Acute intoxicaties en antidoten – State of the art 5 januari 2015 P. De Paepe
Lancet, 1996
Problemen bij bekomen van 'evidence' voor beleid bij acute intoxicaties • Grote variabiliteit in de intoxicatie (dosissen, tijdstip inname, multipele middelen) • Probleem van betrouwbaarheid van de anamnese • Probleem van informed consent bij suïcidale intenties • Lage mortaliteit (< 1%) • Lage incidentie van bepaalde intoxicaties • Methodologische beperkingen studies Smilkstein, 2002
Poisoncentre.be Vergiftigingen.info Toxicologie.org
Algemene aanpak 1. Eigen veiligheid 2. Vitale functies ondersteunen, bewustzijn 3. Anamnese, klinisch onderzoek, informatie inwinnen (Antigifcentrum, …) 4. Antidoten 5. Decontaminatiemaatregelen 6. Verwijderen van reeds geresorbeerd toxicon
Algoritme bij de aanpak van een acute intoxicatie Ademhalingsprobleem Ja
Neen
• vrije luchtweg, beademing, oxygenatie • cervicale immobilisatie
• zuurstofsaturatie • cervicale immobilisatie
Vitale parameters. Levensbedreigend? Ja
1. Hartmonitor - 12-afleidingen ECG 2. O2-saturatie en arterieel (of veneus) bloedgas (geef zuurstof) 3. Intraveneuze lijn 4. Point of care test glucose + staal naar labo voor glucose en electrolyten
Neen
(naar Flomenbaum et al, 2010)
Vitale parameters. Levensbedreigend? Ja
1. – 3. : zie hoger 4. Point of care test glucose + staal naar labo voor glucose en electrolyten
Neen
Overweeg empirische toediening 1. Hypertoon glucose 2. Thiamine 3. Naloxone Overweeg dringende behandeling stuipen, psychomotorische agitatie, hartritmestoornissen of ernstige metabole stoornissen
Snelle anamnese Snel klinisch onderzoek Specifiek toxidroom?
Enkele typische toxi(sche) (syn)dromen (1) Vitale tekenen Klasse
BWZ
PupilPeri- Zweten grootte stalsis
Andere
BD
HF
AH
T°
Anticholi- -/ì nergica
ì
±
ì
delier
ì
í
í
droge slijmvliezen, blos, urineretentie
Cholinergica
±
-/ì
-
normaal of gedaald
±
ì
ì
salivatie, tranenvloed, urineverlies, diarree, bronchorree, fasciculatie, paralyse
: toename
±
: daling
+ : wisselend
: onwaarschijnlijk (naar Flomenbaum et al, 2010)
Enkele typische toxi(sche) (syn)dromen (2) Vitale tekenen
BWZ
Pupil- Peri- Zweten groott stalsis e
Klasse
BD
HF
AH
T°
Opiaten
í
í
í
í
gedaald
í
Ethanol of sedativahypnotica
í
í
í
-/í
gedaald
±
Sympathicomimetica
ì
ì
ì
ì
agitatie
ì
: toename
: daling
+ : wisselend
í í
-/ì
Andere
-
hyporeflexie
-
hyporeflexie, ataxie
ì
tremoren, stuipen
: onwaarschijnlijk (naar Flomenbaum et al, 2010)
Enkele typische toxi(sche) (syn)dromen (3) Vitale tekenen Klasse Derving van alcohol / sedativahypnotica Derving van opiaten
: toename
BD HF AH ì
ì
ì
ì
: daling
ì
-
BWZ
Pupilgrootte
Peristalsis
Zweten
Andere
T° ì
-
agitatie, desoriëntatie
normaal, angstig
+ : wisselend
ì
ì
ì
ì
ì
ì
tremoren, stuipen
braken, diarree, piloerecties, geeuwen, rhinorrhea
: onwaarschijnlijk (naar Flomenbaum et al, 2010)
Kenmerken
Serotonine syndroom
Maligne neuroleptisch syndroom
Neuroleptica
0
+++
Serotonerge middelen
+++
0
Hyperactiviteit
+++
0
Clonus
+++
0
Tremor
+++
+
Beven
+++
0
Hyperreflexie
+++
0
Snel optreden
+++
0
Loden pijp rigiditeit
0
+++
Bradykinesie
0
+++
Stupor/ mutisme
0
+++
Creatine kinase
++
+++
Hallucinaties
+
++
Hyperthermie
++
++
Richards en Aronson, 2005
Specifiek toxidroom? Neen
Ja
Behandel het toxidroom
Overweeg maagspoeling
• grondige anamnese • nieuw en volledig klinisch onderzoek • labo: electrolyten, glucose, PBO, arterieel bloedgas, paracetamol, … i.f.v. indicaties
Overweeg • actieve kool • darmlavage
Evalueer of intensieve zorgen nodig Psychiatrische evaluatie + sociale dienst
Ga na of indicatie voor versnellen van de eliminatie (multipele doses actieve kool, urinaire alkalinisatie, extracorporele technieken) (naar Flomenbaum et al, 2010)
Klinisch onderzoek bij acute intoxicatie (1) • Bewustzijn • Motorisch antwoord : • decorticatie, decerebratie • unilaterale terugtrekking, lateralisatie… • pupillen : grootte - reactiviteit • nystagmus, reflexen of focale tekenen à structureel letsel!
Klinisch onderzoek bij acute intoxicatie (2) • Ademgeur • Longauscultatie • Hartauscultatie • Abdominale peristaltiek • Ledematen : prikplaatsen Frequente herbeoordeling tot volledig herstel of geruststelling i.v.m. risico
Toxicologische testen (1/3) Ø Geen excuus om behandeling uit te stellen Ø Identificatie van de toxische stof zal zelden de behandeling bepalen en de mortaliteit/morbiditeit beïnvloeden Ø In geval van twijfel over oorzaak van coma Ø Documentatie van intoxicatie (bv. medicolegale aspecten) Ø Overweeg steeds co-ingestie van paracetamol(+ codeïne) en salicylaten
Toxicologische testen (2/3) • Kwantitatieve analyse kan nuttig zijn voor o.a. Anti-epileptica: carbamazepine, fenytoïne, valproaat
Methanol
Carboxyhemoglobine
Methemoglobine
Digoxine
Paracetamol
Ethyleenglycol
Paraquat
Zware metalen: ijzer, lood, kwik
Salicylaten
Lithium
Theofylline
Toxicologische testen (3/3) • Screening ‣ immunoassay : snel, eenvoudig ‣ kwalitatieve screening (GC of MS) vb. i.g.v. ernstige toxiciteit of bij niet te verklaren toxische verschijnselen • Steeds overleg met klinisch bioloog
Specifiek toxidroom? Neen
Ja
Behandel het toxidroom
Overweeg maagspoeling
• grondige anamnese • nieuw en volledig klinisch onderzoek • labo: electrolyten, glucose, PBO, arterieel bloedgas, paracetamol, … i.f.v. indicaties
Overweeg • actieve kool • darmlavage
Evalueer of intensieve zorgen nodig Psychiatrische evaluatie + sociale dienst
Ga na of indicatie voor versnellen van de eliminatie (multipele doses actieve kool, urinaire alkalinisatie, extracorporele technieken) (naar Flomenbaum et al, 2010)
Indicaties voor gastro-intestinale decontaminatie Is geen routineprocedure! ~evidence based medicine afhankelijk van - aard van het toxicon - geschatte ingenomen hoeveelheid - tijdsverloop sinds inname - gelijktijdige inname andere stoffen - ziektetoestand à website : EAPCT.NAPCCT : www.clintox.org. à position statement
Indicaties voor maagspoeling • Op basis van experimentele en klinische studies kan gesteld worden dat maagspoeling potentieel weinig nut heeft en wegens de ernst van potentiële complicaties een substantieel risico inhoudt. • Maagspoeling mag niet routinegewijs worden toegepast als het ooit gebruikt wordt. • In uitzonderlijke omstandigheden waar maagspoeling een redelijke ('reasonable') behandeling lijkt moet de clinicus de risico/baten analyse maken t.o.v. het gebruik van actieve kool alleen ofwel observatie met alleen supportieve maatregelen zonder gastrointestinale decontaminatie. (EAPCCT/AACT, Clin Toxicol, 2004)
Contra-indicaties voor maagspoeling • Onbeschermde luchtweg (bv. niet geïntubeerde patiënt met verlaagd bewustzijn). • Bij toegenomen risico op aspiratie of ernstige aspiratie (bv. koolwaterstoffen met hoog aspiratierisico). • Bij risico op bloeding of gastro-intestinale perforatie (bv. ziekten als varices, recente heelkunde, ...) • Na ingestie van sterke zuren of basen wegens perforatierisico. (EAPCCT/AACT, Clin Toxicol, 2004)
Indicaties voor éénmalige dosis actieve kool • Gebaseerd op de studies bij vrijwilligers kan gesteld worden dat actieve kool waarschijnlijk het meeste voordeel biedt indien toegediend binnen het uur na intoxicatie • De toediening van actieve kool kan overwogen worden tot één uur na inname van een potentieel toxische hoeveelheid van een stof • Een potentieel voordeel van toediening van actieve kool meer dan één uur na intoxicatie kan niet uitgesloten worden (EAPCCT/AACT, Clin Toxicol, 2005)
Contra-indicaties voor éénmalige dosis actieve kool • Onbeschermde luchtweg (bv. niet geïntubeerde patiënt met verlaagd bewustzijn) • Bij toegenomen risico op aspiratie (bv. koolwaterstoffen met hoog aspiratierisico) • Bij risico op bloeding of gastro-intestinale perforatie (bv. slokdarmvarices, recente heelkunde, ...) • Corrosiva zijn geen absolute contra-indicatie indien co-ingestie van toxines die belangrijke systemische toxiciteit kunnen veroorzaken (EAPCCT/AACT, Clin Toxicol, 2005)
Specifiek toxidroom? Neen
Ja
Behandel het toxidroom
Overweeg maagspoeling
• grondige anamnese • nieuw en volledig klinisch onderzoek • labo: electrolyten, glucose, PBO, arterieel bloedgas, paracetamol, … i.f.v. indicaties
Overweeg • actieve kool • darmlavage
Evalueer of intensieve zorgen nodig Psychiatrische evaluatie + sociale dienst
Ga na of indicatie voor versnellen van de eliminatie (multipele doses actieve kool, urinaire alkalinisatie, extracorporele technieken) (naar Flomenbaum et al, 2010)
Indicaties voor eliminatie van reeds geresorbeerd toxine Te overwegen bij : - patiënten met systemische toxiciteit en toxine dat vatbaar is voor versnelde eliminatie - potentieel ernstige klinische toestand - en geen effect van supportieve maatregelen - of vermindering in hepatische, renale eliminatie
“Treat the patient rather than the poison”
Naloxone
® (Narcan )
• Opiaatreceptor antagonist : vooral µ-receptor • Zuiver: geeft op zichzelf geen depressie • Behandelen van respiratoire depressie • Competitief, d.w.z. dosis in functie van de ernst van de intoxicatie
Naloxone • Indicatiestelling ‣ Bij coma en/of respiratoire depressie door opiaten adequate luchtwegreflexen en ventilatie
• Bijwerkingen ‣ Potentieel ernstig : withdrawal, acuut longoedeem, hypertensie, ventrikelfibrillatie, atriale tachycardie ‣ Relatief zeldzaam indien "getitreerd" toegediend
Naloxone Volwassenen ‣ Bolus ‧ ampulle 0.4 mg/1 ml aanlengen tot 10 ml en titreren per 1 ml a.h.v. effect (10 mg zelden noodzakelijk) ‣ Onderhoud (zo nodig) : ‧ infuus : 2/3 bolusdosis per uur en zo nodig aan te passen ‣ Observeren voor herval
Benzodiazepine-antagonist: flumazenil (Anexate®) GABANEURON
Cl-
GABA BR
_ __ _ _ _
GABA-R.
EFFECTOR-NEURON
Benzodiazepine-antagonist: flumazenil (Anexate®) • Contra ‣ Benzodiazepines leiden zelden tot morbiditeit of mortaliteit ‣ Aspiratiepneumonie reeds vóór opname ‣ Mogelijke verwikkelingen (bv. convulsies) te wijten aan : ‧ mengintoxicatie (bv. tricyclische antidepressiva) ‧ acute withdrawal ‣ >> Geen rol in onbekende intoxicatie!
• Pro ‣ Geen noodzaak verdere diagnostische procedures bij coma ‣ Geen noodzaak endotracheale intubatie en ventilatie
Flumazenil: contra-indicaties • Voorgeschiedenis of huidige behandeling van epilepsie • Gebruik van geneesmiddelen die stuipen en/of cardiale aritmieën kunnen induceren • Langdurig gebruik van benzodiazepines • ECG-evidentie van intoxicatie met tricyclische antidepressiva • Abnormale vitale parameters
Flumazenil • Indicatie bij intoxicaties: Als ‘zuivere’ overdosis met benzodiazepines bij een niet-tolerante patiënt met: ‣ coma ‣ normale vitale tekenen met inbegrip van saturatie ‣ normaal ECG ‣ overigens normale neurologische bevindingen
• Posologie (0.5 mg in 5 ml amp)
‣ 0.1 mg/min (als geen effect met een totale dosis van 1 mg; dubieuze diagnose!) ‣ continu infuus : 0.1 – 1 mg/u
Calcium als antidoot • Intoxicatie met calciumantagonisten • Intoxicatie met bèta-blokkers • Magnesiumoverdosis • Ethyleenglycolintoxicatie met hypocalcemie • Brandwonden/intoxicatie met fluorwaterstofzuur • Hyperkaliëmie (uitz.: digitalisintoxicatie!)
Calcium bij intoxicatie met calciumantagonisten • Eerstelijns antidoot bij symptomatische patiënten • Dikwijls efficiënt doch soms niet bij ziekste patiënten • Let op: schadelijk als ook digitalis aanwezig is • Posologie : i.v. traag over 5 minuten (bij volwassene van 70 kg) ‣ calciumgluconaat : 3 g (= 30 ml van 10% oplossing) of ‣ calciumchloride : 1 g (= 10 ml van 10% oplossing)
• Zo nodig tot 3 maal te herhalen (om de 10 à 20 min) ‣ meting calcemie (als meer dan 2 doses)
Calcium • Brandwonden door fluorwaterstofzuur ‣ Locale gel 2,5% (Ca-gluconaat) ‣ Subcutane injectie (Ca-gluconaat, nooit Ca-chloride wegens causticiteit!) ‣ Intra-arterieel infuus tegen brandwonden (Cagluconaat, nooit Ca-chloride!) ‣ Zorgvuldige monitoring van calcemie! ‣ Intraveneus calcium bij hypocalcemie door systemische effecten
BETA-ADRENERGIC AGENTS
GLUCAGON
DOBUTAMINE DOPAMINE ISOPROTERENOL NOREPINEPHRINE BETA BLOCKERS
β1 RECEPTOR
MEMBRANE RECEPTORS ADENYL CYCLASE
ATP
CYCLIC 3’,5’ AMP
INCREASED CARDIAC CONTRACTILITY AND RATE
PDE
INACTIVE 5’ AMP
(BENOWITZ, 1990)
Glucagon • Verhoogt cAMP in de hartspier (onafh. van ß-receptor) • Indicatie ‣ Bij hemodynamische problemen (positief inotroop en chronotroop) door ß-blokkers (hypotensie, bradycardie) ‣ Bij intoxicatie met calciumantagonisten
• Dosering ‣ Bolus : initieel 0.05 mg/kg over 1 tot 2 min (3 tot 5 mg bij persoon van 70 kg) (soms tot 10 mg) ‣ Infuus : 2 tot 5 mg/u (titreren) (soms tot 10 mg/u)
Glucagon • Bijwerkingen ‣ Nausea, braken (cave aspiratie) ‣ Glycemiestijging ‣ Hypokaliëmie ‣ Zeldzaam allergie ‣ Insulinoom, feochromocytoom
Hoge dosis insuline voor therapieresistente calcium- en betablokkerintoxicatie • Ladingsdosis ‣ 50 ml glucose 50% (IV) ‣ 1 E/kg insuline (IV) over 5 min
• Onderhoudsinfuus ‣ 0.5 E/kg/u insuline (IV), titreren tot systolische bloeddruk > 100 mmHg (max. 2 E/kg/u) ‣ 1g/kg/u glucose (Glucose 10%, IV), titreren volgens euglycemie
• Strikte opvolging van serum glucose en kalium (aanvankelijk elke 30 min); eventueel kaliumsuppletie
Calcium channnel
Adapted from Ann Pharmacother 2005; 39:923-930
Natriumbicarbonaat als antidoot: werkingsmechanismen A. Door verandering ionisatiegraad en interactie met natriumkanalen: - Tricyclische antidepressiva - Anti-aritmica (IA, IC), amantadine, fenothiazine B. Door versnellen van eliminatie : bv. salicylaten, chloorfenoxyherbiciden, fenobarbital C. Door correctie metabole acidose: bv. toxische alcoholen
Natriumbicarbonaat • Natriumbicarbonaat vermindert drug-receptor binding (snelle Na-kanalen) – vooral cardiale ("quinidine" achtige) effecten • Als QRS duur ≥ 0.10 sec of hypotensie • 50 meq als initiële bolus (1 tot 2 meq/kg) • Starten onafhankelijk van pH (zowel bij normale als acidotische pH) • Continu infuus • Optitreren tot pH 7.50 à 7.55 (vermijd hypernatriëmie!) • Stoppen bij verdwijnen cardiotoxiciteit (QRS < 0.10 sec) • Hyperventilatie: geen evidentie voor analoog gunstig effect
Lipidenemulsie: Case Reports • Bupivacaine, Levobupivacaine, Ropivacaine, Mepivacaine • Bupropion and lamotrigine • Bèta-blokkers • Haloperidol and andere antipsychotica • Calciumantagonisten • Tricyclische antidepressiva
Lipid Emulsion Weinberg Protocol • Bolus ‣ 1.5 mL/kg over one minute ‣ Repeat every 3-5 minutes ‣ Maximum 8 mL/kg
• Infusion ‣ 0.25 mL/kg/min until hemodynamic recovery ‣ Can increase to 0.5 mL/kg/min if needed
N-acetylcysteïne (NAC) (Lysomucil®) • Intoxicaties
‣ paracetamol ‣ andere intoxicaties met glutathion depletie vb. CCl4 of koolstoftetrachloride, chloroform… • Fulminant leverlijden
May also be asymptomatic
Tintinalli’s Emergency Medicine, 2011
Intoxicatie paracetamol: indicatiestelling N-acetylcysteïne A. Acute ingestie
‣ Nomogram - Cave ‘pitfalls’ :
‧ eenheden ‧ geprotraheerde inname (nomogram niet bruikbaar) ‧ te vroege meting ‧ niet juist gekend tijdstip ‧ niet absoluut ‧ denk aan Cytochroom P450 enzyminducerende farmaca (vb. anti-epileptica, …) en chronisch ethylisme, ondervoeding, AIDS (glutathion deficiëntie); drempel voor starten lager leggen
‣ Als anamnese van ≥ 150 mg/kg en paracetamol-concentraties niet kunnen gekend zijn binnen de 8 uren (na inname)
Intoxicatie paracetamol: indicatiestelling N-acetylcysteïne B. Chronische overdosering
‣ Nomogram niet toepassen!! ‣ Beslissing voor NAC op basis van anamnese, (risicofactoren als ondervoeding, chronisch ethylisme, anticonvulsiva, ...), leverenzymes en plasmaconcentraties
Ferner, Dear and Bateman. BMJ, 2011
Intoxicatie paracetamol: N-acetylcysteïne • Tijdstip ‣ meest efficiënt als < 8 u na inname ‣ wel nog zinvol als later • Toedieningsweg: i.v. (over 20 uur) Langdurige toediening als na > 8u gestart om inflammatoire respons tegen te gaan.
Intoxicatie paracetamol: N-acetylcysteïne •
Dosering : i.v. over 20 uren protocol (totale dosis 300 mg/kg) ‣ 150 mg/kg in 200 ml glucose 5%: over 15 min of 1 uur ‣ 50 mg/kg in 500 ml glucose 5% over 4 uren ‣ 100 mg/kg in 1000 ml glucose 5% over 16 uren
•
Ongewenste effecten en veiligheid ‣ Anafylactische reacties gerelateerd aan serumpiek Enkel bij i.v. toediening (2 – 3%) ‣ Toename van prothrombinetijd ‣ Gevaar bij overdosering door berekeningsfout!
P.S. : De zwangere vrouw: géén contra-indicatie, integendeel!
MJA, 2008
MJA, 2008
Paracetamol: Acute single ingestion Belgian Poison Control Centre 2010
Australasian Poisons Information Centres 2008
Goldfrank’s Tox. Em. 2011
Definition
Intake over < 8hrs
Intake over < 8hrs
Intake over < 8hrs
Potential toxic dose: Risk factors – +
≥ 150 mg/kg ≥ 75 mg/kg
≥ 10g or 200mg/kg same
≥ 7.5g or 200mg/kg same
≥ 150 mg/kg ≥ 75 mg/kg
Treatment line Risk factors – +
150 mg/L 75 mg/L
150 mg/L 150 mg/L
150 mg/L 150 mg/L
200 mg/L 100 mg/L
>24hrs after intake
Start NAC If [PAR]
Start NAC If [PAR]
Start NAC If [PAR]
Unknown time of ingestion
Start NAC If [PAR]
Start NAC If [PAR]
Start NAC If [PAR]
Abbreviations: DL = detection limit, NAC = N-acetylcysteine
Bateman,BMJ 2011
Start NAC
Paracetamol: Chronic overdose in adults
Potential toxic dose: Risk factors –
+
Management
Belgian Poison Control Centre 2010
Australasian Poisons Information Centres 2008
Goldfrank’s Tox Em 2011
> 150 mg/kg/d
≥ 10g or 200mg/kg over 24u
≥ 10g or 200mg/kg over 24u
≥ 6g or 150mg/kg per 24hrs over 48u
≥ 6g or 150mg/kg per 24hrs over 48u
> 75 mg/kg/d
> 4g or 100mg/kg/d
Lower treshold: unknown and controversial
Start NAC If [PAR]<20mg/L & ALT/ AST normal ⇒ no further R/
If [PAR]<20mg/L & ALT normal ⇒ no R/
If [PAR]<10mg/L & ALT normal ⇒ no R/
Any other result: continue NAC
Any other result: start NAC
Any other result: start NAC
Ferner, Dear and Bateman. BMJ, 2011
Digitalisintoxicatie Fab Fragmenten
Butler et al., 1973
Digitalisintoxicatie Fab Fragmenten • Afgeleid van IgG, gekliefd en zonder Fc • Zeer efficiënt • Bindt digitalis intravasculair, interstitieel met renale klaring • Heel veilig: -Let wel op voor: hypokaliëmie, verslechtering van de hartfunctie, tachycardie -Zeldzaam allergie: rash bij slechts 2 op 451 patiënten
Indicaties voor digitalis-Fab • Digitalisglycosidengerelateerde levensbedreigende ritmestoornissen vb. ventrikeltachycardie, ventrikelfibrillatie, bradyaritmie, ... • Hyperkaliëmie > 5 meq/L (door Na-K ATPase inhibitie) bij een acute intoxicatie met digitalisglycosiden • Chronische digitalisglycosidenintoxicatie met ritmestoornissen, belangrijke gastro-intestinale symptomen, acuut opgetreden belangrijke mentale veranderingen, of nierfalen • Serum digoxine concentratie ≥ 15 ng/ml op gelijk welk tijdstip, of ≥ 10 ng/ml 6 uur na inname (lagere grens bij ouderen) • Inname > 10 mg digoxine bij volwassenen of > 4 mg bij kinderen • Toedienen vooraleer calciumtherapie bij vermoeden van intoxicatie met digitalisglycosiden, calciumantagonisten of ßblokkers
Digitalisintoxicatie: Fab Fragmenten DigiFab® (Protherics Inc., 40 mg actief produkt per vial, 403 euro per vial, terugbetaald) Dosering:
‣ Bij gekende ingenomen dosis:
‧ 80mg bindt 1 mg digoxine (digitoxine) ‧ Voorbeeld: – 20 tabletten van 0.25 mg = 5 mg ingenomen – Aantal vials nodig: 10 vials DigiFab®
‣ Bij gekende serumspiegel (steady state!): Berekening op basis van serumspiegel en distributievolume digitalis (verschillend voor digoxine en digitoxine) ‣ Empirisch: volwassenen: - acute inname : 400 tot 800 mg - chronische toxiciteit : 120 tot 240 mg
Antidoten voor Methanol en Ethyleenglycol
NEJM, 2009
Ethyleenglycol
Methanol en Ethyleenglycol
Ethanol • Inhibeert alcoholdehydrogenase (vermindert omzetting naar toxische metabolieten) • Geen effect op reeds gevormde toxische metabolieten • Ethanol intraveneus (10% oplossing) of oraal (20% oplossing) (dosering: cfr. Goldfrank's toxicologic emergencies) ‣ Monitoren dosis: ‧ ethanolemie tussen 100 en 200 mg/dl ‧ anion gap (onderdosage indien stijging) ‣ Cave : hogere dosis nodig bij ‧ hemodialyse ‧ chronisch ethylabusus • Duur: tot metabolisatie methanol en ethyleenglycol
Fomepizole • • • •
Zeer krachtige alcoholdehydrogenase inhibitor Geen CNS depressie (in vgl met ethanol) Weinig bijwerkingen Dosis (eenvoudiger dan met ethanol): ‣ 15 mg/kg laaddosis/30 minuten ‣ na 12 uur 10 mg/kg elke 12 uur (4 dosissen) ‣ verder 15 mg/kg elke 12 uur zo nodig (gezien auto-inductie) ‣ bijkomende dosissen igv hemodialyse
• Kostprijs ‣ één dag R/ voor patiënt van 70 kg ~ 2700 euro (niet terugbetaald)
Fomepizole Voordelen • • • • •
Gebruiksgemak Geen nood aan concentratiebepalingen Geen CNS depressie Geen hypoglycemie Vermijden hemodialyse ?
Nadelen • Hoge kostprijs • Geen langetermijnervaring J Toxicol Clin Toxicol, 1999
Methanol en ethyleenglycol: indicaties voor antidoot • Plasma concentratie > 20 mg/dl OF • Gedocumenteerde recente (uren) inname van toxische hoeveelheid en osmolaire gap > 10 mOsm/kg H2O OF
• Inname of sterk klinisch vermoeden van intoxicatie en minstens 2 van volgende criteria: ‣ Arteriële pH < 7.3 ‣ Serum bicarbonaat < 20 meq/l ‣ Osmolaire gap > 10 mOsm/kg H2O ‣ Aanwezigheid van urinaire oxalaatkristallen (enkel bij ethyleenglycol) J Toxicol Clin Toxicol, 1999 en 2002
Cholinesterase inhibitoren • Organofosfaten • Carbamaten
‣ ‣
Minder CZS effecten Korterwerkend: inhibitie meestal niet langer dan 1 à 2 dagen
CENTRAL NERVOUS SYSTEM
AUTONOMIC NERVOUS SYSTEM Parasympathetic
Sympathetic
Somatic
CNS ACH
ACh
ACh
ACh
ACh
ACh
Pupil constriction Diaphoresis Bradycardia Exocrine secretion GI smooth muscle contraction Bronchoconstriction
ACH
Neuromuscular CNS junction neurotransmission
Epi
ACh
ACh
NE Pupil dilatation Tachycardia Hypertension Bronchodilation
Fasciculation Muscle weakness
Excitability Lethargy Confusion Agitation Coma Seizure Death
Cholinesterase inhibitoren Atropine als antidoot • Werkt op muscarinereceptoren (secreties, diarree, bronchospasmen, bradycardie) en CNS symptomen Niet op nicotinereceptoren (cave respiratoir falen) • Bolus (volw.): ‣ 1 à 5 mg i.v. om de 2 à 3 min tot atropinisatie (vermindering secreties) Bij ernstige intoxicatie kunnen zeer hoge dosissen nodig zijn • Continu infuus (volw.): ‣ Start aan 0,5 à 1 mg per uur (optitreren)
Organofosfaten: oxime als antidoot • Pralidoxime (Contrathion®) • “Bevrijdt” het acetylcholinesterase van het organofosfaat • Werkt vooral op nicotinereceptoren (spiersterkte) • Steeds samen met Atropine gebruiken (CNS, hart) • Vroegtijdig te geven, maar laattijdig ook nog nuttig • Dosering: verschillende schema’s in de literatuur. (Zie Goldfrank, WHO, Lancet 2006; 368:2136-41) • Duur van de therapie: soms dagenlang (vrijzetting organofosfaten uit vetreserves) • Kostprijs: ± 650 euro/dag (niet terugbetaald)
Behandeling van intoxicaties Cholinesterase inhibitoren • Organofosfaten • Carbamaten ‣ Pralidoxime is niet gecontraïndiceerd en is zeker te geven in geval van onzekerheid of het een organofosfaat of een carbamaat betreft ‣ Kortere duur van behandeling met atropine
Cyanide antidoten: hydroxocobolamine en natriumthiosulfaat
Cyanide antidoten • Hydroxocobalamine (Cyanokit®) ‣ 5 g IV over 30 min ‣ Rozeverkleuring mucosa en urine
• Natriumthiosulfaat ‣ 12.5 g IV over 10 min ‣ CAVE toxiciteit thiocyanaat bij nierfalen
Hyperbare zuurstof voor CO intoxicatie • 6 RCT’s • Resultaten van de studies zijn niet éénduidig
‣ Kleinschalige studies ‣ Verschillende protocollen voor hyperbare zuurstof ‣ Inclusie van patiënten met blootstelling aan andere toxische stoffen die vrijkomen tijdens brand Cochrane Database of Systematic Reviews 2009
Cochrane Database of Systematic Reviews 2011
Hyperbare zuurstof voor CO intoxicatie: indicaties • • • • • •
Bewusteloos ter plaatse of in hospitaal Neurologische uitval Wijziging mentale status Eindorgaanischemie COHb > 25% COHb > 15% bij zwangeren
Benzodiazepine: indicaties o agitatie o serotonine syndroom o maligne neuroleptisch syndroom o hyperthermie o aritmieën door sympathicomimetica o ACS door sympathicomimetica o abstinentie o convulsies
SEIZURES HYPERTHERMIA
CNS AGITATION
INCREASED NEURONAL FIRING
REUPTAKE BLOCKADE
EXAGGERATED SYMPATHETIC RESPONSE
BENZODIAZEPINE
CARDIOVASCULAR COMPLICATIONS
Thiamine • Wernicke encefalopathie t.g.v. thiamine deficiëntie kan bewustzijnsstoornissen veroorzaken (klassieke triade = oftalmoplegie, ataxie, bewustzijnsstoornissen) • Wernicke encefalopathie kan uitgelokt worden door glucose toediening aan patiënten met thiamine deficiëntie ⇒ Overweeg thiamine 100 mg (i.v./i.m.) bij elke patiënt met bewustzijnsstoornissen en bij glucose toediening; glucose toediening bij hypoglykemie mag evenwel niet uitgesteld worden indien thiamine niet onmiddellijk beschikbaar Postgrad Med J, 1997;73:27-31
Vitamine K Niet langwerkende antico
Langwerkende antico
• Overweeg decontaminatie • Meet INR elke 24u • Geef vitamine K1 (volw. 10-20 mg PO) indien ingestie > 0.25 mg/kg of INR > 1.4 • Igv bloeding: geef Cofact® en vitamine K1 (10-20 mg IV)
• Overweeg decontaminatie • Meet INR elke 12u • Geef vitamine K1 (volw. 0.5-1 mg IV) indien INR > 8 • Igv bloeding: geef Cofact® en vitamine K1 (5-10 mg IV)
Enkele valkuilen in de acute toxicologie • Bij veranderd bewustzijn overweeg (≠routine) hypertoon glucose, naloxone, thiamine en zuurstof (CO) • Bij hypotensie : eerst vulling, beoordeling vullingstoestand alvorens pressoren • Alcohol ademgeur ≠ diagnose van veranderd bewustzijn door alcoholintoxicatie. Cave trauma! • Monitor ademhaling en hartritme • Informatie over aard en dosis ingenomen product, braken kan onbetrouwbaar zijn • Hetero-anamnese kan belangrijk zijn • Opgelet met toxische tijdbommen (vb. paracetamol, …) • Steeds psycho-sociale hulp bij intentionele intoxicaties