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage H bij agendapunt 08.a Verkiezingen Leden van de commissies van de AV
TARIEVENLIJST
Verkiezingen leden van de Commissies van de AV Financiële Commissie (jaarlijks herkiesbaar) Naam G. Gijzenij H. van Eembergen M. Müller P. den Turk B. Wassink *
Functie Voorzitter Lid Lid Lid Lid
Benoemd 18-06-1994 19-06-2004 26-06-2010 24-06-2006 25-11-2006
Benoemd tot Voorjaar 2015 Voorjaar 2015 Voorjaar 2015 Voorjaar 2015 Voorjaar 2015
Status Herkiesbaar Herkiesbaar Herkiesbaar Herkiesbaar Aftredend*
Kandidaten voor de Financiële Commissie kunnen door een vereniging of door de Financiële Commissie zelf worden voorgedragen aan de AV. Voor nadere informatie of kandidaatstelling kunt u contact opnemen met de voorzitter van de Financiële Commissie..
Tucht en Geschillencommissie (herkiesbaar per periode van 3 jaar) Naam P. Bokern H. vd Heijden J. Smulders R. Schrauwen P. vd Velde
Functie Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid
Benoemd 30-06-1991 30-06-1999 29-09-2012 29-09-2012 30-06-2001
Benoemd tot Voorjaar 2017 Voorjaar 2015 Voorjaar 2015 Voorjaar 2016 Voorjaar 2016
Status Herkiesbaar Herkiesbaar
Commissie van Beroep (herkiesbaar per periode van 3 jaar) Naam B. Baas M. Buitenhuis R. Braat R.J. Koopman H. Koorenhof M. vd Vlugt-Smit
Functie Voorzitter Secretaris Lid Lid Lid Lid
Benoemd 23-03-2013 25-06-2011 21-06-2014 29-09-2012 25-06-2011 26-06-2010
Benoemd tot Voorjaar 2016 Voorjaar 2015 Voorjaar 2017 Voorjaar 2015 Voorjaar 2017 Voorjaar 2016
Status Herkiesbaar Herkiesbaar
Bijlage H bij agendapunt 08.a Verkiezingen Leden van de commissies van de AV AV 21 november 2015 pagina 1
Algemene Vergadering Nederlandse Basketball Bond Utrecht, 21 november 2015 Bijlage I bij agendapunt 08.b Verkiezingen Leden van het bestuur
Verkiezingen Leden van het bestuur
De eerste periode voor de bestuursleden C. Spitters en F. van Urk is aflopend. De heren Spitters en Van Urk zijn herkiesbaar voor een tweede periode. De Penningmeester, M. Groot, is aftredend. Bovenstaande leidt tot de volgende opstelling: Naam F. Ravestein M. Groot C. Spitters F. van Urk J. Witvoet
Functie Voorzitter Penningmeester Lid Lid Lid
Benoemd 13-02-2010 29-09-2012 24-11-2012 24-11-2012 25-06-2011
Benoemd tot 2016 2015 2015 2015 2017
Periode Periode 2 Periode 1 Periode 1 Periode 1 Periode 2
Status Aftredend Herkiesbaar Herkiesbaar
Bijlage I bij agendapunt 08.b Verkiezingen Leden van het bestuur AV 21 november 2015 pagina 1