4. Doorstroom, opstroom en afstroom Doorstroom van leerlingen staat voor leerlingen die op een bepaald niveau op ’t Venster begonnen zijn en door de behaalde resultaten doorstromen binnen onze school op hetzelfde niveau. Afstroom: Indien leerlingen naar een lager niveau doorstromen spreken we van afstromen. Opstroom: Indien leerlingen naar een hoger niveau doorstromen spreken we van opstromen. 4.1
Overgangsnormen
De uitslag van de VAS toetsen en het oordeel van de docent spelen een rol bij de overgang. De docentenvergadering kijkt of de leerling in voldoende mate beschikt over de vaardigheden zelfstandigheid, inzet en samenwerking. Overgangsnormen: We gaan uit van Overgangsnormen en niet Zittenblijversnormen. Uitgangspunt: Doubleren is alleen aan de orde wanneer de teamvergadering besluit dat dit de ontwikkeling van de leerling ten goede komt. Begrippen: Bevordering: De leerling gaat van een lager leerjaar naar het eerstvolgende hogere leerjaar in dezelfde leerweg. Gerichte bevordering: De teamvergadering bevordert een leerling naar een eerstvolgend leerjaar, echter in een andere leerweg. voor een gerichte bevordering gelden de normen van de leerweg waarheen de bevordering plaatsvindt. Doublure: De leerling voldoet niet aan de overgangsnormen en moet het schooljaar over doen. Bespreekgeval: Een leerling kan, indien daar aanleiding toe is, worden besproken in de teamvergadering. De uitspraak van de vergadering is bindend. Cijfers: Het cijfer 5 telt als één onvoldoende, de cijfers 4 en lager tellen als 2 onvoldoendes. Er wordt becijferd met 1 decimaal. Het tot stand komen van een rapportcijfer. Leerjaar 1 en 2. Het cursusjaar is voor de leerjaren 1 en 2 ingedeeld in drie periodes. Per periode worden er per vak cijfers gegeven, die een beeld geven van de resultaten die een leerling in de betreffende periode heeft behaald. (zie ook Toetsprotocol) Het gemiddelde van deze afzonderlijke cijfers, waar ook een weging aan kan worden gegeven, levert voor iedere periode een rapportcijfer op. (R1, R2, R3) Deze perioderapporten worden afgerond tot op één decimaal. Het eindcijfer over het gehele jaar wordt berekend door het rekenkundig gemiddelde van de drie rapportencijfers te nemen. Dit cijfer wordt afgerond op een heel cijfer. Op het rapport dat wordt uitgereikt zijn zowel de periodecijfers als het eindcijfer zichtbaar. Leerjaar 3 en 4. e e Het cursusjaar voor het 3 leerjaar bestaat uit 3 periodes, dat voor het 4 leerjaar uit 2 periodes. Leerlingen in leerjaar 3 en 4 ontvangen een rapport waarbij gedurende deze twee leerjaren sprake is van een voortschrijdend gemiddelde. Dit cijfer staat op ieder rapport genoteerd in de kolom SE (schoolexamen). Het tot stand komen van het definitieve schoolexamencijfer is ook vastgelegd in het examenreglement.
Overgangsnormen van leerjaar 1 naar leerjaar 2.
vakken Nederlands Engels Wiskunde Moderne vreemde talen Mens en Maatschappij Mens en Natuur Sport en bewegen Kunst en cultuur Basistraining rekenen Basistraining Taal NT2 Taal+
VMBO BB KB TL Resultaten Het totaal van deze 6 vakken is tenminste 36 punten Maximaal 3 onvoldoendes *
Geen onvoldoendes Geen onvoldoendes
Als het aantal punten wordt behaald en de leerling voldoet aan het voor de leerweg opgestelde leerlingenprofiel (zie bijlage) dan is de leerling bevorderd naar het volgende leerjaar. Als het aantal punten niet wordt behaald, of het aantal onvoldoendes te hoog is, dan is de leerling een bespreekgeval. Gerichte bevordering naar leerjaar 2 is dan een optie. Als het aantal punten voor de zes vakken 45 of hoger is dan is gerichte bevordering naar de naast gelegen hogere leerweg bespreekbaar. Hierbij dient de leerling tevens te voldoen aan het opgestelde leerlingenprofiel. Overgangsnormen van leerjaar 2 naar leerjaar 3
vakken Nederlands Engels Wiskunde Moderne vreemde talen Mens en Maatschappij Mens en Natuur Sport en bewegen Kunst en cultuur Basistraining rekenen Basistraining Taal NT2 Taal+
VMBO BB KB TL Resultaten Het totaal van deze 6 vakken is tenminste 36 punten Maximaal 3 onvoldoendes *
Geen onvoldoendes Geen onvoldoendes
Als het aantal punten wordt behaald en de leerling voldoet aan het voor de leerweg opgestelde leerlingenprofiel (zie bijlage) dan is de leerling bevorderd naar het volgende leerjaar. als het aantal punten niet wordt behaald, of het aantal onvoldoendes te hoog is, dan is de leerling een bespreekgeval. Gerichte bevordering naar leerjaar 3 is dan een optie. Als het aantal punten voor de zes vakken 45 of hoger is dan is gerichte bevordering naar de naast gelegen hogere leerweg bespreekbaar. Hierbij dient de leerling tevens te voldoen aan het opgestelde leerlingenprofiel. bij de overgang naar leerjaar 3 moeten de vakken die de leerling in leerjaar 3 als sectorvakken krijgt voldoende zijn bij de overgang van 2 naar 3.
Overgangsnormen van leerjaar 3 naar leerjaar 4. Beroepsgerichte leerwegen: 1. De vergadering beoordeelt de leerling op alle in het derde leerjaar gevolgde vakken. 2. De vergadering beoordeelt het perspectief dat de leerling heeft in relatie tot de aanwezige achtergrond van de gekozen vakken voor leerjaar 4. Hierbij dient de slaag- en zakregeling als uitgangspunt. 3. Wanneer een leerling op basis van de slaag- en zakregeling niet in aanmerking komt voor bevordering naar het vierde leerjaar van dezelfde leerweg, wordt de leerling besproken. In principe zij er drie mogelijkheden: 4. Doubleren in leerjaar 3 van dezelfde leerweg. 5. Bevorderd worden naar leerjaar 4 van een andere leerweg. 6. Bevorderd worden, eventueel met ‘Taak met cijfereis’, naar leerjaar 4 van dezelfde leerweg. 7. KV1 moet voldoende zijn afgesloten. 8. L.O. en KV1 tellen niet mee in de compensatieregeling. 9. Handelingsopdrachten en Praktische Opdrachten moeten naar behoren zijn uitgevoerd. 10. Voor leerlingen die naar verwachting de school zonder diploma zullen verlaten zal een individueel traject worden opgesteld.
Theoretische leerweg: bevordering gaat in twee stappen Stap 1: De vergadering beoordeelt de leerling op alle in het derde leerjaar gevolgde vakken. De leerling is bevorderd als alle cijfers op de cijferlijst voldoende zijn of bij 1x5 of 2x5 of 3 x5 of 1 x4 of 1x5 en 1x4 Stap 2: De vergadering beoordeelt het perspectief dat de leerling heeft in relatie tot de aanwezige achtergrond van de gekozen vakken voor leerjaar 4. Slaag- en zakregeling in het examenpakket. Bij meer dan 2x 5 in het examenpakket wordt geadviseerd het examenpakket te wijzigen. KV1 moet voldoende zijn afgesloten. L.O en KV1 tellen niet mee in de compensatieregeling. Handelingsopdrachten en Praktische Opdrachten moeten naar behoren zijn uitgevoerd. Voor alle leerjaren: Taak zonder cijfereis: De leerling is bevorderd maar krijgt een taak ( een advies) om een bepaald onderdeel van een vak te verbeteren. De vakdocent bepaalt de opdracht voor deze taak. De taak moet uiterlijk op de woensdag in de laatste schoolweek vóór de zomervakantie worden ingeleverd en vervangt in de bovenbouw (indien het een hoger cijfer is) het cijfer van het bepaalde onderdeel. Te laat ingeleverde taken worden niet meer nagekeken. Taak met cijfereis: De leerling is (nog) niet bevorderd. De leerling krijgt de mogelijkheid om een bepaald onderdeel van een vak te verbeteren zodat hij/zij als nog bevorderd kan worden. De vakdocent bepaalt de opdracht voor deze taak. De taak moet uiterlijk op de woensdag in de laatste schoolweek vóór de zomervakantie worden ingeleverd en vervangt dus, indien voldaan wordt aan de cijfereis, het cijfer van het bepaalde onderdeel. Te laat ingeleverde taken worden niet meer nagekeken /afgenomen, de leerling kan niet bevorderd worden.
* Het cijfer 5 telt als één onvoldoende, de cijfers 4 en lager tellen als 2 onvoldoendes.
Voor het afnemen en het berekenen van de cijfers is in de Toetsprocedure en Toetsprotocol beschreven welke richtlijnen er zijn. Deze is toegevoegd in bijlage 4. 4.2 Richtlijnen bij doorstroom –opstromen Het kan zijn dat leerlingen op bepaald niveau zijn geplaatst en gaandeweg de schoolperiode hogere resultaten laten zien. Deze leerlingen kunnen een niveau opstromen: BL →KL of KL →TL. Het opstromen gebeurt vanuit een visie dat het talent benut moet worden. Leidend hierin zijn de werkhouding en resultaten van betreffende leerling. Het verzoek tot opstromen kan gedaan worden vanuit de ouders of vanuit het docenteam. Afdelingsleider en zorgcoördinator dienen op de hoogte gebracht te worden van het voornemen om de leerling over te plaatsen naar een hoger niveau. e Pas als alle partijen overtuigd zijn dat dit een goede keuze kan zijn wordt de 1 stap gezet om dit mogelijk te maken. De eerste stap bestaat uit de leerling op één vakgebied gedurende een periode op een hoger niveau te laten werken en te toetsen. Als dit een positief effect heeft volgen het werken e e in een 2 vak en daarna een 3 vak. De kernvakken zijn daarbij uitgangspunt. Het gaat dan om de vakken Nederlands, Engels en wiskunde. Als blijkt dat de resultaten goed zijn wordt definitief overgestapt op een hoger niveau. Dit betekent dat ook de punten van de cijferlijsten worden aangepast naar het betreffende niveau. Dit betekent dat deze punten lager worden dan dat ze waren, maar dat deze punten binnen de kaders vallen van de normering. De mentor meldt binnen het docententeam dat de punten van het leerjaar herijkt worden. Dit dient door de vakdocenten uitgevoerd te worden. De afdelingsleider stemt met de frontoffice af dat de kolommen binnen magister opengezet worden. Bij de frontoffice kan een omzettabel opgehaald worden.
Opstroomschema:
periode 1
n.a.v. uitzonderlijk goede resultaten voorstel tot hoger niveau bespreken in team
periode 2
lessen en toetsen in 1 van de kernvakken (ne, en, wi) op het hogere niveau
periode 3
alle lessen en toetsen in de 3 kernvakken (ne, en, wi) op het hogere niveau
4.3 Richtlijnen bij doorstroom - afstromen Het kan zijn dat leerlingen op bepaald niveau zijn geplaatst en gaandeweg de schoolperiode lagere resultaten laten zien. De leerling dreigt door de lage resultaten af te stromen. Deze leerlingen kunnen een niveau afstromen: TL →KL of KL →BL. Bij afstromen worden de resultaten van alle vakken bekeken. Afstromen kan in alle leerjaren gebeuren. In leerjaar 1 en 2 is behalve het aantal punten dat behaald moet worden om over te gaan ook van belang hoe de werkhouding en motivatie is. Als dreigt dat deze laatste twee ook in een negatieve spiraal komen dan kan een besluit genomen worden om de leerling te laten afstromen. In een
vergadering neemt het team een standpunt in. Vervolgens wordt dit met de ouders en de leerling besproken. De afdelingsleider brengt de ouders formeel op de hoogte van het afstromen. Der cijfers worden naar een hoger niveau herijkt. De mentor meldt binnen het docententeam dat de punten herijkt worden. Dit dient door de vakdocenten uitgevoerd te worden. De afdelingsleider stemt met de frontoffice af dat de kolommen binnen magister opengezet worden. In principe starten de leerlingen in leerjaar 3 in de juiste leerweg. Als aan het einde van leerjaar 3 blijkt dat de leerlingen niet voldoende punten behaald hebben, is het afstromen niet vanzelfsprekend. Eerder gaan deze leerlingen met een taak het vierde leerjaar in aangezien de examenperiode twee jaar bestrijkt. Vooropgesteld moet worden dat de leerling in de leerweg blijft. Als in de tweede periode van leerjaar 4 blijkt dat de leerling dreigt te zakken kan overgegaan worden op afstromen. Voordat dit besluit genomen wordt dit in het team besproken en met de ouders en leerling overlegd. Het doel “behalen van het diploma` is van groter belang dan in de leerweg blijven en dreigen te zakken. Ouders worden door de afdelingsleider schriftelijk op de hoogte gebracht. De mentor meldt binnen het docententeam dat de punten van leerjaar 3 en 4 herijkt worden. Dit dient door de vakdocenten uitgevoerd te worden. De afdelingsleider stemt met de frontoffice af dat de kolommen binnen magister opengezet worden.