ALGEMENE FINANCIERING ALGEMEEN BESTUUR. Secretariaat. Bijlage VI - Specifieke aanwervingsvoorwaarden

Bijlage VI - Specifieke aanwervingsvoorwaarden

ALGEMENE FINANCIERING ALGEMEEN BESTUUR stadssecretaris − Belg zijn − houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − politieke en sociale wetenschappen of bestuurskunde − economische, toegepaste economische of financiële wetenschappen, handelswetenschappen of handelsingenieur − master − ten minste drie jaar administratieve beroepservaring bezitten in de openbare of privé-sector in een verantwoordelijke functie of een functie op universitair niveau

financieel beheerder − Belg zijn − houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − politieke en sociale wetenschappen of bestuurskunde − economische, toegepaste economische of financiële wetenschappen, handelswetenschappen of handelsingenieur − master − ten minste drie jaar beroepservaring bezitten in de openbare of privé-sector in een verantwoordelijke functie of een functie op universitair niveau

directeur personeel en interne organisatie − houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − politieke en sociale wetenschappen − bestuurskunde en publiek management − administratieve wetenschappen − human resources management − sociologie − pedagogische wetenschappen − psychologie − ten minste drie jaar relevante beroepservaring hebben in de privé- of de overheidssector of in de hoedanigheid van zelfstandige in hoofdberoep de “relevante beroepservaring“ refereert naar werkervaring in een functie die én naar diplomaniveau én naar functie-inhoud betekenisvol is voor de functie van directeur personeel en interne organisatie

Secretariaat beleidsadviseur houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − bestuurswetenschappen − bestuurskunde − administratieve wetenschappen − politieke en sociale wetenschappen − management voor overheidsorganisaties of public administration

-1-

diensthoofd secretariaat houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − bestuurskunde en publiek management − master in het management voor overheidsorganisaties, master in public administration of master in business administration of administratieve wetenschappen

stafmedewerker procesbeheer houder zijn van een graduaats-/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B

administratief medewerker houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld

administratief assistent geen diplomavereiste

bode geen diplomavereiste in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

Dienst financiën financieel adviseur houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A

boekhoudkundig specialist houder zijn van een diploma van het economisch hoger onderwijs van het korte type/bachelor in één van de navolgende studierichtingen: − boekhouden − boekhouden-informatica − bedrijfsmanagement - optie bedrijfsadministratie/optie boekhouden-accountancy/optie boekhoudenfiscaliteit/optie openbare administratie − bedrijfsbeheer - optie accountancy-fiscaliteit



Dienst communicatie communicatie- en informatiecoördinator − houder zijn van een universitair of daarmee gelijkgesteld diploma (HOLT/HO2C)/master − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

verantwoordelijke grafische vormgeving houder zijn van een graduaats- of bachelordiploma

-2-

ICT informaticaverantwoordelijke houder zijn van een diploma van licentiaat/master of van het hoger onderwijs van twee cycli (HO2C) of van het lange type (HOLT) dat toegang geeft tot niveau A

informatiebeheerder houder zijn van een graduaats/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B

GIS-coördinator houder zijn van een graduaats/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B

Dienst personeelszaken verantwoordelijke personeelsbeleid houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau B: − een diploma van het hoger onderwijs van het korte type − of een graduaats/bachelordiploma − of een kandidaatsdiploma of –getuigschrift, uitgereikt door een Belgische universiteit na een cyclus van ten minste twee jaar studie


preventieadviseur houder zijn van − een graduaats-/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B en − het getuigschrift van een aanvullende vorming preventieadviseur niveau 2 of dit getuigschrift behalen binnen de twee jaar

Archief archivaris houder zijn van een diploma van graduaat in het bibliotheekwezen en de documentaire informatiekunde

Dienst burgerzaken administratief medewerker houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld

medewerker evenementen en plechtigheden − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

schoonma(a)k(st)er geen diplomavereiste

-3-

Technische dienst stadspatrimonium technisch medewerker gebouwenbeheer − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs - richting bouwkunde of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technisch assistent gebouwen − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs vereist voor de specialiteit van de functie of daarmee gelijkgesteld mogelijke specialiteiten − elektricien − loodgieter − mecanicien - onderhoud c.v. − metselaar − schrijnwerker − schilder of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technische hulp geen diplomavereiste


Aankoopdienst diensthoofd aankoopdienst houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A in één van de volgende studierichtingen: − rechten − bestuurswetenschappen − bestuurskunde − administratieve wetenschappen

duurzaamheidsambtenaar houder zijn van een diploma van het hoger onderwijs van het korte type/bachelor in één van de navolgende studierichtingen: − bouw − chemie − elektromechanica − milieuzorg of houder zijn van een kandidaatsdiploma of –getuigschrift, uitgereikt door een Belgische universiteit na een cyclus van ten minste twee jaar studie


MOBILITEIT EN WERKEN

-4-

algemeen diensthoofd grondgebiedszaken − houder zijn van een diploma van licentiaat/master of van het hoger onderwijs van twee cycli (HO2C) of van het lange type (HOLT) dat toegang geeft tot niveau A in een technische studierichting − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B − ten minste drie jaar relevante beroepservaring kunnen bewijzen in een verantwoordelijke of leidinggevende functie

Technische dienst uitvoering Openbare ruimte – recyclagepark – begraafplaats technisch medewerker openbare werken − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technisch medewerker openbare ruimte − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

begeleider activeringsproject − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs, een getuigschrift van de tweede graad van het secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld. − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B. − ten minste drie jaar relevante beroepservaring hebben in de privé- of de overheidssector of in de hoedanigheid van zelfstandige in hoofdberoep de “relevante beroepservaring“ refereert naar werkervaring in een functie die én naar diplomaniveau én naar functie-inhoud betekenisvol is voor de functie van begeleider activeringsproject.

technisch assistent openbare werken − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs vereist voor de specialiteit van de functie of daarmee gelijkgesteld mogelijke specialiteiten − chauffeur − kraanman − mecanicien - onderhoud wagenpark − stratenmaker of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie C voor chauffeur of kraanman − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B voor mecanicien of stratenmaker

technisch assistent evenementen, verkeerssignalisatie, winterdienst − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie.

-5-

Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie C

technisch assistent netheid − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technisch assistent containerpark − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technisch assistent begraafplaats houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht


Technische dienst administratie technisch deskundige grondgebiedszaken − houder van een diploma van het hoger onderwijs van het korte type/bachelor in een technische studierichting of houder zijn van een kandidaatsdiploma of –getuigschrift, uitgereikt door een Belgische universiteit na een cyclus van ten minste twee jaar studie − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B


-6-

Mobiliteit mobiliteitsambtenaar houder zijn van het diploma van het artistiek hoger onderwijs van het korte type voor sociale promotie, afdeling verkeerskunde of houder zijn van een diploma van het hoger onderwijs van het korte type of van één cyclus/bachelor en in het bezit zijn van één van volgende studiegetuigschriften : − postgraduaat of een hogere opleiding in de verkeerskunde, beurtelings afgeleverd door de universiteiten UIA, VUB, UG en KUL − bijscholing “verkeer en woonomgeving” − cursus “het gemeentelijk mobiliteitsplan” of houder zijn van het diploma van hoger onderwijs van het korte type of van één cyclus/bachelor en binnen de drie jaar na de benoeming op stage één van volgende studiegetuigschriften behalen : − postgraduaat of een hogere opleiding in de verkeerskunde, beurtelings afgeleverd door de universiteiten UIA, VUB, UG en KUL − bijscholing “verkeer en woonomgeving” − cursus ”het gemeentelijk mobiliteitsplan” De vaste benoeming wordt afhankelijk gesteld van het behalen van één van de bovenvermelde studiegetuigschriften. Mocht de stagiair evenwel in de voorwaarden verkeren om in vast verband te worden benoemd, kan de proeftijd tot minimum één jaar worden ingekort.

WONEN EN LEVEN stedenbouwkundig ambtenaar − houder zijn van een diploma dat toegang geeft tot niveau A − houder zijn van een diploma van een opleiding ruimtelijke ordening zoals vastgesteld in het ministerieel besluit dd. 13 juli 2000 tot bepaling van de diploma’s van een opleiding ruimtelijke ordening − ten minste drie jaar relevante beroepservaring hebben in de privé- of de overheidssector of in de hoedanigheid van zelfstandige in hoofdberoep de “relevante beroepservaring“ refereert naar werkervaring in een functie die én naar diplomaniveau én naar functie-inhoud betekenisvol is voor de functie van stedenbouwkundig ambtenaar − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

Milieu milieuambtenaar − houder zijn van een diploma van het hoger onderwijs van het korte type/bachelor in één van de navolgende studierichtingen: − chemie - optie chemie/biochemie/milieusanering/milieuzorg − industriële milieuzorg − land- en tuinbouw − landschaps- en tuinarchitectuur − bedrijfsbeheer - optie milieuadministratie of houder zijn van een kandidaatsdiploma of –getuigschrift, uitgereikt door een Belgische universiteit na een cyclus van ten minste twee jaar studie − de proeftijd bedraagt maximum drie jaar. Binnen de drie jaar het bekwaamheidsgetuigschrift behalen waaruit blijkt dat een volgens de voorgeschreven bepalingen “VLAREM”-opleiding werd genoten.

-7-

Mocht de stagiair evenwel in de voorwaarden verkeren om in vast verband te worden benoemd, kan de proeftijd tot minimum één jaar worden ingekort.


Groene ruimte technisch medewerker groen − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs - richting landbouw, land- en tuinbouw, tuinbouw, tuinbouwtechnologie of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

technisch assistent groen − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld specialiteit tuinier of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B


Stedenbouw/ruimtelijke ordening technisch stafmedewerker − houder zijn van één van de volgende diploma’s van het hoger onderwijs van het korte type /bachelor: − bouw − openbare werken − architect-assistentie − topografie of houder zijn van een diploma van het artistiek hoger onderwijs van het korte type en voor sociale promotie - afdeling stedenbouw of houder zijn van een kandidaatsdiploma of –getuigschrift, uitgereikt door een Belgische universiteit na een cyclus van ten minste twee jaar studie − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B


Huisvesting administratief medewerker houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld

-8-

Woonbeleid stafmedewerker woonbeleid houder zijn van een graduaats-/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B

VEILIGHEID Brandweer beroepskorporaal zoals vastgesteld in het reglement voor de organisatie van de stedelijke brandweerdienst dd. 20 maart 2000, aangepast en gewijzigd tot op heden : − ten minste 1,60m groot zijn − houder zijn van minstens een diploma van hoger secundair onderwijs (algemeen, technisch of beroeps) − houder zijn van een bekwaamheidsakte in de automechanica of 6 jaar nuttige ervaring in deze specialiteit kunnen bewijzen − houder zijn van het rijbewijs van minstens categorie C − houder zijn van het brevet van hulpverlener-ambulancier, zoals voorzien in de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende medische hulpverlening, gewijzigd bij de wet van 22 februari 1994 houdende sommige bepalingen inzake volksgezondheid (B.S. 28.05.1994) en houder zijn van een geldige badge van ambulancier en aldus geregistreerd zijn in het kader van de dringende geneeskundige hulpverlening, afgeleverd door het Ministerie van Volksgezondheid − lichamelijk geschikt bevonden zijn bij een geneeskundig onderzoek dat altijd voorafgaat aan de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en selectie. Het geneeskundig onderzoek wordt verricht door de officier–geneesheer van de dienst of, bij ontstentenis, door een door de gemeenteraad aangewezen geneesheer, onverminderd de bepalingen welke gelden inzake arbeidsgeneeskunde − slagen voor de proeven inzake lichamelijke geschiktheid en de selectieproeven

bestendig wachter (uitdovend) geen diplomavereiste in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B De proeftijd bedraagt maximum twee jaar. Binnen de twee jaar een brevet E.H.B.O. en het diploma ambulancier behalen, alsmede in het bezit zijn van een geldig rijbewijs categorie C. Mocht de stagiair evenwel in de voorwaarden verkeren om in vast verband te worden benoemd, kan de proeftijd tot minimum één jaar worden ingekort.

Preventie preventieambtenaar − houder zijn van een diploma van licentiaat/master of van het hoger onderwijs van twee cycli (HO2C) of van het lange type (HOLT) dat toegang geeft tot niveau A − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

-9-

ONDERNEMEN Lokale economie ambtenaar lokale economie, toerisme en evenementen − houder zijn van een graduaats/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

Toerisme

ambtenaar lokale economie, toerisme en evenementen zie eerder

Markten medewerker evenementen en plechtigheden zie eerder

Verzustering ambtenaar lokale economie, toerisme en evenementen zie eerder

Landbouw WELZIJN Lokaal dienstencentrum centrumleider − houder zijn van een diploma van het sociaal hoger onderwijs van het korte type/bachelor − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B


logistiek assistent geen diplomavereiste

chauffeur-begeleider geen diplomavereiste in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

- 10 -

logistieke hulp geen diplomavereiste

Sociaal huis maatschappelijk werker − houder zijn van een diploma van het sociaal hoger onderwijs van het korte type/bachelor − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

VRIJE TIJD Jeugd Jeugdconsulent − houder zijn van een diploma van het sociaal hoger onderwijs van het korte type/bachelor − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

speelplein- en vormingswerker − houder zijn van een graduaats/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

JIP-preventiewerker − houder zijn van een diploma van het sociaal hoger onderwijs van het korte type/bachelor − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B




Cultuur directeur cultuurcentrum houder zijn van een diploma van licentiaat/master of van het hoger onderwijs van twee cycli (HO2C) of van het lange type (HOLT) dat toegang geeft tot niveau A

stafmedewerker cultuurcentrum houder zijn van een graduaats/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B

administratief medewerker cultuurcentrum houder zijn van een diploma van secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld

- 11 -

theatertechnicus − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B − medisch attest kunnen voorleggen waaruit de geschiktheid voor belastend en hoogtewerk en de afwezigheid van kleurenblindheid blijkt



Cubeco cultuurbeleidscoördinator -

houder zijn van een diploma van licentiaat/master of van het hoger onderwijs van twee cycli (HO2C) of van het lange type (HOLT) dat toegang geeft tot niveau A in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

Kunstacademie administratief medewerker houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld



technisch assistent − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld specialiteit schrijnwerker of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

schooma(a)k(st)er geen diplomavereiste

- 12 -

Bibliotheek dienstleider-biliothecaris − houder zijn van een universitair of daarmee gelijkgesteld diploma (HOLT/HO2C)/master − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

assistent-dienstleider houder zijn van een einddiploma op graduaatsniveau uitgereikt door een erkende instelling voor bibliotheekwetenschappen

bibliotheekassistent − houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld − houder zijn van een akte van bekwaamheid tot het houden van een openbare bibliotheek of een getuigschrift initiatie in de bibliotheek-, documentatie- en informatiekunde of een einddiploma uitgereikt door een erkende instelling voor bibliotheekwetenschappen



Sport sportfunctionaris-sportmanager − houder zijn van een diploma van licentiaat/master in de lichamelijke opvoeding − de proeftijd bedraagt maximum drie jaar Binnen de drie jaar het brevet “sportfunctionaris” afgeleverd door de Vlaamse Trainersschool of een als gelijkwaardig erkend diploma behalen. Als gelijkwaardig aan het brevet “sportfunctionaris” worden beschouwd: 1. het licentiaatsdiploma van de universitaire specialisatieopleiding in de Sport- en Bewegingswetenschappen richting sport- en recreatiemanagement; 2. de diploma’s van licentiaat in de lichamelijke opvoeding met postgraduaat in sportmanagement behaald voor 31 december 1994, met name: • licentiaat in de sportagogiek - richting management van de Rijksuniversiteit Gent; • adviseur in sport- en recreatiemanagement van de Katholieke Universiteit Leuven; • licentiaat in de vrijetijdsagogiek - richting recreatie, sport en toerisme van de Vrije Universiteit Brussel. Mocht de stagiair evenwel in de voorwaarden verkeren om in vast verband te worden benoemd, kan de proeftijd tot minimum één jaar worden ingekort. − de verplichting aangaan ten minste om de twee jaar een bijscholingscursus van minimum 6 uur te volgen, georganiseerd door de Vlaamse Trainersschool of door een andere door het BLOSO daartoe erkende instelling

tweede sportfunctionaris − houder zijn van een diploma van geaggregeerde voor het lager secundair onderwijs in de lichamelijke opvoeding/bachelor − houder zijn van het brevet van sportfunctionaris, afgeleverd door de Vlaamse Trainersschool of van één van de volgende diploma’s of getuigschriften : 1. het licentiaatsdiploma van de interuniversitaire specialisatieopleiding bewegingswetenschappen - richting sport- en recreatiemanagement;

- 13 -

in

de sport-

en

2. één van de diploma’s van licentiaat in de lichamelijke opvoeding met postgraduaat in sportmanagement behaald vóór 31 december 1994, met name: • licentiaat in de sportagogiek - richting management van de Universiteit Gent; • adviseur in sport- en recreatiemanagement van de Katholieke Universiteit Leuven; • licentiaat in de vrijetijdsagogiek - richting recreatie, sport en toerisme van de Vrije Universiteit Brussel. − de verplichting aangaan ten minste om de twee jaar een bijscholingscursus van minimum 6 uur te volgen, georganiseerd door de Vlaamse Trainersschool of door een andere door het BLOSO daartoe erkende instelling

coördinator recreatief-educatieve projecten -

houder zijn van een graduaats-/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

sportpromotor houder zijn van een graduaats-/bachelordiploma dat toegang geeft tot niveau B


sportmedewerker houder zijn van een diploma van hoger secundair onderwijs - richting sport of sport-wetenschappen of daarmee gelijkgesteld

sportassistent houder zijn van een diploma van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld

redder − houder zijn van een brevet van redder − houder zijn van een brevet van E.H.B.O. − de verplichting aangaan jaarlijks een door BLOSO erkende bijscholing te volgen die concreet het oefenen van reddings- en reanimatietechnieken omvat

technisch assistent − houder zijn van een diploma of getuigschrift van lager secundair onderwijs of daarmee gelijkgesteld of minstens zes jaar functierelevante ervaring kunnen bewijzen. Functierelevante ervaring refereert naar rechtstreeks dienstige professionele ervaring voor de te begeven functie. Het rechtstreeks dienstig karakter is aan te tonen aan de hand van het curriculum vitae waarin de ervaring wordt beschreven en een voor te leggen attest van de vorige werkgever(s) waarin de ervaring wordt toegelicht − in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B


logistieke hulp geen diplomavereiste

- 14 -

Kermissen /officiële plechtigheden medewerker evenementen en plechtigheden zie eerder

Buitenschoolse kinderopvang coördinator kinderopvang -

-

houder zijn van één van onderstaande diploma’s of studiebewijzen : 1. een diploma van het hoger onderwijs met een of meer cycli, van het hoger onderwijs van sociale promotie van het korte type, van het universitair onderwijs met een of meer cycli, van een bacheloropleiding of van een masteropleiding; 2. een eindstudiebewijs van de postgraduaatopleiding “leidinggevende in kinderopvang”, ingericht door de Arteveldehogeschool van Gent; 3. een eindstudiebewijs van de postgraduaatopleiding ‘verantwoordelijke in kinderopvang”, ingericht door de Karel de Grote Hogeschool van Antwerpen. Alle kwalificatiebewijzen (ook afgeleverd buiten een Europese lidstaat) worden als gelijkwaardig beschouwd, mits erkenning door het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming, NARIC-Vlaanderen. in het bezit zijn van een geldig rijbewijs van minstens categorie B

medewerk(st)er BKO houder zijn van één van onderstaande diploma’s, studiegetuigschriften, brevetten of eindstudiebewijzen : 1. een diploma secundair onderwijs van het derde jaar van de derde graad van het voltijds beroepssecundair onderwijs, uitgereikt vanaf het schooljaar 1997-1998, van de volgende richtingen : kinderzorg, begeleider in kinderopvang of kinderzorg/begeleider in kinderopvang; 2. een diploma van het onderwijs van het derde jaar van de derde graad van het voltijds beroepssecundair onderwijs, van de volgende richting : een naamloos jaar, als bij het diploma een door de verificateur van het ministerie van Onderwijs voor waar en echt verklaard attest is gevoegd waarop vermeld is dat het leerplan kinderzorg volledig is gevolgd; 3. een brevet van het zesde leerjaar van het voltijds beroepssecundair onderwijs, van de studierichting kinderverzorging, uitgereikt uiterlijk tot en met het schooljaar 1985-1986; 4. een studiegetuigschrift en een kwalificatiegetuigschrift van het zesde leerjaar van het voltijds secundair beroepsonderwijs, van de studierichting kinderverzorging, uitgereikt tijdens de periode vanaf schooljaar 1986-1987 tot en met schooljaar 1993-1994; 5. een studiegetuigschrift van het tweede leerjaar van de derde graad van het voltijds beroepssecundair onderwijs, van de studierichting kinderverzorging, uitgereikt in de periode vanaf schooljaar 1994-1995 tot en met schooljaar 1996-1997; 6. een diploma van het secundair onderwijs, uitgereikt door de examencommissie van de Vlaamse Gemeenschap voor het voltijds secundair onderwijs, dat betrekking heeft op een examenprogramma van de studierichting personenzorg, specialisatiejaar, en de onderliggende studierichting kinderverzorging van het voltijds secundair onderwijs; 7. een diploma van het tweejarige opleidings- en tewerkstellingsproject voor migrantenvrouwen in de kinderopvang, georganiseerd door VBJK, het huidige Expertisecentrum voor opvoeding en kinderopvang, in samenwerking met het Vlaams Centrum voor Integratie van Migranten en Kind en Gezin in 1996 en 1997; 8. een certificaat van het beroepssecundair volwassenenonderwijs van de richting kinderzorg, begeleider kinderopvang of kinderzorg/begeleider kinderopvang; 9. een diploma secundair onderwijs van het tweede jaar van de derde graad van het voltijds technisch secundair onderwijs van de volgende richtingen : sociale en technische wetenschappen, jeugd- en gehandicaptenzorg, bijzondere jeugdzorg, gezondheids- en welzijnswetenschappen of verpleegaspirant; 10. een diploma secundair onderwijs van het derde jaar van de derde graad van het voltijds technisch secundair onderwijs van de volgende richtingen : internaatswerking of leefgroepenwerking; 11. een diploma secundair onderwijs van het secundair-na-secundair van het voltijds technisch secundair onderwijs van de volgende richtingen : internaatswerking of leefgroepenwerking;

- 15 -

12. een certificaat van het technisch secundair volwassenenonderwijs van de richting jeugd en gehandicaptenzorg; 13. een diploma secundair onderwijs van het derde jaar van de vierde graad van het voltijds secundair beroepssecundair onderwijs van de richting verpleegkunde; 14. een diploma van het hoger beroepsonderwijs van de opleiding verpleegkunde; 15. een ondernemersdiploma verantwoordelijke kinderopvang, uitgereikt door een SYNTRA-centrum; 16. een eindstudiebewijs van de ondernemersopleiding beheerder particuliere opvanginstelling, georganiseerd door het Vlaams Instituut voor Zelfstandig Ondernemen of een SYNTRA-centrum; 17. een diploma of certificaat van het hoger onderwijs met een of meer cycli, van het hoger onderwijs van sociale promotie van het korte type, van het universitaire onderwijs met een of meer cycli, van een bacherloropleiding of van een masteropleiding; 18. een eindstudiebewijs van de postgraduaatopleiding “leidinggevende in kinderopvang”, ingericht door de Arteveldehogeschool van Gent; 19. een eindstudiebewijs van de postgraduaatopleiding “verantwoordelijke in kinderopvang”, ingericht door de Karel de Grote Hogeschool van Antwerpen; 20. een eindstudiebewijs deeltijds beroepssecundair onderwijs van de opleiding begeleider in de kinderopvang. Alle kwalificatiebewijzen (ook afgeleverd buiten een Europese lidstaat) worden als gelijkwaardig beschouwd, mits erkenning door het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming, NARIC-Vlaanderen.

begeleid(st)er BKO houder zijn van één van onderstaande certificaten, titels of attesten : 1. een certificaat van het beroepssecundair volwassenenonderwijs van de richting begeleider buitenschoolse kinderopvang; 2. een titel van beroepsbekwaamheid “begeleider buitenschoolse opvang” als vermeld in het decreet van 30 april 2004 betreffende het verwerven van een titel van beroepsbekwaamheid; 3. een attest van de opleiding “begeleider buitenschoolse opvang”, gefinancierd door de VDAB, gegeven door een door Kind en Gezin erkende opleidingsorganisatie; 4. een attest dat bevestigt dat het eerste en het tweede studiejaar van de opleiding “leraar kleuteronderwijs”, “leraar lager onderwijs” of “graduaat orthopedagogie” met vrucht zijn voltooid; 5. een attest dat bevestigt dat alle modules van het eerste en tweede studiejaar van de bacheloropleiding “onderwijs” of “orthopedagogie” met vrucht zijn voltooid; 6. een attest dat bevestigt dat het eerste en tweede studiejaar van de opleiding “orthopedagogiek” van het volwassenenonderwijs met vrucht zijn voltooid. 7. een attest van de startopleiding begeleider buitenschoolse opvang, uitgereikt door een centrum voor volwassenenonderwijs met erkenning voor het studiegebied personenzorg. dit attest is gelijkwaardig aan het attest van de opleiding “begeleider buitenschoolse opvang” zoals onder 3. voorzien. In de gevallen, vermeld in het eerste lid, 4, 5 en 6 wordt het attest opgesteld en voor waar en echt verklaard door de directeur van de onderwijsinstelling waar de opleiding gevolgd werd. In het geval, vermeld in het eerste lid, 7, bestaat de startopleiding uit volgende vijf modules uit de modulaire opleiding kinderzorg/begeleider in de kinderopvang of de modulaire opleiding begeleider buitenschoolse opvang : 1° module Zorg in de kinderopvang 1; 2° module Begeleiding van het schoolgaande kind 1; 3° module Begeleiding van het schoolgaande kind 5; 4° module Begeleiding van het schoolgaande kind 6; 5° module Zorg in de kinderopvang 4. De modules, vermeld in het derde lid, zijn vermeld op het attest. Alle kwalificatiebewijzen (ook afgeleverd buiten een Europese lidstaat) worden als gelijkwaardig beschouwd, mits erkenning door het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Agentschap voor Kwaliteitszorg in Onderwijs en Vorming, NARIC-Vlaanderen.

- 16 -

ALGEMENE FINANCIERING ALGEMEEN BESTUUR. Secretariaat. Bijlage VI - Specifieke aanwervingsvoorwaarden

Recommend Documents