Voeding bij COPD
Inleiding Deze brochure is bedoeld voor mensen met COPD en bevat informatie over de rol van voeding bij COPD. Het behandelt specifiek het belang van een goede voedingstoestand bij COPD en het onderhouden daarvan.
2
Inhoudsopgave 1. Wat is COPD?
4
2. Het belang van goede voeding
5
- De functies van de verschillende voedingstoffen - Aanbevolen hoeveelheden voeding 3. COPD en lichaamsgewicht
7
- Weegadvies - Ongewenst gewichtsverlies - Beweging - Herstel na training 4. Dieet met extra eiwit
10
5. Dieet met extra eiwit en overgewicht
12
6. Dieet met extra eiwit en ondergewicht
14
7. Adviezen Calcium en vitamine D
16
8. Specifieke voedingsadviezen bij diverse klachten
19
- Als u kortademig of vermoeid bent - Als u ongewenst gewichtsverlies of verminderde eetlust heeft - Als u last heeft van een droge mond - Bij slijmvorming in de mond of keel - Als u last heeft van smaakverandering - Als u last heeft van verstopping 9. Drinkvoeding
23
10. Eettabel
24 3
1. Wat is COPD? De afkorting COPD staat voor Chronic Obstructive Pulmonary Disease en is een verzamelnaam voor chronische bronchitis en longemfyseem. Deze longaandoeningen zijn blijvend en geven verschillende klachten. De klachten bij COPD zijn afhankelijk van het stadium waarin de aandoening zich bevindt. Bij beginnende COPD is er voornamelijk sprake van hoesten met daarbij opgeven van slijm en kortademigheid. De kortademigheid zal in eerste instantie alleen plaatsvinden bij zware lichamelijke inspanningen. Naarmate de COPD zich in een ver gevorderd stadium bevindt zal de kortademigheid zich ook in rust voordoen. Mensen met COPD worden vaak in hun dagelijks functioneren gehinderd door een verminderd vermogen om zich in te spannen en door regelmatig voorkomende luchtweginfecties. Deze klachten zijn onvoldoende te verhelpen met alleen medicijnen. Daarvoor is meer nodig: onder meer een goede lichamelijke conditie en geestelijke gesteldheid. Voorts is een goede voedingstoestand essentieel. Deze brochure bevat veel informatie. Problemen met de voeding kunnen nogal variëren per persoon en per situatie. Daarom is het goed om allereerst de delen te lezen die direct voor u van toepassing zijn.
4
2. Het belang van goede voeding Goede voeding is altijd van belang, ook voor mensen met COPD. Zorg dus voor een gezonde voeding. Gezond eten en drinken betekent dat u alle noodzakelijke voedingsstoffen in voldoende mate tot u neemt. Er bestaat geen voedingsmiddel waar al die voedingsstoffen van nature inzitten. Zo is macaroni rijk aan zetmeel, maar bevat geen vitamine C en bevat bladgroente, veel vitamines maar nauwelijks eiwit. Door gevarieerd te eten zorgt u ervoor dat u alle benodigde voedingsstoffen binnen krijgt. Bovendien voorkomt u zo dat u teveel ongezonde stoffen in uw lichaam krijgt. De functies van de verschillende voedingstoffen − Eiwitten zorgen voor energie en voor opbouw en behoud van lichaamseiwitten zoals de spiermassa. − Koolhydraten (zetmeel en suiker) geven energie. De onverteerbare koolhydraten (voedingsvezels) spelen een belangrijke rol bij de darmwerking. − Vetten leveren energie, beschermen organen en zorgen voor transport en opslag van in vet oplosbare stoffen zoals vitamine A, D, E en K. − Vitamines en mineralen zijn nodig voor het algeheel functioneren van het lichaam en voor de opbouw van weefsel. − Vocht zorgt voor het transport in het lichaam, het is nodig als vochtreserve en voorkomt uitdroging.
5
Aanbevolen hoeveelheden voeding Productgroep
19-50 jaar
51-70 jaar
71 jaar en ouder
Groente
200 gram
200 gram
150 gram
2 stuks
2 stuks
2 stuks
6-7 sneetjes
5-6 sneetjes
4-5 sneetjes
4-5 stuks/
3-4 stuks/
2-4 stuks/
rijst, pasta,
opscheplepels
opscheplepels
opscheplepels
peulvruchten
200-250 gram
150-200 gram
100-200 gram
450 ml
500-550 ml
650 ml
Kaas
1,5 plak (30 g)
1,5 plak (30 g)
1 plak (20 g)
Vlees(waren),
100-125 gram
100-125 gram
100-125 gram
30-35 gram
25-30 gram
20-25 gram
15 gram
15 gram
15 gram
1,5-2 liter
1,5-2 liter
1,5-2 liter
Fruit Brood Aardappelen,
Melk(producten)
kip, vis eieren, vleesvervangers Halvarine Bak-, braad- en frituurproducten, olie Dranken
6
3. COPD en lichaamsgewicht De BMI is een waarde die aangeeft of u een gezond gewicht heeft. BMI staat voor Body Mass Index en geeft de verhouding weer tussen het lichaamsgewicht en de lichaamslengte. Met behulp van onderstaande tabel kunt u aflezen in welke marges een gezond gewicht valt. Werkwijze 1. Zoek uw lengte in de linkerlijn. Zet daarbij een punt. 2. Zoek uw lichaamsgewicht op de middelste lijn. Zet daar ook een punt. 3. Verbind beide punten met een liniaal en trek een streep zoals in het voorbeeld gebeurd. 4. Lees op de rechterlijn af hoe u uw lichaamgewicht kunt beoordelen.
7
Normaal geldt dat een BMI tussen de 18-25 wijst op een gezond gewicht. Voor mensen met COPD wordt een BMI van minimaal 21 aangehouden en een BMI tot en met 27 als gunstig gezien omdat onderzoek aangeeft dat deze mensen minder kans hebben op infecties en op ziekenhuisopnames. Weegadvies Weeg u één keer per week op een vast tijdstip. U kunt uw gewicht achterin deze folder noteren. Neem contact op met de diëtist en/of huisarts wanneer u onbedoeld gewicht verliest of uw BMI lager is dan 21. We spreken van onbedoeld gewichtsverlies bij -3 kg verlies in 1 maand of -6 kg in 6 maanden. Ongewenst gewichtsverlies Ongewenst gewichtsverlies komt regelmatig voor bij mensen met COPD. Nu zou dit niet zo’n probleem zijn als dat alleen maar verlies van vet betrof. Dit is helaas niet zo. Het gewichtsverlies bij COPD leidt voornamelijk tot verzwakking en verlies van spiermassa. Sterke spieren zijn essentieel voor het in stand houden van een goede lichamelijke conditie. Gewichtsverlies tast niet alléén de arm- en beenspieren aan, maar ook de ademhalingsspieren. En juist de ademhalingsspieren zijn voor mensen met COPD belangrijk. Daarnaast kan gewichtverlies ongunstige effecten hebben op uw afweersysteem. Hierdoor neemt de weerstand af en de vatbaarheid voor (andere)ziektes toe. Typerend voor mensen met COPD is dat gewichtsverlies kan optreden terwijl u wel normaal eet. COPD-ers met een stabiel lichaamsgewicht eten zelfs meer dan hun leeftijdgenoten. Dat komt omdat het energieverbruik verhoogd is bij mensen met COPD. Dit geldt zowel in rust als voor de hoeveelheid energie die u verbruikt voor het leveren van lichamelijke inspanning.
8
Beweging U kunt uw algehele conditie en uw spiermassa verbeteren door een combinatie van extra eiwitten in uw voeding en beweging. Zonder training en beweging wordt de extra energie omgezet in vet in plaats van spieren. Het zijn juist de spieren die van belang zijn voor een goede conditie en een goede ademhalingsfunctie. Daarnaast is het zo dat het effect van de training teniet gedaan wordt wanneer er geen aanpassingen in de voeding wat betreft de eiwitten gedaan worden. De aanpassingen in de voeding kunnen verschillen van persoon tot persoon en zijn afhankelijk van uw persoonlijke situatie. Herstel na training Recent onderzoek suggereert dat het gebruik van 10-20 gram eiwit vlak na het sporten de spiergroei kan bevorderen. Dit komt overeen met 1 schaaltje kwark of 1 snee brood met hartig beleg en een beker melk of 1 flesje drinkvoeding. Zorg er dus voor dat u binnen twee uur na het sporten voldoende eiwitten met eten en/of drinken binnen krijgt.
9
4. Dieet met extra eiwit Mensen met COPD hebben 1.5 x zoveel eiwitten uit hun voeding nodig. De diëtist kan uitrekenen wat uw behoefte aan eiwit is per dag. Eiwitten zijn de bouwstenen voor het lichaam en spelen een belangrijke rol bij de spieropbouw. Door te weinig eiwit te eten verliest u spiermassa, waardoor uw conditie verslechtert. Zie hieronder in de tabel de producten, die veel eiwit bevatten. Product
10
Eiwit (gram)
Bonen bruine/witte, gekookt (60 gram)
5
Chocolademelk (1 beker, 250 ml)
9
Ei (1 stuk, 50 gram)
7
Huzarensalade (50 gram)
3
Kaas 48+ (voor 1 snee, 20 gram)
5
Kaas 30+ (voor 1 snee, 20 gram)
6
Kaas 20+ (voor 1 snee, 20 gram)
8
Kwark, naturel (1 schaaltje, 150 ml)
15
Melk ( 1 beker, 250 ml)
10
Noten en pinda’s (1 eetlepel, 20 gram)
20
Pap (1 schaaltje, 150 ml)
5
Vis (100 gram)
18
Vla (1 schaaltje, 150 ml)
5
Vlees, gemiddeld vet (100 gram)
19
Vleeswaren (voor 1 snee, 15 gram)
4
Yoghurt (1 schaaltje, 150 ml)
5
Yoghurtdrank (1 beker, 250 ml)
8
Praktische adviezen voor meer eiwit in uw voeding: • Verdeel de maaltijden over de dag. Eet naast 3 hoofdmaaltijden ook tussendoortjes en gebruik bij elke maaltijd producten met eiwit. • Gebruik eiwitrijke tussendoortjes. Voorbeelden van zoete eiwitrijke tussendoortjes zijn: vla, milkshake, pudding, (vruchten-)yoghurt (vruchten-) kwark Voorbeelden van hartige eiwitrijke tussendoortjes zijn: blokjes kaas, stukjes worst, pinda’s , noten, hartige snacks, toastje met paté, vleesof haringsalade, stukje vis. • Gebruik een ruime hoeveelheid melk en melkproducten zoals melk, yoghurt, kwark, roomkaas, (slagroom)vla, chocolademelk, yoghurtdrank. Zie tevens de aanbevolen hoeveelheden melk en melkprodukten in hoofdstuk 2. • Gebruikt royaal hartig beleg op brood bijvoorbeeld kaas, vleeswaren, vis of ei. • Probeer, als vlees u tegen staat, of koude vleeswaren u wel smaken.
11
5. Dieet met extra eiwit en overgewicht Wanneer uw BMI zich boven 27 bevind is er sprake van overgewicht, de diëtist kan met u gewichtsafname bespreken. Is uw BMI boven de 30 dan is er sprake van ernstig overgewicht en is het raadzaam gewichtsafname na te streven. Overgewicht kan ervoor zorgen dat klachten als kortademigheid en benauwdheid worden versterkt. Ook kunnen als gevolg van overgewicht rugklachten, gewrichtsklachten en slaapapneu (perioden van ademstilstand tijdens de slaap) ontstaan. Overgewicht vergroot tevens het risico op hoge bloeddruk, suikerziekte (diabetes) en hart- en vaatziekten. Door de klachten van de COPD kan het zijn dat u minder energie verbruikt. Kortademigheid en vermoeidheid kunnen ervoor zorgen dat u veel minder beweegt dan voorheen. Als u in dit geval blijft eten wat u altijd gewend was, kan u onbedoeld aankomen. Het is daarom belangrijk dat u uw voeding aanpast naar uw behoefte. Daarnaast is het belangrijk dat u ondanks de vermoeidheid en kortademigheid in beweging blijft. Dit houdt uw conditie en spiermassa op peil. Het doel van de behandeling bij COPD en overgewicht is de hoeveelheid vet in het lichaam te verminderen en de spiermassa te behouden of te verbeteren. Het is daarom raadzaam om onder begeleiding van een diëtist een langzame gewichtafname na te streven. Een “crashdieet” volgen waarbij u meerdere kilo’s per week afvalt is niet aan te raden omdat u dan ook spiermassa verliest. Verder kunnen medicijnen zoals Prednison ervoor zorgen dat de vetverdeling in uw lichaam verandert. U kunt daardoor dikker worden bij uw gezicht en uw romp. Ook kunt u door de medicijnen meer eetlust krijgen en vocht vasthouden. Mensen met COPD en overgewicht hebben meer eiwitten nodig maar minder calorieën. * Zie tevens de tabel in hoofdstuk 4 welke producten veel eiwit bevatten. 12
Eiwitten zijn de bouwstenen voor het lichaam en spelen een belangrijke rol bij de spieropbouw. Door te weinig eiwit te eten verliest u spiermassa, waardoor uw conditie verslechtert. Praktische adviezen voor meer eiwit en minder calorieën in uw voeding • Sla geen maaltijden over. • Eet op geregelde tijden eten. • Langzaam eten en goed kauwen. • Niet minder te nemen dan op uw dieetlijst staat. • Voldoende eiwitten in uw voeding gebruiken door: - voldoende mager/halfvolle melk en melkproducten te gebruiken: zie de aanbevolen hoeveelheden op bladzijde 6. - gebruik mager hartig beleg op brood: zie voor broodbeleg de brochure Energiebeperkt dieet. • Geen of zo weinig mogelijk producten nemen, die veel suiker, veel vet en/of alcohol bevatten. Dit geldt met name voor tussendoortjes en snacks * Zie tevens de adviezen in de brochure: het Energiebeperkt dieet.
13
6. Dieet met extra eiwit en ondergewicht Mensen met COPD en ondergewicht hebben, naast de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid, behoefte aan extra energie. Dit komt neer op ongeveer 500 Kcal per dag extra. Dit staat gelijk aan ongeveer 4 boterhammen met margarine, vleeswaren en/of kaas en een beker melk. Daarnaast heeft u 1.5 x zoveel eiwitten nodig. De diëtist kan voor u uw eiwitbehoefte berekenen. * Zie tevens de tabel in hoofdstuk 4 welke producten veel eiwit bevatten. Als u te weinig calorieën gebruikt dan worden de eiwitten in uw voeding niet voor de spieropbouw gebruikt maar voor de verbranding. Eiwitten zijn de bouwstenen voor het lichaam en spelen een belangrijke rol bij de spieropbouw. Door te weinig eiwit te eten verliest u spiermassa, waardoor uw conditie verslechtert. Praktische adviezen voor meer eiwit en calorieën in uw voeding zijn: • Gebruik vaker kleine maaltijden verspreid over de dag. (bijvoorbeeld 6 maaltijden om de 2 á 3 uur) • Neem de hoofdmaaltijden op de tijdstippen van de dag dat u zich het best voelt. • Varieer zoveel mogelijk: wissel zoete, zure of hartige gerechten, warme en koude gerechten regelmatig af. • Vermijd te grote porties. • Kies voor kant- en klare gerechten als het klaarmaken van de maaltijd u tegenstaat. Of als het teveel inspanning kost de maaltijden te bereiden. • Neem een extra broodmaaltijd als de warme maaltijd u tegenstaat. • Drink voldoende over de dag, tenminste 1,5 liter. Kiest u daarbij vooral voor dranken die energie en eiwitten bevatten. Gebruik in elk geval 0,5 liter zuivel per dag. • Fris-zure producten bevorderen de eetlust. Denk hierbij aan een klein glas vruchten- of tomatensap, een (stukje) appel, augurk of tomaat. 14
Ook een klein kopje bouillon is goed voor de eetlust. Gebruik deze producten ongeveer een half uur voor de maaltijd. • Neem liever niet te vaak voedingsmiddelen die snel een vol gevoel geven en weinig energie leveren, zoals rauwkost en (grof) volkorenbrood. • Gebruik zo nodig dubbel hartig beleg op uw boterham en neem tussendoor eens een plakje extra. Bijvoorbeeld rookvlees, kipfilet, kaas, ham, rosbief, vis (tonijn, haring, sardientjes uit blik) of een ei. • Aan een schaaltje vla, pap of yoghurt kunt u voor extra energie wat suiker, honing, limonadesiroop of een scheutje ongeklopte room toevoegen. * Zie tevens de adviezen in de brochure: het Energie- en Eiwitverrijkte dieet.
15
7. Adviezen Calcium en vitamine D Mensen met COPD hebben een verhoogd risico op botontkalking wat de kans op botbreuken verhoogd. Dit komt onder andere door het gebruik van bepaalde medicijnen. Corticosteroïden (o.a. Prednison) zorgen voor meer calciumuitstoot via de nieren en minder calciumopname in de darmen. Er ontstaat daardoor een calciumtekort. Bovendien zorgt Prednison voor minder botaanmaak. Verder is eiwitafbraak een eigenschap van Prednison, wat er op zijn beurt weer voor zorgt dat het bot ontkalkt. Een combinatie van deze eigenschappen zorgt voor poreuze botten of botontkalking (osteoporose). Om dit proces tegen te gaan, is het heel belangrijk uw voeding voldoende calcium bevat. Ook verminderde lichamelijke activiteit verhoogt de kans op botontkalking. Calciumbehoefte De Nederlandse Gezondheidsraad beveelt per dag de onderstaande hoeveelheden calcium aan: Personen van 19 tot 50 jaar
: 1000 mg calcium per dag
Personen van boven de 50 jaar
: 1100 mg calcium per dag
Personen van boven de 70 jaar
: 1200 mg calcium per dag
Personen die corticosteroïden gebruiken : 1500 mg calcium per dag
Gebruikt u genoeg calcium? Vul de tabel op de volgende pagina in. Vermenigvuldig de aantallen met de milligrammen calcium en tel ze vervolgens op.
16
Voedingsmiddel
Aantal
Mg
1 beker melk (200 ml)
X 250
1 glas melk (150 ml)
X 185
1 glas melk verrijkt met calcium
X 300
Totaal calcium
(150 ml) 1 glas sojamelk verrijkt met
X 195
calcium (150 ml) 1 glas karnemelk (150 ml)
X 150
1 glas chocolademelk (150 ml)
X 160
1 glas drinkontbijt(150 ml)
X 170
1 bord pap (250 ml)
X 250
1 schaaltje cornflakes met melk
X 150
1 glas drinkyoghurt (150 ml)
X 150
smeerkaas voor 1 snee brood
X 70
1 plakje kaas (20 gram)
X 170
2 blokjes kaas
X 340
1 schaaltje kwark of pudding
X 170
(150 ml) 1 schaaltje vla (150 ml)
X 190
1 schaaltje yoghurt (150 ml)
X 175
1 schaaltje Umer (150 ml)
X 305
1 ijsje (melk-, yoghurt- of room-
X 125
ijs) 1 kopje koffie met koffieroom
X 10
1 kopje koffie met koffiemelk
X 30
1 glas limonadesiroop verrijkt
X 150
met calcium (150 ml) TOTAAL PER DAG 17
Voldoende vitamine D zorgt voor een goede opname van calcium in de darmen. Een adequate vitamine D inname kan worden gerealiseerd naast een gevarieerde voeding, voldoende (dieet-)halvarine, (dieet-)margarine en bak- braadproducten te gebruiken. Toch kan het zijn dat uw niet voldoende vitamine D binnenkrijgt. Voor de volgende groepen wordt aangeraden een vitamine D supplement van 10 microgram per dag te gebruiken: • personen tussen de 4 en 50 jaar met een donkere huidskleur; • vrouwen boven de 50 jaar en mannen boven de 70 jaar; • vrouwen tot 50 jaar die een sluier dragen. Voor de onderstaande groepen wordt 20 microgram extra aan vitamine D aanbevolen: • personen die botontkalking hebben of in een verzorgings- of verpleeghuis wonen; • vrouwen boven de 50 jaar en mannen van boven de 70 jaar die weinig buiten komen; • vrouwen boven dan 50 jaar die een sluier dragen.
18
8. Specifieke voedingsadviezen bij diverse klachten Als u kortademig of vermoeid bent • Zorg ervoor dat u uitgerust bent voordat u aan een maaltijd begint. • Gebruik het ontbijt vóór dat u zich gaat wassen en aankleden. • Eet vaker per dag kleinere hoeveelheden. • Zorg voor een goede ademhalingstechniek tijdens het eten. • Neem tijdens het eten een goede houding aan. Steun bijvoorbeeld op uw ellebogen. • Eet langzaam en kauw goed. Slik een hap in één keer door en haal diep adem voordat u de volgende hap neemt. • Eet voedsel dat makkelijk te kauwen is zoals zacht voedsel. • Maak eten klaar dat gemakkelijk te bereiden is. Bijvoorbeeld eenpansgerechten, groente uit de diepvries of uit pot en gebruik kant- en klare nagerechten. • Geef u op voor een maaltijd bezorgservice (eventueel enkele dagen van de week). • Maak vaker gebruik van vloeibare producten, zoals bijvoorbeeld pap, vla, vruchtenmoes of een (maaltijd)soep. • Snij het eten in kleine stukjes of maak het fijn. • Het is belangrijk uw medicijnen op het juiste tijdstip te gebruiken. Krijgt u zuurstof toegediend, ga hier dan tijdens de maaltijd mee door. Als u ongewenst gewichtsverlies of verminderde eetlust heeft • Eet vaker kleine porties. Neem liever 6 à 7 kleine maaltijden dan alleen 3 hoofdmaaltijden. • Vermijd te grote porties; een vol bord kan op slag de eetlust doen verdwijnen. • Neem het nagerecht niet direct na de warme maaltijd, maar bijvoorbeeld een half uur later. • Zorg voor variatie: wissel koude en warme, zoete en hartige gerechten met elkaar af. 19
• Drink voldoende over de dag, tenminste 1,5 liter. Kiest u daarbij vooral voor dranken die energie en eiwitten bevatten. Gebruik in elk geval 0,5 liter zuivel. • Fris-zure producten bevorderen de eetlust. Denk hierbij aan een klein glas vruchten- of tomatensap, een (stukje) appel, augurk of tomaat. Ook een klein kopje bouillon is goed voor de eetlust. Gebruik deze producten ongeveer een half uur voor de maaltijd. • Neem liever niet te vaak voedingsmiddelen die snel een vol gevoel geven en weinig energie leveren, zoals rauwkost en (grof)volkorenbrood. • Neem de hoofdmaaltijden op de tijdstippen van de dag dat u zich het best voelt. • Gebruik zo nodig dubbel hartig beleg op uw boterham en neem tussendoor eens een plakje extra. Bijvoorbeeld rookvlees, kipfilet, kaas, ham, rosbief, vis (tonijn, haring, sardientjes uit blik) of een ei. • Aan een schaaltje vla, pap of yoghurt kunt u voor extra energie wat suiker, honing, limonadesiroop of een scheutje ongeklopte room toevoegen. Als u snel een vol gevoel heeft • Eet langzaam en kauw goed. • Neem de tijd voor de maaltijd. Vermijd het gebruik van gasvormende voedingsmiddelen als dit uw klachten verergert (zoals ui, prei, koolsoorten, koolzuurhoudende dranken en bier).
20
Als u last heeft van een droge mond • Kauw het voedsel goed. Dit produceert meer speeksel in de mond. • Drink bij iedere hap voedsel een klein beetje en houd altijd iets te drinken bij de hand. • Gebruik veel jus of saus bij uw warme maaltijd. • Beleg uw boterhammen met een smeerbaar, zacht beleg, zoals leverpastei, smeerkaas, chocoladepasta, jam, salade of roerei. • Vloeibare producten als pap, vla, pudding en yoghurt zijn gemakkelijker te eten. Als u last heeft van slijmvorming in de mond of keel Sommige voedingsmiddelen geven een plakkerig, slijmerig gevoel in de mond en keel. Dit slijm is echter niet hetzelfde slijm dat wordt geproduceerd in de luchtwegen en is dus niet hetzelfde slijm dat u ophoest! U kunt het volgende doen aan deze slijmvorming: • Spoel uw mond na het nuttigen van een slijmvormend product en aan het eind van iedere maaltijd. Of neem tijdens het eten geregeld een slokje (bij voorkeur iets “zuurs” zoals sinaasappelsap of citroenthee). • Zure melkproducten zoals karnemelk, yoghurt en kwark veroorzaken minder slijmvorming in de mond en keel dan zoete melkproducten zoals melk, vla en ijs. • Koude melkproducten geven een minder slijmerig gevoel in de mond en keel dan melkproducten die op kamertemperatuur zijn. Laat melkproducten niet onnodig weg uit uw voeding. De eiwitten die hierin zitten, zijn belangrijke bouwstoffen voor uw spieren!
21
Als u last heeft van smaakverandering Smaak veranderingen kunnen optreden door (veel) speeksel in de mond, door een infectie en door medicijngebruik. Het roken van sigaretten en sigaren vermindert de werking van de smaak. • Poets tenminste 2 keer per dag uw tanden. • Een elektronische tandenborstel is uitstekend hulpmiddel • Spoel na elke maaltijd de mond met een spoelvloeistof. Een goede en goedkope spoelvloeistof kunt u zelf maken: U lost een afgestreken theelepel zout op in een glas lauw water. Als u last heeft van verstopping Een moeilijke stoelgang kan erg hinderlijk zijn. Een ander woord voor verstopping is obstipatie. Verstopping ontstaat vaak door een combinatie van oorzaken: een tekort aan vezels in de voeding, te weinig drinken en weinig lichaamsbeweging. Het kan ook zijn dat door weinig eten minder ontlasting wordt gevormd. Het is niet noodzakelijk om dagelijks ontlasting te hebben. Echter, als u er last van hebt, is het zinvol om uw voeding aan te passen. • Een glas lauw water drinken op de nuchtere maag helpt soms. • Drink voldoende. Het is belangrijk om ruim 1,5- 2 liter per dag te drinken. • Sla het ontbijt niet over. Een ontbijt zet de darmen aan het werk. • Maak gebruik van producten die vezels bevatten, zoals de donkere broodsoorten (bruin-,rogge- en volkorenbrood, groente, fruit, gedroogd fruit (pruimen,appeltjes en abrikozen), muesli en noten.
22
9. Drinkvoeding Drinkvoeding is een drank waar extra energie, eiwitten, vitamines en mineralen in zitten. Het is te verkrijgen in verschillende soorten, smaken en samenstellingen. Drinkvoeding wordt geadviseerd als het u niet lukt om door middel van een “normale” voeding voldoende voedingsstoffen binnen te krijgen. Als u drinkvoeding wilt gaan gebruiken overleg dat dan altijd met u diëtist. Zij kan beoordelen of u drinkvoeding nodig heeft. Tevens kan zij advies geven over de soort en hoeveelheid drinkvoeding die het meest geschikt voor u is. De diëtist kan een machtiging uitschrijven zodat de drinkvoeding door uw zorgverzekeraar vergoed wordt in de thuissituatie. Afbouwen drinkvoeding (eventueel in overleg met uw diëtist) Als u zich beter gaat voelen en aangekomen bent tot uw “minimumgewicht” = BMI 21 dan kunt u elke week uw drinkvoeding verminderen met 1 flesje per dag. Blijf uw gewicht in de gaten houden!
23
10. Eettabel Mocht u behoefte hebben aan meer informatie over de hoeveelheid eiwitten en calorieën in de voedingsmiddelen, dan kunt u overwegen om de eettabel aan te schaffen. De eettabel is een handig hulpmiddel bij gezonde voeding en geeft o.a. het aantal calorieën, eiwitten, koolhydraten, vet en verzadigd vet weer per voedingsmiddel. Handig is dat er uitgegaan wordt van gemiddelde porties waarachter ook de eenheden en het aantal grammen van het voedingsmiddel beschreven staan. De eettabel kost € 7.95, exclusief verzendkosten. Via internet www.voedingscentrum.nl Ga naar 'webshop', kies categorie "gewicht & afvallen". Hier vindt u de Eettabel. U kunt ook met behulp van de zoekbalk zoeken op bestelnummer 806 of Eettabel. www.bol.com Zoeken op "Eettabel" of ISBN-nummer 978-905-177-045-2
24
Tabel om wekelijks uw gewicht te noteren Datum
Gewicht
Opmerkingen
25
26
27
Telefonisch spreekuur: op werkdagen van 09.00-9.30 uur Tel. 0591 - 69 12 57
MA 2147 12-13 –v1 H
Scheper Ziekenhuis Afdeling Diëtetiek Boermarkeweg 60 7824 AA Emmen