Agora Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek
Agora Jaarverslag 2014
agora.nu
Inhoud Jaarverslag 2014 Voorwoord Leeswijzer
1 Visie, missie en doelstellingen 2 De organisatie 3 Leerlingaantallen 4 Personeel 5 Onderwijs en identiteit 6 Middelen en voorzieningen 7 Financiële situatie op balansdatum 8 Continuïteitsparagraaf 9 Verslag van de Raad van Toezicht 10 Verslag van de Medezeggenschapsraad
b
De jaarrekening 2014
c
Overige gegevens 2014
Balans per 31 december 2014 Staat van baten en lasten over 2014 Kasstroomoverzicht over 2014 1 Algemene toelichting 2 Grondslagen voor waardering activa en passiva 3 Grondslagen voor bepaling van het resultaat 4 Financiële instrumenten en risicobeheersing 5 Activa 6 Toelichting bij Kasstroomoverzicht 7 Passiva 8 Verantwoording subsidies 9 Niet in de balans opgenomen verplichtingen en activa 10 Baten 11 Lasten 12 Financiële baten en lasten
1 Resultaat bestemming 2 Gebeurtenissen na balansdatum 3 Controleverklaring van de accountant 4 Colofon
10 12 16 20 23 30 32 35 40 43
Inhoud
Bestuursverslag 2014
3 48 49 50 51 51 53 54 55 57 57 61 62 62 64 69
72 72 73 75
Jaarverslag Agora 2014
a
6 7
Agora Jaarverslag 2014
Voorwoord
Voorwoord
Voor u ligt het jaarverslag 2014 van de Stichting Agora. We geven u hierin een beeld van de belangrijkste ontwikkelingen die in 2014 hebben plaatsgevonden en de keuzes die we hebben gemaakt. Hierbij gaat het met name om de wijze waarop we de ons ter beschikking staande middelen hebben besteed, welke resultaten we daarmee hebben bereikt en welke verbeterpunten we hebben geconstateerd.
Jaarverslag Agora 2014
6
In zijn algemeenheid kunnen we tevreden zijn over het achter ons liggende jaar. De resultaten zijn goed geweest. Dit geldt niet alleen voor de bedrijfsvoering. Voorop staat steeds het onderwijsbelang; daarin ligt immers de legitimering van ons handelen. Wat merken het kind in de klas, zijn/haar ouders en onze medewerkers van onze inspanningen en de keuzes die we maken? In financieel opzicht hebben we het jaar 2014 kunnen afsluiten met een mooi saldo. Dit saldo wordt voor een deel bepaald door een verstandig en verantwoord financieel beleid, zoals het actief inspelen op de (gematigde) krimp in de regio en het organiseren van flexibiliteit en beleidsruimte voor directeuren. Dit zijn belangrijke keuzes. We hebben in 2014 echter ook te maken gehad met een forse financiële injectie uit de middelen van het Najaarsakkoord (2013) en het Nationaal Onderwijs Akkoord die eind 2013 zijn toegekend. Deze hebben we met name goed kunnen benutten voor professionaliseringsdoeleinden en voor het door-ontwikkelen van het niveau van ICT-gebruik in het onderwijs. Ook in andere opzichten is 2014 een goed jaar geweest voor Agora. De visuele uitstraling veranderde door het invoeren van een frisse nieuwe huisstijl. Zowel Agora als organisatie, als de scholen en het centraal bureau als onderdeel van deze organisatie, kregen een nieuw logo. De nieuwe huisstijl zal geleidelijk aan verder worden
ingevoerd en de ‘oude’ uitingen verdringen. De samenwerking met TintelTuin in de vorming van Integrale Kindcentra (IKC’s) krijgt steeds verder gestalte, de scholen leveren onderwijs van goed niveau (alle scholen basisarrangement), Agora Support krijgt een steeds herkenbaarder gezicht als ‘smeerolie’ binnen de organisatie en het aantal klachten is voor een organisatie van onze omvang gering. De invoering van Passend Onderwijs leverde geen problemen op. Deze tevredenheid kan echter geen reden zijn tot een pas op de plaats. Het streven naar vernieuwing/ optimalisering is een geïntegreerd onderdeel van wat we doen. In de tweede helft van 2014 zijn voorbereidingen getroffen voor het nieuwe meerjarenbeleidsplan (2015 t/m 2019): ‘Leren/Leven’. Een belangrijke verdieping hierin is de aandacht voor ‘bildung’. Aandacht dus voor de brede vorming van kinderen als onderdeel van het onderwijsprogramma; niet ter vervanging van, maar naast de ‘reguliere’ schoolvakken. Doordat de organisatie in financieel opzicht op orde is, hoeven deze middelen niet benut te worden om gaten te dichten, maar kunnen we ze inzetten in onderwijs vernieuwende projecten en kwaliteit verhogende maatregelen. Wij wensen u veel leesplezier. Het College van Bestuur, Taco Keulen, voorzitter Rien Spies, lid
Deel A omvat het bestuursverslag, waarbij de focus ligt op horizontale verantwoording aan onze stakeholders. Naast de missie, visie en doelstellingen wordt de organisatiestructuur van Agora kort toegelicht. Vervolgens komen de kengetallen rondom leerlingaantallen en personeel aan de orde. In hoofdstuk A5 wordt stilgestaan bij de door ons behaalde onderwijsresultaten. Daarna komt de bedrijfsvoering aan de orde, gevolgd door de financiële resultaten per balansdatum en de continuïteitsparagraaf. Het bestuursverslag wordt afgesloten met het verslag van de Raad van Toezicht en dat van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad. In deel B wordt de jaarrekening 2014 nader toegelicht, waarbij de focus ligt op verticale verantwoording aan het Ministerie van OCW. De hoofdstukindeling is conform ‘voorgeschreven’ wet en regelgeving (RJ 660) ingericht. Alle verplichte tabellen en gebruikte grondslagen zijn opgenomen. Het jaarverslag wordt afgesloten met deel C, waarin de ‘controleverklaring van de onafhankelijke accountant’ de belangrijkste paragraaf vormt.
7 Jaarverslag Agora 2014
Dit jaarverslag bestaat uit drie delen.
Leeswijzer
Leeswijzer
Bestuursverslag 2014
a
1
Visie, missie en doelstellingen
Bestuursverslag
Als Stichting voor bijzonder primair onderwijs staat Agora borg voor waarde-gedreven onderwijs. De overtuiging dat de essentie van het leven verder gaat dan het hier en nu, inspireert ons in onze ambitie en zet ons aan het beste te halen uit onszelf en uit de kinderen die ons zijn toevertrouwd. In onze missie (waar we voor stáán) en visie (waar we voor gáán) hebben we dit als volgt geformuleerd1:
Jaarverslag Agora 2014
10
Missie
‘Vanuit Christelijk geloof, levensovertuiging en daaraan ontleende waarden, waarderen wij ons handelen aan de opbrengst bij het kind. Samenwerking van professioneel personeel en van de scholen onderling brengt Agora tot een hogere kwaliteit. Iedere school vindt haar uitdaging in de dynamiek van de samenleving en de opdracht die daaruit voor ieder kind afzonderlijk voortvloeit. Daarin mag ieder kind zich gekend weten. Agora ziet hierin haar opdracht en haar reden van bestaan’.
Visie
‘Agora werkt continu aan het verbeteren van het onderwijs. Het bieden van Goed Onderwijs is wat we nastreven. Goed Onderwijs betreft een drietal samenhangende terreinen waarop we het beste wat we hebben willen inzetten. Dat zijn passend onderwijs voor alle leerlingen, een breed aanbod in samenhang met wijk, vrije tijd en opvang, en op opbrengsten gericht onderwijs dat recht doet aan de capaciteiten en talenten van kinderen. Dit moet in alle scholen merkbaar zijn’.
Doelstellingen
Wij zijn een ambitieuze organisatie. Voor de toekomst van de samenleving is het essentieel dat ‘nieuwe leden’ goed toegerust zijn. Ouders die hun kind aan ons toevertrouwen, kinderen die onze scholen bezoeken en medewerkers die bij ons werken hebben recht op zo optimaal mogelijke omstandigheden. Agora streeft er dan ook naar een toonaangevende onderwijsinstelling te zijn, niet alleen in onze ‘eigen’ Zaanstreek, maar ook landelijk. Kinderen moeten effectief kunnen leren. Goed toegeruste en tevreden medewerkers moeten hen daarbij terzijde staan en gebruik kunnen
maken van moderne en effectieve methoden. De bedrijfsvoering moet op orde zijn en er moeten mogelijkheden zijn voor innovatie. Dat is hoe we het willen! In ons Meerjarenbeleidsplan (Bouwen aan Goed Onderwijs – op weg naar 2015) formuleren we de volgende meerjarendoelen:
1:
Onderwijs & Identiteit Passend Onderwijs
Voor alle leerlingen van Agorascholen zien we volwaardig burgerschap als einddoel. We streven na dat kinderen, ongeacht kleur, etnische afkomst, geslacht of beperking, mee kunnen doen in de samenleving. Dit impliceert dat we in principe alle aangemelde kinderen toelaten op onze scholen om hen een passend onderwijsaanbod te geven.
Brede Schoolontwikkeling
1 Stimulerende leeromgeving.
De school beschikt, zo nodig in samenwerking met partners, over het vermogen om onderwijs, opvang, peuterspeelzaalen buurtwerk te bieden aan de kinderen. De omgeving biedt mogelijkheden voor leren, spelen, ontdekken en ontwikkelen. 2 Samenwerking en communicatie. De scholen werken samen met ouders en partners vanuit een gedeelde pedagogie. 3 Educatief partnerschap van ouders. In de ontwikkeling van ieder individueel kind hebben ouders, school en kind ieder eigen verantwoordelijkheden. Deze ontwikkeling kan alleen optimaal zijn als ouders, school en kind als gelijkwaardige partners samenwerken.
Agora-scholen formuleren hun ambities ten aanzien van: 1 hoge verwachtingen; 2 curriculum en de resultaten daarbij; 3 evaluatie van leren en onderwijzen.
Identiteit
De scholen van Agora bieden bij voortduring aandacht aan toegankelijkheid van Christelijke waarden en uitingen in hun aanbod. Onze waarden omvatten een breed spectrum van religieuze beleving. Vanuit respect voor verschillen kunnen wij verschillend zijn en dit waarderen.
2:
Personeel & Organisatie Leiderschap en management
1 Heldere focus/gedeelde
waarden/missie/visie. Het management focust op basis van de missie op de visie en draagt op die manier de richting van de school uit. 2 Effectief leiderschap. De leidinggevenden van Agora werken volgens de zeven eigenschappen van effectief leiderschap (Covey) en kunnen dat ook zichtbaar maken in hun werkomgeving.
Cultuur en klimaat
1 Professionalisering. Agora
bevordert de professionalisering van haar medewerkers door middel van het inrichten van het kenniscentrum, het bevorderen van deelname aan Professionele Leergemeenschappen (waarbinnen de aanwezige professionaliteit geoperationaliseerd kan worden), het waarborgen van een goede gesprekkencyclus,
1
het werken met goede bekwaamheidsdossiers, en waarborgt dat er voldoende scholings-middelen beschikbaar zijn op bovenschools en schools niveau. 2 Samenwerken en communicatie. Agora bevordert de synergie in het werken vanuit het Rijnlands organiseren. Agora zorgt voor overlegstructuren waarin mogelijkheden zijn voor samenwerking (bijvoorbeeld Professionele Leergemeenschappen). Deze structuren zijn transparant. De communicatie is tweezijdig ingericht, dat wil zeggen van bovenaf en vanuit de werkvloer (het primaire proces). 3 Goed werkgeverschap. Agora voert personeelsbeleid volgens de CAO. Ze werkt met een flexibel pakket en biedt extra mogelijkheden voor de werknemers bovenop de toekomstige raam-cao.
Onderwijs & Identiteit Passend Onderwijs Brede School-
ontwikkeling Opbrengstgericht werken Identiteit
2
Personeel & Organisatie Leiderschap en
management Cultuur en klimaat
3
3:
Middelen & Voorzieningen
Middelen & Voorzieningen Centraal/Decentraal
Centraal/Decentraal Secundaire processen
De scholen hebben de middelen die hen in staat stellen hun schoolplan uit te voeren en waarbij ruimte is voor nieuw beleid. De financiële huishouding maakt tevens alle bovenschoolse activiteiten mogelijk.
(incl. huisvesting en financiën)
Secundaire processen (incl. huisvesting en financiën) Agora zorgt voor ondersteunende diensten om het primaire proces in de scholen optimaal te laten verlopen.
1
Begin 2015 worden in het kader van
de totstandkoming van het nieuwe
meerjarenbeleidsplan ‘Leren/Leven’de misie en visie van Agora her-ijkt en opnieuw geformuleerd
Bestuursverslag
Opbrengstgericht werken
11 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
2
De organisatie
Bestuursverslag
Agora is een interconfessionele stichting waarin 25 scholen zijn verenigd. Deze scholen staan alle in de Zaanstreek, in de gemeenten Zaanstad, Wormerland en Oostzaan. De stichting wordt bestuurd door een tweehoofdig College van Bestuur. De volgende scholen vallen onder de Stichting Agora:
Jaarverslag Agora 2014
12
Agora heeft een samenwerking met de Islamitische basisschool De Roos wat betreft de personeelsen financiële administratie. Ook valt De Roos onder het samenwerkingsverband WSNS 27.03. Elke school heeft een eigen website, waarop ook het schooljaarverslag gepubliceerd is. Graag nodigen wij u uit om onze schoolwebsites te bezoeken.
1
7
15
22
De Bijenkorf www.de-bijenkorf.nl
De Oceaan www.de-oceaan.nl
De Vuurvogel www.vuurvogel.nl
sbo Tijstroom www.sbo-tijstroom.nl
2
6
16
23
De Evenaar www.cbs-evenaar.nl
De Piramide www.de-piramide.nl
De Windroos www.de-windroos.nl
Tamarinde www.tamarinde.nl
3
10
17
24
De Golfbreker www.de-golfbreker.nl
De Rank www.de-rank.nl
Het Baken www.het-baken.nl
Toermalijn www.de-bijenkorf.nl
4
11
18
25
De Hoeksteen www.de-hoeksteen.nl
De Regenboog www.bs-regenboog.nl
Het Koraal www.het-koraal.nl
Willibrord www.bs-willibrord.nl
5
12
19
26
De Saenparel www.saenparel.nl
De Rietvink www.de-rietvink.nl
Het SchatRijk www.hetschatrijk.nl
De Roos www.ibs-deroos.nl
6
13
20
De Korenaar www.korenaar.nl
WormerWieken www.wormerwieken.nl
Octant www.icb-octant.nl
7
14
21
De Loopplank www.loopplank.nl
De Westerkim www.dewesterkimzaandam.nl
Paus Joannes www.paus-joannes.nl
a
... Organigram
RAAD VAN TOEZICHT
Bestuursverslag
RAAD VAN TOEZICHT
COLLEGE VAN BESTUUR
GMR
CENTRAAL BUREAU
SCHOLEN
MR
Samenstelling geledingen Raad van Toezicht Drs. F. Günther P. Prijs V. Arents E.C.M. Roodvoets M. Eijgenstein
CONTROLLER
College van bestuur Drs. T.P Keulen M.C. Spies MLE
Jaarverslag Agora 2014
13
a
...
Partners
Bestuursverslag
Agora richt zich naar haar omgeving. Zij betrekt de omgeving bij het realiseren van goed onderwijs. Ouders ziet zij daarom als partners. Ook de wijk en de mensen die er wonen, spelen een rol van betekenis. Kinderen leren en ontwikkelen niet alleen op school, maar op alle plekken waar ze komen en op elk moment van de dag. Daarom wil Agora een partnerschap aangaan met die omgeving. Samen maken we een optimale omgeving voor de kinderen.
Jaarverslag Agora 2014
14
Agora werkt ook samen met opleidingsinstituten en hogescholen, vooral met de PABO. Deze samenwerking is er vooral op gericht om te werken aan de professionalisering van de medewerkers. Deze partners helpen Agora om de kwaliteit van het onderwijs continu te verbeteren. Kinderen hebben, vóórdat ze naar een school van Agora gaan, vaak al een andere vorm van samen leren en ontwikkelen achter de rug. Ná de basisschool gaan ze allemaal naar een vorm van voortgezet onderwijs. Ook partijen die dit realiseren zijn partners van Agora. Afstemming en goede aansluiting zijn van groot belang en daar besteden we aandacht aan, zowel tussen scholen als op bestuursniveau. Omdat onderwijs de plek is waar alle kinderen samenkomen, worden scholen vaak benaderd vanuit allerlei groeperingen in de samenleving. De scholen van Agora
gaan daarbij niet op alles in. De hoofdtaak van de scholen is het geven van onderwijs. Bij de keuze uit het grote aanbod en de vele verzoeken die de scholen krijgen, zijn het onderwijsbelang en het belang van het kind altijd leidend.
Klachtenregeling
Alle scholen van Agora werken met een klachtenregeling en niet omdat dit een verplichting is. Wij vinden het belangrijk om met ouders, die wij zien als partner, in geval van ongenoegen primair met elkaar in gesprek te gaan en te blijven en te proberen het ongenoegen met elkaar op te lossen. Wanneer dit niet zou lukken, moet er een goed toegankelijke formele weg zijn om de situatie op te lossen. We steken in op een goede communicatie, waardoor we hopen dat we deze regeling niet of nauwelijks nodig hebben. De regeling waarborgt dat klachten deskundig en onafhankelijk worden beoordeeld en afgehandeld. In dit jaarverslag rapporteren wij het aantal, dat bij het bestuur, de externe vertrouwenspersoon en de landelijke klachtencommissie in behandeling is genomen. Ten aanzien van de klachtafhandeling 2014 zijn twee rapportages voorhanden: 1 Jaarverslag van de onafhankelijke vertrouwenspersoon 2 Opstelling van klachten die bij het CvB zijn binnengekomen en behandeld (hieronder) Enkele bijzonderheden: Er is in 2014 een elftal klachten binnengekomen. Doorgaans konden de klachten door nog eens nadrukkelijk met elkaar in gesprek te gaan worden opgelost, doordat begrip ontstond voor elkaars standpunten en overwegingen; In een tweetal gevallen hebben
klachten geleid tot het vertrek van leerlingen naar een andere school, hetzij van Agora, hetzij van een ander bestuur. In vijf gevallen was sprake van gedrag van leerlingen onderling: pesten, druk gedrag et cetera; In één situatie betrof het ongenoegen de overplaatsing van een kind naar het Centrum voor Passend Onderwijs; In één situatie betrof de klacht geweldpleging tussen ouders onderling Hoewel niet in alle gevallen alle partijen ten volle tevreden gesteld konden worden (twee kinderen vertrokken) leidde geen van de klachten tot een formele klacht bij de landelijke geschillencommissie Klachten vormen een bron van informatie. Bijna steeds is de oorzaak van een klacht te vinden in het zich onvoldoende gehoord weten of voelen van de ouder(s). Het is de kunst hierbij zo spoedig mogelijk weer met elkaar in gesprek te komen. De praktijk is dat dan het merendeel van de klachten verdampt.
In- en externe ontwikkelingen met impact op het onderwijs
Per 1 augustus 2014 is het passend onderwijs ingevoerd. Deze datum is binnen Agora vrijwel ongemerkt voorbij gegaan. Alle scholen hebben een Schoolondersteuningsprofiel (SOP) opgesteld waarin is aangegeven welke diversiteit van kinderen een school zelf kan behappen. Via Agora Support kunnen gespecialiseerde deskundigen of juist ‘extra handjes’ worden ingehuurd. Als ‘achtervang’ dient het SBO, waar kinderen, van wie de ondersteuningsbehoefte in de reguliere scholen ook
deze in de toekomst zal krijgen. Momenteel is in een zestal Agora scholen sprake van IKC ‘in ontwikkeling’; Agora-scholen worden bezocht door een brede populatie kinderen. Vaak min of meer los van de denominatie van de school (in relatie tot hun eigen levensovertuiging) maken ouders de beste keus voor kun kind en wegen daarin vele factoren mee (levensbeschouwelijke identiteit, onderwijskundige identiteit, nabijheid, kwaliteit, uitstraling, goede naam, persoonlijke ervaringen etc.). Een deel van de Islamitische ouders in de Zaanstreek kiest er voor kun kind(eren) op een school van Agora te plaatsen, anderen juist niet. Zij kiezen dikwijls voor een plaatsing op de Islamitische basisschool De Roos. Agora gelooft in de dialoog. Op bestuurlijk niveau vinden gesprekken plaats om de de huidige samenwerking tussen Agora en De Roos te verdiepen. Landelijk vindt discussie plaats over kleine scholen. Deze zijn moeilijk financieel gezond te maken, zijn onderwijskundig gezien kwetsbaar en zijn lastig in een brede schoolontwikkeling in te passen. CBS De Saenparel is de kleinste school van Agora (honderd leerlingen) en is een goede school. Toch hebben we besloten tot een fusie tussen De Saenparel en de nabijgelegen Willibrordschool (ook van Agora). In gezamenlijkheid is het beter mogelijk door te groeien tot een IKC en een huisvesting te realiseren die dit ondersteunt. De Saenparel en de Willibrordschool stonden beiden op de nominatie voor nieuwbouw. Met beide teams wordt in de komende jaren toegewerkt naar een eenwording.
Landelijk staat er druk op de kwaliteit van het onderwijs. Agora blijft op alle scholen permanent streven naar kwaliteitsverbetering. Wij kennen geen zwakke scholen, alle scholen voldoen aan het zgn. basisarrangement van de onderwijsinspectie. Ook binnen dit gegeven is evenwel altijd verbetering mogelijk. Door de geleidelijke krimp in leerlingenaantallen worden er momenteel weinig nieuwe leerkrachten geworven. Dit maakt het minder aantrekkelijk voor jonge mensen om voor dit vak te kiezen. De geringe ‘jonge instroom’ heeft, samen met het stijgen van de pensioenleeftijd, tevens tot gevolg dat het huidige personeelsbestand geleidelijk aan ‘vergrijst’. Tegelijk nemen de eisen die aan het beroep gesteld worden (meer samenwerking, leren van 21ste eeuwse vaardigheden etc) zeker niet af. De werving van gekwalificeerd personeel en de aansluiting van de opleidingen op eisen van de praktijk, vormen een punt van aandacht. Agora participeert actief in een samenwerkingsverband met IPABO en Hogeschool Inholland, gericht op professionalisering van aankomende leerkrachten.
Bestuursverslag
met extra ondersteuning niet vervuld kan worden, kunnen worden geplaatst. Een dergelijke plaatsing is in beginsel niet duurzaam: het streven blijft om via een tijdelijke plaatsing of een partiële plaatsing (deel van de tijd) het kind dermate te ondersteunen dat het vervolgens mogelijk is weer aan het reguliere onderwijs deel te nemen Onderwijs komt politiek gezien hoger op de agenda. In een samenleving met minder kinderen neemt de rol van het onderwijs in belang toe. Dit komt onder meer tot uiting in de toekenning van middelen uit het Nationaal Onderwijs Akkoord. Binnen Agora slagen we er in deze ook daadwerkelijk aan te wenden voor verbetering van de onderwijskwaliteit. We zijn ons er van bewust dat een plotselinge en niet structurele financiële impuls zorgvuldig en consistent opgebouwd beleid kan doorkruisen en spelen daar op in bij de inrichting van projecten (langlopende kwaliteitsimpulsen zo veel mogelijk zonder structurele verplichtingen). Op veel plaatsen wordt gewerkt aan de vorming van Integrale Kindcentra; samenwerkingsverbanden van onderwijs, kinderopvang en andere partners (sport, cultuur, zorg) waar vanuit één pedagogische benadering en met ruime openingstijden een breed aanbod wordt gerealiseerd. Agora heeft met de kinderopvangorganisatie TintelTuin een samenwerkingsovereenkomst ondertekend om gezamenlijk vorm te geven aan de IKC’s rond de Agora-scholen. In bestuurlijk overleg wordt verder gewerkt aan de uitwerking en invulling van de samenwerking en aan de formele vorm die
15 Jaarverslag Agora 2014
...
a
3
Leerlingaantallen
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
2011
2010
2009
2007
2006
2005
2004
8000 7800 7600 7400 7200 7000 6800 6600 6400 6200 6000
2003
Jaarverslag Agora 2014
16
met de landelijke trend van dalende leerlingaantallen in het primair onderwijs. De krimp is minder sterk dan in andere regio’s in NoordHolland en niet gelijkmatig over alle scholen verdeeld. Binnen onze stichting is één echte groeischool (Het Koraal), naast de grote groep dalers en de kleinere groep stabiele scholen.
Binnen Zaanstad neemt ons marktaandeel zeker niet af, maar de hele markt krimpt. De prognose van de gemeente Zaanstad gaat uit van een jaarlijkse daling met 1%, gebaseerd op de demografische ontwikkeling binnen de leeftijdscategorie 4-12 jarigen. De ontwikkeling in ons verzorgingsgebied komt overeen
leerlingaantallen: historie 2002 - 2014 + prognose 2014-2023
2002
Bestuursverslag
De jarenlange gestage groei van het aantal leerlingen is als gevolg van demografische ontwikkelingen omgebogen naar een (trendmatige) daling. In 2014 is het leerlingaantal voor het vierde achtereenvolgende jaar gedaald. Het huidige leerlingenaantal is 7.018 (1 okt 2014). De verwachting is dat de daling doorzet en uiteindelijk afvlakt bij ongeveer 6.600 leerlingen. In ons meerjarenbestuurs-formatieplan en meerjarenbegroting anticipeert Agora op deze daling, waarover later meer.
2008
a
a
...
Leerlingaantallen naar leeftijd en gewichtenregeling
Onderbouw 4 t/m 7 jaar Bovenbouw 8 jaar en ouder Aantal leerlingen
2011/2012 01-10-2011
2012/2013 01-10-2012
2013/2014 01-10-2013
2014/2015 01-10-2014
3.609 3.928 7.537
3.556 3.852 7.408
3.457 3.779 7.236
3.417 3.601 7.018
waarvan gewichtsleerling: 0,3 573 452 432 384 1,2 325 289 292 273 Gewogen leerling aantal 562 482 480 443
17 Jaarverslag Agora 2014
schooljaar Teldatum 1 okt
Bestuursverslag
Het leerlingaantal in de onderbouw is afgelopen jaar gedaald met 40 leerlingen (2013: 99 leerlingen). De bovenbouw is harder gedaald, namelijk met 178 leerlingen (2013: 73). De verhouding onderbouw bovenbouw van onze stichting is constant en bedraagt 48 om 52%. Het aantal gewichtleerlingen is het afgelopen jaar gedaald tot 443 (2013: 480).
a
...
Leerlingaantallen per school
Bestuursverslag
Onderstaand de leerlingaantallen gerangschikt van onderbouw naar bovenbouwschool. Het Koraal is met 322 leerlingen in de leeftijdscategorie 4-7 jaar een echte onderbouwschool. Verder kent Agora een grote middengroep en een tweetal echte bovenbouwscholen, zijnde Octant en WormerWieken.
Jaarverslag Agora 2014
18
code School Brinnr. totaal totaal totaal 4-7 jaar >=8 jaar 2012 2013 2014 3130 4105 3103 4200 4101 1370 4104 4111 3101 3106 130 4108 643 4107 139 135 3102 148 3120 141 4112 134 3110 4115
Het Koraal De Rietvink De Piramide Het Schatrijk Willibrord De Korenaar Paus Joannes De Bijenkorf De Windroos Toermalijn De Saenparel De Hoeksteen De Evenaar De Golfbreker De Loopplank Tamarinde De Vuurvogel Het Baken De Oceaan De Rank De Regenboog De Westerkim Octant WormerWieken
30FU 22KB 15UZ 27YV 08XR 05RV 09VE 07TN 10OD 03TL 16JK 08YO 09CL 08YN 15XF 16DY 16BA 22KA 30AH 05UN 09WP 22KA 26BC 16YE
304 280 408 159 337 308 233 249 292 302 92 435 358 476 151 436 311 244 322 223 441 181 391 391
386 272 393 161 324 297 224 256 268 302 98 435 339 472 148 421 294 244 322 214 417 170 379 322
454 288 377 173 300 281 212 261 244 299 92 423 315 451 144 409 283 253 308 207 395 175 348 255
322 160 199 91 156 146 107 131 122 148 45 199 147 210 67 187 128 113 137 92 175 76 142 102
% BB
132 128 178 82 144 135 105 130 122 151 47 224 168 241 77 222 155 140 171 115 220 99 206 153
29% 44% 47% 47% 48% 48% 50% 50% 50% 51% 51% 53% 53% 53% 53% 54% 55% 55% 56% 56% 56% 57% 59% 60%
Totaal Basisonderwijs 7324 7158 6947 3402 3545 5100 Tijstroom 00UN 84 78 71 15 56 7408 7236 7018 3417 3601 Gemiddeld per school (excl SBO) 305 298 289 142 148
51% 79% 51%
a
...
Uitstroom naar voortgezet onderwijs
Uitstroom naar PRO Uitstroom naar VMBO Uitstroom naar HAVO/VWO Uitstroom naar overigen Totaal
21 550 338 47 956
2011/2012
2012/2013
2013/2014
%
23 551 350 46 970
24 556 387 0 967
22 625 344 22 1013
2% 62% 34% 2% 100%
19 Jaarverslag Agora 2014
Uitstroomgegevens naar voortgezet onderwijs Schooljaar 2010/2011
Bestuursverslag
De uitstroom naar het vervolgonderwijs ligt op het landelijk gemiddelde: < 40% gaat naar havo/vwo en > 60% naar het vmbo/PRO. Ten opzichte van 2013 is er afname naar het havo/vwo, zowel absoluut als procentueel (respectievelijk 43 leerlingen en 6%).
Bestuursverslag
a
4
Personeel
Zorg en aandacht voor het personeel blijft een belangrijk speerpunt voor Agora. Ons personeel speelt een grote rol in het bepalen van de kwaliteit van onze organisatie en de kwaliteit van het onderwijs dat geboden wordt. Derhalve is het van belang dat een goede uitvoering van het personeelsbeleid nagestreefd wordt. Echter, door de vele ontwikkelingen binnen de organisatie staat dit beleid regelmatig onder druk. Desondanks heeft Agora het werkgelegenheidsbeleid goed overeind kunnen houden, waarbij het maximaal benutten van de kwaliteit van het personeel voor de organisatie centraal staat.
Jaarverslag Agora 2014
20
Krimp
Dit jaar zet de krimp zich voort binnen de Zaanstreek. Daarmee neemt de werkgelegenheid per saldo af. Er zijn maar enkele scholen binnen Agora die nog een stijgend leerlingaantal kennen. Op enkele scholen is het leerlingaantal dusdanig gedaald, dat enkele personeelsleden verplicht overgeplaatst dienden te worden. Voor een deel van dit personeel is het gelukt om die te plaatsen binnen het vast deel van de formatie op een school binnen de stichting. Voor het overig deel wordt werkgelegenheid gezocht vanuit Agora Support.
Agora Support
Om in te spelen op de ontwikkelingen binnen de organisatie en de wet en regelgeving is in 2014 verdere invulling gegeven aan Agora Support. Agora Support kan gezien worden als een aanvullende school binnen de stichting waar mensen vanuit verschillende functies werkzaam zijn die geen vaste plek op een school hebben maar ingezet kunnen worden voor de hele organisatie. Er is een directeur aangesteld zodat medewerkers een aanspreekpunt hebben en ook gemonitord kunnen worden.
Herinrichting centraal bureau
a
2013
2014
LA LB LC
74% 26% 1% 100%
66% 33% 1% 100%
In 2013 heeft het Bureau Van Beekveld & Terpstra in de persoon van onderzoeker Harm Klifman advies uitgebracht ten aanzien van de omvang en invulling van het centraal bestuur van Agora en de inrichting van het centraal bureau. De adviezen zijn in 2014 geïmplementeerd. Voor het centraal bestuur hebben we er voor gekozen de top af te slanken door het College van Bestuur terug te brengen van drie naar twee leden. Dit maakt de weg vrij naar een meer passende professionele invulling van de functie van schooldirecteur. Directeuren worden naast de operationele leiding van hun school ook nadrukkelijke betrokken in de beleidsont-
wikkelingen binnen de organisatie. Binnen het College van Bestuur zijn de taken herverdeeld. Deze ontwikkeling past in de ingezette professionele ontwikkeling en is feitelijk het uitkristalliseren van gewenste verhoudingen. Dit heeft in 2014 geleid tot een meer homogeen functionerende organisatie. Ditzelfde professionaliseringstraject heeft binnen het centraal bureau geleid tot het herijken van de ondersteunende diensten en bezinning op de taken en de gewenste oriëntatie. Via geleidelijke ontwikkeling wordt gewerkt aan een meer adequate en meer klantgerichte ondersteuning van de scholen. De functie van directeur centraal bureau is niet vervangen. De afdelingen secretariaat, huisvesting/ facilitair, personeel & organisatie en financiële & salarisadministratie worden meer verzelfstandigd en aangestuurd door het afdelingshoofd. Alle afdelingen hebben een jaarplan opgesteld, waarin het vormgeven aan klantgerichtheid en het werken aan een meer professionele cultuur van ‘halen en brengen’ belangrijke aandachtspunten vormen. De afdelingshoofden vormen samen het managementteam van het centraal bureau. Hoewel de nieuwe verhoudingen ook gewenning vragen en de haalbaarheid hiervan ook niet voor iedereen vanzelfsprekend is, is in 2014 over de hele linie vooruitgang geboekt. De aangestelde projectleider heeft haar werkzaamheden evenwel niet kunnen afronden. Met de afdelingshoofden is afgesproken dat de tweede helft van het traject door hen zelf wordt getrokken. Dit krijgt steeds meer gestalte. Ten aanzien van de functies binnen het centraal bureau geldt dat er sprake is van een aantal historische en arbeidsrechtelijke verschillen tussen functionarissen. Een extern bureau (Leeuwendaal) is verzocht de functies opnieuw en eenduidig te beschrijven en te waarderen. Dit zal in 2015 worden afgerond.
In 2014 is een professionaliseringslag gemaakt met de modules RAET Performance management en RAET Verzuimmanager. Vanuit RAET is een applicatiebeheerder aangesteld om alle voorkomende onregelmatigheden op te lossen. Inmiddels zijn de onregelmatigheden opgelost en kan het beleid ten aanzien van het verzuimmanagement en de gesprekkencyclus optimaal ondersteund worden. In de managementrapportage gesprekken met directeuren kan nu gericht gestuurd worden.
Cao 2014
In 2014 is een nieuwe cao afgesloten voor het jaar 2014-2015. In deze cao zijn afspraken gemaakt op landelijk niveau over belangrijke onderwerpen waaronder professionalisering
(extra tijd vrijgemaakt voor de startende leerkracht) en de duurzame inzetbaarheid voor alle medewerkers.
Functiemix vijfde tranche
Om te functiemix te kunnen behalen diende op bestuursniveau 40% LB benoemingen behaald te zijn. Dit is (nog) niet gelukt. Op schoolniveau hebben de meeste scholen wel hun streefpercentage behaald. Reden voor het niet halen zijn onder andere geen interesse vanuit het personeel om te solliciteren naar de (zwaardere) functie en het niet in voldoende mate beschikbaar zijn van geschikte kandidaten op de scholen. Vooralsnog blijft het een doelstelling om de beoogde percentages te halen. Onderstaand het gemiddelde percentage over 2014 (zie tabel a).
Kengetallen + grafieken personeel
Op 1 oktober 2014 had Agora 681 medewerkers in dienst waaronder 91 mannen en 590 vrouwen. Het aantal medewerkers is in 2014 terug gelopen met 17 personeelsleden. De terugloop heeft onder ander te maken met het vertrekken van personeel als gevolg van arbeidsongeschiktheid, vertrek op eigen verzoek of als het gevolg van gebruikmaking van (pre) pensioen. In de leeftijdscategorieën is een schommeling te constateren in aantallen per leeftijdscategorie. De grootste groep personeelsleden zit in de categorie van 45-54 jaar. Deze categorie wordt op de voet gevolgd door de categorie 55-64 jaar. Binnen de stichting zal daar in 2015 gerichter op gestuurd worden (zie tabel b).
b Personeel (peildatum 1 oktober)
2011 aantal
2012 aantal
2013 aantal
2014 aantal
2013 %
Personeelscategorieën Directie 48 44 41 36 5% OP personeel 559 528 524 520 76% OOP personeel 153 140 133 125 18% Totaal 760 712 698 681 100% Mannen 119 108 108 91 13% vrouwen 641 604 590 590 87% Totaal 760 712 698 681 100% Leeftijdscategorie t/m 24 jaar 30 24 24 27 4% 25-34 jaar 186 164 157 147 22% 35-44 jaar 156 151 144 135 20% 45-54 jaar 227 212 198 189 28% 55-64 jaar 159 158 170 180 26% ≥ 65 jaar 2 3 5 3 0% Totaal 760 712 698 681 100% Gewogen Gemiddelde Leeftijd OP-personeel 39,6 40,2 40,4 40,3 40,3 Voltijd personeel (>1,0) Parttime personeel (<1,0) Totaal
234 526 760
208 504 712
206 492 698
204 477 681
30% 70% 100%
Bestuursverslag
HRM instrumenten
21 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
...
1 Personeelscategorieën
2 Personeel
5%
13%
Directie
76%
OP personeel
Mannen
1
87%
Vrouwen
2
18%
Bestuursverslag
OOP personeel
Jaarverslag Agora 2014
22
3 leeftijdscategorie
4 personeel
4%
30%
t/m 24 jaar
22%
25 - 34 jaar
20%
35 - 44 jaar
28%
3
Voltijd personeel (>1,0)
70%
Partime personeel (<1,0)
45 - 54 jaar
26%
55 - 64 jaar
0%
>65 jaar
Ziekteverzuim
Het ziekteverzuimpercentage is in 2014 gestegen naar 7,1% (2013: 6,9). Dit percentage is exclusief zwangerschapsverlof. Het grootste verzuim (langdurig verzuim) zit in de leeftijdsklasse 55 tot 64 jaar. In 2015 wordt een verzuimcoördinator aangesteld, die het verzuim gaat aansturen en de directeuren gaat
ondersteunen bij verzuimacties. Leidinggevenden hebben een opfriscursus RAET gehad. Het verzuimbeleidsplan en het protocol worden herschreven, waardoor beter ingespeeld kan worden op het verzuim en het zo veel mogelijk beperken daarvan. In de toekomst zal ook meer geanticipeerd worden op de leeftijdsklasse 55-64 jaar.
4
5
a
Onderwijs en identiteit
Voortgang ‘tien kenmerken van Agora scholen’
1:
Heldere en gedeelde focus (waarden/missie/visie)
In 2014 zijn de scholen begonnen om hun missie en visie opnieuw breed in de teams aan de orde te stellen, met het oog op het nieuwe schoolplan dat per augustus 2015 gereed moet zijn. Uit de trajecten die de scholen hierin lopen blijkt dat de teams een sterke gedeelde focus hebben. In de lopende schoolplanperiode is dit steeds meer helder geworden in de scholen. Er is ook sprake van een hechtere verbondenheid met de stichting.
2:
Hoge verwachtingen van leerlingen, medewerkers en systemen
De lat wordt steeds hoger gelegd. De normen die volgens de inspectie gehaald moeten worden zijn aangescherpt, ouders verwachten steeds meer en de stichting heeft hoge verwachtingen van de scholen. In de doelstellingengesprekken die de schoolleiders met de medewerkers houden, worden afspraken gemaakt. De afstand tussen leraren die de doelen goed halen en zij die daar moeite mee hebben, is groter geworden. Dat betekent niet dat die laatsten minder zijn gaan presteren, maar we zien duidelijke groei bij de eerste groep. Agora doet veel aan professionalisering van haar medewerkers. De in 2014 gestarte ‘Agora Leergemeenschap’, waarin
alle professionaliseringsactiviteiten zijn ondergebracht, zal zich de komende jaren vooral ook gaan richten op de groep die nog wat extra’s nodig heeft.
3:
Effectief leiderschap van management en leerkracht
De scholen zijn goed op weg om de verantwoordelijkheden goed te delen en neer te leggen daar waar ze horen. Dat betekent dat er een weg is ingezet, waarbij het leiderschap in alle lagen van de organisatie is neergelegd en op elkaar is afgestemd. De directie neemt de leiding in het team, de teamleden nemen de leiding in de processen waarvoor zij verantwoordelijk zijn. Dit betekent in veel gevallen dat de rollen van de directie, de IB-er en de leraar aan verandering onderhevig zijn. Het onderzoek dat in 2013 is uitgevoerd naar de rol van de IB-er en de positie van de leraar en de directeur daarbij, heeft zijn vruchten afgeworpen. De eerste scholen werken nu op basis van de adviezen die uit het onderzoek zijn gekomen. In deze situaties is het onderwijskundig leiderschap, dat in de breedte bij de directeur ligt, verbonden met het leiderschap in de diepte dat bij de IB-er ligt. Hiermee wordt het onderwijskundig beleid in de school sterker verankerd en krijgen de leraren het eigenaarschap over het vormgegeven van het onderwijs in de klas weer terug. Hierbij neemt de mate van verantwoordelijkheid en het afleggen van verantwoording toe. Datateams, kwaliteitsteams en PLG’s in de school dragen hier aan bij. Gedeelde verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijs en voor de resultaten ervan, wordt op deze manier vergroot.
Bestuursverslag
In 2014 is een aanvang gemaakt met de ontwikkeling van het meerjaren beleidsplan 2015-2019. Hierbij wordt aangesloten bij ‘Bouwen aan Goed Onderwijs’ en worden nieuwe perspectieven zichtbaar.
23 Jaarverslag Agora 2014
In ons meerjarenbeleidsplan ‘Bouwen aan Goed Onderwijs; op weg naar 2015’ (2011-2015) hebben wij in de visie opgenomen dat wij werken aan het realiseren van tien kenmerken van Agora-scholen. Deze kenmerken moeten de basis vormen voor wat Agora verstaat onder Goed Onderwijs. In de schooljaarverslagen geven de scholen aan hoe ver zij zijn in die ontwikkeling. Deze jaarverslagen zijn te lezen op de websites van de individuele scholen. Deze sites zijn te benaderen vanuit www.agora.nu/scholen.
a
...
4:
Hoog niveau van samenwerken en communicatie
Bestuursverslag
Eigentijds onderwijs vraagt om een grote mate van samenwerking. Het idee dat de leraar het wel
Jaarverslag Agora 2014
24
alleen kan met zijn klas is achterhaald. Het grote beroep dat Passend Onderwijs op de school doet, versterkt de behoefte aan samenwerking. De leraar alleen kan nooit tegemoet komen aan de gedifferentieerde vraag van de
leerling. Een samenwerkend team kan dat wel. Dat betekent dat de scholen en de stichting veel werk maken van verschillende vormen en mogelijkheden waarbinnen samengewerkt kan worden. Samenwerken en communicatie gaan daarbij hand in hand. De kwaliteit van de communicatie wordt mede bepaald door de wijze waarop wordt samengewerkt. Het besef dat een team gedeeld verantwoordelijk is vergroot dit. Ook de met name digitale voorzieningen dragen hier aan bij. Samenwerking beperkt zich echter niet alleen tot de leraren binnen de school. Ook de samenwerking binnen de stichting, tussen de scholen onderling, tussen scholen en de bovenschoolse specialisten draagt bij aan de kwaliteit van het geboden onderwijs. Het onderwijs aan de kinderen krijgt in de eerste plaats vorm binnen de driehoek leerling-ouderleraar. Om het leerproces optimaal te laten verlopen is een goede samenwerking en communicatie binnen deze driehoek van groot belang. Agora heeft hiervoor diverse instrumenten ingericht. DigiDuif, het digitale communicatiesysteem van Agora, versterkt de communicatie tussen de school en de ouders.
5:
Van standaarden afgeleid curriculum
De scholen hebben hun ambities ten aanzien van het leren van kinderen geformuleerd. Het zoeken van de juiste balans tussen de instrumentele vaardigheden en de overige vakken wordt nog als lastig ervaren. Vaak worden de doelen bij de vakken als rekenen en taal wel helder geformuleerd, maar blijft de brede kant van het onderwijs onderbelicht. Leraren willen wel
6:
Regelmatige evaluatie van het onderwijs (leren en onderwijzen)
Om het onderwijs planmatig systematisch in te richten wordt gebruik gemaakt van het PDSA model. Ook de analyse, de evaluatie en de borging ervan vindt plaats in dit model. Op dit vlak moet nog veel werk verzet worden. De leraar dient hierbij een onderzoekende houding te hebben. Om het onderwijs te verbeteren moet een leraar onderzoek doen naar wat de leerlingen, die aan hem zijn toevertrouwd, nodig hebben. Nog teveel laten leraren zich leiden door de methodes die nog te weinig als gereedschap worden gezien. De leraren zijn in dat geval teveel de uitvoerders van de methodieken in plaats van de regisseurs die er gebruik van maken. In het onderwijs worden veel data over het presteren van kinderen verzameld. Nog te weinig wordt er gekeken naar welke data nodig zijn en hoe deze gebruikt moeten worden om beter aan te sluiten bij de behoefte van de leerling. We zien hierbij wel ontwikkelingen, maar er dient nog veel op dit gebied te gebeuren.
7:
Focus op professionele ontwikkeling
Goed onderwijs wordt voor een belangrijk deel bepaald door de
leraar. De mate waarin deze het vak beheerst, de professionaliteit van de leraar, is hierbij bepalend. Dat een leraar nadat hij/zij van de opleiding is gekomen, zich continu moet blijven scholen, is een gegeven. Dit geldt voor de meeste beroepen en zeker voor dat van de leraar. Om dit ‘leven lang leren’ te stimuleren en te faciliteren organiseert Agora tal van activiteiten. Deze beperken zich niet tot alleen het aanbieden van cursussen, maar ook allerlei andere vormen van professionaliseringsactiviteiten komen aan de orde. In 2014 heeft Agora een start gemaakt om al deze activiteiten onder te brengen in wat zij noemt ‘De Agora Leergemeenschap’. Hierbinnen worden cursussen (digitaal, blended en fysiek) aangeboden, worden bijeenkomsten georganiseerd, vindt kennisdeling en onderzoek plaats, werken de professionele leergemeenschappen samen en zijn er studiedagen. Agora bereidt zich hiermee voor op de nieuwe cao primair onderwijs, waarin professionalisering een prominente plek krijgt.
8:
Leeromgeving
De scholen werken hard aan de verbreding en versterking van een omgeving, gericht op het leren van kinderen. Steeds meer is dat ook de omgeving buiten de klas. Het betrekken van de buiten-wereld en ook de niet-schoolse tijd is steeds meer gewoon. Agora-scholen hebben vanuit het ondernemende karakter van de scholen hier een lange traditie in.
9:
Educatief partnerschap van ouders
De ouder is de belangrijkste partner
in het onderwijs. Het besef dat de ouder als een professional vanuit een eigen perspectief moet worden gezien, is groeiend in de scholen van Agora. Leraren zien steeds meer dat het informeren van ouders niet voldoende is. De vragen: ‘Wat kunnen we als ouder en leraar voor elkaar betekenen bij het leren en ontwikkelen van de kinderen? Hoe kunnen we als partners daarin samenwerken?’ worden steeds belangrijker. Met het bereiken hiervan zijn we gekomen op het niveau van ouderbetrokkenheid 3.0. Veel van de Agora-scholen hebben in 2014 hieraan gewerkt en hebben op dit gebied een ontwikkeling doorgemaakt. Omdat het hier vooral ook om een cultuurverandering gaat, is het nog erg lastig hier grote stappen in te zetten. Op de meeste scholen wordt inmiddels gewerkt met het door kinderen geleide oudergesprek. Zowel ouders als kinderen ervaren dit als zeer positief. Het eigenaarschap van de leerling wordt hiermee vergroot en ook de ouder komt hiermee in een actievere positie. Scholen maken inmiddels ook een aanvang om in een vroeger stadium met ouders zich te gaan oriënteren op de toekomstperspectieven bij de leerlingen. Op deze manier worden ouders nauwer betrokken bij het adviseringstraject aan het einde van de basisschool.
10:
Eigenaarschap van leerlingen
Ook de leerling is een partner bij het leren en het ontwikkelen. Door de leerling te betrekken bij de doelen en de evaluatie van het leerproces worden zij eigenaar. In de driehoek ouder-leraar-leerling zijn er drie partijen die werken aan het leren. Veel scholen werken aan nieuwe vormen om dit te realiseren.
Bestuursverslag
graag meer aandacht geven aan de andere onderwijsaspecten. Het besef dat onderwijs meer is dan taal en rekenen wordt groter. In oktober organiseerde Agora voor de zesde maal haar congres ‘Leren aan de Zaan’, Het thema dit keer was bildung.
25 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
...
Bestuursverslag
Opbrengstgericht werken
Jaarverslag Agora 2014
26
In 2013 zijn er opnieuw stappen gezet op het gebied van het opbrengstgericht werken. Vanaf 2010, bij de introductie van Continuous Improvement, is het werken op basis van data gemeengoed geworden op de scholen. Het gaat hierbij niet om datagestuurd (data driven) onderwijs, maar meer om het gebruik maken van data (data informed) om de onderwijspraktijk te verbeteren. Het gebruik van de PDSA cyclus is inmiddels vanzelfsprekend op de scholen. Scholen geven hier op verschillende manieren vorm aan. Dit gebeurt in datateams, kwaliteitsteams, kenniskringen en bij evaluatiebijeenkomsten. Dataday, een dag waarop de teams met elkaar aan de slag gaan om de resultaten bij kinderen te analyseren en te evalueren, is een nieuwe vorm die door sommige scholen is ingevoerd.
Bovenschoolse schoolgids
Sinds 2012 heeft Agora een schoolgids die voor alle scholen geldt. Naast deze gids hebben scholen nog een eigen katern met schoolspecifieke zaken. De gids is er zowel op papier als digitaal (zie www.agora.nu). Middels DigiDuif krijgen alle ouders met ingang van het nieuwe schooljaar de laatste editie toegestuurd.
Ondersteuningsplan
Op 1 augustus werd de wet op het Passend Onderwijs van kracht. Agora participeert vanaf die datum in het samenwerkingsverband 27.05. Dit samenwerkingsverband heeft een een ondersteuningsplan vastgesteld dat geldt voor alle schoolbesturen binnen deze samenwerking. Zie hiervoor: www.swvpozaanstreek.nl Op basis van het ondersteuningsplan van 27.05 hebben alle scholen
van Agora een schoolondersteuningsprofiel gemaakt (SOP). Ook deze zijn te vinden op de genoemde website onder besturen en scholen.
Passend Onderwijs
Met ingang van augustus 2014 is Passend Onderwijs een feit. Het samenwerkingsverband 27.03, waar Agora in participeerde, is opgegaan in een groter verband 27.05. In dit nieuwe SWV werken twee grote schoolbesturen voor primair onderwijs, een middelgroot bestuur en drie éénpitters samen aan de doelstellingen van de nieuwe wet. Naast besturen voor regulier primair onderwijs zijn er ook besturen die scholen voor speciaal onderwijs in stand houden aangesloten. Het nieuwe samenwerkingsverband heeft een bestuur waarin Agora een zetel heeft. Inhoudelijk is het samenwerkingsverband goed voorbereid van start gegaan. Op het gebied van de zware zorg wordt er naar gestreefd de kinderen, die hiervoor in aanmerking komen, zo veel als mogelijk in de Zaanstreek op te vangen. De lichtere zorg en een deel van de zwaardere zorg wordt door de schoolbesturen voor primair onderwijs zelf verzorgd. Agora heeft hiervoor haar IKC Tijstroom. In deze voorziening wordt speciaal basisonderwijs verzorgd en heeft het team specialisten onderwijsarrangementen haar thuisbasis. De scholen van Agora hebben een deel van het budget toegevoegd gekregen aan hun budget waarmee ze arrangementen kunnen realiseren of kunnen inkopen. Voor de wat ingewikkelder onderwijsvragen kunnen ze via de IVO commissie van Agora een extra budget aanvragen. Op deze manier kunnen de scholen flexibel gebruik maken van de voorzieningen die zijn gerealiseerd. Het uitgangspunt bij het verlenen van onderwijsarrangementen
is dat Agora leerlingen met deze vragen ziet als kinderen die ‘barrières ondervinden bij leren en participeren’. Het begrip ‘zorgleerling’ is hiermee verdwenen.
Identiteit
Agora heeft een klankbordgroep die het bestuur adviseert bij identiteitsvraagstukken. Deze groep heet de Resonansgroep. Deze groep bestaat uit vier externe en vier interne leden.
Jaarverslag Resonansgroep 2014
In 2014 is de groep vijf keer bij elkaar gekomen. Eén keer stond in teken van het elkaar beter leren kennen. Er zijn twee externe leden afgetreden. Voor de invulling van de vacatures is de werving opgestart. Vier bijeenkomsten werden bijgewoond door een lid van het College van Bestuur. Onderwerpen: Het strategisch beleidsplan. Het voltallige College van Bestuur is met de Resonansgroep in gesprek gegaan over welke plek identiteit krijgt in het nieuwe strategisch beleidsplan (20152019). De werkgroep identiteit heeft contact gezocht met de Resonansgroep. Zij hebben tijdens een vergadering input gekregen voor de opzet van een tekst die de identiteit van de organisatie dekt. De werkgroep identiteit heeft de concepttekst gepresenteerd in een volgende vergadering en feedback gekregen van de Resonansgroep. Het format van het strategisch beleidsplan is besproken. De samenhang tussen de Islamitische populatie en kinderen op Agora-scholen is aan de orde geweest. Er is schriftelijk feedback gegeven op het document ‘Komen tot een gedeelde en gezamenlijke
Naar een Integraal Kindcentrum
Agora werkt al enkele jaren aan samenwerking met andere partijen die werkzaam zijn in het kinddomein. Hierbij valt te denken aan voor-, tussen- en naschoolse opvang, peuterspeelzalen, kinderopvang, jeugdzorg en verenigingen. Het besef wordt steeds groter, bij Agora, maar ook bij de partners, dat het noodzakelijk is om verder te gaan dan alleen samenwerking. Het wordt van belang geacht om in de ‘integrale kindcentra’ onder één beleid, één regie, één pedagogie te gaan werken. Om die reden heeft Agora een koersnotitie vastgesteld waarin zij aangeeft dat zij zich naast onderwijs ook verantwoordelijk weet voor: 1 Het aanbod aan 0 - 4 jarigen. 2 Het (voor- en) naschoolse aanbod. In beide gebieden gaat het daarbij om: een verrijkend en breed aanbod; onderwijs, opvang, ontmoeten, ontspannen talentontwikkeling; cultuur, sport en cognitieve ontwikkeling ondernemend leren; creatieve ontwikkeling
21ste eeuw vaardigheden; samenwerken, communiceren, kritisch denken, creativiteit, ICT, problem solving doorgaande ontwikkelingslijnen; taalontwikkeling; burgerschap. Agora is in 2013 steeds meer samen gaan werken met TintelTuin, een organisatie voor met name kinderopvang. Het doel van deze samenwerking is om op termijn te komen tot integrale kindcentra in elke wijk. De twee partners proberen overal waar mogelijk is tot nauwe samenwerking te komen. In 2014 hebben Agora en TintelTuin een samenwerkingsovereenkomst getekend. De eerste grote hobbel die genomen moest worden, is het realiseren van peuterspelen vanuit deze samenwerking. In 2014 is dit nog niet gelukt, maar de overleggen hebben opgeleverd dat in 2015 veel peuterspeelzalen zullen worden verbonden met scholen van Agora.
Agora studiedag
In oktober organiseerde Agora haar jaarlijkse studiedag. Eens in de twee jaar, ook in 2014, gebeurt dit in de vorm van het tweejaarlijkse congres Leren aan de Zaan. Dit jaar was er de zesde editie van dit congres. Het thema was bildung. Voor dit thema is gekozen vanuit het besef dat onderwijs meer is dan alleen taal en rekenen, maar dat de brede ontwikkeling van kinderen minstens zo belangrijk is. In het ochtenddeel waren er plenaire sprekers die vanuit verschillende perspectieven het onderwerp behandelden. Tussen de sprekers door was er muziek en werden de nieuwe logo’s van Agora en de scholen gepresenteerd. In de middag waren er op schoollocaties verschillende workshops en masterclasses rond het thema.
Bestuursverslag
ambitie voor Agora en het Islamitisch Onderwijs Zaandam’. Ontmoetingsonderwijs en diverse actuele maatschappelijke onderwerpen zijn besproken. Hoe kunnen leerkrachten hier in de groep mee om gaan en welke rol kan het bestuur hierin spelen? De Resonansgroep kwam tot de conclusie dat er een belangrijke taak bij het christelijk onderwijs ligt. ‘Leren’ hoe je met elkaar om moet gaan, maar ook vrijheid van meningsuiting. Meegeven dat je vrij bent om te zeggen wat je wilt, maar de ander niet mag beschadigen.
27 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
...
Onderwijsresultaten
onderwijsresultaten begrijpend lezen rekenen/ wiskunde GEM. NORM. GEM. NORM.
OoRDEEL inspectie
TEVREDENHEIDSONDEZOEK
B/Z
CIJFERS CIJFERS OUDERS LEERLINGEN
Bestuursverslag
Jaarverslag Agora 2014
28
Toermalijn 57,4 55 110,3 110 Basis Korenaar 63,5 55 116,0 110 Basis Rank 57,8 55 109,4 110 Basis Bijenkorf 41,7 55 108,2 110 Basis Willibrord 50,0 47 107,0 106 Basis Golfbreker 59,9 55 112,6 110 Basis Hoeksteen 64,1 55 115,4 110 Basis Evenaar 52,8 55 108,7 110 Basis Paus Joannes 42,3 47 108,3 106 Basis Regenboog 55,1 55 113,2 110 Basis Windroos 53,4 47 112,0 106 Basis Piramide 55,1 55 109,9 110 Basis Loopplank 44,5 47 102,1 106 Basis Vuurvogel 53,7 55 103,6 110 Basis Tamarinde 50,4 47 107,1 106 Basis Saenparel 33,2 47 104,3 106 Basis WormerWieken 57,7 55 113,8 110 Basis Baken 63,3 55 111,6 110 Basis Westerkim 55,3 47 108,1 106 Basis Rietvink 55,0 55 109,0 110 Basis Octant 56,0 55 108,1 110 Basis SchatRijk 74,0 55 116,8 110 Basis Oceaan 60,5 55 114,5 110 Basis Koraal 56,5 55 111,4 110 Basis Tijstroom Basis Gemiddeld
?
7,2 7,3 7,3 7,6 7,3 7,8 7,4 7,6 7,6 7,4 7,0 7,9 6,8 7,4 7,2 7,5 7,0 7,7 8,0 7,7 7,3 8,3 6,9 8,1 7,3 7,5
Inspectiearrangement: de inspectie kent de volgende drie arrangementen: zeer zwak/zwak/basis. C ijfer ouders: het gemiddelde cijfer dat ouders de school gaven bij het tevredenheidsonderzoek. Cijfer leerlingen: het gemiddelde cijfer dat leerlingen de school gaven bij het tevredenheids-onderzoek. V MBO %: het percentage leerlingen dat in 2013 naar VMBO-b, VMBO-k of VMBO-t is verwezen. H avo/VWO/Gym %: het percentage van de leerlingen dat in 2013 naar Havo, VWO of Gymnasium is verwezen.
8,0 7,9 8,1 7,8 7,8 8,4 7,5 8,2 8,6 7,5 8,5 8,5 7,1 8,4 8,0 8,8 8,3 8,0 8,0 8,3 8,1 8,3 7,8 8,7 7,9 8,1
SCHOOLADVIES VMBO %
HAVO/ VWO/GYM %
74 34 48 69 70 51 58 63 59 74 59 65 87 75 75 100 57 57 39 54 57 18 36 47 100 61,0
26 66 52 31 30 49 42 37 41 26 41 35 13 25 25 0 43 43 61 46 43 82 64 53 0 39,0
Agora geeft een periodiek uit met de titel Marktplaats. In 2014 kwam er één nummer uit, nr. 20. Marktplaats is vooral een onderwijsinhoudelijk blad dat wordt samengesteld vanuit drie perspectieven: wetenschap, Agora beleid en Agora praktijk. Het biedt een podium voor medewerkers en gastauteurs om hun kennis en expertise breed te delen. Nr. 20 stond volledig in het teken van bildung. Voor digitale lezing van Markplaats: www.agora.nu/Onderwijs/ Marktplaats Voor een abonnement op de papieren versie:
[email protected]
ICT
Om aan te sluiten bij de nieuwe ontwikkelingen is ook de materiële inzet van ICT in 2014 van koers gewijzigd.. Vervanging is vooral vernieuwing. De gebruikelijke desktop computers worden vrijwel niet meer vervangen. Er is in 2014 stevig ingezet op het werken met tablets. Alle scholen hebben meegedaan aan de arrangementen ‘invoer tablets’. Om breed ervaring op te doen zijn er drie keuze arrangementen uitgezet: iPads, Snappet-tablets en ProWise. Ook zijn er meer laptops in de scholen gekomen. De koers wordt met name verlegd van ICT als modern leermiddel naar ICT dat gepersonaliseerd leren mogelijk moet maken. Vooral de mogelijkheid van directe feedback wordt door de scholen als een verrijking gezien.
Bestuursverslag
Marktplaats
29 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
6
Middelen en voorzieningen
Bestuursverslag
Flexmiddelen
Jaarverslag Agora 2014
30
In 2014 is in de budgettering van de scholen een wijziging doorgevoerd. Naast de toekenning van de genormeerde middelen voor de basisactiviteiten en de basisformatie (voor alle scholen dezelfde normering) ontvangen scholen tevens flexibele middelen. Deze kunnen worden benut voor het financieren van activiteiten buiten de basis: projectactiviteiten, achterstandenbeleid, inkoop arrangementen passend onderwijs, tijdelijke vervangingen en inhuur van specifieke kennis en kunde, waarvoor binnen de basisformatie geen ruimte is om er structurele verplichtingen op aan te gaan. Te denken valt hierbij aan de inzet van concierges, onderwijsassistenten, vakleerkrachten etc. De invoering van deze financiering is gedaan om scholen te faciliteren maatwerk te leveren, zonder gebukt te gaan onder de structurele verplichtingen. Hierdoor ontstaat ruimte voor eigen beleidsvoering. Het jaar 2014 is hierin een leerjaar geweest. Het is nog niet overal ten volle gelukt –als gevolg van een veelheid aan vaste verplichtingen – om voldoende ruimte vrij te spelen om tot flexbele inzet over te gaan. Deze lijn wordt voortgezet in 2015. In de kaderbrief 2015, getiteld ‘Beleidsvoerend Vermogen’, krijgen directeuren handvaten aangereikt om het eigen beleidsvoerend vermogen te vergroten.
Huisvesting
In 2012 is met de uitvoering van de eerste fase van het Integraal Huisvestingsplan Zaanstad (IHP) gestart. In totaal is met dit IHP een bedrag van 100 miljoen euro gemoeid, bestemd voor nieuwbouw en uitbreiding van scholen. Een deel hiervan is bestemd voor Agora-scholen en zal door Agora ‘in eigen beheer’ gerealiseerd worden
(d.w.z. dat Agora in opdracht van de gemeente het bouwheerschap realiseert). In 2013 heeft er een herprioritering van het IHP plaatsgevonden, enerzijds door bezuinigingen van de gemeente, anderzijds noodzakelijk in verband met wijzigende leerlingprognoses. Om de bezuiniging te halen is de tweede fase van het IHP door de gemeente in haar geheel ‘on hold’ gezet omdat er geen middelen voor voorhanden zijn. Dit is onderwerp van zorg. De huidige huisvestingssituatie van de scholen van Agora is, met uitzondering van de scholen die in het kader van het IHP voor nieuwbouw in aanmerking komen, redelijk goed. Er is echter wel een aantal scholen, die in fase 2 waren ondergebracht, waar op middellange termijn problemen zullen ontstaan, omdat de haalbare levensduur wordt overschreden. Dit zal derhalve in de toekomst gevolgen hebben voor de huisvesting van Agorascholen. Agora heeft de gemeente er op gewezen dat het weghalen van de financiering de gemeente niet ontslaat van haar zorgplicht op gebied van onderwijshuisvesting.
Projecten
De volgende projecten zijn in 2014 gestart of juist afgerond: Het bouwrijp maken kavel Kreekrijk voor bouw permanente onderwijshuisvesting van de scholen Het Koraal en De Delta (ZaanPrimair) Het in gebruik nemen van de tijdelijke locatie van Het Koraal. Deze is op 27 augustus 2014 geopend door Wethouder Emmer De uitbreidingen en aanpassingen van De Bijenkorf (optopping met twee extra lokalen) en De Evenaar (inbreiding in patio) zijn uitgevoerd en in gebruik genomen. Bij beide
scholen is er voor gekozen deze bouwactiviteiten in het kader van het gemeentelijk Integraal Huisvestingsplan aan te grijpen om ook – door Agora gefinancierde – renovaties uit te voeren. Hierdoor is veel nieuw gebruiksgemak ontstaan en hebben scholen een facelift gekregen. In het Rosariumgebied (Krommenie) is een kavel voor nieuwbouw van De Hoeksteen beschikbaar gesteld. Door combinatie met een nabijgelegen locatie van Zaan Primair lukt het tevens hier IKC-activiteiten te realiseren. Voor de nieuwbouw van de Willibrordschool en De Saenparel, die zullen fuseren, is door de gemeente het pand en ondergrond aan het Roggeplein aangekocht. Hier heeft met de buurt reeds een avond voor planvorming plaatsgevonden. De vestiging van Tamarinde aan de Jonge Arnoldusstraat zal vervangen worden door nieuwbouw in hetzelfde volume als bestaand. Hierdoor is het aanbod van bijzonder onderwijs in de Burgemeestersbuurt gegarandeerd. Ook hier hebben met de buurt reeds diverse avonden plaatsgevonden waar in goede harmonie wordt gezocht naar de gewenste afstemming Het project Overtuinen, huisvesting voor De Westerkim en Het Buut (Zaan Primair), loopt vertraging op door wisselende informatie over de kavel en eisen over de uitvoering. Vanuit de omgeving (bedrijven) is er veel discussie over het gebruik van de beschikbare ruimte De nieuwbouw van Toermalijn, die reeds in juni 2013 van start zou gaan, blijft vele tegenslagen kennen. In de vergunningverlening is een
Buitenonderhoud
De verantwoordelijkheid voor het buitenonderhoud zal, met de bijbehorende middelen, per 1 januari 2015 worden gedecentraliseerd (gaan van gemeente naar de schoolbesturen). Wij hebben ons hierop goed voorbereid. Met behulp van een extern bureau (Anculus) is de conditie en de onderhoudsbehoefte van alle panden in beeld gebracht. De resultaten hiervan leren dat de algehele conditie van de panden, waar momenteel geen nieuwbouw- en verbouwactiviteiten spelen, redelijk tot goed is.
Bestuursverslag
aantal onvolkomenheden geslopen waartegen vanuit de omgeving beroep is aangetekend bij de Rechtbank Haarlem. Hier is het helaas niet gelukt met omwonenden tot een voor alle partijen acceptabel compromis te komen. De vertraging die is opgelopen is enorm. Een deel van het nieuwbouwproject, dat uit twee fasen bestaat, is inmiddels afgerond. Met de tweede fase kan echter nog niet worden begonnen. De bovenbouw van Toermalijn heeft tijdelijk onderdak gevonden in een leegstaand schoolgebouw in de nabijgelegen Tulpstraat.
31 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
7
Financiële situatie op balansdatum
Bestuursverslag
Het netto resultaat
Jaarverslag Agora 2014
32
De exploitatie 2014 is afgesloten met een positief resultaat ter grootte van € 658.006. De totale baten zijn uitgekomen op € 37,1 miljoen en de totale lasten op € 36,5 miljoen. In de begroting werd uitgegaan van een voordelig resultaat van € 70.053. Ten opzichte van de begroting zijn de totale baten € 315.841 en de totale lasten € 906.062 hoger. Ten opzichte van 2013 zijn de baten met € 1,9 miljoen afgenomen, oorzaak: krimp en de trendbreuk in de rijksvergoeding Nationaal Onderwijs Akkoord. De lasten zijn ten opzichte van 2013 gedaald met € 548.066 (zie tabel a).
Resultaatbestemming
Het resultaat wordt conform bestaand beleid toegevoegd aan de algemene reserve. De afwaardering van de bestemmingsreserve NOA is gelijk aan de bestede projectgelden NOA. Het College van Bestuur heeft medio 2014 deze projectgelden beschikbaar gesteld, met als doel: bevorderen van de onderwijsontwikkeling. De schooldirecteuren hebben vooral geïnvesteerd in ICT en extra onderwijzend personeel. De boekwaarde van de algemene reserve neemt na afwaardering van de bestemmingsreserves toe met € 1.852.421 (zie tabel b).
a Netto Resultaat Totaal baten Totaal lasten Saldo baten en lasten Financiële baten en lasten Netto resultaat
2014 Begroting 2013 € € € 37.104.944 37.420.785 38.988.752 36.514.669 37.420.732 37.062.736 590.275 53 1.926.016 67.730 70.000 50.746 658.006 70.053 1.976.762
b Resultaatbestemming 2014 Toevoeging algemene reserve € Netto resultaat 2014 658.006 Mutaties Bestemmingsreserve publiek 1.161.424 Bestemmingsreserve (privaat) 32.888 Bestemmingsfonds (privaat) 105 1.194.416 1.852.421
De vermogenspositie van Agora is op orde. Het (eigen) vermogen is ruim voldoende: er is voldoende kapitaal ten behoeve van de financiering-, transactie- en bufferfunctie van het vermogen. De vlottende activa zijn in waarde toegenomen en bedraagt ultimo 2014 € 11,1 miljoen (2013: € 10,8 miljoen). De kortlopende schulden zijn nagenoeg onveranderd gebleven, namelijk € 4,9 miljoen.
Kengetallenvermogensbeheer en budgetbeheer
De kengetallen zijn een momentopname, berekend naar de in de jaarrekening vastgelegde situatie per 31 december. Niet het statische beeld van een kengetal, maar de trendmatige ontwikkeling over meerdere jaren is essentieel. De kengetallen zijn stabiel of laten een kleine plus zien. De solvabiliteit verschaft inzicht in de financieringsopbouw en geeft
aan in hoeverre op lange termijn aan de verplichtingen voldaan kan worden. De solvabiliteit is in 2014 licht gestegen tot 53%; ruim voldoende. Definitie: Eigen vermogen gedeeld door het totale vermogen. Met de kapitalisatiefactor wordt beoogd aan te geven, dat: ‘Als instellingen meer kapitaal hebben dan past bij de jaarlijkse baten, wordt een deel van dat kapitaal kennelijk niet efficiënt benut’. De kapitalisatiefactor van Agora is gelijk aan 44% en ligt daarmee boven de signaleringsgrens van 35%. Definitie: Balanstotaal gedeeld door de totale baten (inclusief de rentebaten). De liquiditeit geeft aan in hoeverre op korte termijn aan de verplichtingen kan worden voldaan. Voor 2014 geldt dat de vlottende activa de kortlopende schulden met een factor 2,3 overstijgt (2013: 2,2). Agora kan dus ruim aan haar verplichtin-
gen voldoen. Binnen de vlottende activa is de verhouding vorderingen enerzijds en liquide middelen anderzijds opgeschoven naar 37% : 63% (2013: 20% : 80%). Definitie: De verhouding tussen de vlottende activa (som van liquide middelen, vorderingen en voorraden) en de kortlopende schulden. De rijksbijdrage als percentage van de totale inkomsten is onveranderd gebleven, namelijk 94% en ligt dichter tegen de onder dan de bovengrens aan. De personele lasten als aandeel in de totale lasten is goed voor 83% en is de laatste jaren stabiel. Agora hanteert voor de meerjarenbegroting een norm van 80%. De dekkingsgraad van het eigen vermogen ten opzichte van de totale lasten is (na resultaatbestemming) toegenomen tot 24%. Het aandeel personele lasten als percentage van de rijksbijdrage is uitgekomen op 87%.
Kengetallen vermogen signalerings- signalerings grens grens 2014 2013 2012 onder boven Solvabiliteit (EV/TV) 53% 50% 44% 20% geen Kapitalisatiefactor (TV/TB) 44% 41% 41% geen 35% Liquiditeit 2,3 2,2 1,8 0,50 1,50 Rentabiliteit 1,8% 5,1% -2,3% 0,0% 5,0%
Beleids kengetallen signalerings- signalerings grens grens 2014 2013 2012 onder boven Rijksbijdragen/baten Personele lasten/totale lasten Eigen vermogen/totale lasten Personele lasten/rijksbijdrage
94% 83% 24% 87%
94% 83% 22% 84%
93% 83% 21% 84%
90% 75% 20% 75%
98% 85% 30% 90%
Bestuursverslag
Vermogenspositie
33 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
...
Bestuursverslag
Het treasurybeleid van de stichting
Jaarverslag Agora 2014
34
Agora en haar scholen vindt plaats binnen de kaders van de Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen van 16 september 2009, ken-merk FEZ/CC-2009/150185, houdende regels over het beleggen en belenen van publieke middelen (Regeling beleggen en belenen door instellingen voor onderwijs en onderzoek 2010). Liquide middelen die niet direct nodig zijn voor de bedrijfsvoering kunnen worden omgezet in obligaties (staatsleningen) om een hoger rendement te behalen. Het renteresultaat over 2014 is hoger uitgekomen, namelijk € 67.730 (2013: € 50.745). De liquide middelen worden aangehouden bij de Rabobank, een niet beursgenoteerde Nederlandse systeembank. Tenzij anders aangegeven staan alle liquide middelen ter vrije beschikking. Agora houdt sinds 2011 geen beleggingsportefeuille aan. Einde 2014 is besloten het vermogen te spreiden over meerdere Nederlandse (systeem)banken. In het voorjaar van 2015 wordt dit besluit geconcretiseerd.
Met de continuïteitsparagraaf wordt beoogd dat iedere belanghebbende of belangstellende kennis kan nemen van de wijze waarop Agora omgaat met de financiële gevolgen van het gevoerde en nog te voeren beleid. De paragraaf draagt tevens bij in tijdige signalering van situaties die mogelijke om maatregelen vragen. Daarmee wordt voorkomen dat in een (te) laat stadium de noodzaak tot ingrijpen helder wordt. Deze paragraaf volgt de leidraad van de Minister van Onderwijs en bestaat uit een deel A: ‘gegevensset’ en een deel B: ‘overige rapportages’.
DEEL A: GEGEVENSSET Kengetallen personeel
De in de begroting 2015 opgenomen personele lasten sluiten aan bij de onderstaande formatie 20152018 (gemiddelde over gehele kalenderjaar). De verwachte daling van de werkgelegenheid in 2018 ten opzichte van 2015 bedraagt zo’n 18 fte. Het leerlingaantal daalt van 7.892 in 2015 tot 6.664 in 2018 (zie tabel a).
Meerjarenbegroting 2015-2018
De begroting 2015 van Stichting Agora is opgesteld conform de uitgangspunten van de kaderbrief 2015. De sommatie van de onderliggende schoolbegrotingen plus de bovenschoolse begroting vormen samen de begroting voor komend kalenderjaar. De normeringen zijn ten opzichte van vorig jaar niet gewijzigd, wel verfijnd.
De gehanteerde uitgangspunten zijn doorgetrokken voor de jaren 2016-2018. Aandachtspunten hierbij waren: de bekostiging is aangepast voor dalende leerlingaantallen; de NOA gelden zijn conform notitie PO-raad stapsgewijs verhoogd van € 210 tot € 310 per leerling; inverdienmogelijkheden voor energie en schoonmaak zijn opgenomen; uitgaven binnen en buitenkant onderhoud; de begroting moet voldoen aan de intern vastgestelde onder en bovengrenzen voor de kengetallen vermogens- en budgetbeheer. De totale lasten komen uit op € 37,2 miljoen en het verwachte exploitatieresultaat is gelijk aan € 27.147 positief. Ten opzichte van de jaarrekening 2014 liggen de baten in 2015 zo’n € 120.000 hoger en de lasten € 7 ton hoger (zie tabel b, p.36).
a Bezetting/Formatie Onderwijzend Personeel Onderwijs ondersteunend personeel Schooldirectie College van Bestuur Beleidsfuncties Centraal Bureau Agora Support Verlofregelingen Leerlingaantal
2015
2016
2017
2018
316,47 47,32 32,14 2,00 4,93 10,24 30,62 21,00 464,72 6.892
302,72 46,23 31,40 2,00 4,93 10,24 30,62 21,30 449,44 6.825
300,72 46,23 31,40 2,00 4,93 10,24 31,62 22,30 449,44 6.724
297,72 46,23 31,40 2,00 4,93 10,24 31,62 22,30 446,44 6.664
Bestuursverslag
Continuïteitsparagraaf
35 Jaarverslag Agora 2014
8
a
a
...
Bestuursverslag
Extra rijksvergoeding 20152020 – Nationaal onderwijs akkoord (NOA)
Jaarverslag Agora 2014
36
Het gesloten nationaal onderwijsakkoord levert Agora fors meer inkomsten op (2015: € 210 per leerling, bron: PO-raad en vos/abb). De extra gelden zijn niet geoormerkt en ingedeeld in drie categorieën en bestemd voor drie doeleinden: bestuursakkoord (w.o. bekostiging nieuwe cao primair onderwijs); lumpsum (vrije besteding); buitenkantonderhoud schoolgebouwen. (zie tabel c).
Meerjaren Balans 2014-2016 De balans is een momentopname ultimo verslagjaar en minder nauwkeurig te prognosticeren, dan de baten en lasten. Onderstaand de ontwikkeling van de balans, waarbij de beginbalans 2015 is aangepast voor de mutaties voortvloeiende uit de jaarrekening 2014. Het balanstotaal is de komende jaren vrij stabiel, namelijk € 16,5 miljoen. De materiële vaste activa neemt in 2018 af als gevolg van een laag investeringsniveau in 2018. Conform bestaand beleid neemt de financiële vaste activa jaarlijks met € 28.000 af en zal einde 2017
nul bedragen. Aan passivazijde wordt alleen het eigen vermogen gemuteerd (zie tabel d).
Kengetallen vermogens- en budgetbeheer Voor de kengetallen vermogens- en budgetbeheerd geldt hetzelfde als de balans. De jaarrekening 2014 vormt vertrekpunt en de ontwikkelingen in de begroting zijn ‘gevolgd’. De kengetallen vermogensbeheer tonen een stabiel beeld en liggen vaak boven de bovengrens. De kengetallen budgetbeheer zijn ook stabiel en liggen tussen de boven- en onderwaarde in (zie tabel e).
b Begroting 2015 AGORA
B 2015 B 2016 B 2017 B 2018 € € € €
Baten Rijksbijdragen OCW 34.793.279 33.973.126 34.077.517 Overige overheidsbijdragen en -subsidies 772.836 772.836 772.836 Overige baten 1.658.311 1.658.311 1.658.311 37.224.426 36.404.273 36.508.664 Lasten Personeelslasten 30.045.489 29.263.989 29.418.989 Afschrijvingen 826.098 824.774 799.550 Huisvestingslasten 2.991.550 2.966.550 2.941.550 Overige lasten 3.384.142 3.384.142 3.384.142 37.247.279 36.439.455 36.544.231 Financiële baten en lasten 50.000 50.000 50.000 Saldo baten en lasten 27.147 14.818 14.433
34.006.996 772.836 1.658.311 36.438.143 29.388.989 783.630 2.916.550 3.384.142 36.473.311 50.000 14.832
c Extra Rijksvergoeding NOA in € per leerling Sectoraal bestuursakkoord Lumpsum Overheveling taken buitenkant onderhoud
2015 2016 2017 2018 € € € € 67 59 84 210
81 59 84 224
128 59 98 286
153 66 98 317
a
... d B 2015 B 2016 B 2017 B 2018 € € € €
5.214.837 5.214.837 2.885.494 8.423.668 11.309.163 16.524.000 6.247.896 1.009.127 1.471.053 8.728.076 2.478.108 428.400 4.889.416 16.524.000
e grenswaarden vermogensbeheer Ondergrens Solvabiliteit (EV/TV) Kapitalisatiefactor (TV/TB) Liquiditeit (VA/VS) Rentabiliteit
bovengrens
JR 2014
B 2015
B 2016
B 2017
B 2018
30% geen 0,5 0%
geen 35% 1,5 5%
53% 44% 2,3 1,8%
53% 44% 2,2 0,1%
53% 45% 2,2 0,0%
53% 45% 2,3 0,0%
53% 45% 2,3 0,0%
90% 75% 20% 75%
98% 85% 30% 90%
94% 83% 24% 87%
93% 81% 23% 86%
93% 80% 24% 86%
93% 81% 24% 86%
93% 81% 24% 86%
grenswaarden budgetbeheer Rijksbijdragen/baten: Personele lasten/totale lasten EV/totale lasten Personele lasten/rijksbijdragen
Bestuursverslag
Activa 5.460.291 5.576.017 5.464.967 Materiële vaste activa 56.612 28.612 - Financiële vaste activa 5.516.903 5.604.629 5.464.967 Vaste Activa 2.885.494 2.885.494 2.885.494 Vorderingen 8.077.519 8.004.611 8.158.706 Liquide middelen 10.963.014 10.890.106 11.044.200 Vlottenede activa 16.479.917 16.494.735 16.509.168 Totaal Activa Passiva 6.203.813 6.218.631 6.233.064 Algemene Reserve 1.009.127 1.009.127 1.009.127 Bestemmingsreserve publiek 1.471.053 1.471.053 1.471.053 Bestemmingsreserve privaat - - - Bestemmingsfonds (Privaat) 8.683.993 8.698.811 8.713.244 Totaal eigen vermogen 2.478.108 2.478.108 2.478.108 Voorzieningen 428.400 428.400 428.400 Langlopende schulden 4.889.416 4.889.416 4.889.416 Kortlopende schulden 16.479.917 16.494.735 16.509.168 Totaal passiva
37 Jaarverslag Agora 2014
Balans
a
...
DEEL B: OVERIGE RAPPORTAGES Achtereenvolgens komen aan de orde: rapportage aanwezigheid en werking van het interne risicobeheersing- en controle systeem; beschrijving van de belangrijkste risico’s en onzekerheden; rapportage toezichthoudend orgaan.
Bestuursverslag
B1. Planning & Control
Jaarverslag Agora 2014
38
De planning en control cyclus is voldoende op orde, maar het is de ambitie om deze nog verder op orde te krijgen. Het instrumentarium bestaat uit: de kaderbrief, begroting, bestuursformatieplan, kwartaalrapportages en een meerjarenbegroting. De methodiek ‘Continious Improvement’ verbetert zichtbaar de onderwijsresultaten binnen de scholen en het model ‘resultaatgericht werken’ legt de link met de PDCA cyclus. Ultimo 2014 heeft Agora haar bedrijfsvoering zodanig op orde, dat er binnen bepaalde bandbreedte geen verrassingen zullen optreden. De belangrijkste risico’s van krimp en de daarmee samenhangende dalende werkgelegenheid, zijn in beeld en in de meerjarenbegroting afgedekt. De normeringen, opgenomen in de kaderbrief 2015, dragen zorg voor het op orde houden van de basis- en flexformatie. Het inrichten van de bovenschoolse flexibele schil, Agora Support, maakt het mogelijk voor schooldirecteuren om beter te anticiperen op krimp en op benodigde en beschikbare capaciteit (kwantitatief en kwalitatief). Vacatures worden vanuit Agora Support ingevuld. De vermogenspositie van Agora is op orde. Er is voldoende kapitaal ten behoeve van de financiering, transactie
en bufferfunctie van het vermogen. In 2014 zijn de interne normen voor vermogensbeheer en budgetbeheer vastgesteld. Bij de opgestelde meerjarenbegroting 2015-2018 vormden deze normen uitgangspunt. Het is essentieel om jaarlijks de leerlingprognose te herijken. Hierbij wordt samengewerkt met de gemeente Zaanstad en het openbaar primair onderwijs in Zaanstad.
B2. Risicoparagraaf
Stichting Agora speelt proactief in op de financiële, strategische en operationele risico’s die een goed functioneren van de organisatie bedreigen. Binnen het risicomanagement wordt onderscheid gemaakt in risico’s voortvloeiend uit externe ontwikkelingen en risico’s die onderdeel zijn van interne bedrijfsvoering. Onderstaand een aantal ontwikkelingen.
Dalende werkgelegenheid
Bij dalende werkgelegenheid is het vooral jong personeel dat (als eerste) uitstroomt. Zij hebben minder rechten opgebouwd en kunnen hooguit via een tijdelijk contract in dienst treden of blijven, met als gevolg dat in- en doorstroom van jong talent stagneert en het personeelsbestand vergrijst. Het aannamebeleid van Agora is restrictief (kostenbeheersing) en gericht op het in balans houden van de leeftijdsopbouw van het personeelsbestand. De NOA beschikking ‘ behoud werkgelegenheid jonge leerkrachten’ geeft in dit verband financiële slagkracht.
Stijgende pensioenleeftijd
In het verlengde van het hierboven gememoreerde onder druk staan van de werkgelegenheid voor jonge leerkrachten, is er ‘tegendraads’ ook sprake van druk op de werkgelegenheid van oudere leerkrachten door stijging van de pensioenleeftijd.
Daar waar nu al weinig leerkrachten volop werkend hun pensioengerechtigde leeftijd halen, zal deze druk toenemen met het verlengen van het arbeidzaam leven door stijging van de pensioenleeftijd. Een goed en zorgvuldig leeftijdsgericht personeelsbeleid en het inzetten van instrumenten uit duurzame inzetbaarheid verhogen moet dit bufferen.
Wet Werk & Zekerheid
Door de Wet Werk & Zekerheid kunnen medewerkers minder lang/vaak op basis van een tijdelijk contract te werk gesteld worden en hebben zij eerder recht op een vaste aanstelling. Dit beperkt de mogelijkheden tot een flexibele invulling, zowel voor de organisatie als voor de medewerker. Door de inzet van Agora Support (waarbinnen de verplichtingen in arbeidsrechtelijke zin kunnen worden opgevangen) kunnen deze arbeidsrechtelijke ontwikkelingen worden gecombineerd met de voordelen van flexibiliteit in inzetmogelijkheden
Wachtgelders
In het kader van financiële rechtmatigheid bestaat de verplichting dat aan wachtgelders een vrijkomende vacature aangeboden moet worden. Ook uitbreidingen van functies mogen alleen plaatsvinden als er geen wachtgelders aanwezig zijn. Het risico bestaat dat nieuwe aanstellingen plaatsvinden of dat functies worden uitgebreid, zonder dat deze zijn aangeboden aan de bestaande wachtgelders. Dit is in de werkprocessen opgenomen. Alertheid blijft echter geboden.
Risico’s
Ondanks pro-actief handelen en het actief inspelen op ontwikkelingen, resteren altijd risico’s die ons parten kunnen spelen. Onverwachte, maar qua risico in te schatten gebeurtenissen of ontwikkelingen kunnen altijd voorkomen. Naast de kans dat
Enkele risico’s:
1 De krimp in de regio zet sterker
door dan verwacht waardoor ook de daling van werkgelegenheid sneller inzet dan verwacht. Dit risico is te bufferen door de ontwikkelingen met betrekking tot de leerlingenaantallen nauwkeurig te monitoren en je als organisatie actief te profileren. 2 De interne mobiliteit komt in onvoldoende mate van de grond. Het niet flexibel kunnen (her) plaatsen van medewerkers bemoeilijkt het inrichten en uitnutten van de flexibele schil ‘Agora Support’. Het is van belang om binnen Agora de opvattingen ten aanzien van mobiliteit (niet als bedreiging van arbeidsvreugde maar als kans op nieuwe ervaringen en een nieuwe ontwikkeling) actief te beïnvloeden en daarnaast ook in de arbeidsvoorwaarden afspraken te maken die mobiliteit niet in de weg zitten. Directeuren geven daarin een goed voorbeeld door impulsen in mobiliteit te bieden. 3 Agora Support zou te ruim bemand kunnen raken met medewerkers waar onvoldoende emplooi voor is. Daarmee zouden de voordelen van de centrale inzet op maat en de beschikbaarheid van geschikte medewerkers direct ongedaan worden gemaakt. Het is dus zaak binnen de bemensing van Agora Support een zekere krapte aan te houden (en de oplossing voor de vraag op piekmomenten van elders binnen te halen). 4 Wanneer Agora niet voldoet aan de instroomtoets en vrijkomende vacatures en uitbreidingen
van functies niet met voorrang worden aangeboden aan de eigen wachtgelders, worden de loonkosten voor de inzet van andere (nieuwe) werknemers in mindering gebracht op de bekostiging. 5 Agora heeft de behoefte eigen risicodrager te worden m.b.t. het vervangingsfonds. Voorwaarde hiervoor is echter dat de verzuimbegeleiding op orde is. Agora is nu echter geen netto betaler of netto ontvanger: er is zeker winst te halen, maar alleen als het ziekteverzuim daalt. Leidinggevenden zullen worden geprofessionaliseerd in verzuimbegeleiding. 6 Door de input van moeilijk te plannen extra toegekende middelen, zoals de onverwacht toegekende NOA-gelden kan de ingezette cultuur van zorgvuldig omgaan met de beschikbare middelen en planmatige toekenning en besteding van middelen verstoord raken. 7 De invoering van Passend Onderwijs kan het risico met zich meebrengen dat – met name in de aanloopfase – onvoldoende gebruik gemaakt gaat worden van de beschikbare kennis en kunde. Dit zou risico’s voor de kwaliteit van het onderwijs met zich mee kunnen nemen. Agora heeft een eigen expertisecentrum (Tijstroom) en het is van belang de beschikbaarheid van de onderwijsarrangementen voor de reguliere scholen goed in beeld te krijgen en actief te promoten. 8 De nieuwe cao PO, met een duidelijke afbakening van reguliere uren en ‘overwerk’ (dat verevend/ gecompenseerd moet worden) kan als neveneffect met zich meebrengen dat medewerkers meer dan gewenst gaan ‘calculeren’, waardoor de kracht van het onderwijs (op basis van compe-
tenties, inzet en betrokkenheid werk doen wat er toe doet ) onder druk komt te staan 9 De invoering van het zgn. overlegmodel in het kader van de verdeling tussen les- en taakuren en het maken van afspraken over de invulling en de keus voor het gewenste aantal lesuren per week brengen het risico met zich mee dat deze afspraken per school anders worden gemaakt. Hierdoor kunnen verschillen in arbeidsvoorwaarden ontstaan tussen scholen en tussen medewerkers; met name voor medewerkers die op meer scholen werkzaam zijn en voor ouders met kinderen op meer scholen erg vervelend en ongewenst
B3. Rapportage vanuit toezichthoudend orgaan Het College van Bestuur legt in iedere vergadering van de Raad van Toezicht verantwoording af middels een voortgangsrapportage. Op deze wijze wordt het toezichthoudend orgaan betrokken bij de beleidsvraagstukken en/of financiële problematiek en ondersteunt en/of adviseert zij de bestuurder over deze vraagstukken. Daarnaast worden de reguliere planning en control producten (begroting, jaarrekening, kwartaalrapportages, bestuursformatieplan, ed.) geagendeerd, toegelicht en indien nodig ter goedkeuring aangeboden aan de Raad van Toezicht. Voor de het volledige verslag van de Raad van Toezicht wordt verwezen naar de navolgende hoofdstuk A9.
Bestuursverslag
het gebeurt (soms te beïnvloeden) speelt ook de impact van de gebeurtenis (dikwijls ook te beïnvloeden wanneer je je van het risico bewust bent) een rol om de omvang van het risico in te schatten.
39 Jaarverslag Agora 2014
...
a
Bestuursverslag
a
Jaarverslag Agora 2014
40
9
Verslag van de Raad van Toezicht
De Raad van Toezicht (RvT) is statutair aangetreden in oktober 2011 en conformeert zich aan de Code Goed Bestuur in het Primair Onderwijs, zoals vastgelegd door de PO-raad in 2012. De Raad werkt overeenkomstig een opgesteld Reglement voor de Raad van Toezicht. In dit reglement is tevens een profielschets voor de leden van de Raad opgenomen. In 2014 werd het bestaande Toetsingskader van de Raad aangepast en geactualiseerd naar een Intern Toezichtkader voor de uitoefening van het toezicht door de Raad. Er zijn op dit moment twee commissies binnen de RvT actief: de audit commissie (Financiën) en de remuneratiecommissie (Beoordelen en Belonen). De leden van de RvT ontvangen een vaste jaarlijkse vergoeding van € 5740 (de voorzitter € 8610) conform de richtlijnen van de VTOI genormeerd in 2013. Vooralsnog heeft de Raad in 2014 zijn omvang teruggebracht tot vijf leden.
Relatie met het College van Bestuur
Een bestuursreglement en een vastgelegde opsomming van noodzakelijke toezichtsinformatie regelt de relatie met het College van Bestuur. Er is een toezichtkalender aan de hand waarvan het CvB over de voortgang van ontwikkelingen binnen en buiten Agora aan de Raad rapporteert. Voorafgaand aan een RvT-vergadering vindt er een agendaoverleg plaats tussen de voorzitters van het CvB en de RvT. In het verslagjaar zijn geen wijzigingen opgetreden in de bevoegdheden van de RvT en het CvB. Wel werd in 2014 verder vorm gegeven aan de bestuurlijke herinrichting. Onder externe begeleiding van Prof. Edith Hooge werd een evaluatieve tussenstand opgemaakt. De stichting heeft in 2011 een bestuurlijke herinrichting ondergaan die kan worden aangeduid als de omvorming tot het Raad van Toezichtmodel. De bestuurlijke verantwoordelijkheid werd toen gelegd bij een College van Bestuur, inmiddels benoemd voor een periode van vier jaar eindigend december 2017. Het College van Bestuur bestaat uit twee personen: de heer T. P. Keulen (voorzitter) en de heer M.C. Spies (lid). De onderlinge taakverdeling binnen het CvB werd in 2014 aangepast en vastgelegd in vernieuwde arbeidsovereenkomsten c.q. nader uitgewerkt in managementcontracten die jaarlijks worden geëvalueerd in een cyclus van Functioneren en Beoordelen. Het CvB heeft de herinrichting van het Centraal Bureau in het verslagjaar verder ter hand genomen.
Belangrijkste onderwerpen van toezicht in het verslagjaar De Raad heeft in aanwezigheid van het College van Bestuur en de interim controller vergaderd op:
20 januari; 17 maart; 12 mei; 16 juni (in aanwezigheid van de externe accountant); 6 oktober en 15 december 2014. Belangrijke onderwerpen die aan de orde kwamen waren: E xterne ontwikkelingen: wetgeving; politiekbestuurlijke verhoudingen; het Bestuursakkoord voor de sector primair onderwijs; samenwerking met andere partijen in het kader van passend onderwijs; de positie van het speciaal basisonderwijs; oriëntaties op andere mogelijkheden van samenwerking zoals met TintelTuin BV en de Stichting Islamitisch Onderwijs Zaanstad; profilering van de organisatie (huisstijl, website); Strategisch Beleidsplan: ontwikkeling en uitwerking van een meerjarenstrategie op grond van missie en visie mede in relatie tot de levensbeschouwelijke identiteit van Agora; Kwaliteit: klanttevredenheid; klachtafhandeling; inspectierapporten; scholing van personeel; Continuous Improvement; uitstroom naar het voortgezet onderwijs; actualisering van de statuten; Operaties: integraal huisvestingsplan en (stagnatie van) bouwplannen; leerlingprognoses; reorganisatieplan; Sociaal Statuut; diverse onderwerpen Personeel & Organisatie; contacten van de Raad met de medezeggenschap (GMR), het directeurenoverleg en de Resonansgroep (identiteit); Financiën: goedkeuring jaarrekening 2013; begrotingen 2014 en 2015; de inzet van middelen uit het Nationaal Onderwijs Akkoord; de meerjarenbegroting tot 2017; offertetraject en benoeming
De Raad heeft in 2014 zijn werkwijze in die zin aangepast dat telkens, voorafgaand aan de bijeenkomst met het CvB, de Raad in eigen kring en beslotenheid vergadert om zodoende het eigen functioneren actiever te kunnen evalueren c.q. zo nodig bij te sturen en de vergaderingen met het CvB gericht voor te bereiden. De Raad treedt op als klankbord voor en adviseur van het College van Bestuur.
Overige interne en externe contacten.
Op 19 juni 2014 vond het jaarlijks overleg met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad plaats waarin aandacht was voor het functioneren van de medezeggenschap bij Agora; Goed Onderwijs en de uitwerking van het beleid door het CvB. Een gelijksoortig overleg met het directeurenoverleg heeft in 2014 niet plaats kunnen vinden en is verschoven naar begin 2015. Een wisselende delegatie van de Raad heeft in het verslagjaar een zestal scholen bezocht. Hierbij werd steeds een programma gevolgd waarin kennis kon worden gemaakt met de praktijk van alle dag en er ruimte was voor dialoog met het personeel. Het draagt bij aan het voeling houden met de werkvloer door de leden van de RvT. Schoolbezoeken 2014: 14 februari De Korenaar, 21 maart De Golfbreker, 7 april De Evenaar, 16 juni De Hoeksteen, 23 september De Vuurvogel, 12 november Octant.
De Raad is nadrukkelijk in gesprek om te bepalen in hoeverre hij externe relaties onderhoudt, wie de belangrijkste stakeholders zijn en op welke wijze de contacten worden onderhouden.
Werkgeverschap
De RvT treedt op als werkgever voor de leden van het CvB. Aanpassing van arbeidsvoorwaarden en honorering heeft plaatsgevonden in 2014 met inachtneming van de CAO Bestuurders PO. Met de leden van het CvB zijn de managementcontracten vernieuwd. De voorzitter van de Raad overlegt enkele malen per jaar informeel met de voorzitter van het College van Bestuur ter bevordering van het persoonlijk contact en uitwisseling van eventuele onderwerpen op dit vlak. Hij fungeert tevens als eerste aanspreekpunt tussen Raad en College.
Evaluatie van het eigen functioneren
De Raad besteedde aandacht aan het eigen functioneren tijdens een evaluatiebijeenkomst in aanwezigheid van het CvB in januari 2014. Belangrijkste onderwerpen waren: d e kaders die het speelveld bepalen; taak, rolopvatting en roluitoefening; informatievoorziening en -verzameling; oordelend gedrag aan de hand van een verder uit te werken toetsingskader; interveniërend gedrag; samenstelling van de Raad en commissiewerk Professionele ontwikkeling;
Bestuursverslag
nieuwe accountant met ingang van de controle jaarrekening 2014; (interim) controle door de accountant (BDO); de cao bestuurders PO en de kaderbrief 2015 met de inspirerende titel ‘Beleidsvoerend Vermogen’.
41 Jaarverslag Agora 2014
...
a
a
...
Samenstelling Raad van Toezicht
Bestuursverslag
A.P.H. (Fons) Günther Functie/Domein: Voorzitter/Remuneratiecommissie Benoemd tot: 14-10-2017 Nevenfuncties: • Psycholoog Arbo Unie BV Utrecht • Vice-Voorzitter RvT Heliomare Corporate Wijk aan Zee • Voorzitter Ondernemingsraad Arbo Unie BV • Praktijkhouder Mind Your Business, advies voor mens en werk Zaanstad
H.M. (Ineke) Edzes-Altena Functie/Domein: Lid/Identiteit Benoemd tot: 01-07-2014 (afgetreden) Nevenfuncties: • Voorzitter Stichting Beursvloer IJmond Noord • Organisator Nederlandse inzending Frankfurter Buchmesse • Voorzitter Raad van Toezicht Zorg- boederij De Groeierij Beverwijk • Projectleider Voedselveiligheid Voedselbank Zaanstreek
V. (Vera) Arents Functie/Domein: Lid/Onderwijs Benoemd tot: 14-10-2016 Nevenfuncties: • Lid Managementteam ASVO Amsterdam • Lid Commissie Erkenning en Kwaliteit PO/VO van de NMV • Lid RvT MOCCA, Expertisecentrum voor Cultuur Educatie Amsterdam • Bestuurslid VvE De Pionier Haarlem werk Zaanstad
Jaarverslag Agora 2014
42 E.C.M. (Diny) Roodvoets Functie/Domein: Lid/Onderwijs/Remuneratiecommissie Benoemd tot: 01-05-2018 Nevenfuncties: • Adviseur/Ondernemer/ Interimmanager • Lid Raad van Toezicht ASKO Amsterdam • Lid Raad van Toezicht Cedergroep
P. (Peter) Prijs Functie/Domein: Lid/Auditcommissie Benoemd tot: 01-01-2018 Nevenfuncties: • Ondernemer/Registeraccountant
M. (Meindert) Eijgenstein Functie/Domein: Lid/Onderwijs/Auditcommissie Benoemd tot: 01-01-2018 Nevenfuncties: • Voorzitter CvB Stichting Prisma Almere • Voorzitter Bestuur Taalcentrum Almere • Lid Bestuur Stichting Gewoon Anders • Adviseur/Ondernemer
H.M.P. (Henk) Stoltenberg Functie/Domein: Lid/HRM/Auditcommissie Benoemd tot: 01-07-2014 (afgetreden) Nevenfuncties: • Gepensioneerd Onderwijsbestuurder
Verslag van de Medezeggenschapsraad Kaderbrief 2014
In 2013 kon de GMR geen instemming verlenen op de Kaderbrief 2014. Na aanvullingen door het College van Bestuur heeft de GMR in 2014 instemming verleend met de Kaderbrief 2014.
Inrichting Agora Support
In 2014 is er een zogenaamde fictieve school opgericht, Agora Support. Deze school heeft geen leerlingen, maar enkel personeel dat op andere scholen kan worden ingezet. De GMR vindt het een goede zaak dat personeel dat geen vaste school heeft, wel een vaste directeur heeft en ook op die manier wordt aangestuurd. Ook vanuit deze school wordt iemand afgevaardigd voor de GMR.
Strategisch beleidsplan
Bij de totstandkoming van het strategisch beleidsplan is de GMR in een vroeg stadium betrokken. Er was zodoende goed gelegenheid om input te leveren. Dit wordt door de GMR positief ervaren.
Samenwerking TintelTuin
Vanuit het oogpunt op de ontwikkeling van integrale kindcentra zijn er stappen gezet in de samenwerking met TintelTuin. Er is ingestemd met een samenwerkingsovereenkomst tussen Agora en TintelTuin.
Relaties op het werk
Vanuit het professioneel handelen kunnen relaties soms verstorend werken. De GMR heeft ingestemd met de notitie hierover van het College van Bestuur, zodat daar waar nodig, er handvatten liggen om hiermee om te gaan.
Overleg RvT
In juni heeft de GMR haar jaarlijkse overleg gehad met de Raad van Toezicht (RvT). Daarin stonden
de volgende onderwerpen op de agenda: Medezeggenschap Goed onderwijs
Financiële situatie Agora
De GMR is door middel van Q-rapportages op de hoogte gehouden van de financiële situatie van Agora. De financiële situatie lijkt een gezonde te zijn. Inmiddels zijn er stappen gezet om de Q-rapportages anders weer te geven, zodat dit nog beter te beoordelen is.
Verloop GMR-vergaderingen In 2014 heeft de GMR het verloop van de vergaderingen onder de loep genomen. Hieruit is een wijziging gekomen; het College van Bestuur is op de vergadering aanwezig om de voorgenomen besluiten toe te lichten en de vragen van de GMR hierover te beantwoorden. Het laatste deel van de vergadering vindt plaats in afwezigheid van het College van Bestuur en dan vindt de stemming plaats onder de GMR leden. Hierdoor is er sprake van een betere oordeelsvorming door de GMR zelf.
Samenstelling GMR
De GMR van Agora bestaat uit personeels- en oudervertegenwoordigers van de medezeggenschapsraden (MR-en) van de aangesloten basisscholen en een personeelsvertegenwoordiger van het Centraal Bureau. De GMR bestaat uit 26 formele vertegenwoordigers en krijgt ambtelijke ondersteuning vanuit het centraal bureau. Het College van Bestuur levert informatie. Binnen de GMR is er in 2014 een wissel geweest in het dagelijks bestuur. Vanwege een andere aanstelling is het GMR-lidmaatschap van de voorzitter van rechtswege beëindigd. Met ingang van het
Bestuursverslag
Met dit verslag geeft de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) aan met welke onderwerpen zij hoofdzakelijk bezig is geweest. Ook is dit verslag een verantwoording van de activiteiten en bezetting gedurende het jaar.
43 Jaarverslag Agora 2014
10
a
a
...
nieuwe schooljaar trad een nieuwe voorzitter aan. Daarnaast zijn er ook in de vertegenwoordiging van de scholen wisselingen geweest rond de zomervakantie.
Bestuursverslag
Werkgroepen: Binnen de GMR zijn drie werkgroepen geformeerd; Middelen & Voorzieningen, Personeel & Organisatie, Onderwijs & Identiteit. Onderwerpen worden verdeeld onder de verschillende werkgroepen, die het voorbereiden voor de verga-
Jaarverslag Agora 2014
44
dering en de GMR voor definitieve besluitvorming adviseren. Vergaderfrequentie: In dit verslagjaar zijn zes reguliere vergaderingen gepland en gehouden, te weten op: 16 januari 13 maart 8 mei 19 juni 25 september 20 november
De GMR is elke vergadering in meerderheid aanwezig geweest. Alle genomen besluiten ter instemming en advies zijn daarmee rechtsgeldig. De vergaderingen zijn voorbereid door de voorzitter en secretaris in overleg met het College van Bestuur.
Besluiten, advies en instemming Datum
Onderwerp
ACTIE
16- 01-2014
Kaderbrief 2014 Begroting 2014 Passend Onderwijs Samenwerking TintelTuin Mobiliteit/flexibele inzet / Agora Support GMR-reglementen
Advies gegeven Positief advies gegeven Besproken Besproken Besproken Besproken
13-03-2014
Voortgang Passend Onderwijs Samenwerking TintelTuin Strategisch beleidsplan Kaderbrief 2014 NOA-gelden Herinrichting Centraal Bureau Inrichten Agora Support Evaluatie medezeggenschap Relaties op het werk Denominatie Tijstroom Jaarplanning
Besproken Besproken Besproken Instemming verleend Besproken Besproken Besproken Besproken Advies gegeven Positief advies gegeven Besproken
08-05-2014
Voortgang Passend Onderwijs Procedure Schoolondersteuningsprofiel Samenwerking TintelTuin Strategisch beleidsplan Inrichten Agora Support Relaties op het werk Bestuursformatieplan 2014 – 2017 Verplichte mobiliteit - Agora Support Bovenschoolse schoolgids GMR-lidmaatschap vakbond
Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken
Datum
Onderwerp
ACTIE
19-06-2014
Overleg met leden Raad van Toezicht Voortgang Passend Onderwijs Samenwerking TintelTuin Strategisch beleidsplan Protocol medisch handelen Relaties op het werk Bovenschoolse benoemingscommissie Bestuursformatieplan 2014 - 2017 Jaarverslag 2013 Q1 rapportage Bovenschoolse schoolgids Mediaprotocol
Overleg Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Instemming verleend Besproken
25-09-2014
Voortgang Passend Onderwijs Strategisch beleidsplan Samenwerking TintelTuin Bestuursformatieplan 2014 Relaties op het werk Opheffen vacaturestop Nieuwe CAO PO Q2-rapportage Jaarplanning
Besproken Besproken Instemming verleend Instemming verleend Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken
20-11-2014
Voortgang Passend Onderwijs Nieuwe CAO PO Strategisch beleidsplan Presentatie Merkmanifest / PR-plan Kaderbrief 2015 (concept) Opzet begroting 2015 Bestuursakkoord GMR samenstelling en reglement
Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken Besproken
Rob Polhuis, Voorzitter GMR
45 Jaarverslag Agora 2014
...
Bestuursverslag
a
De jaarrekening 2014
b
Balans per 31 december 2014
(na resultaatbestemming)
De jaarrekening
31-12-2014 31-12-2013 € €
Jaarverslag Agora 2014
48
Activa Vaste Activa Materiële vaste activa 5.239.689 5.146.379 Financiële vaste activa 84.612 111.997 5.324.301 5.258.376 Vlottende activa Vorderingen 4.135.494 2.145.079 Liquide middelen 6.992.974 8.678.127 11.128.469 10.823.206 Totaal Activa 16.452.770 16.081.582 Passiva Eigen vermogen 8.656.846 7.998.843 Voorzieningen 2.478.108 2.700.490 Lang lopende schulden 428.400 428.400 Kortlopende schulden 4.889.416 4.953.849 Totaal passiva 16.452.771 16.081.582
b
49 Jaarverslag Agora 2014
2014 Begroting 2014 2013 € € € Baten Rijksbijdragen 34.835.295 35.234.509 36.588.045 Overige overheidsbijdragen 686.628 947.950 1.119.498 en subsidies Overige baten 1.583.022 1.238.326 1.281.209 Totaal baten 37.104.944 37.420.785 38.988.752 Lasten Personele lasten 30.183.234 30.847.277 30.584.928 Afschrijvingen 852.292 765.472 841.542 Huisvestingslasten 2.179.781 2.562.160 2.362.010 Overige instellingslasten 3.299.363 3.245.823 3.274.254 Totaal lasten 36.514.669 37.420.732 37.062.736 Saldo baten en lasten 590.275 53 1.926.016 Financiële baten en lasten 67.730 70.000 50.746 Resultaat 658.006 70.053 1.976.762 Belastingen 0 0 0 Resultaat deelnemeningen 0 0 0 Netto resultaat 658.006 70.053 1.976.762
De jaarrekening
Staat van baten en lasten over 2014
b
Kasstroomoverzicht over 2014 31-12-2014 31-12-2013 € €
De jaarrekening
Kasstroom uit operationele activiteiten Resultaat (saldo baten en lasten) 590.275 1.926.016 Aanpassingen voor: • afschrijvingen 874.361 841.542 • mutaties voorzieningen -222.382 250.108 651.979 1.091.650
Jaarverslag Agora 2014
50
Veranderingen in vlottende middelen 0 0 -1.990.415 932.296 -64.435 314.908 -2.054.850 1.247.204
• voorraden • vorderingen • schulden
Kasstroom uit bedrijfsoperaties -812.596 4.264.870 Ontvangen interest 82.556 64.813 Betaalde interest -14.826 -14.067 Buitengewoon resultaat 0 0 67.730 50.746 Kasstroom uit operationele activiteiten
-744.865
4.315.616
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Investeringen in materiële vaste activa -945.602 -737.553 Desinvesteringen in MVA 5.316 0 Overige investeringen in fin. vaste activa 0 27.385 Totaal kasstroom uit inv.activiteiten -940.287 -710.168 Kasstroom uit financieringsactiviteiten Nieuw opgenomen leningen 0 0 Aflossing langlopende schulden 0 0 Totaal kasstroom uit fin.activiteiten 0 0 Mutatie liquide middelen -1.685.152 3.605.448
Algemene toelichting
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de liquide middelen. Agora houdt geen vreemde valuta aan. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten. Agora kent geen transacties waarbij geen instroom of uitstroom van kasmiddelen plaatsvindt, zoals financiële leasing.
2
Schattingen
Om de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening te kunnen toepassen, is het nodig dat de leiding van de instelling over verschillende zaken zich een oordeel vormt en dat de leiding schattingen maakt die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in art. 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen
opgenomen bij de toelichting op de betreffende jaarrekeningposten.
Stelselwijzigingen
In 2014 hebben zich geen stelselwijzigingen voorgedaan.
Grondslagen voor waardering activa en passiva
Algemeen
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de jaarverslaggeving, die uitgegeven zijn door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Deze bepalingen zijn van toepassing op grond van de Regeling Jaarverslaggeving Onderwijs. Activa en verplichtingen worden in het algemeen gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs of de actuele waarde. Indien geen specifieke waarderingsgrondslag is vermeld, vindt waardering plaats tegen de verkrijgingsprijs. In de balans, de staat van baten en lasten en het kasstroomoverzicht zijn referenties opgenomen. Met deze referenties wordt verwezen naar de toelichting.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van het voorgaande jaar.
Materiële vaste activa
Bedrijfsgebouwen en -terreinen worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs plus bijkomende kosten of vervaardigingsprijs onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de geschatte toekomstige gebruiksduur. Op terreinen wordt niet afgeschreven. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor een uiteenzetting, teneinde vast te kunnen stellen of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering, wordt
verwezen naar paragraaf B5. Overige vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsof vervaardigingsprijs inclusief direct toerekenbare kosten, onder aftrek van lineaire afschrijvingen gedurende de verwachte toekomstige gebruiksduur en bijzondere waardeverminderingen. De vervaardigingsprijs bestaat uit de aanschaffingskosten van grond- en hulpstoffen en kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervaardiging inclusief installatiekosten. Voor de categorieën technische apparatuur, audiovisuele apparatuur en leer- en hulpmiddelen is de activeringsgrens bepaald op € 1.000. Subsidies op investeringen worden in mindering gebracht op de verkrijgings- of vervaardigingsprijs van de activa waarop de subsidies betrekking hebben.
De jaarrekening
Toelichting op kasstroomoverzicht
51 Jaarverslag Agora 2014
1
Toelichting op de balans en staat van baten en lasten 2014
b
b
...
Voor de Stichting Agora gelden de volgende afschrijvingstermijnen: Gebouwen 40 jaar Verbouwing 10 jaar Meubilair 20 jaar Leermiddelen 10 jaar Inventaris 10 jaar Speel- en pleintoestellen 10 jaar ICT hard- en software 2-4 jaar
De jaarrekening
Voor de toekomstige kosten van groot onderhoud aan de schoolgebouwen is een voorziening groot
Jaarverslag Agora 2014
52
onderhoud gevormd. De toevoeging aan de voorziening wordt bepaald op basis van het geschatte bedrag van het onderhoud en de periode die telkens tussen de werkzaamheden van groot onderhoud verloopt.
Financiële vaste activa
Agora houdt geen effecten meer aan met als doel deze langer dan een jaar aan te houden en heeft ook geen andere vormen van deelneming in groepsmaatschappijen.
Voor onderwijsinstellingen geldt dat rijksgelden niet risicodragend belegd mogen worden en dat er altijd sprake moet zijn van hoofdsomgarantie, zodanig dat de rijksbijdrage onverkort beschikbaar blijft. Agora voldoet aan deze voorwaarden opgenomen in de rijksregeling ‘Beleggen en belenen’. Alle overige financiële vast activa worden gewaardeerd tegen nominale waarde.
Vorderingen
Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reële waarde van de tegenprestatie. Handelsvorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn, wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de staat van baten en lasten gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en direct opeisbare deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekeningcourantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit algemene reserves en bestemmingsreserves en/of -fondsen. Hierin is tevens een segmentatie opgenomen naar publieke en private middelen. De bestemmingsreserves zijn reserves met een beperktere bestedings-
Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. De voorzieningen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen af te
3
Algemeen
wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief in de balans opgenomen. Voor uitgaven voor groot onderhoud is een voorziening gevormd om de lasten gelijkmatig te verdelen over een aantal boekjaren (tien jaar). De voorziening jubilea wordt opgenomen tegen de contante waarde van de verwachte uitkeringen gedurende het dienstverband. Bij de berekening van de boekwaarde van deze voorziening wordt voor de eenvoud gerekend met een vast bedrag per medewerker (in vaste dienst ultimo kalenderjaar), welke een equivalent is van de berekening waarbij onder meer rekening gehouden wordt met verwachte salarisstijgingen en de blijf kans. De overige voorzieningen zijn opgenomen tegen nominale waarde van de voor de afwikkeling van de voorziening naar verwachting noodzakelijke uitgaven. Agora kent geen pensioenvoorziening.
Agora heeft de toegezegde pensioenregeling bij het bedrijfstakpensioenfonds verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde bijdrageregeling. In geval van een tekort bij het bedrijfstakpensioenfonds heeft de instelling geen verplichting tot het doen van aanvullende bijdragen in het geval van een tekort, anders dan hogere toekomstige premies.
Kortlopende schulden
De overlopende schulden en overlopende activa zijn opgenomen tegen de nominale waarde. De noodzaak om de geblokkeerde bankrekening aan te houden, ter vergroting van de kredietfaciliteiten, is niet langer aan de orde en in goed overleg met de bank is deze omgezet in een reguliere rekening.
Langlopende schulden
Langlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde. Ultimo 2014 heeft Agora een langlopende schuld, namelijk bij de gemeente Oostzaan.
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
De baten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop deze betrekking hebben. Winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn verwezenlijkt. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het verslagjaar, worden
in acht genomen, indien zij voor het vaststellen van de jaarrekening bekend zijn geworden.
diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten.
Opbrengstverantwoording
Rijksbijdragen
Opbrengsten uit het verlenen van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte
Rijksbijdragen worden als baten verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarop de toekenning betrekking heeft.
De jaarrekening
mogelijkheid, waarbij de beperking door het bestuur is aangebracht. Bij de resultaatbepaling worden de overschotten toegevoegd en bij tekorten zal een onttrekking plaats vinden. De onverdeelde schoolresultaten uit voorgaande jaren zijn geboekt ten gunste van de algemene reserve. De bestemmingsreserve is gevormd voor het afdekken van toekomstige risico’s en voor het plegen van investeringen.
53 Jaarverslag Agora 2014
...
b
b
...
Giften
onderdeel van de afschrijvingen verwerkt in de staat van baten en lasten. Voor 2015 is voorzien om te kiezen voor een uniforme werkwijze, hetzij salderen hetzij activeren.
Overige overheidsbijdragen en -subsidies
Overige baten
De jaarrekening
Indien baten worden ontvangen in de vorm van zaken of diensten, worden deze gewaardeerd tegen de reële waarde.
Jaarverslag Agora 2014
54
Exploitatiesubsidies worden als bate verantwoord in de staat van baten en lasten in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn gemaakt of opbrengsten zijn gederfd, of wanneer een gesubsidieerd exploitatietekort zich heeft voorgedaan. De baten worden verantwoord als het waarschijnlijk is dat deze worden ontvangen en de instelling de condities voor ontvangst kan aantonen. Kosten inzake eerste inrichting worden het eerste jaar via de exploitatie gesaldeerd met de ontvangen subsidie. In geval van meerjarige investeringensplannen worden zowel de investering als de subsidie geactiveerd. Subsidies met betrekking tot investeringen in materiële vaste activa worden dan in mindering gebracht op het desbetreffende actief en als
4
Prijsrisico
Overige bedrijfsopbrengsten bestaan uit baten uit verhuur, detachering, ouderbijdragen en overige baten.
Afschrijvingen op materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden vanaf het moment van ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief. Over terreinen wordt niet afgeschreven. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen.
Personeelsbeloningen
Periodiek betaalbare beloningen: Lonen, salarissen en sociale
lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de staat van baten en lasten voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers. Pensioenen: de pensioenregelingen zijn verwerkt volgens de verplichtingenbenadering. De over het verslagjaar verschuldigde premie wordt als last verantwoord. De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van toekomstige betalingen.
Financiële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen.
Financiële instrumenten en risicobeheersing
Agora is locatiegebonden en loopt geen valuta- en marktrisico. Daarnaast loopt Agora minimaal renterisico over de rentedragende vorderingen en kortlopende schulden, omdat er geen financiële vaste activa en effecten aangehouden worden
(wel liquide middelen) en ook geen rentedragende langlopende schulden aangegaan zijn (bijv. bij kredietinstellingen).
Kredietrisico
Agora heeft geen significante concentraties van kredietrisico.
Liquiditeitsrisico
Agora maakt gebruik van meerdere banken om, voor zover noodzakelijk, over meerdere krediet-faciliteiten te kunnen beschikken.
Activa
Materiële Vaste Activa
De in de balans opgenomen materiële vaste activa zijn onderverdeeld in drie categorieën:
Financiële vaste activa
gebouwen & terreinen, inventaris & apparatuur en andere bedrijfsmiddelen. De investeringen overstijgen de afschrijvingen, zodat per saldo de boekwaarde toeneemt tot € 5.239.689. Er is voor € 889.331 geïnvesteerd in inventaris en apparatuur (meubilair: € 148.328, onderwijsleerpakketten: € 212.313 en ICT: € 528.689) en voor € 56.272 in overige bedrijfsmiddelen (zie tabel a).
Agora heeft de afgelopen jaren haar financiële vaste activa afgebouwd. Alleen de vergoeding die de gemeente Wormerland heeft toegezegd bepaalt de boekwaarde ultimo 2014. Over de periode 2006 tot en met 2019 ontvangt Agora een vergoeding voor de huisvesting van de 20e tot en met de 25e groep van de interconfessionele basisschool WormerWieken (zie tabel b).
a Gebouwen en Inventaris en andere vaste Totaal terreinen apparatuur bedrijfs middelen € € € € Stand per 1 januari 2014 Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen 2.735.330 11.841.217 Cumulatieve waardeverminderingen 1.005.450 8.549.687 en afschrijvingen 1.729.880 3.291.531 Boekwaarden Mutaties 0 889.331 Investeringen 0 0 Desinvesteringen 85.752 737.542 Afschrijvingen -85.752 151.789 Saldo Stand per 31 december 2014 2.735.330 12.730.548 Verkrijgings- of vervaardigingsprijzen Cumulatieve waardeverminderingen 1.091.203 9.287.229 en afschrijvingen 1.644.128 3.443.319 Boekwaarden 5% 22% Afschrijvingspercentages
394.381
14.970.929
269.413 124.968
9.824.550 5.146.378
56.272 5.316 23.682 27.274
945.602 5.316 846.976 93.311
450.653
15.916.531
298.411 152.242
10.676.842 5.239.689
19%
16%
b deelnemingen effecten overige Totaal vorderingen € € € € Stand per 1 januari 2014 Investeringen Aflossing Desinvesteringen Stand per 31 december 2014
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
111.997 0 27.385 0 84.612
111.997 0 27.385 0 84.612
De jaarrekening
Het balanstotaal ultimo 2014 is nagenoeg onveranderd gebleven, zijnde € 16,1 miljoen. De vaste activa daalt met € 262.000 en de vlottende activa neemt toe met € 305.000 (saldo toename vorderingen en afname liquide middelen).
55 Jaarverslag Agora 2014
5
b
b
...
Vorderingen
De jaarrekening
Over de hele linie zijn de vorderingen ultimo 2014 opgelopen. Verklaarbaar, niet zorgelijk, maar hetvraagt wel om extra aandacht. Agora is bouwheer van de vele (ver) nieuwbouw projecten, waardoor de vorderingen op de gemeenten Oostzaan, Zaanstad en Wormerland in waarde zijn toegenomen. De vordering OCW/LNV betreft de vordering op het ministerie van OCW als gevolg van het betaalritme van de lumpsumfinanciering en de wijze van verantwoording
Jaarverslag Agora 2014
56
in de exploitatie-rekening. Het betaalpatroon van OCW wijkt af van de vastlegging in de financiële administratie van Agora. Ook is er een vordering op het nieuwe Samenwerkingsverband van € 750.000. Het bedrag is begin 2015 ontvangen. In het kader van het fietsproject is per 31 december 2014 het nog te vorderen bedrag toegenomen tot € 98.119. De aflossingen hierop worden maandelijks met de desbetreffende personeelsleden met het salaris verrekend. De rente die betrekking
heeft op 2014 is in 2015 ontvangen en geboekt onder overlopende activa (zie tabel c).
De liquide middelen
De liquide middelen worden aangehouden bij de Rabobank, een niet beursgenoteerde Nederlandse systeembank. De liquide middelen zijn als gevolg van de toegenomen openstaande vorderingen in 2014 met € 1.695.783 afgenomen. Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in alle componenten die deze afname heeft veroorzaakt (zie tabel d).
c 31-12-2014 31-12-2013 € € € €
1.194.150 Debiteuren 1.909.684 OCW 826.324 Overige overheden 98.119 53.567 Vooruitbetaalde kosten 107.218 54.172 Overige overlopende activa 205.337 Overlopende activa 0 Af: voorziening wegens oninbaarheid 4.135.494
308.970 1.498.672 229.698
107.740 0 2.145.079
d 31-12-2014 31-12-2013 € €
Kasmiddelen Tegoeden op bankrekeningen
4.186 6.988.788 6.992.974
4.280 8.673.847 8.678.127
Toelichting bij kasstroomoverzicht
Het effect van de afschrijvingen, investeringen en de rente op de kasstroom 2014 wijkt niet veel af van die van vorig jaar; gelijk van teken en omvang. Het is de sterke toename van de vorderingen die in belangrijke mate de daling van de liquiditeit bepaalt. De kasstroom 2014 uit ‘operationele activiteiten’ is
nog te ontvangen vergoeding huisvesting WormerWieken. Voor de noodlokalen van WormerWieken ontvangen we jaarlijks (t/m 2019) een vergoeding van de Gemeente Wormerland. Dit jaar was de vergoeding € 27.385.
Passiva
De vermogenspositie van Agora is ultimo 2014 ruim op orde. Het balanstotaal ultimo 2014 is gestegen tot € 16,5 miljoen. De stijging aan de passivazijde laat zich als volgt verklaren: het eigen vermogen neemt toe met het exploitatieresultaat 2014: € 658.006;
De jaarrekening
7
uitgekomen op € 744.865 negatief (2013: € 4.315.616 positief). Na aftrek van de investeringen is de mutatie op liquide middelen gelijk aan € 1.685.152 negatief (2013: € 3.605.448 positief). Er zijn geen effecten of obligaties omgezet in liquide middelen. Wel is € 27.385 afgeboekt van de
de boekwaarde voorzieningen nemen met € 222.382 af; de kortlopende schulden nemen eveneens af met € 64.433.
Eigen Vermogen
een bestemmingsreserve privaat en een bestemmingsfonds privaat. Het eigen vermogen neemt per saldo toe met het exploitatieresultaat en bedraagt € 8.656.846.
Het eigen vermogen van Agora bestaat uit een algemene reserve, een bestemmingsreserve publiek,
stand per resultaat overige stand per 01-01-2014 2014 mutaties 31-12-2014 € € € €
Algemene Reserve Bestemmingsreserve publiek Bestemmingsreserve privaat Bestemmingsfonds (Privaat)
4.324.244 2.170.551 1.503.941 105 7.998.841
658.006 0 0 0 658.006
1.194.416 -1.161.424 -32.888 -105 0
6.176.666 1.009.127 1.471.053 0 8.656.846
57 Jaarverslag Agora 2014
6
b
b
...
De algemene reserve bedraagt ultimo 2014 € 6.176.666. De reserve neemt toe met het resultaat 2014 en de afwaarderingen van de bestemmingsreserve publiek en privaat.
De jaarrekening
De bestemmingsreserve publiek is te splitsen in middelen bestemd voor arbeidsknelpunten, een specifiek budget bestemd voor
Jaarverslag Agora 2014
58
WormerWieken en NOA gelden 2014. De waarde van de reserve arbeidsknelpunten is gelijk aan 2,5% van de Rijksvergoeding personeel. De vorig jaar ontvangen baten ‘Bijzondere bekostiging Nationaal Onderwijs Akkoord’ zijn in 2014 ten dele besteed. Enkele projecten lopen door tot in 2015. De boekwaarde van de bestemmingsreserve publiek is ultimo 2014 gelijk aan € 1.009.127 (zie tabel a).
De bestemmingsreserve privaat bestaat uit het eigen vermogen dat de fusiescholen ingebracht hebben ten tijde van de oprichting van Agora en de gelden van de ouderraden. De boekwaarde fusie is aangepast op grond van de jaarlijkse rente ontwikkeling (12 maands Euribor). Bestemmingsreserve Schatrijk is verrekend met de initiële fusiegelden. De bestemmingsreserve Privaat is vrijgevallen (zie tabel b).
a uitsplitsing stand per resultaat overige stand per 01-01-2014 2014 mutaties 31-12-2014 € € € €
Bestemmingsreserve publiek Arbeidsknelpunten Wormerwieken NOA gelden 2014
611.500 33.382 1.525.668 2.170.551
0 0 0 0
-8.360 0 -1.153.064 -1.161.424
603.141 33.382 372.604 1.009.127
b uitsplitsing stand per resultaat overige stand per 01-01-2014 2014 mutaties 31-12-2014 € € € €
Bestemmingsreserve privaat Oudergelden Fusie Schatrijk Privaat
302.402 0 1.162.112 24.463 14.964 1.503.941 0
-2.253 8.792 -24.463 -14.964 -32.888
300.148 1.170.905 0 0 1.471.053
De voorziening personeel dient ter dekking van de loonkosten van personeel, dat gebruikt maakt van spaarverlof en om toekomstige jubileumuitkeringen te dekken. Jaarlijks wordt de voorziening geactualiseerd. De voorziening personeel heeft een langlopend karakter. De boekwaarde ultimo 2014 bedraagt € 380.900. Voor werknemers die hun compensatieverlof niet opnemen bestaat de mogelijkheid om deze dagen op te sparen, om in de toekomst gedurende een langere periode verlof op
te nemen. In 2014 is € 10.864 onttrokken aan de voorziening spaarverlof. De opgebouwde rechten vertegenwoordigen een waarde van € 108.980. Medewerkers hebben recht op een jubileumuitkering als zij 25 of 40 jaar in het onderwijs werkzaam zijn. De boekwaarde van deze voorziening is ultimo 2014 met € 1.170 afgenomen tot € 271.920. Het meerjaren onderhoudsplan (MJOP) vormt de basis voor de onderhoudsvoorziening. Het plan en de bijbehorende kosten worden gemonitord in een geautomatiseerd volgsysteem (Planon). In 2014 is € 297.322 gedoteerd en € 507.669
onttrokken voor groot onderhoud. Voor Kreekrijk is € 27.856 gedoteerd. De boekwaarde is afgenomen tot € 2.097.208. In 2015 wordt een nieuw meerjaren onderhoudsplan opgesteld, waarna een nieuwe dotatieberekening gemaakt wordt (zie tabel c). De bruto-vloeroppervlakte van Agora (exclusief de brede scholen) bedraagt in 2014: 40.664 m2, een daling ten opzichte van 2012 (-2.868 m2). De waarde van de voorziening uitgedrukt in een geldbedrag per vierkante meter neemt af van € 53,03 tot € 51,60 (zie tabel d ).
c personeels- voorziening overige Totaal voorzieningen verlieslatende voorzieningen contracten € € € € 392.935 0 Stand per 1 januari 2014 0 0 Dotaties -12.034 0 Onttrekkingen 0 0 Vrijval 0 0 Rente mutatie 380.900 0 Stand per 31 december 2014 41.865 kortlopend deel < 1 jaar 339.035 0 langlopend deel > 1 jaar
2.307.555 297.322 -507.669 0 0 2.097.208
2.700.490 297.322 -519.704 0 0 2.478.108
1.121.757 975.451
1.163.622 1.314.486
31-12-2013
40.644 m2 2.097.208 € 51,60 €/m2
43.512 m2 2.307.555 € 53,03 €/m2
d
Vloeroppervlakte Boekwaarde voorziening Waarde per m2
31-12-2014
De jaarrekening
Voorzieningen
59 Jaarverslag Agora 2014
...
b
b
...
Langlopende schulden
In 2006 is voor de financiering van de multifunctionele nieuwbouw door de gemeente Oostzaan een renteloze lening verstrekt van € 428.400. Genoemde lening is verpand. Een bepaalde looptijd is niet in de overeenkomst vastgelegd.
Kortlopende schulden
De kortlopende schulden nemen
af met € 64.435. Het zijn vooral de overlopende passiva die ultimo 2014 afnemen. Deze post bestaat uit vooruit ontvangen subsidies, opgebouwd vakantiegeld (uitbetaling in mei 2015) en diverse kleinere posten (zie tabel e).
maand december 2014. De afdracht hiervan vindt begin 2015 plaats. Dit geldt ook voor de pensioenen. Kortlopende schulden die een oorzakelijk verband hebben met lonen en salarissen dalen of stijgen mee met de loonkosten in de exploitatie (zie tabel f).
De post ‘belastingen en premies’ heeft betrekking op de nog af te dragen inhoudingen over de
De jaarrekening
e
Jaarverslag Agora 2014
60
krediet instellingen gemeente totaal € € € Stand per 1 januari 2014 Aangegane leningen Aflossingen 2014 Stand per 31 december 2014 Langlopend deel > 5 jaar Rentevoet
0 0 0 0
428.400 0 0 428.400
428.400 0 0 428.400
0 %0
428.400 %0
428.400
f 31-12-2014 31-12-2013 € € € €
Kredietinstellingen 849.182 Crediteuren 25.106 OCW 1.196.337 1.171.537 Loonheffing 0 0 Premies sociale verzekeringen 1.196.337 Belastingen en premies sociale verzekeringen 373.234 Schulden terzake pensioenen 32.889 Overige kortlopende schulden 29.856 37.327 Vooruitontvangen subsidies OCW geoormerkt 483.716 494.455 Vooruitontvangen investeringssubsidies 0 0 Vooruitontvangen termijnen 1.016.786 991.413 Vakantiegeld en -dagen 28.405 22.930 Accountants- en adm.kosten 853.905 1.071.589 Overige 2.412.667 Overlopende passiva 4.889.416
606.192 25.082 1.171.537 423.863 109.465
2.617.712 4.953.851
8
b
Verantwoording subsidies
Onderstaand worden de ontvangen subsidies van OCW gerangschikt naar de ordening zoals OCW deze heeft voorgeschreven. De verrekeningsclausule is het belangrijkste onderscheid. Van de subsidies met verrekening wordt aangegeven welke ultimo 2014 eindigen of doorlopen in 2015.
G2A Subsidies met verrekeningsclausule, aflopend per ultimo in verslagjaar
Ultimo 2014 lopen onderstaande subsidies met verrekenclausule af. Het zijn vooral subsidies studieverlof (zie tabel a).
G2B Subsidies met verrekeningsclausule, doorlopend tot in volgend verslagjaar
Er is een subsidie die nog doorloopt tot in het volgende verslagjaar (zie tabel b).
73.917
65.738
226.362 56.986 54.419 28.736 440.420
226.362 56.986 54.419 28.736 440.420
8.179
222.818 3.544 49.164 7.822 48.859 5.560 28.736 0 415.315 25.105
Ontvangen in verslagjaar €
Lasten in het verslagjaar €
41.180 41.180
11.324 11.324
11.324 11.324
Saldo nog te besteden 31-12-2014 €
SALDO € 0 0
Totale kosten 31-12-2014 €
Bedrag toewijzing €
41.180 41.180
Toewijzing kenmerk
Subsidie voor studieverlof 14/15 01-08-14 Totaal
Omschrijving
Toewijzing datum
b
29.856 29.856
De jaarrekening
Totale kosten €
Subsidie voor studieverlof 2011/2/223858 01-08-11 Veldinitatief passend BEK/BPR-2009/141629M 01-08-10 onderwijs 09/10 Subsidie voor studieverlof 12/13 2012/2/278383/ 01-08-12 Subsidie voor studieverlof 13/14 2013/2/3333336/ 01-08-13 Impuls SMW 13/14 2013/2/319731/ 01-08-13 Totaal
61 Jaarverslag Agora 2014
Ontvangen t/m verslagjaar €
73.917
Te verrekenen €
Bedrag toewijzing €
Toewijzing datum
Toewijzing kenmerk
Omschrijving
a
De jaarrekening
b
Jaarverslag Agora 2014
62
9
Niet in de balans opgenomen verplichtingen en activa
Agora kent op balansdatum een beperkt aantal langdurige verplichtingen. Dit betreffen de volgende verplichtingen: Canon/ING Lease inzake kopieerapparaten met een looptijd tot medio 2016. Contractwaarde bedraagt € 180.000 waarvan € 120.000 korter dan een jaar. Loyalis met een looptijd tot 1 januari 2016. Contractwaarde bedraagt € 477.102. Hectas inzake schoonmaak met een looptijd tot medio 2016. Contractwaarde € 663.925. Eneco inzake levering van aardgas met een looptijd tot 1 januari
10
2021. Geschatte contractwaarde op basis van historisch verbruik € 1.200.000 waarvan € 200.000 korter dan een jaar. DVEP inzake levering van elektriciteit met een looptijd tot 1 januari 2021. Geschatte contractwaarde op basis van historisch verbruik € 1.050.000 waarvan € 175.000 korter dan een jaar. Voor wat betreft energieleveringen is Agora aangesloten op de collectieve inkoop welke tot stand komt op initiatief van de Besturenraad. Naast Huisvesting zijn er nog contracten gesloten in het kader van het leve-
ren van de leermiddelen en ICT. De niet genoemde contracten hebben een beperkte omvang qua duur en materialiteit. Stichting Agora houdt bij nieuwe inkopen rekening met de wet- en regelgeving inzake de Aanbestedingswet. Op grond van de nieuwe cao PO dient er een voorziening duurzame inzetbaarheid te worden gevormd. Momenteel zijn de gesprekken met medewerkers gaande. Verwacht wordt dat in de loop van het boekjaar 2015 het geheel aan verplichtingen onderbouwd in beeld kan worden gebracht.
Baten
De reguliere bekostiging daalt door krimp en lagere gewichten van onze leerlingen. In de begroting was hier rekening mee gehouden. Deze trend houdt de komende jaren aan. In 2014 is een beperkte rijksbijdrage ontvangen in het kader van het Nationaal Onderwijs Akkoord. De overige overheidsbijdragen en overige baten zijn stabiel ten opzichte van vorig jaar. In totaal zijn de inkomsten ten opzichte van 2013 gedaald met € 1.883.808.
Rijksbijdragen OC&W
De Rijksbijdrage 2014 is uitgekomen op € 34,8 miljoen. Deze is te splitsen in de reguliere vergoedingen voor personeel en materieel en de diverse geoormerkte en niet geoormerkte subsidies. Ten opzichte van 2013 dalen de Rijksbijdragen sterk, namelijk met € 1,8 miljoen. Oorzaak: krimp en de trendbreuk in NOA inkomsten. In de begroting 2014 werd nog uitge-
gaan van een gelijkelijke uitbetaling van deze inkomsten over de schooljaren (zie tabel a).
Overige overheidsbijdragen en subsidies
Subsidies afkomstig van gemeenten of de Provincie vormen slechts een geringe bijdrage in de bekostiging. Ze zijn bedoeld om bij te dragen (stimuleringsgelden) in de ontwikkeling van specifieke beleidsterreinen, zoals VVE en peuterspeelzalen. In 2014 is € 686.628 aan gemeentelijke subsidies ontvangen voor onderwijsachterstanden. Meer dan begroot en ook meer dan vorig jaar. De inkomsten vanuit de samenwerkingsverbanden (oude en nieuwe) worden voortaan verantwoord als Rijksbijdragen (zie tabel b).
Overige baten
De verhuur van accommodatie (gymzalen) heeft in 2014 € 280.053
opgeleverd. De verhuur vindt plaats tegen een maatschappelijk verantwoord tarief. Het uitlenen van onderwijzend personeel aan andere onderwijsinstellingen geschiedt tegen vergoeding van de bruto loonkosten. De ouderbijdragen vormen een gesloten geldstroom. Tegenover de inkomsten staan diverse specifieke uitgaven. Het vrijwillige deel van de ouderbijdrage wordt beheerd door de ouderraden. De middelen worden gebruikt voor activiteiten die, buiten de normale lessen om, het lesprogramma ondersteunen, bijv. werkweken, fiets(speur)tochten, museumbezoek, korte excursies. Onder overige baten is een aantal verschillende soorten opbrengsten en bijdragen opgenomen, die niet direct met het primaire proces te maken hebben, maar wel voortvloeien uit de aard van het bedrijf (zie tabel c).
...
b
a
Rijksbijdrage OCW 2014 begroting 2014 2013 € € €
Overige overheidsbijdragen en subsidies 2014 begroting 2014 2013 € € €
Gemeentelijke bijdrage VVE 13.854 23.488 Congiërges Krachtwijk Zaanstad Gemeentelijke bijdrage peuterspeelzalen 17.500 30.000 Overige gemeentelijke uitkeringen 655.273 597.950 574.923 Gemeentelijke bijdrage en subsidies 686.628 597.950 628.411 Overige overheidsbijdragen 0 350.000 491.087 Totaal ov. overheidsbijdragen 686.628 947.950 1.119.498
c Overige baten 2014 begroting 2014 2013 € € €
Verhuur 280.053 240.742 197.350 Detachering personeel 215.447 24.337 Schenking 0 0 Sponsering 9.233 13.990 Ouderbijdragen 841.915 675.628 725.544 Overige 236.373 321.956 319.988 Totaal overige baten 1.583.022 1.238.326 1.281.209
63 Jaarverslag Agora 2014
b
De jaarrekening
Rijksbijdrage OCW 32.614.444 32.822.819 33.019.676 Geoormerkte subsidies OCW 59.854 0 101.815 Niet-geoormerkte subsidies OCW 1.419.613 2.411.690 3.466.554 Overige subsidies OCW 1.479.468 2.411.690 3.568.369 Af: inkomensoverdrachten 0 0 0 Ontvangen rijksbijdrage via SWV 741.383 Totaal rijksbijdragen OCW 34.835.295 35.234.509 36.588.045
b
11
Lasten
De lasten zijn ten opzichte van 2013 met € 548.066 gedaald. Zonder de eenmalige projectuitgaven NOA zouden de lasten nog lager zijn uitgekomen. Naast het behoud van werkgelegenheid jonge leerkrachten is vooral geïnvesteerd in onderwijsvernieuwing (lees: ICTtoepassingen).
De jaarrekening
Personeelslasten
Jaarverslag Agora 2014
64
De totale personele lasten zijn uitgekomen op € 30,2 miljoen, ten opzichte van 2013 een daling van € 401.695. In 2014 is minder uitgegeven aan loonkosten directie en
onderwijs ondersteunend personeel (respectievelijk € 265.670 en € 122.377) en meer aan onderwijzend personeel (€ 344.982). Per saldo zijn de lonen en salarissen met € 35.003 gedaald. Maandelijkse monitoring en strakke sturing heeft geleid tot het op orde hebben van de feitelijke bezetting. Vanuit Agora Support konden directeuren extra capaciteit inzetten. De overige personele lasten bestaan uit scholingskosten, inhuur tijdelijk personeel en personeel gerelateerde kosten, zoals: ARBO dienst,
werving & selectie, reiskosten en uitbestede werkzaamheden. In 2014 is hieraan € 1.766.718 uitgegeven. Een mix van verschillen verklaart de lagere uitgaven ten opzichte van 2013. Er is bijvoorbeeld minder personeel ingehuurd (voordeel € 95.375). Ook de uitgaven aan leerlingonderzoeken en reiskosten woonwerkverkeer vallen mee. In 2014 is door het vervangingsfonds en UWV € 2.138.922 uitgekeerd, 9% meer dan vorig jaar (zie tabel a).
a Personeelslasten 2014 begroting 2014 2013 € € €
Bruto lonen en salarissen 20.973.448 15.710.473 20.866.084 Sociale lasten 5.197.608 6.855.479 4.670.675 Pensioen premies 4.384.381 5.998.544 5.053.682 Lonen en salarissen 30.555.437 28.564.497 30.590.440 Dotaties Personele voorzieningen -12.034 0 -3.880 Personeel niet in loondienst 417.071 413.670 512.446 Overig 1.361.681 1.869.110 1.441.344 Overige personele lasten 1.766.718 2.282.780 1.949.909 Uitkeringen (-/-) -2.138.922 0 -1.955.421 Totaal personele lasten 30.183.234 30.847.277 30.584.928
...
Bezoldiging bestuurders en toezichthouders
Leden van de Raad van Toezicht worden benoemd voor een termijn van drie jaar en treden af volgens een rooster van aftreden. Een aftredend lid is maximaal twee maal herbenoembaar. De heer H.M.P. Stoltenberg en mevrouw H.M. EdzesAltena zijn conform rooster per 1 juni 2014 afgetreden. Het aantal
b
leden van de Raad van Toezicht is door het vertrek terug naar vijf. Vooralsnog wordt niet gezocht naar nieuwe leden. In 2014 is in totaal € 34.542 aan vergoedingen verstrekt. De bezoldiging van de leden van het College van Bestuur liggen onder de vastgestelde normering ‘bezoldiging
topfunctionarissen publieke en semi-publieke instellingen’ (zie tabel b). De vergoeding aan de leden Raad van Toezicht liggen onder de vastgestelde normering ‘bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke instellingen’, respectievelijk 7,5% (voorzitter) en 5,0% (leden) van het normbedrag (zie tabel c).
Bedragen x € 1
T. Keulen
M.C. H. Spies de Waard
Functie(s) Voorzitter CvB Lid CvB Duur dienstverband in 2014 01/01 - 31/12 01/01 - 31/12 Omvang dienstverband (in fte) 1 1 Gewezen topfunctionaris? nee nee Fictieve dienstbetrekking? ja ja Zo niet, langer dan 6 maanden binnen 18 maanden werkzaam? n.v.t. n.v.t. Bezoldiging Beloning 109.034 96.103 Belastbare onkostenvergoedingen 2.709 2.582 Beloningen betaalbaar op termijn 14.650 12.264 Totaal bezoldiging 126.393 110.949 Toepassing WNT maximum 165.901 165.901 Motivering indien overschrijding: zie nvt nvt
Lid CvB 01/01 - 01/02 1 nee ja n.v.t. 10.140 20 1.318 11.478 13.825 nvt
c V. Arends
H.M. Edzes Altena
Functie(s) Voorzitter RvT Lid RvT Lid RvT Duur dienstverband in 2014 01/01 - 31/12 01/01 - 31/12 01/01 - 31/12 Bezoldiging Beloning 8.610 5.740 5.740 Belastbare onkostenvergoedingen 0 0 0 Beloningen betaalbaar op termijn 0 0 0 Totaal bezoldiging 8.610 5.740 5.740 Toepassing WNT maximum 12.443 8.295 8.295 Motivering indien overschrijding: zie nvt nvt nvt
Lid RvT 01/01 - 01/06
Bedragen x € 1
A.P.H. Günter
P. Prijs
0 0 0 0 3.456 nvt
65 Jaarverslag Agora 2014
De jaarrekening
b
b
... c
De jaarrekening
Bedragen x € 1
Jaarverslag Agora 2014
66
M. Eigenstein
E.C.M. Roodvoets
Functie(s) Lid RvT Lid RvT Duur dienstverband in 2014 01/01 - 01/06 01/01 - 31/12 Bezoldiging Beloning 2.870 5.740 Belastbare onkostenvergoedingen 0 0 Beloningen betaalbaar op termijn 0 0 Totaal bezoldiging 2.870 5.872 Toepassing WNT maximum 3.456 8.295 Motivering indien overschrijding: zie nvt nvt
Lid RvT 01/01 - 31/12
De wet normering topinkomens
De wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector trad per 1 januari 2013 in werking en regelt dat inkomens, die gefinancierd worden uit publieke middelen openbaar gemaakt moeten worden. Agora heeft geen topfunctionarissen in dienst die meer verdienen dan het normbedrag voor het PO (€ 165.901). Dit geldt overigens ook voor de niettopfunctionarissen.
Afschrijvingen
De afschrijvingen liggen op het niveau van 2013 en nemen licht toe tot € 852.292. In 2014 is voor € 945.602 geïnvesteerd in vooral ICT en onderwijsleerpakketten. Voor een specificatie van de investeringen wordt verwezen naar hoofdstuk B5 Activa (zie tabel d).
Huisvestingslasten
Binnen de huisvestinglasten vallen de uitgaven voor huur, onderhoud, schoonmaak en energie. Het zijn vooral de lagere energielasten en de lager dotatie aan de voorziening onderhoud, die tot het voordelige resultaat leiden. Ten opzichte van
H.M.P. Stoltenberg
5.740 0 0 5.740 8.295 nvt
b
De overige instellingslasten zijn uit-
€ 105.746. De toename van de lasten in de laatste categorie wordt verklaard door de hogere uitgaven aan leerlingactiviteiten. Hier staan ook extra inkomsten tegenover. De inkomsten en uitgaven van de oudergelden is een aparte geldstroom en valt in het resultaat van de stichting. Voor de vermogensopbouw is een bestemde reserve gevormd (zie tabel f).
Accountant honoraria
In 2014 heeft de accountant geen meerwerk gedeclareerd (zie tabel g).
d 2014 begroting 2014 2013 € € €
Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Totaal afschrijvingen
0 852.292 852.292
0 765.472 765.472
0 841.542 841.542
e 2014 begroting 2014 2013 € € €
Huur Verzekeringen Klein onderhoud Energie en water Schoonmaakkosten Heffingen Overige Dotatie onderhoudsvoorziening Totaal huisvestingslasten
121.788 0 374.816 436.704 827.904 82.868 38.380 297.322 2.179.781
119.260 0 550.200 533.000 818.900 90.000 50.800 400.000 2.562.160
135.231 0 301.760 567.403 804.383 82.442 42.934 427.856 2.362.010
De jaarrekening
Overige instellingslasten
gekomen op € 3.299.363, licht hoger dan in 2013. Binnen de categorie ‘administratie & beheerlasten’ vallen de kosten voor systeembeheer, drukwerk, telefonie, automatisering, deskundigheidsadvies en contributies. Ten opzichte van vorig jaar zijn de lasten per saldo gestegen met € 30.224. Doordat de extra uitgaven aan ICT – in het kader van besteding projectgelden NOA – zijn geactiveerd, ontstaat er een positief exploitatieresultaat binnen de categorie ‘inventaris, apparatuur en leermiddelen’. Ten opzichte van vorig jaar zijn de lasten gedaald met
67 Jaarverslag Agora 2014
2013 zijn de energielasten met € 130.699 gedaald. De dotatie aan de voorziening is € 130.534 lager dan vorig jaar. De kosten voor dagelijks en contractueel onderhoud komen uit op € 374.816 (2013: € 301.760). In de begroting werd rekening gehouden met hogere uitgaven, namelijk € 550.200. De schoonmaakkosten zijn uitgekomen op € 827.904, zo’n € 23.000 hoger dan vorig jaar. Per saldo komen de uitgaven in 2014 € 182.229 lager uit (zie tabel e).
b
... f
2014 begroting 2014 2013 € € €
Administratie en beheerlasten Inventaris, apparatuur en leermiddelen Overige Totaal overige lasten
1.242.605 1.215.309 841.448 3.299.363
937.065 1.391.400 917.358 3.245.823
1.212.381 1.321.055 740.818 3.274.254
De jaarrekening
g
Jaarverslag Agora 2014
68
2014 begroting 2014 2013 € € €
Onderzoek jaarrekening Andere controle-opdrachten Fiscale adviezen Accountantslasten
47.220 0 0 47.220
40.000 0 0 40.000
37.692 0 0 37.692
12
b
Financiële baten en lasten
Mondiaal zijn de rentevergoedingen enorm laag en een vooruitzicht op hogere rentes op korte termijn is niet reëel. Ondanks dat zijn de
rentebaten hoger uitgekomen. Het saldo komt uit op € 67.730 en ligt daarmee € 16.984 hoger dan vorig jaar.
69 Jaarverslag Agora 2014
Rentebaten 82.556 85.000 64.812 Rentelasten -14.826 -15.000 -14.067 Totaal financiële baten en lasten 67.730 70.000 50.746
De jaarrekening
2014 begroting 2014 2013 € € €
Overige gegevens 2014
c
1
Resultaat bestemming
Overige gegevens
Het resultaat (€ 658.006) wordt conform bestaand beleid toegevoegd aan de algemene reserve. De afwaardering van de bestemmingsreserve NOA is gelijk aan de bestede projectgelden NOA. Het College van Bestuur heeft medio 2014 deze projectgelden beschikbaar gesteld met als doel: bevorderen
Jaarverslag Agora 2014
72
van de onderwijsontwikkeling. De schooldirecteuren hebben vooral geïnvesteerd in ICT en extra onderwijzend personeel. De boekwaarde van de algemene reserve neemt na afwaardering van de bestemmingsreserve publiek en privaat toe met € 1.852.421.
Resultaatbestemming 2014 Toevoeging algemene reserve € €
Netto resultaat 2014
658.006
Mutaties Bestemmingsreserve publiek 1.161.424 Bestemmingsreserve (privaat) 32.888 Bestemmingsfonds (privaat) 105 1.194.416 1.852.421
2
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen noemenswaardige gebeurtenissen na balansdatum.
Controleverklaring van de accountant Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening 2014 van Agora, Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek te Zaandam gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en de staat van baten en lasten over 2014 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheid van het College van Bestuur
Het College van Bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het jaarverslag, beide in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Het College van Bestuur is tevens verantwoordelijk voor de financiële rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties. Dit houdt in dat deze bedragen in overeenstemming dienen te zijn met de in de relevante wet- en regelgeving opgenomen bepalingen. Het College van Bestuur is voorts verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de naleving van de relevante weten regelgeving mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle, als bedoeld in artikel 171, lid 4 van de Wet op het primair onderwijs. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden en het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risicoinschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan alsmede in het kader van de financiële rechtmatigheid voor de naleving van de relevante wet- en regelgeving, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel
Overige gegevens
Aan: De Raad van Toezicht en het College van Bestuur van Agora, Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek
73 Jaarverslag Agora 2014
3
c
c
...
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
74
Oordeel betreffende de jaarrekening
Jaarverslag Agora 2014
Overige gegevens
tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria en van de redelijkheid van de door het College van Bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Stichting voor Bijzonder Primair Onderwijs in de Zaanstreek per 31 december 2014 en van het resultaat over 2014 in overeenstemming met de Regeling jaarverslaggeving onderwijs. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties over 2014 in alle van materieel belang zijnde aspecten voldoen aan de eisen van financiële rechtmatigheid. Dit houdt in dat de bedragen in overeenstemming zijn met de in de relevante weten regelgeving opgenomen bepalingen, zoals vermeld in paragraaf 2.3.1. Referentiekader van het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen
Ingevolge artikel 2:393, lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig de Regeling jaarverslaggeving onderwijs en paragraaf 2.2.3 Jaarverslag van het onderwijsaccountantsprotocol OCW/EZ 2014 is opgesteld, en of de in artikel 2:392, lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391, lid 4 BW. Haarlem, 19 juni 2015 BDO Audit & Assurance B.V. namens deze, W.g. drs. J.M.A Brak RA
4
c
Colofon
Uitgave:
Agora, Stichting voor Bijzonder Primair Basisonderwijs in de Zaanstreek Postbus 88 1500 EB Zaandam Bezoekadres De Weer 10 A 1504 AG Zaandam
Marie José Kakebeeke
[email protected]
75 Jaarverslag Agora 2014
Vormgeving:
Overige gegevens
T 075 616 8630 E info@agora .nu I agora.nu
Jaarverslag Agora 2014 Overige gegevens
c
76
Postbus 88 1500 EB Zaandam Bezoekadres De Weer 10 A 1504 AG Zaandam T 075 616 86 30 E
[email protected] I agora.nu