Omslag Cahier11
17-03-2008
10:45
Pagina 4
Actieprogramma Integrale Aanpak Antillianen
Huntu nos por logra Samen kunnen we het bereiken
Antillianenbeleid in Rotterdam 4
Omslag Cahier11
17-03-2008
10:45
Pagina 1
Inhoud 1 Antillianen in Rotterdam
2
2 Achtergronden
4
3 Actieprogramma Integrale aanpak
10
4 De persoonsgerichte aanpak
14
5 De Antilliaanse gemeenschap
20
6 21 Antillianen gemeenten
22
7 Succesvolle projecten
24
Bijlagen (feiten en cijfers)
30
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 1
Huntu nos por logra Samen kunnen we het bereiken
Antillianenbeleid in Rotterdam
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 2
1 Antillianen in Rotterdam Inleiding Ruim 3% van de Rotterdamse bevolking (584.000) is van Antilliaanse afkomst. Daarmee vormen deze 20.000 Antillianen in aantal de vierde grote minderheidsgroep in Rotterdam na Surinamers, Turken en Marokkanen. Een klein deel van de Antillianen heeft in Nederland echter nauwelijks betere vooruitzichten dan op de Antillen. Zij maken zich meer dan anderen schuldig aan criminaliteit en overlast. In vergelijking met de autochtone bevolking komt deze groep 5 keer vaker in aanraking met de politie. Opvallend hierbij is de grote gewelddadigheid waarmee hun acties gepaard gaan. Veel jongeren hebben geen diploma en kunnen daardoor moeilijk aan werk komen en de werkloosheid onder jongeren is dan ook hoog. Meer dan een kwart van de Antillianen in Rotterdam boven de 18 jaar (27,5%) heeft een bijstandsuitkering. Dat is ruim drie keer zo veel als gemiddeld in Rotterdam (8,8%) in dezelfde leeftijdscategorie. De ‘Antillianenproblematiek’ staat daarom hoog op de Rotterdamse politieke agenda. Begin 2006 is het beleid verscherpt naar aanleiding van een speciale conferentie over de Antillianenproblematiek in Rotterdam. Eén van de concrete acties voorkomend uit deze conferentie was de aanstelling van een stadsmarinier Antillianen. Deze stadsmarinier heeft de opdracht een onorthodoxe maar vooral effectieve aanpak te ontwikkelen en uit te voeren. Hij heeft hiervoor vergaande bevoegdheden en doorzettingsmacht.
Aanpak: terugdringen en voorkomen Vanaf 2006 worden met gerichte maatregelen, opgenomen in een speciaal programma (Extra inzet Actieprogramma Integrale Aanpak Antillianen), de problemen op een samenhangende wijze aangepakt. Het leidend principe van de aanpak is dat hard wordt opgetreden tegen criminaliteit en overlast. Maar dat óók de oorzaken hiervan worden aangepakt. Daarom vindt de aanpak plaats langs twee sporen: terugdringen én voorkomen. Omdat bij geen enkele andere bevolkingsgroep de problematiek zo complex is, is een langdurige inzet vereist. Gericht op het terugdringen van overlast en criminaliteit en om te voorkomen dat opgroeiende Antilliaanse jongeren terechtkomen in een circuit van overlast en criminaliteit. Aan de aanpak doen een groot aantal instanties mee zoals de politie en het Openbaar Ministerie, maar ook de sociale dienst en de dienst onderwijs. Dit omdat de aanpak niet alleen gericht is op de bestrijding van overlast en criminaliteit maar vooral ook op verbetering van de vaak uitzichtloze - situatie van Antillianen. Ook de Antilliaanse gemeenschap is er bij betrokken. Sinds 26 juni 2006 is de stichting MAAS (Movimentu Antiano Arubano Stratégiko) de officiële gesprekspartner van de gemeente Rotterdam voor de Antilliaans/Arubaanse gemeenschap. 2
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 3
Twee pijlers Het Actieprogramma Integrale Aanpak Antillianen rust op twee pijlers: • het betrekken van de Antilliaanse gemeenschap bij de aanpak van de problemen • de Persoonsgerichte Aanpak Antillianen (PGA) Doel van de aanpak is aansluiting van de Antilliaanse bevolkingsgroep bij de Nederlandse maatschappij. De kracht van de aanpak zit vooral in de intensieve samenwerking tussen alle betrokken instanties. Hierdoor kan een aanpak-op-maat geleverd worden.
Daling criminaliteit Het Rotterdamse gemeentebestuur is van oordeel dat in de afgelopen periode flinke vooruitgang is geboekt bij de aanpak van problemen van Antillianen. Dit dankzij de programmatische, categorale, integrale en persoonsgerichte aanpak, maar vooral door de goede samenwerking tussen de partners. Een direct effect is te zien in de politiecijfers over 2006. Ten opzichte van 2005 is in 2006 sprake van een daling op de aandachtsgebieden geweld (-17%), overlast (-7%) en drugsoverlast (-40%). Het beeld over 2007 is iets minder mooi dan vorig jaar. Ten opzichte van 2006 is er een lichte stijging van geweld (8%) en overlast (11%), maar wel een verdere daling van drugsoverlast (-32%). De stijging van geweld en overlast wordt vooral veroorzaakt door het repressieve optreden (er worden veel bekeuringen uitgeschreven). Opvallend is wel dat steeds minder personen de feiten plegen. Ook op andere gebieden vertoont de aanpak resultaten. Zo daalde het voortijdig schoolverlaten in 2007 met 11% en werden 350 bijstandsuitkeringen beëindigd. Ook startten 395 re-integratieprojecten.
Van kwantiteit naar kwaliteit Alles bijeen genomen, is het oordeel dat er de afgelopen jaren grote slagen zijn gemaakt in kwantiteit: we halen de targets. Nu is het zaak om de aanpak op een kwalitatief hoger niveau te brengen. Dat is mogelijk omdat met de kennis en inzet van de afgelopen twee jaar meer inzicht is verkregen in de beste aanpak van de problemen.
3
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 4
2 Achtergronden Een aantal kenmerken is specifiek voor een deel van de Antilliaanse bevolkingsgroep in Rotterdam. Uit de praktijk en uit diverse onderzoeken blijkt dat zij vaak een achterstand hebben op het gebied van taal, opleiding, werk en huisvesting. Daardoor is hun sociaaleconomische positie zwak. Tevens zijn een instabiele gezinssamenstelling, meerdere vaders die vaak afwezig zijn, geen registratie in de gemeentelijke basisadministratie, een hoog aantal tienermoeders en het gebrek aan zelfredzaamheid bepalend voor de problematiek en de aanpak. Ook culturele factoren spelen een belangrijke rol. Velen houden er een buitensporige levensstijl op na, wat tot hoge schulden kan leiden. De machocultuur duwt de personen in een positie waarbij het afdwingen van status en respect, op welke manier dan ook, belangrijk is.
Problemen De combinatie van de bovengenoemde achterstanden en de aanpak hiervan is dan ook zeer complex. Antillianen hebben vaak problemen op verschillende zogeheten leefgebieden (huisvesting, financiën, arbeid, scholing, gezondheid, gezin, vrijetijdsbesteding, politie en justitie). Hieronder worden in het kort de problemen per leefgebied geschetst.
Huisvesting Een aantal Antillianen heeft geen eigen onderkomen en leidt een zwervend bestaan. Daarnaast wordt er geregeld bij familie of kennissen ingewoond vanwege geldgebrek of omdat bij de woningbouwcorporatie lange wachtlijsten zijn. Als iemand huisvesting heeft, is zijn woning vaak eigendom van een particuliere, niet-bonafide huiseigenaar. Deze huiseigenaren laten het vaak afweten als het gaat om onderhoud van hun panden. Hulpverleners geven aan dat de bewoners meestal in benarde situaties leven. Ze hebben te maken met onbewoonbaar verklaarde woningen, woningen die bij regen onderstromen als gevolg van lekkage en met ongedierte zoals ratten, muizen en kakkerlakken.
Financiën Veel Antillianen hebben (hoge) schulden omdat de kennis ontbreekt over budgetteren en veel mensen geen onderscheid kunnen maken tussen wat prioriteit heeft en wat niet. Daarnaast hebben veel mensen een inkomen op sociaal minimumniveau en weinig mogelijkheden om dit inkomen te verhogen. Bovendien is het relatief makkelijk om een lening aan te gaan op een legale of illegale manier.
4
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 5
Vrouw, 40 jaar, alleenstaande moeder van 4 kinderen, sinds 6 jaar in Nederland Waarom ben je naar Nederland gekomen? Mijn kinderen waren al een tijd in Nederland bij mijn zus en daarom ben ik uiteindelijk ook gekomen. Ik had de kinderen bewust eerder gestuurd om te kijken of zij het wel leuk zouden vinden in Nederland.
Hoe ben je met de PGA-Antillianen in aanraking gekomen? Mijn nichtje was al in begeleiding bij de PGA-Antillianen en zei dat zij mensen helpen die het moeilijk hebben. En ik zag het allemaal niet meer zitten. Ik wist ook niet bij wie ik nog terecht kon met mijn problemen. Ik was al naar verschillende instanties geweest maar nergens konden ze mij helpen.
Wat is er met je gebeurd sinds je in de PGA zit? Mijn leven is erg veranderd. Ik heb sinds een paar maanden een huis waarvan de trappen niet verrot zijn en de douche niet elk moment kan instorten. Want zo was het in ons oude huis. Alles was aan het rotten, als het regende werd alles in huis nat. En de verhuurder deed niets, die wilde alleen maar geld zien. Ik moest elke maand 500 euro huur betalen voor een verrotte driekamer woning. Nu heb ik eindelijk na 6 jaar een huis van de woningbouw dat ik graag wilde en krijg ik huurtoeslag. Ik heb veel minder stress want de kinderen hebben een eigen kamer. We zijn nu allemaal veel gelukkiger en ook graag thuis.
Wat zijn je toekomstdromen? Ik wil graag gaan werken om zo vooruit te komen en zelfstandiger te worden. Dan hoef ik ook geen uitkering meer te krijgen.
Kind 10 jaar Eerst voelde ik mij niet prettig. Ons oude huis was vies en oud, ook al maakte mijn moeder elke dag schoon. Ik kon daar gewoon niet mezelf zijn. Nu zit ik lekker in mijn vel en voel ik mij heel gelukkig. Ik zit wel op een nieuwe school. Daar moet ik nog iedereen leren kennen, maar dat komt wel.
Kind 14 jaar Ik deed het er maar mee omdat we niets anders hadden of konden. Maar dit huis is véél beter en mooier. De metro is dichtbij, dus ik ben zo op school. 5
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 6
Arbeid De afstand tot de arbeidsmarkt is groot. Mensen kunnen moeilijk een reguliere baan krijgen en vasthouden. Dit hangt nauw samen met hun onderwijsachterstand en een gebrek aan de vereiste vaardigheden.
Scholing Voortijdige schooluitval komt geregeld voor. Oorzaak hiervan zijn tienerzwangerschappen, een mismatch tussen onderwijsaanbod en opleidingsniveau, invloed van de sociale omgeving en het niet hebben van een stabiele gezinssituatie. Daarnaast wordt soms het schoolverzuim van de jongeren te laat of niet gemeld bij de ouders/verzorgers, waardoor die niet op tijd kunnen ingrijpen.
6
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 7
Man, 32 jaar, samenwonend en 2 kinderen, sinds 13 jaar in Nederland Waarom ben je naar Nederland gekomen? Mijn vriendin ging naar Nederland om te studeren en mijn moeder woonde al jaren in Nederland. Ik dacht: waarom ik ook niet. Zo kon ik voor mezelf kijken wat voor mogelijkheden er waren.
Hoe ben je met de PGA-Antillianen in aanraking gekomen? Ik was bij mijn neef thuis met wat andere vrienden en één van hen vertelde dat hij sinds kort werk had. Dat wilde ik ook wel, dan zou ik ook mijn problemen kunnen aanpakken. Maar die vriend zei dat ik daar niet kon komen werken zonder een VCA-diploma*. En zo kwam ik bij de PGA-Antillianen terecht om een VCA cursus te volgen.
Wat is er met je gebeurd sinds je in de PGA zit? Mijn leven is veranderd sinds ik mijn diploma heb. Ik heb nu een positieve instelling en ik wil ook geen rottigheid meer uithalen op straat. Dat heb ik ook niet meer gedaan. Na de VCA-cursus kreeg ik werk: dingen met isolatie, steigerbouw en werk op boten. Ik werk nu sinds juli 2007 en sinds kort op een vast dienstverband.
Wat zijn je toekomstdromen? In de toekomst wil ik een huis en een auto kopen voor mij en mijn gezin. En nu er op alle mogelijke manieren zijn voor mijn kinderen als ze iets nodig hebben. * VCA: Veiligheid gezondheid milieu Checklist Aannemers. Deze certificering wordt gebruikt bij bedrijven die hun medewerkers werkzaamheden laten verrichten in risicovolle omgevingen, zoals fabrieken, installaties en bouw- en werkplaatsen.
Gezondheid Gezondheidsproblemen zoals stress, astma (vooral bij kinderen), depressie en hiv-besmettingen komen vaak voor. Stress en depressie komen voor als mensen geen uitweg meer zien uit hun situatie en voor hun gevoel het einde zoek is. De situatie verergert dan zodanig dat het vaak te laat is voor ingrijpen door de hulpverlening. Astma bij kinderen wordt vaak veroorzaakt door slechte woningen. Er is relatief veel vocht en schimmel aanwezig in de woning en de ventilatie is slecht. Hiv-besmettingen komen voor als gevolg van het niet (of niet correct) gebruiken van voorbehoedsmiddelen. Het onderwerp seks is daarbij voor velen nog een taboe.
7
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 8
Gezin De grootste probleemgroep is die van de Antilliaanse eenoudergezinnen. Bij hen is meestal sprake van multi-problematiek, waarbij de problemen van de ene op de andere generatie kunnen worden overgedragen. De armoede waarin zij leven, vormt in veel gevallen de basis voor overlast en criminaliteit. Het gezin bestaat vaak uit een moeder of oma die de rots in de branding is. Opvallend vaak is de vader afwezig en neemt weinig of geen verantwoordelijkheid voor de opvoeding van zijn kind(eren).
Vrijetijdsbesteding Een zinvolle dagbesteding, zoals sporten, is vaak niet mogelijk. De ouders of verzorgers kunnen dit meestal niet betalen. Vaak ook weten zij de weg niet naar de instanties die hen kunnen helpen.
Politie en justitie Doorgaans daalt de criminaliteit met het ouder worden. Onder volwassen Antillianen blijft het niveau van criminaliteit echter hoog. Meestal neemt de betrokkenheid van jongeren bij criminaliteit af wanneer er gezinsvorming plaatsvindt. Bij een deel van de Antillianen zien we dit veel minder of helemaal niet gebeuren. Opvallend is ook het hoge aantal vrouwen dat verdacht wordt van betrokkenheid bij crimineel gedrag. Daarnaast kenmerkt de criminaliteit onder Antillianen zich door gewelddadigheid. Zo zijn zij vaker betrokken bij moord, doodslag, diefstal met geweld en geweld dat met drugs te maken heeft. Moord is voor Antilliaanse mannen tussen de 15 en 29 jaar sterfteoorzaak nummer 1.
Hulpverleningsinstanties
B ron: Antillenhuis
Antillianen weten vaak de weg naar de hulpverlening niet of nauwelijks te vinden. Ook al hebben zij grote problemen bij het vinden van degelijke huisvesting en soms torenhoge schulden. Terug kunnen vallen op familieleden zit er meestal niet in, die hebben soortgelijke problemen. Een belangrijke reden dat Antillianen niet om hulp aankloppen is de bureaucratische organisatie van de hulpverlening. Zo moeten cliënten gemotiveerd zijn om hulp te vragen, ze moeten zelf afstappen op de instanties en zelfstandig een hulpvraag kunnen formuleren. Ook zijn veel trajecten alleen tot een bepaalde leeftijd toegankelijk en heeft men een adres nodig om in aanmerking te komen. Vaak staan Antillianen ook wantrouwend tegenover hulpverleningsinstanties. Het gevolg is dat veel Antillianen in de kou blijven staan, in steeds uitzichtlozer situaties terechtkomen en terugvallen op wat bekend en vertrouwd is: leven in de criminaliteit (hosselen).
8
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 9
Interview Nilza Miranda, trajectbegeleidster PGA-A Waarom ben je dit werk gaan doen? Ik ben dit werk gaan doen omdat ik een verschil wilde maken binnen deze moeilijk te benaderen doelgroep. Ik heb gekozen voor de uitdaging om met zg. multi-problem gezinnen te werken omdat elk gezin anders is. Vooral gezinnen met kleine kinderen zijn een grote uitdaging. Deze kinderen zijn onze toekomst. Door te voorzien in de basisbehoefte van deze kinderen en zodoende de ontwikkelingskansen te vergroten, heb ik weer een bijdrage kunnen leveren aan de toekomst van Rotterdam. Van elke casus leer ik zelf ook heel veel. Zo ben ik bekend geworden met de sociale kaart van Rotterdam. Door samen te werken met externe instanties wordt het mogelijk gemaakt om met elkaar af te stemmen en gebruik te maken van elkaars expertise. Hierdoor is het mogelijk om aan de hulpvraag van cliënten zo goed mogelijk te voldoen.
“Het werk blijft mij motiveren omdat ik weet dat er nog veel gezinnen zijn die nog niet bereikt zijn”
Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? Het werk blijft mij motiveren omdat ik weet dat er nog veel gezinnen zijn die nog niet bereikt zijn en die zelf ook de weg naar hulpverlening moeilijk kunnen vinden. Door de laagdrempeligheid van de PGA-A proberen we zo veel mogelijk Antilliaanse gezinnen met problemen te bereiken en met hen aan de slag te gaan. Juist achter de voordeur. Dit vergt veel geduld, hoop en energie maar de positieve ontwikkelingen geven mij als mens voldoening om het werk te kunnen blijven doen.
9
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 10
3 Actieprogramma integrale aanpak Om de problemen onder Antillianen aan te pakken, heeft de Rotterdamse gemeenteraad in januari 2006 ingestemd met Extra Inzet Actieprogramma Integrale Aanpak Antillianen. De aanpak heeft twee doelen: • Terugdringen van overlast, criminaliteit en achterstanden op gebied van werk, huisvesting, opleiding en financiën. • Voorkomen dat opgroeiende Antilliaanse jongeren terechtkomen in een circuit van overlast en criminaliteit.
Preventie en repressie Het programma kent een goede balans tussen preventie, zorg en repressie en tussen het creëren van kansen en hard optreden tegen onacceptabel gedrag. De aanpak kenmerkt zich door het zoeken naar creatieve oplossingen en een outreachende manier van werken. Diverse thema’s zijn uitgewerkt in een meerjarige programmatische aanpak met als uiteindelijk doel het voorkomen van criminaliteit. Het gaat dan bijvoorbeeld om: • het creëren van een stabiele thuissituatie, • het tegengaan van voortijdig schoolverlaten, • het voorkomen van jeugdwerkloosheid, • het realiseren van een betere beheersing van de Nederlandse taal, • het bevorderen van goede huisvesting, • het bevorderen van de emancipatie van (tiener)moeders met hulp van de Antilliaanse gemeenschap zelf, • het vergroten van de mogelijkheden om schulden te voorkomen of weg te werken.
Stadsmarinier Antillianen Om het succes van de aanpak te verzekeren, heeft de gemeente een speciale stadsmarinier aangesteld. Deze stadsmarinier regisseert de stedelijke aanpak en uitvoering en organiseert of forceert zonodig de praktische uitvoering in de wijk. Bovendien stemt hij de inzet van de betrokken partners (instanties en deelgemeenten) nog beter op elkaar af.1.
1) Instanties: OM, politie, JOS, SoZaWe, Roteb, DS+V, GGD, BJZ, directie Veiligheid. Deelgemeenten: Charlois, Feijenoord, IJsselmonde, Delfshaven en Hoogvliet. 10
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 11
Onderzoek Om in de aanpak scherp en kritisch te blijven en om de resultaten vast te houden en te verankeren, vindt regelmatig onderzoek plaats. Zo hebben de gemeente Rotterdam, politie en OM aan het onderzoeksinstituut RISBO gevraagd de aard en omvang van de criminaliteit van Antillianen in Rotterdam te onderzoeken. Het onderzoeksrapport van M. van San: " Verslaafd aan een flitsende leefstijl; criminaliteit van Antilliaanse Rotterdammers " uit 2007, leverde veel bruikbare informatie en inzichten op voor de Rotterdamse aanpak.
11
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 12
Interview Piet Boonman, stadsmarinier Antillianen Waarom een stadsmarinier Antillianen? Met het merendeel van de ruim 19.000 Antilliaanse inwoners van Rotterdam gaat het goed. Met zo’n 10% gaat het niet goed. Dit merk je omdat Antillianen meer dan andere bevolkingsgroepen betrokken zijn bij criminaliteit, de school verlaten zonder diploma en werkloos zijn. Rotterdam voert al jaren beleid om de positie van deze groep Antillianen te verbeteren. Vanaf 2006 heeft dit beleid een naam gekregen: Extra inzet actieprogramma integrale aanpak Antillianen. Dit actieprogramma richt zich niet alleen op de aanpak van de symptomen, zoals criminaliteit werkloosheid en voortijdig schoolverlaten. Juist de achterliggende oorzaken worden aangepakt. Daarmee richt de aanpak zich op repressie, zorg èn preventie. Omdat het college van Burgemeester en Wethouders veel belang hecht aan deze aanpak heeft zij hiervoor zelfs een stadsmarinier aangesteld.
“Wij gaan de samenwerking tussen de verschillende organisaties verder stroomlijnen”
Wat willen we in 2008 bereiken? Onder het motto "Van kwantiteit naar kwaliteit" willen wij de uitvoering van het Antillianenbeleid intensiveren. In de eerste plaats gaan wij de samenwerking tussen de verschillende organisaties verder stroomlijnen. Organisaties - gemeentelijke diensten, deelgemeenten, hulpverleningsinstanties e.a. leveren onder regie van de stadsmarinier hun bijdrage aan de oplossing van de problemen. Dat kan bestaan uit het bemiddelen naar werk, de oplossing van schulden, het bieden van ondersteuning bij de opvoeding, het ontwikkelen van preventieactiviteiten enz. Maar ook zullen criminaliteit en overlast en schoolverzuim hard worden aangepakt. In de tweede plaats blijven wij op zoek naar die aanpak, die aansluit bij de problemen en de leefwereld van de Antilliaanse inwoners van Rotterdam. Wij hebben namelijk gemerkt dat die aansluiting er niet altijd is of niet goed loopt. In de laatste plaats willen wij de reeds goede samenwerking met de Antilliaanse gemeenschap nog verder verbeteren. Wij zijn ons er goed van bewust dat wij alleen kunnen slagen als wij verzekerd zijn van de inzet, medewerking en steun van de Antilliaanse gemeenschap. 12
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 13
Waar ben je trots op? Ik ben trots op die 24 – veelal jonge – mannen en vrouwen, die gezamenlijk de uitvoeringsorganisatie Persoonsgerichte aanpak Antillianen (PGA-A) vormen. Dagelijks zijn zij op straat en in de wijken bezig met het opzoeken en ondersteunen van mensen, die in de problemen zitten. Zij zijn de kern van de aanpak. Daarnaast ben ik trots op de wijze waarop de verschillende partners die betrokken zijn bij de aanpak van de Antillianenproblematiek samenwerken. Het succes van de aanpak is voor een groot deel toe te schrijven aan de goede samenwerking tussen alle betrokken partijen. Ten slotte ben ik trots op een aantal projecten. Ik denk dan bijvoorbeeld aan Fuerte, het vrouwenproject van Stichting Welzijnsbevordering Antillianen/Arubanen (SWA). De vrouwenstudio’s van Cleo Patria, het werkgelegenheidsproject van de Roteb en nog vele anderen.
“Vertrouwen, steun en inzet is nodig om de doelen te bereiken”
Wat is er nodig van de Antilliaanse gemeenschap om de doelen te bereiken? In 3 woorden: vertrouwen, steun en inzet. Vertrouwen, omdat we er dan gezamenlijk uit kunnen komen. Wantrouwen draagt niet bij aan de oplossing van de grote problemen van een klein deel van de Antilliaanse gemeenschap. Steun, omdat het ons zonder de steun en ondersteuning van de Antilliaanse gemeenschap niet gaat lukken. Inzet, omdat de Antilliaanse gemeenschap beter dan wie dan ook weet wat er onder de Antilliaanse gemeenschap leeft en welke zaken aan oplossingen kunnen bijdragen om het werk te kunnen blijven doen.
13
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 14
4 De persoonsgerichte aanpak Om sociaal-maatschappelijke achterstand en overlastgevend en crimineel gedrag onder Antillianen terug te dringen, werkt de stadsmarinier met een persoonsgerichte aanpak (PGA-Antillianen). Deze aanpak is outreachend: mentoren zoeken de Antillianen op. Op hun huisadres, op straat, in groepsverband of in verenigingsverband. Met als opdracht: aanbellen, aanspreken, aanpakken. Met de persoonsgerichte aanpak wil de gemeente: • informatie verzamelen over de problemen op de leefgebieden • problemen analyseren en nagaan welke trajecten (school, werk, opvoedingsondersteuning, schuldsanering etc.) nodig zijn om hulp te bieden • personen in een traject plaatsen dat nodig is voor het verminderen of oplossen van de problemen • monitoren of door de gekozen aanpak de problematiek vermindert of oplost en het gekozen traject effectief is. Na twee jaar intensieve aanpak bevinden zich 1753 Antillianen in een persoonsgerichte aanpak. Alle deelgemeenten met een groot aantal Antillianen die voor de aanpak in aanmerking komen, hebben een regisseur. De regisseurs zorgen voor organisatie, coördinatie en monitoring van de hulpverlening. Zij voeren in opdracht van de stadsmarinier de regie over de aanpak. De personen die aan de criteria van de PGA-Antillianen voldoen, worden door de regisseur in een aanpak ondergebracht. Op dat moment krijgen zij een trajectbegeleider toegewezen.
Trajectbegeleiders De trajectbegeleiders gaan op huisbezoek bij de cliënten. Zij analyseren de situatie en inventariseren wat er aan hulpverlening nodig is om de problematiek aan te pakken. Daarna zorgen zij er voor dat de hulpverlening op gang komt.
14
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 15
Interview Frank Nissen, leidinggevende regisseurs en trajectbegeleiders PGA-A Waarom ben je dit werk gaan doen? Het was onbekend terrein voor mij. Het was daarom dan ook een uitdaging om met een multicultureel team ingezet te worden op een specifieke doelgroep waar weinig over bekend was.
Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? Ik krijg steeds meer inzicht in de doelgroep en daarmee grip op de problematiek. En acties worden steeds positiever afgerond. Daarnaast ben ik zeer gepassioneerd in het werk.
Wat is je ervaring in de praktijk? De problematiek hangt vaak samen met het gedrag. De doelgroep vertoont kenmerken van een overlevingsstrategie, namelijk; macht, invloed in de onderlinge verhoudingen, emoties en schaamte. Dat heeft invloed op de wijze waarop het team de doelgroep benadert en de wijze waarop ik mijn team benader. Onze effectieve manier van werken is onder andere outreachend meebewegen op de ritme van de doelgroep. Hierdoor komen wij tot een goede interpretatie en analyse van de situatie.
“Van zoektocht naar actie”
15
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 16
Interview Conchita Holband, trajectbegeleidster PGA-A Waarom ben je dit werk gaan doen? Ik wilde graag bezig zijn met mensen. En ze ondersteunen bij het creëren van een beter bestaan.
Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? Het resultaat dat wij van de PGA-A en ik als trajectbegeleider aan het einde van de rit behalen. Met name de positieve reacties van de cliënten zijn een stimulans voor mij om met dit werk verder te gaan.
“Een toereikende hand kan veel betekenen voor de toekomst”
Interview Samya Bolahrir, trajectbegeleidster PGA-A Waarom ben je dit werk gaan doen? Ik wil iets bijdragen aan de Rotterdamse gemeenschap. Dus niet alleen maar mooie woorden maar ook daden. Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? Het motiveert me dat het met de mensen die ik begeleid beter gaat. Soms heb ik cliënten waarvan de situatie in eerste instantie uitzichtloos lijkt maar we gaan altijd aan de slag. Vaak zijn mensen in het begin erg depressief. Gedurende de begeleiding zie je dan hoe ze gaan groeien en weer opbloeien als mens. En wat niet vergeten mag worden is de samenwerking met andere instellingen zoals Sozawe, Maaskoepel en Flexibel wonen. Door de samenwerking met deze instellingen kunnen we sneller handelen en hulp bieden.
“Kleine laagdrempelige sturing zorgt voor grote veranderingen…” 16
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 17
Interview Kimberly Gario, werkbegeleidster PGA-A Waarom ben je dit werk gaan doen? De reden waarom ik dit werk ben gaan doen is ten eerste omdat ik SPH/Pedagogische Wetenschappen heb gedaan. De interactie tussen cliënt en hulpverlener is voor mij van groot belang en dit is heel belangrijk voor het werk dat wij doen. Je moet je kunnen inleven in de situatie van de cliënt, maar toch je afstand weten te houden om een zo objectief mogelijk beeld te schetsen van hun situatie. Met mijn ervaring die ik in al die jaren heb opgedaan en met de passende opleiding, ben ik tot de conclusie gekomen dat ik in dit werk veel kan betekenen voor de Antillianen en tevens een basis kan vormen voor mezelf.
Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? Mijn grootste drijfveer is dat ik het gevoel heb dat mijn werk een bijdrage levert aan het welzijn van Antillianen in de Nederlandse gemeenschap. Voor mij is het belangrijk dat de grote kloof tussen hulpverlening en de Antillianen door de PGA-A verdwijnt. In de Antilliaanse gemeenschap moet je het hebben van mond-tot-mond reclame, zo komen er meer cliënten bij ons terecht. Als Antilliaanse vrouw merk je ook dat je onbewust een rolmodel bent voor veel jonge tienermoeders die uiteindelijk toch weer naar school willen. Als ik hieraan denk dan blijf ik in ieder geval gemotiveerd om nog heel lang met Antillianen in Nederland te werken.
“To succeed we must first believe that we can, Life is your decision,... make it worth living”
Binnen de persoonsgerichte aanpak is een belangrijke rol weggelegd voor casuïstiek. Tijdens een overleg wordt door de samenwerkende partners informatie ingebracht over de persoon die in aanmerking komt voor de PGA en over zijn problematiek, voorzover die relevant is. Daardoor is het mogelijk een dossier op te bouwen over de aanpak in een klantvolgsysteem. Door de gedeelde kennis en de gedeelde verantwoordelijkheid neemt de effectiviteit van de genomen maatregelen toe.
17
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 18
Hieronder - in interviewvorm - een aantal voorbeelden van wat de persoonsgerichte aanpak in de praktijk oplevert:
Vrouw, 40 jaar, alleenstaande moeder met 3 kinderen, sinds 8 jaar in Nederland Waarom bent u naar Nederland gekomen? Mijn dochter woonde in Nederland bij mijn zus. Mijn zus wilde terug naar Curaçao maar mijn dochter niet. Daarom ben naar Nederland gekomen, want mijn dochter wilde echt niet naar Curaçao terug.
Hoe bent u met de PGA-Antillianen in aanraking gekomen? Via een vriendin die in hetzelfde pand woonde als ik. Zij gaf mij het nummer van de persoon die haar aan het begeleiden was. En zo ben ik in contact gekomen met Samya. Zij begeleidt mij en mijn kinderen.
“Nu ga ik meteen naar de goede instantie in plaats van van de een naar de ander” Wat is er met u gebeurd sinds u in de PGA zit? Mijn leven werd veel makkelijker omdat Samya mij heeft geleerd waar ik voor wat moet zijn. Nu ga ik meteen naar de goede instantie in plaats van van de een naar de ander. Ik heb ook een huis wat goed is en waar ik geen last heb van beestjes. Hiervoor had ik een huis waar muizen, ratten, kakkerlakken en allerlei ander ongedierte rondliep. En ik had ook nog eens last van lekkage. En de huisbaas deed er niets aan, het interesseerde hem helemaal niks.
Wat zijn uw toekomstdromen? Ik wil een andere baan waar ik meer vastigheid heb. Momenteel werk ik via SoZaWe voor een paar maanden. Ik hoop echt dat ik iets vind, want ik wil niets liever.
18
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 19
Man, 46 jaar, alleenstaand, sinds 17 jaar in Nederland Waarom bent u naar Nederland gekomen? Voor een betere toekomst. In het begin heb ik nog een opleiding gevolgd maar daar heb ik niet zoveel van gebakken. Toen ben ik maar gaan werken, maar ik had veel ups and downs.
Hoe bent u met de PGA-Antillianen in aanraking gekomen? Via via hoorde ik van kennissen erover en zo ben ik met mijn begeleider in contact gekomen.
“Ik wil heel graag werken, want ik wil helemaal niet in een uitkering zitten”
Wat is er met u gebeurd sinds u in de PGA zit? Alles loopt veel beter. Ik weet nu ook waar ik maatschappelijk werkers en zo kan vinden als ik bepaalde problemen heb. En naar welke instantie ik moet gaan.
Wat zijn uw toekomstdromen? Ik wil heel graag werken, want ik wil helemaal niet in een uitkering zitten. Ik ben nu bezig met een re-integratietraject voor werk bij de Roteb. Maar hoe dan ook, ik blijf solliciteren.
19
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 20
5 De Antilliaanse gemeenschap Belangrijk voor een succesvolle aanpak is de betrokkenheid van de Antilliaanse gemeenschap. Dit heeft dan ook de bijzondere aandacht van de gemeente.
Stichting MAAS De betrokkenheid van de Antilliaanse gemeenschap bij de aanpak in Rotterdam is verzekerd door de Stichting MAAS (Movimentu Antiano Arubano Stratégiko). Stichting MAAS is een adviesorgaan van en voor Antillianen en Arubanen in Rotterdam. MAAS overlegt periodiek met het gemeentebestuur en ambtenaren en geeft gevraagd en ongevraagd advies. Doel van de betrokkenheid van MAAS is om ervoor te zorgen dat de Antillianen en Arubanen in Rotterdam volwaardig kunnen participeren in de Rotterdamse samenleving.
Zelforganisaties MAAS bestaat uit een bestuur dat gevormd wordt door vertegenwoordigers uit de Antilliaans/ Arubaanse gemeenschap. Verder is er een raad van zelforganisaties, die als thermometer fungeert voor het bestuur en als doorgeefluik van wat er binnen de Antilliaans/Arubaanse gemeenschap leeft. Voorts informeren en adviseren deskundige adviseurs het bestuur gevraagd en ongevraagd.
Speerpuntenplan De gemeente faciliteert het bestuur van MAAS en stelt MAAS in de gelegenheid om activiteiten uit te voeren. Deze activiteiten staan in een speerpuntenplan. Het plan richt zich op het versterken van de positie van MAAS, het invullen en versterken van de raad van zelforganisaties, het consolideren van de informatie vanuit de gemeenschap over actuele thema’s en het emanciperen van de gemeenschap.
20
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 21
Interview Cherissa Koko voorzitter MAAS Waarom ben je dit werk gaan doen? Ik ben voorzitter van stichting MAAS geworden vanuit een betrokkenheid en medeverantwoordelijkheid die ik voel met de Antilliaanse gemeenschap in Rotterdam.
Wat motiveert je om dit werk te doen en te blijven doen? De voldoening van dit werk haal ik uit het feit dat we een steeds sterkere vertegenwoordiging worden en zo Antillianen steeds meer stem en positie geven in Rotterdam en in het Rotterdamse beleid. Op kleine schaal boeken we al successen. We organiseren ons als gemeenschap steeds beter.
“Een sterke gemeenschap begint met vertrouwen in elkaar”
21
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 22
6 21 Antillianen gemeenten
Rotterdam is niet de enige gemeente die problemen heeft met een deel van zijn Antilliaanse inwoners. Meer steden hebben met criminaliteit en overlast van Antillianen te maken. Deze gemeenten hebben zich verenigd in de 21 Antillianen gemeenten (21-AG)1. De burgemeester van Rotterdam is voorzitter van dit bestuurlijke overleg. Voornaamste doel van het overleg is gemeenschappelijk optrekken richting Rijk maar ook kennisuitwisseling en samenwerking.
Afspraken met het Rijk In 2005 heeft de toenmalige minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie met de 21-AG bestuurlijke arrangementen afgesloten, gericht op het terugdringen van schooluitval, werkloosheid en criminaliteit onder Antilliaanse jongeren. De arrangementen lopen tot en met eind 2008. In 2008 worden nieuwe afspraken gemaakt tussen het Rijk en de gemeenten. Begin 2008 heeft het kabinet zijn beleidsvoornemens op het gebied van de Antillianenaanpak gepresenteerd in de brief ‘Naar een professionele, integrale en meerjarige aanpak van Antilliaans-Nederlandse risicogroepen’. In de voorgestelde nieuwe aanpak staan een aantal maatregelen centraal. Zo moet er een meer duurzame, meerjarige aanpak komen ter vervanging van het huidige projectenbeleid. Daarnaast moet de Antilliaanse gemeenschap in Nederland versterkt worden en meer betrokken worden bij beleidsontwikkeling en uitvoering. Verder worden er maatregelen uitgewerkt, gericht op het aanscherpen van het justitiële beleid inzake de aanpak van criminaliteit. Ten slotte ziet het kabinet de inzet in Nederland nadrukkelijk in verband met investeringen op de Nederlandse Antillen.
Inzet van de 21 Antillianengemeenten De inspanningen van de 21 Antillianen gemeenten hebben in de afgelopen jaren tot goede resultaten geleid. Weliswaar is het probleem nog niet opgelost (dat is een zaak van lange adem), maar er zijn belangrijke stappen gezet. Een groot aantal projecten is succesvol.
1) Almere, Amersfoort, Amsterdam, Arnhem, Breda, Capelle aan den IJssel, Den Haag, Den Helder, Dordrecht, Eindhoven, Groningen, Leeuwarden, Lelystad, Nijmegen, Rotterdam, Schiedam, Tilburg, Vlaardingen, Vlissingen, Zoetermeer, Zwolle. 22
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 23
Zo boeken veel gemeenten succes met outreachend werken; van straatteams in Leeuwarden en Almere tot Antillianen regisseurs in Rotterdam en buurtmoeders in Capelle aan den IJssel. Kenmerkend voor deze projecten is het werken op straat direct bij de probleemgroep, met onder meer de inzet van deskundige Antillianen. Zij hebben de geschikte achtergrond en kennis om de doelgroep te vinden en te binden. Ook heeft een aantal gemeenten begeleide woonvormen voor jongeren en tienermoeders ontwikkeld die over het algemeen succesvol zijn.
Samenwerking 21 Antillianen gemeenten en Curaçao De 21 Antillianen gemeenten vinden het – net als het Rijk – noodzakelijk om op operationeel gebied samen te werken met de Nederlandse Antillen en Aruba. Het oplossen van de problemen van een deel van de Antillianen in Nederland vergt dan ook inzet op de Antillen zelf. Daaraan leveren de 21-AG een actieve en positieve bijdrage, door het leveren van deskundigheid en capaciteit aan de Antillen. In eerste instantie gaat het daarbij om ondersteuning van Curaçao op het gebied van jeugd- en onderwijsbeleid. Daarnaast hebben Rotterdam en Amsterdam een Leerstoel Jeugd en Educatie van Antillianen aan de universiteit op de Antillen op Curaçao geïnstalleerd en financiert Rotterdam onder meer de projecten Leerlingbemiddeling en Wereldstage op Curaçao.
Taskforce Een door het rijk en de 21-AG gezamenlijk ingestelde taskforce, bekijkt welke onderwerpen de komende tijd bijzondere aandacht verdienen. Daarbij wordt vooral gekeken naar de succesvolle projecten die al in veel Antillianen gemeenten lopen. De uitkomsten van het onderzoek van de taskforce moeten de basis vormen voor de ontwikkeling van een landelijke meerjaren aanpak op het gebied van Antillianenbeleid. Met de nadruk op woonbegeleiding, leerwerktrajecten, hulp aan instabiele gezinssituaties en nazorg voor ex-gedetineerden.
23
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 24
7 Succesvolle projecten Van de programmatische en integrale aanpak van de problematiek onder Antillianen is de persoonsgerichte aanpak het belangrijkste instrument (zie hoofdstuk 4). Andere successen die geboekt worden zijn toe te schrijven aan deelprojecten. Hieronder worden kort vijf succesvolle projecten beschreven.
Begeleid wonen Soms kunnen jongeren onmogelijk in het ouderlijke huis blijven wonen. De relatie met de ouders is slecht en er zijn continu conflicten. Het gevolg is dat ze op straat leven, gaan zwerven en vaak in het daklozencircuit terechtkomen. Om deze jongeren, het gaat dan in dit geval om Antilliaanse jongeren, op te vangen zijn er in Rotterdam vijf projecten voor begeleid wonen opgezet. Hiermee worden 100 plaatsen voor dakloze Antilliaanse jongeren van 18 tot en met 23 jaar ingericht en gevuld. Het gaat om de volgende projecten: Un kas pa mamanan (Een huis voor moeders), Na Kas (Thuis zijn) en Nos kosecha (Onze oogst) van Flexus, jongerenopvang van het Centrum voor Dienstverlening en E kaminda pa majan (De weg naar morgen) van het Leger des Heils. Elk van de genoemde vijf projecten kenmerkt zich door een eigen doelgroep, leeftijdscategorie en begeleidingswijze. Voor alle projecten zijn de uitgangspunten: het oplossen van de problemen, het wegwijs maken in de sociale zekerheid en het begeleiden naar zelfstandigheid. Uit onderzoek van SoZaWe blijkt echter dat de vraag naar bijzondere huisvesting groter is dan het aanbod, zeker als het gaat om Antilliaanse jongeren. In 2008 zijn daarom 20 extra plekken voor de opvang van deze jongeren gecreëerd. Daarnaast zijn we in 2007 begonnen met een ‘woonschool’ voor 7 gezinnen: een interventie- en woonbegeleidingsproject voor jonge Antilliaanse moeders. Het doel van de woonschool is om deze gezinnen normaal te laten functioneren binnen de Rotterdamse samenleving. Woongedrag, zicht op scholing en werk en een gezond pedagogisch klimaat voor de kinderen zijn daarbij essentieel.
Interview Huismeester Woonschool: Chelique Clementina, werkzaam bij Flexibel Wonen Ik houd toezicht bij de cliënten en het onderhoud van de portieken. Ik spreek cliënten aan als er buggy’s in het trappenhuis staan en er vuilniszakken liggen. En ik loop elke dag rond 22.30 uur een controleronde. Ik probeer de cliënten te motiveren zodat ze de opgegeven opdrachten van de coaches uitvoeren want het is wel een tweede kans die ze krijgen.
"Ik ben de ogen en de oren van de gezinscoaches" 24
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 25
Interview Gezinscoach Woonschool, Natascha Blokland, werkzaam bij RadarUitvoering De Woonschool is een samenwerking van RadarUitvoering, Jeugdplein en Flexibel Wonen. We zijn officieel op 1 december 2007 van start gegaan. Ik begeleid de cliënten op alle leefgebieden. Dit doe ik samen met collega Henk Jones, werkzaam bij Jeugdplein. Als iemand in aanmerking wil komen voor de Woonschool moet zij aan de volgende criteria voldoen: • Minimaal 1 kind en maximaal 4 personen per woning • Alleenstaand en zwervend in Charlois • Minimaal 18 jaar en maximaal 36 jaar Woningen worden woonklaar opgeleverd aan de cliënten. Met woonklaar bedoelen we dat er een vloer ligt en de muren zijn gedaan. Het meubilair moeten zij zelf aanschaffen. We willen er wel in de toekomst naar toe werken dat de woningen inclusief meubilair worden opgeleverd.
"Een goede start voor een kind begin je bij moeder"
Gezinscoaching Een bepaalde groep probleemgezinnen heeft geen baat bij bestaande voorzieningen omdat deze voorzieningen onvoldoende bijdragen aan een structurele oplossing van de problemen in het gezin. Het gaat om gezinnen met meervoudige problemen op het gebied van huisvesting, financiën, opleiding en zorg- en opvoedingstaken. Ze zijn ook al eens met justitie in aanraking zijn geweest. Bij deze gezinnen ontbreekt het aan de basale vaardigheden die nodig zijn om verandering in de situatie te brengen. Het zijn gezinnen waarmee zich vaak meerdere hulpverleningsinstanties bemoeien. De jongeren uit deze gezinnen groeien op met een slecht toekomstperspectief als gevolg van (dreigende) schooluitval en onvoldoende sociale en maatschappelijke vaardigheden en hebben omgang met groepen jongeren met een beginnende of al bestaande criminele carrière. Seksuele promiscuïteit en groepsseks komen in deze groepen voor, waarbij het besef van goed en kwaad in de loop van de tijd vervaagt. De jongeren beschikken over een verstoord normbesef dat niet uitsluitend met repressie of normstellende interventies hersteld kan worden. De moeders in deze gezinnen zijn te veel bezig met zaken als huisvesting, inkomen en gezinsveiligheid om zich druk te kunnen maken om andere zaken. Om deze moeilijke groep probleemgezinnen de helpende hand te bieden is in 2005 de IBAGaanpak ontwikkeld. IBAG staat voor intensieve begeleiding Afro-Caribische gezinnen. De methode is geënt op de succesrijke VIG-aanpak (Vroegtijdige Interventie in criminele carrière Gezinnen) en bestaat uit een methodische en multidisciplinaire aanpak. De doelen van IBAG 25
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 26
zijn: normstellend, gedragsveranderend, probleemgedrag verminderend en toegesneden op de reële vragen en problemen van Antilliaanse gezinnen. De aanpak is niet vrijblijvend. In totaal zijn gezinscoaches actief in 42 Antilliaanse gezinnen.
Bereiken en mobiliseren van meisjes en vrouwen Vanuit zogeheten vrouwenstudio’s (bijv. Cleo Patria) worden vrouwen geworven thuis en op straat en bij organisaties waar zij reeds bekend zijn. De eerste vrouwen die zich bij het programma hebben aangesloten hebben een wervende werking op andere vrouwen uit de doelgroep. Cleo Patria wil Antilliaanse vrouwen en meisjes in de wijk bereiken en mobiliseren door activiteiten te organiseren met empowerment als doel. Tienermoeders vormen een belangrijke doelgroep in de aanpak. Aanknopingspunt zijn moeders met een positief rolmodel. Het zijn sleutelfiguren die (potentieel) de vaardigheden hebben om andere vrouwen te werven en bij te staan in hun ontwikkeling en die als coach kunnen optreden bij contacten met school, overheidsloketten en instanties. Ook kunnen ze mediator zijn bij problemen. De programma’s gaan over opvoeding, relaties, seksualiteit en geweld. Hierover wordt gesproken binnen de veilige omgeving van de studio’s. Instellingen worden uitgenodigd om informatie te geven over financiën, schuldhulpverlening, drugs en zorg. Dat laatste is bijvoorbeeld belangrijk om vrouwen te leren hun eigen hulpvragen te formuleren. De studio’s werken met als credo ‘voor vrouwen, door vrouwen’. Het werkveld van Cleo Patria speelt zich af buiten de reikwijdte van bestaande sociaalmaatschappelijke voorzieningen. De studio’s willen een overbrugging zijn tussen de geïsoleerde situatie waarin vrouwen zich bevinden en de reguliere voorzieningen, inclusief zelforganisaties en instellingen. Het doel is vrouwen te emanciperen en hen door te geleiden naar de bestaande hulp- en zorgvoorzieningen. Daarom wordt ook afstemming en samenwerking met deze instellingen gezocht. Via drie vrouwenstudio’s worden vanaf 2006 jaarlijks 140 Antilliaanse vrouwen en meisjes bereikt.
Koraal Een analyse van de politie heeft geleid tot de vaststelling dat er sprake was van een harde kern van circa 195 Antillianen, die zich, ondanks de bestaande aanpak, schuldig bleef maken aan het plegen van strafbare feiten. Dit heeft geleid tot het project Koraal. De politie werkt hierbij nauw samen met de stadsmarinier Antillianen. Medio 2007 is de politie gestart met de uitvoering van dit project. Hierdoor wordt deze groep van 195 harde kern criminele Antillianen structureel en intensief aangepakt. Doelstelling van deze aanpak is dat 50% van de groep binnen 1 jaar en 100% van de groep binnen 2 jaar niet meer op de lijst voorkomt. Dit wordt bereikt doordat de persoon niet meer woonachtig is in de regio, is opgenomen in een zorgtraject, in detentie zit of zich gedraagt. Deze aanpak beoogt eveneens een positief effect (minder overlastgevend gedrag, minder schoolverzuim, succesvollere werkgelegenheidsprojecten) op het gedrag van andere Antillianen in de omgeving van de 195 harde kern criminelen. Iedereen van de lijst krijgt door de politie een brief uitgereikt 26
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 27
met uitleg en spelregels. Antillianen van de lijst van 195 die in detentie zitten worden 14 dagen voor in vrijheidstelling bezocht. Wanneer de Koraal-lijst- die jaarlijks in juli wordt geactualiseerd- op dit moment geactualiseerd zou worden, zouden 149 Antillianen- die nu wel op de lijst staan- niet meer voor vermelding op die lijst in aanmerking komen
New Song Save Met als uitgangspunt religie weet de stichting New Song via de kerk goed contact te maken met moeilijk bereikbare Antillianen. Bij de aanpak wordt stevig geleund op begeleiding vanuit een evangelisch perspectief en de inzet van positieve rolmodellen. Een spiritueel appèl om te breken met een verkeerde leef- en handelwijze wordt aangevuld met een duidelijk perspectief op een andere daginvulling. De New Song organisatie heeft een jarenlange ervaring opgebouwd met de rehabilitatie van criminele en verslaafde personen. Het succes zit hem in een combinatie van enerzijds een religieuze gemeenschap met veel maatschappelijke activiteiten en anderzijds de inzet van gerehabiliteerde personen als pastoraal werker. New Song is op 1 mei 2006 gestart en er worden nu 53 personen geholpen die problemen hebben op het gebied van wonen, werken, scholing en financiën.
Overige projecten Er zijn natuurlijk nog veel meer succesvolle projecten te noemen. Het is echter onmogelijk ze allemaal te beschrijven. Opnoemen kan wel: • • • • • • • • • • • •
Proksimo Exito Mentor Millinxsysteem OTA groepsaanpak en mentor coaching In de Maat Intensieve handhaving Leerplicht Leerplicht Nieuwkomers Survival Do Nazorg ex-gedetineerden Re-integratieproject Roteb Remigratie Antillen Deskundigheidsbevordering Antilliaanse doelgroep
• • • • • • • • • •
Nelson Mandela Festival SKON Union ta hasi Forsa Tra Huntu Youth for Christ Wervingscampagne agenten Curaçao Kennis voor Curaçao Leerlingbemiddeling Curaçao Antilliaans Perspectief Leerstoel Jeugd en Educatie
27
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 28
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 29
B I J L A G E N
Feiten en cijfers
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 30
Op 1 januari 2007 wonen 19.920 Antillianen in Rotterdam. Op dat moment telt Rotterdam 584.046 inwoners, 3,3% van de inwoners is Antilliaans Totale en Antilliaanse bevolking in Rotterdam in 2005, 2006 en 2007
Totale Rotterdamse bevolking Aantal Antillianen Aandeel Antillianen
1-1-2005 596597 20026 3,4%
1-1-2006 588718 19406 3,3%
1-1-2007 584046 19290 3,3%
Bron: COS
Antillianen als deel van de bevolking per deelgemeente in Rotterdam 1 januari 2007
Bron: COS
30
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 31
Spreiding van de Antilliaanse bevolking naar deelgemeente
Delfshaven 13,1%
11,8% Noord 5,7% Feijenoord
10%
15,4%
IJsselmonde Prins Alexander
21% Charlois 15,4% 7,6%
Hoogvliet Overige deelgemeenten
Bron: COS
Antilliaanse bevolking naar leeftijd
7,6% 55 jaar en ouder 0-24 jaar 25-54 jaar 43,9%
48,5%
Bron: COS
31
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 32
Rotterdamse bevolking naar leeftijd
25%
55 jaar en ouder
30,6%
0-24 jaar 25-54 jaar
44,4%
Bron: COS
Verdeling van Antilliaanse bevolking in Rotterdam naar geslacht en leefsituatie op 1 januari 2007 Antillianen Rotterdam man 9261 48,0% 285781 48,9% vrouw 10029 52,0% 298265 51,1% alleenstaand paar met kinderen paar zonder kinderen eenoudergezin overig Bron: COS
32
4681 3913 1924 8097 675 19290
24,3% 20,3% 10,0% 42,0% 3,5% 100,0%
136142 217697 133603 80209 16395 584046
23,3% 37,3% 22,9% 13,7% 2,8% 100,0%
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 33
Migratie van de Rotterdamse bevolking in 2005
Aantal Antillianen Rotterdam Aandeel Antillianen
Vestiging
Vertrek
Saldo
2032 29490 6,9%
2903 37701 7,7%
-871 -8211
Saldo als aandeel van de bevolking op 1-1-2005 4,3% 1,4%
Bron: COS
Geregistreerd wettelijk schoolverzuim in schooljaar 2006-2007 Aantal verzuim gevallen 543 5257
Antillianen Rotterdam
Bevolking 5-19 jaar 5284 99387
% verzuim als deel van de bevolking 10,3% 5,3%
Bron: dienst JOS
Personen van 18 t/m 22 jaar met een uitkering 25%
Antillianen 18-22 jaar 22,6 21,9
20%
Rotterdam 18-22 jaar 19.6 16,8 14,9
15%
14,4 13,9
10% 7,7
7,5 6,4
6,8
5%
7,2
8 5,4 4,7 2,6
0% 2000
Bron: COS
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 34
Personen van 23 jaar en ouder met een uitkering
40%
Antillianen 23 jaar en ouder Rotterdam 23 jaar en ouder
35%
35,9
34,5
30,7
32,7
30%
29.7
31,1 29
25%
26,8
20% 15% 10,3
10,4
9,9
9,9
9,6
9,4
10%
9
8,7
5% 0% 2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
Bron: COS
Aantal verdachte jongeren in Rotterdam in 2007
Antillianen Totaal Rotterdam
Bron: JVK/Politie
34
Aantal verdachten 607 6514
Aantal personen van 13 t/m 22 jaar 3819 74455
Verdachten als deel van de bevolking 15,9% 8,7%
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 35
35
Cahier11
17-03-2008
10:46
Pagina 36
Omslag Cahier11
17-03-2008
10:45
Pagina 2
Huntu nos por logra Samen kunnen we het bereiken "Huntu nos por logra, samen kunnen we het bereiken" is een uitgave van de Directie Veiligheid van de gemeente Rotterdam. Niets uit deze uitgave mag overgenomen of vermenigvuldigd worden zonder toestemming van de rechthebbende. Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. Productie Tekstbijdragen:
Tekstbewerking Vormgeving Fotografie Druk Oplage Datum
Directie Veiligheid Chris Heiberg Rianne Swinkels Neiza Franciska Louis Weltens Linda Zoon, Grafisch Bureau DUS Joop Reyngoud Tom Pilzecker Edauw & Johannissen 1.500 exemplaren maart 2008
Meer informatie: Directie Veiligheid Postbus 70012 3000 KP Rotterdam
[email protected]
Omslag Cahier11
17-03-2008
10:45
Pagina 3
Huntu nos por logra
3