Opleidings- en begeleidingsplan promovendus
UL- Faculteit der Letteren Instituut Pallas P.N. van Eyckhof 3/geb. 1165-1e etage Postbus 9515, 2300 RA Leiden
De werkgever ziet er op toe dat een op de promovendus afgestemd opleidings- en begeleidingsplan wordt vastgesteld. (cao, art. 4.4) Dit opleidingsplan wordt binnen drie maanden na het aangaan van het dienstverband aan de promovendus uitgereikt. (cao, art. 4.4) Het opleidings- en begeleidingsplan wordt tegen het einde van het eerste jaar nader ingevuld voor de verdere duur van het dienstverband en wordt zonodig van jaar tot jaar bijgesteld. (cao, art. 4.4) Het instuut Pallas vraagt elk jaar (september) een voortgangsrapportage van de promovendus om de voortgang te toetsen. Het Opleidings- en begeleidingplan dient hierbij als uitgangspunt. De promovendus beschikt over een werkplek met bureau & kast, computer met account en een kopieerkaart voor het WSD-complex. Bij het instituut Pallas zijn budgetten beschikbaar diverse zaken. Deze worden vermeld op de website www.pallas.leidenuniv.nl > subsidie & budget > Pallas.
Algemeen Promovendus Titel project Vraagstelling Start aanstelling
Indien deeltijd, factor
Einde aanstelling Promotor
Promotor 2
Begeleider
Begeleider
Begeleider
Begeleider
Taakverdeling t.a.v. de begeleiding
Frequentie van begeleiding
(o.a. de dagelijkse begeleiding)
Totaal ca.
Aangemeld bij Onderzoeksschool
Onderwijs Te volgen onderwijs (zoals onderzoeksschool, ICLON, colleges, didactische cursus)
- Deelname aan cursus ‘Onderwijsvaardigheden promovendi’ maak keuze
per maak keuze
Te geven onderwijs - In het eerste en vierde jaar geeft de promovendus GEEN onderwijs Verwerven van eventueel ontbrekende onderzoeksrelevante kennis
Financieel Grote uitgaven (reisplannen, lang verblijf in buitenland, bijzonder onderzoeksmateriaal) -
Schematisch werkplan (hele traject) (onderzoek – rapportage – voortgangsgesprekken – R&O-gesprek - te volgen onderwijs – te geven onderwijs (+ vermelding begeleider) – congresbezoek – onderzoeksreis)
Jaar 1
-
Jaar 2
-
Jaar 3
-
Jaar 4
-
Jaar 5
-
Document printen ter ondertekening. Bevat bijlage: ‘Begeleiding en opleiding promovendi’
Ondertekening Promovendus
dd. ......................................................................................
Promotor
te dd.
...................................................................................... 2e Promotor
te dd.
...................................................................................... Directeur Pallas
te dd.
.....................................................................................
te
Bijlage Begeleiding en opleiding promovendi Inleiding Begeleiding en opleiding promovendi Begeleiding (o.a. vertrouwenspersoon) Opleiding Te geven onderwijs Overzicht van jaar tot jaar
Inleiding Pallas verzorgt de opleiding en begeleiding van promovendi op het gebied van de letterkunde en de kunstgeschiedenis van de westerse wereld. Het universitaire promotiereglement vormt daarbij het uitgangspunt. Pallas kent drie soorten promovendi: reguliere promovendi (eerste, tweede en derde geldstroom), met een aanstelling van drie of vier jaar; deze promovendi zijn lid van het instituut. buitenlandse buitenpromovendi, met doorgaans een beurs voor reis- en verblijfskosten; deze promovendi zijn lid van het instituut. buitenpromovendi met een Nederlandse achtergrond; deze promovendi zijn geen lid van het instituut. Het opleidings- en begeleidingstraject is verplicht voor reguliere aio’s en buitenlandse buitenpromovendi. Voor Nederlandse buitenpromovendi is deelname aan de opleidingscomponent optioneel. Deze laatste groep wordt uitgenodigd voor de meeste activiteiten. Promovendi maken deel uit van een van de volgende drie onderzoeksclusters: Classics and Classical Civilization Medieval and Early Modern Studies Modern and Contemporary Studies Door de wetenschappelijke activiteiten die binnen deze onderzoeksclusters worden georganiseerd (congressen, lezingen, aio-presentaties, excursies e.d.) komen promovendi in contact met onderzoekers (vaste staf, post-docs, promovendi en MPhil-studenten) die actief zijn binnen eenzelfde periode.
Begeleiding en opleiding promovendi Hier volgt een beschrijving van wat de opleiding en begeleiding van promovendi behelst. Daarbij wordt uitgegaan van een nominale duur van het promotietraject van vier jaar. Promovendi met een MPhildiploma krijgen in beginsel een aanstelling van drie jaar. Het 2e jaar van de MPhil-opleiding valt namelijk geheel of grotendeels samen met het 1e jaar van het promotietraject. Het uiteindelijke resultaat van het MPhil-studieonderdeel Writing a Research Proposal (3e semester) vormt het feitelijke dossier dat kan worden gebruikt bij de jaarlijkse aio-ronde. Na voltooiing van het promotietraject is men gerechtigd de titel ‘dr.’ te voeren.
Begeleiding Eerste kennismaking Nieuw aangestelde promovendi worden (zo mogelijk als groep) uitgenodigd voor een kennismakingsbijeenkomst. Ze ontvangen praktische informatie aangaande de Leidse universiteit, de faculteit en Pallas. Iedere nieuwe promovendus wordt voorgesteld aan de medewerkers van het secretariaat en gekoppeld aan een ouderejaars promovendus die gedurende het beginjaar als eerste aanspreekpunt fungeert. Het secretariaat van Pallas zorgt ervoor dat promovendi bij het begin van hun aanstelling beschikken over een werkplek/sleutel met bureau en kast, computer met account en een kopieerkaart voor het WSD-complex. Opleidings- en begeleidingsplan Op initiatief van de promotor wordt aan het begin van het promotietraject (in de maand september) een Opleidings- en begeleidingsplan (OBP) vastgesteld.
Hierin wordt onder meer vastgelegd wat de promovendus, de promotor en eventuele andere begeleiders van elkaar kunnen verwachten en op welke termijn. Ook over het aantal werkbesprekingen van de promovendus met de promotor/begeleidingsgroep worden afspraken gemaakt. Daarbij geldt als minimum één gesprek per maand, met in het 1e jaar van de aanstelling een wat hogere frequentie. Delen van de dissertatie worden uiterlijk drie weken na indiening bij de promotor besproken en van commentaar voorzien. In het OBP wordt tevens vastgelegd dat de uitkomsten van (een gedeelte van) het onderzoek worden gepresenteerd tijdens een internationaal congres/symposium. Voortgangsrapportage Pallas vraagt elk jaar (in september) een voortgangsrapportage van de promovendus om de voortgang te toetsen. Het OBP dient hierbij als uitgangspunt. Indien zich ingrijpende wijzigingen in het werkplan voordoen, kan het OBP in deze zin worden aangepast.
Jaarlijks gesprek met de directeur Ieder jaar voert de directeur een persoonlijk gesprek met alle promovendi die lid zijn van het instituut. Tijdens dit gesprek kan door beide gesprekspartners alles ter sprake worden gebracht wat met het promotietraject en het werken aan de dissertatie te maken heeft. Tijdens het gesprek worden notities gemaakt, maar die zijn alleen ter inzage van de directeur. Laatstgenoemde treedt op als vertrouwenspersoon. Het kan nuttig zijn wanneer de directeur bepaalde kwesties die ter tafel zijn geweest bespreekt met de promotor. Dit geschiedt alleen indien en voorzover de promovendus daarmee instemt. Vertrouwenspersoon Dr. Yasco Horsman (Literatuurwetenschap) treedt op als vertrouwenspersoon binnen het Instituut. Promovendi kunnen in bijzondere gevallen bij hem aankloppen voor kwesties die ze bij voorkeur niet met hun promotor of de directeur van Pallas willen bespreken. E-mail
[email protected] Tel. 071-527 2777
Opleiding Een promovendus besteedt maximaal 15% van de beschikbare tijd aan het geven en volgen van onderwijs. Onderwijsprogramma landelijke onderzoekscholen Promovendi nemen deel aan het onderwijsprogramma dat wordt aangeboden door de landelijke onderzoekschool waarbij ze – bij het begin van hun aanstelling – door Pallas worden aangemeld. Het instituut onderhoudt contact met zes landelijke onderzoekscholen. Op de diverse websites is nadere en actuele informatie te vinden over de betreffende onderwijsprogramma. OIKOS (Research School in Classical Studies) Dept. of Classics Leiden University P.O. Box 9515, NL-2300 RA Leiden Telephone (+31) (0)71 527 2671 e-mail
[email protected] www.oikos.leidenuniv.nl Vertegenwoordiger UL: Prof.dr. I. Sluiter (GLTC) Huizinga Instituut (Onderzoekschool voor Cultuurgeschiedenis) secr. P.J. Koopman Spuistraat 134, NL-1012 VB Amsterdam tel. (+31) (0)20 5254433 e-mail
[email protected] http://cf.hum.uva.nl/~huizinga/ Vertegenwoordiger UL: Prof.dr. P.J. Smith (Franse taal en cultuur) Kunstgeschiedenis secr. OSK Kromme Nieuwegracht 29, NL-3512 HD Utrecht tel. (+31) (0)30 2536006 e-mail
[email protected] www.onderzoekschoolkunstgeschiedenis.nl Vertegenwoordiger UL: geen (vacant) Mediëvistiek secr. Onderzoekschool Mediëvistiek Oude Boteringestraat 23 P.O. Box 716, NL-9700 AS Groningen tel. (+31) (0)50 363 6040 fax (+31) (0)50 363 7263 e-mail
[email protected] www.medievistiek.nl Vertegenwoordiger UL: Prof.dr. W. van Anrooij (Nederlandse taal en cultuur) Onderzoekschool Literatuurwetenschap (OSL) secr. OSL Muntstraat 2a, NL-3512 EV Utrecht tel. (+31) (0)30 2536445 e-mail
[email protected] www.let.uu.nl/osl Vertegenwoordiger UL: Prof.dr. L.M.L. Rodríguez (TCLA)
Onderzoeksclusters De onderzoekersclusters Classics and Classical Civilization, Medieval and Early Modern Studies en Modern and Contemporary Studies hebben een programmacommissie die wetenschappelijke activiteiten organiseert, minstens vier per jaar (lezingen, aio-presentaties, excursies e.d.). Promovendi nemen actief deel aan de activiteiten van het cluster waar ze toe behoren. Algemene cursussen De Faculteit der Letteren stelt promovendi in de gelegenheid deel te nemen aan cursussen gericht op het ontwikkelen van bijzonder vaardigheden. Zie voor nadere informatie: www.phdcourses.leidenuniv.nl.
Te geven onderwijs Het geven van onderwijs beperkt zich tot het 2e en 3e jaar. Hierbij treedt een ervaren docent op als coach. Het 1e jaar is bedoeld om het onderzoek goed op te kunnen zetten, het 4e jaar is bestemd voor de afronding van het onderzoek en de afwerking van het manuscript. Promovendi die onderwijs gaan geven (alleen degenen die nog geen didactische aantekening hebben), volgen in het 2e semester van het 1e jaar een cursus didactische vaardigheden, die wordt verzorgd door het ICLON. Promovendi kunnen in het 2e semester van het 1e jaar praktijkervaring opdoen door mee te lopen met een ervaren docent.
Overzicht van jaar tot jaar Jaar 1 - Opstellen van een opleidings- en begeleidingsplan. - Regelmatige besprekingen met de promotor (en/of eventuele andere begeleiders), in het 1e halfjaar minimaal 1x in de 2 à 3 weken, in het 2e halfjaar minimaal 1x per maand. - Deelname aan wetenschappelijke activiteiten georganiseerd door (één van) de onderzoeksclusters Classics and Classical Civilization, Medieval and Early Modern Studies en Modern and Contemporary Studies. - Deelname aan (eventueel) door de promotor georganiseerd promovendioverleg of andere onderzoeksgerelateerde bijeenkomsten.[1] - Onderwijsprogramma landelijke onderzoekschool. - Cursus Didactische vorming (ICLON), alleen indien een didactische aantekening ontbreekt. - Lokaal scholingsaanbod promovendi door de afdeling Loopbaanadvies & Opleidingen (optioneel). - Gesprek met de directeur van het onderzoeksinstituut. [1] Binnen Kunstgeschiedenis bestaan bijv. plannen voor een Joint PhD Programme met diverse buitenlandse universiteiten (Berlijn, Florence, Emory en UC Santa Barbara).
Jaar 2 - Regelmatige besprekingen met de promotor (en/of eventuele andere begeleiders), minimaal 1x per maand. - Deelname aan wetenschappelijke activiteiten georganiseerd door (één van) de onderzoeksclusters Classics and Classical Civilization, Medieval and Early Modern Studies en Modern and Contemporary Studies. - Deelname aan (eventueel) door de promotor georganiseerd promovendi-overleg of andere onderzoeksgerelateerde bijeenkomsten. - Presentatie van het onderzoek ten overstaan van de leden van het onderzoeksinstituut. Deze presentatie kan desgewenst ook plaatsvinden in het 1e jaar. - Onderwijsprogramma landelijke onderzoekschool. - Presentatie van de uitkomsten van (een gedeelte van) het onderzoek tijdens een internationaal congres/symposium. Deze presentatie kan ook worden geprogrammeerd in het 3e of 4e jaar. - Lokaal scholingsaanbod promovendi door de afdeling Loopbaanadvies & Opleidingen (optioneel). - Geven van onderwijs. - Gesprek met de directeur van het onderzoeksinstituut. Jaar 3 - Regelmatige besprekingen met de promotor (en/of eventuele andere begeleiders), minimaal 1x per maand. - Deelname aan wetenschappelijke activiteiten georganiseerd vanuit (één van) de onderzoeksclusters Classics and Classical Civilization, Medieval and Early Modern Studies en Modern and Contemporary Studies. - Deelname aan (eventueel) door de promotor georganiseerd promovendioverleg of andere onderzoeksgerelateerde bijeenkomsten. - Lokaal opleidingsaanbod promovendi door de afdeling Loopbaanadvies & Opleidingen (careercounseling/loopbaanoriëntatie, netwerk-sollicitatiecursus). - Verzorgen van onderwijs. - Gesprek met de directeur van het onderzoeksinstituut. Jaar 4 - Regelmatige besprekingen met de promotor (en/of eventuele andere begeleiders), minimaal 1x per maand. - Deelname aan wetenschappelijke activiteiten georganiseerd vanuit één van de onderzoeksclusters Classics and Classical Civilization, Medieval and Early Modern Studies en Modern and Contemporary Studies. - Deelname aan (eventueel) door de promotor georganiseerd promovendioverleg of andere
onderzoeksgerelateerde bijeenkomsten. - Lokaal opleidingsaanbod promovendi door de afdeling Loopbaanadvies & Opleidingen (wetenschapsjournalistiek). - Gesprek met de directeur van het onderzoeksinstituut.