ABSTRACT Deze brochure bevat alle noodzakelijke informatie en enkele aandachtspunten betreffende het EPB-verhaal van starttot eindaangifte.
Thijco Wij helpen U graag verder!
EPB INFOBROCHURE
Versie 14 februari 2014
1 INLEIDING Deze EPB-informatiebrochure dient als leidraad voor bouwheren maar kan ook dienen voor architecten en aannemers. Het bevat de nodige informatie voor alle partijen om het EPB-dossier van begin tot eind vlot te doen verlopen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee, hierdoor willen wij (Thijco) onze klanten informeren en de aandacht vestigen op bepaalde belangrijke punten. Wij geloven in een goede samenwerking en helpen jullie graag verder door alle informatie op een overzichtelijke manier te verzamelen in één brochure onderverdeeld in de volgende hoofstukken:
STAVINGSSTUKKEN Veel stress en tijd kan worden bespaard in het EPB-proces als van bij het begin de nodige documenten en stavingsstukken correct worden verzameld. Hierdoor is het belangrijk om te weten welke stavingsstukken nodig zijn en welke informatie deze documenten moeten bevatten.
MATERIALEN De nadruk wordt gelegd op het gebruik van erkende materialen en het belang van een ramenplan met de vereiste technische gegevens. Van erkende materialen zijn technische gegevens en eigenschappen gekend.
BOUWKNOPEN Het inrekenen van bouwknopen volgens de verschillende methoden vergt aandacht en detaillering. Welke bouwknopen zijn er? Welke zijn gunstig of ongunstig?
VENTILATIE Bij een ventilatiesysteem worden soms de kwaliteit, de eisen met betrekking tot inregeling en rapportering, maar ook bepaalde specifieke voorwaarden over het hoofd gezien. Hoe correcter het wordt aangepakt des te gunstiger kunnen EPB-verslagevers het inrekenen.
VERWARMINGSINSTALLATIE Bouwheren zitten vaak zelf met vragen omtrent verwarmingsinstallaties, bijvoorbeeld warmtepompen. EPBverslaggevers stellen daarbij nog extra vragen aan de bouwheer om de installatie zo correct en optimaal mogelijk te kunnen inrekenen. Gebruik deze brochure om de correcte informatie en stavingsstukken te eisen van de installateurs.
ZONNEBOILER EN ZONNEPANELEN Energiebesparende systemen hebben een zeer gunstige invloed op het energiepeil van de woning. Maar met welke gegevens houdt de EPB-verslaggever rekening? CHECKLIST
Dit is een lijst waar alle nodige stavingsdocumenten kort worden samengevat. Toets elke bouwfase af aan deze checklist en eis de nodige documentatie. De checklist is een simpele en efficiënte EPB-bijbel van de bouwheer.
1
2 STAVINGSSTUKKEN EPB begint met het opstellen van een advies dat gepaard gaat met een voorafberekening. In deze voorafberekening wordt van bepaalde aannames uitgegaan voor zowel isolatie en installatie als voor de toegepaste bouwtechniek waar het eindresultaat uiteindelijk op is gebaseerd. Om de vooraf berekende eindresultaten te behalen, dient dus best ook gebruik te worden gemaakt van de voorgestelde of aangenomen waarden door Thijco. Echter, in de bouw kan tijdens het bouwproces een en ander wel eens wijzigen. Dit kan geen kwaad, aangezien de voorafberekening eerder een richtingwijzer is en niet zozeer een vast besluit. Het is dan wel logisch dat er een EPB-eindberekening moet worden uitgevoerd waarbij de as-built situatie wordt gerapporteerd. De stavingsstukken van de gebruikte materialen, installaties en technieken zijn de bouwstenen van uw EPB-dossier en van groot belang bij deze eindberekening (ook eindaangifte genoemd). Op basis van de ontvangen stavingsstukken zal de verslaggever namelijk zijn berekening uitvoeren. Indien geen stavingsstukken worden afgeleverd, dient de EPB-verslaggever zijn berekening uit te voeren op basis van waarden bij ontstentenis. Dit zijn meestal ongunstige waarden, wat helaas resulteert in een minder goed of zelfs slecht resultaat. Elk stavingsstuk heeft tot doel bepaalde kenmerken en/of eigenschappen van een materiaal, toestel, systeem of gebouw aan te tonen. Het is daarbij belangrijk dat het stavingsstuk toewijsbaar en correct is. In sommige gevallen is daarvoor één stavingsstuk voldoende, namelijk een factuur. Meestal is er echter een combinatie van stavingsstukken nodig, nl. een factuur + foto + technische fiche. Die kunnen samen aantonen dat een materiaal, toestel of systeem wel degelijk op een bepaalde plaats in het beschouwde project toegepast is en of dat het materiaal, toestel, systeem of gebouw wel degelijk bepaalde eigenschappen heeft. Verklaringen van de eigenaar, aannemer, architect, installateur, werfverslagen … dragen geen bewijskracht. Het VEA (Vlaamse Energieagentschap) voert controles uit op de correctheid van de verslaggeving. Zowel EPBverslaggever als bouwheer dienen zich te kunnen verantwoorden. Dit kan enkel met juiste stavingsstukken.
2.1 WELKE STAVINGSSTUKKEN? Facturen, facturen, facturen! Uw primaire stavingsstuk is uw factuur met vermelding van de juiste gegevens, nl.:
merk type dikte materialen (bij isolatiematerialen)
Bij het niet afleveren van facturen ontbreekt het belangrijkste gedeelte van uw stavingsstukken. Dit zorgt bij de EPBeindaangifte voor problemen. Ook een ‘onvolledige’ factuur is onvoldoende. Hierdoor is het zeer belangrijk om al bij het begin van uw project de nodige facturen (met de juiste gegevens erop) goed bij te houden. 2.1.1 Facturen Welke facturen zijn van belang en dienen dus afgeleverd te worden:
Alle isolatiematerialen (muur-, dak-, vloerisolatie, …) Buitenschrijnwerk samen met de gedetailleerde offerte en/of uittekening van al de ramen (=ramenplan) met hierop de vermelding van alle raamroosters en de U-waarde per raam Geplaatste ventilatiesysteem C of verbeterd ventilatiesysteem C samen met het gelijkwaardigheidsattest (zie hoofdstuk ventilatie) en ook een meetrapport van de effectief gemeten debieten Geplaatste ventilatiesysteem D samen met een meetrapport van de effectief gemeten debieten Geplaatste installatie voor de verwarming van de ruimten met alle toebehoren Geplaatste installatie voor het sanitair warm water (vb. boiler, zonnecollectoren) Eventueel geplaatste warmtepomp, fotovoltaïsche cellen, koelsysteem, circulatiepompen, …
2
2.1.2 Documenten ventilatiesysteem Voor een gecertificeerd C-systeem moet men de volgende stavingsstukken bijhouden:
factuur van het systeem inregelrapport van het systeem (zie hoofdstuk ventilatie) meetrapport opgesteld door de installateur waar duidelijk de gemeten afvoerdebieten in staan gelijkwaardigheidsattest
Voor een D-systeem moet men de volgende stavingsstukken bijhouden:
factuur van het systeem als het gebruikte ventilatiesysteem voorkomt in de lijst van www.epbd.be, dan is geen certificaat van warmtewisselaar verreist. Als het niet voorkomt in de lijst, dan moet met een EN308-certificaat het rendement van de warmtewisselaar worden bewezen meetrapport opgesteld tijdens debietregeling van het systeem. In dit rapport moet duidelijk het gebalanceerde toe- en afvoerdebiet vermeld staan gelijkwaardigheidsattest (komt enkel voor bij de nieuwste D-systemen met vraagsturing)
Meer info over gelijkwaardigheidsattest, zie hoofdstuk “ventilatie”. 2.1.3 Documenten verwarmingsinstallatie Uit de factuur (in combinatie met uw offerte en gemaakte foto’s) moet de EPB-verslaggever het volgende kunnen afleiden:
Type verwarmingsinstallatie (bv. condenserende aardgasketel met vermelding merk en type) Soort afgiftesysteem: vloerverwarming, radiatoren, convectoren, combinatie van vloerverwarming en radiatoren, … Temperatuurregeling aan de installatie: buitenvoeler en/of automatische driewegsmengkraan met variabel setpoint, … Temperatuurregeling per ruimte: kamerthermostaat, thermostatische kranen, … Waar de installatie is geplaatst (foto’s). Dit is belangrijk voor de EPB-verslaggever om uw verwarmingsinstallatie zo optimaal mogelijk te kunnen inrekenen. ONTWERPRETOURTEMPERATUUR (INDIEN EEN ENERGIESTUDIE TOEGEPAST IS)
Warmteverliesberekening en dimensioneringsnota heeft een gunstig effect op uw E-peil. Dit kan worden afgeleverd als een studie is uitgevoerd door een studiebureau voor energie. 2.1.4 Foto’s Foto’s ondersteunen de stavingsstukken. Maak een foto van de volgende onderdelen: MATERIALEN Isolatiematerialen Kimlaag Muur keldertraphal (cellenbeton of snelbouw) VENTILATIE Toevoerroosters Ventilatiesysteem (detailfoto en overzichtsfoto) Doorstroomopeningen spleten onder uw deuren: bewijs dit met een meetlat (= detailfoto) gehele deur (overzichtsfoto)
3
INSTALLATIE Verwarmingsinstallatie (kenteken, detailfoto en overzichtsfoto) Thermostatische kranen Boiler of opslagvat (kenteken, detailfoto en overzichtsfoto)
2.2 ONTBREKENDE STAVINGSSTUKKEN Bij ontbrekende of onvolledige stavingsstukken kan uw EPB-verslaggever de gebruikte materialen en installaties enkel inrekenen volgens waarde bij ontstentenis. Dit resulteert in een veel minder gunstig eindresultaat en soms in een boete. De EPB-verslaggever is hier niet verantwoordelijk voor. Gelieve hierdoor de nodige aandacht te besteden aan het verzamelen van de correcte stavingsstukken.
3 MATERIALEN 3.1 ERKENDE MATERIALEN www.EPBD.be is een website in opdracht van de gewesten met als doel productgegevens aan te reiken die betrouwbaar zijn voor berekeningen in het kader van de EPB-regelgeving. Opgenomen soorten materialen:
Isolatiematerialen Ter plaatse samengestelde isolatiematerialen Homogene en niet-homogene bouwproducten Zonwering Regelbare toevoeropening met variabele lengte Ventilatie D-systemen
Controleer altijd de vermelde site alvorens u een product bestelt. Indien het gewenste product niet is opgenomen, dan kan u bij de EPB-verslaggever navragen of het gewenste product EPB-conform is. Geloof nooit blindelings wat de technische fiches of reclamefolders aantonen. Dit is meestal een te optimistische waarde. Een bijkomend aandachtspunt bij ter plaatse samengestelde isolatiematerialen is dat deze werkzaamheden best worden uitgevoerd door een gecertificeerde installateur. Lijst met de gecertificeerde installateurs is vermeld op: http://www.butgb.be/index.cfm?n01=installers&n02=installers_insulation
3.2 BUITENSCHRIJNWERK Zorg dat u een factuur en ramenplan van het buitenschrijnwerk ter beschikking heeft. Dit is van groot belang bij het opstellen van de EPB-eindaangifte. Controleer of de factuur duidelijk verwijst naar het ramenplan en/of ook alle nodige informatie vermeld is, nl.:
Glas: Profielen: Schuiframen en deuren met paneel: Zonnewering: Toevoerrooster:
merk, Ug-waarde en g-waarde merk, type en Uf-waarde merk en U-waarde merk, type en waar ze geplaatst zijn merk, type, lengte en waar ze geplaatst zijn
Vanaf 2014 is het belangrijk een ramenplan af te geven waarin de Uw waarde (berekend volgens EN 10077-1:2006) van iedere venster of deur in wordt vermeld.
4
4 BOUWKNOPEN Bouwknopen tellen mee in de berekening van het K-peil (een waarde die de graad van isolatie aanduidt). Een bouwknoop in een gebouw is een plaats waar zich mogelijk extra warmteverlies kan voordoen. We maken een onderscheid tussen de aanvaarde en niet-aanvaarde bouwknopen. De EPB-verslaggever kan de bouwknopen op drie manieren verrekenen bij het uittellen van het K-peil:
Optie C: Bouwheer wenst geen aandacht te schenken aan de bouwknopen. Er wordt een forfaitaire toeslag van 10 K-punten toegepast.
Optie B: In deze optie wordt een opsplitsing gemaakt tussen EPB-aanvaarde en niet-EPB-aanvaarde bouwknopen. Voor de knopen uit de eerste categorie wordt een kleine forfaitaire toeslag van 3 K-peilpunten ingerekend. Knopen uit de tweede categorie moeten afzonderlijk in rekening gebracht worden door middel van de aangepaste berekening.
Optie A2: n.v.t.
INGEREKENDE NIET AANVAARDE BOUWKNOPEN:
Vensteraansluitingen: Vensteraansluitingen: Dakvenster/koepelaansluitingen: Garagepoortaansluitingen: Luik naar zolder of kruipkelder: Uitkragende vloeren: Trapvoet: …
Dorpels van alle deuren en ramen tot op de grond L-ijzers boven de deuren, ramen of poorten > 1m50 breed zijaansluitingen (omtrek) zijaansluitingen (omtrek) zijaansluitingen (omtrek) L-ijzers bij gebruik ophanging van gevels aansluiting eerste trap op vloerplaat bij gegoten betonnen trappen
AANVAARDE BOUWKNOPEN:
Funderingsaanzet voorzien van thermische onderbreking of verdiepte spouwisolatie Eerste laag van de binnenmuren op vloerplaat voorzien in cellenbeton (of isolerende onderbreking) Opstand van plat dak voorzien van cellenbeton (of isolerende onderbreking) Eerste laag van opgaande muur aan plat dak voorzien in cellenbeton (of isolerende onderbreking) Vensters zijdelings verankeren aan warme zijde (binnenmuur) en in lijn van de spouwisolatie plaatsen Vensters smaller dan 1m50: L-ijzer is NIET met doken of consoles verbonden aan de draagconstructie Aansluiting tussen hellend dak en kopgevel voorzien van thermische onderbreking of isolatie …
Ter staving van bouwknopen dient de architect van alle EPB-aanvaarde bouwknopen een detailtekening af te leveren. De uitvoeringsdetails moeten overeenstemmen met de voorgeschreven materialen (in de EPB- voorafberekening). Indien geen detailtekeningen afgeleverd worden, dienen alle aanvaarde bouwknopen te worden ingerekend met waarde bij ontstentenis. Voor niet-aanvaarde bouwknopen hoeft men niets te doen. Een foto kan verhelderend werken om inzicht te geven in de as-built situatie. Foto’s zijn echter geen stavingsstukken die op zich sluitend aantonen dat het om een EPB-aanvaarde bouwknoop gaat.
5
5 VENTILATIE Uit metingen blijkt dat de lucht binnen in woningen veel ongezonder is dan de buitenlucht. Mensen beweren dat ze ventileren via ramen (open zetten), maar doen dit in de praktijk veel te weinig. Hierdoor verplicht de overheid een ventilatiesysteem waar dat technisch mogelijk is. Hedendaagse woningen worden steeds luchtdichter gebouwd om energie te besparen. Hierdoor is er een nood aan een goed en voldoende ventilatiesysteem.
5.1 KWALITEIT VAN VENTILATIESYSTEEM De kwaliteit van uw ventilatiesysteem wordt bepaald door: mDC = fDC x msec,i
(Hoe lager mDC hoe beter de uitvoeringskwaliteit en hoe lager het E-peil)
In de EPB- voorafberekening wordt een fDC en msec,i factor voorgesteld. Deze hebben een grote invloed op het E-peil (een maat voor het energieverbruik van de woning). Hierdoor is het belangrijk om een ventilatiesysteem te installeren met de door Thijco voorgestelde factoren. Dit kan door gebruik te maken van een ventilatiesysteem met een gelijkwaardigheidsattest en door deze correct in te stellen om de door Thijco berekende minimale debieten te behalen. Stavingsstukken (factuur van geïnstalleerde ventilatiesysteem en debietsmeting van ingestelde debieten per ruimte) moeten aan de EPB-verslaggever worden afgeleverd. Indien dit niet gebeurd, mag de EPB-verslaggever in zijn berekening voor de eindaangifte geen gebruik maken van voorgestelde gunstige waarden. Hierdoor kunnen het E-peil en de jaarlijkse energiebehoefte voor ruimteverwarming drastisch stijgen. WAAR VIND IK DE F- EN M-FACTOR TERUG? http://www.energiesparen.be/epb/prof/gelijkwaardigheid VOORWAARDEN De opgegeven waarden fDC en msec,i zijn gekoppeld aan bepaalde voorwaarden. Deze zijn beschreven in een ATGattest (zie link hierboven). Bijvoorbeeld:
Ventilatiesysteem en toevoerroosters van hetzelfde merk Ventilatiesysteem eist meer afvoerdebiet bij een badkamer met wc (bijvoorbeeld 60m³/h i.p.v. het wettelijke minimum 50 m³/h)
Gelieve hier aandacht aan te besteden.
5.2 EISEN INREGELRAPPORT EN MEETRAPPORT 5.2.1
Inregelrapport en meetrapport bij verbeterd ventilatiesysteem C
In het inregelrapport geeft de installateur aan hoe de basisinstelling van ventilatiesysteem C is ingeregeld. Ook kan hierin aangegeven worden hoeveel de uitgelezen druk bedraagt. Een meetrapport moet worden opgesteld door de installateur na de installatie van het ventilatiesysteem. In het meetrapport geeft de installateur aan wat de werkelijk gemeten afvoerdebieten zijn in de verschillende ruimten. Deze documenten moeten worden overhandigd aan de EPB-verslaggever.
6
5.2.2
Meetrapport bij ventilatiesysteem D
Een meetrapport moet worden opgesteld door de installateur na de installatie van het ventilatiesysteem. In het meetrapport geeft de installateur aan wat de werkelijk gemeten toe- en afvoerdebieten zijn in de verschillende ruimten. Een meetrapport bevat vaak onvoldoende gegevens en kan in dat geval niet als stavingsstuk gebruikt worden. Om dit probleem weg te werken heeft het VEA (Vlaams Energieagentschap) een voorbeeld van een meetrapport opgesteld. Het is aangeraden om dit meetrapport af te printen en van de installateur te eisen dat hij deze template gebruikt om het inregelrapport op te maken. Achteraan in de informatiebrochure kan u dit meetrapport terug vinden.
5.3 VOORWAARDEN BIJ VENTILATIESYSTEEM A (VERBOUWING) Ventilatiesysteem A, vaak nog toegepast bij een verbouwing, is een systeem met natuurlijke toevoer via rooster en natuurlijke afvoer via verticale pijpen door het dak op voorwaarde dat:
de kanalen verticaal lopen o 1 afwijking van maximaal 1 meter kanaallengte mag meer dan 30° afwijken de kanalen uitmonden boven het dak, minimaal 0,5m
De verticale pijpen kunnen vervangen worden door ventilatoren op voorwaarde dat deze:
geen aan/uit-knop hebben: permanente werking o kan uitgerust worden met een automatisch regelsysteem dat in werking treedt als de ruimte gebruikt wordt (relatieve vochtigheid, CO2, aanwezigheidsdetectie) een minimaal afvoerdebiet hebben in rust een nalooptijd van max 30 min. hebben
6 VERWARMINGSINSTALLATIE 6.1 AFGIFTESYSTEMEN Bij het inrekenen van een warmtepomp speelt het afgiftesysteem van de verwarmingsinstallatie een belangrijke rol. Het gebruik van oppervlakteverwarming (vloerverwarming, wandverwarming, …) is aangeraden. Bij gebruik van radiatoren of convectoren kan het E-peil stijgen. Met warmtepompen kan dit zelfs soms resulteren in een drastische stijging! Hierdoor is een combinatie van meerdere afgiftesystemen bij warmtepompen niet aangeraden.
6.2 AANDACHTSPUNTEN Een elektrische warmteweerstand (indien aanwezig) bij een warmtepomp wordt vaak over het hoofd gezien. Alle elektrische warmteweerstanden moeten worden ingerekend. Wegens een negatieve invloed op het E-peil, is het aangeraden om elektrische warmteweerstanden te vermijden. Bij een warmtepompsysteem wordt vaak gebruik gemaakt van een buitenvoeler. Dit moet ook worden gestaafd op de factuur. Vaak is in de geleverde stavingsstukken hier niets van terug vinden.
7
6.3 NUT VAN EEN WARMTEPOMP De meeste condenserende aardgasketels hebben een rendement van ongeveer 108%. Een warmtepomp met een COP van ±2.8 in combinatie met een (negatieve) elektrische weerstandsverwarming is soms maar even goed als een condenserende aardgasketel. Een warmtepomp in niet altijd de oplossing om betere E-peilpunten te behalen. Een condenserende aardgasketel kan soms even goed scoren als een warmtepomp. Het is bovendien veel simpeler.
6.4 WARMTEPOMPEN 6.4.1 Gegevens Om een warmtepomp correct in te rekenen heeft de EPB-verslaggever enkele belangrijke gegevens nodig: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Merk en type Warmtebron en warmteafgiftemedium (Lucht/water, Bodem/water, … ) Elektrisch vermogen (verbruik) en thermisch vermogen van de warmtepomp Vermogen van de elektrische weerstanden indien deze aanwezig zijn Prestatiecoëfficiënt (COPtest-waarde) volgens NBN EN 14511 bij de juiste testomstandigheden Factoren van warmtepomp (meer info zie hoofdstuk “factoren van de warmtepomp”) Aantal pompen Aanwezigheid van opslagvat en buitenvoeler Vermelden waarvoor de warmtepomp gebruikt wordt: ruimteverwarming warm tapwater warm tapwater en ruimteverwarming
Deze gegevens dienen uiteraard ook correct te worden gestaafd. Dit kan enkel door afleveren van een factuur van de warmtepompsysteem, recente technische fiche en foto van de opgebouwde installatie. Met behulp van een factuur en technische fiche kunnen bovenstaande gegevens grotendeels worden bepaald. Foto’s dienen als bijkomende info. Voor de factoren van de warmtepomp, zie volgend onderdeel. Indien bepaalde gegevens en de staving ontbreekt, kan de EPB-verslaggever geen warmtepomp inrekenen. 6.4.2 Factoren om uw warmtepomp optimaal in te rekenen Het is mogelijk om de warmtepomp gedetailleerd in te rekenen met behulp van de volgende factoren: 1. 2. 3.
4.
Correctiefactor op de vertrektemperatuur naar het warmteafgiftesysteem Ontwerpvertrektemperatuur naar het afgiftesysteem is gekend Correctiefactor op de temperatuurtoename over de condensor Verschil tussen vertrek- en retourtemperatuur bij ontwerp van het afgiftesysteem Correctiefactor voor het elektriciteitsverbruik van een pomp op het circuit naar de verdamper Is er een pomp voor de warmtetoevoer naar de verdamper Elektrisch vermogen van de pomp Correctiefactor voor de luchtdebieten Ontwerptoevoerdebiet doorheen de installatie Ontwerpafvoerdebiet doorheen de installatie
De bovenstaande factoren kunnen enkel in rekening worden gebracht als de EPB-verslaggever een staving hiervan ontvangt. Staving moet aan de hand van een warmteverliesberekening en dimensioneringsnota gebeuren. Bij gebrek van deze documenten rekent EPB-verslaggever met waarde bij ontstentenis. Het leveren van een staving (van de de factoren) is niet verplicht maar wel aangeraden zodat een gedetailleerde berekening mogelijk is.
8
6.5 SCHEMA VERWARMINGSINSTALLATIE Vaak is het onduidelijk hoe de verwarmingsinstallatie opgebouwd is. Een schema geeft hier duidelijk informatie over. Vraag hiervoor de installateur om een schema op te stellen van de gehele installatietechnieken (warmtepomp, zonneboiler, warmteweerstand, condenserende ketel, afgifte kringen, afgiftesystemen, …). Hieruit kan de EPBverslaggever veel informatie afleiden (bv. aantal pompen). Dit bespaart later, bij de EPB-eindaangifte, zowel bouwheer als EPB-verslaggever veel moeite.
7 ZONNEBOILER Om een zonneboilersysteem correct in te rekenen heeft de EPB-verslaggever enkele belangrijke gegevens nodig: 1. 2. 3. 4. 5.
Merk en type Aantal geplaatste zonnecollectoren Technische fiche met vermelding van apertuuroppervlakte (=netto oppervlakte) Helling en oriëntatie Vermelding waarvoor het zonneboilersysteem gebruikt wordt: warm tapwater (ook aangeven welke tappunten, bv.: keuken, badkamer, ..) ruimteverwarming warm tapwater en ruimteverwarming
Deze gegevens dienen uiteraard ook correct te worden gestaafd. Dit kan enkel met een factuur van het aangekocht systeem en het afleveren van een recente technische fiche en foto’s van de geplaatste systeem. De foto’s moeten duidelijk weergeven waar en hoe (oriëntatie en helling) de zonnepanelen zijn geplaatst. Dit kan door een overzichtsfoto (foto op afstand waarop woning en panelen te zien zijn) en een detailfoto. Enkel het afleveren van een technische fiche is nooit voldoende als stavingstuk en zal dan ook niet mogen worden ingerekend door de EPBverslaggever.
8 ZONNEPANELEN Om fotovoltaïsche zonnepanelen correct in te rekenen heeft de EPB-verslaggever enkele belangrijke gegevens nodig: 1. 2. 3.
4.
Merk en type Aantal geplaatste panelen Technische fiche met vermelding van piekvermogen Piekvermogen moet worden berekend volgens EN IEC 60904-1. Dit wordt meestal door de fabrikant opgegeven. Helling en oriëntatie
Zonnepanelen op een plat dak geplaatst onder een bepaalde helling kan schaduw veroorzaken op een achterliggend paneel. Dit moet worden vermeden. Ter controle kan een installatieplan worden afgeleverd. Bovenstaande gegevens dienen uiteraard ook correct te worden gestaafd. Dit kan enkel met een factuur van het aangekocht systeem en het afleveren van een recente technische fiche (piekvermogen volgens EN IEC 60904-1) en foto’s van de geplaatste systeem. De foto’s moeten duidelijk weergeven waar en hoe (oriëntatie en helling) de zonnepanelen zijn geplaatst. Dit kan door een overzichtsfoto (foto op afstand waarop woning en panelen te zien zijn) en een detailfoto. Enkel het afleveren van een technische fiche is nooit voldoende als stavingstuk en zal dan ook niet mogen worden ingerekend door de EPB-verslaggever.
9
9 CHECKLIST STAVINGSSTUKKEN Gebruik de checklist om na te gaan of alle stavingsstukken met de correcte informatie zijn verzameld. Ga met deze lijst naar alle aannemers, installateurs en leveranciers of verkopers van bouwmaterialen om de nodige documentatie op te eisen. Een factuur is het primaire stavingsstuk. Een factuur die gekoppeld wordt aan een bijlage bij factuur, waarin de nodige specificaties vermeld staan, is ook nog correct. Verklaringen, mails, technische fiches, … zijn NIET geldig. Bij een gebrek aan (of onvolledige) stavingsstukken is de EPB-verslaggever verplicht met forfaitaire waarden te rekenen (zie ook 2.2)
ALLE ISOLATIEMATERIALEN (VLOEREN, MUREN, DAKEN) □
□ □
Factuur met vermelding: Werfadres Merk, type en dikte Gebruik erkende materialen, zie www.epbd.be Foto’s van geplaatste isolatie (met een meetlat)
RAMEN, DEUREN, LUIKEN EN POORTEN □
Factuur met vermelding: Werfadres Glas Merk en type Ug- en g-waarde glas
Profielen Merk en type Uf-waarde profielen
Deuren, luiken en/of poorten (met paneel) Soort (hout, aluminium, …), merk en type Opbouw paneel: dikte en soort isolatie
□
Ramenplan met Afmetingen Ventilatieroosters (bij systeem C) Uw-waarde berekening per raam (aangeraden) U-waarde berekening deuren, poorten, luiken
VENTILATIESYSTEEM □
□ □ □
□
Factuur met vermelding: Werfadres Merk en type Systeem D: erkende systemen op www.epbd.be Systeem C: gelijkwaardigheid op www.energiesparen.be/epb/prof/gelijkwaardigheid Doorstroomopeningen Detailfoto met een meetlat van de spleten onder uw deuren Overzichtsfoto van de gehele deur Debietsmeting (gebruik meetrapport van het VEA) en inregelrapport (bij systeem C)
10
VERWARMINGSKETEL □
Factuur met vermelding: Werfadres Merk en type ketel Randapparatuur Kamerthermostaat Thermostatische kranen Buitenvoeler Boiler
□
Foto van installatie in ruimte Overzichtsfoto (kamer) en detailfoto (toestel)
WARMTEPOMP □
□ □
Factuur met vermelding: Werfadres Merk en type warmtepomp Foto van installatie in ruimte Overzichtsfoto (kamer) en detailfoto (toestel) Dimensioneringsberekening (indien warmtestudie is uitgevoerd)
ZONNEPANELEN EN ZONNEBOILER □
□ □
Factuur met vermelding: Werfadres Merk en type panelen Aantal panelen Foto van installatie op het dak Overzichtsfoto en detailfoto Gegevens opbouw installatie Oriëntatie en helling van de panelen
BOUWKNOPEN □
Detailtekeningen van architect voor de EPB-aanvaarde bouwknopen (zie EPB- voorafberekening)
10 EINDAANGIFTE: BIJKOMEND AANDACHTSPUNT Het Vlaams Energieagentschap legt een termijn op betreffende het indienen van de EPB-eindaangifte. Deze moet in principe namelijk ingediend zijn ten laatste zes maanden na de eerste van de volgende twee data: - datum van de ingebruikname; - datum van het beëindigen van de vergunnings- of meldingsplichtige werken. De eerste van deze twee data bepaalt de uiterste indiendatum. Gelieve ons dan ook tijdig op de hoogte te brengen van de eerste van deze twee data die voor uw project van toepassing is, zodat u van een boete wegens laattijdige indiening gespaard blijft.
11
12
De inhoud van deze brochure wordt regelmatig gecontroleerd en met de grootst mogelijke zorg bijgewerkt door Thijco. Dat neemt niet weg dat de gegevens voortdurend kunnen veranderen. Thijco aanvaardt bijgevolg geen enkele aansprakelijkheid en geeft geen enkele garantie dat de beschikbare informatie actueel, waarheidsgetrouw en volledig is. Thijco behoudt zich bovendien het recht voor de op deze brochure beschikbare informatie ten allen tijde en zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen en te corrigeren. De teksten, afbeeldingen en andere inhoud van deze brochure zijn auteursrechtelijk beschermd. Zonder voorafgaande toestemming van Thijco is het niet toegestaan informatie of inhoud van deze brochure te verveelvoudigen en meer in het bijzonder tekst (volledig of gedeeltelijk), afbeeldingen of grafieken te gebruiken. Bronvermelding: VLAAMSE ENERGIEAGENTSCHAP, ‘Energiesparen.be VEA’, internet, EPB voor professionelen, 3 december 2013, www.energiesparen.be. (raadpleging 3 december 2013)
13