Netwerk tegen Armoede Vooruitgangstraat 323 bus 6 - 1030 Brussel / tel. 02-204 06 50 / fax : 02-204 06 59
[email protected] / www.netwerktegenarmoede.be
Afbouw van werkwinkels 19 april 2013 Bij de bekendmaking van de sluiting van een tiental werkwinkels, heeft het Netwerk tegen Armoede zich geïnformeerd bij de VDAB over dit plan. We hebben toen een toelichtingsnota ontvangen van de VDAB, wat we op onze beurt hebben doorgegeven aan de lokale verenigingen waar armen het woord nemen. Wij hebben nu de nota met de nodige aandacht bestudeerd en blijven de sluiting van de werkwinkels een misser met vergaande gevolgen vinden die een ernstige armoedetoets nooit zou doorstaan. De lokale werkwinkel vormt nu het contactpunt met de minste drempels waar kwetsbare groepen (mensen in armoede, kortgeschoolden, langdurig werkzoekenden, anderstaligen, ...), die moeilijk toegang vinden tot de arbeidsmarkt, een beroep op kunnen doen. Het primoridiale belang van de werkwinkel voor werkzoekenden uit de kansengroepen (50+, kortgeschoolden en allochtonen) werd ook bevestigd door een vroegere studie van het 1 Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (Hiva) . Het plan om daarin te snoeien, zal net die groep dus het zwaarst treffen. De sluiting van de werkwinkels kan waarschijnlijk niet meer tegengehouden worden, toch wil het Netwerk tegen Armoede zijn bekommernissen delen met de VDAB en enkele aandachtspunten naar voren schuiven. Het Netwerk is hier trouwens niet alleen in, onze aanklacht wordt ook gesteund door Welzijnszorg, het Minderhedenforum en Uit De Marge Samen hopen we dat deze aandachtspunten alsnog worden meegenomen in de verdere uitvoering van de plannen zodat werkzoekenden met een kwetsbare (arbeidsmarkt)positie kunnen blijven rekenen op de dienstverlening en accommodatie die noodzakelijk is in hun traject naar werk.
Besparingen Door de Vlaamse regering opgelegde besparingsmaatregelen, ook op personeelsvlak wordt het voor de VDAB steeds moeilijker om een kwaliteitsvolle dienstverlening aan te bieden in alle momenteel bestaande werkwinkels. Het Netwerk tegen Armoede vindt de beslissing van de Vlaamse regering om ook de VDAB deze personeelsreductie te laten doorvoeren onbegrijpelijk. Meer nog, het is, in tijden van economische crisis, de hoge werkloosheidsgraad en met bovendien het sluitend maatpak in acht genomen waardoor ook invaliden, leefloners, 55+ beroep doen op de VDAB-dienstverlening, onverantwoord. Hoe veel meer kan de VDAB doen met minder, zonder in te boeten op kwaliteit en bereik? Het Netwerk tegen Armoede vreest alvast dat de sluiting van 43 werkwinkels, dat werkzoekenden uit maar liefst 86 gemeentes zou treffen, een negatieve impact zal hebben op de dienstverlening, vooral voor werkzoekenden met een kwetsbare maatschappelijke positie. Onze bezorgdheid wordt versterkt, wetend dat 81% van de
1
http://www.kuleuven.ac.be/nieuws/berichten/2008/pb24_01_2008.html, geraadpleegd op 15 april 2013. Opgelet: Hetzelfde onderzoek stelt dat Vlaanderen gerust wat minder werkwinkels mag tellen, Het ideale is echter volgens de onderzoekers 103 werkwinkels. Met het plan van de VDAB zouden er uiteindelijk slechts 72 werkwinkels overblijven!
130411/Afbouw van werkwinkel/SC
Pagina 1
bezoekers van de werkwinkel behoort tot de kansengroepen, waaronder allochtonen, laaggeschoolden en 50plussers.
Vrijwaar zoveel mogelijk werkwinkels vooral in gebieden met een hoog werklosheidscijfer en een hoog aandeel laaggeschoolden
Belang van contactdienstverlening VDAB ‘s Leitmotiv is dat de dienstverlening laagdrempelig en bereikbaar is. Vertaald naar hedendaagse criteria betekent dit: de klant (bezoeker / gebruiker) kiest zelf uit een beschikbaar palet van contacteermogelijkheden (website, mail, Servicelijn, werkwinkel…) een kanaal dat hem op dat moment het beste past. Dat is dus niet noodzakelijk de dienstverlening in een fysieke locatie, aldus de VDAB. Het Netwerk tegen Armoede heeft de Werkwinkel altijd beschouwd als dé plek bij uitstek voor de VDAB om laagdrempelig en toegankelijk te werken voor werkzoekenden. Het laat de werkzoekende toe om via een bezoek aan de werkwinkel, in contact te komen met verschillende lokale diensten, die de werkzoekende kan verder helpen in zijn zoektocht naar werk. De ervaringen van mensen in armoede leren ons dat ze daarbij vooral de mogelijkheid tot persoonlijk contact in de werkwinkel waarderen. 2
We zien het belang van contactdienstverlening voor kansengroep ook bevestigd in een recent onderzoek ‘is digitaal het nieuwe normaal?’, dat gevoerd is door MeMori in opdracht van o.m. de VDAB: ‘Uit verschillende onderzoeken bij kansengroepen blijkt dat kwetsbare personen een uitgesproken voorkeur hebben voor interpersoonlijke, mondelinge communicatie: individueel of in groep, zoals tijdens een informatiesessie. Mondelinge 1-op-1 communicatie kan door de sterke stimulusrijkdom, mogelijkheid tot interactiviteit en complexiteit worden ingezet voor het merendeel van de communicatiedoelen.’ Eén van de aanbevelingen luidt dan ook: ‘Investeer maximaal in mondelinge, persoonlijke communicatie. De basis voor de multichannel-communicatiestrategie van de organisatie moet een rijk mondeling en persoonlijk 1op-1 contact zijn. Dit mondeling gesprek kan door geen enkel ander communicatiekanaal vervangen worden.’ Het Netwerk tegen Armoede volgt deze aanbeveling. Contactdienstverlening laat immers in tegenstelling tot de telefonische en digitale dienstverlening een rijkere communicatie toe tussen werkzoekende en trajectbegeleider, waardoor de dienstverlening veel meer op maat kan gebeuren en waardoor signalen en noden van de werkzoekende makkelijker gedetecteerd en uitgeklaard kunnen worden. Bovendien mag het emotionele aspect van dienstverlening niet onderschat worden. Kwetsbare werkzoekenden die moeilijk aan de slag geraken, raken vaak geïsoleerd, ontmoedigd, gedesillusioneerd… Werkzoekenden hebben dus niet alleen nood aan praktische hulp maar soms ook aan steun, aanmoediging, warmte, begrip… Deze noden kunnen minder worden opgespoord via digitale dienstverlening en kunnen ook minder voldaan worden. Contactdienstverlening is dus belangrijk. De sluiting van lokale werkwinkels maakt dit contact echter moeilijker en ontmoedigt werkzoekenden om volop gebruik te maken van contactdienstverlening. In die zin vindt het Netwerk tegen Armoede dat de VDAB met de afbouw van werkwinkels de keuze in communicatiekanalen voor werkzoekenden met een kwetsbare (arbeidsmarkt)positie, onvoldoende respecteert. Bovendien heeft de schaalvergroting en grotere bezoekersaantallen ongetwijfeld implicaties op de dienstverlening. Zal de werkwinkel nog zo laagdrempelig en vrijblijvend in dienstverlening kunnen zijn? Investeer maximaal in contactdienstverlening via lokale werkwinkels of minimaal via lokale zitdagen in elke gemeente Respecteer de voorkeur van sommige werkzoekenden voor contactdienstverlening.
2
Lemal, M., Wellens, S. & Goubin, E. (2012). Is digitaal het nieuwe normaal?. MeMori, Mechelen.
130411/Afbouw van werkwinkel/SC
Pagina 2
Kijk erop toe dat de schaalvergroting niet de laagdrempeligheid en de kwaliteit van de overblijvende werkwinkels in het gedrang brengt.
Drempels tav digitale dienstverlening De sluiting van de werkwinkels zou gecompenseerd worden met nieuwe ondersteuningsvormen via mailing, sociale media, videogesprekken, skypesessies en de telefonische Servicelijn. Begrijp ons niet verkeerd. Het Netwerk tegen Armoede is niet tegen webdienstverlening, het kan een waardevolle en nuttige aanvulling zijn, naast contactdienstverlening. Voor een belangrijke groep werkzoekenden zal het een interessant medium zijn, dat op maat is van hun noden. Dat betekent echter niet dat iedereen geholpen kan worden met digitale en telefonische dienstverlening. Digitale dienstverlening vereist immers dat mensen beschikken over een degelijke werkende pc, internet, printer, webcam en/of geluidsinstallatie…, maar tegelijkertijd ook over de nodige digitale vaardigheden en attitudes. Het is een illusie te denken dat er geen digitale kloof meer is. Zo weten we uit de ICT-enquête die FOD Economie 3 heeft uitgevoerd , dat in 2012 20 procent van de Belgische huishoudens nog steeds geen computer had en dat 21 procent niet (meer) beschikte over een internetaansluiting. Dat blijft nog altijd een aanzienlijk deel van de bevolking. Bovendien stelt onderzoek van Lemal, M., Wellens, S. & Goubin, E. (2012): ‘De bestaande literatuur omtrent de digitale kloof geeft aan dat er sterke verschillen bestaan in het ICT bezit en gebruik op het vlak van opleidingsniveau, etnisch culturele achtergrond, inkomen, jobstatus en leeftijd. Lager opgeleiden, vijftigplussers, personen met een laag inkomen, etnische minderheden en werklozen of inactieven zijn minder mee in de digitale maatschappij. Zowel toegang tot internet als het gebruik ervan volgt traditionele breuklijnen van kansengroepen. Kansengroepen hebben minder digitale media in hun bezit en hun gebruik is ook minder gediversifieerd’ Maken diezelfde kansengroepen hierboven beschreven echter niet een aanzienlijk deel uit van de Vlaamse werkzoekenden? Maar liefst 24,0% van de Vlaamse werkzoekenden is in maart 2013 ouder dan 50 jaar, 49,1% laaggeschoold, 26,4% allochtonen. De ervaringen van mensen in armoede leren ons alvast dat ze thuis nog al te vaak geen deftige digitale accommodatie of een gebrek hebben aan digitale vaardigheden om volwaardig te kunnen genieten van webdienstverlening. Bovendien garandeerde de VDAB vroeger de digitale toegang door een nabije werkwinkel. Met de sluiting van de werkwinkel zal dit niet meer het geval zijn. Daarnaast vereist digitale dienstverlening dat de werkzoekende de Nederlandse taal beheerst, dat die geletterd is, dat die zijn vragen duidelijk schriftelijk kan verwoorden. Dat is niet alle werkzoekenden gegeven. Ook voor hen blijft contactdienstverlening het beste medium om kwaliteitsvol geholpen te worden.
3
Om de dienstverlening van de VDAB in alle gemeentes te garanderen, dient de VDAB de digitale toegang van werkzoekende te verzekeren in alle gemeentes. Zorg voor toegang tot computers, internet maar ook printer, webcam… zodat werkzoekenden alsnog kunnen genieten van de digitale dienstverlening van de VDAB.
Versterk de digitale competenties van werkzoekenden via opleiding in o Het leren gebruiken van computertoepassingen o De weg te leren vinden in de veelheid van informatie op internet o Het beter leren gebruiken van sociale media o Het doelgericht inzetten van deze toepassingen in de zoektocht naar werk
Kan de VDAB iets extra doen (ter compensatie) voor de groep van werkzoekenden voor wie de lokale werkwinkel verhuist maar contactdienstverlening het enige medium is?
http://www.standaard.be/Artikel/PrintArtikel.aspx?artikelId=DMF20130411_00537176, geraadpleegd op 12 april 2013.
130411/Afbouw van werkwinkel/SC
Pagina 3
Mobiliteit Werkzoekenden die om bovenstaande redenen niet kunnen genieten van digitale dienstverlening, zullen verplicht zijn in tegenstelling tot andere werkzoekenden meer dan 1 keer per maand de verplaatsing te maken naar een verderliggende werkwinkel. De afstand tot de werkwinkel kan tot 25 km oplopen. Volgens de VDAB een noodzakelijke attitudevorming voor de werkzoekende, voor het Netwerk tegen Armoede weerom een obstakel voor mensen in armoede in hun zoektocht naar werk. Mensen in armoede zijn immers vaker beperkt in hun mobiliteitsmogelijkheden. Ze hangen af van het openbaar vervoer, wonen in buurten die minder toegankelijk zijn met het openbaar vervoer of kampen met gezondheidsproblemen die hen moeilijker in staat stelt zich te voet of met de fiets te verplaatsen. Hen simpelweg activeren om grotere verplaatsingen te maken, lost hun problemen niet op, het slorpt gewoon meer tijd en energie op, die anders kon geïnvesteerd worden in de effectieve zoektocht naar werk. Bovendien mag de kost van de verplaatsing niet onderschat worden, zeker niet voor mensen met een uitkering onder de armoedegrens. De auto maar ook het openbaar vervoer kosten geld. De VDAB stelt dat dit laatste opgevangen kan worden door een gratis Lijnpas. Tegelijkertijd stellen we echter vast dat die Lijn-kaart niet overal wordt aangeboden. In Antwerpen stad bvb. stelden trajectbegeleiders van de VDAB zelf dat Lijnkaarten voortaan niet meer werden aangeboden.
VDAB geeft aan dat voor werkzoekenden met een onoverkomelijke mobiliteitsproblematiek lokale bezoeken mogelijk zijn. We vragen dat dit ruimer geïnterpreteerd wordt, dan louter kampen met een fysieke beperking.
Het Netwerk tegen Armoede volgt de VDAB wanneer die zegt dat mobiliteit een belangrijke voorwaarde is in de zoektocht naar werk. Indien dit effectief een obstakel vormt voor de werkzoekenden, hoort het ook bij de ondersteuning van de VDAB om oplossingen te zoeken voor zijn mobiliteitsprobleem. Dit kan gaan van voorzien van een lijnkaart, helpen met de aankoop van een abonnement, aanbieden van een fietscursus of een vorming over hoe de bus nemen…
Er wordt gesteld dat voor werkzoekenden met financiële problemen nog altijd Lijnkaarten ter beschikking gesteld worden. Dat wordt tegelijkertijd ontkend door lokale VDAB-consulenten. Er heerst dus tegenstrijdige informatie. Het Netwerk tegen Armoede vraagt dat de VDAB dit aanbod garandeert en breed bekendmaakt onder de werkzoekenden via de Werkwinkel, via de consulenten… en hier transparant over communiceert.
Lokale samenwerkingsverbanden De lokale werkwinkel waar verschillende diensten en organisaties alvast fysiek in dezelfde ruimte fungeerden, stimuleerde de samenwerking op lokaal niveau. En niet alleen in de werkwinkel zelf, het liet de VDAB ook toe kennis te maken met andere lokale actoren, doorverwijzingen te doen, samenwerkingen aan te gaan… ‘Ik vind de sluiting van de werkwinkel jammer en vooral ik schrok een beetje. Ik had dit echt niet verwacht. De vereniging stuurt regelmatig mensen naar de werkwinkel en wij krijgen mensen doorgestuurd van hen i.v.m. vrijwilligerswerk voor langdurige werklozen zodat ze zich terug kunnen integreren.’ (PWO Wetteren)
Door de centralisering van de werkwinkel is het maar de vraag in welke mate die samenwerking met lokale actoren gecontinueerd kan worden of nieuwe samenwerkingen mogelijk maakt.
Samengevat Verschillende onderzoeken tonen het belang van de werkwinkel aan voor kansengroepen. Wetend dat de werkwinkel de voorkeur draagt van kansengroepen, wetend dat diezelfde kansengroepen vaker kampen met een beperkte mobiliteit en/of digitale kloof, wetend dat bijna 3 op 4 van de Vlaamse werkzoekenden behoort tot één
130411/Afbouw van werkwinkel/SC
Pagina 4
of meer kansengroepen, kan het Netwerk tegen Armoede alleen maar concluderen dat de sluiting van een tiental werkwinkels een aanslag is op de VDAB-dienstverlening voor werkzoekenden, zeker voor de meest kwetsbaren. Met deze nota, wil het Netwerk tegen Armoede niet enkel protest aantekenen bij de VDAB, maar ook bij de Vlaamse regering, die de besparingsoperatie heeft opgelegd. We hopen dat er op deze manier alsnog Werkwinkels kunnen gevrijwaard worden of dat er tenminste wordt gezocht naar bijkomende oplossingen voor kwetsbare werkzoekenden zodat ook voor hen de dienstverlening en accommodatie verzekerd wordt die noodzakelijk is in hun traject naar werk. Alvast bedankt. Deze aanklacht krijgt de steun van:
130411/Afbouw van werkwinkel/SC
Pagina 5