Réf. 2411 - 4.33 / a - 1.97
1 26 3
LSK Gelijkstroommotoren Installatie en onderhoud
Gelijkstroommotoren LSK INHOUDSOPGAVE
Blz.
Blz.
1. - GEREEDSCHAPPEN .............................................
3
9. - DEMONTAGE ................................................................
2. - HANTERING ...................................................................
3
9.1 - Procedure ........................................................................... 9.2 - Demontage van alleen het anker ........................
6 6 7
3. - OPSTELLING ................................................................
3
10. - REINIGEN ......................................................................
7
4. - OMGEVING .....................................................................
3
11. - MONTAGE .................................................................... 5. - INSTALLATIE ................................................................ 5.1 - Koppeling ............................................................................
6. - ELEKTRISCHE AANSLUITING...................... 6.1 -Thermische bewaking .................................................. 6.2 - Verwarmingsweerstand ............................................. 6.3 -Aansluitschema's 6.3.1 - Afmetingen 1122 tot 1804C, en voor afmetingen 2004C tot 2804C voor categorie D ................................................................ 6.3.2 - Afmetingen 2004C tot 2804C.........................
3 4
11.1 - Montage van het anker ........................................... 11.2 - Volledige montage .....................................................
7 7 7
4 4 5
12. - VERVANGEN VAN DE BORSTELS ......
7-8
13. - STORINGEN.................................................................
9
14. - TYPEPLAATJE .........................................................
9
6.4 - Merktekens op klemmenstrook ............................. 6.5 - Toebehoren ....................................................................... 6.6 - Voor inbedrijfstelling ...................................................
5 5 5 6 6
7. - ONDERHOUD ...............................................................
6
8. - AANBEVOLEN RESERVEONDERDELEN .. 6
15. - ONDERDELENLIJST 15.1 - LSK 1122, 1124, 1324 & 1604 ........................... 10-11 15.2 - LSK 1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C ........................................................... 12-13
16. - AANSLUITING VAN DE KOELLUCHTLEIDINGEN ........................................................................................ 14 17. - TYPE ONDERHOUDSFORMULIER ......
De in dit document voorgestelde producten en materialen kunnen, zowel op technisch als op praktisch vlak, op ieder moment gewijzigd worden. Hun beschrijving mag in geen geval een contractueel aspect bezitten.
2
15
Gelijkstroommotoren LSK BELANGRIJK
4. - OMGEVING (afbeeldingen 2 & 3)
Contact met onder spanning staande of draaiende onderdelen kan letsel veroorzaken. De installatie en het onderhoud mogen alleen uitgevoerd worden door ervaren vakpersoneel. Gelieve de veiligheidsinstructies strikt na te leven: voor elke ingreep op de machine dient men zich ter bescherming van de operator te richten naar de norm UTE C18-510 evenals naar alle van kracht zijnde decreten, wetten en reglementen met betrekking tot de veiligheid van het personeel. Niet-naleving of verkeerde toepassing van de in onderhavige handleiding aangeduide instructies ontslaat de fabrikant van alle aansprakelijkheid.
1000 m
Maxi
0
1. - GEREEDSCHAPPEN De volgende gereedschappen, afgezien van de standaardgereedschappen voor demontage en montage, zijn nodig voor het vervangen van de borstels van het LSK-gamma: - omkeerbare R151 Facom-ratelsleutel of gelijkaardig, - een set binnenzeskant sleutels, - een set zeskantige steek-/ringsleutels.
2. - HANTERING
Afb. 2
- temperatuur gelegen tussen +5 en +40°C.
+40°C
+5°C
Standaard zijn de motoren voorzien van twee hijsogen, diagonaal tegenovergesteld en bevestigd op de lagerschilden van de aandrijfzijde (DE) en de niet-aandrijfzijde (NDE) van de motor. Men dient gebruik te maken van een hijsbalk, teneinde de geforceerde koeling van de motor niet te beschadigen: zie afbeelding 1 hiernaast. Men dient tijdens het hanteren van de machine ervoor te zorgen dat de motor niet tegen één of ander voorwerp kan stoten.
Behoudens andersluidend beding in de bestelling is de motor geschikt voor een volgens IEC 34.1 standaardomgeving, namelijk: - hoogte lager of gelijk aan1000 m,
Afb. 3
Mini Maxi Ingeval niet aan deze voorwaarden voldaan kan worden, kan de motor eventueel aangepast worden: raadpleeg onze technische catalogus ref. 1337 -… bladzijde 20.
5. - INSTALLATIE (afbeelding 4) Wij verwijzen naar § 4.1 bladzijde 2 van de algemene handleiding, ref. 976-033. De plaatsing van
Afb. 1
3. - OPSTELLING Indien op de motor beschermingsgraad IP 23 aangeduid staat, dient de motor absoluut op een droge plaats opgeslagen te worden, niet blootgesteld aan slechte weersomstandigheden.
Afb. 4
3
Gelijkstroommotoren LSK de motor dient op een vlakke ondergrond geplaatst te worden en mag niet aan trillingen onderhevig zijn. De bevestigingselementen moeten de krachten vereist voor de normale werking van de motor kunnen weerstaan evenals een eventueel overkoppel van 2,5 maal het nominale moment. Aan eventuele problemen in verband met luchtvervuiling kan verholpen worden: luchtfilter, aansluiting door middel van een luchtkoker, …: raadpleeg onze technische catalogus ref. 1337… bladzijden 50 & 80 voor de koelingsmethoden, bladzijde 146 e.v. voor opties. Voor een sneller en efficiënter ingrijpen, dient men ervoor te zorgen dat de klemmenstroken van de motoren en inspectieluiken makkelijk toegankelijk zijn.
Koppeling Raadpleeg de algemene handleiding § 4.1, bladzijde 2. Controleer of de koppeling goed uitgelijnd is (zie afbeelding 5). Bij een installatie met riemschijven en riemen, dient men de grootte van de krachten (zowel radiaal als axiaal), die op de as uitgeoefend worden, te vergelijken met die aangeduid in de technische catalogus referentie 1337 in de betrokken hoofdstukken. Om bij een askoppeling de thermische uitzetting zonder axiale druk toe te laten, voldoende ruimte vrijlaten tussen beide koppelingshelften.
raadplegen. In het voedingscircuit van de motor wordt aangeraden het volgende te voorzien: - een thermische bescherming d.m.v. integratie van de overbelasting (100% van de nominale stroom); - een kortsluitbescherming (200% van de nominale stroom); - een bescherming tegen de aardfout; - een bescherming tegen veldstroomoverspanningen: bij onderbreking van het voedingscircuit van de veldstroom, een weerstand Rp parallel op de klemmen van de veldstroom plaatsen en wel als volgt : Rp = 800 x Uexc / Pexc met
Rp weerstand parallel aan Ω, Uexc veldstroomspanning op V, Pexc veldstroomvermogen op W. Niet vergeten de aardklem te aarden.
6.1 - Thermische bewaking Indien u een kortere reactietijd van de beveiliging wenst, kortdurende overbelastingen wil detecteren, temperatuurstijging in de zgn. "hot-spots" wilt bewaken, dan is het raadzaam de motor uit te voeren met temperatuursensors of -voelers. De mogelijke typen zijn hieronder beschreven. N.B.: de thermische detectievoelers vormen niet op zich een bescherming van de motor. De motoren kunnen uitgerust worden met thermische detectoren van het type: • met thermistor (PTC-voelers: afb. 6) Dit zijn thermovariabele weerstanden met positieve temperatuurcoëfficiënt (gemerkt door een zwart vlagetiket - uitschakeling - of blauw - alarm -). Wanneer de temperatuur stijgt, stijgt de weerstand van de voeler eerst langzaam om vervolgens plots te stijgen binnen een bereik van ± 5°C rond de nominale bedrijfstemperatuur (TNF).
☞
Ø ~3 mm
Afb. 5
Het gebruik van klopgereedschap is af te raden: dit zou de lagers kunnen be-schadigen.
Afb. 6 R
Ω 1350
T
250
6. - ELEKTRISCHE AANSLUITING Raadpleeg onze algemene handleiding § 4.2, bladzijde 3. Voor aansluiting van de motor, de schema's
4
0
20
TNF
°C
De waarde van de weerstand gemeten aan de klemmen R moet lager zijn dan 250 Ω bij omgevingstemperatuur.
Gelijkstroommotoren LSK Deze zijn gekoppeld aan een relais, niet meegeleverd, (type LT1 SA… Fabr. Telemecanique of gelijkwaardig); de toerenregelaars LEROY-SOMER DMV 2322 & 2342 bevatten een recht-streekse ingang voor de voelers. • thermostatisch (bimetaal temperatuurvoelers PTO of PTF: afb. 7 & 8). Dit zijn bimetalen (tweebladige) schijfjes van het gesloten type (PTO, geopend in ruststand, wit vlagetiket) of van het geopende type (PTF, gesloten in rust-stand, geel vlag-etiket).
6.3 - Aansluitschema's 6.3.1 - Afmetingen 1122 tot 1804C, en voor afmetingen 2004C tot 2804C in de catégorie D (zie catalogus ref. 1337… bladzijde 82).
Wanneer de veldspanning bij de bestelling opgegeven is, is de juiste aansluiting van het veld reeds in de fabriek gemaakt. • Veldaansluitingen met 4 klemmen, serieschakeling (voor draairichting met de richting van de wijzers van de klok mee, gezien tegen aandrijfzijde (DE): Voorbeeld: motortypeplaatje180 - 360: veldspanning bedraagt 360 V.
7 mm
14 mm
Afb. 7
Sens gezien de Draairichting tegen rotation aandrijfzijde
Werkingsprincipe Gesloten thermische detectie I
Geopende thermische detectie
A1
F2
F5
B2
F6
F1
vu bout d'arbre
I
+ -
-
Induit Anker T O
TNF
T F
TNF
Ze zijn aangesloten op het beveiligingscircuit van de motor. Gesloten thermische detectie
+
Inducteurs Veldaansluitingen
• Veldaansluitingen met 4 klemmen, parallelschakeling (voor draairichting met de wijzers van de klok mee, gezien tegen aandrijfzijde (DE): Voorbeeld: motortypeplaatje180 - 360: veldspanning bedraagt 180 V.
Geopende thermische detectie
Afb. 8 Karakteristiek Effectieve stroom Onderbrekingstroom Effectieve spanning
Uexc
PTO PTF 1 A - cosϕ 0,6 1 A - cosϕ 0,6 2,5 A - cosϕ 0,4 2,5 A - cosϕ 0,4 250 V 250 V
6.2 - Verwarmingsweerstanden Samengesteld uit geïsoleerde stroken glasvezel geplaatst op de wikkelkoppen, voor het op peil houden van de gemiddelde temperatuur van de motor, waardoor probleemloos gestart kan worden. Tevens worden hierbij de risico's van condensatie (verlies van isolatie van de machines) vermeden. Deze weerstanden moeten, zodra de machine stilstaat, onder spanning gebracht worden, en tijdens de werking uitgeschakeld worden. Van het type ACM 004, bedraagt hun vermogen 25 W, de voedingsspanning 230 V bij 50 of 60 Hz. De LSK-motoren 1122 tot 1604 bezitten er één, en grotere afmetingen bezitten er 2; ze zijn gemerkt met een rood vlag-etiket.
Sens gezien de Draairichting tegen rotation aandrijfzijde
A1
F2
F5
B2
F6
F1
vu bout d'arbre
Uexc /2
+ -
-
Induit Anker
+
Inducteurs Veldaansluitingen
6.3.2 - Afmetingen 2004C tot 2804C • Veldaansluitingen 2 klemmen (voor draairichting met de wijzers van de klok mee ,gezien tegen aandrijfzijde (DE). Voorbeeld: motortypeplaatje180 360: veldspanning bedraagt 360 V. A1
Sens gezien de Draairichting tegen rotation aandrijfzijde
F2
B2
F1
vu bout d'arbre
+ Induit Anker
- + Inducteurs Veldaansluitingen
6.4 - Merktekens op de klemmenstrook Elke uitgang voor toebehoren is gemerkt met een "vlag-etiket" (kleuren aangeduid in de desbetreffende paragrafen). Ze zijn aangesloten in de klemmenkast volgens onderstaande aanduidingen: 1 : + slijtage-voelers borstels
5
Gelijkstroommotoren LSK 2 : - slijtage-voelers van de borstels 3 - 4 : verwarmingsweerstanden 1T7 - 2T7: voelers van het voorste lagerschild (aandrijfzijde/DE) 1T8 - 2T8: voelers van het achterste lagerschild (niet-aandrijfzijde/NDE) De merktekens gebruikt voor de in de wikkelingen ingebouwde thermische detecties zijn : • op één niveau: T1 - T2: uitschakeling; • op twee niveaus: 1T1 - 1T2: alarm 2T1 - 2T2: uitschakeling.
6.5 - Toebehoren (zie technische cat. ref. 1337…hoofdstuk G)
Voor de met opties uitgeruste motoren, eerst nagaan of de verschillende aansluitingen (rem, tachodynamo, enz.…) van de juiste elementen voorzien zijn. Indien een rem is aangebouwd, dient de netspanning overeen te komen met de spanning die vermeld is op het typeplaatje. Raadpleeg de bij het collo meegeleverde gedetailleerde handleiding van de rem. De detector voor de luchtstroom, indien nodig, niet vergeten aan te sluiten. Indien een impulsgever of encoder is aangebouwd en de afstand tussen motor en regelaar groter dan 20 meter, dient deze aangesloten te worden met getwiste kabels. De maximale afstand tussen motor en regelaar mag in dit geval niet groter dan 500 meter zijn. Indien aanwezig, ook de potentiaalvrije contacten van de optionele koolborstellengtebewakingsinrichting aansluiten op de besturing. De ingebouwde microschakelaars kunnen max. 7A Ohms of 4A inductief schakelen bij max. 28 V.
6.6 - Voor inbedrijfstelling Een globale controle uitvoeren door de complete aandrijving geheel te doorlopen om zich ervan te vergewissen dat geen enkel element overgeslagen of vergeten werd (aanspannen van de verschillende schroeven, installatie van de verschillende bestanddelen). Opgelet: alvorens de motor op te starten, moet eerst de ventilatie aangezet worden en vervolgens de veldstroom ingeschakeld bij nominale spanning. De voeding moet een beveiliging tegen veldstroom bevatten (risico op doorslaan van de motor: voorzien in de spanningsregelaars van LEROY-SOMER). Verandering van draairichting Deze verrichting bij uitgeschakelde machine uitvoeren; om de draarichting van de motor te veranderen, de polariteit van de veldstroom omkeren.
6
7. - ONDERHOUD Raadpleeg §5 van de algemene handleiding ref. 976 (?) … teneinde een optimale levensduur van de motor te verzekeren. Bij elke controle of maximaal om de 500 uur, overgaan tot een volledige reiniging (anker & collector: intern + extern, stator) door middel van perslucht, met open inspectieluiken. Borstels Opgelet: de volgende verrichtingen dienen bij uitge-schakelde en stilstaande motor uitgevoerd te worden. Een eerste controle van de borstel (staat van de borstels, bewegingsvrijheid, veerdruk) moet 200 uur na de inbedrijfstelling uitgevoerd worden. Dit wordt gevolgd door een tweede controle 500 uur erna. Aan de hand van de resultaten van beide controles kan een interval worden vastgesteld voor toekomstige controles.
8. - AANBEVOLEN RESERVEONDERDELEN Wij bevelen de volgdende reserveonderdelen aan: - stel borstelhouders, - stel lagers. Andere belangrijke onderdelen: - borstelhouders, - stel ankerspoelen, - set spoelen van de hoofdpolen, - set spoelen van de commutatiepolen, - gewikkeld anker (uitgebalanceerd), - asynchroon ventilatormotor
9. - DEMONTAGE Tijdens de garantieperiode mag deze verrichting alleen in een door LEROY-SOMER erkende werkplaats uitgevoerd worden of in onze fabrieken, anders vervalt de garantie. Buiten de garantieperiode moeten de demontageverrichtingen uitgevoerd worden door een erkende werkplaats of door onze fabrieken. Het normale onderhoud dient uitgevoerd te worden door vakpersoneel, gemachtigd om in te grijpen op elektrische, draaiende machines. Voor de configuratie van de onderdelen, zie tekeningen (blz.10 tot 13).
9.1 - Procedure - De motor uitschakelen en van de machine loskoppelen. - De kabels en de koppelingen in de klemmenkast merken en ze loskoppelen.
Gelijkstroommotoren LSK - De 4 schroeven van de voet van de klemmenkast (92) losdraaien en de kabels komend van de borstelhouders (149) uittrekken. - De inspectieluiken (140) demonteren en, indien aanwezig, de geforceerde koeling (118). - Het lagerschild aan de niet-aandrijfzijde/NDE (6) merken ten opzichte van de stator (1). - De verbindingen van de stator en van de borstelhouder (149) merken en loskoppelen. - De borstels (150) verwijderen en de collector met een kartonnen plaatje bedekken. - Het deksel (53) van het lager niet-aandrijfzijde/ NDE (50) verwijderen. - De 4 schroeven van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/NDE (6) losdraaien. - Het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/NDE eruit nemen, waarbij het anker in de stator blijft. Opletten dat hierbij gelijktijdig de kabels volgen. - De 4 schroeven van het lagerschild aan aandrijfzijde/DE (5) losschroeven. - Het lagerschild eruit nemen en de Borelly-veer goed opzijleggen, terwijl het anker in de stator blijft. - Het anker eruit nemen zonder tegen de collector te stoten. - Het demonteren beëindigen door de onderdelen, die vervangen moeten worden, apart te leggen.
9.2 - Demontage van alleen het anker Het lagerschild aan aandrijfzijde/ DE (5) als volgt demonteren; - De inspectieluiken (140) van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/NDE (6) verwijderen, de borstels (150) verwijderen en de collector met een stukje karton omwikkelen. - De 4 schroeven van het deksel (53) van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde/NDE losdraaien. - Het anker (3) er bij de voorkant uit nemen: opletten dat de collector niet tegen de polen van de stator (1) stoot. - De circlips aan aandrijfzijde/DE (46) en aan nietaandrijfzijde/NDE (60) verwijderen. - De lagers (30 & 50) met behulp van een kogellagertrekker verwijderen. - De twee steunringen en het lagerdeksel (53 LSK 1122 tot 1604), of steun 160 voor de borstelhouder voor grotere afmetingen) aan de zijde van de collector opzijleggen.
N.B.: bij elke demontageverrichting wordt aangeraden de lagers te vervangen
10. - REINIGEN Gebruik geen oplosmiddel dat het vernis en de bescherming van de wikkelingen kan beschadigen of de collector kan aantasten.
Reinig zorgvuldig de elektrische onderdelen met droge perslucht (max. 2 bar) en de mechanische onderdelen met white spirit of gelijkaardig. Raadpleeg de algemene handleiding hoofdstuk 5 voor de te nemen voorzorgsmaatregelen. Smeer de passingen met een dun laagje vet.
11. - MONTAGE 11.1 - Montage van het anker - Het deksel (53) of de borstelhouder (160) aan de zijde van de collector aanbrengen met de beide steunringen. - Beide lagers op de as monteren, zonder klopgereedschap, beide circlips (46 & 60) weer aanbrengen. -Het anker (3), eerst de collector, in de stator (1) aanbrengen en zorg ervoor dat de collector niet tegen de polen van de stator stoot. - Het deksel (53) van het lager aan niet-aandrijfzijde/NDE of de steun van de borstelhouder(160) bevestigen. - Het lagerschild aan aandrijfzijde/DE (5) monteren en het deksel aan aandrijfzijde/DE (33) bevestigen.
11.2 - Volledige montage - Ga, na demontage, nu in omgekeerde volgorde te werk. - Nadat de montage beëindigd is, controleren of de as met de hand vrij kan draaien. - De borstelhouder (149) op de merktekens aanbrengen (zie afbeelding 10). Ingeval het anker vervangen moet worden, moet de neutrale lijn gecontroleerd worden (zie §6 van de handleiding 976). - De motor weer op de voedingsklemmen aansluiten volgens de merktekens die voor het demonteren aangebracht werden. - De motor inschakelen en overgaan tot een test. - De motor aan de machine koppelen met inachtneming van de regels van het hoofdstuk Inbedrijfstelling. In geval van problemen, LEROY-SOMER raadplegen.
12. - DE BORSTELS VERVANGEN Raadpleeg afb. 9 voor de positie van de inspectieluiken. 1. Voor elke verrichting, éérst de motor uitschakelen.
7
Gelijkstroommotoren LSK ▼ Positie van de inspectieluiken, motor gezien tegen aandrijfzijde (lagerschild NDE)
A
B
D
Afb. 9
C
2. Indien de motor gekoeld is met geforceerde koeling (VF) aan de zijde van de collector, de VF (LSK 1122 tot 1604) en de inspectieluiken B, D of A demonteren. 3. Twee merktekens (streepje aangebracht op de borstelhouder) geven de positie van de borstelhouders ten opzichte van het lagerschild aan (zie afb. 10). Deze twee merktekens worden aangebracht tegenover een inspectieluik B, D of A. 4. De kabels 1 & 2 voor verbinding met de borstelhouders, de inspectieluiken A en D loskoppelen. 5. De schroeven 3 & 4 van de borstelhouder losdraaien: - CHC 6*16 voor LSK 1122, 1124 & 1324, - CHC 8*20 voor LSK 1604, - CHC 8*60 voor LSK 1804.
6. De borstels die zich tegenover de inspectieluiken B, D en A bevinden, vervangen. 7. De borstelhouder 90 graden draaien om via inspectieluik B bij de borstels C te kunnen komen. 8. Deze borstels vervangen. 9. De borstelhouder weer precies in zijn oorspronkelijke positie aanbrengen en de positie van de merktekens 1 en 2 controleren. 10. De schroeven 3 & 4 aanschroeven om de borstelhouders te blokkeren. 11. De verbindingen vastschroeven evenals de schroeven van kabels 1 & 2. 12. De borstels laten "indraaien" volgens de indraaiprocedure beschreven in de algemene handleiding onder § 5.2, bladzijde 3. Na het indraaien, nagaan of: • de borstels zich vrij verplaatsen in de borstelhouders; • de borstels voor 100% ingedraaid zijn (het hele contactvlak van de borstel moet glanzen); • alle borstels van de lijn stroomopwaarts van de te slijpen steen ten opzichte van de draairichting controleren. • doeltreffend reinigen: met behulp van droge olievrije perslucht. 13. De geforceerde koeling en de inspectieluiken weer monteren.
▼ Positie van de borstelhouder Lagerschild gezien vanaf de niet-aandrijfzijde/ NDE (transparent) Kabel 1
Schroef 1
Schroef 4 Merkteken 1
Schroef 2
Borstelhouder
Vis 3
Merkteken 2
Kabel 2
Afb. 10
8
Gelijkstroommotoren LSK 13. - STORINGEN BIJ DE WERKING SYMPTOOM
OORZAAK
OPLOSSING • De spanningsregelaar
• Voedingsstoring • Onderbroken veldwikkeling • Kortgesloten veldwikkeling • Voedingsstoring • Verkeerde toepassing • Trillingen • Agressieve omgeving • Geblokkeerd anker
Gebrek aan veldstroom
Collector: sporen van vonken, beschadigingen, krassen, on-rondheid Andere snelheid in één richting ten opzichte van de andere draairichting
• De voeding controleren • Het gebruik controleren • De omgeving controleren • De collector herstellen * • Antiblokkeerinrichting
Tijdens het opnieuw monteren slechte positionering van de stator ten opzichte van het lagerschild aan niet-aandrijfzijde en/of geblokkeerde borstelhouders • Ventilatie
Aanspreken van de voelers • Overbelasting
Snelle slijtage van de borstels
• De gewikkelde stator vervangen
De motor opnieuw goed installeren volgens de in de algemene handleiding aangeduide procedure • Controleer het koelingscircuit, de geforceerde koeling en zijn draairichting • Controleer de werking van de aangedreven machine
• Werking bij onderbelasting
• Mogelijkheid om de ventilatie te reduceren via verplaatsing van de VF naar de voorzijde (LEROY-SOMER raadplegen)
• Trillingen
• De uitbalancering van de aangedreven delen verifiëren • Draagvlak van de motor controleren
* Het herstellen van de collector is iets wat door een erkend vakman uitgevoerd moet worden, met name wat het bewerken en uitkrabben van de mica-isolatie betreft: raadpleeg de algemene handleiding.
Gelijkstroommotoren LSK 14. - TYPEPLAATJE LR 57008
2 102 451 / A
MADE IN FRANCE IEC 34.1.1990 MOTEUR A COURANT CONTINU DIRECT CURRENT MOTOR TYPE: LSK 1604 S 02 N° 700000/10 9/1992 M IC Classe / Ins class H IM 1001 IP 23 Mnom / Rated torque 301 N.m Altit. 1000 m Temp. kW min-1 V A V
249
kg
06 40 °C A
1150 440 95,5 360 3 115 44 95,5 360 3 1720 440 95,5 240 T Système peinture: I Induit / Arm. Excit. / Field Service / Duty S1 DE 6312 2RS C3 NDE 6312 2RS C3
Nom./Rat.
36,3 3,63 36,3
9
Gelijkstroommotoren LSK 15. - ONDERDELENLIJST 15.1 - LSK 1122, 1124, 1324 & 1604
44 25 401 A
402 111 110
1 26 3 33*
21
30 46 28 14 40*
5
400
LSK-motoren afmeting 1122 tot 1604 Merk.
● 3 ● 5 ● 6 ● 14 ● 21 ● 25 ● 26 ● 28 ● 30 ● 33 ● 1
Benaming Gewikkelde stator Gewikkeld anker Lagerschild aandrijfzijde Lagerschild niet-aandrijfzijde Bevestigingsmoer voor lagerschild aandrijfzijde Asspie
Typeplaatje
40 ● 44 ● 46 ● 50 ● 52 ●
Deksel lagerschild aandrijfzijde (optie
Bevestigingsschroef van deksel 33 Borelly veerring Circlips lager aandrijfzijde Lager niet-aandrijfzijde Deksel (voor motor zonder optie bevestigd aan lagerschild niet-aandrijfzijde)
53 ●
Bevestigingsschroef hijsoog Lager aandrijfzijde
Benaming smering voor ZZ lager of rollager)
Hijsoog
*: merkteken verbonden aan een optie.
10
Merk.
Deksel lagerschild niet-aandrijfzijde (optie smering voor ZZ lager of rollager)
60 ● 62 ●
Circlips lager niet-aandrijfzijde Bevestigingsschroef deksel 52
Merk.
● 70 ● 72 ● 74 ● 75 ● 77 ● 81 ● 82 ● 84 ● 85 ● 92 ● 69
Benaming Pakking voor klemmenkast Behuizing klemmenkast Bevestigingsschroef van 70 Deksel van klemmenkast Schroef van deksel 74 Pakking voor klemmenkastdeksel 74 Draagplaatje wartel Bevestigingsschroef plaatje 81 Klemmenstrook Schroef klemmenstrook Voet van klemmenkast
Gelijkstroommotoren LSK 15.1 - LSK 1122, 1124, 1324 & 1604 (vervolg) 411 410 118 409 408 407 403
C
28 149
141
140
25
403
6
14 62
150
52
B
420 403 92 403 93 140
75
A 53 50 60 159 405 413 69 70 84 81 82 85 72 77 74
LSK-motoren afmeting 1122 tot 1604 Merk.
● 110 ● 111 ● 118 ● 140 ● 141 ● 149 ● 93
Benaming Bevestigingsschroef 92 +140 Ventilatierooster Bevestigingsschroef rooster 110 Ventilatiehuis Inspectieluik van lagerschild aan niet-aandrijfzijde Bevestigingsschroef 140 (tgo. klemmenkast) Borstelhouder
Merk.
● 159 ● 400 ● 401 ● 402 ● 403 ● 405 ●
150
Benaming Borstels Binnenste inspectieluik Asbescherming Inspectieluik van lagerschild aan aandrijfzijde Bevestigingsschroef inspectieluik 401 Pakking inspectieluik 140 Pakking inspectieluik 159
Merk.
● 408 ● 409 ● 410 ● 411 ● 413 ● 420 ●
407
Benaming Bevestigingsschroef ventilatiehuis Detector luchstroom Ventilatiemotor Filter (optie) Bevestigingsschroef filter Bevestigingsschroef inspectieluik 159 Bevestigingsschroef deksel 52
*: merkteken verbonden aan een optie.
11
Gelijkstroommotoren LSK 15.2 - LSK 1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C 1 26 3 21 46 44 25 401
A
402 111 110
D
92 D
69 70
33 30 28 14 5 40 22 23
82
83
81
84
74
77
75
LSK-motoren afmeting 1804 tot 2804C Merk.
● 3 ● 5 ● 6 ● 14 ● 21 ● 22 ● 23 ● 25 ● 26 ● 28 ● 1
Benaming Gewikkelde stator Gewikkeld anker Lagerschild aandrijfzijde Lagerschild niet-aandrijfzijde Bevestigingsmoer voor lagerschild aandrijfzijde Asspie Rondsel as Schroef as Hijsoog Typeplaatje Bevestigingsschroef hijsoog
*: merkteken verbonden aan een optie.
12
Merk.
● 33 ● 40 ● 44 ● 46 ● 50 ● 52 ● 60 ● 62 ● 69 ● 70 ● 30
Benaming Lager aandrijfzijde Deksel lagerschild aandrijfzijde Bevestigingsschroef van deksel 33 Borelly-veerring lager aandrijfzijde Circlips lager aandrijfzijde Lager niet-aandrijfzijde Deksel (voor motor zonder optie) Circlips lager niet-aandrijfzijde Bevestigingsschroef deksel 52 en/of 160 Pakking behuizing klemmenkast Behuizing klemmenkast
Merk.
● 74 ● 75 ● 77 ● 81 ● 82 ● 83 ● 84 ● 92 ● 110 ● 111 ● 72
Benaming Bevestigingsschroef van 70 Deksel van klemmenkast Schroef van deksel 74 Pakking van deksel 74 Draagplaatje wartel Pakking plaatje 81 Bevestigingsschroef plaatje 81 Klemmenstrook Voet van klemmenkast Ventilatierooster Bevestigingsschroef rooster 110
Gelijkstroommotoren LSK 15.2 - LSK 1804, 1804C, 2004C, 2254C, 2504C & 2804C (vervolg)
411 410 118 409 407 403 408
C
150
140
141
403
25
28
6
149
B 14 62
A 420 52
160
50
60
413
159
405
403
141
140
LSK-motoren afmeting 1804 tot 2804C Merk.
● 140 ● 141 ● 149 ● 150 ● 159 ● 118
Benaming Ventilatiehuis Inspectieluik lagerschild niet-aandrijfzijde Bevestigingsschroef 140 Borstelhouder Borstels Binnenste inspectieluik
Merk.
● 401 ● 402 ● 403 ● 405 ● 407 ● 160
Benaming Steun borstelhouder 149 Inspectieluik lagerschild aandrijfzijde Bevestigingsschroef inspectieluik 401 Pakking inspectieluik 140 Pakking inspectieluik 159 Bevestigingsschroef ventilatiehuis
Merk.
● 409 ● 410 ● 411 ● 413 ● 420 ● 408
Benaming Detector luchstroom Ventilatiemotor Filter (optie) Bevestigingsschroef filter Bevestigingsschroef inspectieluik 159 Bevestigingsschroef deksel 52
*: merkteken verbonden aan een optie.
13
Gelijkstroommotoren LSK 16. - AANSLUITING VAN DE KOELLUCHTLEIDINGEN
LSK 2504C & 2804C
UB2
U2
W1 = =
W2 = =
WA2
v2
v1
WA2
v2
U2
U1 ==
v1
6 x MY2
U1
UB1
W
1
8 x MY1
U1
W
2
4 x MY2
W2
W1
U2
UB1
4 x MY2
WA2
WA1
UB2
LSK 1122 tot 2254C
4 x MY1
DE
NDE
DE: lagerschild aandrijfzijde. NDE: lagerschild zijde tegenover de aandrijving (niet-aandrijfzijde).
Afmetingscodes voor aansluiting van koelluchtleidingen : IC 17 - IC 26 - IC 27 - IC 37 Voornaamste afmetingen
Type U1
U2
UB1
UB2
V1
V2
v1
v2
W1
W2
WA1
WA2
Y1
Y2
LSK 1122
114
114
130
130
130
130
-
-
114
114
130
130
6
6
LSK 1124
114
114
130
130
130
130
-
-
114
114
130
130
6
6
LSK 1324
140
140
160
160
160
160
-
-
140
140
160
160
8
8
LSK 1604
135
135
150
150
150
150
-
-
175
175
190
190
8
8
LSK 1804
140
140
180
180
180
180
-
-
200
200
215
215
8
8
LSK 1804C
140
140
180
180
180
180
-
-
200
200
215
215
8
8
LSK 2004C
165
165
205
205
205
205
-
-
205
205
225
225
8
8
LSK 2254C
170
170
210
210
210
210
-
-
230
230
250
250
8
8
LSK 2504C
180
190
320
260
320
260
56
29
280
280
300
300
6
6
LSK 2804C SM & SL
187
187
277
277
277
277
30
30
320
320
350
350
8
8
LSK 2804C M & L
289
187
380
277
380
277
30
30
320
320
350
350
8
8
14
Gelijkstroommotoren LSK 17. - TYPE ONDERHOUDSFORMULIER
MACHINE
TYPE:
MOTOR
.........................................................................TYPE:
Serienr.:....................................................................... Datum van inbedrijfstelling:
LSK .....................................................................................
Serienr.: ................................................................................
............................................................................................................................................
Datum van de onderhoudsbeurt: ................................................................................................................................. Aantal bedrijfsuren:
............................................................................................................................................................
• Buitenbedrijfstelling van de installatie ❏ • Mechanische controle ❏ • Verwijderen van de inspectieluiken ❏ • Interne reiniging en doorblazen van de motor (max. druk 2 bar) ❏ • Controle van de slijtstaat van de borstels ❏ • Controle van de staat van de collector ❏ • Meting van de koolborstellengte (toezicht op slijtage): .........................................................................mm • Vervanging van de borstels, indien nodig. ❏ • Inschakelen van de machine bij bedrijf ❏ • Controle van de afwezigheid van vonken in de collector ❏ • Stilstand van de motor, uitschakelen en aanbrengen van de inspectieluiken ❏ • Controle van de vrije doorvoer van de koelingslucht ❏ • De installatie weer inbedrijfstellen ........................................................................................................................❏ • ELEKTRISCHE METINGEN * voedingsspanning van de motor (Geforceerde koeling): .......................................................... V * door de motor opgenomen stroom (Geforceerde koeling): ...................................................... A * ingangsspanning van de veldwikkelingen (bij gestabiliseerde snelheid): ......................... V * door het anker vrijgekomen stroom: .................................................................................................... A Vergelijk deze waarden met die aangeduid op het typeplaatje. OPMERKINGEN: .................................................................................................................................................................
✂
....................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................
15