Actieplan 2015 Stichting Buitenschoolse Opvang et Nabuut Afdeling de Peutersoos
Gezondheid
Parkstraat 72 1506 WE Zaandam 075 – 6165701 / 06-34038566 www.etbuut.nl / www.depeutersoos.nl
Actieplan Gezondheid 2015 Versie maart 2015
Algemeen De inventarisatielijst gezondheid bestaat uit vier onderdelen: 1. 2. 3. 4.
Gezondheidsrisico’s door overdracht van ziektekiemen Gezondheidsrisico’s als gevolg van het binnenmilieu. Gezondheidsrisico’s als gevolg van het buitenmilieu. Gezondheidsrisico’s ten gevolge van (uitblijven van )medisch handelen.
Vrijwel geen enkel risico kan uitgesloten worden. Dat betekent dat de houding van leiding en ouders/verzorgers van wezenlijk belang zijn bij het uitsluiten van de risico’s. Elke dag voordat de kinderen komen overleggen de leidsters met elkaar. Het bestuur en leidsters zorgen ervoor dat iedereen scherp blijft bij het hanteren van de afspraken. Kinderen wordt geleerd zich aan de regels te houden. Ouders worden zowel schriftelijk als mondeling geïnformeerd. Een keer per zes/acht weken is er overleg met bestuur en leiding. Hierin worden de gezondheidsrisico’s besproken. Het bestuur van de Peutersoos zorgt ervoor dat alle onderwerpen worden uitgevoerd. Waar nodig worden er aftekenlijsten vervaardigd. In onderstaand verslag worden de gezondheidsrisico’s beschreven, worden er tips gegeven en worden er indien nodig opmerkingen geplaatst en verantwoordelijke personen genoemd. Verder is het van belang te melden dat alle leidsters elk jaar bijscholing EHBO /BHV volgen, speciaal gericht op ongevallen bij kinderen.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 2
Inhoud Gezondheidsrisico’s door overdracht van ziektekiemen.................................................................................................... 6 1. De kans dat een kind via ongewassen handen van groepsleiding in contact komt met ziektekiemen is .................... 6 2. De kans dat een kind via onzorgvuldig gewassen handen van groepsleiding in contact komt met ziektekiemen is . 6 3. De kans dat een kind in contact komt met ziektekiemen van een zieke leidster is ..................................................... 6 4. De kans dat het kind in contact komt met pus of vocht uit blaasjes/wondjes van een ander kind............................. 6 5. De kans dat een kind in contact komt met ziekte kiemen door aanhoesten niezen door ander kind is ..................... 7 6. De kans dat een kind via snot van een ander kind in contact met ziektekiemen komt is............................................ 7 7. De kans dat een kind in contact komt met pus of vocht uit blaasjes of wondjes van ander kind is ............................ 7 8. De kans dat kinderen via een washandje waarmee handen of monden van meerdere kinderen ( gewassen) worden in contact komt met ziekte kiemen is ................................................................................................................. 7 9. De kans dat een kind besmet raakt met ziekte kiemen via een ander kind dat met ongewassen handen van het toilet komt is ..................................................................................................................................................................... 7 10. De kans dat een kind besmet raak met ziektekiemen via een ander kind dat met onzorgvuldig gewassen handen van toilet komt is .............................................................................................................................................................. 7 11. De kans dat een kind in contact komt met ontlasting van een ander kind door gebruik grote closetpot is ............. 8 12. De kans dat een kind door het aanraken van vuil potje in contact met ontlasting/urine komt is ............................. 8 13. De kans dat een kind door het aanraken van een vuile luier in contact komt met ontlasting/urine is ..................... 8 14. De kans dat een kind door een verontreinigde verschoontafel/aankleedkussen in contact komt is
met ontlasting/urine 8
15. De kans dat een kind door on (zorgvuldig) gewassen handen van groepsleiding in contact komt met ontlasting/urine is............................................................................................................................................................. 8 16. De kans dat een kind via het afdrogen van de handen aan een vuile handdoek of door gebruik van een vuile kraan in contact met ziektekiemen komt is ..................................................................................................................... 9 17. De kans dat een kind via speelgoed dat wordt meegenomen naar toilet in contact komt met ziektekiemen is ...... 9 18/19/20 NVT geen tandenborstels aanwezig op de speelzaal. .................................................................................... 9 21. De kans dat een kind gifstoffen of ziektekiemen binnen krijgt door het eten van bedorven voedsel is ................... 9 22. De kans dat een kind door het eten van onhygiënisch bereid voedsel ziektekiemen binnen krijgt is....................... 9 23. De kans dat een kind door gebruik van andermans drinkbeker of bestek ziektekiemen binnen krijgt is ................. 9 24. De kans dat een kind door aanraken van afval in contact met ziektekiemen komt is ............................................... 9 25. De kans dat een kind via een vuile vaatdoek in contact met ziektekiemen komt is ................................................ 10 26. De kans dat een kind door gebruik van vuile of andermans fopspeen ziektekiemen binnen krijgt is ..................... 10 27. De kans dat een kind via vuil speelgoed in contact met ziektekiemen komt is ....................................................... 10 28. De kans dat een kind via vuile verkleedkleren in contact met ziektekiemen komt is .............................................. 10 29. De kans dat kind via onzorgvuldig of niet gewassen speelgoed/knuffels in contact komt met ziektekiemen is..... 10 30. De kans dat een kind via met ontlasting vervuild zwemwater in contact met ziektekiemen komt is ..................... 10 31. De kans dat een kind door zichtbaar vervuilt zwemwater in contact met ziektekiemen komt is ........................... 11 Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 3
32. De kans dat kind ziektekiemen binnen krijgt doordat waterspeelgoed aanzet tot drinken van zwemwater is ...... 11 33. De kans dat een kind door eten, drinken/ snoepen in het zwembadje in contact komt met ziektekiemen is ........ 11 34. De kans dat een kind via (uitwerpselen van) ongedierte in contact met ziektekiemen komt is ............................. 11 35. De kans dat een kind door bijten of krabben van een dier in contact met ziektekiemen komt is........................... 11 Gezondheidsrisico’s als gevolg van het binnenmilieu. ..................................................................................................... 12 36. De kans dat een kind in een ruimte, die bedompt ruikt, verblijft is......................................................................... 12 37. De kans dat een kind in te koude ruimte verblijft is................................................................................................. 12 38. De kans dat een kind in een te warme ruimte verblijft is ........................................................................................ 12 39. De kans dat een kind in een muf ruikende ( vochtige) ruimte verblijft is ................................................................ 12 40. De kans dat een kind in een te droge ruimte verblijft is .......................................................................................... 12 41. De kans dat een kind in aanraking komt met allergenen via stoffering van verblijfsruimte is ................................ 13 42. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met rook is ......................................................................................... 13 43. De kans dat een kind in een stoffige ruimte verblijft is ............................................................................................ 13 44. De kans dat een kind wordt bloot gesteld aan vluchtige stoffen is......................................................................... 13 45. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan gassen uit (open) verbrandingstoestellen ....................................... 13 46. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met asbest is ...................................................................................... 13 47. De kans dat een kind schadelijke stoffen binnen krijgt via de ventilatie voorziening is .......................................... 14 48. De kans dat een kind wordt bloot gesteld aan lawaai is .......................................................................................... 14 49. De kans dat een kind water drinkt uit een loden leiding is ...................................................................................... 14 50. De kans dat een kind in een ruimte verblijft met (huis) dieren die een allergie kunnen oproepen is..................... 14 51. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met planten die een allergie kunnen oproepen is ............................. 14 52. De kans dat een kind in een vervuilde ruimte verblijft doordat schoonmaak ontoereikend is ............................... 14 53. De kans dat een kind verblijft in een ruimte tijdens schoonmaakwerkzaamheden is ............................................. 14 54. De kans dat een kind in contact met allergenen of huisstofmijten via verkleedkleren komt is .............................. 15 55. De kans dat een kind in contact met allergenen of huisstofmijten via knuffels komt is.......................................... 15 Gezondheidsrisico’s als gevolg van het buiten milieu ..................................................................................................... 16 56. De kans dat kind wordt blootgesteld aan stuifmeel van gras, onkruid of bomen die allergie kunnen oproepen is 16 57. De kans dat een kind in zandbak aanwezige ontlasting (hond/kat) in contact met ziektekiemen komt is ............. 16 58. De kans dat een kind wordt gebeten door een teek is............................................................................................. 16 59. De kans dat een kind wordt gestoken door een bij of wesp is ................................................................................. 16 60. De kans dat een kind een zonnesteek krijgt is ......................................................................................................... 16 61. De kind dat een kind uitdroogd is............................................................................................................................. 16 62. De kans dat een kind verbrandt door de zon is ........................................................................................................ 17 63. De kans dat een kind onderkoeld raakt is ................................................................................................................ 17 64. De kans dat een kind in contact komt met bestrijdingsmiddelen is ........................................................................ 17
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 4
65. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan chemisch vervuilde grond is ............................................................ 17 66. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan verontreinigde buitenlucht is .......................................................... 17 Gezondheidsrisico’s ten gevolge van (het uitblijven van) medisch handelen. ................................................................ 18 67. De kans dat een kind verkeerde medicatie toegediend krijgt is .............................................................................. 18 68. De kans dat een kind een bedorven medicament toegediend krijgt is .................................................................... 18 69. De kans dat een kind paracetamol krijgt zonder diagnose is ................................................................................... 18 70. De kans dat kind niet of onjuist medische behandeld wordt door een onvolledig of onjuist medisch dossier is ... 18 71. De kans dat een kind ondeskundig medisch behandeld wordt door personeel is................................................... 18 72. De kans dat een kind via een koortsthermometer in contact met ziektekiemen komt is ....................................... 18 73. De kans dat een kind in contact met ziektekiemen via zalf of crème komt is.......................................................... 18 74. De kans dat een kind door onhygiënisch wondverzorging met andermans bloed of wondvocht komt is .............. 18 Bijlage 1 .............................................................................................................................................................................. 19 Protocol bloedbloedcontact ........................................................................................................................................... 19
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 5
Gezondheidsrisico’s door overdracht van ziektekiemen 1. De kans dat een kind via ongewassen handen van groepsleiding in contact komt met ziektekiemen is Klein: Handen worden gewassen voor: Het aanraken van voedsel Het eten of helpen met eten Wondverzorging Handen worden gewassen na: Hoesten,niezen en snuiten Toilet gebruik Verschonen van een kind Het afvegen van de billen van een kind Contact met lichaamsvochten zoals speeksel ,snot, braaksel, ontlasting, wondvocht of bloed Contact met vuile was of afval Schoonmaakwerkzaamheden Opmerkingen: Punt van aandacht, elke dag. Eventueel gebruik van desinfecteer middel. Verantwoordelijk: Beppie, Sandra en Wendy
2. De kans dat een kind via onzorgvuldig gewassen handen van groepsleiding in contact komt met ziektekiemen is Klein: Handen met water en vloeibare zeep gewassen worden Men er op toeziet dat de zeep over de gehele handen verdeeld wordt De handen na het wassen goed schoon gespoeld worden Handen met een schone handdoek of papier gedroogd worden Opmerkingen: Punt van aandacht,elke dag eventueel ontsmetten met desinfecteer vloeistof Verantwoordelijk: Beppie, Sandra en Wendy
3. De kans dat een kind in contact komt met ziektekiemen van een zieke leidster is Klein: Zieke leidsters extra aandacht aan een goede handhygiëne besteden. Leidsters op de hoogte zijn van de ziek-en herstelmeldingsprocedure. Groepsleiding weten wanneer ze een arbo- arts moeten raadplegen. De leidsters weten hoe te handelen als ze ziek van vakantie terugkomen. Opmerkingen In de praktijk melden de leidsters zich bij bestuur in geval van ziekte. Het bestuur beslist welke handelingen ondernomen worden. Verantwoordelijk: bestuur
4. De kans dat het kind in contact komt met pus of vocht uit blaasjes/wondjes van een ander kind Klein: Wondjes worden afgedekt. Kinderen met gevaar voor besmetting mogen niet naar de speelzaal. Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 6
Opmerkingen: Als kinderen ziek zijn adviseert de speelzaal de ouders de kinderen thuis te houden. Als kinderen tijdens de speel ochtend ziek worden overleggen de leidsters met elkaar wat de beste aanpak zal zijn. Meestal wordt er contact met de ouders opgenomen. Hoofdleidster ( Beppie) is eindverantwoordelijke.
5. De kans dat een kind in contact komt met ziekte kiemen door aanhoesten niezen door ander kind is Groot: Maatregelen: Veelvuldig neuzen schoon maken met wegwerp zakdoek. Kinderen leren handen voor de mond te houden tijdens hoesten of niezen. Speelgoed extra schoon maken. Punt van aandacht: elke dag. Verantwoordelijk: Beppie, Sandra en Wendy
6. De kans dat een kind via snot van een ander kind in contact met ziektekiemen komt is Klein: Groepsleiding er op toeziet (Doen) dat de kinderen regelmatig hun neus snuiten. Verder zie 5.
7. De kans dat een kind in contact komt met pus of vocht uit blaasjes of wondjes van ander kind is Klein: Omdat de wondjes afgedekt worden. Maatregel: Kinderen met besmetting gevaar mogen niet naar de speelzaal. Verantwoordelijk: Beppie, Sandra en Wendy
8. De kans dat kinderen via een washandje waarmee handen of monden van meerdere kinderen ( gewassen) worden in contact komt met ziekte kiemen is Klein: Wegwerpwashandje / doekjes worden na elk gebruik direct weggegooid Maatregel: Aandachtspunt voor elke dag.
9. De kans dat een kind besmet raakt met ziekte kiemen via een ander kind dat met ongewassen handen van het toilet komt is Klein: Kinderen na ieder toilet bezoek hun handen wassen. Toezicht op handen wassen door leiding. Maatregel: Opstapje neer zetten en helpen met handen wassen. Aandachtspunt :voor elke dag voor beide leidsters.
10. De kans dat een kind besmet raak met ziektekiemen via een ander kind dat met onzorgvuldig gewassen handen van toilet komt is Klein: Kinderen geleerd wordt hun handen goed te wassen. Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 7
Er vloeibare zeep gebruikt wordt. Er zijn handdoek automaten geplaatst die na gebruik worden doorgetrokken.
Maatregel: Elke dag controleren en aftekenen via lijst. Verantwoordelijk: Beppie, Sandra en Wendy
11. De kans dat een kind in contact komt met ontlasting van een ander kind door gebruik grote closetpot is Klein: Wc bril verkleiner gebruikt wordt. Bij grote closetpotten een opstap mogelijkheid is. Toezicht bij toilet gebruik . Maatregel: Toezicht bij toilet gebruik en handen wassen. Verantwoordelijk: De leiding
12. De kans dat een kind door het aanraken van vuil potje in contact met ontlasting/urine komt is Klein: Potjes na gebruik gereinigd worden. Potjes buiten bereik van kinderen opgeborgen worden. Toezicht leiding.
13. De kans dat een kind door het aanraken van een vuile luier in contact komt met ontlasting/urine is Klein: Vuile luiers meteen worden weg gegooid. Een gesloten zak wordt gebruikt voor vuile luiers. De vuile luiers hangen buiten bereik van de kinderen. Maatregel: Zak wordt niet op kinderhoogte opgehangen, de zak wordt weg gegooid wanneer de leidsters klaar met verschonen zijn. Verantwoordelijk: Leiding
14. De kans dat een kind door een verontreinigde verschoontafel/aankleedkussen in contact met ontlasting/urine komt is Klein: De verschoonplek na ieder kind gereinigd wordt/ onderlegger verschoond wordt. Het aankleedkussen vervangen wordt nadat het tijk geschuurd of vies is . Maatregel: Na ontlasting wordt de onderlegger verschoond. Verantwoordelijke: Leiding
15. De kans dat een kind door on (zorgvuldig) gewassen handen van groepsleiding in contact komt met ontlasting/urine is Klein: Altijd na verschonen van kinderen of het afvegen van de billen de handen gewassen worden. Maatregel: Desinfecteermiddel/ handschoenen voor handen gebruiken. Verantwoordelijk: Leiding
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 8
16. De kans dat een kind via het afdrogen van de handen aan een vuile handdoek of door gebruik van een vuile kraan in contact met ziektekiemen komt is Klein: Er zijn handdoek automaten geplaatst die op peuterhoogte worden gezet. De kraan minimaal twee maal per dag gereinigd wordt. Maatregel: Toezicht houden. Verantwoordelijk: Leiding
17. De kans dat een kind via speelgoed dat wordt meegenomen naar toilet in contact komt met ziektekiemen is Klein: Leiding er op toeziet dat er geen speelgoed mee naar het toilet genomen wordt.
18/19/20 NVT geen tandenborstels aanwezig op de speelzaal. 21. De kans dat een kind gifstoffen of ziektekiemen binnen krijgt door het eten van bedorven voedsel is Klein: Gekoelde producten meteen in de koelkast gezet worden. Gekoelde producten onder de 7graden bewaard worden. Producten zo kort mogelijk voor gebruik uit de koelkast gehaald worden. Gekoelde producten die langer dan 30 minuten buiten de koelkast zijn geweest weggegooid worden. De houdbaarheid datum voor gebruik gecontroleerd wordt. Een product in een geopende verpakking in de koeling wordt het altijd voorzien van een datum Maatregel: Verse producten zoals fruit worden iedere dag vers meegegeven door ouders/verzorgers Melk wordt 2 keer per week vers ingekocht en op datum gecontroleerd. Verantwoordelijk: Sandra.
22. De kans dat een kind door het eten van onhygiënisch bereid voedsel ziektekiemen binnen krijgt is Klein: Leiding zorgt altijd zorgt voor een goede hygiëne. Er met schoon martiaal gewerkt wordt in en schone werkruimte. Voedselbereiding en verschonen gescheiden gebeurd. Maatregel: Handen voor het bereiden van eten goed reinigen. Verantwoordelijk: leiding
23. De kans dat een kind door gebruik van andermans drinkbeker of bestek ziektekiemen binnen krijgt is Klein: Drinkbekers en bestek na ieder gebruik afgewassen worden. Kinderen per maaltijd eigen servies hebben.
24. De kans dat een kind door aanraken van afval in contact met ziektekiemen komt is Klein : De emmers dagelijks leeggemaakt worden. Er wordt gebruikgemaakt van brandveilige afvalbakken.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 9
25. De kans dat een kind via een vuile vaatdoek in contact met ziektekiemen komt is Klein: De vaatdoek na gebruik met heet stromend water uitgespoeld wordt. Bij zichtbare verontreiniging, na vuile klusjes en minimaal elk dagdeel een schone vaatdoek gepakt wordt.
26. De kans dat een kind door gebruik van vuile of andermans fopspeen ziektekiemen binnen krijgt is Klein: Fopspenen zo min mogelijk gebruikt worden. Ieder kind zijn eigen herkenbare speen heeft. Fopspenen gescheiden (tasjes ) van elkaar opgeborgen worden. Maatregel: Gebruik van fopspenen word afgeraden op de speelzaal.
27. De kans dat een kind via vuil speelgoed in contact met ziektekiemen komt is Klein: Speelgoed in afgesloten kasten opgeborgen wordt. Zichtbaar verontreinigd speelgoed meteen gereinigd wordt. Speelgoed dat in de mond genomen word dagelijks gereinigd wordt. Het gebruikte speelgoed eenvoudig te reinigen is. Het aanwezige speelgoed slijtvast is. Beschadigt speelgoed meteen vervangen wordt. Speelgoed voor binnen en buiten gescheiden wordt. Maatregel: Elke dag controleren tijdens opruimen, zo nodig reinigen. Twee keer per jaar wordt al het speelgoed/bakken grond gereinigd. Verantwoordelijk: Leiding
28. De kans dat een kind via vuile verkleedkleren in contact met ziektekiemen komt is Klein: De verkleedkleren maandelijks gewassen worden. Maatregel: Zieke kinderen zitten bij juf tot ze opgehaald worden. Bij veel ziektegevallen worden de verkleedkleren gewassen en opgeruimd tot betere tijden. Verantwoordelijk: Leiding
29. De kans dat een kind via onzorgvuldig of niet gewassen speelgoed/knuffels in contact komt met ziektekiemen is Klein: Knuffels en stoffen speelgoed worden maandelijks gewassen. Alleen stoffen knuffels worden na het wassen in de droger gedroogd. Maatregel: Kinderen met besmettelijke aandoeningen worden geweigerd. Verantwoordelijk: Leiding
30. De kans dat een kind via met ontlasting vervuild zwemwater in contact met ziektekiemen komt is Niet aanwezig omdat er op de peuterspeelzaal geen zwembadjes gebuikt worden.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 10
31. De kans dat een kind door zichtbaar vervuilt zwemwater in contact met ziektekiemen komt is Niet aanwezig: Omdat er op de peuterspeelzaal geen zwembadjes gebruikt worden.
32. De kans dat een kind ziektekiemen binnen krijgt doordat waterspeelgoed aanzet tot het drinken van zwemwater is Niet aanwezig: omdat er op de peuterspeelzaal geen zwembadjes gebruikt worden.
33. De kans dat een kind door eten, drinken/ snoepen in het zwembadje in contact komt met ziektekiemen is Niet aanwezig: omdat er op de peuterspeelzaal geen zwembadjes gebruikt worden.
34. De kans dat een kind via (uitwerpselen van) ongedierte in contact met ziektekiemen komt is Klein: Plaagdieren uit het gebouw geweerd worden door kieren en naden af te dichten. Etensresten afgesloten bewaard worden en kruimels opgeruimd worden. Afval in gesloten containers of zakken opgeborgen wordt. Uitwerpselen van ongedierte direct opgeruimd worden. Maatregel: indien nodig aanschaf van vliegenlamp.
35. De kans dat een kind door bijten of krabben van een dier in contact met ziektekiemen komt is Klein: Groepsleiding alert is op het voorkomen dat kinderen door een dier gebeten of gekrabd wordt. Er steeds voldoende begeleiding bij bezoek van dieren aanwezig is. Met zorgvuldig omgaat met het voeren van dieren. Maatregel: in de speelzaal zijn geen dieren toegestaan .
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 11
Gezondheidsrisico’s als gevolg van het binnenmilieu. 36. De kans dat een kind in een ruimte, die bedompt ruikt, verblijft is Klein: Ramen of ventilatie roosters de hele dag open staan. In bedompt ruikende ruimtes meer ventilatie mogelijkheden (ramen of roosters) gecreëerd worden. Extra geventileerd wordt bij beweging spelletjes. Gedurende de nacht geventileerd wordt. Maatregel: regelmatig ventileren door middel van dakraam . Verantwoordelijk: aanwezige leiding.
37. De kans dat een kind in te koude ruimte verblijft is Klein: De temperatuur in alle verblijfruimtes gecontroleerd wordt. De temperatuur in de verblijfruimtes niet lager dan 17graden is. Maatregel: leiding controleert per ruimte de thermostaat kraan op juiste temperatuur.
38. De kans dat een kind in een te warme ruimte verblijft is Klein: De temperatuur in de verblijfsruimte op 20 graden ingesteld is en het ventilatie gedrag aangepast wordt wanneer de temperatuur oploopt. De ramen van de warme ruimtes ,waar zon opstaat van zonwering zijn voorzien. Als de temperatuur binnen oploopt boven de 25 graden , de ramen en deuren wijd open gezet worden. Op warme dagen s’nachts geventileerd wordt om het gebouw af te laten koelen. De temperatuur normaal gesproken niet boven de dertig graden komt. Maatregel: de dakkoepel is een goede ventilatie.
39. De kans dat een kind in een muf ruikende ( vochtige) ruimte verblijft is Klein: Oorzaken van een te hogen luchtvochtigheid zoals lekkages meteen bestreden worden. Ventilatie gedrag aangepast wordt als de activiteit daar om vraagt ( veel activiteit is veel vocht). In de verschillende ruimtes temperatuurverschillen van meer dan vijf graden voorkomen (om condensatie uit te sluiten.) Maatregel: In dien nodig overleg met Eric Hoorn voor plaatsing hygrometer. Verantwoordelijk: bestuur. 40. De kans dat een kind in een te droge ruimte verblijft is Klein: Oorzaken van te lagen luchtvochtigheid meteen besteden worden ( door bv schone natte doeken op de verwarming te leggen.) Maatregel: Zie maatregel 39
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 12
41. De kans dat een kind in aanraking komt met allergenen via stoffering van verblijfsruimte is Klein: Textiel op minimaal 60 gr gewassen wordt. Niet wasbare textiel zoals kussens of maatrassen van mijten werende hoes voorzien is. Geen tweede hands meubels in het gebouw aanwezig zijn. Gordijnen gewassen worden. Vloerkleden kort polig dus makkelijk te reinigen zijn.
42. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met rook is Niet: In de peuterspeelzaal en in alle andere ruimtes van de school geldt een rookverbod.
43. De kans dat een kind in een stoffige ruimte verblijft is Klein: Bij de inrichting van de ruimte stofnesten zijn voorkomen (meubilair op poten staat waar tussen het gemakkelijk schoonmaken is, of constructies die precies op de vloer aansluiten/meubels staan vast tegen de wanden.) Waar mogelijk gesloten opbergruimtes gebruik worden. Schoolborden met een vochtige doek schoongemaakt worden. De vloer en het meubilair dagelijks gereinigd wordt. Hoger gelegen oppervlakken wekelijks gereinigd worden. Verticale oppervlakken maandelijks gereinigd worden. Maatregelen: Stofvrij schoolkrijt gebruiken. Verantwoordelijke : Beppie.
44. De kans dat een kind wordt bloot gesteld aan vluchtige stoffen is Klein: Geen spuitbussen in ruimtes met kinderen gebruikt worden. De lijm die gebruikt wordt op waterbasis is. Geen wasbenzine, terpentine, verfafbijtmiddelen of andere chemicaliën met oplosmiddelen gebruikt worden. Geen verf, vlekkenwater of boenwaswas gebruiken waar kinderen bij zijn. Geen sterk geurende producten gebruikt worden (kies ook reinigmiddelen met zo weinig mogelijk geur).
45. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan gassen uit (open) verbrandingstoestellen Klein: Geisers, cv ketels en kachels periodiek gecontroleerd worden. Er geen geisers zijn zonder afvoer naar buiten. Er geen afzuigkappen zijn zonder afvoerkanaal naar buiten. Er geen gasoven gebruikt wordt. Maatregel: Er zijn vanuit de school onderhoud contracten afgesloten voor de geiser en de cv ketel. Verantwoordelijke: Zaan Primair
46. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met asbest is Klein: Verdacht materiaal onderzocht is op asbest. Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 13
Er geen niet-hechtgebonden asbest aanwezig is. Hechtgebonden asbest zo afgeschermd is dat het niet kan beschadigen.
Opmerkingen: De gebouwen zijn door de gemeente Zaanstad, eigenaar van de gebouwen, gecontroleerd op de aanwezigheid van astbest, in geen enkel gebouw is aangetroffen. Verantwoordelijk: Gemeente Zaanstad.
47. De kans dat een kind schadelijke stoffen binnen krijgt via de ventilatie voorziening is NVT
48. De kans dat een kind wordt bloot gesteld aan lawaai is Klein: Luidruchtige werkzaamheden zo gepland worden dat geluidsoverlast voorkomen kan worden Bij geluidsoverlast passende maatregelen genomen worden. Opmerkingen: Er is geen vermoeden van lawaaioverlast. De gemeente Zaanstad heeft in het kader van het verkrijgen van vergunningen metingen gedaan het aantal decibels overschrijd geen enkele norm. Verantwoordelijk: gemeente Zaanstad.
49. De kans dat een kind water drinkt uit een loden leiding is Niet aanwezig: omdat er geen loden leidingen zijn. Opmerkingen: De gemeente Zaanstad, eigenaar van de gebouwen heeft de leidingen gecontroleerd. Er zijn geen loden waterleidingen in gebruik. Verantwoordelijk: Gemeente Zaanstad.
50. De kans dat een kind in een ruimte verblijft met (huis) dieren die een allergie kunnen oproepen is Niet aanwezig: omdat er nooit dieren worden toegelaten op de speelzaal.
51. De kans dat een kind verblijft in een ruimte met planten die een allergie kunnen oproepen is Niet aanwezig: Er staan geen planten in de ruimte.
52. De kans dat een kind in een vervuilde ruimte verblijft doordat schoonmaak ontoereikend is Klein: Waarborg een consequente schoonmaak door een schoonmaak schema te hanteren. Er wordt gewerkt met afvinklijsten waar door het zichtbaar wordt of de voorgenomen werkzaamheden daadwerkelijk uitgevoerd zijn.
53. De kans dat een kind verblijft in een ruimte tijdens schoonmaakwerkzaamheden is Klein: Er gestofzuigd wordt op momenten dat er geen kinderen zijn. Bij handmatig stofwissen stofbindende doeken gebruikt worden. Maatregel: Er wordt niet schoongemaakt als de kinderen aanwezig zijn.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 14
54. De kans dat een kind in contact met allergenen of huisstofmijten via verkleedkleren komt is Klein: Verkleedkleren maandelijks gewassen worden. Alle verkleedkleren op 60gr gewassen kunnen worden.
55. De kans dat een kind in contact met allergenen of huisstofmijten via knuffels komt is Klein: Knuffels en stoffen speelgoed maandelijks gewassen worden. Alle knuffels op 60gr gewassen worden.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 15
Gezondheidsrisico’s als gevolg van het buiten milieu 56. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan stuifmeel van gras, onkruid of bomen die een allergie kunnen oproepen is Klein: Het plein is opgeknapt. Er is daarbij ook overbodige begroeiing weggehaald. Verantwoordelijk: Zaan Primair
57. De kans dat een kind in zandbak aanwezige ontlasting (hond/kat) in contact met ziektekiemen komt is Klein: Een net over de zandbak gespannen wordt waarmee wordt voorkomen dat de honden en katten geen toegang hebben tot de zandbak. Kinderen niet eten en drinken in de zandbak Kinderen na het spelen in de zandbak de handen wassen. Eventuele uitwerpselen van honden en katten met ruim zand uit de zandbak geschept worden. Opmerkingen: Elke dag wordt de zandbak afgesloten met een net. Een keer per jaar wordt het zand door de gemeente Zaanstad vervangen. Verantwoordelijk: Zand afdekken : leiding en het zand vervangen de school (gemeente).
58. De kans dat een kind wordt gebeten door een teek is NVT er is bijna geen begroeiing op het speelplein.
59. De kans dat een kind wordt gestoken door een bij of wesp is Klein: In de buitenruimte zoet eten en drinken beperkt wordt. Plakkerige handen en monden bij buiten spelende kinderen meteen schoongemaakt worden. Bij buiten drinken rietjes gebruikt worden om te voorkomen dat een bij of wesp in de keel terecht komt. Er buiten geen planten zijn die bijen of wespen aantrekken. Opmerkingen: Leidsters volgen elk jaar een EHBO bij scholing waarbij insectenbeten aan de orde komen. Verantwoordelijk: bestuur en leiding.
60. De kans dat een kind een zonnesteek krijgt is Klein: De buitenspeelplaats zo is ingericht dat er voldoende schaduw is. Als kinderen vel in de zon spelen petjes gebruikt worden om nek en hoofd tegen de zon te beschermen. Bij extreme hitte het spel aangepast wordt, zodat grote inspanning wordt vermeden. Maatregel : kinderen extra water te drinken geven. Door extra schaduw te creëren met parasols
61. De kind dat een kind uitdroogt is Klein : Kinderen bij hoge temperaturen extra drinken wordt aangeboden. Verantwoordelijk : leiding Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 16
62. De kans dat een kind verbrandt door de zon is Klein: Kinderen met een voor deze leeftijdscategorie bedoelde zonnebrandcrème ingesmeerd worden. Als kinderen veel in de zon spelen petjes en T-shirts met lange mouwen gebruikt worden om kinderen te beschermen. We creëren speelplekken in de schaduw.
63. De kans dat een kind onderkoeld raakt is Klein: De duur van het buitenspelen bij extreem lage temperaturen beperkt wordt. Groepsleiding zorgt voor goede kleding als het erg koud is.
64. De kans dat een kind in contact komt met bestrijdingsmiddelen is Klein: Op de buitenspeelplaats geen voor kinderen schadelijke bestrijdingsmiddelen gebruikt worden. De stukken van de buitenspeelplaats waar gevaarlijke bestrijdingsmiddelen gebruikt zijn tijdelijk afgezet worden. Opmerking: er worden geen chemische bestrijdingsmiddelen gebruikt Verantwoordelijke: Zaan Primair
65. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan chemisch vervuilde grond is Niet aanwezig: geen aanwijzingen zijn die duiden op bodemverontreiniging Opmerking: de gemeente Zaanstad heeft bodemmonsters genomen . De grond is niet verontreinigd. Verantwoordelijke : gemeente Zaanstad
66. De kans dat een kind wordt blootgesteld aan verontreinigde buitenlucht is Klein: Er bij aanwijzigen voor lucht verontreiniging een deskundige wordt ingeschakeld. Opmerking: als wij denken dat het stinkt doen we een melding bij de Gemeente Zaanstad. Verantwoordelijke: bestuur en leiding.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 17
Gezondheidsrisico’s ten gevolge van (het uitblijven van) medisch handelen. 67. De kans dat een kind verkeerde medicatie toegediend krijgt is Niet aanwezig: omdat er nooit een medicijnen/zelfzorgmiddel verstrekt wordt. 68. De kans dat een kind een bedorven medicament toegediend krijgt is Niet aanwezig: omdat er nooit een medicijn/zelfzorgmiddel verstrekt wordt. 69. De kans dat een kind paracetamol krijgt zonder diagnose is Niet aanwezig: omdat er nooit paracetamol verstrekt wordt. 70. De kans dat een kind niet of onjuist medische behandeld wordt door een onvolledig of onjuist medisch dossier is Klein Voordat de kinderen aan de peuteractiviteiten gaan deelnemen, wordt er een intakegesprek met de ouders gehouden. Tijdens dat intake gesprek komt in ieder geval aan de orde of er sprake is van het aanleggen van een medisch dossier van het kind. Als dat het geval is, leggen wij een dossier aan en worden er afspraken gemaakt over het actueel houden. 71. De kans dat een kind ondeskundig medisch behandeld wordt door personeel is Klein: In principe vinden er geen medische handelingen plaats. Om er voor te zorgen dat in noodgevallen leidsters wel in staat zijn juist te handelen volgen zij elk jaar een bijscholing rond de EHBO, speciaal gericht op jonge kinderen. Daarnaast worden zij op dit gebied bijgeschoold tijdens de BHV herhalingslessen, die elk jaar plaatsvinden. 72. De kans dat een kind via een koortsthermometer in contact met ziektekiemen komt is Niet aanwezig: omdat er geen koortsthermometer aanwezig is.
73. De kans dat een kind in contact met ziektekiemen via zalf of crème komt is Klein: Er aandacht voor een goede handhygiëne is bij het insmeren met crème of zalf. Rubber handschoenen gebruikt worden bij het gebruiken van crème of zalf. 74. De kans dat een kind door onhygiënisch wondverzorging met andermans bloed of wondvocht komt is Klein: Groepsleiding voor- en na wondverzorging de handen wast. Bij elk contact met bloed, wondvocht of lichaamsvochten die zichtbaar met bloed zijn vermengd wegwerphandschoenen gedragen worden. Gemorst bloed met handschoenen aan verwijderd wordt. De ondergrond met water en zeep schoongemaakt wordt. Het verontreinigde oppervlak schoongespoeld en nagedroogd wordt. Wondjes met een waterafstotende pleister afgedekt worden. Pleisters regelmatig (of wanneer ze doordrenkt zijn) verwisseld worden. Met bloed bevuilde kleding en linnengoed op 60gr gewassen wordt. Opmerking: Elk jaar volgt al het personeel van de school en dat van de kinderopvang gezamenlijk een bijscholingscursus EHBO, speciaal toegespitst op kinderen. Ook zijn beide leidsters in bezit van een BHV diploma Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 18
Bijlage 1 Protocol bloedbloedcontact Een deel van de mensen (en kinderen) in onze samenleving is geïnfecteerd met een virus via bloedbloedcontact. Daarvan weet een aantal mensen dit, maar een ander deel weet het niet. Ze hebben zich nooit laten onderzoeken. Daarom is het belangrijk te realiseren: Dat je altijd met bloed voorzichtig moet zijn. Dat bloedbloedcontact voorkomen moet worden. Het niet nodig is om precies te weten wie wel/ niet zo’n virus bij zich draagt. Bloed overdraagbare infectieziekten kunnen grotendeels worden voorkomen door op tijd de juiste maatregelen te treffen. Juist omdat je niet weet wie wel of niet geïnfecteerd is met bijvoorbeeld met hepatitis B of C virus of met HIV is het verstandig om altijd de goede maatregelen te nemen. Bloedende wonden/wondjes worden zo snel mogelijk behandeld en afgedekt. In de keuken is een grote verbanddoos ( en bij binnen komst aan de meur) waarin alles te vinden is voor een goede wondverzorging. Naast de verbanddoos is er een doos met steriele handschoenen. Niemand loopt rond met een bloedende of snel bloedende wonden. Wonden en wondjes die niet goed dicht zijn hebben de neiging ineens weer te gaan bloeden. Bij het verlenen van eerste hulp bij ongeluk(jes) kunnen handschoenen gedragen worden. Wanneer de gene die hulpverleend geen open wondjes heeft aan de handen is dit principe niet noodzakelijk. Bij het opruimen van bloed wordt het schoongemaakt met water waarin een flinke scheut Dettol is gedaan. Handschoenen dragen kan, maar is bij intacte huid niet nootzakelijk. Bloed, dat terecht is gekomen op kwetsbare vloerbedekking of kleren, kan worden opgeruimd met 70 procent alcohol of met een desinfecterend middel. Dit is te vinden bij de grote verbandtrommel in het hoofdgebouw van de school. Wanneer bekend is dat een kind geïnfecteerd is met hepatitis B of C virus of met HIV zal met de ouders/ verzorgers worden besproken of bijzondere maatregelen in het belang van het kind nodig zijn. Er zal uiterst zorgvuldig om worden gegaan met de privacy. De peutersoos dat de privacy van mensen zo goed mogelijk gewaarborgd moet zijn.
Actieplan Gezondheid Peuters / versie 03-2015
pagina 19