ALGEMENE INFORMATIE OVER ‘OVERGANGSMOMENTEN’ Inleiding over overgangsmomenten Je kind steunen tijdens overgangsmomenten 1. Overgangsmomenten Overgangen vieren Rituelen 2. Wat kan en mag mijn kind al? 3. Naar de kinderopvang of peuterspeelzaal Groep nul 4. Naar de basisschool Naar groep 1 Naar groep 3 Naar de bovenbouw Een jaar over doen 5. De Cito eindtoets 6. Naar het Voortgezet Onderwijs (VO) Schoolkeuze Afscheid nemen van groep 8 Wat verandert er als je kind naar het VO gaat? 7. Speciaal onderwijs 8. Loopbaan oriëntatie Kiezen vakkenpakket 9. Je kind wordt meerderjarig •
Als we over ouders praten, bedoelen we ook opvoeders en verzorgers van kinderen. Als we het over ‘zonen en hij’ hebben bedoelen we ook ‘dochters en zij’. Dit hebben we zo gedaan omdat het dan prettiger leest.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
1
Inleiding over overgangsmomenten
Je kind steunen bij overgangsmomenten
Hoe kun je je kind steunen bij overgangsmomenten? Welke overgangsmomenten maakt je kind mee op school? Vier je die overgangsmomenten thuis? Wanneer praat je met school over overgangsmomenten? En hoe kun je je als ouder voorbereiden op deze momenten? Het leven van je kind zit vol overgangsmomenten. Bijvoorbeeld voor het eerst naar de peuterspeelzaal, de overgang van groep 2 naar groep 3 of de overgang naar het voortgezet onderwijs. Allemaal belangrijke stappen in het leven van jou en je kind. Hoe kun je jezelf en je kind hierop goed voorbereiden? Dat is waar dit thema over gaat.
1.
Overgangsmomenten
Overgangsmomenten zijn belangrijke momenten in het leven van jou en je kind. Je kind groeit en ontwikkelt zich, wordt steeds zelfstandiger en maakt een volgende stap. Het zijn best spannende momenten. Momenten van afscheid nemen en een nieuwe uitdaging aan gaan. Het zijn vaak ook momenten waarbij je voor je kind een keuze moet maken, bijvoorbeeld de keuze voor een basisschool. Is je kind ouder dan maak je de keuze samen, bijvoorbeeld wanneer je een school voor voortgezet onderwijs gaat kiezen. Hieronder een aantal overgangsmomenten op een rij: •
Naar de kinderopvang of peuterspeelzaal
•
Naar de basisschool
•
Naar de volgende groep
•
Een jaar over doen
•
De Citotoets
•
Naar het VO
•
Naar het speciaal onderwijs
•
Je kind wordt meerderjarig
•
Maar ook: voor het eerst alleen buitenspelen of een boodschap doen
Overgangen vieren Overgangen zijn momenten om ook thuis bij stil te staan. Hoe vier je het thuis bijvoorbeeld, wanneer je kind naar groep 3 gaat? Het hoeft geen groot feest te worden, je kind een compliment geven is al mooi. Besteed je er samen met het hele gezin aandacht aan, dan helpt het de band die je met elkaar hebt te versterken. Je kind voelt zich op een positieve manier gezien en geborgen. Je kind voelt zich gesteund en durft de volgende stap beter aan. Rituelen
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
2
Je kunt met elkaar ook een ritueel bedenken. Wat is een ritueel? Eigenlijk heel gewone gebruiken: een hand geven als je iemand ontmoet bijvoorbeeld. Maar dat gebruik heeft wel een symbolische betekenis: als je iemand een hand geeft, zeg je daarmee ook iets. Dat je die persoon ziet en ontmoet en wil leren kennen. We kennen bijvoorbeeld ook huwelijksrituelen (de ringen omdoen) en geboorterituelen (beschuit met muisjes).
Rituelen zijn gebruiken en ze kunnen bestaan uit dingen die je doet, dingen die je zegt en beelden die symbolisch uitdrukken wat een gebeurtenis in ons leven voor ons betekent. Mensen geven hiermee uiting aan hun gevoel en beleving van dat moment. Vaak worden familie en vrienden betrokken bij een belangrijke gebeurtenis: rituelen scheppen een band tussen mensen. Je kunt als gezin met elkaar rituelen bedenken om op een bepaalde manier bij overgangsmomenten stil te staan. Op sommige scholen wordt je aan het eind van groep acht met zachte hand de school uitgegooid. Een ritueel waar de hele school naar uitkijkt. Voor de kinderen heel leuk en symbolisch om zo van je school weg te gaan. Voor de kinderen van de lagere groepen iets om naar uit te kijken. Een ritueel hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn. De vlag uithangen, het lievelingseten van je kind maken of samen iets leuks doen. Het kunnen allemaal rituelen zijn om stil te staan bij overgangsmomenten.
2.
Wat kan en mag mijn kind al?
Je kind maakt op weg naar zelfstandigheid steeds stappen in zijn ontwikkeling. Van het eerste stapje, naar alleen buitenspelen en een boodschap doen, tot op zichzelf gaan wonen. Ook dit zijn overgangsmomenten. Het zijn allemaal stappen waardoor je kind op zichzelf leert vertrouwen. En beseft dat wat er ook gebeurt, hij zichzelf wel kan redden. Als ouder is het belangrijk dat je je kind stimuleert om dingen zelf te ontdekken en te doen. Hierbij is het belangrijk dat je goed kunt inschatten of je kind al toe is aan een bepaalde taak. Om je hierbij te helpen vind je hieronder een lijst om je een idee te geven van wat je kind kan en mag op een bepaalde leeftijd. Vergeet hierbij niet dat ieder kind anders is, het heeft een eigen karakter en tempo van ontwikkelen. Wat kunnen ze zelf (per leeftijdscategorie)? (Bron: www.jmouders.nl)
2 tot 4 jaar • Naar de wc gaan • Zelf aan- en uitkleden • Telefoon aannemen en kort gesprek voeren • Vuile was in wasmand doen, kleding op stoel hangen, pyjama opruimen • Helpen afwassen, tafeldekken
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
3
4 tot 6 jaar • Zonder continu toezicht buiten spelen • Alleen bij vriendje logeren • Zelf wassen, tanden poetsen, billen afvegen • Onder toezicht zelf douchen • Een kleine boodschap doen • Zelf een boterham smeren 7 tot 9 jaar • Zelfstandig deelnemen aan het verkeer (alleen naar school) • Zelf douchen, in bad gaan • Eerste zakgeld • Eenvoudige gerechten leren bereiden (onder toezicht) • Middagboterham smeren, inpakken en meenemen • Helpen in huis: afstoffen, stofzuigen 10 tot 12 jaar • Zelf kleding uitzoeken • Eerste kleedgeld Rond 12 jaar • Helpen organiseren feestje • Menu samenstellen en bereiden • Eigen kamer inrichten en schilderen
3.
Naar de kinderopvang of peuterspeelzaal
Voor het eerst naar de kinderopvang of peuterspeelzaal is niet allen een hele stap voor je kind, maar vaak ook voor jou als ouder. Voor veel ouders en kinderen is het voor het eerst om zo lang gescheiden te zijn. Hoe kun je je zelf en je kind voorbereiden op deze overgang? Het is belangrijk dat je kind rustig en ongedwongen kan kennismaken met de nieuwe omgeving, de medewerkers en kinderen. Je kind wordt onderdeel van een nieuwe groep en maakt kennis met nieuwe regels en activiteiten. Dat is voor veel kinderen ‘even wennen’. Bijna elke ouder vind het de eerste keren lastig om afscheid te nemen. Vaak laten kinderen merken dat ze het moeilijk vinden dat je weggaat, wat het voor de ouders ook lastig maakt. De ervaring leert dat kinderen het verdriet snel vergeten zijn en beginnen met spelen, zodra de ouders eenmaal uit het zicht verdwenen zijn. Een tip voor ouders is om kort maar duidelijk afscheid te nemen. En dan meteen te vertrekken. De medewerker zorgt ervoor dat je kind zich veilig en vertrouwd gaat voelen in zijn
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
4
nieuwe omgeving. Je kind leert erop vertrouwen dat je als ouder even ‘verdwijnt’, maar ook weer terugkomt. Groep nul Voor groep nul geldt hetzelfde. Groep nul is een samenwerking tussen de peuterspeelzaal en de basisschool. Anders dan bij de peuterspeelzaal gaat je kind hier 5 dagdelen naar toe en is er voor ouders een actief ouderprogramma. Bij groep nul is het in het beging ook wennen voor je kind.
4.
Naar de basisschool
Bewerkte tekst. Bron: http://www.opvoedadvies.nl/startbasisschool.htm
Er is al veel aandacht voor het kiezen van een basisschool voor je kind. Veel minder aandacht is er voor wat er allemaal gaat veranderen in het leven van je kind wanneer het naar de basisschool gaat. Daarom besteden we in dit thema geen aandacht aan de schoolkeuze. Er is veel verschil tussen kinderen die naar de basisschool gaan. Het ene kind praat al in volzinnen, terwijl het andere kind nog maar weinig praat of nog moeite heeft goed uit zijn woorden te komen. Het ene kind tekent al poppetjes, terwijl het andere kind nog krast. En het ene kind is al veel zelfstandiger dan het andere kind. Kinderen die naar de peuterspeelzaal of kinderopvang zijn gegaan, zijn vaak zelfstandiger dan kinderen die thuisbleven. Ook zijn ze vaak verder in hun sociale ontwikkeling. Meestal verdwijnen deze verschillen in de loop van de eerste jaren op school. Hoe dan ook, voor alle kinderen is naar de basisschool gaan, een hele stap. Voor je kind is het prettig als hij de school al een beetje kent en weet wat er op school allemaal gaat gebeuren. Het is dan een stuk minder eng om naar school te gaan. Kunnen samenspelen met andere kinderen is ook belangrijk. Hoe meer ervaring je kind hiermee heeft, hoe prettiger en vertrouwder je kind zich kan gaan voelen bij zijn leeftijdgenootjes. Die eerste weken op school is het goed wat extra contact te houden met de leerkracht. Door goed op de hoogte te zijn van hoe het gaat op school kun je als ouder je kind helpen zich zo prettig mogelijk te voelen op school. Zo kunnen soms simpele oplossingen je kind helpen zich veel beter te voelen op school. Bijvoorbeeld door een broek aan te doen naar school i.p.v. een rokje omdat dat makkelijker is met het naar de wc gaan. Of een beker die gemakkelijk open gaat. Soms vindt je kind het ook prettig om thuis wat extra te oefenen met dingen die het op school moeilijk vindt, bijvoorbeeld met knippen, de pengreep of een gymopdracht. Hou de leerkracht goed op de hoogte van hoe het thuis gaat in deze periode. Het kan voor de leerkracht prettig zijn om te weten dat dat stille kind thuis wel enthousiast over school vertelt of dat dat kind vol verhalen thuis enkel maar moe op de bank hangt. Zo kun je samen met de leerkracht afspreken hoe je dingen aanpakt en gebruik maken van elkaars ervaringen.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
5
De eerste maanden kan je kind het best moeilijk hebben. Vaak zijn kinderen erg moe en prikkelbaar. En dit uit zich regelmatig in dwars gedrag. Sommige kinderen gaan daarom in het begin halve dagen naar school. Ook het omgaan met de eisen die er aan je kind gesteld worden op school kunnen voor dwars gedrag zorgen. Je kind leeft zich thuis dan wat uit, om de frustratie van school wat te uiten. Ook kan het zijn dat je kind wat terugvalt in gedrag dat hij op jongere leeftijd liet zien. Bijvoorbeeld niet meer alleen durven slapen, duimen of broekplassen. Wordt hier niet boos over, maar steun je kind, zodat het weer vertrouwen kan krijgen in de nieuwe situatie. Want wennen op school vraagt heel wat van je kind en het kost tijd. Het ene kind voelt zich er na een paar weken al helemaal op zijn plek, het andere kind heeft er na een jaar nog moeite mee Naar groep 3 Wat verandert er allemaal als je kind naar groep 3 gaat? Je kind krijgt een andere juf of meester en vaak komt je kind voor een deel bij andere kinderen in de klas. Deze kinderen heeft je kind al eens gezien bij het buitenspelen in groep 2, maar om erbij in de klas te zitten is toch even wennen. Wat ook wennen is voor je kind, is dat hij in groep 3 een stuk minder mag spelen en langer moet stilzitten en luisteren. Je kind gaat leren lezen, schrijven en rekenen. Naar de bovenbouw Als je kind naar de bovenbouw gaat krijgt hij naast taal en rekenen ook aardrijkskunde, geschiedenis, topografie en biologie. Hij zal steeds vaker huiswerk mee krijgen en thuis een boekbespreking of een spreekbeurt moeten voorbereiden. Een jaar over doen Soms is het nodig dat je kind een jaar overdoet, ‘blijven zitten’ of ‘doubleren’ wordt dat ook wel genoemd. Verlengd kleuteren is ook iets dat regelmatig voorkomt. Je kind blijft dan een jaar langer in groep 2. Blijven zitten gebeurt altijd in overleg met de ouders. De ouders zijn ook degene die het eerst vertellen aan het kind. De leerkracht bespreekt het dan de volgende dag met je kind. Is je kind ouder dan mag je kind er ook over meepraten. Als er gekozen wordt om een kind een groep over te laten doen is dat meestal in groep 2 of 3. Groep 2 omdat het kind er nog niet aan toe is om al zoveel stil te zitten en te luisteren. En groep 3 omdat hier de basis voor goed lezen en schrijven gelegd moet worden. Wanneer die basis niet goed is kan je kind hier de rest van de basisschool last van blijven houden. Bespreek alles goed met de leerkracht. Geef je mening aan de leerkracht, luister naar de mening van de leerkracht en zorg ervoor dat jullie er samen goed uitkomen. Neem een beslissing die het beste is voor je kind. Zorg ervoor dat je goed begrijpt waarom je kind een jaar over moet doen, zodat je dit ook goed aan je kind kunt uitleggen. Ondersteun je kind bij de start van het nieuwe schooljaar. Hij heeft dan wel het jaar al een keer gedaan, maar komt met allemaal andere kinderen in de klas. En dat is weer wennen.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
6
Ook binnen het voortgezet onderwijs kan je kind blijven zitten. Soms wordt ervoor gekozen om je kind het jaar niet over te laten doen maar een niveau lager te laten doorstromen. De tip is om samen met je kind hierover in gesprek te blijven met de school.
5. De Cito eindtoets Dit is misschien niet direct een overgangsmoment, maar wel een moment dat invloed heeft op de overgang van je kind naar het voortgezet onderwijs. De Cito eindtoets meet wat je kind geleerd heeft in de acht jaar basisonderwijs. Dit wordt ook wel ‘leervorderingen’ genoemd. Dit zegt iets over de kansen van je kind in de verschillende typen van het voortgezet onderwijs. Daarnaast heeft de leerkracht natuurlijk ook een goed beeld van de mogelijkheden van je kind. De uitkomst van de Citotoets en het advies van de basisschool zijn in de meeste gevallen hetzelfde.
De Citotoets is geen examen waarvoor je kunt slagen of zakken. De uitslag van de toets helpt bij het kiezen voor een bepaald type voortgezet onderwijs. Het is niet nodig om je kind speciaal voor de Citotoets te laten trainen. In de toets komt de gewone leerstof van de basisschool aan de orde. Bovendien gaat het erom dat je kind terechtkomt op een niveau in het voortgezet onderwijs dat goed bij hem past. Zodat je kind straks niet de hele tijd op zijn tenen hoeft te lopen, maar zich ook niet zit te vervelen. Trainen hoeft dus niet, maar het is goed als je kind van tevoren weet hoe de toets in elkaar zit en wat voor soort vragen erin voorkomen. De meeste scholen laten hun leerlingen daarom een keer een oude Citotoets maken. Veel kinderen vinden het best spannend om de Citotoets te maken. Ze moeten nu echt laten zien wat ze kunnen en weten. Dat vraagt om concentratie en inzet. Maar als ze eenmaal bezig zijn met de Citotoets blijkt dat de meeste kinderen het maken van de opgaven best leuk vinden. En op de tweede dag is de spanning vaak alweer verdwenen. Als je op een prettige manier aandacht besteedt aan het verloop van de toets, is er meestal niets aan de hand. Het is voldoende om ervoor te zorgen dat je kind uitgerust en fit aan de toetsdagen kan beginnen. En natuurlijk is het fijn als ouders belangstelling tonen. Vragen als ‘Hoe is het gegaan? Wat vond je ervan? Waar ging het over?’ vinden kinderen vaak prettig. Bron: www.cito.nl de ouderkrant
6. Naar het Voortgezet onderwijs (VO) Na de basisschool gaan alle kinderen in Nederland naar het voortgezet onderwijs. Bijvoorbeeld naar een van de leerwegen van het vmbo, naar de havo of het vwo. De basisschool is wettelijk verplicht om een advies te geven over het type voortgezet onderwijs dat het beste bij uw kind past. Dit advies komt tot stand op basis van: •
De wensen van ouders en kind
•
De inschatting van de basisschool
•
Het resultaat van je kind op de eindtoets.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
7
Schoolkeuze Misschien heb je zelf al een idee over het type voortgezet onderwijs dat het beste bij je kind past. Je weet wat je kind leuk vindt en waar hij goed in is. Is je kind een doener die graag met zijn handen bezig is? Of vindt je kind het leuk om dingen uit te zoeken, bijvoorbeeld door op internet te surfen of in boeken te snuffelen? Heeft je kind de basisschool gemakkelijk doorlopen of was het toch wel zwaar? Als je dit soort zaken op een rijtje zet, dan geeft dit al een beetje een beeld in welk type voortgezet onderwijs je kind het beste tot zijn recht zal komen. In de loop van de jaren hebben de leerkrachten van de basisschool een goede indruk gekregen van de leerprestaties van je kind. Ze hebben gezien of je kind het belangrijk vindt om goed te presteren en daar ook iets voor over heeft. Misschien hebben ze gemerkt dat je kind snel is afgeleid of wat gemakkelijk is ingesteld. Op grond van deze ervaringen kan de basisschool goed inschatten welk type voortgezet onderwijs het meest geschikt is voor je kind: het vmbo, de havo of het vwo. Praat vooral ook met je kind over naar welke school hij kan en wil. Zoek uit naar welke scholen hij zou kunnen, bezoek samen een scholen markt en ga naar opendagen. In het kort gelden de volgende regels voor het aanmelden en toelaten van kinderen tot een school voor voortgezet onderwijs: •
Ouders bepalen (samen met hun kind) bij welke school en voor welk schooltype zij hun kind aanmelden.
•
De school voor voortgezet onderwijs beslist of het kind toegelaten wordt.
•
Het verplichte advies van de basisschool speelt een grote rol in het besluit van de school voor voortgezet onderwijs om een kind toe te laten.
Afscheid nemen van groep 8 De Cito-eindtoets is achter de rug. De meeste kinderen weten naar welke middelbare school ze gaan en zijn in hun hoofd druk bezig met afscheid nemen. Toch is het schooljaar nog lang niet afgelopen. Er wordt nog hard gewerkt in de klas. Vanaf mei gaan ze vaak met school op kamp en wordt er meestal begonnen met het oefenen voor de afscheidsmusical. Deze laatste periode trekken de kinderen nog erg naar elkaar toe. Ze zijn erg bang dat ze straks hun vriendjes kwijtraken. Ze zijn voor het laatst echt bij elkaar en dat zorgt voor dat typische groep 8-gevoel.
Het is een spannende tijd in het leven van je kind, met veel onzekerheden. Hoe zal het zijn op de nieuwe school? Zie ik dan nog kinderen uit mijn klas? Raak ik mijn vrienden kwijt? Lukt het me om nieuwe vrienden te maken? Allemaal vragen die je kind bezig kunnen houden. Praat er over met je kind en doe leuke dingen om hem voor te bereiden op wat komen gaat. Ga samen schoolspulletjes kopen, misschien mag je kind ook iets nieuws uitzoeken om aan te trekken op de eerste schooldag of kaft samen de schoolboeken.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
8
Wat verandert er als je kind naar het VO gaat? Het is belangrijk om naast het kiezen van de juiste school en het afscheid nemen van groep 8, ook tijd te besteden aan wat er allemaal gaat veranderen, nu je kind naar het VO gaat. Het is voor jou en je kind een hele stap. Je kind gaat zelfstandig naar een school, die vaak veel verder weg is dan de basisschool. Als ouder is het contact met de VO school ook veel minder, maar het is wel belangrijk om goed op de hoogte te blijven hoe het met je kind gaat op school. De volgende dingen veranderen ook: je kind leert nieuwe kinderen kennen, krijgt een lesrooster, krijgt voor elk vak een andere leerkracht, krijgt elke dag huiswerk en niet te vergeten hij komt in de pubertijd. Je kind heeft de steun van zijn ouders hard nodig. Hij moet aan zoveel denken en er zijn veel indrukken te verwerken. Het belangrijkste is dat je blijft praten met je kind. Daarnaast kun je je kind steunen bij de volgende dingen: •
Als hij zijn tas voor de volgende dag inpakt (zit alles erin?)
•
Bij het inrichten van een rustig plekje in huis om zijn huiswerk te maken
•
Bij het controleren en overhoren van zijn huiswerk
•
Bij het uitzoeken wat de beste route naar de nieuwe school is
•
Bij het wegwijs worden in zijn lesrooster
•
Bij het plannen van zijn huiswerk
•
Door interesse te tonen in school
•
Bij het zorgen voor voldoende ontspanning
In het thema Onderwijs Ondersteunend Gedrag is hier meer over te vinden.
7. Speciaal onderwijs Soms heeft een kind meer nodig dan ze binnen het reguliere onderwijs kunnen bieden. Het kan dan zijn dat je kind beter op zijn plek zit binnen het speciaal onderwijs. Speciaal onderwijs is er voor leerlingen met een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke handicap en leerlingen die vanwege leerof gedragsproblemen extra zorg nodig hebben. Je kind gaat nooit zomaar ineens naar het speciaal onderwijs. De reguliere school, moet er eerst alles aandoen om je kind zelf de ondersteuning te geven die hij nodig heeft. Ook als ouder moet je je kind thuis zo goed mogelijk ondersteunen.
Toch is er soms meer nodig. De leerkracht en de internbegeleider zullen hierover met de ouders en kind (als hij oud genoeg is) praten. Je kind wordt besproken binnen het zorgteam op school en mogelijk zal Weer Samen Naar School gevraagd worden om te onderzoeken op welke plek binnen het speciaal onderwijs je kind op zijn plaats is. Op basis van dit advies wordt een aanvraag gedaan bij het CVI (commissie van indicatiestelling). Deze commissie geeft dan wel of geen toestemming voor het plaatsen van je kind binnen het speciaal onderwijs. Je kind gaat dus nooit zomaar naar het speciaal onderwijs. Als ouder is het belangrijk dat je praat met school en je kind. Doet de school genoeg voor je kind? Doen jullie thuis genoeg voor je kind? Wat
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
9
heeft je kind nodig, wat heeft school nodig en wat heb je thuis nodig? Zet steeds het belang van je kind centraal. Denk en praat mee. Het is voor iedereen een lastige situatie en iedereen wil het beste voor je kind. Ondersteun ook je kind in deze spannende en lastige tijd. Je kind moet afscheid nemen van zijn klas en zich thuis gaan voelen op zijn nieuwe school, vaak verder van huis met een nieuwe leerkracht en nieuwe kinderen in de klas. Het is misschien nog goed om te weten dat het speciaal onderwijs dezelfde kerndoelen heeft als reguliere scholen. De leerlingen behalen dan ook dezelfde basiskennis.
8. Loopbaan oriëntatie Ouders hebben vaak een grote invloed op de beroepskeuze van hun kind. Maar in lang niet alle gezinnen is het vanzelfsprekend dat er thuis gesproken wordt over de studiekeuzes en toekomstwensen van het kind. Wat zijn als ouder je verwachtingen van je kind, welke wensen heb je? En is het realistisch? Welke talenten heeft je kind? Hoe doet hij het op school? Stimuleer je je kind? Praat je met je kind over wat hij later wil worden? Weet je welke beroepen er eigenlijk allemaal zijn? En waar vind je later ook echt een baan in? Praat je hierover met de leerkracht? Allemaal vragen om eens bij stil te staan. Wacht niet tot groep 8 om het met je kind te hebben over naar welke school hij gaat. Maar praat vanaf groep 3 al met je kind over verwachtingen, talenten en interesses. Zoek samen uit welke beroepen en opleidingen er zijn. En ontdek samen wat je kind leuk vindt om te doen en waar het goed in is. Kiezen vakkenpakket In de loop van het voortgezet onderwijs moet je kind weer een belangrijke keuze maken. Hij moet de vakken kiezen waarin hij in het laatste jaar examen gaat doen. Binnen het VMBO kies je voor een sector en een vakkenpakket. Binnen de Havo en het Vwo maak je een profielkeuze.
Dat is voor veel kinderen geen gemakkelijke keus, want naast hun eigen belangstelling voor bepaalde vakken en hun capaciteiten, stellen de vervolgopleidingen ook eisen. Het is belangrijk een weloverwogen keuze te maken, want een, achteraf onjuiste, pakketkeuze kan een opleiding blokkeren of moeilijker bereikbaar maken. Als ouder is het belangrijk je kind te ondersteunen bij het maken van een keuze. Wanneer moet je kind een vakkenpakket kiezen?: e
VMBO na het 2 jaar. e
Havo na het 3 jaar. e
Vwo na het 4 jaar.
9. Je kind wordt meerderjarig Je kind wordt 18 jaar, dus wettelijk meerderjarig. Een bijzonder overgangsmoment van kind naar jong volwassen. Maar wat betekent het allemaal?
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
10
Als ouders krijg je minder geld en minder te vertellen, zo stopt de kinderbijslag . Je kind krijgt juist meer, zoals zorgtoeslag en stemrecht. Sommige dingen blijven echter hetzelfde, zoals de onderhoudsplicht voor je kind (tot zijn 21e verjaardag). Je kind mag allerlei beslissingen zelf nemen, zoals het afsluiten van een lening. Maar is bijvoorbeeld niet langer gratis meeverzekerd voor ziektekosten. En dit zijn slechts een aantal voorbeelden van wat er verandert als je kind 18 jaar wordt. Dus zeker iets om ruim voordat je kind 18 wordt, samen uit te zoeken! Op internet is op de site http://www.ouders.nl/m18-basisinformatie.htm ‘Help mijn kind wordt 18’, veel over te vinden en staat alles wat verandert op een rij. Zorg ervoor dat jullie goed voorbereid zijn en maak er vooral een leuk feest van als je kind 18 jaar wordt. Een hele mijlpaal.
Achtergrondinformatie
Overgangsmomenten
11