OTB &
3-4 2010
Omgeving kwartaaluitgave van het Onderzoeksinstituut OTB bijlage Feestelijke congres m met lustru eest en bedrijfsf
European Network for Housing Research verhuist naar OTB
Aanscherpingen EPC leiden niet tot grote energiebesparingen
Rekentool ontwikkeld voor milieubelasting van onderhoud
Het Onderzoeksinstituut OTB wordt vanaf januari 2011 het nieuwe onderkomen van het secretariaat van het ENHR. Daarmee plaatst het OTB zich in het centrum van het Europese woon- en stedelijk onderzoek.
De aanscherpingen van de EPC in de afgelopen jaren lijken niet te hebben geleid tot minder energiegebruik voor verwarming in nieuwbouwwoningen. De rekenmethodiek in de EPC, de kwaliteit van woningen en de leefstijl van bewoners zijn daarvoor verantwoordelijk.
De milieubelasting van gebouwen is te beperken door gericht onderhoud. Dat levert meer op dan alleen duurzame nieuwbouw. Corporaties, bedrijven, W/E adviseurs en het Onderzoeksinstituut OTB ontwikkelden samen een praktisch rekeninstrument.
pagina 3
pagina 4
pagina 2
Buurt niet van groot belang voor integratie
Kansen ro-beleid om verplaatsingsgedrag te beïnvloeden
Allochtonen in concentratiewijken hebben meer moeite met het leggen van contacten met autochtonen dan allochtonen uit gemengde wijken. Toch moet niet te snel verband gelegd worden tussen dit ‘buurteffect’ en de kansen van allochtonen in de samenleving.
Stem de inrichting van nieuwe woonwijken af op de vervoermiddelen waarmee de bewoners zich willen verplaatsen. Hoe hun voorkeuren tot stand komen, blijkt uit een omvangrijk en met moderne middelen uitgevoerd promotieonderzoek.
pagina 5
pagina 6
OTB-cursussen en -studiedagen pagina 7
Recente uitgaven pagina 8
OTB huisvest secretariaat European Network for Housing Research Het Onderzoeksinstituut OTB wordt vanaf januari 2011 het nieuwe onderkomen van het secretariaat van het ENHR. Daarmee plaatst het OTB zich in het centrum van het Europese woon- en stedelijk onderzoek.
Kim Scheffelaar, Peter Boelhouwer en Marietta Haffner.
H
et Onderzoeksinstituut OTB neemt
leren lid te worden van het ENHR. Haffner: “Instituten en
in januari 2011 het secretariaat van
onderzoekscentra kunnen institutioneel lid worden. Behalve
het European Network for Housing
dat de medewerkers de nieuwsbrief ontvangen en met kor-
Research (ENHR) over. Sinds de
ting kunnen deelnemen aan bijeenkomsten, heeft de werk-
oprichting in 1988 is het ENHR-se-
gever aanvullende voordelen. Zo kunnen zij over hun eigen
cretariaat gevoerd door het Institute for Housing and
activiteiten publiceren in de nieuwsbrief, zoals over eigen
Urban Research aan de Uppsala Universiteit in Gävle,
bijeenkomsten en onderzoeksprojecten. In ENHR-verband
Zweden. Dr. Marietta Haffner en Kim Scheffelaar
is samenwerking met andere organisaties in internationale
nemen vanaf januari de coördinatie van het ENHR-
projecten op te zetten.
secretariaat op zich en zijn tevens verantwoordelijk
Dan is er ook, voor organisaties – veelal overheden en semi-
voor de uitgebreide nieuwsbrief die eens per kwartaal
overheidsinstellingen – die zelf geen onderzoek uitvoeren
verschijnt. Ook komt er een nieuwe website.
maar wel onderzoeksresultaten gebruiken, de mogelijkheid
Het ENHR telt 1.200 leden in landen zowel binnen als buiten
geassocieerd institutioneel lid te worden. Deze leden kunnen
Europa. Zij leveren een aanzienlijke bijdrage aan onder-
daardoor ook vroegtijdig kennis nemen van de nieuwste
zoek naar wonen en stedelijke ontwikkeling. Zij zijn deels
onderzoeksresultaten.”
werkzaam bij zo’n honderdtwintig organisaties die eveneens zijn aangesloten.
Nauwe banden
OTB & Omgeving december 2010
Het OTB participeert al jaren in het ENHR: vele OTB’ers Vele werkgroepen
nemen deel aan de congressen en participeren in de
Binnen het ENHR zijn meer dan twintig werkgroepen actief
werkgroepen. Werkgroepen die thans door OTB’ers worden
op uiteenlopende onderwerpen, zoals eigenwoningbezit
voorgezeten en die zij deels mede hebben opgericht zijn:
en globalisering, vergelijkend woonbeleid, institutionele
Housing regeneration and maintenance, Social housing in
dynamiek en organisatiedynamiek van sociale huisvesting,
Europe, Provision of land for social and affordable housing,
stedelijke dynamiek, grond en ruimtelijke ordening en juri-
Residential environments and people, Large housing estates
dische aspecten van wonen. Daarnaast is er een werkgroep
en Homeownership and globalisation. In 2007 organiseerde
waarin beleidsmedewerkers van de ministeries die verant-
het OTB het vierdaagse jaarcongres in Rotterdam. Peter
woordelijk zijn voor het wonen in de verschillende landen,
Boelhouwer, wetenschappelijk directeur van het OTB, is
elkaar ontmoeten.
sinds 2008 voorzitter van het ENHR en bezig aan een
De werkgroepen komen bij elkaar tijdens jaarlijkse interna-
tweede termijn.
tionale conferenties en kleinere bijeenkomsten die door de
“Dat het OTB het secretariaat van het ENHR wilde huisvesten,
werkgroepen zelf worden georganiseerd. Het ENHR sponsort
lag voor de hand”, stelt Haffner. “Het onderzoeksinstituut is al
deze meetings, evenals de jaarlijkse bijeenkomst van nieuwe
bijzonder actief op Europees niveau en ziet in het overnemen
jonge onderzoekers die aan hun proefschrift werken.
van het secretariaat een mogelijkheid de positie in de interna-
Informatie
tionale onderzoekswereld te versterken, een grotere rol te Nieuwe leden
spelen in internationale discussies en mede de internationale
Met het secretariaat in Nederland hopen Haffner en ENHR-
onderzoeksagenda te bepalen. En met de voorzitter in huis
voorzitter Boelhouwer Nederlandse vakgenoten te stimu-
zijn de lijnen natuurlijk kort.”
2
Het nieuwe secretariaat is te bereiken via
[email protected]
Gedrag bewoners wordt mede bepaald door gebruikte technologie
Aanscherpingen EPC leiden niet tot grote energiebesparingen De aanscherpingen van de EPC in de afgelopen jaren lijken niet te hebben geleid tot minder energiegebruik voor verwarming in nieuwbouwwoningen. De rekenmethodiek in de EPC, de kwaliteit van woningen en de leefstijl van bewoners zijn daarvoor verantwoordelijk. Dat concludeert Olivia Guerra Santin in haar proefschrift over feitelijk energiegebruik in woningen.
W
oningen worden theoretisch steeds
grammeerbare thermostaten en gebalanceerde ventilatie-
energiezuiniger gebouwd, onder meer door energiemaatregelen in het kader van Europese wetgeving. Hoewel de introductie van de regel-
geving rond de Energieprestatiecoëfficiënt in 1995 heeft
systemen.”
Olivia Guerra Santin: “Huishoudens met handmatig bedienbare thermostaten en mechanische afzuigventilatie gaan zuiniger om met energie ”
Het beleid is nu vooral gericht op energiebesparing door middel van technische maatregelen. Om tot een optimale energiebesparing te komen, vindt de onderzoekster in ieder geval verder onderzoek naar bewonersgedrag nodig.
geleid tot lager energiegebruik, hebben de aanscherpingen Nederland loopt voorop
van de norm in 1998, 2000 en 2006 in Nederland niet geleid tot noemenswaardige verdere energiebesparingen. Olivia
Guerra Santin raakte in haar geboorteland Mexico geboeid
Guerra Santin, die in oktober van dit jaar promoveerde
Grote variatie
door duurzaamheid toen zij tijdens haar studie Architectuur
op feitelijk energiegebruik in woningen: “Woningen met
Het is dus de vraag of nieuwe aanscherpingen van de EPC
informatie verzamelde over smart houses: woningen met
een lage EPC hebben niet altijd een laag energieverbruik.
effect zullen hebben of dat verdere energiebesparing bereikt
een flinke dosis innovatieve elektronische voorzieningen.
Dit komt deels door de EPC-berekeningsmethode, waarin
moet worden met betere controle, bouwuitvoering en moni-
“Nederland bleek een van de voorlopers op het gebied van
gestandaardiseerde waarden voor kenmerken en gedrag van
toring en met gedragsbeïnvloeding. Het onderzoek heeft een
techniek en regelgeving ten behoeve van duurzaamheid.” Ze
huishoudens niet representatief zijn voor de werkelijke ken-
schat aan data opgeleverd maar daar was wel een omvang-
besloot haar studie in Wageningen voort te zetten (Urban
merken en gedrag. Het blijkt bijvoorbeeld dat bewoners in
rijke vragenlijst onder huurders en eigenaar-bewoners van
Environmental Management) en accepteerde vervolgens een
beter geïsoleerde woningen de voorkeur geven aan hogere
nieuwbouwwoningen voor nodig. “De grote variatie in het
promotieplaats aan de TU Delft.
binnentemperaturen, waardoor het effect van isolatie op het
gebruik van energie voor verwarming van recent gebouwde
In de verdere carrière van Guerra Santin zal energie haar
energiegebruik weer gedeeltelijk teniet wordt gedaan.”
woningen is voor ongeveer twintig procent te verklaren door
aandacht blijven krijgen. “Energiebesparing is een onderdeel
de fysieke eigenschappen van de woningen”, stelt Guerra
van duurzaamheid, net als zuinig omgaan met bouwmateria-
Santin. “Tijdens mijn onderzoek kwam ook het gedrag van
len, en blijft een belangrijk onderwerp in de samenleving.”
bewoners naar voren als een andere belangrijke factor bij energiegebruik. Dat draagt voor ongeveer tien procent bij
Informatie
aan de variatie in het verbruik van energie ten behoeve van verwarming. Het onverklaarde deel is dus aanzienlijk. Dit komt mogelijk doordat woningen kunnen afwijken van de bouwvergunning of dat de ventilatie- en verwarmingsinstallaties niet naar behoren werken.” Bewonersgedrag Ook kan bewonersgedrag een grotere rol spelen. “Mijn onderzoek naar het verwarmingsgedrag van bewoners liet zien dat dit mede wordt bepaald door de grootte van de woning,
Olivia Guerra Santin, Actual energy consumption in
de aanwezige technologie, zoals het type thermostaat en
dwellings. The effect of energy performance regula-
het type ventilatiesysteem. Huishoudens met handmatig
tions and occupant behaviour, 2010 (zie Recente
bedienbare thermostaten en mechanische afzuigventilatie
uitgaven op pag. 8).
gaan zuiniger om met energie dan huishoudens met pro-
3
Ontwikkeltraject naar praktisch instrument gestart
Rekentool voor milieubelasting van onderhoud De milieubelasting van gebouwen is te beperken door gericht onderhoud. Dat levert meer op dan alleen duurzame nieuwbouw. Om een goede combinatie van onderhoudsingrepen te vinden, ontwikkelen corporaties, bedrijven, W/E adviseurs en het Onderzoeksinstituut OTB samen een praktisch rekeninstrument dat medio 2011 op de markt komt.
De rekentool poogt onderhoudsactiviteiten te voorkomen.
Z
owel woningcorporaties en gemeenten als
nauwkeurig de duurzaamheid van onderhoud te berekenen.
bouw- en onderhoudsbedrijven zijn zich
Zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers kunnen er pres-
ervan bewust dat beheer en onderhoud
tatiegericht mee sturen op duurzaam onderhoud en beheer.
van gebouwen duurzamer moet. Het
De tool biedt een uitgebreide keus in verschillende ingrepen,
heeft niet alleen voordelen voor het
waardoor veel verschillende onderhoudsscenario’s en hun
milieu, maar ook voor de eigen portemonnee. Zij hebben
milieubelasting kunnen worden vergeleken. Het betreft een
behoefte aan een nieuw rekeninstrument waarmee zij de
praktisch tool gebaseerd op de wetenschappelijke levenscy-
milieueffecten van onderhoudsscenario’s kunnen door-
clusanalyse en de levenscycluskosten-analyse.
ten die je kunt behalen in de bestaande voorraad.”
rekenen en op basis daarvan een keuze kunnen maken
In de rekentool worden de volgende principes gehanteerd:
Straub is zeer geïnteresseerd in de vragen die vanuit de
voor een bepaald onderhoudsscenario. Zo’n scenario om-
• verlengen van de vervangingsinterval of het vervangen
markt zullen komen: ”De pilots zijn erg interessant en zeker
vat beslissingen over de soort onderhoudsmaatregelen, de onderhoudscyclus en de omvang van die maatregelen. Deze scenario’s zijn al wel te beoordelen op basis van
van bouwdelen voorkomen • verlengen van de onderhoudsinterval of onderhoudsactiviteiten voorkomen
de data die eruit voortkomen. Welke afwegingen kan je maken bij het kiezen van het juiste onderhoudsscenario? Wat zijn de gevoeligheden? En wat zijn de zekerheden en
kosten, technische prestaties en risico’s, maar nog niet
• gebruiken van duurzame producten en materialen
onzekerheden? Isolatie is altijd een goede maatregel. De
op milieubelasting.
• combineren met maatregelen die energiegebruik beper-
milieuterugverdientijd daarvan is vijf jaar. Maar wij zijn op
ken. Geen overheidstoezicht meer
De rekentool zal in de eerste plaats worden ontwikkeld om
Het Onderzoeksinstituut OTB en W/E adviseurs hebben het
de milieueffecten van onderhoudsscenario’s voor de schil
voortouw genomen in de ontwikkeling van een rekentool
van gebouwen te berekenen, te weten gevels, daken, bal-
voor duurzaam prestatiegericht onderhoud. Het idee voor
kons en galerijen. De installaties komen wellicht later aan de
dit instrument is niet nieuw. Het OTB heeft al enige jaren
beurt. Het streven is om medio 2011 een eerste marktversie
ervaring met onderzoek naar milieueffecten van renovatie en
op te leveren. Een vervolgstap is de oplevering van een
onderhoud, onder meer binnen het Onderzoeksprogramma
online applicatie.
‘Woningkwaliteit 2020’. Het OTB en woningcorporatie Portaal
OTB & Omgeving december 2010
Uniforme en transparante werkwijze voorgesteld door brancheorganisatie
hadden het initiatief genomen om samen met andere wo-
Focus op onderhoud
ningcorporaties en bedrijven een instrument te ontwikkelen
Er zijn al veel duurzaamheidsinstrumenten op de markt,
voor het maken van milieutechnische vergelijkingen tussen
zoals GPR Gebouw en BREEAM-NL. Deze zijn voornamelijk
verschillende onderhoudsscenario’s. En ook W/E adviseurs
ontwikkeld voor beslissingen over nieuwbouw en renova-
had al in opdracht van Rutges Vernieuwt BV een prototype
tieplannen. Waarom dan toch een nieuw tool? Ad Straub,
gemaakt van een rekentool met hetzelfde doel.
samen met Arjen Meijer namens het OTB bij het project be-
Beide initiatieven zijn samengevoegd. Dankzij deze samen-
trokken, legt uit: “De bestaande instrumenten zijn te breed
werking tussen het Onderzoeksinstituut OTB en de vraag-
van karakter vanwege de hoeveelheid thema’s en zijn op het
en aanbodzijde van de markt kan het instrument al rekenen
onderdeel onderhoud te beperkt. Bij dit nieuwe instrument
op een breed draagvlak.
ligt de focus op het onderhoud in plaats van op nieuwbouw.
zoek naar andere zekerheden.”
Informatie
Er wordt weinig nieuwbouw gepleegd, waardoor de effecten
Opleveren van installaties in nieuwe woningen,
Praktisch instrument
van duurzaamheidsmaatregelen gering zijn. Het ligt daarom
R. Kroese, F. Meijer, A. Straub en H. Visscher, 2009,
Met dit nieuwe instrument is objectief, betrouwbaar en
meer voor de hand om het instrument te richten op resulta-
Het rapport is beschikbaar als pdf op www.otb.tudelft.nl.
4
et m n a a t s e b -jarig 5 2 t r e i v B es r g OT n o c t e z e opg d e e r b n e t s fee
groot jubivierd met een ge r be em pt eind se tituut OTB is Onderzoeksins t he n erse lijnen va n aa st pectieven. Div rs pe e t. Het 25-jarig be w es eu fe ni ls ee t gevolg zijn ling: naar en een person eringen die he elijke ontwikke nd ed ra St leumcongres ve : t ee de m 4, a 2009-201 e-Verhagen da eeg als them eerjarenplan t kabinet Rutt -m he TB Het congres kr n O t va d he : or uw lteit Bo geerakko in mooi samen ut naar de facu inken in het re kwamen daar derzoeksinstitu ssie en doorkl ce on t re e he n ch is va ergang van de econom werd, en de ov ganisatie deel sdag bekend re ng co zelfstandige or de s al op TB van O t he erd dat vindt Dirk Jan rin besloten w de TU Delft”, aa w kunde. en nn ar als bi ja ijk e ed el fd enschapp TB past go valt in hetzel met zowel wet kunde. “Het O f Het jubileum uw tie en ac le Bo al it is et lte ut ni cu rt zich et institu van de fa en manifestee van Bestuur. “H ijs gaat uitmaken ge rw lle de it Co on t lte ijk cu he de fa happel zitter van in het wetensc Delft en binnen den Berg, voor rticipeert ook binnen de TU pa TB k, O t oe rz he n de sitie va toegepast on ionaal. De po ” tussen weten r ook internat orgd worden. rb aa kt aan de band w nationaal maa er ge w t ed cht en he go j k an hi oo rm tijk. En oet dan t OTB pe sten in de prak Bouwkunde m oreerde dat he om iktk em ui tw m on de er n er uw n zullen heden va r Boelho komende jare singsmogelijk Directeur Pete as de ep n ar to “I da e. de l ill za en eu portef Het OTB derzoek he onderzoeks en optreden. schappelijk on een strategisc in woonbuurt n en aa n e va rs belicht. rd n ke aa re ge w ook grote veranderin le van de sp en ke aarin en en el or sp do d n ei t werkveld, w ondbel n werde breedte van he kelingen in gr e onderwerpe lle id or vo Be vo .” g de en lin in el bb es st voor he emasessi de belang veel aandacht middel van th ekers, gezien or zo do be ch el zi ve de el bevi enteer d. Deze opzet Het OTB pres g centraal ston lin el st n ee ie per sess ssies. elk van de se
I
Jim Schuyt: voor doorstr “EU-beschikking nad eling oming”
“De woningm arkt is ontwric ht en moet op de directeur va de schop”, vind n woningcorpo t ratie de Alliant OTB-program ie en lid van de maraad Jim Sc huyt. “Er blijft grote vraag naar go edkope huurw middeninkom oningen. Lage ens helpen aa en n deze wonin opgave van co gen is de groo rporaties. ts te De EU-beschik king betreffend e de inkomen maal 33.000 sgrens van m euro voor toew axiijzing van een is nadelig voor corporatiewon de doorstrom ing ing. Segregat ving naar inko ie van de sam men zal daardo en leor ningen verhur toenemen. En en tegen mar corporatiewokthuurprijzen op gang te ho om de doorst uden is evenm roming in een oploss ing: scheefwon en meer huur be talen; er is ee rder noodzaak tot huurverlagi ng.”
Sprekers
van Bestuur TU rzitter College oo (V rg Be n de - Dirk-Jan van van het en Integratie en Delft) ijk W , en on n (DG W - Mark Frequi VROM) n ) va ie tr minis ie de Alliantie oorzitter direct nsitie Ge(V ra yt et hu gi er Sc En m - Ji er Platform itt rz oo (V uw - Jan Terlo ving) bouwde Omge
Deelnemers
sie
paneldiscus
ht) meente Utrec (wethouder ge ble h na sc ai Bo st Su rie ar ar -H ft-hooglera el D U (T al H - Anke van sformations) Housing Tran irecteur Nirov) e Veldhuis (D ud O e tin ris - Ch ) (Directeur NVB - Nico Rietdijk Aedes) r eu ct ire -d djunct - Erik Wilke (A
II
og heid n
uk” der dr n o s d stee tad
S van de genda A e in r d a e htt . Da quin lic bereidt ark Fre menteel voor e stad, de saFre M k ie r t a a gr M nd mo en Inte VROM erneme tad. Wijken inisterie van de ond n : es e n m meer n e a o z id DG W , onder eel t t het m en ondersche n en de duur k a a d p e id v le itg e goed u toe, be ier typen sted ad van mens eurt. In v n heeft le wijken geb m gewerkt st e n e k e d ij d , r w d o w sta rde aro nke eroude rkende als in e ruk. Er zal da oeten de menwe turering van v eewegen, zo d m r o e Z d . n n m mulauc ge go “Herstr tijlen te laten eid echter no ciale oplossin ardoor kan cu a o h fs e ns ed aar door le e leefb aan fysieke é worden; med pstaat d t n n u e e n d k aatscha r e ij o b w beter jven w en op m .” li s o n r b d e e l n n m a e o o z t oork moe roep v e bew e d n b e n r d a e r t v n wo ble gro talente hterstanden id een che pro n overhe ac onomis e c e ll n e d u a z v t ls a s a tie isatie aan d sieke n f a fy a g , g r le O in ie ia pt. oc iat ven Frequ zowel s tswijken – sto zelf meer init h ic z r a h n en e ndac en wa t or wijk ertig aa oeten stemm re lees ring vo doen – de ve m f n ande a e r de e a n a r p e o o lk o e e itgift n op olitiek u men v e p d g d n n in o r o r r e g et est gelijk.” jke g hun inv ntplooien. eenteli ld verdienen m niet meer mo m e g e o d e moeten p ook op om aanpak van g ouwlocaties is e rie eb ig G w id u D u ie e h n D e r eien. “D benutten voo te scho s n e lg o v er winst v
aar “Leefb : n i u q
Twee GIS-te
thema
chnolo
sessie
gie on
rpen van de De onderwe s themasessie is als pensioen
eigen hu - Vermogen in ergiebespaeving voor en lg ge re en id - Bele oorraad aande woningv st be de in g rin actief of niet? grondbeleid: - Gemeentelijk hype? rvoer: hot of - Elektrisch ve leefstijl - Wonen naar ling en planelijke ontwikke ed st se pe ro Eu ning management -GIS en crisis
s uitg elic
ht
derste unt cr samen isisma met pr nagem oducen per dir ent ten en ect vee g l e b g inmidd els al m egevens nodig ruikers. Bij ra mpen h et 3D-d en moe gen, w ebb ata ord te er tijdig en gesimulee . Met de bijbe n ze daarove en hulpdienst r goed en en c h r k d orende ku oördina Wetens an worden ge om te berek t enen w techniek kun nnen commu chappe ëvacue niceren oren nen ram elke ge erd. rs, prod teren v . Dat k b pen, zo ucente ieden o an de t an ne a nder w ec 3D-pro ater ko ls overstromin gramm hnieken. Data n gebruikers m a’s we en te s zij van pro taan en gramm zijn, is de we n nog lang n rken samen a of ie a e a en vert t r n het o t proble rek- en uur waarmee gave van dat n a beter emloos uitwis twikkelen en ook ge aankom gev selbaar. in 2 verbesthallen Hoewe Nog v van luc ens in overde D. Een uitda l eel on g e h k in r nu t t h e g avens, de Vooral beschik ruimten, zoals is het ontwik in sted rzoek rond e kelen b o a n ar kom dergro elijke g lektris zijn. Ho en. ndse st ebiede che au ewel d ations n e t ez o n introdu ctie sle e auto inmidd voor kleine a nodig fs c e h ls op d t vervoe ts lang e mark anden zou de rh za t is – e elektris ben we ot is of slecht am verlopen, r rij che au s een h inig ge b to een ld voor ype. Ze leek tijdens d den er nu vie voorlop uitko r bijpass h e z ig maa onderd ij t n h e d m u e u a n r s r, d rond –, mst e essie o vooral zakelijk en kleine ma e infrastructu de actieradiu ver de zal de s is bep v rk ur zoals gebruik Op vee erkt en raag of elektr t worde t te bedienen oplaad l vrage is p , moet g nk n. sche de Jan ook op unten. De ele emeenten he ch elauto’s an ook het OT Terl b a k t n r d ische a B zich deze u ere bra o nog uto lijk d itwisse te verkennen ndstoff stee uw: “No t lbaar w evenals e tanden nog e n werken orden. st ds d de bela o en zal Jan T ngstellin ukbijten. Zo is oord dzaak erlou g e v e v r n mark oor het an d inge w, vo Omg tv leasen u n to ev o van acc oor elektrit de urzaam EU-v ing (PEG rzitter va u ’s, moc erba n O h sam het P ), he hten nd proce enle eid mo nt in heeft ge rinnerde latform E e v t i daan (de u ons a n de g n ergie g” eb itstoo a o t van ouwde o m vóór 2 n de belo transitie G 0 m f b t ebou 30 ee e die g roeik proce w n asga eving te N n ssen realis energier ederland de “Ned t van de m e e in d r e e u t erlan n ener c 20 p g d en d rocen . De EU-2 tie van 5 uurza heeft in ie op du 0 t 0 2 verm ur E am o aan p inder 0 strateg pwek uropa ec zame wij rodu ie e n ten ze op ht b c de la opwekk nge tontwikk are energ er een a term eling ch en initia ie en ijn .D ti de in terstand ) is norm in en bewa ef tonen; niet op z e markt dustr atief. k e ic k i allee n zij h nemen an die ve e doet na rgiebesp Huish en. arin r k . u a o an ee w D n voor udens b n lan e overhe twoorde elijks me g ereik het v l g i i e j d eterm kh je o in iso ijnbe moet daa eid voor latie etlicht te door de l r e o id on e isola twikk m meer tie is n installa brengen, resultate n van elen voora een f ties g en orse d l e besp heel zijn het gege e weten scha aring ven d terug p mog elijk.” te verdie at invest stelliger er nen. Allee ingen n al met
III
IV
Onderzoek naar buurteffecten vergt een brede kijk
Buurt niet van groot belang voor integratie Allochtonen in concentratiewijken hebben meer moeite met het leggen van contacten met autochtonen dan allochtonen uit gemengde wijken. Toch moet niet te snel verband gelegd worden tussen dit ‘buurteffect’ en de kansen van allochtonen in de samenleving. De invloed van persoonlijke keuzemogelijkheden mag niet onderschat worden.
D
e maatschappelijke positie van de bewo-
het vinden van werk dan allochtonen die in meer gemengde
ners van concentratiebuurten houdt geen
wijken wonen. Om goed antwoord te kunnen geven op die
rechtstreeks verband met het feit dat ze
vraag is het relevant om te weten hoe allochtonen in de
in een dergelijke buurt wonen. “Wanneer
buurten waar ze wonen terecht zijn gekomen.
ongemeten kenmerken, zoals voorkeuren
Uit het onderzoek blijkt dat autochtonen veel meer dan
Wenda Doff: “Woningmarkt houdt sociale ongelijkheid nog steeds in stand”
en aspiraties, zowel de buurtkeuze als andere belangrijke
allochtonen een voorkeur hebben voor buren met dezelfde
keuzes in het leven beïnvloeden, bijvoorbeeld ten aanzien
etnische achtergrond. Slechts een zeer klein percentage
van werk en scholing, dan is de gevonden samenhang
allochtonen zegt buren te willen hebben met dezelfde ach-
hoogstwaarschijnlijk een schijnverband.” Dat is een belang-
tergrond. Dat geeft dus geen verklaring voor het ontstaan
in de samenleving die sociale ongelijkheid in stand houdt
rijke bevinding in het promotieonderzoek van Wenda Doff,
van zwarte wijken. Het soort-zoekt-soortprincipe gaat juist
of voortbrengt. Onderzoekers dienen daarom de mechanis-
die in oktober van dit jaar haar proefschrift over de gevol-
veel meer op voor autochtonen.
mes te bestuderen die segregatiepatronen voortbrengen
gen en oorzaken van woonsegregatie succesvol verdedigde.
Ook blijkt dat de mate van etnische concentratie van invloed
en de betekenis ervan voor mensen onder de te aandacht
is op de contacten van allochtonen met autochtonen en op
brengen.”
Effecten van de buurt
de mogelijkheden die allochtonen hebben op de arbeids-
Het onderzoek richtte zich op de vraag welke effecten de
markt. De mate van invloed op het eerste is veel groter dan
Ongelijkheid door de buurt?
buurt heeft op de integratie van allochtonen. Vooral in de
op het tweede. Voor het leggen van contacten is de genoten
De algemene conclusie is dat etnische concentratie wel
grote steden in Nederland zie je veel wijken waar vooral
opleiding en beheersing van de Nederlandse taal echter nog
degelijk van invloed is op de maatschappelijke positie van
allochtonen wonen, de zogenoemde concentratiewijken.
belangrijker dan de buurt. Hoger opgeleide allochtonen heb-
allochtonen, maar dat dit niet de belangrijkste factor is voor
De vraag is of allochtonen uit deze wijken meer problemen
ben vaker contact met autochtonen, maar wonen ook vaker
het ontstaan van ongelijkheid. “Toch ontkom je niet aan de
hebben met het leggen van contacten met autochtonen en
in ‘witte’ wijken.
effecten van de buurt, omdat men daar nu eenmaal leeft en keuzes maakt. Ook al zijn die keuzes niet bewust gericht
Informatie
Niet iedereen profiteert
op de etnische samenstelling van de buurt, ze kunnen wel
Als herstructurering wordt ingezet om tot gemengdere
resulteren in bepaalde segregatiepatronen.”
wijken te komen, blijken de bewoners die moeten verhui-
Beleidsmakers moeten zich bewust zijn van de mitsen en
zen niet in gelijke mate te profiteren van de maatregelen.
maren die kleven aan de invloed van de buurt. “Ik zeg niet
Autochtonen geven vaker aan dat zij er qua buurt op vooruit
dat de buurt van geen enkele betekenis is bij het vormgeven
zijn gegaan. Voor een belangrijk deel is dit verschil te verkla-
van maatschappelijke kansen, maar het is belangrijk de
ren doordat autochtonen vaker in minder etnisch gecon-
buurt als middel om te integreren niet te overschatten. Om
centreerde buurten terecht komen. De allochtone bewoners
integratie te stimuleren, is de buurt niet de meest voor de
komen vaak toch weer in concentratiewijken terecht, maar
hand liggende en zeker niet de enige context waar beleid op
dit is niet alleen te herleiden tot hun wens om in dezelfde of
gericht zou moeten worden”, aldus de onderzoekster.
aanpalende wijk te wonen. Andere factoren, zoals huishoudenskenmerken en woonduur, geven evenmin een verklaring voor deze verschillen. Puzzling neighbourhood effects. Spatial selection,
Volgens Wenda Doff is de algemene gedachte dat discrimi-
ethic concentration and neighbourhood impacts,
natie in Nederland niet bestaat of inmiddels is uitgebannen.
Wenda Doff, 2010 (zie Recente uitgaven op pag. 8).
“Echter de woningmarkt is gewoon een van de domeinen
5
Meer woningen op kleinschalige locaties binnen stedelijk gebied
Kansen voor ruimtelijke ordeningsbeleid om verplaatsingsgedrag te beïnvloeden Stem de inrichting van nieuwe woonwijken af op de vervoermiddelen waarmee de bewoners zich willen verplaatsen. Hoe hun voorkeuren tot stand komen, blijkt uit een omvangrijk en met moderne middelen uitgevoerd promotieonderzoek.
S
inds vele jaren zet de overheid ruimtelijk
preciezere methode en minder belastend voor de respon-
beleid in om mobiliteit van mensen te
dent. Deze methode is ontwikkeld in samenwerking met
sturen. In de jaren negentig hadden de
specialisten op het gebied van geografische informatiesyste-
VINEX-locaties als doel goede bereik-
men op het OTB.”
baarheid per fiets en openbaar vervoer
te bieden om zo het autogebruik van en naar deze
Voorkeuren kunnen wijzigen
nieuwbouwwijken beperkt te houden. Recent is het be-
Uit Bohtes onderzoek blijkt dat zelfselectie via woonlocatie-
leid verschoven naar bereikbaarheid en doorstroming in
keuze meegenomen moet worden in onderzoek naar de re-
plaats van het verminderen van het gebruik van de auto.
latie tussen ruimtelijke kenmerken van een woonlocatie en
vervoer te reizen; als ze veel liever de auto nemen, zullen
De aandacht ligt nu meer bij concentratie van wonen en
verplaatsingsgedrag. “Het effect van zelfselectie lijkt echter
ze niet de trein nemen. De beste resultaten kunnen geboekt
werkgelegenheid rond knooppunten van openbaar ver-
kleiner dan in eerdere studies werd gedacht, omdat in veel
worden als per reisdoel gekeken wordt wie bij welke afstand
voer en snelwegen. Maar het is de vraag of mobiliteit zich
studies niet is meegenomen dat een nieuwe woonlocatie
nog voor een alternatief voor de auto kiezen.”
laat sturen door ruimtelijk beleid.
niet alleen verplaatsingsgedrag, maar ook verplaatsingsvoor-
Een belangrijk middel om huishoudens de mogelijkheid tot
keuren kan doen veranderen. Huishoudens kunnen positie-
zelfselectie te geven, is het aanbieden van meer keuzes.
Kennis over effect van zelfselectie nog beperkt
ver zijn geworden over reizen met de trein sinds ze dichtbij
Bohte: “De recente ontwikkelingen in ruimtelijk beleid,
Een belangrijke reden voor twijfel aan het effect van ruimte-
het station wonen. Daarnaast kunnen ook veranderingen in
waarbij woningen op kleinschalige locaties binnen bestaand
lijk beleid op verplaatsingen van huishoudens is dat kennis
het huishouden, zoals gezinsuitbreiding, in de loop van de
stedelijk gebied en in stationsgebieden worden gebouwd en
over het effect van zelfselectie via woonlocatiekeuze beperkt
tijd invloed hebben op hoe men over verplaatsingen denkt.”
particulier opdrachtgeverschap wordt gestimuleerd, kunnen
is. Zelfselectie betekent dat huishoudens hun verplaatsings-
OTB & Omgeving december 2010
Wendy Bohte: “Verplaatsingsvoorkeuren bewoners beter meewegen in planning nieuwbouwwijken”
ervoor zorgen dat mensen die graag met de trein reizen of
gedrag niet alleen aan de ruimtelijke kenmerken van hun
Ook reisafstand speelt een rol
dichtbij voorzieningen willen wonen, meer kans krijgen om
woonlocatie aanpassen, maar bij de keuze van een nieuwe
Naast de methodologische aanbevelingen heeft het onder-
een huis op de door hen gewenste plek te vinden.”
woonlocatie ook rekening houden met de verplaatsingen
zoek ook aanbevelingen voor het ruimtelijke ordeningsbeleid
die ze vanuit hun woning willen maken. Mensen die graag
opgeleverd. Dit beleid, met als doel het beïnvloeden van da-
autorijden, zullen vaker voor een meer afgelegen, ruim op-
gelijks verplaatsingsgedrag, zal de meeste kans van slagen
gezette buitenwijk kiezen, terwijl mensen die graag met het
hebben als nieuw te bouwen wijken worden afgestemd op
openbaar vervoer reizen eerder op een meer stedelijke loca-
de verplaatsingsvoorkeuren van potentiële bewoners. Bohte:
tie in de nabijheid van een treinstation zullen gaan wonen.
“Hiermee voorkom je een situatie als in de wijk Nieuwland
Informatie
in Amersfoort, die als milieuvriendelijk werd opgezet. NieuwGPS in plaats van dagboek
land heeft desondanks veel gezinnen met meerdere auto’s
Wendy Bohte, die begin november van dit jaar promoveerde
aantrokken. Omdat bij de planning van parkeerruimte hier
op de relatie tussen zelfselectie en reisgedrag: “Bijzonder
geen rekening mee is gehouden, staat de wijk nu overvol
aan dit onderzoek is dat het een van de eerste in de wereld
met auto’s. Daarnaast geldt dat mensen met slechts een
Residential self-selection and travel. The relationship
is, waarbij op grote schaal gedurende een week met GPS-
lichte voorkeur voor de auto, door goed openbaar vervoer
between travel-related attitudes, built environment
ontvangers verplaatsingen met alle vervoermiddelen werden
en fietsverbindingen op de locatie waar ze hun droomhuis
characteristics and travel behavior, Wendy Bohte, 2010
gemeten, inclusief lopen. Meer dan duizend respondenten
kunnen vinden, verleid kunnen worden om vaker voor een
(zie Recente uitgaven op pag. 8).
deden mee. Bij eerdere onderzoeken werkten respondenten
alternatief vervoermiddel te kiezen. Voor andere mensen
Wendy Bohte werkt inmiddels als postdoc op de faculteit
met een dagboekje maar dataverzameling met GPS is een
heeft het geen zin om hen over te halen met openbaar
Techniek, Bestuur en Management (TBM) van de TU Delft.
6
Deze vragen zijn de rode draad van een manifestatie over energie en woningkwaliteit, waarbij de huursector door een breed scala van partners wordt vertegenwoordigd en de deelnemers vooral zelf aan het woord zijn om hun vragen en ervaringen rond de aanpak van woningverbeteringprojecten met energiesignatuur te delen.
OTB-cursussen en -studiedagen 2011 OTB-studiedagen/-congressen WK2020-manifestatie Energie en woningkwaliteit, strategieën voor de corporatiesector Maart 2011 Doelgroep: medewerkers van woningcorporaties en toeleverende bedrijven, installateurs, aannemers, schildersbedrijven, huurdersorganisaties, gemeenten, adviseurs en brancheorganisaties Momenteel wordt fors ingezet op energiebesparing in de woningsector. Betaalbaarheid van onrendabele investeringen en draagvlak van huurders zijn veelbesproken onderwerpen in de huursector. De vraag is of bestaande strategieën voor de aanpak van woningverbetering nog lang houdbaar zijn. Uitersten tekenen zich af: corporaties die alleen nog verbeteringen doorvoeren bij mutatie en corporaties die veel energie steken in overleg om collectieve ingrepen met minstens 70% draagvlak mogelijk te maken, soms door een laag rendement te accepteren. De communicatie tussen huurders en verhuurder blijft lastig en sommige huurders zijn niet meer bereikbaar voor overleg. Wat zijn nieuwe mogelijkheden voor verbetering van de woonkwaliteit? Wat is de rol van zelfredzame bewoners? Welke rol hebben aannemers en onderhoudsbedrijven bij energieprojecten? En kan de bijdrage van energiebewust gedrag van bewoners meegeteld worden om de energiedoelstellingen te bereiken? Hoe kan dit gedrag meer bijdragen?
Symposium Basisregistraties, wat komt ervan terecht?
Strategisch voorraadbeleid en beheerplannen bij woningcorporaties 20/21 april en 8/9 juni 2011 Doelgroep: woningcorporaties In de cursus wordt uitgebreid ingegaan op alle aspecten die samenhangen met het vervaardigen en implementeren van de corporatiestrategie, het voorraadbeleidsplan en beheerplannen per complex. Aan de hand van een uitgebreide procesomschrijving en diverse voorbeelden wordt geleerd om zelf een voorraadbeleidsplan en beheerplannen te vervaardigen. Themagewijs wordt de cursist op de hoogte gebracht van de laatste ontwikkelingen in het strategisch voorraadbeleid.
23 maart 2011, TU Delft Basisregistraties zijn overheidsregistraties die kerninformatie bevatten, die voor veel overheden van belang is. Zij passen in de “elektronische overheid”. Op geoinformatieterrein zijn zes basisregistraties voorzien. Vier ervan zijn in de afgelopen jaren bij de wet geregeld. Het symposium markeert het vertrek van Jaap Zevenbergen bij de TU Delft vanwege zijn benoeming tot hoogleraar aan de Universiteit Twente. ‘s Middags vinden aansluitend de afscheidredes van Jitske de Jong en Jaap Besemer plaats.
OTB-cursussen Recente ontwikkelingen in het wonen 6/7 april en 11/12 mei 2011 Doelgroep: iedereen die snel inzicht wil krijgen in recente ontwikkelingen en nieuwe beleidsinstrumenten Stagnerende en dalende koopprijzen, inzakkende woningverkopen, hoge woonuitgaven en problemen tussen overheid en woningcorporaties. Op lokaal niveau dringt het steeds meer door dat er mogelijkheden zijn om de gerezen problemen het hoofd te bieden. Een scala aan beleidsinterventies en -instrumenten dient zich hiervoor aan. In de cursus worden deze ontwikkelingen met elkaar in verband gebracht, nieuwe beleidsinstrumenten worden aangereikt en de effecten van het nieuwe beleid komen aan de orde.
Leergang maatschappelijk ondernemen in wonen en wijken Start september 2011, keuze uit 1 of 2 jaar Doelgroep: medewerkers van woningcorporaties, gemeenten, regionale samenwerkingsverbanden, provincies, sectororganisaties, landelijke overheid en private adviesbureaus met wonen en wijkontwikkeling in hun takenpakket U geeft in deze op de eisen van het Chartered Institute of Housing (CIH) gebaseerde leergang een krachtige impuls aan uw professionele en persoonlijke groei als maatschappelijk ondernemer in wonen en wijkontwikkeling. In deze allround beroepsopleiding voor de woonprofessional slaat u een brug tussen strategie en uitvoering en ontwikkelt u een stevige theoretische en praktische basis. De brede zorg voor het wonen staat centraal, waarbij u een balans vindt tussen ‘de stenen, het geld en de mensen’. De leergang is opgedeeld in 2 jaar. Het is mogelijk om een deelleergang van een jaar te volgen.
INFORMATIE EN AANMELDING Ongeveer 2 maanden voor aanvang van een cursus of studiedag is uitvoerige informatie over het programma beschikbaar. Voor een specifieke programmafolder kunt u mailen naar Angélique Dersjant:
[email protected], of gebruik maken van de invulstrook. Ook kunt u kijken op onze website www.otb.tudelft.nl/agenda.
Ik wil graag meer informatie over: � � � � �
WK2020-manifestatie Energie en woningkwaliteit, strategieën voor de corporatiesector, maart 2011 Symposium Basisregistraties, wat komt ervan terecht?, 23 maart 2011 4-daagse cursus Recente ontwikkelingen in het wonen, 6/7 april en 11/12 mei 2011 4-daagse cursus Strategisch voorraadbeleid en beheerplannen bij woningcorporaties, 20/21 april en 8/9 juni 2011 Leergang Maatschappelijk Ondernemen in Wonen en Wijken, start september 2011
� � � �
Ik Ik Ik Ik
wil wil wil wil
graag op de postverzendlijst komen van OTB & Omgeving standaard per post op de hoogte worden gehouden van alle OTB-cursussen en -studiedagen standaard per e-mail op de hoogte worden gehouden van alle OTB-cursussen en -studiedagen standaard op de hoogte worden gehouden van alle OTB-publicaties (alleen mogelijk per e-mail)
Naam Instelling Afdeling/dienst Soort instelling/organisatie Adres Postcode/plaats E-mail
: : : : : : :
................................................................................................................................ ................................................................................................................................ ................................................................................................................................ ................................................................................................................................ ................................................................................................................................ ................................................................................................................................ ................................................................................................................................
U kunt dit strookje in een ongefrankeerde envelop sturen aan: Onderzoeksinstituut OTB, TU Delft t.a.v. Angélique Dersjant Antwoordnummer 10178 2600 VB Delft
7
Recente uitgaven Actual energy consumption in dwellings (dissertatie), Olivia Guerra Santin, 2010, serie Sustainable Urban Areas 33, 252 pag., ISBN 90-60750- 650-8 (print), 90-60750-651-5 (online), Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen via www.
Vidi-beurs voor Jantien Stoter NWO heeft aan GIS-t specialist dr. Jantien Stoter een
iospress.com.
Vidi-beurs toegekend voor onderzoek naar het beschikPuzzling neighbourhood effects. Spatial selection, ethnic concentration and neighbourhood impacts (disserta-
baar stellen van data in meerdere formeel geïntegreerde
tie), Wenda Doff, 2010, serie Sustainable Urban Areas 34, 190 pag., ISBN 978-60750-648-5 (print), 90-60750-649-2 (online),
dimensies: behalve lengte, breedte en hoogte ook tijd en
Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen via www.iospress.com.
schaal. Onderzocht zal worden hoe de bestaande databasetechnologie uitgebreid kan worden om geografische data in
Residential self-selection and travel. The relationship between travel-related attitudes, built environment,
vijf dimensies te beheren. Dit conceptueel 5D-continuüm zal
characteristics and travel behaviour (dissertatie), Wendy Bohte, 2010, serie Sustainable Urban Areas 35, 210 pag., ISBN
het efficiënt beheren en opvragen van geografische data via
978-60750-665-3 (print), 978-60750-656-0 (online), Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen via www.iospress.com.
één geïntegreerde benaderingswijze mogelijk maken. Het onderzoek moet leiden tot een nieuwe theorie en methode
Measuring and explaining house price developments (dissertatie), Paul de Vries, 2010, serie Sustainable Urban Areas
voor het multi-dimensionaal modelleren van geografische
36, 226 pag., ISBN 978-60750-665-2 (print), 978-60750-666-9 (online), Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen via
data.
www.iospress.com.
De beurs betreft een subsidie van € 800.000, voor een peri-
Methodologische basis voor studie naar woningprijsontwikkelingen. Daartoe is een woningprijsmodel ontwikkeld.
ode van 5 jaar. Een deel van de beurs wordt benut om twee promovendi voor het onderzoek aan te stellen.
Environmental impacts during the operational phase of residential buildings (dissertatie), Inge Blom, 2010, serie Sustainable Urban Areas 37, 204 pag., ISBN 978-60750-673-7 (print), 978-60750-674-4 (online), Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen via www.iospress.com. Onderzoek naar de milieueffecten van onderhoud, renovatie en energiegebruik van bestaande woningen en de introductie van alternatieve, meer succesvolle maatregelen. Divergence in European welfare and housing systems (dissertatie), Joris Hoekstra, 2010, serie Sustainable Urban
Laure Itard benoemd tot lector
Areas 38, 232 pag., ISBN 978-60750-667-6 (print), 978-60750-668-3 (online), Amsterdam (IOS Press). Prijs € 45. Bestellen
Eind november van dit jaar heeft OTB-onderzoeker dr. Laure
via www.iospress.com.
Itard haar intreerede uitgesproken ter aanvaarding van
Relaties tussen kenmerken van de verzorgingsstaat en kenmenrken van volkshuisvestingssystemen in een aantal Europese
haar lectoraat ‘Energie en de gebouwde omgeving’ aan de
landen.
Haagse Hogeschool. Itard is lector sinds januari 2010. Laure Itard werkt sinds 2004 op het OTB, waar zij onder-
Intermodal freight transport on the right track? Environmental and economic performances and their trade-
zoek doet naar duurzaamheid van woningen en woning-
off (dissertatie), Nam Seok Kim, 2010, 208 pag.,TRAIL Thesis Series 2010/11, ISBN 978-90-584-137-0, Delft (TRAIL). Prijs
gebonden installaties en naar de wijze waarop bewoners
€ 45. Bestellen via www.rstrail.nl.
energie gebruiken.
Beoordelen en vergelijken van CO2-emissies van verschillende goederenvervoersystemen in de context van een levens-
Het lectoraat betreft het verduurzamen van de energieketen
cyclusanalyse.
in de gebouwde omgeving. Het is gericht op systeemmodellering en systeemsimulatie voor energie- en binnenklimaatsystemen. Itard pleitte in haar rede voor no-nonsense ontwerpen waarbij systeemsimulatie ontwerp, regeling en onderhoud van complexe installaties ondersteunt en waarmee daadwerkelijk energie wordt bespaard.
COLOFON OTB & Omgeving is een kwartaaluitgave van het Onderzoeksinstituut OTB REDACTIE Peter Boelhouwer, Dirk Dubbeling, Daniëlle Groetelaers, Helen Jager, Christel Swarttouw-Hofmeijer en Eveline Vogels VORMGEVING Itziar Lasa DRUK NIVO, Delfgauw Onderzoeksinstituut OTB
bestaat uit Peter Boelhouwer (wetenschappelijk directeur) en Willem
Het Onderzoeksinstituut OTB is onderdeel van de TU Delft en bestaat sinds
Korthals Altes (directeur). De onderzoekers zijn verdeeld over zeven secties:
- Stedelijke Vernieuwing en Wonen (coördinator André Ouwehand)
1985. Het is gespecialiseerd in onafhankelijk onderzoek op het gebied
- Duurzaam Woningvoorraadbeleid en Kwaliteitszorg (coördinator Henk
- Vervoer en Infrastructuur (coördinator Bart Wiegmans)
van wonen, bouwen en de gebouwde omgeving. Er werken ongeveer
Visscher)
- Stedelijke en Regionale Ontwikkeling (coördinator Kees Maat)
- Volkshuisvesting en Woningmarkt (coördinator Harry van der Heijden).
130 mensen, waaronder planologen, sociaal-geografen, bouwkundigen,
- Geo-informatica en Grondbeleid (coördinator Willem Korthals Altes)
Daarnaast is er een ondersteunende sectie Methodologie en Informatica
economen, geodeten, bestuurskundigen en woonecologen. De directie
- GIS-technologie (coördinator Peter van Oosterom)
(coördinator Henny Coolen).
Onderzoeksinstituut OTB - Jaffalaan 9 2628 BX Delft - Tel. (015) 2783005 -
[email protected] - http://www.otb.tudelft.nl