§1
Absolutisme in Engeland 1534 > Hendrik VIII > stichting Anglicaanse kerk Voor opvolgers geldt: vorst bepaalt geloof! vb:
Eduard VI (prot) vervolgt RK Mary Stuart (RK) vervolgt prot - gehuwd/gescheiden van Filips II - sterft kinderloos - halfzus Elisabeth volgt op (prot) 1588 Armada door Filips II
Karel I
§1
* 1625 koning * goddelijk recht *Gevolg: ruzie met parlement burgeroorlog 1649 Karel I onthoofd Cromwell aan de macht > Lord Protector - 1658 † > tussenperiode 1685 Jacobus II (absolutisme + RK) > SG wil dat dochter opvolgt = Mary Stuart X Willem III 1688
Glorious Revolution Bill of Rights Eng + Republiek > nuttig ivm coalitieoorlogen tegen Fr. Koning Lodewijk XIV
Absolutisme in Frankrijk Hendrik IV was eerste absoluut vorst (1553-1610)
Lodewijk XIII werd opgevolgd door zijn zoon Lodewijk XIV (1638-1715) - ook te jong om te regeren - eerst hulp van zijn moeder, later door kardinaal Mazarin | * 1648-1653 neerslaan van opstanden * tegenwerking van de adel * verhogen van de belastingen • Verplichte adel om aan het hof te wonen kon ze nu in de gaten houden * adel heeft nu alleen een adviesfunctie, maar de koning beslist * Droit Divin (= goddelijk recht) * L’etat c’est moi (= de staat, dat ben ik!) * Zonnekoning * terugdraaien van het Edict van Nantes Hugenoten vluchten naar de Republiek
Wetenschappelijke revolutie
§5
Onverklaarbare verschijnselen werden vroeger toegeschreven aan God. Nu zelf onderzoeken. Hoe? a.
Zelf waarnemen (= observeren) = nieuw, want in middeleeuwen: - gebruik van teksten van monniken - gebruik van Griekse teksten b. Beschrijven van de waarneming, leidt tot experimenten of beredeneren Men gaat op zoek naar natuurwetten.
Enkele voorbeelden:
René Decartes (1596-1650) - afkomstig uit de bourgeoisie - wiskundige - beroemd geworden door nieuwe manier van denken = filosofie | * Grens tussen werkelijkheid en illusie is vaag > daarom moet je aan alles twijfelen > behalve aan jezelf, want: Hij twijfelde > daarom moest hij bestaan > was hij geen illusie (‘Cogito ergo sum’ = ik denk, dus ik ben) Iets is dus alleen waar als je het kan bewijzen!
Anthonie van Leeuwenhoek (1632-1723) - afkomstig uit de middenklasse (ambachtslieden) - geboren en begraven in Delft (Oude Kerk) - verbetering van bestaande lenzen – microscoop - volgeling van methode van Descartes Ontdekking van micro-organismen, zoals: - rode bloedcellen - kaasmijt (leeft in oude kaas) - zaadcellen man - facetoog libelle
Isaac Newton (1643-1727) - ouders waren rijke boeren - hoogleraar wiskunde aan universiteit Cambridge - volgde de theorieën van Galileo Galilei * sterrenkunde * zon is middelpunt zonnestelsel - bedenker van de gravitatiewet = zwaartekracht tijdens pestepidemie, naar huis zag appel van de appelboom vallen vroeg zich af: waarom valt de maan niet naar de aarde? - bedenker van de wet: actie is reactie
Galileo Galilei
Natuurwetten en God
§5
Geloof in natuurwetten ook toepassen op samenleving en geloof
Baruch Spinoza (1632-1677) * zoon van Portugese joodse ouders * geboren in Amsterdam * beroemdste boek: Ethica * volgt de ideeën van Descartes > gaat dus uit van twijfel * waarnemen is moeilijk door het gevoel dat je erbij hebt we zien hetzelfde, maar ervaren iets anders Daardoor:
- natuur en God zijn hetzelfde - jezus is een goed mens - mensen moeten verdraagzaam zijn
John Locke (1632-1704) * Engelse middenklasse * bewonderaar van Descartes * tegen het Droit Divin * geloofde in natuurrechten = rechten die mensen van nature hadden * accepteren van vorsten, maar met recht tot afzetten | gevolg: Verlicht absolutisme = vorsten combineren macht met ideeën van natuurrechten en volksinvloed
Invloed van deze filosofen? Groot door:
- uitvinding boekdrukkunst - meer aanzien - nadenken over rechten vd mens, godsdienst, macht vd kerk, bestuur vh land
Opkomst stedelijke cultuur
§4
Waarom? - toename welvaart (moedernegotie, specialisatie boeren,VOC, WIC) - gewetensvrijheid (maar katholieken zijn achtergesteld) - vrijheid van meningsuiting - immigratie uit: - 1580 – 1620 > Zuidelijke Nederlanden (religie, handel) - vanaf 1620 > Duitsers (30-jarige oorlog, werk) - 1e helft 17e eeuw > Spanje/Portugal (Joden - pogrom) - vanaf 1685 > Frankrijk (Hugenoten – Edict van Nantes ingetrokken)
Rijke burgerij > regenten of patriciërs - kopen aandelen VOC en WIC - geven geld uit aan: dure kleding, meubilair, schilderijen, koop huizen Daardoor:
- opkomst schilderkunst * landschappen * stillevens * portretten * zeegezichten * dagelijks leven - opkomst opvoedkundige poppenhuizen