ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
ACTIEPROGRAMMA
AANPAK OUDERENMISHANDELING
AMSTERDAM
Gemeente Amsterdam Dienst Zorg en Samenleven december 2008
1
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
SAMENVATTING Aandacht voor huiselijk geweld tegen ouderen is een van de onderwerpen die genoemd worden in het bestuursakkoord 2006-2010. In dit actieprogrogramma wordt een aanpak ouderenmishandeling uitgewerkt als een van de onderdelen van de aanpak huiselijk geweld in Amsterdam. Het actieprogramma is opgezet in samenwerking met de Werkgroep Ouderenmishandeling Amsterdam, bestaande uit stadsdelen Noord en Zuid, welzijnsstichting Puur Zuid, stichting Markant voor mantelzorgers en vrijwilligers, GGD, Politie Amsterdam Amstelland en het Steunpunt Huiselijk Geweld uitgevoerd door de Blijf Groep Amsterdam. De doelstelling van de aanpak ouderenmishandeling is vierledig, te weten: • Het voorkomen en terugdringen van ouderenmishandeling (preventie) • Het vroegsignaleren (melden en registreren) • Het bieden van adequate hulpverlening en zorg • Het inbedden van het strafrechtelijk traject. De visie op de aanpak van ouderenmishandeling is in de volgende vijf uitgangspunten gevat. 1. Ketenpartners werken met een integrale en eenduidige aanpak. 2. De aanpak ouderenmishandeling valt onder de structuur van de aanpak huiselijk geweld. 3. De aanpak ouderenmishandeling heeft een relatie met de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, waarbij de begeleiding van de mantelzorgers specifieke aandacht verdient. 4. We bestrijden sociaal isolement door de weerbaarheid van ouderen te versterken. 5. Cultuurspecifieke achtergronden spelen een rol in de aanpak van ouderenmishandeling. Dekking van de kosten vindt gedeeltelijk plaats uit de extra VWS-middelen voor 2008 die in het kader van de beleidsbrief “Beschermd en weerbaar” aan de centrumgemeenten beschikbaar zijn gesteld. Voor de actiepunten Meldpunt en Zorgcoördinatie kunnen extra middelen van VWS uit 2009 worden ingezet. Voor het actiepunt Crisisopvang zal eerst de behoefte aan deze vorm van opvang onderzocht worden voordat gekeken wordt wat financieringsbronnen kunnen zijn. (mogelijk AWBZ) Medio 2009 zal hierover meer duidelijkheid worden geboden.
Zestien actiepunten Draagvlak en sturing 1) Projectleiding wordt ingevuld door de ambtelijke trekker aanpak van huiselijk geweld bij DZS. 2) Draagvlak en commitment wordt door de gemeente Amsterdam onder meer gestimuleerd door (bestaande) subsidies in te zetten en prestatieafspraken te maken met de maatschappelijke organisaties. 3) Samenwerking centrale stad, stadsdelen en maatschappelijke partners wordt vergroot door onder meer de uitwisseling van expertise en kennis.
2
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
Structuur 4) Sluitende aanpak wordt vormgegeven door een casuïstiek overleg (per stadsdeel, dan wel regionaler) en een ketenoverleg (centraal georganiseerd). Hierin worden samenwerkingsafspraken gemaakt en bewaakt. 5) Meldpunt Ouderenmishandeling wordt ingericht als backoffice van het telefonische meldingsnummer van het Steunpunt Huiselijk Geweld. 6) Zorgcoördinatie wordt gekoppeld aan het Meldpunt Ouderenmishandeling. Expertise 7) Een specialistenpool wordt daar waar nodig getraind en kan daarna op verzoek en aanvraag van organisaties ingezet worden. 8) De behoefte aan scholing en deskundigheidsbevordering van professionals wordt geïnventariseerd en er worden middelen beschikbaar gesteld voor deze scholing en training. Aanpak 9) Voorlichting en preventie worden gerealiseerd door materiaal en/of programma’s te ontwikkelen om de bekendheid van het publiek met het thema te vergroten en de zelfredzaamheid van ouderen te vergroten. 10) Mantelzorgers geven we extra ondersteuning en begeleiding, omdat uit onderzoek blijkt dat overbelasting in een groot percentage van de gevallen leidt tot een bepaalde vorm van (onbedoelde) mishandeling door de mantelzorger. 11) Cultuurspecifieke achtergronden worden in de aanpak meegenomen en we gaan daarvoor ook in gesprek met de landelijke koepelorganisaties migranten en lokale zelforganisaties. 12) Sociaal netwerk wordt zoveel mogelijk intact gehouden wanneer de oudere niet meer thuis kan wonen. 13) Crisisopvang is er onvoldoende en de uitbreidingsmogelijkheden worden verruimd. Monitor, evaluatie en communicatie 14) Monitor wordt ingezet als bewaking van de voortgang van de resultaten van de actiepunten uit het actieprogramma. 15) Evaluatie vindt plaats in 2011 en de tussentijdse evaluaties koppelen we aan de rapportages van de aanpak Huiselijk Geweld. 16) Communicatieplan wordt opgesteld.
3
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
INHOUD 1. Inleiding 2. Omschrijving van de problematiek 3. Reikwijdte van het programma 4. Visie op aanpak ouderenmishandeling 5. Ketensamenwerking 5.1. De ketenpartners 6. Doel van de aanpak ouderenmishandeling 6.1. Beoogde resultaten 7. Zestien acties 7.1. Draagvlak en sturing 1) Projectleiding 2) Samenwerking centrale stad, stadsdelen en maatschappelijke partners 3) Draagvlak en commitment 7.2. Structuur 4) Sluitende aanpak 5) Meldpunt Ouderenmishandeling 6) Zorgcoördinatie 7.3. Expertise 7) Specialistenpool 8) Scholing en deskundigheidsbevordering professionals 7.4. Aanpak 9) Voorlichting en preventie 10) Mantelzorgers 11) Cultuurspecifieke achtergronden 12) Sociaal netwerk 13) Crisisopvang 7.5. Monitor, evaluatie en communicatie 14) Monitor 15) Evaluatie 16) Communicatieplan 8. Begroting en dekkingsvoorstel
4
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
1. Inleiding Ouderenmishandeling is een maatschappelijk probleem dat steeds meer erkenning en herkenning krijgt. Maatschappelijke instellingen krijgen ook in groeiende mate met dit fenomeen te maken, ook door een sterk vergrijzende bevolking. Overheden besteden in toenemende mate aandacht aan dit maatschappelijk probleem. In het maatschappelijk veld behoort ouderenmishandeling tot één van de vormen van huiselijk geweld en is als zodanig onderdeel van de aanpak huiselijk geweld. Er zijn echter specifieke kennis en vaardigheden nodig bij professionals. Voor veel mensen, ook voor de professionals, is het gegeven echter nog relatief nieuw en schokkend. Bijkomend aspect is dat er ook een zeker taboe op rust, omdat een relatief groot percentage mantelzorgers zich er schuldig aan maakt. Er is veel waardering voor mantelzorgers en het is moeilijk te accepteren dat juist deze mensen soms zo veel druk ervaren dat zij zich schuldig maken aan mishandeling. In Amsterdam is er sinds enkele jaren aandacht voor deze problematiek, maar een stadsbrede aanpak ontbreekt evenals een protocol voor samenwerking tussen de ketenpartners. Er is een werkgroep aanpak ouderenmishandeling opgericht om het actieprogramma op te stellen. De Dienst Zorg en Samenleven is de trekker van deze werkgroep. Tevens is vertegenwoordiging van de stadsdelen in de werkgroep aanwezig. De werkgroep bestaat uit: stadsdelen Zuid en Noord, Puur Zuid (ouderenadviseurs), Markant (mantelzorg), afdeling OOV (gemeente), politie Amsterdam Amstelland, GGD vangnet en advies en het Steunpunt Huiselijk Geweld.
2. Omschrijving van de problematiek Naarmate mensen ouder worden worden ze vaak afhankelijker en kwetsbaarder. Ze hebben hulp nodig in de huishouding, bij hun eigen persoonlijke verzorging of het beheren van hun financiën. Sommige ouderen verliezen hun geheugen of andere cognitieve functies. De buitenwereld wordt voor hen vaak minder makkelijk toegankelijk dan voorheen. Ontwikkelingen die ouderen sneller slachtoffer maken van mishandeling. De definitie van ouderenmishandeling die we hanteren is: “al het handelen of nalaten van handelen van degenen die in een persoonlijke of professionele relatie met de oudere staan, waardoor de oudere persoon (herhaaldelijk) lichamelijke en/of psychische en/of materiële schade lijdt, dan wel vermoedelijk lijden zal en waarbij van de kant van de oudere sprake is van een vorm van gedeeltelijke of volledige afhankelijkheid.” (Comijs e.a. 1996, p. 18) Uit het eerste, grootschalige onderzoek naar het verschijnsel ouderenmishandeling blijkt dat landelijk 1 op de 20 ouderen slachtoffer is van een vorm van mishandeling. Dit cijfer is gebaseerd op aangiften en schattingen (Comijs e.a. 1996). Er heerst echter gêne om te melden, ongeloof en onbekendheid en de inschatting is dat het cijfer hoger ligt. Een ander onderzoek uit datzelfde jaar (Pot e.a. 1996) toont aan dat ongeveer een derde deel van de mantelzorgers van demente ouderen zich schuldig maakt aan een vorm van ouderenmishandeling. Ook de beroepskrachten en vrijwilligers maken zich soms schuldig aan mishandeling. Een opvallende constatering is dat de helft van het percentage ouderenmishandeling bewust wordt “gepleegd” en dat de andere helft te wijten is aan overbelaste
5
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
mantelzorgers. Inmiddels wordt gedacht dat het percentage van overbelaste mantelzorgers hoger ligt dan gedacht. In een onderzoek onder verpleeghuizen kwam naar voren dat 43% van de werkzame verpleeghuisartsen zei ooit te maken hebben gehad met ouderenmishandeling (Bardelmeijer 2007 Er is grofweg een tweedeling te maken in gevallen van ouderenmishandeling, namelijk: opzettelijke mishandeling door partners, (klein)kinderen en andere familieleden, buren, vrienden, kennissen (onder meer financieel misbruik, fysiek geweld, intimidatie) en ontspoorde zorg door overbelaste mantelzorgers). Kenmerkend voor de mishandeling is dat het een structureel karakter heeft. Er zijn verschillende verschijningsvormen, te weten: • lichamelijke mishandeling (slaan, schoppen, vastbinden, drogeren) • psychische mishandeling (beledigen, bedreigen, treiteren, intimideren, vernederen, vals beschuldigen) • verwaarlozing (onthouden van lichamelijke en/of medische zorg, negeren behoefte van geestelijke ondersteuning/behoefte aan aandacht) • uitbuiting (afpersen, ontvreemden van geld of goederen, financieel kort houden, misbruik maken van goedgelovigheid, valse beloftes) • seksueel misbruik (aanranding, verkrachting, ongewenst confronteren met pornografisch materiaal) • schending van rechten (geen vrijheid, geen privacy, inperking zelfbeschikking, geen bezoek, geen telefoon). (zie Heerwaarden en Schaafsma, 2005, p. 12)
3. Reikwijdte van het actieprogramma Voor de aanpak ouderenmishandeling wordt in eerste instantie het accent gelegd op de aanpak binnen de thuissituatie. In latere instantie zal de aanpak uitgebreid worden naar ouderenmishandeling in een intramurale situatie.
4. Visie op aanpak ouderenmishandeling Wij kunnen het probleem rondom ouderenmishandeling misschien niet helemaal oplossen, maar we hebben de ambitie om het geweld en de mishandeling te beperken en ervoor te zorgen dat hulpverlening aan slachtoffer en dader geaccepteerd wordt. De aanpak van ouderenmishandeling bestaat uit de volgende vijf uitgangspunten. a) De ketenpartners werken met een integrale en eenduidige aanpak. Bij de aanpak van ouderenmishandeling zijn verschillende instellingen partner. Het gaat om het verlenen van opvang en verzorging van de ouderen, maar ook om de begeleiding van de mantelzorgers, de behandeling van een verslaafd familielid, of de strafrechtelijke aanpak van een pleger. De aanpak moet op elkaar afgestemd worden. Dat kan bijvoorbeeld in een casuïstiek
6
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
overleg en in een ketenoverleg. Bekeken moet worden hoe dit wordt georganiseerd. Amsterdam heeft veertien stadsdelen. Hun aanpak verkeert in verschillende stadia van ontwikkeling. Er moet ruimte zijn voor eigenheid van het stadsdeel, omdat elk stadsdeel te maken heeft met andere partners en er sprake is van een specifieke dynamiek. Er moet echter ook een eenduidige aanpak worden ontwikkeld die richting geeft aan een deskundige en structurele aanpak van ouderenmishandeling. b) De aanpak ouderenmishandeling valt onder de structuur van de aanpak huiselijk geweld. We maken gebruik van de bestaande structuren en vermijden het inrichten van nieuwe structuren. Er zijn steunpunten huiselijk geweld in Amsterdam en er is een centraal telefoonnummer waar burgers en professionals advies kunnen vragen en kunnen melden. Ouderenmishandeling zien we als een vorm van huiselijk geweld en de aanpak van ouderenmishandeling koppelen we als een specifieke backoffice aan het Steunpunt Huiselijk Geweld. De bestaande procesafspraken huiselijk geweld zullen voor de aanpak ouderenmishandeling zoveel mogelijk gevolgd worden. c) De ondersteuning en begeleiding van de mantelzorgers krijgt binnen de aanpak ouderenmishandeling extra aandacht. Voor veel mensen is het shockerend dat een groot percentage mantelzorgers zich schuldig maakt aan ouderenmishandeling. Dit is meestal te wijten aan een grote overbelasting. Zij kunnen de zorg eigenlijk niet meer aan en vinden het moeilijk om dit kenbaar te maken. Ouderenmishandeling door mantelzorgers is in veel gevallen een kwestie van onmacht en niet van opzettelijkheid. De mogelijkheden voor ondersteuning aan mantelzorgers zijn meegenomen in het basispakket voor de mantelzorg (zie B&W besluit 27 mei 2008 “Basispakket voor mantelzorgers in Amsterdam”).1 d) Weerbaarheid van ouderen voorkomt sociaal isolement. Ouderenmishandeling komt vooral voor bij ouderen die kwetsbaar zijn en afhankelijker worden van derden. De versterking van eigen kracht is hierbij van groot belang. Het bevorderen van participatie van ouderen aan het sociaal maatschappelijk leven voorkomt en vermindert het sociaal isolement en versterkt daarmee hun eigen kracht. Dit is een moeilijk te beïnvloeden factor, omdat de verantwoordelijkheid hiervoor primair bij de ouderen zelf ligt. De gemeente Amsterdam en haar partners zien het als hun taak om hierbij een faciliterende rol te spelen. 1
De centrale doelstelling van het basispakket mantelzorg is het tegengaan en voorkomen van overbelasting bij mantelzorgers. Daarvoor zijn vier producten beschikbaar, te weten: 1. informatie en advies De informatiefunctie wordt ondergebracht bij de loketten Zorg en Samenleven in de stadsdelen. De adviesfunctie wordt ondergebracht in de backoffice van het loket en bestaat onder meer uit een drie gesprekken voor een mantelzorg die verduidelijking van zijn hulpvraag nodig heeft. 2. overname van mantelzorgtaken Het organiseren van de overname van mantelzorgtaken vindt plaats in de backoffice van de loketten. Het vinden en matchen van vrijwilligers is een taak van de vrijwilligersorganisaties in de informele zorg. De professionele respijtzorg wordt geleverd door zorginstellingen. 3. emotionele en educatieve steun Collectieve vormen van steun door middel van bijeenkomsten en trainingen en deskundigheidsbevordering, lotgenotencontacten worden door (een) aanbieder(s) naar keuze van het stadsdeel gegeven. 4. materiële steun Een parkeervergunning voor mantelzorgers is een vorm van materiële steun en is bestaand beleid.
7
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
e) Cultuurspecifieke achtergronden spelen een rol in de aanpak. Er is nog weinig hard cijfermateriaal over mishandeling van migrante ouderen. Onder migrante groepen zijn veel mantelzorgers actief. Het risico op overbelasting van mantelzorgers is hoog. Het is denkbaar dat er verschillen zijn tussen vorm, aard en omvang van ouderenmishandeling in de verschillende gemeenschappen. Het is van belang dat hiermee rekening wordt gehouden in de aanpak. Nader onderzoek is hiervoor noodzakelijk.
5. Ketensamenwerking Ouderenmishandeling is net als andere vormen van geweld in de privésfeer een maatschappelijk probleem, dat alleen in gezamenlijkheid opgepakt kan worden. In Amsterdam wordt binnen het kader van huiselijk geweld aandacht geschonken aan deze problematiek. Uitgangspunt is om deze problematiek op te pakken met alle maatschappelijke partners. In december 2007 vond een expertmeeting plaats over ouderenmishandeling voor een breed publiek van maatschappelijke partners. Eén van de voorgenomen acties was het instellen van een werkgroep ouderenmishandeling die verantwoordelijk zou worden voor het opstellen van een actieprogramma voor de aanpak ouderenmishandeling. Uit de expertmeeting kwamen conclusies en aanbevelingen naar voren, die als input hebben gediend voor dit actieprogramma. De keten bestaat uit verschillende subketens die met elkaar verbonden moeten zijn. Twee ketens in de aanpak zijn de strafrechtelijke keten en de hulpverleningsketen. Daarnaast is het duidelijk dat ook de preventie- en signaleringsketen een belangrijke rol vervult.
5.1. De ketenpartners Meldkamers • Steunpunten Huiselijk Geweld • Meldpunt Zorg en Overlast • WMO loketten Zorg en Samenleving Strafrechterlijke keten • Politie Amsterdam Amstelland • Openbaar Ministerie • Reclassering Hulpverleningsketen (1e en 2e lijnszorg) • Markant, steunpunt Mantelzorg • Vrijwilligers • GGD Amsterdam • Ziekenhuizen (eerste hulpposten) • Huisartsen • Algemeen Maatschappelijk werk • Thuiszorg
8
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
• • • • • •
Ouderenadviseurs Verpleeg en Verzorgingshuizen Zorginstellingen Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) Verslavingszorg (voor verslaafde kinderen die hun ouders mishandelen)
Belangenbehartiging • Ouderenadviesraden • Patiënten- en consumenten platforms • Kerken en moskeeën • Zelforganisaties minderheden • CABO (Centrum Advies en Beleid Oudere migranten) Flankerende organisaties • Woningcorporaties • Energiebedrijven • Welzijnswerk • Inspectie Volksgezondheidszorg
6. Doel van de aanpak ouderenmishandeling De doelstelling van de aanpak ouderenmishandeling is vierledig, te weten: • Het voorkomen en terugdringen van ouderenmishandeling (preventie) • Het vroegsignaleren (melden en registreren) • Het bieden van adequate hulpverlening en zorg • Het inbedden van het strafrechtelijk traject.
6.1 Beoogde resultaten 1. De ketenpartners kunnen de burgers / slachtoffers / plegers op adequate manier voorlichten over ouderenmishandeling en op wat voor manier deze moet worden voorkomen en / of teruggedrongen. 2. De burger weet duidelijk waar hij / zij terecht kan wanneer hij / zij met ouderenmishandeling te maken krijgt, hetzij als slachtoffer, als getuige, als pleger. 3. Professionals (onder meer ouderenadviseurs, GGD / GGZ medewerkers) weten hoe ze vormen van ouderenmishandeling kunnen herkennen en aan wie ze moeten doorverwijzen en hoe ze moeten handelen / behandelen. 4. De medewerkers van het Steunpunt Huiselijk Geweld weten de signalen van ouderenmishandeling te onderscheiden van andere vormen van huiselijk geweld en weten hoe ze moeten handelen. 5. Medewerkers van de politie weten de signalen van ouderenmishandeling te onderscheiden van andere vormen van huiselijk geweld en weten hoe ze moeten handelen.
9
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
6. Professionals weten hoe ze om moeten gaan met slachtoffers van ouderenmishandeling en zorgen er voor zover mogelijk is voor dat deze behandeling / aanpak in samenwerking met de ketenpartners wordt uitgevoerd. 7. Professionals weten welke behandeling / aanpak plegers moeten krijgen en zorgen er voor zover mogelijk is voor dat deze behandeling / aanpak in samenwerking met de ketenpartners wordt uitgevoerd. 8. De maatschappelijke partners kennen de rol en de taak van de politie in het strafrechtelijk traject en werken op een adequate manier samen met de politie. Zij adviseren de slachtoffers om aangifte te doen bij de politie.
7. ZESTIEN ACTIES Voor de aanpak van ouderenmishandeling worden 16 acties voorgesteld die nodig zijn om ouderenmishandeling aan te pakken. Er is een onderverdeling gemaakt naar de volgende vijf terreinen: • Draagvlak en sturing • Structuur • Expertise • Aanpak • Monitor, evaluatie en communicatie
7.1. Draagvlak en sturing 1. Projectleiding 5 Er is behoefte aan regie op de uitvoering van dit actieprogramma. Het is van belang dat er een trekker is voor deze beginfase. Deze trekkersrol wordt ondergebracht bij de projectleider Huiselijk Geweld bij DZS. Het actieprogramma aanpak ouderenmishandeling wordt nader uitgewerkt en vertaald in een implementatieplan. Product: regiefunctie Planning / deadline: 2009 (implementatieplan), projectleiding tot 2011 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: reguliere ambtelijke capaciteit 2. Draagvlak en commitment 5 Ouderenmishandeling staat nog onvoldoende op de agenda. Er is onvoldoende breed draagvlak. Mede daardoor is een schaarste aan tijd en middelen geconstateerd. Er moeten tijd en middelen worden vrijgemaakt. De gemeente voert regie op het organiseren van draagvlak voor de aanpak van dit probleem, ook door subsidies in te zetten voor de aanpak van ouderenmishandeling via het maken van prestatieafspraken. Hierbij moeten ook de regiogemeenten worden betrokken. Het actieprogramma wordt tezijnertijd ook aan de regiogemeenten voorgelegd. Product: opstellen van convenant met prestatieverplichtingen van de ketenpartners, inclusief het procesmodel aanpak ouderenmishandeling
10
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
Planning / deadline: september 2008 – mei 2009 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: capaciteit en inzet van de ketenpartners voor de afstemming en de samenwerking, naast het inzetten van (bestaande) subsidiebudgetten (bijvoorbeeld de nieuwe impuls ter voorkoming van isolement van onder meer ouderen)
7.2. Structuur 3. Samenwerking centrale stad, stadsdelen en maatschappelijke partners 5 Er is behoefte aan samenwerking bij de aanpak ouderenmishandeling en het delen van kennis en ervaring. Er wordt een aantal bijeenkomsten georganiseerd tussen centrale stad, stadsdelen en maatschappelijke partners. Doel van deze bijeenkomsten is het verbeteren van de samenwerking, bepalen van de verschillende rollen in de aanpak ouderenmishandeling en kennis en expertise met betrekking tot de aanpak ouderenmishandeling uit te wisselen. De samenwerking tussen stad en stadsdelen wordt vormgegeven binnen het kadermodel Huiselijk Geweld. Zowel de stadsdelen als de centrale stad beschikken over budgetten voor de aanpak van huiselijk geweld. Binnen deze budgetten wordt ook ruimte gemaakt voor de aanpak van ouderenmishandeling. Product: organiseren van kennis-/netwerkbijeenkomsten Planning / deadline: gedurende periode 2009 - 2011 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: €20.000 (incidenteel in 2009 en 2010) 4. Sluitende aanpak 5 Er wordt nog niet overal voldoende samengewerkt en men weet elkaar niet altijd te vinden. Ook is de routing niet altijd duidelijk. We willen komen tot een gelijke aanpak voor de stad. Van belang is dat de partners een duidelijk beeld hebben van hun eigen rol en dat de partners hun verwachtingen van de andere partijen ook duidelijk tegen elkaar uitspreken. Van belang is ook dat de aanpak integraal wordt opgepakt, gericht op slachtoffer en dader. Er komt één meldpunt (zie actiepunt 6). Er worden hiertoe twee typen overleggen ingesteld, te weten: een casuïstiek overleg en een ketenoverleg. In het casuïstiek overleg worden de aanmeldingen besproken, en wordt een behandelingstraject opgesteld. In het ketenoverleg worden de samenwerkingsafspraken nader uitgewerkt. De knelpunten in de samenwerking komen aan bod en hier worden de samenwerkingsprotocollen opgesteld (verbetering samenwerking partners met de eerste lijn, routing keten, overlegstructuur, regie, mandatering en verantwoordelijkheden) Afhankelijk van de caseload en mogelijk andere overwegingen wordt het casuïstiek overleg centraal (centrale stad) georganiseerd of meer regionaal (samenwerking stadsdelen). In verschillende stadsdelen is al ruime ervaring met de aanpak van ouderenmishandeling opgedaan. Mogelijk leiden de verschillen in ontwikkelingsfase in de stadsdelen ook tot een verschil in organisatiestructuur. Dit ketenoverleg moet aansluiten bij
11
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
bestaande netwerken (ASHG, mantelzorg, multiproblemgezinnen, verslavingszorg). Hierbij is registratie een extra aandachtspunt. We streven naar een praktisch werkbare organisatie. Product: oprichten van casuïstiek overleg en ketenoverleg en het opstellen van een procesmodel voor de aanpak van ouderenmishandeling Planning / deadline: september 2008 – mei 2009 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: nog te bepalen
5. Meldpunt Ouderenmishandeling 5 De structuur van aanmelding is nu nog onvoldoende duidelijk. We richten een Meldpunt Ouderenmishandeling in. Dit Meldpunt brengen we net als het Meldpunt Eergerelateerd Geweld onder bij het centrale telefoonnummer van het Steunpunt Huiselijk Geweld. Signalen kunnen ook bij de eerstelijns zorg binnenkomen zoals bij de huisarts, maar alle signalen moeten uiteindelijk worden gemeld bij het steunpunt huiselijk geweld om een centraal punt van registratie te hebben. Van belang is tevens dat op dit moment landelijk een meldcode voor huiselijk geweld ontwikkeld wordt. Zodra deze beschikbaar is zal deze ook voor gevallen van ouderenmishandeling ingezet worden. Product: meldpunt ouderenmishandeling Planning / deadline: april 2009 Trekker: n.t.b. Geschat budget en middelen: €50.000 (structureel, vanaf 2009) 6. Zorgcoördinatie 5 De partners weten elkaar niet altijd te vinden. Er is onvoldoende zicht op het verloop van de hulpverleningstrajecten. De afstemming tussen hulpverlening en behandeling is nu nog niet optimaal. We stellen zorgcoördinatie in die de (keten)aanpak coördineert. De zorgcoördinatie ligt bij het Meldpunt Ouderenmishandeling dat aanhaakt bij het casuïstiek overleg en het ketenoverleg op stedelijk danwel stadsdeelniveau. Van belang is het gebruik van een goed registratiesysteem voor de melding en de opvolging daarvan. Overwogen moet worden om dit af te stemmen op de andere registratiesystemen van backoffices van huiselijk geweld. Met partijen op stadsdeelniveau moeten heldere afspraken gemaakt worden over het casuïstiekoverleg en vormen van consultatie. De reeds opgebouwde expertise wordt behouden en meer effectief benut. Product: zorgcoördinatie Planning / deadline: mei 2009 (NB: pilotperiode start eerder, in ieder geval samen met de start van het Meldpunt) Trekker: n.t.b. Geschat budget en middelen: €100.000 (2 fte structureel, vanaf 2009)
12
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
7.3. Expertise 7. Specialistenpool 5 Er is sprake van een groeiende expertise en deskundigheid onder verschillende professionals en bij meerdere stadsdelen. Er is wel grote behoefte aan expertise en deskundigheid op plekken waar deze nog niet zo ontwikkeld is. Door inzet van de bestaande ervaring, expertise en deskundigheid op plekken waar minder ervaring en kennis voorhanden is kan de expertise groeien. Dit bevordert ook de eensluidende aanpak. We brengen de deskundigen bij elkaar in een pool van specialisten en trainen meer mensen als specialist en deskundige. Deze mensen kunnen op aanvraag worden ingezet op plekken waar deze expertise nodig is. Product: pool van specialisten Planning / deadline: oktober 2008 – mei 2009 Trekker: n.t.b. Geschat budget en middelen: €10.000 (incidenteel, 2009) 8. Scholing en deskundigheidsbevordering professionals 5 Er is grote behoefte aan scholing en toerusting op het terrein van signalering en hulpverlening. We besteden in de uitvoering ruim aandacht aan scholing en toerusting van de signalering en hulpverlening. Dat moet een continu proces zijn bij alle organisaties die met en voor ouderen werken. We maken gebruik van het train-the-trainerprincipe. In de prestatie-afspraken met contractpartners wordt opgenomen dat medewerkers op dit onderwerp getraind worden. Product: inventarisatie van beschikbare trainingen en deskundigheidsbevordering, alsmede extra middelen beschikbaar stellen voor scholing en deskundigheidsbevordering Planning / deadline: januari 2009 – aug 2009 Trekker: n.t.b. Geschat budget en middelen: €20.000 (incidenteel, 2009)
7.4. Aanpak 9. Voorlichting en preventie 5 Er is bij het grote publiek weinig bekend over ouderenmishandeling. Er wordt nog weinig gedaan om ouderenmishandeling te voorkomen. Daarnaast is het een onderwerp dat zich in de taboesfeer bevindt. Er moet voorlichtingsmateriaal komen waardoor bekendheid van het publiek en professionals in bijvoorbeeld zorginstellingen met het onderwerp groter wordt. De kans op vroegsignalering wordt zo vergroot. Daarnaast kan het onderwerp met goede voorlichting uit de taboesfeer gehaald worden, waardoor de bereidheid om hulp te zoeken of te aanvaarden groter wordt. Voor de preventie zal worden aangesloten bij bestaande producten zoals de middelen die in 2008 en 2009 beschikbaar zijn om een impuls te geven aan onder meer de voorkoming en de bestrijding
13
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
van eenzaamheid onder ouderen van 55 jaar en ouder.2 Dit biedt de maatschappelijke partners mogelijkheden om initiatieven op dit terrein te ontwikkelen. Product: Publicatie van voorlichtingsmateriaal over ouderenmishandeling. Opnemen van het thema ouderenmishandeling in de campagne huiselijk geweld. Planning/deadline: augustus 2009 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Budget: 20.000€
10. Mantelzorgers 5 Uit de onderzoeken komt naar voren dat sommige mantelzorgers door overbelasting pleger kunnen worden. Dat gebeurt meer dan men denkt. Hierover bestaat veel ongeloof en hierop rust vaak nog een taboe. In samenwerking met de ketenpartners zal er extra aandacht en ondersteuning besteed worden aan mantelzorgers die langdurig en intensief zorgen voor een oudere en die het risico lopen op overbelasting. Product: een plan van aanpak voor professionals en vrijwilligers in zorg en welzijn gericht op het ondersteunen en tijdig signaleren en verwijzen van mantelzorgers die risico lopen op overbelasting om daarmee het risico van ouderenmishandeling te verkleinen/ voorkomen. Planning / deadline: plan van aanpak mei 2009, de implementatie tot 2011 Trekker: steunpunt Mantelzorg Geschat budget en middelen: €30.000 (incidenteel, 2009) 11. Cultuurspecifieke achtergronden 5 Er is nog weinig hard cijfermateriaal over mishandeling van migrante ouderen. De cultuurspecifieke achtergronden werken we uit in de ketenaanpak. Denk hierbij bijvoorbeeld aan taalproblemen, taboedoorbreking en problemen rond illegaliteit. Onder migrante groepen komt ook veel mantelzorg voor en daarmee ook het risico op bijvoorbeeld overbelaste mantelzorgers. We gaan in gesprek met onder meer de landelijke koepelorganisaties migranten, de lokale zelforganisaties en de CABO. Indien nodig kan er extra onderzoek gedaan worden. Op basis hiervan stellen we een plan van aanpak op. Overwogen zal worden of dit ook in het procesmodel aanpak ouderenmishandeling meegenomen moet worden. Product: plan van aanpak (ofwel op zichzelf staand, dan wel verwerkt in het procesmodel) Planning / deadline: mei 2009, daarna implementatie tot 2011 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: n.v.t. 12. Sociaal netwerk 5 Wanneer een oudere uit zijn omgeving geplaatst wordt omdat er sprake is van mishandeling door plegers in zijn / haar directe omgeving valt ook het overige sociale netwerk van buren en vrienden weg. Dit is met hulpverlening moeilijk te compenseren.
2
De regeling betreft een “Impuls ter voorkoming en bestrijding van eenzaamheid onder ouderen van 55 jaar en ouder, volwassenen met een lichamelijke beperking, met een verstandelijke beperking of met een chronische ziekte in 2008 en 2009.” (B&W besluit, 12 augustus 2008)
14
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
Indien een oudere uit zijn omgeving geplaatst moet worden naar aanleiding van een geval van ouderenmishandeling, zal er door de hulpverlener in het hulpverleningsplan ook standaard aandacht gegeven moeten worden voor het behoud van het sociaal netwerk van de oudere. Daarnaast zal een sterker sociaal netwerk in een crisissituatie minder makkelijk wegvallen. Om dit te realiseren zal worden aangesloten bij de producten die beschikbaar zijn3 om eenzaamheid onder ouderen te voorkomen en te bestrijden. Dit biedt de maatschappelijke partners mogelijkheden om initiatieven op dit terrein te ontwikkelen. Product: Zorg voor sociaal netwerk opnemen in afspraken met hulpverlening. Verwerken van aanpak in het procesmodel aanpak ouderenmishandeling Planning / deadline: mei 2009, daarna implementatie tot 2011 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: n.v.t. 13. Crisisopvang 5 Er is te weinig opvang van ouderen die in een crisissituatie uit huis moeten worden geplaatst. De opvang van ouderen in een crisissituatie moet worden verbeterd en uitgebreid. De behoefte moet worden onderzocht. De ontwikkelingsfase vergt afstemming en samenwerking in 2009. Realisatie plannen we in 2010. De financiering hiervan vergt ook nader onderzoek. Product: uitbreiding crisisopvang (inclusief toetsen van opvangbehoefte) Planning / deadline: december 2009 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: €100.000 vanaf 2010 (twee plekken, bron financiering vergt nader onderzoek) (structureel)
7.5. Monitor, evaluatie en communicatie 14. Monitor 5 De voortgang van het actieprogramma moet worden bewaakt. We zetten een monitor op de uitvoering van het actieprogramma, waarin we het vertrekpunt schetsen en de op te leveren gegevens en cijfers. Product: een monitor tot 2011 Planning / deadline: januari 2009 en bewaking tot 2011 Trekker: Onderzoek en statistiek, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: reguliere ambtelijke capaciteit
3
De regeling betreft een “Impuls ter voorkoming en bestrijding van eenzaamheid onder ouderen van 55 jaar en ouder, volwassenen met een lichamelijke beperking, met een verstandelijke beperking of met een chronische ziekte in 2008 en 2009.” (B&W besluit, 12 augustus 2008)
15
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
15. Evaluatie 5 Het actieprogramma moet worden geëvalueerd. Het actieprogramma aanpak ouderenmishandeling moet worden geëvalueerd in 2011. Dit wordt uitgevoerd door een onafhankelijk partij. Indien nodig houden we een tussentijdse evaluatie die gekoppeld wordt aan de rapportages van huiselijk geweld. Product: een evaluatie voor de periode tot 2011 Planning / deadline: medio 2011 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: reguliere capaciteit van alle ketenpartners 16. Communicatieplan 5 Het onderwerp is precair, complex en kent veel verschijningsvormen en kanten. We maken een communicatieplan, waarin we aanhaken bij de goed lopende ontwikkelingen die er al zijn, zoals de bekendheid van het meldpunt, de belangrijke functies van zelforganisaties, kerk en moskee en de toenemende acties rond mantelzorgondersteuning. Product: een communicatieplan voor de periode tot 2011 Planning / deadline: maart 2009 Trekker: DZS, gemeente Amsterdam Geschat budget en middelen: €20.000 (incidenteel)
8. Begroting en dekkingsvoorstel. Schema begroting Actie Omschrijving no. 9. Communicatie en preventie 3. Samenwerking centrale stad, stadsdelen en maatschappelijke partners 4 5. 6. 7.
Sluitende aanpak Meldpunt Ouderenmishandeling Zorgcoördinatie Specialistenpool
8. 10. 13.
Scholing en deskundigheidsbevordering Mantelzorgers Crisisopvang
16
Communicatieplan Totaal incidenteel in 2009 Totaal incidenteel in 2010 Totaal structureel vanaf 2009 Totaal structureel vanaf 2010
Structureel
Incidenteel €20.000 €10.000 in 2009 en €10.000 in 2010
€50.000 vanaf 2009 €100.000 vanaf 2009 €10.000 in 2009 €20.000 in 2009 €30.000 €100.000 (ontwikkelingsfase in 2009, realisatie in 2010) €20.000 in 2009 €110.000 € 10.000 €150.000 €250.000 Totaal in 2009 Totaal in 2010 Totaal vanaf 2011
16
€260.000 €260.000 €260.000
Opmerkingen
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
Dekking van de kosten vindt gedeeltelijk plaats uit de extra VWS-middelen voor 2008 die in het kader van de beleidsbrief “Beschermd en weerbaar” aan de centrumgemeenten beschikbaar zijn gesteld. Voor de actiepunten Meldpunt en Zorgcoördinatie kunnen extra middelen van VWS uit 2009 worden ingezet. Voor het actiepunt Crisisopvang zal eerst de behoefte aan deze vorm van opvang onderzocht worden voordat gekeken wordt wat financieringsbronnen kunnen zijn. (mogelijk AWBZ) Medio 2009 zal hierover meer duidelijkheid worden geboden.
17
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
BIJLAGE 1
Bronnen
Literatuur
Bakker, H. J. Beelen en C. Nieuwenhuizen De au van ouderdom – Ouderenmishandeling perspectieven voor de hulpverlening, NIZW, Meppel, 1999
Bardelmeijer, E.A.M. Ouderenmishandeling in het verpleeghuis – ervaringen, kennis en behoeften van verpleeghuisartsen – resultaten van literatuuronderzoek en inventariserend empirisch onderzoek onder verpleeghuisartsen, Nijmegen, Maastricht
CMO en GGD/GGZ Projectplan voor de aanpak van ouderenmishandeling in de provincie Groningen, CMO en GGD/GGZ, Groningen, 2003
Comijs, H.C., e.a. Agressie ten en benadeling van ouderen – een onderzoek naar ouderenmishandeling, Vrije Universiteit, Amsterdam, 1996
Dongen, M. van, en A. Muller Projectvoorstel – signalring en hulpverlening, Ouderenmishandeling in Dordrecht, De Grote Rivieren, Dordrecht, 2003
Heerwaarde, Y. van, en K. Schaafsma Je ziet het pas als je het gelooft - Preventie en bestrijding van ouderenmishandeling, Landelijk Platform van Ouderenmishandeling, Amsterdam, 2003
Kriek, F., en R. Oude Ophuis Een verkennend onderzoek naar ouderenmishandeling, Regioplan. Politie en Wetenschap, 2003
Pot, A.M., R. van Dyck, C. Jonker en D.J. Deeg Verbal en physical agression against demented elderly by informal caregivers in The Netherlands, in ”Social Psychiatric Epidemiology - 31”, pagina 156-162, 1996
Rijksvoorlichtingsdienst Ondersteuning gemeenten bij Publiekscommunicatie Huiselijk geweld – onderzoek naar de wenselijkheid van een Toolkit publiekscommunicatie, Rijksvoorlichtingsdienst/Publiek en Communicatie, Den Haag, 2004
Stichting Alexander Zonder drempels, quickscan Advies- en Steunpunten Huiselijk Geweld 2004, Stichting Alexander, Amsterdam, 2004
STOL Eindrapportage project STOL – Samenwerking Tegen Ouderenmishandeling Limburg, Prinsenbeek, STOL, 2002
18
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
Websites
VNG: www.aanpakhuiselijkgeweld, nl
Movisie: www.movisie.nl
Groningen: www.huiselijkgeweldgroningen.nl
Twente: www.huiselijkgeweldtwente.nl/geweld/ouderenmishandeling.php
Limburg: www.ggdzzl.nl/infoover/OGGZ_vangnet
Dordrecht: www.degroterivieren.nl
Haarlem: huiselijkgeweldhaarlem.nl
USZ/NCEA: www.elderabusecenter.org/default.cfm
Australie/INPEA: www.inpea.net/Index.htm
Engeland: www.elderabuse.org.uk
19
ACTIEPROGRAMMA AANPAK OUDERENMISHANDELING AMSTERDAM Amsterdam, december 2008
BIJLAGE 2
Een korte terugblik
Een korte terugblik 2
1997 Landelijke initiatieven bij het NIZW.
2
1999 Amsterdamse Initiatiefgroep o.l.v. NIZW, en georganiseerd door Welzijn Ouderen Amsterdam. Zitting hadden Riagg, LOC, COSBO, Politie, Dienst Welzijn Amsterdam, Politie, Markant en Thuiszorg. De initiatiefgroep kwam ca. 10 x bijeen en maakte een plan van aanpak.
2
2000 Plan van aanpak. Hierin A) bewustwording en signalering van ouderenmishandeling door voorlichting aan een ruime groep professionals en
2
vrijwilligers. B) Aanmelding en aanpak van ouderenmishandeling, waarbij de wijkpost als aanmeldplek werd gezien. De initiatiefgroep organiseerde vervolgens een startconferentie.
2
2000 Startconferentie waarin 22 verschillende instellingen en gemeentelijke organen (waaronder echter veel uitvoerenden) de volgende tekst ondertekenden: Wij, bij ouderen betrokken organisaties in Amsterdam, onderkennen het verborgen probleem van ouderenmishandeling en zien het belang van een gemeenschappelijke aanpak. We zijn bereid hieraan een bijdrage te leveren door een samenwerkingsconvenant te sluiten en door samen met onze partners hiervoor voldoende middelen, d.w.z. personeel, deskundigheid, en financiën beschikbaar te stellen dan wel te verkrijgen. Een van de vervolgacties was het snel opzetten van een meldpunt in Noord.
2 2
2001 Start meldpunt in Amsterdam Noord. 2002 Poging tot nieuw leven. Uit de evaluaties kwam naar voren dat het onderwerp continue publiciteit nodig heeft, dat de samenwerking in de backoffice bemoeilijkt werd door de werkdruk binnen de organisaties en onvoldoende afspraken m.b.t. de privacy verhinderden de samenwerking.
2
2004 Werkgroep Ouderenmishandeling in het kader van Huiselijk Geweld: medio 2003 kwam op initiatief van de Gemeente Amsterdam en georganiseerd door de ‘Vrouwenopvang Amsterdam’ voor de eerste maal een werkgroep bijeen teneinde invulling te geven aan het stedelijk beleid m.b.t. ‘Huiselijk Geweld’. Ouderen bleken daarin een vergeten categorie. In 2004 werd daarom een aparte werkgroep gevormd met de opdracht beleid te ontwikkelen m.b.t. ‘Ouderenmishandeling’.
2
2004 Startconferentie campagne ‘Huiselijk Geweld’. Hierin werd geconstateerd dat welzijn en zorg soms (tè) omzichtig omgaan met dit soort privé-situaties, er moet domweg ingegrepen worden, dat signalering door publiciteit en voorlichting bij huisartsen, mantelzorg, thuiszorg, vrijwilligers op gang moet komen, en dat niet gestart moet worden voordat de hulpverlening geregeld is. Vragen die gesteld werden: Zijn de meldpunten ook al goed toegerust voor ouderenmishandeling? En hoe ga je om met privacyregels bij de samenwerking.
2
2005 Samenwerking met Advies- en Steunpunt en telefonische meldpunten ‘Huiselijk Geweld’ .
2
2006 Scholing ouderenadviseurs.
2
2007 Expertmeeting Aanpak Ouderenmishandeling.
2
2008 presentatie concept-actieprogramma Ouderenmishandeling
20