Advies over het rapport ‘De kracht van de MIX. Evaluatie Interculturalisatiebeleid van de gemeente Utrecht’.
Inhoudsopgave
Voorwoord
3
1. Inleiding
4
2. Opmerking over het rapport ’De kracht van de MIX’
5
3. Advies Saluti over aanbevelingen ’De kracht van de MIX’ 3.1. Organisatie 3.2. Doelstellingen 3.3. Uitvoering
6 6 7 7
4. Advies over het toekomstscenario 4.1. Uitgangspunten 4.2. Rollen en verantwoordelijkheden van betrokken partijen 4.3. Communicatie 4.4. Monitoring
9 10 11 11 12
5. Slotbeschouwing
13
2
Voorwoord Discussie over het welslagen, of juist de mislukking van de multiculturele samenleving is aan de orde van de dag. Iedereen heeft er een mening over en tegenwoordig mag veel van wat gedacht wordt ook gezegd worden. Het is maar de vraag of dat een positieve ontwikkeling is. Het kan immers verstandig zijn eerst de gedachten eens op een rij te zetten, na te denken, in gesprek te gaan en dan pas een mening te vormen. Voor Saluti geldt dat het debat in onze stad gevoerd mag en moet worden. Het betreft immers een wezenlijk onderdeel van deze stad: het samenleven van inwoners van diverse pluimage. Uitgangspunt is op welke wijze de participatie van alle burgers van deze stad kan worden bevorderd. Vanuit onze visie beziet Saluti dit debat en probeert daar een bijdrage aan te leveren. Saluti wil: “Interculturalisatie actief stimuleren waardoor er een meer rechtvaardige verdeling van kansen kan ontstaan in de Utrechtse samenleving.” (Uit: Werkplan 2004 van Saluti)
Het eerste advies van Saluti is voorbereid door de commissie Interculturalisatie, die conform het instellingsbesluit is ingesteld. Het betreft een advies over het evaluatieonderzoek ‘De kracht van de MIX‘ van bureau Mex-It. Aan de discussie over integratie en interculturalisatie heeft Saluti vanaf haar oprichting bijgedragen. Ook de discussie in de gemeenteraad aan het begin van dit jaar werd door Saluti gevolgd en is benut bij de totstandkoming van dit advies. Saluti hoopt met dit eerste advies een bijdrage te leveren aan de besluitvorming binnen de gemeente over interculturalisatie. Uiteindelijk dient het gemeentebestuur richting te geven aan dit proces. Het gemeentebestuur dient de voorwaarden te scheppen voor alle Utrechters om op eigen wijze te participeren in de Utrechtse samenleving. Hierbij spelen rechten en plichten van burgers een rol. Maar voor de ontwikkeling en uitvoering van het beleid zijn de politieke verantwoordelijkheden en mogelijkheden een essentiële randvoorwaarde. De discussie over integratie, interculturalisatie en de multiculturele samenleving is niet eenzijdig aan een partij toebedeeld. Het gemeentebestuur dient, naar de overtuiging van Saluti, hier regie en sturing te geven. Waar nodig treft u Saluti als één van uw gesprekspartners. Gilbert Isabella Voorzitter Saluti Utrecht, september 2004
3
1. Inleiding Voor u ligt het advies van Saluti, onafhankelijk adviesorgaan Interculturalisatie van de gemeente Utrecht. Dit advies is door het college van burgemeester en wethouders van Utrecht gevraagd en heeft betrekking op het evaluatieonderzoek dat door Bureau Mex-It is uitgevoerd. Doelstellingen van het onderzoek dat door Mex-It is uitgevoerd waren: Ÿ Het evalueren van het interculturalisatiebeleid (ICB) van de gemeente Utrecht van 1997 tot en met 2003; Ÿ Het opstellen van een overzicht van de resultaten en het formuleren van aanbevelingen voor het continueren van het interculturalisatiebeleid binnen de gemeente Utrecht; Een subdoelstelling was: Ÿ Het ICB onder de aandacht brengen van betrokken partijen in de stad Utrecht. De twee onderzoeksvragen hierbij waren: 1. Wat zijn de resultaten van het ICB dat vanuit de Utrechtse MIX (kortweg: UM) in de stad is uitgevoerd gedurende de periode 1997-2003? 2. Hoe moet de toekomst van het ICB eruit zien? Aan Saluti is gevraagd om met name advies te geven over de samenvatting, de conclusies, de aanbevelingen en hoofdstuk 8 uit het evaluatieonderzoek van Bureau Mex-It, weergegeven in het rapport 'De kracht van de MIX. Evaluatie interculturalisatie-beleid van de gemeente Utrecht’. Opbouw van het advies In hoofdstuk twee wordt de kwaliteit van het onderzoeksrapport en de bruikbaarheid tegen het licht gehouden. Hoofdstuk drie volgt de aanbevelingen en conclusies zoals die door het onderzoeksbureau zijn beschreven. Saluti geeft hierover een eigen oordeel en onderbouwt zijn kritiek met een aantal concrete voorbeelden. In hoofdstuk vier komt het toekomstscenario van Mex-It aan de orde. In hoofdstuk vijf geeft Saluti een eindoordeel. Uitgangspunt Het uitgangspunt voor Saluti is een concreet en bruikbaar advies te geven dat een bijdrage levert aan de besluitvorming van het gemeentebestuur. De discussie over integratie en interculturalisatie is vanzelfsprekend niet alleen aan het gemeentebestuur. De huidige discussie laat zien dat er vele medespelers zijn als het gaat om het verdelen van rechten en plichten; het nemen van verantwoordelijkheden en het scheppen van mogelijkheden. Hier ligt voor het gemeentebestuur de uitdaging. Door de regie te nemen en voorwaarden te scheppen kan het bestuur van betekenis zijn voor alle inwoners van deze stad. Een heldere visie op integratie en interculturalisatie draagt bij aan een samenhangend en consistent beleid. Voor Saluti is dit eerste advies de eerste stap om bij te dragen aan de discussie in de stad. Na dit advies organiseert Saluti een debat om de mening van de inwoners van de stad te horen over dit ingewikkelde vraagstuk. Saluti zoekt hiervoor samenwerking met het gemeentebestuur, betrokken maatschappelijke organisaties, steunfuncties, migrantenzelforganisaties en inwoners van Utrecht.
4
2. Opmerkingen over het rapport ’De kracht van de MIX’ Dit hoofdstuk bevat enkele opmerkingen over het onderzoeksrapport. De onderstaande overwegingen hebben een rol gespeeld bij de totstandkoming van dit advies. Het onderzoeksrapport van Mex-It bevat een grondige en uitgebreide beschrijving van processen die zich hebben afgespeeld in het kader van het Utrechtse ICB. Deze beschrijving is vooral gericht op de interne gemeentelijke organisatie. Daarnaast merken de onderzoekers op dat er in 1997 geen ijkpunten geformuleerd zijn waarlangs beleidsresultaten van het ICB beoordeeld kunnen worden. Hierdoor kan geen antwoord op de eerste centrale onderzoeksvraag (“Wat zijn de resultaten van het ICB [..]?”) worden gegeven. Saluti spreekt hierover zijn teleurstelling uit, want daar was het onderzoek immers om begonnen. Het ontbreken van ijkpunten kan de gemeente zichzelf aanrekenen. Los daarvan is Saluti echter van mening dat de evaluatie niet voldoet aan de kwaliteitseisen die aan een dergelijk onderzoek gesteld mogen worden. Dit uit zich onder andere in de volgende punten: 1. Veel conclusies en aanbevelingen uit het onderzoeksrapport missen een overtuigende onderbouwing en samenhang; het blijft voor de lezer een raadsel op welke feiten en analyses deze conclusies en aanbevelingen zijn gebaseerd. Dit is een tekortkoming van het rapport. 2. Het rapport besteedt weinig aandacht aan de concrete invulling van het begrip interculturalisatie. Er wordt niet duidelijk gemaakt in hoeverre het ICB heeft bijgedragen aan het interculturalisatieproces. 3. Er is nauwelijks aandacht besteed aan de effecten van het ICB voor de (inwoners van de) stad Utrecht. Verbanden tussen het gevoerde beleid en datgene wat er in de stad gebeurde tijdens de uitvoering van dat beleid zijn niet onderzocht. Hoewel er op de kwaliteit van het onderzoek dus het een en ander aan te merken is, vormt dat geen belemmering voor Saluti om advies te geven over de inhoud van de conclusies en aanbevelingen. De beschrijving van processen is grondig en uitgebreid en er is erg veel informatie verzameld. Deze informatie biedt aanknopingspunten om uitspraken te doen over de waarde van de conclusies en aanbevelingen. Uiteraard heeft het oordeel over de kwaliteit van het onderzoeksrapport wel invloed gehad op het gewicht dat wij aan bepaalde conclusies en aanbevelingen toekennen. In het volgende hoofdstuk geeft Saluti zijn advies over de inhoud van de conclusies en aanbevelingen.
5
3. Advies Saluti over aanbevelingen ‘De kracht van de MIX’ Dit hoofdstuk bevat het advies van Saluti over de conclusies en aanbevelingen van het rapport ‘De kracht van de MIX’. Daar de conclusies en aanbevelingen in het onderzoek niet altijd duidelijk van elkaar te onderscheiden zijn, loopt onderstaand advies niet parallel aan de volgorde waarin zij in het rapport gepresenteerd zijn. Om logische samenhang aan te brengen, hebben wij de conclusies/aanbevelingen geordend per thema. 3.1 Organisatie Positionering De Utrechtse MIX Mex-It beveelt aan de huidige positie van De Utrechtse MIX onder Directiezaken van de afdeling DMO te handhaven omdat “het voordeel van het netwerk en de know-how van DMO zwaarder wegen dan de positie van de Secretarie binnen de gemeentelijke organisatie”. Daarnaast wordt aanbevolen de rol van de Utrechtse MIX te beperken tot procesmanagement en tegelijkertijd het mandaat te vergroten. Advies Saluti: Saluti adviseert de aanbeveling deels over te nemen. De positie van de UM moet binnen DMO gehandhaafd en versterkt worden. Er zijn onvoldoende argumenten om de positie te wijzigen. Saluti adviseert echter een andere taakinvulling voor de UM te hanteren. Op de aanbeveling over de rol van de Utrechtse MIX en procesmanagement komen we verderop terug, bij respectievelijk ‘taakverdeling’ hieronder en in paragraaf 3.3 bij ‘werkwijze’. Taakverdeling gemeentelijke diensten Mex-It beveelt aan dat de verschillende gemeentelijke diensten de verantwoordelijkheid krijgen voor de interculturalisatie van de gemeentelijke organisatie, de diensten en producten. Advies Saluti: Saluti adviseert deze aanbeveling deels over te nemen en de gemeentelijke diensten verantwoordelijkheid te laten nemen voor de interculturalisatie van hun diensten en producten. Verder adviseert Saluti om de verantwoordelijkheid voor de interculturalisatie van het personeelsbestand en personeelsbeleid bij de afdeling Personeel, Organisatie en Informatie (POI) neer te leggen. Financiën Mex-It beveelt aan het budget van De Utrechtse MIX te handhaven, maar in de toekomst dit uitsluitend te besteden aan “het stimuleren van het natuurlijke proces van uitwisseling, dialoog en ontmoeting tussen burgers met verschillende culturele achtergronden”. Verder vindt zij het wenselijk een stimuleringsbudget voor de gemeentelijke diensten uit te trekken en acht zij een grotere personele bezetting nodig. Advies Saluti: Het rapport verschaft onvoldoende informatie om een gefundeerd antwoord te formuleren op de vraag of het budget voor interculturalisatie toereikend is. De doelmatigheid van het ICB of de ingezette middelen efficiënt zijn besteed - is niet onderzocht. Saluti adviseert om op korte termijn de doelmatigheid van het ICB in kaart te brengen. Saluti is het niet eens met de aanbeveling om het budget uitsluitend te besteden aan het door Mex-It benoemde ‘natuurlijke’ proces. Het is van belang dat de UM niet alleen de dialoog en ontmoeting tussen Utrechters stimuleert, maar het ICB in het algemeen (zie ‘slotbeschouwing’). De aanbeveling om een stimuleringsbudget voor het ICB in te stellen is een goed idee.
6
3.2 Doelstellingen Mex-It beveelt aan de doelstellingen van het ICB te herzien, waarbij deze zich in de toekomst moeten beperken tot ‘sec’ interculturalisatie en multiculturaliteit. Belangrijk vindt zij ook dat doelstellingen worden toegespitst, realistisch, meetbaar en haalbaar in de tijd zijn. Tot slot wordt aanbevolen de doelstellingen van het ICB voortdurend aan te passen aan de veranderende maatschappelijke ontwikkelingen. Advies Saluti: Saluti vindt dat de heldere doelstellingen van het ICB moeten worden aangegeven in een vast (beleids)kader. Deze dienen alleen bijgesteld te worden, indien evaluatie aantoont dat aanpassing gewenst c.q vereist is. Indien men doelstellingen voortdurend aanpast, is het gevaar groot dat in een volgend evaluatierapport over enkele jaren wederom staat dat niet vastgesteld kan worden of de doelstellingen behaald zijn. Saluti adviseert het College daarom voor het ICB één of enkele algemene, lange termijndoel(en) te formuleren. Het opgestelde beleidsschema is hiervoor een goede aanzet, maar dient met concrete, haalbare en toetsbare doelstellingen te worden aangevuld. 3.3 Uitvoering Samenwerking gemeentelijke diensten Mex-It adviseert de Utrechtse MIX om de samenwerking met de DMO te continueren en een intensieve samenwerking aan te gaan met de overige gemeentelijke diensten. Hierbij heeft de Utrechtse MIX uitsluitend een adviserende rol en wordt de verantwoordelijkheid voor de interculturalisatie neergelegd bij de de gemeentelijke diensten zelf. Advies Saluti Op welke manier de samenwerking met de gemeentelijke diensten er uit moet zien blijft onduidelijk. Volgens Saluti dient de rol van de Utrechtse MIX breder ingevuld te worden dan slechts adviserend. Het ICB is een langdurig proces, waarvoor het College een einddoelstelling formuleerde. Samenhangende projecten kunnen dit proces ondersteunen. De UM dient zich daarom voornamelijk te richten op procesmanagement. Concreet houdt dit in dat de UM faciliteert door middel van signalering, advisering en begeleiding. De UM bewaakt de aansluiting van de door de diensten geformuleerde doelstellingen en beleidsmaatregelen bij de algemene doelstelling en uitgangspunten van het ICB, zoals die door het College worden vastgesteld. Hiermee wordt de UM benut als middel om tot het einddoel te komen. Vanuit de functie van procesbewaker is de Utrechtse MIX bij uitstek geschikt om op gezette tijden (bijvoorbeeld jaarlijks), op basis van de informatie van de diensten, een rapportage voor te bereiden over de voortgang van het interculturalisatiebeleid. Dit kan de wethouder gebruiken om te rapporteren aan de Raad. Communicatie Mex-It stelt dat de doelstellingen van het ICB eenduidig en helder moeten worden gecommuniceerd binnen de gehele gemeentelijke organisatie. Hierbij moet het verschil tussen integratie en interculturalisatie wel duidelijk aangegeven worden. Verder beveelt MexIt aan dat de burgers van de stad geïnformeerd worden over de resultaten van het ICB, bijvoorbeeld met een interculturalisatiekrant. Eveneens dient de Utrechtse MIX meer op de voorgrond gezet te worden. Tot slot acht Mex-It het wenselijk om het imago van de Utrechtse MIX te verbeteren. Advies Saluti: − De doelstellingen moeten inderdaad eenduidig en helder gecommuniceerd worden. Saluti merkt daarbij op dat dit relatief eenvoudig is indien de doelstellingen zelf eenduidig en helder zijn. Kortom, een juiste formulering van de doelstellingen is een randvoorwaarde voor een goede communicatie ervan. Zie ook 3.2 ‘doelstellingen’.
7
−
Saluti juicht de aanbeveling toe dat burgers beter geïnformeerd dienen te worden over de resultaten van het ICB. Wij willen daar aan toevoegen dat de communicatie met de bevolking tweerichtingsverkeer dient te zijn. De Utrechtse bevolking kan geraadpleegd worden over hoe de samenleving beter vorm gegeven kan worden. Het verdient aanbeveling hiervoor instrumenten te ontwikkelen. − Saluti vindt communicatie over het imago van de Utrechtse MIX van weinig belang voor het verbeteren van het ICB. Dit imago is immers in grote mate afhankelijk van de resultaten die geboekt worden. Een heldere positionering van de UM is wel noodzakelijk (zie 3.1 ‘organisatie’). Indien de gemeentelijke diensten hun eigen verantwoordelijkheid nemen voor interculturalisatie, kan het College hierbij als eis stellen dat de Utrechtse MIX geraadpleegd wordt in het proces van beleidsontwikkeling. Indien de UM bovendien een rol krijgt in de verantwoordingsrapportage (zie 3.3 ‘samenwerking gemeentelijke diensten’) zal de status en het imago van de UM snel verbeteren. Het bepalen van het verschil tussen integratie en interculturalisatie is van belang voor de verdeling van taken en verantwoordelijkheden en voor de financiering. Het verdient daarom aanbeveling om de doelstellingen die geformuleerd worden in het kader van het ICB naast de integratiedoelstellingen te leggen. Werkwijze De projectmatige werkwijze van de Utrechtse MIX kan volgens Mex-It gehandhaafd blijven, maar moet zich beperken tot projecten die uitwisseling, dialoog en ontmoeting van culturen in de Utrechtse samenleving stimuleren. De interculturalisatie van de gemeentelijke organisatie vraagt om een meer procesmatige aanpak. Advies Saluti: Saluti vindt dat deze aanbeveling ten dele kan worden overgenomen. Om de door Mex-It geconstateerde versnippering aan projecten tegen te gaan, is het van belang dat alle projecten onderdeel uitmaken van een samenhangend proces. Saluti onderschrijft niet dat dit op voorhand beperkt zou moeten blijven tot uitwisseling, dialoog en ontmoeting van culturen (zie ook de redenering hierover in 3.1 ‘financiën’). Ontmoeting op zichzelf is niet voldoende, zoals de wethouder reeds heeft opgemerkt. Vanuit het streven naar gelijke kansen acht Saluti het daarnaast noodzakelijk dat maatschappelijke organisaties, het bedrijfsleven en uiteraard de gemeentelijke organisatie zelf toegankelijk worden voor alle Utrechters. Ook dit proces kan met projecten ondersteund worden. Om te waarborgen dat de projecten bijdragen aan het interculturalisatieproces, dienen projectaanvragen te worden getoetst op de vraag of zij bijdragen aan de doelstellingen van het interculturalisatiebeleid. Indien dat niet het geval is, dienen zij ook niet te worden gefinancierd vanuit het budget voor interculturalisatie. Het beleidsschema 'Een mix aan Utrechters' biedt aanknopingspunten voor herijking van het beleid. Het schema maakt inzichtelijk wat het 'huidige beleid' is, wat het 'gewenste beleid' moet zijn, wat de 'beoogde en/of bestaande projecten en activiteiten' zijn en wat het 'streven voor 2006' daarbij is. Deze opzet is overzichtelijk en uitnodigend.
8
4. Advies over het toekomstscenario Dit hoofdstuk bevat het advies van Saluti over het door Mex-It geschetste toekomstscenario. Bij de bespreking hiervan volgen we de structuur van het toekomstscenario. 4.1 Uitgangspunten Met betrekking tot de doelstellingen van het ICB adviseert Mex-It de gemeente een drietal hoofddoelstellingen. Doelstelling 1: het voortzetten in intensiveren van het interculturaliseren van de gemeentelijke organisatie en haar producten en diensten. Advies Saluti: Deze doelstelling biedt onvoldoende handvatten voor de gemeente, aangezien de onderzoekers tevens concluderen dat er binnen de gemeente veel verwarring is omtrent de invulling van de term interculturalisatie. Deze doelstelling dient derhalve vergezeld te gaan van een concrete invulling van interculturalisatie. De vervolgstappen die Mex-It schetst komen gestructureerd en logisch over: Stap1a Per dienst de huidige stand van zaken m.b.t. interculturalisatie in kaart brengen Stap 1 b Knelpunten en behoeften per wijk in kaart brengen Stap 2 Per dienst een lijst met doelstellingen voor de komende 4 jaar formuleren Stap 3 Met elke dienst een prestatieovereenkomst afsluiten Stap 4 Per dienst een plan van aanpak maken, waarin uiteengezet wordt welke acties men wil ondernemen om doelstellingen te behalen Stap 5 Per dienst een jaarlijkse voortgangsrapportage opstellen, plus een keer per vier jaar een evaluatierapport. Saluti plaatst een kanttekening. Het College dient naar onze opvatting een helder kader te schetsen. Dit leidt vervolgens tot een plan van aanpak (zie boven) en vervolgens kan er per dienst een prestatieovereenkomst worden afgesloten. Genoemde prestatieovereenkomst wordt afgesloten met het College. Om deze reden gaat er nog een stap 0 aan vooraf, namelijk de opdrachtverstrekking vanuit het College (zie ook 4.2 ‘rol en verantwoordelijkheid College van Burgemeester en Wethouders’). Doelstelling 2: het stellen van interculturalisatie-voorwaarden aan alle subsidierelaties van de gemeente Utrecht. Advies Saluti Dit lijkt niet zozeer een doelstelling, maar een uitgangspunt. Volgens Saluti is dit een belangrijke randvoorwaarde voor interculturalisatie. Projectaanvragers dienen te verantwoorden welke bijdrage hun project aan interculturalisatie levert. Dit voorkomt versnippering en gebrek aan samenhang tussen projecten. Het is dus een belangrijke procedure om bij te dragen aan het verwezenlijken van de doelstellingen van het ICB, maar het is geen doelstelling op zichzelf. Doelstelling 3: het stimuleren van ontmoeting en dialoog en het bestrijden van discriminatie. Mex-It beveelt aan dat de huidige aanpak gecontinueerd wordt, waarbij als voorwaarde gesteld wordt dat er projecten en initiatieven in alle wijken van Utrecht worden gestimuleerd.
9
Advies van Saluti Saluti kan zich vinden in deze doelstelling, mits de projecten die ontwikkeld worden, aansluiten op de doelstellingen van het ICB en samenhangend zijn. Saluti is het niet eens met de aanbeveling om de huidige aanpak te continueren. Dat zou namelijk in strijd zijn met het hierboven genoemde uitgangspunt om subsidievoorwaarden te stellen aan projecten en initiatieven. Bovendien constateert Mex-It elders in het rapport dat in de huidige projectmatige aanpak inbedding wordt bemoeilijkt of niet gerealiseerd. Wil het ICB slagvaardiger worden, dan is een meer zakelijke benadering gewenst. Hierbij moet van elk project duidelijk gemaakt worden wat de bijdrage is aan het proces van interculturalisatie. Saluti vindt echter dat in dit door Mex-It geschetste scenario enkele belangrijke doelstellingen ontbreken. Zoals de doelstelling om gelijke kansen te creëren voor alle Utrechtse burgers, en het vergroten van de toegankelijkheid van de gemeentelijke diensten, maatschappelijke organisaties en het Utrechtse bedrijfsleven. Doelgroep en bereik Mex-It wijst er op dat het ICB voor alle Utrechters moet gelden en dat er gerichter aandacht moet zijn voor autochtonen, kleine etnische groepen, oudere allochtonen en allochtone meisjes en vrouwen. Daarnaast moet er meer rekening gehouden worden met de diversiteit binnen allochtone en autochtone groepen. Advies Saluti Saluti deelt deze visie van Mex-It. Wel merken wij op dat de opsomming van aandachtsgroepen suggereert dat het ICB tot nu toe vrijwel uitsluitend gericht was op allochtone jongens en mannen. De commissie PAVEM (Participatie van vrouwen uit etnische minderheidsgroepen), al genoemd in Saluti's brief van 19 februari 2004, kan de gemeente Utrecht praktisch ondersteunen bij het opzetten van een emancipatiebeleid voor allochtone vrouwen en meisjes. Saluti kan adviseren op welke manier dit beleid integraal opgenomen kan worden, door na te gaan wat de uitwerking van dit beleid is op (allochtone) vrouwen en (allochtone) mannen in de samenleving. Het verdient overweging om hiervoor de landelijke Emancipatie Effectrapportages aan te wenden of te gebruiken als toetssteen voor intercultureel emancipatiebeleid binnen de gemeente Utrecht. 4.2 Rollen en verantwoordelijkheden van betrokken partijen Rol en verantwoordelijkheid van het College van Burgemeester en Wethouders Mex-It acht het wenselijk dat het College op basis van de opgestelde doelstellingen met elke gemeentelijke dienst een (niet-vrijblijvende) prestatieovereenkomst sluit. Advies Saluti Saluti oordeelt dat hier enkele stappen aan vooraf gaan. Ten eerste dient het College concrete en heldere hoofd- en nevendoelstellingen van het ICB vast te stellen, waarbij aangegeven wordt welke concrete resultaten beoogd worden en op welke termijn. De UM dient een adviserende rol te vervullen op basis van ervaringen uit de afgelopen jaren. Daarna dient het College de gemeentelijke diensten opdracht te geven voor het vaststellen van een plan van aanpak voor de ontwikkeling en uitvoering van hun interculturalisatiebeleid. Pas dan kan, op basis van het plan van aanpak, de door Mex-It geadviseerde prestatieovereenkomst worden afgesloten.
10
Rol en verantwoordelijkheid gemeentelijke diensten Mex-It adviseert dat de verantwoordelijkheid voor de interculturalisatie van producten en diensten neergelegd moet worden bij de gemeentelijke diensten. Advies Saluti Saluti onderschrijft dit advies, maar wijst er op dat het neerleggen van verantwoordelijkheid op zichzelf niet voldoende kan zijn. De gemeentelijke diensten moeten zelf ook hun verantwoordelijkheid nemen. Dit vereist een actieve opstelling van de diensten. Het College dient de diensthoofden hierop aan te spreken. Zie hierboven bij ‘rol en verantwoordelijkheid van het College Burgemeester en Wethouders’. Rol en verantwoordelijkheid van de Utrechtse MIX Mex-It ziet de toekomstige rol van de UM als coördinerend en adviserend. Advies Saluti Saluti is het eens met de voorgestelde rol en verantwoordelijkheid van de UM, maar vindt dat de taken van de UM verder dienen te gaan dan adviseren en coördineren. Zoals reeds in 3.3 gezegd, dient de UM ook faciliterend en signalerend op te treden. Een deel van deze taken is weliswaar impliciet door Mex-It genoemd bij de afbakening van de rol, maar niet duidelijk als kerntaak weergegeven. 4.3 Communicatie Gemeentelijke organisatie Mex-It beveelt aan de doelstellingen van het ICB beter te communiceren binnen de gemeentelijke organisatie en daarbij helder onderscheid te maken tussen inburgeringsbeleid, onderwijsachterstandenbeleid en interculturalisatiebeleid. Ook dient de positie van de Utrechtse MIX beter gecommuniceerd te worden. Tot slot adviseert Mex-It om de resultaten van het ICB en good practices meer publiciteit te geven, bijvoorbeeld in een interculturalisatiekrant. Advies Saluti: De visie van Saluti met betrekking tot communicatie is reeds verwoord in paragraaf 3.3 ‘communicatie’. Juist wanneer de gemeente streeft naar inbedding van het ICB binnen de gemeentelijke organisatie en alle Utrechters als doelgroep heeft, is het logisch deze communicatie via bestaande kanalen te laten plaatsvinden. Gemeentelijke diensten hebben hun eigen verantwoordelijkheid hierbij. Communicatie hoort ook bij interculturalisatiebeleid. Daarnaast adviseert Saluti om andere middelen, zoals informele kanalen (bijvoorbeeld netwerken binnen/van migrantenzelforganisaties), te gebruiken die tot nu toe onvoldoende door de gemeente worden gebruikt en ingezet. Dit sluit aan bij het tweerichtingsverkeer en het kweken van wederzijds begrip tussen de inwoners van de stad (autochtoon en allochtoon).
11
4.4 Monitoring Mex-It beveelt aan om het ICB in de toekomst te monitoren. Hiervoor stelt het de volgende instrumenten voor: prestatieovereenkomsten, een projectvolgsysteem, een stuurgroep en periodiek onderzoek naar de interculturalisatie van de wijken in Utrecht. Advies Saluti: Saluti onderschrijft de aanbeveling met betrekking tot monitoring van het beleid. Hoe, en welke instrumenten hiervoor nodig zijn, dient te worden uitgewerkt. Verwarring over de naam ‘commissie Interculturalisatie’ moet echter voorkomen worden. Conform het Instellingsbesluit van Saluti is die naam voorbehouden aan de commissie van Saluti. Indien de doelstellingen en beoogde resultaten van het ICB niet concreet en meetbaar zijn geformuleerd, is periodiek onderzoek van weinig waarde. Monitoring draagt op zichzelf niet bij aan interculturalisatie. Het maakt vaststelling of het beleid effectief is geweest wel mogelijk. Bovendien kan het bijdragen aan de efficiëntie en houdbaarheid van beleid, aangezien de gevolgen van beleid of beleidswijzigingen inzichtelijk worden. Mex-It heeft in het onderzoeksrapport slechts één toekomstscenario geschetst. Uiteraard zijn er meerdere scenario’s te bedenken. Wat ontbreekt is een situatieschets van de toekomst indien het huidige beleid ongewijzigd wordt gecontinueerd. Op basis van de bevindingen uit het rapport concludeert Saluti dat indien het beleid niet wordt gewijzigd de gemeente Utrecht door blijft gaan met een interculturalisatiebeleid waarin: - geen duidelijke en concrete doelstellingen zijn vastgelegd, waardoor de resultaten van het beleid niet vastgesteld kunnen worden, - taken en verantwoordelijkheden niet duidelijk afgebakend en verdeeld zijn en eventuele samenwerking vrijblijvend ingevuld wordt, - vele projecten worden uitgevoerd zonder dat duidelijk is hoe zij samenhangen met, en welke bijdrage zij leveren aan het interculturalisatieproces in Utrecht. Van ICB naar diversiteitsbeleid? Mex-It concludeert in het onderzoeksrapport dat het een logische vervolgstap is om het ICB te verlaten en over te stappen naar een diversiteitsbeleid. De logica van deze redenering ontgaat Saluti. Juist omdat de resultaten van het ICB niet in kaart gebracht zijn, lijkt de conclusie dat het ICB verlaten moet worden voorbarig.
12
5. Slotbeschouwing •
•
• •
•
•
•
In het voorgaande heeft Saluti suggesties gedaan om op basis van het onderzoeksrapport tot een advies te komen over het ICB. Wat betreft de verantwoordelijkheid van het College gaat het om een heldere boodschap aan de diensten over de doelstellingen van het interculturalisatiebeleid. Ook is het belangrijk dat het College zich expliciet uitspreekt voor interculturalisatie en zich aan dit proces committeert. Zodra het bestuur helder is in haar boodschap, heeft dit effect op de ambtelijke organisatie. De hoofddoelstellingen van het ICB dienen algemeen en concreet geformuleerd te worden, op zodanige wijze dat zij op de lange termijn houdbaar zijn. Daarnaast dienen per beleidsterrein concrete korte termijndoelstellingen te worden geformuleerd, gekoppeld aan beoogde resultaten. Door dit onderscheid kan het ICB flexibel inspelen op nieuwe ontwikkelingen in de Utrechtse samenleving en kan de voortgang van het ICB met betrekking tot het behalen van de doelstellingen beter inzichtelijk gemaakt worden. Een projectmatig aanpak is hierbij een prima werkwijze. De Utrechtse MIX is bij uitstek het middel om het ICB binnen de diensten, en tussen de diensten en organisaties plus burgers te faciliteren. Met betrekking tot de financiering van het ICB past in het huidige tijdsbestek een meer zakelijke benadering dan voorheen. Met prestatieovereenkomsten (met zowel gemeentelijke diensten als projectaanvragers) en subsidievoorwaarden worden middelen efficiënter ingezet. Daarnaast heeft Saluti gewezen op het belang van inzicht in de doelmatigheid van het ICB. Het is belangrijk dat good practices en de resultaten van het ICB gecommuniceerd worden met de Utrechtse samenleving. Daarnaast beveelt Saluti aan dat de samenleving ook geraadpleegd wordt en actief betrokken bij de discussie over integratie en interculturalisatie. Tot slot dient voorkomen te worden dat van de vele projecten en initiatieven die gesubsidieerd worden, de onderlinge samenhang en de bijdrage die zij leveren aan het interculturalisatieproces onduidelijk is. Hiertoe dienen nieuwe projectaanvragen gescreend te worden op hun congruentie met de doelstellingen van het ICB. Het College dient de maatschappelijke partners, maar ook het bedrijfsleven, aan te spreken op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Het gemeentebestuur vervult een expliciete voorbeeldfunctie.
Interculturalisatie of integratie? Uit het Mex-It rapport wordt duidelijk dat er binnen de gemeente grote verwarring bestaat over de invulling van het begrip interculturalisatie. Saluti adviseert het College een eigen ‘werkdefinitie’ van de begrippen integratie en interculturalisatie te hanteren. Integratie Saluti stelt voor om het begrip integratie te hanteren waar het belang van personen en groepen aan de orde is. Belangrijk thema hierbinnen is de verhouding tussen individueel belang, groepsbelang en de Utrechtse samenleving in zijn geheel. Voorbeelden van aandachtsgebieden zijn dan onder andere inburgering van de nieuwkomer en oudkomer, de ontmoeting tussen bevolkingsgroepen, emancipatie, het zich eigen maken van de (on)geschreven regels in de samenleving, de eigen buurt, de straat. Ontmoeting staat hierbij centraal (binnen aandachtsvelden als arbeid, inkomen, scholing, zorg en dienstverlening, wonen en veiligheid). Interculturalisatie Hiermee kan het begrip interculturalisatie worden gereserveerd voor het proces waarbij de diversiteit binnen organisaties, producten en diensten centraal staat. Interculturalisatie is een bewust en voortdurend beleidsproces waarbij aandacht wordt besteed aan (onbewuste)
13
uitsluitingprocessen. Hierbij wordt aandacht geschonken aan de wijze waarop organisaties zich aanpassen aan de zich veranderende samenleving. Dit dient tot uitdrukking te komen in de wijze waarop de organisatie is ingericht, het personeelsbeleid, de inhoud van diensten en producten en het vraaggericht werken. De gemeente heeft als publieke instantie een voorbeeldfunctie te vervullen. Maatstaf Als maatstaf voor het begrip integratie wordt voorgesteld de definitie van de commissie Blok1 te hanteren. Deze commissie hanteert de volgende definitie: “Een persoon of groep is geïntegreerd in de Nederlandse samenleving wanneer er sprake is van gelijke juridische positie, gelijkwaardige deelname op sociaal-economisch terrein, kennis van de Nederlandse taal en wanneer gangbare waarden, normen en gedragspatronen worden gerespecteerd. Integratie is een tweezijdig proces: enerzijds wordt van nieuwkomers verwacht dat zij bereid zijn te integreren, anderzijds moet de Nederlandse samenleving die integratie mogelijk maken. Kennis van de taal dient van dien aard te zijn dat participatie in de samenleving mogelijk is”. Als maatstaf voor het begrip interculturalisatie kan gekeken worden naar verhoudingen tussen personeelsleden in organisaties, specifiek ontwikkelde producten en diensten voor groepen in de stad gericht op ouderen, jongeren, vrouwen, mannen en de maatschappelijke rollen die men per leeftijdscategorie vervult. Hierbij dienen alle sectoren in de maatschappij aan de orde te zijn. Wederzijds proces Voor beide begrippen geldt dat het altijd een wederzijds proces betreft. Het gaat er uiteindelijk om hoe we met elkaar leven en werken en bouwen aan de zich altijd maar weer (snel) veranderende samenleving. Tot slot Wij achten het van belang dat het vizier niet alleen op de gemeentelijke organisatie gericht wordt, maar ook en vooral op de organisaties en instellingen in de stad Utrecht. De discussie over interculturalisatie met betrekking tot het gemeentelijk beleid is volgens Saluti nog niet gesloten. Daarom zal Saluti hier in de toekomst aandacht aan blijven besteden. Saluti hoopt met dit advies een bijdrage te hebben geleverd aan de ontwikkeling van een nieuw, slagvaardig interculturalisatiebeleid, dat bijdraagt aan het waarborgen van gelijke kansen voor alle Utrechters.
1
Bron: ‘Bruggen bouwen’ van de Tijdelijke Commissie Onderzoek Integratiebeleid (commissie Blok).
14