NOTULEN van de jaarlijkse Algemene Vergadering van New Sources Energy N.V., gehouden op vrijdag 27 maart 2015) in de ArenA Business Club, zaal Rome’96, Arena Boulevard 1, 1101 AX Amsterdam Zuidoost. 1. Opening De voorzitter, de heer F.R. Valkenburg, voorzitter van het bestuur (niet uitvoerend bestuurder), opent de vergadering en heet de aanwezigen van harte welkom. Hij noemt de namen van degenen die direct naast hem achter de tafel zitten, zijnde de heren Frans Wieringa (CEO, uitvoerend bestuurder) en Edo Ingenegeren (secretaris). Vervolgens deelt de voorzitter mede, dat er, voordat de behandeling van agendapunt 2 aan de orde kan worden gesteld, enkele formaliteiten moeten worden afgehandeld. Om te beginnen deelt hij mede dat er, naast aandelen, geen certificaten van aandelen in de vennootschap met medewerking van de vennootschap zijn uitgegeven. Verder constateert hij dat aandeelhouders zijn opgeroepen overeenkomstig de wettelijke en statutaire voorschriften. De voorzitter stelt vast dat aan alle statutaire eisen is voldaan en dat in deze vergadering rechtsgeldig besluiten kunnen worden genomen. Aandeelhouders kunnen in deze vergadering het woord voeren en stemrecht uitoefenen. Sprekers wordt verzocht naam en woonplaats te noemen ten behoeve van de notulering van de vergadering. De voorzitter deelt mede dat de presentielijst wordt opgesteld. Zodra deze gereed is, zal hij de vergadering informeren over de aanwezigheid van aandeelhouders ter vergadering. De voorzitter heeft als voorzitter toegestaan dat de volgende personen de vergadering als toehoorder bijwonen: de heer R. van Rooijen (adviseur), de heer S. Seijkens (Ernst & Young, accountant van de vennootschap), de heren G. Montalbano en D. Siemensma (Kempen) en de heer Ph. Houtzager. Vervolgens wijst hij, als voorzitter, conform de statuten als secretaris van de vergadering aan de heer Edo Ingenegeren. Uiterlijk drie maanden na afloop van deze vergadering zullen de notulen op verzoek ter beschikking worden gesteld. Zij zullen ook op de website van de vennootschap worden geplaatst. Aandeelhouders hebben vervolgens gedurende de daarop volgende drie maanden de gelegenheid om op het verslag te reageren. De notulen worden daarna vastgesteld en ten blijke daarvan ondertekend door de voorzitter en de secretaris. De voorzitter meldt dat van het ter vergadering besprokene een geluidsopname wordt gemaakt. De opname zal na vaststelling van de notulen worden vernietigd. 2. Jaarrekening en jaarverslag over het boekjaar 2013/2014 2a. verslag van het bestuur omtrent de activiteiten van de vennootschap over het boekjaar 2013/2014 Het betreft hier het bestuursverslag van pagina's 3 tot en met 6 van het jaarverslag, bestaande uit een verslag van het uitvoerende bestuur, een verslag van het niet uitvoerende bestuur en de bestuursverklaring. De voorzitter geeft vervolgens de heer Wieringa, CEO, het woord om de activiteiten in het afgelopen boekjaar nader toe te lichten. De heer Wieringa geeft te kennen dat er in het verslagjaar onder meer is gewerkt aan het terugbrengen van kosten. Verder zijn voorbereidingen gestart om activiteiten, in het bijzonder solarparken, te kunnen inbrengen in de vennootschap. In het afgelopen jaar zijn daartoe diverse solarparken bezocht en onderzocht. De voorzitter voegt toe dat uit het jaarverslag blijkt dat er in het verslagjaar nauwelijks activiteiten hebben plaatsgevonden op het gebied van uitgaven en inkomsten.
1
Vervolgens biedt de voorzitter de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over het onderhavige agendapunt. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. De voorzitter constateert dat de vergadering het verslag van het bestuur voor kennisgeving heeft aangenomen. De voorzitter deelt mede dat de presentielijst gereed is en verklaart dat ter vergadering thans aanwezig of vertegenwoordigd zijn 15 aandeelhouders, rechthebbende op het uitbrengen van 41.146.263 stemmen, zijnde 82,6 % van het geplaatste en volgestorte kapitaal. Zo spoedig mogelijk na afloop van deze vergadering zal op de website van de vennootschap per voorgesteld besluit worden aangeven: a. het aantal aandelen waarvoor geldige stemmen zijn uitgebracht; b. het percentage dat dit aantal aandelen vertegenwoordigt in het geplaatste kapitaal; c. het totaal aantal geldig uitgebrachte stemmen; d. het aantal stemmen dat voor en tegen het besluit is uitgebracht, alsmede het aantal onthoudingen. De heer E. Cassee (Haarlem) De heer Cassee vraagt of op de website per aandeelhouder wordt vermeld hoe wordt gestemd. De voorzitter antwoordt dat alleen de totalen worden genoemd. 2b. vaststelling van de jaarrekening over het boekjaar 2013/2014 De voorzitter stelt vervolgens aan de orde de vaststelling van de jaarrekening over het boekjaar 2013/2014 (pagina’s 7 t/m 20 van het jaarverslag). Hij verwijst voor de accountantsverklaring naar de pagina's na pagina 20 en biedt de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over dit agendapunt. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. De voorzitter brengt vervolgens het voorstel tot vaststelling van de jaarrekening in stemming. Hij constateert dat niemand tegen het voorstel stemt en niemand zich wenst te onthouden van stemming. De voorzitter constateert dat het voorstel tot vaststelling van de jaarrekening is aangenomen. 2c. overzicht van de implementatie van het bezoldigingsbeleid Het is verplicht dit onderwerp apart te agenderen om duidelijk te maken hoe het bezoldigingsbeleid is geïmplementeerd. Tijdens de BAVA van 20 december 2013 heeft de heer Wieringa gezegd dat het bezoldigingsbeleid als zodanig zal worden geagendeerd zodra er economische activiteiten binnen de vennootschap plaatsvinden waarbij bezoldiging van het bestuur economisch verantwoord is. Op pagina 8 van het jaarverslag is te lezen, dat er in het verslagjaar in het geheel geen sprake is geweest van bezoldiging. Vervolgens biedt de voorzitter de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over het onderhavige agendapunt. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. De voorzitter constateert dat het overzicht van de implementatie van het bezoldigingsbeleid voldoende aan de orde is geweest. 3. Verlening van decharge voor de uitoefening van hun functie over het afgelopen boekjaar aan de leden van het bestuur De voorzitter biedt de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over dit agendapunt. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. De voorzitter brengt vervolgens het voorstel tot verlening van decharge aan de leden van het bestuur in stemming. De voorzitter constateert dat niemand tegen het voorstel stemt en niemand zich wenst te onthouden van stemming. De voorzitter constateert dat het voorstel tot verlening van decharge aan de leden van het bestuur is aangenomen. 4. Goedkeuring overname Duitse solarparken De voorzitter memoreert dat in de toelichting op de agenda bij dit agendapunt staat vermeld dat nadere informatie hierover voor de registratiedatum op de website zal worden geplaatst. Dit is intussen geschied. Het bestuur vraagt goedkeuring voor deze eerste transactie via de Duitse dochteronderneming van de vennootschap omdat dit de eerste activiteiten zijn die worden ingebracht, wat de aard van de
2
onderneming wijzigt en een forse impact op de balans heeft en aldus kan worden gekwalificeerd als goedkeuringsplichtig in de zin van de wet en statuten. De voorzitter geeft vervolgens de heer Wieringa het woord om de voorgenomen overname nader toe te lichten. De heer Wieringa doet dit aan de hand van met de hand geschreven vellen op een flipover; door een stroomstoring kan geen powerpointpresentatie worden gegeven1. De heer Wieringa licht toe dat vorig jaar is besloten de aandacht te richten op solarparken en dan niet het zelf ontwikkelen ervan maar het verwerven van bestaande parken en wel in Duitsland, omdat deze een gegarandeerd rendement hebben, de Duitse overheid betrouwbaar is, de rente laag is, eventuele risico's verzekerbaar zijn en de IRR boven de 8% ligt. Om de belangen van de aandeelhouders te dienen ligt het volgens het bestuur het meest voor de hand zich te focussen op Duitsland, waar deze parken nog beschikbaar zijn. Dat men daar goede parken wil verkopen vloeit voort uit de omstandigheid dat zij worden aangeboden door ontwikkelaars die al twee jaar fiscaal voordeel hebben genoten en nu tegen een goede prijs bereid zijn tot verkoop ten behoeve van liquiditeit. De heer G. Altena (Warmenhuizen) De heer Altena vraagt hoeveel parken in Duitsland te koop zouden kunnen zijn. De heer Wieringa antwoordt dat er zeker honderden parken te koop zijn. Door wijziging van subsidies en het wegvallen van zekerheid van feed-in-tarieven in Duitsland zoeken ontwikkelaars van solarparken men andere markten. Van die vele parken blijft een kleine selectie over die mogelijk interessant is (waarvan het bestuur een shortlist heeft gemaakt). De heer Altena vraagt hoeveel hectare een park beslaat. De heer Wieringa antwoordt dat dit al snel twee tot drie hectare zal zijn, onder andere afhankelijk van het type panelen en het wattage. Ook de financieringsconstructie (lage rente versus eigen vermogen), de opbrengst en de staat van parken zijn belangrijke factoren bij de selectie. Parken zien er soms op papier goed uit, maar blijken bij fysieke inspectie (technische due diligence) vaak anders te zijn. Het bestuur spreekt bij voorkeur met eigenaren (niet tussenpersonen). De heer Altena vraagt hoeveel concurrentie er in Duitsland is van soortgelijke ondernemingen. De heer Wieringa geeft aan dat er in Duitsland een bedrijf is met dat veel megawatt in beheer heeft. Er worden contacten gelegd om ook voor de toekomst de aanvoer van verdere parken te kunnen bewerkstelligen. De groei door overnames zal echter enige tijd vergen. Momenteel zijn drie projecten in een vergevorderd stadium, maar het is niet gezegd dat dit in hetzelfde tempo zo zal doorgaan. De banken zijn bereid tot gunstige financiering omdat het een zij het beoordelen als een veilige investering in bestaande parken met een (door de overheid) gegarandeerd rendement. Het is nu nog het juiste moment om te investeren in zonne-energie. Banken zijn niet geïnteresseerd in de ontwikkeling van nieuwe parken, waarbij geen overheidsgarantie is afgegeven. De heer Altena vraagt of de Duitsers voor 2020 een tekort aan groene energie zullen hebben. De heer Wieringa antwoordt dat Duitsland op het gebied van groene energie voorop loopt: 40% van de stroom in Duitsland wordt door zonne-energie opgewekt. Dit is dan ook een goede markt voor de vennootschap, mits de randvoorwaarden goed zijn. De heer Wieringa meldt nog dat due diligence onderzoek op diverse gebieden (o.a. ten aanzien van de gegarandeerde opbrengsten) plaatsvindt bij een overname. Een financierende bank heeft doorgaans al van te voren een eigen due diligence onderzoek uitgevoerd. Het eigen onderzoek wordt daar dan mee vergeleken. Na een positieve due diligence worden finale koopafspraken gemaakt. Aan de hand van de zoninstraling en het aantal panelen van voorgaande jaren kan men berekenen wat het park gaat opleveren in de komende jaren. Regressie van panelen is in hoge mate voorspelbaar en mee te nemen in de berekeningen. Breitenbach is het eerste project. De verwachte jaarlijkse opbrengst van € 75 k is een begin van "kralen rijgen". De heer Altena vraagt waar Breitenbach is gelegen. De heer Wieringa antwoordt dat het in Thüringen ligt. 1
De presentatie is geplaatst op de website www.newsourcesenergy.com.
3
De heer Wieringa gaat verder kort in op het project Altentrepow. Indien de onderhandelingen naar tevredenheid verlopen zal de voorgenomen aankoop ter goedkeuring worden voorgelegd aan aandeelhouders. De heer A. Coster (Abcoude) De heer Coster vraagt of, als er drie parken zijn en er een vierde wordt gekocht, geen goedkeuring aan aandeelhouders meer hoeft te worden gevraagd. De voorzitter antwoordt dat vooralsnog een richtsnoer is of de waarde van een aankoop meer is dan een derde van de reeds aanwezige activa (art. 2:107a BW). Hij voegt toe dat ook had kunnen worden overwogen algemene criteria aan aandeelhouders voor te leggen, maar dat het bestuur ervoor heeft gekozen concrete voorstellen aan aandeelhouders te doen. De heer J. Otte (Noordwijkerhout) De heer Otte zegt dat het eerste park, Breitenbach, 1,33 kWp genereert en het tweede 1,71 MV. Hij vraagt naar het kenmerkende verschil. De heer Wieringa antwoordt dat het in beide gevallen MWP moet zijn en het verschil dus ruim 0,3 MWP is. Ten aanzien van de verwachtingen zegt de heer Wieringa dat op dit moment als doelstelling op termijn 20-30 MWP wordt gehanteerd. De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte vraagt waaraan moet worden gedacht bij een megawatt. De heer Wieringa antwoordt dat dit voor een paar honderd gezinnen stroom betekent. De omvang is dus nog beperkt. In Duitsland wordt al veel gebruik gemaakt van zonne-energie, in tegenstelling tot de situatie in Nederland. Het gaat er echter om wat de stroom oplevert (onder meer via subsidies) en hoe lang een park meegaat. Het moet niet uitgesloten worden geacht dat zonnepanelen nog verder zullen worden verbeterd in de toekomst, wat weer invloed op de opbrengst zal kunnen hebben. De voorzitter voegt toe dat op dit moment de aandacht is gericht op zonne-energie, maar dat (zie de naam van de vennootschap) ook andere ontwikkelingen in de gaten zullen worden gehouden. Op dit moment zijn er in dat opzicht echter geen plannen. De heer Wieringa voegt toe dat risicoaspecten hierbij van belang zijn. In de afgelopen jaren zijn er contacten geweest met diverse partijen die in duurzaamheid zijn geïnteresseerd (biomassa, wind, enz.). Daar zitten soms interessante mogelijkheden bij. Het huidige voorstel is zo duidelijk (en misschien ook saai, voor investeerders) dat het verstandig lijkt in het begin de focus op solar te richten, waar de kerngegevens duidelijk zijn. Eerst moet worden getracht, in het belang van de aandeelhouders, op gedegen wijze een normale omzet en winst voor de vennootschap te genereren, waarna de focus altijd kan worden vergroot. De heer Wieringa herhaalt dat bij concrete projecten voor zover nodig een BAVA zal worden georganiseerd dan wel via persberichten aandeelhouders op de hoogte zullen worden gehouden van verdere ontwikkelingen. De heer G. Altena (Warmenhuizen) De heer Altena verwijst naar de groeiplannen van het bestuur en vraagt hoeveel megawatt op dit moment beschikbaar is in Duitsland. De heer Wieringa antwoordt dat hij in gesprek is met een partij die over een behoorlijke omvang beschikt. Op verzoek van de heer Wieringa geeft de heer Janssen aan dat vorig jaar voor 2500 megawatt is gebouwd in Duitsland. De heer Altena zegt dat de vennootschap gelet op deze aantallen nog bescheiden opereert. De voorzitter beaamt dit en voegt toe dat ergens het begin moet zijn. Hij voegt toe dat niet moet worden vergeten dat ook bij een relatief beperkte aankoop financiering moet worden geregeld, in dit geval € 3,3 miljoen. De omvang van eigen en vreemd vermogen leidt uiteindelijk tot zekere beperkingen. Een positief punt is de huidige lage rente. De heer Altena spreekt zijn waardering uit over het rendement van Breitenbach. De heer Altena vraagt of de organisatie wordt uitgebreid als de belangstelling voor parken in een versnelling komt. De voorzitter antwoordt dat het bestuur daarover nog geen uitgewerkte ideeën heeft, maar dat het, indien vandaag toestemming wordt gegeven voor de voorgenomen aankoop en dan operationele activiteiten worden gestart, uiteraard aandacht zal besteden aan de samenstelling van het bestuur en mogelijke verdere uitbreiding van de organisatie. Op een volgende aandeelhoudersvergadering zou dit aan de orde kunnen komen. De heer Wieringa sluit zich hierbij aan.
4
De voorzitter dankt de heer Wieringa voor zijn presentatie en biedt de aanwezigen de gelegenheid verder het woord te voeren over het onderhavige agendapunt. De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte vraagt of er nog andere activiteiten gaande zijn, bijvoorbeeld in Nederland met het plaatsen van zonnepanelen. De heer Wieringa verwijst naar het persbericht waarin Nieuw Hollands Groen (NHG) heeft aangegeven dat zij heeft ingespeeld op de nieuwe regels inzake het salderen. In Borculo gaat NHG zonnepanelen leggen met de bedoeling dit onder het coöperatieve model uit te voeren (salderen met een energiemaatschappij). Hier is veel belangstelling voor (men ziet waar de stroom vandaan komt en het heeft financieel voordeel). Er is SDE-subsidie aangevraagd (SDE staat voor Stimulering Duurzame Energie), waarmee het model op het Duitse lijkt, omdat de subsidie zekerheid oplevert, zij het dat de subsidie voor maximaal tien jaar is. Toch blijkt met name de financiering te lastig om de zaak van de grond te krijgen. Het lijkt erop dat de overheid meer focus op windmolens heeft. Er wordt gesproken met een aantal energieaanbieders, maar op dit moment loopt er nog niets concreet. De heer De Vries komt in de vergadering. Als er goede afspraken kunnen worden gemaakt met energieparken over de daken in Groenlo/Borculo met SDE-subsidie zouden deze in de vennootschap kunnen worden ingebracht. Als het om het coöperatiemodel zou gaan, dan is het niet geschikt voor inbrenging in de vennootschap, omdat dan het risico van veranderende regels te groot is. Als selectie wordt gemaakt van nieuwe activiteiten, dan moeten deze van tevoren heel duidelijk toegevoegde waarde hebben met een duidelijk risicoprofiel. Op een vraag van de heer Witte antwoordt de heer Wieringa dat voor Beerta een contract is gesloten voor daken. Als hiervoor SDE-subsidie wordt verleend, is dit te vergelijken met een Duits solarpark. De voorzitter voegt toe dat de vennootschap in beeld komt, wanneer deze ziet dat een bepaalde activiteit is ontwikkeld en stabiel is en is te kopen tegen een redelijke prijs. De heer Witte vraagt of als hijzelf of een contact veel meters zou kunnen aanbrengen, dan cont met NHG zou moeten worden opgenomen. De voorzitter antwoordt dat dat op dit moment het geval is. De voorzitter deelt mede dat na de komst van de heer De Vries ter vergadering thans aanwezig of vertegenwoordigd zijn 16 aandeelhouders, rechthebbende op het uitbrengen van 41.149.263 stemmen, zijnde 82,6 % van het geplaatste en volgestorte kapitaal. De heer A. de Vries (Soest) De heer De Vries zegt dat op zijn aanmelding voor de vergadering van Binck Bank abusievelijk 3000 aandelen staat, maar dat hij in werkelijkheid 30.000 aandelen heeft. De voorzitter zegt dat er formeel 3000 zijn aangemeld en dat dit aantal zal moeten worden aangehouden. De voorzitter constateert dat er geen verdere vragen zijn en brengt het voorstel tot goedkeuring van overname van Duitse solarparken (Breitenbach) in stemming. De voorzitter constateert dat niemand tegen het voorstel stemt en niemand zich wenst te onthouden van stemming. De voorzitter constateert dat het voorstel tot overname is aangenomen. 5. Aanwijzing van het bestuur als het tot uitgifte bevoegde orgaan inzake preferente aandelen De voorzitter brengt de vergadering in herinnering dat tijdens de BAVA van 15 november 2011 is besloten tot statutenwijziging met inbegrip van de opheffing van de prioriteitsaandelen. Deze vormden een permanente bescherming, in goede en in kwade tijden, en waren daarmee niet meer van deze tijd. In de plaats daarvan zijn toen preferente aandelen geïntroduceerd. Deze kunnen worden uitgegeven in bijzondere situaties, zoals die van een overval. Om deze mogelijkheid te kunnen effectueren dient het bestuur gemachtigd te zijn om deze preferente aandelen uit te geven. Tegen deze achtergrond wordt voorgesteld het bestuur aan te wijzen voor de duur van 18 maanden te rekenen vanaf 27 maart 2015 als bevoegd orgaan tot a. het verlenen van rechten tot het nemen van en b. het uitgeven van preferente aandelen in het kapitaal van de vennootschap en wel tot het nominaal bedrag van de in het maatschappelijk kapitaal opgenomen aantal preferente aandelen.
5
De voorzitter biedt de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over het onderhavige agendapunt. De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte vraagt om hoeveel aandelen het gaat. De heer Ingenegeren antwoordt dat het maatschappelijk kapitaal bestaat uit een gelijk aantal gewone en preferente aandelen, te weten 121.000.000 gewone aandelen en 121.000.000 preferente aandelen. Op dit moment zijn er geen preferente aandelen uitgegeven. De heer Witte vraagt of er iets met de preferente aandelen kan worden gedaan. De voorzitter antwoordt dat er geen plan is, maar dat als het geval zich zou voordoen, voor uitgifte van preferente aandelen machtiging van aandeelhouders nodig is. De heer Witte vraagt waarom voor 18 maanden is gekozen. De voorzitter antwoordt dat de machtiging zich dan in ieder geval uitstrekt tot en met de volgende jaarlijkse algemene vergadering, voor welke vergadering de aanwijzing van het bestuur dan tijdig opnieuw kan worden geagendeerd. De voorzitter constateert dat er geen verdere vragen zijn en brengt het voorstel tot aanwijzing van het bestuur als het tot uitgifte bevoegde orgaan inzake preferente aandelen in stemming. De voorzitter constateert dat niemand tegen het voorstel stemt en niemand zich wenst te onthouden van stemming. De voorzitter constateert dat het voorstel tot aanwijzing van het bestuur is aangenomen. 6. Benoeming van de externe accountant van de vennootschap voor het boekjaar 2014/2015 De voorzitter memoreert dat de Algemene Vergadering opdracht heeft verleend tot onderzoek van de jaarrekening over de boekjaren 2011/2012, 2012/2013 en 2013/2014 aan EY. Het bestuur stelt voor de opdracht ook voor boekjaar 2014/2015 aan EY te verlenen. De voorzitter biedt de aanwezigen de gelegenheid het woord te voeren over het onderhavige agendapunt. Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. De voorzitter brengt het voorstel tot benoeming van EY als externe accountant voor het onderzoeken van de jaarrekening over het boekjaar 2014/2015 in stemming. De voorzitter constateert dat niemand tegen het voorstel stemt en niemand zich wenst te onthouden van stemming. De voorzitter constateert dat het besluit tot benoeming van de accountant is aangenomen. 7. Rondvraag De heer J. Otte (Noordwijkerhout) De heer Otte zegt dat hij enkele malen per e-mail/via de website om een nieuwsbrief heeft gevraagd, maar daar nooit een reactie op heeft ontvangen. Hij vraagt naar de reden daarvoor. De heer Otte merkt op dat als hij niet naar de website kijkt, de aandeelhoudersvergadering mist. De heer Wieringa antwoordt dat sprake is van achterstalligheid. Er dient aandacht te worden besteed aan het actualiseren van de website met inbegrip van de mogelijkheid van een nieuwsbrief. De afgelopen periode is de focus echter geweest op het beheersen van de kosten en de acquisitie van solarparken. Het bestuur zal in de toekomst actiever worden op de genoemde gebieden. De voorzitter voegt toe dat nu er operationele activiteiten komen ook naar de bestuurssamenstelling en verdere organisatie inclusief website zal worden gekeken (zoals eerder in de vergadering al aangestipt). De website zal op de huidige situatie moeten worden toegespitst met de mogelijkheid van communicatie per e-mail. De voorzitter voegt toe dat in de afgelopen periode onder meer aandacht aan financieringsmogelijkheden is besteed en dat de kosten zoveel mogelijk zijn beperkt. Nu er wat inkomsten gaan komen is er wellicht ruimte om aandacht aan de website te besteden. De heer A. de Vries (Soest) De heer De Vries memoreert dat vorig jaar 18 juni een mededeling is uitgegaan dat de vennootschap geen veilinghuis meer wilde zijn en dat er een normale doorlopende notering zou komen. Hij vraagt of hier intussen meer over bekend is. De heer Wieringa antwoordt dat het bestuur voor- en nadelen van het zijn van een veilinghuis heeft afgewogen. Het veilinghuis heeft tot nog toe koersschommelingen vermeden. Echter, nu activiteiten zullen worden ingebracht komt het moment wel in zicht om de stap te nemen naar de reguliere handel te gaan. In dat geval moeten ook duidelijke afspraken worden gemaakt met een liquidity provider. Er zijn schommelingen, maar volgens de heer Wieringa is het niet nodig zich daarover druk te maken. Een normaal verloop van de koers heeft echter de voorkeur.
6
De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte vraagt of het starten van doorlopende notering ineens zou kunnen gebeuren. De heer Wieringa antwoordt dat dit in die zin juist is dat aandeelhouders daarover niet apart worden ingeschakeld. Wanneer activiteiten worden ingebracht en de koers oploopt wil het bestuur graag uit de penny-stock range. De voorzitter voegt toe dat de gewone beurs niet toestaat dat een fonds onder een euro noteert. Een mogelijkheid is ook dat het aantal aandelen wordt verminderd. Dat kan anderzijds ook weer de kans vergroten dat de koers omlaaggaat. De heer Witte zegt dat hij vrijwel dagelijks naar de koers kijkt en dat hem dan opvalt dat er patronen waarneembaar zijn: grote orders worden geplaatst (in drie orders van totaal 30.000/40.000 aandelen). Gelet op het aantal aandelen dat vastzit heeft de heer Witte de indruk dat er meer aandelen worden verhandeld dan er daadwerkelijk zijn. Hij vraagt of dat mogelijk is en niet verboden. Hij vraagt wat er met de vergadering zou gebeuren, als alle kopers van aandelen op de aandeelhoudersvergadering zouden komen, zodat er meer aanmeldingen zijn dan uitstaande aandelen. De heer Ingenegeren antwoordt dat doorslaggevend is wie met welke aandelen staat geregistreerd op de registratiedatum. Dat kunnen niet meer personen/aandelen zijn dan er werkelijk zijn. De voorzitter voegt toe dat als men aandelen zou verkopen die men niet bezit, dit een probleem tussen verkoper en koper is, maar niets verandert aan het aantal aandelen. Dergelijk handelen raakt de onderneming zelf niet, behoudens wellicht de reputatie. Het bestuur monitort overigens wel of naar aanleiding van opvallende handelsbewegingen enige actie van zijn kant richting AFM geïndiceerd zou zijn. De heer E. Cassee (Haarlem) Ook de heer Cassee vindt opvallend dat continu enkele pakketten van tienduizenden op de markt worden gebracht. Hij vraagt zich af wat de bedoeling daarvan is (koersverlaging en zo ja, met welk doel?). De heer Wieringa antwoordt dat ook hij zich van koersbewegingen bewust is. De heer N. Bierhuizen (Castricum) De heer Bierhuizen zegt dat er niet veel rendement te behalen valt omdat men wel ineens bijvoorbeeld 35.000 stukken wil verkopen, wat vaak niet lukt bij een veiling. De voorzitter voegt toe dat een veiling ook enige bescherming biedt. De veiling zorgt er voor dat er per dag niet al te grote schommelingen plaatsvinden. De vraag is dus wat uiteindelijk het beste is. In geval van een langetermijnvisie op aandelen lijkt de voorzitter persoonlijk een veiling op dit moment niet zo slecht. De heer Bierhuizen zegt dat als men naar een unbalanced volume kijkt als technische indicator deze nu boven zijn normale pieken uit is. Dit geeft hoop dat de stukken die worden aangeboden door de markt worden opgenomen. De voorzitter zegt dat fundamenteel gezien er nog niet veel waarde is gecreëerd in de vennootschap. De voorzitter voegt toe, dat als de vennootschap naar een dagelijkse vrije handel zou gaan, dit enkele tienduizenden euro's per jaar aan liquidity providers zou kosten, wat ook een afweging is. Zoals gezegd was het beleid tot dusverre zo min mogelijk kosten te maken en alles te steken in de opbouw van het bedrijf. Dit heeft ook meegespeeld bij de overwegingen. De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte merkt op dat er weinig PR uit de vennootschap komt en als er wat komt is het weinig zeggend. De heer Wieringa zegt dat dit gaat veranderen, nu er een basis wordt gelegd: er is nu bekend gemaakt dat er een selectie is gemaakt van solarparken. Daaraan kleeft natuurlijk ook nieuws. In het verleden viel er in dit verband nog niet veel te zeggen, omdat alleen sprake was van plannen en bij bekendmakingen gelet moet worden dat de verstrekte informatie juist is (naast aspecten van timing en koersgevoeligheid). De heer Witte vraagt of concurrentieoverwegingen een rol hebben gespeeld. De heer Wieringa meent dat aandeelhouders zich gelukkig mogen prijzen dat de vennootschap kan profiteren van lage rente en geschikte solarparken. Hij heeft enkele keren contact gehad met partijen die solarparken in bezit hebben en samenwerking zouden willen. Dit heeft nog tot niets geleid. Het bestuur wil van de eigen kracht van de vennootschap uitgaan om als volwaardige gesprekspartner te kunnen worden aangemerkt. De voorzitter voegt toe dat hij zich kan voorstellen dat nadere informatieverstrekking over de gang van zaken bij Breitenbach plaatsvindt, wanneer daartoe aanleiding bestaat. Daarbij dient altijd te worden gelet op wat is toegestaan (koersgevoeligheid). De heer Wieringa voegt toe dat bijvoorbeeld via een app monitoring mogelijk is, waar uiteraard kosten aan verbonden zijn. De meeste beleggers gaan echter voor het rendement, sommige ook voor de duurzaamheidsgedachte. Die combinatie moet worden gevonden. Het bestuur is verantwoordelijk voor de financiële kant van de solarparken. Indien
7
men informatie wenst over ieder park (hoe aangelegd, omvang, regressie en andere technische zaken), dan wil de heer Wieringa daar wel informatie over geven, maar dan in een iets later stadium. De heer G. Altena (Warmenhuizen) De heer Altena vraagt hoe het zit met Zuid-Europese landen. De heer Wieringa zegt dat daar een goede instraling is van zonlicht met mogelijke projecten met een hoog rendement, maar dat het risico te groot wordt geacht dat lokale overheden opbrengsten gaan belasten, wat tot verlies zou kunnen leiden. De voorzitter voegt toe dat het bestuur die landen niet stabiel genoeg vindt om zich daarop te gaan oriënteren. De heer Wieringa voegt toe dat zelfs Nederland niet geheel stabiel kan worden genoemd, gelet op de wisselende uitspraken van de overheid ten aanzien van energie. De heer Altena zegt vanochtend in de krant te hebben gelezen dat van in 2003 geplaatste zonnepanelen stroom is weggelekt, waardoor men schokken kan krijgen. Een van de betrokken bedrijven zou intussen failliet zijn gegaan. In dat licht vraagt hij hoe het is gesteld met het onderhoud van de solarparken. De heer Wieringa antwoordt dat het bestuur, wanneer het de overname van een solarpark overweegt, een due diligence onderzoek uitvoert of laat uitvoeren op onder andere technisch gebied, waarbij ook de onderhoudscontracten goed worden onderzocht. De vennootschap heeft een betrouwbare, ervaren adviseur in Duitsland die dit onderzoek doet. Per park is er een onderhoudscontract, de kosten waarvan in de visie van het bestuur op termijn omlaag moeten. Monitoring van de parken is heel belangrijk. Panelen dienen te worden schoongemaakt en het uitvallen van panelen dient te worden opgemerkt. Ook de bank die financiering verstrekt wil weten of de energieopwekking wel stabiel is: komen de maandinkomsten overeen met de prognoses? Veel zaken zijn verzekerbaar. Onderhoudscontracten moeten worden gesloten met partijen die daartoe in staat zijn. De heer L. Witte (Bergen) De heer Witte vraagt of NHG bezig is met een groencertificaat. De heer Wieringa antwoordt dat een groencertificaat aantrekkelijk is, maar dat dit nog prematuur is. Daarvoor moet een ruling worden aangevraagd. Hier wordt wel aandacht aan besteed en het zou een positief effect naar de vennootschap moeten hebben. De voorzitter voegt toe dat het onder andere een positief effect heeft op het aantrekken van kapitaal, zoals vreemd vermogen, bijvoorbeeld via crowdsourcingachtige mogelijkheden. De heer W. Lutte (Egmond-Binnen) De heer Lutte vraagt naar de levensduur van een zonnepaneel. De heer Wieringa antwoordt dat bij de financiering wordt uitgegaan van een levensduur van vijftien jaar. De technische levensduur ligt echter op minimaal twintig jaar, soms nog vijf jaar meer. De levensduur heeft direct te maken met het fabricaat van de zonnepanelen (A-, B- of C-merk), wat ook bij de selectie van parken van belang is. De leverancier geeft twintig jaar garantie. De heer Lutte vraagt of het rendement lager wordt als panelen ouder worden. De heer Wieringa beaamt dit, maar voegt toe dat de prijs van energie tegelijkertijd omhoog gaat. Zeker na twintig jaar resteert er na aftrek van kosten nog opbrengst, ook al is deze dan niet meer verzekerd. Wat overblijft is "meegenomen" (niet gecalculeerde opbrengst). Op een vraag van de heer Lutte antwoordt op verzoek van de heer Wieringa de heer Janssen dat de regressie na twintig jaar 20% is (zodat 80% resteert). De heer Wieringa voegt toe dat hij een bepaalde leverancier van zonnepanelen kent die zelfs in het geheel geen regressie kent. 8. Sluiting De voorzitter dankt een ieder voor zijn aanwezigheid en sluit de vergadering.
8